Documenttranscriptie
38 www.aeg.com
INHOUD
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
TECHNISCHE INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
BEDIENINGSPANEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
WASPROGRAMMA'S . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
VERBRUIKSWAARDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
HET EERSTE GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
PROBLEEMOPLOSSING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
39
40
42
43
44
47
51
51
51
57
59
63
67
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren
uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen
maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd
om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de
hand hebt.
De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1('(5/$1'6
39
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt
door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van
het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van
8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over
het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
• Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is.
• Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
1.2 Algemene veiligheid
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
40 www.aeg.com
• De specificatie van het apparaat mag niet worden
veranderd.
• Respecteer het maximale laadvermogen van 7 kg
(raadpleeg hoofdstuk “Programmaschema”).
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant of diens technische dienst of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
• De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen
tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8 bar (0,8 MPa)
• De ventilatie-openingen in de onderkant (indien van
toepassing) mogen niet worden afgedekt door tapijt
• Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden
aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen
niet opnieuw worden gebruikt.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Bewaar de transportbouten. Als u het
apparaat gaat verplaatsen, moet de
trommel worden geblokkeerd.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Gebruik of installeer het apparaat niet
als de temperatuur lager is dan 0 °C of
als het is blootgesteld aan het weer.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
waar u het apparaat installeert, vlak,
stabiel, hittebestendig en schoon is.
• Plaats het apparaat niet op een plek
waar de deur niet helemaal open kan.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
• Zorg dat er lucht tussen het apparaat
en de vloer kan circuleren.
• Pas de stelvoeten aan om de nodige
ruimte tussen het apparaat en de
vloerbedekking te creëren.
Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische
schokken.
• Dit apparaat moet worden geaard.
• Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met
de stroomvoorziening. Zo niet, neem
dan contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan
MOET dit gebeuren door onze Klantenservice.
1('(5/$1'6
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg
ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
• Trek niet aan het aansluitnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Raak de stroomkabel of stekker niet
aan met natte handen.
• Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen.
Aansluiting aan de
waterleiding
• Zorg dat u de waterslangen niet beschadigt.
• Het apparaat moet met de nieuwe
slangset worden aangesloten op een
kraan. Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt.
• Laat het water stromen tot het schoon
is voordat u het apparaat aansluit op
nieuwe leidingen of leidingen die lang
niet zijn gebruikt.
• Zorg dat er geen lekkages zijn als u
het apparaat de eerste keer gebruikt.
2.2 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, elektrische
schokken, brand, brandwonden
en schade aan het apparaat.
• Gebruik dit apparaat uitsluitend in een
huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in werking is. Het glas
kan heet worden.
• Zorg dat u alle metalen onderdelen uit
het wasgoed verwijdert.
• Het laatste deel van het droogprogramma vindt plaats zonder warmte
(koelcyclus) om ervoor te zorgen dat
het wasgoed niet beschadigd raakt.
Als u het apparaat voor het einde van
de droogcyclus stopzet, dient u het
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
41
wasgoed te verwijderen en uit te hangen, zodat de warmte zich kan verspreiden.
Als u wasmiddel, wasverzachter of gelijksoortige producten gebruikt, dient
u de instructies op de verpakking te
volgen.
Veeg eventuele pluisjes die zich rondom het apparaat hebben opgehoopt,
weg.
Droog geen beschadigde kleding met
vulling of voering.
Artikelen van schuimrubber (latexschuim), douchemutsjes, waterdichte
kleding en artikelen met een rubberen
binnenkant mogen niet worden gedroogd.
Artikelen die in contact zijn geweest
met stoffen als spijsolie, aceton, alcohol, benzine, petroleum, vlekkenverwijderaars, terpentine, boenwas en
boenwasverwijderaars dienen voorafgaande aan het drogen eerst te worden gewassen in heet water met een
extra hoeveelheid wasmiddel.
Droog geen artikelen in het apparaat
als er industriële chemische reinigingsmiddelen zijn gebruikt.
Zorg dat er geen aanstekers of lucifers
in zakken van kleding zijn achtergebleven.
Droog uitsluitend textiel dat in de
droogautomaat mag worden gedroogd. Volg de instructies op het
wasvoorschrift in de kleding.
Droog geen ongewassen artikelen in
het apparaat.
Als u het wasgoed heeft gewassen
met een vlekverwijderaar, voer dan
een extra spoelcyclus uit voordat u het
apparaat start.
Voorwerpen van kunststof die niet hittebestendig zijn.
– Als u gebruik maakt van een wasmiddelbal, verwijdert u de bal voordat u het droogprogramma instelt.
– Gebruik geen wasmiddelbal wanneer u een non-stopprogramma instelt.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan
het apparaat.
42 www.aeg.com
• Ga niet op de open deur zitten of
staan.
• Houd u aan de maximale belading.
• Droog geen druipnatte kledingstukken in het apparaat.
2.3 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan
het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Gebruik geen waterstralen of stoom
om het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
2.4 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat.
3. TECHNISCHE INFORMATIE
Afmetingen
Aansluiting op het elektriciteitsnet:
Breedte / hoogte / diepte
600 / 820 / 630 mm
Totale diepte
640 mm
Spanning
Totale stroom
Zekering
Frequentie
220-230 V
2000 W
10 A
50 Hz
Het beschermdeksel biedt bescherming tegen vaste stoffen en vochtigheid, behalve op plaatsen
waar de laagspanningsapparatuur geen bescherming tegen vocht biedt.
Waterleidingdruk
IPX4
Minimaal
0,5 bar (0,05 MPa)
Maximaal
8 bar (0,8 MPa)
Koud water
Watertoevoer 1)
Maximale belading was- Katoen
goed
7 kg
Maximale belading
droog wasgoed
Katoen
3 kg
Grote capaciteit katoenen wasgoed
4 kg
Synthetica
Centrifugeersnelheid
Maximaal
2 kg
1400 Toeren per minuut
1) Sluit de watertoevoerslang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
1('(5/$1'6
43
4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1
2
7
8
9
3
4
5
6
1 Wasmiddeldoseerlade
2 Bedieningspaneel
3 Deurgreep
4 Typeplaatje
5 Afvoerpomp
6 Stelvoetjes
7 Afvoerslang
8 Netsnoer
9 Wateraansluiting
10 Stelvoetjes
4.1 Kinderbeveiliging
• Als u deze beveiliging activeert, kunt u
de deur niet sluiten. Dit voorkomt dat
10
u kinderen of huisdieren in de trommel opsluit. Voor het inschakelen van
de kinderbeveiliging verplaatst u het
draaigedeelte met een muntstuk
rechtsom totdat de groef horizontaal
staat. Voor het uitschakelen van de
kinderbeveiliging verplaatst u het
draaigedeelte met een muntstuk linksom totdat de groef weer verticaal
staat.
44 www.aeg.com
4.2 Accessoires
1
1 Moersleutel
2
4
Om de transportbouten te verwijderen.
2 Plastic dopjes
Voor het afdichten van de gaten aan
de achterzijde van het apparaat nadat u de transportbouten hebt verwijderd.
3 Toevoerslang met geïntegreerd
beschermingssysteem tegen wateroverlast
Om mogelijke wateroverlast te voorkomen.
4 Plastic slanggeleider
Om een afvoerslang op de rand van
een gootsteen te bevestigen.
3
5. BEDIENINGSPANEEL
1
2
3
4
5
6 7 8
9
10
A
B
C
1 Programmakeuzeknop
7 Display
2
8
3
4
5
6
Toets CENTRIFUGEREN
•
Spoelstoppositie
Toets VLEKKEN
Toets TIJDBESPARING
Toets EXTRA SPOELEN
Toets DROOGTIJD
9
Toets START/PAUZE
Toets UITGESTELDE START
10 Controlelampjes:
•
•
•
A – Wasfase
B – Droogfase
C – Deur vergrendeld
1('(5/$1'6
45
5.1 Display
De display toont de volgende informatie:
Duur van het ingestelde programma
Nadat u een programma heeft ingesteld, wordt de tijdsduur in
uren en minuten weergegeven op het display (bijvoorbeeld 2.05)
De duur wordt automatisch berekend op basis van de maximale
lading voor elk type wasgoed.
Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt.
Droogtijd instellen
als u een droogprogramma instelt, wordt de tijdsduur in minuten
en/of uren weergegeven op het display (zie paragraaf <<Drogen>>).
Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt.
Alarmcodes
Als de werking van de wasmachine problemen oplevert, kunnen
(zie
er alarmcodes worden aangegeven, bijvoorbeeld
hoofdstuk «Probleemoplossing»).
Einde van het programma
Als het programma is afgelopen verschijnt op het display een
knipperende nul .
Het DEUR-lampje C, het WAS-lampje A (of het DROOG-lampje
B) en het lampje van knop 8 gaan uit.
De deur kan nu geopend worden.
Onjuiste optieselectie
Aks u een optie instelt die niet samengaat met het wasprogramma, dan toont het display de melding Err gedurende een paar
seconden.
Het gele controlelampje van toets 8 gaat knipperen.
STARTUITSTEL
Als u op de toets drukt om de uitgestelde start in te stellen (20
uur max), dan verschijnt het gedurende een paar seconden, vervolgens toont het display de tijdsduur van het ingestelde programma.
De tijdsduur van het uitstel neemt per uur met een eenheid af.
Als er nog maar 1 uur resteert, neemt de tijd per minuut af.
46 www.aeg.com
Uitgestelde start - symbool
Dit symbool gaat aan als u een startuitstel kiest.
Kinderslot
Dit symbool gaat aan als u het kinderslot activeert.
5.2 Controlelampjes
A
B
C
5.3 Geluidssignalen
De wasautomaat is voorzien van een
akoestisch alarm, dat in de volgende gevallen te horen is:
• Aan het einde van een programma
• In geval van problemen met de werking
Door enkele seconden tegelijkertijd op
de toets 3 en 4 te drukken, wordt het
geluidssignaal uitgeschakeld (behalve in
het geval van problemen met de werking). Door nogmaals op deze twee toetsen te drukken, wordt het geluidssignaal
weer geactiveerd.
5.4 Kinderslot
Met deze voorziening kunt u het apparaat onbeheerd achterlaten, u hoeft zich
Nadat u op toets 8 hebt gedrukt, gaat
het WAS-lampje (A) branden.
Het apparaat is in bedrijf.
Als u een droogprogramma instelt, gaat
het DROGEN-lampje (B) branden. Dit
lampje blijft tijdens de droogfase branden.
Het lampje DEUR (C) geeft aan of de
deur geopend kan worden:
• Lampje aan: de deur kan niet geopend worden
• Lampje knippert: de deur opent na
een paar minuten
• Lampje uit: de deur kan worden geopend
dan geen zorgen te maken dat kinderen
gewond raken of het apparaat schade
toebrengen.
Deze functie blijft ingeschakeld, ook als
de wasautomaat niet in werking is.
Er zijn twee manieren om deze optie in
te stellen:
• Voordat u op toets 8 drukt, is het onmogelijk om het apparaat te starten.
• Na het indrukken van toets 8 is het onmogelijk om een ander programma of
een andere optie te kiezen.
Om deze optie in- of uit te schakelen,
drukt u ongeveer 6 seconden tegelijkertijd op de toets 4 en 5 tot het symbool
aan gaat of uit het display verdwijnt.
1('(5/$1'6
47
6. WASPROGRAMMA'S
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Type wasgoed
Maximale belading
Programmabeschrijving
Opties
Katoen
95° - 30°
Max. belading 7 kg - gereduceerde belading 3 kg
Wit en bont katoen (normaal vervuilde artikelen).
Hoofdwas
Spoelgangen
Lang centrifugeren op
maximale
snelheid
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
VLEKKEN 1)
TIJDBESPARING 2)
EXTRA SPOELEN
Hoofdwas
Spoelgangen
Lang centrifugeren op
maximale
snelheid
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
VLEKKEN PLUS
EXTRA SPOELEN
Voorspoelen
Hoofdwas
Spoelgangen
Lang centrifugeren op
maximale
snelheid
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
VLEKKEN PLUS
TIJDBESPARING 2)
EXTRA SPOELEN
Hoofdwas
Spoelgangen
Kort centrifugeren op
1200 tpm
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
VLEKKEN 1)
TIJDBESPARING 2)
EXTRA SPOELEN
Hoofdwas
Spoelgangen
Kort centrifugeren
Centrifugeren op 1200
tpm
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
EXTRA SPOELEN
Eco
40°
Max. belading 7 kg
Wit en kleurecht katoen.
Licht tot normaal vervuilde katoenen artikelen.
Het apparaat verlaagt de temperatuur en
verlengt de wastijd teneinde efficiënt te
wassen en zodoende energie te besparen.
Katoen + Voorwas3)
95° - 40°
Max. belading 7 kg - gereduceerde belading 3 kg
Wit en bont katoen
(normaal vervuilde was).
Synthetica
60° - 30°
Max. belading 3 kg - gereduceerde belading 2 kg
Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses.
Easy Iron (Strijkvrij)
40°
Max. belading 1 kg
Synthetische stoffen die voorzichtig gewassen en gecentrifugeerd moeten worden.
Het wasgoed wordt behoedzaam gewassen
en gecentrifugeerd om kreukels te voorkomen. Bovendien zal het apparaat extra
spoelgangen uitvoeren.
48 www.aeg.com
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Type wasgoed
Maximale belading
Programmabeschrijving
Opties
Delicates (Fijne Was)
40° - 30°
Max. belading 3 kg - gereduceerde belading 2 kg
Fijne was: acryl, viscose, polyester.
Hoofdwas
Spoelgangen
Kort centrifugeren op
1200 tpm
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
VLEKKEN 1)
TIJDBESPARING 2)
EXTRA SPOELEN
Hoofdwas
Spoelgangen
Kort centrifugeren op
1200 tpm
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
Spoelgangen
Lang centrifugeren
Centrifugeren op 1200
tpm
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
EXTRA SPOELEN
Wol Handwas
30° - Koud
Max. belading 2 kg
Wol die in de machine kan worden gewassen en met de hand wasbare wol en fijne
stoffen.
Opmerking: Een enkel of groot stuk wasgoed kan een verkeerd evenwicht van de
trommel tot gevolg hebben. Als het apparaat de laatste centrifugefase niet uitvoert,
moet u meer stukken toevoegen, de lading
opnieuw handmatig verspreiden en dan het
centrifugeprogramma selecteren.
Behoedzaam spoelen
Max. belading 7 kg
Programma voor spoelen en centrifugeren
van wasgoed dat met de hand is gewassen.
Het apparaat voert enkele spoelgangen uit,
gevolgd door een laatste centrifugegang.
De centrifugeersnelheid kan verlaagd worden.
Pompen
Max. belading 7 kg
Om het laatste spoelwater af te voeren bij
programma's met de spoelstopoptie.
Draaien
Max. belading 7 kg
Aparte centrifugegang voor katoenen kledingstukken die met de hand gewassen zijn
en na programma's waarbij de optie Spoelstop gekozen is.
Draai de programmakeuzeknop naar
voordat u dit programma instelt.
Verlaag de centrifugeersnelheid zo nodig.
Water afpompen
Pompen
AANPASSEN TOELang centri- RENTAL
fugeren
Centrifugeren op de
maximale
snelheid
1('(5/$1'6
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Type wasgoed
Maximale belading
Programmabeschrijving
Selectie DROOGTIJD.
