Mountfield EL380 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

11 13 12
14 1516 18
17
21 22 23
6 174
23 85
9
10
8
M
aximale waarden voor geluid en trillingen
Model ................................................................................................... EL 380 EL 420
Geluidsdrukniveau aan het oor van de bediener
(op basis van de norm 81/1051/EEG .......................................... db(A) 80,3 82,9
Meetonzekerheid (2006/42/EG EN 27574) .......................... db(A) 1,4 0,4
Gemeten niveau van akoestisch vermogen
(volgens de richtlijn 2000/14/EG, 2005/88/EG) .......................... db(A) 92,2 95,2
Meetonzekerheid (2006/42/EG EN 27574) .......................... db(A) 0,7 0,2
Gegarandeerd geluidsniveau
(volgens de richtlijn 2000/14/EG, 2005/88/EG) .......................... db(A) 94 96
Trillingsniveau (op basis van de norm EN 1033) ........................... m/s
2
1,87 1,29
Meetonzekerheid (2006/42/EG EN 12096) ............................ m/s
2
0,6 0,5
ETIQUETA DE IDENTIFICACIÓN Y COMPONENTES DE LA MÁQUINA
1. Nivel de potencia acústica según la directiva 2000/14/CE
2. Marca de conformidad según la directiva 2006/42/CE
3. Año de fabricación
4. Tipo de cortadora de césped
5. Número de matrícula
6. Nombre y dirección del Fabricante
7. Tensión y frequencia de alimentación
8. Código del artículo
9. Potencia del motor y régimen
10. Peso en kg
Inmediatamente después de haber comprado la máquina, transcribir los números
de identificación (3 - 4 - 5) en los espacios correspondientes, en la última página del
manual.
11. Chasis 12. Motor 13. Hoja (Cuchilla) 14. Proteccn contra piedras
15. Bolsa de recolección 16. Mango 17. Mando interruptor 18. Enganche del ca-
ble eléctrico
No desechar los aparatos eléctricos junto con los residuos domésticos. Se-
gún la Directiva Europea 2002/96/CE sobre los residuos de equipos eléctri-
cos y electrónicos y su aplicación conforme a las normas nacionales, los
equipos eléctricos fuera de servicio deberán recogerse separadamente para vol-
verse a emplear de manera eco-compatible.Si los equipos eléctricos se eliminan en
un vertedero de residuos o en el terreno, las sustancias nocivas pueden alcanzar la
capa acuífera y entrar en la cadena alimentaria, dañando su salud y bienestar. Para
obtener más información sobre la eliminación de este producto, contactar con el Ente
competente para la eliminación de los residuos domésticos o con su Distribuidor.
DESCRIPCIÓN DE LOS SÍMBOLOS INDICADOS EN LOS MANDOS (donde
estén previstos)
21. Parada 22. Marcha
PAUTAS DE SEGURIDAD - Su cortadora de césped debe ser utilizada con pru-
dencia. Para tal fin, en la máquina se han colocado pictogramas, destinados a re-
cordar las precauciones de uso. El significado se explica a continuación. Además,
ES
IDENTIFICATIELABEL EN ONDERDELEN VAN DE MACHINE
1. Niveau van de geluidssterkte volgens richtlijn 2000/14/EG
2. Conformiteitmerk volgens de richtlijn 206/42/EEG
3. Bouwjaar
4. Type grasmaaier
5. Serienummer
6. Naam en adres van de Fabrikant
7. Voedingsspanning en –frequentie
8. Code Artikel
9. Vermogen en toerental van de motor
10. Gewicht in kg
Onmiddellijk na de aankoop van de machine, worden de identificatienummers
(3 - 4 - 5) in de hiertoe bestemde ruimten op de laatste pagina van de handleiding
genoteerd.
11. Chassis 12. Motor 13. Mes 14. Steenbeschermkap 15. Opvangzak
16. Steel 17. Commando schakelaar 18. Haak elektrisch snoer
Gooi elektrische apparatuur niet bij het gewoon huishoudelijk afval.Volgens
de Europese Richtlijn 2002/96/EG inzake elektrisch en elektronisch afval en
de toepassing ervan overeenkomstig de nationale wetgeving, moet de af-
gedankte elektrische apparatuur apart ingezameld worden voor recyclagedoelein-
den. Indien de elektrische apparatuur afgedankt wordt op een afvalpark of in de on-
dergrond, kunnen de schadelijke stoffen de waterlaag bereiken en in de
voedingsketen terecht komen, met nadelige gevolgen voor uw gezondheid en wel-
zijn. Voor meer informatie over de afdanking van dit product, contacteer de instan-
tie die bevoegd is voor de verwerking van het huishoudelijk afval of raadpleeg uw Ver-
koper.
BESCHRIJVING VAN DE SYMBOLEN OP DE KNOPPEN (indien aanwezig)
21. Stilstand 22. Werking
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN - Uw grasmaaier moet voorzichtig gebruikt wor-
den. Daarom zijn er op de machine pictogrammen op aangebracht die u aan de be-
langrijkste veiligheidsvoorschriften herinneren. Hun betekenis is hieronder weerge-
geven. Verder wordt u aanbevolen de veiligheidsvoorschriften in het speciale
hoofdstuk daarover in dit boekje zorgvuldig door te lezen.
Vervang de beschadigde of onleesbare stickers.
61. Let op: Lees de handleiding alvorens de machine te gebruiken.
62. Risico wegschietende voorwerpen. Houd de personen buiten de werkzone
tijdens het gebruik.
63. Let op de snijdende messen:Haal de stekker uit het stopcontact vooraleer het
onderhoud aan te vangen of wanneer de kabel beschadigd is.Steek uw handen
of voeten niet in de maaikast.
64. Let op: houd de toevoerkabel ver van de messen verwijderd.
65. Enkel voor grasmaaiers met batterij.
66. Stel de machine niet bloot aan regen of vochtigheid.
67. Let op de snijdende messen: De messen blijven na het uitschakelen van de
motor draaien.
