Pottinger TOP 972 C s-line Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Handleiding
NL
+ INSTRUCTIES VOOR DE OVERDRACHT VAN MACHINES . . . pagina 3
"Vertaling van de originele handleiding" Nr.
• Dubbele zwadhark
99 2502.NL.80M.0
TOP 852 C s-line
(Type SK 2501 : + . . 01124)
TOP 972 C s-line
(Type SK 2502 : + . . 01076)
ALLG./BA SEITE 2 / 0000-NL
Productaansprakelijkheid, informatieplicht
Productaansprakelijkheid verplicht de fabrikant en handelaar bij de verkoop van machines een
handleiding te overhandigen en de gebruiker te instrueren over de bedienings-, de veiligheids- en de
onderhoudsvoorschriften.
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en de handleiding is het gewenst dat dit aan de
fabrikant wordt bevestigd.
Hiertoe dient:
- Document A getekend naar de importeur c.q. naar de fabrikant te worden gezonden.
- Document B blijft bij de dealer en
- Document C is voor de gebruiker.
In de zin van de productaansprakelijkheid is elke landbouwer ondernemer.
Een schade in de zin van de wet productaansprakelijkheid is een schade, die door een machine ontstaat,
die echter niet aan deze machine ontstaat: voor de aansprakelijkheid is een eigen risico voorzien van
EURO 500,-.
Bedrijfsschade in de zin van de productaansprakelijkheid is uitgesloten.
Let op! Ook wanneer de machine later door de gebruiker wordt ingeruild of doorverkocht dient de
handleiding meegeleverd en de nieuwe gebruiker op de voorschriften te worden gewezen.
NL Geachte gebruiker!
U hebt een goede keuze gemaakt en wij feliciteren U dan ook dat U voor
het merk Pöttinger hebt gekozen.
Als Uw landbouwkundige partner bieden wij U kwaliteit en capaciteit,
gekoppeld aan een goede service.
Teneinde enig inzicht te verkrijgen in de omstandigheden waaronder
de machine wordt ingezet en om in de toekomst nieuwe machines te
kunnen ontwikkelen, verzoeken wij U ons enige gegevens te verstrekken.
Daardoor is het dan ook mogelijk om U in de toekomst gericht over nieuwe
ontwikkelingen te informeren.
Pöttinger-nieuwsbrief
www.poettinger.at/nl/newsletter
Actuele vakinformatie, nuttige links en ontspanning
Document D
NL-0600 Dokum D Anbaugeräte
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
Tel. 07248 / 600 -0
Telefax 07248 / 600-2511
Wij verzoeken U de volgende punten i.v.m. de wet op de productaansprakelijkheid te controleren.
NL
T Machine aan de hand van de pakbon gecontroleerd. Alle verpakte delen verwijderd en uitgepakt. Aftakas, veiligheidsinrichtingen en
handleidingen zijn aanwezig.
T De bediening, de inbedrijfsstelling en het onderhoud van de machine resp. werktuig aan de hand van de handleiding met de gebruiker
besproken en uitgelegd.
T Bandenspanning gecontroleerd
T Wielbouten en moeren op vastzitten gecontroleerd.
T Op het juiste toerental van de aftakas gewezen.
T Aanspanning aan de trekker gecontroleerd en eventueel aangepast: Driepuntsbevestiging
T Informatie verstrekt over lengtebepaling van de aftakas.
T Proefgedraaid met de machine en geen gebreken geconstateerd.
T Tijdens het proefdraaien de werking van de machine uitgelegd.
T Het zwenken in werk- en transportstand uitgelegd.
T Informatie verstrekt over extra leverbaar toebehoren.
T Gebruiker gewezen op het nut en de noodzaak om de handleiding goed te lezen.
Aankruisen hetgeen van toepassing is. X
INSTRUCTIES VOOR DE
OVERDRACHT VAN MACHINES
T
Ter controle van de juiste overdracht van de machine en de handleiding is het gewenst dat dit aan de fabrikant wordt bevestigd.
Hiertoe dient:
- Document A getekend naar de importeur c.q. naar de fabrikant te worden gezonden of via internet (www.poettinger.at) te worden verstuurd.
- Document B blijft bij de dealer en
- Document C is voor de gebruiker.
- 4 -
1200_NL-INHALT_2502
INHOUDSOPGAVE NL
De veilig-
heidsvoor-
schriften
in aanhangsel A
navolgen!
Inhoudsopgave
INHOUDSOPGAVE
CE-kenmerk ............................................................... 5
Betekenis van de waarschuwings afbeeldingen .......5
ALGEMENE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Rijden met aangekoppeld werktuig ...........................6
Aan- en afkoppelen van het werktuig .......................6
Voor het bestemmingsgebruik verwijzen ...................6
Transport over de openbare weg...............................6
Voor het in gebruik nemen .........................................6
Controle voor de ingebruikname ...............................6
UITVOERINGSBESCHRIJVING
Overzicht....................................................................7
Varianten ....................................................................7
TREKKER EISEN
Trekker .......................................................................8
Ballastgewichten .......................................................8
Hefinrichting (driepuntskoppeling) .............................8
Noodzakelijke hydraulische aansluitingen .................8
Noodzakelijke stroomaansluitingen ...........................8
AANBOUW VAN DE MACHINE
Machine aanbouwen .................................................9
Scharnieras monteren ...............................................9
Elektrische verbinding tot stand brengen ................10
Steunpoot omhoogklappen .....................................10
Hydraulische aansluitingen - variant: Standard .......10
Instellen van het stangenmechanisme bij de
transportbeveiliging .................................................11
TRANSPORT
Ombouwen van arbeids- naar transportpositie .......12
Rijden over de openbare weg ..................................13
Werktuigafmetingen in transportpositie ...................13
Frame - chassis .......................................................14
SELECT CONTROL
Prestatiekenmerken van de terminal .......................15
Ingebruikname .........................................................15
Bedieningspaneel ....................................................16
Functies ...................................................................16
GEBRUIK
Ombouwen van transport- naar arbeidspositie .......20
Arbeidsbreedte instellen ..........................................21
Harkhoogte instellen ................................................21
Ombouwen naar een speciale harkhoogte ..............22
Hoogte-instelling van de zwaddoek ........................22
Cirkelhark-chassis instellen .....................................22
instellen van de voorspanning van de
ontlastingsveren .....................................................23
Zwenken van arbeids- naar veldtransportpositie ....23
Toerental van de cardanas .......................................23
GEBRUIK OP HELLINGEN
Voorzichtig bij manoeuvres op een helling! .............24
ONDERHOUD
Veiligheidsaanwijzing ...............................................25
Algemene aanwijzingen voor het onderhoud .........25
Reinigen van machinedelen .....................................25
In de openlucht laten staan .....................................25
Overwinteren ...........................................................25
Aftakassen ...............................................................25
Hydrauliekinstallatie .................................................25
Transmissie ..............................................................26
Chassis ....................................................................26
Veertanden ...............................................................26
Banden ....................................................................26
Cirkelharkelement .................................................... 27
Smeerschema ..........................................................29
Telescooparm smeren: ............................................30
Overwintering: .........................................................30
TECHNISCHE GEGEVENS
Technische Gegevens ..............................................31
Passend gebruik van de zwadhark..........................31
Plaats van het typeplaatje .......................................31
SERVICE
Hydraulisch schema (standaard) .............................32
Hydraulisch schema (Select Control) ......................33
Elektrisch installatieschema (Select control) ...........34
Elektrisch installatieschema (Select control) ...........35
AANHANGSEL
Aanwijzingen voor veilig werken ..............................38
Aftakas ..................................................................... 40
Smeermiddelen........................................................42
Combinatie van trekker en aanbouwwerktuig .........44
- 5 -
1200_NL-INHALT_2502
NL
INHOUDSOPGAVE
CE-kenmerk
Het door de fabrikant aan te brengen CE-kenmerk, geeft aan dat de machine beantwoord
aan de EG-richtlijnen.
EG conform verklaring (zie bijlage)
Met het ondertekenen van de EG conform-verklaring verklaart de fabrikant dat de afgeleverde
machine aan alle voorgeschreven veiligheids- en medische voorschriften beantwoordt.
Betekenis van de waarschuwings
afbeeldingen
Blijf uit het werkbereik van de zwadhark zolang de
trekkermotor nog draait.
Nooit in de machine grijpen, zolang zich daar nog delen
kunnen bewegen.
Buiten het zwenkbereik van de machine blijven.
495.173
- 6 -
0800_NL-AllgSicherheit_3842
NL
ALGEMENE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Rijden met aangekoppeld werktuig
De rijeigenschappen van een trekvoertuig worden
beïnvloed door het aangekoppelde werktuig.
Bij het werken op hellingen bestaat gevaar voor
omslaan.
Rijstijl aan de omstandigheden aanpassen.
De trekker moet voor en achter voldoende
van ballastgewichten
worden voorzien om
de bestuurbaarheid
en de remkracht
te waarborgen.
(Minstens 20% van
het leeggewicht van
het voertuig moet op
de vooras rusten).
Het is niet toegestaan
personen te vervoeren op het werktuig.
Aan- en afkoppelen van het werktuig
Bij het aankoppelen van machines aan de trekker
ontstaat beklemmingsgevaar.
Bij het aankoppelen niet tussen werktuig en trekker
staan zolang de trekker achteruitrijdt.
Er mag niemand plaats nemen tussen de tractor en
het werktuig tenzij de voertuigen door middel van
wiggen beveiligd zijn tegen wegrollen!
Aftakas alleen aan- en afkoppelen als te trekkermotor
stil staat.
Voor het bestemmingsgebruik verwijzen
Voor het bestemmingsgebruik verwijzen wij u naar de
technische gegevens.
De capaciteitsgrenzen (zoals asdruk, oplegdruk en
totaalgewicht) mogen niet zodanig overschreden
worden, dat de wagen overbelast wordt. De
gegevens zijn ook op de rechterkant van de wagen
aangebracht.
Neem ook de capaciteitsgrenzen van de trekker in
acht.
Transport over de openbare weg
Leef de wettelijke bepalingen na.
Belangrijk!
!Algemene veilig-
heidsvoorschrif-
ten voor het
gebruik van het
werktuig!
Voor het in gebruik nemen
a. Voordat met de werkzaamheden begonnen wordt moet
de bestuurder zich met alle bedieningsvoorschriften
vertrouwd maken. Tijden het werk is dit te laat!
b. Voor iedere ingebruikneming moet de verkeers- en
bedrijfsveiligheid van het werktuig gecontroleerd
worden.
c. Wanneer men hydraulische apparatuur gaat bedienen
en de aandrijving ingeschakeld wordt, mogen zich geen
personen in de nabije omgeving bevinden.
d. Bij het voorwaarts of achterwaarts in gang zetten van
het voertuig moet de chauffeur zich ervan vergewissen
dat hij niemand in gevaar brengt. Als de chauffer de
rijbaan direct achter het werktuig niet kan zien en
overzien, moet hij een beroep doen op seingever bij
het achteruitrijden.
e. Houd u aan de veiligheidsaanwijzingen die aangebracht
zijn op het werktuig.De gevarentekens zijn uitgelegd
op bladzijde 5.
f. Let ook op de aanwijzingen die verderop in verschillende
hoofdstukken worden aangegeven.
Controle voor de ingebruikname
De hierna gegeven aanwijzingen zijn bedoeld om
de ingebruikneming van het werktuig voor u te
vergemakkelijken. Gedetailleerde informatie treft u in de
desbetreffende hoofdstukken aan.
1. Controleer of alle veiligheidsvoorzieningen
(afschermingen, beschermkappen enz.) in goede
staat verkeren en correct aangebracht zijn op het
werktuig.
2. Smeer het werktuig overeenkomstig het smeerschema.
Tevens controleren of asafdichtingen dicht zijn.
