Naim CDS3 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

WORLD CLASS HI FI
OWNERS MANUAL
Deutsch • Français • Italiano • Nederlands
ISSUE 2
1
Deutsch
Diese Bedienungsanleitung enthält allgemeine Informationen zur Installation und zum
Gebrauch einer Reihe von Naim-Audio-Produkten. Darstellungen, Anschlussschemata,
technische Daten und Konformitätserklärungen befinden sich in der englischen Version
der jeweiligen Bedienungsanleitung.
Français
Ce manuel comprend des informations générales sur l’installation et l’utilisation d’une
gamme de produits Naim Audio. Pour se référer aux illustrations des produits ou
schémas de câblage ou spécifications et aux certificats de conformité, consulter le
manuel en langue anglaise correspondant.
Italiano
Questo manuale comprende le informazioni generali sull’installazione e l’uso di alcuni
prodotti Naim Audio. Per le illustrazioni dei prodotti, circuiti di collegamento, capitolati
dei prodotti e certificati di conformità si prega di fare riferimento agli specifici manuali
in lingua inglese.
Nederlands
Deze handleiding bevat algemene informatie over de installatie en het gebruik van een
aantal producten van Naim Audio. Zie de betreffende Engelstalige handleidingen voor
illustraties, verbindingsschema’s , productspecificaties en conformiteitsverklaringen.
CONTENTS
Page Section
2 Deutsch
2 1 Einleitung
4 6 CD-Player
5 7 Tuner
6 8 Vorstufen
8 9 Endstufen
9 10 Fernbedienung
Flash
11 11 Fernbedienung
NARCOM 3
12 Français
12 1 Introduction
14 6 Lecteurs CD
16 7 Tuner
16 8 Préamplificateurs
18 9 Amplificateurs de
Puissance
19 10 Télécommandes
Flash
21 11 Télécommandes
NARCOM 3
22 Italiano
22 1 Introduzione
24 6 Lettori CD
26 7 Sintonizzatore
26 8 Preamplificatori
28 9 Amplificatori di
Potenza
29 10 Telecomandi
Flash
31 11 Telecomandi
NARCOM 3
32 Nederlands
32 1 Inleiding
34 6 CD Spelers
36 7 Tuner
36 8 Voorversterkers
38 9 Eindversterkers
39 10 Afstandbediende
handsets - Flash
41 11 Afstandbediende
handsets - NARCOM 3
Nederlands
32
Bij het ontwikkelen van producten van Naim Audio komen
de prestaties ervan steeds op de eerste plaats. Om er
zeker van te zijn dat hun potentieel volledig wordt
aangewend, is een nauwgezette installatie vereist. De
eerste bladzijden van deze handleiding bevatten
algemene installatietips voor alle producten van Naim
Audio en wettelijke veiligheidsinstructies. Specifieke
produkt informatie vindt u in Hoofdstuk 5.
1 Installatie van de apparatuur
In normale omstandigheden zal uw Naim Audio-installatie
reeds geïnstalleerd zijn door de verkoper die ze u heeft
verkocht, zelfs als u buiten hun onmiddellijke omgeving
woont. Uw verkoper is ervoor verantwoordelijk dat het
systeem precies zo klinkt als het moet, en de informatie
die hier wordt gegeven is niet bedoeld om deze
verantwoordelijkheid op enigerlei wijze te verminderen.
2 Bekabeling en aansluitingen
De verbindingskabels die standaard met uw versterker en
Voedingen meegeleverd worden, mogen niet gewijzigd
worden, noch de soort kabel , noch de lengte. Dit is niet
alleen belangrijk voor de veiligheid, maar ook voor de
prestaties. Van elke kabel is één einde gemerkt met een
strookje tape om de richting aan te geven. De tape
markeert het uiteinde dat naar de signaalbron gaat.
Luidsprekerkabels zijn ook zeer belangrijk. De Naim Audio
luidsprekerkabel is geschikt voor uw systeem en uw dealer
zal volgens uw behoeften kabels op maat maken. Ze
moeten echter ten minste 3,5 m lang en van gelijke lengte
zijn – de aanbevolen maximale lengte is 20 m. Net zoals
verbindingskabels zijn zij richtinggevoelig en moeten
zodanig aangesloten worden dat de gedrukte pijl naar de
luidsprekers wijst. Het gebruik van een onjuiste kabel zal
de prestaties nadelig beïnvloeden en kan zelfs uw
versterker beschadigen. Een uitzondering op de restricties
voor de luidsprekerkabel is de NAP 6-50 multi-room
eindversterker. De NAP 6-50 is ontworpen om tolerant te
zijn voor zowel een ruime verscheidenheid in soorten
kabels als voor kabellengten van meer dan 20 meter. De
luidsprekerconnectoren , die met al onze versterkers en
luidsprekers geleverd worden, werden zeer zorgvuldig
ontworpen voor een stevige mechanische verbinding. Het is
essentieel dat deze worden gebruikt teneinde te voldoen
aan de huidige Europese veiligheidsvoorschriften.
Alle connectoren die met uw Naim apparatuur worden
geleverd, werden gekozen omdat zij de best mogelijke
verbinding mogelijk maken. Een slechte verbinding zal de
kwaliteit van het signaal aanzienlijk verminderen; de
connectoren moeten aldus schoon en vrij van stof en
corrosie zijn.
Inleiding
De gemakkelijkste manier om ze schoon te maken is het
apparaat uit te zetten, de connectoren te ontkoppelen en
vervolgens weer terug te plaatsen. Speciale contactreinigers
en “contactverbeteraars” mogen niet gebruikt worden,
aangezien deze een film achterlaten die zeer moeilijk te
verwijderen is en het geluid negatief kunnen beïnvloeden.
3 Hoe te beginnen
3.1 Aan- en uitschakelen
De voedingen voor CD-spelers, tuners, voorversterkers en
crossovers moeten eerst aangeschakeld worden, alvorens
de versterkers aan te zetten. De versterkers moeten altijd
uitgeschakeld worden waarna een minuut moet worden
gewacht voor het ontladen van de condensatoren, alvorens
welke kabel of connector dan ook te gekoppelen of
ontkoppelen. Gebruik altijd de spanningsschakelaar op het
apparaat in plaats van bijvoorbeeld een wandschakelaar.
3.2 Inspelen
Uw Naim Audio-uitrusting zal een aanzienlijke tijd moeten
Inspelen alvorens zij optimaal kan functioneren. Deze
periode varieert, maar onder bepaalde condities zult u
bemerken dat het geluid gedurende ongeveer vijf weken zal
blijven verbeteren. Een beter en meer consistent effect zal
worden bereikt als het systeem gedurende langere
perioden aangeschakeld blijft.
Men dient evenwel voor ogen te houden dat alle
elektronische apparaten beschadigd kunnen worden door
bliksem. Zie de rubriek Waarschuwingen.
3.3 Netvoeding
Indien stroomstekkers met zekeringen worden gebruikt,
moeten zekeringen van 13 amp worden gebruikt. Zwakkere
zekeringen zullen na een zekere tijd doorsmelten. Een hi-fi
systeem deelt doorgaans een spanningsleiding met andere
huishoudapparaten, waarvan sommigen vervormingen in de
spanningsgolf van kunnen veroorzaken. Er kan dan een
brom hoorbaar worden die afkomstig is van de
transformator. Deze brom wordt niet door de luidsprekers
weergegeven en heeft geen effect op het systeem en de
geluidskwaliteit.
Een afzonderlijke spanningsleiding met zekering, afkomstig
van de verdeel- of stoppenkast kan het geluid in de
transformator verminderen. Ook moet voor ogen worden
gehouden dat een dergelijke separate spanningsleiding
(ideaal een leiding van 30 of 45 amp) een lagere
impedantie heeft en een zuiverdere stroom levert wat de
prestatie zal verbeteren. Gebruik geen
spanningsafhankelijke weerstanden of
geluidsonderdrukkers in netstekkers, aangezien deze de
kwaliteit van de voeding en muziek aantasten.
Nederlands
33
3.4 Plaatsing van de apparatuur
Voedingen en versterkers moeten op een redelijke afstand
van andere apparatuur worden gehouden om te vermijden
dat transformatorvelden zullen interfereren en mogelijk een
brom veroorzaken die hoorbaar is in de luidsprekers.
Sommig Naim apparatuur is erg zwaar. Zorg ervoor dat de
standaard of tafel het gewicht ervan gemakkelijk kan
dragen en dat het stabiel is.
3.5 In geval van problemen
De wettelijke consumentenbescherming varieert van land
tot land. In de meeste landen waar onze apparatuur wordt
geleverd, moet de dealer alle Naim Audio-uitrusting die hij
verkocht heeft, terugnemen als hij ze in uw woning niet
bevredigend kan laten werken. Een probleem kan het
gevolg zijn van een fout in een element van uw systeem, of
van de plaatsing, zodat het essentieel is beroep te doen op
de diagnostische vaardigheden van uw dealer. In geval van
moeilijkheden die niet kunnen worden opgelost, moet
contact worden opgenomen met uw lokale distributeur of
met Naim Audio op het adres achter in dit handboek.
Sommige apparaten worden voor verschillende landen in
speciale versies gemaakt, wat het onmogelijk maken om
internationale garanties te geven. Controleer dus uw positie
met uw eigen distributeur op het ogenblik van de verkoop.
Wij zijn altijd beschikbaar voor hulp en advies.
Het is essentieel dat herstellingen en aanpassingen alleen
zullen worden uitgevoerd door een erkende Naim-dealer, of
in de fabriek door Naim Audio. Vele onderdelen werden
speciaal gemaakt, getest of aangepast en adequate
vervangstukken kunnen alleen via ons verkregen worden.
4 Waarschuwingen
Naim Audio apparatuur is ontworpen voor de best Mogelijke
geluidskwaliteit met een minimum aan compromissen. Dit
kan tot situaties leiden die ongewoon kunnen zijn. Hetgeen
hierna volgt bevat advies en informatie specifiek bedoeld
voor Naim apparatuur, evenals meer algemene
waarschuwingen in verband met het gebruik van
versterkers thuis. Gelieve dit gedeelte dus zorgvuldig te
lezen.
De transformatoren in de eindversterkers en de voedingen
kunnen soms een mechanisch geluid veroorzaken als
gevolg van vervorming van de golfvorm in het stroomnet.
Naim transformatoren zijn zeer groot en hebben grote
secundaire wikkelingen, waardoor ze zeer gevoelig zijn voor
deze vervorming. Een separate spanningsleiding voor uw hi-
fi systeem kan dit effect verminderen en kan ook leiden tot
een algemene verbetering van de geluidskwaliteit. Het kan
noodzakelijk zijn rekening te houden met mechanisch
transformatorgeluid bij de keuze van een lokalie voor uw
apparatuur.
Inleiding
In sommige omstandigheden kunt u te maken hebben met
radiofrequentie interferentie, afhankelijk van de plaats waar
u woont en de aarding van uw woning. De voorschriften
inzake uitzendingen maken in sommige landen zeer hoge
niveaus van hoogfrequente straling mogelijk, en kan de
keuze en vooral de juiste plaats van het apparaat kritiek
zijn. Als dit in uw omgeving een probleem is, kunt u bij u
thuis een demonstratie laten geven alvorens over te gaan
tot de aankoop, om na te gaan of uw Naim apparatuur
hierdoor zal worden beïnvloed. Hoogfrequente interferentie
heeft te maken met de grote interne bandbreedte die
vereist is voor een goede versterking, en doorgaans zullen
voorversterkers voor elementen met bewegende magneet
(MM) en passieve systemen minder hinder ondervinden.
Een radiofrequentie filter kit is beschikbaar voor sommige
Naim apparaten, maar de kwaliteit van het geluid zal
degraderen naarmate meer elementen van de kit worden
aangebracht. In gevallen van extreme radiostoringen kan
de Naim apparatuur ongeschikt zijn.
Uw Naim hi-fi systeem kan door bliksem beschadigd
worden. Vooral de eindversterkers lopen risico en moeten
worden uitgedraaid als er gevaar voor blikseminslag is. Voor
een volledige bescherming moeten de netstekkers van alle
apparaten uitgetrokken en antennes ontkoppeld worden.
Apparaten mogen niet blootgesteld worden aan lekken of
spatten en objecten gevuld met vloeistoffen, zoals vazen,
mogen niet op het apparaat worden geplaatst.
Het gebruik van niet-standaard luidsprekerkabels of
Connectoren kan uw garantie doen vervallen.
Teneinde te voldoen aan de huidige Europese
veiligheidsvoorschriften is het essentieel dat de bij Naim
luidsprekers en versterkers meegeleverde connectoren
worden gebruikt.
Sta onder geen enkele omstandigheid toe dat iemand uw
Naim apparatuur modificeert zonder dit eerst met de
fabriek, uw dealer of de importeur te hebben gecheckt.
Niet-geautoriseerde wijzigingen zullen uw garantie doen
vervallen.
Voor uw eigen veiligheid onder geen enkele omstandigheid
Naim apparatuur openen zonder eerst de stroomtoevoer te
hebben uitgeschakeld.
Waarschuwing! Dit toestel moet worden geaard.
BELANGRIJK
34
5 Verbinding
5.1 Netsnoer
Aangezien de kleuren van de draden in het netsnoer van dit
apparaat mogelijk niet overeenstemmen met de
kleuraanduidingen voor het identificeren van de
aansluitpunten in uw stekker, kunt u als volgt tewerk gaan:
De groen en geel gekleurde draad moet verbonden worden
met het aansluitpunt in de stekker die gemerkt is met de
letter E of met het symbool voor veiligheidsaarding, of die
groen of groen en geel gekleurd is.
De blauwe draad moet verbonden worden met het
aansluitpunt in de stekker die gemerkt is met de letter N of
die zwart gekleurd is.
De bruine draad moet verbonden worden met het
aansluitpunt in de stekker die gemerkt is met de letter L of
die rood gekleurd is.
5.2 Niet-herbruikbare netstekkers
Als een niet-herbruikbare netstekker van een netsnoer
wordt afgeknipt (om gelijk welke reden), moet de stekker
zodanig vernietigd worden dat hij totaal onbruikbaar is
geworden. Er is een aanzienlijk gevaar voor elektrische
schok als een afgesneden stekker in een stopcontact wordt
gestopt.
6 CD Spelers
CDS3, CDX2, CD5
6.1 Installatie van CD Spelers
CD spelers moeten geïnstalleerd worden op een voor dit
apparaat bestemd onderstel. Er moet op gelet worden dat
de speler horizontaal staat. De voor transport onder de
onderkant van de behuizing en de transportdeksel (CDS3)
aangebrachte schroeven moeten worden verwijderd en
weer aangebracht als de eenheid wordt herpakt en
verscheept. De transportschroeven mogen op geen enkel
ander Naim produkt worden gebruikt. Een speler mag niet
omgekeerd worden als de transportschroeven zijn
verwijderd.
De CDS3 heeft een XPS voedingsbron nodig. De XPS wordt
aan de CDS3 aangesloten via een “Burndy”
krachtstroomkabel. Sluit de kabel aan en zorg ervoor dat
de connectoren goed zijn aangebracht en hun twist-lock
mechanismen goed zijn vergrendeld. De speler wordt
aangeschakeld met de XPS spanningsschakelaar op het
frontpaneel.
6.2 Laden van een compact disc
Om een compact disc te laden het middelste deksel
(CDS3) optillen of de CD lade opentrekken met de aan de
linkerkant van de speler (CDX2 en CD5) aangebrachte
greep. Plaats de CD op de schijf, gevolgd door de
magnetische puck. Gebruik geen puck van gelijk welke
andere Naim speler. Als een gecodeerde HDCD
®
compactdisc in de CDS3 of CDX2 wordt geladen zal de
speler deze automatisch herkennen en decoderen. Het
display zal “HDCD” gedurende een paar seconden visueel
weergeven nadat op spelen is gedrukt.
HDCD
®
, High Definition Compatible Digital® en Pacific
Microsonics™ zijn of gedeponeerde handelsmerken of
handelsmerken van Pacific Microsonics, Inc in de Verenigde
Staten dan wel in andere landen.
HDCD
®
is een systeem gefabriceerd onder licentie van
Pacific Microsonics, Inc. en wordt gedekt door een of meer
van de volgende US Pat. Nr. 5479168, 5638074,
5640161, 5808574, 5838274, 5854600, 5864311,
5872531 en het Australië Pat. Nr. 669114. Andere
patenten zijn aangevraagd.
Nederlands
Inleiding CD Spelers
35
6.3 Bedieningen voor een CD speler
Play: Speelt een disc vanaf track 1 tenzij een andere track
is gekozen.
Stop: Stopt met spelen en stelt de speler terug naar de
Startpositie.
Pause (CDS3): Stopt het spelen zonder de speler naar de
Startpositie terug te stellen. Een tweede pauze-commando
zal het spelen weer doen beginnen vanaf het punt waarop
de pauze was gekozen.
Next: Selecteert tracks van de disc voorwaarts ; één track
per keer of achtereenvolgens als de knop ingedrukt blijft.
Previous: Selecteert tracks van de disc achterwaarts; één
track per keer of achtereenvolgens als de knop ingedrukt
blijft.
Display: Scrolt door afspeelopties van “track”,”time” en
“display uit”
Alle CD controle-functies zijn op de afstandbediening
beschikbaar.
6.4 Display en indicators
Het display geeft visueel track- en indexnummers, tijd in
minuten en seconden, of verschillende systeemmeldingen
aan. Aan de linkerkant van het display zijn de
getalindicatoren.
HDCD: Verlicht om aan te geven dat een HDCD gecodeerde
CD wordt afgespeeld (uitsluitend CDS3 en CDX2).
Pause: Verlicht om aan te geven dat pauze is geselecteerd.
Time: Verlicht om de totale disctijd of de verstreken tijd van
de track die gespeeld wordt aan te geven.
Repeat: Verlicht om te laten zien dat repeat/herhalen is
geselecteerd.
Program: Verlicht om aan te geven dat een speelvolgorde is
opgeslagen.
6.5 Track programmeren
De prog functie (afstandbediening in CD modus) staat toe
dat een trackspeelvolgorde wordt geprogrammeerd. Om
een speelvolgorde te programmeren, dient u de
tracknummers middels de numerieke toetsengroep te
selecteren, elke keer gevolgd door de toets “prog” tot de
gewenste selectie klaar is.
De prog functie kan ook worden gebruikt om tracks uit de
speelvolgorde te wissen. Om de track te wissen op de
“prog” toets drukken en ingedrukt houden tot de prog
functie in de CD display oplicht, daarna de track of tracks
middels de numerieke toetsengroep selecteren en wissen,
door het wederom kiezen van “prog”.
De speelvolgorde kan op elk gewenst moment worden
herzien door op de prog functie te drukken. Het display van
de speler zal dan door de geselecteerde tracks scrollen.
Om het prog geheugen te wissen op de stoptoets drukken
en deze ingedrukt houden.
6.6 Voeding uitbreiden
De CDX2 en CD5 kunnen worden uitgebreid door de
toevoeging van respectievelijk XPS en Flatcap 2 voedingen.
CDX2 uitbreiden (XPS)
De XPS wordt aan de CDX2 aangesloten via een “Burndy”
krachtstroomkabel. Schakel zowel de XPS en CDX2 uit als
de aansluitingen worden gemaakt. Verwijder de CDX2
netstroomkabel. Sluit de voedingskabel aan en zorg ervoor
dat de connectoren goed zijn aangebracht en hun twist-
lock mechanismen zijn gekoppeld. Schakel de speler aan
met de XPS spanningsschakelaar op het frontpaneel. Na
enige momenten zal de CDX2 weer normaal functioneren.
Uitbreiden van de CD5 (Flatcap 2)
De Flatcap 2 wordt aan de CDX2 aangesloten via een 5-
polige DIN kabel. Schakel zowel de Flatcap 2 als de CD5
uit als de aansluitingen worden gemaakt. Sluit de 5-polige
DIN- kabel aan en zorg ervoor dat de connectoren goed zijn
gekoppeld en hun twist-lock mechanismen zijn
aangesloten. Schakel de Flatcap 2 aan met zijn
spanningsschakelaar. Na enige momenten zal de CD5 weer
normaal functioneren.
6.7 Selectie uitgangsstekkerbus - CDS3, CDX2
Er zijn aan de achterkant van de CDS3 en CDX2 een paar
phono-uitgangen aangebracht om een alternatief op de DIN
connector te bieden.
Om de phono-uitgangen te kiezen, op de disp functie van
de afstandbediening (in CD modus) drukken tot de prog
indicator van de CD speler flikkert. Verdere bewerkingen
van de disp functie zullen nu tussen elke combinatie van
de twee typen ingangen schakelen. De geselecteerde optie
wordt op het display van de CD speler aangegeven. Druk
nogmaals op de disp functie en houd die ingedrukt om uit
de betreffende selectiemodus te gaan.
Nederlands
CD Spelers
36
7 Tuner
NAT 05
7.1 Signaalaansluiting
De FM antenne-ingang moet aan een passende antenne
worden aangesloten via 75 ohm verliesarme coaxaalkabel.
Er kunnen uitsluitend goede resultaten van uw NAT O5
worden verwacht als het radiosignaal sterk genoeg en vrij
van interferentie is Signaalboosters mogen uitsluitend als
een laatste hulpmiddel worden gebruikt. Uw dealer zal in
staat zijn u advies over lokale radio-ontvangstcondities en
passende antennes te geven.
7.2 Tuner/afstemfuncties
Down: In frequentiemodus stelt de downfunctie de
frequentie benedenwaarts af.
In scanmodus laat de downfunctie de tuner benedenwaarts
de FM band “scannen” zoekend naar signalen boven het
vooraf ingestelde niveau. De tuner zal bij elk gevonden
station het zoeken stoppen en op deze wijze de
mogelijkheid scheppen het station op te slaan als een
preset/vooraf ingesteld station. Als tijdens de eerste scan
geen bevredigde signalen worden gevonden, zal
automatisch een tweede scan beginnen op een lager
vooraf ingesteld signaal.
In de vooraf ingestelde modus toont de down-functie
sequentieel achterwaarts de eerder opgeslagen stations.
Up: Stuurt de tuner op vergelijkbare wijze wijze als de
downknop,maar dan sequentieel voorwaarts.
Mono: De mono-functie combineert het linker en rechter
kanaal. Het overschakelen naar mono kan het
achtergrondgeluid verminderen bij zwakke stereosignalen.
Mode: Schakelt de tuner tussen operationele frequentie-,
scan- en vooraf ingestelde modi.
De vooraf ingestelde modus stelt specifieke FM
stationfrequenties in staat om aan geheugenplaatsen
toegewezen te worden. Een station kan worden toegewezen
door dit eerst handmatig tunen door de stationfrequentie
direct via de toetsengroep van de handset in te toetsen of
door de tuner in up-, down- of scanfuncties te gebruiken.
Als het station getuned is op de prog toets op de handset
drukken en ingedrukt houden.
De vooraf ingestelde indicator zal flikkeren en het display
zal visueel “— —” laten zien. Druk op het gewenste vooraf
ingestelde nummer uit de handset toetsengroep (het
display zal visueel “ —” weergeven of ”P” als het vooraf
ingestelde nummer reeds in gebruik is). Verlaat ‘program
modus’ en sla de nieuwe of overschreven preset op door
op de prog toets te drukken en ingedrukt te houden. Om
de program modus te verlaten zonder een preset op te
slaan (of te overschrijven) selecteer “O O” op de numerieke
toetsengroep. Om een vooraf ingesteld nummer te wissen
selecteer de preset, en vervolgens op de disp toets
drukken en ingedrukt houden. Om alle vooraf ingestelde
nummers te wissen op de prog toets gevolgd door de disp
toets drukken en ingedrukt houden.
7.3 Display en indicators
Display: Toont de gekozen frequentie, het geselecteerde
vooraf ingestelde nummer of “— —_” om aan te geven dat
geen vooraf ingestelde nummer is toegewezen aan de
huidige gekozen frequentie.
Stereo indicator: Geeft aan dat in de stereo-modus een
stereosignaal wordt ontvangen.
Freq indicator: Geeft aan dat de tuner in frequentiemodus is.
