Buitenste flens afnemen en het oude zaagblad
(4) schuin naar beneden van de binnenste flens
aftrekken.
Montageflenzen schoonmaken.
De montage van het nieuwe zaagblad gebeurt in
omgekeerde volgorde.
Let op! Draairichting in acht nemen (zie pijl op
het zaagblad).
7.2 Afstelling van de spleetspie (fig. 4/5/6)
Zaagbladafdekking (2) afnemen (zie 7.3).
Tafelinzetstuk (6) verwijderen (zie 7.4).
De beide schroeven (24) losdraaien.
De spleetspie (5) afstellen zodat de afstand
tussen zaagblad (4) en spleetspie (5) 3 tot 5 mm
bedraagt. (zie fig. 6)
De spleetspie (5) moet in lengterichting in één
lijn zijn met het zaagblad (4).
De beide schroeven (24) terug aanhalen.
De afstelling van de spleetspie moet telkens na
het verwisselen van zaagblad worden
gecontroleerd.
7.3 Montage van de zaagbladafdekking (fig. 4)
Zaagbladafdekking (2) op de spleetspie (5)
zetten en uitlijnen.
Schroef het gat in de zaagbladafdekking (2) door
en de spleetspie (5) in steken en borgen d.m.v.
de vleugelmoer.
De demontage gebeurt in omgekeerde volgorde.
7.4 Vervangen van het tafelinzetstuk (fig. 4)
Let op: netstekker uit het stopcontact
verwijderen!
De zes schroeven (23) verwijderen.
Zaagbladafdekking (2) afnemen (zie 7.3).
Het versleten tafelinzetstuk (6) naar boven
uitnemen.
De montage van het nieuwe tafelinzetstuk
gebeurt in omgekeerde volgorde.
8. Bediening
8.1 Aan-/uitschakelaar (fig. 1)
De zaag kan worden aangezet door de groene
toets in te drukken.
Om de zaag terug af te zetten moet u de rode
toets indrukken.
8.1.1 Snijdiepte (fig. 11)
Het zaagblad (4) kan op de gewenste snijdiepte
worden afgesteld door de ronde greep (17) te
draaien.
Tegen de richting van de wijzers van de klok in:
grotere snijdiepte
Met de wijzers van de klok mee:
kleinere snijdiepte
8.2 Parallellaanslag
8.2.1 Aanslaghoogte (fig. 7/8)
De bijgeleverde aanslagrail (25) heeft twee
geleidevlakken, die van hoogte verschillen.
Naargelang de dikte van de te snijden materialen
moet de aanslagrail (25) volgens fig. 7, voor dik
materiaal en volgens fig. 8 voor dun materiaal
worden gebruikt.
Om van aanslaghoogte te veranderen de beide
kartelschroeven losdraaien en de aanslagrail
(25) aftrekken van de steunrail.
Aanslagrail (25) naargelang van de nodige
aanslaghoogte met 90° naar links of rechts
draaien en terug de steunrail (26) op steken.
Kartelschroeven vastdraaien.
8.2.2 Lengte van de aanslag (fig. 7/8)
Teneinde het vastklemmen van het te snijden
goed te voorkomen moet de aanslagrail (25)
steeds tot aan de voorkant van de zaagtafel (1)
worden geschoven en d.m.v. de beide
kartelschroeven worden vastgezet. (zie 8.2.1)
8.2.3 Snijbreedte (fig. 8)
Tijdens het in de lengte snijden van houten
stukken moet de parallelaanslag (7) worden
gebruikt.
De parallelaanslag (7) naar de rechter- of
linkerkant van de zaagtafel (1) schuiven.
Met behulp van de schaal (b) op de zaagtafel (1)
kan de parallelaanslag (7) op de gewenste maat
worden afgesteld.
De beide stergreepschroeven (12) aanhalen om
de parallelaanslag (7) vast te zetten.
8.3 Hoekafstelling (fig. 10)
Vastzethendel (15) losdraaien.
Door draaien van de vastzetschroef (16) kan het
zaagblad (4) op de gewenste hoekmaat (zie
schaal (13)) worden afgesteld.
Vastzethendel (15) opnieuw aanhalen.
8.4. Dwarsaanslag (fig. 9)
Dwarsaanslag (14) de gleuf van de zaagtafel in
schuiven.
Kartelschroef (c) losdraaien.
Dwarsaanslag (14) draaien tot de pijl naar de
gewenste hoekmaat wijst.
Kartelschroef (c) weer aanhalen.
Bij het op maat snijden van vrij grote
20
NL