3. Controleer of de banden de juiste spanning hebben.
4. Controleer of de wielmoeren goed vastzitten.
5. Let er op dat het juiste aftakastoerental wordt
gebruikt.
6. De elektrische aansluiting moet worden gecontroleerd
op eventuele beschadiging aan kabels en verbindingen.
Aanwijzingen in de handleiding in acht nemen!
7. Eventuele aanpassingen aan de trekker uitvoeren
voor:
Hoogte van de dissel
Lengte van de aftakas
8. Het werktuig mag alleen bevestigd worden met de
inrichtingen die daarvoor bedoeld zijn.
9. Controleer de werking van de scharnieras en de
overbelastingsbeveiliging (zie bijlage).
10.
De werking van de electrische installatie controleren.
11.
De hydrauliekslangen worden aan de trekker
bevestigd.
de slangen moeten worden gecontroleerd op
beschadigingen
let er op dat de slangen aan het juiste systeem worden
aangesloten (pers en retour niet verwisselen)
12.
Alle draaibare machinedelen moeten tegen verandering
van positie, die gevaren kunnen geven, geborgd worden
en moeten veilig zijn.
13.
De remmen moeten worden gecontroleerd.
20%
Kg
0900-NL_ÜBERSICHT_2502
NL
- 7 -
UITVOERINGSBESCHRIJVING
Overzicht
Aanduidingen:
(1) Aanbouwbok
(2) Steunpoot
(3) Veiligheidsbeugel voor het linker cirkelharkelement
(4) Linker cirkelharkchassis incl. tastwiel
(5) Linker cirkelharkeenheid
(6) Zwaddoek
(7) Wielen chassis
(8) Verlichting
(9) Rijframe
(10) Transportbeveiliging
Varianten
Aanduiding Beschrijving
TOP 852 C s-line Maximale arbeidsbreedte: 8,40 m
Cirkelharkdiameter: 3,70 m
TOP 972 C s-line Maximale arbeidsbreedte: 9,80 m
Cirkelharkdiameter: 4,30 m
1
2
4 5 6
9
7 8
10
3
0900-NL_SCHLEPPER VORAUSSETZUNG_2502
NL
- 8 -
TREKKER EISEN
Trekker
Voor het gebruik van deze machine moet de trekker aan de volgende eisen voldoen:
- Trekkervermogen: vanaf 37 kW / 50 pk
- Aanbouw: hefarm kat. II
- Aansluitingen: zie tabel ‘Noodzakelijke hydrauliek en stroomaansluitingen’
Ballastgewichten
Ballastgewichten
De trekker moet aan de voorzijde van voldoende ballastgewichten worden
voorzien, zodat het stuur- en remvermogen wordt gegarandeerd.
Ten minste 20% van het ledig gewicht van het voertuig
op de vooras.
Hefinrichting (driepuntskoppeling)
- De hefinrichting (driepuntskoppeling) van de trekker moet berekend
zijn op de optredende belasting (zie Technische gegevens).
- De hefsteunen moeten middels de verstelinrichting op gelijke lengte
worden ingesteld (4). (Zie instructieboekje van de trekkerproducent)
- Kunnen de hefsteunen aan de hefarmen in verschillende posities
worden gestoken, dan moet de achterste positie worden gekozen.
Daardoor wordt de hydraulische installatie van de trekker ontlast.
- De begrenzingskettingen of stabilisatoren van de hefarmen (5)
moeten zo worden ingesteld dat geen zijdelingse bewegingen van
de aanbouwwerktuigen mogelijk zijn. (Veiligheidsmaatregel voor
transportritten)
Noodzakelijke hydraulische aansluitingen
Uitvoering Verbruiker
Enkelvoudig werkende
hydraulische
aansluiting
Dubbel werkende
hydraulische
aansluiting
Aanduiding
(kant v.d. machine)
Standaard Heffen en laten zakken van de cirkelelementen X*) 1
Standaard Arbeidsbreedte X2
*) Zweefstand noodzakelijk
Noodzakelijke stroomaansluitingen
Uitvoering Verbruiker Pole Volt Stroomaansluiting
Standaard Verlichting 7-polig 12 VDC volgens DIN-ISO 1724
20%
Kg
371-08-16
371-08-16
- 9 -
1201-NL_Anbau_2502
NL
AANBOUW VAN DE MACHINE
Veiligheids-
voorschriften:
zie aanhangsel A1
pnt. 1-8
Machine aanbouwen
Scharnieras monteren
- Motor stilleggen en contactsleutel verwijderen.
- Voor de montage van de scharnieras de aansluitprofielen van de machine en de aftakas van de trekker reinigen en
smeren.
- Het breedhoekscharnier eerst aan de machine bevestigen. Vervolgens de scharnieras op de aftakas van de trekker
plaatsen.
- Ervoor zorgen dat de beschermbuizen van alle scharnierassen niet mee kunnen draaien door er kettingen in te
hangen.
Let op!
Voor de eerste ingebruikname moet
de lengte van de cardanas worden
gecontroleerd en eventueel worden
aangepast
Kortst mogelijke bedrijfspositie (L2):
1. Hefinrichting helemaal beneden
2. Stuurinrichting is helemaal ingeschoven.
(Zie afbeelding hiernaast)
Voor details zie hoofdstuk 'Aanpassen van de cardanas'
in de bijlage B van deze handleiding.
025-05-04
L2
Zwadhark aanbouwen:
- Aanbouwbok aan de hefarm van de trekker
aankoppelen
- de koppelbouten (1) op de juiste manier beveiligen
- Chassisframe in horizontale positie brengen of de
hefarmhoogte (X) instellen op 70 cm
Let op!
Voordat met
onderhouds- en
reparatiewerk-
zaamheden wordt
begonnen, motor
afzetten, sleutel
verwijderen en
de trekker tegen
wegrollen bevei-
ligen!
X
1
- 10 -
1201-NL_Anbau_2502
NL
AANBOUW VAN DE MACHINE
Elektrische verbinding tot stand brengen
Verlichting
- 7-polige stekker aan de trekker koppelen
- Controleren of de verlichting van de machine werkt.
Steunpoot omhoogklappen
- Na het aankoppelen van de machine de steunpoot
naar boven klappen (5b).
- Steunpoot met uw voet naar beneden drukken en naar
boven klappen.
- De pen klikt automatisch vast.
Attentie!
Na het ontgren-
delen zwenkt de
steunpoot vanzelf
naar boven
- Gevaar voor
beknelling!
Hydraulische aansluitingen - variant: Standard
Hydraulische leidingen aan de tractor
aansluiten
- Voor het aankoppelen de aftakas uitschakelen.
- Hendel van het hydrauliek (ST) in de neutraalstand (0)
plaatsen.
- Snelkoppelingen moeten schoon zijnanders goed
reinigen.
- De hydraulische slang alleen op de trekker aansluiten
of afkoppelen als de blokkeerkraan in stand A staat.
- Kabel (S) in de trekkercabine neerleggen
S
- 11 -
1201-NL_Anbau_2502
NL
AANBOUW VAN DE MACHINE
Instellen van het stangenmechanisme bij de transportbeveiliging
Stel voor de eerste ingebruikname het stangenmechanisme van de transportbeveiliging correct in. Controleer daarbij
dat u de cirkelarmen in vergrendelde toestand hydraulisch laat opheffen.
1. Werktuig in transportstand heffen
2. Bedieningshendel in neutraalstand
3. Onderste moer (1) losmaken.
4. Bovenste moer (2) zo ver naar onder draaien tot
de cirkelharkarm omhoog komt wanneer u de
bedieningshendel op "heffen" instelt.
5. Positie met onderste contramoeren (1).
6. Werktuig in wendakkerpositie brengen
7. Bedieningshendel op heffen instellen.
Wanneer de cirkelelementen in transportstand
rijden zonder voordien door een trekkabel te zijn
losgemaakt, draait u de schroeven (3) naar beneden
tot de beweging in transportstand niet meer mogelijk
is.
1
2
3
NL
1000_NL-TRANSPORT_2502 - 12 -
TRANSPORT
Ombouwen van arbeids- naar transportpositie
Let op!
Het ombouwen
van arbeids- naar
transportpositie
en omgekeerd
mag alleen
gebeuren op een
vlakke en stevige
ondergrond.
Controleer of het
zwenkbereik
vrij is. Er mo-
gen zich geen
personen binnen
de gevarenzone
bevinden.
075-09-07
Voorwaarde voor het ombouwen naar
transportpositie:
- Uitschuifbare cirkelharkarmen helemaal inschuiven.
- Harkhoogte minimaliseren zodat de max.
transportbreedte van 3m niet wordt overschreden.
1. Buitenste tastwielen (optie) inzwenken
Voor de transportpositie moeten de beide tastwielen naar
de binnenste positie worden gezwenkt.
- Kabel (1) aantrekken
- Tastwiel naar binnen zwenken en bij de binnenste
inkeping (2) beveiligen.
2. Transportafmetingen verkleinen
(Alleen noodzakelijk bij variant Top 972 C s-line)
2.1 Veiligheidsbeugel
Om de totale hoogte van de zwadhark te verkleinen,
moeten de veiligheidsbeugels (3) naar achteren worden
gezwenkt.
- Per cirkelhark de veiligheidsbeugel (3) met kabel (4)
losmaken en naar achteren zwenken totdat deze
hoorbaar weer vastgeklikt is.
- Uitgeschoven extra beugels aan de voorste
verlichtingsbalk intrekken en beveiligen!
2.2 Tandendragers afnemen
Om de totale hoogte van de zwadhark te verkleinen, kunnen
de tandendragers (5) worden afgenomen.
- Per cirkelhark steeds 5 tandendragers (5) afnemen en
in de houder aan het frame plaatsen en beveiligen.
3. Heffen van de cirkelhark
- De cirkelhark met het dubbelwerkende regelventiel in
de veldtransportpositie heffen.
- Uitschuifbare cirkelarmen helemaal inschuiven
- Aan de kabel (6) trekken en de cirkelhark met het
dubbelwerkende regelventiel helemaal heffen.
- Kabel loslaten.
- Controleren of de transportbeveiliging op de juiste
manier is vergrendeld (7).
Let op!
Om veiligheidsre-
denen moet de
aftakas worden
uitgeschakeld
en moet worden
gewacht totdat
de cirkelharken
stilstaan.
6 7
2 1
4 3
Let op!
Voor een transpor-
trit moet worden
gecontroleerd of
de transportbe-
veiliging op de
juiste manier is
vergrendeld. De
vergrendelings-
haken van de
transportbeveili-
ging (7) moeten
volledig in de tap
van de cirkelhark
haken.
Aanwijzing
voor veiligheids-
beugels:
Variant 'Hydrau-
lische veiligheids-
beugelzwenking'
- de veiligheids-
beugels zwenken
automatisch bij
het heffen en
zakken.
5
NL
TRANSPORT
1000_NL-TRANSPORT_2502 - 13 -
Rijden over de openbare weg
Let op!
- Wettelijke regelgeving met betrekking tot transport (verschilt per land) in acht nemen.
- Rijden over de openbare weg mag alleen gebeuren volgens de beschrijving in het hoofdstuk
'Transportpositie'.
- Veiligheidsvoorzieningen moeten zijn aangebracht en moeten zich in een correcte toestand
bevinden.
- Zwenkbare elementen moeten voor aanvang van de rit in de juiste positie worden gebracht en moeten
tegen gevaarlijke positiewijzigingen worden beveiligd.
- Voor aanvang van de rit moet de verlichting worden gecontroleerd.
- Beschermlijsten op de naar buiten stekende veertanden plaatsen.
Let op!
