Documenttranscriptie
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK
NEEMT.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later
nog eens iets in kunt opzoeken.
Installeer dit geluidssysteem op een goed geventileerde, koele,
droge en schone plek met tenminste 5 cm ruimte vrij boven (of
onder) dit toestel - uit de buurt van direct zonlicht,
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou.
Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur,
motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen.
Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen
van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving
met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een
luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel
condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken,
brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen
vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of
spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop
dit toestel:
– Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken
en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische schokken
voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen
veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel
terecht komt.
Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst.
Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/
of snoeren.
Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit
kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge
doek.
Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk
en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk
letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige
schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander
voltage dan hetgeen aangegeven staat.
Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te
repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv.
vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
15 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over veel
voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie
trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
16 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ON te drukken
om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het
stopcontact te halen.
17 Er zal zich condens vormen wanneer de omgevingstemperatuur
plotseling verandert. Haal de stekker uit het stopcontact en laat
het toestel met rust.
18 Wanneer het toestel langere tijd achter elkaar gebruikt wordt, kan
het warm worden. Schakel de stroom uit en laat het toestel
afkoelen.
19 Installeer dit toestel in de buurt van het stopcontact op zo’n
manier dat u gemakkelijk bij de stekker kunt.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL
IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF
REGEN.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang
de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf
uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze
toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid
stroom te verbruiken.
LET OP
Er bestaat gevaar voor ontploffing indien de batterij niet
correct wordt vervangen. Vervang een batterij uitsluitend door
één van hetzelfde of een gelijkwaardig type.
LET OP
Gebruik van bedieningsorganen of instellingen of uitvoeren
van handelingen anders dan aangegeven in dit document
kunnen leiden tot blootstelling aan gevaarlijke stralen.
Alleen voor klanten in Nederlands
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer
deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar
inleveren als KCA.
INHOUD SOPGAVE
BASISBEDIENING
OVERZICHT ......................................................... 2
KENMERKEN ...................................................... 3
GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING ..... 4
MEEGELEVERDE ACCESSOIRES .................. 5
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES ........ 6
WEERGAVE ........................................................37
Voorpaneel ................................................................ 6
Display voorpaneel ................................................... 7
Achterpaneel ............................................................. 8
Afstandsbediening .................................................... 9
GELUIDSBUNDELS ...........................................40
INSTALLATIE .................................................... 11
Voor u dit toestel gaat installeren ........................... 11
Installeren van dit toestel ........................................ 11
AANSLUITINGEN ............................................. 14
5 geluidsbundels ..................................................... 41
Stereo plus 3 geluidsbundels .................................. 41
3 geluidsbundels ..................................................... 42
Stereoweergave ....................................................... 42
Gerichte weergave .................................................. 43
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE .......44
Profiteren van surroundweergave
van 2-kanaals bronnen ................................................. 45
Profiteren van surroundweergave bij tv programma’s .....46
Instellen van surroundfunctie parameters ............... 47
GEBRUIKEN VAN
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S ...............49
Wat is een geluidsveld? .......................................... 49
Inschakelen van CINEMA DSP programma’s ....... 50
Uitschakelen van CINEMA DSP programma’s ..... 51
Instellen van de CINEMA DSP niveaus ................. 51
SETUP
Aansluiten van een tv .............................................. 15
Aansluiten van een DVD-speler/recorder ............... 16
Aansluiten van een videorecorder .......................... 17
Aansluiten van een digitale satellietontvanger of
kabel-tv ontvanger .............................................. 18
Aansluiten van andere externe apparatuur .............. 19
Aansluiten van een subwoofer ................................ 20
Aansluiten van de stroomkabel ............................... 21
Selecteren van een signaalbron ............................... 37
Weergeven van signaalbronnen .............................. 38
Instellen van het volume ......................................... 38
Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave ...... 39
VOORBEREIDINGEN
VOORBEREIDINGEN
INLEIDING
INLEIDING
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE ......52
GEBRUIKEN VAN TruBass .................................54
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER ...............55
BASISBEDIENING
Instellen van de slaaptimer ..................................... 55
Annuleren van de slaaptimer .................................. 56
SETUP
VAN START ........................................................ 22
Inzetten van batterijen in de afstandsbediening ...... 22
Bereik van de afstandsbediening ............................ 22
Gebruiken van de afstandsbediening ...................... 23
Inschakelen ............................................................. 23
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU .............. 24
AUTO SETUP ...................................................... 26
Schema van het AUTO SETUP .............................. 26
Installeren van de optimalisatiemicrofoon .............. 27
Gebruiken van het AUTO SETUP ......................... 28
GEBRUIKEN VAN HET
SYSTEEMGEHEUGEN ................................. 34
Gebruiken van het MANUAL SETUP ................... 64
BEAM MENU ........................................................ 65
SOUND MENU ...................................................... 69
INPUT MENU ........................................................ 71
DISPLAY MENU ................................................... 73
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS .........75
Instellen van het maximum volumeniveau ............. 75
Beveiligen van de huidige instellingen ................... 76
Initialiseren van de huidige instellingen ................. 77
Instellen van de audiobalans ................................... 78
SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE ....81
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ...82
AANVULLENDE
INFORMATIE
Instellingen opslaan ................................................ 34
Instellingen laden .................................................... 35
BASIC SETUP ......................................................57
MANUAL SETUP ................................................63
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Weergeven van het in-beeld display (OSD) ........... 24
Schema van het SET MENU .................................. 25
GEAVANCEERDE BEDIENING
Instellen van afstandsbedieningscodes ................... 82
Bedienen van andere componenten ........................ 83
Gebruiken van de tv-macrofunctie ......................... 85
AANVULLENDE INFORMATIE
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ......................87
WOORDENLIJST ...............................................90
Nederlands
Audioformaten ........................................................ 90
Audio informatie ..................................................... 90
INDEX ...................................................................91
TECHNISCHE GEGEVENS ..............................92
1
OVERZICHT
OVERZICHT
Om thuis te kunnen genieten van surroundweergave, zult u in het algemeen eerst allerlei luidsprekers, compleet met alle
bijbehorende draden moeten opstellen en aansluiten en dan maar hopen dat uw kamer een beetje zal klinken zoals u dat
gewend bent in de bioscoop.
Yamaha’s YSP-800 Digital Sound Projector bewijst nu echter dat genieten van multikanaals surroundweergave niet
gepaard hoeft te gaan met een moeizame opstelling en instelling van allerlei verschillende luidsprekers in een wirwar van
draden en snoeren.
Dit slanke toestel biedt een elegante oplossing voor de ingewikkelde bedrading en installatie die vroeger nodig was, en is
niet alleen gemakkelijk gebruiksklaar te maken, maar ook in staat om u de krachtige weergave te leveren waar u al zo
lang op heeft gewacht, met z’n ingebouwde subwoofers (2) en een veelheid aan individuele luidsprekers (21).
Via de aparte parameters kunt u de vertraging voor de verschillende geluidsbundels exact instellen, zodat het geluid
precies zo gericht wordt dat het de luisterplek van alle kanten tegelijk bereikt.
De YSP-800 projecteert geluidsbundels met de juiste surroundsignalen voor de luidsprekerposities rechts voor (R), links
voor (L), rechts surround (SR) en links surround (SL) door het geluid via de wanden van uw kamer te laten weerkaatsen
voor het op uw luisterplek aankomt. Voeg daaraan een geluidsbundel voor het middenkanaal (C) toe en deze Digital
Sound Projector zorgt voor een levensechte 5.1 kanaals surroundweergave die u het gevoel geeft alsof uw kamer echt
volgestouwd is met losse luidsprekers.
Ga er maar eens lekker voor zitten en geniet van deze eenvoudige, maar o zo stijlvolle Digital Sound Projector.
Denkbeeldige
rechter voorluidspreker
R
C
SR
L
SL
Denkbeeldige
rechter surroundluidspreker
Denkbeeldige
linker voorluidspreker
Denkbeeldige
middenluidspreker
Luisterplek
Denkbeeldige
linker surroundluidspreker
2
KENMERKEN
KENMERKEN
◆
◆
◆
◆
◆
5 geluidsbundels
ST(STEREO)+3 geluidsbundels
3 geluidsbundels
Stereoweergave
Gerichte weergave
Cinema DSP Digital
Dit toestel maakt gebruik van de Cinema DSP Digital
technologie van YAMAHA Electronics Corp. zodat u
thuis van films kunt genieten met alle dramatische
geluidseffecten zoals de regisseur die bedoeld heeft.
In-beeld display (OSD)
Dit toestel maakt gebruik van een in-beeld display (OSD),
in feite een beeld dat over het normale beeld op uw scherm
wordt geprojecteerd. Het in-beeld display wordt gebruikt
om de systeeminformatie weer te geven of om instellingen
voor de systeemparameters te wijzigen.
Veelzijdige afstandsbediening
De meegeleverde afstandsbediening is
voorgeprogrammeerd met afstandsbedieningscodes voor
een op dit toestel aangesloten DVD-speler, videorecorder,
kabel-tv ontvanger en digitale satellietontvanger.
Daarnaast is de afstandsbediening uitgerust met een zg.
macro-functie waarmee u een reeks handelingen kunt
uitvoeren met één enkele toets.
Het “
” logo en “Cinema DSP” zijn gedeponeerde
handelsmerken van YAMAHA Corporation.
AUTO SETUP
Dit toestel stelt de geluidsbundels automatisch optimaal in met
behulp van YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer
(YPAO) technologie en een meegeleverde
optimalisatiemicrofoon, zodat u niet een moeizame setup hoeft te
doorlopen waarbij u naar alle luidsprekers moet luisteren, maar
gemakkelijk de optimaal aan uw luisteromgeving aangepaste
instellingen voor de geluidsbundels kunt laten maken.
INLEIDING
Digital Sound Projector
Dit toestel maakt gebruik van digitale geluidsprojectietechnologie zodat één enkel slank apparaat verschillende
geluidskanalen kan produceren en aansturen voor een
levensechte 5.1-kanaals surroundweergave, zonder
satellietluidsprekers en alle bedrading die normaal
gesproken nodig zou zijn voor gewone surroundsystemen.
Dit toestel is uitgerust met de volgende standen voor
maximaal 5 geluidsbundels zodat u de karakteristieken
van de geluidsbundels optimaal kunt aanpassen aan uw
luisteromgeving.
Compatibiliteit met de nieuwste technologie
Dit toestel maakt gebruik van decoders die geschikt zijn
voor Dolby Digital, DTS (Digital Theater Systems),
Dolby Pro Logic, Dolby Pro Logic II en DTS Neo:6.
◆ Dolby Digital
Dit is de standaard audiosignaal-formattering voor DVD’s en
andere volledig digitale media. Deze surroundtechnologie
levert digitale audio van hoge kwaliteit voor maximaal 5.1
gescheiden kanalen voor gerichte en realistische
geluidseffecten.
◆ DTS (Digital Theater Systems)
Dit is een audiosignaal-formattering voor DVD’s en andere
volledig digitale media. Deze surroundtechnologie levert
digitale audio van hoge kwaliteit voor maximaal 5.1 gescheiden
kanalen voor gerichte en realistische geluidseffecten.
◆ Dolby Pro Logic
Deze verfijnde matrix decoderingstechnologie zet 2-kanaals
stereomateriaal om naar de volledige 5.1 kanalen vereist voor
een volledige surroundweergave.
◆ Dolby Pro Logic II
Dit is in wezen een opnieuw ontworpen versie van Dolby Pro
Logic met 2 stereo surroundkanalen, een subwoofer en een enorm
verbeterde logische aansturing. Deze verbeteringen resulteren in
een enorm stabiel geluidsveld dat een veel betere simulatie biedt
van 5.1 kanaals weergave dat de originele Dolby Pro Logic.
Daarnaast biedt Dolby Pro Logic II Movie, Music en Game
standen speciaal voor, respectievelijk, films, muziek en spelletjes.
◆ DTS Neo:6
Deze technologie bewerkt conventioneel 2 kanaals materiaal
voor weergave via 6 kanalen, zodat u ten volle kunt profiteren
van een weergave met een hogere kanaalscheiding. De Music
en Cinema standen zijn speciaal bedoeld voor de weergave
van muziek, respectievelijk films.
Gefabriceerd onder licentie van 1 Ltd. Wereldwijde patent
aangevraagd.
Het ‘
’-logo en ‘Digital Sound Projector™’ zijn
handelsmerken van 1 Ltd.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, en het dubbele-D symbool zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
Nederlands
TruBass, SRS en het “
” symbool zijn gedeponeerde
handelsmerken van SRS Labs, Inc. TruBass technologie wordt
gebruikt onder licentie van SRS Labs, Inc.
“DTS” en “Neo:6” zjn handelsmerken van Digital Theater
Systems, Inc.
3
GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING
GEBRUIKEN VAN DEZE HANDLEIDING
Opmerkingen
• In deze handleiding wordt beschreven hoe u dit toestel dient aan te sluiten en te bedienen. Voor details omtrent de bediening van
externe componenten verwijzen we u naar de handleiding van de component in kwestie.
• Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. In dergelijke
gevallen zal de handeling worden beschreven aan de hand van de toetsen op de afstandsbediening.
• y geeft een bedieningstip aan.
• Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg
van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
1
Installeer dit toestel in uw luisterruimte.
Zie “INSTALLATIE” op bladzijde 11.
2
Sluit dit toestel aan op uw tv en andere externe apparatuur.
Zie “AANSLUITINGEN” op bladzijde 14.
3
Maak de afstandsbediening gebruiksklaar en zet dit toestel aan.
Zie “VAN START” op bladzijde 22.
4
Schakel de AUTO SETUP in.
Zie “AUTO SETUP” op bladzijde 26.
5
Laat een signaalbron weergeven en luister naar de surroundweergave.
Zie “WEERGAVE” op bladzijde 37.
Als u aanvullende instellingen en
aanpassingen nodig vindt
6
4
Schakel de MANUAL SETUP in en gebruik de afstandsbediening om de instellingen aan te passen.
Zie “MANUAL SETUP” op bladzijde 63 en “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 82.
MEEGELEVERDE ACCESSOIRES
MEEGELEVERDE ACCESSOIRES
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
STANDBY/ON
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
DVD
Batterijen (×2)
(AA, R6, UM-3)
INLEIDING
Afstandsbediening (×1)
Optische kabel (×1)
AUX
INPUTMODE
SLEEP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
3
1
2
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
7
+10
CH LEVEL
CINEMA DSP
Videokabel voor het in-beeld
display (×1)
(Geel)
Digitale audio penstekkerkabel (×1)
(Oranje)
MENU
Optimalisatiemicrofoon (×1)
ENTER
Audio penstekkerkabel (×1)
RETURN
TEST
VOLUME
CH
TV VOL
MUTE
TV INPUT
TV MUTE
(Wit/Rood)
CODE SET
Kabelklem (×1)
Bevestigingsmateriaal (×4)
Kartonnen
microfoonstandaard (×1)
Nederlands
5
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
1
2
4
5
INPUT
VOLUME
1 OPTIMIZER MIC aansluiting
Hierop dient u de optimalisatiemicrofoon aan te
sluiten die gebruikt wordt bij de AUTO SETUP (zie
bladzijde 27).
2 Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de
toestand waarin het toestel zich bevindt.
3 Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
4 INPUT
Druk herhaaldelijk op deze toets om een andere
signaalbron in te schakelen (TV, VCR, DVD of AUX). Zie
bladzijde 37 voor details.
5 VOLUME –/+
Hiermee kunt u het volume van alle audiokanalen tegelijk
instellen (zie bladzijde 38).
6
3
6
+
STANDBY/ON
6 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby, zie bladzijde
23).
Opmerkingen
• Wanneer u het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 4 a 5
seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven.
• Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een
heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan
worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Display voorpaneel
2
NIGHT
SLEEP
3
PCM
4
DIGITAL
PL
INLEIDING
1
VOL
m
ft
mS
dB
5
1 NIGHT indicator
Licht op wanneer u een volumefunctie selecteert
(zie bladzijde 52).
4 Volumeniveau indicator
Hiermee wordt het huidige volumeniveau aangegeven (zie
bladzijde 38).
2 SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld
(zie bladzijde 55).
5 Multifunctioneel display
Hierop wordt informatie getoond wanneer u de parameters
van het toestel instelt.
3 Decoder indicators
Licht op wanneer de corresponderende decoder van dit
toestel in werking is (zie bladzijde 44).
y
U kunt de helderheid van het display op het voorpaneel regelen
via de DISPLAY MENU parameters in de MANUAL SETUP
(zie bladzijde 73).
Nederlands
7
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Achterpaneel
9
1
VCR
2
TV/STB
AUDIO INPUT
3
4
SUBWOOFER VIDEO
OUT
5
(Modellen voor de VS en Canada)
6
AUX
TV/STB
OPTICAL
7
8
DVD
COAXIAL
SYSTEM
CONNECTOR
DIGITAL INPUT
1 VCR analoge audio ingangsaansluitingen
Hierop kunt u uw videorecorder analoog aansluiten
(zie bladzijde 17).
6 AUX OPTICAL DIGITAL INPUT aansluiting
Hierop kunt u een externe component met een eigen
optisch digitale aansluiting aansluiten (zie bladzijde 19).
2 TV/STB analoge audio ingangsaansluitingen
Hierop kunt u uw tv, digitale satellietontvanger en kabel tv
ontvanger analoog aansluiten (zie de bladzijden 15 en 18).
7 DVD COAXIAL DIGITAL INPUT aansluiting
Hierop kunt u een DVD-speler met een eigen coaxiaal
digitale aansluiting aansluiten (zie bladzijde 16).
3 SUBWOOFER OUT aansluiting
Hierop kunt u een subwoofer aansluiten (zie bladzijde 20).
8 SYSTEM CONNECTOR aansluiting
(Alleen modellen voor de VS en Canada)
Hierop kunt u een YAMAHA subwoofer aansluiten
met een SYSTEM CONNECTOR aansluiting (zie
bladzijde 20).
4 VIDEO OUT aansluiting
Hierop kunt u de video-ingang van uw tv aansluiten om
het in-beeld display (OSD) van dit toestel op het scherm
weer te kunnen geven (zie bladzijde 15).
5 TV/STB OPTICAL DIGITAL INPUT aansluiting
Hierop kunt u uw tv, digitale satellietontvanger en kabel tv
ontvanger aansluiten via een optisch digitale verbinding
(zie de bladzijden 15 en 18).
8
9 Netsnoer
Hiermee verbindt u het toestel met het stopcontact
(zie bladzijde 21).
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Afstandsbediening
In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de
bij dit systeem behorende afstandsbediening beschreven.
U kunt ook andere apparatuur aansturen met de
afstandsbediening wanneer u de juiste afstandsbedieningscodes
geprogrammeerd heeft. Zie “Bedienen van andere componenten”
op bladzijde 83 voor details.
1
STANDBY/ON
POWER
POWER
AV
TV
2
3
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
DVD
4
AUX
5
6
YSP
5BEAM
7
8
ST+3BEAM
3BEAM
3
1
2
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
+10
CH LEVEL
CINEMA DSP
H
I
J
K
4 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee kunt u een signaalbron (TV, STB, VCR, DVD of
AUX) selecteren en de set bedieningstoetsen van de
afstandsbediening veranderen (zie bladzijde 37).
5
TruBass
Hiermee kunt u de lage tonen extra laten versterken (zie bladzijde 54).
6 YSP
Hiermee kunt u de bedieningsfunctie van dit toestel omschakelen.
7 Cijfertoetsen
Hiermee kunt u cijfers invoeren.
M
8 Geluidsveldprogramma-toetsen
Hiermee kunt u het gewenste geluidsveldprogramma
selecteren (zie bladzijde 49).
N
9 CH LEVEL
Instellen van het uitgangsniveau voor elk kanaal (zie bladzijde 79).
L
O
0
0 Cursortoetsen
/
/ / , ENTER
Hiermee kunt u SET MENU items selecteren en instellen.
ENTER
RETURN
TEST
P
A
VOLUME
CH
TV VOL
B
E
G
3 Zend-indicator
Licht op wanneer er infraroodsignalen worden uitgezonden.
MENU
9
C
D
F
2 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel uit (standby, zie bladzijde 23).
INLEIDING
y
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
Q
MUTE
TV INPUT
TV MUTE
CODE SET
R
S
A TEST
Met deze toets kunt u de testtoon laten weergeven voor het
instellen van elk van de luidsprekers (zie bladzijde 78).
B VOLUME +/–
Hiermee verhoogt of verlaagt u het door dit systeem
geproduceerde volumeniveau (zie bladzijde 38).
C MUTE
Deze toets schakelt de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk
nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het
oorspronkelijke volume voort te zetten (zie bladzijde 39).
D TV INPUT
Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv (zie
bladzijde 83).
E DVD-speler/Videorecorder bedieningstoetsen
Hiermee kunt u uw DVD-speler of videorecorder
bedienen (zie de bladzijden 83 en 84).
F TV POWER
Hiermee zet u de tv aan of uit (standby, zie bladzijde 83).
Nederlands
G AV POWER
Hiermee zet u de geselecteerde component aan of uit
(standby, zie de bladzijden 83 en 84).
H INPUT1/INPUT2
Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv.
9
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
I MACRO
Hiermee kunt u de macro-functie voor de tv instellen (zie
bladzijde 85).
J INPUTMODE
Schakelt tussen de ingangsfuncties (AUTO, DTS of
ANALOG). Zie bladzijde 37 voor details.
K SLEEP
Hiermee kunt u de slaaptimer instellen (zie bladzijde 55).
L Geluidsbundel functietoetsen
Hiermee kunt u de gebruiksfunctie voor de geluidsbundels
wijzigen (zie bladzijde 40).
M VOL MODE
Hiermee kunt u de volumefuncties aan of uit zetten (zie
bladzijde 52).