Drogen — Katoen
Droogprogramma katoen.
Eco
60°
Max. belading 7 kg
Wit en kleurecht katoen.
Licht tot normaal vervuilde katoenen artikelen.
Het apparaat verlaagt de temperatuur en
verlengt de wastijd teneinde efficiënt te
wassen en zodoende energie te besparen.
Opties
Selectie DROOGTIJD.
Drogen — Synthetica
Droogprogramma voor synthetische stoffen.
Refresh (Opfrissen)
30°
Max. belading 3 kg
Snelle was voor sportkleding of katoenen
en synthetische licht vervuilde of slechts
eenmaal gedragen kleding.
49
Hoofdwas
AANPASSEN TOESpoelganRENTAL
gen
Kort centrifugeren
Centrifugeren op 1200
tpm
Hoofdwas
Spoelgangen
Lang centrifugeren
Centrifugeren op de
maximale
snelheid
AANPASSEN TOERENTAL
SPOELSTOP
VLEKKEN PLUS
EXTRA SPOELEN
Om het lopende programma te annuleren of om het apparaat uit te schakelen.
1) De optie Vlekken kan alleen worden gekozen bij een temperatuur van 40°C of hoger.
2) Als u de optie Extra kort selecteert door op toets 4 te drukken, raden we u aan de
maximale belading te beperken, zoals aangegeven. Maximale belading is wel mogelijk,
maar de wasresultaten zullen minder goed zijn.
3) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, kan er geen programma met VOORWAS
geselecteerd worden.
50 www.aeg.com
6.1 Droogprogramma's
Tijdgestuurde programma's
Te drogen
wasgoed
Centrifugeersnelheid
Aanbevolen
droogtijd
Minuten
4 kg
1400
215 - 220
3 kg
1400
160 - 180
1.5 kg
1400
95 - 105
4 kg
1400
205 - 210
KASTDROOG1)
Geschikt voor artikelen
die ongestreken worden
opgeborgen
Synthetische en
Geschikt voor artikelen
die ongestreken worden gemengde stoffen
opgeborgen
(truien, blouses,
ondergoed, huishoudlinnen)
3 kg
1400
150 - 170
1.5 kg
1400
85 - 95
2 kg
1200
90 - 100
1 kg
1200
55 - 65
STRIJKDROOG
Geschikt voor artikelen
die gestreken moeten
worden
4 kg
1400
140 - 150
3 kg
1400
90 - 100
1.5 kg
1400
60 - 70
Droogheidsgraad
Soort weefsel
EXTRA DROOG
Katoen en linnen
Ideaal voor artikelen van (badjassen, badbadstof
handdoeken, etc.)
Katoen en linnen
(badjassen, badhanddoeken, etc.)
Katoen en linnen
(lakens, tafellakens, overhemden, etc.)
1) Overeenkomstig de EG-richtlijn EN 50229 moet het referentieprogramma voor
katoen op de gegevens in het energielabel worden getest door de maximale belading
in twee gelijke delen te splitsen en deze elk met DROOGTIJD te drogen.
1('(5/$1'6
51
7. VERBRUIKSWAARDEN
Programma
Energieverbruik
(KWh)
Waterverbruik
(liter)
Wit katoen 95°
2.2
72
Katoen 60°
1.35
67
Katoen ECO 60° 1)
1.05
49
Katoen 40°
0.85
67
Synthetische stoffen 40°
0.55
42
Fijne was 40°
0.55
63
Wol/Handwas 30°
0.25
55
Programmaduur
(minuten)
Raadpleeg
voor de duur
van de programma's,
het display
op het bedieningspaneel
1) «Katoen ECO» op 60°C met een belading van 7 kg is het referentieprogramma voor de
gegevens die op het energielabel staan, overeenkomstig de richtlijnen 92/75/EEG.
De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen. Ze kunnen variëren afhankelijk van de
hoeveelheid en het soort wasgoed, de temperatuur van het
aangevoerde water en de omgevingstemperatuur
8. HET EERSTE GEBRUIK
Giet 2 liter water in het vakje voor
het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade om het afvoersysteem te activeren.
2. Giet een klein beetje wasmiddel in
het vakje van het hoofdwasmiddel
1.
van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en
start het programma. Dit verwijdert
al het mogelijke vuil uit de trommel
en de kuip.
9. DAGELIJKS GEBRUIK
9.1 Wasgoed in de machine
doen
1.
2.
Open de deur van het apparaat.
Plaats het wasgoed een voor een in
de trommel. Schud de items voor u
ze in de wasautomaat plaatst. Zorg
ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
3. Sluit de deur.
52 www.aeg.com
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen
de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan.
9.2 Wasmiddel en additieven (wasverzachter, vlekkenmiddel)
toevoegen
MAX
Het doseerbakje voor de voorwasfase, het inweekprogramma
en voor de vlekkenfunctie.
Voeg inweek-, vlekken- en voorwasmiddelen toe voordat u het
programma start.
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor
het starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter,
stijfsel).
Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.
9.3 Het programma instellen
(knop 1 )
Draai de programmakeuzeknop naar het
gewenste programma.
Met de programmakeuzeknop bepaalt u
het soort wasprogramma (bijv. waterpeil,
beweging van de trommel, aantal spoel-
gangen) en de wastemperatuur afhankelijk van het soort wasgoed.
Het controlelampje van toets 8 gaat
knipperen.
De programmakeuzeknop kan met de
klok mee of tegen de klok in worden gedraaid.
= programma resetten / apparaat
uitschakelen
1('(5/$1'6
Als u de programmakeuzeknop
op een ander programma zet
terwijl het apparaat in werking is,
knippert het gele controlelampje
van toets 8 3 keer. Op het display verschijnt het bericht Err om
aan te geven dat deze selectie
niet mogelijk is. Het apparaat
voert het zojuist ingestelde programma niet uit.
9.4 De centrifugeersnelheid
instellen (toets 2)
Bij het kiezen van een programma stelt
het apparaat automatisch de maximale
door dat programma toegestane centrifugeersnelheid voor.
Druk herhaaldelijk op deze toets om de
centrifugeersnelheid te wijzigen. Het
desbetreffende lampje gaat branden.
SPOELSTOP: het laatste spoelwater
wordt niet weggepompt om te voorkomen dat het wasgoed kreukelt. Als het
programma is afgelopen verschijnt op
het display een knipperende .
Het DEUR-controlelampje gaat branden.
Het controlelampje van toets 8 gaat uit.
De deur wordt geblokkeerd om aan te
geven dat het water weggepompt moet
worden.
Lees om het water weg te pompen
het hoofdstuk «Aan het einde van het
programma».
9.5 De optie VLEKKEN
instellen (toets 3)
Stel deze optie in om sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken met vlekkenverwijderaar te behandelen.
Het apparaat verlengt de hoofdwasfase
en maakt de vlekkenbehandelingsfase
intensiever. Het desbetreffende lampje
gaat branden.
Deze optie is niet beschikbaar
bij een temperatuur lager dan
40°C
Als u een programma wilt laten draaien
met de vlekkenoptie, giet dan vlekken.
verwijderaar in het vakje
53
9.6 De optie TIJDBESPARING
instellen (toets 4)
Met deze optie verandert u de wastijd
die de wasautomaat automatisch heeft
voorgesteld.
Druk toets 4
eenmaal in.
DAGE- Het bijbehorende controleLIJKS
lampje gaat branden.
De wastijd wordt verkort
om dagelijks wasgoed te
wassen.
Druk toets 4 twee keer in.
EXTRA Het bijbehorende controleKORT lampje blijft branden.
De wastijd wordt verkort
om licht vervuild wasgoed
of artikelen die slechts korte tijd gebruikt of gedragen
zijn, te wassen.