Scan indicator: Geeft aan dat de tuner in de scanmodus is.
Preset indicator: Geeft aan dat de tuner in de vooraf
ingestelde modus is.
Nederlands
Tuner Voorversterkers
8 Voorversterkers en NAIT 5
Voorversterker sectie
NAC 552, NAC 252, NAC 282,
NAC 202, NAC 112, NAIT 5
8.1 Netvoedingen
Alle Naim voorversterkers hebben of een externe voeding
nodigof moeten worden aangesloten op een Naim
eindversterker waarin een voeding voor de voorversterker is
opgenomen. De NAIT 5 voorversterker sectie kan of intern of
door een externe voeding worden gevoed. De vereisten
hiervoor zijn geïllustreerd in Tabel 1.
Voorversterker Voeding
NAC 552 NAC 552PS uitsluitend
NAC 252 Supercap uitsluitend
NAC 282 Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2: NAP200
of NAP 150 uitgangsversterkers
NAC 202 Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2: NAP200
of NAP 150 uitgangsversterkers
NAC 112 Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2: NAP200
of NAP 150 uitgangsversterkers
NAIT 5 Intern of Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2
8.2 Transportschroeven
De NAC 552 heeft vier transportschroeven aan de
Onderzijde , die voorafgaand aan gebruik verwijderd moeten
worden en weer worden aangebracht als het apparaat wordt
herpakt en verscheept.
Nederlands
37
Deze transportschroeven mogen niet bij andere Naim
producten worden gebruikt. De NAC 552 mag niet
ondersteboven worden gehouden als de transportschroeven
verwijderd zijn.
8.3 Ingang/Record selectie
De bronkeuzeknoppen selecteren het bronsignaal dat naar
de eindversterker en luidsprekers wordt gerouteerd. De
NAC 552, NAC 252 en NAC 282 hebben een tweede lager
aangebrachte toetsenbank middels welke men
onafhankelijk een signaal kan selecteren dat naar de
record - opname - uitgangen kan worden gerouteerd. Deze
sectie recordknoppen kan vergrendeld of ontgrendeld
worden door achtereenvolgens vier keer in snelle successie
op de mono-toets te drukken.
8.4 Programmeerbare voorzieningen
Naim voorversterkers bevatten een aantal
programmeerbare voorzieningen die in de paragrafen 8.5
tot 8.10 worden beschreven. Deze voorzieningen kunnen
worden aangesloten en geprogrammeerd door het apparaat
in “Program Modus” te schakelen.
Om de Program Modus in te voeren op ‘prog’ op de
Afstandbediending (in voorversterker modus) drukken en
ingedrukt houden. Program Modus wordt aangegeven door
een flikkerende indicator op de volumeregelaar. Als binnen
vijf minuten na het invoeren van de program modus geen
functie wordt gekozen zal de voorversterker automatisch
naar de normale modus teruggaan.
Om de Program Modus te verlaten op de prog toets op de
afstandbediening drukken en ingedrukt houden tot de
volumeindicator ophoudt met flikkeren.
8.5 Ingangstoewijzing - NAC 552
Een van de zes bronkeuzetoetsen op de NAC 552 kan
worden geprogrammeerd om een van de negen ingangen
op de achterzijde te selecteren. Als een bronkeuzetoets
wordt geselecteerd zal de indicator op de achterzijde
flikkeren om de connector aan te wijzen waaraan het is
“toegewezen”.
Om de ingang aan een bronkeuzetoets toe te wijzen moet
de bron worden geselecteerd en de record mute toets en
de monoknoppen worden gebruikt om over de ingangen te
scrollen. Als de geselecteerde ingang reeds is toegewezen
aan een bronkeuzetoets zal de indicator boven de
bronkeuzetoets bij herhaling flikkeren. Het is mogelijk om
één ingang toe te wijzen aan meer dan één
bronkeuzetoets. De afstandbediende record mute en
monofuncties (in voorversterkermodus) kunnen ook worden
gebruikt om een ingangstoewijzing in te stellen.
Voorversterkers
8.6 Ingangstoewijzing - NAC 252, NAC 282
en NAC 202
De NAC 252, NAC 282 en NAC 202 hebben zes DIN
Ingangen en twee alternatieve phonoingangen. De phono-
ingangen kunnen individueel worden toegewezen aan de
CD en AUX 2 bronkeuzeknoppen in plaats van aan de DIN
ingangen.
Om het phono-ingang voor CD te selecteren of selectie
ervan ongedaan te maken op ‘1’ knop (in voorversterker
modus) van de afstandbediening drukken en ingedrukt
houden. Om phonoingang voor AUX 2 te selecteren of
selectie ervan ongedaan te maken op de ‘6’ knop (in
voorversterkermodus) van de afstandbediening drukken en
ingedrukt houden. De corresponderende bronkeuzeknoppen
kunnen op dezelfde manier worden gebruikt om de
phonoingangen te selecteren of de selectie ervan
ongedaan te maken. De betreffende ingangskeuze-indicator
zal bij selectie van de phono-optie drie keer flikkeren en
één keer bij selectie van de DIN optie.
8.7 Automatische ingangsschakeling
Alle Naim voorversterkers hebben een optionele voorziening
voor automatische ingangsschakeling die in werking treedt
zodra een afstandbedienings-functie voor een specifieke
Naim broncomponent wordt bediend.
Bij voorbeeld, als de ingang voor de tuner is geselecteerd
en de CD speeltoets op de afstandbediening wordt gekozen
zal de voorversterker automatisch naar de CD ingang
overschakelen. Automatische ingangsschakeling kan
worden geprogrammeerd om onafhankelijk elke combinatie
van CD, AV en Tuner-ingangsknoppen te regelen op de NAC
552, NAC 252, NAC 282 en NAC 202.
Indien bij de NAC 552, NAC 252, NAC 282 en NAC 202,
met de automatische schakeling geactiveerd, weer op de
monoknop gedrukt wordt zullen de ingangen, die voor
automatische schakeling geselecteerd zijn, weergeven
worden door een kortdurend oplichten van hun
knopindicatoren. Herhaalde bewerking van de mono
keuzeknop zal niet alleen opeenvolgend door elke
mogelijke combinatie van CD, Tuner en AV ingangen gaan,
maar ook van de uitgeschakelde automatische schakeling
(CD, Tuner en AV knopindicators off/uit).
De mono-toetsen op de afstandbediening (Flash en
Narcom3) kunnen eveneens worden gebruikt om
automatische ingangsschakeling in te stellen.
38
8.8 AV Integratie (Unity gain)
De Unity gain (eenheidsvolumeregeling, hierna EVR) functie
staat toe dat de audiovisuele processor zodanig wordt
geïntegreerd dat het de volumeregeling van de bronnen die
zijn aangesloten aan geselecteerde ingangen overneemt.
EVR kan worden geselecteerd op Ingangen 4 en 5 (de
corresponderende ingangskeuzeknoppen zullen afhangen
van de ingangsindeling)) van de NAC 522, maar uitsluitend
bij de AV ingang van alle andere voorversterkers.
De ‘mute’ toets op het voorpaneel zal worden verlicht als
EVR op gelijk welke ingang wordt geselecteerd. Als het niet
geactiveerd is kan het op de NAC 552, NAC 252, NAC 282
en NAC 202 worden ingeschakeld door twee maal op de
‘mute’ knop te drukken, en bij de NAC 112 en NAIT 5 door
op de ‘mute’-knop van de afstandbediening in te drukken en
ingedrukt te houden.
Bij de NAC 552, met geactiveerde EVR zal het drukken op
de ‘mute’-knop de geselecteerde ingangen weergeven door
het voor korte tijd oplichten van hun knopindicatoren.
Herhaald intoetsen van de ’mute’-knop zal sequentieel elke
combinatie van Ingang 4, Ingang 5 en uitgeschakelde EVR
selecteren.
De ‘mute’-knop van de afstandbediening kan ook worden
gebruikt om EVR in te stellen. EVR wordt alleen
operationeel bij het afsluiten van Program Modus.
Let wel: De EVR negeert de voorversterkervolumeregelaar
en moet voorzichtig worden gebruikt. Als een ingang wordt
geselecteerd, die een aangeschakelde EVR heeft, zullen de
volume- en balansfuncties van de afstandbediening worden
uitgeschakeld alsook hun indicatoren Dit zal getoond
worden door flikkerende indicatoren als gelijk welke
afstandbediening wordt gebruikt. Daarnaast zullen, om het
risico van een onachtzaam ongelukje te verminderen, erop
volgende modificaties aan de ingangsindeling op de NAC
552 eerder ingestelde EVR-ingangen uitschakelen.
8.9 Invoervolume compensatie
De NAC 112 en NAIT 5 hebben een
ingangsvolumecompensatiesysteem dat het mogelijk maakt
om onderlinge verschillen in uitgangsniveau tussen bronnen
gelijk te trekken.
Om de volumecompensatie voor elke ingang te
programmeren moet eerst de volumeregeling worden
ingesteld op een comfortabel luisterniveau met de luidste
bron (waarschijnlijk CD). Schakel de eenheid nu in de
Program modus. Selecteer een ingang, die afgesteld moet
worden, en gebruik de ‘vol up’ en ‘vol down’ toetsen om het
volume op het juiste niveau in te stellen. De volumeregelaar
zal tijdens deze bewerking niet ronddraaien. Selecteer een
volgende ingang als afstelling ervan nodig is.
8.10 Program standaarden
Om alle programmeerbare instellingen overeenkomstig de
Fabriekstandaard terug te zetten op de disp toets (in
voorversterkermodus) van de afstandbediening drukken en
ingedrukt houden, terwijl de voorversterker in de Program
Modus is. De voorversterker zal na deze bewerking uit de
program modus gaan.
8.11 Kanaalbalans - NAC 202, NAC 112 en
NAIT 5
De afstelling van de kanaalbalans geschiedt elektronisch
binnen de voorversterker en wordt uitsluitend met de
balanstoetsen van de afstandbediening geregeld. De balans
zal automatisch centreren als zij het middelpunt bereikt.
Het centreren wordt aangegeven door een flikkerende
volumeregelaarindicator. Om de afstelling te hervatten,
nadat de balans gecentreerd is, moet de balanstoets van
de afstandbediening worden vrijgegeven en er weer op
worden gedrukt.
8.12 Display
De knop voor het display, op het voorpaneel van de NAC
552, NAC 252, NAC 282 en NAC 202, kan worden
uitgeschakeld door op de disp functie van de
afstandbediening (in voorversterkermodus) te drukken.
Enige latere bewerking middels de afstandbediening of
direct via het voorpaneel zal het display tijdelijk herstellen.
Een tweede bewerking van de disp functie zal het display
permanent herstellen.
Nederlands
Voorversterkers
9 Eindversterkers en Nait 5
eindversterker sectie.
NAP 500, NAP 300, NAP 250, NAP
200, NAP 150, NAP V 175, NAP V
175, NAIT 5
9.1 Installatie
Sommige Naim eindversterkers zijn erg zwaar en
voorzichtigheid is geboden als ze worden opgetild of
verplaatst. Zorg ervoor dat het oppervlak, waarop zij worden
geplaatst, hun volle gewicht gemakkelijk kan dragen.
Eindversterkers mogen niet direct op een met tapijt
bedekte vloer worden geplaatst. Verder moet er goed op
worden gelet, dat wanneer de NAP 500 en NAP 300
worden geplaatst , de ventilatieroosters niet worden
geblokkeerd.
Eindversterkers
Nederlands
39
Eindversterkers moeten op hun uiteindelijke plaats worden
geïnstalleerd voordat de kabels worden aangesloten en
aangeschakeld. Schakel de bron en
voorversterkercomponenten aan voordat de eindversterker
wordt aangeschakeld. De NAP 500 en 300 worden
aangeschakeld via de spanningsknop van hun erbij
behorende voedingen.
9.2 Aansluiting
De electrische massa (aarde) moet te allen tijde zijn
aangesloten, ongeacht welke andere apparatuur in gebruik
is. Deze massa wordt enkel aan het huis en de
transformator aangesloten. Het wordt echter niet aan het
negatieve signaal aangesloten.
Om de luidspreker aan te sluiten mogen uitsluitend Naim
audio luidsprekerkabels worden gebruikt. De Custom Naim
audio luidsprekerconnectoren worden meegeleverd om de
aansluiting te maken. OM TE VOLDOEN AAN DE EUROPESE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN IS HET ESSENTIEEL DAT
DEZE WORDEN GEBRUIKT.
BESCHADIGING VAN DE VERSTERKER KAN VOORKOMEN
ALS “HIGH DEFINITION” KABELS OF ENIG ANDERE
SPECIALE KABEL VOOR HET AANSLUITEN VAN DE
LOUDSPREKERS WORDEN GEBRUIKT.
Let wel: Elk kanaal van de NAP 500 is een “bridged”
versterker, daarom heeft niet een van de
uitgangsconnectoren (+/-) een massapotentieel. Vermijd
het aansluiten van lichtnet-gevoede apparatuur, zoals
elektrostatische speakers, subwoofers en versterkers voor
koptelefoons die geen zwevende massa hebben. Er mogen
geen kabels worden gebruikt die direct of indirect aan
massa van de speakeruitgang zijn aangesloten.
9.3 Bescherming
Als de warmteafvoer van de eindversterker een
temperatuur van 70 C bereikt door langdurig gebruik op
hoog niveau, of doordat de luchtstroom geblokkeerd is, zal
de uitgang worden onderbroken en zal de ventilator (NAP
500 en NAP 300) op volle kracht blijven lopen tot de
warmteafvoer weer is afgekoeld. Dit kan tot 45 minuten
duren. Het is niet nodig de versterker uit te schakelen, het
verdient echter aanbeveling de voorversterker te ‘muten’ of
het volume terug te draaien om verrassingen te voorkomen
als deze weer aangaat.
DE WERKING VAN DE THERMISCHE BESCHERMING VAN DE
VERSTERKER WEKT DE INDRUK DAT LANGDURIG GEBRUIK
BIJ EEN TE HOOG VOLUME EEN RISICO VOOR UW
LUIDSPREKERS KAN ZIJN, ALS DIT HET GEVAL IS MOET
HET VOLUME GEREDUCEERD WORDEN.
Eindversterkers Afstandbediening
10 Afstandbedieningen
Flash
De flash is voorgeprogrammeerd om iedere Naim
voorversterker, CD speler, pre-set tuner en de AV2 te
regelen. Aanvullende Naim bronnen kunnen voor de
toekomst in overweging worden genomen. Neem voor
nadere informatie contact op met uw dealer of importeur.
De Flash wordt zonder aangebrachte batterijen geleverd.
Om de batterijen aan te brengen het deksel van de
batterijruimte met de meegeleverde speciale
schroevedraaier verwijderen en de batterijen in de
batterijruimte van de handset schuiven, let hierbij echter
op de polariteit. Breng het deksel weer op de
batterijruimte aan. De bevestigingsschroef niet te vast
aandraaien. Als de batterijen zijn aangebracht is de Flash
gereed voor gebruik. De Flash is ontworpen om uit te
schakelen wanneer deze 10 seconden niet gebruikt wordt
en schakelt onmiddellijk weer aan als het wordt bewogen
of op een toets wordt gedrukt.
10.1 Het gebruiken van Flash
De Flash kan zo worden ingesteld dat het elk type apparaat
kan regelen via de vier pre-set toetsen onder het display.
De geselecteerde modus wordt in het display aangegeven
boven elke ‘pre-set’ toets. Als op een ‘pre-set’ toets wordt
gedrukt zullen het display, de acht hoofdtoetsen en de
numerieke toetsen daarmee overeenkomend opnieuw
worden geconfigureerd. De
AV ‘pre-set’ toets zal ook een
AV2 in standby zetten. Druk
op de toets en houd deze
ingedrukt om de AV2 uit
stand-by te laten komen.
Het display voor elk type
apparatuur geeft een notatie
weer van de acht
hoofdtoetsen en hun
functies.
De volume ‘up’ en ‘down’
toetsen en de ‘mute’ toetsen
zijn altijd beschikbaar
ongeacht de geselecteerde
bron.
Pre-set toetsenHoofdtoetsen
Volume en ‘mute’ toetsen
Numerieke
toetsen
40
De modus voor de Voorversterker-, CD- en AV apparatuur
heeft meerdere displays (voor de Tuners is slechts één
scherm nodig). Het eerste display van elk ervan zorgt voor
het regelen van de meest gebruikte functies, terwijl erop
volgende schermen in het algemeen toegang geven tot de
minder gebruikte functies.
Selectie van het tweede en derde scherm binnen elke
modus wordt verkregen door op de passende toets te
drukken. De geselecteerde pagina wordt in de bovenste
rechter hoek van het display weergegeven. De functie van
de meeste hoofdtoetsen op elke pagina is vanzelfsprekend.
De volgende aantekeningen beschrijven enkele van de
minder intuïtievefuncties.
10.2 Aantekeningen voor toetsfuncties
PRE (voorversterker modus)
Pagina 1 van 2
Mono: Bij voorversterkers zonder mono-faciliteit schakelt
de tapemonitorfunctie van de handset monotoets in.
Menu: Geeft toegang tot een Flash installatiescherm waar
de bronnen kunnen worden gekozen en waar display
voorkeuren kunnen worden ingesteld. Het geeft ook
toegang voor de installatie van AV2 RC5.
Numeric keys: Selecteren direct voorversterker ingangen.
Pagina 2 van 2
De hoofdsleutelfuncties op PRE 2 zijn duplicaten van
Pagina 1. De selectie van Pagina Twee geeft echter
controle over de record functies van passend uitgeruste
voorversterkers.
CD (cd modus)
Pagina 1 van 2
Numerieke toetsen: Selecteren direct CD tracks.
Pagina 2 van 2
De hoofdsleutel- en numerieke toetsfuncties op Pagina
Twee zijn duplicaten van Pagina Een. Selecteren van Pagina
Twee geeft toegang tot programmeer- en herhaalfuncties.
Prog: Voert CD track program modus in.
Rep: Herhaalt de CD of geprogrammeerde tracks.
TUN (tunermodus)
Pagina 1 van 1
Mode: Kiest de frequentie-, scan- en ‘pre-set’ modus.
Up/Down: Afhankelijk van de geselecteerde operationele
modus stelt de afstemfrequentie bovenwaarts of
benedenwaarts (frequentiemodus) af, zoekt naar stations
(scanmodus) of selecteert de volgende of vorige vooraf
ingestelde modus.
Prog: Selecteert vooraf ingestelde prog modus dat
specifieke FM stations aan vooraf ingestelde
geheugenplaatsen toegewijst.
Disp: Schakelt de tunerdisplay aan of uit.
Numeric keys: Selecteert een station direct.
AV (av versterkermodus)
Pagina 1 van 3
OSD: Selecteert On-Screen Display operationele modus.
Disp: Schakelt het AV2 display aan of uit.
Midn: Selecteert ‘midnight’ operationele modus.
Menu: Gebruikt in On-Screen Displaymodus om
installatiemodi binnen te gaan en om enkele nietessentiële
audio-functies mogelijk te maken.
Numeric keys: Selecteert direct ingangen op de AV2.
Pagina 2 van 3
De hoofdtoets functies op AV Pagina Twee zijn duplicaten
van Pagina Een. Selectie van Pagina Twee schakelt echter
de functie van de numerieke toetsen direct naar directe
selectie van de processor-decoderen modi.
Pagina 3 van 3
Up: Selecteert de volgende AV installatieparameter of
verplaatst de OSD cursor bovenwaarts.
Down: Selecteert de voorafgaande AV installatieparameter
of verplaatst de OSD cursor benedenwaarts.
Left: Selecteert de voorafgaande AV parameterwaarde of
verplaatst de OSD cursor naar links.
Right: Selecteert de volgende AV parameterwaarde of
verplaatst de OSD cursor naar rechts.
Input: Schakelt de AV processor in ingang-installatiemodus.
Spkr: Schakelt de AV processor in speakerinstallatiemodus.
Enter: Bevestigd optieselectie tijdens OSD regeling.
Clear: Wist optieselectie tijdens OSD regeling.
Numeric Keys: Geen functie.
Nederlands
Afstandbedieningen
41
11 Afstandbedieningen
NARCOM 3
NARCOM 3 is voorgeprogrammeerd om gelijk welke Naim
voorversterker, CD speler of vooraf ingestelde tuner te
regelen. De AV2 heeft of Flash of de NARCOM AV nodig.
NARCOM 3 wordt zonder aangebrachte batterijen
geleverd. Om de batterijen aan te brengen het deksel
van de batterijruimte aan de onderkant van de handset
verwijderen en de 4 AAA batterijen in de batterijruimte
schuiven, let hierbij op de polariteit. Breng daarna het
deksel weer aan op de batterijruimte. Als de batterijen
zijn aangebracht is de handset gereed voor gebruik.
11.1 Gebruiken van de NARCOM 3
De afstandbediening besturing is gebaseerd rond 3 typen
toetsen: De Systeemcomponenttoetsen, Global keys -
algemene toetsen en Soft keys.
11.2 Systeem componenttoetsen
Systeem componenttoetsen schakelen de werking van de
zachte toetsen om in modi geschikt voor elke
systeemcomponent (CD, tuner, voorversterker, record).
CD: Schakelt de actie van de soft keys over naar één
geschikt voor een CD speler.
Tuner: Schakelt de actie van
de Zachte toetsen over naar
één geschikt voor een vooraf
ingestelde tuner.
Preamp: Schakelt de actie
van de soft keys over naar
één geschikt voor een
geïntrigeerde of
voorversterker.
Record: Schakelt de actie
over van de soft keys om
record-ingangen te
selecteren op hiervoor
geschikte voorversterkers.
11.3 Algemene toetsen
Algemene toetsen regelen specifieke componentfuncties
zonder rekening te houden met de instelling van systeem
componenttoets. De functie van de meeste Systeem
componenttoetsen spreekt voor zichzelf. De volgende
aantekeningen beschrijven enkele minder intuïtieve
functies.
Voorversterker
Mon: Afhankelijk van de specifieke voorversterker schakelt
deze of de tapemonitor- of de monofuncties aan.
Tuner
Mode: Schakelt de tuner door middel van handmatige scan
of vooraf ingestelde modi.
Up/Down: Afhankelijk van de geselecteerde operationele
modus stelt de afstemfrequentie opwaarts of
benedenwaarts (frequentiemodus) af, zoekt naar stations
(scanmodus) of selecteert de volgende of vorige
stationvoorinstelling (vooraf ingestelde modus).
11.4 Soft Keys
Soft keys selecteren functies afhankelijk van de instelling
van de systeem componenttoets.
Numeric keypad: In voorversterkermodus zullen de
numerieke toetsen tussen de voorversterkeringangen
schakelen. In CD modus zullen de track worden
geselecteerd In recordmodus zullen de numerieke toetsen
tussen recordingangen op hiervoor geschikte
voorversterkers schakelen.
Prog: In voorversterkermodus varieert de prog toets
afhankelijk van de specifieke voorversterker die dan in
gebruik is.
Disp: In voorversterkermodus zal de disp toets het display
in- en uitschakelen (niet bij NAC 112 of NAIT 5). In de CD
modus zal de disp toets de tracks of tijd laten zien en het
display naar wens aan of uitschakelen. In Tunermodus zal
de disp toets opeenvolgend door de afgestemde frequentie
(“freq” indicator aan), ‘preset’ (“freq” indicator uit) en
“display out” scrollen.