N SURROUND
Hiermee selecteert u de surroundfunctie voor de
geluidsweergave (zie bladzijde 44).
O MENU
Laat het setup instelmenu op uw tv of monitor verschijnen
(zie de bladzijden 28, 57 en 64).
Opmerking
Het DVD menu zal worden weergegeven wanneer DVD is
geselecteerd als signaalbron.
P RETURN
Hiermee selecteert u de instellingen voor de slaaptimer, of
gaat u terug naar het vorige SET MENU scherm.
Q TV VOL +/–
Regelt het volume van de tv (zie bladzijde 83).
R CH +/–
Hiermee kunt een ander kanaal kiezen op uw tv of
videorecorder (zie de bladzijden 83 en 84).
S TV MUTE, CODE SET
Hiermee kunt u de geluidsweergave van de tv tijdelijk
uitschakelen (zie bladzijde 83).
Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen (zie
bladzijde 82).
10
INSTALLATIE
INSTALLATIE
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat een geschikte plek is om het toestel op te stellen, met behulp van een metalen
wandbeugel, een rek of een standaard.
Voor u dit toestel gaat installeren
Installeren van dit toestel
Installeer het toestel zo dat de geluidsbundels niet
gehinderd worden door obstakels, zoals meubilair. Anders
is het mogelijk dat het surroundeffect tegenvalt.
U kunt dit toestel parallel aan de wand of in een hoek
installeren.
Zij-aanzicht
Hoekinstallatie
Installeer dit toestel in de hoek, met een hoek van 40º tot
50º ten opzichte van de beide wanden.
Installatie parallel aan een wand
Installeer dit toestel exact in het midden van de wand,
zoals gemeten vanaf de linker en rechter hoek.
Voorwerpen zoals
meubelstukken
40° t/m 50°
5 cm of meer
Voor
VOORBEREIDINGEN
Dit toestel zorgt voor surroundweergave door gericht
geprojecteerde geluidsbundels te weerkaatsen via de
wanden van uw luisterruimte. Het is mogelijk dat het
surroundeffect zoals geproduceerd door dit toestel
tegenvalt wanneer het toestel is geïnstalleerd op één van
de volgende plekken.
• In kamers met oppervlakken die de geluidsbundels
onvoldoende reflecteren
• Kamers met akoestisch absorberende oppervlakken
• Kamers die kleiner of groter zijn de volgende maten
b (3 tot 7 m) x h (2 tot 3,5 m) x d (3 tot 7 m)
• Kamers met minder dan 2 m afstand tussen de
luisterplek en de luidsprekerposities
• Kamers waarin voorwerpen, zoals meubilair de
geluidsbundels zullen hinderen
• Kamers waarin de luisterplek zich dicht bij een wand
bevindt
• Kamers waarin de luisterplek zich niet voor dit toestel
bevindt
Bij het installeren van dit toestel moet u voldoende
ventilatieruimte vrij laten zodat de gegenereerde warmte weg
kan. Laat tenminste 5 cm ruimte vrij boven of onder dit toestel.
Achter
Opmerkingen
Voorwerpen zoals
meubelstukken
y
Welke geluidsbundels gebruikt kunnen worden hangt mede af van
de plaats waar het toestel geïnstalleerd wordt (zie bladzijde 40).
Alle geluidsbundels zijn bruikbaar wanneer het toestel parallel
aan de wand wordt geïnstalleerd, maar de standen met 3 en 5
geluidsbundels zijn niet mogelijk wanneer het toestel in de hoek
wordt geplaatst.
11
Nederlands
• We raden u aan dit toestel niet zo te plaatsen dat het direct op de
vloer van uw luisterruimte staat. Installeer dit toestel met behulp
van een metalen wandbeugel, rek of standaard.
• Dit toestel weegt 9,0 kg. U dient er zorg voor te dragen dat het
toestel niet kan vallen wanneer het wordt blootgesteld aan
trillingen, bijvoorbeeld bij een aardbeving, en dat het toestel
buiten bereik van kinderen blijft.
• Bij gebruik van een conventionele tv met een beeldbuis (CRT),
mag dit toestel niet direct boven uw tv worden geïnstalleerd.
• Dit toestel is magnetisch afgeschermd. Indien echter het beeld
van uw tv toch gestoord of vervormd raakt, raden we u aan de
luidsprekers verder bij uw tv vandaan te zetten.
INSTALLATIE
■ Verwijderen van de metalen pakstukken
van het achterpaneel
Op het achterpaneel zitten twee metalen onderdelen die
gebruikt worden bij het verpakken van het toestel. Als
deze stukken metaal u in de weg zitten bij de installatie,
kunt u ze gewoon van het achterpaneel af halen.
■ Bij gebruik van een standaard
U kunt uw tv installeren op een in de handel verkrijgbare
standaard of op een rek en dit toestel onder uw tv
installeren.
Standaard
Opmerkingen
tv
Nadat u het metalen onderdeel van het achterpaneel verwijderd
heeft, dient u de schroeven weer terug te doen met een
schroevendraaier.
Dit toestel
y
Raadpleeg de instructies voor de standaard in kwestie voor details
omtrent het installeren daarvan, of hoe u dit toestel en de tv aan
de standaard dient te bevestigen.
■ Bij gebruik van een rek of kast
U kunt dit systeem boven of onder uw tv installeren in een
in de handel verkrijgbaar rek.
Wanneer dit toestel boven uw tv geïnstalleerd is
■ Bij gebruik van een metalen wandbeugel
U kunt de los verkrijgbare metalen wandbeugel gebruiken
om dit systeem aan de wand van uw luisterruimte te
bevestigen.
Metalen wandbeugel
Dit toestel
tv
y
Voor details omtrent het bevestigen van de metalen beugel aan de
wand en het bevestigen van dit systeem aan de metalen beugel
verwijzen we u naar de instructies zoals meegeleverd met de
beugel.
12
Wanneer dit toestel onder uw tv
geïnstalleerd is
Opmerking
Voor de installatie dient u zich ervan te verzekeren dat het rek of
de kast groot genoeg is om voldoende ventilatie rond het toestel
toe te laten (zie bladzijde 11) en sterk genoeg om het gewicht van
zowel dit toestel als uw tv te kunnen dragen.
INSTALLATIE
■ Bevestigen van het toestel
Haal de beschermlaag van elk van de vier meegeleverde
stukken bevestigingsmateriaal (klittenband) en bevestig ze
met de ene kant onderaan de vier hoeken van dit toestel en
met de andere kant aan de bovenzijde van de plank, het rek
enz.
Dit toestel
VOORBEREIDINGEN
Haal de
2
beschermlaag
los.
1
Bevestigingsmateriaal
Opmerkingen
• Installeer dit toestel niet bovenop een hellend oppervlak.
Hierdoor zou het toestel kunnen vallen, hetgeen tot letsel zou
kunnen leiden.
• U moet het oppervlak van het rek e.d. schoonmaken voor u de
bevestigingsmaterialen erop aanbrengt. Wanneer er plakband
wordt aangebracht op een vuil of nat oppervlak, zal dit de
kleefkracht nadelig beïnvloeden, waardoor het toestel zal
kunnen vallen.
Nederlands
13
AANSLUITINGEN
AANSLUITINGEN
Dit toestel is uitgerust met twee optisch digitale aansluitingen, één coaxiaal digitale aansluiting en twee soorten analoge
aansluitingen voor het aansluiten van externe componenten zoals uw tv, DVD-speler, videorecorder, digitale satellietontvanger,
kabel-tv ontvanger en spelcomputer. Bovendien kunt u profiteren van extra versterke lage tonen door een subwoofer aan te sluiten
op dit toestel. Voor details omtrent hoe u diverse soorten apparatuur dient aan te sluiten op dit toestel, zie de bladzijden 15 t/m 20.
LET OP
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de
componenten gemaakt zijn.
Audio-aansluiting
Video-aansluiting
tv
Dit toestel
DVD-speler
14
Subwoofer
Videorecorder
Digitale satellietontvanger,
kabel-tv of spelcomputer
AANSLUITINGEN
Aansluiten van een tv
U kunt een tv aansluiten op dit toestel zodat u het in-beeld display (OSD) kunt bekijken wanneer u het SET MENU
gebruikt.
Opmerkingen
Als u dit toestel tegelijkertijd aansluit op de analoge audio en optisch digitale audio uitgangsaansluitingen, zoals u kunt zien op de
afbeelding hieronder, zullen de digitale audiosignalen via de optisch digitale uitgangsaansluiting voorrang krijgen over de analoge
audiosignalen die worden geproduceerd via de analoge audio uitgangsaansluitingen.
■ Digitale en analoge audio-aansluitingen
■ Video-aansluitingen
tv
Analoge audio
Optisch digitale
uitgangsaansluiting uitgangsaansluiting
R
Video
ingangsaansluiting
L
Achterpaneel van dit toestel
VCR
TV/STB
AUDIO INPUT
SUBWOOFER VIDEO
OUT
VOORBEREIDINGEN
tv
AUX
TV/STB
OPTICAL
SYSTEM
CONNECTOR
DVD
COAXIAL
DIGITAL INPUT
Achterpaneel van dit toestel
VCR
TV/STB
AUDIO INPUT
(Modellen voor de VS en Canada)
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Audio penstekkerkabel
(Wit)
SUBWOOFER VIDEO
OUT
AUX
TV/STB
OPTICAL
DVD
COAXIAL
SYSTEM
CONNECTOR
DIGITAL INPUT
(Modellen voor de VS en Canada)
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Videokabel voor het in-beeld display (OSD) (meegeleverd)
(Wit)
(Geel)
(Geel)
(Rood)
(Rood)
Optische kabel (meegeleverd)
Nederlands
15
AANSLUITINGEN
Aansluiten van een DVD-speler/recorder
Om een DVD-speler/recorder aan te sluiten dient u de coaxiaal digitale uitgangsaansluiting van uw DVD-apparaat te
verbinden met de coaxiaal digitale ingangsaansluiting van dit toestel (DVD COAXIAL).
Als uw DVD-speler/recorder geen coaxiaal digitale uitgangsaansluiting heeft, kunt u een optisch digitale verbinding
gebruiken.
DVD/Video-speler/
recorder combinatie
DVD-speler/recorder
Videosignaal naar tv
Videosignaal naar tv
Analoge audio
Coaxiaal digitale
uitgangsaansluiting uitgangsaansluiting
R
Coaxiaal digitale
uitgangsaansluiting
L
Achterpaneel
van dit toestel
VCR
TV/STB
AUDIO INPUT
SUBWOOFER VIDEO
TV/STB
AUX
OPTICAL
OUT
DVD
COAXIAL
SYSTEM
CONNECTOR
DIGITAL INPUT
(Modellen voor de VS en Canada)
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Digitale audio penstekkerkabel (meegeleverd)
Audio penstekkerkabel
(Wit)
(Oranje)
(Rood)
16
(Wit)
(Oranje)
(Rood)
AANSLUITINGEN
Aansluiten van een videorecorder
Om een videorecorder aan te sluiten dient u de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw videorecorder te verbinden
met de analoge audio ingangsaansluitingen van dit toestel (VCR R/L).
Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Videorecorder
Videosignaal naar tv
VOORBEREIDINGEN
Analoge audio
uitgangsaansluiting
R
L
Achterpaneel van dit toestel
VCR
TV/STB
AUDIO INPUT
SUBWOOFER VIDEO
OUT
TV/STB
AUX
OPTICAL
DVD
COAXIAL
SYSTEM
CONNECTOR
DIGITAL INPUT
(Modellen voor de VS en Canada)
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Audio penstekkerkabel
(Wit)
(Rood)
(Wit)
(Rood)
Nederlands
17
AANSLUITINGEN
Aansluiten van een digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger
Om een digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger aan te sluiten, dient u de optisch digitale uitgangsaansluiting van
uw digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger te verbinden met de optisch digitale ingangsaansluiting van dit
toestel (TV/STB OPTICAL). Verbind daarnaast de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw videorecorder met de
analoge audio ingangsaansluitingen van dit toestel (TV/STB R/L).
Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Opmerking
Als uw tv en de op dit toestel aangesloten ontvanger niet geschikt zijn voor digitale uitzendingen, dient u de analoge audio
uitgangsaansluitingen van dit toestel (TV/STB R/L) te verbinden met de analoge audio uitgangsaansluitingen van uw tv.
tv
Digitale satellietontvanger of kabel-tv ontvanger
Videosignaal naar tv
Analoge audio
uitgangsaansluiting
R
Analoge audio
uitgangsaansluiting
R
L
L
Optisch digitale
uitgangsaansluiting
Achterpaneel van dit toestel
VCR
TV/STB
AUDIO INPUT
SUBWOOFER VIDEO
OUT
TV/STB
AUX
OPTICAL
DVD
COAXIAL
SYSTEM
CONNECTOR
DIGITAL INPUT
(Modellen voor de VS en Canada)
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Optische kabel (meegeleverd)
Audio penstekkerkabel
(Wit)
(Rood)
18
(Wit)
(Rood)
AANSLUITINGEN
Aansluiten van andere externe apparatuur
Om andere externe apparatuur aan te sluiten dient u de optisch digitale uitgangsaansluiting van de component in kwestie
te verbinden met de optisch digitale ingangsaansluiting van dit toestel (AUX OPTICAL).
U kunt een DVD-speler/recorder of andere component gebruiken die ondersteuning biedt voor optisch digitale
verbindingen.
Spelcomputer enz.
VOORBEREIDINGEN
Videosignaal naar tv
Optisch digitale
uitgangsaansluiting
Optische glasvezelkabel
Aan dit toestel bevestigen
Om te voorkomen dat er stekkers
losraken, kunt u de meegeleverde
kabelklem op een geschikte plek
aan het achterpaneel van dit
toestel bevestigen met de open
zijde van de klem naar boven om
zo de kabels op hun plek te
houden.
Achterpaneel van dit toestel
VCR
TV/STB
AUDIO INPUT
SUBWOOFER VIDEO
OUT
TV/STB
AUX
OPTICAL
DVD
COAXIAL
SYSTEM
CONNECTOR
DIGITAL INPUT
(Modellen voor de VS en Canada)
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Optische kabel (meegeleverd)
Nederlands
19
AANSLUITINGEN
Aansluiten van een subwoofer
Om een subwoofer aan te sluiten dient u de mono ingangsaansluiting van uw subwoofer te verbinden met de mono audio
uitgangsaansluiting van dit toestel (SUBWOOFER OUT).
Als er een subwoofer is aangesloten op dit toestel, zet deze dan aan en open vervolgens de AUTO SETUP (zie bladzijde
26), of selecteer SWFR bij BASS OUT onder SUBWOOFER SET (zie bladzijde 70).
Aansluiten van de SYSTEM CONNECTOR aansluiting (alleen modellen voor de VS en Canada)
Wanneer u een YAMAHA subwoofer met een SYSTEM CONNECTOR aansluiting gebruikt, dient u deze te verbinden
met de SYSTEM CONNECTOR aansluiting van dit toestel. Indien de subwoofer via een systeemaansluiting met dit
toestel is verbonden, zal de aan/uit (standby) stand van de subwoofer zich aanpassen aan de aan/uit (standby) stand van
dit toestel.
Subwoofer
Mono
ingangsaansluiting
Systeemaansluiting
(Alleen modellen voor de VS en Canada)
Achterpaneel van dit toestel
VCR
TV/STB
SUBWOOFER VIDEO
AUDIO INPUT
OUT
TV/STB
AUX
OPTICAL
DVD
COAXIAL
SYSTEM
CONNECTOR
DIGITAL INPUT
(Modellen voor de VS en Canada)
Voor de aansluitingen gebruikte kabels
Subwoofer penstekkerkabel
20
Systeemkabel
(meegeleverd met de YAMAHA subwoofer die voorzien
is van een SYSTEM CONNECTOR aansluiting)
AANSLUITINGEN
Aansluiten van de stroomkabel
Doe de stekker pas in het stopcontact wanneer alle andere aansluitingen uitgevoerd zijn.
VOORBEREIDINGEN
Naar een stopcontact
Nederlands
21
VAN START
VAN START
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
Bereik van de afstandsbediening
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit. Gebruik de afstandsbediening op een afstand van
minder dan 6 m van dit toestel en richt deze daarbij op de
sensor op dit toestel.
Druk op
Ongeveer 6 m
1
Houd het
teken op de batterijklep
ingedrukt en schuif de klep open.
2
Doe de twee meegeleverde batterijen (AA,
R06, UM-3) in het batterijvak.
U moet de batterijen met de polen (+/–) op de juiste
manier zoals aangegeven in het vak zetten.
3
Doe de batterijklep weer dicht.
Opmerkingen
• Vervang alle batterijen tegelijk als u merkt dat: het bereik van de
afstandsbediening afneemt, de indicator niet knippert of dat de
indicator zwakker wordt.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar
(alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de
informatie op de verpakking aandachtig door, want de
verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
• Lege batterijen kunnen gaan lekken. Als de batterijen zijn gaan
lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de
batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet
op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon
voor u er nieuwe batterijen in doet.
• Gooi batterijen niet samen met het andere huishoudelijke afval
weg. Gooi batterijen alleen weg in overeenstemming met de
plaatselijke regelgeving.
• In de volgende gevallen is het mogelijk dat het geheugen van de
afstandsbediening gewist wordt:
– De afstandsbediening is langer dan 2 minuten zonder
batterijen.
– Er zitten lege batterijen in de afstandsbediening.
– Er wordt per ongeluk op de toetsen van de afstandsbediening
gedrukt terwijl u de batterijen aan het verwisselen bent.
• Als het geheugen van de afstandsbediening per ongeluk gewist
wordt, dient u de afstandsbedieningscodes opnieuw te
programmeren nadat u nieuwe batterijen in de
afstandsbediening heeft gezet.
22
Opmerkingen
• Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
• Laat de afstandsbediening niet vallen.
• Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de
volgende plekken:
– zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
– plekken waar de temperatuur hoog kan oplopen, zoals naast
de verwarming of kachel
– plekken waar het heel koud wordt
– stoffige plekken
• Zorg ervoor dat de sensor voor de afstandsbediening op dit
toestel niet blootstaat aan direct zonlicht of andere sterke
verlichting, met name van TL lampen.
• Wanneer de batterijen leeg raken zult u merken dat de afstand
waarop de afstandsbediening nog kan worden gebruikt af zal
nemen. Vervang in een dergelijk geval de batterijen zo spoedig
mogelijk door twee nieuwe.
VAN START
Gebruiken van de
afstandsbediening
Inschakelen
Afhankelijk van de geselecteerde signaalbron zullen de
functies van bepaalde toetsen op de afstandsbediening ook
veranderen. Gebruik de ingangskeuzetoetsen (TV, STB,
VCR, DVD of AUX) om een signaalbron te selecteren en
over te schakelen naar de bedieningsfunctie voor de
signaalbron in kwestie. Druk op YSP om de
bedieningsfunctie van dit toestel om te schakelen. De van
3 t/m 9 genummerde toetsen van de afstandsbediening
werken alleen wanneer u op YSP drukt om naar de
bedieningsfunctie voor dit toestel over te schakelen.
VOLUME
+
STANDBY/ON
y
DVD
1
STB
TV
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
VCR
TV
INPUT1
STANDBY/ON
DVD
1
YSP
3
4
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
OFF
SURROUND
0
+10
VT
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel aan
te zetten.
of
STANDBY/ON
6
Voorpaneel
Afstandsbediening
7
CINEMA DSP
5
TV
TV
SPORTS
CH LEVEL
POWER
AV
AUX
AUX
2
POWER
SETUP
U kunt andere componenten bedienen als u de bijbehorende
afstandsbedieningscodes heeft ingesteld (zie bladzijde 82).
Wanneer de juiste afstandsbedieningscodes voor de
signaalbronnen (TV, STB, VCR, DVD en AUX) zijn ingesteld,
kunt u bij “Bedienen van andere componenten” op bladzijde 83
verder lezen wat de functies van de voor een bepaalde signaalbron
beschikbare toetsen precies zijn. Vergeet niet dat de functies van
de van 3 t/m 9 genummerde toetsen op de afstandsbediening
afhangen van de op dit moment geselecteerde signaalbron.
MENU
8
2
9
Opmerking
ENTER
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
RETURN
TEST
1 Ingangskeuzetoetsen
2 YSP
3 Geluidsbundel functietoetsen
Wanneer dit toestel uit (standby) staat, zal alleen STANDBY/ON
op het voorpaneel of op de afstandsbediening werken; alle andere
toetsen op het voorpaneel en de afstandsbediening werken pas
wanneer het toestel aan staat.
4 Geluidsveldprogramma-toetsen
5 Cursortoetsen
/
/
/
, ENTER
6 VOL MODE
Nederlands
7 SURROUND
8 MENU
9 RETURN
23
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU
Weergeven van het in-beeld
display (OSD)
In dit hoofdstuk wordt heel eenvoudig uit de doeken
gedaan hoe u het in-beeld display (OSD) van dit toestel
kunt bekijken op uw tv en hoe u de nodige instellingen
voor uw kamer kunt maken. Wanneer u hiermee klaar bent
kunt u vanuit uw eigen luie stoel naar de tv kijken terwijl u
geniet van echte surroundweergave.
1
2
Controleer of video ingangsaansluiting van
uw tv is verbonden met de VIDEO OUT
aansluiting van dit toestel om het in-beeld
display (OSD) op het tv-scherm weer te
kunnen geven.
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel aan
te zetten.
■ Andere toetsen die het in-beeld display
doen verschijnen
Toetsen op de afstandsbediening die het
in-beeld display doen verschijnen
1 Ingangskeuzetoetsen
37
2
54
TruBass
3 Geluidsbundel functietoetsen
40
4 Geluidsveldprogramma-toetsen
49
5 CH LEVEL
79
6 VOLUME +/–
38
7 MUTE
39
8 INPUTMODE
81
9 SLEEP
55
0 VOL MODE
52
A SURROUND
44
B MENU
28, 57, 64
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
DVD
1
2
of
STANDBY/ON
Voorpaneel
Afstandsbediening
3
3
4
Zet nu uw tv aan.