Op het display verschijnt de kortere
tijdsduur van het wasprogramma.
9.7 De optie EXTRA SPOELEN
instellen (toets 5)
Dit apparaat is ontworpen om water te
besparen.
Voor mensen met een erg gevoelige
huid (allergisch voor wasmiddelen) kan
het echter noodzakelijk zijn om het wasgoed met een extra hoeveelheid water
te spoelen (extra spoelgang).
Bovendien zal het apparaat extra spoelgangen uitvoeren.
9.8 Het programma starten
(toets 8)
Druk op de toets 8 om het programma
te starten. Het bijbehorende rode controlelampje gaat knipperen.
Het controlelampje A brandt om aan te
geven dat het apparaat begint te werken.
Het controlelampje C brandt om aan te
geven dat de deur vergrendeld is.
Druk op toets 8 voor het onderbreken
van een programma dat in werking is.
Het bijbehorende rode controlelampje
gaat knipperen.
54 www.aeg.com
Druk nogmaals op toets 8 om het programma te hervatten vanaf het punt
waarop het werd onderbroken.
Als u een uitgestelde start hebt geselecteerd met toets 9, begint het apparaat
met aftellen.
Als u een verkeerde optie instelt, knippert het gele controlelampje van toets 8
3 keer. Het symbool Err verschijnt enkele
seconden op het display.
9.9 UITGESTELDE START
instellen (toets 9)
Druk nogmaals op deze toets om de gewenste uitgestelde start in te stellen.
De ingestelde waarde voor de uitgestelde start (max. 20 uur) verschijnt enkele
seconden op het display. Daarna wordt
de duur van het programma weer afgebeeld.
Stel de uitgestelde start in voordat u op
toets 8 drukt.
U kunt het hoofdwasprogramma uitstellen met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur
en vervolgens steeds met 1 uur tot een
maximum van 20 uur.
Het toevoegen van artikelen nadat u
de uitgestelde start hebt ingeschakeld
(de deur blijft gedurende de uitgestelde
periode vergrendeld):
• Druk op toets 8 om het apparaat te
pauzeren.
• Voeg het wasgoed toe en sluit de
deur.
• Druk nogmaals op toets 8.
De uitgestelde start selecteren:
• Stel het programma en de gewenste
opties in.
• Selecteer de uitgestelde start.
• Druk op toets 8: het apparaat begint
in uren af te tellen.
Het programma begint als het gekozen uitstel is afgelopen.
Uitgestelde start annuleren:
• Druk op toets 8 om de wasautomaat
in te stellen op PAUZE.
• Druk toets 9 een keer in totdat het
symbool op het display wordt afgebeeld.
• Druk nogmaals op toets 8 om het programma te starten.
U kunt de uitgestelde start alleen
wijzigen als u het wasprogramma
opnieuw hebt ingesteld.
De uitgestelde start kan niet worden geselecteerd in combinatie met het programma POMPEN.
9.10 Een optie of lopend
programma wijzigen
Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voordat u iets kunt veranderen,
drukt u op toets 8 om het apparaat te
pauzeren.
U kunt een lopend programma alleen
veranderen door het te resetten.
Draai de programmakeuzeknop eerst
en dan naar de stand van het
naar
nieuwe programma.
Druk nogmaals op toets 8 om het nieuwe programma weer te starten. Het water in de trommel zal niet worden afgevoerd.
9.11 Een programma
onderbreken
Druk op toets 8 om een lopend programma te onderbreken. Het bijbehorende controlelampje gaat knipperen.
Druk nogmaals op de toets om het programma opnieuw te starten.
9.12 Een programma
annuleren
Draai de keuzeknop naar
om een lopend programma te annuleren. U kunt
nu een nieuw programma kiezen.
9.13 De deur openen
Als de machine bezig is en tijdens de
vertragingstijd is de deur vergrendeld.
IMocht het om enigerlei reden noodzakelijk zijn de deur te openen, dient eerst
de machine op pauze te worden gezet
door te drukken op toets 8
Als het lampje C na enkele minuten uitgaat, kan de deur worden geopend.
Als het lampje C niet uit gaat en de deur
vergrendeld blijft, betekent dit dat de
machine al aan het opwarmen is of dat
1('(5/$1'6
55
het waterniveau te hoog is. In dat geval
kan de deur niet worden geopend.
Als u de deur niet kunt openen terwijl dit
toch nodig is, schakelt u de machine uit
te draaidoor de programmaknop op
en. Na een paar minuten kan de deur
geopend worden (let op het waterniveau en de temperatuur!) .
Als u de deur hebt gesloten, moet u het
programma en de opties opnieuw instellen. Druk op de knop 8 om het programma weer te starten.
ge toets te drukken, haalt u het apparaat
uit de energiebesparende stand.
9.14 Aan het einde van het
programma
De waterkraan moet open staan en de
afvoerslang moet in de gootsteen zijn
geplaatst of op de afvoerpijp zijn aangesloten.
1. Plaats het wasgoed in de wasautomaat.
2. Selecteer voor optimale droogresultaten een centrifugeerfase op de
maximaal toegestane centrifugeersnelheid voor het type wasgoed.
3. Selecteer het droogprogramma voor
katoen of synthetica in de sector
Drogen van de programmakeuzeknop.
4. Druk op toets 6 om de droogtijd in
te stellen. Druk steeds opnieuw op
deze toets totdat de door u gewenste droogtijd op het display verschijnt.
Voor katoen selecteert u een droogtijd van 10 tot 250 minuten (4,10 uur).
Voor synthetica selecteert u een
droogtijd tussen 10 en 130 minuten
(2,10 uur).
Telkens als u deze toets indrukt,
wordt de droogtijd met 5 minuten
verlengd.
Opmerking! De programmeertijd zal
automatisch met enkele minuten
verlengd worden.
5. Druk op toets 8 om het programma
te starten.
Na de start van het programma
wordt de resterende tijd elke minuut
bijgewerkt.
Het apparaat stopt automatisch. Het
controlelampje van toets 8 en de controlelampjes A en C gaan uit. Er verschijnt
een knipperende op het display.
Als er een programma of een optie is
geselecteerd dat/die eindigt met water
in de trommel, dan blijft het lampje C
branden. De deur blijft vergrendeld. Het
water moet worden weggepompt voordat de deur wordt geopend. De trommel blijft nu met regelmatige tussenpozen draaien tot het water is afgepompt.
Volg de onderstaande instructies om het
water af te pompen:
• Draai de programmakeuzeknop naar
• Kies het programma POMPEN of
CENTRIFUGEREN.
• Verlaag de centrifugeersnelheid zo
nodig.
• Druk op toets 8
• Als het programma is afgelopen verschijnt op het display een knipperende . Het controlelampje C gaat uit.
De deur kan nu geopend worden.
Draai de programmakeuzeknop naar
om het apparaat uit te schakelen.
Verwijder het wasgoed uit de trommel
en controleer goed of de trommel leeg
is. Als u niet van plan bent om nog een
was te draaien, sluit u de waterkraan.
Laat de deur open staan om vorming
van schimmel en onaangename luchtjes
te voorkomen.
Stand-by: als het programma is voltooid, wordt na een paar minuten het
energiebesparende systeem ingeschakeld. De helderheid van het display
wordt verlaagd. Door op een willekeuri-
9.15 Alleen drogen
De aanbevolen lading bedraagt 3 kg
voor katoen en linnen en 2 kg voor synthetica.
Het is ook mogelijk om tot 4 kg
katoenen wasgoed te drogen
(zie de tabel «Droogprogramma»).
Als u een droogfase van maar 10
minuten instelt met de toets voor
de droogtijd, voert het apparaat
alleen een afkoelfase uit.
56 www.aeg.com
6.