Nederlands
Afstandbedieningen
Systeem
component
-toetsen
Algemene
toetsen
(Preamp)
Algemene
toetsen
(CD)
Algemene
toetsen
(Tuner)
Zachte
toetsen
Naim Audio Limited, Southampton Road, Salisbury, England SP1 2LN
Telephone: +44 (0) 1722 332266 Fax: +44 (0) 1722 412034 www.naim-audio.com
Part No. OWMEU 12-001-0052
Drawing No. NA601001-400
Distributors
Canada
Dimexs Inc
9998 Lajeunesse
Montreal
Quebec
Canada H3L 2E1
Tel: +1 514 384 3737
Fax: +1 514 384 7207
Deutschland (Österreich)
music line Vertriebs GmbH
Hainbuchenweg 14-18
21224 Rosengarten
Deutschland
Tel: +49 (0)4105 640500
Fax: +49 (0)4105 640899
Web: www.music-line.biz
France
L'Audiodistribution
22 Avenue Beau Plain
13013 Marseille
France
Tel: +33 491 060023
Fax: +33 491 067525
Italia
Audio Art & Design SRL
Via Marmiceto 2B
Ospedaletto
Zona Industriale Ovest
56121 Pisa
Italia
Tel: +39 050 985401
Fax: +39 050 985314
Nederland (België, Luxemburg)
Phonologic
Grote Kerkplein 4
3011 GC Rotterdam
Nederland
Tel: +31 (0) 10-281 04 05
Fax: +31 (0) 10-281 04 06
Web: www.phonologic.com
Schweiz
Chektone gmbh
Blockweg 8
CH-3007 Bern
Schweiz
Tel: +41 31 376 26 51
Fax: +41 31 376 26 50

Documenttranscriptie

WORLD CLASS HI FI OWNERS MANUAL Deutsch • Français • Italiano • Nederlands ISSUE 2 Deutsch Diese Bedienungsanleitung enthält allgemeine Informationen zur Installation und zum Gebrauch einer Reihe von Naim-Audio-Produkten. Darstellungen, Anschlussschemata, technische Daten und Konformitätserklärungen befinden sich in der englischen Version der jeweiligen Bedienungsanleitung. Français Ce manuel comprend des informations générales sur l’installation et l’utilisation d’une gamme de produits Naim Audio. Pour se référer aux illustrations des produits ou schémas de câblage ou spécifications et aux certificats de conformité, consulter le manuel en langue anglaise correspondant. CONTENTS Page Section 2 Deutsch 2 1 Einleitung 4 6 CD-Player 5 7 Tuner 6 8 Vorstufen 8 9 Endstufen 9 10 Fernbedienung Flash 11 11 Fernbedienung NARCOM 3 12 Français 12 1 Introduction 14 6 Lecteurs CD 16 7 Tuner 16 8 Préamplificateurs 18 9 Amplificateurs de Puissance 19 10 Télécommandes Flash Italiano Questo manuale comprende le informazioni generali sull’installazione e l’uso di alcuni prodotti Naim Audio. Per le illustrazioni dei prodotti, circuiti di collegamento, capitolati dei prodotti e certificati di conformità si prega di fare riferimento agli specifici manuali in lingua inglese. 21 11 Télécommandes NARCOM 3 22 Italiano 22 1 Introduzione 24 6 Lettori CD 26 7 Sintonizzatore 26 8 Preamplificatori 28 9 Amplificatori di Potenza 29 10 Telecomandi Flash Nederlands Deze handleiding bevat algemene informatie over de installatie en het gebruik van een aantal producten van Naim Audio. Zie de betreffende Engelstalige handleidingen voor illustraties, verbindingsschema’s , productspecificaties en conformiteitsverklaringen. 31 11 Telecomandi NARCOM 3 32 Nederlands 32 1 Inleiding 34 6 CD Spelers 36 7 Tuner 36 8 Voorversterkers 38 9 Eindversterkers 39 10 Afstandbediende handsets - Flash 41 11 Afstandbediende handsets - NARCOM 3 1 Nederlands Inleiding Bij het ontwikkelen van producten van Naim Audio komen de prestaties ervan steeds op de eerste plaats. Om er zeker van te zijn dat hun potentieel volledig wordt aangewend, is een nauwgezette installatie vereist. De eerste bladzijden van deze handleiding bevatten algemene installatietips voor alle producten van Naim Audio en wettelijke veiligheidsinstructies. Specifieke produkt informatie vindt u in Hoofdstuk 5. 1 Installatie van de apparatuur In normale omstandigheden zal uw Naim Audio-installatie reeds geïnstalleerd zijn door de verkoper die ze u heeft verkocht, zelfs als u buiten hun onmiddellijke omgeving woont. Uw verkoper is ervoor verantwoordelijk dat het systeem precies zo klinkt als het moet, en de informatie die hier wordt gegeven is niet bedoeld om deze verantwoordelijkheid op enigerlei wijze te verminderen. 2 Bekabeling en aansluitingen De verbindingskabels die standaard met uw versterker en Voedingen meegeleverd worden, mogen niet gewijzigd worden, noch de soort kabel , noch de lengte. Dit is niet alleen belangrijk voor de veiligheid, maar ook voor de prestaties. Van elke kabel is één einde gemerkt met een strookje tape om de richting aan te geven. De tape markeert het uiteinde dat naar de signaalbron gaat. Luidsprekerkabels zijn ook zeer belangrijk. De Naim Audio luidsprekerkabel is geschikt voor uw systeem en uw dealer zal volgens uw behoeften kabels op maat maken. Ze moeten echter ten minste 3,5 m lang en van gelijke lengte zijn – de aanbevolen maximale lengte is 20 m. Net zoals verbindingskabels zijn zij richtinggevoelig en moeten zodanig aangesloten worden dat de gedrukte pijl naar de luidsprekers wijst. Het gebruik van een onjuiste kabel zal de prestaties nadelig beïnvloeden en kan zelfs uw versterker beschadigen. Een uitzondering op de restricties voor de luidsprekerkabel is de NAP 6-50 multi-room eindversterker. De NAP 6-50 is ontworpen om tolerant te zijn voor zowel een ruime verscheidenheid in soorten kabels als voor kabellengten van meer dan 20 meter. De luidsprekerconnectoren , die met al onze versterkers en luidsprekers geleverd worden, werden zeer zorgvuldig ontworpen voor een stevige mechanische verbinding. Het is essentieel dat deze worden gebruikt teneinde te voldoen aan de huidige Europese veiligheidsvoorschriften. Alle connectoren die met uw Naim apparatuur worden geleverd, werden gekozen omdat zij de best mogelijke verbinding mogelijk maken. Een slechte verbinding zal de kwaliteit van het signaal aanzienlijk verminderen; de connectoren moeten aldus schoon en vrij van stof en corrosie zijn. 32 De gemakkelijkste manier om ze schoon te maken is het apparaat uit te zetten, de connectoren te ontkoppelen en vervolgens weer terug te plaatsen. Speciale contactreinigers en “contactverbeteraars” mogen niet gebruikt worden, aangezien deze een film achterlaten die zeer moeilijk te verwijderen is en het geluid negatief kunnen beïnvloeden. 3 Hoe te beginnen 3.1 Aan- en uitschakelen De voedingen voor CD-spelers, tuners, voorversterkers en crossovers moeten eerst aangeschakeld worden, alvorens de versterkers aan te zetten. De versterkers moeten altijd uitgeschakeld worden waarna een minuut moet worden gewacht voor het ontladen van de condensatoren, alvorens welke kabel of connector dan ook te gekoppelen of ontkoppelen. Gebruik altijd de spanningsschakelaar op het apparaat in plaats van bijvoorbeeld een wandschakelaar. 3.2 Inspelen Uw Naim Audio-uitrusting zal een aanzienlijke tijd moeten Inspelen alvorens zij optimaal kan functioneren. Deze periode varieert, maar onder bepaalde condities zult u bemerken dat het geluid gedurende ongeveer vijf weken zal blijven verbeteren. Een beter en meer consistent effect zal worden bereikt als het systeem gedurende langere perioden aangeschakeld blijft. Men dient evenwel voor ogen te houden dat alle elektronische apparaten beschadigd kunnen worden door bliksem. Zie de rubriek Waarschuwingen. 3.3 Netvoeding Indien stroomstekkers met zekeringen worden gebruikt, moeten zekeringen van 13 amp worden gebruikt. Zwakkere zekeringen zullen na een zekere tijd doorsmelten. Een hi-fi systeem deelt doorgaans een spanningsleiding met andere huishoudapparaten, waarvan sommigen vervormingen in de spanningsgolf van kunnen veroorzaken. Er kan dan een brom hoorbaar worden die afkomstig is van de transformator. Deze brom wordt niet door de luidsprekers weergegeven en heeft geen effect op het systeem en de geluidskwaliteit. Een afzonderlijke spanningsleiding met zekering, afkomstig van de verdeel- of stoppenkast kan het geluid in de transformator verminderen. Ook moet voor ogen worden gehouden dat een dergelijke separate spanningsleiding (ideaal een leiding van 30 of 45 amp) een lagere impedantie heeft en een zuiverdere stroom levert wat de prestatie zal verbeteren. Gebruik geen spanningsafhankelijke weerstanden of geluidsonderdrukkers in netstekkers, aangezien deze de kwaliteit van de voeding en muziek aantasten. Nederlands Inleiding 3.4 Plaatsing van de apparatuur Voedingen en versterkers moeten op een redelijke afstand van andere apparatuur worden gehouden om te vermijden dat transformatorvelden zullen interfereren en mogelijk een brom veroorzaken die hoorbaar is in de luidsprekers. Sommig Naim apparatuur is erg zwaar. Zorg ervoor dat de standaard of tafel het gewicht ervan gemakkelijk kan dragen en dat het stabiel is. 3.5 In geval van problemen De wettelijke consumentenbescherming varieert van land tot land. In de meeste landen waar onze apparatuur wordt geleverd, moet de dealer alle Naim Audio-uitrusting die hij verkocht heeft, terugnemen als hij ze in uw woning niet bevredigend kan laten werken. Een probleem kan het gevolg zijn van een fout in een element van uw systeem, of van de plaatsing, zodat het essentieel is beroep te doen op de diagnostische vaardigheden van uw dealer. In geval van moeilijkheden die niet kunnen worden opgelost, moet contact worden opgenomen met uw lokale distributeur of met Naim Audio op het adres achter in dit handboek. Sommige apparaten worden voor verschillende landen in speciale versies gemaakt, wat het onmogelijk maken om internationale garanties te geven. Controleer dus uw positie met uw eigen distributeur op het ogenblik van de verkoop. Wij zijn altijd beschikbaar voor hulp en advies. Het is essentieel dat herstellingen en aanpassingen alleen zullen worden uitgevoerd door een erkende Naim-dealer, of in de fabriek door Naim Audio. Vele onderdelen werden speciaal gemaakt, getest of aangepast en adequate vervangstukken kunnen alleen via ons verkregen worden. In sommige omstandigheden kunt u te maken hebben met radiofrequentie interferentie, afhankelijk van de plaats waar u woont en de aarding van uw woning. De voorschriften inzake uitzendingen maken in sommige landen zeer hoge niveaus van hoogfrequente straling mogelijk, en kan de keuze en vooral de juiste plaats van het apparaat kritiek zijn. Als dit in uw omgeving een probleem is, kunt u bij u thuis een demonstratie laten geven alvorens over te gaan tot de aankoop, om na te gaan of uw Naim apparatuur hierdoor zal worden beïnvloed. Hoogfrequente interferentie heeft te maken met de grote interne bandbreedte die vereist is voor een goede versterking, en doorgaans zullen voorversterkers voor elementen met bewegende magneet (MM) en passieve systemen minder hinder ondervinden. Een radiofrequentie filter kit is beschikbaar voor sommige Naim apparaten, maar de kwaliteit van het geluid zal degraderen naarmate meer elementen van de kit worden aangebracht. In gevallen van extreme radiostoringen kan de Naim apparatuur ongeschikt zijn. Uw Naim hi-fi systeem kan door bliksem beschadigd worden. Vooral de eindversterkers lopen risico en moeten worden uitgedraaid als er gevaar voor blikseminslag is. Voor een volledige bescherming moeten de netstekkers van alle apparaten uitgetrokken en antennes ontkoppeld worden. Apparaten mogen niet blootgesteld worden aan lekken of spatten en objecten gevuld met vloeistoffen, zoals vazen, mogen niet op het apparaat worden geplaatst. Het gebruik van niet-standaard luidsprekerkabels of Connectoren kan uw garantie doen vervallen. BELANGRIJK 4 Waarschuwingen Naim Audio apparatuur is ontworpen voor de best Mogelijke geluidskwaliteit met een minimum aan compromissen. Dit kan tot situaties leiden die ongewoon kunnen zijn. Hetgeen hierna volgt bevat advies en informatie specifiek bedoeld voor Naim apparatuur, evenals meer algemene waarschuwingen in verband met het gebruik van versterkers thuis. Gelieve dit gedeelte dus zorgvuldig te lezen. Teneinde te voldoen aan de huidige Europese veiligheidsvoorschriften is het essentieel dat de bij Naim luidsprekers en versterkers meegeleverde connectoren worden gebruikt. De transformatoren in de eindversterkers en de voedingen kunnen soms een mechanisch geluid veroorzaken als gevolg van vervorming van de golfvorm in het stroomnet. Naim transformatoren zijn zeer groot en hebben grote secundaire wikkelingen, waardoor ze zeer gevoelig zijn voor deze vervorming. Een separate spanningsleiding voor uw hifi systeem kan dit effect verminderen en kan ook leiden tot een algemene verbetering van de geluidskwaliteit. Het kan noodzakelijk zijn rekening te houden met mechanisch transformatorgeluid bij de keuze van een lokalie voor uw apparatuur. Niet-geautoriseerde wijzigingen zullen uw garantie doen vervallen. Sta onder geen enkele omstandigheid toe dat iemand uw Naim apparatuur modificeert zonder dit eerst met de fabriek, uw dealer of de importeur te hebben gecheckt. Voor uw eigen veiligheid onder geen enkele omstandigheid Naim apparatuur openen zonder eerst de stroomtoevoer te hebben uitgeschakeld. Waarschuwing! Dit toestel moet worden geaard. 33 Nederlands Inleiding CD Spelers 5 Verbinding 6 CD Spelers 5.1 Netsnoer CDS3, CDX2, CD5 Aangezien de kleuren van de draden in het netsnoer van dit apparaat mogelijk niet overeenstemmen met de kleuraanduidingen voor het identificeren van de aansluitpunten in uw stekker, kunt u als volgt tewerk gaan: De groen en geel gekleurde draad moet verbonden worden met het aansluitpunt in de stekker die gemerkt is met de letter E of met het symbool voor veiligheidsaarding, of die groen of groen en geel gekleurd is. De blauwe draad moet verbonden worden met het aansluitpunt in de stekker die gemerkt is met de letter N of die zwart gekleurd is. De bruine draad moet verbonden worden met het aansluitpunt in de stekker die gemerkt is met de letter L of die rood gekleurd is. 5.2 Niet-herbruikbare netstekkers Als een niet-herbruikbare netstekker van een netsnoer wordt afgeknipt (om gelijk welke reden), moet de stekker zodanig vernietigd worden dat hij totaal onbruikbaar is geworden. Er is een aanzienlijk gevaar voor elektrische schok als een afgesneden stekker in een stopcontact wordt gestopt. 6.1 Installatie van CD Spelers CD spelers moeten geïnstalleerd worden op een voor dit apparaat bestemd onderstel. Er moet op gelet worden dat de speler horizontaal staat. De voor transport onder de onderkant van de behuizing en de transportdeksel (CDS3) aangebrachte schroeven moeten worden verwijderd en weer aangebracht als de eenheid wordt herpakt en verscheept. De transportschroeven mogen op geen enkel ander Naim produkt worden gebruikt. Een speler mag niet omgekeerd worden als de transportschroeven zijn verwijderd. De CDS3 heeft een XPS voedingsbron nodig. De XPS wordt aan de CDS3 aangesloten via een “Burndy” krachtstroomkabel. Sluit de kabel aan en zorg ervoor dat de connectoren goed zijn aangebracht en hun twist-lock mechanismen goed zijn vergrendeld. De speler wordt aangeschakeld met de XPS spanningsschakelaar op het frontpaneel. 6.2 Laden van een compact disc Om een compact disc te laden het middelste deksel (CDS3) optillen of de CD lade opentrekken met de aan de linkerkant van de speler (CDX2 en CD5) aangebrachte greep. Plaats de CD op de schijf, gevolgd door de magnetische puck. Gebruik geen puck van gelijk welke andere Naim speler. Als een gecodeerde HDCD® compactdisc in de CDS3 of CDX2 wordt geladen zal de speler deze automatisch herkennen en decoderen. Het display zal “HDCD” gedurende een paar seconden visueel weergeven nadat op spelen is gedrukt. HDCD®, High Definition Compatible Digital® en Pacific Microsonics™ zijn of gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Pacific Microsonics, Inc in de Verenigde Staten dan wel in andere landen. HDCD® is een systeem gefabriceerd onder licentie van Pacific Microsonics, Inc. en wordt gedekt door een of meer van de volgende US Pat. Nr. 5479168, 5638074, 5640161, 5808574, 5838274, 5854600, 5864311, 5872531 en het Australië Pat. Nr. 669114. Andere patenten zijn aangevraagd. 34 Nederlands CD Spelers Play: Speelt een disc vanaf track 1 tenzij een andere track is gekozen. De speelvolgorde kan op elk gewenst moment worden herzien door op de prog functie te drukken. Het display van de speler zal dan door de geselecteerde tracks scrollen. Stop: Stopt met spelen en stelt de speler terug naar de Startpositie. Om het prog geheugen te wissen op de stoptoets drukken en deze ingedrukt houden. 6.3 Bedieningen voor een CD speler Pause (CDS3): Stopt het spelen zonder de speler naar de Startpositie terug te stellen. Een tweede pauze-commando zal het spelen weer doen beginnen vanaf het punt waarop de pauze was gekozen. Next: Selecteert tracks van de disc voorwaarts ; één track per keer of achtereenvolgens als de knop ingedrukt blijft. Previous: Selecteert tracks van de disc achterwaarts; één track per keer of achtereenvolgens als de knop ingedrukt blijft. Display: Scrolt door afspeelopties van “track”,”time” en “display uit” Alle CD controle-functies zijn op de afstandbediening beschikbaar. 6.4 Display en indicators Het display geeft visueel track- en indexnummers, tijd in minuten en seconden, of verschillende systeemmeldingen aan. Aan de linkerkant van het display zijn de getalindicatoren. HDCD: Verlicht om aan te geven dat een HDCD gecodeerde CD wordt afgespeeld (uitsluitend CDS3 en CDX2). Pause: Verlicht om aan te geven dat pauze is geselecteerd. Time: Verlicht om de totale disctijd of de verstreken tijd van de track die gespeeld wordt aan te geven. Repeat: Verlicht om te laten zien dat repeat/herhalen is geselecteerd. Program: Verlicht om aan te geven dat een speelvolgorde is opgeslagen. 6.5 Track programmeren De prog functie (afstandbediening in CD modus) staat toe dat een trackspeelvolgorde wordt geprogrammeerd. Om een speelvolgorde te programmeren, dient u de tracknummers middels de numerieke toetsengroep te selecteren, elke keer gevolgd door de toets “prog” tot de gewenste selectie klaar is. 6.6 Voeding uitbreiden De CDX2 en CD5 kunnen worden uitgebreid door de toevoeging van respectievelijk XPS en Flatcap 2 voedingen. CDX2 uitbreiden (XPS) De XPS wordt aan de CDX2 aangesloten via een “Burndy” krachtstroomkabel. Schakel zowel de XPS en CDX2 uit als de aansluitingen worden gemaakt. Verwijder de CDX2 netstroomkabel. Sluit de voedingskabel aan en zorg ervoor dat de connectoren goed zijn aangebracht en hun twistlock mechanismen zijn gekoppeld. Schakel de speler aan met de XPS spanningsschakelaar op het frontpaneel. Na enige momenten zal de CDX2 weer normaal functioneren. Uitbreiden van de CD5 (Flatcap 2) De Flatcap 2 wordt aan de CDX2 aangesloten via een 5polige DIN kabel. Schakel zowel de Flatcap 2 als de CD5 uit als de aansluitingen worden gemaakt. Sluit de 5-polige DIN- kabel aan en zorg ervoor dat de connectoren goed zijn gekoppeld en hun twist-lock mechanismen zijn aangesloten. Schakel de Flatcap 2 aan met zijn spanningsschakelaar. Na enige momenten zal de CD5 weer normaal functioneren. 6.7 Selectie uitgangsstekkerbus - CDS3, CDX2 Er zijn aan de achterkant van de CDS3 en CDX2 een paar phono-uitgangen aangebracht om een alternatief op de DIN connector te bieden. Om de phono-uitgangen te kiezen, op de disp functie van de afstandbediening (in CD modus) drukken tot de prog indicator van de CD speler flikkert. Verdere bewerkingen van de disp functie zullen nu tussen elke combinatie van de twee typen ingangen schakelen. De geselecteerde optie wordt op het display van de CD speler aangegeven. Druk nogmaals op de disp functie en houd die ingedrukt om uit de betreffende selectiemodus te gaan. De prog functie kan ook worden gebruikt om tracks uit de speelvolgorde te wissen. Om de track te wissen op de “prog” toets drukken en ingedrukt houden tot de prog functie in de CD display oplicht, daarna de track of tracks middels de numerieke toetsengroep selecteren en wissen, door het wederom kiezen van “prog”. 35 Nederlands Tuner 7 Tuner NAT 05 7.1 Signaalaansluiting De FM antenne-ingang moet aan een passende antenne worden aangesloten via 75 ohm verliesarme coaxaalkabel. Er kunnen uitsluitend goede resultaten van uw NAT O5 worden verwacht als het radiosignaal sterk genoeg en vrij van interferentie is Signaalboosters mogen uitsluitend als een laatste hulpmiddel worden gebruikt. Uw dealer zal in staat zijn u advies over lokale radio-ontvangstcondities en passende antennes te geven. 7.2 Tuner/afstemfuncties modus’ en sla de nieuwe of overschreven preset op door op de prog toets te drukken en ingedrukt te houden. Om de program modus te verlaten zonder een preset op te slaan (of te overschrijven) selecteer “O O” op de numerieke toetsengroep. Om een vooraf ingesteld nummer te wissen selecteer de preset, en vervolgens op de disp toets drukken en ingedrukt houden. Om alle vooraf ingestelde nummers te wissen op de prog toets gevolgd door de disp toets drukken en ingedrukt houden. 7.3 Display en indicators Display: Toont de gekozen frequentie, het geselecteerde vooraf ingestelde nummer of “— —_” om aan te geven dat geen vooraf ingestelde nummer is toegewezen aan de huidige gekozen frequentie. Down: In frequentiemodus stelt de downfunctie de frequentie benedenwaarts af. Stereo indicator: Geeft aan dat in de stereo-modus een stereosignaal wordt ontvangen. In scanmodus laat de downfunctie de tuner benedenwaarts de FM band “scannen” zoekend naar signalen boven het vooraf ingestelde niveau. De tuner zal bij elk gevonden station het zoeken stoppen en op deze wijze de mogelijkheid scheppen het station op te slaan als een preset/vooraf ingesteld station. Als tijdens de eerste scan geen bevredigde signalen worden gevonden, zal automatisch een tweede scan beginnen op een lager vooraf ingesteld signaal. Freq indicator: Geeft aan dat de tuner in frequentiemodus is. In de vooraf ingestelde modus toont de down-functie sequentieel achterwaarts de eerder opgeslagen stations. Up: Stuurt de tuner op vergelijkbare wijze wijze als de downknop,maar dan sequentieel voorwaarts. Mono: De mono-functie combineert het linker en rechter kanaal. Het overschakelen naar mono kan het achtergrondgeluid verminderen bij zwakke stereosignalen. Mode: Schakelt de tuner tussen operationele frequentie-, scan- en vooraf ingestelde modi. De vooraf ingestelde modus stelt specifieke FM stationfrequenties in staat om aan geheugenplaatsen toegewezen te worden. Een station kan worden toegewezen door dit eerst handmatig tunen door de stationfrequentie direct via de toetsengroep van de handset in te toetsen of door de tuner in up-, down- of scanfuncties te gebruiken. Als het station getuned is op de prog toets op de handset drukken en ingedrukt houden. De vooraf ingestelde indicator zal flikkeren en het display zal visueel “— —” laten zien. Druk op het gewenste vooraf ingestelde nummer uit de handset toetsengroep (het display zal visueel “ —” weergeven of ”P” als het vooraf ingestelde nummer reeds in gebruik is). Verlaat ‘program 36 Voorversterkers Scan indicator: Geeft aan dat de tuner in de scanmodus is. Preset indicator: Geeft aan dat de tuner in de vooraf ingestelde modus is. 8 Voorversterkers en NAIT 5 Voorversterker sectie NAC 552, NAC 252, NAC 282, NAC 202, NAC 112, NAIT 5 8.1 Netvoedingen Alle Naim voorversterkers hebben of een externe voeding nodigof moeten worden aangesloten op een Naim eindversterker waarin een voeding voor de voorversterker is opgenomen. De NAIT 5 voorversterker sectie kan of intern of door een externe voeding worden gevoed. De vereisten hiervoor zijn geïllustreerd in Tabel 1. Voorversterker NAC 552 NAC 252 NAC 282 NAC 202 NAC 112 NAIT 5 Voeding NAC 552PS uitsluitend Supercap uitsluitend Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2: NAP200 of NAP 150 uitgangsversterkers Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2: NAP200 of NAP 150 uitgangsversterkers Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2: NAP200 of NAP 150 uitgangsversterkers Intern of Supercap, Hi-Cap of Flatcap 2 8.2 Transportschroeven De NAC 552 heeft vier transportschroeven aan de Onderzijde , die voorafgaand aan gebruik verwijderd moeten worden en weer worden aangebracht als het apparaat wordt herpakt en verscheept. Nederlands Voorversterkers Deze transportschroeven mogen niet bij andere Naim producten worden gebruikt. De NAC 552 mag niet ondersteboven worden gehouden als de transportschroeven verwijderd zijn. 8.3 Ingang/Record selectie De bronkeuzeknoppen selecteren het bronsignaal dat naar de eindversterker en luidsprekers wordt gerouteerd. De NAC 552, NAC 252 en NAC 282 hebben een tweede lager aangebrachte toetsenbank middels welke men onafhankelijk een signaal kan selecteren dat naar de record - opname - uitgangen kan worden gerouteerd. Deze sectie recordknoppen kan vergrendeld of ontgrendeld worden door achtereenvolgens vier keer in snelle successie op de mono-toets te drukken. 8.4 Programmeerbare voorzieningen Naim voorversterkers bevatten een aantal programmeerbare voorzieningen die in de paragrafen 8.5 tot 8.10 worden beschreven. Deze voorzieningen kunnen worden aangesloten en geprogrammeerd door het apparaat in “Program Modus” te schakelen. Om de Program Modus in te voeren op ‘prog’ op de Afstandbediending (in voorversterker modus) drukken en ingedrukt houden. Program Modus wordt aangegeven door een flikkerende indicator op de volumeregelaar. Als binnen vijf minuten na het invoeren van de program modus geen functie wordt gekozen zal de voorversterker automatisch naar de normale modus teruggaan. Om de Program Modus te verlaten op de prog toets op de afstandbediening drukken en ingedrukt houden tot de volumeindicator ophoudt met flikkeren. 8.5 Ingangstoewijzing - NAC 552 Een van de zes bronkeuzetoetsen op de NAC 552 kan worden geprogrammeerd om een van de negen ingangen op de achterzijde te selecteren. Als een bronkeuzetoets wordt geselecteerd zal de indicator op de achterzijde flikkeren om de connector aan te wijzen waaraan het is “toegewezen”. Om de ingang aan een bronkeuzetoets toe te wijzen moet de bron worden geselecteerd en de record mute toets en de monoknoppen worden gebruikt om over de ingangen te scrollen. Als de geselecteerde ingang reeds is toegewezen aan een bronkeuzetoets zal de indicator boven de bronkeuzetoets bij herhaling flikkeren. Het is mogelijk om één ingang toe te wijzen aan meer dan één bronkeuzetoets. De afstandbediende record mute en monofuncties (in voorversterkermodus) kunnen ook worden gebruikt om een ingangstoewijzing in te stellen. 8.6 Ingangstoewijzing - NAC 252, NAC 282 en NAC 202 De NAC 252, NAC 282 en NAC 202 hebben zes DIN Ingangen en twee alternatieve phonoingangen. De phonoingangen kunnen individueel worden toegewezen aan de CD en AUX 2 bronkeuzeknoppen in plaats van aan de DIN ingangen. Om het phono-ingang voor CD te selecteren of selectie ervan ongedaan te maken op ‘1’ knop (in voorversterker modus) van de afstandbediening drukken en ingedrukt houden. Om phonoingang voor AUX 2 te selecteren of selectie ervan ongedaan te maken op de ‘6’ knop (in voorversterkermodus) van de afstandbediening drukken en ingedrukt houden. De corresponderende bronkeuzeknoppen kunnen op dezelfde manier worden gebruikt om de phonoingangen te selecteren of de selectie ervan ongedaan te maken. De betreffende ingangskeuze-indicator zal bij selectie van de phono-optie drie keer flikkeren en één keer bij selectie van de DIN optie. 8.7 Automatische ingangsschakeling Alle Naim voorversterkers hebben een optionele voorziening voor automatische ingangsschakeling die in werking treedt zodra een afstandbedienings-functie voor een specifieke Naim broncomponent wordt bediend. Bij voorbeeld, als de ingang voor de tuner is geselecteerd en de CD speeltoets op de afstandbediening wordt gekozen zal de voorversterker automatisch naar de CD ingang overschakelen. Automatische ingangsschakeling kan worden geprogrammeerd om onafhankelijk elke combinatie van CD, AV en Tuner-ingangsknoppen te regelen op de NAC 552, NAC 252, NAC 282 en NAC 202. Indien bij de NAC 552, NAC 252, NAC 282 en NAC 202, met de automatische schakeling geactiveerd, weer op de monoknop gedrukt wordt zullen de ingangen, die voor automatische schakeling geselecteerd zijn, weergeven worden door een kortdurend oplichten van hun knopindicatoren. Herhaalde bewerking van de mono keuzeknop zal niet alleen opeenvolgend door elke mogelijke combinatie van CD, Tuner en AV ingangen gaan, maar ook van de uitgeschakelde automatische schakeling (CD, Tuner en AV knopindicators off/uit). De mono-toetsen op de afstandbediening (Flash en Narcom3) kunnen eveneens worden gebruikt om automatische ingangsschakeling in te stellen. 37 Nederlands Voorversterkers Eindversterkers 8.8 AV Integratie (Unity gain) 8.10 Program standaarden De Unity gain (eenheidsvolumeregeling, hierna EVR) functie staat toe dat de audiovisuele processor zodanig wordt geïntegreerd dat het de volumeregeling van de bronnen die zijn aangesloten aan geselecteerde ingangen overneemt. EVR kan worden geselecteerd op Ingangen 4 en 5 (de corresponderende ingangskeuzeknoppen zullen afhangen van de ingangsindeling)) van de NAC 522, maar uitsluitend bij de AV ingang van alle andere voorversterkers. De ‘mute’ toets op het voorpaneel zal worden verlicht als EVR op gelijk welke ingang wordt geselecteerd. Als het niet geactiveerd is kan het op de NAC 552, NAC 252, NAC 282 en NAC 202 worden ingeschakeld door twee maal op de ‘mute’ knop te drukken, en bij de NAC 112 en NAIT 5 door op de ‘mute’-knop van de afstandbediening in te drukken en ingedrukt te houden. Bij de NAC 552, met geactiveerde EVR zal het drukken op de ‘mute’-knop de geselecteerde ingangen weergeven door het voor korte tijd oplichten van hun knopindicatoren. Herhaald intoetsen van de ’mute’-knop zal sequentieel elke combinatie van Ingang 4, Ingang 5 en uitgeschakelde EVR selecteren. De ‘mute’-knop van de afstandbediening kan ook worden gebruikt om EVR in te stellen. EVR wordt alleen operationeel bij het afsluiten van Program Modus. Let wel: De EVR negeert de voorversterkervolumeregelaar en moet voorzichtig worden gebruikt. Als een ingang wordt geselecteerd, die een aangeschakelde EVR heeft, zullen de volume- en balansfuncties van de afstandbediening worden uitgeschakeld alsook hun indicatoren Dit zal getoond worden door flikkerende indicatoren als gelijk welke afstandbediening wordt gebruikt. Daarnaast zullen, om het risico van een onachtzaam ongelukje te verminderen, erop volgende modificaties aan de ingangsindeling op de NAC 552 eerder ingestelde EVR-ingangen uitschakelen. Om alle programmeerbare instellingen overeenkomstig de Fabriekstandaard terug te zetten op de disp toets (in voorversterkermodus) van de afstandbediening drukken en ingedrukt houden, terwijl de voorversterker in de Program Modus is. De voorversterker zal na deze bewerking uit de program modus gaan. 8.11 Kanaalbalans - NAC 202, NAC 112 en NAIT 5 De afstelling van de kanaalbalans geschiedt elektronisch binnen de voorversterker en wordt uitsluitend met de balanstoetsen van de afstandbediening geregeld. De balans zal automatisch centreren als zij het middelpunt bereikt. Het centreren wordt aangegeven door een flikkerende volumeregelaarindicator. Om de afstelling te hervatten, nadat de balans gecentreerd is, moet de balanstoets van de afstandbediening worden vrijgegeven en er weer op worden gedrukt. 8.12 Display De knop voor het display, op het voorpaneel van de NAC 552, NAC 252, NAC 282 en NAC 202, kan worden uitgeschakeld door op de disp functie van de afstandbediening (in voorversterkermodus) te drukken. Enige latere bewerking middels de afstandbediening of direct via het voorpaneel zal het display tijdelijk herstellen. Een tweede bewerking van de disp functie zal het display permanent herstellen. 9 Eindversterkers en Nait 5 eindversterker sectie. 8.9 Invoervolume compensatie De NAC 112 en NAIT 5 hebben een ingangsvolumecompensatiesysteem dat het mogelijk maakt om onderlinge verschillen in uitgangsniveau tussen bronnen gelijk te trekken. Om de volumecompensatie voor elke ingang te programmeren moet eerst de volumeregeling worden ingesteld op een comfortabel luisterniveau met de luidste bron (waarschijnlijk CD). Schakel de eenheid nu in de Program modus. Selecteer een ingang, die afgesteld moet worden, en gebruik de ‘vol up’ en ‘vol down’ toetsen om het volume op het juiste niveau in te stellen. De volumeregelaar zal tijdens deze bewerking niet ronddraaien. Selecteer een volgende ingang als afstelling ervan nodig is. 38 NAP 500, NAP 300, NAP 250, NAP 200, NAP 150, NAP V 175, NAP V 175, NAIT 5 9.1 Installatie Sommige Naim eindversterkers zijn erg zwaar en voorzichtigheid is geboden als ze worden opgetild of verplaatst. Zorg ervoor dat het oppervlak, waarop zij worden geplaatst, hun volle gewicht gemakkelijk kan dragen. Eindversterkers mogen niet direct op een met tapijt bedekte vloer worden geplaatst. Verder moet er goed op worden gelet, dat wanneer de NAP 500 en NAP 300 worden geplaatst , de ventilatieroosters niet worden geblokkeerd. Nederlands Om de luidspreker aan te sluiten mogen uitsluitend Naim audio luidsprekerkabels worden gebruikt. De Custom Naim audio luidsprekerconnectoren worden meegeleverd om de aansluiting te maken. OM TE VOLDOEN AAN DE EUROPESE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN IS HET ESSENTIEEL DAT DEZE WORDEN GEBRUIKT. BESCHADIGING VAN DE VERSTERKER KAN VOORKOMEN ALS “HIGH DEFINITION” KABELS OF ENIG ANDERE SPECIALE KABEL VOOR HET AANSLUITEN VAN DE LOUDSPREKERS WORDEN GEBRUIKT. Let wel: Elk kanaal van de NAP 500 is een “bridged” versterker, daarom heeft niet een van de uitgangsconnectoren (+/-) een massapotentieel. Vermijd het aansluiten van lichtnet-gevoede apparatuur, zoals elektrostatische speakers, subwoofers en versterkers voor koptelefoons die geen zwevende massa hebben. Er mogen geen kabels worden gebruikt die direct of indirect aan massa van de speakeruitgang zijn aangesloten. 9.3 Bescherming Als de warmteafvoer van de eindversterker een temperatuur van 70 C bereikt door langdurig gebruik op hoog niveau, of doordat de luchtstroom geblokkeerd is, zal de uitgang worden onderbroken en zal de ventilator (NAP 500 en NAP 300) op volle kracht blijven lopen tot de warmteafvoer weer is afgekoeld. Dit kan tot 45 minuten duren. Het is niet nodig de versterker uit te schakelen, het verdient echter aanbeveling de voorversterker te ‘muten’ of het volume terug te draaien om verrassingen te voorkomen als deze weer aangaat. DE WERKING VAN DE THERMISCHE BESCHERMING VAN DE VERSTERKER WEKT DE INDRUK DAT LANGDURIG GEBRUIK BIJ EEN TE HOOG VOLUME EEN RISICO VOOR UW LUIDSPREKERS KAN ZIJN, ALS DIT HET GEVAL IS MOET HET VOLUME GEREDUCEERD WORDEN. De flash is voorgeprogrammeerd om iedere Naim voorversterker, CD speler, pre-set tuner en de AV2 te regelen. Aanvullende Naim bronnen kunnen voor de toekomst in overweging worden genomen. Neem voor nadere informatie contact op met uw dealer of importeur. De Flash wordt zonder aangebrachte batterijen geleverd. Om de batterijen aan te brengen het deksel van de batterijruimte met de meegeleverde speciale schroevedraaier verwijderen en de batterijen in de batterijruimte van de handset schuiven, let hierbij echter op de polariteit. Breng het deksel weer op de batterijruimte aan. De bevestigingsschroef niet te vast aandraaien. Als de batterijen zijn aangebracht is de Flash gereed voor gebruik. De Flash is ontworpen om uit te schakelen wanneer deze 10 seconden niet gebruikt wordt en schakelt onmiddellijk weer aan als het wordt bewogen of op een toets wordt gedrukt. 10.1 Het gebruiken van Flash De Flash kan zo worden ingesteld dat het elk type apparaat kan regelen via de vier pre-set toetsen onder het display. De geselecteerde modus wordt in het display aangegeven boven elke ‘pre-set’ toets. Als op een ‘pre-set’ toets wordt gedrukt zullen het display, de acht hoofdtoetsen en de numerieke toetsen daarmee overeenkomend opnieuw worden geconfigureerd. De AV ‘pre-set’ toets zal ook een AV2 in standby zetten. Druk op de toets en houd deze ingedrukt om de AV2 uit stand-by te laten komen. Het display voor elk type apparatuur geeft een notatie weer van de acht hoofdtoetsen en hun functies. Volume en ‘mute’ toetsen De electrische massa (aarde) moet te allen tijde zijn aangesloten, ongeacht welke andere apparatuur in gebruik is. Deze massa wordt enkel aan het huis en de transformator aangesloten. Het wordt echter niet aan het negatieve signaal aangesloten. Flash Pre-set toetsen 9.2 Aansluiting 10 Afstandbedieningen Hoofdtoetsen Eindversterkers moeten op hun uiteindelijke plaats worden geïnstalleerd voordat de kabels worden aangesloten en aangeschakeld. Schakel de bron en voorversterkercomponenten aan voordat de eindversterker wordt aangeschakeld. De NAP 500 en 300 worden aangeschakeld via de spanningsknop van hun erbij behorende voedingen. Afstandbediening Numerieke toetsen Eindversterkers De volume ‘up’ en ‘down’ toetsen en de ‘mute’ toetsen zijn altijd beschikbaar ongeacht de geselecteerde bron. 39 Nederlands Afstandbedieningen De modus voor de Voorversterker-, CD- en AV apparatuur heeft meerdere displays (voor de Tuners is slechts één scherm nodig). Het eerste display van elk ervan zorgt voor het regelen van de meest gebruikte functies, terwijl erop volgende schermen in het algemeen toegang geven tot de minder gebruikte functies. Prog: Selecteert vooraf ingestelde prog modus dat specifieke FM stations aan vooraf ingestelde geheugenplaatsen toegewijst. Selectie van het tweede en derde scherm binnen elke modus wordt verkregen door op de passende toets te drukken. De geselecteerde pagina wordt in de bovenste rechter hoek van het display weergegeven. De functie van de meeste hoofdtoetsen op elke pagina is vanzelfsprekend. De volgende aantekeningen beschrijven enkele van de minder intuïtievefuncties. AV (av versterkermodus) Pagina 1 van 3 10.2 Aantekeningen voor toetsfuncties PRE (voorversterker modus) Pagina 1 van 2 Mono: Bij voorversterkers zonder mono-faciliteit schakelt de tapemonitorfunctie van de handset monotoets in. Menu: Geeft toegang tot een Flash installatiescherm waar de bronnen kunnen worden gekozen en waar display voorkeuren kunnen worden ingesteld. Het geeft ook toegang voor de installatie van AV2 RC5. Numeric keys: Selecteren direct voorversterker ingangen. Pagina 2 van 2 De hoofdsleutelfuncties op PRE 2 zijn duplicaten van Pagina 1. De selectie van Pagina Twee geeft echter controle over de record functies van passend uitgeruste voorversterkers. CD (cd modus) Pagina 1 van 2 Numeric keys: Selecteert een station direct. OSD: Selecteert On-Screen Display operationele modus. Disp: Schakelt het AV2 display aan of uit. Midn: Selecteert ‘midnight’ operationele modus. Menu: Gebruikt in On-Screen Displaymodus om installatiemodi binnen te gaan en om enkele nietessentiële audio-functies mogelijk te maken. Numeric keys: Selecteert direct ingangen op de AV2. Pagina 2 van 3 De hoofdtoets functies op AV Pagina Twee zijn duplicaten van Pagina Een. Selectie van Pagina Twee schakelt echter de functie van de numerieke toetsen direct naar directe selectie van de processor-decoderen modi. Pagina 3 van 3 Up: Selecteert de volgende AV installatieparameter of verplaatst de OSD cursor bovenwaarts. Down: Selecteert de voorafgaande AV installatieparameter of verplaatst de OSD cursor benedenwaarts. Left: Selecteert de voorafgaande AV parameterwaarde of verplaatst de OSD cursor naar links. Right: Selecteert de volgende AV parameterwaarde of verplaatst de OSD cursor naar rechts. Input: Schakelt de AV processor in ingang-installatiemodus. Numerieke toetsen: Selecteren direct CD tracks. Spkr: Schakelt de AV processor in speakerinstallatiemodus. Pagina 2 van 2 Enter: Bevestigd optieselectie tijdens OSD regeling. De hoofdsleutel- en numerieke toetsfuncties op Pagina Twee zijn duplicaten van Pagina Een. Selecteren van Pagina Twee geeft toegang tot programmeer- en herhaalfuncties. Clear: Wist optieselectie tijdens OSD regeling. Prog: Voert CD track program modus in. Rep: Herhaalt de CD of geprogrammeerde tracks. TUN (tunermodus) Pagina 1 van 1 Mode: Kiest de frequentie-, scan- en ‘pre-set’ modus. Up/Down: Afhankelijk van de geselecteerde operationele modus stelt de afstemfrequentie bovenwaarts of benedenwaarts (frequentiemodus) af, zoekt naar stations (scanmodus) of selecteert de volgende of vorige vooraf ingestelde modus. 40 Disp: Schakelt de tunerdisplay aan of uit. Numeric Keys: Geen functie. Nederlands Afstandbedieningen 11 Afstandbedieningen NARCOM 3 NARCOM 3 is voorgeprogrammeerd om gelijk welke Naim voorversterker, CD speler of vooraf ingestelde tuner te regelen. De AV2 heeft of Flash of de NARCOM AV nodig. NARCOM 3 wordt zonder aangebrachte batterijen geleverd. Om de batterijen aan te brengen het deksel van de batterijruimte aan de onderkant van de handset verwijderen en de 4 AAA batterijen in de batterijruimte schuiven, let hierbij op de polariteit. Breng daarna het deksel weer aan op de batterijruimte. Als de batterijen zijn aangebracht is de handset gereed voor gebruik. 11.1 Gebruiken van de NARCOM 3 De afstandbediening besturing is gebaseerd rond 3 typen toetsen: De Systeemcomponenttoetsen, Global keys algemene toetsen en Soft keys. 11.3 Algemene toetsen Algemene toetsen regelen specifieke componentfuncties zonder rekening te houden met de instelling van systeem componenttoets. De functie van de meeste Systeem componenttoetsen spreekt voor zichzelf. De volgende aantekeningen beschrijven enkele minder intuïtieve functies. Voorversterker Mon: Afhankelijk van de specifieke voorversterker schakelt deze of de tapemonitor- of de monofuncties aan. Tuner Mode: Schakelt de tuner door middel van handmatige scan of vooraf ingestelde modi. Up/Down: Afhankelijk van de geselecteerde operationele modus stelt de afstemfrequentie opwaarts of benedenwaarts (frequentiemodus) af, zoekt naar stations (scanmodus) of selecteert de volgende of vorige stationvoorinstelling (vooraf ingestelde modus). 11.2 Systeem componenttoetsen Systeem componenttoetsen schakelen de werking van de zachte toetsen om in modi geschikt voor elke systeemcomponent (CD, tuner, voorversterker, record). CD: Schakelt de actie van de soft keys over naar één geschikt voor een CD speler. Tuner: Schakelt de actie van de Zachte toetsen over naar één geschikt voor een vooraf ingestelde tuner. Systeem component -toetsen Algemene toetsen (Preamp) Algemene toetsen (CD) Preamp: Schakelt de actie van de soft keys over naar één geschikt voor een geïntrigeerde of voorversterker. Record: Schakelt de actie over van de soft keys om record-ingangen te selecteren op hiervoor geschikte voorversterkers. 11.4 Soft Keys Soft keys selecteren functies afhankelijk van de instelling van de systeem componenttoets. Numeric keypad: In voorversterkermodus zullen de numerieke toetsen tussen de voorversterkeringangen schakelen. In CD modus zullen de track worden geselecteerd In recordmodus zullen de numerieke toetsen tussen recordingangen op hiervoor geschikte voorversterkers schakelen. Prog: In voorversterkermodus varieert de prog toets afhankelijk van de specifieke voorversterker die dan in gebruik is. Disp: In voorversterkermodus zal de disp toets het display in- en uitschakelen (niet bij NAC 112 of NAIT 5). In de CD modus zal de disp toets de tracks of tijd laten zien en het display naar wens aan of uitschakelen. In Tunermodus zal de disp toets opeenvolgend door de afgestemde frequentie (“freq” indicator aan), ‘preset’ (“freq” indicator uit) en “display out” scrollen. Algemene toetsen (Tuner) Zachte toetsen 41 Distributors Canada Italia Dimexs Inc 9998 Lajeunesse Montreal Quebec Canada H3L 2E1 Tel: Fax: E-mail: +1 514 384 3737 +1 514 384 7207 [email protected] Audio Art & Design SRL Via Marmiceto 2B Ospedaletto Zona Industriale Ovest 56121 Pisa Italia Tel: Fax: E-mail: +39 050 985401 +39 050 985314 [email protected] Deutschland (Österreich) music line Vertriebs GmbH Hainbuchenweg 14-18 21224 Rosengarten Deutschland Tel: Fax: E-mail: Web: +49 (0)4105 640500 +49 (0)4105 640899 [email protected] www.music-line.biz Nederland (België, Luxemburg) Phonologic Grote Kerkplein 4 3011 GC Rotterdam Nederland Tel: Fax: E-mail: Web: +31 (0) 10-281 04 05 +31 (0) 10-281 04 06 [email protected] www.phonologic.com France L'Audiodistribution 22 Avenue Beau Plain 13013 Marseille France Tel: Fax: Email: +33 491 060023 +33 491 067525 [email protected] Schweiz Chektone gmbh Blockweg 8 CH-3007 Bern Schweiz Tel: Fax: E-mail: Naim Audio Limited, Southampton Road, Salisbury, England SP1 2LN Telephone: +44 (0) 1722 332266 Fax: +44 (0) 1722 412034 www.naim-audio.com +41 31 376 26 51 +41 31 376 26 50 [email protected] Part No. OWMEU 12-001-0052 Drawing No. NA601001-400
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43

Naim CDS3 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor