Nedarlands Gebruiksaanwijzing VRIESKASTEN
fiCONS91214
5
NL
Wanneer uw apparaat is uitgerust met een condensor aan
de achterzijde (p), verwijder hier dan af en toe de pluizen
en het stof. Pluizen en stof verhinderen namelijk de afvoer
van warmte uit de binnenruimte van het apparaat en zorgen
voor een aanzienlijk hoger energieverbruik. Het beste kunt
u voor het schoonmaken van de condensor aan de
achterzijde een zachte borstel of een stoffer gebruiken.
Wanneer u het apparaat voor langere tijd uitschakelt (bijv.
i.v.m. vakantie), laat dan het deksel geopend om
geurvorming te voorkomen. Bij apparaten die zijn
uitgevoerd met een slot, dit bij geopend deksel afsluiten en
de sleutel buiten bereik van kinderen opbergen om
ongevallen met spelende kinderen te voorkomen.
IJs- en rijplagen die zich aan de binnenwand opbouwen
werken vanaf een bepaalde dikte als isolerende laag,
waardoor de koude-overdracht wordt verminderd. Deze
lagen moeten van tijd tot tijd worden verwijderd.
Gebruik voor het verwijderen van de ijslaag aan de
binnenkant een plat voorwerp zonder scherpe randen, van
kunststof of hout.
Leg daarbij een doek over de ingevroren producten zodat u
het ijs kunt opvangen en eenvoudig kunt verwijderen.
13 Ontdooien
Bij normaal gebruik (3-4 maal openen per dag) moet het
apparaat één- tot tweemaal per jaar ontdooid worden. In
andere gevallen moet dit vaker gebeuren.
Mogelijke gevaren
Gebruik nooit elektrische apparaten, zoals haardrogers,
verfstrippers of hulpmiddelen met open vuur (bijv. kaarsen)
om het apparaat te ontdooien.
De kunststof binnenwand zou kunnen smelten en het
vrijkomende gas kan ontvlammen door vonken of open
vuur.
Voer de volgende stappen uit:
1. Zet een geschikte, niet-metalen bak klaar, zoals een
kunststof krat of een wasmand.
2. Neem de stekker uit het stopcontact.
3. Droog uw handen goed af om beschadiging van de
huid door contact met het ijs te voorkomen. Het is
beter om handschoenen te dragen.
4. Neem alle ingevroren producten uit het apparaat en
leg ze in kranten gewikkeld in de klaarstaande bak.
Plaats de bak in een koele, droge ruimte.
5. Bedek de bak rondom met een dikke wollen deken.
6. Trek de scheidingswand (e) (niet bij alle modellen
aanwezig) uit de geleidingen in de vrieskist.
7. Plaats de eventueel aanwezige scheidingswand onder
de waterafvoer aan de onderkant van het apparaat
(niet bij alle modellen aanwezig).
8. Neem de stop (h) (indien aanwezig) uit de afvoer
onderin het apparaat.
9. Schraap de grootste stukken ijs op de manier die
hierboven is beschreven los van de wanden en leg ze
in de gootsteen.
10. U kunt het ontdooien eventueel versnellen door een
grote bak met warm (niet te heet) water op de bodem
van het apparaat te plaatsen.
11. Neem bij apparaten zonder afvoer het water weg met
behulp van een spons.
12. Reinig de binnenzijde grondig. Gebruik hiervoor warm
water met een scheutje azijn en neem de oppervlakken
daarna met schoon water af.
13. Veeg de binnenzijde goed droog met een
absorberende doek en laat het apparaat 3-4 minuten
luchten.
14. Plaats, indien aanwezig, de stop weer in de afvoer.
15. Giet de opvangbak, indien aanwezig, leeg en plaats
deze scheidingswand weer in de geleidingen in het
apparaat nadat u hem goed hebt afgedroogd.
16. Sluit het apparaat en steek de stekker in het
stopcontact.
17. Stel de temperatuurregelaar (l) in op de maximale
stand (groene en rode controlelamp branden) en
schakel, indien aanwezig, de supervries-schakelaar
(Fig. 4) in (de gele controlelamp brandt nu ook).
18. Plaats nu de ingevroren producten weer in het
apparaat, waarbij u de oudste producten bovenaan
legt.
Om het ontdooien van de opgeslagen ingevroren
producten te voorkomen, moet u de stappen 1 t/m 17 bij
voorkeur binnen twee uur uitvoeren.
19. Wanneer de rode controlelamp niet meer brandt, dan
stelt u de temperatuurregelaar weer in op de stand die
past bij de hoeveelheid producten in het apparaat.
20. Schakel, indien aanwezig, de SUPERVRIES-
SCHAKELAAR na 8 tot 12, maar maximaal na 24 uur
weer uit. De gele controlelamp brandt nu niet meer.
14 Binnenverlichting (niet op alle modellen)
Bij de modellen die zijn uitgerust met binnenverlichting is
een schakelaar ingebouwd. Bij het openen van het
apparaat schakelt de verlichting automatisch in en bij het
sluiten schakelt deze weer uit.
De gloeilamp is afgeschermd met een transparante kap.
Gebruik alleen lampen met een vermogen van max. 15 W.
15 Zelf storingen oplossen
De uitstekende fabricagekwaliteit en de toepassing van de
modernste koel- en vriestechniek zorgen in principe voor
een foutloze werking van uw apparaat.
Wanneer u vermoedt dat een storing optreedt, controleer
dan eerst of u alle aanwijzingen en raadgevingen in deze
gebruiksaanwijzing hebt opgevolgd, voordat u de
klantenservice direct of via de verkoper inschakelt.
Voor het inschakelen van de klantenservice voor storingen
die zijn opgetreden door het niet opvolgen van de
aanwijzingen en raadgevingen worden namelijk kosten in
rekening gebracht. Dit valt niet onder de fabrieks- of
verkoopgarantie.
Let op de volgende zaken:
De compressor, ook wel motor genoemd, mag niet continu
draaien. De compressor wordt geregeld door de
thermostaat, die u met behulp van de temperatuurregelaar
(l) instelt. De compressor wordt automatisch ingeschakeld
wanneer de temperatuur in de vrieskist boven de ingestelde
temperatuur komt. De compressor wordt weer
uitgeschakeld zodra de temperatuur het ingestelde niveau
heeft bereikt.
Elk compressor-koelsysteem produceert geluid wanneer de
compressor is ingeschakeld. Dit geluid wordt deels
veroorzaakt door de motor in de compressor en deels door
het stromen van het koelmiddel door het circuit. Dit geluid
is dus normaal en wijst niet op een storing.