Aan het einde van het droogprogramma klinken er enkele geluidssignalen. Er verschijnt een knippeop het display.
rende
Het controlelampje B en C en het
lampje van toets 8 gaan uit.
Op dit punt begint er een antikreukfase die ongeveer 10 minuten
duurt. Gedurende deze periode is
het lampje C aan. De deur kan niet
geopend worden.
Als u de deur vóór of tijdens de
anti-kreukfase toch wilt openen,
of als u het programma wilt onderbreken, dan drukt u op een
willekeurige toets of draait u de
programmakeuzeknop naar een
willekeurig programma (behalve
O).
Enkele minuten later kan de deur
worden geopend. (Probeer in
geen geval de deur te openen
als deze vergrendeld is!) .
7. Draai de programmakeuzeknop naar
stand O om het apparaat uit te schakelen.
8. Haal het wasgoed uit de trommel.
Opmerking!
Verschillende soorten katoenen stoffen
(handdoeken, lakens, shirts enz.) of wasgoed dat tijdens het centrifugeren wordt
opgerold, kunnen leiden tot gedeeltelijke droging.
In het uitzonderlijke geval dat het wasgoed aan het einde van het programma
nog een beetje nat is, raden we aan de
opgerolde stukken open te vouwen, gelijkmatig in de trommel te verdelen en
een extra droogfase van 20-30 minuten
te selecteren.
9.16 NON-STOP programma:
Wassen en op tijd drogen
De aanbevolen lading bedraagt 3 kg
voor katoen en 2 kg voor synthetica.
Het is ook mogelijk om tot 4 kg
katoenen wasgoed te drogen
(zie de tabel «Droogprogramma»).
LET OP!
Maak geen gebruik van een
wasmiddeldoseerbol als u een
was- en droogprogramma uitvoert.
1.
2.
3.
4.
5.
Plaats het wasgoed in de wasautomaat.
Voeg wasmiddel en wasverzachter
toe.
Schakel het apparaat in door de programmakeuzeknop in te stellen op
het gekozen wasprogramma of de
gekozen stof.
Druk op de betreffende toetsen om
de gewenste opties in te stellen.
Stel zo mogelijk geen lagere centrifugeersnelheid in dan de snelheid die het apparaat heeft voorgesteld om een te lange droogtijd te voorkomen en zo energie
te besparen. De laagste waarden
die u in elk geval kunt selecteren
is 900 tpm voor katoen en synthetica en 700 tpm voor fijne was.
Het verlagen van de centrifugeersnelheid is alleen mogelijk
als u drogen hebt gekozen.
Druk op toets 6 om de droogtijd in
te stellen. Als u een «non-stop
droogprogramma» selecteert, gaan
de controlelampjes A en B branden.
De DROOGTIJD verschijnt een paar
seconden op het display. Daarna
verschijnt de volledige duur van de
was- en droogfase weer.
Als u door op toets 6 te drukken
een wasprogramma instelt met
een droogfase van 10 minuten,
geeft het display de totale duur
van het programma weer, inclusief de afwikkeling en afkoelfase.
6. Druk op de toets 8 om het programma te starten. Na de start van het
programma wordt de resterende tijd
elke minuut bijgewerkt.
7. Volg, aan het einde van het programma, de aanwijzingen van het
vorige hoofdstuk. Draai de programmakeuzeknop naar stand O om het
apparaat uit te schakelen.
8. Haal het wasgoed uit de trommel.
1('(5/$1'6
9.17 Pluisjes in de kleding
Tijdens de WAS- EN/OF DROOGFASE
laten bepaalde soorten stoffen, zoals
fleece, wol, sweaterstof, pluisjes vrij.
Deze vrijgegeven pluisjes kunnen tijdens
het volgende wasprogramma aan de
stoffen blijven hangen.
Dit nadeel verergert bij technische stoffen.
Om dit fenomeen te verhinderen, wordt
het volgende aanbevolen:
• Was geen donkere stoffen na het wassen en drogen van lichte stoffen (nieu-
•
•
•
•
57
we fleece, wol en in het bijzonder
sweaterstof) en vice versa.
Laat dit soort stoffen in de openlucht
drogen wanneer ze voor het eerst zijn
gewassen.
Maak het filter schoon.
Voer tussen het wassen en drogen van
stoffen met verschillende kleuren één
of meer spoelgangen uit om de trommel te reinigen.
Reinig de lege trommel, de pakking
en de deur na de droogfase grondig
met een natte doek.
10. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
10.1 Wasgoed sorteren
• Verdeel het wasgoed in: wit, bont,
synthetisch, fijne was en wol.
• Volg de wasinstructies die u op de
waslabels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet samen.
• Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit
soort kleding de eerste keer dan ook
apart te wassen.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Maak riemen
vast.
• Maak alle zakken leeg en vouw alle artikelen open.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en
kleding met geverfde opdrukken binnenstebuiten.
• Verwijder hardnekkige vlekken.
• Was delen met zware vervuiling met
een speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met de gordijnen.
Verwijder de haken of stop de gordijnen in een zak of kussensloop.
• Niet in de machine wassen:
– Wasgoed zonder zomen of met
scheuren
– Beugelbeha's.
– Gebruik een waszakje om kleine
stuk wasgoed te wassen.
• Een zeer kleine lading kan problemen
veroorzaken bij de centrifugefase. Als
dit gebeurt, kunt u de artikelen handmatig verdelen in de trommel en de
centrifugefase opnieuw starten.
10.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en wasmiddel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te verwijderen voordat u deze artikelen in de
machine stopt.
Er zijn speciale vlekverwijderaars verkrijgbaar. Gebruik een speciale vlekverwijderaar die geschikt is voor het type
vlek en stof.
10.3 Wasmiddelen en
nabehandelingsmiddelen
• Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsproducten die bedoeld zijn
voor gebruik in een wasautomaat.
• Vermeng geen verschillende soorten
wasmiddel met elkaar.
• Gebruik niet meer dan de benodigde
hoeveelheid wasmiddel om het milieu
te beschermen.
• Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van deze producten.
• Gebruik de juiste producten voor het
type en de kleur stof, de programmatemperatuur en de mate van vervuiling.
• Stel geen voorwasfase in als u vloeibare wasmiddelen gebruikt.
58 www.aeg.com
• Als uw machine geen wasmiddellade
heeft met klepje, voeg dan het vloeibare wasmiddel toe met een doseerbal.
10.4 Waterhardheid
Als de waterhardheid in uw gebied hoog
of gemiddeld is, raden we u het gebruik
van waterverzachter voor wasautomaten
aan. In gebieden waar de waterhardheid
zacht is, is het gebruik van een waterverzachter niet nodig.
Neem contact op met de plaatselijke
waterautoriteit voor de waterhardheid in
uw gebied.
Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van de producten.
Gelijkwaardige eenheden meten de waterhardheid:
• Duitse graden (°dH).
• Franse graden (°TH)
• mmol/l (millimol per liter - een internationale eenheid voor de hardheid van
water).
• Clarke-graden.
Waterhardheidstabel
Waterhardheid
Niveau
Type
°dH
°TH
mmol/l
Clarke
1
zacht
0-7
0-15
0-1.5
0-9
2
medium
8-14
16-25
1.6-2.5
10-16
3
hard
15-21
26-37
2.6-3.7
17-25
4
erg hard
> 21
> 37
>3.7
>25
10.5 Tips voor het drogen
De droogfase voorbereiden
• Draai de waterkraan open.
• Controleer of de afvoerslang goed is
aangesloten. Zie het hoofdstuk over
de installatie voor meer informatie.
• Raadpleeg voor informatie over de
maximale wasgoedlading bij droogprogramma's de droogprogrammatabel.
Voor het volgende wasgoed mag
geen droogprogramma worden ingesteld:
– Zeer fijne was
– Synthetische gordijnen
– Wol en zijde
– Kledingstukken met metalen invoegstukken
– Nylon stockings
– Dekbedden
– Bedspreien
– Dekbedovertrekken
– Anoraks
– Slaapzakken
– Stoffen met restjes haarspray, nagelremover of iets dergelijks
– Kledingstukken met schuimrubber of
met materialen die hierop lijken
10.6 Wasvoorschriften in de
kleding
Bij het drogen van uw wasgoed moet u
zich houden aan de voorschriften van de
fabrikant:
•
= Het artikel is geschikt voor de
wasdroger
•
= Droogprogramma op hoge temperatuur
•
= Droogprogramma op lage temperatuur
•
= Het artikel is niet geschikt voor
de wasdroger
10.7 Duur van het
droogprogramma
De droogtijd kan variëren afhankelijk
van:
• Snelheid van de laatste keer centrifugeren
1('(5/$1'6
• Standaard droogtegraad
• Soort wasgoed
• Gewicht van de hoeveelheid wasgoed
ALGEMENE TIPS
Raadpleeg de tabel «Droogprogramma's» om de gemiddelde droogtijden
op te zoeken.
U zult uit ervaring merken wat de beste
manier is om uw wasgoed goed droog
te krijgen. Houd bij hoe lang uw droogprogramma's duren.
Statische lading na het drogen voorkomen:
• Gebruik wasverzachter tijdens de wasfase.
• Gebruik speciale wasverzachter voor
droogautomaten.
59
Zorg dat u uw wasgoed aan het einde
van het droogprogramma zo snel mogelijk uit het apparaat haalt.
10.8 Extra drogen
Als het wasgoed aan het einde van het
droogprogramma nog steeds vochtig is,
stelt u nogmaals een korte droogfase in.
WAARSCHUWING!
Om kreuken in stof of krimpen
van kleding te voorkomen,
moet u de was niet té droog
maken.
11. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Doe dit apart van het wassen van wasgoed.
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt.
11.2 Buitenkant reinigen
11.1 Ontkalken
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog.
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk.
Als het nodig is dient u waterverzachter
te gebruiken om deze kalk te verwijderen.
Gebruik een speciaal product voor wasautomaten. Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van de producent.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of chemische producten.
11.3 Deurrubber
Controleer het deurrubber regelmatig
en verwijder voorwerpen uit de binnenkant.
11.4 Trommel
Controleer de trommel regelmatig om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten om
roestdeeltjes uit de trommel te verwijderen.
Ga als volgt te werk:
• Reinig de trommel met een speciaal
product voor roestvrij staal.
60 www.aeg.com
• Start een kort programma voor katoen
op de maximale temperatuur met een
kleine hoeveelheid wasmiddel.
11.5 Wasmiddeldoseerlade
De wasmiddeldoseerlade reinigen:
1
1.
2.
Druk op de hendel.
Trek de doseerlade naar buiten.
3.
Verwijder het bovenste gedeelte
van het vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
Maak alle onderdelen schoon met
water.
MAX
2
4.
MAX
5.
6.
11.6 Afvoerpomp
De pomp moet regelmatig worden gecontroleerd en in het bijzonder als:
• de machine niet pompt en/of niet centrifugeert;
• de machine tijdens het pompen een
abnormaal geluid maakt als gevolg
van veiligheidsspelden, munten, enz.
die de pomp blokkeren;
• een probleem met de waterafvoer
wordt gedetecteerd (zie hoofdstuk
"Probleemoplossing" voor meer informatie).
Maak de ruimte van de wasmiddeldoseerlade schoon met een borstel.
Plaats de wasmiddeldoseerlade terug in de ruimte.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit en trek
de stekker uit het stopcontact
voordat u de pompafdekking losschroeft.
Ga als volgt te werk:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Wacht indien nodig tot het water is
afgekoeld.
1('(5/$1'6
A
61
3.
Plaats een opvangbak dichtbij de
pomp om het vrijkomende water op
te vangen.
4.
Maak de noodafvoerslang los ( B),
hang hem in de opvangbak en verwijder de stop ervan.
5.
Als er geen water meer naar buiten
komt, schroef dan het deksel van de
pomp los (A) door deze naar links te
draaien en verwijder het filter. Gebruik indien nodig een tang.
Houd altijd een oude doek bij de
hand om het eventueel gemorste
water te kunnen opvegen. Maak het
filter schoon onder een kraan om alle pluis te verwijderen.
6.
Verwijder vreemde materialen en
waspoeder van het filter en het
schoepenrad.
7.
Controleer voorzichtig of de pomprotor draait (de rotor draait schokkerig). Als hij niet draait, neemt u
contact op met uw klantenservice.
B
62 www.aeg.com
8.
9.
WAARSCHUWING!
Als het apparaat in werking is en afhankelijk van het gekozen programma kan
er heet water in de pomp aanwezig zijn.
Verwijder het pompdeksel nooit tijdens
een wascyclus, wacht altijd tot de machine de cyclus heeft afgemaakt en u het
wasgoed uit de trommel heeft gehaald.
Wanneer u het deksel weer vastschroeft,
dient u goed te controleren of het stevig
is vastgezet om lekkages te voorkomen
en te voorkomen dat jonge kinderen het
kunnen verwijderen.
Plaats de dop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op
zijn plaats.
Plaats het filter terug in de pomp
door het goed in de speciale geleidingen te plaatsen. Schroef het deksel van de pomp goed vast door het
rechtsom te draaien.
• Het apparaat niet met water wordt gevuld.
• De machine langdurig water vult.
• Het lampje van toets 8 knippert en
de display het bijbehorende alarm
weergeeft. Raadpleeg 'Probleemoplossing'.
WAARSCHUWING!
Trek de stekker uit het stopcontact.
11.7 Het filter van de
toevoerslang en het klepfilter
Het kan nodig zijn filters te reinigen als:
De watertoevoerfilters schoonmaken:
1.
2.
Draai de waterkraan dicht.
Verwijder de watertoevoerslang van
de kraan.
3. Reinig het filter in de toevoerslang
met een harde borstel.
4.
5.
Verwijder de toevoerslang achter de
machine.
Reinig het filter in de klep met een
harde borstel of een handdoek.
1('(5/$1'6
6.
7.
20°
63
Installeer de watertoevoerslang opnieuw. Zorg ervoor dat de koppelingen stevig vast zitten om lekkage te
voorkomen.
Draai de waterkraan open.
45°
11.8 Apparaat legen in geval
van nood
Ga, als het water niet wordt afgevoerd,
als volgt te werk om het apparaat leeg
te laten lopen:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Wacht zo nodig totdat het water is
afgekoeld.
4. Plaats een opvangbak op de grond.
5. Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang in de bak.
6. Trek de stop eruit. Het water zou
door de zwaartekracht in de opvangbak moeten lopen. Plaats als de opvangbak vol is, de stop terug op de
slang. Maak de opvangbak leeg.
Herhaal deze procedure totdat er
geen water meer uit de slang komt.
7. Reinig de pomp zo nodig, volgens
bovenstaande beschrijving.
8. Plaats de stop terug op de noodafvoerslang en breng de slang weer
op zijn plaats aan.
9. Schroef de pomp weer vast.
vriespunt kan dalen, gaat u als volgt te
werk:
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Schroef de watertoevoerslang los
van de kraan.
3. Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang en van de toevoerslang in
een op de vloer geplaatste opvangbak. Laat het water weglopen.
4. Schroef de watertoevoerslang weer
op de kraan.
5. Plaats de dop weer terug op de
noodafvoerslang.
6. Plaats de noodafvoerslang weer op
zijn plek.
Hierdoor wordt evt. in de wasautomaat
achtergebleven water verwijderd en
wordt de vorming van ijs en daardoor
beschadiging van het apparaat voorkomen.
Als u de wasautomaat weer wilt gebruiken, controleert u of de omgevingstemperatuur boven de 0°C ligt.
11.9 Voorzorgsmaatregelen
bij vorst
Als het apparaat op een plaats staat
waar de temperatuur tot beneden het
12. PROBLEEMOPLOSSING
Bepaalde problemen zijn het gevolg van
een gebrek aan eenvoudig onderhoud
of onoplettendheid. Dit soort problemen kunnen gemakkelijk zonder de hulp
van een monteur worden opgelost. Controleer voordat u contact opneemt met
onze serviceafdeling eerst de onderstaande checklist.
Tijdens de werking van het apparaat kan
het gele controlelampje van toets 8
gaan knipperen, verschijnt een van de
volgende alarmcodes op het display en
klinken er tegelijkertijd om de 20 secon-
64 www.aeg.com
den enkele geluidssignalen waarmee
wordt aangegeven dat het apparaat niet
werkt:
•
: probleem met de watertoevoer
•
: probleem met de waterafvoer
•
: deur open
•
: anti-overloopsysteem geactiveerd
Druk, nadat het probleem is verholpen,
op toets 8 om het programma opnieuw
te starten. Als het probleem zich na alle
controles nog steeds voordoet, neemt u
contact op met onze serviceafdeling.
Probleem
Mogelijke oorzaak/oplossing
De wasautomaat start
niet:
De deur is niet goed gesloten.
• Doe de deur stevig dicht.
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
• Steek de stekker in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
• Controleer de elektrische installatie in uw woning.
De hoofdzekering is doorgebrand.
• Vervang de zekering.
De programmakeuzeknop is niet goed ingesteld en
er is niet op toets 8 gedrukt.
• Draai de keuzeknop en druk nogmaals op toets 8.
De uitgestelde start is ingesteld.
• Als het wasgoed meteen gewassen moet worden,
annuleert u de uitgestelde start.
Het kinderslot is geactiveerd.
• Schakel deze functie uit.
De waterkraan is gesloten.
• Draai de waterkraan open.
De toevoerslang is bekneld of geknikt.
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
De machine wordt niet
Het filter in de toevoerslang of het inlaatklepfilter is
met water gevuld:
verstopt.
• Reinig de watertoevoerfilters. (Zie 'Wateraanvoerfilters reinigen' voor meer informatie)
De deur is niet goed gesloten.
• Doe de deur stevig dicht.
Er stroomt water in de
machine en dat loopt
meteen weer weg:
Het uiteinde van de afvoerslang hangt te laag.
• Zie de betreffende paragraaf in het hoofdstuk
'Waterafvoer'.
1('(5/$1'6
Probleem
65
Mogelijke oorzaak/oplossing
De afvoerslang is bekneld of geknikt.
• Controleer de aansluiting van de afvoerslang.
Het afvoerfilter is verstopt.
• Maak het afvoerfilter schoon.
De machine pompt het U hebt een optie of programma ingesteld waarbij
water niet weg en/of
het water in de trommel niet wordt weggepompt of
centrifugeert niet:
waarbij alle spoelfasen worden geannuleerd.
• Selecteer het pomp- of centrifugeerprogramma.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Er ligt water op de
vloer:
Er is te veel of een verkeerd wasmiddel gebruikt (te
veel schuimvorming).
• Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik
een ander middel.
Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekkage vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water langs de slang naar
beneden loopt; controleer of de slang vochtig is.
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
De watertoevoerslang is beschadigd.
• Vervang deze door een nieuwe.
De dop op de noodafvoerslang is na het schoonmaken niet teruggeplaatst of het filter is niet goed vastgeschroefd.
• Zet de dop terug op de noodafvoerslang en draai
het filter volledig aan.
Onbevredigende wasresultaten:
Er is te weinig of een verkeerd wasmiddel gebruikt.
• Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander
middel.
Hardnekkige vlekken zijn niet voor aanvang van het
wassen behandeld.
• Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hardnekkige vlekken te behandelen.
De juiste temperatuur is niet gekozen.
• Controleer of u de juiste temperatuur hebt gekozen.
Te veel wasgoed in de trommel.
• Haal wat wasgoed uit de trommel.
De deur gaat niet
open:
Het programma loopt nog.
• Wacht tot het wasprogramma is afgelopen.
De deur is niet ontgrendeld.
• Wacht tot het controlelampje DEUR uit gaat.
Er staat water in de trommel.
• Kies het programma voor pompen of centrifugeren om het water af te voeren.
66 www.aeg.com
Probleem
Mogelijke oorzaak/oplossing
De machine staat te
schudden of maakt lawaai:
De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn
niet verwijderd.
• Controleer of de machine correct geïnstalleerd is.
De steunvoetjes zijn niet afgesteld
• Controleer of de machine goed waterpas staat.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Mogelijk bevat de trommel te weinig wasgoed.
• Plaats meer wasgoed in de trommel.
Centrifugeren begint
traag of de machine
centrifugeert niet:
De elektronische voorziening voor het detecteren
van onbalans is ingeschakeld, omdat het wasgoed
niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld. Het wasgoed wordt opnieuw verdeeld doordat de machine
de trommel in tegenovergestelde richting ronddraait. Dit kan verschillende keren nodig zijn voordat
de verkeerde balans verdwijnt en het normale centrifugeren kan worden hervat. Als het wasgoed na enkele minuten nog steeds niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, kan het apparaat niet centrifugeren.
• Het kan zijn dat er te weinig wasgoed in de trommel zit. Voeg wasgoed toe, verdeel de lading met
de hand en kies dan het programma voor centrifugeren.
De machine droogt
niet of droogt niet
goed:
De droogtijd is niet gekozen.
• Selecteer de droogtijd.
De waterkraan is dicht.
• Draai de waterkraan open.
Het afvoerfilter is verstopt.
• Maak het afvoerfilter schoon.
Er zit te veel wasgoed in de machine.
• Haal wat wasgoed uit de trommel.
De gekozen droogtijd of droogtegraad was niet geschikt voor het wasgoed.
• Kies de geschikte droogtijd of droogtegraad voor
het wasgoed.
Het apparaat is uitgerust met een type motor dat
vergeleken met andere traditionele motoren een
De machine maakt een vreemd geluid produceert. Deze nieuwe motor zorgt
ongebruikelijk geluid: voor een soepelere start en een betere verdeling
van het wasgoed in de trommel tijdens het centrifugeren en voor een betere stabiliteit van de machine.
Er is geen water zichtbaar in de trommel:
Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie werken erg zuinig en verbruiken weinig water
zonder dat dit ten koste gaat van de prestatie van de
machine.
1('(5/$1'6
67
Probleem
Mogelijke oorzaak/oplossing
Op het display verschijnt de alarmcode
:
Anti-overloopsysteem geactiveerd.
• Trek de stekker uit het stopcontact, draai de waterkraan dicht en neem contact op met onze service-afdeling.
Het wasgoed zit vol
met pluisjes van verschillende kleuren:
De stof gewassen in de vorige cyclus heeft pluisjes
met een andere kleur afgegeven.
• De droogfase helpt een deel van deze pluisjes te
verwijderen.
• Reinig de kleding met een pluisjesverwijderaar.
In geval van een overmatige hoeveelheid pluisjes
in de trommel, herhaal volgende procedure twee
maal:
• Reinig de lege trommel, de pakking en de deur
grondig met een natte doek.
• Voer een spoelcyclus uit.
• Plaats een wollen of fluwelen doek in de trommel.
• Voer een droogcyclus van 10 minuten uit.
• Verwijder de oude wollen doek.
Nu kunt u andere kledingstukken wassen.
13. MONTAGE
13.1 Uitpakken
1.
Gebruik de handschoenen. De externe folie eraf trekken. Gebruik zo
nodig een mes.
2.
3.
Verwijder de kartonnen deksel.
Verwijder de piepschuim verpakkingsmaterialen.
68 www.aeg.com
4.
De interne folie eraf trekken.
5.
Open de deur. Verwijder het piepschuim blok van de deur en alle andere onderdelen uit de trommel.
6.
Plaats het piepschuim verpakkingsmateriaal op de vloer achter het apparaat. Plaats het apparaat met de
achterzijde voorzichtig op het kartonnen deksel. Zorg dat u de slangen niet beschadigt.
7.
Verwijder de piepschuim bescherming van de onderkant.
Zet het apparaat weer rechtop.
8.
1
2
1('(5/$1'6
9.
69
Verwijder het aansluitsnoer en de
afvoerslang van de slanghouders.
10. Draai de drie transportbouten los.
Gebruik de bij het apparaat geleverde moersleutel.
11. Trek de bouten met de plastic tussenstukken eruit.
12. Doe de plastic dopjes in de gaatjes.
U vindt deze doppen in de zak van
de gebruikershandleiding.
WAARSCHUWING!
Verwijder alle transportbouten
en verpakking voordat u het apparaat installeert.
Wij raden u aan om alle transportbouten en verpakking te bewaren voor als u het apparaat
gaat verplaatsen.
70 www.aeg.com
13.2 Plaatsing en waterpas zetten
• Installeer het apparaat op een vlakke
harde vloer.
• Zorg ervoor dat de luchtcirculatie
rondom de wasautomaat niet wordt
belemmerd door tapijt, vloerbedekking, enz.
• Zet het apparaat zorgvuldig waterpas
door de stelvoetjes in of uit te draaien.
• Als het apparaat waterpas is gezet,
draait u de sluitmoeren vast.
• Het apparaat moet waterpas en stabiel staan.
Leg nooit karton, hout of iets
dergelijks onder het apparaat om
oneffenheden van de vloer te
compenseren.
Als het onvermijdelijk is om de wasautomaat naast een gasfornuis of kolenkachel te plaatsen, moet er een isolatieplaat bedekt met aluminiumfolie aan de
kant van het fornuis of de kachel tussen
beide apparaten geplaatst worden.
Voordat u het apparaat op kleine tegels
plaatst, brengt u een rubbermat aan.
De toevoer- en afvoerslang mogen niet
geknikt zijn.
LET OP!
Het apparaat mag niet worden
geïnstalleerd in ruimtes waar de
temperatuur onder 0°C kan komen.
13.3 De toevoerslang
• Sluit de slang aan op het apparaat.
Draai de toevoerslang alleen naar links
of rechts. Maak de ringmoer los om
hem in de juiste stand te zetten.
20
O
45
O
1('(5/$1'6
71
• Sluit de watertoevoerslang aan op een
koudwaterkraan met 3/4-schroefdraad.
LET OP!
Zorg ervoor dat de koppelingen
niet lekken.
Gebruik geen verlengslang als
de toevoerslang te kort is. Neem
contact op met de klantenservice
voor vervanging van de toevoerslang.
Waterstop
De watertoevoerslang is voorzien van
een waterstop. Dit toestel voorkomt lekkage in de slang door natuurlijke slijtage. Het rode gedeelte in het venster «A»
toont deze storing.
Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht
en neemt u contact op met de klantenservice om de slang te laten vervangen.
A
13.4 Waterafvoer
Er zijn verschillende procedures om de
afvoerslang aan te sluiten:
Met de plastic slanggeleider.
72 www.aeg.com
• Op de rand van een gootsteen.
• Zorg dat de plastic geleider niet kan
bewegen als het apparaat water afvoert. Bevestig de geleider op de waterkraan of wand.
• Op een standpijp met ventilatieopening.
Raadpleeg de illustratie. Rechtstreeks
in een afvoerpijp op een hoogte van
niet minder dan 60 cm en niet meer
dan 100 cm. Het einde van de afvoerslang moet altijd geventileerd zijn,
d.w.z. dat de binnendiameter van de
afvoerpijp groter moet zijn dan de buitendiameter van de afvoerslang.
Zonder de plastic slanggeleider.
• Op een gootsteenafvoer.
Raadpleeg de illustratie. Plaats de afvoerslang in de gootsteenafvoer en
draai vast met een clip. Zorg dat de afvoerslang een bocht maakt om te
voorkomen dat resterende deeltjes uit
de gootsteen in het apparaat komen.
• Direct op een ingebouwde afvoerpomp in de kamerwand en zet vast
met een klem.
U kunt de afvoerslang maximaal
400 cm verlengen. Neem contact
op met de klantenservice voor
de andere afvoerslang en het
verlengstuk.
1('(5/$1'6
73
14.1 Inbouwen
• Dit apparaat is ontworpen om in een
keuken ingebouwd te kunnen worden.
De uitsparingen moeten de afmetingen hebben die in afbeelding 1 worden weergegeven.
600 mm
min.
596 mm
560 mm
555 mm
min.
820 mm
818 mm
75 mm
60 mm
100 mm
170 mm
Afb. 1
Voorbereiding en montage van de deur
• Het apparaat is in de fabriek voorbereid voor een montage van een deur
die van rechts naar links opent (afbeelding 2).
Afb. 2
16-22 mm
X
Ø 35 mm
416
mm
22±1,5 mm
14 mm
595-598 mm
Afb. 3
• Deur
De deur moet de volgende afmetingen hebben:
– Breedte 595-598 mm
– Dikte 16-22 mm
– De hoogte X is afhankelijk van de
afmetingen van de aansluitende
kastjes (afbeelding 3).
74 www.aeg.com
1
2
• Scharnieren
Om de scharnieren te monteren,
boort u twee gaten (diameter 35 mm,
diepte 12,5-14 mm afhankelijk van de
diepte van de kastdeur) aan de binnenkant van de deur. De afstand tussen de middelpunten van de gaten
moet 416 mm bedragen
De afstand van de bovenrand van de
deur naar het midden van de gaten
hangt af van de afmetingen van de
aansluitende kastjes.
De scharnieren worden aan de deur
bevestigd door middel van twee houtschroeven 1 en 2 (afbeelding 4), die
met het apparaat zijn meegeleverd.
Afb. 4
• De deur monteren
Bevestig de scharnieren door middel
van de M5x15-schroeven. De scharnieren kunnen zodanig worden afgesteld
dat ze eventuele oneffenheden in de
dikte van de deur compenseren.
Om de deur perfect te laten aansluiten op de andere kastjes, moet u de
schroef losdraaien, de deur afstellen
en de schroef A weer aandraaien (afbeelding 5).
A
B
Schroef B (afbeelding 5) mag
niet worden verwijderd.
Afb. 5
A
B
C
• Tegenmagneet
Het apparaat is in de fabriek zo ingesteld dat de deur magnetisch sluit.
Om de juiste werking van dit apparaat
mogelijk te maken, moet u de tegenmagneet A (stalen schijf + rubberen
ring) aan de binnenkant van de deur
schroeven.
De positie ervan moet overeenkomen
met de magneet B op het apparaat
(afbeelding 6).
U mag schroef C niet verwijderen.
Afb. 6
1('(5/$1'6
D
A
Als de deur van links naar rechts geopend moet worden, draait u de stand
van de platen E , de magneet D en de
plaat C om. Monteer de tegenmagneet
D en de scharnieren A zoals hierboven
beschreven (afbeelding 7).
LET OP!
U mag schroef B niet verwijderen.
C
E
B
Afb. 7
15. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het
symbool . Gooi de verpakking in
een geschikte verzamelcontainer om
het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
75
elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het
symbool niet weg met het
huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u
in de buurt of neem contact op met
de gemeente.