4
Druk op TV op de afstandsbediening om het
in-beeld display (OSD) van dit toestel op uw
tv-scherm te laten verschijnen.
Het kan een paar tellen duren voor het in-beeld
display (OSD) van dit toestel op het tv-scherm
verschijnt.
Als het in-beeld display niet verschijnt, dient u met de
afstandsbediening van uw tv over te schakelen naar
het juiste kanaal.
TV
TV
AUTO:ANALOG
Schermvoorbeeld in-beeld
display
24
Bladzijde
5
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
+10
VT
CH LEVEL
CINEMA DSP
MENU
ENTER
RETURN
TEST
VOLUME
CH
MUTE
TV INPUT
TV VOL
6
7
8
AUX
TV MUTE
CODE SET
9
0
A
B
GEBRUIKEN VAN HET SET MENU
Schema van het SET MENU
Het volgende diagram geeft een overzicht van de instelprocedure.
Schakel de AUTO SETUP in.
Zie “AUTO SETUP” op bladzijde 26.
Als er iets fout gaat
Zoek een oplossing.
Zie “Foutmeldingen voor de AUTO SETUP” op bladzijde 33 voor een complete
lijst met foutmeldingen en mogelijke oplossingen.
Als het probleem zich blijft
voordoen
SETUP
Schakel de BASIC SETUP in.
Zie “BASIC SETUP” op bladzijde 57.
Laat audiosignalen weergeven of wijzig de instellingen voor de geluidsbundels en Cinema DSP.
Zie “WEERGAVE” op bladzijde 37.
Als u aanvullende instellingen en
aanpassingen nodig vindt
Schakel de MANUAL SETUP in.
Zie “MANUAL SETUP” op bladzijde 63.
y
• Als u een bepaalde geluidsbundel voor een bepaald luidsprekerkanaal niet duidelijk kunt
horen, wijzig dan de instellingen voor SETTING PARAMETERS (zie bladzijde 65) of
voor BEAM ADJUSTMENT (zie bladzijde 66) onder BEAM MENU.
• Als er zich akoestisch absorberende voorwerpen, zoals gordijnen, bevinden in het pad van
de geluidsbundels, wijzig dan de instellingen voor TREBLE GAIN in het BEAM MENU
(zie bladzijde 68).
Nederlands
25
AUTO SETUP
AUTO SETUP
Dit toestel produceert geluidsvelden door de geluidsbundels te weerkaatsen via de wanden van uw kamer en de
samenhang tussen de luidsprekerkanalen te vergroten. Op dezelfde manier als u bij andere audiosystemen de opstelling
van de luidsprekers zou veranderen, zo moet u bij dit systeem de hoek van een bepaalde geluidsbundel veranderen om
een betere weergave te verkrijgen.
Dit toestel stelt de geluidsbundels automatisch optimaal in met behulp van YAMAHA Parametric Room Acoustic
Optimizer (YPAO) technologie en de meegeleverde optimalisatiemicrofoon, zodat u niet een moeizame setup hoeft te
doorlopen waarbij u naar alle luidsprekers moet luisteren, maar gemakkelijk de optimaal aan uw luisteromgeving
aangepaste instellingen voor de geluidsbundels kunt laten maken.
Het optimaliseren van de geluidsbundels is geautomatiseerd via de BASIC SETUP, waarmee u het best mogelijke
surround-geluidsveld kunt verkrijgen zonder met de hand de parameters voor uw kamer in te hoeven stellen.
De YAMAHA Parametric Room Acoustic Optimizer (YPAO) technologie voert de volgende controles uit en maakt aan
de hand daarvan de juiste instellingen.
DISTANCE:
Controleren van de fase en de afstand voor elk van de geluidsbundels van dit toestel tot de luisterplek en instellen van de
bijbehorende vertraging voor elk van de kanalen, zodat het geluid van alle bundels tegelijkertijd aankomt op de
luisterplek.
EQUALIZING:
Regelen van de frequenties en niveaus voor de parametrische equalizer van elk van de kanalen om beïnvloeding over en
weer van de kanalen te voorkomen en een samenhangend geluidsveld te verkrijgen. De YPAO instellingen maken
gebruik van drie parameters (frequentie, niveau en Q factor) voor elk van de zeven banden van de parametrische
equalizer voor een zeer precieze automatische regeling van de frequentiekarakteristieken.
LEVEL:
Controleren en instellen van het uitgangsniveau van elk kanaal.
Schema van het AUTO SETUP
Dit toestel voert een aantal controles uit om de hoeken van de geluidsbundels, de vertraging, het volume en de
toonkwaliteit in te stellen. U kunt naar keuze alle of alleen bepaalde parameters in laten stellen.
Opmerkingen
Controleren van de
akoestische eigenschappen
van uw kamer
*1 De controle van de subwoofer wordt overgeslagen als u
BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd.
*2 De controle van de hoeken van de geluidsbundels wordt
overgeslagen als u SOUND OPTIMZ only heeft geselecteerd.
*3 De YPAO geluidsoptimalisering wordt overgeslagen als u
BEAM OPTIMZ only heeft geselecteerd.
*1
Controleren van de
subwoofer
*2
Optimaliseren van de hoeken
van de geluidsbundels
Optimaliseren
geluidsbundels
*3
Optimaliseren van de vertraging,
frequentiekarakteristieken en
het volume van de
geluidsbundels
26
YPAO
geluidsoptimalisering
AUTO SETUP
Installeren van de optimalisatiemicrofoon
De meegeleverde optimalisatiemicrofoon beluistert en analyseert het geluid zoals dat door dit toestel in uw eigen kamer
wordt weergegeven. Volg de onderstaande procedure om de optimalisatiemicrofoon aan te sluiten op dit toestel en zorg
ervoor dat de optimalisatiemicrofoon op de juiste plek wordt opgesteld en dat er zich geen grote obstakels bevinden
tussen de microfoon en de wanden van uw kamer.
Opmerkingen
CROSSOVER
HIGH CUT
VOLUME
MIN
SETUP
• Nadat u de AUTO SETUP procedure heeft afgerond, moet u niet vergeten de optimalisatiemicrofoon los te koppelen.
• De optimalisatie-microfoon is gevoelig voor warmte.
– Houd deze uit direct zonlicht.
– Plaats de microfoon niet bovenop het toestel.
• Sluit de optimalisatiemicrofoon niet aan via een verlengsnoer, want dit kan leiden tot onjuiste instellingen.
• Er kan zich een fout voordoen tijdens de AUTO SETUP procedure als de optimalisatiemicrofoon niet correct opgesteld is in uw
kamer. Om eventuele fouten te voorkomen:
– Zet de optimalisatiemicrofoon niet helemaal links of rechts van dit toestel, maar midden ervoor.
– Zet de optimalisatiemicrofoon niet binnen 2 m vanaf de voorkant van dit toestel.
– Zet de optimalisatiemicrofoon niet meer dan 1 m hoger dan het midden van dit toestel.
• Zorg ervoor dat er zich geen obstakels bevinden tussen de optimalisatiemicrofoon en de wanden van uw kamer, want dergelijke
obstakels zullen de geluidsbundels hinderen. Voorwerpen die tegen de wand aan staan worden echter beschouwd als uitstekende
onderdelen van de wand.
• De beste resultaten bereikt u wanneer de optimalisatiemicrofoon op dezelfde hoogte en op dezelfde plek wordt geplaatst als waar uw
oren zich zouden bevinden wanneer u gewoon aan het luisteren zou zijn. Als dit niet mogelijk is, kunt u met de hand de hoeken van de
geluidsbundels en de uitgangsniveaus daarvan bijstellen met de MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) wanneer u de AUTO SETUP
procedure heeft afgerond.
• Als er een subwoofer met eigen volumeregeling en instelbare crossover-/hoge afsnij-frequentie is aangesloten op dit toestel, zet dan
het volume tussen 9 en 12 uur als u de draaiknop als een wijzerplaat beschouwt en zet de crossover-/hoge afsnij-frequentie op de
maximale waarde.
MAX
MIN
MAX
Subwoofer
1
Sluit de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon aan op de OPTIMIZER
MIC aansluiting op het voorpaneel.
Opmerkingen
U moet de optimalisatiemicrofoon op een denkbeeldige lijn door
het midden van dit toestel plaatsen.
y
U kunt gebruik maken van de meegeleverde kartonnen
microfoonstandaard of een statief om de
optimalisatiemicrofoon zo op te stellen dat deze zich op
dezelfde hoogte en dezelfde plek bevindt als uw oren
wanneer u op uw luisterplek zit.
OPTIMIZER MIC
Voorbeeld met gebruik van een statief
2
Positie optimalisatiemicrofoon
Binnen 1 m
Meer dan
2m
Nederlands
Plaats de optimalisatiemicrofoon op uw
normale luisterplek, op een vlakke,
horizontale ondergrond, meer dan 2 m bij de
voorkant van het toestel vandaan en met
minder dan 1 m hoogteverschil ten opzichte
van het midden van het toestel gemeten, met
de kop van de optimalisatiemicrofoon naar
boven gericht.
Binnen 1 m
Statief
27
AUTO SETUP
Voorbeeld met de meegeleverde kartonnen
microfoonstandaard
Positie optimalisatiemicrofoon
Gebruiken van het AUTO SETUP
Wanneer de optimalisatiemicrofoon correct is aangesloten
op het toestel en correct geplaatst is in uw kamer, kunt u
via onderstaande aanwijzingen de AUTO SETUP
procedure laten beginnen.
Binnen 1 m
Meer dan
2m
Binnen 1 m
Kartonnen
microfoonstandaard
■ In elkaar zetten van de meegeleverde
kartonnen microfoonstandaard
De kartonnen microfoonstandaard bestaat uit drie
verschillende onderdelen (één rond en twee langwerpig)
die samen de standaard vormen.
1
2
VOLUME
+
STANDBY/ON
STANDBY/ON
DVD
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
AUX
(
)
YSP
3
4
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
UNIVERSAL
4
5
6
MUSIC
MOVIE
NIGHT
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
+10
CINEMA DSP
MENU
ENTER
TEST
1
Haal de drie onderdelen voor de kartonnen
microfoonstandaard los uit het karton.
2
Steek het ene langwerpige onderdeel met de
sleuf in de sleuf van het andere langwerpige
onderdeel.
3
Pas het ronde stuk bovenop de twee in elkaar
gestoken langwerpige onderdelen.
4
Plaats de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon bovenop het ronde
stuk.
28
RETURN
AUTO SETUP
3
Opmerkingen
• Als uw kamer gordijnen heeft, open deze dan voor u begint met
de BEAM OPT+SOUND OPTIMZ of BEAM OPTIMZ only
procedure.
• Zorg ervoor dat het zo stil mogelijk is in uw kamer wanneer u
de AUTO SETUP procedure uitvoert.
• Zorg ervoor dat u zich zelf naast of achter dit toestel bevindt
wanneer de AUTO SETUP procedure is begonnen, zodat u de
geluidsbundels niet hindert. Voor de beste resultaten kunt u
echter het beste de kamer verlaten totdat de AUTO SETUP
procedure is afgerond.
• Wij wijzen u erop dat het normaal is dat er tijdens de AUTO
SETUP procedure luide testtonen worden geproduceerd.
• De AUTO SETUP procedure verloopt mogelijk niet naar
behoren als dit toestel is geïnstalleerd in een kamer zoals
beschreven onder “Voor u dit toestel gaat installeren” op
bladzijde 11. In een dergelijk geval dient u de BASIC SETUP
(zie bladzijde 57) of MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) te
gebruiken om de diverse parameters met de hand in te stellen.
• Als de AUTO SETUP procedure stopt en er een foutmelding op
het scherm verschijnt, raadpleeg dan “Foutmeldingen voor de
AUTO SETUP” op bladzijde 33 voor de te nemen maatregelen.
SET MENU
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
p
y
4
SETUP
• De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
• Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
• Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
• Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
• U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
• Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde
instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een
bepaalde set instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde
omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie
bladzijde 35).
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel aan
te zetten.
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
y
1
Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
Druk op
/
op de afstandsbediening,
selecteer AUTO SETUP en druk vervolgens
op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
of
STANDBY/ON
Voorpaneel
2
Afstandsbediening
ENTER
ENTER
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
YSP
;AUTO SETUP
.BEAM+SOUND OPTIMZ
BEAM OPTIMZ only
SOUND OPTIMZ only
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
Nederlands
29
AUTO SETUP
5
Druk op
/
, selecteer BEAM OPT+SOUND
OPTIMZ, BEAM OPTIMZ only of SOUND
OPTIMZ only en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
6
Druk op
/
/ / om de diverse
parameters te selecteren en in te stellen en
druk vervolgens op ENTER.
ENTER
ENTER
ENTER
PREPARATION
.INSTALLING;;Parallel to Wall
MOUNTING;;;;SHELF
REFLECTING;;NORMAL
Set MIC in front of YSP
MIN 2m/6.5ft
BEAM OPT+SOUND OPTIMZ
(Optimaliseren geluidsbundels en YPAO
geluidsoptimalisering)
Hiermee kunt u de hoeken van de geluidsbundels, de
vertraging, het volume en de toonkwaliteit optimaliseren
om de weergave aan te passen aan uw luisteromgeving.
In de volgende gevallen kunt u het beste deze
optimalisatiemethode kiezen:
• Als u de instellingen voor het eerst maakt.
• Als het toestel verplaatst is.
• Als uw kamer verbouwd is.
• Als er voorwerpen (meubilair e.d.) in uw kamer
verplaatst zijn.
BEAM OPTIMZ only
(Alleen optimaliseren geluidsbundels)
Hiermee kunt u de hoeken van de geluidsbundels
optimaliseren om de weergave aan te passen aan uw
luisteromgeving.
SOUND OPTIMZ only
(Alleen YPAO geluidsoptimalisering)
Hiermee kunt u de vertraging, het volume en de
toonkwaliteit optimaliseren om de weergave aan te passen
aan uw luisteromgeving.
In de volgende gevallen kunt u het beste deze
optimalisatiemethode kiezen:
• Als u de gordijnen in uw kamer heeft geopens of juist
gesloten voor u het toestel gaat gebruiken.
• Als u de hoeken van de geluidsbundels met de hand
heeft ingesteld.
Opmerking
U moet de hoeken van de geluidsbundels optimaliseren met de
BEAM OPTIMZ only procedure voor u begint met de SOUND
OPTIMZ only procedure.
30
Angle to Wall or corner
Parallel to Wall
p
p
[]/[]:Up/Down/[p]/[p]:Sel
[ENTER]:Start
INSTALLING (Installeren)
Hiermee kunt u de positie waarin het toestel in uw kamer
geïnstalleerd is selecteren.
Keuzes: Parallel to Wall (Installatie parallel aan een
wand),
Angle to Wall or corner (Hoekinstallatie)
• Selecteer Angle to Wall or corner als het toestel in een
hoek is geïnstalleerd. De geluidsbundels worden
ingesteld op ST+3BEAM (zie bladzijde 41).
• Selecteer Parallel to Wall als het toestel in parallel aan
een wand is geïnstalleerd. De geluidsbundels worden
ingesteld op 5BEAM (zie bladzijde 41).
AUTO SETUP
MOUNTING (Montage)
Hiermee kunt u de manier waarop het toestel in uw kamer
bevestigd is selecteren.
Keuzes: SHELF (Op een plank), WALL (Aan de wand)
SHELF
8
Druk op ENTER om de AUTO SETUP
procedure te laten beginnen.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
ENVIRONMENT CHECK (Omgevingsruis
controle), SUB WOOFER CHECK (Subwoofer
controle) en WILL START in 10 SEC (Zal beginnen
over 10 seconden) worden achtereenvolgens
weergegeven terwijl de PREPARATION procedure
bezig is.
ENTER
WALL
REFLECTING (Weerkaatsing)
Hiermee kunt u instellen hoeveel geluid er wordt
weerkaatst in uw kamer.
Keuzes: NORMAL (Normaal), HI ECHO (Veel echo)
• Kies NORMAL wanneer uw luisterruimte geluiden
normaal weerkaatst.
• Kies HI ECHO wanneer uw luisterruimte geluiden
goed weerkaatst, bijvoorbeeld met betonnen wanden.
PREPARATION
.ENVIRONMENT CHECK
;;;[OK]
SUB WOOFER CHECK
;;;[NOT IN USE]
WILL START in 10 SEC
Move aside or behind YSP
*****-----
Als u BEAM
OPT+SOUND OPTIMZ
of SOUND OPTIMZ only
heeft geselecteerd bij
stap 5.
PREPARATION
.ENVIRONMENT CHECK
;;;[OK]
SETUP
• Selecteer WALL als het toestel aan een wand is
bevestigd.
• Selecteer SHELF als het toestel op een plank of zo is
bevestigd.
WILL START in 10 SEC
Move aside or behind YSP
*****-----
Als u BEAM OPTIMZ only
heeft geselecteerd bij
stap 5.
AUTO BEAM OPTIMIZATION
AUTO BEAM MEASUREMENT/SET
7
Controleer de volgende punten nogmaals
voor u met de AUTO SETUP procedure
begint.
• Is de optimalisatiemicrofoon correct aangesloten
op het toestel?
• Is de optimalisatiemicrofoon op de juiste plek
opgesteld?
• Zijn er grote obstakels tussen de
optimalisatiemicrofoon en de wanden van uw
luisterruimte?
Als u SOUND OPTIMZ
only heeft geselecteerd
bij stap 5.
ACOUSTIC OPTIMIZATION
.SETTING
MEASURE
MEASURE
MEASURE
VOLUME
DISTANCE
FREO CHAR
VOLUME
Overgeslagen als u BEAM
OPTIMZ only heeft
geselecteerd bij stap 5.
31
Nederlands
Als er iets mis gaat, zal er een foutmelding
verschijnen. Zie “Foutmeldingen voor de AUTO
SETUP” op bladzijde 33 voor een complete lijst met
foutmeldingen en mogelijke oplossingen. Volg de
gegeven instructies en voer de AUTO SETUP
procedure opnieuw uit.
AUTO SETUP
9
Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
De resultaten van de AUTO SETUP procedure
worden weergegeven op uw tv.
Voorbeeld SHOW RESULT
scherm
SHOW RESULT
BEAM MODE: 5BEAM
SUBWOOFER: NOT APPLICABLE
[ENTER]:Enter
[RETURN]:Cancel
10
Druk op ENTER om de resultaten te
bevestigen of op RETURN om ze te
annuleren.
Het volgende scherm wordt een paar seconden lang
op uw tv getoond en zal vervolgens verdwijnen.
AUTO SETTING COMPLETED
ENTER
32
AUTO SETUP
■ Foutmeldingen voor de AUTO SETUP
Voor de AUTO SETUP procedure begint
Foutmelding
ERROR E-2
No MIC Detected. Please check
MIC connection and re-try.
Oorzaak
De optimalisatiemicrofoon is niet
aangesloten op het toestel.
Oplossing
Sluit de optimalisatiemicrofoon correct
aan op het toestel.
Zie
bladzijde
27
Terwijl de AUTO SETUP procedure bezig isFoutmelding
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
Er is te veel ongewenste ruis of ander
storend geluid in uw luisterruimte.
Zorg ervoor dat uw luisterruimte zo stil
mogelijk is. Misschien moet u een
bepaalde tijd tijdens de dag kiezen
wanneer er zo min mogelijk storend
geluid van buiten komt.
—
ERROR E-2
No MIC detected. Please check
MIC connection and re-try.
De optimalisatiemicrofoon is losgeraakt
terwijl de AUTO SETUP procedure
bezig was.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon correct is
aangesloten op het toestel.
27
ERROR E-3
Unexpected control is detected.
Please re-try.
Er werden andere handelingen
uitgevoerd met het toestel terwijl de
AUTO SETUP procedure bezig was.
Voer geen andere handelingen uit terwijl
de AUTO SETUP procedure bezig is.
—
ERROR E-4
Please check MIC position. MIC
should be set in front of YSP.
De optimalisatiemicrofoon bevindt zich
niet recht voor het toestel.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon zich recht voor
het toestel bevindt.
27
ERROR E-5
Please check MIC position. MIC
should be set above 2m/6.5ft.
De optimalisatiemicrofoon bevindt zich
niet op de juiste afstand van het toestel.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon zich minimaal
dan 2 m bij de voorkant van het toestel
vandaan bevindt en met minder dan 1 m
hoogteverschil ten opzichte van het
midden van het toestel.
27
ERROR E-6
Volume level is smaller than
expected. Please check MIC
position/connection and re-try.
De optimalisatiemicrofoon kan het door
dit toestel geproduceerde geluid niet
correct waarnemen omdat het volume te
laag is.
Zorg ervoor dat de
optimalisatiemicrofoon correct is
aangesloten op het toestel en correct is
opgesteld. Als het probleem zich blijft
voordoen, dient u contact op te nemen
met uw dichtstbijzijnde YAMAHA
service-centrum.
27
ERROR E-7
Unexpected Error Happened.
Please re-try.
Er heeft zich een interne fout
voorgedaan.
Herhaal de AUTO SETUP procedure.
—
SETUP
ERROR E-1
Please test in more quiet
environment.
Nederlands
33
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
Instellingen opslaan
3
U kunt de instellingen zoals op dit moment aangepast via
het SET MENU opslaan in het systeemgeheugen van dit
toestel. Het kan heel handig zijn om verschillende
instellingen op te slaan voor verschillende
omstandigheden in uw luisterruimte. Als er bijvoorbeeld
gordijnen hangen in het pad van een geluidsbundel, hangt
de geluidsweergave mede af van het feit of de gordijnen
open of dicht zijn.