NL
61
62
63
64
65
66
66
32
VEILIGHEIDSNORMEN
DIE STRIKT OPGEVOLGD MOETEN WORDEN
B
ELANGRIJK - LEES DIT AANDACHTIG VOORALEER DE MACHINE
T
E GEBRUIKEN. BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR DE TOEKOMST
BELANGRIJK - Gebruik de grasmaaier enkel voor het doel waarvoor deze bestemd
is, namelijk gras maaien en opvangen. Eender welk ander gebruik kan gevaarlijk zijn en
s
chade berokkenen aan personen en/of zaken. De volgende situaties behoren tot het on-
geschikt gebruik (bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend):
vervoer van personen, kinderen of dieren op de machine;
zich door de machine laten vervoeren;
gebruik van de machine voor het aanslepen of aanduwen van een last;
gebruik van de machine voor het verzamelen van bladeren of afval;
gebruik van de machine voor het knippen van heggen of voor het maaien van andere ve-
g
etatie dan gras;
gebruik van de machine door meer dan één persoon tegelijk;
het mes aanschakelen op zones zonder gras.
1
) Lees aandachtig de gebruiksaanwijzingen. Zorg dat u vertrouwd raakt met de be-
dieningsknoppen en in staat bent de grasmaaier op de juiste wijze te gebruiken.Leer de mo-
t
or snel af te zetten.
2
) Laat nooit toe dat de grasmaaier gebruikt wordt door kinderen of door personen die niet
vertrouwd zijn met deze aanwijzingen. De minimale leeftijd van de gebruiker kan landelijk
gereglementeerd zijn.
3) Gebruik de grasmaaier in geen geval:
als er personen, in het bijzonder kinderen, of dieren in de buurt zijn;
indien de gebruiker geneesmiddelen ingenomen heeft of substanties die negatieve in-
vloed hebben op de reflexen en het aandachtvermogen.
4
) Denk eraan dat de persoon die de machine bedient of de gebruiker aansprakelijk is voor
o
ngevallen en onvoorziene gebeurtenissen die personen of hun eigendommen kunnen
overkomen.
1) Draag, tijdens het maaien altijd stevige schoenen en een lange broek. Bedien de gras-
m
aaier niet met blote voeten of met open sandalen.Draag geen kledij met loshangende de-
len, of met veters of dassen.
2) Controleer grondig de hele werkzone en verwijder alles wat van de machine weg zou
kunnen springen of de snijgroep en de motor zou kunnen beschadigen (keien, takken, ijzer-
draad, beenderen, enz.).
3) Vóór het gebruik dient er een algemene controle verricht te worden, in het bijzonder op
het uitzicht van de messen, en dient men te controleren of de schroeven en de snijgroep
niet versleten of beschadigd zijn.Vervang de beschadigde of versleten messen en schroe-
ven en bloc om ervoor te zorgen dat het maaidek in balans blijft.
4) Voor ieder gebruik dient men na te gaan of de toevoerkabel en het verlengsnoer niet be-
schadigd zijn en geen tekens van slijtage of veroudering vertonen.4) De stekker onmiddellijk
uit het stopcontact halen indien de kabel of verlengsnoer beschadigd zijn. RAAK DE KA-
BEL NIET AANVOORALEER DEZE UIT HET STOPCONTACT GEHAALD WERD.Gebruik
de machine niet wanneer de kabel beschadigd of versleten is.
1) Werk alleen bij daglicht of bij goed kunstlicht.
2) Maai geen nat gras o bij regen.
3) Zorg er voor dat U steeds een goed steunpunt hebt op hellende terreinen
4) Loop nooit, maar stap; laat U niet door de grasmaaier trekken
5) Maai steeds dwars op een helling en nooit op-en-neer.
6) Let goed op bij de verandering van richting op hellingen.
7) Maai niet op bijzonder steile hellingen
8) Wees zeer voorzichtig wanneer u de grasmaaier naar u toe trekt.
9) Zet het mes stil indien de grasmaaier gekanteld moet worden voor het vervoer, bij het
oversteken van zones zonder gras en wanneer de grasmaaier vervoerd wordt van of naar
de zone die gemaaid moet worden.
10) Stel de grasmaaier nooit in werking wanneer de beschermingen beschadigd zijn, of
zonder opvangzak of steenbeschermkap.
11) Bij de modellen met aandrijving, dient men de koppeling van de transmissie aan de wie-
len uit te schakelen vooraleer de motor te starten.
12) Start de motor voorzichtig volgens de aanwijzingen en houd uw voeten ver van de mes-
sen verwijderd.
13) Kantel de grasmaaier niet wanneer U de motor aanschakelt, tenzij dit noodzakelijk is
voor het opstarten. In dit geval, mag de grasmaaier niet verder gekanteld worden dan wat
strikt noodzakelijk is en enkel aan de tegenovergestelde kant van de bediener.Verzeker U
er steeds van dat beide handen in werkpositie zijn vooraleer de grasmaaier weer omlaag
te brengen.
14) Breng uw handen en voeten nooit nabij of onder de draaiende delen.Blijf steeds op af-
stand van de uitlaatopening.
15) Hef de grasmaaier niet op en vervoer hem niet wanneer de motor in werking is.
16) Schakel de motor uit en koppel de toevoerkabel los.Verzeker U ervan dat alle bewe-
gende delen volledig stilstaan:
tijdens het vervoer van de machine
telkens wanneer u de grasmaaier onbeheerd achterlaat;
vóór het verhelpen van blokkeringen of het vrijmaken van het windkanaal;
vóórdat u de machine controleert, schoonmaakt of eraan werkt;
nadat er op een vreemd voorwerp gestoten is.Controleer de grasmaaier op eventuele be-
schadigingen en voer de nodige reparaties uit alvorens de machine opnieuw te gebrui-
ken.
Als de grasmaaier op abnormale wijze begint te trillen. (Onmiddellijk controleren):
controleer eventuele beschadigingen;
Vervang of herstel de beschadigde delen nabij een gespecialiseerd centrum;
controleer of er delen losgekomen zijn en schroef ze weer vast.
17) Schakel de motor uit:
elke keer wanneer u de opvangzak verwijdert of hermonteert;
vooraleer de snijhoogte af te stellen.
18) Behoud tijdens het werk steeds de veiligheidsafstand ten opzichte van het draaiende
C) TIJDENS HET GEBRUIK
B) VÓÓR HET GEBRUIK
A) VOORBEREIDING
NL
mes, gegeven door de lengte van de steel.
19) LET OP - In geval van breuken of ongevallen tijdens het werk, dient men de motor on-
middellijk stil te zetten en de machine te verwijderen om geen verdere schade te berokke-
n
en; in geval van ongevallen met persoonlijke letsels of letsels aan derden, dient men on-
m
iddellijk de meest geschikte eerste-hulp-procedures te volgen voor de situatie en zich tot
een gezondheidsstructuur te richten voor de nodige zorgen. Verwijder zorgvuldig eventu-
ele resten die schade of letsels aan personen of dieren kunnen veroorzaken indien ze on-
opgemerkt blijven.
1) Tijdens de afstellingen van de machine, moet men erop letten te vermijden dat de vin-
gers tussen het bewegende mes en de vaste delen van de machine verklemd geraken.
2
) Vooraleer de machine weg te zetten, moet men wachten tot ze afgekoeld is.
3
) Tijdens de werken aan het mes, moet men erop letten dat het mes ook kan bewegen
wanneer de machine van het netwerk afgekoppeld is.
4) Laat bouten en schroeven vastgedraaid zitten om er zeker van te zijn dat de machine
altijd op een veilige manier gebruiksklaar is.Een regelmatig onderhoud is fundamenteel voor
de veiligheid en om het prestatieniveau bewaard te houden.
5) Houd de grasmaaier, en in het bijzonder de motor vrij van resten gras, bladeren of te-
v
eel vet, om het risico op brand tot een minimum te herleiden. Laat geen houders met ge-
m
aaid gras in een ruimte achter.
6
) Controleer de steenbeschermkap en de grasopvangbak regelmatig op slijtage of be-
schadigingen.
7
) Gebruik de machine om veiligheidsredenen nooit met versleten of beschadigde onder-
d
elen. De onderdelen moeten vernieuwd en niet gerepareerd worden. Gebruik uitsluitend
originele reserveonderdelen. Onderdelen van een niet gelijkwaardige kwaliteit kunnen de
machine beschadigen en kunnen gevaarlijk zijn voor uw veiligheid.
1
) Voor ieder gebruik, moet men nagaan of de machine geen tekens van beschadiging ver-
toont. Eventuele herstellingen moeten nabij een gespecialiseerd centrum uitgevoerd wor-
den. Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact indien de machine op
a
bnormale wijze begint te trillen en richt u tot een gespecialiseerd centrum voor controle.
2
) Tijdens het opstarten, moeten beide handen zich op de handgreep bevinden.
3) De delen die onderhevig zijn aan slijtage mogen enkel nabij een gespecialiseerd cen-
trum vervangen worden.
4
) Gebruik de machine nooit als de toevoerkabel of het verlengsnoer beschadigd of ver-
sleten zijn.
5) Verbind nooit een beschadigde kabel aan het stopcontact en raak een beschadigde ka-
bel die verbonden is aan het stopcontact nooit aan.Een beschadigde of versleten kabel kan
c
ontact met de delen onder spanning veroorzaken.
6) Raak het mes niet aan totdat de machine losgekoppeld is van het stopcontact en het mes
volledig stilstaat.
7) Houd het verlengsnoer ver van het mes.Het mes kan de kabel beschadigen en contact
veroorzaken met de delen onder spanning.
8) Lees de instructies aandachtig om de machine in veiligheid te gebruiken.
9) Voed het apparaat met een differentiaalschakelaar (RCD - Residual Current Device) met
een ontkoppelingsstroom van maximum 30 mA.
10) Wanneer de voedingskabel van de machine beschadigd is, dient hij enkel door een ori-
ginele nieuwe kabel vervangen, door een gekwalificeerd technicus of nabij een geautori-
seerd servicecentrum.
1) De blijvende aansluiting van om het even welk elektrisch apparaat op het elektriciteits-
net van het gebouw moet uitgevoerd worden door een gekwalificeerd elektricien, conform
de geldende wetgeving. Een niet correct uitgevoerde aansluiting kan ernstige persoonlijke
letsels veroorzaken en zelfs de dood tot gevolg hebben.
2) LET OP: GEVAAR! Vocht en elektriciteit gaan niet samen:
de elektrische kabels worden altijd in droge omstandigheden gehanteerd en aangeslo-
ten;
breng een elektrisch stopcontact of kabel nooit in contact met een natte zone (plas of
vochtig gras);
de aansluitingen tussen de kabels en de contacten moeten altijd van het waterdichte type
zijn. Gebruik verlengkabels met volledige waterdichte en gehomologeerde stekkers, die
verkrijgbaar zijn in de handel.
3) De toevoerkabels moeten van goede kwaliteit zijn, m.a.w. niet minder dan het type
H05RN-F of H05VV-F met een minimale doorsnede van 1.5 mm
2
en een maximaal aan-
bevolen lengte van 25 m.
4) Haak de kabel vast aan de kabelhouder vooraleer de machine in te schakelen.
5) Vooraleer te beginnen werken, worden de beschermingen gemonteerd bij de uitgang (op-
vangzak of steenbeschermkap).
6) Rijd nooit met de grasmaaier over de elektrische kabel.Tijdens het maaien, dient men
de kabel steeds achter de grasmaaier te houden en steeds langs de kant van het reeds ge-
maaide gras.Gebruik de kabelhouderhaak zoals aangegeven in dit handboekje, om te voor-
komen dat de kabel per ongeluk loskomt maar zorg ervoor dat de stekker correct en zon-
der te forceren in het stopcontact gevoerd wordt.
7) Trek de grasmaaier nooit aan de toevoerkabel en trek nooit aan de kabel om deze uit het
stopcontact te halen. Stel de kabel niet bloot aan warmtebronnen of laat hem niet in aan-
raking met olie, oplosmiddelen of scherpe voorwerpen.
8) Draag werkhandschoenen voor de montage en hermontage van het mes.
9) Let op de balans van het mes, wanneer dit geslepen wordt. Alle handelingen die be-
trekking hebben op het mes (demontage, slijpen, in balans brengen, hermontage en/of ver-
vanging) vergen een specifieke vaardigheid en het gebruik van geschikt gereedschap; uit
veiligheidsoverwegingen moeten deze handelingen daarom steeds uitgevoerd worden in
een gespecialiseerd centrum.
1) Telkens wanneer de machine verplaatst, geheven, vervoerd of overgeheld moet wor-
den, is het noodzakelijk:
stevige werkhandschoenen te dragen;
de machine vast te nemen op punten waar u een stevige greep hebt, rekening hou-
dend met het gewicht en de spreiding van het gewicht;
doe een beroep op een toereikend aantal personen die het gewicht van de machine
kunnen heffen, volgens de kenmerken van het transportmiddel of de plaats waar de
machine opgenomen of opgesteld moet worden.
2) Bevestig de machine tijdens het vervoer goed met touwen of kettingen.
G) TRANSPORT EN VERPLAATSING
F) BIJKOMENDE VOORSCHRIFTEN
E) ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN
D) ONDERHOUD EN OPSLAG
33
GEBRUIKSNORMEN
OPMERKING - De overeenstemming tussen de verwijzingen in de
tekst en de daarbij horende afbeeldingen (op de pagina 2 en daar-
opvolgende) wordt gegeven door het nummer dat elk paragraaf
voorafgaat.
HINWEIS - Einige Komponenten können bei der Lieferung
bereits montiert sein.
ACHTUNG - Das Auspacken und die Montage müssen auf ei-
ner ebenen und stabilen Oberfläche erfolgen.Es müssen ge-
nügend Platz zur Bewegung der Maschine und der Verpac-
kung sowie die geeignetenWerkzeuge zur Verfügung stehen.
Die Entsorgung der Verpackung muss gemäß den örtlichen
Vorschriften erfolgen.
Steel type "I"
Breng de twee voorgemonteerde onderste delen van de steel (11)
en (12), in de werkpositie en zorg ervoor dat de tand die geken-
merkt is met «>» UITSLUITEND overeenstemt met een van de
twee holtes van de vertanding die aangegeven zijn met «1» of «2»
, in functie van de gewenste hoogte, en blokkeer dan beide on-
derste handvaten (13).
De positie moet voor beide zijden gelijk zijn.
Monteer het bovenste deel van de steel (14) en blokkeer het aan
de twee onderste delen (11) en (12) met behulp van de bovenste
handvaten (15) (die voordien uit hun openingen gehaald werden),
die in een van de twee openingen (3) of (4) gestoken worden al
naargelang de gewenste uiteindelijke hoogte.
Om de bevestigingskracht te regelen, moet u elk handvat (15) los-
maken en naar behoefte op zijn as los- of vastdraaien om een sta-
biele bevestiging te garanderen van het bovenste deel (14) aan de
twee onderste delen van de steel (11) en (12), zonder een over-
dreven kracht te vergen om ze vast of los te draaien.
Haak de kabel (16) vast aan de kabelhouders (17) en (18) zoals
aangegeven.
Steel type "II"
Breng de twee voorgemonteerde onderste delen van de steel (11)
en (12), in de werkpositie en zorg ervoor dat de tand die geken-
merkt is met «>» UITSLUITEND overeenstemt met een van de
twee holtes van de vertanding die aangegeven zijn met «1» of «2»
, in functie van de gewenste hoogte, en blokkeer dan beide on-
derste knopjes (13).
De positie moet voor beide zijden gelijk zijn.
Monteer het bovenste deel van de steel (14) en blokkeer het aan
de twee onderste delen (11) en (12) met behulp van de bovenste
knopjes (15) (die voordien uit hun openingen gehaald werden), die
in een van de twee openingen (3) of (4) gestoken worden al naar-
gelang de gewenste uiteindelijke hoogte.
Haak de kabel (16) vast aan de kabelhouders (17) en (18) zoals
aangegeven.
De correcte positie van de haak van de kabel (19) is aangeduid.
Verbind de twee componenten (1) en (2) aan de zijkanten
van de zak onderling en monteer dan de bovenkant (3) en maak
alle haken rondom goed vast.
Monteer de handgreep (4) op het bovenste gedeelte van de zak,
door het vast te klikken in de daartoe bestemde uitsparingen.
1.2
1.1b
1.1a
1. VERVOLLSTÄNDIGUNG DES ZUSAMMENBAUS
NL
Der Motor wird durch einen Schalter mit Doppelfunktion be-
tätigt, um ein ungewolltes Einschalten zu verhindern.
Voor het opstarten, drukt men de toets (2) in en trekt men aan de
hendel (1), ofwel een van de twee hendels (1a).
De motor valt automatisch stil wanneer de hendel (1), of beide hen-
dels (1a) losgelaten worden.
Die Einstellung der Schnitthöhe erfolgt mit Hilfe des dafür
bestimmten Hebels (1).
DER ARBEITSGANG IST BEI STILLSTEHENDEM SCHNEID-
WERKZEUG DURCHZUFÜHREN.
OPMERKING - Met deze machine kan men het gras op verschil-
lende wijzen maaien; vooraleer het werk aan te vangen, raadt
men aan de machine af te stellen al naargelang de wijze waarop
men het gras wil maaien.
U MAG DIT ENKEL DOEN ALS DE MOTOR UITGESCHAKELD
IS.
Voorbereiding voor het maaien en opvangen
van het gras in de zak
Plaats de achterste steenbeschermkap (1) omhoog en beves-
tig de zak (2) correct zoals aangegeven op de afbeelding.
Voorbereiding voor het maaien en uitlaat
van het gras achteraan
Verwijder de zak en zorg ervoor dat de achterste steenbe-
schermkap (1) stabiel omlaag blijft.
Voorbereiding voor het maaien en fijnmalen
van het gras (“mulching” functie - indien voorzien)
Til de achterste steenbeschermkap (1) op, voer de deflectordop
(5) in de uitlaatopening en duw hem goed aan totdat de onder-
ste rand correct aan de boord van de uitlaatopening vastgehaakt
wordt.
Om de deflectordop (5) te verwijderen, tilt u de steenbeschermkap
(1) op en verwijdert u de dop door deze omhoog getrokken te hou-
den om de onderste rand van de boord van de uitlaatopening los
te maken.
Das Verlängerungskabel korrekt befestigen, wie angege-
ben.
Voor het opstarten van de motor, drukt men de veiligheidstoets (2)
in en trekt men aan de hendel (1) van de schakelaar, ofwel aan een
van de twee hendels (1a).
BELANGRIJK - Wanneer de machine opgestart wordt, kunnen er
zich tijdelijke spanningsdalingen voordoen.
Om eventuele storingen te vermijden aan andere apparaten die
aan het toevoernet verbonden zijn, moet men zich ervan verzeke-
ren dat de impedantie lager is dan 0,42 Ohm.
Während des Mähens darauf achten, dass man das elek-
trische Kabel immer hinter sich und auf der Seite des schon gesch-
nittenen Rasens hat.
Der Rasen sieht besser aus, wenn man immer mit gleicher Schnitt-
höhe und abwechselnd in beide Richtungen mäht.
2.1
2. BESCHREIBUNG DER BEDIENELEMENTE
3. MÄHEN DES GRASES
2.2
3.3
3.2
3.1c
3.1b
3.1a

Documenttranscriptie

6 3 10 11 13 4 5 7 8 9 2 16 12 NL 17 1 21 14 15 22 18 23 IDENTIFICATIELABEL EN ONDERDELEN VAN DE MACHINE 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. Niveau van de geluidssterkte volgens richtlijn 2000/14/EG Conformiteitmerk volgens de richtlijn 206/42/EEG Bouwjaar Type grasmaaier Serienummer Naam en adres van de Fabrikant Voedingsspanning en –frequentie Code Artikel Vermogen en toerental van de motor Gewicht in kg Onmiddellijk na de aankoop van de machine, worden de identificatienummers (3 - 4 - 5) in de hiertoe bestemde ruimten op de laatste pagina van de handleiding genoteerd. 11. Chassis 12. Motor 13. Mes 14. Steenbeschermkap 15. Opvangzak 16. Steel 17. Commando schakelaar 18. Haak elektrisch snoer Gooi elektrische apparatuur niet bij het gewoon huishoudelijk afval. Volgens de Europese Richtlijn 2002/96/EG inzake elektrisch en elektronisch afval en de toepassing ervan overeenkomstig de nationale wetgeving, moet de afgedankte elektrische apparatuur apart ingezameld worden voor recyclagedoeleinden. Indien de elektrische apparatuur afgedankt wordt op een afvalpark of in de ondergrond, kunnen de schadelijke stoffen de waterlaag bereiken en in de voedingsketen terecht komen, met nadelige gevolgen voor uw gezondheid en welzijn. Voor meer informatie over de afdanking van dit product, contacteer de instantie die bevoegd is voor de verwerking van het huishoudelijk afval of raadpleeg uw Verkoper. BESCHRIJVING VAN DE SYMBOLEN OP DE KNOPPEN (indien aanwezig) 21. Stilstand 22. Werking VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN - Uw grasmaaier moet voorzichtig gebruikt worden. Daarom zijn er op de machine pictogrammen op aangebracht die u aan de belangrijkste veiligheidsvoorschriften herinneren. Hun betekenis is hieronder weergegeven. Verder wordt u aanbevolen de veiligheidsvoorschriften in het speciale hoofdstuk daarover in dit boekje zorgvuldig door te lezen. Vervang de beschadigde of onleesbare stickers. 61. Let op: Lees de handleiding alvorens de machine te gebruiken. 62. Risico wegschietende voorwerpen. Houd de personen buiten de werkzone tijdens het gebruik. 63. Let op de snijdende messen: Haal de stekker uit het stopcontact vooraleer het onderhoud aan te vangen of wanneer de kabel beschadigd is. Steek uw handen of voeten niet in de maaikast. 64. Let op: houd de toevoerkabel ver van de messen verwijderd. 65. Enkel voor grasmaaiers met batterij. 66. Stel de machine niet bloot aan regen of vochtigheid. 67. Let op de snijdende messen: De messen blijven na het uitschakelen van de motor draaien. 8 61 64 62 65 63 66 66 Maximale waarden voor geluid en trillingen Model ................................................................................................... Geluidsdrukniveau aan het oor van de bediener (op basis van de norm 81/1051/EEG .......................................... db(A) – Meetonzekerheid (2006/42/EG – EN 27574) .......................... db(A) EL 380 EL 420 80,3 1,4 82,9 0,4 Gemeten niveau van akoestisch vermogen (volgens de richtlijn 2000/14/EG, 2005/88/EG) .......................... db(A) – Meetonzekerheid (2006/42/EG – EN 27574) .......................... db(A) 92,2 0,7 95,2 0,2 Trillingsniveau (op basis van de norm EN 1033) ........................... m/s2 – Meetonzekerheid (2006/42/EG – EN 12096) ............................ m/s2 1,87 0,6 1,29 0,5 Gegarandeerd geluidsniveau (volgens de richtlijn 2000/14/EG, 2005/88/EG) .......................... db(A) ES 94 96 ETIQUETA DE IDENTIFICACIÓN Y COMPONENTES DE LA MÁQUINA 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. Nivel de potencia acústica según la directiva 2000/14/CE Marca de conformidad según la directiva 2006/42/CE Año de fabricación Tipo de cortadora de césped Número de matrícula Nombre y dirección del Fabricante Tensión y frequencia de alimentación Código del artículo Potencia del motor y régimen Peso en kg Inmediatamente después de haber comprado la máquina, transcribir los números de identificación (3 - 4 - 5) en los espacios correspondientes, en la última página del manual. 11. Chasis 12. Motor 13. Hoja (Cuchilla) 14. Protección contra piedras 15. Bolsa de recolección 16. Mango 17. Mando interruptor 18. Enganche del cable eléctrico No desechar los aparatos eléctricos junto con los residuos domésticos. Según la Directiva Europea 2002/96/CE sobre los residuos de equipos eléctricos y electrónicos y su aplicación conforme a las normas nacionales, los equipos eléctricos fuera de servicio deberán recogerse separadamente para volverse a emplear de manera eco-compatible. Si los equipos eléctricos se eliminan en un vertedero de residuos o en el terreno, las sustancias nocivas pueden alcanzar la capa acuífera y entrar en la cadena alimentaria, dañando su salud y bienestar. Para obtener más información sobre la eliminación de este producto, contactar con el Ente competente para la eliminación de los residuos domésticos o con su Distribuidor. DESCRIPCIÓN DE LOS SÍMBOLOS INDICADOS EN LOS MANDOS (donde estén previstos) 21. Parada 22. Marcha PAUTAS DE SEGURIDAD - Su cortadora de césped debe ser utilizada con prudencia. Para tal fin, en la máquina se han colocado pictogramas, destinados a recordar las precauciones de uso. El significado se explica a continuación. Además, NL VEILIGHEIDSNORMEN DIE STRIKT OPGEVOLGD MOETEN WORDEN BELANGRIJK - LEES DIT AANDACHTIG VOORALEER DE MACHINE TE GEBRUIKEN. BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR DE TOEKOMST BELANGRIJK - Gebruik de grasmaaier enkel voor het doel waarvoor deze bestemd is, namelijk gras maaien en opvangen. Eender welk ander gebruik kan gevaarlijk zijn en schade berokkenen aan personen en/of zaken. De volgende situaties behoren tot het ongeschikt gebruik (bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend): – vervoer van personen, kinderen of dieren op de machine; – zich door de machine laten vervoeren; – gebruik van de machine voor het aanslepen of aanduwen van een last; – gebruik van de machine voor het verzamelen van bladeren of afval; – gebruik van de machine voor het knippen van heggen of voor het maaien van andere vegetatie dan gras; – gebruik van de machine door meer dan één persoon tegelijk; – het mes aanschakelen op zones zonder gras. A) VOORBEREIDING 1) Lees aandachtig de gebruiksaanwijzingen. Zorg dat u vertrouwd raakt met de bedieningsknoppen en in staat bent de grasmaaier op de juiste wijze te gebruiken. Leer de motor snel af te zetten. 2) Laat nooit toe dat de grasmaaier gebruikt wordt door kinderen of door personen die niet vertrouwd zijn met deze aanwijzingen. De minimale leeftijd van de gebruiker kan landelijk gereglementeerd zijn. 3) Gebruik de grasmaaier in geen geval: – als er personen, in het bijzonder kinderen, of dieren in de buurt zijn; – indien de gebruiker geneesmiddelen ingenomen heeft of substanties die negatieve invloed hebben op de reflexen en het aandachtvermogen. 4) Denk eraan dat de persoon die de machine bedient of de gebruiker aansprakelijk is voor ongevallen en onvoorziene gebeurtenissen die personen of hun eigendommen kunnen overkomen. B) VÓÓR HET GEBRUIK 1) Draag, tijdens het maaien altijd stevige schoenen en een lange broek. Bedien de grasmaaier niet met blote voeten of met open sandalen. Draag geen kledij met loshangende delen, of met veters of dassen. 2) Controleer grondig de hele werkzone en verwijder alles wat van de machine weg zou kunnen springen of de snijgroep en de motor zou kunnen beschadigen (keien, takken, ijzerdraad, beenderen, enz.). 3) Vóór het gebruik dient er een algemene controle verricht te worden, in het bijzonder op het uitzicht van de messen, en dient men te controleren of de schroeven en de snijgroep niet versleten of beschadigd zijn.Vervang de beschadigde of versleten messen en schroeven en bloc om ervoor te zorgen dat het maaidek in balans blijft. 4) Voor ieder gebruik dient men na te gaan of de toevoerkabel en het verlengsnoer niet beschadigd zijn en geen tekens van slijtage of veroudering vertonen.4) De stekker onmiddellijk uit het stopcontact halen indien de kabel of verlengsnoer beschadigd zijn. RAAK DE KABEL NIET AAN VOORALEER DEZE UIT HET STOPCONTACT GEHAALD WERD. Gebruik de machine niet wanneer de kabel beschadigd of versleten is. C) TIJDENS HET GEBRUIK 1) Werk alleen bij daglicht of bij goed kunstlicht. 2) Maai geen nat gras o bij regen. 3) Zorg er voor dat U steeds een goed steunpunt hebt op hellende terreinen 4) Loop nooit, maar stap; laat U niet door de grasmaaier trekken 5) Maai steeds dwars op een helling en nooit op-en-neer. 6) Let goed op bij de verandering van richting op hellingen. 7) Maai niet op bijzonder steile hellingen 8) Wees zeer voorzichtig wanneer u de grasmaaier naar u toe trekt. 9) Zet het mes stil indien de grasmaaier gekanteld moet worden voor het vervoer, bij het oversteken van zones zonder gras en wanneer de grasmaaier vervoerd wordt van of naar de zone die gemaaid moet worden. 10) Stel de grasmaaier nooit in werking wanneer de beschermingen beschadigd zijn, of zonder opvangzak of steenbeschermkap. 11) Bij de modellen met aandrijving, dient men de koppeling van de transmissie aan de wielen uit te schakelen vooraleer de motor te starten. 12) Start de motor voorzichtig volgens de aanwijzingen en houd uw voeten ver van de messen verwijderd. 13) Kantel de grasmaaier niet wanneer U de motor aanschakelt, tenzij dit noodzakelijk is voor het opstarten. In dit geval, mag de grasmaaier niet verder gekanteld worden dan wat strikt noodzakelijk is en enkel aan de tegenovergestelde kant van de bediener. Verzeker U er steeds van dat beide handen in werkpositie zijn vooraleer de grasmaaier weer omlaag te brengen. 14) Breng uw handen en voeten nooit nabij of onder de draaiende delen. Blijf steeds op afstand van de uitlaatopening. 15) Hef de grasmaaier niet op en vervoer hem niet wanneer de motor in werking is. 16) Schakel de motor uit en koppel de toevoerkabel los. Verzeker U ervan dat alle bewegende delen volledig stilstaan: – tijdens het vervoer van de machine – telkens wanneer u de grasmaaier onbeheerd achterlaat; – vóór het verhelpen van blokkeringen of het vrijmaken van het windkanaal; – vóórdat u de machine controleert, schoonmaakt of eraan werkt; – nadat er op een vreemd voorwerp gestoten is. Controleer de grasmaaier op eventuele beschadigingen en voer de nodige reparaties uit alvorens de machine opnieuw te gebruiken. Als de grasmaaier op abnormale wijze begint te trillen. (Onmiddellijk controleren): – controleer eventuele beschadigingen; – Vervang of herstel de beschadigde delen nabij een gespecialiseerd centrum; – controleer of er delen losgekomen zijn en schroef ze weer vast. 17) Schakel de motor uit: – elke keer wanneer u de opvangzak verwijdert of hermonteert; – vooraleer de snijhoogte af te stellen. 18) Behoud tijdens het werk steeds de veiligheidsafstand ten opzichte van het draaiende 32 mes, gegeven door de lengte van de steel. 19) LET OP - In geval van breuken of ongevallen tijdens het werk, dient men de motor onmiddellijk stil te zetten en de machine te verwijderen om geen verdere schade te berokkenen; in geval van ongevallen met persoonlijke letsels of letsels aan derden, dient men onmiddellijk de meest geschikte eerste-hulp-procedures te volgen voor de situatie en zich tot een gezondheidsstructuur te richten voor de nodige zorgen. Verwijder zorgvuldig eventuele resten die schade of letsels aan personen of dieren kunnen veroorzaken indien ze onopgemerkt blijven. D) ONDERHOUD EN OPSLAG 1) Tijdens de afstellingen van de machine, moet men erop letten te vermijden dat de vingers tussen het bewegende mes en de vaste delen van de machine verklemd geraken. 2) Vooraleer de machine weg te zetten, moet men wachten tot ze afgekoeld is. 3) Tijdens de werken aan het mes, moet men erop letten dat het mes ook kan bewegen wanneer de machine van het netwerk afgekoppeld is. 4) Laat bouten en schroeven vastgedraaid zitten om er zeker van te zijn dat de machine altijd op een veilige manier gebruiksklaar is. Een regelmatig onderhoud is fundamenteel voor de veiligheid en om het prestatieniveau bewaard te houden. 5) Houd de grasmaaier, en in het bijzonder de motor vrij van resten gras, bladeren of teveel vet, om het risico op brand tot een minimum te herleiden. Laat geen houders met gemaaid gras in een ruimte achter. 6) Controleer de steenbeschermkap en de grasopvangbak regelmatig op slijtage of beschadigingen. 7) Gebruik de machine om veiligheidsredenen nooit met versleten of beschadigde onderdelen. De onderdelen moeten vernieuwd en niet gerepareerd worden. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. Onderdelen van een niet gelijkwaardige kwaliteit kunnen de machine beschadigen en kunnen gevaarlijk zijn voor uw veiligheid. E) ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN 1) Voor ieder gebruik, moet men nagaan of de machine geen tekens van beschadiging vertoont. Eventuele herstellingen moeten nabij een gespecialiseerd centrum uitgevoerd worden. Schakel de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact indien de machine op abnormale wijze begint te trillen en richt u tot een gespecialiseerd centrum voor controle. 2) Tijdens het opstarten, moeten beide handen zich op de handgreep bevinden. 3) De delen die onderhevig zijn aan slijtage mogen enkel nabij een gespecialiseerd centrum vervangen worden. 4) Gebruik de machine nooit als de toevoerkabel of het verlengsnoer beschadigd of versleten zijn. 5) Verbind nooit een beschadigde kabel aan het stopcontact en raak een beschadigde kabel die verbonden is aan het stopcontact nooit aan. Een beschadigde of versleten kabel kan contact met de delen onder spanning veroorzaken. 6) Raak het mes niet aan totdat de machine losgekoppeld is van het stopcontact en het mes volledig stilstaat. 7) Houd het verlengsnoer ver van het mes. Het mes kan de kabel beschadigen en contact veroorzaken met de delen onder spanning. 8) Lees de instructies aandachtig om de machine in veiligheid te gebruiken. 9) Voed het apparaat met een differentiaalschakelaar (RCD - Residual Current Device) met een ontkoppelingsstroom van maximum 30 mA. 10) Wanneer de voedingskabel van de machine beschadigd is, dient hij enkel door een originele nieuwe kabel vervangen, door een gekwalificeerd technicus of nabij een geautoriseerd servicecentrum. F) BIJKOMENDE VOORSCHRIFTEN 1) De blijvende aansluiting van om het even welk elektrisch apparaat op het elektriciteitsnet van het gebouw moet uitgevoerd worden door een gekwalificeerd elektricien, conform de geldende wetgeving. Een niet correct uitgevoerde aansluiting kan ernstige persoonlijke letsels veroorzaken en zelfs de dood tot gevolg hebben. 2) LET OP: GEVAAR! Vocht en elektriciteit gaan niet samen: – de elektrische kabels worden altijd in droge omstandigheden gehanteerd en aangesloten; – breng een elektrisch stopcontact of kabel nooit in contact met een natte zone (plas of vochtig gras); – de aansluitingen tussen de kabels en de contacten moeten altijd van het waterdichte type zijn. Gebruik verlengkabels met volledige waterdichte en gehomologeerde stekkers, die verkrijgbaar zijn in de handel. 3) De toevoerkabels moeten van goede kwaliteit zijn, m.a.w. niet minder dan het type H05RN-F of H05VV-F met een minimale doorsnede van 1.5 mm2 en een maximaal aanbevolen lengte van 25 m. 4) Haak de kabel vast aan de kabelhouder vooraleer de machine in te schakelen. 5) Vooraleer te beginnen werken, worden de beschermingen gemonteerd bij de uitgang (opvangzak of steenbeschermkap). 6) Rijd nooit met de grasmaaier over de elektrische kabel. Tijdens het maaien, dient men de kabel steeds achter de grasmaaier te houden en steeds langs de kant van het reeds gemaaide gras. Gebruik de kabelhouderhaak zoals aangegeven in dit handboekje, om te voorkomen dat de kabel per ongeluk loskomt maar zorg ervoor dat de stekker correct en zonder te forceren in het stopcontact gevoerd wordt. 7) Trek de grasmaaier nooit aan de toevoerkabel en trek nooit aan de kabel om deze uit het stopcontact te halen. Stel de kabel niet bloot aan warmtebronnen of laat hem niet in aanraking met olie, oplosmiddelen of scherpe voorwerpen. 8) Draag werkhandschoenen voor de montage en hermontage van het mes. 9) Let op de balans van het mes, wanneer dit geslepen wordt. Alle handelingen die betrekking hebben op het mes (demontage, slijpen, in balans brengen, hermontage en/of vervanging) vergen een specifieke vaardigheid en het gebruik van geschikt gereedschap; uit veiligheidsoverwegingen moeten deze handelingen daarom steeds uitgevoerd worden in een gespecialiseerd centrum. G) TRANSPORT EN VERPLAATSING 1) Telkens wanneer de machine verplaatst, geheven, vervoerd of overgeheld moet worden, is het noodzakelijk: – stevige werkhandschoenen te dragen; – de machine vast te nemen op punten waar u een stevige greep hebt, rekening houdend met het gewicht en de spreiding van het gewicht; – doe een beroep op een toereikend aantal personen die het gewicht van de machine kunnen heffen, volgens de kenmerken van het transportmiddel of de plaats waar de machine opgenomen of opgesteld moet worden. 2) Bevestig de machine tijdens het vervoer goed met touwen of kettingen. NL GEBRUIKSNORMEN OPMERKING - De overeenstemming tussen de verwijzingen in de tekst en de daarbij horende afbeeldingen (op de pagina 2 en daaropvolgende) wordt gegeven door het nummer dat elk paragraaf voorafgaat. 1. VERVOLLSTÄNDIGUNG DES ZUSAMMENBAUS HINWEIS - Einige Komponenten können bei der Lieferung bereits montiert sein. ACHTUNG - Das Auspacken und die Montage müssen auf einer ebenen und stabilen Oberfläche erfolgen. Es müssen genügend Platz zur Bewegung der Maschine und der Verpackung sowie die geeigneten Werkzeuge zur Verfügung stehen. Die Entsorgung der Verpackung muss gemäß den örtlichen Vorschriften erfolgen. 1.1a Steel type "I" Breng de twee voorgemonteerde onderste delen van de steel (11) en (12), in de werkpositie en zorg ervoor dat de tand die gekenmerkt is met «>» UITSLUITEND overeenstemt met een van de twee holtes van de vertanding die aangegeven zijn met «1» of «2» , in functie van de gewenste hoogte, en blokkeer dan beide onderste handvaten (13). De positie moet voor beide zijden gelijk zijn. Monteer het bovenste deel van de steel (14) en blokkeer het aan de twee onderste delen (11) en (12) met behulp van de bovenste handvaten (15) (die voordien uit hun openingen gehaald werden), die in een van de twee openingen (3) of (4) gestoken worden al naargelang de gewenste uiteindelijke hoogte. Om de bevestigingskracht te regelen, moet u elk handvat (15) losmaken en naar behoefte op zijn as los- of vastdraaien om een stabiele bevestiging te garanderen van het bovenste deel (14) aan de twee onderste delen van de steel (11) en (12), zonder een overdreven kracht te vergen om ze vast of los te draaien. Haak de kabel (16) vast aan de kabelhouders (17) en (18) zoals aangegeven. 1.1b Steel type "II" Breng de twee voorgemonteerde onderste delen van de steel (11) en (12), in de werkpositie en zorg ervoor dat de tand die gekenmerkt is met «>» UITSLUITEND overeenstemt met een van de twee holtes van de vertanding die aangegeven zijn met «1» of «2» , in functie van de gewenste hoogte, en blokkeer dan beide onderste knopjes (13). De positie moet voor beide zijden gelijk zijn. Monteer het bovenste deel van de steel (14) en blokkeer het aan de twee onderste delen (11) en (12) met behulp van de bovenste knopjes (15) (die voordien uit hun openingen gehaald werden), die in een van de twee openingen (3) of (4) gestoken worden al naargelang de gewenste uiteindelijke hoogte. Haak de kabel (16) vast aan de kabelhouders (17) en (18) zoals aangegeven. De correcte positie van de haak van de kabel (19) is aangeduid. 1.2 Verbind de twee componenten (1) en (2) aan de zijkanten van de zak onderling en monteer dan de bovenkant (3) en maak alle haken rondom goed vast. Monteer de handgreep (4) op het bovenste gedeelte van de zak, door het vast te klikken in de daartoe bestemde uitsparingen. 2. BESCHREIBUNG DER BEDIENELEMENTE 2.1 Der Motor wird durch einen Schalter mit Doppelfunktion betätigt, um ein ungewolltes Einschalten zu verhindern. Voor het opstarten, drukt men de toets (2) in en trekt men aan de hendel (1), ofwel een van de twee hendels (1a). De motor valt automatisch stil wanneer de hendel (1), of beide hendels (1a) losgelaten worden. 2.2 Die Einstellung der Schnitthöhe erfolgt mit Hilfe des dafür bestimmten Hebels (1). DER ARBEITSGANG IST BEI STILLSTEHENDEM SCHNEIDWERKZEUG DURCHZUFÜHREN. 3. MÄHEN DES GRASES OPMERKING - Met deze machine kan men het gras op verschillende wijzen maaien; vooraleer het werk aan te vangen, raadt men aan de machine af te stellen al naargelang de wijze waarop men het gras wil maaien. U MAG DIT ENKEL DOEN ALS DE MOTOR UITGESCHAKELD IS. 3.1a Voorbereiding voor het maaien en opvangen van het gras in de zak – Plaats de achterste steenbeschermkap (1) omhoog en bevestig de zak (2) correct zoals aangegeven op de afbeelding. 3.1b Voorbereiding voor het maaien en uitlaat van het gras achteraan – Verwijder de zak en zorg ervoor dat de achterste steenbeschermkap (1) stabiel omlaag blijft. 3.1c Voorbereiding voor het maaien en fijnmalen van het gras (“mulching” functie - indien voorzien) – Til de achterste steenbeschermkap (1) op, voer de deflectordop (5) in de uitlaatopening en duw hem goed aan totdat de onderste rand correct aan de boord van de uitlaatopening vastgehaakt wordt. Om de deflectordop (5) te verwijderen, tilt u de steenbeschermkap (1) op en verwijdert u de dop door deze omhoog getrokken te houden om de onderste rand van de boord van de uitlaatopening los te maken. 3.2 Das Verlängerungskabel korrekt befestigen, wie angegeben. Voor het opstarten van de motor, drukt men de veiligheidstoets (2) in en trekt men aan de hendel (1) van de schakelaar, ofwel aan een van de twee hendels (1a). BELANGRIJK - Wanneer de machine opgestart wordt, kunnen er zich tijdelijke spanningsdalingen voordoen. Om eventuele storingen te vermijden aan andere apparaten die aan het toevoernet verbonden zijn, moet men zich ervan verzekeren dat de impedantie lager is dan 0,42 Ohm. 3.3 Während des Mähens darauf achten, dass man das elektrische Kabel immer hinter sich und auf der Seite des schon geschnittenen Rasens hat. Der Rasen sieht besser aus, wenn man immer mit gleicher Schnitthöhe und abwechselnd in beide Richtungen mäht. 33
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106

Mountfield EL380 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor