Yamaha YSP-800 de handleiding

Categorie
Audiomixers
Type
de handleiding
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later
nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit geluidssysteem op een goed geventileerde, koele,
droge en schone plek met tenminste 5 cm ruimte vrij boven (of
onder) dit toestel - uit de buurt van direct zonlicht,
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur,
motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen
van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving
met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een
luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel
condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken,
brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen
vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of
spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop
dit toestel:
Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken
en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren.
Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische schokken
voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen
veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel
terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst.
Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/
of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit
kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge
doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk
en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk
letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige
schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander
voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te
repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
14 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv.
vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
15 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over veel
voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie
trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
16
Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te drukken
om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het
stopcontact te halen.
17 Er zal zich condens vormen wanneer de omgevingstemperatuur
plotseling verandert. Haal de stekker uit het stopcontact en laat
het toestel met rust.
18 Wanneer het toestel langere tijd achter elkaar gebruikt wordt, kan
het warm worden. Schakel de stroom uit en laat het toestel
afkoelen.
19 Installeer dit toestel in de buurt van het stopcontact op zon
manier dat u gemakkelijk bij de stekker kunt.
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK
NEEMT.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL
IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF
REGEN.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang
de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf
uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze
toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid
stroom te verbruiken.
LET OP
Er bestaat gevaar voor ontploffing indien de batterij niet
correct wordt vervangen. Vervang een batterij uitsluitend door
één van hetzelfde of een gelijkwaardig type.
LET OP
Gebruik van bedieningsorganen of instellingen of uitvoeren
van handelingen anders dan aangegeven in dit document
kunnen leiden tot blootstelling aan gevaarlijke stralen.
Alleen voor klanten in Nederlands
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer
deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar
inleveren als KCA.
1
Nederlands
VOORBEREIDINGEN
INLEIDING
SETUP
BASISBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AANVULLENDE
INFORMATIE
OVERZICHT ......................................................... 2
KENMERKEN ...................................................... 3
GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING ..... 4
MEEGELEVERDE ACCESSOIRES .................. 5
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES ........ 6
Voorpaneel ................................................................ 6
Display voorpaneel ................................................... 7
Achterpaneel ............................................................. 8
Afstandsbediening .................................................... 9
INSTALLATIE .................................................... 11
Voor u dit toestel gaat installeren ........................... 11
Installeren van dit toestel ........................................ 11
AANSLUITINGEN ............................................. 14
Aansluiten van een tv .............................................. 15
Aansluiten van een DVD-speler/recorder ............... 16
Aansluiten van een videorecorder .......................... 17
Aansluiten van een digitale satellietontvanger of
kabel-tv ontvanger .............................................. 18
Aansluiten van andere externe apparatuur .............. 19
Aansluiten van een subwoofer ................................ 20
Aansluiten van de stroomkabel ............................... 21
VAN START ........................................................ 22
Inzetten van batterijen in de afstandsbediening ...... 22
Bereik van de afstandsbediening ............................ 22
Gebruiken van de afstandsbediening ...................... 23
Inschakelen ............................................................. 23
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU .............. 24
Weergeven van het in-beeld display (OSD) ........... 24
Schema van het SET MENU .................................. 25
AUTO SETUP ...................................................... 26
Schema van het AUTO SETUP .............................. 26
Installeren van de optimalisatiemicrofoon .............. 27
Gebruiken van het AUTO SETUP ......................... 28
GEBRUIKEN VAN HET
SYSTEEMGEHEUGEN ................................. 34
Instellingen opslaan ................................................ 34
Instellingen laden .................................................... 35
WEERGAVE ........................................................37
Selecteren van een signaalbron ............................... 37
Weergeven van signaalbronnen .............................. 38
Instellen van het volume ......................................... 38
Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave ...... 39
GELUIDSBUNDELS ...........................................40
5 geluidsbundels ..................................................... 41
Stereo plus 3 geluidsbundels .................................. 41
3 geluidsbundels ..................................................... 42
Stereoweergave ....................................................... 42
Gerichte weergave .................................................. 43
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE .......44
Profiteren van surroundweergave
van 2-kanaals bronnen ................................................. 45
Profiteren van surroundweergave bij tv programma’s
.....46
Instellen van surroundfunctie parameters ............... 47
GEBRUIKEN VAN
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S ...............49
Wat is een geluidsveld? .......................................... 49
Inschakelen van CINEMA DSP programma’s ....... 50
Uitschakelen van CINEMA DSP programma’s ..... 51
Instellen van de CINEMA DSP niveaus ................. 51
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE
......52
GEBRUIKEN VAN TruBass
.................................54
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER
...............55
Instellen van de slaaptimer ..................................... 55
Annuleren van de slaaptimer .................................. 56
BASIC SETUP ......................................................57
MANUAL SETUP ................................................63
Gebruiken van het MANUAL SETUP ................... 64
BEAM MENU ........................................................ 65
SOUND MENU ...................................................... 69
INPUT MENU ........................................................ 71
DISPLAY MENU ................................................... 73
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS .........75
Instellen van het maximum volumeniveau ............. 75
Beveiligen van de huidige instellingen ................... 76
Initialiseren van de huidige instellingen ................. 77
Instellen van de audiobalans ................................... 78
SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE
....81
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
...82
Instellen van afstandsbedieningscodes ................... 82
Bedienen van andere componenten ........................ 83
Gebruiken van de tv-macrofunctie ......................... 85
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ......................87
WOORDENLIJST ...............................................90
Audioformaten ........................................................ 90
Audio informatie ..................................................... 90
INDEX ...................................................................91
TECHNISCHE GEGEVENS ..............................92
INHOUD SOPGAVE
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
SETUP
BASISBEDIENING
GEAVANCEERDE BEDIENING
AANVULLENDE INFORMATIE
OVERZICHT
2
Om thuis te kunnen genieten van surroundweergave, zult u in het algemeen eerst allerlei luidsprekers, compleet met alle
bijbehorende draden moeten opstellen en aansluiten en dan maar hopen dat uw kamer een beetje zal klinken zoals u dat
gewend bent in de bioscoop.
Yamaha’s YSP-800 Digital Sound Projector bewijst nu echter dat genieten van multikanaals surroundweergave niet
gepaard hoeft te gaan met een moeizame opstelling en instelling van allerlei verschillende luidsprekers in een wirwar van
draden en snoeren.
Dit slanke toestel biedt een elegante oplossing voor de ingewikkelde bedrading en installatie die vroeger nodig was, en is
niet alleen gemakkelijk gebruiksklaar te maken, maar ook in staat om u de krachtige weergave te leveren waar u al zo
lang op heeft gewacht, met z’n ingebouwde subwoofers (2) en een veelheid aan individuele luidsprekers (21).
Via de aparte parameters kunt u de vertraging voor de verschillende geluidsbundels exact instellen, zodat het geluid
precies zo gericht wordt dat het de luisterplek van alle kanten tegelijk bereikt.
De YSP-800 projecteert geluidsbundels met de juiste surroundsignalen voor de luidsprekerposities rechts voor (R), links
voor (L), rechts surround (SR) en links surround (SL) door het geluid via de wanden van uw kamer te laten weerkaatsen
voor het op uw luisterplek aankomt. Voeg daaraan een geluidsbundel voor het middenkanaal (C) toe en deze Digital
Sound Projector zorgt voor een levensechte 5.1 kanaals surroundweergave die u het gevoel geeft alsof uw kamer echt
volgestouwd is met losse luidsprekers.
Ga er maar eens lekker voor zitten en geniet van deze eenvoudige, maar o zo stijlvolle Digital Sound Projector.
OVERZICHT
SL
SR
R
L
C
Luisterplek
Denkbeeldige
linker surround-
luidspreker
Denkbeeldige
rechter surround-
luidspreker
Denkbeeldige
linker voor-
luidspreker
Denkbeeldige
rechter voor-
luidspreker
Denkbeeldige
midden-
luidspreker
KENMERKEN
3
INLEIDING
Nederlands
Digital Sound Projector
Dit toestel maakt gebruik van digitale geluidsprojectie-
technologie zodat één enkel slank apparaat verschillende
geluidskanalen kan produceren en aansturen voor een
levensechte 5.1-kanaals surroundweergave, zonder
satellietluidsprekers en alle bedrading die normaal
gesproken nodig zou zijn voor gewone surroundsystemen.
Dit toestel is uitgerust met de volgende standen voor
maximaal 5 geluidsbundels zodat u de karakteristieken
van de geluidsbundels optimaal kunt aanpassen aan uw
luisteromgeving.
5 geluidsbundels
ST(STEREO)+3 geluidsbundels
3 geluidsbundels
Stereoweergave
Gerichte weergave
Cinema DSP Digital
Dit toestel maakt gebruik van de Cinema DSP Digital
technologie van YAMAHA Electronics Corp. zodat u
thuis van films kunt genieten met alle dramatische
geluidseffecten zoals de regisseur die bedoeld heeft.
In-beeld display (OSD)
Dit toestel maakt gebruik van een in-beeld display (OSD),
in feite een beeld dat over het normale beeld op uw scherm
wordt geprojecteerd. Het in-beeld display wordt gebruikt
om de systeeminformatie weer te geven of om instellingen
voor de systeemparameters te wijzigen.
Veelzijdige afstandsbediening
De meegeleverde afstandsbediening is
voorgeprogrammeerd met afstandsbedieningscodes voor
een op dit toestel aangesloten DVD-speler, videorecorder,
kabel-tv ontvanger en digitale satellietontvanger.
Daarnaast is de afstandsbediening uitgerust met een zg.
macro-functie waarmee u een reeks handelingen kunt
uitvoeren met één enkele toets.
AUTO SETUP
Dit toestel stelt de geluidsbundels automatisch optimaal in met
behulp van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer
(YPAO) technologie en een meegeleverde
optimalisatiemicrofoon, zodat u niet een moeizame setup hoeft te
doorlopen waarbij u naar alle luidsprekers moet luisteren, maar
gemakkelijk de optimaal aan uw luisteromgeving aangepaste
instellingen voor de geluidsbundels kunt laten maken.
Compatibiliteit met de nieuwste technologie
Dit toestel maakt gebruik van decoders die geschikt zijn
voor Dolby Digital, DTS (Digital Theater Systems),
Dolby Pro Logic, Dolby Pro Logic II en DTS Neo:6.
Dolby Digital
Dit is de standaard audiosignaal-formattering voor DVD’s en
andere volledig digitale media. Deze surroundtechnologie
levert digitale audio van hoge kwaliteit voor maximaal 5.1
gescheiden kanalen voor gerichte en realistische
geluidseffecten.
DTS (Digital Theater Systems)
Dit is een audiosignaal-formattering voor DVD’s en andere
volledig digitale media. Deze surroundtechnologie levert
digitale audio van hoge kwaliteit voor maximaal 5.1 gescheiden
kanalen voor gerichte en realistische geluidseffecten.
Dolby Pro Logic
Deze verfijnde matrix decoderingstechnologie zet 2-kanaals
stereomateriaal om naar de volledige 5.1 kanalen vereist voor
een volledige surroundweergave.
Dolby Pro Logic II
Dit is in wezen een opnieuw ontworpen versie van Dolby Pro
Logic met 2 stereo surroundkanalen, een subwoofer en een enorm
verbeterde logische aansturing. Deze verbeteringen resulteren in
een enorm stabiel geluidsveld dat een veel betere simulatie biedt
van 5.1 kanaals weergave dat de originele Dolby Pro Logic.
Daarnaast biedt Dolby Pro Logic II Movie, Music en Game
standen speciaal voor, respectievelijk, films, muziek en spelletjes.
DTS Neo:6
Deze technologie bewerkt conventioneel 2 kanaals materiaal
voor weergave via 6 kanalen, zodat u ten volle kunt profiteren
van een weergave met een hogere kanaalscheiding. De Music
en Cinema standen zijn speciaal bedoeld voor de weergave
van muziek, respectievelijk films.
Het “ ” logo en “Cinema DSP” zijn gedeponeerde
handelsmerken van YAMAHA Corporation.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, en het dubbele-D symbool zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
“DTS” en “Neo:6” zjn handelsmerken van Digital Theater
Systems, Inc.
Gefabriceerd onder licentie van 1 Ltd. Wereldwijde patent
aangevraagd.
Het ‘ ’-logo en ‘Digital Sound Projector
’ zijn
handelsmerken van 1 Ltd.
TruBass, SRS en het “ ” symbool zijn gedeponeerde
handelsmerken van SRS Labs, Inc. TruBass technologie wordt
gebruikt onder licentie van SRS Labs, Inc.
KENMERKEN
GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING
4
In deze handleiding wordt beschreven hoe u dit toestel dient aan te sluiten en te bedienen. Voor details omtrent de bediening van
externe componenten verwijzen we u naar de handleiding van de component in kwestie.
Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. In dergelijke
gevallen zal de handeling worden beschreven aan de hand van de toetsen op de afstandsbediening.
y geeft een bedieningstip aan.
Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg
van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
1 Installeer dit toestel in uw luisterruimte.
Zie “INSTALLATIE” op bladzijde 11.
2 Sluit dit toestel aan op uw tv en andere externe apparatuur.
Zie “AANSLUITINGEN” op bladzijde 14.
3 Maak de afstandsbediening gebruiksklaar en zet dit toestel aan.
Zie “VAN START” op bladzijde 22.
4 Schakel de AUTO SETUP in.
Zie “AUTO SETUP” op bladzijde 26.
5 Laat een signaalbron weergeven en luister naar de surroundweergave.
Zie “WEERGAVE” op bladzijde 37.
6 Schakel de MANUAL SETUP in en gebruik de afstandsbediening om de instellingen aan te passen.
Zie “MANUAL SETUP” op bladzijde 63 en “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 82.
GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING
Opmerkingen
Als u aanvullende instellingen en
aanpassingen nodig vindt
MEEGELEVERDE ACCESSOIRES
5
INLEIDING
Nederlands
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
MEEGELEVERDE ACCESSOIRES
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
TV
Afstandsbediening (×1)
Batterijen (×2)
(AA, R6, UM-3)
Videokabel voor het in-beeld
display (×1)
Optimalisatiemicrofoon (×1)
Bevestigingsmateriaal (×4)
Audio penstekkerkabel (×1)
Digitale audio penstekkerkabel (×1)
Optische kabel (×1)
Kabelklem (×1)
Kartonnen
microfoonstandaard (×1)
(Oranje)
(Wit/Rood)
(Geel)
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
6
1 OPTIMIZER MIC aansluiting
Hierop dient u de optimalisatiemicrofoon aan te
sluiten die gebruikt wordt bij de AUTO SETUP (zie
bladzijde 27).
2 Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de
toestand waarin het toestel zich bevindt.
3 Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
4 INPUT
Druk herhaaldelijk op deze toets om een andere
signaalbron in te schakelen (TV, VCR, DVD of AUX). Zie
bladzijde 37 voor details.
5 VOLUME/+
Hiermee kunt u het volume van alle audiokanalen tegelijk
instellen (zie bladzijde 38).
6 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby, zie bladzijde
23).
Wanneer u het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 4 a 5
seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven.
Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een
heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan
worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
1 2 3
4 5 6
STANDBY/ONVOLUME
+
INPUT
Opmerkingen
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
7
INLEIDING
Nederlands
1 NIGHT indicator
Licht op wanneer u een volumefunctie selecteert
(zie bladzijde 52).
2 SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld
(zie bladzijde 55).
3 Decoder indicators
Licht op wanneer de corresponderende decoder van dit
toestel in werking is (zie bladzijde 44).
4 Volumeniveau indicator
Hiermee wordt het huidige volumeniveau aangegeven (zie
bladzijde 38).
5 Multifunctioneel display
Hierop wordt informatie getoond wanneer u de parameters
van het toestel instelt.
y
U kunt de helderheid van het display op het voorpaneel regelen
via de DISPLAY MENU parameters in de MANUAL SETUP
(zie bladzijde 73).
Display voorpaneel
NIGHT SLEEP PCM PL
m
ft
mS
dB
VOLDIGITAL
5
412 3
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
8
1 VCR analoge audio ingangsaansluitingen
Hierop kunt u uw videorecorder analoog aansluiten
(zie bladzijde 17).
2 TV/STB analoge audio ingangsaansluitingen
Hierop kunt u uw tv, digitale satellietontvanger en kabel tv
ontvanger analoog aansluiten (zie de bladzijden 15 en 18).
3 SUBWOOFER OUT aansluiting
Hierop kunt u een subwoofer aansluiten (zie bladzijde 20).
4 VIDEO OUT aansluiting
Hierop kunt u de video-ingang van uw tv aansluiten om
het in-beeld display (OSD) van dit toestel op het scherm
weer te kunnen geven (zie bladzijde 15).
5 TV/STB OPTICAL DIGITAL INPUT aansluiting
Hierop kunt u uw tv, digitale satellietontvanger en kabel tv
ontvanger aansluiten via een optisch digitale verbinding
(zie de bladzijden 15 en 18).
6 AUX OPTICAL DIGITAL INPUT aansluiting
Hierop kunt u een externe component met een eigen
optisch digitale aansluiting aansluiten (zie bladzijde 19).
7 DVD COAXIAL DIGITAL INPUT aansluiting
Hierop kunt u een DVD-speler met een eigen coaxiaal
digitale aansluiting aansluiten (zie bladzijde 16).
8 SYSTEM CONNECTOR aansluiting
(Alleen modellen voor de VS en Canada)
Hierop kunt u een YAMAHA subwoofer aansluiten
met een SYSTEM CONNECTOR aansluiting (zie
bladzijde 20).
9 Netsnoer
Hiermee verbindt u het toestel met het stopcontact
(zie bladzijde 21).
Achterpaneel
9
1234 5 6 7 8
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
(Modellen voor de VS en Canada)
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
9
INLEIDING
Nederlands
In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de
bij dit systeem behorende afstandsbediening beschreven.
y
U kunt ook andere apparatuur aansturen met de
afstandsbediening wanneer u de juiste afstandsbedieningscodes
geprogrammeerd heeft. Zie “Bedienen van andere componenten”
op bladzijde 83 voor details.
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel uit (standby, zie bladzijde 23).
3 Zend-indicator
Licht op wanneer er infraroodsignalen worden uitgezonden.
4 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee kunt u een signaalbron (TV, STB, VCR, DVD of
AUX) selecteren en de set bedieningstoetsen van de
afstandsbediening veranderen (zie bladzijde 37).
5 TruBass
Hiermee kunt u de lage tonen extra laten versterken (zie bladzijde 54).
6 YSP
Hiermee kunt u de bedieningsfunctie van dit toestel omschakelen.
7 Cijfertoetsen
Hiermee kunt u cijfers invoeren.
8 Geluidsveldprogramma-toetsen
Hiermee kunt u het gewenste geluidsveldprogramma
selecteren (zie bladzijde 49).
9 CH LEVEL
Instellen van het uitgangsniveau voor elk kanaal (zie bladzijde 79).
0 Cursortoetsen / / / , ENTER
Hiermee kunt u SET MENU items selecteren en instellen.
A TEST
Met deze toets kunt u de testtoon laten weergeven voor het
instellen van elk van de luidsprekers (zie bladzijde 78).
B VOLUME +/
Hiermee verhoogt of verlaagt u het door dit systeem
geproduceerde volumeniveau (zie bladzijde 38).
C MUTE
Deze toets schakelt de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk
nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het
oorspronkelijke volume voort te zetten (zie bladzijde 39).
D TV INPUT
Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv (zie
bladzijde 83).
E DVD-speler/Videorecorder bedieningstoetsen
Hiermee kunt u uw DVD-speler of videorecorder
bedienen (zie de bladzijden 83 en 84).
F TV POWER
Hiermee zet u de tv aan of uit (standby, zie bladzijde 83).
G AV POWER
Hiermee zet u de geselecteerde component aan of uit
(standby, zie de bladzijden 83 en 84).
H INPUT1/INPUT2
Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv.
Afstandsbediening
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
TARGET
TV
1
2
4
6
7
9
0
A
E
I
J
N
K
O
P
Q
S
5
3
H
M
8
L
D
C
R
B
G
F
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
10
I MACRO
Hiermee kunt u de macro-functie voor de tv instellen (zie
bladzijde 85).
J INPUTMODE
Schakelt tussen de ingangsfuncties (AUTO, DTS of
ANALOG). Zie bladzijde 37 voor details.
K SLEEP
Hiermee kunt u de slaaptimer instellen (zie bladzijde 55).
L Geluidsbundel functietoetsen
Hiermee kunt u de gebruiksfunctie voor de geluidsbundels
wijzigen (zie bladzijde 40).
M VOL MODE
Hiermee kunt u de volumefuncties aan of uit zetten (zie
bladzijde 52).
N SURROUND
Hiermee selecteert u de surroundfunctie voor de
geluidsweergave (zie bladzijde 44).
O MENU
Laat het setup instelmenu op uw tv of monitor verschijnen
(zie de bladzijden 28, 57 en 64).
Het DVD menu zal worden weergegeven wanneer DVD is
geselecteerd als signaalbron.
P RETURN
Hiermee selecteert u de instellingen voor de slaaptimer, of
gaat u terug naar het vorige SET MENU scherm.
Q TV VOL +/–
Regelt het volume van de tv (zie bladzijde 83).
R CH +/–
Hiermee kunt een ander kanaal kiezen op uw tv of
videorecorder (zie de bladzijden 83 en 84).
S TV MUTE, CODE SET
Hiermee kunt u de geluidsweergave van de tv tijdelijk
uitschakelen (zie bladzijde 83).
Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen (zie
bladzijde 82).
Opmerking
INSTALLATIE
11
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat een geschikte plek is om het toestel op te stellen, met behulp van een metalen
wandbeugel, een rek of een standaard.
Dit toestel zorgt voor surroundweergave door gericht
geprojecteerde geluidsbundels te weerkaatsen via de
wanden van uw luisterruimte. Het is mogelijk dat het
surroundeffect zoals geproduceerd door dit toestel
tegenvalt wanneer het toestel is geïnstalleerd op één van
de volgende plekken.
In kamers met oppervlakken die de geluidsbundels
onvoldoende reflecteren
Kamers met akoestisch absorberende oppervlakken
Kamers die kleiner of groter zijn de volgende maten
b (3 tot 7 m) x h (2 tot 3,5 m) x d (3 tot 7 m)
Kamers met minder dan 2 m afstand tussen de
luisterplek en de luidsprekerposities
Kamers waarin voorwerpen, zoals meubilair de
geluidsbundels zullen hinderen
Kamers waarin de luisterplek zich dicht bij een wand
bevindt
Kamers waarin de luisterplek zich niet voor dit toestel
bevindt
Bij het installeren van dit toestel moet u voldoende
ventilatieruimte vrij laten zodat de gegenereerde warmte weg
kan. Laat tenminste 5 cm ruimte vrij boven of onder dit toestel.
We raden u aan dit toestel niet zo te plaatsen dat het direct op de
vloer van uw luisterruimte staat. Installeer dit toestel met behulp
van een metalen wandbeugel, rek of standaard.
Dit toestel weegt 9,0 kg. U dient er zorg voor te dragen dat het
toestel niet kan vallen wanneer het wordt blootgesteld aan
trillingen, bijvoorbeeld bij een aardbeving, en dat het toestel
buiten bereik van kinderen blijft.
Bij gebruik van een conventionele tv met een beeldbuis (CRT),
mag dit toestel niet direct boven uw tv worden geïnstalleerd.
Dit toestel is magnetisch afgeschermd. Indien echter het beeld
van uw tv toch gestoord of vervormd raakt, raden we u aan de
luidsprekers verder bij uw tv vandaan te zetten.
Installeer het toestel zo dat de geluidsbundels niet
gehinderd worden door obstakels, zoals meubilair. Anders
is het mogelijk dat het surroundeffect tegenvalt.
U kunt dit toestel parallel aan de wand of in een hoek
installeren.
Installatie parallel aan een wand
Installeer dit toestel exact in het midden van de wand,
zoals gemeten vanaf de linker en rechter hoek.
Hoekinstallatie
Installeer dit toestel in de hoek, met een hoek van 40º tot
50º ten opzichte van de beide wanden.
y
Welke geluidsbundels gebruikt kunnen worden hangt mede af van
de plaats waar het toestel geïnstalleerd wordt (zie bladzijde 40).
Alle geluidsbundels zijn bruikbaar wanneer het toestel parallel
aan de wand wordt geïnstalleerd, maar de standen met 3 en 5
geluidsbundels zijn niet mogelijk wanneer het toestel in de hoek
wordt geplaatst.
INSTALLATIE
Voor u dit toestel gaat installeren
Opmerkingen
5 cm of meer
Achter
Voor
Zij-aanzicht
Installeren van dit toestel
Voorwerpen zoals
meubelstukken
40° t/m 50°
Voorwerpen zoals
meubelstukken
12
INSTALLATIE
Verwijderen van de metalen pakstukken
van het achterpaneel
Op het achterpaneel zitten twee metalen onderdelen die
gebruikt worden bij het verpakken van het toestel. Als
deze stukken metaal u in de weg zitten bij de installatie,
kunt u ze gewoon van het achterpaneel af halen.
Nadat u het metalen onderdeel van het achterpaneel verwijderd
heeft, dient u de schroeven weer terug te doen met een
schroevendraaier.
Bij gebruik van een metalen wandbeugel
U kunt de los verkrijgbare metalen wandbeugel gebruiken
om dit systeem aan de wand van uw luisterruimte te
bevestigen.
y
Voor details omtrent het bevestigen van de metalen beugel aan de
wand en het bevestigen van dit systeem aan de metalen beugel
verwijzen we u naar de instructies zoals meegeleverd met de
beugel.
Bij gebruik van een standaard
U kunt uw tv installeren op een in de handel verkrijgbare
standaard of op een rek en dit toestel onder uw tv
installeren.
y
Raadpleeg de instructies voor de standaard in kwestie voor details
omtrent het installeren daarvan, of hoe u dit toestel en de tv aan
de standaard dient te bevestigen.
Bij gebruik van een rek of kast
U kunt dit systeem boven of onder uw tv installeren in een
in de handel verkrijgbaar rek.
Voor de installatie dient u zich ervan te verzekeren dat het rek of
de kast groot genoeg is om voldoende ventilatie rond het toestel
toe te laten (zie bladzijde 11) en sterk genoeg om het gewicht van
zowel dit toestel als uw tv te kunnen dragen.
Opmerkingen
Dit toestel
tv
Metalen wandbeugel
Opmerking
tv
Dit toestel
Standaard
Wanneer dit toestel boven uw tv geïnstalleerd is
Wanneer dit toestel onder uw tv
geïnstalleerd is
13
INSTALLATIE
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Bevestigen van het toestel
Haal de beschermlaag van elk van de vier meegeleverde
stukken bevestigingsmateriaal (klittenband) en bevestig ze
met de ene kant onderaan de vier hoeken van dit toestel en
met de andere kant aan de bovenzijde van de plank, het rek
enz.
Installeer dit toestel niet bovenop een hellend oppervlak.
Hierdoor zou het toestel kunnen vallen, hetgeen tot letsel zou
kunnen leiden.
U moet het oppervlak van het rek e.d. schoonmaken voor u de
bevestigingsmaterialen erop aanbrengt. Wanneer er plakband
wordt aangebracht op een vuil of nat oppervlak, zal dit de
kleefkracht nadelig beïnvloeden, waardoor het toestel zal
kunnen vallen.
Opmerkingen
1
2
Dit toestel
Haal de
beschermlaag
los.
Bevestigingsmateriaal
AANSLUITINGEN
14
Dit toestel is uitgerust met twee optisch digitale aansluitingen, één coaxiaal digitale aansluiting en twee soorten analoge
aansluitingen voor het aansluiten van externe componenten zoals uw tv, DVD-speler, videorecorder, digitale satellietontvanger,
kabel-tv ontvanger en spelcomputer. Bovendien kunt u profiteren van extra versterke lage tonen door een subwoofer aan te sluiten
op dit toestel. Voor details omtrent hoe u diverse soorten apparatuur dient aan te sluiten op dit toestel, zie de bladzijden 15 t/m 20.
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de
componenten gemaakt zijn.
AANSLUITINGEN
LET OP
Audio-aansluiting
Video-aansluiting
DVD-speler
Subwoofer
Dit toestel
Videorecorder
Digitale satellietontvanger,
kabel-tv of spelcomputer
tv
15
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
U kunt een tv aansluiten op dit toestel zodat u het in-beeld display (OSD) kunt bekijken wanneer u het SET MENU
gebruikt.
Als u dit toestel tegelijkertijd aansluit op de analoge audio en optisch digitale audio uitgangsaansluitingen, zoals u kunt zien op de
afbeelding hieronder, zullen de digitale audiosignalen via de optisch digitale uitgangsaansluiting voorrang krijgen over de analoge
audiosignalen die worden geproduceerd via de analoge audio uitgangsaansluitingen.
Digitale en analoge audio-aansluitingen
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Video-aansluitingen
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Aansluiten van een tv
Opmerkingen
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
tv
Analoge audio
uitgangsaansluiting
Optisch digitale
uitgangsaansluiting
RL
(Modellen voor de VS en Canada)
Achterpaneel van dit toestel
Optische kabel (meegeleverd)
Audio penstekkerkabel
(Wit)
(Rood)
(Wit)
(Rood)
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
tv
Video
ingangsaansluiting
Achterpaneel van dit toestel
(Modellen voor de VS en Canada)
Videokabel voor het in-beeld display (OSD) (meegeleverd)
(Geel)(Geel)
16
AANSLUITINGEN
Om een DVD-speler/recorder aan te sluiten dient u de coaxiaal digitale uitgangsaansluiting van uw DVD-apparaat te
verbinden met de coaxiaal digitale ingangsaansluiting van dit toestel (DVD COAXIAL).
Als uw DVD-speler/recorder geen coaxiaal digitale uitgangsaansluiting heeft, kunt u een optisch digitale verbinding
gebruiken.
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Aansluiten van een DVD-speler/recorder
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
Achterpaneel
van dit toestel
Videosignaal naar tv
Coaxiaal digitale
uitgangsaansluiting
Analoge audio
uitgangsaansluiting
Coaxiaal digitale
uitgangsaansluiting
L
R
DVD/Video-speler/
recorder combinatie
DVD-speler/recorder
Videosignaal naar tv
(Modellen voor de VS en Canada)
Audio penstekkerkabel
(Wit)
(Rood)
(Wit)
(Rood)
Digitale audio penstekkerkabel (meegeleverd)
(Oranje)(Oranje)
17
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Om een videorecorder aan te sluiten dient u de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw videorecorder te verbinden
met de analoge audio ingangsaansluitingen van dit toestel (VCR R/L).
Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Aansluiten van een videorecorder
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
Videosignaal naar tv
Achterpaneel van dit toestel
Analoge audio
uitgangsaansluiting
R
L
Videorecorder
(Modellen voor de VS en Canada)
Audio penstekkerkabel
(Wit)
(Rood)
(Wit)
(Rood)
18
AANSLUITINGEN
Om een digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger aan te sluiten, dient u de optisch digitale uitgangsaansluiting van
uw digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger te verbinden met de optisch digitale ingangsaansluiting van dit
toestel (TV/STB OPTICAL). Verbind daarnaast de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw videorecorder met de
analoge audio ingangsaansluitingen van dit toestel (TV/STB R/L).
Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Als uw tv en de op dit toestel aangesloten ontvanger niet geschikt zijn voor digitale uitzendingen, dient u de analoge audio
uitgangsaansluitingen van dit toestel (TV/STB R/L) te verbinden met de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw tv.
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Aansluiten van een digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger
Opmerking
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
Videosignaal naar tv
Achterpaneel van dit toestel
Digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger
Optisch digitale
uitgangsaansluiting
Analoge audio
uitgangsaansluiting
L
R
Analoge audio
uitgangsaansluiting
L
R
tv
(Modellen voor de VS en Canada)
Optische kabel (meegeleverd)
Audio penstekkerkabel
(Wit)
(Rood)
(Wit)
(Rood)
19
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Om andere externe apparatuur aan te sluiten dient u de optisch digitale uitgangsaansluiting van de component in kwestie
te verbinden met de optisch digitale ingangsaansluiting van dit toestel (AUX OPTICAL).
U kunt een DVD-speler/recorder of andere component gebruiken die ondersteuning biedt voor optisch digitale
verbindingen.
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Aansluiten van andere externe apparatuur
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
Optisch digitale
uitgangsaansluiting
Videosignaal naar tv
Spelcomputer enz.
Achterpaneel van dit toestel
(Modellen voor de VS en Canada)
Aan dit toestel bevestigen
Optische glasvezelkabel
Om te voorkomen dat er stekkers
losraken, kunt u de meegeleverde
kabelklem op een geschikte plek
aan het achterpaneel van dit
toestel bevestigen met de open
zijde van de klem naar boven om
zo de kabels op hun plek te
houden.
Optische kabel (meegeleverd)
20
AANSLUITINGEN
Om een subwoofer aan te sluiten dient u de mono ingangsaansluiting van uw subwoofer te verbinden met de mono audio
uitgangsaansluiting van dit toestel (SUBWOOFER OUT).
Als er een subwoofer is aangesloten op dit toestel, zet deze dan aan en open vervolgens de AUTO SETUP (zie bladzijde
26), of selecteer SWFR bij BASS OUT onder SUBWOOFER SET (zie bladzijde 70).
Aansluiten van de SYSTEM CONNECTOR aansluiting (alleen modellen voor de VS en Canada)
Wanneer u een YAMAHA subwoofer met een SYSTEM CONNECTOR aansluiting gebruikt, dient u deze te verbinden
met de SYSTEM CONNECTOR aansluiting van dit toestel. Indien de subwoofer via een systeemaansluiting met dit
toestel is verbonden, zal de aan/uit (standby) stand van de subwoofer zich aanpassen aan de aan/uit (standby) stand van
dit toestel.
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Aansluiten van een subwoofer
VCR
SUBWOOFER
TV/STB
AUDIO INPUT
OUT
OPTICAL
DIGITAL INPUT
TV/STB VIDEO
AUX
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
Mono
ingangsaansluiting
Systeemaansluiting
Subwoofer
Achterpaneel van dit toestel
(Modellen voor de VS en Canada)
(Alleen modellen voor de VS en Canada)
Subwoofer penstekkerkabel
Systeemkabel
(meegeleverd met de YAMAHA subwoofer die voorzien
is van een SYSTEM CONNECTOR aansluiting)
21
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Doe de stekker pas in het stopcontact wanneer alle andere aansluitingen uitgevoerd zijn.
Aansluiten van de stroomkabel
Naar een stopcontact
VAN START
22
1 Houd het teken op de batterijklep
ingedrukt en schuif de klep open.
2 Doe de twee meegeleverde batterijen (AA,
R06, UM-3) in het batterijvak.
U moet de batterijen met de polen (+/–) op de juiste
manier zoals aangegeven in het vak zetten.
3 Doe de batterijklep weer dicht.
Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat: het bereik van de
afstandsbediening afneemt, de indicator niet knippert of dat de
indicator zwakker wordt.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar
(alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de
informatie op de verpakking aandachtig door, want de
verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
Lege batterijen kunnen gaan lekken. Als de batterijen zijn gaan
lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de
batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet
op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon
voor u er nieuwe batterijen in doet.
Gooi batterijen niet samen met het andere huishoudelijke afval
weg. Gooi batterijen alleen weg in overeenstemming met de
plaatselijke regelgeving.
In de volgende gevallen is het mogelijk dat het geheugen van de
afstandsbediening gewist wordt:
De afstandsbediening is langer dan 2 minuten zonder
batterijen.
Er zitten lege batterijen in de afstandsbediening.
Er wordt per ongeluk op de toetsen van de afstandsbediening
gedrukt terwijl u de batterijen aan het verwisselen bent.
Als het geheugen van de afstandsbediening per ongeluk gewist
wordt, dient u de afstandsbedieningscodes opnieuw te
programmeren nadat u nieuwe batterijen in de
afstandsbediening heeft gezet.
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit. Gebruik de afstandsbediening op een afstand van
minder dan 6 m van dit toestel en richt deze daarbij op de
sensor op dit toestel.
Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
Laat de afstandsbediening niet vallen.
Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de
volgende plekken:
zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen, zoals naast
de verwarming of kachel
plekken waar het heel koud wordt
stoffige plekken
Zorg ervoor dat de sensor voor de afstandsbediening op dit
toestel niet blootstaat aan direct zonlicht of andere sterke
verlichting, met name van TL lampen.
Wanneer de batterijen leeg raken zult u merken dat de afstand
waarop de afstandsbediening nog kan worden gebruikt af zal
nemen. Vervang in een dergelijk geval de batterijen zo spoedig
mogelijk door twee nieuwe.
VAN START
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
Opmerkingen
Druk op
Bereik van de afstandsbediening
Opmerkingen
Ongeveer 6 m
23
VAN START
Nederlands
SETUP
Afhankelijk van de geselecteerde signaalbron zullen de
functies van bepaalde toetsen op de afstandsbediening ook
veranderen. Gebruik de ingangskeuzetoetsen (TV, STB,
VCR, DVD of AUX) om een signaalbron te selecteren en
over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor de
signaalbron in kwestie. Druk op YSP om de
bedieningsfunctie van dit toestel om te schakelen. De van
3 t/m 9 genummerde toetsen van de afstandsbediening
werken alleen wanneer u op YSP drukt om naar de
bedieningsfunctie voor dit toestel over te schakelen.
y
U kunt andere componenten bedienen als u de bijbehorende
afstandsbedieningscodes heeft ingesteld (zie bladzijde 82).
Wanneer de juiste afstandsbedieningscodes voor de
signaalbronnen (TV, STB, VCR, DVD en AUX) zijn ingesteld,
kunt u bij “Bedienen van andere componenten” op bladzijde 83
verder lezen wat de functies van de voor een bepaalde signaalbron
beschikbare toetsen precies zijn. Vergeet niet dat de functies van
de van 3 t/m 9 genummerde toetsen op de afstandsbediening
afhangen van de op dit moment geselecteerde signaalbron.
1 Ingangskeuzetoetsen
2 YSP
3 Geluidsbundel functietoetsen
4 Geluidsveldprogramma-toetsen
5 Cursortoetsen / / / , ENTER
6 VOL MODE
7 SURROUND
8 MENU
9 RETURN
1 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel aan
te zetten.
2 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
Wanneer dit toestel uit (standby) staat, zal alleen STANDBY/ON
op het voorpaneel of op de afstandsbediening werken; alle andere
toetsen op het voorpaneel en de afstandsbediening werken pas
wanneer het toestel aan staat.
Gebruiken van de
afstandsbediening
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
TV
TV
1
2
TV
3
TV
4
5
6
7
8
9
Inschakelen
Opmerking
STANDBY/ONVOLUME
++
TV
POWER
AV
POWER
STANDBY/ON
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
TV
STANDBY/ON
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU
24
In dit hoofdstuk wordt heel eenvoudig uit de doeken
gedaan hoe u het in-beeld display (OSD) van dit toestel
kunt bekijken op uw tv en hoe u de nodige instellingen
voor uw kamer kunt maken. Wanneer u hiermee klaar bent
kunt u vanuit uw eigen luie stoel naar de tv kijken terwijl u
geniet van echte surroundweergave.
1 Controleer of video ingangsaansluiting van
uw tv is verbonden met de VIDEO OUT
aansluiting van dit toestel om het in-beeld
display (OSD) op het tv-scherm weer te
kunnen geven.
2 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel aan
te zetten.
3 Zet nu uw tv aan.
4 Druk op TV op de afstandsbediening om het
in-beeld display (OSD) van dit toestel op uw
tv-scherm te laten verschijnen.
Het kan een paar tellen duren voor het in-beeld
display (OSD) van dit toestel op het tv-scherm
verschijnt.
Als het in-beeld display niet verschijnt, dient u met de
afstandsbediening van uw tv over te schakelen naar
het juiste kanaal.
Andere toetsen die het in-beeld display
doen verschijnen
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU
Weergeven van het in-beeld
display (OSD)
STANDBY/ON
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
TV
Schermvoorbeeld in-beeld
display


 TV
AUTO:ANALOG
Toetsen op de afstandsbediening die het
in-beeld display doen verschijnen
Bladzijde
1 Ingangskeuzetoetsen
37
2 TruBass
54
3 Geluidsbundel functietoetsen
40
4 Geluidsveldprogramma-toetsen
49
5 CH LEVEL
79
6 VOLUME +/
38
7 MUTE
39
8 INPUTMODE
81
9 SLEEP
55
0 VOL MODE
52
A SURROUND
44
B MENU
28, 57, 64
TV
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
1
3
5
6
7
9
0
A
B
2
8
4
TV
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU
25
SETUP
Nederlands
Het volgende diagram geeft een overzicht van de instelprocedure.
Schema van het SET MENU
Schakel de AUTO SETUP in.
Zie “AUTO SETUP” op bladzijde 26.
Zoek een oplossing.
Zie “Foutmeldingen voor de AUTO SETUP” op bladzijde 33 voor een complete
lijst met foutmeldingen en mogelijke oplossingen.
Schakel de BASIC SETUP in.
Zie “BASIC SETUP” op bladzijde 57.
Laat audiosignalen weergeven of wijzig de instellingen voor de geluidsbundels en Cinema DSP.
Zie “WEERGAVE” op bladzijde 37.
Schakel de MANUAL SETUP in.
Zie “MANUAL SETUP” op bladzijde 63.
y
Als u een bepaalde geluidsbundel voor een bepaald luidsprekerkanaal niet duidelijk kunt
horen, wijzig dan de instellingen voor SETTING PARAMETERS (zie bladzijde 65) of
voor BEAM ADJUSTMENT (zie bladzijde 66) onder BEAM MENU.
Als er zich akoestisch absorberende voorwerpen, zoals gordijnen, bevinden in het pad van
de geluidsbundels, wijzig dan de instellingen voor TREBLE GAIN in het BEAM MENU
(zie bladzijde 68).
Als er iets fout gaat
Als het probleem zich blijft
voordoen
Als u aanvullende instellingen en
aanpassingen nodig vindt
AUTO SETUP
26
Dit toestel produceert geluidsvelden door de geluidsbundels te weerkaatsen via de wanden van uw kamer en de
samenhang tussen de luidsprekerkanalen te vergroten. Op dezelfde manier als u bij andere audiosystemen de opstelling
van de luidsprekers zou veranderen, zo moet u bij dit systeem de hoek van een bepaalde geluidsbundel veranderen om
een betere weergave te verkrijgen.
Dit toestel stelt de geluidsbundels automatisch optimaal in met behulp van YAMAHA Parametric Room Acoustic
Optimizer (YPAO) technologie en de meegeleverde optimalisatiemicrofoon, zodat u niet een moeizame setup hoeft te
doorlopen waarbij u naar alle luidsprekers moet luisteren, maar gemakkelijk de optimaal aan uw luisteromgeving
aangepaste instellingen voor de geluidsbundels kunt laten maken.
Het optimaliseren van de geluidsbundels is geautomatiseerd via de BASIC SETUP, waarmee u het best mogelijke
surround-geluidsveld kunt verkrijgen zonder met de hand de parameters voor uw kamer in te hoeven stellen.
De YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie voert de volgende controles uit en maakt aan
de hand daarvan de juiste instellingen.
DISTANCE:
Controleren van de fase en de afstand voor elk van de geluidsbundels van dit toestel tot de luisterplek en instellen van de
bijbehorende vertraging voor elk van de kanalen, zodat het geluid van alle bundels tegelijkertijd aankomt op de
luisterplek.
EQUALIZING:
Regelen van de frequenties en niveaus voor de parametrische equalizer van elk van de kanalen om beïnvloeding over en
weer van de kanalen te voorkomen en een samenhangend geluidsveld te verkrijgen. De YPAO instellingen maken
gebruik van drie parameters (frequentie, niveau en Q factor) voor elk van de zeven banden van de parametrische
equalizer voor een zeer precieze automatische regeling van de frequentiekarakteristieken.
LEVEL:
Controleren en instellen van het uitgangsniveau van elk kanaal.
Dit toestel voert een aantal controles uit om de hoeken van de geluidsbundels, de vertraging, het volume en de
toonkwaliteit in te stellen. U kunt naar keuze alle of alleen bepaalde parameters in laten stellen.
*
1
De controle van de subwoofer wordt overgeslagen als u
BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd.
*
2
De controle van de hoeken van de geluidsbundels wordt
overgeslagen als u SOUND OPTIMZ only heeft geselecteerd.
*
3
De YPAO geluidsoptimalisering wordt overgeslagen als u
BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd.
AUTO SETUP
Schema van het AUTO SETUP
*1
*2
*3
Controleren van de
akoestische eigenschappen
van uw kamer
Controleren van de
subwoofer
Optimaliseren van de hoeken
van de geluidsbundels
Optimaliseren van de vertraging,
frequentiekarakteristieken en
het volume van de
geluidsbundels
Optimaliseren
geluidsbundels
YPAO
geluidsoptimalisering
Opmerkingen
AUTO SETUP
27
SETUP
Nederlands
De meegeleverde optimalisatiemicrofoon beluistert en analyseert het geluid zoals dat door dit toestel in uw eigen kamer
wordt weergegeven. Volg de onderstaande procedure om de optimalisatiemicrofoon aan te sluiten op dit toestel en zorg
ervoor dat de optimalisatiemicrofoon op de juiste plek wordt opgesteld en dat er zich geen grote obstakels bevinden
tussen de microfoon en de wanden van uw kamer.
Nadat u de AUTO SETUP procedure heeft afgerond, moet u niet vergeten de optimalisatiemicrofoon los te koppelen.
De optimalisatie-microfoon is gevoelig voor warmte.
Houd deze uit direct zonlicht.
Plaats de microfoon niet bovenop het toestel.
Sluit de optimalisatiemicrofoon niet aan via een verlengsnoer, want dit kan leiden tot onjuiste instellingen.
Er kan zich een fout voordoen tijdens de AUTO SETUP procedure als de optimalisatiemicrofoon niet correct opgesteld is in uw
kamer. Om eventuele fouten te voorkomen:
Zet de optimalisatiemicrofoon niet helemaal links of rechts van dit toestel, maar midden ervoor.
Zet de optimalisatiemicrofoon niet binnen 2 m vanaf de voorkant van dit toestel.
Zet de optimalisatiemicrofoon niet meer dan 1 m hoger dan het midden van dit toestel.
Zorg ervoor dat er zich geen obstakels bevinden tussen de optimalisatiemicrofoon en de wanden van uw kamer, want dergelijke
obstakels zullen de geluidsbundels hinderen. Voorwerpen die tegen de wand aan staan worden echter beschouwd als uitstekende
onderdelen van de wand.
De beste resultaten bereikt u wanneer de optimalisatiemicrofoon op dezelfde hoogte en op dezelfde plek wordt geplaatst als waar uw
oren zich zouden bevinden wanneer u gewoon aan het luisteren zou zijn. Als dit niet mogelijk is, kunt u met de hand de hoeken van de
geluidsbundels en de uitgangsniveaus daarvan bijstellen met de MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) wanneer u de AUTO SETUP
procedure heeft afgerond.
Als er een subwoofer met eigen volumeregeling en instelbare crossover-/hoge afsnij-frequentie is aangesloten op dit toestel, zet dan
het volume tussen 9 en 12 uur als u de draaiknop als een wijzerplaat beschouwt en zet de crossover-/hoge afsnij-frequentie op de
maximale waarde.
1
Sluit de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon aan op de OPTIMIZER
MIC aansluiting op het voorpaneel.
2 Plaats de optimalisatiemicrofoon op uw
normale luisterplek, op een vlakke,
horizontale ondergrond, meer dan 2 m bij de
voorkant van het toestel vandaan en met
minder dan 1 m hoogteverschil ten opzichte
van het midden van het toestel gemeten, met
de kop van de optimalisatiemicrofoon naar
boven gericht.
U moet de optimalisatiemicrofoon op een denkbeeldige lijn door
het midden van dit toestel plaatsen.
y
U kunt gebruik maken van de meegeleverde kartonnen
microfoonstandaard of een statief om de
optimalisatiemicrofoon zo op te stellen dat deze zich op
dezelfde hoogte en dezelfde plek bevindt als uw oren
wanneer u op uw luisterplek zit.
Voorbeeld met gebruik van een statief
Installeren van de optimalisatiemicrofoon
Opmerkingen
VOLUME
MIN
MAX
MIN MAX
CROSSOVER
HIGH CUT
Subwoofer
OPTIMIZER MIC
Opmerkingen
Positie optimalisatiemicrofoon
Meer dan
2 m
Binnen 1 m
Binnen 1 m
Statief
AUTO SETUP
28
Voorbeeld met de meegeleverde kartonnen
microfoonstandaard
In elkaar zetten van de meegeleverde
kartonnen microfoonstandaard
De kartonnen microfoonstandaard bestaat uit drie
verschillende onderdelen (één rond en twee langwerpig)
die samen de standaard vormen.
1 Haal de drie onderdelen voor de kartonnen
microfoonstandaard los uit het karton.
2 Steek het ene langwerpige onderdeel met de
sleuf in de sleuf van het andere langwerpige
onderdeel.
3 Pas het ronde stuk bovenop de twee in elkaar
gestoken langwerpige onderdelen.
4 Plaats de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon bovenop het ronde
stuk.
Wanneer de optimalisatiemicrofoon correct is aangesloten
op het toestel en correct geplaatst is in uw kamer, kunt u
via onderstaande aanwijzingen de AUTO SETUP
procedure laten beginnen.
Positie optimalisatiemicrofoon
Meer dan
2 m
Binnen 1 m
Binnen 1 m
Kartonnen
microfoonstandaard
12
34
Gebruiken van het AUTO SETUP
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
UNIVERSAL
MUSIC MOVIE NIGHT
INPUTMODE
( )
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
STANDBY/ONVOLUME
++
AUTO SETUP
29
SETUP
Nederlands
Als uw kamer gordijnen heeft, open deze dan voor u begint met
de BEAM OPT+SOUND OPTIMZ of BEAM OPTIMZ only
procedure.
Zorg ervoor dat het zo stil mogelijk is in uw kamer wanneer u
de AUTO SETUP procedure uitvoert.
Zorg ervoor dat u zich zelf naast of achter dit toestel bevindt
wanneer de AUTO SETUP procedure is begonnen, zodat u de
geluidsbundels niet hindert. Voor de beste resultaten kunt u
echter het beste de kamer verlaten totdat de AUTO SETUP
procedure is afgerond.
Wij wijzen u erop dat het normaal is dat er tijdens de AUTO
SETUP procedure luide testtonen worden geproduceerd.
De AUTO SETUP procedure verloopt mogelijk niet naar
behoren als dit toestel is geïnstalleerd in een kamer zoals
beschreven onder “Voor u dit toestel gaat installeren” op
bladzijde 11. In een dergelijk geval dient u de BASIC SETUP
(zie bladzijde 57) of MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) te
gebruiken om de diverse parameters met de hand in te stellen.
Als de AUTO SETUP procedure stopt en er een foutmelding op
het scherm verschijnt, raadpleeg dan “Foutmeldingen voor de
AUTO SETUP” op bladzijde 33 voor de te nemen maatregelen.
y
U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde
instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een
bepaalde set instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde
omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie
bladzijde 35).
1 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel aan
te zetten.
2 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
3 Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
y
De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
4 Druk op / op de afstandsbediening,
selecteer AUTO SETUP en druk vervolgens
op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
Opmerkingen
STANDBY/ON
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
YSP
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
.BEAM+SOUND OPTIMZ
BEAM OPTIMZ only
SOUND OPTIMZ only
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
;
AUTO SETUP
ENTER
ENTER
AUTO SETUP
30
5
Druk op / , selecteer BEAM OPT+SOUND
OPTIMZ, BEAM OPTIMZ only of SOUND
OPTIMZ only en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
BEAM OPT+SOUND OPTIMZ
(Optimaliseren geluidsbundels en YPAO
geluidsoptimalisering)
Hiermee kunt u de hoeken van de geluidsbundels, de
vertraging, het volume en de toonkwaliteit optimaliseren
om de weergave aan te passen aan uw luisteromgeving.
In de volgende gevallen kunt u het beste deze
optimalisatiemethode kiezen:
Als u de instellingen voor het eerst maakt.
Als het toestel verplaatst is.
Als uw kamer verbouwd is.
Als er voorwerpen (meubilair e.d.) in uw kamer
verplaatst zijn.
BEAM OPTIMZ only
(Alleen optimaliseren geluidsbundels)
Hiermee kunt u de hoeken van de geluidsbundels
optimaliseren om de weergave aan te passen aan uw
luisteromgeving.
SOUND OPTIMZ only
(Alleen YPAO geluidsoptimalisering)
Hiermee kunt u de vertraging, het volume en de
toonkwaliteit optimaliseren om de weergave aan te passen
aan uw luisteromgeving.
In de volgende gevallen kunt u het beste deze
optimalisatiemethode kiezen:
Als u de gordijnen in uw kamer heeft geopens of juist
gesloten voor u het toestel gaat gebruiken.
Als u de hoeken van de geluidsbundels met de hand
heeft ingesteld.
U moet de hoeken van de geluidsbundels optimaliseren met de
BEAM OPTIMZ only procedure voor u begint met de SOUND
OPTIMZ only procedure.
6 Druk op / / / om de diverse
parameters te selecteren en in te stellen en
druk vervolgens op ENTER.
INSTALLING (Installeren)
Hiermee kunt u de positie waarin het toestel in uw kamer
geïnstalleerd is selecteren.
Keuzes: Parallel to Wall (Installatie parallel aan een
wand),
Angle to Wall or corner (Hoekinstallatie)
Selecteer Angle to Wall or corner als het toestel in een
hoek is geïnstalleerd. De geluidsbundels worden
ingesteld op ST+3BEAM (zie bladzijde 41).
Selecteer Parallel to Wall als het toestel in parallel aan
een wand is geïnstalleerd. De geluidsbundels worden
ingesteld op 5BEAM (zie bladzijde 41).
Opmerking
ENTER
ENTER
.INSTALLING;;Parallel to Wall
MOUNTING;;;;SHELF
REFLECTING;;NORMAL
Set MIC in front of YSP
 MIN 2m/6.5ft
[]/[]:Up/Down/[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Start
p
p
PREPARATION
p
p
ENTER
Angle to Wall or corner Parallel to Wall
AUTO SETUP
31
SETUP
Nederlands
MOUNTING (Montage)
Hiermee kunt u de manier waarop het toestel in uw kamer
bevestigd is selecteren.
Keuzes: SHELF (Op een plank), WALL (Aan de wand)
Selecteer WALL als het toestel aan een wand is
bevestigd.
Selecteer SHELF als het toestel op een plank of zo is
bevestigd.
REFLECTING (Weerkaatsing)
Hiermee kunt u instellen hoeveel geluid er wordt
weerkaatst in uw kamer.
Keuzes: NORMAL (Normaal), HI ECHO (Veel echo)
Kies NORMAL wanneer uw luisterruimte geluiden
normaal weerkaatst.
Kies HI ECHO wanneer uw luisterruimte geluiden
goed weerkaatst, bijvoorbeeld met betonnen wanden.
7 Controleer de volgende punten nogmaals
voor u met de AUTO SETUP procedure
begint.
Is de optimalisatiemicrofoon correct aangesloten
op het toestel?
Is de optimalisatiemicrofoon op de juiste plek
opgesteld?
Zijn er grote obstakels tussen de
optimalisatiemicrofoon en de wanden van uw
luisterruimte?
8 Druk op ENTER om de AUTO SETUP
procedure te laten beginnen.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
ENVIRONMENT CHECK (Omgevingsruis
controle), SUB WOOFER CHECK (Subwoofer
controle) en WILL START in 10 SEC (Zal beginnen
over 10 seconden) worden achtereenvolgens
weergegeven terwijl de PREPARATION procedure
bezig is.
Als er iets mis gaat, zal er een foutmelding
verschijnen. Zie “Foutmeldingen voor de AUTO
SETUP” op bladzijde 33 voor een complete lijst met
foutmeldingen en mogelijke oplossingen. Volg de
gegeven instructies en voer de AUTO SETUP
procedure opnieuw uit.
SHELF
WALL
.ENVIRONMENT CHECK
 ;;;[OK]
SUB WOOFER CHECK
 ;;;[NOT IN USE]
WILL START in 10 SEC
Move aside or behind YSP
*****-----
PREPARATION
AUTO BEAM MEASUREMENT/SET
AUTO BEAM OPTIMIZATION
.SETTING VOLUME
MEASURE DISTANCE
MEASURE FREO CHAR
MEASURE VOLUME
ACOUSTIC OPTIMIZATION
Als u BEAM
OPT+SOUND OPTIMZ
of SOUND OPTIMZ only
heeft geselecteerd bij
stap 5.
Als u BEAM OPTIMZ only
heeft geselecteerd bij
stap 5.
.ENVIRONMENT CHECK
 ;;;[OK]

WILL START in 10 SEC
Move aside or behind YSP
*****-----
PREPARATION
Als u SOUND OPTIMZ
only heeft geselecteerd
bij stap 5.
Overgeslagen als u BEAM
OPTIMZ only heeft
geselecteerd bij stap 5.
ENTER
AUTO SETUP
32
9 Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
De resultaten van de AUTO SETUP procedure
worden weergegeven op uw tv.
10 Druk op ENTER om de resultaten te
bevestigen of op RETURN om ze te
annuleren.
Het volgende scherm wordt een paar seconden lang
op uw tv getoond en zal vervolgens verdwijnen.
BEAM MODE: 5BEAM
SUBWOOFER: NOT APPLICABLE


[ENTER]:Enter
[RETURN]:Cancel
SHOW RESULT
Voorbeeld SHOW RESULT
scherm
AUTO SETTING COMPLETED
ENTER
AUTO SETUP
33
SETUP
Nederlands
Foutmeldingen voor de AUTO SETUP
Voor de AUTO SETUP procedure begint
Terwijl de AUTO SETUP procedure bezig is-
Foutmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
ERROR E-2
No MIC Detected. Please check
MIC connection and re-try.
De optimalisatiemicrofoon is niet
aangesloten op het toestel.
Sluit de optimalisatiemicrofoon correct
aan op het toestel.
27
Foutmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
ERROR E-1
Please test in more quiet
environment.
Er is te veel ongewenste ruis of ander
storend geluid in uw luisterruimte.
Zorg ervoor dat uw luisterruimte zo stil
mogelijk is. Misschien moet u een
bepaalde tijd tijdens de dag kiezen
wanneer er zo min mogelijk storend
geluid van buiten komt.
ERROR E-2
No MIC detected. Please check
MIC connection and re-try.
De optimalisatiemicrofoon is losgeraakt
terwijl de AUTO SETUP procedure
bezig was.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon correct is
aangesloten op het toestel.
27
ERROR E-3
Unexpected control is detected.
Please re-try.
Er werden andere handelingen
uitgevoerd met het toestel terwijl de
AUTO SETUP procedure bezig was.
Voer geen andere handelingen uit terwijl
de AUTO SETUP procedure bezig is.
ERROR E-4
Please check MIC position. MIC
should be set in front of YSP.
De optimalisatiemicrofoon bevindt zich
niet recht voor het toestel.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon zich recht voor
het toestel bevindt.
27
ERROR E-5
Please check MIC position. MIC
should be set above 2m/6.5ft.
De optimalisatiemicrofoon bevindt zich
niet op de juiste afstand van het toestel.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon zich minimaal
dan 2 m bij de voorkant van het toestel
vandaan bevindt en met minder dan 1 m
hoogteverschil ten opzichte van het
midden van het toestel.
27
ERROR E-6
Volume level is smaller than
expected. Please check MIC
position/connection and re-try.
De optimalisatiemicrofoon kan het door
dit toestel geproduceerde geluid niet
correct waarnemen omdat het volume te
laag is.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon correct is
aangesloten op het toestel en correct is
opgesteld. Als het probleem zich blijft
voordoen, dient u contact op te nemen
met uw dichtstbijzijnde YAMAHA
service-centrum.
27
ERROR E-7
Unexpected Error Happened.
Please re-try.
Er heeft zich een interne fout
voorgedaan.
Herhaal de AUTO SETUP procedure.
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
34
U kunt de instellingen zoals op dit moment aangepast via
het SET MENU opslaan in het systeemgeheugen van dit
toestel. Het kan heel handig zijn om verschillende
instellingen op te slaan voor verschillende
omstandigheden in uw luisterruimte. Als er bijvoorbeeld
gordijnen hangen in het pad van een geluidsbundel, hangt
de geluidsweergave mede af van het feit of de gordijnen
open of dicht zijn.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
y
De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
3 Druk op / , selecteer MEMORY en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
4 Druk op / , selecteer SAVE en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
Instellingen opslaan
Met de gordijnen open
Met de gordijnen dicht
YSP
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
ENTER
1)LOAD
2)SAVE
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter

;
MEMORY
p
p
ENTER
ENTER
USER1 USER2 USER3
[]/[]:Select


2)MEMORY SAVE
p
p
p
ENTER
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
35
SETUP
Nederlands
5 Druk op / , selecteer USER1, USER2 of
USER3 en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
6 Druk nog eens op ENTER.
De nieuwe instellingen worden opgeslagen als
USER1, USER2 of USER3. Wanneer de instellingen
voor de parameters opgeslagen zijn, zal het SET
MENU scherm weer verschijnen.
7 Druk op MENU om af te sluiten.
Het SET MENU scherm zal nu van uw tv verdwijnen.
U kunt de via “Instellingen opslaan” op bladzijde 34
opgeslagen instellingen voor bepaalde omstandigheden in
uw luisterruimte ook weer oproepen wanneer dat nodig is.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
y
De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
USER1 Save Now?
[ENTER]:Enter


2)MEMORY SAVE
ENTER
ENTER

USER1 Saving !
[<]/[>]:Select


2)MEMORY SAVE
ENTER
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
MENU
Instellingen laden
YSP
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
36
3 Druk op / , selecteer MEMORY en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
4 Druk op / , selecteer LOAD en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
5 Druk op / , selecteer USER1, USER2 of
USER3 en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
6 Druk nog eens op ENTER.
De nieuwe instellingen worden opgeslagen als
USER1, USER2 of USER3. Wanneer de instellingen
voor de parameters opgeslagen zijn, zal het SET
MENU scherm weer verschijnen.
7 Druk op MENU om af te sluiten.
Het SET MENU scherm zal nu van uw tv verdwijnen.
ENTER
1)LOAD
2)SAVE
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter

;
MEMORY
p
p
ENTER
ENTER
USER1 USER2 USER3
[]/[]:Select


1)MEMORY LOAD
p
p
p
ENTER
USER1 Load Now?
[ENTER]:Enter


1)MEMORY LOAD
ENTER
ENTER

USER1 Loading !
[<]/[>]:Select


1)MEMORY LOAD
ENTER
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
MENU
WEERGAVE
37
BASISBEDIENING
Nederlands
U kunt het geluid van de diverse op dit toestel aangesloten
componenten laten weergeven door herhaaldelijk op
INPUT op het voorpaneel van het toestel of op één van de
ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening te drukken
(TV, STB, VCR, DVD of AUX). De naam van de
geselecteerde signaalbron en de daarmee
corresponderende ingangsfunctie worden aangegeven op
het display op het voorpaneel.
Bediening via het voorpaneel
Druk op INPUT op het voorpaneel om te
schakelen tussen TV, STB, DVD, VCR en AUX.
De naam van de geselecteerde signaalbron en de huidige
ingangsfunctie worden aangegeven op het display op het
voorpaneel.
Afstandsbediening
Druk op TV op de afstandsbediening om een tv-
programma weer te laten geven.
Druk op STB op de afstandsbediening om een
satelliet-uitzending weer te laten geven.
Druk op DVD op de afstandsbediening om een
DVD weer te laten geven.
Druk op VCR op de afstandsbediening om een
videoband weer te laten geven.
Druk op AUX op de afstandsbediening om de
apparatuur die is verbonden met de AUX
aansluiting op het achterpaneel van dit toestel
weer te laten geven.
WEERGAVE
Selecteren van een signaalbron
TV
POWER
AV
POWER
STANDBY/ON
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
TV
STANDBY/ONVOLUME
+
+
INPUT
TV
VOL
Naam van de
geselecteerde
signaalbron
Soort
ingangsfunctie
STB
VOL
DVD
VOL
VCR
VOL
AUX
VOL
38
WEERGAVE
Wan de signaalbron eenmaal is geselecteerd (zie
bladzijde 37), kunt u deze laten weergeven via dit toestel.
In dit hoofdstuk wordt een DVD-speler gebruikt als weer te geven
component (signaalbron).
y
Voor details omtrent de tv en DVD-speler die u gebruikt
verwijzen we u naar de bij de tv en DVD-speler behorende
handleidingen.
1 Zet uw DVD-speler aan met de daarbij
behorende afstandsbediening.
2 Gebruik de afstandsbediening van uw tv om
het videokanaal te kiezen waarop het beeld
van uw DVD-speler wordt weergegeven.
3 Zet indien nodig het volume van uw tv laag
zodat u geen geluid meer via de tv zelf kunt
horen.
4 Druk op DVD op de afstandsbediening en
selecteer DVD als signaalbron.
5 Begin de weergave op uw DVD-speler met de
daarbij behorende afstandsbediening.
De audiosignalen van uw DVD-speler worden
weergegeven via de luidsprekers van dit toestel.
y
Als het volume van dit toestel te laag is, verhoog het dan tot
ongeveer –25 dB.
Als u de juiste afstandsbedieningscodes heeft ingesteld voor uw
tv en DVD-speler, kunt u deze apparatuur ook bedienen met de
afstandsbediening van dit toestel. Zie zie bladzijde 82 voor
details omtrent het instellen van afstandsbedieningscodes.
Druk op VOLUME +/– op het voorpaneel of op de
afstandsbediening om het volume hoger of lager
te zetten.
De numerieke waarde voor het ingestelde volumeniveau
wordt aangegeven op het display.
Instelbereik: 0,0 dB t/m –99,5 dB, MIN (minimum)
VOLUME MUTE verschijnt bij het minimum
volumeniveau.
Het volumeniveau van alle signaalbronnen (multikanaals zowel
als stereo) wordt tegelijk veranderd.
Met elke druk op VOLUME +/– wordt het volume met 0,5 dB
verhoogd of verlaagd.
Als u VOLUME +/– ingedrukt houdt, kunt u het volume
continu laten verhogen of verlagen.
Weergeven van signaalbronnen
Opmerking
DVD
Instellen van het volume
Opmerkingen
STANDBY/ONVOLUME
+
+
INPUT
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
CH
VOLUME
+
+
VOLUME
VOL
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
VOL
39
WEERGAVE
BASISBEDIENING
Nederlands
1 Druk op MUTE op de afstandsbediening om
de geluidsweergave tijdelijk uit te schakelen.
AUDIO MUTE ON zal verschijnen op het display op
het voorpaneel en de volume-indicator zal gaan
knipperen.
2 Druk op MUTE op de afstandsbediening (of
op VOLUME +/–) om de geluidsweergave
weer te hervatten.
AUDIO MUTE OFF zal eventjes op het display
getoond worden (of de waarde van het huidige
volumeniveau, als u op VOLUME +/– drukt), en de
volume-indicator zal oplichten.
De geluidsweergave van alle signaalbronnen (multikanaals zowel
als stereo) wordt tegelijk uitgeschakeld.
y
U kunt instellen of het volume helemaal zal worden
uitgeschakeld, of alleen met 20 dB zal worden verlaagd wanneer
u op MUTE drukt (zie bladzijde 70).
Tijdelijk uitschakelen van de
geluidsweergave
Opmerking
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
CH
VOL
MUTE
Knippert
VOL
VOLUME
Licht op
MUTE
of
GELUIDSBUNDELS
40
Met de toetsen voor de geluidsbundels op de afstandsbediening (STEREO, 3BEAM, 5BEAM, ST+3BEAM of TARGET)
kunt u gemakkelijk de geprojecteerde geluidsbundels aanpassen aan de gebruikte signaalbron. U heeft de keuze uit
stereoweergave voor 2-kanaals bronnen, 3 geluidsbundels, 5 geluidsbundels en stereo plus 3 geluidsbundels voor
5.1-kanaals weergave.
Alle standen voor de geluidsbundels zijn beschikbaar in de volgende gevallen:
Als u Parallel to Wall heeft geselecteerd bij INSTALLING in de AUTO SETUP (zie bladzijde 30)
Als u andere instellingen heeft geselecteerd dan CORNER RIGHT of CORNER LEFT bij INSTALLED POSITION
in de BASIC SETUP (zie bladzijde 59)
Als u FLAT TO WALL heeft geselecteerd bij INSTALLED POSITION in de MANUAL SETUP (zie bladzijde 65)
In de volgende gevallen zijn alleen stereo, stereo plus 3 geluidsbundels en de doelgerichte stand beschikbaar:
Als u Angle to Wall or corner heeft geselecteerd bij INSTALLING in de AUTO SETUP (zie bladzijde 30)
Als u CORNER RIGHT of CORNER LEFT heeft geselecteerd voor INSTALLED POSITION bij de BASIC SETUP
(zie bladzijde 59)
Als u ANGLE TO WALL OR CORNER heeft geselecteerd bij INSTALLED POSITION in de MANUAL SETUP (zie
bladzijde 65)
Ja: de corresponderende geluidsbundels zijn beschikbaar.
Nee: de corresponderende geluidsbundels zijn niet beschikbaar.
GELUIDSBUNDELS
Geluidsbundels
AUTO SETUP BASIC SETUP MANUAL SETUP
INSTALLING
(zie bladzijde 30)
INSTALLED POSITION
(zie bladzijde 59)
INSTALLED POSITION
(zie bladzijde 65)
Parallel to
Wall
Angle to Wall
or corner
CORNER
RIGHT
of
CORNER
LEFT
Overige
instellingen
FLAT TO
WA LL
ANGLE TO
WALL OR
CORNER
STEREO Ja Ja Ja Ja Ja Ja
3BEAM Ja Nee Nee Ja Ja Nee
5BEAM Ja Nee Nee Ja Ja Nee
ST+3BEAM Ja Ja Ja Ja Ja Ja
TARGET Ja Ja Ja Ja Ja Ja
Opmerking
41
GELUIDSBUNDELS
BASISBEDIENING
Nederlands
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk op één van de toetsen voor de
geluidsbundels om de gewenste stand te
selecteren.
Produceert geluidsbundels voor de linker, rechter en
midden voor-luidsprekers en de linker en rechter
surround-luidsprekers. Deze stand is ideaal wanneer u ten
volle wilt kunnen genieten van surroundweergave bij het
bekijken van bijvoorbeeld films op DVD met multikanaals
geluid, of wanneer u 2-kanaals materiaal via meerdere
kanalen wilt weergeven.
Druk op 5BEAM op de afstandsbediening om de
stand voor 5 geluidsbundels te selecteren.
Om de beste surroundeffecten te kunnen bereiken moet u ervoor
zorgen dat de geluidsbundels niet belemmerd worden door
obstakels die zouden kunnen verhinderen dat de bundels direct
door de wanden van uw luisterruimte weerkaatst worden.
De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen
worden via de wanden geprojecteerd.
Produceert geluidsbundels voor de linker, rechter en
midden voor-luidsprekers en de linker en rechter
surround-luidsprekers. Deze stand is ideaal wanneer u
live-opnamen op DVD bekijkt. Vocalen en instrumenten
kunnen in het midden voor de luisterplek gehoord worden,
terwijl het gereflecteerde geluid uit de zaal voor u als
luisteraar van links en rechts lijkt te komen, zodat u het
gevoel krijgt alsof op de eerste rang recht voor het podium
zit.
Druk op ST+3BEAM op de afstandsbediening om
Stereo plus 3 geluidsbundels te selecteren.
De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen worden
direct op de luisterplek gericht.
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
YSP
2
1
STEREO
3
4
5
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
5 geluidsbundels
Opmerkingen
Stereo plus 3 geluidsbundels
Opmerking
1
5BEAM
2
ST+3BEAM
42
GELUIDSBUNDELS
Er wordt alleen geluid geproduceerd door de linker,
rechter en midden voor-luidsprekers. Deze stand is ideaal
wanneer u bijvoorbeeld met het hele gezin naar een film
wilt kijken. Omdat de luisterplek verbreed wordt, kunt u
met meer mensen genieten van een uitstekende
surroundweergave.
Druk op 3BEAM op de afstandsbediening om de
stand voor 3 geluidsbundels te selecteren.
y
U kunt een realistischer surroundweergave verkrijgen als u de
instellingen bij IMAGE LOCATION in het BEAM MENU
aanpast (zie bladzijde 68).
Bij weergave van multikanaals materiaal zullen de linker en
rechter surroundsignalen worden teruggemengd en worden
weergegeven via de linker en rechter voor-luidsprekers.
De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen
worden via de wanden geprojecteerd.
Bij 2-kanaals stereoweergave wordt er alleen geluid
geproduceerd door de linker en rechter voor-luidsprekers.
Deze stand is ideaal voor weergave van hi-fi materiaal,
zoals CD’s, en wordt aanbevolen als vervanging van de
luidsprekers van uw tv.
Druk op STEREO op de afstandsbediening om de
stereoweergave te selecteren.
Bij weergave van multikanaals materiaal zullen alle kanalen,
behalve die voor de linker en rechter voor-luidsprekers, worden
teruggemengd en worden weergegeven via de linker en rechter
voor-luidsprekers. Er zal geen geluid worden weergegeven via
de midden- en achterkanalen.
Surroundweergave is uitgeschakeld wanneer u stereoweergave
heeft geselecteerd.
Bij weergave van Dolby Digital materiaal in stereo, zal het
dynamisch bereik worden gecomprimeerd. Als het volume
hierdoor te laag wordt, dient u over te schakelen naar een andere
stand, maar niet naar gerichte weergave (Target).
Als u stereoweergave heeft geselecteerd, zullen de
surroundfuncties (zie bladzijde 44) en de CINEMA DSP
programma’s (zie bladzijde 49) buiten werking worden gesteld.
3 geluidsbundels
Opmerkingen
3
3BEAM
Stereoweergave
Opmerkingen
4
STEREO
43
GELUIDSBUNDELS
BASISBEDIENING
Nederlands
In deze stand worden geluidsbundels voor één enkel
kanaal geproduceerd. Deze stand is ideaal als u niet wilt
dat de geluidsbundels worden weerkaatst via de wanden
van uw kamer, of als u bijvoorbeeld anderen die al liggen
te slapen niet wilt storen terwijl u ’s nachts naar een film
gaat kijken.
Daarnaast kunt u de horizontale hoek van de
geluidsbundels instellen, zodat u gesproken tekst duidelijk
kunt verstaan, ook al bent u ergens anders, bijvoorbeeld in
een andere hoek van uw luisterruimte.
Druk op TARGET op de afstandsbediening om de
gerichte weergave te selecteren gebruik
vervolgens / om de hoek aan te passen.
Instelbereik: L90° t/m R90°
Druk herhaaldelijk op om de horizontale hoek naar
links bij te stellen.
Druk herhaaldelijk op om de horizontale hoek naar
rechts bij te stellen.
De geluidsbundels worden nu niet weerkaatst via de wanden
van uw kamer.
Als u gerichte weergave heeft geselecteerd, zullen de
surroundfuncties (zie bladzijde 44), de CINEMA DSP
programma’s (zie bladzijde 49) en TruBass (zie bladzijde 54)
buiten werking worden gesteld. Bovendien zal er geen geluid
worden weergegeven via een eventueel op dit toestel
aangesloten subwoofer.
Gerichte weergave
Opmerkingen
5
TARGET
ENTER
VOL
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
44
Decoder indicators
Afhankelijk van de signaalbron en de geselecteerde
surroundfunctie zullen de indicators op het voorpaneel als
volgt oplichten.
y
U kunt een ingangsfunctie kiezen (AUTO, DTS of ANALOG)
door herhaaldelijk op INPUTMODE op de afstandsbediening te
drukken (zie bladzijde 81).
Discs die gecodeerd zijn met DTS-ES of Dolby Digital 5.1 EX
zullen worden weergegeven in DTS of Dolby Digital.
Surroundfuncties en aanbevolen
signaalbronnen
De surroundfuncties kunnen worden gebruikt wanneer er een
andere stand is gekozen dan stereo- of gerichte weergave.
Wanneer u een signaalbron selecteert (zie bladzijde 37), zal de
surroundfunctie die werd gebruikt met de daarvoor ingestelde
signaalbron geselecteerd staan.
Als dit toestel uit en vervolgens weer aan wordt gezet, zal de
surroundfunctie die werd gebruikt met de signaalbron die was
geselecteerd voor de stroom werd uitgeschakeld geselecteerd
staan.
De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer de
CINEMA DSP programma’s zijn uitgeschakeld (zie
bladzijde 51) of wanneer het film programma is geselecteerd als
CINEMA DSP programma (zie bladzijde 50).
Alleen Dolby Pro Logic, Dolby Pro Logic II Movie en DTS
Neo:6 Cinema zijn beschikbaar wanneer het film programma is
geselecteerd als CINEMA DSP programma (zie bladzijde 50).
Als de surroundfuncties niet beschikbaar zijn, zal de melding
“Prohibit” op het display verschijnen wanneer u op de
afstandsbediening op SURROUND drukt.
De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer er 2-
kanaals signalen binnenkomen. Als u een surroundfunctie
probeert in te schakelen wanneer er 5.1-kanaals signalen
binnenkomen, zal de melding “Prohibit” (Verboden)
verschijnen op het display op het voorpaneel.
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
Status Indicator
Wanneer er PCM signalen
binnenkomen
Wanneer er DTS digitale
signalen binnenkomen of
wanneer DTS Neo:6 is
geselecteerd
Wanneer er Dolby Digital
signalen binnenkomen
Wanneer u Dolby Pro Logic
heeft geselecteerd
Wanneer u Dolby Pro Logic II
heeft geselecteerd
PCM
DIGITAL
PL
PL
Surroundfunctie Aanbevolen bron
Dolby Pro Logic Alle bronnen
Dolby Pro Logic II
Movie
Music
Game
Films
Muziek
Spelletjes
DTS Neo:6
Cinema
Music
Films
Muziek
Opmerkingen
45
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
BASISBEDIENING
Nederlands
Dit toestel is in staat 2-kanaals materiaal op te waarderen
zodat het via 5.1 kanalen kan worden weergegeven en u
van het surroundeffect kunt profiteren.
y
De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer de
CINEMA DSP programma’s zijn uitgeschakeld (zie bladzijde 51)
of wanneer het film programma is geselecteerd als CINEMA DSP
programma (zie bladzijde 50). Daarnaast moet de stand voor 5
geluidsbundels, stereo plus 3 geluidsbundels of de stand voor 3
geluidsbundels zijn ingeschakeld (zie bladzijde 40).
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk herhaaldelijk op SURROUND op de
afstandsbediening (of op SURROUND en
vervolgens op / ) om te schakelen tussen
de diverse surroundfuncties.
Profiteren van surroundweergave
van 2-kanaals bronnen
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
YSP
SURROUND
SURROUND
ENTER
of
PRO LOGIC
PLII Movie
PLII Music
PLII Game
Neo:6 Cinema
Neo:6 Music
Voorbeeld van de aanduiding van
de surroundfunctie op het display
op het voorpaneel wanneer het
CINEMA DSP programma is
uitgeschakeld
46
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
U kunt de analoge audiosignalen van uw tv ook als
surroundweergave laten reproduceren.
y
Voor u de stappen hieronder gaat uitvoeren, moet u het volume
van dit toestel op –40 dB zetten. Indien nodig kunt u het volume
bij stap 4 hieronder bijregelen.
1 Kies het tv-kanaal waar u naar wilt kijken.
Gebruik de afstandsbediening van uw tv om het
gewenste kanaal te kiezen.
2 Druk op TV op de afstandsbediening.
Dit toestel zal nu het geluid van uw tv weergeven.
3 Als u toch nog geluid uit de luidsprekers van
uw tv hoort komen, zet het volume van uw tv
dan zo laag mogelijk, zodat u het niet meer
kunt horen.
Gebruik de afstandsbediening van uw tv om het
volume van de tv zelf lager te zetten.
4 Druk op VOLUME +/– op de
afstandsbediening om het volume te regelen.
5 Druk herhaaldelijk op SURROUND op de
afstandsbediening (of op SURROUND en
vervolgens op / ) om een surroundfunctie
te selecteren.
Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen
worden ook via meerdere kanalen weergegeven.
Voor meer informatie over de diverse
surroundfuncties, zie bladzijde 44.
Profiteren van surroundweergave
bij tv programma’s
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
TV
TV
VOLUME
SURROUND
SURROUND
ENTER
of
47
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
BASISBEDIENING
Nederlands
U kunt de parameters voor Dolby Pro Logic II Music en
DTS Neo:6 Music instellen om het surroundeffect bij te
regelen.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk herhaaldelijk op SURROUND op de
afstandsbediening (of op SURROUND en
vervolgens op / ) om te kiezen tussen
PL II Music of Neo:6 Music.
3 Druk op / en selecteer de gewenste
parameter.
4 Druk op / om de geselecteerde
parameter in te stellen.
Instellen van surroundfunctie
parameters
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
YSP
SURROUND
SURROUND
ENTER
of
PRO LOGIC
PLII Movie
PLII Music
PLII Game
Neo:6 Cinema
Neo:6 Music
Voorbeeld van de aanduiding
van de surroundfunctie op het
display op het voorpaneel
wanneer het CINEMA DSP
programma is uitgeschakeld
ENTER
ENTER
48
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
Wanneer u Dolby Pro Logic II Music
heeft geselecteerd
PANORAMA
Geeft de linker en rechter voorkanalen een omhullend
effect, hetgeen wordt doorgezet in het hele surround
geluidsveld voor een verhoogd gevoel van ruimte.
Keuzes: ON/OFF
Standaardinstelling: OFF
DIMENSION
Regelt het volumeverschil tussen de voor- en
surroundkanalen tot u een geschikte balans heeft
gevonden.
Instelbereik: –3 (meer naar de surroundkanalen) t/m
+3 (naar voren)
Standaardinstelling: STD
CT WIDTH
Verdeelt het signaal voor het middenkanaal over de
linker en rechter kanalen. Ingesteld op 0 worden de
signalen voor het middenkanaal uitsluitend via de
middenluidspreker weergegeven.
Instelbereik: 0 t/m 7
Standaardinstelling: 3
Wanneer u DTS Neo:6 Music heeft
geselecteerd
C. IMAGE
Regelt het geluidsbeeld in het midden via drie
luidsprekers (voor en midden).
Instelbereik: 0,0 (breder) t/m 1,0 (gecentreerd)
Standaardinstelling: 0,3
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
49
BASISBEDIENING
Nederlands
Dit toestel is uitgerust met verschillende zeer precieze digitale decoders die multikanaals weergave van zowel stereo- als
origineel multikanaals materiaal mogelijk maken. Dit toestel is eveneens uitgerust met een YAMAHA CINEMA DSP
(Digitale geluidsvelden verwerking) chip en verschillende geluidsveldprogramma’s die de weergave een extra dimensie
geven. De meeste van deze geluidsveldprogramma’s zijn exacte digitale reproducties van de daadwerkelijke akoestiek in
beroemde concertzalen, muziekhallen en bioscopen.
y
De YAMAHA CINEMA DSP functies zijn geschikt voor alle Dolby Digital, DTS en Dolby Surround bronnen.
Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en uw voorkeuren, en niet alleen op basis van de naam van het
geluidsveldprogramma.
Een belangrijke factor in het creëren van de rijke, volle geluidsweergave van een live uitvoering wordt gevormd door de
meervoudige reflecties van het geluid via de wanden van de ruimte. Deze reflecties maken het geluid niet alleen
levendiger, ze zorgen er ook voor dat de luisteraar kan waarnemen waar het geluid vandaan komt, hoe groot de ruimte is
en welke vorm de ruimte bij benadering heeft.
Elementen van een geluidsveld
In elke omgeving zijn er twee verschillende soorten geluidsweerkaatsingen die samen met het direct waargenomen
geluid, dat rechtstreeks onze oren bereikt vanaf de bron van het geluid, het geluidsveld samenstellen.
Vroege weerkaatsingen
Weerkaatst geluid dat onze oren zeer snel bereikt (50 ms tot 100 ms na het directe geluid) na slechts door één oppervlak
(een wand of het plafond bijvoorbeeld) gereflecteerd te zijn. Deze vroege weerkaatsingen geven het directe geluid
helderheid.
Natrillingen
Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen van meer dan één oppervlak (wanden, plafond, de achterwand van de
ruimte enz.) en worden zo talrijk dat ze samensmelten tot een soort akoestische achtergrond. Deze natrillingen zijn niet
richtingsgevoelig en maken het directe geluid minder helder.
Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de natrillingen samen stellen ons in staat een beeld te vormen van de
afmetingen en de vorm van de ruimte waarin we ons bevinden en het is deze informatie die door de digitale geluidsvelden
processor wordt gereproduceerd.
Als u de juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen kon reproduceren in uw eigen kamer, dan zou u uw eigen
luisteromgeving vorm kunnen geven. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen transformeren in die van een concertzaal,
een dansvloer of een studio van om het even welke afmetingen. En dat is nu precies wat YAMAHA gedaan heeft met de
CINEMA DSP technologie waarmee naar believen geluidsvelden kunnen worden samengesteld.
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Opmerking
Wat is een geluidsveld?
50
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
U kunt kiezen uit drie verschillende
geluidsveldprogramma’s (MUSIC, MOVIE en SPORTS),
afhankelijk van het soort materiaal ’waarnaar u wilt
luisteren.
De CINEMA DSP programma’s zijn niet beschikbaar als u de
stereo (zie bladzijde 42) of de gerichte weergave (zie
bladzijde 43) heeft ingeschakeld.
Als de CINEMA DSP programma’s niet beschikbaar zijn, zal
de melding “Prohibit” op het display verschijnen wanneer u op
de afstandsbediening op één van de toetsen voor de
geluidsveldprogramma’s drukt.
Muziekprogramma
Kies voor dit geluidsveldprogramma wanneer u muziek
laat weergeven. Dit programma geeft een levendige
atmosfeer en geeft u het gevoel alsof u daadwerkelijk
aanwezig bent bij een rock of jazz concert.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk herhaaldelijk op MUSIC op de
afstandsbediening om het muziek
geluidsveldprogramma te selecteren.
Filmprogramma
Selecteer dit geluidsveldprogramma wanneer u een film
laat weergeven, in het bijzonder materiaal in Dolby
Digital, DTS of Dolby Surround. Dit programma zorgt
voor een duidelijke weergave van zowel gesproken tekst
als geluidseffecten voor een weidse en ruimtelijke
gewaarwording.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk herhaaldelijk op MOVIE op de
afstandsbediening om het film
geluidsveldprogramma te selecteren.
Sportprogramma
Kies voor dit geluidsveldprogramma wanneer u sport laat
weergeven. Dit programma concentreert het commentaar
in het midden terwijl de geluiden van het publiek en de
omgeving rond uw hele kamer worden gepositioneerd.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk herhaaldelijk op SPORTS op de
afstandsbediening om het sport
geluidsveldprogramma te selecteren.
Inschakelen van CINEMA DSP
programma’s
Opmerkingen
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
CH
YSP
7
MUSIC
YSP
8
MOVIE
YSP
0
SPORTS
51
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
BASISBEDIENING
Nederlands
U kunt de CINEMA DSP programma’s uitschakelen als u
wilt luisteren naar de originele weergave zonder
toegevoegde effecten.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk herhaaldelijk op OFF op de
afstandsbediening om de
geluidsveldprogramma’s uit te schakelen.
Met de fabrieksinstellingen kunt u al een goede
geluidskwaliteit verkrijgen. U kunt echter het effectniveau
regelen van de CINEMA DSP programma’s in relatie tot
het directe geluid zodat elk geluidsveldprogramma beter
aangepast is aan uw luisteromgeving of uw persoonlijke
voorkeur.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk op MUSIC, MOVIE of SPORTS op de
afstandsbediening om het gewenste
geluidsveldprogramma te selecteren.
3 Druk op / op de afstandsbediening.
DSP LEVEL zal op het display op het voorpaneel
verschijnen.
4 Druk op / op de afstandsbediening om
het effectniveau van de CINEMA DSP
programma’s te regelen.
Instelbereik: –6 dB t/m +3 dB
Een grotere waarde verhoogt het effectniveau.
Een kleinere waarde verlaagt het effectniveau.
Uitschakelen van CINEMA DSP
programma’s
YSP
+10
OFF
Instellen van de CINEMA DSP
niveaus
YSP
0
SPORTS
8
MOVIE
7
MUSIC
of of
VOL
ENTER
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE
52
De nacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage volumes, bijvoorbeeld wanneer u ’s nachts wilt luisteren, toch alles te
kunnen verstaan. Bovendien kunt u het volume van de tv begrenzen zodat het niet ineens al te veel kan veranderen
wanneer het weergegeven materiaal verandert (bijv. vanwege reclame).
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk op VOL MODE op de afstandsbediening
om over te schakelen naar de volumefunctie.
De NIGHT indicator zal oplichten op het display op
het voorpaneel.
3 Druk herhaaldelijk op VOL MODE op de
afstandsbediening en selecteer
NIGHT:CINEMA, NIGHT:MUSIC, TV EQUAL
VOL of NIGHT OFF.
Selecteer NIGHT:CINEMA wanneer u naar een
film gaat kijken om het dynamisch bereik van de
soundtrack te verminderen en de gesproken tekst
beter verstaanbaar te maken bij lagere volumes.
Selecteer NIGHT:MUSIC wanneer u naar muziek
wilt luisteren om alle geluiden beter verstaanbaar te
maken.
Selecteer TV EQUAL VOL wanneer u naar tv-
programma’s kijkt.
Selecteer NIGHT OFF om de nacht luisterfuncties
uit te schakelen.
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
YSP
9
VOL MODE
NIGHT
Licht op
NIGHT:CINEMA
NIGHT:MUSIC
TV EQUAL VOL
NIGHT OFF
9
VOL MODE
53
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE
BASISBEDIENING
Nederlands
4 Druk op / op de afstandsbediening om
het niveau van de comprimering te regelen
wanneer NIGHT:CINEMA, NIGHT:MUSIC of
TV EQUAL VOL wordt getoond.
Selecteer Effect.Lvl:MIN voor minimale
compressie.
Selecteer Effect.Lvl:MID voor standaard
compressie.
Selecteer Effect.Lvl:MAX voor maximale
compressie.
De instellingen voor de volumefunctie worden geannuleerd
als u op het voorpaneel of op de afstandsbediening op
STANDBY/ON drukt, of als u de stekker uit het stopcontact
haalt.
Opmerking
Effect.Lvl:MIN
Effect.Lvl:MID
Effect.Lvl:MAX
ENTER
GEBRUIKEN VAN TRUBASS
54
Dit toestel kan de lage tonen verbeterd weergeven met behulp van SRS TruBass technologie, waarmee de weergave van
lage tonen ook zonder subwoofer verbeterd wordt en waarmee de lage tonen nog dieper en rijker zullen klinken indien
wel gebruik gemaakt wordt van een subwoofer.
De TruBass functie is niet beschikbaar wanneer u de gerichte weergave heeft geselecteerd (zie bladzijde 43).
1 Druk op op de afstandsbediening.
De huidige instelling (TruBass ON of TruBass OFF)
wordt aangegeven op het display.
2 Druk herhaaldelijk op op de
afstandsbediening om de SRS TruBass
functie in te schakelen.
TruBass ON zal op het display op het voorpaneel verschijnen.
3 Druk herhaaldelijk op op de
afstandsbediening om de SRS TruBass
functie uit te schakelen.
TruBass OFF zal op het display op het voorpaneel
verschijnen.
GEBRUIKEN VAN TruBass
Opmerking
TV
POWER
SLEEP
AV
POWER
STANDBY/ON
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
TV
VOL
VOL
of
VOL
TruBass ON
TruBass OFF
VOL
TruBass ON
TruBass OFF
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER
55
BASISBEDIENING
Nederlands
Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby) laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze slaaptimer is
bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen terwijl dit toestel nog aan het spelen is.
1 Druk herhaaldelijk op SLEEP op de
afstandsbediening om de tijd voor de
slaaptimer in te stellen.
Keuzes: 120 min, 90 min, 60 min, 30 min, OFF
De SLEEP indicator knippert op het display terwijl u
de tijd voor de slaaptimer aan het instellen bent.
Met elke druk op SLEEP op de afstandsbediening zal
het display op het voorpaneel als volgt veranderen.
2 Wacht een paar tellen zonder het toestel te
bedienen om de instelling van de slaaptimer
te bevestigen.
De SLEEP indicator zal oplichten op het display op
het voorpaneel, ten teken dat de slaaptimer in
werking is.
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER
Instellen van de slaaptimer
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
UNIVERSAL
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
SLEEP
SLEEP
Knippert
SLEEP
SLEEP 120min
SLEEP 90min
SLEEP 60min
SLEEP 30min
SLEEP OFF
SLEEP
Licht op
56
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER
1 Druk net zo vaak op SLEEP tot SLEEP OFF
op het display op het voorpaneel verschijnt.
2 Wacht een paar tellen zonder het toestel te
bedienen om de instelling van de slaaptimer
te bevestigen.
De SLEEP indicator zal verdwijnen van het display
op het voorpaneel, ten teken dat de slaaptimer
uitgeschakeld is.
De eerdere instelling voor de slaaptimer voor u deze uitschakelt
wordt opgeslagen in het systeemgeheugen en zal automatisch
worden hersteld wanneer u de slaaptimer de volgende keer in gaat
stellen.
y
De slaaptimer kan ook buiten werking worden gesteld door op
STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening te
drukken om dit toestel uit (standby) te zetten, of door de stekker
uit het stopcontact te halen.
Annuleren van de slaaptimer
Opmerking
SLEEP
VOL
SLEEP OFF
SLEEP
Verdwijnt
BASIC SETUP
57
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Als de AUTO SETUP niet met succes kan worden afgerond, of als er zich een fout voordoet tijdens de AUTO SETUP
procedure, kunt u de BASIC SETUP gebruiken om als volgt de individuele parameters van dit toestel in te stellen:
1) ROOM TYPE (Kamertype)
2) INSTALLED POSITION (Installatiepositie van het toestel)
3) ROOM SIZE (Kamergrootte)
y
U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een bepaalde set
instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie bladzijde 35).
Om de beste weergave te bereiken kunt u met de MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) de parameters voor uw luisteromgeving in
detail instellen en nadere instellingen verrichten voor de luidsprekerposities, geluidsbundels, digitale ingangssignalen en het in-beeld
display.
Items met een sterretje (*) kunnen anders op uw scherm worden weergegeven, afhankelijk van uw eigen instellingen.
Elk van deze parameters voor de luisteromgeving moet worden ingesteld voor de volgende parameter in de reeks kan worden ingesteld.
Weergeven van het SET MENU scherm
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
y
De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
3 Druk op / , selecteer BASIC SETUP en
druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
BASIC SETUP
Opmerking
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
YSP
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
ENTER
.1 ROOM TYPE ?
2
3
4
PUSH [ENTER] Key.

;
BASIC SETUP
ENTER
58
BASIC SETUP
ROOM TYPE (Kamertype)
4 Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de stappen 1
t/m 3 te herhalen.
5 Druk op ENTER.
6 Druk op / om heen en weer te schakelen
tussen de SQUARE en RECTANGLE
keuzeschermen en druk vervolgens op
ENTER om de gewenste instelling te
selecteren.
Selecteer SQUARE als uw kamer of luisterruimte
vierkant of bijna vierkant is.
Selecteer RECTANGLE als uw kamer of
luisterruimte meer rechthoekig is.
y
Als uw kamer of luisterruimte een onregelmatige vorm
heeft, kies dan de vorm die er het meest op lijkt.
In Voorbeeld 1 is de vorm die het meest overeenkomt met de
getekende luisterruimte een RECTANGLE (rechthoek). In
Voorbeeld 2, is SQUARE de beste keuze.
7 Druk op ENTER om de instelling voor het
soort kamer te bevestigen.
De volgende melding zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
.1 ROOM TYPE ?
2
3
4
PUSH [ENTER] Key.

;
BASIC SETUP
ENTER
ENTER
 SQUARE
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Enter

1 ROOM TYPE ?
p
p
RECTANGLE
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Enter

1 ROOM TYPE ?
p
p
Voorbeeld 1:
Rechthoekige
luisterruimte
Voorbeeld 2:
Vierkante
luisterruimte
ENTER
LE.E* SQUARE
EQ. 2 INSTALLED POSITION ?
LE.E3
.E4
PUSH [ENTER] Key.

;
BASIC SETUP
59
BASIC SETUP
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
INSTALLED POSITION
(Installatiepositie van het toestel)
8 Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen
te verrichten via ROOM TYPE.
9 Druk op ENTER.
Als u SQUARE heeft geselecteerd bij ROOM TYPE
(zie bladzijde 58), worden er vier verschillende
installatieposities in een vierkante kamer aangegeven.
Als u RECTANGLE heeft geselecteerd, worden er
acht verschillende installatieposities in een
rechthoekige kamer aangegeven.
Wanneer SQUARE is geselecteerd als ROOM TYPE
Kies de instelling, LEFT, CENTER, RIGHT of
CORNER (links, midden, rechts of hoek), die het best
overeenkomt met de plek in uw kamer waar dit
toestel is geïnstalleerd.
Wanneer RECTANGLE is geselecteerd als
ROOM TYPE
Kies de instelling, WIDE LEFT, WIDE CENTER,
WIDE RIGHT, CORNER RIGHT, CORNER LEFT,
NARROW LEFT, NARROW CENTER of
NARROW RIGHT (breed links, breed midden, breed
rechts, hoek rechts, hoek links, smal links, smal
midden of smal rechts), die het best overeenkomt met
de plek in uw kamer waar dit toestel is geïnstalleerd.
LE.E* SQUARE
EQ. 2 INSTALLED POSITION ?
LE.E3
.E4
PUSH [ENTER] Key.

;
BASIC SETUP
ENTER
 - 
CENTER
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Enter

2 INSTALLED POSITION ?
p
p
ENTER
LEFT
(Links)
CENTER
(Midden)
CORNER
(Hoek links of rechts)
RIGHT
(Rechts)
- WIDE
CENTER
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Enter

2 INSTALLED POSITION ?
p
p
ENTER
ENTER
WIDE LEFT
(Lange wand links)
WIDE CENTER
(Lange wand midden)
WIDE RIGHT
(Lange wand rechts)
CORNER RIGHT
(Hoek rechts)
CORNER LEFT
(Hoek links)
NARROW LEFT
(Korte wand links)
NARROW CENTER
(Korte wand midden)
NARROW RIGHT
(Korte wand rechts)
60
BASIC SETUP
10 Druk op / om de opstelling te selecteren
die het meest overeenkomt met de plek waar
dit toestel geïnstalleerd is en druk
vervolgens op ENTER.
De volgende melding zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
ROOM SIZE (Kamergrootte)
11 Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen
te verrichten via INSTALLED POSITION.
12 Druk op ENTER.
Er worden drie verschillende afmetingen aangegeven
(SMALL, MID of LARGE; klein, gemiddeld of
groot) voor zowel SQUARE als RECTANGLE.
Wanneer SQUARE is geselecteerd als ROOM
TYPE
ENTER
ENTER
ENTER
LE.E* SQUARE
EQ.>* CENTER
LE.E3 ROOM SIZE ?
LE.E4
PUSH [ENTER] Key.

;
BASIC SETUP
LE.E* SQUARE
EQ.>* CENTER
LE.E3 ROOM SIZE ?
LE.E4
PUSH [ENTER] Key.

;
BASIC SETUP
ENTER

[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Enter

3 ROOM SIZE ?
.
.
p
p
--+
.
5.0m
.
MID
ENTER
3,8 m
3,8 m
SMALL
(Klein)
MID
(Gemiddeld)
LARGE
(Groot)
5,0 m
5,0 m
5,8 m
5,8 m
61
BASIC SETUP
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Wanneer RECTANGLE is geselecteerd als
ROOM TYPE
13 Druk op / , selecteer de afmetingen die
het meest overeenkomen met uw
luisterruimte en druk vervolgens op ENTER.
SETUP OK (Instellingen bevestigen)
14 Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen
te verrichten via ROOM SIZE.
15 Druk op ENTER.
De volgende melding zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.


[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Enter

3 ROOM SIZE ?
MID
.
.
--+
.
.
5.8m
-
-
4.2m
--
-
p
p
ENTER
ENTER
4,2 m
5,8 m
3,4 m
4,2 m
5,0 m
6,8 m
SMALL
(Klein)
MID
(Gemiddeld)
LARGE
(Groot)
ENTER
ENTER
ENTER
LE.E* SQUARE
EQ..* CENTER
LE.E* MID
. 4 SETUP OK ?
PUSH [ENTER] Key.

;
BASIC SETUP
DATA SETUP
YES NO
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Enter

4 SETUP OK?
p
p
p
ENTER
62
BASIC SETUP
16 Druk op / , selecteer YES of NO en druk
vervolgens op ENTER.
Kies YES om de instellingen op te slaan indien u er
tevreden mee bent. Het volgende scherm zal
verschijnen en uw BASIC SETUP instellingen
worden opgeslagen.
Kies NO om de instellingen te annuleren en terug
te keren naar het SET MENU beginscherm.
17 Druk op MENU om de BASIC SETUP
procedure af te ronden.
Het SET MENU scherm zal nu van uw tv-scherm
verdwijnen.
Hiermee zijn de parameter instellingen voor de BASIC
SETUP klaar. Om een signaalbron te selecteren en te
kunnen genieten van de surroundweergave via dit toestel,
zie “WEERGAVE” op bladzijde 37.
ENTER
ENTER
Data Setting !
Please wait.

4 SETUP OK?
;MEMORY
;AUTO SETUP
.;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
MENU
MANUAL SETUP
63
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Om de beste kwaliteit surroundweergave te bereiken kunt u met de MANUAL SETUP de parameters voor de
luisteromgeving in detail instellen en nadere instellingen verrichten voor de luidsprekerpositie, geluidsbundels, digitale
ingangssignalen en het in-beeld display. Verander de begininstellingen (onder elke parameter vet gedrukt aangeduid) op
basis van uw specifieke luisteromgeving.
y
U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een bepaalde set
instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie bladzijde 35).
De meeste instellingen in het SOUND MENU en het BEAM MENU worden automatisch uitgevoerd wanneer u de AUTO SETUP
doet (zie bladzijde 26). Gebruik het SOUND MENU en het BEAM MENU om aanvullende instellingen te maken
ts.
Het BEAM MENU stelt u in staat instellingen voor de surroundweergave te veranderen die normaliter via een instelmenu voor de
luidsprekers gewijzigd moeten worden.
Stel eerst de parameters in het BEAM MENU in voor u de instellingen voor de parameters in het SOUND MENU, het INPUT MENU
en het DISPLAY MENU gaat wijzigen.
SOUND MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsweergave instellen.
BEAM MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsbundels instellen.
INPUT MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de audio en video ingangssignalen instellen.
DISPLAY MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met het display instellen.
MANUAL SETUP
Onderdeel Kenmerken Bladzijde
TONE CONTROL Instellen van het uitgangsniveau voor hoge of lage tonen.
69
BEAM LEVEL Instellen van het uitgangsniveau van elk van de geluidsbundels.
69
SUBWOOFER SET Instellen van de diverse instellingen voor de subwoofer.
70
MUTE LEVEL Instellen van het dempingsniveau.
70
AUDIO DELAY Instellen van de audiovertraging.
70
ROOM EQ Instellen van de klankkleur (toon) van de luisterruimte.
70
DD/DTS Dynamic Range Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen.
71
Onderdeel Kenmerken Bladzijde
SETTING PARAMETERS Aanpassen van de instellingen voor de luisterruimte en de luisterplek.
65
BEAM ADJUSTMENT Regelen van de diverse instellingen voor de geluidsbundels.
66
IMAGE LOCATION Instellen van de positie van de linker en de rechter voor-luidsprekers.
68
Onderdeel Kenmerken Bladzijde
INPUT ASSIGNMENT Toewijzen van aansluitingen aan de daarmee verbonden componenten.
71
INPUT MODE Selecteren van de begininstelling van de ingangsfunctie voor de signaalbron.
72
INPUT TRIM Regelt het ingangsniveau van de signaalbron.
72
INPUT RENAME Veranderen van de getoonde naam voor een bepaalde signaalbron.
72
Onderdeel Kenmerken Bladzijde
DIMMER SET Regelen van de helderheid van het display.
73
OSD SET Instellen van de displaypositie en de achtergrondkleur van het in-beeld display.
74
UNIT SET Veranderen van de gebruikte eenheden.
74
64
MANUAL SETUP
Gebruik de afstandsbediening om de menu's te openen en
de instellingen te verrichten.
y
U kunt de SET MENU instellingen wijzigen terwijl het toestel
aan het weergeven is.
1 Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
2 Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
y
De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET MENU,
dient u op RETURN op de afstandsbediening te drukken
.
Druk op TEST op de afstandsbediening om de cursortoetsen
weer te kunnen gebruiken nadat u met een ingangskeuzetoets
een andere set bedieningstoetsen heeft ingeschakeld.
Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
3 Druk op / , selecteer MANUAL SETUP
en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
4 Druk op / , selecteer een submenu en
druk vervolgens op ENTER.
5 Gebruik / / / en ENTER om de
verschillende parameters in te stellen.
6 Druk op MENU om af te sluiten.
Het in-beeld display (OSD) zal nu van uw tv-scherm
verdwijnen.
Gebruiken van het MANUAL SETUP
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
YSP
CINEMA DSP
YSP
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
p
SET MENU
ENTER
ENTER
.1 SOUND MENU
2 BEAM MENU
3 INPUT MENU
4 DISPLAY MENU
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter

;
MANUAL SETUP
p
p
ENTER
ENTER
ENTER
MENU
65
MANUAL SETUP
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met de geluidsbundels instellen.
SET MENU MANUAL SETUP BEAM MENU
SETTING PARAMETERS
(Parameter instellingen)
Hiermee kunt u de positie van het toestel in uw
luisterruimte en de afstand tussen dit toestel en de
luisterplek instellen.
Wanneer u een bepaalde parameter instelt, zullen andere,
daarmee samenhangende, parameters automatisch worden
aangepast om de beste weergave te verkrijgen voor uw
luisteromgeving.
Als u instellingen verricht via SETTING PARAMETERS, zullen
de instellingen voor geluidsbundels die gemaakt zijn via de
AUTO SETUP procedure vervangen worden. Als u de
instellingen voor de geluidsbundels die gemaakt zijn via de
AUTO SETUP wilt behouden verricht dan eerst de instellingen
via BEAM ADJUSTMENT (zie bladzijde 66).
INSTALLED POSITION
(Installatiepositie van het toestel)
Hiermee kunt u de installatiepositie van dit toestel
instellen.
Keuzes: FLAT TO WALL (Installatie parallel aan een
wand),
ANGLE TO WALL OR CORNER
(Hoekinstallatie)
Selecteer FLAT TO WALL als het toestel parallel aan
een wand is geïnstalleerd. Stel de breedte en de lengte
van uw luisterruimte in en ook de afstand van dit
toestel tot de luisterplek, en de afstand van het midden
van dit toestel tot de linker wand.
Keuzes voor de breedte en de lengte van de kamer:
2,0 m t/m 12,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot dit
toestel:
2,0 m t/m 9,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot de linker
wand:
0,6 m t/m 11,4 m
BEAM MENU
Opmerking
.A)SETTING PARAMETERS
B)BEAM ADJUSTMENT
C)IMAGE LOCATION


[]/[]:Up/Down
[SELECT]:Enter

2 BEAM MENU
p
p
.INSTALLED POSITION
;;;;;FLAT TO WALL

[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
A)SETTING PARAMETER
1/3
p
p
p
p
FLAT TO WALL
ANGLE TO WALL
OR CORNER
Luisterplek tot
linkerwand
Luisterplek tot
toestel
Lengte
kamer
Breedte kamer
A)SETTING PARAMETERS 2/3
12.0m
12.0m
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
A)SETTING PARAMETERS 3/3
12.0m
12.0m
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
Breedte en lengte van
de kamer
Luisterplek tot toestel en
tot linkerwand
66
MANUAL SETUP
Selecteer ANGLE TO WALL OR CORNER als het
toestel in een hoek van uw kamer is geïnstalleerd. Stel
de breedte en de lengte van uw luisterruimte in en ook
de afstand van dit toestel tot de luisterplek, en de
afstand van het midden van dit toestel tot de linker
wand.
Keuzes voor de breedte en de lengte van de kamer:
2,0 m t/m 12,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot dit
toestel:
2,0 m t/m 9,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot de linker
wand:
0,6 m t/m 11,4 m
Wanneer u de INSTALLED POSITION parameter in de BASIC
SETUP (zie bladzijde 59) of MANUAL SETUP (zie
bladzijde 65) instelt, worden de nieuwe waarden voor de breedte
en lengte van uw kamer automatisch als standaardinstelling
ingesteld.
BEAM ADJUSTMENT (Instelling
geluidsbundels)
Hiermee kunt u de hoeken waaronder de verschillende
geluidsbundels worden geprojecteerd instellen. We raden
u aan de stand met 5 geluidsbundels te selecteren voor u
veranderingen gaat aanbrengen in deze instellingen.
Wanneer INSTALLED POSITION wordt gewijzigd via de
BASIC SETUP (zie bladzijde 59) of MANUAL SETUP (zie
bladzijde 65), zal de standaardinstelling automatisch worden
ingesteld voor deze parameter behalve wanneer FOCAL
LENGTH op CENTER is ingesteld (zie bladzijde 67).
Afhankelijk van de instellingen voor de geluidsbundels (zie
bladzijde 40) is het mogelijk dat bepaalde luidsprekerposities
niet beschikbaar zijn. In een dergelijk geval zal “– –” worden
aangegeven. Bij gebruik van de Stereo plus 3 geluidsbundels
stand, moet u de linker en rechter surroundkanalen laten
weergeven via de linker en rechter voor-luidsprekers.
HORIZONTAL ANGLE (Horizontale hoek)
Hiermee kunt u de horizontale hoek van de geluidsbundels
voor elk van de luidsprekers instellen. Door de horizontale
hoek van de geluidsbundels aan te passen kunt u de
bundels optimaal afstellen. Er wordt automatisch een
testtoon geproduceerd.
Keuzes: L90° t/m R90°
Kies een hogere L (links) instelling om de geluidsbundel
meer naar links te richten, een hogere R (rechts) instelling
om de bundel naar rechts te richten.
Opmerking
Luisterplek tot toestel
Lengte kamer
Breedte kamer
A)SETTING PARAMETERS 2/3
12.0m
12.0m
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
A)SETTING PARAMETERS 3/3
12.0m
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
Breedte en lengte van
de kamer
Luisterplek tot toestel en
tot linkerwand
Opmerkingen
.a)HORIZONTAL ANGLE
b)BEAM TRAVEL LENGTH
c)FOCAL LENGTH
d)TREBLE GAIN
[]/[]:Up/Down
[SELECT]:Enter

B)BEAM ADJUSTMENT
p
p
()
(+)
(+)
()
a)HORIZONTAL ANGLE 1/5
0(deg)
3BEAM
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
L90
R90
Front L
L60deg
*
p
p
67
MANUAL SETUP
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
BEAM TRAVEL LENGTH (Bundelafstand)
Hiermee kunt u instellen hoeveel afstand de
geluidsbundels moeten overbruggen nadat ze zijn
geproduceerd door de luidspreker in kwestie en via de
wand weerkaatst voor ze uiteindelijk aankomen op de
luisterplek.
De lijnen in de afbeelding hieronder geven een indruk van
de afstanden.
Keuzes: 0,3 m t/m 24,0 m
Front L regelt de afstand die de geluidsbundel voor de
linker voor-luidspreker moet afleggen.
Front R regelt de afstand die de geluidsbundel voor de
rechter voor-luidspreker moet afleggen.
Center regelt de afstand die de geluidsbundel voor de
midden-luidspreker moet afleggen.
Surround L regelt de afstand die de geluidsbundel
voor de linker surround-luidspreker moet afleggen.
Surround R regelt de afstand die de geluidsbundel
voor de rechter surround-luidspreker moet afleggen.
FOCAL LENGTH (Brandpuntsafstand)
Hiermee kunt u de afstand van de voorkant van dit toestel
tot het brandpunt van de weergave voor elk van de
luidsprekers instellen.
Keuzes: –1,0 m t/m +13,0 m
Kies een hogere – (minus) instelling om het brandpunt
meer naar buiten te brengen, of een hogere + (plus)
instelling om het brandpunt naar de normale positie te
brengen.
Front L regelt de brandpuntsafstand voor de linker
voor-geluidsbundel.
Front R regelt de brandpuntsafstand voor de rechter
voor-geluidsbundel.
Center regelt de brandpuntsafstand voor de midden-
geluidsbundel. Begininstelling: –0,5 m
Surround L regelt de brandpuntsafstand voor de
linker surround-geluidsbundel.
Surround R regelt de brandpuntsafstand voor de
rechter surround-geluidsbundel.
y
We raden u aan de begininstelling (–0,5 m) te gebruiken voor de
midden-luidspreker.
Front L;;;;;;;7.1m
Front R;;;;;;;7.1m
Center;;;;;;;;3.0m
Surround L;;;;10.0m
Surround R;;;;10.0m

b)BEAM TRAVEL LENGTH
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
3Beam
.
p
p
Front L;;;;;;;+6.0m
Front R;;;;;;;+6.0m
Center;;;;;;;;-1.0m
Surround L;;;;+13.0m
Surround R;;;;+13.0m

c)FOCAL LENGTH
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
3Beam
.
p
p
68
MANUAL SETUP
TREBLE GAIN (Versterking hoge tonen)
Regelt de weergave van de hoge tonen via de diverse
luidsprekers.
y
Als de linker en rechter voor- of linker en rechter surround-
geluidsbundel gereflecteerd moet worden door een gordijn of een
ander akoestisch absorberend oppervlak, kunt u een betere
surroundweergave bereiken door de hoge tonen in de
geluidsbundel(s) in kwestie te versterken.
Keuzes: –12,0 dB t/m +12,0 dB
Begininstelling: 0 dB
FL regelt de weergave van de hoge tonen via de linker
voor-geluidsbundel.
FR regelt de weergave van de hoge tonen via de rechter
voor-geluidsbundel.
C regelt de weergave van de hoge tonen via de midden-
geluidsbundel.
SL regelt de weergave van de hoge tonen via de linker
surround-geluidsbundel.
SR regelt de weergave van de hoge tonen via de
rechter surround-geluidsbundel.
IMAGE LOCATION (Locatie
geluidsbeeld)
U kunt regelen uit welke richting u de linker en rechter
voorkanalen zult horen door deze audiosignalen
gedeeltelijk te laten weergeven via het middenkanaal.
U kunt deze functie gebruiken wanneer de weergave via
de linker en rechter kanalen onnatuurlijk overkomt,
bijvoorbeeld wanneer uw luisterplek niet precies in het
midden van uw luisterruimte is.
U kunt deze parameter alleen instellen wanneer de stand
voor weergave van 3 of 5 geluidsbundels is geselecteerd
(zie bladzijde 42).
Keuzes: ON, OFF
Instelbereik: 0% t/m 95%
Begininstelling: 0%
LEFT (Links)
Brengt het geluidsbeeld naar links.
Hoe hoger het percentage, hoe groter het volume uit het
midden.
RIGHT (Rechts)
Brengt het geluidsbeeld naar rechts.
Hoe hoger het percentage, hoe groter het volume uit het
midden.
Surround L;;;;;0dB
Surround R;;;;;0dB
Center;;;;;;;;;0dB
Front L;;;;;;;;0dB
Front R;;;;;;;;0dB

d)TREBLE GAIN
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
.
p
p
+
-
+
-
+
-
+
-
+
-
. OFF ) ON
LEFT;;;;;;;;;;0%
RIGHT;;;;;;;;;0%

C)IMAGE LOCATION
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
R
L
C
p
Zonder aanpassing
Met aanpassing van het
linker voorkanaal
Zonder aanpassing
Met aanpassing voor de
rechter voor-luidspreker
69
MANUAL SETUP
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met de geluidsweergave instellen.
SET MENU MANUAL SETUP SOUND MENU
TONE CONTROL (Toonregeling)
U kunt de toonkleur van uw luidsprekers aanpassen.
TREBLE (Hoge tonen)
Hiermee kunt u de weergave van de hoge tonen regelen.
Keuzes: –12 dB t/m +12 dB
Begininstelling: 0 dB
BASS (Lage tonen)
Hiermee kunt u de weergave van de lage tonen regelen.
Keuzes: –12 dB t/m +12 dB
Begininstelling: 0 dB
BEAM LEVEL (Niveau geluidsbundels)
Hiermee kunt u met de hand de balans bepalen tussen het
volume (luidsprekerniveau) van de linker voor- of linker
surround-luidspreker en elk van de geselecteerde
luidsprekers.
Bij het instellen van de rechter of midden voor-
luidsprekers of de linker surround-luidspreker of de
subwoofer, zal de testtoon worden geproduceerd door de
linker voor-luidspreker en de geselecteerde luidspreker.
Bij het instellen van de rechter surround-luidspreker zal de
testtoon om en om worden gereproduceerd via de linker en
rechter surround-luidsprekers.
De standaardinstelling wordt automatisch ingesteld voor
deze parameter afhankelijk van de parameters die zijn
ingesteld via de AUTO SETUP, BASIC SETUP of
ROOM EQ in de MANUAL SETUP.
Afhankelijk van de instellingen voor de geluidsbundels is
het mogelijk dat bepaalde kanalen niet beschikbaar zijn. In
een dergelijk geval zal NONE worden aangegeven.
FR instellen van de balans tussen de linker en de
rechter voor-luidspreker.
C instellen van de balans tussen de linker voor- en de
midden-luidspreker.
SL instellen van de balans tussen de linker voor- en de
linker surround-luidspreker.
SR instellen van de balans tussen de linker surround-
en de rechter surround-luidspreker.
SWFR instellen van de balans tussen de linker voor-
luidspreker en de subwoofer.
SOUND MENU

. A)TONE CONTROL

B)BEAM LEVEL

C)SUBWOOFER SET

D)MUTE LEVEL

E)AUDIO DELAY

F)ROOM EQ

G)DD/DTS Dynamic Range
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter

1 SOUND MENU
p
p
 
. TREBLE;;;;0dB

BASS;;;;;;0dB
A)TONE CONTROL
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
+
-
p
p
 -  +
.FR
C
SL
SR
SWFR
B)BEAM
LEVEL
*OUT : FL )FR
*MODE: 5 BEAM
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
70
MANUAL SETUP
SUBWOOFER SET (Subwoofer
instellingen)
Hiermee kunt u met de hand diverse subwoofer
instellingen wijzigen.
BASS OUT (Weergave lage tonen)
De lage tonen (bass) kunnen naar de subwoofer en/of de linker
en rechter voor-luidsprekers worden gestuurd. Deze instelling
bepaalt ook waar het LFE (Lage Frequentie Effecten) kanaal
in Dolby Digital en DTS signalen naartoe wordt gestuurd.
Keuzes: SWFR (subwoofer), FRONT, BOTH
Selecteer SWFR als u een subwoofer aangesloten
heeft. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden nu in overeenstemming met de
luidspreker-instellingen naar de subwoofer gestuurd.
Selecteer FRONT als u geen subwoofer gebruikt. Het LFE
kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in
overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de
voor-luidsprekers gestuurd (ook al had u oorspronkelijk de
voor-luidsprekers op SMALL ingesteld).
Selecteer BOTH als u een subwoofer heeft aangesloten
en u de lage tonen voor beide voorkanalen zowel via de
voor-luidsprekers als via de subwoofer wilt laten
weergeven. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden ook naar de woofers van dit toestel
gestuurd.
CROSS OVER (Crossover)
Wanneer BASS OUT op SWFR staat kunt u met deze
functie de crossover (afsnij) frequentie instellen voor alle
lage tonen. Alle frequenties beneden de ingestelde
frequentie zullen naar de subwoofer worden gedirigeerd.
Keuzes: 80Hz, 100Hz, 120Hz
LFE LEVEL (Niveau Lage Frequentie Effecten)
Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau)
van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen
aan het vermogen van uw subwoofer. Het LFE kanaal
zorgt voor de weergave van speciale effecten met zeer lage
tonen bij bepaalde passages. Deze instelling treedt alleen
in werking bij weergave wanneer dit toestel Dolby Digital
of DTS signalen decodeert.
Keuzes: –20 t/m 0 dB
DISTANCE (Afstand)
Hiermee kunt u de afstand van de subwoofer tot de
luisterplek regelen.
Keuzes: 0,3 m t/m 15,0 m
Begininstelling: 3,0 m
MUTE LEVEL (Volumeverlaging bij
geluid uit)
U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet
worden wanneer u de geluidsweergave tijdelijk
uitschakelt.
Keuzes: MUTE, –20 dB
Selecteer MUTE om de geluidsweergave helemaal te
stoppen.
Selecteer –20 dB om het huidige volume met 20 dB te
verlagen.
AUDIO DELAY (Audio vertraging)
U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze
synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig
bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren.
Keuzes: 0 t/m 160 msec
ROOM EQ (Kamerequalizer)
Hiermee kunt u de toonkleur aanpassen aan uw luisterruimte
wanneer het toestel aan de wand is gemonteerd.
Keuzes: MOUNT (Montage)
REFLECTING (Kamertype; weerkaatsing)
MOUNT (Montage)
Hiermee kunt u de lage en middentonen verbeteren.
Keuzes: WALL (Aan de wand), SHELF (Op een plank)
Selecteer WALL als het toestel aan een wand in uw
kamer is geïnstalleerd.
Selecteer SHELF als het toestel op een plank of iets
dergelijks in uw kamer is geïnstalleerd.
REFLECTING (Kamertype; weerkaatsing)
Hiermee kunt u instellen hoeveel geluid er wordt
weerkaatst in uw kamer.
Keuzes: NORMAL (Normaal), HI ECHO (Veel echo)
Kies NORMAL wanneer uw luisterruimte geluiden
normaal weerkaatst.
Kies HI ECHO wanneer uw luisterruimte geluiden
goed weerkaatst, bijvoorbeeld met betonnen wanden.
.BASS OUT;;;;;FRONT
CROSS OVER;;;120Hz
LFE LEVEL;;;;-20dB
DISTANCE;;;;;15.0m
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Return

C)SUBWOOFER
SET
p
p
p
p
)MUTE -20dB

[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Return
D)MUTE LEVEL
p
p

AUDIO DELAY;;;30msec

[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Return
E)AUDIO DELAY
p
p
 
MOUNTING;;;;;WALL/SHELF
 
REFLECTING;;;NORMAL/HI ECHO


F)ROOM EQ
.
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
71
MANUAL SETUP
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
DD/DTS Dynamic Range
(Dynamisch bereik Dolby Digital en DTS
signalen)
Via deze instelling kunt u instellen hoeveel het dynamisch
bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers.
Deze instelling treedt alleen in werking wanneer dit
toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Het
dynamisch bereik is het verschil tussen het zachtst
hoorbare geluid en het hardste dat nog zonder vervorming
kan worden weergegeven.
Instelmogelijkheden:MIN (minimum), STD (standaard),
MAX (maximum)
Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave
via uw luidsprekers in te stellen.
Selecteer MIN als u bij een laag volume wilt luisteren.
Selecteer STD voor algemeen gebruik.
Selecteer MAX voor speelfilms.
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met de audio en video ingangssignalen
instellen.
SET MENU MANUAL SETUP INPUT MENU
INPUT ASSIGNMENT (Toewijzing
ingangsaansluitingen)
U kunt de optische en digitale ingangsaansluitingen van
dit toestel toewijzen aan andere componenten wanneer de
begininstellingen van dit toestel niet overeenkomen met
uw systeem. Door andere componenten toe te wijzen aan
de ingangsaansluitingen van dit toestel zorgt u ervoor dat
de juiste naam van het aangesloten toestel verschijnt op
het display op het voorpaneel en op het in-beeld display
(OSD), en kunt u eventueel deze component bedienen via
de ingangskeuzetoets met de bijbehorende naam. Als u
een component aansluit op één van de
ingangsaansluitingen van dit toestel en verder niets
wijzigt, zal de begininstelling met de naam voor die
ingangsaansluiting worden getoond op het display en in
het in-beeld display (OSD) wanneer deze als signaalbron
wordt geselecteerd.
Selecteer OPTICAL IN (1) om een component toe te
wijzen aan de TV OPTICAL IN aansluiting van dit
toestel.
Keuzes: TV, VCR
Selecteer OPTICAL IN (2) om een component toe te
wijzen aan de AUX OPTICAL IN aansluiting van dit
toestel.
Keuzes: AUX, DVD
Selecteer COAX IN (3) om een component toe te
wijzen aan de COAXIAL IN aansluiting van dit toestel.
Keuzes: DVD, AUX
MIN STD )MAX

[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Retern
G)DD/DTS Dynamic Range
p
p
INPUT MENU
.A)INPUT ASSIGNMENT
B)INPUT MODE
C)INPUT TRIM
D)INPUT RENAME

[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter

3 INPUT MENU
p
p
OPTICAL IN
(. (1);;;;; TV
(. (1);;;;( TV )
(. (2);;;;; AUX
(. (1);;;;( AUX )
A)INPUT ASSIGNMENT 1/2
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
COAX IN
(. (3);;;;; DVD
(. (1);;;;( DVD )
(.
A)INPUT ASSIGNMENT 2/2
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
72
MANUAL SETUP
INPUT MODE (Ingangsfunctie)
Met deze instelling kunt u de ingangsfunctie bepalen voor
signaalbronnen op de DIGITAL INPUT aansluitingen op het
moment dat dit toestel wordt ingeschakeld. Voor informatie
omtrent de soorten audiosignalen die door dit toestel kunnen
worden verwerkt verwijzen we u naar “Surroundfuncties en
aanbevolen signaalbronnen” op bladzijde 44.
Keuzes: AUTO, LAST
Kies AUTO om het toestel automatisch het soort
ingangssignaal te laten bepalen en de bijbehorende
ingangsfunctie te laten instellen.
Kies LAST om het toestel automatisch de
ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met
de signaalbron in kwestie gebruikt is. Als het soort
ingangssignaal verschilt van de instelling, zal er geen
geluid worden geproduceerd.
INPUT TRIM (Niveau ingangssignalen
aanpassen)
Hiermee kunt u het ingangsniveau van de signaalbron regelen.
Selecteer TV ANALOG om het niveau in te stellen van
audio- en videosignalen die binnenkomen via de
analoge TV/STB ingangsaansluitingen van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
Selecteer TV OPTICAL om het niveau in te stellen van
audio- en videosignalen die binnenkomen via de TV
OPTICAL IN aansluiting van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
Selecteer VCR ANALOG om het niveau in te stellen
van audio- en videosignalen die binnenkomen via de
analoge VCR ingangsaansluitingen van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
Selecteer AUX OPTICAL om het niveau in te stellen
van audio- en videosignalen die binnenkomen via de
AUX OPTICAL IN aansluiting van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
Selecteer DVD COAXIAL om het niveau in te stellen
van audio- en videosignalen die binnenkomen via de
COAXIAL IN aansluiting van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
INPUT RENAME (Signaalbronnen
nieuwe namen geven)
Met deze functie kunt u de namen van de signaalbronnen
op het OSD (in-beeld display) en op het display op het
voorpaneel veranderen. Gebruik de ingangskeuzetoetsen
(TV, STB, DVD, VCR, of AUX) om de component
waarvan u de naam wilt veranderen te selecteren en voer
dan de volgende procedure uit.
1 Druk op TEST op de afstandsbediening.
2 Druk op / en verplaats de _
(onderstreping) naar het teken of de spatie
die u wilt veranderen.
De _ (onderstreping) knippert.
3 Druk op / en selecteer het gewenste
teken.
U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke
signaalbron.
Druk op om de tekens als volgt te laten
veranderen, of druk op om deze reeks in
omgekeerde volgorde te doorlopen:
A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie, #, *,
+, enz.
)AUTO LAST

[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Retern
B)INPUT MODE
p
p
(. TV ANALOG;;;;;-3.0dB
(. OPTICAL;;;;-3.0dB
(. VCR ANALOG;;;;;-3.0dB
(. AUX OPTICAL;;;;-3.0dB
(. DVD COAXIAL;;;;-3.0dB
C)INPUT TRIM
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p

AUX -> AUX
[ ]/[ ]:Position
[]/[]:Character
[ENTER]:Return

D)INPUT
RENAME
p
p
p
p
TEST
ENTER
ENTER
73
MANUAL SETUP
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
4 Herhaal de stappen 1 t/m 3 als u de namen
van andere signaalbronnen wilt veranderen.
5 Druk op ENTER om af te sluiten.
De nieuwe naam (namen) wordt (worden) opgeslagen
en het display keert terug naar het eerder
weergegeven scherm.
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met het display instellen.
SET MENU MANUAL SETUP OPTION MENU
DIMMER SET (Dimmer instellingen)
Hiermee kunt u de helderheid van het display op het
voorpaneel instellen.
STANDARD DIMMER (Standaard dimmer)
Hiermee stelt u de helderheid van het display op het
voorpaneel in wanneer het toestel wordt bediend via het
voorpaneel of de afstandsbediening.
Keuzes: –2, –1, OFF
AUTO DIMMER (Automatische dimmer)
Wanneer er een bepaalde tijd lang geen handeling wordt
uitgevoerd, zal het display op het voorpaneel gedimd
worden. Hiermee kunt u de helderheid van het display op
het voorpaneel in een dergelijk geval instellen.
Keuzes: DISPLAY OFF, –3 t/m –1 (gebaseerd op de
STANDARD DIMMER instelling), OFF
ENTER
DISPLAY MENU
.A)DIMMER SET
B)OSD SET
C)UNIT SET


[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter

4 DISPLAY MENU
p
p

.STANDARD DIMMER;;;OFF

 AUTO DIMMER;;;;;;;OFF



A)DIMMER SET
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
74
MANUAL SETUP
OSD SET (In-beeld display instellingen)
Hiermee kunt u de displaypositie en de achtergrondkleur
van het in-beeld display instellen.
OSD SHIFT (Plaatsing in-beeld display)
Hiermee kunt u de verticale positie van het in-beeld
display (OSD) instellen. Een hogere – (minus) instelling
zal de positie van het in-beeld display hoger in beeld
brengen, een hogere + (plus) instelling lager.
Keuzes: –5 t/m +5
Begininstelling: 0
OSD BACK COLOR (Achtergrond in-beeld
display)
Hiermee kunt u de kleur van de achtergrond van het in-
beeld display (OSD) instellen.
Keuzes: BLUE, GRAY
UNIT SET (Eenheden)
(Alleen modellen voor de VS en Canada)
Hiermee kunt u kiezen in welke eenheid het toestel
afstanden aangeeft.
Keuzes: METERS, FEET
Selecteer METERS om de afstanden van de
luidsprekers in meters in te kunnen voeren.
Selecteer FEET om de afstanden van de luidsprekers in
voeten (feet) in te kunnen voeren.

.OSD SHIFT;;;;;;;;0

OSD BACK COLOR;;;BLUE


B)OSD SET
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
p
)METERS FEET

[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Retern
C)UNIT SET
p
p
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
75
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
U kunt een maximum volumeniveau instellen zodat het
toestel geen geluid harder dan deze instelling zal kunnen
produceren.
1 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit te
zetten.
2 Houd INPUT op het voorpaneel ingedrukt en
druk vervolgens op STANDBY/ON op het
voorpaneel om het toestel aan te zetten.
MAX VOLUME SET zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
3 Laat INPUT op het voorpaneel los.
4 Druk op ENTER op het voorpaneel.
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
Instellen van het maximum
volumeniveau
STANDBY/ONVOLUME
++
INPUT
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
TV
STANDBY/ON
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
INPUT
STANDBY/ON
VOL
MAX VOLUME SET
INPUT
ENTER
76
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
5 Gebruik / om het gewenste maximum
volumeniveau in te stellen.
Instelbereik: 0 dB t/m –99,0 dB
Instelstap: 1 dB
6 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
De nieuwe instelling voor het maximum
volumeniveau treedt in werking wanneer u dit toestel
de volgende keer aan zet.
U kunt de huidige instellingen beveiligen tegen per
ongeluk wissen of wijzigen.
1 Herhaal de stappen 1 t/m 3 onder “Instellen
van het maximum volumeniveau” op
bladzijde 75.
2 Druk net zo vaak op / op de
afstandsbediening tot MEMORY PROTECT
op het display op het voorpaneel verschijnt.
3 Druk op ENTER.
ENTER
STANDBY/ON
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
Beveiligen van de huidige
instellingen
ENTER
VOL
MEMORY PROTECT
ENTER
77
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
4 Druk op / om heen en weer te schakelen
tussen PROTECT: ON en PROTECT: OFF.
Selecteer PROTECT: ON om de beveiliging in te
schakelen.
Selecteer PROTECT: OFF om de beveiliging uit te
schakelen.
5 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
De nieuwe instelling treedt in werking wanneer u dit
toestel de volgende keer aan zet.
U kunt alle parameters van dit toestel terugzetten op de
fabrieksinstellingen. Deze procedure zet ALLE
instellingen in het SET MENU volledig terug.
Na de volgende procedure moet u de ROOM TYPE, SP
POSITION en ROOM SIZE parameters weer opnieuw aanpassen
aan uw luisteromgeving.
1 Herhaal de stappen 1 t/m 3 onder “Instellen
van het maximum volumeniveau” op
bladzijde 75.
2 Druk net zo vaak op / op de
afstandsbediening tot FACTORY PRESET op
het display op het voorpaneel verschijnt.
3 Druk op ENTER.
ENTER
VOL
PROTECT: ON
VOL
PROTECT: OFF
STANDBY/ON
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
Initialiseren van de huidige
instellingen
Opmerking
ENTER
VOL
FACTORY PRESET
ENTER
78
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
4 Druk op / om heen en weer te schakelen
tussen PRESET: RESET en PRESET:
CANCEL.
Selecteer PRESET: RESET om alle huidige
instellingen terug te zetten.
Selecteer PRESET: CANCEL om het terugzetten
van de instellingen te annuleren.
5 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
De nieuwe instelling treedt in werking wanneer u dit
toestel de volgende keer aan zet.
U kunt het uitgangsniveau van de diverse geluidsbundels
instellen via de testtoon of aan de hand van de
weergegeven audio in elk van de standen voor de
geluidsbundels om de surroundweergave zo realistisch
mogelijk te maken.
Geen van de luidsprekerniveaus kan worden ingesteld wanneer
de stereoweergave is geselecteerd (zie bladzijde 42).
FRONT L/R kan niet worden ingesteld wanneer de Stereo plus
3 geluidsbundels stand is geselecteerd (zie bladzijde 41).
Alleen CENTER kan worden ingesteld wanneer u de gerichte
weergave heeft geselecteerd (zie bladzijde 43).
y
Als het niveau van een bepaald kanaal niet kan worden ingesteld,
zal – –dB verschijnen op het display op het voorpaneel.
Gebruiken van de testtoon
U kunt het toestel via elk kanaal een testtoon laten
produceren zodat u met de hand de diverse kanalen met
elkaar in balans kunt brengen.
Gebruik de testtoon om de luidsprekers zo af te stellen dat
ze op de luisterplek allemaal even hard klinken.
1 Druk op TEST op de afstandsbediening.
TEST LEFT verschijnt op het display op het
voorpaneel en er zal een testtoon worden
geproduceerd via de linker voor-luidspreker.
ENTER
VOL
PRESET: RESET
VOL
PRESET: CANCEL
STANDBY/ON
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
Instellen van de audiobalans
Opmerkingen
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
0
+10
CINEMA DSP
TEST
VOL
TEST LEFT
79
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
2
Druk net zo vaak op / tot u de luidspreker
geselecteerd heeft die u wilt instellen.
Het display op het voorpaneel verandert als volgt.
TEST SUBWOOFER is alleen beschikbaar wanneer er een
subwoofer is aangesloten op dit toestel en SWFR is geselecteerd
voor BASS OUT in het SOUND MENU (zie bladzijde 70).
3 Gebruik / om het volume van de
luidsprekers in te stellen.
Instelbereik: –10 dB t/m +10 dB
4 Druk op VOLUME +/– op de
afstandsbediening om het volume van dit
toestel te regelen.
5 Druk op TEST wanneer u klaar bent met
instellen.
y
Zet BASS OUT op BOTH of SWFR (bladzijde 70) om het
uitgangsniveau van uw subwoofer te regelen.
Met behulp van de weergegeven audio
U kunt ook met de hand de luidsprekerniveaus regelen
terwijl er een signaalbron, zoals een DVD, wordt
weergegeven.
1 Druk net zo vaak op CH LEVEL (of eerst op
CH LEVEL en dan op / ) om de
luidspreker die u wilt instellen te selecteren.
Het display op het voorpaneel verandert als volgt.
Opmerking
ENTER
TEST LEFT
TEST CENTER
TEST RIGHT
TEST SUR.R
TEST SUR.L
TEST SUBWOOFE
R
ENTER
VOLUME
TEST
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
ENTER
SURROUND
OFF
SPORTS
0
+10
CINEMA DSP
CH LEVEL
ENTER
CH LEVEL
FRONT L +1.0dB
CENTER -2.5dB
FRONT R +1.0dB
SUR.R +2.0dB
SUR.L +2.0dB
SWFR --dB
of
80
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
2 Gebruik / om het volume van de
luidsprekers in te stellen.
Instelbereik: –10 dB t/m +10 dB
3 Druk op CH LEVEL (of wacht een paar
seconden zonder verdere handelingen op het
toestel uit te voeren) wanneer u klaar bent
met uw instellingen.
ENTER
CH LEVEL
SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE
81
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
U kunt kiezen welke soort audiosignalen weergegeven moeten worden voor een bepaalde signaalbron op basis van uw
voorkeur of de mogelijkheden van de signaalbron zelf.
y
We raden u aan de ingangsfunctie in de meeste gevallen op AUTO te laten staan.
1 Druk op één van de ingangskeuzetoetsen op
de afstandsbediening om de gewenste
signaalbron te selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op INPUTMODE op de
afstandsbediening om heen en weer te
schakelen tussen de diverse mogelijke
ingangsfuncties.
De ingangsfunctie voor VCR (videorecorder) staat vast op
ANALOG. Als echter de TV OPTICAL IN aansluiting van dit
toestel is toegewezen aan VCR, komen AUTO, DTS en
ANALOG beschikbaar als ingangsfuncties voor uw
videorecorder (zie bladzijde 71).
ANALOG is niet beschikbaar als ingangsfunctie voor DVD en
AUX.
•AUTO
Ingangssignalen worden automatisch geselecteerd in deze
volgorde:
1) Dolby Digital of DTS
2) PCM
3) Analoog
In de meeste gevallen kunt u deze instelling gebruiken.
•DTS
Alleen DTS gecodeerde digitale signalen zullen worden
geselecteerd.
Vergeleken met AUTO biedt deze ingangsfunctie meer
stabiliteit tijdens weergave.
Gebruik deze ingangsfunctie bij weergave van DTS
gecodeerde CD’s of LD’s.
ANALOG
Selecteert alleen analoge signalen.
Alleen analoge signalen zullen worden geselecteerd
wanneer er zowel analoge als digitale signalen
binnenkomen.
Wanneer de ingangsfunctie is ingesteld op AUTO zal dit toestel
automatisch multikanaals materiaal weergeven via de
bijbehorende ingangsfunctie.
ANALOG kan niet worden geselecteerd als ingangsfunctie als
er geen analoge signalen worden ontvangen van de
geselecteerde signaalbron.
y
U kunt zelf bepalen welke ingangsfunctie zal worden
ingeschakeld wanneer dit toestel aan wordt gezet (zie
bladzijde 72).
SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE
Opmerkingen
TV
POWER
SLEEP
AV
POWER
STANDBY/ON
INPUTMODE
( )
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
TV
TV
STBVCRDVD
AUX
TV AUTO
TV DTS
TV ANALOG
DVD AUTO
DVD DTS
AUX AUTO
AUX DTS
INPUTMODE
Wanneer u TV of
STB heeft
geselecteerd als
signaalbron.
Wanneer u DVD
heeft
geselecteerd als
signaalbron.
Wanneer u AUX
heeft
geselecteerd als
signaalbron.
Opmerkingen
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
82
Naast dit toestel kan de afstandsbediening ook andere A/V componenten van YAMAHA en van andere fabrikanten
aansturen. Om andere componenten te kunnen bedienen, moet u de juiste codes instellen op de afstandsbediening.
Afhankelijk van de gebruikte externe AV component is het mogelijk dat de afstandsbediening van dit toestel niet in staat zal zijn de
apparatuur in kwestie aan te sturen, ook niet als er een ogenschijnlijk geschikte afstandsbedieningcode is ingesteld. Bedien in een
dergelijk geval de component in kwestie met de daarbij behorende afstandsbediening.
U kunt andere componenten bedienen als u de
bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld.
Voor elke set bedieningstoetsen (TV, STB, DVD, VCR en
AUX) kan een code worden ingevoerd.
Raadpleeg de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES”
aan het eind van deze handleiding voor een complete lijst van alle
beschikbare afstandsbedieningscodes.
1
Houd CODE SET ingedrukt en druk op de
ingangskeuzetoets
voor de component die u wilt
instellen, blijf CODE SET ingedrukt houden en
voer de afstandsbedieningscode voor de externe
component in kwestie in met de cijfertoetsen.
In de volgende afbeeldingen ziet u een voorbeeld
waarin de afstandsbedieningscode wordt ingesteld
voor een YAMAHA DVD-speler.
2 Raadpleeg “Bedienen van andere
componenten” op bladzijde 83 om de externe
component te bedienen met de
afstandsbediening van dit toestel.
Als de externe component in kwestie goed reageert,
heeft u de juiste afstandsbedieningscode ingesteld.
Als de externe component in kwestie niet goed werkt, is
mogelijk de verkeerde afstandsbedieningscode
ingesteld. Controleer of de juiste
afstandsbedieningscode is ingesteld (zie de “LIJST
MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind
van deze handleiding) en begin opnieuw vanaf stap 1.
Als er meerdere codes zijn voor de fabrikant van uw component,
probeer ze dan één voor één tot u de juiste gevonden heeft.
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Opmerking
Instellen van
afstandsbedieningscodes
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
( )
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
TV
Opmerking
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het
geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen
onverhoopt gewist is, dient u eerst nieuwe batterijen in
te zetten en vervolgens de afstandsbedieningscodes
opnieuw in te voeren.
Wees bij het vervangen van de batterijen voorzichtig dat u
niet per ongeluk één van de toetsen van de afstandsbediening
indrukt. Hierdoor zal het geheugen gewist worden.
TV MUTE
CODE SET
DVD
6
9
9
VOL MODE
VOL MODE
Ingedrukt
houden en druk
vervolgens op
Instelvoorbeeld: YAMAHA DVD set
bedieningstoetsen
83
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Bedienen van uw tv
Druk op TV om de tv als signaalbron in te stellen.
1 TV POWER
Hiermee zet u uw tv aan of uit.
2 Cijfertoetsen
Kiezen van een tv-kanaal.
3 CH +/–
Schakelt naar een ander tv-kanaal.
4 TV VOL +/–
Regelt het uitgangsniveau van het tv-geluid.
5 TV MUTE
Schakelt de geluidsweergave van de tv tijdelijk uit.
6 TV INPUT
Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv.
Bedienen van uw DVD-speler
Druk op DVD om de DVD als signaalbron in te stellen.
1 AV POWER
Hiermee zet u uw DVD-speler aan of uit.
2 Cijfertoetsen
Hiermee kunt u cijfers invoeren.
3 Bedieningstoetsen voor DVD-spelers en
videorecorders
Hiermee kunt u DVD handelingen zoals weergave
beginnen en stoppen uitvoeren.
4 MENU
Toont het DVD menu.
5 Cursortoetsen
Hiermee kunt u items van het DVD menu selecteren.
6 RETURN
Hiermee kunt u terugkeren naar het vorige DVD
menuscherm of het DVD menu sluiten.
Bedienen van andere componenten
TV
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
( )
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
6
2
3
4
5
1
TV
DVD
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
( )
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
2
5
1
3
4
6
TV
84
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Bedienen van uw videorecorder
Druk op VCR om de videorecorder als
signaalbron in te stellen.
1 AV POWER
Hiermee zet u uw videorecorder aan of uit.
2 Cijfertoetsen
Hiermee kunt u cijfers invoeren.
3 CH +/–
Schakelt naar een ander videorecorder-kanaal.
4 Bedieningstoetsen voor DVD-spelers en
videorecorders
Hiermee kunt u videorecorder handelingen zoals
weergave beginnen en stoppen uitvoeren.
y
Druk op YSP op de afstandsbediening om terug te keren
naar de bedieningsfunctie voor dit toestel.
VCR
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
( )
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
4
2
3
1
TV
YSP
85
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
De tv-macrofunctie maakt het mogelijk een reeks
handelingen uit te laten voeren met één druk op een knop.
Wanneer u bijvoorbeeld een DVD wilt afspelen, moet u
normaal gesproken de bewuste apparatuur aan zetten,
DVD als signaalbron selecteren en dan op de
weergavetoets drukken om de weergave te laten beginnen.
Met de tv-macrofunctie kunt u al deze handelingen laten
uitvoeren door alleen maar op de DVD macrotoets te
drukken.
De manier waarop deze “macro’s” moeten worden ingesteld is
anders wanneer uw tv geen afstemmogelijkheid heeft.
Als u op een andere toets drukt dan die voor de macrofunctie
kunnen worden gebruikt, zal de instelprocedure automatisch
worden geannuleerd.
Als het langer duurt dan 10 seconden om de stappen 2 en 3 af te
ronden, zal de instelprocedure automatisch worden
geannuleerd. Herhaal de procedure in dit geval vanaf stap 1.
Instellen van macro's voor een tv met
afstemmogelijkheid
1
Houd CODE SET op de afstandsbediening
ingedrukt en druk op één van de
ingangskeuzetoetsen om de signaalbron waarvoor
u een macro wilt programmeren te selecteren.
Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt
houdt.
2 Druk op MACRO op de afstandsbediening
terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt
houdt.
3 Gebruik CH +/– of de cijfertoetsen om het
gewenste tv-kanaal te kiezen.
Controleer of de tv overschakelt naar het
afstemscherm.
4 Druk net zo vaak op TV INPUT op de
afstandsbediening totdat het scherm
verandert in dat van de bij stap 1
geselecteerde signaalbron.
5 Druk op ENTER op de afstandsbediening om
de geprogrammeerde macro te bevestigen.
Gebruiken van de tv-macrofunctie
Opmerkingen
TV
POWER
2
1
STEREO
SLEEP
CH LEVEL MENU
RETURN
TEST
TV VOL
VOLUME
MUTE TV INPUT TV MUTE
ENTER
SURROUND
OFF
CODE SET
SPORTS
AV
POWER
STANDBY/ON
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
INPUTMODE
MACROINPUT2INPUT1
TV
STBVCRDVD
AUX
YSP
CINEMA DSP
CH
TV
TV MUTE
CODE SET
TV
STBVCRDVD
AUX
TV MUTE
CODE SET
MACRO
CH
2
1
STEREO
OFF
SPORTS
3
4
56
789
0
+10
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
TARGET
MUSIC MOVIE VOL MODE
CINEMA DSP
of
TV INPUT
ENTER
86
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Instellen van macro’s voor een tv zonder
afstemmogelijkheid
1 Houd CODE SET op de afstandsbediening
ingedrukt en druk op één van de
ingangskeuzetoetsen om de signaalbron
waarvoor u een macro wilt programmeren te
selecteren.
Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt
houdt.
2 Druk op MACRO op de afstandsbediening
terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt
houdt.
3 Druk op INPUT1 op de afstandsbediening.
4 Druk net zo vaak op CH +/– of TV INPUT op
de afstandsbediening totdat het scherm
verandert in dat van de bij stap 1
geselecteerde signaalbron.
5 Druk op ENTER op de afstandsbediening om
de instelling te bevestigen.
Werken met macro’s
1 Houd één van de ingangskeuzetoetsen
ongeveer 2 seconden ingedrukt om de
signaalbron waarvoor u een macro wilt
gebruiken te selecteren.
Het ingangskanaal van de tv verandert tegelijk met de
signaalbron.
Annuleren van macro’s
1 Houd CODE SET op de afstandsbediening
ingedrukt en druk op één van de
ingangskeuzetoetsen om de signaalbron
waarvoor u een macro wilt annuleren te
selecteren.
Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt
houdt.
2 Druk op MACRO op de afstandsbediening
terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt
houdt.
3 Druk op ENTER op de afstandsbediening om
de macro’s te annuleren.
TV
STBVCRDVD
AUX
TV MUTE
CODE SET
TV MUTE
CODE SET
MACRO
INPUT1
TV INPUT
CH
of
ENTER
TV
STBVCRDVD
AUX
TV MUTE
CODE SET
TV
STBVCRDVD
AUX
TV MUTE
CODE SET
MACRO
ENTER
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
87
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld
staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of servicecentrum.
Algemeen
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
Het toestel gaat niet aan wanneer
u op STANDBY/ON drukt, of gaat
direct weer uit (standby) zodra de
stroom wordt ingeschakeld.
De stekker van het netsnoer zit niet goed
in het stopcontact.
Doe de stekker van het netsnoer goed in
het stopcontact.
21
Het toestel heeft blootgestaan aan een
sterke, externe elektrische schok
(bijvoorbeeld een blikseminslag of een
ontlading van statische elektriciteit).
Zet het toestel uit (standby), haal de
stekker uit het stopcontact, wacht 30
seconden voor u de stekker weer terug
doet en probeer het toestel vervolgens
weer gewoon te gebruiken.
Het toestel gaat plotseling uit
(standby).
De interne temperatuur is te hoog
opgelopen en de oververhittingsbeveiliging
is in werking getreden.
Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel
afgekoeld is voor u het weer aan zet.
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste
signaalbron weer af.
Geen geluid In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan.
Als dit het probleem niet verhelpt, is het
mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
14
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met
INPUT of met de ingangskeuzetoetsen.
37
Het volume staat uit. Zet het volume hoger.
38
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE of VOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave
te hervatten en regel vervolgens het volume.
39
Er worden signalen ontvangen van een
signaalbron die dit toestel niet kan verwerken
(zoals PCM signalen met een hogere
bemonsteringsfrequentie dan 96 kHz).
Speel materiaal af waarvan de signalen
wel door dit toestel gereproduceerd
kunnen worden.
Wijzig de systeeminstellingen van de
signaalbron in kwestie.
Het geluid valt plotseling uit. De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste
signaalbron weer af.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE of VOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave te
hervatten en regel vervolgens het volume.
39
Geen geluid uit de effect-
luidsprekers.
U speelt een signaalbron of programma
in stereo af.
Druk op één van de toetsen voor de
geluidsbundelstanden op de afstandsbediening,
selecteer een multikanaals weergavefunctie en
probeer vervolgens de signaalbron of het
programma nogmaals af te spelen.
40
Geen geluid uit de midden-
luidspreker.
Het uitgangsniveau van de midden-
luidspreker staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de midden-
luidspreker hoger in.
78
Geen geluid uit de surround-
luidsprekers.
Het uitgangsniveau van de surround-
luidsprekers staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de surround-
luidsprekers hoger in.
78
Geen geluid uit de subwoofer. BASS OUT staat op FRONT bij
SUBWOOFER SET terwijl er een Dolby
Digital of DTS signaal wordt
weergegeven.
Selecteer SWFR of BOTH.
70
Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen.
88
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
De surroundeffecten zijn
verwaarloosbaar.
De luisterruimte heeft een onregelmatige
vorm.
Installeer dit toestel in een vierkante of
rechthoekige kamer.
Er is geen wand in het pad van een
geluidsbundel.
Plaats een plat voorwerp, zoals een plaat,
in het pad van de geluidsbundel.
Er kunnen geen Dolby Digital of
DTS bronnen worden
weergegeven. (De Dolby Digital of
DTS indicator op het display op
het voorpaneel licht niet op.)
De aangesloten component is niet correct
ingesteld voor het produceren van Dolby
Digital of DTS digitale signalen.
Volg de handleiding van de apparatuur in
kwestie en maak de vereiste instellingen.
De ingangsfunctie staat op ANALOG. Stel de ingangsfunctie in op AUTO.
81
Er is storende ruis wanneer er een
subwoofer is aangesloten op dit
toestel.
De beveiliging is in werking getreden
omdat er een signaal met zeer sterke lage
tonen werd weergegeven.
Zet het volume lager.
38
Selecteer SWFR bij BASS OUT.
70
Sluit een subwoofer aan en maak de
vereiste instellingen bij SUBWOOFER
SET.
70
Lage tonen klinken vervormd. CROSS OVER bij SUBWOOFER SET
is niet correct ingesteld.
Stel CROSS OVER correct in.
70
Het in-beeld display wordt niet
weergegeven.
De videokabel voor het in-beeld display
(OSD) is niet correct aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier
aan.
15
TV is niet geselecteerd als signaalbron. Selecteer TV als signaalbron.
37
Er wordt geen beeld weergegeven
voor externe apparatuur zoals de
DVD-speler.
De videokabel is niet correct
aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier
aan.
15
TV is niet geselecteerd als signaalbron. Selecteer TV als signaalbron.
37
Het toestel functioneert niet naar
behoren.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een te
laag voltage van de stroomvoorziening.
Haal de stekker uit het stopcontact en
doe hem na ongeveer 30 seconden weer
terug.
U ondervindt storing van digitale
of hoogfrequente apparatuur.
Dit toestel staat te dicht bij de digitale of
hoogfrequente apparatuur.
Zet het toestel verder bij dergelijke
apparatuur vandaan.
Dit toestel produceert
effectgeluiden niet op de juiste
manier.
Het oorspronkelijke bronmateriaal bevat
surroundeffecten.
Schakel de surroundweergave op dit
toestel uit.
89
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Afstandsbediening
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
De afstandsbediening werkt niet of
niet naar behoren.
Te ver weg of onder te scherpe hoek
gebruikt.
De afstandsbediening werkt binnen een
maximaal bereik van 6 m en binnen een
hoek van 30 graden ten opzichte van
loodrecht op het voorpaneel.
22
Direct zonlicht of sterke verlichting
(vooral van TL lampen enz.) valt op de
sensor voor de afstandsbediening van dit
toestel.
Stel het toestel anders op.
De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen.
22
U kunt geen externe apparatuur
bedienen met de
afstandsbediening van dit toestel.
De externe component die u wilt
bedienen is niet geselecteerd als
signaalbron.
Gebruik INPUT op het voorpaneel of de
ingangskeuzetoetsen op de
afstandsbediening om de externe
component te selecteren die u wilt
bedienen.
37
De afstandsbedieningscode is niet goed
ingesteld.
Stel de juiste afstandsbedieningscode in of
probeer een andere code van dezelfde
fabrikant aan de hand van de “LIJST MET
AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan
het eind van deze handleiding.
82
Ook als de juiste afstandsbedieningscode
is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde
modellen niet goed reageren op de
afstandsbediening.
Gebruik de afstandsbediening die hoort
bij de externe component in kwestie.
De cursortoetsen werken niet
wanneer u met het SET MENU
bezig bent.
U heeft op een ingangskeuzetoets
gedrukt.
Druk één keer op TEST.
WOORDENLIJST
90
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met
volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3
voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surround-
stereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen
met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal
speciaal voor de lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage
Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1
kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld).
Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te
gebruiken is er een betere weergave van bewegende
geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect
mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische
bereik (van het zachtste tot het hardste geluid wat nog kan
worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle
frequentiebereik en de preciese plaatsing van het geluid
door de digitale verwerking biedt de luisteraar een
ongehoord realistische weergave.
Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt
horen, van mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij
draaien.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek
voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround
materiaal. Deze nieuwe technologie maakt gescheiden 5-
kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en
rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en
rechts (in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij
conventionele Pro Logic weergave). Naast de Movie stand
is er ook een Music stand en een Game stand voor 2-
kanaals bronmateriaal.
Dolby Surround
Dolby Surround maakt gebruik van een een 4-kanaals
analoog opnamesysteem voor de reproductie van
realistische en dynamische geluidseffecten: 2
voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal
voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal voor
speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal geeft
alleen geluiden binnen een beperkt frequentiebereik weer.
Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en
laserdiscs en ook wel bij tv en kabelprogramma’s. De in
dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt
gebruik van een digitale signaalverwerking die
automatisch het volume van de verschillende kanalen
stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave
van bewegende geluidsbronnen te verbeteren.
DTS (Digital Theater Systems) Digital
Surround
DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de
analoge filmsoundtracks te vervangen door een 6-kanaals
digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een
opmars in de bioscoop. Digital Theater Systems Inc. heeft
tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u
gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS
digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel
vervormingsvrije 6-kanaals weergave (technisch
gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2
surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de
subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen). Dit toestel is
uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1-kanaals
weergave mogelijk maakt door uit bestaand 5.1-kanaals
bronmateriaal een surround-achterkanaal te destilleren.
Neo:6
Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal
voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder.
Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het
volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals
bij weergave van digitale signalen met gescheiden
kanalen. Er zijn twee standen; Music voor weergave van
muziek en Cinema voor films.
PCM (Lineair PCM)
Lineair PCM is een signaalformaat voor het
ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen
van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als
opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM
systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het
analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De
afkorting staat voor Puls Code Modulatie; het analoge
signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd
voor opname.
LFE 0.1 kanaal
Dit kanaal is speciaal bedoeld voor de weergave van zeer
lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz
t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat
niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven,
zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS
5.1/6.1-kanaals systeem.
WOORDENLIJST
Audioformaten
Audio informatie
INDEX
91
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Afstandsbediening ...................................................... 9, 22
Afstandsbedieningscode .................................................82
Audio penstekkerkabel ........................................15 t/m 18
BASIC SETUP ............................................................... 57
Coaxiaal digitale uitgangsaansluiting ............................... 8
Coaxiaal digitale ingangsaansluiting ................................ 8
Digitale audio penstekkerkabel....................................... 16
Display........................................................................ 7, 24
Dolby Digital .................................................................. 44
Dolby Pro Logic.............................................................. 44
Dolby Pro Logic II.......................................................... 44
DTS................................................................................. 44
Dynamisch bereik ...........................................................71
In-beeld display (OSD)...................................................24
LFE 0.1 kanaal..........................................................70, 90
MANUAL SETUP..........................................................63
MEMORY................................................................. 34, 35
Nacht luisterfuncties ....................................................... 52
Optische kabel.....................................................15, 18, 19
PCM ................................................................................81
SET MENU.....................................................................24
Slaaptimer .......................................................................55
Standen voor weergave van geluidsbundels....................40
Stroomkabel ....................................................................21
Surroundfunctie...............................................................44
Testtoon ...........................................................................78
Videokabel voor het in-beeld display..............................15
INDEX
A
B
C
D
I
L
M
N
O
P
S
T
V
TECHNISCHE GEGEVENS
92
VERSTERKER GEDEELTE
Maximum uitgangsvermogen (EIAJ)
...................................................2 W (1 kHz, 10% THV, 4 ) × 21
20 W (100 Hz, 10% THV, 4 ) × 2
LUIDSPREKER GEDEELTE
Luidsprekers met kleine diameter
........................... 4 cm conus magnetisch afgeschermd type × 21
Woofers ............... 10 cm conus magnetisch afgeschermd type × 2
Ingangsaansluitingen
AUDIO VCR, TV/STB (Analoog) (1 V, 32 k)
.........................................................................2 paren (Analoog)
AUDIO TV/STB, AUX (Optisch)................................ 2 (Digitaal)
AUDIO DVD (Coaxiaal)...............................................1 (Digitaal)
Uitgangsaansluitingen
SUBWOOFER OUT (1,5 V, minder dan 120 Hz)
............................................................................... 1 (Subwoofer)
VIDEO OUT (1 Vp-p, 75 ) .............................................1 (OSD)
Systeemaansluiting
OPTIMIZER MIC ....................................... 1 (Microfoon ingang)
SYSTEM CONNECTOR ............................ 1 (Systeembediening)
ALGEMEEN
Stroomvoorziening
[Modellen voor de en Canada] ........... 120 V, 60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Australië] .................. 240 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor het V.K. en Europa]
...........................................................230 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor China] ....................... 220 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor Korea] ....................... 220 V, 60 Hz wisselstroom
[Algemene modellen] ........... 110120 V, 50/60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Azië] ........... 220240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Stroomverbruik ........................................................................ 30 W
Stroomverbruik Uit (standby) ................................ 0,1 W of minder
Afmetingen (b x h x d) .................................... 800 × 153 × 115 mm
Gewicht ................................................................................... 9,0 kg
*
Technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd
worden.
TECHNISCHE GEGEVENS

Documenttranscriptie

LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken. Installeer dit geluidssysteem op een goed geventileerde, koele, droge en schone plek met tenminste 5 cm ruimte vrij boven (of onder) dit toestel - uit de buurt van direct zonlicht, warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen. Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel. Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel: – Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren. – Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken. – Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt. Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle aansluitingen gemaakt zijn. Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade. Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/ of snoeren. Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de stekker zelf trekken, niet aan het snoer. Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek. Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat. Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken. Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen. 15 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont. 16 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen. 17 Er zal zich condens vormen wanneer de omgevingstemperatuur plotseling verandert. Haal de stekker uit het stopcontact en laat het toestel met rust. 18 Wanneer het toestel langere tijd achter elkaar gebruikt wordt, kan het warm worden. Schakel de stroom uit en laat het toestel afkoelen. 19 Installeer dit toestel in de buurt van het stopcontact op zo’n manier dat u gemakkelijk bij de stekker kunt. WAARSCHUWING OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN. De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te verbruiken. LET OP Er bestaat gevaar voor ontploffing indien de batterij niet correct wordt vervangen. Vervang een batterij uitsluitend door één van hetzelfde of een gelijkwaardig type. LET OP Gebruik van bedieningsorganen of instellingen of uitvoeren van handelingen anders dan aangegeven in dit document kunnen leiden tot blootstelling aan gevaarlijke stralen. Alleen voor klanten in Nederlands Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. INHOUD SOPGAVE BASISBEDIENING OVERZICHT ......................................................... 2 KENMERKEN ...................................................... 3 GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING ..... 4 MEEGELEVERDE ACCESSOIRES .................. 5 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES ........ 6 WEERGAVE ........................................................37 Voorpaneel ................................................................ 6 Display voorpaneel ................................................... 7 Achterpaneel ............................................................. 8 Afstandsbediening .................................................... 9 GELUIDSBUNDELS ...........................................40 INSTALLATIE .................................................... 11 Voor u dit toestel gaat installeren ........................... 11 Installeren van dit toestel ........................................ 11 AANSLUITINGEN ............................................. 14 5 geluidsbundels ..................................................... 41 Stereo plus 3 geluidsbundels .................................. 41 3 geluidsbundels ..................................................... 42 Stereoweergave ....................................................... 42 Gerichte weergave .................................................. 43 GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE .......44 Profiteren van surroundweergave van 2-kanaals bronnen ................................................. 45 Profiteren van surroundweergave bij tv programma’s .....46 Instellen van surroundfunctie parameters ............... 47 GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S ...............49 Wat is een geluidsveld? .......................................... 49 Inschakelen van CINEMA DSP programma’s ....... 50 Uitschakelen van CINEMA DSP programma’s ..... 51 Instellen van de CINEMA DSP niveaus ................. 51 SETUP Aansluiten van een tv .............................................. 15 Aansluiten van een DVD-speler/recorder ............... 16 Aansluiten van een videorecorder .......................... 17 Aansluiten van een digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger .............................................. 18 Aansluiten van andere externe apparatuur .............. 19 Aansluiten van een subwoofer ................................ 20 Aansluiten van de stroomkabel ............................... 21 Selecteren van een signaalbron ............................... 37 Weergeven van signaalbronnen .............................. 38 Instellen van het volume ......................................... 38 Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave ...... 39 VOORBEREIDINGEN VOORBEREIDINGEN INLEIDING INLEIDING GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE ......52 GEBRUIKEN VAN TruBass .................................54 GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER ...............55 BASISBEDIENING Instellen van de slaaptimer ..................................... 55 Annuleren van de slaaptimer .................................. 56 SETUP VAN START ........................................................ 22 Inzetten van batterijen in de afstandsbediening ...... 22 Bereik van de afstandsbediening ............................ 22 Gebruiken van de afstandsbediening ...................... 23 Inschakelen ............................................................. 23 GEBRUIKEN VAN HET SET MENU .............. 24 AUTO SETUP ...................................................... 26 Schema van het AUTO SETUP .............................. 26 Installeren van de optimalisatiemicrofoon .............. 27 Gebruiken van het AUTO SETUP ......................... 28 GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN ................................. 34 Gebruiken van het MANUAL SETUP ................... 64 BEAM MENU ........................................................ 65 SOUND MENU ...................................................... 69 INPUT MENU ........................................................ 71 DISPLAY MENU ................................................... 73 INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS .........75 Instellen van het maximum volumeniveau ............. 75 Beveiligen van de huidige instellingen ................... 76 Initialiseren van de huidige instellingen ................. 77 Instellen van de audiobalans ................................... 78 SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE ....81 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ...82 AANVULLENDE INFORMATIE Instellingen opslaan ................................................ 34 Instellingen laden .................................................... 35 BASIC SETUP ......................................................57 MANUAL SETUP ................................................63 GEAVANCEERDE BEDIENING Weergeven van het in-beeld display (OSD) ........... 24 Schema van het SET MENU .................................. 25 GEAVANCEERDE BEDIENING Instellen van afstandsbedieningscodes ................... 82 Bedienen van andere componenten ........................ 83 Gebruiken van de tv-macrofunctie ......................... 85 AANVULLENDE INFORMATIE OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ......................87 WOORDENLIJST ...............................................90 Nederlands Audioformaten ........................................................ 90 Audio informatie ..................................................... 90 INDEX ...................................................................91 TECHNISCHE GEGEVENS ..............................92 1 OVERZICHT OVERZICHT Om thuis te kunnen genieten van surroundweergave, zult u in het algemeen eerst allerlei luidsprekers, compleet met alle bijbehorende draden moeten opstellen en aansluiten en dan maar hopen dat uw kamer een beetje zal klinken zoals u dat gewend bent in de bioscoop. Yamaha’s YSP-800 Digital Sound Projector bewijst nu echter dat genieten van multikanaals surroundweergave niet gepaard hoeft te gaan met een moeizame opstelling en instelling van allerlei verschillende luidsprekers in een wirwar van draden en snoeren. Dit slanke toestel biedt een elegante oplossing voor de ingewikkelde bedrading en installatie die vroeger nodig was, en is niet alleen gemakkelijk gebruiksklaar te maken, maar ook in staat om u de krachtige weergave te leveren waar u al zo lang op heeft gewacht, met z’n ingebouwde subwoofers (2) en een veelheid aan individuele luidsprekers (21). Via de aparte parameters kunt u de vertraging voor de verschillende geluidsbundels exact instellen, zodat het geluid precies zo gericht wordt dat het de luisterplek van alle kanten tegelijk bereikt. De YSP-800 projecteert geluidsbundels met de juiste surroundsignalen voor de luidsprekerposities rechts voor (R), links voor (L), rechts surround (SR) en links surround (SL) door het geluid via de wanden van uw kamer te laten weerkaatsen voor het op uw luisterplek aankomt. Voeg daaraan een geluidsbundel voor het middenkanaal (C) toe en deze Digital Sound Projector zorgt voor een levensechte 5.1 kanaals surroundweergave die u het gevoel geeft alsof uw kamer echt volgestouwd is met losse luidsprekers. Ga er maar eens lekker voor zitten en geniet van deze eenvoudige, maar o zo stijlvolle Digital Sound Projector. Denkbeeldige rechter voorluidspreker R C SR L SL Denkbeeldige rechter surroundluidspreker Denkbeeldige linker voorluidspreker Denkbeeldige middenluidspreker Luisterplek Denkbeeldige linker surroundluidspreker 2 KENMERKEN KENMERKEN ◆ ◆ ◆ ◆ ◆ 5 geluidsbundels ST(STEREO)+3 geluidsbundels 3 geluidsbundels Stereoweergave Gerichte weergave Cinema DSP Digital Dit toestel maakt gebruik van de Cinema DSP Digital technologie van YAMAHA Electronics Corp. zodat u thuis van films kunt genieten met alle dramatische geluidseffecten zoals de regisseur die bedoeld heeft. In-beeld display (OSD) Dit toestel maakt gebruik van een in-beeld display (OSD), in feite een beeld dat over het normale beeld op uw scherm wordt geprojecteerd. Het in-beeld display wordt gebruikt om de systeeminformatie weer te geven of om instellingen voor de systeemparameters te wijzigen. Veelzijdige afstandsbediening De meegeleverde afstandsbediening is voorgeprogrammeerd met afstandsbedieningscodes voor een op dit toestel aangesloten DVD-speler, videorecorder, kabel-tv ontvanger en digitale satellietontvanger. Daarnaast is de afstandsbediening uitgerust met een zg. macro-functie waarmee u een reeks handelingen kunt uitvoeren met één enkele toets. Het “ ” logo en “Cinema DSP” zijn gedeponeerde handelsmerken van YAMAHA Corporation. AUTO SETUP Dit toestel stelt de geluidsbundels automatisch optimaal in met behulp van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie en een meegeleverde optimalisatiemicrofoon, zodat u niet een moeizame setup hoeft te doorlopen waarbij u naar alle luidsprekers moet luisteren, maar gemakkelijk de optimaal aan uw luisteromgeving aangepaste instellingen voor de geluidsbundels kunt laten maken. INLEIDING Digital Sound Projector Dit toestel maakt gebruik van digitale geluidsprojectietechnologie zodat één enkel slank apparaat verschillende geluidskanalen kan produceren en aansturen voor een levensechte 5.1-kanaals surroundweergave, zonder satellietluidsprekers en alle bedrading die normaal gesproken nodig zou zijn voor gewone surroundsystemen. Dit toestel is uitgerust met de volgende standen voor maximaal 5 geluidsbundels zodat u de karakteristieken van de geluidsbundels optimaal kunt aanpassen aan uw luisteromgeving. Compatibiliteit met de nieuwste technologie Dit toestel maakt gebruik van decoders die geschikt zijn voor Dolby Digital, DTS (Digital Theater Systems), Dolby Pro Logic, Dolby Pro Logic II en DTS Neo:6. ◆ Dolby Digital Dit is de standaard audiosignaal-formattering voor DVD’s en andere volledig digitale media. Deze surroundtechnologie levert digitale audio van hoge kwaliteit voor maximaal 5.1 gescheiden kanalen voor gerichte en realistische geluidseffecten. ◆ DTS (Digital Theater Systems) Dit is een audiosignaal-formattering voor DVD’s en andere volledig digitale media. Deze surroundtechnologie levert digitale audio van hoge kwaliteit voor maximaal 5.1 gescheiden kanalen voor gerichte en realistische geluidseffecten. ◆ Dolby Pro Logic Deze verfijnde matrix decoderingstechnologie zet 2-kanaals stereomateriaal om naar de volledige 5.1 kanalen vereist voor een volledige surroundweergave. ◆ Dolby Pro Logic II Dit is in wezen een opnieuw ontworpen versie van Dolby Pro Logic met 2 stereo surroundkanalen, een subwoofer en een enorm verbeterde logische aansturing. Deze verbeteringen resulteren in een enorm stabiel geluidsveld dat een veel betere simulatie biedt van 5.1 kanaals weergave dat de originele Dolby Pro Logic. Daarnaast biedt Dolby Pro Logic II Movie, Music en Game standen speciaal voor, respectievelijk, films, muziek en spelletjes. ◆ DTS Neo:6 Deze technologie bewerkt conventioneel 2 kanaals materiaal voor weergave via 6 kanalen, zodat u ten volle kunt profiteren van een weergave met een hogere kanaalscheiding. De Music en Cinema standen zijn speciaal bedoeld voor de weergave van muziek, respectievelijk films. Gefabriceerd onder licentie van 1 Ltd. Wereldwijde patent aangevraagd. Het ‘ ’-logo en ‘Digital Sound Projector™’ zijn handelsmerken van 1 Ltd. Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic”, en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. Nederlands TruBass, SRS en het “ ” symbool zijn gedeponeerde handelsmerken van SRS Labs, Inc. TruBass technologie wordt gebruikt onder licentie van SRS Labs, Inc. “DTS” en “Neo:6” zjn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. 3 GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING Opmerkingen • In deze handleiding wordt beschreven hoe u dit toestel dient aan te sluiten en te bedienen. Voor details omtrent de bediening van externe componenten verwijzen we u naar de handleiding van de component in kwestie. • Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. In dergelijke gevallen zal de handeling worden beschreven aan de hand van de toetsen op de afstandsbediening. • y geeft een bedieningstip aan. • Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit. 1 Installeer dit toestel in uw luisterruimte. Zie “INSTALLATIE” op bladzijde 11. 2 Sluit dit toestel aan op uw tv en andere externe apparatuur. Zie “AANSLUITINGEN” op bladzijde 14. 3 Maak de afstandsbediening gebruiksklaar en zet dit toestel aan. Zie “VAN START” op bladzijde 22. 4 Schakel de AUTO SETUP in. Zie “AUTO SETUP” op bladzijde 26. 5 Laat een signaalbron weergeven en luister naar de surroundweergave. Zie “WEERGAVE” op bladzijde 37. Als u aanvullende instellingen en aanpassingen nodig vindt 6 4 Schakel de MANUAL SETUP in en gebruik de afstandsbediening om de instellingen aan te passen. Zie “MANUAL SETUP” op bladzijde 63 en “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 82. MEEGELEVERDE ACCESSOIRES MEEGELEVERDE ACCESSOIRES Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt. STANDBY/ON POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO DVD Batterijen (×2) (AA, R6, UM-3) INLEIDING Afstandsbediening (×1) Optische kabel (×1) AUX INPUTMODE SLEEP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 3 1 2 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 7 +10 CH LEVEL CINEMA DSP Videokabel voor het in-beeld display (×1) (Geel) Digitale audio penstekkerkabel (×1) (Oranje) MENU Optimalisatiemicrofoon (×1) ENTER Audio penstekkerkabel (×1) RETURN TEST VOLUME CH TV VOL MUTE TV INPUT TV MUTE (Wit/Rood) CODE SET Kabelklem (×1) Bevestigingsmateriaal (×4) Kartonnen microfoonstandaard (×1) Nederlands 5 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Voorpaneel 1 2 4 5 INPUT VOLUME 1 OPTIMIZER MIC aansluiting Hierop dient u de optimalisatiemicrofoon aan te sluiten die gebruikt wordt bij de AUTO SETUP (zie bladzijde 27). 2 Display voorpaneel Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de toestand waarin het toestel zich bevindt. 3 Sensor voor de afstandsbediening Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening. 4 INPUT Druk herhaaldelijk op deze toets om een andere signaalbron in te schakelen (TV, VCR, DVD of AUX). Zie bladzijde 37 voor details. 5 VOLUME –/+ Hiermee kunt u het volume van alle audiokanalen tegelijk instellen (zie bladzijde 38). 6 3 6 + STANDBY/ON 6 STANDBY/ON Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby, zie bladzijde 23). Opmerkingen • Wanneer u het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 4 a 5 seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven. • Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening. BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Display voorpaneel 2 NIGHT SLEEP 3 PCM 4 DIGITAL PL INLEIDING 1 VOL m ft mS dB 5 1 NIGHT indicator Licht op wanneer u een volumefunctie selecteert (zie bladzijde 52). 4 Volumeniveau indicator Hiermee wordt het huidige volumeniveau aangegeven (zie bladzijde 38). 2 SLEEP indicator Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld (zie bladzijde 55). 5 Multifunctioneel display Hierop wordt informatie getoond wanneer u de parameters van het toestel instelt. 3 Decoder indicators Licht op wanneer de corresponderende decoder van dit toestel in werking is (zie bladzijde 44). y U kunt de helderheid van het display op het voorpaneel regelen via de DISPLAY MENU parameters in de MANUAL SETUP (zie bladzijde 73). Nederlands 7 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Achterpaneel 9 1 VCR 2 TV/STB AUDIO INPUT 3 4 SUBWOOFER VIDEO OUT 5 (Modellen voor de VS en Canada) 6 AUX TV/STB OPTICAL 7 8 DVD COAXIAL SYSTEM CONNECTOR DIGITAL INPUT 1 VCR analoge audio ingangsaansluitingen Hierop kunt u uw videorecorder analoog aansluiten (zie bladzijde 17). 6 AUX OPTICAL DIGITAL INPUT aansluiting Hierop kunt u een externe component met een eigen optisch digitale aansluiting aansluiten (zie bladzijde 19). 2 TV/STB analoge audio ingangsaansluitingen Hierop kunt u uw tv, digitale satellietontvanger en kabel tv ontvanger analoog aansluiten (zie de bladzijden 15 en 18). 7 DVD COAXIAL DIGITAL INPUT aansluiting Hierop kunt u een DVD-speler met een eigen coaxiaal digitale aansluiting aansluiten (zie bladzijde 16). 3 SUBWOOFER OUT aansluiting Hierop kunt u een subwoofer aansluiten (zie bladzijde 20). 8 SYSTEM CONNECTOR aansluiting (Alleen modellen voor de VS en Canada) Hierop kunt u een YAMAHA subwoofer aansluiten met een SYSTEM CONNECTOR aansluiting (zie bladzijde 20). 4 VIDEO OUT aansluiting Hierop kunt u de video-ingang van uw tv aansluiten om het in-beeld display (OSD) van dit toestel op het scherm weer te kunnen geven (zie bladzijde 15). 5 TV/STB OPTICAL DIGITAL INPUT aansluiting Hierop kunt u uw tv, digitale satellietontvanger en kabel tv ontvanger aansluiten via een optisch digitale verbinding (zie de bladzijden 15 en 18). 8 9 Netsnoer Hiermee verbindt u het toestel met het stopcontact (zie bladzijde 21). BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Afstandsbediening In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de bij dit systeem behorende afstandsbediening beschreven. U kunt ook andere apparatuur aansturen met de afstandsbediening wanneer u de juiste afstandsbedieningscodes geprogrammeerd heeft. Zie “Bedienen van andere componenten” op bladzijde 83 voor details. 1 STANDBY/ON POWER POWER AV TV 2 3 VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP DVD 4 AUX 5 6 YSP 5BEAM 7 8 ST+3BEAM 3BEAM 3 1 2 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 +10 CH LEVEL CINEMA DSP H I J K 4 Ingangskeuzetoetsen Hiermee kunt u een signaalbron (TV, STB, VCR, DVD of AUX) selecteren en de set bedieningstoetsen van de afstandsbediening veranderen (zie bladzijde 37). 5 TruBass Hiermee kunt u de lage tonen extra laten versterken (zie bladzijde 54). 6 YSP Hiermee kunt u de bedieningsfunctie van dit toestel omschakelen. 7 Cijfertoetsen Hiermee kunt u cijfers invoeren. M 8 Geluidsveldprogramma-toetsen Hiermee kunt u het gewenste geluidsveldprogramma selecteren (zie bladzijde 49). N 9 CH LEVEL Instellen van het uitgangsniveau voor elk kanaal (zie bladzijde 79). L O 0 0 Cursortoetsen / / / , ENTER Hiermee kunt u SET MENU items selecteren en instellen. ENTER RETURN TEST P A VOLUME CH TV VOL B E G 3 Zend-indicator Licht op wanneer er infraroodsignalen worden uitgezonden. MENU 9 C D F 2 STANDBY/ON Hiermee zet u het toestel uit (standby, zie bladzijde 23). INLEIDING y 1 Infrarood venster Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden. Richt dit venster op de component die u wilt bedienen. Q MUTE TV INPUT TV MUTE CODE SET R S A TEST Met deze toets kunt u de testtoon laten weergeven voor het instellen van elk van de luidsprekers (zie bladzijde 78). B VOLUME +/– Hiermee verhoogt of verlaagt u het door dit systeem geproduceerde volumeniveau (zie bladzijde 38). C MUTE Deze toets schakelt de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volume voort te zetten (zie bladzijde 39). D TV INPUT Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv (zie bladzijde 83). E DVD-speler/Videorecorder bedieningstoetsen Hiermee kunt u uw DVD-speler of videorecorder bedienen (zie de bladzijden 83 en 84). F TV POWER Hiermee zet u de tv aan of uit (standby, zie bladzijde 83). Nederlands G AV POWER Hiermee zet u de geselecteerde component aan of uit (standby, zie de bladzijden 83 en 84). H INPUT1/INPUT2 Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv. 9 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES I MACRO Hiermee kunt u de macro-functie voor de tv instellen (zie bladzijde 85). J INPUTMODE Schakelt tussen de ingangsfuncties (AUTO, DTS of ANALOG). Zie bladzijde 37 voor details. K SLEEP Hiermee kunt u de slaaptimer instellen (zie bladzijde 55). L Geluidsbundel functietoetsen Hiermee kunt u de gebruiksfunctie voor de geluidsbundels wijzigen (zie bladzijde 40). M VOL MODE Hiermee kunt u de volumefuncties aan of uit zetten (zie bladzijde 52). N SURROUND Hiermee selecteert u de surroundfunctie voor de geluidsweergave (zie bladzijde 44). O MENU Laat het setup instelmenu op uw tv of monitor verschijnen (zie de bladzijden 28, 57 en 64). Opmerking Het DVD menu zal worden weergegeven wanneer DVD is geselecteerd als signaalbron. P RETURN Hiermee selecteert u de instellingen voor de slaaptimer, of gaat u terug naar het vorige SET MENU scherm. Q TV VOL +/– Regelt het volume van de tv (zie bladzijde 83). R CH +/– Hiermee kunt een ander kanaal kiezen op uw tv of videorecorder (zie de bladzijden 83 en 84). S TV MUTE, CODE SET Hiermee kunt u de geluidsweergave van de tv tijdelijk uitschakelen (zie bladzijde 83). Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen (zie bladzijde 82). 10 INSTALLATIE INSTALLATIE In dit hoofdstuk wordt beschreven wat een geschikte plek is om het toestel op te stellen, met behulp van een metalen wandbeugel, een rek of een standaard. Voor u dit toestel gaat installeren Installeren van dit toestel Installeer het toestel zo dat de geluidsbundels niet gehinderd worden door obstakels, zoals meubilair. Anders is het mogelijk dat het surroundeffect tegenvalt. U kunt dit toestel parallel aan de wand of in een hoek installeren. Zij-aanzicht Hoekinstallatie Installeer dit toestel in de hoek, met een hoek van 40º tot 50º ten opzichte van de beide wanden. Installatie parallel aan een wand Installeer dit toestel exact in het midden van de wand, zoals gemeten vanaf de linker en rechter hoek. Voorwerpen zoals meubelstukken 40° t/m 50° 5 cm of meer Voor VOORBEREIDINGEN Dit toestel zorgt voor surroundweergave door gericht geprojecteerde geluidsbundels te weerkaatsen via de wanden van uw luisterruimte. Het is mogelijk dat het surroundeffect zoals geproduceerd door dit toestel tegenvalt wanneer het toestel is geïnstalleerd op één van de volgende plekken. • In kamers met oppervlakken die de geluidsbundels onvoldoende reflecteren • Kamers met akoestisch absorberende oppervlakken • Kamers die kleiner of groter zijn de volgende maten b (3 tot 7 m) x h (2 tot 3,5 m) x d (3 tot 7 m) • Kamers met minder dan 2 m afstand tussen de luisterplek en de luidsprekerposities • Kamers waarin voorwerpen, zoals meubilair de geluidsbundels zullen hinderen • Kamers waarin de luisterplek zich dicht bij een wand bevindt • Kamers waarin de luisterplek zich niet voor dit toestel bevindt Bij het installeren van dit toestel moet u voldoende ventilatieruimte vrij laten zodat de gegenereerde warmte weg kan. Laat tenminste 5 cm ruimte vrij boven of onder dit toestel. Achter Opmerkingen Voorwerpen zoals meubelstukken y Welke geluidsbundels gebruikt kunnen worden hangt mede af van de plaats waar het toestel geïnstalleerd wordt (zie bladzijde 40). Alle geluidsbundels zijn bruikbaar wanneer het toestel parallel aan de wand wordt geïnstalleerd, maar de standen met 3 en 5 geluidsbundels zijn niet mogelijk wanneer het toestel in de hoek wordt geplaatst. 11 Nederlands • We raden u aan dit toestel niet zo te plaatsen dat het direct op de vloer van uw luisterruimte staat. Installeer dit toestel met behulp van een metalen wandbeugel, rek of standaard. • Dit toestel weegt 9,0 kg. U dient er zorg voor te dragen dat het toestel niet kan vallen wanneer het wordt blootgesteld aan trillingen, bijvoorbeeld bij een aardbeving, en dat het toestel buiten bereik van kinderen blijft. • Bij gebruik van een conventionele tv met een beeldbuis (CRT), mag dit toestel niet direct boven uw tv worden geïnstalleerd. • Dit toestel is magnetisch afgeschermd. Indien echter het beeld van uw tv toch gestoord of vervormd raakt, raden we u aan de luidsprekers verder bij uw tv vandaan te zetten. INSTALLATIE ■ Verwijderen van de metalen pakstukken van het achterpaneel Op het achterpaneel zitten twee metalen onderdelen die gebruikt worden bij het verpakken van het toestel. Als deze stukken metaal u in de weg zitten bij de installatie, kunt u ze gewoon van het achterpaneel af halen. ■ Bij gebruik van een standaard U kunt uw tv installeren op een in de handel verkrijgbare standaard of op een rek en dit toestel onder uw tv installeren. Standaard Opmerkingen tv Nadat u het metalen onderdeel van het achterpaneel verwijderd heeft, dient u de schroeven weer terug te doen met een schroevendraaier. Dit toestel y Raadpleeg de instructies voor de standaard in kwestie voor details omtrent het installeren daarvan, of hoe u dit toestel en de tv aan de standaard dient te bevestigen. ■ Bij gebruik van een rek of kast U kunt dit systeem boven of onder uw tv installeren in een in de handel verkrijgbaar rek. Wanneer dit toestel boven uw tv geïnstalleerd is ■ Bij gebruik van een metalen wandbeugel U kunt de los verkrijgbare metalen wandbeugel gebruiken om dit systeem aan de wand van uw luisterruimte te bevestigen. Metalen wandbeugel Dit toestel tv y Voor details omtrent het bevestigen van de metalen beugel aan de wand en het bevestigen van dit systeem aan de metalen beugel verwijzen we u naar de instructies zoals meegeleverd met de beugel. 12 Wanneer dit toestel onder uw tv geïnstalleerd is Opmerking Voor de installatie dient u zich ervan te verzekeren dat het rek of de kast groot genoeg is om voldoende ventilatie rond het toestel toe te laten (zie bladzijde 11) en sterk genoeg om het gewicht van zowel dit toestel als uw tv te kunnen dragen. INSTALLATIE ■ Bevestigen van het toestel Haal de beschermlaag van elk van de vier meegeleverde stukken bevestigingsmateriaal (klittenband) en bevestig ze met de ene kant onderaan de vier hoeken van dit toestel en met de andere kant aan de bovenzijde van de plank, het rek enz. Dit toestel VOORBEREIDINGEN Haal de 2 beschermlaag los. 1 Bevestigingsmateriaal Opmerkingen • Installeer dit toestel niet bovenop een hellend oppervlak. Hierdoor zou het toestel kunnen vallen, hetgeen tot letsel zou kunnen leiden. • U moet het oppervlak van het rek e.d. schoonmaken voor u de bevestigingsmaterialen erop aanbrengt. Wanneer er plakband wordt aangebracht op een vuil of nat oppervlak, zal dit de kleefkracht nadelig beïnvloeden, waardoor het toestel zal kunnen vallen. Nederlands 13 AANSLUITINGEN AANSLUITINGEN Dit toestel is uitgerust met twee optisch digitale aansluitingen, één coaxiaal digitale aansluiting en twee soorten analoge aansluitingen voor het aansluiten van externe componenten zoals uw tv, DVD-speler, videorecorder, digitale satellietontvanger, kabel-tv ontvanger en spelcomputer. Bovendien kunt u profiteren van extra versterke lage tonen door een subwoofer aan te sluiten op dit toestel. Voor details omtrent hoe u diverse soorten apparatuur dient aan te sluiten op dit toestel, zie de bladzijden 15 t/m 20. LET OP Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de componenten gemaakt zijn. Audio-aansluiting Video-aansluiting tv Dit toestel DVD-speler 14 Subwoofer Videorecorder Digitale satellietontvanger, kabel-tv of spelcomputer AANSLUITINGEN Aansluiten van een tv U kunt een tv aansluiten op dit toestel zodat u het in-beeld display (OSD) kunt bekijken wanneer u het SET MENU gebruikt. Opmerkingen Als u dit toestel tegelijkertijd aansluit op de analoge audio en optisch digitale audio uitgangsaansluitingen, zoals u kunt zien op de afbeelding hieronder, zullen de digitale audiosignalen via de optisch digitale uitgangsaansluiting voorrang krijgen over de analoge audiosignalen die worden geproduceerd via de analoge audio uitgangsaansluitingen. ■ Digitale en analoge audio-aansluitingen ■ Video-aansluitingen tv Analoge audio Optisch digitale uitgangsaansluiting uitgangsaansluiting R Video ingangsaansluiting L Achterpaneel van dit toestel VCR TV/STB AUDIO INPUT SUBWOOFER VIDEO OUT VOORBEREIDINGEN tv AUX TV/STB OPTICAL SYSTEM CONNECTOR DVD COAXIAL DIGITAL INPUT Achterpaneel van dit toestel VCR TV/STB AUDIO INPUT (Modellen voor de VS en Canada) Voor de aansluitingen gebruikte kabels Audio penstekkerkabel (Wit) SUBWOOFER VIDEO OUT AUX TV/STB OPTICAL DVD COAXIAL SYSTEM CONNECTOR DIGITAL INPUT (Modellen voor de VS en Canada) Voor de aansluitingen gebruikte kabels Videokabel voor het in-beeld display (OSD) (meegeleverd) (Wit) (Geel) (Geel) (Rood) (Rood) Optische kabel (meegeleverd) Nederlands 15 AANSLUITINGEN Aansluiten van een DVD-speler/recorder Om een DVD-speler/recorder aan te sluiten dient u de coaxiaal digitale uitgangsaansluiting van uw DVD-apparaat te verbinden met de coaxiaal digitale ingangsaansluiting van dit toestel (DVD COAXIAL). Als uw DVD-speler/recorder geen coaxiaal digitale uitgangsaansluiting heeft, kunt u een optisch digitale verbinding gebruiken. DVD/Video-speler/ recorder combinatie DVD-speler/recorder Videosignaal naar tv Videosignaal naar tv Analoge audio Coaxiaal digitale uitgangsaansluiting uitgangsaansluiting R Coaxiaal digitale uitgangsaansluiting L Achterpaneel van dit toestel VCR TV/STB AUDIO INPUT SUBWOOFER VIDEO TV/STB AUX OPTICAL OUT DVD COAXIAL SYSTEM CONNECTOR DIGITAL INPUT (Modellen voor de VS en Canada) Voor de aansluitingen gebruikte kabels Digitale audio penstekkerkabel (meegeleverd) Audio penstekkerkabel (Wit) (Oranje) (Rood) 16 (Wit) (Oranje) (Rood) AANSLUITINGEN Aansluiten van een videorecorder Om een videorecorder aan te sluiten dient u de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw videorecorder te verbinden met de analoge audio ingangsaansluitingen van dit toestel (VCR R/L). Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen. Videorecorder Videosignaal naar tv VOORBEREIDINGEN Analoge audio uitgangsaansluiting R L Achterpaneel van dit toestel VCR TV/STB AUDIO INPUT SUBWOOFER VIDEO OUT TV/STB AUX OPTICAL DVD COAXIAL SYSTEM CONNECTOR DIGITAL INPUT (Modellen voor de VS en Canada) Voor de aansluitingen gebruikte kabels Audio penstekkerkabel (Wit) (Rood) (Wit) (Rood) Nederlands 17 AANSLUITINGEN Aansluiten van een digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger Om een digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger aan te sluiten, dient u de optisch digitale uitgangsaansluiting van uw digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger te verbinden met de optisch digitale ingangsaansluiting van dit toestel (TV/STB OPTICAL). Verbind daarnaast de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw videorecorder met de analoge audio ingangsaansluitingen van dit toestel (TV/STB R/L). Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen. Opmerking Als uw tv en de op dit toestel aangesloten ontvanger niet geschikt zijn voor digitale uitzendingen, dient u de analoge audio uitgangsaansluitingen van dit toestel (TV/STB R/L) te verbinden met de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw tv. tv Digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger Videosignaal naar tv Analoge audio uitgangsaansluiting R Analoge audio uitgangsaansluiting R L L Optisch digitale uitgangsaansluiting Achterpaneel van dit toestel VCR TV/STB AUDIO INPUT SUBWOOFER VIDEO OUT TV/STB AUX OPTICAL DVD COAXIAL SYSTEM CONNECTOR DIGITAL INPUT (Modellen voor de VS en Canada) Voor de aansluitingen gebruikte kabels Optische kabel (meegeleverd) Audio penstekkerkabel (Wit) (Rood) 18 (Wit) (Rood) AANSLUITINGEN Aansluiten van andere externe apparatuur Om andere externe apparatuur aan te sluiten dient u de optisch digitale uitgangsaansluiting van de component in kwestie te verbinden met de optisch digitale ingangsaansluiting van dit toestel (AUX OPTICAL). U kunt een DVD-speler/recorder of andere component gebruiken die ondersteuning biedt voor optisch digitale verbindingen. Spelcomputer enz. VOORBEREIDINGEN Videosignaal naar tv Optisch digitale uitgangsaansluiting Optische glasvezelkabel Aan dit toestel bevestigen Om te voorkomen dat er stekkers losraken, kunt u de meegeleverde kabelklem op een geschikte plek aan het achterpaneel van dit toestel bevestigen met de open zijde van de klem naar boven om zo de kabels op hun plek te houden. Achterpaneel van dit toestel VCR TV/STB AUDIO INPUT SUBWOOFER VIDEO OUT TV/STB AUX OPTICAL DVD COAXIAL SYSTEM CONNECTOR DIGITAL INPUT (Modellen voor de VS en Canada) Voor de aansluitingen gebruikte kabels Optische kabel (meegeleverd) Nederlands 19 AANSLUITINGEN Aansluiten van een subwoofer Om een subwoofer aan te sluiten dient u de mono ingangsaansluiting van uw subwoofer te verbinden met de mono audio uitgangsaansluiting van dit toestel (SUBWOOFER OUT). Als er een subwoofer is aangesloten op dit toestel, zet deze dan aan en open vervolgens de AUTO SETUP (zie bladzijde 26), of selecteer SWFR bij BASS OUT onder SUBWOOFER SET (zie bladzijde 70). Aansluiten van de SYSTEM CONNECTOR aansluiting (alleen modellen voor de VS en Canada) Wanneer u een YAMAHA subwoofer met een SYSTEM CONNECTOR aansluiting gebruikt, dient u deze te verbinden met de SYSTEM CONNECTOR aansluiting van dit toestel. Indien de subwoofer via een systeemaansluiting met dit toestel is verbonden, zal de aan/uit (standby) stand van de subwoofer zich aanpassen aan de aan/uit (standby) stand van dit toestel. Subwoofer Mono ingangsaansluiting Systeemaansluiting (Alleen modellen voor de VS en Canada) Achterpaneel van dit toestel VCR TV/STB SUBWOOFER VIDEO AUDIO INPUT OUT TV/STB AUX OPTICAL DVD COAXIAL SYSTEM CONNECTOR DIGITAL INPUT (Modellen voor de VS en Canada) Voor de aansluitingen gebruikte kabels Subwoofer penstekkerkabel 20 Systeemkabel (meegeleverd met de YAMAHA subwoofer die voorzien is van een SYSTEM CONNECTOR aansluiting) AANSLUITINGEN Aansluiten van de stroomkabel Doe de stekker pas in het stopcontact wanneer alle andere aansluitingen uitgevoerd zijn. VOORBEREIDINGEN Naar een stopcontact Nederlands 21 VAN START VAN START Inzetten van batterijen in de afstandsbediening Bereik van de afstandsbediening De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal uit. Gebruik de afstandsbediening op een afstand van minder dan 6 m van dit toestel en richt deze daarbij op de sensor op dit toestel. Druk op Ongeveer 6 m 1 Houd het teken op de batterijklep ingedrukt en schuif de klep open. 2 Doe de twee meegeleverde batterijen (AA, R06, UM-3) in het batterijvak. U moet de batterijen met de polen (+/–) op de juiste manier zoals aangegeven in het vak zetten. 3 Doe de batterijklep weer dicht. Opmerkingen • Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat: het bereik van de afstandsbediening afneemt, de indicator niet knippert of dat de indicator zwakker wordt. • Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. • Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie op de verpakking aandachtig door, want de verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken. • Lege batterijen kunnen gaan lekken. Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet. • Gooi batterijen niet samen met het andere huishoudelijke afval weg. Gooi batterijen alleen weg in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving. • In de volgende gevallen is het mogelijk dat het geheugen van de afstandsbediening gewist wordt: – De afstandsbediening is langer dan 2 minuten zonder batterijen. – Er zitten lege batterijen in de afstandsbediening. – Er wordt per ongeluk op de toetsen van de afstandsbediening gedrukt terwijl u de batterijen aan het verwisselen bent. • Als het geheugen van de afstandsbediening per ongeluk gewist wordt, dient u de afstandsbedieningscodes opnieuw te programmeren nadat u nieuwe batterijen in de afstandsbediening heeft gezet. 22 Opmerkingen • Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening. • Laat de afstandsbediening niet vallen. • Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plekken: – zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad – plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen, zoals naast de verwarming of kachel – plekken waar het heel koud wordt – stoffige plekken • Zorg ervoor dat de sensor voor de afstandsbediening op dit toestel niet blootstaat aan direct zonlicht of andere sterke verlichting, met name van TL lampen. • Wanneer de batterijen leeg raken zult u merken dat de afstand waarop de afstandsbediening nog kan worden gebruikt af zal nemen. Vervang in een dergelijk geval de batterijen zo spoedig mogelijk door twee nieuwe. VAN START Gebruiken van de afstandsbediening Inschakelen Afhankelijk van de geselecteerde signaalbron zullen de functies van bepaalde toetsen op de afstandsbediening ook veranderen. Gebruik de ingangskeuzetoetsen (TV, STB, VCR, DVD of AUX) om een signaalbron te selecteren en over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor de signaalbron in kwestie. Druk op YSP om de bedieningsfunctie van dit toestel om te schakelen. De van 3 t/m 9 genummerde toetsen van de afstandsbediening werken alleen wanneer u op YSP drukt om naar de bedieningsfunctie voor dit toestel over te schakelen. VOLUME + STANDBY/ON y DVD 1 STB TV TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP VCR TV INPUT1 STANDBY/ON DVD 1 YSP 3 4 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 OFF SURROUND 0 +10 VT VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel aan te zetten. of STANDBY/ON 6 Voorpaneel Afstandsbediening 7 CINEMA DSP 5 TV TV SPORTS CH LEVEL POWER AV AUX AUX 2 POWER SETUP U kunt andere componenten bedienen als u de bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld (zie bladzijde 82). Wanneer de juiste afstandsbedieningscodes voor de signaalbronnen (TV, STB, VCR, DVD en AUX) zijn ingesteld, kunt u bij “Bedienen van andere componenten” op bladzijde 83 verder lezen wat de functies van de voor een bepaalde signaalbron beschikbare toetsen precies zijn. Vergeet niet dat de functies van de van 3 t/m 9 genummerde toetsen op de afstandsbediening afhangen van de op dit moment geselecteerde signaalbron. MENU 8 2 9 Opmerking ENTER Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel uit (standby) te zetten. RETURN TEST 1 Ingangskeuzetoetsen 2 YSP 3 Geluidsbundel functietoetsen Wanneer dit toestel uit (standby) staat, zal alleen STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening werken; alle andere toetsen op het voorpaneel en de afstandsbediening werken pas wanneer het toestel aan staat. 4 Geluidsveldprogramma-toetsen 5 Cursortoetsen / / / , ENTER 6 VOL MODE Nederlands 7 SURROUND 8 MENU 9 RETURN 23 GEBRUIKEN VAN HET SET MENU GEBRUIKEN VAN HET SET MENU Weergeven van het in-beeld display (OSD) In dit hoofdstuk wordt heel eenvoudig uit de doeken gedaan hoe u het in-beeld display (OSD) van dit toestel kunt bekijken op uw tv en hoe u de nodige instellingen voor uw kamer kunt maken. Wanneer u hiermee klaar bent kunt u vanuit uw eigen luie stoel naar de tv kijken terwijl u geniet van echte surroundweergave. 1 2 Controleer of video ingangsaansluiting van uw tv is verbonden met de VIDEO OUT aansluiting van dit toestel om het in-beeld display (OSD) op het tv-scherm weer te kunnen geven. Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel aan te zetten. ■ Andere toetsen die het in-beeld display doen verschijnen Toetsen op de afstandsbediening die het in-beeld display doen verschijnen 1 Ingangskeuzetoetsen 37 2 54 TruBass 3 Geluidsbundel functietoetsen 40 4 Geluidsveldprogramma-toetsen 49 5 CH LEVEL 79 6 VOLUME +/– 38 7 MUTE 39 8 INPUTMODE 81 9 SLEEP 55 0 VOL MODE 52 A SURROUND 44 B MENU 28, 57, 64 VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP DVD 1 2 of STANDBY/ON Voorpaneel Afstandsbediening 3 3 4 Zet nu uw tv aan. 4 Druk op TV op de afstandsbediening om het in-beeld display (OSD) van dit toestel op uw tv-scherm te laten verschijnen. Het kan een paar tellen duren voor het in-beeld display (OSD) van dit toestel op het tv-scherm verschijnt. Als het in-beeld display niet verschijnt, dient u met de afstandsbediening van uw tv over te schakelen naar het juiste kanaal. TV    TV AUTO:ANALOG Schermvoorbeeld in-beeld display 24 Bladzijde 5 YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 +10 VT CH LEVEL CINEMA DSP MENU ENTER RETURN TEST VOLUME CH MUTE TV INPUT TV VOL 6 7 8 AUX TV MUTE CODE SET 9 0 A B GEBRUIKEN VAN HET SET MENU Schema van het SET MENU Het volgende diagram geeft een overzicht van de instelprocedure. Schakel de AUTO SETUP in. Zie “AUTO SETUP” op bladzijde 26. Als er iets fout gaat Zoek een oplossing. Zie “Foutmeldingen voor de AUTO SETUP” op bladzijde 33 voor een complete lijst met foutmeldingen en mogelijke oplossingen. Als het probleem zich blijft voordoen SETUP Schakel de BASIC SETUP in. Zie “BASIC SETUP” op bladzijde 57. Laat audiosignalen weergeven of wijzig de instellingen voor de geluidsbundels en Cinema DSP. Zie “WEERGAVE” op bladzijde 37. Als u aanvullende instellingen en aanpassingen nodig vindt Schakel de MANUAL SETUP in. Zie “MANUAL SETUP” op bladzijde 63. y • Als u een bepaalde geluidsbundel voor een bepaald luidsprekerkanaal niet duidelijk kunt horen, wijzig dan de instellingen voor SETTING PARAMETERS (zie bladzijde 65) of voor BEAM ADJUSTMENT (zie bladzijde 66) onder BEAM MENU. • Als er zich akoestisch absorberende voorwerpen, zoals gordijnen, bevinden in het pad van de geluidsbundels, wijzig dan de instellingen voor TREBLE GAIN in het BEAM MENU (zie bladzijde 68). Nederlands 25 AUTO SETUP AUTO SETUP Dit toestel produceert geluidsvelden door de geluidsbundels te weerkaatsen via de wanden van uw kamer en de samenhang tussen de luidsprekerkanalen te vergroten. Op dezelfde manier als u bij andere audiosystemen de opstelling van de luidsprekers zou veranderen, zo moet u bij dit systeem de hoek van een bepaalde geluidsbundel veranderen om een betere weergave te verkrijgen. Dit toestel stelt de geluidsbundels automatisch optimaal in met behulp van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie en de meegeleverde optimalisatiemicrofoon, zodat u niet een moeizame setup hoeft te doorlopen waarbij u naar alle luidsprekers moet luisteren, maar gemakkelijk de optimaal aan uw luisteromgeving aangepaste instellingen voor de geluidsbundels kunt laten maken. Het optimaliseren van de geluidsbundels is geautomatiseerd via de BASIC SETUP, waarmee u het best mogelijke surround-geluidsveld kunt verkrijgen zonder met de hand de parameters voor uw kamer in te hoeven stellen. De YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie voert de volgende controles uit en maakt aan de hand daarvan de juiste instellingen. DISTANCE: Controleren van de fase en de afstand voor elk van de geluidsbundels van dit toestel tot de luisterplek en instellen van de bijbehorende vertraging voor elk van de kanalen, zodat het geluid van alle bundels tegelijkertijd aankomt op de luisterplek. EQUALIZING: Regelen van de frequenties en niveaus voor de parametrische equalizer van elk van de kanalen om beïnvloeding over en weer van de kanalen te voorkomen en een samenhangend geluidsveld te verkrijgen. De YPAO instellingen maken gebruik van drie parameters (frequentie, niveau en Q factor) voor elk van de zeven banden van de parametrische equalizer voor een zeer precieze automatische regeling van de frequentiekarakteristieken. LEVEL: Controleren en instellen van het uitgangsniveau van elk kanaal. Schema van het AUTO SETUP Dit toestel voert een aantal controles uit om de hoeken van de geluidsbundels, de vertraging, het volume en de toonkwaliteit in te stellen. U kunt naar keuze alle of alleen bepaalde parameters in laten stellen. Opmerkingen Controleren van de akoestische eigenschappen van uw kamer *1 De controle van de subwoofer wordt overgeslagen als u BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd. *2 De controle van de hoeken van de geluidsbundels wordt overgeslagen als u SOUND OPTIMZ only heeft geselecteerd. *3 De YPAO geluidsoptimalisering wordt overgeslagen als u BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd. *1 Controleren van de subwoofer *2 Optimaliseren van de hoeken van de geluidsbundels Optimaliseren geluidsbundels *3 Optimaliseren van de vertraging, frequentiekarakteristieken en het volume van de geluidsbundels 26 YPAO geluidsoptimalisering AUTO SETUP Installeren van de optimalisatiemicrofoon De meegeleverde optimalisatiemicrofoon beluistert en analyseert het geluid zoals dat door dit toestel in uw eigen kamer wordt weergegeven. Volg de onderstaande procedure om de optimalisatiemicrofoon aan te sluiten op dit toestel en zorg ervoor dat de optimalisatiemicrofoon op de juiste plek wordt opgesteld en dat er zich geen grote obstakels bevinden tussen de microfoon en de wanden van uw kamer. Opmerkingen CROSSOVER HIGH CUT VOLUME MIN SETUP • Nadat u de AUTO SETUP procedure heeft afgerond, moet u niet vergeten de optimalisatiemicrofoon los te koppelen. • De optimalisatie-microfoon is gevoelig voor warmte. – Houd deze uit direct zonlicht. – Plaats de microfoon niet bovenop het toestel. • Sluit de optimalisatiemicrofoon niet aan via een verlengsnoer, want dit kan leiden tot onjuiste instellingen. • Er kan zich een fout voordoen tijdens de AUTO SETUP procedure als de optimalisatiemicrofoon niet correct opgesteld is in uw kamer. Om eventuele fouten te voorkomen: – Zet de optimalisatiemicrofoon niet helemaal links of rechts van dit toestel, maar midden ervoor. – Zet de optimalisatiemicrofoon niet binnen 2 m vanaf de voorkant van dit toestel. – Zet de optimalisatiemicrofoon niet meer dan 1 m hoger dan het midden van dit toestel. • Zorg ervoor dat er zich geen obstakels bevinden tussen de optimalisatiemicrofoon en de wanden van uw kamer, want dergelijke obstakels zullen de geluidsbundels hinderen. Voorwerpen die tegen de wand aan staan worden echter beschouwd als uitstekende onderdelen van de wand. • De beste resultaten bereikt u wanneer de optimalisatiemicrofoon op dezelfde hoogte en op dezelfde plek wordt geplaatst als waar uw oren zich zouden bevinden wanneer u gewoon aan het luisteren zou zijn. Als dit niet mogelijk is, kunt u met de hand de hoeken van de geluidsbundels en de uitgangsniveaus daarvan bijstellen met de MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) wanneer u de AUTO SETUP procedure heeft afgerond. • Als er een subwoofer met eigen volumeregeling en instelbare crossover-/hoge afsnij-frequentie is aangesloten op dit toestel, zet dan het volume tussen 9 en 12 uur als u de draaiknop als een wijzerplaat beschouwt en zet de crossover-/hoge afsnij-frequentie op de maximale waarde. MAX MIN MAX Subwoofer 1 Sluit de meegeleverde optimalisatiemicrofoon aan op de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel. Opmerkingen U moet de optimalisatiemicrofoon op een denkbeeldige lijn door het midden van dit toestel plaatsen. y U kunt gebruik maken van de meegeleverde kartonnen microfoonstandaard of een statief om de optimalisatiemicrofoon zo op te stellen dat deze zich op dezelfde hoogte en dezelfde plek bevindt als uw oren wanneer u op uw luisterplek zit. OPTIMIZER MIC Voorbeeld met gebruik van een statief 2 Positie optimalisatiemicrofoon Binnen 1 m Meer dan 2m Nederlands Plaats de optimalisatiemicrofoon op uw normale luisterplek, op een vlakke, horizontale ondergrond, meer dan 2 m bij de voorkant van het toestel vandaan en met minder dan 1 m hoogteverschil ten opzichte van het midden van het toestel gemeten, met de kop van de optimalisatiemicrofoon naar boven gericht. Binnen 1 m Statief 27 AUTO SETUP Voorbeeld met de meegeleverde kartonnen microfoonstandaard Positie optimalisatiemicrofoon Gebruiken van het AUTO SETUP Wanneer de optimalisatiemicrofoon correct is aangesloten op het toestel en correct geplaatst is in uw kamer, kunt u via onderstaande aanwijzingen de AUTO SETUP procedure laten beginnen. Binnen 1 m Meer dan 2m Binnen 1 m Kartonnen microfoonstandaard ■ In elkaar zetten van de meegeleverde kartonnen microfoonstandaard De kartonnen microfoonstandaard bestaat uit drie verschillende onderdelen (één rond en twee langwerpig) die samen de standaard vormen. 1 2 VOLUME + STANDBY/ON STANDBY/ON DVD POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP AUX ( ) YSP 3 4 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO UNIVERSAL 4 5 6 MUSIC MOVIE NIGHT 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL +10 CINEMA DSP MENU ENTER TEST 1 Haal de drie onderdelen voor de kartonnen microfoonstandaard los uit het karton. 2 Steek het ene langwerpige onderdeel met de sleuf in de sleuf van het andere langwerpige onderdeel. 3 Pas het ronde stuk bovenop de twee in elkaar gestoken langwerpige onderdelen. 4 Plaats de meegeleverde optimalisatiemicrofoon bovenop het ronde stuk. 28 RETURN AUTO SETUP 3 Opmerkingen • Als uw kamer gordijnen heeft, open deze dan voor u begint met de BEAM OPT+SOUND OPTIMZ of BEAM OPTIMZ only procedure. • Zorg ervoor dat het zo stil mogelijk is in uw kamer wanneer u de AUTO SETUP procedure uitvoert. • Zorg ervoor dat u zich zelf naast of achter dit toestel bevindt wanneer de AUTO SETUP procedure is begonnen, zodat u de geluidsbundels niet hindert. Voor de beste resultaten kunt u echter het beste de kamer verlaten totdat de AUTO SETUP procedure is afgerond. • Wij wijzen u erop dat het normaal is dat er tijdens de AUTO SETUP procedure luide testtonen worden geproduceerd. • De AUTO SETUP procedure verloopt mogelijk niet naar behoren als dit toestel is geïnstalleerd in een kamer zoals beschreven onder “Voor u dit toestel gaat installeren” op bladzijde 11. In een dergelijk geval dient u de BASIC SETUP (zie bladzijde 57) of MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) te gebruiken om de diverse parameters met de hand in te stellen. • Als de AUTO SETUP procedure stopt en er een foutmelding op het scherm verschijnt, raadpleeg dan “Foutmeldingen voor de AUTO SETUP” op bladzijde 33 voor de te nemen maatregelen. SET MENU MENU .;MEMORY ;AUTO SETUP ;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP p y 4 SETUP • De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden onderaan het scherm getoond. • Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te drukken. • Druk op TEST op de afstandsbediening om de cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft ingeschakeld. • Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens op MENU te drukken. • U kunt de volgende handeling ook verrichten via het display op het voorpaneel. • Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST. U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een bepaalde set instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie bladzijde 35). Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel aan te zetten. p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter y 1 Druk op MENU op de afstandsbediening. Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen. Druk op / op de afstandsbediening, selecteer AUTO SETUP en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. of STANDBY/ON Voorpaneel 2 Afstandsbediening ENTER ENTER Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. YSP ;AUTO SETUP .BEAM+SOUND OPTIMZ BEAM OPTIMZ only SOUND OPTIMZ only p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter Nederlands 29 AUTO SETUP 5 Druk op / , selecteer BEAM OPT+SOUND OPTIMZ, BEAM OPTIMZ only of SOUND OPTIMZ only en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. 6 Druk op / / / om de diverse parameters te selecteren en in te stellen en druk vervolgens op ENTER. ENTER ENTER ENTER PREPARATION .INSTALLING;;Parallel to Wall MOUNTING;;;;SHELF REFLECTING;;NORMAL Set MIC in front of YSP  MIN 2m/6.5ft BEAM OPT+SOUND OPTIMZ (Optimaliseren geluidsbundels en YPAO geluidsoptimalisering) Hiermee kunt u de hoeken van de geluidsbundels, de vertraging, het volume en de toonkwaliteit optimaliseren om de weergave aan te passen aan uw luisteromgeving. In de volgende gevallen kunt u het beste deze optimalisatiemethode kiezen: • Als u de instellingen voor het eerst maakt. • Als het toestel verplaatst is. • Als uw kamer verbouwd is. • Als er voorwerpen (meubilair e.d.) in uw kamer verplaatst zijn. BEAM OPTIMZ only (Alleen optimaliseren geluidsbundels) Hiermee kunt u de hoeken van de geluidsbundels optimaliseren om de weergave aan te passen aan uw luisteromgeving. SOUND OPTIMZ only (Alleen YPAO geluidsoptimalisering) Hiermee kunt u de vertraging, het volume en de toonkwaliteit optimaliseren om de weergave aan te passen aan uw luisteromgeving. In de volgende gevallen kunt u het beste deze optimalisatiemethode kiezen: • Als u de gordijnen in uw kamer heeft geopens of juist gesloten voor u het toestel gaat gebruiken. • Als u de hoeken van de geluidsbundels met de hand heeft ingesteld. Opmerking U moet de hoeken van de geluidsbundels optimaliseren met de BEAM OPTIMZ only procedure voor u begint met de SOUND OPTIMZ only procedure. 30 Angle to Wall or corner Parallel to Wall p p []/[]:Up/Down/[p]/[p]:Sel [ENTER]:Start INSTALLING (Installeren) Hiermee kunt u de positie waarin het toestel in uw kamer geïnstalleerd is selecteren. Keuzes: Parallel to Wall (Installatie parallel aan een wand), Angle to Wall or corner (Hoekinstallatie) • Selecteer Angle to Wall or corner als het toestel in een hoek is geïnstalleerd. De geluidsbundels worden ingesteld op ST+3BEAM (zie bladzijde 41). • Selecteer Parallel to Wall als het toestel in parallel aan een wand is geïnstalleerd. De geluidsbundels worden ingesteld op 5BEAM (zie bladzijde 41). AUTO SETUP MOUNTING (Montage) Hiermee kunt u de manier waarop het toestel in uw kamer bevestigd is selecteren. Keuzes: SHELF (Op een plank), WALL (Aan de wand) SHELF 8 Druk op ENTER om de AUTO SETUP procedure te laten beginnen. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. ENVIRONMENT CHECK (Omgevingsruis controle), SUB WOOFER CHECK (Subwoofer controle) en WILL START in 10 SEC (Zal beginnen over 10 seconden) worden achtereenvolgens weergegeven terwijl de PREPARATION procedure bezig is. ENTER WALL REFLECTING (Weerkaatsing) Hiermee kunt u instellen hoeveel geluid er wordt weerkaatst in uw kamer. Keuzes: NORMAL (Normaal), HI ECHO (Veel echo) • Kies NORMAL wanneer uw luisterruimte geluiden normaal weerkaatst. • Kies HI ECHO wanneer uw luisterruimte geluiden goed weerkaatst, bijvoorbeeld met betonnen wanden. PREPARATION .ENVIRONMENT CHECK  ;;;[OK] SUB WOOFER CHECK  ;;;[NOT IN USE] WILL START in 10 SEC Move aside or behind YSP *****----- Als u BEAM OPT+SOUND OPTIMZ of SOUND OPTIMZ only heeft geselecteerd bij stap 5. PREPARATION .ENVIRONMENT CHECK  ;;;[OK]  SETUP • Selecteer WALL als het toestel aan een wand is bevestigd. • Selecteer SHELF als het toestel op een plank of zo is bevestigd. WILL START in 10 SEC Move aside or behind YSP *****----- Als u BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd bij stap 5. AUTO BEAM OPTIMIZATION AUTO BEAM MEASUREMENT/SET 7 Controleer de volgende punten nogmaals voor u met de AUTO SETUP procedure begint. • Is de optimalisatiemicrofoon correct aangesloten op het toestel? • Is de optimalisatiemicrofoon op de juiste plek opgesteld? • Zijn er grote obstakels tussen de optimalisatiemicrofoon en de wanden van uw luisterruimte? Als u SOUND OPTIMZ only heeft geselecteerd bij stap 5. ACOUSTIC OPTIMIZATION .SETTING MEASURE MEASURE MEASURE VOLUME DISTANCE FREO CHAR VOLUME Overgeslagen als u BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd bij stap 5. 31 Nederlands Als er iets mis gaat, zal er een foutmelding verschijnen. Zie “Foutmeldingen voor de AUTO SETUP” op bladzijde 33 voor een complete lijst met foutmeldingen en mogelijke oplossingen. Volg de gegeven instructies en voer de AUTO SETUP procedure opnieuw uit. AUTO SETUP 9 Controleer of het volgende scherm op uw tv verschijnt. De resultaten van de AUTO SETUP procedure worden weergegeven op uw tv. Voorbeeld SHOW RESULT scherm SHOW RESULT BEAM MODE: 5BEAM SUBWOOFER: NOT APPLICABLE   [ENTER]:Enter [RETURN]:Cancel 10 Druk op ENTER om de resultaten te bevestigen of op RETURN om ze te annuleren. Het volgende scherm wordt een paar seconden lang op uw tv getoond en zal vervolgens verdwijnen. AUTO SETTING COMPLETED ENTER 32 AUTO SETUP ■ Foutmeldingen voor de AUTO SETUP Voor de AUTO SETUP procedure begint Foutmelding ERROR E-2 No MIC Detected. Please check MIC connection and re-try. Oorzaak De optimalisatiemicrofoon is niet aangesloten op het toestel. Oplossing Sluit de optimalisatiemicrofoon correct aan op het toestel. Zie bladzijde 27 Terwijl de AUTO SETUP procedure bezig isFoutmelding Oorzaak Oplossing Zie bladzijde Er is te veel ongewenste ruis of ander storend geluid in uw luisterruimte. Zorg ervoor dat uw luisterruimte zo stil mogelijk is. Misschien moet u een bepaalde tijd tijdens de dag kiezen wanneer er zo min mogelijk storend geluid van buiten komt. — ERROR E-2 No MIC detected. Please check MIC connection and re-try. De optimalisatiemicrofoon is losgeraakt terwijl de AUTO SETUP procedure bezig was. Zorg ervoor dat de optimalisatiemicrofoon correct is aangesloten op het toestel. 27 ERROR E-3 Unexpected control is detected. Please re-try. Er werden andere handelingen uitgevoerd met het toestel terwijl de AUTO SETUP procedure bezig was. Voer geen andere handelingen uit terwijl de AUTO SETUP procedure bezig is. — ERROR E-4 Please check MIC position. MIC should be set in front of YSP. De optimalisatiemicrofoon bevindt zich niet recht voor het toestel. Zorg ervoor dat de optimalisatiemicrofoon zich recht voor het toestel bevindt. 27 ERROR E-5 Please check MIC position. MIC should be set above 2m/6.5ft. De optimalisatiemicrofoon bevindt zich niet op de juiste afstand van het toestel. Zorg ervoor dat de optimalisatiemicrofoon zich minimaal dan 2 m bij de voorkant van het toestel vandaan bevindt en met minder dan 1 m hoogteverschil ten opzichte van het midden van het toestel. 27 ERROR E-6 Volume level is smaller than expected. Please check MIC position/connection and re-try. De optimalisatiemicrofoon kan het door dit toestel geproduceerde geluid niet correct waarnemen omdat het volume te laag is. Zorg ervoor dat de optimalisatiemicrofoon correct is aangesloten op het toestel en correct is opgesteld. Als het probleem zich blijft voordoen, dient u contact op te nemen met uw dichtstbijzijnde YAMAHA service-centrum. 27 ERROR E-7 Unexpected Error Happened. Please re-try. Er heeft zich een interne fout voorgedaan. Herhaal de AUTO SETUP procedure. — SETUP ERROR E-1 Please test in more quiet environment. Nederlands 33 GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN Instellingen opslaan 3 U kunt de instellingen zoals op dit moment aangepast via het SET MENU opslaan in het systeemgeheugen van dit toestel. Het kan heel handig zijn om verschillende instellingen op te slaan voor verschillende omstandigheden in uw luisterruimte. Als er bijvoorbeeld gordijnen hangen in het pad van een geluidsbundel, hangt de geluidsweergave mede af van het feit of de gordijnen open of dicht zijn. Met de gordijnen open Druk op / , selecteer MEMORY en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. ENTER ENTER Met de gordijnen dicht ;MEMORY  1)LOAD 2)SAVE 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. 4 p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter Druk op / , selecteer SAVE en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. YSP ENTER 2 ENTER Druk op MENU op de afstandsbediening. Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen. SET MENU MENU .;MEMORY ;AUTO SETUP ;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter 2)MEMORY SAVE  p USER1 USER2 []/[]:Select p p  y • De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden onderaan het scherm getoond. • Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te drukken. • Druk op TEST op de afstandsbediening om de cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft ingeschakeld. • Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens op MENU te drukken. • U kunt de volgende handeling ook verrichten via het display op het voorpaneel. • Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST. 34 USER3 GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN 5 Druk op / , selecteer USER1, USER2 of USER3 en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. Instellingen laden U kunt de via “Instellingen opslaan” op bladzijde 34 opgeslagen instellingen voor bepaalde omstandigheden in uw luisterruimte ook weer oproepen wanneer dat nodig is. 1 ENTER ENTER Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. YSP 2)MEMORY SAVE  USER1 Save Now? 2 Druk op MENU op de afstandsbediening. Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen. [ENTER]:Enter  SET MENU MENU USER1 Saving ! ENTER [<]/[>]:Select  SET MENU .;MEMORY ;AUTO SETUP ;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP SETUP 2)MEMORY SAVE   []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter p Druk nog eens op ENTER. De nieuwe instellingen worden opgeslagen als USER1, USER2 of USER3. Wanneer de instellingen voor de parameters opgeslagen zijn, zal het SET MENU scherm weer verschijnen. p 6 .;MEMORY ;AUTO SETUP ;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP y • De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden onderaan het scherm getoond. • Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te drukken. • Druk op TEST op de afstandsbediening om de cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft ingeschakeld. • Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens op MENU te drukken. • U kunt de volgende handeling ook verrichten via het display op het voorpaneel. • Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST. p 7 p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter Druk op MENU om af te sluiten. Het SET MENU scherm zal nu van uw tv verdwijnen. MENU Nederlands 35 GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN 3 Druk op / , selecteer MEMORY en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. ENTER 5 Druk op / , selecteer USER1, USER2 of USER3 en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. ENTER ENTER ENTER ;MEMORY  1)MEMORY LOAD  1)LOAD 2)SAVE USER1 Load Now? 4 p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter [ENTER]:Enter  Druk op / , selecteer LOAD en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. ENTER 6 Druk nog eens op ENTER. De nieuwe instellingen worden opgeslagen als USER1, USER2 of USER3. Wanneer de instellingen voor de parameters opgeslagen zijn, zal het SET MENU scherm weer verschijnen. ENTER 1)MEMORY LOAD   USER1 Loading ! ENTER [<]/[>]:Select  1)MEMORY LOAD  p USER1 USER2 USER3 []/[]:Select p p  SET MENU .;MEMORY ;AUTO SETUP ;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP p 7 Druk op MENU om af te sluiten. Het SET MENU scherm zal nu van uw tv verdwijnen. MENU 36 p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter WEERGAVE WEERGAVE Selecteren van een signaalbron U kunt het geluid van de diverse op dit toestel aangesloten componenten laten weergeven door herhaaldelijk op INPUT op het voorpaneel van het toestel of op één van de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening te drukken (TV, STB, VCR, DVD of AUX). De naam van de geselecteerde signaalbron en de daarmee corresponderende ingangsfunctie worden aangegeven op het display op het voorpaneel. Druk op STB op de afstandsbediening om een satelliet-uitzending weer te laten geven. STB VOL Druk op DVD op de afstandsbediening om een DVD weer te laten geven. DVD INPUT + VOLUME STANDBY/ON DVD POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO Druk op VCR op de afstandsbediening om een videoband weer te laten geven. VCR AUX BASISBEDIENING STANDBY/ON VOL ■ Bediening via het voorpaneel Druk op INPUT op het voorpaneel om te schakelen tussen TV, STB, DVD, VCR en AUX. De naam van de geselecteerde signaalbron en de huidige ingangsfunctie worden aangegeven op het display op het voorpaneel. ■ Afstandsbediening Druk op TV op de afstandsbediening om een tvprogramma weer te laten geven. VOL Druk op AUX op de afstandsbediening om de apparatuur die is verbonden met de AUX aansluiting op het achterpaneel van dit toestel weer te laten geven. AUX TV VOL Nederlands VOL Naam van de geselecteerde signaalbron Soort ingangsfunctie 37 WEERGAVE Weergeven van signaalbronnen Instellen van het volume Wan de signaalbron eenmaal is geselecteerd (zie bladzijde 37), kunt u deze laten weergeven via dit toestel. Opmerking In dit hoofdstuk wordt een DVD-speler gebruikt als weer te geven component (signaalbron). y Voor details omtrent de tv en DVD-speler die u gebruikt verwijzen we u naar de bij de tv en DVD-speler behorende handleidingen. INPUT 1 2 3 4 VOLUME + STANDBY/ON Zet uw DVD-speler aan met de daarbij behorende afstandsbediening. Gebruik de afstandsbediening van uw tv om het videokanaal te kiezen waarop het beeld van uw DVD-speler wordt weergegeven. Zet indien nodig het volume van uw tv laag zodat u geen geluid meer via de tv zelf kunt horen. Druk op DVD op de afstandsbediening en selecteer DVD als signaalbron. VOLUME CH TV VOL MUTE TV INPUT TV MUTE Druk op VOLUME +/– op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het volume hoger of lager te zetten. De numerieke waarde voor het ingestelde volumeniveau wordt aangegeven op het display. Instelbereik: 0,0 dB t/m –99,5 dB, MIN (minimum) VOLUME DVD of 5 Begin de weergave op uw DVD-speler met de daarbij behorende afstandsbediening. De audiosignalen van uw DVD-speler worden weergegeven via de luidsprekers van dit toestel. VOLUME + Voorpaneel Afstandsbediening y • Als het volume van dit toestel te laag is, verhoog het dan tot ongeveer –25 dB. • Als u de juiste afstandsbedieningscodes heeft ingesteld voor uw tv en DVD-speler, kunt u deze apparatuur ook bedienen met de afstandsbediening van dit toestel. Zie zie bladzijde 82 voor details omtrent het instellen van afstandsbedieningscodes. VOL VOLUME MUTE verschijnt bij het minimum volumeniveau. VOL Opmerkingen • Het volumeniveau van alle signaalbronnen (multikanaals zowel als stereo) wordt tegelijk veranderd. • Met elke druk op VOLUME +/– wordt het volume met 0,5 dB verhoogd of verlaagd. • Als u VOLUME +/– ingedrukt houdt, kunt u het volume continu laten verhogen of verlagen. 38 WEERGAVE y Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave 1 VOLUME CH TV VOL MUTE TV INPUT TV MUTE U kunt instellen of het volume helemaal zal worden uitgeschakeld, of alleen met 20 dB zal worden verlaagd wanneer u op MUTE drukt (zie bladzijde 70). Druk op MUTE op de afstandsbediening om de geluidsweergave tijdelijk uit te schakelen. AUDIO MUTE ON zal verschijnen op het display op het voorpaneel en de volume-indicator zal gaan knipperen. MUTE Knippert VOL BASISBEDIENING 2 Druk op MUTE op de afstandsbediening (of op VOLUME +/–) om de geluidsweergave weer te hervatten. AUDIO MUTE OFF zal eventjes op het display getoond worden (of de waarde van het huidige volumeniveau, als u op VOLUME +/– drukt), en de volume-indicator zal oplichten. VOLUME MUTE of Licht op VOL Opmerking Nederlands De geluidsweergave van alle signaalbronnen (multikanaals zowel als stereo) wordt tegelijk uitgeschakeld. 39 GELUIDSBUNDELS GELUIDSBUNDELS Met de toetsen voor de geluidsbundels op de afstandsbediening (STEREO, 3BEAM, 5BEAM, ST+3BEAM of TARGET) kunt u gemakkelijk de geprojecteerde geluidsbundels aanpassen aan de gebruikte signaalbron. U heeft de keuze uit stereoweergave voor 2-kanaals bronnen, 3 geluidsbundels, 5 geluidsbundels en stereo plus 3 geluidsbundels voor 5.1-kanaals weergave. Alle standen voor de geluidsbundels zijn beschikbaar in de volgende gevallen: • Als u Parallel to Wall heeft geselecteerd bij INSTALLING in de AUTO SETUP (zie bladzijde 30) • Als u andere instellingen heeft geselecteerd dan CORNER RIGHT of CORNER LEFT bij INSTALLED POSITION in de BASIC SETUP (zie bladzijde 59) • Als u FLAT TO WALL heeft geselecteerd bij INSTALLED POSITION in de MANUAL SETUP (zie bladzijde 65) In de volgende gevallen zijn alleen stereo, stereo plus 3 geluidsbundels en de doelgerichte stand beschikbaar: • Als u Angle to Wall or corner heeft geselecteerd bij INSTALLING in de AUTO SETUP (zie bladzijde 30) • Als u CORNER RIGHT of CORNER LEFT heeft geselecteerd voor INSTALLED POSITION bij de BASIC SETUP (zie bladzijde 59) • Als u ANGLE TO WALL OR CORNER heeft geselecteerd bij INSTALLED POSITION in de MANUAL SETUP (zie bladzijde 65) AUTO SETUP BASIC SETUP MANUAL SETUP INSTALLING (zie bladzijde 30) INSTALLED POSITION (zie bladzijde 59) INSTALLED POSITION (zie bladzijde 65) Overige instellingen FLAT TO WALL ANGLE TO WALL OR CORNER Geluidsbundels Parallel to Wall Angle to Wall or corner CORNER RIGHT of CORNER LEFT STEREO Ja Ja Ja Ja Ja Ja 3BEAM Ja Nee Nee Ja Ja Nee 5BEAM Ja Nee Nee Ja Ja Nee ST+3BEAM Ja Ja Ja Ja Ja Ja TARGET Ja Ja Ja Ja Ja Ja Opmerking Ja: de corresponderende geluidsbundels zijn beschikbaar. Nee: de corresponderende geluidsbundels zijn niet beschikbaar. 40 GELUIDSBUNDELS INPUTMODE SLEEP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL +10 CINEMA DSP MENU 5 geluidsbundels Produceert geluidsbundels voor de linker, rechter en midden voor-luidsprekers en de linker en rechter surround-luidsprekers. Deze stand is ideaal wanneer u ten volle wilt kunnen genieten van surroundweergave bij het bekijken van bijvoorbeeld films op DVD met multikanaals geluid, of wanneer u 2-kanaals materiaal via meerdere kanalen wilt weergeven. Druk op 5BEAM op de afstandsbediening om de stand voor 5 geluidsbundels te selecteren. ENTER RETURN TEST 5BEAM 1 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. Opmerkingen YSP 2 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 Stereo plus 3 geluidsbundels Produceert geluidsbundels voor de linker, rechter en midden voor-luidsprekers en de linker en rechter surround-luidsprekers. Deze stand is ideaal wanneer u live-opnamen op DVD bekijkt. Vocalen en instrumenten kunnen in het midden voor de luisterplek gehoord worden, terwijl het gereflecteerde geluid uit de zaal voor u als luisteraar van links en rechts lijkt te komen, zodat u het gevoel krijgt alsof op de eerste rang recht voor het podium zit. BASISBEDIENING Druk op één van de toetsen voor de geluidsbundels om de gewenste stand te selecteren. • Om de beste surroundeffecten te kunnen bereiken moet u ervoor zorgen dat de geluidsbundels niet belemmerd worden door obstakels die zouden kunnen verhinderen dat de bundels direct door de wanden van uw luisterruimte weerkaatst worden. • De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen worden via de wanden geprojecteerd. Druk op ST+3BEAM op de afstandsbediening om Stereo plus 3 geluidsbundels te selecteren. ST+3BEAM 2 De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen worden direct op de luisterplek gericht. 41 Nederlands Opmerking GELUIDSBUNDELS 3 geluidsbundels Er wordt alleen geluid geproduceerd door de linker, rechter en midden voor-luidsprekers. Deze stand is ideaal wanneer u bijvoorbeeld met het hele gezin naar een film wilt kijken. Omdat de luisterplek verbreed wordt, kunt u met meer mensen genieten van een uitstekende surroundweergave. Druk op 3BEAM op de afstandsbediening om de stand voor 3 geluidsbundels te selecteren. Stereoweergave Bij 2-kanaals stereoweergave wordt er alleen geluid geproduceerd door de linker en rechter voor-luidsprekers. Deze stand is ideaal voor weergave van hi-fi materiaal, zoals CD’s, en wordt aanbevolen als vervanging van de luidsprekers van uw tv. Druk op STEREO op de afstandsbediening om de stereoweergave te selecteren. STEREO 4 3BEAM 3 y U kunt een realistischer surroundweergave verkrijgen als u de instellingen bij IMAGE LOCATION in het BEAM MENU aanpast (zie bladzijde 68). Opmerkingen • Bij weergave van multikanaals materiaal zullen de linker en rechter surroundsignalen worden teruggemengd en worden weergegeven via de linker en rechter voor-luidsprekers. • De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen worden via de wanden geprojecteerd. 42 Opmerkingen • Bij weergave van multikanaals materiaal zullen alle kanalen, behalve die voor de linker en rechter voor-luidsprekers, worden teruggemengd en worden weergegeven via de linker en rechter voor-luidsprekers. Er zal geen geluid worden weergegeven via de midden- en achterkanalen. • Surroundweergave is uitgeschakeld wanneer u stereoweergave heeft geselecteerd. • Bij weergave van Dolby Digital materiaal in stereo, zal het dynamisch bereik worden gecomprimeerd. Als het volume hierdoor te laag wordt, dient u over te schakelen naar een andere stand, maar niet naar gerichte weergave (Target). • Als u stereoweergave heeft geselecteerd, zullen de surroundfuncties (zie bladzijde 44) en de CINEMA DSP programma’s (zie bladzijde 49) buiten werking worden gesteld. GELUIDSBUNDELS Gerichte weergave In deze stand worden geluidsbundels voor één enkel kanaal geproduceerd. Deze stand is ideaal als u niet wilt dat de geluidsbundels worden weerkaatst via de wanden van uw kamer, of als u bijvoorbeeld anderen die al liggen te slapen niet wilt storen terwijl u ’s nachts naar een film gaat kijken. Druk op TARGET op de afstandsbediening om de gerichte weergave te selecteren gebruik vervolgens / om de hoek aan te passen. Instelbereik: L90° t/m R90° • Druk herhaaldelijk op links bij te stellen. om de horizontale hoek naar • Druk herhaaldelijk op rechts bij te stellen. om de horizontale hoek naar TARGET 5 Daarnaast kunt u de horizontale hoek van de geluidsbundels instellen, zodat u gesproken tekst duidelijk kunt verstaan, ook al bent u ergens anders, bijvoorbeeld in een andere hoek van uw luisterruimte. ENTER VOL BASISBEDIENING Opmerkingen • De geluidsbundels worden nu niet weerkaatst via de wanden van uw kamer. • Als u gerichte weergave heeft geselecteerd, zullen de surroundfuncties (zie bladzijde 44), de CINEMA DSP programma’s (zie bladzijde 49) en TruBass (zie bladzijde 54) buiten werking worden gesteld. Bovendien zal er geen geluid worden weergegeven via een eventueel op dit toestel aangesloten subwoofer. Nederlands 43 GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE ■ Decoder indicators Afhankelijk van de signaalbron en de geselecteerde surroundfunctie zullen de indicators op het voorpaneel als volgt oplichten. ■ Surroundfuncties en aanbevolen signaalbronnen Surroundfunctie Dolby Pro Logic Status Wanneer er PCM signalen binnenkomen Wanneer er Dolby Digital signalen binnenkomen Wanneer u Dolby Pro Logic heeft geselecteerd Wanneer u Dolby Pro Logic II heeft geselecteerd Alle bronnen Dolby Pro Logic II Movie Music Game Films Muziek Spelletjes DTS Neo:6 Cinema Music Films Muziek PCM Opmerkingen DIGITAL PL PL y • U kunt een ingangsfunctie kiezen (AUTO, DTS of ANALOG) door herhaaldelijk op INPUTMODE op de afstandsbediening te drukken (zie bladzijde 81). • Discs die gecodeerd zijn met DTS-ES of Dolby Digital 5.1 EX zullen worden weergegeven in DTS of Dolby Digital. 44 – Indicator Wanneer er DTS digitale signalen binnenkomen of wanneer DTS Neo:6 is geselecteerd Aanbevolen bron • De surroundfuncties kunnen worden gebruikt wanneer er een andere stand is gekozen dan stereo- of gerichte weergave. • Wanneer u een signaalbron selecteert (zie bladzijde 37), zal de surroundfunctie die werd gebruikt met de daarvoor ingestelde signaalbron geselecteerd staan. • Als dit toestel uit en vervolgens weer aan wordt gezet, zal de surroundfunctie die werd gebruikt met de signaalbron die was geselecteerd voor de stroom werd uitgeschakeld geselecteerd staan. • De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer de CINEMA DSP programma’s zijn uitgeschakeld (zie bladzijde 51) of wanneer het film programma is geselecteerd als CINEMA DSP programma (zie bladzijde 50). • Alleen Dolby Pro Logic, Dolby Pro Logic II Movie en DTS Neo:6 Cinema zijn beschikbaar wanneer het film programma is geselecteerd als CINEMA DSP programma (zie bladzijde 50). • Als de surroundfuncties niet beschikbaar zijn, zal de melding “Prohibit” op het display verschijnen wanneer u op de afstandsbediening op SURROUND drukt. • De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer er 2kanaals signalen binnenkomen. Als u een surroundfunctie probeert in te schakelen wanneer er 5.1-kanaals signalen binnenkomen, zal de melding “Prohibit” (Verboden) verschijnen op het display op het voorpaneel. GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE Profiteren van surroundweergave van 2-kanaals bronnen Dit toestel is in staat 2-kanaals materiaal op te waarderen zodat het via 5.1 kanalen kan worden weergegeven en u van het surroundeffect kunt profiteren. 2 Druk herhaaldelijk op SURROUND op de afstandsbediening (of op SURROUND en vervolgens op / ) om te schakelen tussen de diverse surroundfuncties. SURROUND y De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer de CINEMA DSP programma’s zijn uitgeschakeld (zie bladzijde 51) of wanneer het film programma is geselecteerd als CINEMA DSP programma (zie bladzijde 50). Daarnaast moet de stand voor 5 geluidsbundels, stereo plus 3 geluidsbundels of de stand voor 3 geluidsbundels zijn ingeschakeld (zie bladzijde 40). of SURROUND ENTER INPUTMODE SLEEP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 +10 CH LEVEL CINEMA DSP MENU PRO LOGIC PLII Movie PLII Music ENTER PLII Game 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. YSP Neo:6 Cinema Neo:6 Music BASISBEDIENING RETURN TEST Voorbeeld van de aanduiding van de surroundfunctie op het display op het voorpaneel wanneer het CINEMA DSP programma is uitgeschakeld Nederlands 45 GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE Profiteren van surroundweergave bij tv programma’s 4 Druk op VOLUME +/– op de afstandsbediening om het volume te regelen. U kunt de analoge audiosignalen van uw tv ook als surroundweergave laten reproduceren. VOLUME y Voor u de stappen hieronder gaat uitvoeren, moet u het volume van dit toestel op –40 dB zetten. Indien nodig kunt u het volume bij stap 4 hieronder bijregelen. DVD VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP AUX YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL 5 Druk herhaaldelijk op SURROUND op de afstandsbediening (of op SURROUND en vervolgens op / ) om een surroundfunctie te selecteren. Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen worden ook via meerdere kanalen weergegeven. Voor meer informatie over de diverse surroundfuncties, zie bladzijde 44. +10 CINEMA DSP SURROUND MENU ENTER VOLUME of RETURN TEST CH TV VOL SURROUND ENTER 1 Kies het tv-kanaal waar u naar wilt kijken. Gebruik de afstandsbediening van uw tv om het gewenste kanaal te kiezen. 2 Druk op TV op de afstandsbediening. Dit toestel zal nu het geluid van uw tv weergeven. TV 3 46 Als u toch nog geluid uit de luidsprekers van uw tv hoort komen, zet het volume van uw tv dan zo laag mogelijk, zodat u het niet meer kunt horen. Gebruik de afstandsbediening van uw tv om het volume van de tv zelf lager te zetten. GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE Instellen van surroundfunctie parameters SURROUND U kunt de parameters voor Dolby Pro Logic II Music en DTS Neo:6 Music instellen om het surroundeffect bij te regelen. INPUTMODE of SURROUND SLEEP ENTER YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL +10 CINEMA DSP PRO LOGIC MENU PLII Movie ENTER RETURN TEST 1 PLII Music PLII Game Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. Neo:6 Cinema YSP 2 Druk herhaaldelijk op SURROUND op de afstandsbediening (of op SURROUND en vervolgens op / ) om te kiezen tussen PL II Music of Neo:6 Music. 3 Druk op / parameter. BASISBEDIENING Neo:6 Music Voorbeeld van de aanduiding van de surroundfunctie op het display op het voorpaneel wanneer het CINEMA DSP programma is uitgeschakeld en selecteer de gewenste ENTER 4 Druk op / om de geselecteerde parameter in te stellen. Nederlands ENTER 47 GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE ■ Wanneer u Dolby Pro Logic II Music heeft geselecteerd PANORAMA Geeft de linker en rechter voorkanalen een omhullend effect, hetgeen wordt doorgezet in het hele surround geluidsveld voor een verhoogd gevoel van ruimte. Keuzes: ON/OFF Standaardinstelling: OFF DIMENSION Regelt het volumeverschil tussen de voor- en surroundkanalen tot u een geschikte balans heeft gevonden. Instelbereik: –3 (meer naar de surroundkanalen) t/m +3 (naar voren) Standaardinstelling: STD CT WIDTH Verdeelt het signaal voor het middenkanaal over de linker en rechter kanalen. Ingesteld op 0 worden de signalen voor het middenkanaal uitsluitend via de middenluidspreker weergegeven. Instelbereik: 0 t/m 7 Standaardinstelling: 3 ■ Wanneer u DTS Neo:6 Music heeft geselecteerd C. IMAGE Regelt het geluidsbeeld in het midden via drie luidsprekers (voor en midden). Instelbereik: 0,0 (breder) t/m 1,0 (gecentreerd) Standaardinstelling: 0,3 48 GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S Dit toestel is uitgerust met verschillende zeer precieze digitale decoders die multikanaals weergave van zowel stereo- als origineel multikanaals materiaal mogelijk maken. Dit toestel is eveneens uitgerust met een YAMAHA CINEMA DSP (Digitale geluidsvelden verwerking) chip en verschillende geluidsveldprogramma’s die de weergave een extra dimensie geven. De meeste van deze geluidsveldprogramma’s zijn exacte digitale reproducties van de daadwerkelijke akoestiek in beroemde concertzalen, muziekhallen en bioscopen. y De YAMAHA CINEMA DSP functies zijn geschikt voor alle Dolby Digital, DTS en Dolby Surround bronnen. Opmerking Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en uw voorkeuren, en niet alleen op basis van de naam van het geluidsveldprogramma. Wat is een geluidsveld? Een belangrijke factor in het creëren van de rijke, volle geluidsweergave van een live uitvoering wordt gevormd door de meervoudige reflecties van het geluid via de wanden van de ruimte. Deze reflecties maken het geluid niet alleen levendiger, ze zorgen er ook voor dat de luisteraar kan waarnemen waar het geluid vandaan komt, hoe groot de ruimte is en welke vorm de ruimte bij benadering heeft. ■ Elementen van een geluidsveld In elke omgeving zijn er twee verschillende soorten geluidsweerkaatsingen die samen met het direct waargenomen geluid, dat rechtstreeks onze oren bereikt vanaf de bron van het geluid, het geluidsveld samenstellen. Natrillingen Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen van meer dan één oppervlak (wanden, plafond, de achterwand van de ruimte enz.) en worden zo talrijk dat ze samensmelten tot een soort akoestische achtergrond. Deze natrillingen zijn niet richtingsgevoelig en maken het directe geluid minder helder. BASISBEDIENING Vroege weerkaatsingen Weerkaatst geluid dat onze oren zeer snel bereikt (50 ms tot 100 ms na het directe geluid) na slechts door één oppervlak (een wand of het plafond bijvoorbeeld) gereflecteerd te zijn. Deze vroege weerkaatsingen geven het directe geluid helderheid. Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de natrillingen samen stellen ons in staat een beeld te vormen van de afmetingen en de vorm van de ruimte waarin we ons bevinden en het is deze informatie die door de digitale geluidsvelden processor wordt gereproduceerd. Als u de juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen kon reproduceren in uw eigen kamer, dan zou u uw eigen luisteromgeving vorm kunnen geven. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen transformeren in die van een concertzaal, een dansvloer of een studio van om het even welke afmetingen. En dat is nu precies wat YAMAHA gedaan heeft met de CINEMA DSP technologie waarmee naar believen geluidsvelden kunnen worden samengesteld. Nederlands 49 GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S Inschakelen van CINEMA DSP programma’s U kunt kiezen uit drie verschillende geluidsveldprogramma’s (MUSIC, MOVIE en SPORTS), afhankelijk van het soort materiaal ’waarnaar u wilt luisteren. ■ Filmprogramma Selecteer dit geluidsveldprogramma wanneer u een film laat weergeven, in het bijzonder materiaal in Dolby Digital, DTS of Dolby Surround. Dit programma zorgt voor een duidelijke weergave van zowel gesproken tekst als geluidseffecten voor een weidse en ruimtelijke gewaarwording. 1 Opmerkingen • De CINEMA DSP programma’s zijn niet beschikbaar als u de stereo (zie bladzijde 42) of de gerichte weergave (zie bladzijde 43) heeft ingeschakeld. • Als de CINEMA DSP programma’s niet beschikbaar zijn, zal de melding “Prohibit” op het display verschijnen wanneer u op de afstandsbediening op één van de toetsen voor de geluidsveldprogramma’s drukt. INPUTMODE SLEEP YSP 2 YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 OFF SURROUND 0 MENU ENTER Kies voor dit geluidsveldprogramma wanneer u sport laat weergeven. Dit programma concentreert het commentaar in het midden terwijl de geluiden van het publiek en de omgeving rond uw hele kamer worden gepositioneerd. RETURN TEST VOLUME 8 ■ Sportprogramma +10 CINEMA DSP Druk herhaaldelijk op MOVIE op de afstandsbediening om het film geluidsveldprogramma te selecteren. MOVIE SPORTS CH LEVEL Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. CH TV VOL 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. YSP ■ Muziekprogramma Kies voor dit geluidsveldprogramma wanneer u muziek laat weergeven. Dit programma geeft een levendige atmosfeer en geeft u het gevoel alsof u daadwerkelijk aanwezig bent bij een rock of jazz concert. 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. YSP 2 Druk herhaaldelijk op MUSIC op de afstandsbediening om het muziek geluidsveldprogramma te selecteren. MUSIC 7 50 2 Druk herhaaldelijk op SPORTS op de afstandsbediening om het sport geluidsveldprogramma te selecteren. SPORTS 0 GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S Uitschakelen van CINEMA DSP programma’s U kunt de CINEMA DSP programma’s uitschakelen als u wilt luisteren naar de originele weergave zonder toegevoegde effecten. 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. Instellen van de CINEMA DSP niveaus Met de fabrieksinstellingen kunt u al een goede geluidskwaliteit verkrijgen. U kunt echter het effectniveau regelen van de CINEMA DSP programma’s in relatie tot het directe geluid zodat elk geluidsveldprogramma beter aangepast is aan uw luisteromgeving of uw persoonlijke voorkeur. 1 YSP 2 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. YSP Druk herhaaldelijk op OFF op de afstandsbediening om de geluidsveldprogramma’s uit te schakelen. 2 OFF +10 Druk op MUSIC, MOVIE of SPORTS op de afstandsbediening om het gewenste geluidsveldprogramma te selecteren. MUSIC 7 8 SPORTS of 0 BASISBEDIENING 3 MOVIE of Druk op / op de afstandsbediening. DSP LEVEL zal op het display op het voorpaneel verschijnen. VOL 4 Druk op / op de afstandsbediening om het effectniveau van de CINEMA DSP programma’s te regelen. ENTER Instelbereik: –6 dB t/m +3 dB • Een grotere waarde verhoogt het effectniveau. • Een kleinere waarde verlaagt het effectniveau. Nederlands 51 GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE De nacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage volumes, bijvoorbeeld wanneer u ’s nachts wilt luisteren, toch alles te kunnen verstaan. Bovendien kunt u het volume van de tv begrenzen zodat het niet ineens al te veel kan veranderen wanneer het weergegeven materiaal verandert (bijv. vanwege reclame). INPUTMODE SLEEP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 +10 CH LEVEL CINEMA DSP 3 Druk herhaaldelijk op VOL MODE op de afstandsbediening en selecteer NIGHT:CINEMA, NIGHT:MUSIC, TV EQUAL VOL of NIGHT OFF. VOL MODE 9 MENU ENTER RETURN TEST NIGHT:CINEMA NIGHT:MUSIC 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. TV EQUAL VOL NIGHT OFF YSP 2 Druk op VOL MODE op de afstandsbediening om over te schakelen naar de volumefunctie. De NIGHT indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel. VOL MODE 9 NIGHT Licht op 52 • Selecteer NIGHT:CINEMA wanneer u naar een film gaat kijken om het dynamisch bereik van de soundtrack te verminderen en de gesproken tekst beter verstaanbaar te maken bij lagere volumes. • Selecteer NIGHT:MUSIC wanneer u naar muziek wilt luisteren om alle geluiden beter verstaanbaar te maken. • Selecteer TV EQUAL VOL wanneer u naar tvprogramma’s kijkt. • Selecteer NIGHT OFF om de nacht luisterfuncties uit te schakelen. GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE 4 Druk op / op de afstandsbediening om het niveau van de comprimering te regelen wanneer NIGHT:CINEMA, NIGHT:MUSIC of TV EQUAL VOL wordt getoond. ENTER Effect.Lvl:MIN Effect.Lvl:MID Effect.Lvl:MAX • Selecteer Effect.Lvl:MIN voor minimale compressie. • Selecteer Effect.Lvl:MID voor standaard compressie. • Selecteer Effect.Lvl:MAX voor maximale compressie. BASISBEDIENING Opmerking De instellingen voor de volumefunctie worden geannuleerd als u op het voorpaneel of op de afstandsbediening op STANDBY/ON drukt, of als u de stekker uit het stopcontact haalt. Nederlands 53 GEBRUIKEN VAN TRUBASS GEBRUIKEN VAN TruBass Dit toestel kan de lage tonen verbeterd weergeven met behulp van SRS TruBass technologie, waarmee de weergave van lage tonen ook zonder subwoofer verbeterd wordt en waarmee de lage tonen nog dieper en rijker zullen klinken indien wel gebruik gemaakt wordt van een subwoofer. Opmerking De TruBass functie is niet beschikbaar wanneer u de gerichte weergave heeft geselecteerd (zie bladzijde 43). 2 STANDBY/ON DVD POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP Druk herhaaldelijk op op de afstandsbediening om de SRS TruBass functie in te schakelen. TruBass ON zal op het display op het voorpaneel verschijnen. AUX YSP 1 Druk op op de afstandsbediening. De huidige instelling (TruBass ON of TruBass OFF) wordt aangegeven op het display. TruBass ON TruBass OFF VOL VOL 3 of Druk herhaaldelijk op op de afstandsbediening om de SRS TruBass functie uit te schakelen. TruBass OFF zal op het display op het voorpaneel verschijnen. VOL TruBass ON TruBass OFF VOL 54 GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby) laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen terwijl dit toestel nog aan het spelen is. Met elke druk op SLEEP op de afstandsbediening zal het display op het voorpaneel als volgt veranderen. Instellen van de slaaptimer INPUTMODE SLEEP SLEEP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO UNIVERSAL 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 +10 CH LEVEL CINEMA DSP MENU ENTER TEST 1 SLEEP 120min SLEEP 90min SLEEP 60min SLEEP 30min SLEEP OFF RETURN SLEEP SLEEP Knippert 2 Wacht een paar tellen zonder het toestel te bedienen om de instelling van de slaaptimer te bevestigen. De SLEEP indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel, ten teken dat de slaaptimer in werking is. BASISBEDIENING Druk herhaaldelijk op SLEEP op de afstandsbediening om de tijd voor de slaaptimer in te stellen. Keuzes: 120 min, 90 min, 60 min, 30 min, OFF De SLEEP indicator knippert op het display terwijl u de tijd voor de slaaptimer aan het instellen bent. SLEEP Licht op Nederlands 55 GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER Annuleren van de slaaptimer 1 Druk net zo vaak op SLEEP tot SLEEP OFF op het display op het voorpaneel verschijnt. SLEEP VOL SLEEP 2 OFF Wacht een paar tellen zonder het toestel te bedienen om de instelling van de slaaptimer te bevestigen. De SLEEP indicator zal verdwijnen van het display op het voorpaneel, ten teken dat de slaaptimer uitgeschakeld is. SLEEP Verdwijnt Opmerking De eerdere instelling voor de slaaptimer voor u deze uitschakelt wordt opgeslagen in het systeemgeheugen en zal automatisch worden hersteld wanneer u de slaaptimer de volgende keer in gaat stellen. y De slaaptimer kan ook buiten werking worden gesteld door op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening te drukken om dit toestel uit (standby) te zetten, of door de stekker uit het stopcontact te halen. 56 BASIC SETUP BASIC SETUP Als de AUTO SETUP niet met succes kan worden afgerond, of als er zich een fout voordoet tijdens de AUTO SETUP procedure, kunt u de BASIC SETUP gebruiken om als volgt de individuele parameters van dit toestel in te stellen: 1) ROOM TYPE (Kamertype) 2) INSTALLED POSITION (Installatiepositie van het toestel) 3) ROOM SIZE (Kamergrootte) y • U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een bepaalde set instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie bladzijde 35). • Om de beste weergave te bereiken kunt u met de MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) de parameters voor uw luisteromgeving in detail instellen en nadere instellingen verrichten voor de luidsprekerposities, geluidsbundels, digitale ingangssignalen en het in-beeld display. • Items met een sterretje (*) kunnen anders op uw scherm worden weergegeven, afhankelijk van uw eigen instellingen. Opmerking Elk van deze parameters voor de luisteromgeving moet worden ingesteld voor de volgende parameter in de reeks kan worden ingesteld. y INPUTMODE • De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden onderaan het scherm getoond. • Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te drukken. • Druk op TEST op de afstandsbediening om de cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft ingeschakeld. • Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens op MENU te drukken. • U kunt de volgende handeling ook verrichten via het display op het voorpaneel. • Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST. SLEEP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL +10 CINEMA DSP MENU ENTER RETURN TEST 1 Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. 3 Druk op / , selecteer BASIC SETUP en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. ENTER ENTER GEAVANCEERDE BEDIENING ■ Weergeven van het SET MENU scherm YSP 2 Druk op MENU op de afstandsbediening. Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen. ;BASIC SETUP  SET MENU MENU p Nederlands .;MEMORY ;AUTO SETUP ;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP .1 ROOM TYPE ? 2 3 4 PUSH [ENTER] Key. p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter 57 BASIC SETUP ■ ROOM TYPE (Kamertype) 4 y Als uw kamer of luisterruimte een onregelmatige vorm heeft, kies dan de vorm die er het meest op lijkt. In Voorbeeld 1 is de vorm die het meest overeenkomt met de getekende luisterruimte een RECTANGLE (rechthoek). In Voorbeeld 2, is SQUARE de beste keuze. Controleer of het volgende scherm op uw tv verschijnt. Als dit scherm niet verschijnt, dient u de stappen 1 t/m 3 te herhalen. Voorbeeld 1: Rechthoekige luisterruimte ;BASIC SETUP  Voorbeeld 2: Vierkante luisterruimte .1 ROOM TYPE ? 2 3 4 PUSH [ENTER] Key. 5 Druk op ENTER. 7 ENTER 6 Druk op / om heen en weer te schakelen tussen de SQUARE en RECTANGLE keuzeschermen en druk vervolgens op ENTER om de gewenste instelling te selecteren. 1 ROOM TYPE ?   SQUARE ENTER [p]/[p]:Select [ENTER]:Enter 1 ROOM TYPE ?  RECTANGLE [p ]/[p]:Select [ENTER]:Enter • Selecteer SQUARE als uw kamer of luisterruimte vierkant of bijna vierkant is. • Selecteer RECTANGLE als uw kamer of luisterruimte meer rechthoekig is. 58 Druk op ENTER om de instelling voor het soort kamer te bevestigen. De volgende melding zal op het display op het voorpaneel verschijnen. ;BASIC SETUP  ENTER LE.E* SQUARE EQ. 2 INSTALLED POSITION ? LE.E3 .E4 PUSH [ENTER] Key. BASIC SETUP ■ INSTALLED POSITION (Installatiepositie van het toestel) 8 Controleer of het volgende scherm op uw tv verschijnt. Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen te verrichten via ROOM TYPE. ;BASIC SETUP Wanneer RECTANGLE is geselecteerd als ROOM TYPE Kies de instelling, WIDE LEFT, WIDE CENTER, WIDE RIGHT, CORNER RIGHT, CORNER LEFT, NARROW LEFT, NARROW CENTER of NARROW RIGHT (breed links, breed midden, breed rechts, hoek rechts, hoek links, smal links, smal midden of smal rechts), die het best overeenkomt met de plek in uw kamer waar dit toestel is geïnstalleerd.  LE.E* SQUARE EQ. 2 INSTALLED POSITION ? LE.E3 .E4 PUSH [ENTER] Key. 2 INSTALLED POSITION ?  ENTER ENTER - WIDE CENTER [p]/[p]:Select [ENTER]:Enter 9 Druk op ENTER. Als u SQUARE heeft geselecteerd bij ROOM TYPE (zie bladzijde 58), worden er vier verschillende installatieposities in een vierkante kamer aangegeven. Als u RECTANGLE heeft geselecteerd, worden er acht verschillende installatieposities in een rechthoekige kamer aangegeven. Wanneer SQUARE is geselecteerd als ROOM TYPE Kies de instelling, LEFT, CENTER, RIGHT of CORNER (links, midden, rechts of hoek), die het best overeenkomt met de plek in uw kamer waar dit toestel is geïnstalleerd. 2 INSTALLED POSITION ?   ENTER ENTER - WIDE CENTER (Lange wand midden) WIDE RIGHT (Lange wand rechts)  CENTER [p]/[p]:Select [ENTER]:Enter CORNER RIGHT (Hoek rechts) GEAVANCEERDE BEDIENING LEFT (Links) WIDE LEFT (Lange wand links) CENTER (Midden) CORNER LEFT (Hoek links) NARROW LEFT (Korte wand links) NARROW CENTER (Korte wand midden) Nederlands NARROW RIGHT (Korte wand rechts) CORNER (Hoek links of rechts) RIGHT (Rechts) 59 BASIC SETUP 10 ■ ROOM SIZE (Kamergrootte) Druk op / om de opstelling te selecteren die het meest overeenkomt met de plek waar dit toestel geïnstalleerd is en druk vervolgens op ENTER. De volgende melding zal op het display op het voorpaneel verschijnen. 11 Controleer of het volgende scherm op uw tv verschijnt. Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen te verrichten via INSTALLED POSITION.  ;BASIC SETUP LE.E* SQUARE EQ.>* CENTER LE.E3 ROOM SIZE ? LE.E4 ENTER ENTERENTER PUSH [ENTER] Key. 12  ;BASIC SETUP LE.E* SQUARE EQ.>* CENTER LE.E3 ROOM SIZE ? LE.E4 PUSH [ENTER] Key. Druk op ENTER. Er worden drie verschillende afmetingen aangegeven (SMALL, MID of LARGE; klein, gemiddeld of groot) voor zowel SQUARE als RECTANGLE. Wanneer SQUARE is geselecteerd als ROOM TYPE 3 ROOM SIZE ?  . ENTER ENTER  . + -- . MID 5.0m . [p]/[p]:Select [ENTER]:Enter 3,8 m SMALL (Klein) 3,8 m 5,0 m MID (Gemiddeld) 5,0 m 5,8 m LARGE (Groot) 60 5,8 m BASIC SETUP Wanneer RECTANGLE is geselecteerd als ROOM TYPE ■ SETUP OK (Instellingen bevestigen) 14 3 ROOM SIZE ?  .  . --- + -- - 5.8m . MID - ENTER ENTER  4.2m Controleer of het volgende scherm op uw tv verschijnt. Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen te verrichten via ROOM SIZE. . [p]/[p]:Select [ENTER]:Enter  3,4 m SMALL (Klein) ;BASIC SETUP LE.E* EQ..* LE.E* . 4 SQUARE CENTER MID SETUP OK ? PUSH [ENTER] Key. 4,2 m 15 Druk op ENTER. De volgende melding zal op het display op het voorpaneel verschijnen. 4,2 m 4 SETUP OK?  DATA SETUP MID (Gemiddeld) 5,8 m ENTER p YES NO [p]/[ p]:Select [ENTER]:Enter 5,0 m LARGE (Groot) GEAVANCEERDE BEDIENING 13 6,8 m Druk op / , selecteer de afmetingen die het meest overeenkomen met uw luisterruimte en druk vervolgens op ENTER. ENTER ENTER ENTER Nederlands 61 BASIC SETUP 16 Druk op / , selecteer YES of NO en druk vervolgens op ENTER. ENTER ENTER • Kies YES om de instellingen op te slaan indien u er tevreden mee bent. Het volgende scherm zal verschijnen en uw BASIC SETUP instellingen worden opgeslagen. 4 SETUP OK?  Data Setting ! Please wait. • Kies NO om de instellingen te annuleren en terug te keren naar het SET MENU beginscherm. SET MENU ;MEMORY ;AUTO SETUP .;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP 17 p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter Druk op MENU om de BASIC SETUP procedure af te ronden. Het SET MENU scherm zal nu van uw tv-scherm verdwijnen. MENU Hiermee zijn de parameter instellingen voor de BASIC SETUP klaar. Om een signaalbron te selecteren en te kunnen genieten van de surroundweergave via dit toestel, zie “WEERGAVE” op bladzijde 37. 62 MANUAL SETUP MANUAL SETUP Om de beste kwaliteit surroundweergave te bereiken kunt u met de MANUAL SETUP de parameters voor de luisteromgeving in detail instellen en nadere instellingen verrichten voor de luidsprekerpositie, geluidsbundels, digitale ingangssignalen en het in-beeld display. Verander de begininstellingen (onder elke parameter vet gedrukt aangeduid) op basis van uw specifieke luisteromgeving. y • U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een bepaalde set instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie bladzijde 35). • De meeste instellingen in het SOUND MENU en het BEAM MENU worden automatisch uitgevoerd wanneer u de AUTO SETUP doet (zie bladzijde 26). Gebruik het SOUND MENU en het BEAM MENU om aanvullende instellingen te makents. • Het BEAM MENU stelt u in staat instellingen voor de surroundweergave te veranderen die normaliter via een instelmenu voor de luidsprekers gewijzigd moeten worden. • Stel eerst de parameters in het BEAM MENU in voor u de instellingen voor de parameters in het SOUND MENU, het INPUT MENU en het DISPLAY MENU gaat wijzigen. SOUND MENU Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsweergave instellen. Onderdeel Kenmerken Bladzijde TONE CONTROL Instellen van het uitgangsniveau voor hoge of lage tonen. 69 BEAM LEVEL Instellen van het uitgangsniveau van elk van de geluidsbundels. 69 SUBWOOFER SET Instellen van de diverse instellingen voor de subwoofer. 70 MUTE LEVEL Instellen van het dempingsniveau. 70 AUDIO DELAY Instellen van de audiovertraging. 70 ROOM EQ Instellen van de klankkleur (toon) van de luisterruimte. 70 DD/DTS Dynamic Range Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen. 71 BEAM MENU Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsbundels instellen. Onderdeel Kenmerken Bladzijde Aanpassen van de instellingen voor de luisterruimte en de luisterplek. 65 BEAM ADJUSTMENT Regelen van de diverse instellingen voor de geluidsbundels. 66 IMAGE LOCATION Instellen van de positie van de linker en de rechter voor-luidsprekers. 68 INPUT MENU Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de audio en video ingangssignalen instellen. Onderdeel Kenmerken Bladzijde INPUT ASSIGNMENT Toewijzen van aansluitingen aan de daarmee verbonden componenten. 71 INPUT MODE Selecteren van de begininstelling van de ingangsfunctie voor de signaalbron. 72 INPUT TRIM Regelt het ingangsniveau van de signaalbron. 72 INPUT RENAME Veranderen van de getoonde naam voor een bepaalde signaalbron. 72 GEAVANCEERDE BEDIENING SETTING PARAMETERS DISPLAY MENU Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met het display instellen. Kenmerken Bladzijde DIMMER SET Regelen van de helderheid van het display. 73 OSD SET Instellen van de displaypositie en de achtergrondkleur van het in-beeld display. 74 UNIT SET Veranderen van de gebruikte eenheden. 74 63 Nederlands Onderdeel MANUAL SETUP Gebruiken van het MANUAL SETUP 3 Gebruik de afstandsbediening om de menu's te openen en de instellingen te verrichten. INPUTMODE Druk op / , selecteer MANUAL SETUP en druk vervolgens op ENTER. Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen. SLEEP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET ENTER 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL ENTER +10 CINEMA DSP MENU  ENTER RETURN TEST ;MANUAL SETUP .1 2 3 4 SOUND MENU BEAM MENU INPUT MENU DISPLAY MENU p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter y U kunt de SET MENU instellingen wijzigen terwijl het toestel aan het weergeven is. 1 4 Druk op / , selecteer een submenu en druk vervolgens op ENTER. Druk op YSP op de afstandsbediening om over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. ENTER ENTER YSP 2 Druk op MENU op de afstandsbediening. Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen. 5 Gebruik / / / en ENTER om de verschillende parameters in te stellen. SET MENU MENU .;MEMORY ;AUTO SETUP ;BASIC SETUP ;MANUAL SETUP ENTER p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter y • De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden onderaan het scherm getoond. • Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te drukken. • Druk op TEST op de afstandsbediening om de cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft ingeschakeld. • Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens op MENU te drukken. • U kunt de volgende handeling ook verrichten via het display op het voorpaneel. • Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST. 64 6 Druk op MENU om af te sluiten. Het in-beeld display (OSD) zal nu van uw tv-scherm verdwijnen. MENU MANUAL SETUP BEAM MENU Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsbundels instellen. SET MENU → MANUAL SETUP → BEAM MENU • Selecteer FLAT TO WALL als het toestel parallel aan een wand is geïnstalleerd. Stel de breedte en de lengte van uw luisterruimte in en ook de afstand van dit toestel tot de luisterplek, en de afstand van het midden van dit toestel tot de linker wand. Luisterplek tot linkerwand 2 BEAM MENU  ■ SETTING PARAMETERS (Parameter instellingen) Hiermee kunt u de positie van het toestel in uw luisterruimte en de afstand tussen dit toestel en de luisterplek instellen. Wanneer u een bepaalde parameter instelt, zullen andere, daarmee samenhangende, parameters automatisch worden aangepast om de beste weergave te verkrijgen voor uw luisteromgeving. Opmerking Als u instellingen verricht via SETTING PARAMETERS, zullen de instellingen voor geluidsbundels die gemaakt zijn via de AUTO SETUP procedure vervangen worden. Als u de instellingen voor de geluidsbundels die gemaakt zijn via de AUTO SETUP wilt behouden verricht dan eerst de instellingen via BEAM ADJUSTMENT (zie bladzijde 66). Luisterplek tot toestel Lengte kamer Breedte kamer Keuzes voor de breedte en de lengte van de kamer: 2,0 m t/m 12,0 m Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot dit toestel: 2,0 m t/m 9,0 m Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot de linker wand: 0,6 m t/m 11,4 m A)SETTING PARAMETERS 2/3 Breedte en lengte van de kamer 12.0m 12.0m p p p p .A)SETTING PARAMETERS  B)BEAM ADJUSTMENT  C)IMAGE LOCATION      []/[]:Up/Down  [SELECT]:Enter p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return A)SETTING PARAMETER1/3 .INSTALLED POSITION ;;;;;FLAT TO WALL A)SETTING PARAMETERS 3/3 12.0m p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return p FLAT TO WALL 12.0m p INSTALLED POSITION (Installatiepositie van het toestel) Hiermee kunt u de installatiepositie van dit toestel instellen. Keuzes: FLAT TO WALL (Installatie parallel aan een wand), ANGLE TO WALL OR CORNER (Hoekinstallatie) Luisterplek tot toestel en tot linkerwand p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return GEAVANCEERDE BEDIENING p p p   ANGLE TO WALL OR CORNER Nederlands 65 MANUAL SETUP • Selecteer ANGLE TO WALL OR CORNER als het toestel in een hoek van uw kamer is geïnstalleerd. Stel de breedte en de lengte van uw luisterruimte in en ook de afstand van dit toestel tot de luisterplek, en de afstand van het midden van dit toestel tot de linker wand. Hiermee kunt u de hoeken waaronder de verschillende geluidsbundels worden geprojecteerd instellen. We raden u aan de stand met 5 geluidsbundels te selecteren voor u veranderingen gaat aanbrengen in deze instellingen. Opmerkingen Luisterplek tot toestel • Wanneer INSTALLED POSITION wordt gewijzigd via de BASIC SETUP (zie bladzijde 59) of MANUAL SETUP (zie bladzijde 65), zal de standaardinstelling automatisch worden ingesteld voor deze parameter behalve wanneer FOCAL LENGTH op CENTER is ingesteld (zie bladzijde 67). • Afhankelijk van de instellingen voor de geluidsbundels (zie bladzijde 40) is het mogelijk dat bepaalde luidsprekerposities niet beschikbaar zijn. In een dergelijk geval zal “– –” worden aangegeven. Bij gebruik van de Stereo plus 3 geluidsbundels stand, moet u de linker en rechter surroundkanalen laten weergeven via de linker en rechter voor-luidsprekers. Breedte kamer Lengte kamer 12.0m 12.0m []/[]:Up/Down [SELECT]:Enter HORIZONTAL ANGLE (Horizontale hoek) Hiermee kunt u de horizontale hoek van de geluidsbundels voor elk van de luidsprekers instellen. Door de horizontale hoek van de geluidsbundels aan te passen kunt u de bundels optimaal afstellen. Er wordt automatisch een testtoon geproduceerd. p p .a)HORIZONTAL ANGLE b)BEAM TRAVEL LENGTH c)FOCAL LENGTH d)TREBLE GAIN p A)SETTING PARAMETERS 2/3 B)BEAM ADJUSTMENT  p Keuzes voor de breedte en de lengte van de kamer: 2,0 m t/m 12,0 m Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot dit toestel: 2,0 m t/m 9,0 m Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot de linker wand: 0,6 m t/m 11,4 m Breedte en lengte van de kamer ■ BEAM ADJUSTMENT (Instelling geluidsbundels) p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return (−) (+) (+) (−) A)SETTING PARAMETERS 3/3 Luisterplek tot toestel en tot linkerwand 12.0m p p p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return Opmerking Wanneer u de INSTALLED POSITION parameter in de BASIC SETUP (zie bladzijde 59) of MANUAL SETUP (zie bladzijde 65) instelt, worden de nieuwe waarden voor de breedte en lengte van uw kamer automatisch als standaardinstelling ingesteld. Keuzes: L90° t/m R90° Kies een hogere L (links) instelling om de geluidsbundel meer naar links te richten, een hogere R (rechts) instelling om de bundel naar rechts te richten. a)HORIZONTAL ANGLE 1/5 3BEAM Front L L60deg L90 R90 * 0(deg) p p 66 p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return MANUAL SETUP BEAM TRAVEL LENGTH (Bundelafstand) Hiermee kunt u instellen hoeveel afstand de geluidsbundels moeten overbruggen nadat ze zijn geproduceerd door de luidspreker in kwestie en via de wand weerkaatst voor ze uiteindelijk aankomen op de luisterplek. De lijnen in de afbeelding hieronder geven een indruk van de afstanden. Keuzes: 0,3 m t/m 24,0 m • Front L regelt de afstand die de geluidsbundel voor de linker voor-luidspreker moet afleggen. • Front R regelt de afstand die de geluidsbundel voor de rechter voor-luidspreker moet afleggen. • Center regelt de afstand die de geluidsbundel voor de midden-luidspreker moet afleggen. • Surround L regelt de afstand die de geluidsbundel voor de linker surround-luidspreker moet afleggen. • Surround R regelt de afstand die de geluidsbundel voor de rechter surround-luidspreker moet afleggen. b)BEAM TRAVEL 3Beam LENGTH FOCAL LENGTH (Brandpuntsafstand) Hiermee kunt u de afstand van de voorkant van dit toestel tot het brandpunt van de weergave voor elk van de luidsprekers instellen. Keuzes: –1,0 m t/m +13,0 m Kies een hogere – (minus) instelling om het brandpunt meer naar buiten te brengen, of een hogere + (plus) instelling om het brandpunt naar de normale positie te brengen. • Front L regelt de brandpuntsafstand voor de linker voor-geluidsbundel. • Front R regelt de brandpuntsafstand voor de rechter voor-geluidsbundel. • Center regelt de brandpuntsafstand voor de middengeluidsbundel. Begininstelling: –0,5 m • Surround L regelt de brandpuntsafstand voor de linker surround-geluidsbundel. • Surround R regelt de brandpuntsafstand voor de rechter surround-geluidsbundel. y We raden u aan de begininstelling (–0,5 m) te gebruiken voor de midden-luidspreker.  p p p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return c)FOCAL LENGTH  3Beam . Front L;;;;;;;+6.0m Front R;;;;;;;+6.0m Center;;;;;;;;-1.0m Surround L;;;;+13.0m Surround R;;;;+13.0m p p . Front L;;;;;;;7.1m Front R;;;;;;;7.1m Center;;;;;;;;3.0m Surround L;;;;10.0m Surround R;;;;10.0m p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return GEAVANCEERDE BEDIENING Nederlands 67 MANUAL SETUP y Als de linker en rechter voor- of linker en rechter surroundgeluidsbundel gereflecteerd moet worden door een gordijn of een ander akoestisch absorberend oppervlak, kunt u een betere surroundweergave bereiken door de hoge tonen in de geluidsbundel(s) in kwestie te versterken. U kunt regelen uit welke richting u de linker en rechter voorkanalen zult horen door deze audiosignalen gedeeltelijk te laten weergeven via het middenkanaal. U kunt deze functie gebruiken wanneer de weergave via de linker en rechter kanalen onnatuurlijk overkomt, bijvoorbeeld wanneer uw luisterplek niet precies in het midden van uw luisterruimte is. U kunt deze parameter alleen instellen wanneer de stand voor weergave van 3 of 5 geluidsbundels is geselecteerd (zie bladzijde 42). Keuzes: ON, OFF Instelbereik: 0% t/m 95% Begininstelling: 0% C)IMAGE LOCATION  . OFF L C ) ON R p LEFT;;;;;;;;;;0% RIGHT;;;;;;;;;0% p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return p Keuzes: –12,0 dB t/m +12,0 dB Begininstelling: 0 dB • FL regelt de weergave van de hoge tonen via de linker voor-geluidsbundel. • FR regelt de weergave van de hoge tonen via de rechter voor-geluidsbundel. • C regelt de weergave van de hoge tonen via de middengeluidsbundel. • SL regelt de weergave van de hoge tonen via de linker surround-geluidsbundel. • SR regelt de weergave van de hoge tonen via de rechter surround-geluidsbundel. ■ IMAGE LOCATION (Locatie geluidsbeeld) p TREBLE GAIN (Versterking hoge tonen) Regelt de weergave van de hoge tonen via de diverse luidsprekers. LEFT (Links) Brengt het geluidsbeeld naar links. Hoe hoger het percentage, hoe groter het volume uit het midden. Zonder aanpassing Met aanpassing van het linker voorkanaal d)TREBLE GAIN  . Surround L;;;;;0dB Surround R;;;;;0dB Center;;;;;;;;;0dB Front L;;;;;;;;0dB Front R;;;;;;;;0dB + + + + + p p - p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return RIGHT (Rechts) Brengt het geluidsbeeld naar rechts. Hoe hoger het percentage, hoe groter het volume uit het midden. Zonder aanpassing 68 Met aanpassing voor de rechter voor-luidspreker MANUAL SETUP ■ BEAM LEVEL (Niveau geluidsbundels) SOUND MENU Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsweergave instellen. SET MENU → MANUAL SETUP → SOUND MENU 1 SOUND MENU  . A)TONE CONTROL  B)BEAM LEVEL  C)SUBWOOFER SET  D)MUTE LEVEL  E)AUDIO DELAY  F)ROOM EQ  G)DD/DTS Dynamic Range p p []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter ■ TONE CONTROL (Toonregeling) U kunt de toonkleur van uw luidsprekers aanpassen. A)TONE CONTROL   + . TREBLE;;;;0dB - Hiermee kunt u met de hand de balans bepalen tussen het volume (luidsprekerniveau) van de linker voor- of linker surround-luidspreker en elk van de geselecteerde luidsprekers. Bij het instellen van de rechter of midden voorluidsprekers of de linker surround-luidspreker of de subwoofer, zal de testtoon worden geproduceerd door de linker voor-luidspreker en de geselecteerde luidspreker. Bij het instellen van de rechter surround-luidspreker zal de testtoon om en om worden gereproduceerd via de linker en rechter surround-luidsprekers. De standaardinstelling wordt automatisch ingesteld voor deze parameter afhankelijk van de parameters die zijn ingesteld via de AUTO SETUP, BASIC SETUP of ROOM EQ in de MANUAL SETUP. Afhankelijk van de instellingen voor de geluidsbundels is het mogelijk dat bepaalde kanalen niet beschikbaar zijn. In een dergelijk geval zal NONE worden aangegeven.  BASS;;;;;;0dB B)BEAM LEVEL p p p BASS (Lage tonen) Hiermee kunt u de weergave van de lage tonen regelen. Keuzes: –12 dB t/m +12 dB Begininstelling: 0 dB p TREBLE (Hoge tonen) Hiermee kunt u de weergave van de hoge tonen regelen. Keuzes: –12 dB t/m +12 dB Begininstelling: 0 dB  -  + .FR C SL SR SWFR *OUT : FL )FR *MODE: 5 BEAM p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return p p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return GEAVANCEERDE BEDIENING • FR instellen van de balans tussen de linker en de rechter voor-luidspreker. • C instellen van de balans tussen de linker voor- en de midden-luidspreker. • SL instellen van de balans tussen de linker voor- en de linker surround-luidspreker. • SR instellen van de balans tussen de linker surrounden de rechter surround-luidspreker. • SWFR instellen van de balans tussen de linker voorluidspreker en de subwoofer. Nederlands 69 MANUAL SETUP C)SUBWOOFERSET  .BASS OUT;;;;;FRONT CROSS OVER;;;120Hz LFE LEVEL;;;;-20dB DISTANCE;;;;;15.0m p p p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Select [ENTER]:Return BASS OUT (Weergave lage tonen) De lage tonen (bass) kunnen naar de subwoofer en/of de linker en rechter voor-luidsprekers worden gestuurd. Deze instelling bepaalt ook waar het LFE (Lage Frequentie Effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS signalen naartoe wordt gestuurd. Keuzes: SWFR (subwoofer), FRONT, BOTH • Selecteer SWFR als u een subwoofer aangesloten heeft. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de subwoofer gestuurd. • Selecteer FRONT als u geen subwoofer gebruikt. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de voor-luidsprekers gestuurd (ook al had u oorspronkelijk de voor-luidsprekers op SMALL ingesteld). • Selecteer BOTH als u een subwoofer heeft aangesloten en u de lage tonen voor beide voorkanalen zowel via de voor-luidsprekers als via de subwoofer wilt laten weergeven. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden ook naar de woofers van dit toestel gestuurd. CROSS OVER (Crossover) Wanneer BASS OUT op SWFR staat kunt u met deze functie de crossover (afsnij) frequentie instellen voor alle lage tonen. Alle frequenties beneden de ingestelde frequentie zullen naar de subwoofer worden gedirigeerd. Keuzes: 80Hz, 100Hz, 120Hz U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet worden wanneer u de geluidsweergave tijdelijk uitschakelt. Keuzes: MUTE, –20 dB • Selecteer MUTE om de geluidsweergave helemaal te stoppen. • Selecteer –20 dB om het huidige volume met 20 dB te verlagen. D)MUTE LEVEL  )MUTE p -20dB [ ]/[ ]:Select [ENTER]:Return ■ AUDIO DELAY (Audio vertraging) U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren. Keuzes: 0 t/m 160 msec E)AUDIO DELAY AUDIO DELAY;;;30msec  p p Hiermee kunt u met de hand diverse subwoofer instellingen wijzigen. ■ MUTE LEVEL (Volumeverlaging bij geluid uit) p ■ SUBWOOFER SET (Subwoofer instellingen) [ ]/[ ]:Select [ENTER]:Return ■ ROOM EQ (Kamerequalizer) Hiermee kunt u de toonkleur aanpassen aan uw luisterruimte wanneer het toestel aan de wand is gemonteerd. Keuzes: MOUNT (Montage) REFLECTING (Kamertype; weerkaatsing)  F)ROOM EQ  .MOUNTING;;;;;WALL/SHELF  REFLECTING;;;NORMAL/HI ECHO  p 70 p DISTANCE (Afstand) Hiermee kunt u de afstand van de subwoofer tot de luisterplek regelen. Keuzes: 0,3 m t/m 15,0 m Begininstelling: 3,0 m p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return p LFE LEVEL (Niveau Lage Frequentie Effecten) Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau) van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen aan het vermogen van uw subwoofer. Het LFE kanaal zorgt voor de weergave van speciale effecten met zeer lage tonen bij bepaalde passages. Deze instelling treedt alleen in werking bij weergave wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Keuzes: –20 t/m 0 dB MOUNT (Montage) Hiermee kunt u de lage en middentonen verbeteren. Keuzes: WALL (Aan de wand), SHELF (Op een plank) • Selecteer WALL als het toestel aan een wand in uw kamer is geïnstalleerd. • Selecteer SHELF als het toestel op een plank of iets dergelijks in uw kamer is geïnstalleerd. REFLECTING (Kamertype; weerkaatsing) Hiermee kunt u instellen hoeveel geluid er wordt weerkaatst in uw kamer. Keuzes: NORMAL (Normaal), HI ECHO (Veel echo) • Kies NORMAL wanneer uw luisterruimte geluiden normaal weerkaatst. • Kies HI ECHO wanneer uw luisterruimte geluiden goed weerkaatst, bijvoorbeeld met betonnen wanden. MANUAL SETUP p p STD )MAX [ ]/[ ]:Select [ENTER]:Retern Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave via uw luidsprekers in te stellen. • Selecteer MIN als u bij een laag volume wilt luisteren. • Selecteer STD voor algemeen gebruik. • Selecteer MAX voor speelfilms. .A)INPUT B)INPUT C)INPUT D)INPUT ASSIGNMENT MODE TRIM RENAME  []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter ■ INPUT ASSIGNMENT (Toewijzing ingangsaansluitingen) A)INPUT ASSIGNMENT 1/2 (. (. (. (. OPTICAL IN (1);;;;; TV (1);;;;( TV (2);;;;; AUX (1);;;;( AUX GEAVANCEERDE BEDIENING U kunt de optische en digitale ingangsaansluitingen van dit toestel toewijzen aan andere componenten wanneer de begininstellingen van dit toestel niet overeenkomen met uw systeem. Door andere componenten toe te wijzen aan de ingangsaansluitingen van dit toestel zorgt u ervoor dat de juiste naam van het aangesloten toestel verschijnt op het display op het voorpaneel en op het in-beeld display (OSD), en kunt u eventueel deze component bedienen via de ingangskeuzetoets met de bijbehorende naam. Als u een component aansluit op één van de ingangsaansluitingen van dit toestel en verder niets wijzigt, zal de begininstelling met de naam voor die ingangsaansluiting worden getoond op het display en in het in-beeld display (OSD) wanneer deze als signaalbron wordt geselecteerd. • Selecteer OPTICAL IN (1) om een component toe te wijzen aan de TV OPTICAL IN aansluiting van dit toestel. Keuzes: TV, VCR • Selecteer OPTICAL IN (2) om een component toe te wijzen aan de AUX OPTICAL IN aansluiting van dit toestel. Keuzes: AUX, DVD ) ) p p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return • Selecteer COAX IN (3) om een component toe te wijzen aan de COAXIAL IN aansluiting van dit toestel. Keuzes: DVD, AUX A)INPUT ASSIGNMENT 2/2 Nederlands COAX IN (. (3);;;;; DVD (. (1);;;;( DVD (. ) p p MIN  3 INPUT MENU  p G)DD/DTS Dynamic Range Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de audio en video ingangssignalen instellen. SET MENU → MANUAL SETUP → INPUT MENU p Via deze instelling kunt u instellen hoeveel het dynamisch bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers. Deze instelling treedt alleen in werking wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Het dynamisch bereik is het verschil tussen het zachtst hoorbare geluid en het hardste dat nog zonder vervorming kan worden weergegeven. Instelmogelijkheden:MIN (minimum), STD (standaard), MAX (maximum) INPUT MENU p ■ DD/DTS Dynamic Range (Dynamisch bereik Dolby Digital en DTS signalen) p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return 71 MANUAL SETUP ■ INPUT MODE (Ingangsfunctie) Met deze instelling kunt u de ingangsfunctie bepalen voor signaalbronnen op de DIGITAL INPUT aansluitingen op het moment dat dit toestel wordt ingeschakeld. Voor informatie omtrent de soorten audiosignalen die door dit toestel kunnen worden verwerkt verwijzen we u naar “Surroundfuncties en aanbevolen signaalbronnen” op bladzijde 44. Keuzes: AUTO, LAST ■ INPUT RENAME (Signaalbronnen nieuwe namen geven) Met deze functie kunt u de namen van de signaalbronnen op het OSD (in-beeld display) en op het display op het voorpaneel veranderen. Gebruik de ingangskeuzetoetsen (TV, STB, DVD, VCR, of AUX) om de component waarvan u de naam wilt veranderen te selecteren en voer dan de volgende procedure uit. B)INPUT MODE )AUTO  D)INPUTRENAME  LAST AUX -> p [ ]/[ ]:Select [ENTER]:Retern p ■ INPUT TRIM (Niveau ingangssignalen aanpassen) 1 Druk op TEST op de afstandsbediening. TEST 2 Hiermee kunt u het ingangsniveau van de signaalbron regelen. C)INPUT TRIM Druk op / en verplaats de _ (onderstreping) naar het teken of de spatie die u wilt veranderen. De _ (onderstreping) knippert. TV ANALOG;;;;;-3.0dB OPTICAL;;;;-3.0dB VCR ANALOG;;;;;-3.0dB AUX OPTICAL;;;;-3.0dB DVD COAXIAL;;;;-3.0dB p p p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return • Selecteer TV ANALOG om het niveau in te stellen van audio- en videosignalen die binnenkomen via de analoge TV/STB ingangsaansluitingen van dit toestel. Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB Begininstelling: –3,0 dB • Selecteer TV OPTICAL om het niveau in te stellen van audio- en videosignalen die binnenkomen via de TV OPTICAL IN aansluiting van dit toestel. Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB Begininstelling: –3,0 dB • Selecteer VCR ANALOG om het niveau in te stellen van audio- en videosignalen die binnenkomen via de analoge VCR ingangsaansluitingen van dit toestel. Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB Begininstelling: –3,0 dB • Selecteer AUX OPTICAL om het niveau in te stellen van audio- en videosignalen die binnenkomen via de AUX OPTICAL IN aansluiting van dit toestel. Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB Begininstelling: –3,0 dB • Selecteer DVD COAXIAL om het niveau in te stellen van audio- en videosignalen die binnenkomen via de COAXIAL IN aansluiting van dit toestel. Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB Begininstelling: –3,0 dB 72 p p [ ]/[ ]:Position []/[]:Character [ENTER]:Return • Kies AUTO om het toestel automatisch het soort ingangssignaal te laten bepalen en de bijbehorende ingangsfunctie te laten instellen. • Kies LAST om het toestel automatisch de ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met de signaalbron in kwestie gebruikt is. Als het soort ingangssignaal verschilt van de instelling, zal er geen geluid worden geproduceerd. (. (. (. (. (. AUX p p ENTER 3 Druk op / en selecteer het gewenste teken. • U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke signaalbron. • Druk op om de tekens als volgt te laten veranderen, of druk op om deze reeks in omgekeerde volgorde te doorlopen: A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie, #, *, +, enz. ENTER MANUAL SETUP 5 Herhaal de stappen 1 t/m 3 als u de namen van andere signaalbronnen wilt veranderen. Druk op ENTER om af te sluiten. De nieuwe naam (namen) wordt (worden) opgeslagen en het display keert terug naar het eerder weergegeven scherm. DISPLAY MENU Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met het display instellen. SET MENU → MANUAL SETUP → OPTION MENU 4 DISPLAY MENU  p p .A)DIMMER SET B)OSD SET C)UNIT SET   []/[]:Up/Down [ENTER]:Enter ENTER ■ DIMMER SET (Dimmer instellingen) Hiermee kunt u de helderheid van het display op het voorpaneel instellen. A)DIMMER SET  .STANDARD DIMMER;;;OFF   AUTO DIMMER;;;;;;;OFF  p p  p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return p 4 STANDARD DIMMER (Standaard dimmer) Hiermee stelt u de helderheid van het display op het voorpaneel in wanneer het toestel wordt bediend via het voorpaneel of de afstandsbediening. Keuzes: –2, –1, OFF GEAVANCEERDE BEDIENING AUTO DIMMER (Automatische dimmer) Wanneer er een bepaalde tijd lang geen handeling wordt uitgevoerd, zal het display op het voorpaneel gedimd worden. Hiermee kunt u de helderheid van het display op het voorpaneel in een dergelijk geval instellen. Keuzes: DISPLAY OFF, –3 t/m –1 (gebaseerd op de STANDARD DIMMER instelling), OFF Nederlands 73 MANUAL SETUP ■ OSD SET (In-beeld display instellingen) Hiermee kunt u de displaypositie en de achtergrondkleur van het in-beeld display instellen. B)OSD SET  .OSD SHIFT;;;;;;;;0  OSD BACK COLOR;;;BLUE  p p p p []/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel [ENTER]:Return OSD SHIFT (Plaatsing in-beeld display) Hiermee kunt u de verticale positie van het in-beeld display (OSD) instellen. Een hogere – (minus) instelling zal de positie van het in-beeld display hoger in beeld brengen, een hogere + (plus) instelling lager. Keuzes: –5 t/m +5 Begininstelling: 0 OSD BACK COLOR (Achtergrond in-beeld display) Hiermee kunt u de kleur van de achtergrond van het inbeeld display (OSD) instellen. Keuzes: BLUE, GRAY ■ UNIT SET (Eenheden) (Alleen modellen voor de VS en Canada) Hiermee kunt u kiezen in welke eenheid het toestel afstanden aangeeft. Keuzes: METERS, FEET C)UNIT SET )METERS p FEET p  [ ]/[ ]:Select [ENTER]:Retern • Selecteer METERS om de afstanden van de luidsprekers in meters in te kunnen voeren. • Selecteer FEET om de afstanden van de luidsprekers in voeten (feet) in te kunnen voeren. 74 INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS Instellen van het maximum volumeniveau 1 Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel uit te zetten. U kunt een maximum volumeniveau instellen zodat het toestel geen geluid harder dan deze instelling zal kunnen produceren. of STANDBY/ON Voorpaneel 2 INPUT VOLUME + Afstandsbediening Houd INPUT op het voorpaneel ingedrukt en druk vervolgens op STANDBY/ON op het voorpaneel om het toestel aan te zetten. MAX VOLUME SET zal op het display op het voorpaneel verschijnen. STANDBY/ON INPUT POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP STANDBY/ON DVD STANDBY/ON VOL MAX VOLUME SET AUX YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 8 9 OFF SURROUND 0 CH LEVEL Laat INPUT op het voorpaneel los. GEAVANCEERDE BEDIENING 7 SPORTS 3 INPUT +10 CINEMA DSP MENU 4 Druk op ENTER op het voorpaneel. ENTER TEST RETURN ENTER Nederlands 75 INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS 5 Gebruik / om het gewenste maximum volumeniveau in te stellen. Beveiligen van de huidige instellingen U kunt de huidige instellingen beveiligen tegen per ongeluk wissen of wijzigen. ENTER Instelbereik: 0 dB t/m –99,0 dB Instelstap: 1 dB 6 1 Herhaal de stappen 1 t/m 3 onder “Instellen van het maximum volumeniveau” op bladzijde 75. 2 Druk net zo vaak op / op de afstandsbediening tot MEMORY PROTECT op het display op het voorpaneel verschijnt. Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel uit (standby) te zetten. ENTER of STANDBY/ON Voorpaneel Afstandsbediening De nieuwe instelling voor het maximum volumeniveau treedt in werking wanneer u dit toestel de volgende keer aan zet. VOL MEMORY PROTECT 3 Druk op ENTER. ENTER 76 INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS 4 Druk op / om heen en weer te schakelen tussen PROTECT: ON en PROTECT: OFF. Initialiseren van de huidige instellingen U kunt alle parameters van dit toestel terugzetten op de fabrieksinstellingen. Deze procedure zet ALLE instellingen in het SET MENU volledig terug. ENTER Opmerking Na de volgende procedure moet u de ROOM TYPE, SP POSITION en ROOM SIZE parameters weer opnieuw aanpassen aan uw luisteromgeving. VOL 1 Herhaal de stappen 1 t/m 3 onder “Instellen van het maximum volumeniveau” op bladzijde 75. 2 Druk net zo vaak op / op de afstandsbediening tot FACTORY PRESET op het display op het voorpaneel verschijnt. PROTECT: ON VOL PROTECT: OFF • Selecteer PROTECT: ON om de beveiliging in te schakelen. • Selecteer PROTECT: OFF om de beveiliging uit te schakelen. 5 ENTER Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel uit (standby) te zetten. VOL of FACTORY PRESET STANDBY/ON Voorpaneel Afstandsbediening 3 GEAVANCEERDE BEDIENING De nieuwe instelling treedt in werking wanneer u dit toestel de volgende keer aan zet. Druk op ENTER. ENTER Nederlands 77 INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS 4 Druk op / om heen en weer te schakelen tussen PRESET: RESET en PRESET: CANCEL. Instellen van de audiobalans U kunt het uitgangsniveau van de diverse geluidsbundels instellen via de testtoon of aan de hand van de weergegeven audio in elk van de standen voor de geluidsbundels om de surroundweergave zo realistisch mogelijk te maken. ENTER Opmerkingen VOL PRESET: RESET • Geen van de luidsprekerniveaus kan worden ingesteld wanneer de stereoweergave is geselecteerd (zie bladzijde 42). • FRONT L/R kan niet worden ingesteld wanneer de Stereo plus 3 geluidsbundels stand is geselecteerd (zie bladzijde 41). • Alleen CENTER kan worden ingesteld wanneer u de gerichte weergave heeft geselecteerd (zie bladzijde 43). y Als het niveau van een bepaald kanaal niet kan worden ingesteld, zal – –dB verschijnen op het display op het voorpaneel. VOL PRESET: CANCEL • Selecteer PRESET: RESET om alle huidige instellingen terug te zetten. • Selecteer PRESET: CANCEL om het terugzetten van de instellingen te annuleren. 5 ■ Gebruiken van de testtoon U kunt het toestel via elk kanaal een testtoon laten produceren zodat u met de hand de diverse kanalen met elkaar in balans kunt brengen. Gebruik de testtoon om de luidsprekers zo af te stellen dat ze op de luisterplek allemaal even hard klinken. Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening om het toestel uit (standby) te zetten. SPORTS OFF 0 +10 CH LEVEL CINEMA DSP SURROUND MENU ENTER RETURN TEST of STANDBY/ON Voorpaneel Afstandsbediening De nieuwe instelling treedt in werking wanneer u dit toestel de volgende keer aan zet. 1 Druk op TEST op de afstandsbediening. TEST LEFT verschijnt op het display op het voorpaneel en er zal een testtoon worden geproduceerd via de linker voor-luidspreker. TEST VOL TEST LEFT 78 INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS 2 ■ Met behulp van de weergegeven audio Druk net zo vaak op / tot u de luidspreker geselecteerd heeft die u wilt instellen. Het display op het voorpaneel verandert als volgt. U kunt ook met de hand de luidsprekerniveaus regelen terwijl er een signaalbron, zoals een DVD, wordt weergegeven. TEST LEFT OFF 0 +10 CH LEVEL TEST CENTER ENTER SPORTS TEST RIGHT SURROUND CINEMA DSP MENU ENTER RETURN TEST TEST SUR.R TEST SUR.L TEST SUBWOOFER Opmerking 1 Druk net zo vaak op CH LEVEL (of eerst op CH LEVEL en dan op / ) om de luidspreker die u wilt instellen te selecteren. Het display op het voorpaneel verandert als volgt. TEST SUBWOOFER is alleen beschikbaar wanneer er een subwoofer is aangesloten op dit toestel en SWFR is geselecteerd voor BASS OUT in het SOUND MENU (zie bladzijde 70). 3 CH LEVEL of Gebruik / om het volume van de luidsprekers in te stellen. CH LEVEL ENTER ENTER Instelbereik: –10 dB t/m +10 dB Druk op VOLUME +/– op de afstandsbediening om het volume van dit toestel te regelen. VOLUME CENTER FRONT R +1.0dB SUR.R +2.0dB SUR.L +2.0dB SWFR 5 -2.5dB GEAVANCEERDE BEDIENING 4 FRONT L +1.0dB --dB Druk op TEST wanneer u klaar bent met instellen. TEST Nederlands y Zet BASS OUT op BOTH of SWFR (bladzijde 70) om het uitgangsniveau van uw subwoofer te regelen. 79 INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS 2 Gebruik / om het volume van de luidsprekers in te stellen. ENTER Instelbereik: –10 dB t/m +10 dB 3 Druk op CH LEVEL (of wacht een paar seconden zonder verdere handelingen op het toestel uit te voeren) wanneer u klaar bent met uw instellingen. CH LEVEL 80 SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE U kunt kiezen welke soort audiosignalen weergegeven moeten worden voor een bepaalde signaalbron op basis van uw voorkeur of de mogelijkheden van de signaalbron zelf. y We raden u aan de ingangsfunctie in de meeste gevallen op AUTO te laten staan. STANDBY/ON POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP DVD • AUTO Ingangssignalen worden automatisch geselecteerd in deze volgorde: 1) Dolby Digital of DTS 2) PCM 3) Analoog In de meeste gevallen kunt u deze instelling gebruiken. AUX ( ) YSP 1 Druk op één van de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening om de gewenste signaalbron te selecteren. DVD VCR STB • DTS Alleen DTS gecodeerde digitale signalen zullen worden geselecteerd. Vergeleken met AUTO biedt deze ingangsfunctie meer stabiliteit tijdens weergave. Gebruik deze ingangsfunctie bij weergave van DTS gecodeerde CD’s of LD’s. • ANALOG Selecteert alleen analoge signalen. Alleen analoge signalen zullen worden geselecteerd wanneer er zowel analoge als digitale signalen binnenkomen. TV AUX Opmerkingen 2 Druk herhaaldelijk op INPUTMODE op de afstandsbediening om heen en weer te schakelen tussen de diverse mogelijke ingangsfuncties. INPUTMODE • Wanneer de ingangsfunctie is ingesteld op AUTO zal dit toestel automatisch multikanaals materiaal weergeven via de bijbehorende ingangsfunctie. • ANALOG kan niet worden geselecteerd als ingangsfunctie als er geen analoge signalen worden ontvangen van de geselecteerde signaalbron. y TV AUTO DVD AUTO AUX AUTO TV DTS DVD DTS AUX DTS GEAVANCEERDE BEDIENING U kunt zelf bepalen welke ingangsfunctie zal worden ingeschakeld wanneer dit toestel aan wordt gezet (zie bladzijde 72). TV ANALOG Wanneer u TV of STB heeft geselecteerd als signaalbron. Wanneer u DVD heeft geselecteerd als signaalbron. Wanneer u AUX heeft geselecteerd als signaalbron. Opmerkingen Nederlands • De ingangsfunctie voor VCR (videorecorder) staat vast op ANALOG. Als echter de TV OPTICAL IN aansluiting van dit toestel is toegewezen aan VCR, komen AUTO, DTS en ANALOG beschikbaar als ingangsfuncties voor uw videorecorder (zie bladzijde 71). • ANALOG is niet beschikbaar als ingangsfunctie voor DVD en AUX. 81 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Naast dit toestel kan de afstandsbediening ook andere A/V componenten van YAMAHA en van andere fabrikanten aansturen. Om andere componenten te kunnen bedienen, moet u de juiste codes instellen op de afstandsbediening. Opmerking Afhankelijk van de gebruikte externe AV component is het mogelijk dat de afstandsbediening van dit toestel niet in staat zal zijn de apparatuur in kwestie aan te sturen, ook niet als er een ogenschijnlijk geschikte afstandsbedieningcode is ingesteld. Bedien in een dergelijk geval de component in kwestie met de daarbij behorende afstandsbediening. Instellen van afstandsbedieningscodes 1 U kunt andere componenten bedienen als u de bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld. Voor elke set bedieningstoetsen (TV, STB, DVD, VCR en AUX) kan een code worden ingevoerd. Raadpleeg de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding voor een complete lijst van alle beschikbare afstandsbedieningscodes. DVD Houd CODE SET ingedrukt en druk op de ingangskeuzetoets voor de component die u wilt instellen, blijf CODE SET ingedrukt houden en voer de afstandsbedieningscode voor de externe component in kwestie in met de cijfertoetsen. In de volgende afbeeldingen ziet u een voorbeeld waarin de afstandsbedieningscode wordt ingesteld voor een YAMAHA DVD-speler. Instelvoorbeeld: YAMAHA DVD set bedieningstoetsen 6 TV VCR STB INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP TV MUTE AUX ( ) CODE SET YSP ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 VOL MODE DVD 9 VOL MODE 5BEAM CH LEVEL Ingedrukt houden en druk vervolgens op +10 CINEMA DSP MENU ENTER RETURN TEST VOLUME CH MUTE TV INPUT TV VOL TV MUTE CODE SET 9 2 Raadpleeg “Bedienen van andere componenten” op bladzijde 83 om de externe component te bedienen met de afstandsbediening van dit toestel. Als de externe component in kwestie goed reageert, heeft u de juiste afstandsbedieningscode ingesteld. Als de externe component in kwestie niet goed werkt, is mogelijk de verkeerde afstandsbedieningscode ingesteld. Controleer of de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld (zie de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding) en begin opnieuw vanaf stap 1. Opmerking Als er meerdere codes zijn voor de fabrikant van uw component, probeer ze dan één voor één tot u de juiste gevonden heeft. Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen onverhoopt gewist is, dient u eerst nieuwe batterijen in te zetten en vervolgens de afstandsbedieningscodes opnieuw in te voeren. Wees bij het vervangen van de batterijen voorzichtig dat u niet per ongeluk één van de toetsen van de afstandsbediening indrukt. Hierdoor zal het geheugen gewist worden. 82 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Bedienen van andere componenten ■ Bedienen van uw tv ■ Bedienen van uw DVD-speler Druk op TV om de tv als signaalbron in te stellen. Druk op DVD om de DVD als signaalbron in te stellen. DVD TV POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO STANDBY/ON DVD POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP 1 DVD ( ) INPUTMODE ( SLEEP ) YSP YSP 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 1 2 3 STEREO TARGET STEREO TARGET 2 4 5 6 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL 1 AUX AUX 2 POWER STANDBY/ON 0 +10 CINEMA DSP CH LEVEL MENU VOLUME 4 ENTER RETURN TEST RETURN TV VOL CH MENU 3 ENTER TEST +10 CINEMA DSP 5 VOLUME CH TV VOL MUTE TV INPUT TV MUTE 4 3 MUTE TV INPUT 5 TV MUTE 6 CODE SET CODE SET GEAVANCEERDE BEDIENING 6 1 TV POWER Hiermee zet u uw tv aan of uit. 1 AV POWER Hiermee zet u uw DVD-speler aan of uit. 2 Cijfertoetsen Kiezen van een tv-kanaal. 2 Cijfertoetsen Hiermee kunt u cijfers invoeren. 3 CH +/– Schakelt naar een ander tv-kanaal. 3 Bedieningstoetsen voor DVD-spelers en videorecorders Hiermee kunt u DVD handelingen zoals weergave beginnen en stoppen uitvoeren. 4 TV VOL +/– Regelt het uitgangsniveau van het tv-geluid. 5 TV MUTE Schakelt de geluidsweergave van de tv tijdelijk uit. 5 Cursortoetsen Hiermee kunt u items van het DVD menu selecteren. Nederlands 6 TV INPUT Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv. 4 MENU Toont het DVD menu. 6 RETURN Hiermee kunt u terugkeren naar het vorige DVD menuscherm of het DVD menu sluiten. 83 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ■ Bedienen van uw videorecorder y Druk op YSP op de afstandsbediening om terug te keren naar de bedieningsfunctie voor dit toestel. Druk op VCR om de videorecorder als signaalbron in te stellen. YSP VCR POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP STANDBY/ON DVD 1 AUX ( ) YSP 2 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 CH LEVEL +10 CINEMA DSP MENU ENTER RETURN TEST VOLUME CH TV VOL MUTE TV INPUT TV MUTE 3 CODE SET 4 1 AV POWER Hiermee zet u uw videorecorder aan of uit. 2 Cijfertoetsen Hiermee kunt u cijfers invoeren. 3 CH +/– Schakelt naar een ander videorecorder-kanaal. 4 Bedieningstoetsen voor DVD-spelers en videorecorders Hiermee kunt u videorecorder handelingen zoals weergave beginnen en stoppen uitvoeren. 84 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Gebruiken van de tv-macrofunctie De tv-macrofunctie maakt het mogelijk een reeks handelingen uit te laten voeren met één druk op een knop. Wanneer u bijvoorbeeld een DVD wilt afspelen, moet u normaal gesproken de bewuste apparatuur aan zetten, DVD als signaalbron selecteren en dan op de weergavetoets drukken om de weergave te laten beginnen. Met de tv-macrofunctie kunt u al deze handelingen laten uitvoeren door alleen maar op de DVD macrotoets te drukken. ■ Instellen van macro's voor een tv met afstemmogelijkheid 1 Houd CODE SET op de afstandsbediening ingedrukt en druk op één van de ingangskeuzetoetsen om de signaalbron waarvoor u een macro wilt programmeren te selecteren. Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt houdt. TV MUTE DVD CODE SET AUX VCR STB TV Opmerkingen • De manier waarop deze “macro’s” moeten worden ingesteld is anders wanneer uw tv geen afstemmogelijkheid heeft. • Als u op een andere toets drukt dan die voor de macrofunctie kunnen worden gebruikt, zal de instelprocedure automatisch worden geannuleerd. • Als het langer duurt dan 10 seconden om de stappen 2 en 3 af te ronden, zal de instelprocedure automatisch worden geannuleerd. Herhaal de procedure in dit geval vanaf stap 1. 2 Druk op MACRO op de afstandsbediening terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt houdt. TV MUTE MACRO CODE SET STANDBY/ON POWER POWER AV TV VCR STB TV INPUT1 TV INPUT2 MACRO INPUTMODE SLEEP DVD 3 AUX Gebruik CH +/– of de cijfertoetsen om het gewenste tv-kanaal te kiezen. Controleer of de tv overschakelt naar het afstemscherm. YSP CH 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 5BEAM ST+3BEAM 3BEAM 1 2 3 STEREO TARGET 4 5 6 MUSIC MOVIE VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF SURROUND 0 0 +10 CINEMA DSP RETURN CH 6 VOL MODE 7 8 9 SPORTS OFF +10 MENU ENTER VOLUME 5 MOVIE CINEMA DSP 4 TEST 4 MUSIC GEAVANCEERDE BEDIENING CH LEVEL of Druk net zo vaak op TV INPUT op de afstandsbediening totdat het scherm verandert in dat van de bij stap 1 geselecteerde signaalbron. TV VOL TV INPUT MUTE TV INPUT TV MUTE CODE SET 5 Druk op ENTER op de afstandsbediening om de geprogrammeerde macro te bevestigen. Nederlands ENTER 85 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ■ Instellen van macro’s voor een tv zonder afstemmogelijkheid ■ Werken met macro’s 1 1 2 Houd CODE SET op de afstandsbediening ingedrukt en druk op één van de ingangskeuzetoetsen om de signaalbron waarvoor u een macro wilt programmeren te selecteren. Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt houdt. TV MUTE DVD CODE SET AUX VCR STB DVD VCR STB TV AUX TV ■ Annuleren van macro’s Druk op MACRO op de afstandsbediening terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt houdt. 1 MACRO TV MUTE Houd één van de ingangskeuzetoetsen ongeveer 2 seconden ingedrukt om de signaalbron waarvoor u een macro wilt gebruiken te selecteren. Het ingangskanaal van de tv verandert tegelijk met de signaalbron. Houd CODE SET op de afstandsbediening ingedrukt en druk op één van de ingangskeuzetoetsen om de signaalbron waarvoor u een macro wilt annuleren te selecteren. Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt houdt. CODE SET 3 TV MUTE DVD VCR STB TV Druk op INPUT1 op de afstandsbediening. CODE SET AUX INPUT1 2 4 Druk net zo vaak op CH +/– of TV INPUT op de afstandsbediening totdat het scherm verandert in dat van de bij stap 1 geselecteerde signaalbron. Druk op MACRO op de afstandsbediening terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt houdt. MACRO TV MUTE CODE SET CH TV INPUT of 5 Druk op ENTER op de afstandsbediening om de instelling te bevestigen. ENTER 86 3 Druk op ENTER op de afstandsbediening om de macro’s te annuleren. ENTER OPLOSSEN VAN PROBLEMEN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of servicecentrum. ■ Algemeen Zie bladzijde Oplossing Het toestel gaat niet aan wanneer u op STANDBY/ON drukt, of gaat direct weer uit (standby) zodra de stroom wordt ingeschakeld. De stekker van het netsnoer zit niet goed in het stopcontact. Doe de stekker van het netsnoer goed in het stopcontact. 21 Het toestel heeft blootgestaan aan een sterke, externe elektrische schok (bijvoorbeeld een blikseminslag of een ontlading van statische elektriciteit). Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact, wacht 30 seconden voor u de stekker weer terug doet en probeer het toestel vervolgens weer gewoon te gebruiken. — De interne temperatuur is te hoog opgelopen en de oververhittingsbeveiliging is in werking getreden. Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor u het weer aan zet. — De slaaptimer heeft het toestel uitgeschakeld. Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron weer af. — In- of uitgangskabels niet op de juiste manier aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. 14 Er is geen geschikte signaalbron geselecteerd. Selecteer een geschikte signaalbron met INPUT of met de ingangskeuzetoetsen. 37 Het volume staat uit. Zet het volume hoger. 38 De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld. Druk op MUTE of VOLUME +/– op de afstandsbediening om de geluidsweergave te hervatten en regel vervolgens het volume. 39 Er worden signalen ontvangen van een signaalbron die dit toestel niet kan verwerken (zoals PCM signalen met een hogere bemonsteringsfrequentie dan 96 kHz). Speel materiaal af waarvan de signalen wel door dit toestel gereproduceerd kunnen worden. — Wijzig de systeeminstellingen van de signaalbron in kwestie. — De slaaptimer heeft het toestel uitgeschakeld. Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron weer af. — De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld. Druk op MUTE of VOLUME +/– op de afstandsbediening om de geluidsweergave te hervatten en regel vervolgens het volume. 39 Geen geluid uit de effectluidsprekers. U speelt een signaalbron of programma in stereo af. Druk op één van de toetsen voor de geluidsbundelstanden op de afstandsbediening, selecteer een multikanaals weergavefunctie en probeer vervolgens de signaalbron of het programma nogmaals af te spelen. 40 Geen geluid uit de middenluidspreker. Het uitgangsniveau van de middenluidspreker staat op een te lage waarde. Stel het niveau van de middenluidspreker hoger in. 78 Geen geluid uit de surroundluidsprekers. Het uitgangsniveau van de surroundluidsprekers staat op een te lage waarde. Stel het niveau van de surroundluidsprekers hoger in. 78 Geen geluid uit de subwoofer. BASS OUT staat op FRONT bij SUBWOOFER SET terwijl er een Dolby Digital of DTS signaal wordt weergegeven. Selecteer SWFR of BOTH. 70 Het toestel gaat plotseling uit (standby). Geen geluid Het geluid valt plotseling uit. Nederlands Oorzaak AANVULLENDE INFORMATIE Probleem Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen. 87 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Probleem De surroundeffecten zijn verwaarloosbaar. Oorzaak Oplossing Zie bladzijde De luisterruimte heeft een onregelmatige vorm. Installeer dit toestel in een vierkante of rechthoekige kamer. — Er is geen wand in het pad van een geluidsbundel. Plaats een plat voorwerp, zoals een plaat, in het pad van de geluidsbundel. — Er kunnen geen Dolby Digital of DTS bronnen worden weergegeven. (De Dolby Digital of DTS indicator op het display op het voorpaneel licht niet op.) De aangesloten component is niet correct ingesteld voor het produceren van Dolby Digital of DTS digitale signalen. Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en maak de vereiste instellingen. — De ingangsfunctie staat op ANALOG. Stel de ingangsfunctie in op AUTO. 81 Er is storende ruis wanneer er een subwoofer is aangesloten op dit toestel. De beveiliging is in werking getreden omdat er een signaal met zeer sterke lage tonen werd weergegeven. Zet het volume lager. 38 Selecteer SWFR bij BASS OUT. 70 Sluit een subwoofer aan en maak de vereiste instellingen bij SUBWOOFER SET. 70 Lage tonen klinken vervormd. CROSS OVER bij SUBWOOFER SET is niet correct ingesteld. Stel CROSS OVER correct in. 70 Het in-beeld display wordt niet weergegeven. De videokabel voor het in-beeld display (OSD) is niet correct aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. 15 TV is niet geselecteerd als signaalbron. Selecteer TV als signaalbron. 37 Er wordt geen beeld weergegeven voor externe apparatuur zoals de DVD-speler. De videokabel is niet correct aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. 15 TV is niet geselecteerd als signaalbron. Selecteer TV als signaalbron. 37 Het toestel functioneert niet naar behoren. De interne microcomputer is vastgelopen door een externe elektrische schok (bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading van statische elektriciteit) of door een te laag voltage van de stroomvoorziening. Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na ongeveer 30 seconden weer terug. — U ondervindt storing van digitale of hoogfrequente apparatuur. Dit toestel staat te dicht bij de digitale of hoogfrequente apparatuur. Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur vandaan. — Dit toestel produceert effectgeluiden niet op de juiste manier. Het oorspronkelijke bronmateriaal bevat surroundeffecten. Schakel de surroundweergave op dit toestel uit. — 88 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ■ Afstandsbediening Probleem De afstandsbediening werkt niet of niet naar behoren. U kunt geen externe apparatuur bedienen met de afstandsbediening van dit toestel. De cursortoetsen werken niet wanneer u met het SET MENU bezig bent. Oorzaak Oplossing Zie bladzijde Te ver weg of onder te scherpe hoek gebruikt. De afstandsbediening werkt binnen een maximaal bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten opzichte van loodrecht op het voorpaneel. 22 Direct zonlicht of sterke verlichting (vooral van TL lampen enz.) valt op de sensor voor de afstandsbediening van dit toestel. Stel het toestel anders op. — De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen. 22 De externe component die u wilt bedienen is niet geselecteerd als signaalbron. Gebruik INPUT op het voorpaneel of de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening om de externe component te selecteren die u wilt bedienen. 37 De afstandsbedieningscode is niet goed ingesteld. Stel de juiste afstandsbedieningscode in of probeer een andere code van dezelfde fabrikant aan de hand van de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding. 82 Ook als de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde modellen niet goed reageren op de afstandsbediening. Gebruik de afstandsbediening die hoort bij de externe component in kwestie. — U heeft op een ingangskeuzetoets gedrukt. Druk één keer op TEST. — AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands 89 WOORDENLIJST WOORDENLIJST Audioformaten ■ Dolby Digital Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3 voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surroundstereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal speciaal voor de lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1 kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld). Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te gebruiken is er een betere weergave van bewegende geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische bereik (van het zachtste tot het hardste geluid wat nog kan worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle frequentiebereik en de preciese plaatsing van het geluid door de digitale verwerking biedt de luisteraar een ongehoord realistische weergave. Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt horen, van mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij draaien. ■ Dolby Pro Logic II Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround materiaal. Deze nieuwe technologie maakt gescheiden 5kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en rechts (in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij conventionele Pro Logic weergave). Naast de Movie stand is er ook een Music stand en een Game stand voor 2kanaals bronmateriaal. ■ Dolby Surround Dolby Surround maakt gebruik van een een 4-kanaals analoog opnamesysteem voor de reproductie van realistische en dynamische geluidseffecten: 2 voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal voor speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal geeft alleen geluiden binnen een beperkt frequentiebereik weer. Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en laserdiscs en ook wel bij tv en kabelprogramma’s. De in dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt gebruik van een digitale signaalverwerking die automatisch het volume van de verschillende kanalen stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave van bewegende geluidsbronnen te verbeteren. 90 ■ DTS (Digital Theater Systems) Digital Surround DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de analoge filmsoundtracks te vervangen door een 6-kanaals digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een opmars in de bioscoop. Digital Theater Systems Inc. heeft tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel vervormingsvrije 6-kanaals weergave (technisch gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2 surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen). Dit toestel is uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1-kanaals weergave mogelijk maakt door uit bestaand 5.1-kanaals bronmateriaal een surround-achterkanaal te destilleren. ■ Neo:6 Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder. Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals bij weergave van digitale signalen met gescheiden kanalen. Er zijn twee standen; Music voor weergave van muziek en Cinema voor films. ■ PCM (Lineair PCM) Lineair PCM is een signaalformaat voor het ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De afkorting staat voor Puls Code Modulatie; het analoge signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd voor opname. Audio informatie ■ LFE 0.1 kanaal Dit kanaal is speciaal bedoeld voor de weergave van zeer lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven, zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS 5.1/6.1-kanaals systeem. INDEX INDEX A Afstandsbediening ...................................................... 9, 22 Afstandsbedieningscode ................................................. 82 Audio penstekkerkabel ........................................15 t/m 18 B BASIC SETUP ............................................................... 57 C Coaxiaal digitale uitgangsaansluiting ............................... 8 Coaxiaal digitale ingangsaansluiting ................................ 8 D Digitale audio penstekkerkabel....................................... 16 Display ........................................................................ 7, 24 Dolby Digital .................................................................. 44 Dolby Pro Logic.............................................................. 44 Dolby Pro Logic II.......................................................... 44 DTS................................................................................. 44 Dynamisch bereik ........................................................... 71 O Optische kabel.....................................................15, 18, 19 P PCM ................................................................................81 S SET MENU.....................................................................24 Slaaptimer .......................................................................55 Standen voor weergave van geluidsbundels....................40 Stroomkabel ....................................................................21 Surroundfunctie...............................................................44 T Testtoon ...........................................................................78 V Videokabel voor het in-beeld display..............................15 I In-beeld display (OSD)................................................... 24 L LFE 0.1 kanaal.......................................................... 70, 90 M MANUAL SETUP.......................................................... 63 MEMORY................................................................. 34, 35 N Nacht luisterfuncties ....................................................... 52 AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands 91 TECHNISCHE GEGEVENS TECHNISCHE GEGEVENS VERSTERKER GEDEELTE • Maximum uitgangsvermogen (EIAJ) ...................................................2 W (1 kHz, 10% THV, 4 Ω) × 21 20 W (100 Hz, 10% THV, 4 Ω) × 2 LUIDSPREKER GEDEELTE Luidsprekers met kleine diameter ........................... 4 cm conus magnetisch afgeschermd type × 21 Woofers ............... 10 cm conus magnetisch afgeschermd type × 2 • Ingangsaansluitingen AUDIO VCR, TV/STB (Analoog) (1 V, 32 kΩ) ......................................................................... 2 paren (Analoog) AUDIO TV/STB, AUX (Optisch)................................ 2 (Digitaal) AUDIO DVD (Coaxiaal)...............................................1 (Digitaal) • Uitgangsaansluitingen SUBWOOFER OUT (1,5 V, minder dan 120 Hz) ............................................................................... 1 (Subwoofer) VIDEO OUT (1 Vp-p, 75 Ω) .............................................1 (OSD) • Systeemaansluiting OPTIMIZER MIC ....................................... 1 (Microfoon ingang) SYSTEM CONNECTOR ............................ 1 (Systeembediening) 92 ALGEMEEN • Stroomvoorziening [Modellen voor de en Canada] ........... 120 V, 60 Hz wisselstroom [Modellen voor Australië] .................. 240 V, 50 Hz wisselstroom [Modellen voor het V.K. en Europa] ...........................................................230 V, 50 Hz wisselstroom [Modellen voor China] ....................... 220 V, 50 Hz wisselstroom [Modellen voor Korea] ....................... 220 V, 60 Hz wisselstroom [Algemene modellen] ........... 110–120 V, 50/60 Hz wisselstroom [Modellen voor Azië] ........... 220–240 V, 50/60 Hz wisselstroom • Stroomverbruik ........................................................................ 30 W • Stroomverbruik Uit (standby) ................................ 0,1 W of minder • Afmetingen (b x h x d) .................................... 800 × 153 × 115 mm • Gewicht ................................................................................... 9,0 kg * Technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd worden.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328
  • Page 329 329
  • Page 330 330
  • Page 331 331
  • Page 332 332
  • Page 333 333
  • Page 334 334
  • Page 335 335
  • Page 336 336
  • Page 337 337
  • Page 338 338
  • Page 339 339
  • Page 340 340
  • Page 341 341
  • Page 342 342
  • Page 343 343
  • Page 344 344
  • Page 345 345
  • Page 346 346
  • Page 347 347
  • Page 348 348
  • Page 349 349
  • Page 350 350
  • Page 351 351
  • Page 352 352
  • Page 353 353
  • Page 354 354
  • Page 355 355
  • Page 356 356
  • Page 357 357
  • Page 358 358
  • Page 359 359
  • Page 360 360
  • Page 361 361
  • Page 362 362
  • Page 363 363
  • Page 364 364
  • Page 365 365
  • Page 366 366
  • Page 367 367
  • Page 368 368
  • Page 369 369
  • Page 370 370
  • Page 371 371
  • Page 372 372
  • Page 373 373
  • Page 374 374
  • Page 375 375
  • Page 376 376
  • Page 377 377
  • Page 378 378
  • Page 379 379
  • Page 380 380
  • Page 381 381
  • Page 382 382
  • Page 383 383
  • Page 384 384
  • Page 385 385
  • Page 386 386
  • Page 387 387
  • Page 388 388
  • Page 389 389
  • Page 390 390
  • Page 391 391
  • Page 392 392
  • Page 393 393
  • Page 394 394
  • Page 395 395
  • Page 396 396
  • Page 397 397
  • Page 398 398
  • Page 399 399
  • Page 400 400
  • Page 401 401
  • Page 402 402
  • Page 403 403
  • Page 404 404
  • Page 405 405
  • Page 406 406
  • Page 407 407
  • Page 408 408
  • Page 409 409
  • Page 410 410
  • Page 411 411
  • Page 412 412
  • Page 413 413
  • Page 414 414
  • Page 415 415
  • Page 416 416
  • Page 417 417
  • Page 418 418
  • Page 419 419
  • Page 420 420
  • Page 421 421
  • Page 422 422
  • Page 423 423
  • Page 424 424
  • Page 425 425
  • Page 426 426
  • Page 427 427
  • Page 428 428
  • Page 429 429
  • Page 430 430
  • Page 431 431
  • Page 432 432
  • Page 433 433
  • Page 434 434
  • Page 435 435
  • Page 436 436
  • Page 437 437
  • Page 438 438
  • Page 439 439
  • Page 440 440
  • Page 441 441
  • Page 442 442
  • Page 443 443
  • Page 444 444
  • Page 445 445
  • Page 446 446
  • Page 447 447
  • Page 448 448
  • Page 449 449
  • Page 450 450
  • Page 451 451
  • Page 452 452
  • Page 453 453
  • Page 454 454
  • Page 455 455
  • Page 456 456
  • Page 457 457
  • Page 458 458
  • Page 459 459
  • Page 460 460
  • Page 461 461
  • Page 462 462
  • Page 463 463
  • Page 464 464
  • Page 465 465
  • Page 466 466
  • Page 467 467
  • Page 468 468
  • Page 469 469
  • Page 470 470
  • Page 471 471
  • Page 472 472
  • Page 473 473
  • Page 474 474
  • Page 475 475
  • Page 476 476
  • Page 477 477
  • Page 478 478
  • Page 479 479
  • Page 480 480
  • Page 481 481
  • Page 482 482
  • Page 483 483
  • Page 484 484
  • Page 485 485
  • Page 486 486
  • Page 487 487
  • Page 488 488
  • Page 489 489
  • Page 490 490
  • Page 491 491
  • Page 492 492
  • Page 493 493
  • Page 494 494
  • Page 495 495
  • Page 496 496
  • Page 497 497
  • Page 498 498
  • Page 499 499
  • Page 500 500
  • Page 501 501
  • Page 502 502
  • Page 503 503
  • Page 504 504
  • Page 505 505
  • Page 506 506
  • Page 507 507
  • Page 508 508
  • Page 509 509
  • Page 510 510
  • Page 511 511
  • Page 512 512
  • Page 513 513
  • Page 514 514
  • Page 515 515
  • Page 516 516
  • Page 517 517
  • Page 518 518
  • Page 519 519
  • Page 520 520
  • Page 521 521
  • Page 522 522
  • Page 523 523
  • Page 524 524
  • Page 525 525
  • Page 526 526
  • Page 527 527
  • Page 528 528
  • Page 529 529
  • Page 530 530
  • Page 531 531
  • Page 532 532
  • Page 533 533
  • Page 534 534
  • Page 535 535
  • Page 536 536
  • Page 537 537
  • Page 538 538
  • Page 539 539
  • Page 540 540
  • Page 541 541
  • Page 542 542
  • Page 543 543
  • Page 544 544
  • Page 545 545
  • Page 546 546
  • Page 547 547
  • Page 548 548
  • Page 549 549
  • Page 550 550
  • Page 551 551
  • Page 552 552
  • Page 553 553
  • Page 554 554
  • Page 555 555
  • Page 556 556
  • Page 557 557
  • Page 558 558
  • Page 559 559
  • Page 560 560
  • Page 561 561
  • Page 562 562
  • Page 563 563
  • Page 564 564
  • Page 565 565
  • Page 566 566
  • Page 567 567
  • Page 568 568
  • Page 569 569
  • Page 570 570
  • Page 571 571
  • Page 572 572
  • Page 573 573
  • Page 574 574
  • Page 575 575
  • Page 576 576
  • Page 577 577
  • Page 578 578
  • Page 579 579
  • Page 580 580
  • Page 581 581
  • Page 582 582
  • Page 583 583
  • Page 584 584
  • Page 585 585
  • Page 586 586
  • Page 587 587
  • Page 588 588
  • Page 589 589
  • Page 590 590
  • Page 591 591
  • Page 592 592
  • Page 593 593
  • Page 594 594
  • Page 595 595
  • Page 596 596
  • Page 597 597
  • Page 598 598
  • Page 599 599
  • Page 600 600
  • Page 601 601
  • Page 602 602
  • Page 603 603
  • Page 604 604
  • Page 605 605
  • Page 606 606
  • Page 607 607
  • Page 608 608
  • Page 609 609
  • Page 610 610
  • Page 611 611
  • Page 612 612
  • Page 613 613
  • Page 614 614
  • Page 615 615
  • Page 616 616
  • Page 617 617
  • Page 618 618
  • Page 619 619
  • Page 620 620
  • Page 621 621
  • Page 622 622
  • Page 623 623
  • Page 624 624
  • Page 625 625
  • Page 626 626
  • Page 627 627
  • Page 628 628
  • Page 629 629
  • Page 630 630
  • Page 631 631
  • Page 632 632
  • Page 633 633
  • Page 634 634
  • Page 635 635
  • Page 636 636
  • Page 637 637
  • Page 638 638
  • Page 639 639
  • Page 640 640
  • Page 641 641
  • Page 642 642
  • Page 643 643
  • Page 644 644
  • Page 645 645
  • Page 646 646
  • Page 647 647
  • Page 648 648
  • Page 649 649
  • Page 650 650
  • Page 651 651
  • Page 652 652
  • Page 653 653
  • Page 654 654
  • Page 655 655

Yamaha YSP-800 de handleiding

Categorie
Audiomixers
Type
de handleiding