Met de gordijnen open
Druk op
/
, selecteer MEMORY en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
ENTER
ENTER
Met de gordijnen dicht
;MEMORY
1)LOAD
2)SAVE
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
4
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
Druk op
/
, selecteer SAVE en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
YSP
ENTER
2
ENTER
Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
SET MENU
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
2)MEMORY SAVE
p USER1
USER2
[]/[]:Select
p p
y
• De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
• Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
• Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
• Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
• U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
• Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
34
USER3
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
5
Druk op / , selecteer USER1, USER2 of
USER3 en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
Instellingen laden
U kunt de via “Instellingen opslaan” op bladzijde 34
opgeslagen instellingen voor bepaalde omstandigheden in
uw luisterruimte ook weer oproepen wanneer dat nodig is.
1
ENTER
ENTER
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
YSP
2)MEMORY SAVE
USER1 Save Now?
2
Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
[ENTER]:Enter
SET MENU
MENU
USER1 Saving !
ENTER
[<]/[>]:Select
SET MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
SETUP
2)MEMORY SAVE
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
p
Druk nog eens op ENTER.
De nieuwe instellingen worden opgeslagen als
USER1, USER2 of USER3. Wanneer de instellingen
voor de parameters opgeslagen zijn, zal het SET
MENU scherm weer verschijnen.
p
6
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
y
• De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
• Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
• Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
• Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
• U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
• Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
p
7
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
Druk op MENU om af te sluiten.
Het SET MENU scherm zal nu van uw tv verdwijnen.
MENU
Nederlands
35
GEBRUIKEN VAN HET SYSTEEMGEHEUGEN
3
Druk op
/
, selecteer MEMORY en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
ENTER
5
Druk op / , selecteer USER1, USER2 of
USER3 en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
ENTER
ENTER
ENTER
;MEMORY
1)MEMORY LOAD
1)LOAD
2)SAVE
USER1 Load Now?
4
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
[ENTER]:Enter
Druk op
/
, selecteer LOAD en druk
vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
ENTER
6
Druk nog eens op ENTER.
De nieuwe instellingen worden opgeslagen als
USER1, USER2 of USER3. Wanneer de instellingen
voor de parameters opgeslagen zijn, zal het SET
MENU scherm weer verschijnen.
ENTER
1)MEMORY LOAD
USER1 Loading !
ENTER
[<]/[>]:Select
1)MEMORY LOAD
p USER1
USER2
USER3
[]/[]:Select
p p
SET MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
p
7
Druk op MENU om af te sluiten.
Het SET MENU scherm zal nu van uw tv verdwijnen.
MENU
36
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
WEERGAVE
WEERGAVE
Selecteren van een signaalbron
U kunt het geluid van de diverse op dit toestel aangesloten
componenten laten weergeven door herhaaldelijk op
INPUT op het voorpaneel van het toestel of op één van de
ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening te drukken
(TV, STB, VCR, DVD of AUX). De naam van de
geselecteerde signaalbron en de daarmee
corresponderende ingangsfunctie worden aangegeven op
het display op het voorpaneel.
Druk op STB op de afstandsbediening om een
satelliet-uitzending weer te laten geven.
STB
VOL
Druk op DVD op de afstandsbediening om een
DVD weer te laten geven.
DVD
INPUT
+
VOLUME
STANDBY/ON
DVD
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
Druk op VCR op de afstandsbediening om een
videoband weer te laten geven.
VCR
AUX
BASISBEDIENING
STANDBY/ON
VOL
■ Bediening via het voorpaneel
Druk op INPUT op het voorpaneel om te
schakelen tussen TV, STB, DVD, VCR en AUX.
De naam van de geselecteerde signaalbron en de huidige
ingangsfunctie worden aangegeven op het display op het
voorpaneel.
■ Afstandsbediening
Druk op TV op de afstandsbediening om een tvprogramma weer te laten geven.
VOL
Druk op AUX op de afstandsbediening om de
apparatuur die is verbonden met de AUX
aansluiting op het achterpaneel van dit toestel
weer te laten geven.
AUX
TV
VOL
Nederlands
VOL
Naam van de
geselecteerde
signaalbron
Soort
ingangsfunctie
37
WEERGAVE
Weergeven van signaalbronnen
Instellen van het volume
Wan de signaalbron eenmaal is geselecteerd (zie
bladzijde 37), kunt u deze laten weergeven via dit toestel.
Opmerking
In dit hoofdstuk wordt een DVD-speler gebruikt als weer te geven
component (signaalbron).
y
Voor details omtrent de tv en DVD-speler die u gebruikt
verwijzen we u naar de bij de tv en DVD-speler behorende
handleidingen.
INPUT
1
2
3
4
VOLUME
+
STANDBY/ON
Zet uw DVD-speler aan met de daarbij
behorende afstandsbediening.
Gebruik de afstandsbediening van uw tv om
het videokanaal te kiezen waarop het beeld
van uw DVD-speler wordt weergegeven.
Zet indien nodig het volume van uw tv laag
zodat u geen geluid meer via de tv zelf kunt
horen.
Druk op DVD op de afstandsbediening en
selecteer DVD als signaalbron.
VOLUME
CH
TV VOL
MUTE
TV INPUT
TV MUTE
Druk op VOLUME +/– op het voorpaneel of op de
afstandsbediening om het volume hoger of lager
te zetten.
De numerieke waarde voor het ingestelde volumeniveau
wordt aangegeven op het display.
Instelbereik: 0,0 dB t/m –99,5 dB, MIN (minimum)
VOLUME
DVD
of
5
Begin de weergave op uw DVD-speler met de
daarbij behorende afstandsbediening.
De audiosignalen van uw DVD-speler worden
weergegeven via de luidsprekers van dit toestel.
VOLUME
+
Voorpaneel
Afstandsbediening
y
• Als het volume van dit toestel te laag is, verhoog het dan tot
ongeveer –25 dB.
• Als u de juiste afstandsbedieningscodes heeft ingesteld voor uw
tv en DVD-speler, kunt u deze apparatuur ook bedienen met de
afstandsbediening van dit toestel. Zie zie bladzijde 82 voor
details omtrent het instellen van afstandsbedieningscodes.
VOL
VOLUME MUTE verschijnt bij het minimum
volumeniveau.
VOL
Opmerkingen
• Het volumeniveau van alle signaalbronnen (multikanaals zowel
als stereo) wordt tegelijk veranderd.
• Met elke druk op VOLUME +/– wordt het volume met 0,5 dB
verhoogd of verlaagd.
• Als u VOLUME +/– ingedrukt houdt, kunt u het volume
continu laten verhogen of verlagen.
38
WEERGAVE
y
Tijdelijk uitschakelen van de
geluidsweergave
1
VOLUME
CH
TV VOL
MUTE
TV INPUT
TV MUTE
U kunt instellen of het volume helemaal zal worden
uitgeschakeld, of alleen met 20 dB zal worden verlaagd wanneer
u op MUTE drukt (zie bladzijde 70).
Druk op MUTE op de afstandsbediening om
de geluidsweergave tijdelijk uit te schakelen.
AUDIO MUTE ON zal verschijnen op het display op
het voorpaneel en de volume-indicator zal gaan
knipperen.
MUTE
Knippert
VOL
BASISBEDIENING
2
Druk op MUTE op de afstandsbediening (of
op VOLUME +/–) om de geluidsweergave
weer te hervatten.
AUDIO MUTE OFF zal eventjes op het display
getoond worden (of de waarde van het huidige
volumeniveau, als u op VOLUME +/– drukt), en de
volume-indicator zal oplichten.
VOLUME
MUTE
of
Licht op
VOL
Opmerking
Nederlands
De geluidsweergave van alle signaalbronnen (multikanaals zowel
als stereo) wordt tegelijk uitgeschakeld.
39
GELUIDSBUNDELS
GELUIDSBUNDELS
Met de toetsen voor de geluidsbundels op de afstandsbediening (STEREO, 3BEAM, 5BEAM, ST+3BEAM of TARGET)
kunt u gemakkelijk de geprojecteerde geluidsbundels aanpassen aan de gebruikte signaalbron. U heeft de keuze uit
stereoweergave voor 2-kanaals bronnen, 3 geluidsbundels, 5 geluidsbundels en stereo plus 3 geluidsbundels voor
5.1-kanaals weergave.
Alle standen voor de geluidsbundels zijn beschikbaar in de volgende gevallen:
• Als u Parallel to Wall heeft geselecteerd bij INSTALLING in de AUTO SETUP (zie bladzijde 30)
• Als u andere instellingen heeft geselecteerd dan CORNER RIGHT of CORNER LEFT bij INSTALLED POSITION
in de BASIC SETUP (zie bladzijde 59)
• Als u FLAT TO WALL heeft geselecteerd bij INSTALLED POSITION in de MANUAL SETUP (zie bladzijde 65)
In de volgende gevallen zijn alleen stereo, stereo plus 3 geluidsbundels en de doelgerichte stand beschikbaar:
• Als u Angle to Wall or corner heeft geselecteerd bij INSTALLING in de AUTO SETUP (zie bladzijde 30)
• Als u CORNER RIGHT of CORNER LEFT heeft geselecteerd voor INSTALLED POSITION bij de BASIC SETUP
(zie bladzijde 59)
• Als u ANGLE TO WALL OR CORNER heeft geselecteerd bij INSTALLED POSITION in de MANUAL SETUP (zie
bladzijde 65)
AUTO SETUP
BASIC SETUP
MANUAL SETUP
INSTALLING
(zie bladzijde 30)
INSTALLED POSITION
(zie bladzijde 59)
INSTALLED POSITION
(zie bladzijde 65)
Overige
instellingen
FLAT TO
WALL
ANGLE TO
WALL OR
CORNER
Geluidsbundels
Parallel to
Wall
Angle to Wall
or corner
CORNER
RIGHT
of
CORNER
LEFT
STEREO
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
3BEAM
Ja
Nee
Nee
Ja
Ja
Nee
5BEAM
Ja
Nee
Nee
Ja
Ja
Nee
ST+3BEAM
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
TARGET
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Opmerking
Ja: de corresponderende geluidsbundels zijn beschikbaar.
Nee: de corresponderende geluidsbundels zijn niet beschikbaar.
40
GELUIDSBUNDELS
INPUTMODE
SLEEP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
+10
CINEMA DSP
MENU
5 geluidsbundels
Produceert geluidsbundels voor de linker, rechter en
midden voor-luidsprekers en de linker en rechter
surround-luidsprekers. Deze stand is ideaal wanneer u ten
volle wilt kunnen genieten van surroundweergave bij het
bekijken van bijvoorbeeld films op DVD met multikanaals
geluid, of wanneer u 2-kanaals materiaal via meerdere
kanalen wilt weergeven.
Druk op 5BEAM op de afstandsbediening om de
stand voor 5 geluidsbundels te selecteren.
ENTER
RETURN
TEST
5BEAM
1
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
Opmerkingen
YSP
2
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
Stereo plus 3 geluidsbundels
Produceert geluidsbundels voor de linker, rechter en
midden voor-luidsprekers en de linker en rechter
surround-luidsprekers. Deze stand is ideaal wanneer u
live-opnamen op DVD bekijkt. Vocalen en instrumenten
kunnen in het midden voor de luisterplek gehoord worden,
terwijl het gereflecteerde geluid uit de zaal voor u als
luisteraar van links en rechts lijkt te komen, zodat u het
gevoel krijgt alsof op de eerste rang recht voor het podium
zit.
BASISBEDIENING
Druk op één van de toetsen voor de
geluidsbundels om de gewenste stand te
selecteren.
• Om de beste surroundeffecten te kunnen bereiken moet u ervoor
zorgen dat de geluidsbundels niet belemmerd worden door
obstakels die zouden kunnen verhinderen dat de bundels direct
door de wanden van uw luisterruimte weerkaatst worden.
• De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen
worden via de wanden geprojecteerd.
Druk op ST+3BEAM op de afstandsbediening om
Stereo plus 3 geluidsbundels te selecteren.
ST+3BEAM
2
De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen worden
direct op de luisterplek gericht.
41
Nederlands
Opmerking
GELUIDSBUNDELS
3 geluidsbundels
Er wordt alleen geluid geproduceerd door de linker,
rechter en midden voor-luidsprekers. Deze stand is ideaal
wanneer u bijvoorbeeld met het hele gezin naar een film
wilt kijken. Omdat de luisterplek verbreed wordt, kunt u
met meer mensen genieten van een uitstekende
surroundweergave.
Druk op 3BEAM op de afstandsbediening om de
stand voor 3 geluidsbundels te selecteren.
Stereoweergave
Bij 2-kanaals stereoweergave wordt er alleen geluid
geproduceerd door de linker en rechter voor-luidsprekers.
Deze stand is ideaal voor weergave van hi-fi materiaal,
zoals CD’s, en wordt aanbevolen als vervanging van de
luidsprekers van uw tv.
Druk op STEREO op de afstandsbediening om de
stereoweergave te selecteren.
STEREO
4
3BEAM
3
y
U kunt een realistischer surroundweergave verkrijgen als u de
instellingen bij IMAGE LOCATION in het BEAM MENU
aanpast (zie bladzijde 68).
Opmerkingen
• Bij weergave van multikanaals materiaal zullen de linker en
rechter surroundsignalen worden teruggemengd en worden
weergegeven via de linker en rechter voor-luidsprekers.
• De geluidsbundels voor de linker en rechter voorkanalen
worden via de wanden geprojecteerd.
42
Opmerkingen
• Bij weergave van multikanaals materiaal zullen alle kanalen,
behalve die voor de linker en rechter voor-luidsprekers, worden
teruggemengd en worden weergegeven via de linker en rechter
voor-luidsprekers. Er zal geen geluid worden weergegeven via
de midden- en achterkanalen.
• Surroundweergave is uitgeschakeld wanneer u stereoweergave
heeft geselecteerd.
• Bij weergave van Dolby Digital materiaal in stereo, zal het
dynamisch bereik worden gecomprimeerd. Als het volume
hierdoor te laag wordt, dient u over te schakelen naar een andere
stand, maar niet naar gerichte weergave (Target).
• Als u stereoweergave heeft geselecteerd, zullen de
surroundfuncties (zie bladzijde 44) en de CINEMA DSP
programma’s (zie bladzijde 49) buiten werking worden gesteld.
GELUIDSBUNDELS
Gerichte weergave
In deze stand worden geluidsbundels voor één enkel
kanaal geproduceerd. Deze stand is ideaal als u niet wilt
dat de geluidsbundels worden weerkaatst via de wanden
van uw kamer, of als u bijvoorbeeld anderen die al liggen
te slapen niet wilt storen terwijl u ’s nachts naar een film
gaat kijken.
Druk op TARGET op de afstandsbediening om de
gerichte weergave te selecteren gebruik
vervolgens / om de hoek aan te passen.
Instelbereik: L90° t/m R90°
• Druk herhaaldelijk op
links bij te stellen.
om de horizontale hoek naar
• Druk herhaaldelijk op
rechts bij te stellen.
om de horizontale hoek naar
TARGET
5
Daarnaast kunt u de horizontale hoek van de
geluidsbundels instellen, zodat u gesproken tekst duidelijk
kunt verstaan, ook al bent u ergens anders, bijvoorbeeld in
een andere hoek van uw luisterruimte.
ENTER
VOL
BASISBEDIENING
Opmerkingen
• De geluidsbundels worden nu niet weerkaatst via de wanden
van uw kamer.
• Als u gerichte weergave heeft geselecteerd, zullen de
surroundfuncties (zie bladzijde 44), de CINEMA DSP
programma’s (zie bladzijde 49) en TruBass (zie bladzijde 54)
buiten werking worden gesteld. Bovendien zal er geen geluid
worden weergegeven via een eventueel op dit toestel
aangesloten subwoofer.
Nederlands
43
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
■ Decoder indicators
Afhankelijk van de signaalbron en de geselecteerde
surroundfunctie zullen de indicators op het voorpaneel als
volgt oplichten.
■ Surroundfuncties en aanbevolen
signaalbronnen
Surroundfunctie
Dolby Pro Logic
Status
Wanneer er PCM signalen
binnenkomen
Wanneer er Dolby Digital
signalen binnenkomen
Wanneer u Dolby Pro Logic
heeft geselecteerd
Wanneer u Dolby Pro Logic II
heeft geselecteerd
Alle bronnen
Dolby Pro Logic II
Movie
Music
Game
Films
Muziek
Spelletjes
DTS Neo:6
Cinema
Music
Films
Muziek
PCM
Opmerkingen
DIGITAL
PL
PL
y
• U kunt een ingangsfunctie kiezen (AUTO, DTS of ANALOG)
door herhaaldelijk op INPUTMODE op de afstandsbediening te
drukken (zie bladzijde 81).
• Discs die gecodeerd zijn met DTS-ES of Dolby Digital 5.1 EX
zullen worden weergegeven in DTS of Dolby Digital.
44
–
Indicator
Wanneer er DTS digitale
signalen binnenkomen of
wanneer DTS Neo:6 is
geselecteerd
Aanbevolen bron
• De surroundfuncties kunnen worden gebruikt wanneer er een
andere stand is gekozen dan stereo- of gerichte weergave.
• Wanneer u een signaalbron selecteert (zie bladzijde 37), zal de
surroundfunctie die werd gebruikt met de daarvoor ingestelde
signaalbron geselecteerd staan.
• Als dit toestel uit en vervolgens weer aan wordt gezet, zal de
surroundfunctie die werd gebruikt met de signaalbron die was
geselecteerd voor de stroom werd uitgeschakeld geselecteerd
staan.
• De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer de
CINEMA DSP programma’s zijn uitgeschakeld (zie
bladzijde 51) of wanneer het film programma is geselecteerd als
CINEMA DSP programma (zie bladzijde 50).
• Alleen Dolby Pro Logic, Dolby Pro Logic II Movie en DTS
Neo:6 Cinema zijn beschikbaar wanneer het film programma is
geselecteerd als CINEMA DSP programma (zie bladzijde 50).
• Als de surroundfuncties niet beschikbaar zijn, zal de melding
“Prohibit” op het display verschijnen wanneer u op de
afstandsbediening op SURROUND drukt.
• De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer er 2kanaals signalen binnenkomen. Als u een surroundfunctie
probeert in te schakelen wanneer er 5.1-kanaals signalen
binnenkomen, zal de melding “Prohibit” (Verboden)
verschijnen op het display op het voorpaneel.
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
Profiteren van surroundweergave
van 2-kanaals bronnen
Dit toestel is in staat 2-kanaals materiaal op te waarderen
zodat het via 5.1 kanalen kan worden weergegeven en u
van het surroundeffect kunt profiteren.
2
Druk herhaaldelijk op SURROUND op de
afstandsbediening (of op SURROUND en
vervolgens op / ) om te schakelen tussen
de diverse surroundfuncties.
SURROUND
y
De surroundfuncties zijn alleen beschikbaar wanneer de
CINEMA DSP programma’s zijn uitgeschakeld (zie bladzijde 51)
of wanneer het film programma is geselecteerd als CINEMA DSP
programma (zie bladzijde 50). Daarnaast moet de stand voor 5
geluidsbundels, stereo plus 3 geluidsbundels of de stand voor 3
geluidsbundels zijn ingeschakeld (zie bladzijde 40).
of
SURROUND
ENTER
INPUTMODE
SLEEP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
+10
CH LEVEL
CINEMA DSP
MENU
PRO LOGIC
PLII Movie
PLII Music
ENTER
PLII Game
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
YSP
Neo:6 Cinema
Neo:6 Music
BASISBEDIENING
RETURN
TEST
Voorbeeld van de aanduiding van
de surroundfunctie op het display
op het voorpaneel wanneer het
CINEMA DSP programma is
uitgeschakeld
Nederlands
45
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
Profiteren van surroundweergave
bij tv programma’s
4
Druk op VOLUME +/– op de
afstandsbediening om het volume te regelen.
U kunt de analoge audiosignalen van uw tv ook als
surroundweergave laten reproduceren.
VOLUME
y
Voor u de stappen hieronder gaat uitvoeren, moet u het volume
van dit toestel op –40 dB zetten. Indien nodig kunt u het volume
bij stap 4 hieronder bijregelen.
DVD
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
AUX
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
5
Druk herhaaldelijk op SURROUND op de
afstandsbediening (of op SURROUND en
vervolgens op / ) om een surroundfunctie
te selecteren.
Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen
worden ook via meerdere kanalen weergegeven.
Voor meer informatie over de diverse
surroundfuncties, zie bladzijde 44.
+10
CINEMA DSP
SURROUND
MENU
ENTER
VOLUME
of
RETURN
TEST
CH
TV VOL
SURROUND
ENTER
1
Kies het tv-kanaal waar u naar wilt kijken.
Gebruik de afstandsbediening van uw tv om het
gewenste kanaal te kiezen.
2
Druk op TV op de afstandsbediening.
Dit toestel zal nu het geluid van uw tv weergeven.
TV
3
46
Als u toch nog geluid uit de luidsprekers van
uw tv hoort komen, zet het volume van uw tv
dan zo laag mogelijk, zodat u het niet meer
kunt horen.
Gebruik de afstandsbediening van uw tv om het
volume van de tv zelf lager te zetten.
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
Instellen van surroundfunctie
parameters
SURROUND
U kunt de parameters voor Dolby Pro Logic II Music en
DTS Neo:6 Music instellen om het surroundeffect bij te
regelen.
INPUTMODE
of
SURROUND
SLEEP
ENTER
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
+10
CINEMA DSP
PRO LOGIC
MENU
PLII Movie
ENTER
RETURN
TEST
1
PLII Music
PLII Game
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
Neo:6 Cinema
YSP
2
Druk herhaaldelijk op SURROUND op de
afstandsbediening (of op SURROUND en
vervolgens op / ) om te kiezen tussen
PL II Music of Neo:6 Music.
3
Druk op
/
parameter.
BASISBEDIENING
Neo:6 Music
Voorbeeld van de aanduiding
van de surroundfunctie op het
display op het voorpaneel
wanneer het CINEMA DSP
programma is uitgeschakeld
en selecteer de gewenste
ENTER
4
Druk op / om de geselecteerde
parameter in te stellen.
Nederlands
ENTER
47
GENIETEN VAN SURROUNDWEERGAVE
■ Wanneer u Dolby Pro Logic II Music
heeft geselecteerd
PANORAMA
Geeft de linker en rechter voorkanalen een omhullend
effect, hetgeen wordt doorgezet in het hele surround
geluidsveld voor een verhoogd gevoel van ruimte.
Keuzes: ON/OFF
Standaardinstelling: OFF
DIMENSION
Regelt het volumeverschil tussen de voor- en
surroundkanalen tot u een geschikte balans heeft
gevonden.
Instelbereik: –3 (meer naar de surroundkanalen) t/m
+3 (naar voren)
Standaardinstelling: STD
CT WIDTH
Verdeelt het signaal voor het middenkanaal over de
linker en rechter kanalen. Ingesteld op 0 worden de
signalen voor het middenkanaal uitsluitend via de
middenluidspreker weergegeven.
Instelbereik: 0 t/m 7
Standaardinstelling: 3
■ Wanneer u DTS Neo:6 Music heeft
geselecteerd
C. IMAGE
Regelt het geluidsbeeld in het midden via drie
luidsprekers (voor en midden).
Instelbereik: 0,0 (breder) t/m 1,0 (gecentreerd)
Standaardinstelling: 0,3
48
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Dit toestel is uitgerust met verschillende zeer precieze digitale decoders die multikanaals weergave van zowel stereo- als
origineel multikanaals materiaal mogelijk maken. Dit toestel is eveneens uitgerust met een YAMAHA CINEMA DSP
(Digitale geluidsvelden verwerking) chip en verschillende geluidsveldprogramma’s die de weergave een extra dimensie
geven. De meeste van deze geluidsveldprogramma’s zijn exacte digitale reproducties van de daadwerkelijke akoestiek in
beroemde concertzalen, muziekhallen en bioscopen.
y
De YAMAHA CINEMA DSP functies zijn geschikt voor alle Dolby Digital, DTS en Dolby Surround bronnen.
Opmerking
Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en uw voorkeuren, en niet alleen op basis van de naam van het
geluidsveldprogramma.
Wat is een geluidsveld?
Een belangrijke factor in het creëren van de rijke, volle geluidsweergave van een live uitvoering wordt gevormd door de
meervoudige reflecties van het geluid via de wanden van de ruimte. Deze reflecties maken het geluid niet alleen
levendiger, ze zorgen er ook voor dat de luisteraar kan waarnemen waar het geluid vandaan komt, hoe groot de ruimte is
en welke vorm de ruimte bij benadering heeft.
■ Elementen van een geluidsveld
In elke omgeving zijn er twee verschillende soorten geluidsweerkaatsingen die samen met het direct waargenomen
geluid, dat rechtstreeks onze oren bereikt vanaf de bron van het geluid, het geluidsveld samenstellen.
Natrillingen
Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen van meer dan één oppervlak (wanden, plafond, de achterwand van de
ruimte enz.) en worden zo talrijk dat ze samensmelten tot een soort akoestische achtergrond. Deze natrillingen zijn niet
richtingsgevoelig en maken het directe geluid minder helder.
BASISBEDIENING
Vroege weerkaatsingen
Weerkaatst geluid dat onze oren zeer snel bereikt (50 ms tot 100 ms na het directe geluid) na slechts door één oppervlak
(een wand of het plafond bijvoorbeeld) gereflecteerd te zijn. Deze vroege weerkaatsingen geven het directe geluid
helderheid.
Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de natrillingen samen stellen ons in staat een beeld te vormen van de
afmetingen en de vorm van de ruimte waarin we ons bevinden en het is deze informatie die door de digitale geluidsvelden
processor wordt gereproduceerd.
Als u de juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen kon reproduceren in uw eigen kamer, dan zou u uw eigen
luisteromgeving vorm kunnen geven. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen transformeren in die van een concertzaal,
een dansvloer of een studio van om het even welke afmetingen. En dat is nu precies wat YAMAHA gedaan heeft met de
CINEMA DSP technologie waarmee naar believen geluidsvelden kunnen worden samengesteld.
Nederlands
49
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Inschakelen van CINEMA DSP
programma’s
U kunt kiezen uit drie verschillende
geluidsveldprogramma’s (MUSIC, MOVIE en SPORTS),
afhankelijk van het soort materiaal ’waarnaar u wilt
luisteren.
■ Filmprogramma
Selecteer dit geluidsveldprogramma wanneer u een film
laat weergeven, in het bijzonder materiaal in Dolby
Digital, DTS of Dolby Surround. Dit programma zorgt
voor een duidelijke weergave van zowel gesproken tekst
als geluidseffecten voor een weidse en ruimtelijke
gewaarwording.
1
Opmerkingen
• De CINEMA DSP programma’s zijn niet beschikbaar als u de
stereo (zie bladzijde 42) of de gerichte weergave (zie
bladzijde 43) heeft ingeschakeld.
• Als de CINEMA DSP programma’s niet beschikbaar zijn, zal
de melding “Prohibit” op het display verschijnen wanneer u op
de afstandsbediening op één van de toetsen voor de
geluidsveldprogramma’s drukt.
INPUTMODE
SLEEP
YSP
2
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
OFF
SURROUND
0
MENU
ENTER
Kies voor dit geluidsveldprogramma wanneer u sport laat
weergeven. Dit programma concentreert het commentaar
in het midden terwijl de geluiden van het publiek en de
omgeving rond uw hele kamer worden gepositioneerd.
RETURN
TEST
VOLUME
8
■ Sportprogramma
+10
CINEMA DSP
Druk herhaaldelijk op MOVIE op de
afstandsbediening om het film
geluidsveldprogramma te selecteren.
MOVIE
SPORTS
CH LEVEL
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
CH
TV VOL
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
YSP
■ Muziekprogramma
Kies voor dit geluidsveldprogramma wanneer u muziek
laat weergeven. Dit programma geeft een levendige
atmosfeer en geeft u het gevoel alsof u daadwerkelijk
aanwezig bent bij een rock of jazz concert.
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
YSP
2
Druk herhaaldelijk op MUSIC op de
afstandsbediening om het muziek
geluidsveldprogramma te selecteren.
MUSIC
7
50
2
Druk herhaaldelijk op SPORTS op de
afstandsbediening om het sport
geluidsveldprogramma te selecteren.
SPORTS
0
GEBRUIKEN VAN GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Uitschakelen van CINEMA DSP
programma’s
U kunt de CINEMA DSP programma’s uitschakelen als u
wilt luisteren naar de originele weergave zonder
toegevoegde effecten.
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
Instellen van de CINEMA DSP
niveaus
Met de fabrieksinstellingen kunt u al een goede
geluidskwaliteit verkrijgen. U kunt echter het effectniveau
regelen van de CINEMA DSP programma’s in relatie tot
het directe geluid zodat elk geluidsveldprogramma beter
aangepast is aan uw luisteromgeving of uw persoonlijke
voorkeur.
1
YSP
2
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
YSP
Druk herhaaldelijk op OFF op de
afstandsbediening om de
geluidsveldprogramma’s uit te schakelen.
2
OFF
+10
Druk op MUSIC, MOVIE of SPORTS op de
afstandsbediening om het gewenste
geluidsveldprogramma te selecteren.
MUSIC
7
8
SPORTS
of
0
BASISBEDIENING
3
MOVIE
of
Druk op
/
op de afstandsbediening.
DSP LEVEL zal op het display op het voorpaneel
verschijnen.
VOL
4
Druk op / op de afstandsbediening om
het effectniveau van de CINEMA DSP
programma’s te regelen.
ENTER
Instelbereik: –6 dB t/m +3 dB
• Een grotere waarde verhoogt het effectniveau.
• Een kleinere waarde verlaagt het effectniveau.
Nederlands
51
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE
De nacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage volumes, bijvoorbeeld wanneer u ’s nachts wilt luisteren, toch alles te
kunnen verstaan. Bovendien kunt u het volume van de tv begrenzen zodat het niet ineens al te veel kan veranderen
wanneer het weergegeven materiaal verandert (bijv. vanwege reclame).
INPUTMODE
SLEEP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
+10
CH LEVEL
CINEMA DSP
3
Druk herhaaldelijk op VOL MODE op de
afstandsbediening en selecteer
NIGHT:CINEMA, NIGHT:MUSIC, TV EQUAL
VOL of NIGHT OFF.
VOL MODE
9
MENU
ENTER
RETURN
TEST
NIGHT:CINEMA
NIGHT:MUSIC
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
TV EQUAL VOL
NIGHT OFF
YSP
2
Druk op VOL MODE op de afstandsbediening
om over te schakelen naar de volumefunctie.
De NIGHT indicator zal oplichten op het display op
het voorpaneel.
VOL MODE
9
NIGHT
Licht op
52
• Selecteer NIGHT:CINEMA wanneer u naar een
film gaat kijken om het dynamisch bereik van de
soundtrack te verminderen en de gesproken tekst
beter verstaanbaar te maken bij lagere volumes.
• Selecteer NIGHT:MUSIC wanneer u naar muziek
wilt luisteren om alle geluiden beter verstaanbaar te
maken.
• Selecteer TV EQUAL VOL wanneer u naar tvprogramma’s kijkt.
• Selecteer NIGHT OFF om de nacht luisterfuncties
uit te schakelen.
GEBRUIKEN VAN DE VOLUMEFUNCTIE
4
Druk op / op de afstandsbediening om
het niveau van de comprimering te regelen
wanneer NIGHT:CINEMA, NIGHT:MUSIC of
TV EQUAL VOL wordt getoond.
ENTER
Effect.Lvl:MIN
Effect.Lvl:MID
Effect.Lvl:MAX
• Selecteer Effect.Lvl:MIN voor minimale
compressie.
• Selecteer Effect.Lvl:MID voor standaard
compressie.
• Selecteer Effect.Lvl:MAX voor maximale
compressie.
BASISBEDIENING
Opmerking
De instellingen voor de volumefunctie worden geannuleerd
als u op het voorpaneel of op de afstandsbediening op
STANDBY/ON drukt, of als u de stekker uit het stopcontact
haalt.
Nederlands
53
GEBRUIKEN VAN TRUBASS
GEBRUIKEN VAN TruBass
Dit toestel kan de lage tonen verbeterd weergeven met behulp van SRS TruBass technologie, waarmee de weergave van
lage tonen ook zonder subwoofer verbeterd wordt en waarmee de lage tonen nog dieper en rijker zullen klinken indien
wel gebruik gemaakt wordt van een subwoofer.
Opmerking
De TruBass functie is niet beschikbaar wanneer u de gerichte weergave heeft geselecteerd (zie bladzijde 43).
2
STANDBY/ON
DVD
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
Druk herhaaldelijk op
op de
afstandsbediening om de SRS TruBass
functie in te schakelen.
TruBass ON zal op het display op het voorpaneel verschijnen.
AUX
YSP
1
Druk op
op de afstandsbediening.
De huidige instelling (TruBass ON of TruBass OFF)
wordt aangegeven op het display.
TruBass ON
TruBass OFF
VOL
VOL
3
of
Druk herhaaldelijk op
op de
afstandsbediening om de SRS TruBass
functie uit te schakelen.
TruBass OFF zal op het display op het voorpaneel
verschijnen.
VOL
TruBass ON
TruBass OFF
VOL
54
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER
Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby) laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze slaaptimer is
bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen terwijl dit toestel nog aan het spelen is.
Met elke druk op SLEEP op de afstandsbediening zal
het display op het voorpaneel als volgt veranderen.
Instellen van de slaaptimer
INPUTMODE
SLEEP
SLEEP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
UNIVERSAL
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
+10
CH LEVEL
CINEMA DSP
MENU
ENTER
TEST
1
SLEEP
120min
SLEEP
90min
SLEEP
60min
SLEEP
30min
SLEEP
OFF
RETURN
SLEEP
SLEEP
Knippert
2
Wacht een paar tellen zonder het toestel te
bedienen om de instelling van de slaaptimer
te bevestigen.
De SLEEP indicator zal oplichten op het display op
het voorpaneel, ten teken dat de slaaptimer in
werking is.
BASISBEDIENING
Druk herhaaldelijk op SLEEP op de
afstandsbediening om de tijd voor de
slaaptimer in te stellen.
Keuzes: 120 min, 90 min, 60 min, 30 min, OFF
De SLEEP indicator knippert op het display terwijl u
de tijd voor de slaaptimer aan het instellen bent.
SLEEP
Licht op
Nederlands
55
GEBRUIKEN VAN DE SLAAPTIMER
Annuleren van de slaaptimer
1
Druk net zo vaak op SLEEP tot SLEEP OFF
op het display op het voorpaneel verschijnt.
SLEEP
VOL
SLEEP
2
OFF
Wacht een paar tellen zonder het toestel te
bedienen om de instelling van de slaaptimer
te bevestigen.
De SLEEP indicator zal verdwijnen van het display
op het voorpaneel, ten teken dat de slaaptimer
uitgeschakeld is.
SLEEP
Verdwijnt
Opmerking
De eerdere instelling voor de slaaptimer voor u deze uitschakelt
wordt opgeslagen in het systeemgeheugen en zal automatisch
worden hersteld wanneer u de slaaptimer de volgende keer in gaat
stellen.
y
De slaaptimer kan ook buiten werking worden gesteld door op
STANDBY/ON op het voorpaneel of op de afstandsbediening te
drukken om dit toestel uit (standby) te zetten, of door de stekker
uit het stopcontact te halen.
56
BASIC SETUP
BASIC SETUP
Als de AUTO SETUP niet met succes kan worden afgerond, of als er zich een fout voordoet tijdens de AUTO SETUP
procedure, kunt u de BASIC SETUP gebruiken om als volgt de individuele parameters van dit toestel in te stellen:
1) ROOM TYPE (Kamertype)
2) INSTALLED POSITION (Installatiepositie van het toestel)
3) ROOM SIZE (Kamergrootte)
y
• U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een bepaalde set
instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie bladzijde 35).
• Om de beste weergave te bereiken kunt u met de MANUAL SETUP (zie bladzijde 63) de parameters voor uw luisteromgeving in
detail instellen en nadere instellingen verrichten voor de luidsprekerposities, geluidsbundels, digitale ingangssignalen en het in-beeld
display.
• Items met een sterretje (*) kunnen anders op uw scherm worden weergegeven, afhankelijk van uw eigen instellingen.
Opmerking
Elk van deze parameters voor de luisteromgeving moet worden ingesteld voor de volgende parameter in de reeks kan worden ingesteld.
y
INPUTMODE
• De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
• Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET
MENU, dient u op RETURN op de afstandsbediening te
drukken.
• Druk op TEST op de afstandsbediening om de
cursortoetsen weer te kunnen gebruiken nadat u met een
ingangskeuzetoets een andere set bedieningstoetsen heeft
ingeschakeld.
• Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
• U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
• Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
SLEEP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
+10
CINEMA DSP
MENU
ENTER
RETURN
TEST
1
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
3
Druk op
/
, selecteer BASIC SETUP en
druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
ENTER
ENTER
GEAVANCEERDE
BEDIENING
■ Weergeven van het SET MENU scherm
YSP
2
Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
;BASIC SETUP
SET MENU
MENU
p
Nederlands
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
.1 ROOM TYPE ?
2
3
4
PUSH [ENTER] Key.
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
57
BASIC SETUP
■ ROOM TYPE (Kamertype)
4
y
Als uw kamer of luisterruimte een onregelmatige vorm
heeft, kies dan de vorm die er het meest op lijkt.
In Voorbeeld 1 is de vorm die het meest overeenkomt met de
getekende luisterruimte een RECTANGLE (rechthoek). In
Voorbeeld 2, is SQUARE de beste keuze.
Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de stappen 1
t/m 3 te herhalen.
Voorbeeld 1:
Rechthoekige
luisterruimte
;BASIC SETUP
Voorbeeld 2:
Vierkante
luisterruimte
.1 ROOM TYPE ?
2
3
4
PUSH [ENTER] Key.
5
Druk op ENTER.
7
ENTER
6
Druk op / om heen en weer te schakelen
tussen de SQUARE en RECTANGLE
keuzeschermen en druk vervolgens op
ENTER om de gewenste instelling te
selecteren.
1 ROOM TYPE ?
SQUARE
ENTER
[p]/[p]:Select
[ENTER]:Enter
1 ROOM TYPE ?
RECTANGLE
[p ]/[p]:Select
[ENTER]:Enter
• Selecteer SQUARE als uw kamer of luisterruimte
vierkant of bijna vierkant is.
• Selecteer RECTANGLE als uw kamer of
luisterruimte meer rechthoekig is.
58
Druk op ENTER om de instelling voor het
soort kamer te bevestigen.
De volgende melding zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
;BASIC SETUP
ENTER
LE.E* SQUARE
EQ. 2 INSTALLED POSITION ?
LE.E3
.E4
PUSH [ENTER] Key.
BASIC SETUP
■ INSTALLED POSITION
(Installatiepositie van het toestel)
8
Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen
te verrichten via ROOM TYPE.
;BASIC SETUP
Wanneer RECTANGLE is geselecteerd als
ROOM TYPE
Kies de instelling, WIDE LEFT, WIDE CENTER,
WIDE RIGHT, CORNER RIGHT, CORNER LEFT,
NARROW LEFT, NARROW CENTER of
NARROW RIGHT (breed links, breed midden, breed
rechts, hoek rechts, hoek links, smal links, smal
midden of smal rechts), die het best overeenkomt met
de plek in uw kamer waar dit toestel is geïnstalleerd.
LE.E* SQUARE
EQ. 2 INSTALLED POSITION ?
LE.E3
.E4
PUSH [ENTER] Key.
2 INSTALLED POSITION ?
ENTER
ENTER
-
WIDE
CENTER
[p]/[p]:Select
[ENTER]:Enter
9
Druk op ENTER.
Als u SQUARE heeft geselecteerd bij ROOM TYPE
(zie bladzijde 58), worden er vier verschillende
installatieposities in een vierkante kamer aangegeven.
Als u RECTANGLE heeft geselecteerd, worden er
acht verschillende installatieposities in een
rechthoekige kamer aangegeven.
Wanneer SQUARE is geselecteerd als ROOM TYPE
Kies de instelling, LEFT, CENTER, RIGHT of
CORNER (links, midden, rechts of hoek), die het best
overeenkomt met de plek in uw kamer waar dit
toestel is geïnstalleerd.
2 INSTALLED POSITION ?
ENTER
ENTER
-
WIDE CENTER
(Lange wand midden)
WIDE RIGHT
(Lange wand rechts)
CENTER
[p]/[p]:Select
[ENTER]:Enter
CORNER RIGHT
(Hoek rechts)
GEAVANCEERDE
BEDIENING
LEFT
(Links)
WIDE LEFT
(Lange wand links)
CENTER
(Midden)
CORNER LEFT
(Hoek links)
NARROW LEFT
(Korte wand links)
NARROW CENTER
(Korte wand midden)
Nederlands
NARROW RIGHT
(Korte wand rechts)
CORNER
(Hoek links of rechts)
RIGHT
(Rechts)
59
BASIC SETUP
10
■ ROOM SIZE (Kamergrootte)
Druk op / om de opstelling te selecteren
die het meest overeenkomt met de plek waar
dit toestel geïnstalleerd is en druk
vervolgens op ENTER.
De volgende melding zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
11
Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen
te verrichten via INSTALLED POSITION.
;BASIC SETUP
LE.E* SQUARE
EQ.>* CENTER
LE.E3 ROOM SIZE ?
LE.E4
ENTER
ENTERENTER
PUSH [ENTER] Key.
12
;BASIC SETUP
LE.E* SQUARE
EQ.>* CENTER
LE.E3 ROOM SIZE ?
LE.E4
PUSH [ENTER] Key.
Druk op ENTER.
Er worden drie verschillende afmetingen aangegeven
(SMALL, MID of LARGE; klein, gemiddeld of
groot) voor zowel SQUARE als RECTANGLE.
Wanneer SQUARE is geselecteerd als ROOM
TYPE
3 ROOM SIZE ?
.
ENTER
ENTER
. + -- .
MID
5.0m
.
[p]/[p]:Select
[ENTER]:Enter
3,8 m
SMALL
(Klein)
3,8 m
5,0 m
MID
(Gemiddeld)
5,0 m
5,8 m
LARGE
(Groot)
60
5,8 m
BASIC SETUP
Wanneer RECTANGLE is geselecteerd als
ROOM TYPE
■ SETUP OK (Instellingen bevestigen)
14
3 ROOM SIZE ?
.
. --- + -- - 5.8m .
MID
-
ENTER
ENTER
4.2m
Controleer of het volgende scherm op uw tv
verschijnt.
Als dit scherm niet verschijnt, dient u de instellingen
te verrichten via ROOM SIZE.
.
[p]/[p]:Select
[ENTER]:Enter
3,4 m
SMALL
(Klein)
;BASIC SETUP
LE.E*
EQ..*
LE.E*
. 4
SQUARE
CENTER
MID
SETUP OK ?
PUSH [ENTER] Key.
4,2 m
15
Druk op ENTER.
De volgende melding zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
4,2 m
4 SETUP OK?
DATA SETUP
MID
(Gemiddeld)
5,8 m
ENTER
p YES
NO
[p]/[ p]:Select
[ENTER]:Enter
5,0 m
LARGE
(Groot)
GEAVANCEERDE
BEDIENING
13
6,8 m
Druk op / , selecteer de afmetingen die
het meest overeenkomen met uw
luisterruimte en druk vervolgens op ENTER.
ENTER
ENTER
ENTER
Nederlands
61
BASIC SETUP
16
Druk op / , selecteer YES of NO en druk
vervolgens op ENTER.
ENTER
ENTER
• Kies YES om de instellingen op te slaan indien u er
tevreden mee bent. Het volgende scherm zal
verschijnen en uw BASIC SETUP instellingen
worden opgeslagen.
4 SETUP OK?
Data Setting !
Please wait.
• Kies NO om de instellingen te annuleren en terug
te keren naar het SET MENU beginscherm.
SET MENU
;MEMORY
;AUTO SETUP
.;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
17
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
Druk op MENU om de BASIC SETUP
procedure af te ronden.
Het SET MENU scherm zal nu van uw tv-scherm
verdwijnen.
MENU
Hiermee zijn de parameter instellingen voor de BASIC
SETUP klaar. Om een signaalbron te selecteren en te
kunnen genieten van de surroundweergave via dit toestel,
zie “WEERGAVE” op bladzijde 37.
62
MANUAL SETUP
MANUAL SETUP
Om de beste kwaliteit surroundweergave te bereiken kunt u met de MANUAL SETUP de parameters voor de
luisteromgeving in detail instellen en nadere instellingen verrichten voor de luidsprekerpositie, geluidsbundels, digitale
ingangssignalen en het in-beeld display. Verander de begininstellingen (onder elke parameter vet gedrukt aangeduid) op
basis van uw specifieke luisteromgeving.
y
• U kunt de via de AUTO SETUP procedure geoptimaliseerde instellingen opslaan (zie bladzijde 34). Later kunt u dan een bepaalde set
instellingen die zijn geoptimaliseerd voor bepaalde omstandigheden in uw kamer weer oproepen als dat nodig is (zie bladzijde 35).
• De meeste instellingen in het SOUND MENU en het BEAM MENU worden automatisch uitgevoerd wanneer u de AUTO SETUP
doet (zie bladzijde 26). Gebruik het SOUND MENU en het BEAM MENU om aanvullende instellingen te makents.
• Het BEAM MENU stelt u in staat instellingen voor de surroundweergave te veranderen die normaliter via een instelmenu voor de
luidsprekers gewijzigd moeten worden.
• Stel eerst de parameters in het BEAM MENU in voor u de instellingen voor de parameters in het SOUND MENU, het INPUT MENU
en het DISPLAY MENU gaat wijzigen.
SOUND MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsweergave instellen.
Onderdeel
Kenmerken
Bladzijde
TONE CONTROL
Instellen van het uitgangsniveau voor hoge of lage tonen.
69
BEAM LEVEL
Instellen van het uitgangsniveau van elk van de geluidsbundels.
69
SUBWOOFER SET
Instellen van de diverse instellingen voor de subwoofer.
70
MUTE LEVEL
Instellen van het dempingsniveau.
70
AUDIO DELAY
Instellen van de audiovertraging.
70
ROOM EQ
Instellen van de klankkleur (toon) van de luisterruimte.
70
DD/DTS Dynamic Range
Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen.
71
BEAM MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de geluidsbundels instellen.
Onderdeel
Kenmerken
Bladzijde
Aanpassen van de instellingen voor de luisterruimte en de luisterplek.
65
BEAM ADJUSTMENT
Regelen van de diverse instellingen voor de geluidsbundels.
66
IMAGE LOCATION
Instellen van de positie van de linker en de rechter voor-luidsprekers.
68
INPUT MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met de audio en video ingangssignalen instellen.
Onderdeel
Kenmerken
Bladzijde
INPUT ASSIGNMENT
Toewijzen van aansluitingen aan de daarmee verbonden componenten.
71
INPUT MODE
Selecteren van de begininstelling van de ingangsfunctie voor de signaalbron.
72
INPUT TRIM
Regelt het ingangsniveau van de signaalbron.
72
INPUT RENAME
Veranderen van de getoonde naam voor een bepaalde signaalbron.
72
GEAVANCEERDE
BEDIENING
SETTING PARAMETERS
DISPLAY MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te maken hebben met het display instellen.
Kenmerken
Bladzijde
DIMMER SET
Regelen van de helderheid van het display.
73
OSD SET
Instellen van de displaypositie en de achtergrondkleur van het in-beeld display.
74
UNIT SET
Veranderen van de gebruikte eenheden.
74
63
Nederlands
Onderdeel
MANUAL SETUP
Gebruiken van het MANUAL SETUP
3
Gebruik de afstandsbediening om de menu's te openen en
de instellingen te verrichten.
INPUTMODE
Druk op
/
, selecteer MANUAL SETUP
en druk vervolgens op ENTER.
Het volgende scherm zal nu op uw tv verschijnen.
SLEEP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
ENTER
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
ENTER
+10
CINEMA DSP
MENU
ENTER
RETURN
TEST
;MANUAL SETUP
.1
2
3
4
SOUND MENU
BEAM MENU
INPUT MENU
DISPLAY MENU
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
y
U kunt de SET MENU instellingen wijzigen terwijl het toestel
aan het weergeven is.
1
4
Druk op
/
, selecteer een submenu en
druk vervolgens op ENTER.
Druk op YSP op de afstandsbediening om
over te schakelen naar de bedieningsfunctie
voor dit toestel.
ENTER
ENTER
YSP
2
Druk op MENU op de afstandsbediening.
Het SET MENU scherm zal nu op uw tv verschijnen.
5
Gebruik
/
/ / en ENTER om de
verschillende parameters in te stellen.
SET MENU
MENU
.;MEMORY
;AUTO SETUP
;BASIC SETUP
;MANUAL SETUP
ENTER
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
y
• De bedieningstoetsen voor het SET MENU worden
onderaan het scherm getoond.
• Om terug te gaan naar het vorige scherm in het SET MENU,
dient u op RETURN op de afstandsbediening te drukken.
• Druk op TEST op de afstandsbediening om de cursortoetsen
weer te kunnen gebruiken nadat u met een ingangskeuzetoets
een andere set bedieningstoetsen heeft ingeschakeld.
• Om het SET MENU scherm te annuleren, dient u nog eens
op MENU te drukken.
• U kunt de volgende handeling ook verrichten via het
display op het voorpaneel.
• Als u op een ingangskeuzetoets drukt terwijl u bezig bent
met het SET MENU, zult u de cursortoetsen niet meer
kunnen gebruiken. Druk in dat geval één keer op TEST.
64
6
Druk op MENU om af te sluiten.
Het in-beeld display (OSD) zal nu van uw tv-scherm
verdwijnen.
MENU
MANUAL SETUP
BEAM MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met de geluidsbundels instellen.
SET MENU → MANUAL SETUP → BEAM MENU
• Selecteer FLAT TO WALL als het toestel parallel aan
een wand is geïnstalleerd. Stel de breedte en de lengte
van uw luisterruimte in en ook de afstand van dit
toestel tot de luisterplek, en de afstand van het midden
van dit toestel tot de linker wand.
Luisterplek tot
linkerwand
2 BEAM MENU
■ SETTING PARAMETERS
(Parameter instellingen)
Hiermee kunt u de positie van het toestel in uw
luisterruimte en de afstand tussen dit toestel en de
luisterplek instellen.
Wanneer u een bepaalde parameter instelt, zullen andere,
daarmee samenhangende, parameters automatisch worden
aangepast om de beste weergave te verkrijgen voor uw
luisteromgeving.
Opmerking
Als u instellingen verricht via SETTING PARAMETERS, zullen
de instellingen voor geluidsbundels die gemaakt zijn via de
AUTO SETUP procedure vervangen worden. Als u de
instellingen voor de geluidsbundels die gemaakt zijn via de
AUTO SETUP wilt behouden verricht dan eerst de instellingen
via BEAM ADJUSTMENT (zie bladzijde 66).
Luisterplek tot
toestel
Lengte
kamer
Breedte kamer
Keuzes voor de breedte en de lengte van de kamer:
2,0 m t/m 12,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot dit
toestel:
2,0 m t/m 9,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot de linker
wand:
0,6 m t/m 11,4 m
A)SETTING PARAMETERS 2/3
Breedte en lengte van
de kamer
12.0m
12.0m
p
p
p
p
.A)SETTING PARAMETERS
B)BEAM ADJUSTMENT
C)IMAGE LOCATION
[]/[]:Up/Down
[SELECT]:Enter
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
A)SETTING PARAMETER1/3
.INSTALLED POSITION
;;;;;FLAT TO WALL
A)SETTING PARAMETERS 3/3
12.0m
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
FLAT TO WALL
12.0m
p
INSTALLED POSITION
(Installatiepositie van het toestel)
Hiermee kunt u de installatiepositie van dit toestel
instellen.
Keuzes: FLAT TO WALL (Installatie parallel aan een
wand),
ANGLE TO WALL OR CORNER
(Hoekinstallatie)
Luisterplek tot toestel en
tot linkerwand
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
GEAVANCEERDE
BEDIENING
p
p
p
ANGLE TO WALL
OR CORNER
Nederlands
65
MANUAL SETUP
• Selecteer ANGLE TO WALL OR CORNER als het
toestel in een hoek van uw kamer is geïnstalleerd. Stel
de breedte en de lengte van uw luisterruimte in en ook
de afstand van dit toestel tot de luisterplek, en de
afstand van het midden van dit toestel tot de linker
wand.
Hiermee kunt u de hoeken waaronder de verschillende
geluidsbundels worden geprojecteerd instellen. We raden
u aan de stand met 5 geluidsbundels te selecteren voor u
veranderingen gaat aanbrengen in deze instellingen.
Opmerkingen
Luisterplek tot toestel
• Wanneer INSTALLED POSITION wordt gewijzigd via de
BASIC SETUP (zie bladzijde 59) of MANUAL SETUP (zie
bladzijde 65), zal de standaardinstelling automatisch worden
ingesteld voor deze parameter behalve wanneer FOCAL
LENGTH op CENTER is ingesteld (zie bladzijde 67).
• Afhankelijk van de instellingen voor de geluidsbundels (zie
bladzijde 40) is het mogelijk dat bepaalde luidsprekerposities
niet beschikbaar zijn. In een dergelijk geval zal “– –” worden
aangegeven. Bij gebruik van de Stereo plus 3 geluidsbundels
stand, moet u de linker en rechter surroundkanalen laten
weergeven via de linker en rechter voor-luidsprekers.
Breedte kamer
Lengte kamer
12.0m
12.0m
[]/[]:Up/Down
[SELECT]:Enter
HORIZONTAL ANGLE (Horizontale hoek)
Hiermee kunt u de horizontale hoek van de geluidsbundels
voor elk van de luidsprekers instellen. Door de horizontale
hoek van de geluidsbundels aan te passen kunt u de
bundels optimaal afstellen. Er wordt automatisch een
testtoon geproduceerd.
p
p
.a)HORIZONTAL ANGLE
b)BEAM TRAVEL LENGTH
c)FOCAL LENGTH
d)TREBLE GAIN
p
A)SETTING PARAMETERS 2/3
B)BEAM ADJUSTMENT
p
Keuzes voor de breedte en de lengte van de kamer:
2,0 m t/m 12,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot dit
toestel:
2,0 m t/m 9,0 m
Keuzes voor de afstand van de luisterplek tot de linker
wand:
0,6 m t/m 11,4 m
Breedte en lengte van
de kamer
■ BEAM ADJUSTMENT (Instelling
geluidsbundels)
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
(−)
(+)
(+)
(−)
A)SETTING PARAMETERS 3/3
Luisterplek tot toestel en
tot linkerwand
12.0m
p
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
Opmerking
Wanneer u de INSTALLED POSITION parameter in de BASIC
SETUP (zie bladzijde 59) of MANUAL SETUP (zie
bladzijde 65) instelt, worden de nieuwe waarden voor de breedte
en lengte van uw kamer automatisch als standaardinstelling
ingesteld.
Keuzes: L90° t/m R90°
Kies een hogere L (links) instelling om de geluidsbundel
meer naar links te richten, een hogere R (rechts) instelling
om de bundel naar rechts te richten.
a)HORIZONTAL ANGLE
1/5
3BEAM
Front L
L60deg
L90
R90
*
0(deg)
p
p
66
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
MANUAL SETUP
BEAM TRAVEL LENGTH (Bundelafstand)
Hiermee kunt u instellen hoeveel afstand de
geluidsbundels moeten overbruggen nadat ze zijn
geproduceerd door de luidspreker in kwestie en via de
wand weerkaatst voor ze uiteindelijk aankomen op de
luisterplek.
De lijnen in de afbeelding hieronder geven een indruk van
de afstanden.
Keuzes: 0,3 m t/m 24,0 m
• Front L regelt de afstand die de geluidsbundel voor de
linker voor-luidspreker moet afleggen.
• Front R regelt de afstand die de geluidsbundel voor de
rechter voor-luidspreker moet afleggen.
• Center regelt de afstand die de geluidsbundel voor de
midden-luidspreker moet afleggen.
• Surround L regelt de afstand die de geluidsbundel
voor de linker surround-luidspreker moet afleggen.
• Surround R regelt de afstand die de geluidsbundel
voor de rechter surround-luidspreker moet afleggen.
b)BEAM TRAVEL 3Beam
LENGTH
FOCAL LENGTH (Brandpuntsafstand)
Hiermee kunt u de afstand van de voorkant van dit toestel
tot het brandpunt van de weergave voor elk van de
luidsprekers instellen.
Keuzes: –1,0 m t/m +13,0 m
Kies een hogere – (minus) instelling om het brandpunt
meer naar buiten te brengen, of een hogere + (plus)
instelling om het brandpunt naar de normale positie te
brengen.
• Front L regelt de brandpuntsafstand voor de linker
voor-geluidsbundel.
• Front R regelt de brandpuntsafstand voor de rechter
voor-geluidsbundel.
• Center regelt de brandpuntsafstand voor de middengeluidsbundel. Begininstelling: –0,5 m
• Surround L regelt de brandpuntsafstand voor de
linker surround-geluidsbundel.
• Surround R regelt de brandpuntsafstand voor de
rechter surround-geluidsbundel.
y
We raden u aan de begininstelling (–0,5 m) te gebruiken voor de
midden-luidspreker.
p
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
c)FOCAL LENGTH
3Beam
. Front L;;;;;;;+6.0m
Front R;;;;;;;+6.0m
Center;;;;;;;;-1.0m
Surround L;;;;+13.0m
Surround R;;;;+13.0m
p
p
. Front L;;;;;;;7.1m
Front R;;;;;;;7.1m
Center;;;;;;;;3.0m
Surround L;;;;10.0m
Surround R;;;;10.0m
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
67
MANUAL SETUP
y
Als de linker en rechter voor- of linker en rechter surroundgeluidsbundel gereflecteerd moet worden door een gordijn of een
ander akoestisch absorberend oppervlak, kunt u een betere
surroundweergave bereiken door de hoge tonen in de
geluidsbundel(s) in kwestie te versterken.
U kunt regelen uit welke richting u de linker en rechter
voorkanalen zult horen door deze audiosignalen
gedeeltelijk te laten weergeven via het middenkanaal.
U kunt deze functie gebruiken wanneer de weergave via
de linker en rechter kanalen onnatuurlijk overkomt,
bijvoorbeeld wanneer uw luisterplek niet precies in het
midden van uw luisterruimte is.
U kunt deze parameter alleen instellen wanneer de stand
voor weergave van 3 of 5 geluidsbundels is geselecteerd
(zie bladzijde 42).
Keuzes: ON, OFF
Instelbereik: 0% t/m 95%
Begininstelling: 0%
C)IMAGE LOCATION
. OFF
L
C
) ON
R
p
LEFT;;;;;;;;;;0%
RIGHT;;;;;;;;;0%
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
Keuzes: –12,0 dB t/m +12,0 dB
Begininstelling: 0 dB
• FL regelt de weergave van de hoge tonen via de linker
voor-geluidsbundel.
• FR regelt de weergave van de hoge tonen via de rechter
voor-geluidsbundel.
• C regelt de weergave van de hoge tonen via de middengeluidsbundel.
• SL regelt de weergave van de hoge tonen via de linker
surround-geluidsbundel.
• SR regelt de weergave van de hoge tonen via de
rechter surround-geluidsbundel.
■ IMAGE LOCATION (Locatie
geluidsbeeld)
p
TREBLE GAIN (Versterking hoge tonen)
Regelt de weergave van de hoge tonen via de diverse
luidsprekers.
LEFT (Links)
Brengt het geluidsbeeld naar links.
Hoe hoger het percentage, hoe groter het volume uit het
midden.
Zonder aanpassing
Met aanpassing van het
linker voorkanaal
d)TREBLE GAIN
. Surround L;;;;;0dB
Surround R;;;;;0dB
Center;;;;;;;;;0dB
Front L;;;;;;;;0dB
Front R;;;;;;;;0dB
+
+
+
+
+
p
p
-
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
RIGHT (Rechts)
Brengt het geluidsbeeld naar rechts.
Hoe hoger het percentage, hoe groter het volume uit het
midden.
Zonder aanpassing
68
Met aanpassing voor de
rechter voor-luidspreker
MANUAL SETUP
■ BEAM LEVEL (Niveau geluidsbundels)
SOUND MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met de geluidsweergave instellen.
SET MENU → MANUAL SETUP → SOUND MENU
1 SOUND MENU
. A)TONE CONTROL
B)BEAM LEVEL
C)SUBWOOFER SET
D)MUTE LEVEL
E)AUDIO DELAY
F)ROOM EQ
G)DD/DTS Dynamic Range
p
p
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
■ TONE CONTROL (Toonregeling)
U kunt de toonkleur van uw luidsprekers aanpassen.
A)TONE CONTROL
+
. TREBLE;;;;0dB -
Hiermee kunt u met de hand de balans bepalen tussen het
volume (luidsprekerniveau) van de linker voor- of linker
surround-luidspreker en elk van de geselecteerde
luidsprekers.
Bij het instellen van de rechter of midden voorluidsprekers of de linker surround-luidspreker of de
subwoofer, zal de testtoon worden geproduceerd door de
linker voor-luidspreker en de geselecteerde luidspreker.
Bij het instellen van de rechter surround-luidspreker zal de
testtoon om en om worden gereproduceerd via de linker en
rechter surround-luidsprekers.
De standaardinstelling wordt automatisch ingesteld voor
deze parameter afhankelijk van de parameters die zijn
ingesteld via de AUTO SETUP, BASIC SETUP of
ROOM EQ in de MANUAL SETUP.
Afhankelijk van de instellingen voor de geluidsbundels is
het mogelijk dat bepaalde kanalen niet beschikbaar zijn. In
een dergelijk geval zal NONE worden aangegeven.
BASS;;;;;;0dB
B)BEAM LEVEL
p
p
p
BASS (Lage tonen)
Hiermee kunt u de weergave van de lage tonen regelen.
Keuzes: –12 dB t/m +12 dB
Begininstelling: 0 dB
p
TREBLE (Hoge tonen)
Hiermee kunt u de weergave van de hoge tonen regelen.
Keuzes: –12 dB t/m +12 dB
Begininstelling: 0 dB
- +
.FR
C
SL
SR
SWFR
*OUT : FL )FR
*MODE: 5 BEAM
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
GEAVANCEERDE
BEDIENING
• FR instellen van de balans tussen de linker en de
rechter voor-luidspreker.
• C instellen van de balans tussen de linker voor- en de
midden-luidspreker.
• SL instellen van de balans tussen de linker voor- en de
linker surround-luidspreker.
• SR instellen van de balans tussen de linker surrounden de rechter surround-luidspreker.
• SWFR instellen van de balans tussen de linker voorluidspreker en de subwoofer.
Nederlands
69
MANUAL SETUP
C)SUBWOOFERSET
.BASS OUT;;;;;FRONT
CROSS OVER;;;120Hz
LFE LEVEL;;;;-20dB
DISTANCE;;;;;15.0m
p
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Return
BASS OUT (Weergave lage tonen)
De lage tonen (bass) kunnen naar de subwoofer en/of de linker
en rechter voor-luidsprekers worden gestuurd. Deze instelling
bepaalt ook waar het LFE (Lage Frequentie Effecten) kanaal
in Dolby Digital en DTS signalen naartoe wordt gestuurd.
Keuzes: SWFR (subwoofer), FRONT, BOTH
• Selecteer SWFR als u een subwoofer aangesloten
heeft. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden nu in overeenstemming met de
luidspreker-instellingen naar de subwoofer gestuurd.
• Selecteer FRONT als u geen subwoofer gebruikt. Het LFE
kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in
overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de
voor-luidsprekers gestuurd (ook al had u oorspronkelijk de
voor-luidsprekers op SMALL ingesteld).
• Selecteer BOTH als u een subwoofer heeft aangesloten
en u de lage tonen voor beide voorkanalen zowel via de
voor-luidsprekers als via de subwoofer wilt laten
weergeven. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden ook naar de woofers van dit toestel
gestuurd.
CROSS OVER (Crossover)
Wanneer BASS OUT op SWFR staat kunt u met deze
functie de crossover (afsnij) frequentie instellen voor alle
lage tonen. Alle frequenties beneden de ingestelde
frequentie zullen naar de subwoofer worden gedirigeerd.
Keuzes: 80Hz, 100Hz, 120Hz
U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet
worden wanneer u de geluidsweergave tijdelijk
uitschakelt.
Keuzes: MUTE, –20 dB
• Selecteer MUTE om de geluidsweergave helemaal te
stoppen.
• Selecteer –20 dB om het huidige volume met 20 dB te
verlagen.
D)MUTE LEVEL
)MUTE
p
-20dB
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Return
■ AUDIO DELAY (Audio vertraging)
U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze
synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig
bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren.
Keuzes: 0 t/m 160 msec
E)AUDIO DELAY
AUDIO DELAY;;;30msec
p
p
Hiermee kunt u met de hand diverse subwoofer
instellingen wijzigen.
■ MUTE LEVEL (Volumeverlaging bij
geluid uit)
p
■ SUBWOOFER SET (Subwoofer
instellingen)
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Return
■ ROOM EQ (Kamerequalizer)
Hiermee kunt u de toonkleur aanpassen aan uw luisterruimte
wanneer het toestel aan de wand is gemonteerd.
Keuzes: MOUNT (Montage)
REFLECTING (Kamertype; weerkaatsing)
F)ROOM EQ
.MOUNTING;;;;;WALL/SHELF
REFLECTING;;;NORMAL/HI ECHO
p
70
p
DISTANCE (Afstand)
Hiermee kunt u de afstand van de subwoofer tot de
luisterplek regelen.
Keuzes: 0,3 m t/m 15,0 m
Begininstelling: 3,0 m
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
LFE LEVEL (Niveau Lage Frequentie Effecten)
Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau)
van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen
aan het vermogen van uw subwoofer. Het LFE kanaal
zorgt voor de weergave van speciale effecten met zeer lage
tonen bij bepaalde passages. Deze instelling treedt alleen
in werking bij weergave wanneer dit toestel Dolby Digital
of DTS signalen decodeert.
Keuzes: –20 t/m 0 dB
MOUNT (Montage)
Hiermee kunt u de lage en middentonen verbeteren.
Keuzes: WALL (Aan de wand), SHELF (Op een plank)
• Selecteer WALL als het toestel aan een wand in uw
kamer is geïnstalleerd.
• Selecteer SHELF als het toestel op een plank of iets
dergelijks in uw kamer is geïnstalleerd.
REFLECTING (Kamertype; weerkaatsing)
Hiermee kunt u instellen hoeveel geluid er wordt
weerkaatst in uw kamer.
Keuzes: NORMAL (Normaal), HI ECHO (Veel echo)
• Kies NORMAL wanneer uw luisterruimte geluiden
normaal weerkaatst.
• Kies HI ECHO wanneer uw luisterruimte geluiden
goed weerkaatst, bijvoorbeeld met betonnen wanden.
MANUAL SETUP
p
p
STD )MAX
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Retern
Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave
via uw luidsprekers in te stellen.
• Selecteer MIN als u bij een laag volume wilt luisteren.
• Selecteer STD voor algemeen gebruik.
• Selecteer MAX voor speelfilms.
.A)INPUT
B)INPUT
C)INPUT
D)INPUT
ASSIGNMENT
MODE
TRIM
RENAME
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
■ INPUT ASSIGNMENT (Toewijzing
ingangsaansluitingen)
A)INPUT ASSIGNMENT 1/2
(.
(.
(.
(.
OPTICAL IN
(1);;;;; TV
(1);;;;(
TV
(2);;;;; AUX
(1);;;;( AUX
GEAVANCEERDE
BEDIENING
U kunt de optische en digitale ingangsaansluitingen van
dit toestel toewijzen aan andere componenten wanneer de
begininstellingen van dit toestel niet overeenkomen met
uw systeem. Door andere componenten toe te wijzen aan
de ingangsaansluitingen van dit toestel zorgt u ervoor dat
de juiste naam van het aangesloten toestel verschijnt op
het display op het voorpaneel en op het in-beeld display
(OSD), en kunt u eventueel deze component bedienen via
de ingangskeuzetoets met de bijbehorende naam. Als u
een component aansluit op één van de
ingangsaansluitingen van dit toestel en verder niets
wijzigt, zal de begininstelling met de naam voor die
ingangsaansluiting worden getoond op het display en in
het in-beeld display (OSD) wanneer deze als signaalbron
wordt geselecteerd.
• Selecteer OPTICAL IN (1) om een component toe te
wijzen aan de TV OPTICAL IN aansluiting van dit
toestel.
Keuzes: TV, VCR
• Selecteer OPTICAL IN (2) om een component toe te
wijzen aan de AUX OPTICAL IN aansluiting van dit
toestel.
Keuzes: AUX, DVD
)
)
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
• Selecteer COAX IN (3) om een component toe te
wijzen aan de COAXIAL IN aansluiting van dit toestel.
Keuzes: DVD, AUX
A)INPUT ASSIGNMENT 2/2
Nederlands
COAX IN
(. (3);;;;; DVD
(. (1);;;;( DVD
(.
)
p
p
MIN
3 INPUT MENU
p
G)DD/DTS Dynamic Range
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met de audio en video ingangssignalen
instellen.
SET MENU → MANUAL SETUP → INPUT MENU
p
Via deze instelling kunt u instellen hoeveel het dynamisch
bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers.
Deze instelling treedt alleen in werking wanneer dit
toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Het
dynamisch bereik is het verschil tussen het zachtst
hoorbare geluid en het hardste dat nog zonder vervorming
kan worden weergegeven.
Instelmogelijkheden:MIN (minimum), STD (standaard),
MAX (maximum)
INPUT MENU
p
■ DD/DTS Dynamic Range
(Dynamisch bereik Dolby Digital en DTS
signalen)
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
71
MANUAL SETUP
■ INPUT MODE (Ingangsfunctie)
Met deze instelling kunt u de ingangsfunctie bepalen voor
signaalbronnen op de DIGITAL INPUT aansluitingen op het
moment dat dit toestel wordt ingeschakeld. Voor informatie
omtrent de soorten audiosignalen die door dit toestel kunnen
worden verwerkt verwijzen we u naar “Surroundfuncties en
aanbevolen signaalbronnen” op bladzijde 44.
Keuzes: AUTO, LAST
■ INPUT RENAME (Signaalbronnen
nieuwe namen geven)
Met deze functie kunt u de namen van de signaalbronnen
op het OSD (in-beeld display) en op het display op het
voorpaneel veranderen. Gebruik de ingangskeuzetoetsen
(TV, STB, DVD, VCR, of AUX) om de component
waarvan u de naam wilt veranderen te selecteren en voer
dan de volgende procedure uit.
B)INPUT MODE
)AUTO
D)INPUTRENAME
LAST
AUX ->
p
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Retern
p
■ INPUT TRIM (Niveau ingangssignalen
aanpassen)
1
Druk op TEST op de afstandsbediening.
TEST
2
Hiermee kunt u het ingangsniveau van de signaalbron regelen.
C)INPUT TRIM
Druk op / en verplaats de _
(onderstreping) naar het teken of de spatie
die u wilt veranderen.
De _ (onderstreping) knippert.
TV
ANALOG;;;;;-3.0dB
OPTICAL;;;;-3.0dB
VCR ANALOG;;;;;-3.0dB
AUX OPTICAL;;;;-3.0dB
DVD COAXIAL;;;;-3.0dB
p
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
• Selecteer TV ANALOG om het niveau in te stellen van
audio- en videosignalen die binnenkomen via de
analoge TV/STB ingangsaansluitingen van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
• Selecteer TV OPTICAL om het niveau in te stellen van
audio- en videosignalen die binnenkomen via de TV
OPTICAL IN aansluiting van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
• Selecteer VCR ANALOG om het niveau in te stellen
van audio- en videosignalen die binnenkomen via de
analoge VCR ingangsaansluitingen van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
• Selecteer AUX OPTICAL om het niveau in te stellen
van audio- en videosignalen die binnenkomen via de
AUX OPTICAL IN aansluiting van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
• Selecteer DVD COAXIAL om het niveau in te stellen
van audio- en videosignalen die binnenkomen via de
COAXIAL IN aansluiting van dit toestel.
Instelbereik: –6,0 dB t/m 0,0 dB
Begininstelling: –3,0 dB
72
p
p
[ ]/[ ]:Position
[]/[]:Character
[ENTER]:Return
• Kies AUTO om het toestel automatisch het soort
ingangssignaal te laten bepalen en de bijbehorende
ingangsfunctie te laten instellen.
• Kies LAST om het toestel automatisch de
ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met
de signaalbron in kwestie gebruikt is. Als het soort
ingangssignaal verschilt van de instelling, zal er geen
geluid worden geproduceerd.
(.
(.
(.
(.
(.
AUX
p
p
ENTER
3
Druk op
/
en selecteer het gewenste
teken.
• U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke
signaalbron.
• Druk op
om de tekens als volgt te laten
veranderen, of druk op
om deze reeks in
omgekeerde volgorde te doorlopen:
A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie, #, *,
+, enz.
ENTER
MANUAL SETUP
5
Herhaal de stappen 1 t/m 3 als u de namen
van andere signaalbronnen wilt veranderen.
Druk op ENTER om af te sluiten.
De nieuwe naam (namen) wordt (worden) opgeslagen
en het display keert terug naar het eerder
weergegeven scherm.
DISPLAY MENU
Hiermee kunt u met de hand diverse parameters die te
maken hebben met het display instellen.
SET MENU → MANUAL SETUP → OPTION MENU
4 DISPLAY MENU
p
p
.A)DIMMER SET
B)OSD SET
C)UNIT SET
[]/[]:Up/Down
[ENTER]:Enter
ENTER
■ DIMMER SET (Dimmer instellingen)
Hiermee kunt u de helderheid van het display op het
voorpaneel instellen.
A)DIMMER SET
.STANDARD DIMMER;;;OFF
AUTO DIMMER;;;;;;;OFF
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
p
4
STANDARD DIMMER (Standaard dimmer)
Hiermee stelt u de helderheid van het display op het
voorpaneel in wanneer het toestel wordt bediend via het
voorpaneel of de afstandsbediening.
Keuzes: –2, –1, OFF
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AUTO DIMMER (Automatische dimmer)
Wanneer er een bepaalde tijd lang geen handeling wordt
uitgevoerd, zal het display op het voorpaneel gedimd
worden. Hiermee kunt u de helderheid van het display op
het voorpaneel in een dergelijk geval instellen.
Keuzes: DISPLAY OFF, –3 t/m –1 (gebaseerd op de
STANDARD DIMMER instelling), OFF
Nederlands
73
MANUAL SETUP
■ OSD SET (In-beeld display instellingen)
Hiermee kunt u de displaypositie en de achtergrondkleur
van het in-beeld display instellen.
B)OSD SET
.OSD SHIFT;;;;;;;;0
OSD BACK COLOR;;;BLUE
p
p
p
p
[]/[]:Up/Down[ ]/[ ]:Sel
[ENTER]:Return
OSD SHIFT (Plaatsing in-beeld display)
Hiermee kunt u de verticale positie van het in-beeld
display (OSD) instellen. Een hogere – (minus) instelling
zal de positie van het in-beeld display hoger in beeld
brengen, een hogere + (plus) instelling lager.
Keuzes: –5 t/m +5
Begininstelling: 0
OSD BACK COLOR (Achtergrond in-beeld
display)
Hiermee kunt u de kleur van de achtergrond van het inbeeld display (OSD) instellen.
Keuzes: BLUE, GRAY
■ UNIT SET (Eenheden)
(Alleen modellen voor de VS en Canada)
Hiermee kunt u kiezen in welke eenheid het toestel
afstanden aangeeft.
Keuzes: METERS, FEET
C)UNIT SET
)METERS
p
FEET
p
[ ]/[ ]:Select
[ENTER]:Retern
• Selecteer METERS om de afstanden van de
luidsprekers in meters in te kunnen voeren.
• Selecteer FEET om de afstanden van de luidsprekers in
voeten (feet) in te kunnen voeren.
74
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
Instellen van het maximum
volumeniveau
1
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit te
zetten.
U kunt een maximum volumeniveau instellen zodat het
toestel geen geluid harder dan deze instelling zal kunnen
produceren.
of
STANDBY/ON
Voorpaneel
2
INPUT
VOLUME
+
Afstandsbediening
Houd INPUT op het voorpaneel ingedrukt en
druk vervolgens op STANDBY/ON op het
voorpaneel om het toestel aan te zetten.
MAX VOLUME SET zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
STANDBY/ON
INPUT
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
STANDBY/ON
DVD
STANDBY/ON
VOL
MAX VOLUME SET
AUX
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
8
9
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
Laat INPUT op het voorpaneel los.
GEAVANCEERDE
BEDIENING
7
SPORTS
3
INPUT
+10
CINEMA DSP
MENU
4
Druk op ENTER op het voorpaneel.
ENTER
TEST
RETURN
ENTER
Nederlands
75
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
5
Gebruik / om het gewenste maximum
volumeniveau in te stellen.
Beveiligen van de huidige
instellingen
U kunt de huidige instellingen beveiligen tegen per
ongeluk wissen of wijzigen.
ENTER
Instelbereik: 0 dB t/m –99,0 dB
Instelstap: 1 dB
6
1
Herhaal de stappen 1 t/m 3 onder “Instellen
van het maximum volumeniveau” op
bladzijde 75.
2
Druk net zo vaak op
/
op de
afstandsbediening tot MEMORY PROTECT
op het display op het voorpaneel verschijnt.
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
ENTER
of
STANDBY/ON
Voorpaneel
Afstandsbediening
De nieuwe instelling voor het maximum
volumeniveau treedt in werking wanneer u dit toestel
de volgende keer aan zet.
VOL
MEMORY PROTECT
3
Druk op ENTER.
ENTER
76
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
4
Druk op / om heen en weer te schakelen
tussen PROTECT: ON en PROTECT: OFF.
Initialiseren van de huidige
instellingen
U kunt alle parameters van dit toestel terugzetten op de
fabrieksinstellingen. Deze procedure zet ALLE
instellingen in het SET MENU volledig terug.
ENTER
Opmerking
Na de volgende procedure moet u de ROOM TYPE, SP
POSITION en ROOM SIZE parameters weer opnieuw aanpassen
aan uw luisteromgeving.
VOL
1
Herhaal de stappen 1 t/m 3 onder “Instellen
van het maximum volumeniveau” op
bladzijde 75.
2
Druk net zo vaak op
/
op de
afstandsbediening tot FACTORY PRESET op
het display op het voorpaneel verschijnt.
PROTECT: ON
VOL
PROTECT: OFF
• Selecteer PROTECT: ON om de beveiliging in te
schakelen.
• Selecteer PROTECT: OFF om de beveiliging uit te
schakelen.
5
ENTER
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
VOL
of
FACTORY PRESET
STANDBY/ON
Voorpaneel
Afstandsbediening
3
GEAVANCEERDE
BEDIENING
De nieuwe instelling treedt in werking wanneer u dit
toestel de volgende keer aan zet.
Druk op ENTER.
ENTER
Nederlands
77
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
4
Druk op / om heen en weer te schakelen
tussen PRESET: RESET en PRESET:
CANCEL.
Instellen van de audiobalans
U kunt het uitgangsniveau van de diverse geluidsbundels
instellen via de testtoon of aan de hand van de
weergegeven audio in elk van de standen voor de
geluidsbundels om de surroundweergave zo realistisch
mogelijk te maken.
ENTER
Opmerkingen
VOL
PRESET: RESET
• Geen van de luidsprekerniveaus kan worden ingesteld wanneer
de stereoweergave is geselecteerd (zie bladzijde 42).
• FRONT L/R kan niet worden ingesteld wanneer de Stereo plus
3 geluidsbundels stand is geselecteerd (zie bladzijde 41).
• Alleen CENTER kan worden ingesteld wanneer u de gerichte
weergave heeft geselecteerd (zie bladzijde 43).
y
Als het niveau van een bepaald kanaal niet kan worden ingesteld,
zal – –dB verschijnen op het display op het voorpaneel.
VOL
PRESET: CANCEL
• Selecteer PRESET: RESET om alle huidige
instellingen terug te zetten.
• Selecteer PRESET: CANCEL om het terugzetten
van de instellingen te annuleren.
5
■ Gebruiken van de testtoon
U kunt het toestel via elk kanaal een testtoon laten
produceren zodat u met de hand de diverse kanalen met
elkaar in balans kunt brengen.
Gebruik de testtoon om de luidsprekers zo af te stellen dat
ze op de luisterplek allemaal even hard klinken.
Druk op STANDBY/ON op het voorpaneel of
op de afstandsbediening om het toestel uit
(standby) te zetten.
SPORTS
OFF
0
+10
CH LEVEL
CINEMA DSP
SURROUND
MENU
ENTER
RETURN
TEST
of
STANDBY/ON
Voorpaneel
Afstandsbediening
De nieuwe instelling treedt in werking wanneer u dit
toestel de volgende keer aan zet.
1
Druk op TEST op de afstandsbediening.
TEST LEFT verschijnt op het display op het
voorpaneel en er zal een testtoon worden
geproduceerd via de linker voor-luidspreker.
TEST
VOL
TEST LEFT
78
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
2
■ Met behulp van de weergegeven audio
Druk net zo vaak op
/
tot u de luidspreker
geselecteerd heeft die u wilt instellen.
Het display op het voorpaneel verandert als volgt.
U kunt ook met de hand de luidsprekerniveaus regelen
terwijl er een signaalbron, zoals een DVD, wordt
weergegeven.
TEST LEFT
OFF
0
+10
CH LEVEL
TEST CENTER
ENTER
SPORTS
TEST RIGHT
SURROUND
CINEMA DSP
MENU
ENTER
RETURN
TEST
TEST SUR.R
TEST SUR.L
TEST SUBWOOFER
Opmerking
1
Druk net zo vaak op CH LEVEL (of eerst op
CH LEVEL en dan op
/
) om de
luidspreker die u wilt instellen te selecteren.
Het display op het voorpaneel verandert als volgt.
TEST SUBWOOFER is alleen beschikbaar wanneer er een
subwoofer is aangesloten op dit toestel en SWFR is geselecteerd
voor BASS OUT in het SOUND MENU (zie bladzijde 70).
3
CH LEVEL
of
Gebruik / om het volume van de
luidsprekers in te stellen.
CH LEVEL
ENTER
ENTER
Instelbereik: –10 dB t/m +10 dB
Druk op VOLUME +/– op de
afstandsbediening om het volume van dit
toestel te regelen.
VOLUME
CENTER
FRONT R +1.0dB
SUR.R
+2.0dB
SUR.L
+2.0dB
SWFR
5
-2.5dB
GEAVANCEERDE
BEDIENING
4
FRONT L +1.0dB
--dB
Druk op TEST wanneer u klaar bent met
instellen.
TEST
Nederlands
y
Zet BASS OUT op BOTH of SWFR (bladzijde 70) om het
uitgangsniveau van uw subwoofer te regelen.
79
INSTELLEN SYSTEEMPARAMETERS
2
Gebruik / om het volume van de
luidsprekers in te stellen.
ENTER
Instelbereik: –10 dB t/m +10 dB
3
Druk op CH LEVEL (of wacht een paar
seconden zonder verdere handelingen op het
toestel uit te voeren) wanneer u klaar bent
met uw instellingen.
CH LEVEL
80
SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE
SELECTEREN VAN EEN INGANGSFUNCTIE
U kunt kiezen welke soort audiosignalen weergegeven moeten worden voor een bepaalde signaalbron op basis van uw
voorkeur of de mogelijkheden van de signaalbron zelf.
y
We raden u aan de ingangsfunctie in de meeste gevallen op AUTO te laten staan.
STANDBY/ON
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
DVD
• AUTO
Ingangssignalen worden automatisch geselecteerd in deze
volgorde:
1) Dolby Digital of DTS
2) PCM
3) Analoog
In de meeste gevallen kunt u deze instelling gebruiken.
AUX
(
)
YSP
1
Druk op één van de ingangskeuzetoetsen op
de afstandsbediening om de gewenste
signaalbron te selecteren.
DVD
VCR
STB
• DTS
Alleen DTS gecodeerde digitale signalen zullen worden
geselecteerd.
Vergeleken met AUTO biedt deze ingangsfunctie meer
stabiliteit tijdens weergave.
Gebruik deze ingangsfunctie bij weergave van DTS
gecodeerde CD’s of LD’s.
• ANALOG
Selecteert alleen analoge signalen.
Alleen analoge signalen zullen worden geselecteerd
wanneer er zowel analoge als digitale signalen
binnenkomen.
TV
AUX
Opmerkingen
2
Druk herhaaldelijk op INPUTMODE op de
afstandsbediening om heen en weer te
schakelen tussen de diverse mogelijke
ingangsfuncties.
INPUTMODE
• Wanneer de ingangsfunctie is ingesteld op AUTO zal dit toestel
automatisch multikanaals materiaal weergeven via de
bijbehorende ingangsfunctie.
• ANALOG kan niet worden geselecteerd als ingangsfunctie als
er geen analoge signalen worden ontvangen van de
geselecteerde signaalbron.
y
TV AUTO
DVD AUTO
AUX AUTO
TV DTS
DVD DTS
AUX DTS
GEAVANCEERDE
BEDIENING
U kunt zelf bepalen welke ingangsfunctie zal worden
ingeschakeld wanneer dit toestel aan wordt gezet (zie
bladzijde 72).
TV ANALOG
Wanneer u TV of
STB heeft
geselecteerd als
signaalbron.
Wanneer u DVD
heeft
geselecteerd als
signaalbron.
Wanneer u AUX
heeft
geselecteerd als
signaalbron.
Opmerkingen
Nederlands
• De ingangsfunctie voor VCR (videorecorder) staat vast op
ANALOG. Als echter de TV OPTICAL IN aansluiting van dit
toestel is toegewezen aan VCR, komen AUTO, DTS en
ANALOG beschikbaar als ingangsfuncties voor uw
videorecorder (zie bladzijde 71).
• ANALOG is niet beschikbaar als ingangsfunctie voor DVD en
AUX.
81
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Naast dit toestel kan de afstandsbediening ook andere A/V componenten van YAMAHA en van andere fabrikanten
aansturen. Om andere componenten te kunnen bedienen, moet u de juiste codes instellen op de afstandsbediening.
Opmerking
Afhankelijk van de gebruikte externe AV component is het mogelijk dat de afstandsbediening van dit toestel niet in staat zal zijn de
apparatuur in kwestie aan te sturen, ook niet als er een ogenschijnlijk geschikte afstandsbedieningcode is ingesteld. Bedien in een
dergelijk geval de component in kwestie met de daarbij behorende afstandsbediening.
Instellen van
afstandsbedieningscodes
1
U kunt andere componenten bedienen als u de
bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld.
Voor elke set bedieningstoetsen (TV, STB, DVD, VCR en
AUX) kan een code worden ingevoerd.
Raadpleeg de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES”
aan het eind van deze handleiding voor een complete lijst van alle
beschikbare afstandsbedieningscodes.
DVD
Houd CODE SET ingedrukt en druk op de
ingangskeuzetoets voor de component die u wilt
instellen, blijf CODE SET ingedrukt houden en
voer de afstandsbedieningscode voor de externe
component in kwestie in met de cijfertoetsen.
In de volgende afbeeldingen ziet u een voorbeeld
waarin de afstandsbedieningscode wordt ingesteld
voor een YAMAHA DVD-speler.
Instelvoorbeeld: YAMAHA DVD set
bedieningstoetsen
6
TV
VCR
STB
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
TV MUTE
AUX
(
)
CODE SET
YSP
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
VOL MODE
DVD
9
VOL MODE
5BEAM
CH LEVEL
Ingedrukt
houden en druk
vervolgens op
+10
CINEMA DSP
MENU
ENTER
RETURN
TEST
VOLUME
CH
MUTE
TV INPUT
TV VOL
TV MUTE
CODE SET
9
2
Raadpleeg “Bedienen van andere
componenten” op bladzijde 83 om de externe
component te bedienen met de
afstandsbediening van dit toestel.
Als de externe component in kwestie goed reageert,
heeft u de juiste afstandsbedieningscode ingesteld.
Als de externe component in kwestie niet goed werkt, is
mogelijk de verkeerde afstandsbedieningscode
ingesteld. Controleer of de juiste
afstandsbedieningscode is ingesteld (zie de “LIJST
MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind
van deze handleiding) en begin opnieuw vanaf stap 1.
Opmerking
Als er meerdere codes zijn voor de fabrikant van uw component,
probeer ze dan één voor één tot u de juiste gevonden heeft.
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het
geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen
onverhoopt gewist is, dient u eerst nieuwe batterijen in
te zetten en vervolgens de afstandsbedieningscodes
opnieuw in te voeren.
Wees bij het vervangen van de batterijen voorzichtig dat u
niet per ongeluk één van de toetsen van de afstandsbediening
indrukt. Hierdoor zal het geheugen gewist worden.
82
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Bedienen van andere componenten
■ Bedienen van uw tv
■ Bedienen van uw DVD-speler
Druk op TV om de tv als signaalbron in te stellen.
Druk op DVD om de DVD als signaalbron in te stellen.
DVD
TV
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
STANDBY/ON
DVD
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
1
DVD
(
)
INPUTMODE
(
SLEEP
)
YSP
YSP
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
1
2
3
STEREO
TARGET
STEREO
TARGET
2
4
5
6
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
1
AUX
AUX
2
POWER
STANDBY/ON
0
+10
CINEMA DSP
CH LEVEL
MENU
VOLUME
4
ENTER
RETURN
TEST
RETURN
TV VOL
CH
MENU
3
ENTER
TEST
+10
CINEMA DSP
5
VOLUME
CH
TV VOL
MUTE
TV INPUT
TV MUTE
4
3
MUTE
TV INPUT
5
TV MUTE
6
CODE SET
CODE SET
GEAVANCEERDE
BEDIENING
6
1 TV POWER
Hiermee zet u uw tv aan of uit.
1 AV POWER
Hiermee zet u uw DVD-speler aan of uit.
2 Cijfertoetsen
Kiezen van een tv-kanaal.
2 Cijfertoetsen
Hiermee kunt u cijfers invoeren.
3 CH +/–
Schakelt naar een ander tv-kanaal.
3 Bedieningstoetsen voor DVD-spelers en
videorecorders
Hiermee kunt u DVD handelingen zoals weergave
beginnen en stoppen uitvoeren.
4 TV VOL +/–
Regelt het uitgangsniveau van het tv-geluid.
5 TV MUTE
Schakelt de geluidsweergave van de tv tijdelijk uit.
5 Cursortoetsen
Hiermee kunt u items van het DVD menu selecteren.
Nederlands
6 TV INPUT
Schakelt over naar een andere signaalbron voor de tv.
4 MENU
Toont het DVD menu.
6 RETURN
Hiermee kunt u terugkeren naar het vorige DVD
menuscherm of het DVD menu sluiten.
83
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
■ Bedienen van uw videorecorder
y
Druk op YSP op de afstandsbediening om terug te keren
naar de bedieningsfunctie voor dit toestel.
Druk op VCR om de videorecorder als
signaalbron in te stellen.
YSP
VCR
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
STANDBY/ON
DVD
1
AUX
(
)
YSP
2
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
CH LEVEL
+10
CINEMA DSP
MENU
ENTER
RETURN
TEST
VOLUME
CH
TV VOL
MUTE
TV INPUT
TV MUTE
3
CODE SET
4
1 AV POWER
Hiermee zet u uw videorecorder aan of uit.
2 Cijfertoetsen
Hiermee kunt u cijfers invoeren.
3 CH +/–
Schakelt naar een ander videorecorder-kanaal.
4 Bedieningstoetsen voor DVD-spelers en
videorecorders
Hiermee kunt u videorecorder handelingen zoals
weergave beginnen en stoppen uitvoeren.
84
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Gebruiken van de tv-macrofunctie
De tv-macrofunctie maakt het mogelijk een reeks
handelingen uit te laten voeren met één druk op een knop.
Wanneer u bijvoorbeeld een DVD wilt afspelen, moet u
normaal gesproken de bewuste apparatuur aan zetten,
DVD als signaalbron selecteren en dan op de
weergavetoets drukken om de weergave te laten beginnen.
Met de tv-macrofunctie kunt u al deze handelingen laten
uitvoeren door alleen maar op de DVD macrotoets te
drukken.
■ Instellen van macro's voor een tv met
afstemmogelijkheid
1
Houd CODE SET op de afstandsbediening
ingedrukt en druk op één van de
ingangskeuzetoetsen om de signaalbron waarvoor
u een macro wilt programmeren te selecteren.
Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt
houdt.
TV MUTE
DVD
CODE SET
AUX
VCR
STB
TV
Opmerkingen
• De manier waarop deze “macro’s” moeten worden ingesteld is
anders wanneer uw tv geen afstemmogelijkheid heeft.
• Als u op een andere toets drukt dan die voor de macrofunctie
kunnen worden gebruikt, zal de instelprocedure automatisch
worden geannuleerd.
• Als het langer duurt dan 10 seconden om de stappen 2 en 3 af te
ronden, zal de instelprocedure automatisch worden
geannuleerd. Herhaal de procedure in dit geval vanaf stap 1.
2
Druk op MACRO op de afstandsbediening
terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt
houdt.
TV MUTE
MACRO
CODE SET
STANDBY/ON
POWER
POWER
AV
TV
VCR
STB
TV
INPUT1
TV
INPUT2
MACRO
INPUTMODE
SLEEP
DVD
3
AUX
Gebruik CH +/– of de cijfertoetsen om het
gewenste tv-kanaal te kiezen.
Controleer of de tv overschakelt naar het
afstemscherm.
YSP
CH
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
5BEAM
ST+3BEAM
3BEAM
1
2
3
STEREO
TARGET
4
5
6
MUSIC
MOVIE
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
SURROUND
0
0
+10
CINEMA DSP
RETURN
CH
6
VOL MODE
7
8
9
SPORTS
OFF
+10
MENU
ENTER
VOLUME
5
MOVIE
CINEMA DSP
4
TEST
4
MUSIC
GEAVANCEERDE
BEDIENING
CH LEVEL
of
Druk net zo vaak op TV INPUT op de
afstandsbediening totdat het scherm
verandert in dat van de bij stap 1
geselecteerde signaalbron.
TV VOL
TV INPUT
MUTE
TV INPUT
TV MUTE
CODE SET
5
Druk op ENTER op de afstandsbediening om
de geprogrammeerde macro te bevestigen.
Nederlands
ENTER
85
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
■ Instellen van macro’s voor een tv zonder
afstemmogelijkheid
■ Werken met macro’s
1
1
2
Houd CODE SET op de afstandsbediening
ingedrukt en druk op één van de
ingangskeuzetoetsen om de signaalbron
waarvoor u een macro wilt programmeren te
selecteren.
Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt
houdt.
TV MUTE
DVD
CODE SET
AUX
VCR
STB
DVD
VCR
STB
TV
AUX
TV
■ Annuleren van macro’s
Druk op MACRO op de afstandsbediening
terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt
houdt.
1
MACRO
TV MUTE
Houd één van de ingangskeuzetoetsen
ongeveer 2 seconden ingedrukt om de
signaalbron waarvoor u een macro wilt
gebruiken te selecteren.
Het ingangskanaal van de tv verandert tegelijk met de
signaalbron.
Houd CODE SET op de afstandsbediening
ingedrukt en druk op één van de
ingangskeuzetoetsen om de signaalbron
waarvoor u een macro wilt annuleren te
selecteren.
Ga door naar stap 2 terwijl u CODE SET ingedrukt
houdt.
CODE SET
3
TV MUTE
DVD
VCR
STB
TV
Druk op INPUT1 op de afstandsbediening.
CODE SET
AUX
INPUT1
2
4
Druk net zo vaak op CH +/– of TV INPUT op
de afstandsbediening totdat het scherm
verandert in dat van de bij stap 1
geselecteerde signaalbron.
Druk op MACRO op de afstandsbediening
terwijl u CODE SET nog steeds ingedrukt
houdt.
MACRO
TV MUTE
CODE SET
CH
TV INPUT
of
5
Druk op ENTER op de afstandsbediening om
de instelling te bevestigen.
ENTER
86
3
Druk op ENTER op de afstandsbediening om
de macro’s te annuleren.
ENTER
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld
staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of servicecentrum.
■ Algemeen
Zie
bladzijde
Oplossing
Het toestel gaat niet aan wanneer
u op STANDBY/ON drukt, of gaat
direct weer uit (standby) zodra de
stroom wordt ingeschakeld.
De stekker van het netsnoer zit niet goed
in het stopcontact.
Doe de stekker van het netsnoer goed in
het stopcontact.
21
Het toestel heeft blootgestaan aan een
sterke, externe elektrische schok
(bijvoorbeeld een blikseminslag of een
ontlading van statische elektriciteit).
Zet het toestel uit (standby), haal de
stekker uit het stopcontact, wacht 30
seconden voor u de stekker weer terug
doet en probeer het toestel vervolgens
weer gewoon te gebruiken.
—
De interne temperatuur is te hoog
opgelopen en de oververhittingsbeveiliging
is in werking getreden.
Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel
afgekoeld is voor u het weer aan zet.
—
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste
signaalbron weer af.
—
In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan.
Als dit het probleem niet verhelpt, is het
mogelijk dat er iets mis is met de kabels.
14
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met
INPUT of met de ingangskeuzetoetsen.
37
Het volume staat uit.
Zet het volume hoger.
38
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE of VOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave
te hervatten en regel vervolgens het volume.
39
Er worden signalen ontvangen van een
signaalbron die dit toestel niet kan verwerken
(zoals PCM signalen met een hogere
bemonsteringsfrequentie dan 96 kHz).
Speel materiaal af waarvan de signalen
wel door dit toestel gereproduceerd
kunnen worden.
—
Wijzig de systeeminstellingen van de
signaalbron in kwestie.
—
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste
signaalbron weer af.
—
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE of VOLUME +/– op de
afstandsbediening om de geluidsweergave te
hervatten en regel vervolgens het volume.
39
Geen geluid uit de effectluidsprekers.
U speelt een signaalbron of programma
in stereo af.
Druk op één van de toetsen voor de
geluidsbundelstanden op de afstandsbediening,
selecteer een multikanaals weergavefunctie en
probeer vervolgens de signaalbron of het
programma nogmaals af te spelen.
40
Geen geluid uit de middenluidspreker.
Het uitgangsniveau van de middenluidspreker staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de middenluidspreker hoger in.
78
Geen geluid uit de surroundluidsprekers.
Het uitgangsniveau van de surroundluidsprekers staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de surroundluidsprekers hoger in.
78
Geen geluid uit de subwoofer.
BASS OUT staat op FRONT bij
SUBWOOFER SET terwijl er een Dolby
Digital of DTS signaal wordt
weergegeven.
Selecteer SWFR of BOTH.
70
Het toestel gaat plotseling uit
(standby).
Geen geluid
Het geluid valt plotseling uit.
Nederlands
Oorzaak
AANVULLENDE
INFORMATIE
Probleem
Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen.
87
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem
De surroundeffecten zijn
verwaarloosbaar.
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
De luisterruimte heeft een onregelmatige
vorm.
Installeer dit toestel in een vierkante of
rechthoekige kamer.
—
Er is geen wand in het pad van een
geluidsbundel.
Plaats een plat voorwerp, zoals een plaat,
in het pad van de geluidsbundel.
—
Er kunnen geen Dolby Digital of
DTS bronnen worden
weergegeven. (De Dolby Digital of
DTS indicator op het display op
het voorpaneel licht niet op.)
De aangesloten component is niet correct
ingesteld voor het produceren van Dolby
Digital of DTS digitale signalen.
Volg de handleiding van de apparatuur in
kwestie en maak de vereiste instellingen.
—
De ingangsfunctie staat op ANALOG.
Stel de ingangsfunctie in op AUTO.
81
Er is storende ruis wanneer er een
subwoofer is aangesloten op dit
toestel.
De beveiliging is in werking getreden
omdat er een signaal met zeer sterke lage
tonen werd weergegeven.
Zet het volume lager.
38
Selecteer SWFR bij BASS OUT.
70
Sluit een subwoofer aan en maak de
vereiste instellingen bij SUBWOOFER
SET.
70
Lage tonen klinken vervormd.
CROSS OVER bij SUBWOOFER SET
is niet correct ingesteld.
Stel CROSS OVER correct in.
70
Het in-beeld display wordt niet
weergegeven.
De videokabel voor het in-beeld display
(OSD) is niet correct aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier
aan.
15
TV is niet geselecteerd als signaalbron.
Selecteer TV als signaalbron.
37
Er wordt geen beeld weergegeven
voor externe apparatuur zoals de
DVD-speler.
De videokabel is niet correct
aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier
aan.
15
TV is niet geselecteerd als signaalbron.
Selecteer TV als signaalbron.
37
Het toestel functioneert niet naar
behoren.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een te
laag voltage van de stroomvoorziening.
Haal de stekker uit het stopcontact en
doe hem na ongeveer 30 seconden weer
terug.
—
U ondervindt storing van digitale
of hoogfrequente apparatuur.
Dit toestel staat te dicht bij de digitale of
hoogfrequente apparatuur.
Zet het toestel verder bij dergelijke
apparatuur vandaan.
—
Dit toestel produceert
effectgeluiden niet op de juiste
manier.
Het oorspronkelijke bronmateriaal bevat
surroundeffecten.
Schakel de surroundweergave op dit
toestel uit.
—
88
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
■ Afstandsbediening
Probleem
De afstandsbediening werkt niet of
niet naar behoren.
U kunt geen externe apparatuur
bedienen met de
afstandsbediening van dit toestel.
De cursortoetsen werken niet
wanneer u met het SET MENU
bezig bent.
Oorzaak
Oplossing
Zie
bladzijde
Te ver weg of onder te scherpe hoek
gebruikt.
De afstandsbediening werkt binnen een
maximaal bereik van 6 m en binnen een
hoek van 30 graden ten opzichte van
loodrecht op het voorpaneel.
22
Direct zonlicht of sterke verlichting
(vooral van TL lampen enz.) valt op de
sensor voor de afstandsbediening van dit
toestel.
Stel het toestel anders op.
—
De batterijen raken leeg.
Vervang alle batterijen.
22
De externe component die u wilt
bedienen is niet geselecteerd als
signaalbron.
Gebruik INPUT op het voorpaneel of de
ingangskeuzetoetsen op de
afstandsbediening om de externe
component te selecteren die u wilt
bedienen.
37
De afstandsbedieningscode is niet goed
ingesteld.
Stel de juiste afstandsbedieningscode in of
probeer een andere code van dezelfde
fabrikant aan de hand van de “LIJST MET
AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan
het eind van deze handleiding.
82
Ook als de juiste afstandsbedieningscode
is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde
modellen niet goed reageren op de
afstandsbediening.
Gebruik de afstandsbediening die hoort
bij de externe component in kwestie.
—
U heeft op een ingangskeuzetoets
gedrukt.
Druk één keer op TEST.
—
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
89
WOORDENLIJST
WOORDENLIJST
Audioformaten
■ Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met
volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3
voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surroundstereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen
met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal
speciaal voor de lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage
Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1
kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld).
Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te
gebruiken is er een betere weergave van bewegende
geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect
mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische
bereik (van het zachtste tot het hardste geluid wat nog kan
worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle
frequentiebereik en de preciese plaatsing van het geluid
door de digitale verwerking biedt de luisteraar een
ongehoord realistische weergave.
Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt
horen, van mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij
draaien.
■ Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek
voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround
materiaal. Deze nieuwe technologie maakt gescheiden 5kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en
rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en
rechts (in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij
conventionele Pro Logic weergave). Naast de Movie stand
is er ook een Music stand en een Game stand voor 2kanaals bronmateriaal.
■ Dolby Surround
Dolby Surround maakt gebruik van een een 4-kanaals
analoog opnamesysteem voor de reproductie van
realistische en dynamische geluidseffecten: 2
voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal
voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal voor
speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal geeft
alleen geluiden binnen een beperkt frequentiebereik weer.
Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en
laserdiscs en ook wel bij tv en kabelprogramma’s. De in
dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt
gebruik van een digitale signaalverwerking die
automatisch het volume van de verschillende kanalen
stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave
van bewegende geluidsbronnen te verbeteren.
90
■ DTS (Digital Theater Systems) Digital
Surround
DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de
analoge filmsoundtracks te vervangen door een 6-kanaals
digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een
opmars in de bioscoop. Digital Theater Systems Inc. heeft
tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u
gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS
digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel
vervormingsvrije 6-kanaals weergave (technisch
gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2
surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de
subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen). Dit toestel is
uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1-kanaals
weergave mogelijk maakt door uit bestaand 5.1-kanaals
bronmateriaal een surround-achterkanaal te destilleren.
■ Neo:6
Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal
voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder.
Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het
volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals
bij weergave van digitale signalen met gescheiden
kanalen. Er zijn twee standen; Music voor weergave van
muziek en Cinema voor films.
■ PCM (Lineair PCM)
Lineair PCM is een signaalformaat voor het
ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen
van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als
opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM
systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het
analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De
afkorting staat voor Puls Code Modulatie; het analoge
signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd
voor opname.
Audio informatie
■ LFE 0.1 kanaal
Dit kanaal is speciaal bedoeld voor de weergave van zeer
lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz
t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat
niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven,
zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS
5.1/6.1-kanaals systeem.
INDEX
INDEX
A
Afstandsbediening ...................................................... 9, 22
Afstandsbedieningscode ................................................. 82
Audio penstekkerkabel ........................................15 t/m 18
B
BASIC SETUP ............................................................... 57
C
Coaxiaal digitale uitgangsaansluiting ............................... 8
Coaxiaal digitale ingangsaansluiting ................................ 8
D
Digitale audio penstekkerkabel....................................... 16
Display ........................................................................ 7, 24
Dolby Digital .................................................................. 44
Dolby Pro Logic.............................................................. 44
Dolby Pro Logic II.......................................................... 44
DTS................................................................................. 44
Dynamisch bereik ........................................................... 71
O
Optische kabel.....................................................15, 18, 19
P
PCM ................................................................................81
S
SET MENU.....................................................................24
Slaaptimer .......................................................................55
Standen voor weergave van geluidsbundels....................40
Stroomkabel ....................................................................21
Surroundfunctie...............................................................44
T
Testtoon ...........................................................................78
V
Videokabel voor het in-beeld display..............................15
I
In-beeld display (OSD)................................................... 24
L
LFE 0.1 kanaal.......................................................... 70, 90
M
MANUAL SETUP.......................................................... 63
MEMORY................................................................. 34, 35
N
Nacht luisterfuncties ....................................................... 52
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
91
TECHNISCHE GEGEVENS
TECHNISCHE GEGEVENS
VERSTERKER GEDEELTE
• Maximum uitgangsvermogen (EIAJ)
...................................................2 W (1 kHz, 10% THV, 4 Ω) × 21
20 W (100 Hz, 10% THV, 4 Ω) × 2
LUIDSPREKER GEDEELTE
Luidsprekers met kleine diameter
........................... 4 cm conus magnetisch afgeschermd type × 21
Woofers ............... 10 cm conus magnetisch afgeschermd type × 2
• Ingangsaansluitingen
AUDIO VCR, TV/STB (Analoog) (1 V, 32 kΩ)
......................................................................... 2 paren (Analoog)
AUDIO TV/STB, AUX (Optisch)................................ 2 (Digitaal)
AUDIO DVD (Coaxiaal)...............................................1 (Digitaal)
• Uitgangsaansluitingen
SUBWOOFER OUT (1,5 V, minder dan 120 Hz)
............................................................................... 1 (Subwoofer)
VIDEO OUT (1 Vp-p, 75 Ω) .............................................1 (OSD)
• Systeemaansluiting
OPTIMIZER MIC ....................................... 1 (Microfoon ingang)
SYSTEM CONNECTOR ............................ 1 (Systeembediening)
92
ALGEMEEN
• Stroomvoorziening
[Modellen voor de en Canada] ........... 120 V, 60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Australië] .................. 240 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor het V.K. en Europa]
...........................................................230 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor China] ....................... 220 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor Korea] ....................... 220 V, 60 Hz wisselstroom
[Algemene modellen] ........... 110–120 V, 50/60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Azië] ........... 220–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
• Stroomverbruik ........................................................................ 30 W
• Stroomverbruik Uit (standby) ................................ 0,1 W of minder
• Afmetingen (b x h x d) .................................... 800 × 153 × 115 mm
• Gewicht ................................................................................... 9,0 kg
*
Technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd
worden.