43NC 100 NL
2. De laatste meetuitlezing zal automatisch worden getoond
op de display gedurende 2 seconden met het «
M
»
symbool
9
.
3. Wanneer het symbool «
°C
» of «
°F
» knippert, hoort u een
geluidsignaal en de thermometer is gereed voor gebruik
AT
.
4. Richt de thermometer op het midden van het voor-
hoofd en houdt daarbij een afstand aan van niet
meer dan 5 cm van het voorhoofd. Alvorens de ther-
mometersonde op het te meten gebied te plaatsen vuil,
haar of zweet verwijderen.
5. Druk op de START knop 3 en breng de thermo-
meter met een vloeiende beweging van het midden
van het voorhoofd naar de slaap (ongeveer 1 cm boven
de wenkbrauw). Het geactiveerde blauwe licht zorgt
voor de indicatie van de meetomgeving. Na 3 seconden
zal een lange pieptoon aangeven dat de meting voltooid
is. Als de slaap niet behaald is m.b.t. de beweging vanuit
het midden van het voorhoofd en de piep al hoorbaar is,
herhaal dan de meting zoals beschreven maar beweeg
de thermometer iets sneller als voorheen.
6. Lees de gemeten temperatuur van het LCD display.
Meten in de object modus
1. Volg stap 1-3 zoals hierboven beschreven, en richt de
thermometer op het midden van het object wat u wilt
gaan meten met een afstand van niet meer dan 5 cm.
Druk nu op de START knop 3. Na 3 seconden zal een
lange pieptoon aangeven dat de meting voltooid is.
2. Lees de gemeten temperatuur van het LCD display.
OPMERKING:
Patiënten en thermometer moeten minimaal 30 minuten
verblijven in een kamer met een constante temperatuur.
Meet niet tijdens of direct na het voeden van een baby.
Gebruik de thermometer niet in ruimtes met een te hoge
luchtvochtigheid.
Patiënten moeten niet drinken, eten, of oefeningen
verrichten voorafgaand aan/tijdens het meten.
Haal het meetapparaat niet van het meetgebied af
voordat u de eindpiep hebt gehoord.
Gebruik een alkoholstaafje om de sonde voorzichtig te
reinigen en wacht 15 minuten voordat een meting op
een andere patiënt wordt verricht.
10 korte piepsignalen en een rood LCD achtergrondver-
lichting maken de patiënt erop attent dat hij/zij een
temperatuur heft van boven de 37,5 °C.
Neem de temperatuur altijd op dezelfde plaats op, daar
de temperatuuruitlezingen van plaats tot plaats kunnen
verschillen.
Dokters raden aan om bij pasgeborenen de eerste 6
maanden de temperatuur rectaal te meten, dit omdat andere
meetmethodes vaak tot niet betrouwbare resultaten kunnen
leiden. Wilt u toch een non-contact meting bij pasgeborenen
uitvoeren controleert u dit dan middels een rectale meting.
In onderstaande omstandigheden is het aanbevolen om
drie metingen te doen en het hoogste resultaat te nemen:
1. Kinderen jonger dan drie jaar met een deficiënt
immuunsysteem en bij wie het al dan niet hebben van
koorts kritiek is.
2. Als de gebruiker de thermometer voor het eerst leert
gebruiken, tot hij/zij vertrouwd is met het instrument
en regelmatige resultaten verkrijgt.
3. Als de meting onverwacht laag is.
Temperatuurmetingen moeten onderling niet met
elkaar vergeleken worden, omdat de lichaamstem-
peratuur kan fluctueren door tijd en omgevingstem-
peratuur, vaak is de lichaamstemperatuur het hoogst in
de avond en het laagst in de ochtenduren.
Normale lichaamstemperaturen zijn:
- Oksel: 34,7 - 37,3 °C / 94,5 - 99,1 °F
- Orale: 35,5 - 37,5 °C / 95,9 - 99,5 °F
- Rectale: 36,6 - 38,0 °C / 97,9 - 100,4 °F
- Microlife NC 100: 35,4 °C - 37,4 °C / 95,7 - 99,3 °F
7. Schakelbaar van Celsius naar Fahrenheit
Deze thermometer toont de temperatuurmeting in Fahren-
heit en Celsius. Om te switchen tussen °C en °F, gewoon de