Probeer niet om het glazen plateau met de hand te
draaien, want dit zou het aandrijfsysteem kunnen
beschadigen. Kijk, wanneer het plateau niet goed
draait, of er zich geen vreemde deeltjes onder het
plateau bevinden.
Met het plateau in stilstand kunnen grote schalen
over het volledige oppervlak van de oven gebruikt
worden. In dat geval moet halverwege het
programma de houder gedraaid worden of de
inhoud omgeroerd worden.
1.5 WERKINGSPRINCIPE
De voor het koken gebruikte microgolven zijn
elektromagnetisch. Deze komen veel voor in onze
omgeving, zoals radio-elektrische golven, licht en
infrarode straling.
Hun frequentie ligt in de band van 2450 MHz.
Hun gedrag:
• Zij worden weerkaatst door metalen.
• Zij gaan dwars door alle andere materialen
heen.
• Zij worden geabsorbeerd door water-, vet-
en suikermoleculen.
Wanneer een voedingsmiddel wordt blootgesteld
aan microgolven, gaan de moleculen snel bewegen,
waardoor verwarming optreedt.
De golven dringen ca. 2,5 cm in het voedingsmiddel,
als dit dikker is, wordt de kern hiervan d.m.v.
geleiding verwarmt, net zoals bij een traditionele
bereiding.
Het is goed om te weten dat microgolven binnen
in het voedingsmiddel een eenvoudig thermisch
fenomeen veroorzaken en niet schadelijk voor de
gezondheid zijn.
2.1 UITPAKKEN
Pak na ontvangst het apparaat uit of laat dit
onmiddellijk uitpakken. Controleer het algemeen
aanzicht. Laat eventuele opmerkingen noteren
op de vrachtbrief waarvan u een kopie bewaart.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal. Controleer
en let op de kenmerken van het apparaat
aangegeven op het typeplaatje (2.1.1)
2.2 KEUZE VAN DE PLAATSING EN INBOUW
Dit apparaat moet in een inbouwkast worden
geïnstalleerd, zoals te zien is op het installatieschema
(2.2.1 tot 2.2.3).
Gebruik uw apparaat niet onmiddellijk (wacht 1
tot 2 uur) na het van een koude ruimte naar een
warme ruimte gebracht te hebben, want door de
condens kan er een storing optreden.
Centreer de oven in het meubel en bewaar daarbij
een afstand van minstens 10 mm tot het meubel
ernaast. Het materiaal van het inbouwmeubel
moet warmtebestendig zijn (of bekleed zijn met
dergelijk materiaal).
Bevestig de oven voor meer stabiliteit in het
meubel met behulp van 2 schroeven door de
daartoe voorziene gaten.
2.3 ELEKTRISCHE AANSLUITING
Opgelet:
De installatie mag uitsluitend worden
uitgevoerd door gekwaliceerde installateurs
en monteurs.
De elektrische aansluiting moet verzekerd worden
door een correcte inbouw. De elektrische aansluiting
moet verwezenlijkt worden voordat het apparaat in
het meubel geplaatst wordt.
Contoleer dat:
- het vermogen van de installatie voldoende is
(16 Ampère).
Opgelet:
De beveiligingsdraad (groen-geel) is aangesloten
op de aardaansluiting van het apparaat en moet
worden aangesloten op de aardaansluiting van
de installatie.
Als de oven om het even welk probleem geeft, koppelt
u het toestel af of verwijdert u de zekering die met de
lijn overeenkomt waarop de oven is aangesloten.
Onze verantwoordelijkheid zal niet worden geclaimd
in het geval van een ongeval of incident als gevolg van
een onbestaande, defecte of onjuiste aarding.
Als de elektriciteitsinstallatie van uw woning gewijzigd
moet worden om uw apparaat aan te sluiten, doet u het
beste een beroep op een gekwaliceerde elektricien.
Bij onderhoudsverrichtingen moet het toestel
afgekoppeld worden van het elektriciteitsnet, moeten
de zekeringen afgekoppeld of verwijderd worden.
Installatie
2
NEDERLANDS