Afsluitkranen moe-
ten bij wegtrans-
port altijd worden
gesloten. Anders
kunnen gevaarli-
jke situaties ont-
staan voor andere
weggebruikers,
op het moment
dat de hydrau-
lische regeling
onbedoeld wordt
geactiveerd.
Werktuigafmetingen in transportpositie
Bij een juiste transportpositie worden de volgende
afmetingen niet overschreden:
Type Hoogte (m) Breedte (m) Lengte (m)
TOP 852 C
s-line 3,99 (3,40*) 3,00 7,85
TOP 972 C
s-line 4,75 (3,85*) 3,00 8,28
* Transporthoogte met afgebouwde tanden
Let op!
Voor de transportrit
moet de positie
van de hefcilinder
worden gecontro-
leerd.
De cilinder moet
in de kleinste
positie staan!
NL
TRANSPORT
1000_NL-TRANSPORT_2502 - 14 -
Frame - chassis
Het frame - chassis is stuurbaar. De draaibare aanbouwbok
brengt middels een stuurstang de stuurbeweging over op
het frame - chassis.
Bij een optimale basisinstelling loopt het frame - chassis
bij rechtuit rijden in een rechte lijn achter de trekker aan
(zie afbeelding).
Als dat niet het geval is, kan de lengte van de stuurstang
worden bijgesteld.
De versteleenheid bevindt zich aan de aanbouwbok.
- Contramoer losmaken
- Lengte van de stuurstang bijstellen
- Contramoer aanhalen
M
044-01-009
Let op!
Voor aanvang van
een transportrit
moet het chassis
middels een zicht-
controle worden
gecontroleerd!
- 15 -
1200_NL-Select Control_2502
NL
SELECT CONTROL
Prestatiekenmerken van de terminal
Elektrische aansluiting
De terminal wordt van stroom voorzien via een stekker volgens DIN 9680 van de 12-V boordnetaansluiting van de
trekker. Deze 3-polige stekkers worden ook ingezet in 2-polige uitvoering, omdat alleen de twee hoofdaansluitingen
(+12V, massa) nodig zijn.
Let op!
Stekkers en contactdozen van een ander bouwtype mogen niet worden gebruikt, omdat de veiligheid
tijdens het gebruik niet gegarandeerd kan worden.
Technische gegevens
Netspanning: +10V … +15V
Bedrijfstemperatuurbereik: -20°C … +60°C
Opbergtemperatuur: -30°C … +60°C
Beschermgraad: IP65
Zekering: 10A multifuse in de netspanningsstekker
Functie
Het aanbouwwerktuig wordt met een dubbelwerkende bedieningshendel aan de trekker bediend, waarbij de individuele
functies vooraf ingesteld worden op de Select-Control-Terminal. De gekozen functies worden op een LCD-beeldscherm
op de terminal weergegeven.
Ingebruikname
1. Positioneren
Select control terminal in de trekkercabine overzichtelijk
positioneren (voor de bevestiging van de terminal bevindt
zich aan de achterzijde een magneet).
2. Verbinden
Stekker (1) bij de 12V stroomvoorziening van de trekker
aankoppelen.
Stekker (2) aan de 7-polige aansluiting van de jobcomputer
van de machine koppelen.
3. In- en uitschakelen
Om de terminal in te schakelen toets ‘I/O’ drukken.
Om de terminal uit te schakelen toets ‘I/O’ gedurende
3 seconden ingedrukt houden.
Bij het inschakelen van de terminal wordt het
startbeeldscherm weergegeven.
De versienummers van de huidige Select-Control Software
(FO92) en de interfacesoftware (LIN-IO) vindt u onderaan
het opstartscherm.
Pöttinger
Rakes - TOP
Vers. FO92: V 1.0
Vers. LIN-IO: V 1.0
- 16 -
1200_NL-Select Control_2502
SELECT CONTROL NL
Bedieningspaneel
ab
df
h
c
e
gi
Betekenis van de toetsen
a Urenteller (dag- en totaalurenteller)
b Transportbeveiliging
c Wegtransport
d Selectie cirkelelement links
e Selectie zwadbreedte
f Selectie cirkelelement rechts
g Selectie harkhoogte links/Pijl naar beneden
h Selectie harkhoogte rechts/Pijl naar boven
i I/O of menu
Bedieningsaanwijzingen
Om een functie te kiezen moet de gewenste toets worden ingedrukt.
De gekozen functie wordt op het beeldscherm weergegeven.
Functies
1. Cirkelelement(en) zwenken tussen werk- en veldtransportpositie:
Met de knop "Selectie cirkelelement links of rechts" selecteert u de cirkelelementen die u wilt zwenken.
Het draaien gebeurt met de bedieningshendel.
Toetsen Weergave Opmerking
+ Met het regelventiel van de trekker worden beide cirkelharkelementen
tussen de positie 'Veldtransport ' en 'Arbeidspositie' gezwenkt.
/ Met het regelventiel van de trekker wordt het gekozen cirkelharkelement
tussen de positie 'Veldtransport ' en 'Arbeidspositie' gezwenkt.
(Druk twee maal na elkaar op een selectieknop om beide cirkelelementen
te selecteren)
2. Werkbreedte instellen:
Met deze knop selecteert u de functie "werkbreedte instellen". Het draaien gebeurt met de bedieningshendel.
Toetsen Weergave Opmerking
Met de bedieningshendel van de trekker wordt de werkbreedte van
beide cirkelelementen ingesteld. Deze functie is mogelijk in de positie
'Veldtransport ' en 'Arbeidspositie'.
- 17 -
1200_NL-Select Control_2502
SELECT CONTROL NL
3. Harkhoogte instellen:
Met deze knop selecteert u de functie "harkhoogte instellen". Met deze knop selecteert u de functie "harkhoogte instellen".
Toetsen Weergave Opmerking
+ Met het regelventiel van de trekker wordt de harkhoogte van de beide
cirkelharkelementen versteld.
/ Met het regelventiel van de trekker wordt de harkhoogte van het gekozen
cirkelharkelement versteld.
(Druk twee maal na elkaar op een selectieknop om beide cirkelelementen
te selecteren)
4. Zwenken van de positie ‘veldtransport’ naar de positie ‘wegtransport’:
Met deze knop selecteert u de functie " Op wegvervoer instellen". Deze functie wordt uitgevoerd met de bedieningshendel.
Voorwaarde voor deze functie: de cardanas moet stilstaan en de beide maai-eenheden moeten zich in wendakkerpositie
bevinden!
Toetsen Weergave Opmerking
Met het regelventiel van de trekker worden beide cirkelharkelementen
tussen de positie 'Veldtransport ' en 'Arbeidspositie' gezwenkt.
Voorwaarde voor deze functie is de positie 'Veldtransport'.
Is de minimale arbeidsbreedte in de positie 'Veldtransport' niet
ingesteld, dan wordt eerst de functie 'Arbeidsbreedte' geactiveerd.
Wanneer de sensoren 'Minimale arbeidsbreedte' melden, dan
wordt doorgeschakeld naar de functie 'Wegtransport'. De functie
wordt automatisch gedeactiveerd, zodra de positie 'Veldtransport'
is bereikt.
Als de cardanas in beweging is, en de toets 'Wegtransport' wordt ingedrukt, wordt
op het beeldscherm de volgende waarschuwing weergegeven.
Wacht tot de cardanas stilstaat voor u het werktuig in de wegtransportstand zet.
Attentie!
Bij draaien op een
helling bestaat
kipgevaar!
- 18 -
1200_NL-Select Control_2502
SELECT CONTROL NL
5. Zwenken van de positie ‘wegtransport’ naar de positie ‘veldtransport’:
Let op!
De transportbeveiliging kan bij een storing afzonderlijk bediend worden. Wanneer de
knop "transportbeveiliging" niet meer ingedrukt wordt, worden de cirkelelementen
leeg op het beeldscherm weergegeven totdat een andere functie geselecteerd
wordt. Zolang de cirkelelementen op het beeldscherm leeg zijn, kunt u met de
bedieningshendel enkel de transportbeveiliging sturen.
Toetsen Weergave Opmerking
1. 1. (1) Knop "Wegtransport" selecteren.
2. 2. (2) Knop "transportbeveiliging" ingedrukt houden en
bedieningshendel van de trekker (omhoogheffen) bedienen,
tot de transportbeveiliging geopend is.
3. 3. (3) Knop "wegtransport" bedienen en de bedieningshendel van
de trekker op zakken schakelen tot de positie "veldtransport"
bereikt is.
4. 4. (4) Wanneer de positie "veldtransport" is bereikt drukt u op de
knop "wegtransport" of de knop "Selectie cirkelelement
links/rechts. Beide cirkelelementen zijn geselecteerd.
6. DATA-menu
Toetsen Weergave Opmerking
Kort op toets 'Data-menu' drukken, om bij de functie
dagurenteller (data1) te komen.
Lang op toets 'Data-menu' drukken om de dagurenteller op
0h terug te zetten.
De urenteller telt hoe lang de cardanas draait.
Nogmaals kort op toets 'Data-menu' drukken, om bij de functie
totaalurenteller (data2) te komen.
Toets "Datamenu" nogmaals kort indrukken om terug te gaan
naar de werkzone.
- 19 -
1200_NL-Select Control_2502
SELECT CONTROL NL
7. Systeem-menu
Toetsen Weergave Opmerking
Druk kort op toets 'IO' om in het Helderheid-menu te komen.
Stel de helderheid van de weergave met de pijltjestoetsen in.
Aanwijzing: Als de helderheid <30% wordt ingesteld, dan wordt
bovendien de toetsenbordverlichting ingeschakeld.
Nogmaals kort op toets 'IO' drukken, om in het Contrast-
menu te komen.Stel het contrast van de weergave met de
pijltjestoetsen in.
Nogmaals kort op toets 'IO' drukken, om in de sensortestweergave
te komen.
Toets "IO" nogmaals kort indrukken, om terug te gaan naar
de werkzone.
7.1 Sensortestweergave
Icoon Omschrijving Opmerking
- + 14,2 V
actuele voedingsspanning De voedingsspanning moet bij een
werkende trekker groter zijn dan 12V.
0 r
p
m
Toerental van de aftakas in omw/min
Sensor zwadbreedte links zwart: actief, met minimale
zwadbreedte
wit: inactief
Sensor zwadbreedte rechts zwart: actief, met minimale
zwadbreedte
wit: inactief
Geluidsensor aftakas zwart: magneet bij sensor
wit: magneet in andere positie
Sensor cirkelelement links zwart: actief - veldtransport/
wegtransport
wit: inactief
Sensor cirkelelement rechts zwart: actief - veldtransport/
wegtransport
wit: inactief
- 20 -
1200_NL_Einsatz_2502
NL
GEBRUIK
Ombouwen van transport- naar arbeidspositie
Let op!
Het hydraulisch laten zakken van de
cirkelharken moet in één beweging
gebeuren. Als tussendoor wordt gestopt,
dan kunnen afzonderlijke cirkelharken
vervolgens ongedefinieerd omhoog komen
of naar beneden zakken.
1. Laten zakken van de cirkelharken
- Met het dubbelwerkende regelventiel de cirkelharken
kort heffen om de transportbeveiliging (2) vrij te
geven.
- Kabel (1) aantrekken en met het dubbelwerkende
regelventiel de cirkelharken helemaal laten zakken
- Kabel (1) loslaten
2. Transportmaatregelen deactiveren
(Alleen noodzakelijk bij variant Top 972 C s-line)
2.1 Tandendragers aanbouwen
De tandendragers die aan het frame zijn getransporteerd
aan de cirkelharken aanbouwen.
- Tandendragers monteren en beveiligen met de
splitpen!
2.2 Veiligheidsbeugel in positie zwenken
- Per cirkelhark de veiligheidsbeugel (3) met kabel (4)
losmaken en naar voren zwenken totdat deze hoorbaar
weer vastgeklikt is.
- Per cirkelhark de extra beugel aan de voorste
verlichtingsbalk uitschuiven en afhankelijk van de
arbeidsbreedte uittrekken.
3. Buitenste tastwielen positioneren (optie)
Afhankelijk van het type maaigoed kunnen de
buitenste tastwielen voor het bereiken van optimale
omstandigheden worden uitgetrokken.
- Kabel (5) aantrekken
- Tastwiel in positie zwenken, kabel loslaten en tastwiel
laten vastklikken
075-09-05
Let op!
Het ombouwen
van arbeids- naar
transportpositie
en omgekeerd
mag alleen
gebeuren op een
vlakke en stevige
ondergrond.
Controleer of het
zwenkbereik
vrij is. Er mo-
gen zich geen
personen binnen
de gevarenzone
bevinden.
1 2
4 3
5
Aanwijzing
voor veiligheids-
beugels:
Variant 'Hydrau-
lische veiligheids-
beugelzwenking'
- de veiligheids-
beugels zwenken
automatisch bij
het heffen en
zakken.
Let op!
Gevaar door rote-
rende vorken
Schakel de zwad-
hark af voor u de
cabine verlaat of
wanneer mensen
de gevarenzone
naderen.
- 21 -
1200_NL_Einsatz_2502
GEBRUIK NL
Arbeidsbreedte instellen
De arbeidsbreedte wordt ingesteld met de tweede dubbelwerkende hydraulische aansluiting. De arbeidsbreedte is als
volgt traploos instelbaar:
TD 44/94/15
A2
A1
Let op!
Controleer of het
zwenkbereik
vrij is. Er mo-
gen zich geen
personen binnen
de gevarenzone
bevinden.
Overzicht van de mogelijke arbeidsbreedte / type:
Type A1 A2
TOP 852 C s-line 7,8 m 8,4 m
TOP 972 C s-line 9,0 m 9,8 m
Aanwijzing:
De arbeidsbreedte kan tijdens de
werkzaamheden op ieder moment traploos
worden versteld.
Harkhoogte instellen
Voorwaarde voor de juiste instelling van de harkhoogte is een vlakke en stevige ondergrond. Het aanbouwwerktuig hangt
aan de trekker, de hoogte van de trekker-hefarm is ingesteld volgens het hoofdstuk 'Aanbouw aan de machine'.
Aanwijzing:
De begrenzingskettingen en de
stabilisatoren van de hefarm moeten zo
worden ingesteld dat het aanbouwwerktuig
geen zijdelingse bewegingen kan maken.
1. Tandhoogte van de cirkelhark instellen
De harkhoogte kan voor iedere cirkeleenheid afzonderlijk
aan de handkruk (1) worden ingesteld.
- Arbeidshoogte aanpassen aan de
bodemomstandigheden.
- De tanden moeten licht over de bodem strijken (ca. 10
mm).
- Bij een te diepe instelling wordt het voer vervuild of de
grasnerf wordt beschadigd.
- Instelling tijdens de werkzaamheden regelmatig
controleren.
2. Buitenste tastwiel (optie) instellen
- Bij een wijziging van de harkhoogte moet ook de hoogte
van het tastwiel met behulp van de veersluitpen (3)
worden aangepast
- De afstand tussen het tastwiel en de tanden (A) moet
zo klein mogelijk zijn, zodat de harkwerkzaamheden
een zo schoon mogelijk resultaat opleveren.
- afhankelijk van de hoeveelheid voer bout (4) in de
betreffende positie aanbrengen. Wanneer het maaigoed
zich om het tastwiel wikkelt, moet de afstand (A)
trapsgewijs worden vergroot.
A
371-08-07
34
Let op!
Alleen bij een mini-
male harkhoogte
is zeker dat in de
transportpositie
de max. trans-
portbreedte van
3m niet wordt
overschreden!
1
- 22 -
1200_NL_Einsatz_2502
GEBRUIK NL
Ombouwen naar een speciale harkhoogte
De standaard harkhoogte kan worden ingesteld tussen 0 ... 115 mm. Wanneer dit instelbereik niet voldoende is (bijv. bij
strozwaden), kan worden omgebouwd naar de speciale harkhoogte. Instelbereik: 45 ... 160 mm
Let op!
Wanneer de
cirkelharkele-
menten worden
omgebouwd naar
speciale hark-
hoogte, wordt in
transportpositie
de max. trans-
portbreedte van
3m overschreden!
Voor het transport
over openbare
wegen moet naar
de standaard har-
khoogte worden
omgebouwd!
Let op!
Bij reparatie- of ombouwwerkzaamheden
moeten veiligheidsmaatregelen worden
nageleefd! Machine beveiligen, geheven
cirkelharken steunen, enz.
- Cirkelhark enigszins heffen
- Cirkelhark steunen
- As per cirkelhark op bovenste gat (1) omschroeven
Cirkelhark-chassis instellen
Voor zo optimaal mogelijke harkwerkzaamheden moet
de cirkelhark horizontaal staan. Een kleine helling naar
de zwadzijde (10 - 15 mm) is toelaatbaar.
- De cirkelharkas (X) wordt aan het cirkelharkchassis via
de spanschroef (3) ingesteld.
- Een wijziging in de cirkelharkas (Y) wordt bereikt door
het binnenste tastwiel (4) in hoogte te verstellen.
Let op!
Alleen bij een mini-
male harkhoogte
is zeker dat in de
transportpositie
de max. trans-
portbreedte van
3m niet wordt
overschreden!
4
3
1
Hoogte-instelling van de zwaddoek
Wanneer u de hoogte wilt instellen van de zwaddoek om
ervoor te zorgen dat hij bijvoorbeeld niet over de stoppels
sleept die de maaidorser achterlaat.
1. Door het versteken van de pen verandert u de hoogte
van de zwaddoek.
In dit aanzicht is het rechtergat de positie, waarin de
zwaddoek het diepste hangt.
Attentie!
Let er bij de hoogte-instelling op dat u uw
hoofd niet stoot aan de houder.
- 23 -
1200_NL_Einsatz_2502
GEBRUIK NL
Zwenken van arbeids- naar veldtransportpositie
Het zwenken van arbeids- naar veldtransportpositie gebeurt via een dubbelwerkende hydraulische aansluiting (zweefstand
noodzakelijk).
- Het zwenken in veldtransportpositie is ook bij maximale arbeidsbreedte mogelijk.
- De aandrijving van de cardanas hoeft niet te worden uitgeschakeld.
Aanwijzing:
In arbeidspositie moet het regelventiel van de trekker in zweefstand worden geschakeld, zodat een
goede bodemaanpassing van de cirkelharkelementen gegarandeerd is!
Let op!
Het ombouwen
van arbeids- naar
transportpositie
en omgekeerd
mag alleen
gebeuren op een
vlakke en stevige
ondergrond.
Controleer of het
zwenkbereik
vrij is. Er mo-
gen zich geen
personen binnen
de gevarenzone
bevinden.
075-09-10
Let op!
De cardana-
saandrijving mag
alleen worden
ingeschakeld,
wanneer zich
geen personen
binnen de
gevarenzone
bevinden en als
alle veiligheids-
voorzieningen zijn
aangebracht.
cardanas nooit met
uitgeschakelde
motor inscha-
kelen
Toerental van de cardanas
Het maximale toerental van de cardanas bedraagt: 540 omw/min
Het aanbevolen toerental van de cardanas bedraagt: 450 omw/min
Aanwijzing:
Bij onnauwkeurig verlopende werkzaamheden (bijv. het maaigoed van het gereedgekomen zwad
wordt door de tanden weer in het reeds bewerkte oppervlak gebracht) moet het toerental van de
cardanas worden verlaagd.
instellen van de voorspanning van de ontlastingsveren
Pas de afstand X aan om de voorspanning van de ontlastingsveren van de cirkelhark aan te passen aan de
bodemomstandigheden.
fabrieksinstellingen voor afstand X
TOP 972 C s-line rechts: links:
met buitentastwiel: 50mm 50mm
zonder buitentastwiel: 50mm 50mm
TOP 852 C s-line rechts: links:
met buitentastwiel: 50mm 50mm
zonder buitentastwiel: 50mm 0mm
(geen afstand)
X
Let op!
Let erop dat
zich tijdens de
werkzaamheden
geen mensen in
de gevarenzone
bevinden.
Let erop dat
opspattend
materiaal en
stenen gevaarlijke
situaties kunnen
opleveren.
- 24 -
9700-NL HANGFAHRT_288
NL
Voorzichtig bij manoeuvres op een
helling!
Door het gewicht (G) van de zwadelementen
worden de rijeigenschapen van de trekker
beinvloedt. Dit kan, speciaal op hellingen,
tot gevaarlijke situaties leiden.
Er bestaat kantelgevaar
Als de zwadelementen hydraulisch wordt geheven
- het zwadelement aan "de helling-op" zijde
wordt eerst geheven, waardoor een ongelijke
gewichtsverdeling ontstaat (G)
bij het maken van bochten, met geheven
zwadelementen
TD 33/97/1
G
TD 33/97/2
Veiligheid-
saanwijzing
• Reduceer de
snelheid in boch-
ten
• Op een helling
kunt u beter ach-
teruit rijden dan
een riskante draai
te maken.
GEBRUIK OP HELLINGEN
- 25 -
NL
1201_NL-Allgemeine-Wartung_BA
Hydrauliekinstallatie
Wees voorzichtig met hydrauliekinstallaties i.v.m.
verwonding en infectie.
Als er olie uit een slang of leiding spuit, kom dan niet
te dichtbij. Vloeistof zoals olie onder hoge druk kan in
de huid dringen. Raadpleeg in dat geval onmiddellijk
een arts.
Voordat de hydraulische leidingen worden aangesloten
moet worden gecontroleerd of de hydraulische installatie
geschikt is voor de tractor.
Na de eerste 10 bedrijfsuren en alle volgende 50
bedrijfsuren
- Controleer of alle hydraulieknippels/verbindingen dicht
zijn. Eventueel nippels/wartels aandraaien.
Voor iedere inbedrijfsname
- Voor iedere inbedrijfsname moeten de slangen van het
hydrauliek gecontroleerd worden op beschadiging.
Versleten of beschadigde slangen moeten direct
vervangen worden. De kwaliteit van nieuw te monteren
slangen en andere delen moeten aan de eisen voldoen
en gelijk zijn aan het origineel gemonteerde materiaal.
Slangen ondergaan een natuurlijke veroudering. Ze
moeten na 5 of 6 jaren worden vervangen.
In de openlucht laten staan
Als de machine langere tijd in de
open lucht moet blijven, moe ten
de cylinderstangen worden
ge rei nigd en worden ingevet.
FETT
TD 49/93/2
Veiligheid-
saanwijzing
• Voor het verrich-
ten van instel-,
onderhouds- en
reparatie-
werkzaamheden,
de trekker motor
uitschakelen.
• Werkzaamheden
onder de machine
alleen uitvoeren,
wanneer de
machine veilig
en stabiel staat
en goed wordt
ondersteund.
• Na één werkuur
alle bouten na-
trekken.
• Machine alleen
wegzetten op een
vlakke, stevige
ondergrond.
Algemene aanwijzingen voor het onderhoud
Om ook na langere tijd nog plezier van uw machine te
houden neemt u de volgende aanwijzingen
in acht:
- Na de eerste gebruiksuren alle bou ten
en moeren na-trekken.
Speciaal gecontroleerd moeten worden:
- Mesbouten bij maaiers
- Bouten in de tandbevestiging van schudders en van
zwadharken
Onderdelen
a. Originele onderdelen en toebehoren zijn speciaal
voor deze ma chi nes en werk tui gen ont wik keld.
b. Wij maken U er uitdrukkelijk op attent dat niet door
ons geleverde delen niet door ons ge con tro leerd en
vrijgegeven zijn.
c. Montage en gebruik hiervan kan on der bepaalde
om stan dig he den con struc tie ve eigenschappen van Uw
ma chi ne negatief beïnvloeden. De fa bri kant kan niet
aansprakelijk wor den gesteld voor scha de ont staan
door het gebruik van niet originele delen en toebehoren.
d. Zelfstandig wijzigingen aanbrengen of het monteren
van aan bouw de len o.i.d. sluiten elke aansprakelijkheid
van de fabrikant uit.
Reinigen van machinedelen
Let op!
Geen hogedrukreiniger gebruiken voor het reinigen
van lagers en van hydraulische delen.
Gevaar voor roestvorming!
- Na het reinigen van de machine deze volgens het
smeerschema doors me ren en de machine een korte
tijd laten draaien.
- Door met te
hoge druk te
reinigen kan
beschadiging
van lak
optreden.
Veiligheidsaanwijzing
Voor het verrichten van instel-, onderhouds-
en reparatie werkzaamheden, de trekker motor
uitschakelen.
Overwinteren
- De machine voor het over winteren goed schoon maken.
- Beschermd tegen weersinvloeden opbergen.
- Olie-wisselen of op niveau brengen.
- Blanke delen tegen roest beschermen.
- Alle smeerpunten volgens schema doorsmeren.
Aftakassen
- zie ook de aanwijzingen in de aanhang
Let op: voor u onderhoud pleegt!
In principe gelden de aanwijzingen die in de
gebruikershandleiding worden gegeven.
Als daarin geen speciale aanwijzingen worden gegeven,
gelden de aanwijzingen in de meegeleverde handleiding
van de betreffende aftakassenfabrikant.
Reparatie-
aanwijzingen
Let op de repara-
tieaanwijzingen
in de aanhang
(indien beschik-
baar)
ONDERHOUD
Veiligheid-
saanwijzing
De koppelings-
stekkers van
de hydraulische
slangen en de
oliestekkerdozen
moeten worden
schoongemaakt,
iedere keer voor-
dat ze worden
aangekoppeld.
Controleer op slij-
tageplekken waar
de slangen heb-
ben geschuurd of
klemgezeten.
- 26 -
1201-NL Wartung_2502
ONDERHOUD NL
Transmissie
Voorzichtig!
Voordat met
onderhouds- en
reparatiewerk-
zaamheden wordt
begonnen moet
de motor worden
afgezet en de
sleutel moet wor-
den verwijderd.
Voer de onder-
houdswerkzaam-
heden enkel uit
op een vlakke
ondergrond.
Leg een wig voor
de wielen van de
machine.
Hoeveelheid olie: 1 liter SAE 90
Oliepeilcontrole: het oliepeil is correct als de
transmissieolie tot de niveauschroef
(1) reikt.
Olie verversen: op zijn laatst na 500 ha.
Chassis
Instelling van de stuuras:
Alleen als het frame - chassis bij rijden rechtuit niet in een
rechte lijn achter de trekker aan loopt!
- Om de stuuras in te stellen moet de spilboom (2) worden
versteld.
2
Banden
Banden Dimensie Spanning
Chassis 18,5 x 8,5 - 8 (6PR) 1,2 bar
Cirkelhark 380 / 55 - 17 1,5 bar
Veertanden
De bevestigingsschroeven (S) van de veertanden moeten
na de eerste 10 bedrijfsuren worden gecontroleerd en
indien nodig worden aangehaald.
Bij de buitenste tanden (ZA) wordt bovendien een
onderlegplaatje (U) gemonteerd.
Er zijn lange schroeven nodig (lengte: 80 mm)
Voorzichtig!
Om te werken aan
de hydraulische
installatie:
Omhooggeheven
cirkelelementen
op de grond laten
zakken.
Hydraulikanlage
drucklos machen
Bij het zoeken naar
lekplaatsen ge-
schikte hulpmid-
delen gebruiken.
U
ZA
S
- 27 -
1201-NL Wartung_2502
ONDERHOUD NL
Cirkelharkelement
Aanwijzing:
Let op de positie
van de spanstif-
ten!
(zie detail B - Afb.:
075-09-36)
2. lagerbus vervangen
Na lange gebruiksduur kan een verhoogde slijtage van de
lagerbussen aan de stuurassen optreden. De lagerbussen
(3) moeten vervangen worden wanneer de buskraag (1)
minder dan 1mm dik is.
- Tegenlager (4) naar voor toe afnemen
- lagerbus (3) eruit kloppen
- Indien nodig stuuras (C) vervangen
- Nieuwe lagerbus (3) in tegenlager (4) plaatsen.
- Let op de richting (2) van de bus. Ze is een
draaibeveiliging en past juist in een groef van de
tegenlager.
- Tegenlager met bus op de stuuras (C) plaatsen en
in de juiste positie brengen.
3. Stuuras inbouwen
- Stuuras met tegenlager in cirkelelement plaatsen
- Schroeven M12 X110 weer vastdraaien met moeren.
- Afdekkleppen (A) tussen de tegenlagers plaatsen.
- Vorkarm op stuuras plaatsen en met spievergrendelpen
bevestigen.
1. Stuuras uitbouwen
- Spievergrendelpen aan de vorkarm openen en
vorkarm afnemen.
- Moeren M12 losdraaien
- Schroeven M12X110 uitnemen
- Stuuras (C) uittrekken
- Afdekkappen (A) komen daarbij los
- Indien nodig: stuurhendel (B) vervangen
B
34
C
1
3
2
- 28 -
1201-NL Wartung_2502
ONDERHOUD NL
Cirkelbaan
Interval: 50 h
Uitvoering:
- Afdekking (4) van de smeeropening verwijderen
- Cirkelhark draaien tot de smeernippel door de
smeeropening toegankelijk is
- 3 - 4 keer spuiten met de vetspuit
- Cirkelhark 360° draaien zodat het vet in de cirkelbaan
zich goed kan verdelen
- procedure 3-4 keer herhalen
- Afdekking (4) van de smeeropening plaatsen
4
- 29 -
1201-NL Wartung_2502
ONDERHOUD NL
Smeerschema
Voorzichtig!
Voordat met
onderhouds- en
reparatiewerk-
zaamheden wordt
begonnen moet
de motor worden
afgezet en de
sleutel moet wor-
den verwijderd.
8
h
FETT
OIL
20
1 J
hFETT FETT
600 cm
OIL (V)
600 cm
OIL (V)
1l
OIL (V)
3
FETT FETT
(IV)
SCHMIERPLAN 2502
600 cm
OIL (V)
3
1 J
20hFETT FETT
(IV)
(IV)
(IV)
(IV) (IV)
- 30 -
1201-NL Wartung_2502
ONDERHOUD NL
Overwintering:
Wanneer u het toestel in wegtransportstand wil laten
overwinteren, ontspan dan de veren die de cirkelelementen
in de transportstand houden.
1. Draai de moeren los.
2. Draai de ringbouten zo aan dat de treklast op de veren
vermindert.
3. Zet de moeren vast met de contramoeren.
Telescooparm smeren:
1. Telescooparm smeren:
2. alles invetten met een kwast.
3. Telescooparm weer intrekken
Smeer de telescooparm minstens 2 x per seizoen of indien nodig.
- 31 -
1000-NL TECHN. DATEN_2502
NL
Passend gebruik van de zwadhark
De zwadhark mag alleen gebruikt worden voor de normale inzet bij landbouwwerkzaamheden.
Voor het harken van groen-/ruwvoer, hooi en stro.
Ieder ander gebruik geldt als oneigenlijk gebruik. Voor de hieruit ontstane schade is de fabrikant niet aansprakelijk.
Het risico ligt geheel bij de gebruiker/eigenaar.
Tot een passend gebruik hoort ook het nakomen van de door de fabrikant voorgeschreven gebruiks- en
onderhoudsaanwijzingen.
Plaats van het typeplaatje
Het chassisnummer is te vinden op het typeplaatje, zie
afbeelding hiernaast. Bij garantieclaims, vragen over de
machine en bestellingen van reserve-onderdelen dient het
chassisnummer altijd te worden vermeld.
Het verdient daarom aanbeveling om het chassisnummer
van het voertuig of de machine direct na aankoop op het
titelblad van de handleiding over te nemen.
TECHNISCHE GEGEVENS
Technische Gegevens
Aanduiding TOP 852 C s-line (Type 2501) TOP 972 C s-line (Type 2502)
Aantal elementen 2 2
Aantal tandarmen per element 13 15
Werkbreedte 7,8 - 8,4 m 9,0 - 9,8 m
Breedte in werkstand 7,8 - 8,4 m 9,0 - 9,8 m
Transportbreedte opgeklapt 3,0 m 3,0 m
Lengte 7,85 m 8,28 m
Lengte in transportstand 7,85 m 8,28 m
Hoogte in transportstand 3,99 m (3,40 m *) 4,75 m (3,85 m *)
Benodigd vermogen vanaf 37 KW (50 PS) vanaf 37 KW (50 PS)
Gewicht incl. aftakas 2990 KG 3480 KG
Aandrijftoerental max. o/m 540 U/min 540 U/min
Bandenmaat (elementen) 18,5 x 8,5 - 8 6PR
1,2 bar
18,5 x 8,5 - 8 6PR
1,2 bar
Bandenmaat (draagwielen) 380 / 55 -17 138A8
tot max. 40 km/h: 1,5 bar
meer dan 40 km/h: ten minste 1,8 bar
380 / 55 -17 138A8
tot max. 40 km/h: 1,5 bar
meer dan 40 km/h: ten minste 1,8 bar
Toegestane max. snelheid 30 km/h 30 km/h
Geluidsniveau 84,8 dB(A) 84,8 dB(A)
Alle gegevens zijn niet bindend
* Tandendrager gedemonteerd
- 32 -
1200-NL SERVICE_2502
NL
SERVICE
Hydraulisch schema (standaard)
OPTION OPTION
TOP 852TOP 852
Beschermkap
veldtransport-positie
wegtransport-positie
werkbreedte
zwaddoek
- 33 -
1200-NL SERVICE_2502
NL
SERVICE
Hydraulisch schema (Select Control)
Schlepper DW
mit Schwimmstellung
Y1
Y2
Y3
Y4
Y5
Y7 Y7
Y8 Y8
A
B
A1
B1
A2
B2
V
Y6
TOP 852
369-12-06
Beschermkap
veldtransport-positie
wegtransport-positie
werkbreedte
werkhoogte
zwaddoek
Transportbeveiliging
- 34 -
1200-NL SERVICE_2502
NL
SERVICE
verklaring
Y1 zitventiel – cirkelelement links
Y2 zitventiel – cirkelelement rechts
Y3 wegventiel – transportstand openbare weg
Y4 wegventiel – zwadbreedte
Y5 zitventiel - vergrendeling neutraalstand
Y6 zitventiel - vergrendeling heffen / neerlaten
Y7 zitventiel – harkhoogteaanpassing links
Y8 zitventiel – harkhoogteaanpassing rechts
S4 Toerental scharnieras
S5 Verschuiving zijkant MIN links
S6 Verschuiving zijkant MIN rechts
S7 wendakkerpositie links
S8 wendakkerpositie rechts
Elektrisch installatieschema (Select control)
Aanwijzing!
Alle
stekkeraanzichten
zijn vanaf de
buitenkant gezien.
Kleurcode:
bl blauw
br bruin
gn groen
gnge groen / geel
gr grijs
rt rood
sw zwart
ws wit
Y5
Y1
Y7
Y2
Y8
Y6 Y3Y4
8
7
6
5
gn
ws
br
gn
ws
br
3 4 7 8 3 4 5 6 7 8
gr br rt ws bl sw gg
1 2
5 61 2
+L-
br bl br bl br bl br bl br bl
gn
ws
br
gnbr
br blbr bl
ws
br bl
4,7 m
0,8 m
0,8 m
0,7 m
0,7 m
5,5 m
4,5 m
2,5 m
4,5 m
2,5 m
4,7 m
gn
ws
br
4
2,4 m
16
2
5
4
3
gnge
ws
bl
sw
rt
br
gr
(LIN)
( - )
( - )
( - )
( + )
( + )
( + )
1 - bl
T
2 - br +
JR-Kabel Mäher 7p 5,5m
1
br
+
2
ws
3
gn
Signal
T
- 35 -
1200-NL SERVICE_2502
NL
SERVICE
Elektrisch installatieschema (Select control)
Aanwijzing!
Alle
stekkeraanzichten
zijn vanaf de
buitenkant gezien.
Kleurcode:
bl blauw
br bruin
gn groen
gnge groen / geel
gr grijs
rt rood
sw zwart
ws wit
368-12-32
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
AANHANGSEL
NL-Anhang Titelblatt _BA-Allgemein
NL
U maakt de beslissing ‘Original’ of ‘namaak? De beslissing wordt vaak op grond van
de prijs genomen. Een ‘goedkope aanschaf’ kan echter zeer duur worden.
Let dus bij de aanschaf op het ‘Original’ teken met het
klaverblad!
Kwaliteit en nauwkeurige pas sing
- Bedrijfszekerheid
• Betrouwbaar functioneren
• Lagere levensduur
- Economisch werken
Beschikbaarheid van de onderdelen
Het werken gaat beter
met Originele Pöttinger
onderdelen
Het origineel laat zich niet vervalsen…
1200_NL-Anhang A_Sicherheit
Aanhangsel -A
Aanwijzingen voor veilig werken
- A.38 -
Aanwijzingen voor veilig werken
In deze handleiding zijn alle plaatsen die betrekking heb ben
op de vei lig heid met dit teken aan ge ge ven.
1.) Handleiding
a. De handleiding is een belangrijk onderdeel van de machine.
Zorg ervoor dat de handleiding op de plaats waar de machine
wordt gebruikt altijd direct beschikbaar is.
b. Bewaar de handleiding zolang de machine in gebruik is.
c. De handleiding moet bij verkoop of als van gebruiker wordt
gewisseld altijd samen met de machine worden doorgegeven.
d. Zorg ervoor dat veiligheids- en gevarenaanwijzingen aan de
machine compleet zijn en dat zij leesbaar zijn.
De gevarenaanwijzingen zijn belangrijk voor veilig gebruik van de
machine en dienen dus uw eigen veiligheid.
2.) Gekwalificeerd personeel
a. Alleen personen die de wettelijke minimumleeftijd hebben bereikt,
die fysiek en psychisch geschikt zijn en die op de juiste manier
zijn geschoold, mogen de machine bedienen.
b. Personeel dat nog geschoold of geïnstrueerd moet worden, of dat
momenteel een algemene opleiding volgt, mag de machine alleen
bedienen onder permanent toezicht van een ervaren persoon.
c. Test-, instel- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen worden
uitgevoerd door geautoriseerd vakpersoneel.
3.) Uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden
a. In deze handleiding zijn alleen onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden beschreven die de bestuurder
zelfstandig mag uitvoeren.
Alle andere werkzaamheden mogen alleen door een vakmonteur
worden uitgevoerd.
b. Reparaties aan de elektrische of hydraulische installatie, aan
voorgespannen veren, aan drukreservoirs enz. vereisen voldoende
kennis, voorgeschreven gereedschappen en beschermende
kleding en mogen daarom alleen in een vakgarage worden
uitgevoerd.
4.) Doelgericht gebruik
a. Zie technische gegevens.
b. Tot een passend gebruik hoort ook het nakomen van de door de
fabrikant voorgeschreven gebruiks- en on der houd saan wij zin gen.
5.) Onderdelen
a. Originele onderdelen en toebehoren zijn speciaal voor deze
ma chi nes en werk tui gen ont wik keld.
b. Wij maken U er uitdrukkelijk op attent dat niet door ons geleverde
onderdelen niet door ons ge con tro leerd en vrijgegeven zijn.
c. Montage en gebruik hiervan kan on der bepaalde om stan dig he den
con struc tie ve eigenschappen van Uw ma chi ne negatief
bei nvloe den. De fa bri kant kan niet aansprakelijk wor den gesteld
voor scha de ont staan door het gebruik van niet originele delen
en toebehoren.
d. Zelfstandig wijzigingen aanbrengen of het monteren van
aan bouw de len o.i.d. sluiten elke aansprakelijkheid van de
fabrikant uit.
6.) Beschermkappen, -beugels en - doeken
a. Alle beschermkappen, -beugels en - doeken moeten aan de
machine gemonteerd zijn en ook intact zijn. Re gel ma ti ge controle
en ver van ging van versleten en be scha dig de be scher min gen is
noodzakelijk.
7.) Voor het in gebruik nemen
a. Voordat met de werkzaamheden begonnen wordt moet de
bestuurder zich met alle bedieningsvoorschriften ver trou wd ma ken.
Tijdens het werk is dit te laat!
b. Voor elke ingebruikname van het voertuig of machine deze op
verkeers- en bedrijfsveiligheid controleren.
8.) Asbest
a. Bepaalde toeleveringsdelen van het voertuig
of machine kunnen om technische redenen
asbest bevatten. Let op ken te kens die op de
onderdelen staan.
1200_NL-Anhang A_Sicherheit
Aanhangsel -A
- A.39 -
20%
Kg
9.) Meenemen van personen is verboden
a. Personen op of in de machine meenemen is niet toe ge staan.
b. De machine mag alleen in de voorgeschreven trans port stand over
openbare wegen worden vervoerd.
10.) Wegverkeer (algemeen)
a. De trekker moet voor en achter voldoende van bal last ge wich ten
worden voorzien om de bestuurbaarheid en de remkracht te
waarborgen.
(Minstens 20% van het leeggewicht van het voertuig moet op de
vooras rusten).
b. De rijeigen schap pen
worden door de weg
en door de machine
beïnvloed. Rijstijl aan
de omstandig heden
aanpassen.
c. Als er eveneens een
volgwagen is aan-
gekoppeld, moet bij
het rijden van bo ch ten
rekening gehouden
worden met de breedte
van de machine en met
eventueel uitslaan van de machine.
d. Als met driepuntsmachines in bochten gereden wordt op de
uit ste ken de delen en op door de massakracht doordraaiende
delen letten!
11.) Algemeen
a. Voor het aankoppelen van machines in de drie punts hefin richting
de hendel van de hefinrichting in een stand blokkeren, waarin
ongecontroleerd heffen of zakken is uitgesloten.
b. Bij het aankoppelen van machines aan de drie punts hefin richting
ontstaat beklemmingsgevaar.
c. In het bereik van de hefarmen bestaat een gevaar van klemmen
of knijpen.
d. Tijdens het gebruik van de bediening voor de hefinrichting buiten
de kabine, niet tussen trekker en machine gaan staan.
e. Aftakas alleen aan- en afkoppelen als de trekkermotor stil staat.
f. Tijdens het rijden met een geheven machine, moet de hendel van
de hefinrichting geblokkeerd zijn, om ongecontroleerd zakken te
vermijden.
g. Voor het verlaten van de trekker, moet de machine op de grond
worden gezet.
h. Er mag niemand tussen de trekker en de machine staan, zonder
dat het geheel tegen wegrollen is beveiligd. (Door gebruik van de
handrem en/of voorlegblokken.)
i. Bij zowel onderhouds-, schoonmaak- en reparatie-werkzaamheden,
de aandrijfmotor uitschakelen en de aandrijfas afkoppelen.
12.) Het reinigen van de machine
a. Gebruik een hogedrukreiniger niet om gelagerde on der de len
te reinigen, ook het reinigen van hydraulische delen met een
hogedrukreiniger moet worden ontraden.
- B1 -
0700_ NL-Gelenkwelle_BA-ALLG
NL
AFTAKAS
Aanhangsel - B
Tijdens het werk
Tijdens het werken met de machine mogen de
voorgeschreven toerentallen niet over schre den worden.
- nadat de aftakas is uitgeschakeld kunnen som mi ge
ma chi nes noch lange tijd door blijven draa ien
door de massa van som mi ge onderdelen(maaiers,
hakselaars,persen etc.).Gedurende deze tijd niet dicht
bij de ma chi ne komen. Wanneer alle delen vol le dig
stilstaan kan pas aan de ma chi ne ge werkt worden.
- wanneer de machine wordt af ge kop peld moet de
aftakas volgens voor schrift af ge legd wor den resp.
door een ketting be ve stigd worden. Blok keer ket ting
(H) niet voor het ophangen van de aftakas benutten.
Groothoekkoppeling:
Maximale verdraaiing tij dens het werk en niet
ingeschakeld 70 graden.
Normale koppeling:
Maximale verdraaiing niet in ge scha keld 90 gra den,
tij dens het werk maximaal 35 graden.
ONDERHOUD
Versleten beschermdelen di rect
ver ni eu wen.
- bij het in bedrijf stellen en na alle 8 werkuren de aftakas
doorsmeren met een kwaliteitsvet.
- gedurende langere rust pe rio des aftakas schoon ma ken
en doorsmeren.
Tijdenswinterwerkzaamheden de beschermbuizen
invetten om te voor komen dat ze vastvriezen.
Aftakas aanpassen
De juiste lengte wordt bepaald door de aftakas-helften
naast elkaar te houden.
Het afkorten
om de lengte aan te pas sen, de beide aftakashelften
in de positie van de kort ste af stand (L2)van de
aftakaseinden tov. elkaar, naast elkaar houden en
aftekenen.
Let op!
• lengte (L1) niet overschrijden
- Zo groot mogelijke overlapping (min. 1/2 X) nastreven.
binnenste- en buitenste- be scherm buis met ge lij ke
lengte in kor ten.
Slipkoppeling (2) aan de machinezijde mon te ren.
Voor elk gebruik de aftakas con tro le ren, of de gaf fels
goed vergrendeld zijn.
Blokkeerketting
- beschermbuis van de aftakas bor gen tegen mee draa ien.
Let erop dat de ketting vol doen de lengte heeft voor
de be we gin gen van de kruiskoppelingsas.
8
Let op!
Gebruik de
meegeleverde
aftakas.
Monteer deze
met stilstaande
beschermbuizen.
Het
gebruikvanandere
aandrijfassen is
niet toegestaan.
- B1 -
0700_ NL-Gelenkwelle_BA-ALLG
NL
AFTAKAS
Aanhangsel - B
L
L
K92E,K92/4E
K90,K90/4,K94/1
Gebruiksinstructie voor een nokkenschakelkoppeling
De nok ken scha kel kop pe ling is een beveiliging, die het
draai mo ment bij overbelasting tot “nul” re du ceert. De
uitgeschakelde kop pe ling kan weer ingeschakeld wor den
als de aftakasaandrijving wordt uit ge scha keld.
Het in scha kel toe ren tal van deze koppeling ligt onder de
200 omw./min.
LET OP!
Opnieuw inschakelen ook bij verminderen van
het aftakas-toerental mogelijk.
AANWIJZING!
De nokkenschakelkoppeling van de aftakas is geen
“beladingsgraadmeter”. Het is een echte be vei li ging, die
Uw ma chi ne beschermen moet tegen beschadigingen.
Door gevoelsmatig te werk en voor komt U veelvuldig
uit scha ke len van de koppeling en behoedt hem en de
machine voor onnodige slij ta ge.
Smeerinterval: 500 uur (speciaal vet)
Belangrijk voor aftakassen met een platenslipkoppeling
Bij overbelasting en kortdurende koppelpieken wordt
het koppel begrensd en tijdens de slipduur gelijkmatig
overgebracht.
Tijdens het eerste gebruik en na langere tijd buiten
gebruik te zijn, de platenslipkoppeling op goede werking
controleren.
a.) Maat „L“ aan drukveer bij K90, K90/4 en K94/1 resp.
aan stelschroef bij K92E en K92/4E vaststellen.
b.) Schroeven losdraaien, waardoor de frictieplaten
ontlast worden. Koppeling doordraaien.
c.) Schroeven op maat „L“ instellen.
Koppeling is weer gebruiksklaar.
NL
prestaties en levensduur van de machines zijn afhankelijk van een zorgvuldig onderhoud en het gebruik van goede smeermiddelen. Dit schema vergemakkelijkt de goede keuze van de juiste smeer-middelen.
Olie in aandrijvingen volgens de ge-bruiksaanwijzing verwisselen - echter tenminste 1 x jaarlijks.
- Aftapplug er uit nemen, de olie aftappen en milieuvriendelijk verwerken.
Voor het buiten gebruik stellen (win-terperiode) de olie-wissel uitvoeren en alle vetnippel smeerpunten doorsmeren. Blanke metaaldelen (koppelingen enz.) met een product uit groep "Iv" van de navolgende tabel tegen corrosie beschermen.
I II III IV V VI VII
(II)
ÖL
(IV)
FETT
- D 1 -
Smeermiddelen
Uitgave 1997
Betriebsstoff-Kennzahl
Lubricant indicator
Code du lubriÀ ant
Numero caratteristico del
lubriÀ cante
Smeermiddelen code
gefordertes Qualitätsmerkmal
required quality level niveau
de performance demandé
caratteristica richiesta di
qualità
verlangte kwaliteitskenmerken
smeerolie SAE 90 of 85 W-
140 volgens API-GL 5
gear oil SAE 90 resp. SAE 85
W-140 according to API-GL 5
huile transmission SA 90 ou
SAE 85 W-140, niveau API
GL 5
oilio per cambi e differenziali
SAE 90 o SAE 85 W-140 se-
condo speciÀ che API-GL 5
Komplexfett (DIN 51 502: KP 1R)
complex grease
graisse complexe
grasso a base di saponi comp-
lessi
GetriebeÁ ießfett
(DIN 51 502:GOH
transmission grease
graisse transmission
grasso Á uido per riduttori e
motoroduttori
Li-Fett (DIN 51 502, KP 2K)
lithium grease
graisse au lithium
grasso al litio
Getriebeöl SAE 90 bzw. SAE 85 W-140
gemäß API-GL 4 oder API-GL 5
gear oil, SAE 90 resp. SAE 85 W-140
according to API-GL 4 or API-GL 5
huile transmission SAE 90 ou
SAE 85 W-140, niveau API-GL 4 ou
API-GL 5
olio per cambi e differenziali SAE 90
o SAE 85W-140 secondo speciÀ che
API-GL 4 o API-GL 5
Motorenöl SAE 30 gemäß
API CD/SF
motor oil SAE 30
according to API CD/SF
huile moteur SAE 30 niveau
API CD/SF
oilo motore SAE 30 secondo
speciÀ che API CD/SF
HYDRAULIKöL HLP
DIN 51524 Teil 2
Siehe Anmerkungen
*
**
***
OPMERKINGEN
- D 2 -
* Bij gecombineerde
werkzaamheden met
tractoren met natte
platenrem is de inter-
nationale speciÀ catie
J 20 A noodzakelijk
** Hydraulische oliën H
LP-(D) + HV
*** Hydraulische oliën op
basis van plantaardige
olie HLP + HV Bio-
logisch afbreekbaar,
daarom bijzonder mi-
lieuvriendelijk
AGIP
ARAL
Firma Company
Société Societá
BAYWA
AVIA
BP
CASTROL
ELAN
FUCHS
GENOL
MOBIL
RHG
SHELL
TOTAL
ELF
ESSO
EVVA
FINA
VALVOLINE
VEEDOL
-
ARALUB FK 2
VI
RENOPLEX EP 1
AVIALUB SPEZIALFETT LD
OLEX PR 9142
CASTROLGREASE LMX
WIOLUB AFK 2
EVVA CA 300
-
MULTIMOTIVE 1
NEBULA EP 1
GP GREASE
DURAPLEX EP 1
AEROSHELL GREASE 22
DOLIUM GREASE R
MULTIS HT 1
MOBILPLEX 47
RENOPLEX EP 1
MARSON AX 2
• RENOLIT DURAPLEX EP 1
RENOPLEX EP 1
-
GR SLL
GR LFO
ARALUB FDP 00
V
GETRIEBEFLIESSFETT NLGI 0
RENOLIT DURAPLEX EP 00
PLANTOGEL 00N
AVIA GETRIEBEFLIESSFETT
FLIESSFETT NO
ENERGREASE HTO
IMPERVIA MMO
WIOLUB GFW
GETRIEBEFETT MO 370
RHENOX 34
GA O EP
POLY G O
FIBRAX EP 370
RENOLIT LZR 000
DEGRALUB ZSA 000
SPEZ. GETRIEBEFETT
H SIMMNIA GREASE O
MULTIS EP 200
MOBILUX EP 004
GETRIEBEFLIESSFETT
PLANTOGEL 00N
NATRAN 00
AGRIFARM FLOWTEC 000
• RENOLIT SO-GFO 35
• RENOLIT DURAPLEX EP 00
• PLANTOGEL 00N
RENOSOD GFO 35
-
MOTOROIL HD 30
SIGMA MULTI 15W-40
SUPER TRACTOROIL UNIVERS.
15W-30
SUPER KOWAL 30 MULTI
TURBORAL SUPER TRAK-
TORAL 15W-30
(II)
ÖL
SUPER 2000 CD-MC
SUPER 2000 CD
HD SUPERIOR 20 W-30
HD SUPERIOR SAE 30
MOTOROIL HD 30
MULTIGRADE HDC 15W-40
TRACTAVIA HF SUPER 10 W-30
VISCO 2000
ENERGOL HD 30
VANELLUS M 30
RX SUPER DIESEL 15W-40
POWERTRANS
MULTI-REKORD 15W-40
PRIMANOL
REKORD 30
SUPER EVVAROL HD/B SAE 30
UNIVERSAL TRACTOROIL SUPER
MOTORÖL 100 MS SAE 30
MOTORÖL 104 CM 15W-40
AUSTROTRAC 15W-30
PERFORMANCE 2 B SAE
30 8000 TOURS 20W-30
TRACTORELF ST 15W-30
PLUS MOTORÖL 20W-30
UNIFARM 15W-30
SUPER HPO 30
STOU 15W-30
SUPER TRAC FE 10W-30
ALL FLEET PLUS 15W-40
AGROMA 15W-30
ROTELLA X 30
RIMULA X 15W-40
RUBIA H 30
MULTAGRI TM 15W-20
HD 20W-20
DELVAC 1230
SUPER UNIVERSAL 15W-30
MULTI 2030
2000 TC
HYDRAMOT 15W-30
HYDRAMOT 1030 MC
DELTA PLUS SAE 30
SUPER UNIVERSAL OIL
AGRIFARM STOU MC 10W-30
• TITAN UNIVERSAL HD
EXTRA HD 30
SUPER HD 20 W-30
HD PLUS SAE 30
ROTRA HY 80W-90/85W-140
ROTRA MP 80W-90/85W-140
GETRIEBEÖL EP 90 GE-
TRIEBEÖL HYP 85W-90
III
SUPER 8090 MC
HYPOID 80W-90
HYPOID 85W-140
GETRIEBEÖL MZ 90 M
MULTIHYP 85W-140
GEAR OIL 90 EP
HYPOGEAR 90 EP
EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
MEHRZWECKGETRIEBEÖL
80W-90
HYPOID GA 90
HYPOID GB 90
GETRIEBEÖL MP 85W-90
GETRIEBEÖL B 85W-90
GETRIEBEÖL C 85W-90
TRANSELF TYP B 90 85W-140
TRANSELF EP 90 85W-140
GEAROIL GP 80W-90 GEAROIL
GP 85W-140
HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
TRANS GEAR OIL 80W-90
SPIRAX 90 EP
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85/140
TOTAL EP 85W-90
TOTAL EP B 85W-90
MOBILUBE GX 90
MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-140
GETRIEBEÖL MP 90
HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
PONTONIC N 85W-90 PON-
TONIC MP 85W-90 85W-140
SUPER UNIVERSAL OIL
AGRIFARM GEAR 80W90
AGRIAFRM GEAR 85W-140
AGRIFARM GEAR LS 90
MEHRZWECKGETRIEBEÖlSAE90
HYPOID EW 90
MULTIGRADE SAE 80/90
MULTIGEAR B 90
MULTIGEAR C SAE 85W-140
WIN TERS HALL
ROTRA MP 80W-90
ROTRA MP 85W-140
GETRIEBEÖL HYP 90
VII
HYPOID 85W-140
GETRIEBEÖL HYP 90 EP
MULTIHYP 85W-140 EP
HYPOGEAR 90 EP
HYPOGEAR 85W-140 EP
EPX 80W-90
HYPOY C 80W-140
HYPOID-GETRIEBEÖL
80W-90, 85W-140
HYPOID GB 90
GETRIEBEÖL B 85W-90
GETRIEBEÖL C 85W-140
TRANSELF TYP B 90 85W-140
TRANSELF TYP BLS 80 W-90
GEAR OIL GX 80W-90
GEAR OIL GX 85W-140
SPIRAX HD 90
SPIRAX HD 85W-140
TOTAL EP B 85W-90
MOBILUBE HD 90
MOBILUBE HD 85W-140
HYPOID EW 90
HYPOID 85W-140
PONTONIC MP 85W-140
AGRIFARM GEAR 8090
AGRIFARM GEAR 85W-140
AGRIFARM GEAR LS90
HYPOID EW 90
MULTIGEAR B 90
MULTI C SAE 85W-140
HP GEAR OIL 90
oder 85W-140
OSO 32/46/68
ARNICA 22/46
VITAM GF 32/46/68
VITAM HF 32/46
I
HYDRAULIKÖL HLP 32/46/68
SUPER 2000 CD-MC *
HYDRA HYDR. FLUID *
HYDRAULIKÖL MC 530 **
PLANTOHYD 40N ***
AVILUB RL 32/46
AVILUB VG 32/46
ENERGOL SHF 32/46/68
HYSPIN AWS 32/46/68
HYSPIN AWH 32/46
WIOLAN HS (HG) 32/46/68
WIOLAN HVG 46 **
WIOLAN HR 32/46 ***
HYDROLFLUID *
ENAK HLP 32/46/68
ENAK MULTI 46/68
HLP 32/46/68
HLP-M M32/M46
OLNA 32/46/68
HYDRELF 46/68
NUTO H 32/46/68
NUTO HP 32/46/68
ULTRAMAX HLP 32/46/68
SUPER TRAC FE 10W-30*
ULTRAMAX HVLP 32 **
ULTRAPLANT 40 ***
TELLUS S32/S 46/S68
TELLUS T 32/T46
AZOLLA ZS 32, 46, 68
EQUIVIS ZS 32, 46, 68
DTE 22/24/25
DTE 13/15
HYDRAULIKÖL HLP/32/46/68
HYDRAMOT 1030 MC *
HYDRAULIKÖL 520 **
PLANTOHYD 40N ***
HYDRAN 32/46/68
RENOLIN B 10/15/20 RE-
NOLIN B 32 HVI/46HVI
ANDARIN 32/46/68
• TITAN HYD 1030
AGRIFARM STOU MC 10W-30
AGRIFARM UTTO MP
• PLANTOHYD 40N ***
HOCHDRUCKFETT LT/SC 280
GR MU 2
ARALUB HL 2
(IV)
FETT
MULTI FETT 2
SPEZIALFETT FLM
PLANTOGEL 2 N
AVIA MEHRZWECKFETT
AVIA ABSCHMIERFETT
ENERGREASE LS-EP 2
WIOLUB LFP 2
LORENA 46
LITORA 27
EPEXA 2
ROLEXA 2
MULTI 2
MULTI PURPOSE GREASE H
MULTILUBE EP 2
VAL-PLEX EP 2
PLANTOGEL 2 N
RETINAX A
ALVANIA EP 2
MULTIS EP 2
MOBILGREASE MP
MEHRZWECKFETT
SPEZIALFETT GLM
PLANTOGEL 2 N
MARSON EP L 2
MEHRZWECKFETT
RENOLIT MP
DURAPLEX EP
MULTIPURPOSE
AGRIFARM HITEC 2
AGRIFARM PROTEC 2
• RENOLIT MP
• RENOLIT FLM 2
• PLANTOGEL 2-N
CASTROLGREASE LM
0000-NL ZUSINFO / BA-EL ALLG.
NL
- Z.44 -
BELANGRIJKE EXTRA-INFORMATIE VOOR UW VEILIGHEID
Zie gebruikershandleiding trekker
Zie prijslijst en/of gebruikershandleiding van de machines
Nameten
Driepuntsmachine of front-/driepuntscombinatie
1. Berekening van het minste frontballastgewicht GV min
Breng het berekende minste frontbalastgewicht, dat voor op de trekker aanwezig moet zijn, over in de tabel.
Frontaanbouwmachine
2. Berekening van het minste ballastgewicht in de driepuntshefinrichting GH min
Breng het berekende minste ballastgewicht, dat achter op de trekker aanwezig moet zijn, over in de tabel.
TL [kg]
TV [kg]
TH [kg]
GH [kg]
GV [kg]
leeggewicht van de trekker
belasting van de voor-as bij een lege trekker
belasting van de achteras bij een lege trekker
hartafstand van de assen
totaalgewicht driepuntsmachine/driepuntsballastgewicht
totaalgewicht frontaanbouwmachine/ frontballast
afstand tussen zwaartepunt frontaanbouw
machine/frontballast en het hart van de
voor-as
afstand hart achteras tot hart hefkogel
afstand hart achteras tot hart hefkogel
hartafstand hefkogel en zwaartepunt
driepuntsmachine / driepuntsballast
a [m]
b [m]
c [m]
d [m]
2
3
1
1
1
1
1
2
2
2
3
3
1
3
2
Combinatie van trekker en aanbouwwerktuig
De combinatie van machines in de front en in de driepuntshefinrichting mag niet leiden tot een overschrijding van de toegestane
totaalgewichten, de toegestane asbelastingen en de maximale bandenbelasting van de trekker. De voor-as van de trekker moet altijd
met tenminste 20% van het ledige gewicht van de trekker belast blijven.
Overtuig u er van voor het aankopen van een machine, dat deze voorwaarden aanwezig zijn, door de volgende berekening uit te
voeren of de combinatie van trekker en werktuig(en) te wegen.
Berekening van het totaalgewicht, de asbelastingen en de belasting van de banden, als ook de minste
ballasttoevoeging
Voor de berekening hebt u de volgende gegevens nodig:
0000-NL ZUSINFO / BA-EL ALLG.
NL
- Z.45 -
BELANGRIJKE EXTRA-INFORMATIE VOOR UW VEILIGHEID
Minste ballastgewicht
front/driepuntshef
Totaalgewicht
Voor-as belasting
Achteras belasting
Daadwerkelijke waarde
vlg. berekening
Toegestane waarde vlg.
gebruikershandleiding
Dubbele toegestane
bandenbelasting
(twee banden)
Het minste ballastgewicht moet als aanbouwwerktuig of in de vorm van ballastgewichten op de trekker
worden aangebracht!
De berekende waarden moeten lager / gelijk () zijn aan de toegestane waarden!
3. Berekening van de daadwerkelijk voor-as belasting TV tat
(Als het minste frontballastgewicht (GV min) niet wordt bereikt door het gewicht van de machine (GV), moet het gewicht in het front worden
verhoogd tot de berekende waarde)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane voor-as belasting in de
tabel in.
4. Berekening van het daadwerkelijke totaalgewicht Gtat
(Als het minste ballastgewicht (GH min) niet wordt bereikt moet het gewicht van de driepunts-machine (GH) worden verhoogd tot minste
ballastgewichtswaarde)
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane totaal-belasting in de tabel in.
5. Berekening van de daadwerkelijke achteras belasting TH tat
Voer de berekende daadwerkelijke waarde en de in de gebruikershandleiding van de trekker aangegeven toegestane achteras belasting in de
tabel in.
6. Bandenbelasting
Voer de dubbele waarde (twee banden) van de toegestane bandenbelasting (zie bijv. gegevens van de bandenleverancier in de tabel in).
Tabel
Firmanaam en adres van de producent:
PÖTTINGER Landtechnik GmbH
Industriegelände 1
AT - 4710 Grieskirchen
Machine (vervangbare uitrusting):
Zwadhark
Type
Serienummer
De producent verklaart uitdrukkelijk dat de machine overeenkomt met alle desbetreffende
bepalingen van de volgende EG-richtlijn:
Machines 2006/42/EG
Bovendien wordt de overeenstemming met de volgende andere EG-richtlijnen en/of
desbetreffende bepalingen verklaard
Vindplaats van de toegepaste geharmoniseerde normen:
EN ISO 12100 EN ISO 4254-1 EN ISO 4254-10
Vindplaats van de toegepaste overige technische normen en/of specificaties:
Documentatiegemachtigde:
Josef Mairhuber
Industriegelände 1
A-4710 Grieskirchen
EG-conformiteitsverklaring
Originele conformiteitsverklaring
Markus Baldinger,
Bedrijfsleiding F&E
Grieskirchen, 01.08.2016
Jörg Lechner,
Bedrijfsleiding Productie
TOP 852 C s-line TOP 972 C s-line
2501 2502
A empresa PÖTTINGER Landtechnik GmbH
esforçase continuamente por melhorar os
seus produtos, adaptando-os à evolução
técnica.
Por este motivo, reservamonos o direito de modificar
as figuras e as descrições constantes no presente
manual, sem incorrer na obrigação de modificar
máquinas já fornecidas.
As características técnicas, as dimensões e os pesos
não são vinculativos.
A reprodução ou a tradução do presente manual de
instruções, seja ela total ou parcial, requer a autorização
por escrito da
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen
Todos os direitos estão protegidos pela lei da prop-
riedade intelectual.
Im Zuge der technischen Weiterentwicklung
arbeitet die PÖTTINGER Landtechnik
GmbH ständig an der Verbesserung ihrer
Produkte.
Änderungen gegenüber den Abbildungen und
Beschreibungen dieser Betriebsanleitung müssen wir
uns darum vorbehalten, ein Anspruch auf Änderungen
an bereits ausgelieferten Maschinen kann daraus nicht
abgeleitet werden.
Technische Angaben, Maße und Gewichte sind
unverbindlich. Irrtümer vorbehalten.
Nachdruck oder Übersetzung, auch auszugsweise,
nur mit schriftlicher Genehmigung der
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle Rechte nach dem Gesetz des Urheberrecht
vorbehalten.
La société PÖTTINGER Landtechnik GmbH
améliore constamment ses produits grâce
au progrès technique.
C'est pourquoi nous nous réser-vons le droit de
modifier descriptions et illustrations de cette notice
d'utilisation, sans qu'on en puisse faire découler un
droit à modifications sur des machines déjà livrées.
Caractéristiques techniques, dimensions et poids sont
sans engagement. Des erreurs sont possibles.
Copie ou traduction, même d'extraits, seulement avec
la permission écrite de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Tous droits réservés selon la réglementation des
droits d'auteurs.
Following the policy of the PÖTTINGER
Landtechnik GmbH to improve their products
as technical developments continue,
PÖTTINGER reserve the right to make alterations which
must not necessarily correspond to text and illustrations
contai-ned in this publication, and without incurring
obligation to alter any machines previously delivered.
Technical data, dimensions and weights are given as
an indication only. Responsibility for errors or omissions
not accepted.
Reproduction or translation of this publication, in whole
or part, is not permitted without the written consent of the
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
All rights under the provision of the copyright Act are
reserved.
PÖTTINGER Landtechnik GmbH werkt
permanent aan de verbetering van hun
producten in het kader van hun technische
ontwikkelingen. Daarom moeten wij ons
veranderingen van de afbeeldingen en beschrijvingen
van deze gebruiksaanwijzing voorbehouden, zonder
dat daaruit een aanspraak op veranderingen van reeds
geieverde machines kan worden afgeleid.
Technische gegevens, maten en gewichten zijn niet
bindend. Vergissingen voorbehouden.
Nadruk of vertaling, ook gedeeltelijk, slechts met
schriftelijke toestemming van
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Alle rechten naar de wet over het auteursrecht voor-
behouden.
La empresa PÖTTINGER Landtechnik
GmbH se esfuerza contínuamente en
la mejora constante de sus productos,
adaptándolos a la evolución técnica. Por ello
nos vemos obligados a reservarnos todos los derechos
de cualquier modificación de los productos con relación
a las ilustraciones y a los textos del presente manual,
sin que por ello pueda ser deducido derecho alguno a
la modificación de máquinas ya suministradas.
Los datos técnicos, las medidas y los pesos se
entienden sin compromiso alguno.
La reproducción o la traducción del presente manual
de instrucciones, aunque sea tan solo parcial, requiere
de la autorización por escrito de
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Todos los derechos están protegidos por la ley de la
propiedad industrial.
La PÖTTINGER Landtechnik GmbH è
costantemente al lavoro per migliorare i suoi
prodotti mantenendoli aggiornati rispetto allo
sviluppo della tecnica.
Per questo motivo siamo costretti a riservarci la facoltà
di apportare eventuali modifiche alle illustrazioni e alle
GHVFUL]LRQLGLTXHVWH LVWUX]LRQLSHUO·XVR$OORVWHVVR
tempo ciò non comporta il diritto di fare apportare
modifiche a macchine già fornite.
I dati tecnici, le misure e i pesi non sono impegnativi. Non
rispondiamo di eventuali errori. Ristampa o traduzione,
anche solo parziale, solo dietro consenso scritto della
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen.
Ci riserviamo tutti i diritti previsti dalla legge sul diritto
G·DXWRUH
GB
I
P
NL
D
E
F
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Servicecenter Landsberg
Spöttinger-Straße 24
Postfach 1561
D-86 899 LANDSBERG / LECH
Telefon:
Ersatzteildienst: +49 8191 9299 - 166 od. 169
Kundendienst: +49 8191 9299 - 130 od. 231
Telefax: +49 8191 59656
e-Mail: landsberg@poettinger.at
PÖTTINGER
Landtechnik GmbH
A-4710 Grieskirchen
Telefon: +43 7248 600-0
Telefax: +43 7248 600-2513
e-Mail: info@poettinger.at
Internet: http://www.poettinger.at
PÖTTINGER Deutschland GmbH
Verkaufs- und Servicecenter Recke
Steinbecker Strasse 15
D-49509 Recke
Telefon: +49 5453 9114-0
Telefax: +49 5453 9114-14
e-Mail: recke@poettinger.at
PÖTTINGER France S.A.R.L.
129 b, la Chapelle
F-68650 Le Bonhomme
Tél.: +33 (0) 3 89 47 28 30
e-Mail: france@poettinger.at
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

Pottinger TOP 972 C s-line Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor