ERC2195FOW

Electrolux ERC2195FOW Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Electrolux ERC2195FOW Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE...................................................................................3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.......................................................................... 4
3. BEDIENING ........................................................................................................ 6
4. DAGELIJKS GEBRUIK.........................................................................................8
5. AANWIJZINGEN EN TIPS.................................................................................. 11
6. ONDERHOUD EN REINIGING........................................................................... 12
7. PROBLEEMOPLOSSING...................................................................................14
8. MONTAGE ........................................................................................................17
9. GELUIDEN.........................................................................................................18
10. TECHNISCHE INFORMATIE............................................................................ 19
WE DENKEN AAN U
Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product dat
jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd
ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op
vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen.
Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.registerelectrolux.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij
de hand hebt. Model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
www.electrolux.com2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door
een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het
apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
1.2 Algemene veiligheid
Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of
gelijksoortige toepassingen zoals:
boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren
of andere werkomgevingen
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies;
dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde
modellen.
Gebruik geen mechanische of andere middelen om het
ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die
door de fabrikant zijn aanbevolen.
Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast,
tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
NEDERLANDS
3
Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te
reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen
met drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant
of diens technische dienst of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te
voorkomen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
Zorg ervoor dat rond het apparaat
lucht kan circuleren.
Wacht ten minste 4 uur alvorens het
apparaat aan de netstroom aan te
sluiten. Hierdoor kan de olie terug in de
compressor stromen.
Installeer het apparaat niet in de
nabijheid van radiators, fornuizen,
ovens of kookplaten.
De achterzijde van het apparaat moet
tegen de muur worden geplaatst.
Installeer het apparaat niet op een
plaats met direct zonlicht.
Gebruik dit apparaat niet in gebieden
die te vochtig of te koud zijn, zoals
bijgebouwen, garages of kelders.
Til de voorkant van het apparaat op als
u hem wilt verplaatsen, om krassen op
de vloer te voorkomen.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromonteur
worden gemaakt.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
Gebruik altijd een correct ge?stalleerd,
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de elektrische onderdelen
(hoofdstekker, kabel, compressor) niet
beschadigt. Neem contact met de
Servicedienst of een elektrotechnicus
om de elektrische onderdelen te
wijzigen.
De stroomkabel moet lager blijven dan
het niveau van de stopcontact.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
www.electrolux.com4
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Plaats geen elektrische apparaten (bijv.
ijsmachines) in het apparaat tenzij
uitdrukkelijk geschikt verklaard door de
fabrikant.
Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet
beschadigt. Het bevat isobutaan
(R600a), aardgas met een hoge
ecologische compatibiliteit. Dit gas is
ontvlambaar.
Als er schade aan het koelcircuit
optreedt, zorg er dan voor dat er zich
geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer
bevinden. Ventileer de kamer goed.
Zet geen hete items op de
kunststofonderdelen van het apparaat.
Plaats geen koolzuurhoudende
dranken in het vriesvak. Dit zal extra
druk in de drankfles veroorzaken.
Bewaar geen ontvlambare gassen en
vloeistoffen in het apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
Raak de compressor of condensator
niet aan. Ze zijn heet.
Zorg ervoor dat u nooit met natte of
vochtige handen items uit het vriesvak
verwijderd of aanraakt.
Vries ontdooide voedingswaren nooit
opnieuw in.
Bewaar de voedingswaren volgens de
instructies op de verpakking.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade
aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde
personen mogen de eenheid
onderhouden en herladen.
Controleer regelmatig de afvoer van het
apparaat en reinig het indien nodig.
Indien de afvoer verstopt is, zal er
water op de bodem van het apparaat
liggen.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Verwijder de deur om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren opgesloten
raken in het apparaat.
Het koelcircuit en de isolatiematerialen
van dit apparaat zijn ozonvriendelijk.
Het isolatieschuim bevat ontvlambare
gassen. Neem contact met uw
plaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van het
apparaat.
Veroorzaak geen schade aan het deel
van de koeleenheid dat zich naast de
warmtewisselaar bevindt.
NEDERLANDS
5
3. BEDIENING
3.1 Bedieningspaneel
1 2 3 4 5
1
ON/OFF-toets
2
Mode-toets
3
Weergave
4
Toets om de temperatuur lager te
zetten
5
Toets om de temperatuur hoger te
zetten
Het is mogelijk om het voorafgestelde
geluid van toetsen te wijzigen naar een
luid geluid door de Mode-knop en de
knop temperatuur lager een paar
seconden ingedrukt te houden. U kunt
deze wijziging ook weer ongedaan maken.
3.2 Weergave
A B C D E F
1. Temperatuurweergave
2. EcoMode
3. ShoppingMode
4. NaturaFresh-indicatielampje
5. Alarmlampje deur open
6. FastFreeze-indicatielampje
Na selectie van het bovenste
of onderste vak start de
animatie . Na selectie
van de temperatuur knippert
de animatie een paar
minuten.
3.3 Inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Druk op de ON/OFF-knop als het
display uit is.
Als DEMO verschijnt op het display,
staat het apparaat in de
demonstratiestand. Raadpleeg de
paragraaf 'Probleemoplossing'.
Het temperatuurlampje toont de
ingestelde standaardtemperatuur.
Zie 'Temperatuurregeling' om een andere
temperatuur in te stellen.
3.4 Uitschakelen
Druk op ON/OFF gedurende 3 seconden.
Het display wordt uitgeschakeld.
Trek de stekker uit het
stopcontact om de
stroomtoevoer naar het
apparaat af te sluiten.
www.electrolux.com6
3.5 Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de
koelkast kan worden aangepast door op
de thermostaatknoppen te drukken.
Standaard ingestelde temperatuur: +4°C
voor de koelkast.
Het temperatuurlampje toont de
ingestelde temperatuur.
De ingestelde temperatuur zal binnen 24
uur worden bereikt.
Na een stroomonderbreking
blijft de ingestelde
temperatuur opgeslagen.
3.6 EcoMode
Kies voor het optimaal bewaren van
voedsel de EcoMode .
1. Druk om de functie aan te zetten op
Mode tot het bijbehorende pictogram
verschijnt.
Het temperatuurlampje van de koelkast
toont de ingestelde temperatuur: +4°C.
2. Druk op Mode om de functie uit te
schakelen en een andere functie te
selecteren of druk op Mode tot u geen
speciale pictogrammen ziet.
De functie wordt
uitgeschakeld door een
andere ingestelde
temperatuur te
selecteren.
3.7 ShoppingMode
Als u een grote hoeveelheid warm
voedsel, bijvoorbeeld na het doen van de
boodschappen, in de koelkast wilt
plaatsen, adviseren wij u de
ShoppingMode-functie in te schakelen om
deze producten sneller te koelen en om te
voorkomen dat voedsel dat al in de
koelkast ligt warm wordt.
1. Druk om de functie aan te zetten op
Mode tot het bijbehorende pictogram
verschijnt. De ShoppingMode-functie
wordt automatisch na ongeveer 6 uur
uitgeschakeld.
2. Druk op Mode om de functie uit te
schakelen voor het automatische eind
en een andere functie te selecteren of
druk op Mode tot u geen speciale
pictogrammen ziet.
De functie gaat uit door
een andere ingestelde
koelkasttemperatuur te
selecteren.
3.8 Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft
opengestaan, klinkt er een geluidsalarm.
Het alarm voor een geopende deur
bestaat uit:
een knipperend alarmlampje
een zoemer.
Als de normale omstandigheden zijn
hersteld (deur gesloten), wordt het
geluidsalarm uitgeschakeld.
Tijdens het alarmfase kan de zoemer
worden uitgeschakeld door op een
willekeurige knop op het bedieningspaneel
te drukken.
3.9 NaturaFresh vakinstelling
1. Druk op Mode tot het bijbehorende
pictogram verschijnt.
‘3’ moet worden weergegeven op de
standindicator. Dit is de
standaardinstelling die zorgt voor de
meest efficiënte prestaties.
2. Selecteer om de temperatuur in te
stellen de gewenste instelling 1–5 (1 is
het koudste, 5 het warmste).
3. Druk op de temperatuurknoppen op
het bedieningspaneel voor de
gewenste instelling.
4. Druk op OK om de instelling te
bevestigen.
Het indicatielampje gaat binnen een paar
seconden terug naar de
koelkasttemperatuurinstelling.
3.10 FastFreeze-modus
Deze functie stopt automatisch na 52 uur.
1. Om de functie aan te zetten:
a. Selecteer het vriesvak.
b. Druk op Mode tot het
bijbehorende pictogram verschijnt.
NEDERLANDS
7
Het FastFreeze-lampje wordt getoond.
2. Om de functie uit te schakelen voor
deze automatisch afloopt:
a. Selecteer het vriesvak.
b. Druk op Mode om de functie uit te
schakelen en een andere functie
te selecteren of druk op Mode tot
u geen speciale pictogrammen
ziet.
Het FastFreeze-lampje gaat uit.
De functie gaat uit door een
andere ingestelde
vriezertemperatuur te
selecteren.
4. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
4.1 Verplaatsbare legrekken
De wanden van de koelkast zijn voorzien
van een aantal geleiders zodat de
legrekken op de gewenste plaats gezet
kunnen worden.
Voor een beter gebruik van de ruimte
kunnen de voorste halve schappen (A)
onder de achterste worden geplaatst. (B)
A
B
4.2 Lade
Het vak beschikt over stoppers om ervoor
te zorgen dat de lades niet uit het
apparaat vallen wanneer ze geheel naar
buiten worden getrokken.
4.3 Het plaatsen van de
deurplateaus
Om het bewaren van voedselverpakkingen
van verschillende afmetingen mogelijk te
maken, kunnen de schappen op
verschillende hoogtes worden geplaatst.
1. Trek het plateau geleidelijk in de
richting van de pijlen totdat het los
komt.
2. Opnieuw plaatsen zoals gewenst.
www.electrolux.com8
4.4 Koolstofluchtfilter
Uw apparaat is voorzien van een
koolstoffilter TASTEGUARD die zich achter
een lade in de achterwand van het koelvak
bevindt.
Het filter zuivert de lucht van ongewenste
geuren in de koelruimte, waardoor de
bewaarkwaliteit verder wordt verbeterd.
Houd tijdens de werking de
ventilatielade altijd gesloten.
4.5 NaturaFresh Vakje
De bewaartemperatuur en de relatieve
vochtigheidsgraad (tussen 45% en 90%)
bieden optimale omstandigheden om
verschillende soorten voedsel te bewaren.
Zie voor de temperatuurinstellingen in het
vak NaturaFresh het gedeelte
“NaturaFresh vakinstelling”
Het vak NaturaFresh is geschikt voor het
bewaren van verschillende verse
levensmiddelen zodat de
voedingswaarden en de
vochtigheidsgraad langer bewaard blijven
dan in een gewone koelkast.
Het NaturaFresh-vak is ook geschikt voor
het ontdooien van voedsel.
Het ontdooide voedsel kan maximaal twee
dagen worden bewaard.
4.6 Vochtigheidsregeling
Beide laden kunnen worden gebruikt in
overeenstemming met de gewenste
opslagcondities, onafhankelijk van elkaar,
met lagere of hogere luchtvochtigheid.
Elke lade wordt apart geregeld met behulp
van een schuifklep op de voorzijde van de
lade.
"Droog": lage luchtvochtigheid, tot
50% relatieve luchtvochtigheid
Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt
bereikt wanneer beide schuifkleppen in
deze positie worden gezet
en de
ventilatie-openingen helemaal open
staan.
Vochtig": hoge relatieve
luchtvochtigheid, maximaal 90%
Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt
bereikt wanneer beide schuifkleppen in
deze positie worden gezet en de
ventilatie-openingen zijn gesloten. Het
vocht in de lucht blijft behouden en kan
niet ontsnappen.
4.7 Opslag van verse levensmiddelen in het NaturaFresh -vak
Soort gerecht Aanpassing luchtvoch-
tigheid
Opslagtijd
Uien
"droog”
tot 5 maanden
Boter
"droog”
tot 1 maand
Varkensvlees
"droog”
tot 10 dagen
Biefstuk, wild, varkensv-
lees, gevogelte
"droog”
tot 7 dagen
NEDERLANDS
9
Soort gerecht Aanpassing luchtvoch-
tigheid
Opslagtijd
Tomatensaus
"droog”
tot 4 dagen
Vis, scheldieren, gekookte
vleesproducten
"droog”
tot 3 dagen
Gekookte zeevruchten
"droog”
tot 2 dagen
Salade, groentewortels,
kruiden, spruitjes, selderij
“vochtig”
tot 1 maand
Artisjokken, bloemkool, wi-
tlof, ijsbergsla, andijvie,
veldsla, sla, prei, radijsjes
“vochtig”
tot 21 dagen
Broccoli, Chinese kool,
boerenkool, kool, radijsjes,
savoie kool
“vochtig”
tot 14 dagen
Erwtjes, koolrabi
“vochtig”
tot 10 dagen
Lenteuitjes, radijsjes, as-
perges, spinazie
“vochtig”
tot 7 dagen
Fruit
Peren, dadels (vers), aard-
beien, perziken
“vochtig”
tot 1 maand
Pruimen
rabarber, kruisbessen
“vochtig”
tot 21 dagen
Appels (ongevoelig voor
kou), kweeperen
“vochtig”
tot 20 dagen
Abrikozen, kersen
“vochtig”
tot 14 dagen
Damastpruimen, druiven
“vochtig”
tot 10 dagen
Bramen, aalbessen
“vochtig”
tot 8 dagen
Vijgen (vers)
“vochtig”
tot 7 dagen
Bosbessen, frambozen
“vochtig”
tot 5 dagen
Cakes met room of een
andere soort deegproducten
kunnen in het NaturaFresh -
vak worden bewaard
gedurende 2 of 3 dagen.
Niet in het NaturaFresh -vak
plaatsen:
koud kwetsbaar fruit dat op kelder- of
kamertemperatuur dient te worden
bewaard zoals ananas, bananen,
grapefruit, meloenen, mango, papaya,
sinaasappels, citroenen en kiwi's.
Het type voedsel dat hierboven niet
wordt genoemd, dient te worden
bewaard in het koelvak (bijv. alle
soorten kaas, koude vleeswaren, etc.)
www.electrolux.com10
Het niveau van
luchtvochtigheid in de laden
hangt af van de hoeveelheid
vocht in het opgeslagen
voedsel, groenten en fruit en
van de frequentie waarop de
deur wordt geopend
Het NaturaFresh -vak is ook geschikt voor
het langzaam ontdooien van voedsel. In
dat geval kan het ontdooide voedsel
maximaal twee dagen worden bewaard in
het NaturaFresh -vak.
Let op de versheid van het voedsel, in
het bijzonder op de vervaldatum. De
kwaliteit en versheid hebben invloed op
de bewaartijd.
De gehele opslagtijd hang af van de
bewaaromstandigheden voor de
uiteindelijke opslag in de koelkast.
Voedsel, fruit of groenten moet altijd
worden verpakt voordat het wordt
bewaard.
Bewaar diervoer altijd verpakt en
droog.
Voedsel dat rijk is aan proteïnen zal
sneller bederven. Dat betekent dat
schaal- en schelpdieren eerder
bederven dan vis en vis eerder bederft
dan vlees. Hoewel de bewaartijd voor
dit soort voedsel dat wordt bewaard in
een NaturaFresh-vak tot drie keer
verlengd kan worden zonder kwaliteit
te verliezen.
Al het eten dat in een NaturaFresh-vak
wordt bewaard, dient ongeveer 15-30
minuten voor consumptie uit de lades
te worden gehaald - met name fruit en
groenten die worden geconsumeerd
zonder aanvullend bereidingsproces.
Als u fruit en groenten op
kamertemperatuur laat komen, komt
dat ten goede aan de structuur en
smaak.
4.8 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kan,
voordat het gebruikt wordt, in het koelvak
of op kamertemperatuur ontdooid
worden.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden als ze
nog bevroren zijn: in dat geval zal de
bereiding iets langer duren.
5. AANWIJZINGEN EN TIPS
5.1 Normale bedrijfsgeluiden:
De volgende geluiden zijn normaal tijdens
de werking:
Een zacht gorgelend en borrelend
geluid als het koelmiddel door leidingen
wordt gepompt.
Een zoemend en kloppend geluid van
de compressor als het koelmiddel
wordt rondgepompt.
Een plotseling krakend geluid uit de
binnenkant van het apparaat
veroorzaakt door thermische uitzetting
(een natuurlijk en ongevaarlijk
natuurkundig fenomeen).
Een zacht klikkend geluid van de
thermostaat als de compressor aan of
uit gaat.
5.2 Tips voor energiebesparing
De deur niet vaker openen of open
laten staan dan strikt noodzakelijk.
Als de omgevingstemperatuur hoog is,
de thermostaatknop op een lage
temperatuur staat en het apparaat
volledig gevuld is, kan de compressor
continu aan staan waardoor er ijs op
de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt,
zet u de thermostaatknop naar een
warmere instelling om de koelkast
automatisch te laten ontdooien en zo
elektriciteitsverbruik te besparen.
5.3 Tips voor het koelen van
vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
zet geen warm voedsel of
verdampende vloeistoffen in de
koelkast
dek het voedsel af of verpak het, in het
bijzonder als het een sterke geur heeft
plaats het voedsel zodanig dat de lucht
er vrijelijk omheen kan circuleren
NEDERLANDS
11
5.4 Tips voor het koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten): in plastic zakken
verpakken en op het glazen schap
leggen, boven de groentelade.
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts
een of maximaal twee dagen op deze
manier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz:
deze moeten afgedekt worden en
mogen op willekeurig welk schap gezet
worden.
Fruit en groente: deze moeten
zorgvuldig schoongemaakt worden en
in de speciaal daarvoor bedoelde
lade(n) geplaatst worden.
Boter en kaas: dit moet in speciale
luchtdichte bakjes gelegd of in
aluminiumfolie of plastic zakjes
gewikkeld worden om zoveel mogelijk
lucht in te sluiten.
Flessen: deze moeten een dop hebben
en opgeslagen worden oftewel in het
flessenrek of het deurflessenrek (indien
voorzien).
Bananen, aardappelen, uien en
knoflook, indien niet verpakt, mogen
niet in de koelkast bewaard worden.
5.5 Tips voor het invriezen
Om u te helpen het voedsel zo goed
mogelijk in te vriezen, volgen hier een paar
belangrijke tips:
De maximale hoeveelheid voedsel die
in 24 uur ingevroren kan worden, wordt
vermeld op het typeplaatje.
Het invriesproces duurt 24 uur. Voeg
gedurende deze periode niet meer in te
vriezen voedsel toe
vries alleen vers en grondig
schoongemaakte levensmiddelen van
uitstekende kwaliteit in
bereid het voedsel in kleine porties
voor, zo kan het snel en volledig
worden ingevroren en zo kunt u later
alleen die hoeveelheid laten ontdooien
die u nodig heeft
Wikkel het voedsel in aluminiumfolie of
plastic en zorg ervoor dat de pakjes
luchtdicht zijn
leg vers, nog niet ingevroren voedsel
niet tegen het al ingevroren voedsel,
om te voorkomen dat dit laatste warm
wordt
Mager voedsel kan beter worden
ingevroren dan vet voedsel. Zout zorgt
dat het voedsel minder lang in de
vriezer goed blijft
Water bevriest, als dit rechtstreeks uit
het vriesvak geconsumeerd wordt, kan
het aan de huid vastvriezen
Het is aan te bevelen de invriesdatum
op elk pakje te vermelden, dan kunt u
zien hoe lang het al bewaard is.
5.6 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat
te verkrijgen, dient u
verzeker u ervan dat de commercieel
ingevroren levensmiddelen op
geschikte wijze door de detailhandelaar
werden opgeslagen;
zorg ervoor dat de ingevroren
levensmiddelen zo snel mogelijk van de
winkel naar uw vriezer gebracht
worden;
de deur niet vaker te openen of open
te laten staan dan strikt noodzakelijk;
als voedsel eenmaal ontdooid is,
bederft het snel en kan het niet
opnieuw worden ingevroren;
bewaar het voedsel niet langer dan de
door de fabrikant aangegeven
bewaarperiode.
6. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Algemene waarschuwingen
LET OP!
Voordat u welke
onderhoudshandeling dan
ook verricht, de stekker uit
het stopcontact trekken.
www.electrolux.com12
Dit apparaat bevat
koolwaterstoffen in de
koeleenheid. Onderhoud en
hervullen mag alleen
uitgevoerd worden door
bevoegde technici.
De toebehoren en onderdelen
van het apparaat zijn niet
geschikt om in een
afwasmachine gewassen te
worden.
6.2 Periodieke reiniging
LET OP!
Trek niet aan leidingen en/of
kabels aan de binnenkant van
de kast en verplaats of
beschadig ze niet.
LET OP!
Zorg ervoor dat u het
koelsysteem niet beschadigt.
LET OP!
Til de voorkant van de
koelkast op als u hem wilt
verplaatsen, om krassen op
de vloer te voorkomen.
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
1. Maak de binnenkant en de
accessoires schoon met lauw water
en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen regelmatig
en wrijf ze schoon om u ervan te
verzekeren dat ze schoon en vrij van
restjes zijn.
3. Spoel ze af en maak ze grondig
droog.
4. Maak indien toegankelijk de
condensor en de compressor aan de
achterkant van het apparaat schoon
met een borstel.
Deze handeling zal de prestatie van
het apparaat verbeteren en het
elektriciteitsverbruik besparen.
Het onderste schap dat het koelvak
scheidt van het vriesvak kan worden
verwijderd om het te reinigen. Trek het
schap recht uit.
Om ervoor te zorgen dat het
NaturaFresh-vak goed
functioneert, moeten het
onderste vak en de dekplaten
na reiniging worden
teruggeplaatst op hun
oorspronkelijke plek.
De dekplaten boven de lades in het vak
kunnen worden verwijderd om te worden
gereinigd.
6.3 Het ontdooien van de
koelkast
Het vriesvak wordt automatisch ontdooid.
Het water loopt in een opvangbak op de
compressor en verdampt. De opvangbak
kan niet worden verwijderd.
6.4 De vriezer ontdooien
LET OP!
Gebruik nooit scherpe
metalen hulpmiddelen om de
rijp van de verdamper te
krabben, deze zou
beschadigd kunnen raken.
Gebruik geen mechanische of
andere middelen om het
ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die
door de fabrikant zijn
aanbevolen. Een
temperatuurstijging tijdens
het ontdooien van de
ingevroren levensmiddelen,
kan de veilige bewaartijd
verkorten.
Stel ongeveer 12 uur voordat
u gaat ontdooien een lagere
temperatuur in om voldoende
koudereserve op te bouwen
voor de onderbreking tijdens
de werking.
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd
vormen op de schappen van de vriezer en
rond het bovenste vak.
NEDERLANDS
13
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag
een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt
heeft.
1. Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel,
wikkel het in een paar lagen
krantenpapier en leg het op een koele
plaats.
WAARSCHUWING!
Raak ingevroren voedsel
niet met natte handen
aan. Uw handen kunnen
dan aan de producten
vastvriezen.
3. Laat de deur open staan.
Om het ontdooiproces te versnellen
kunt u een bak warm water in het
vriesvak zetten. Verwijder bovendien
stukken ijs die afbreken voordat het
ontdooien voltooid is.
4. Na afloop van het ontdooien, de
binnenkant grondig droog maken.
5. Zet het apparaat aan.
Plaats na drie uur het eerder verwijderde
voedsel terug in het vriesvak.
6.5 Periodes dat het apparaat
niet gebruikt wordt
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
als het apparaat gedurende lange tijd niet
gebruikt wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. verwijder al het voedsel
3. Maak het apparaat en alle toebehoren
schoon.
4. Laat de deur/deuren open staan om
onaangename luchtjes te voorkomen.
WAARSCHUWING!
Als uw apparaat aan blijft
staan, vraag dan iemand om
het zo nu en dan te
controleren, om te
voorkomen dat het bewaarde
voedsel bederft als de stroom
uitvalt.
6.6 De koolstoffilter vervangen
De luchtfilter is een
verbruiksartikel en als
zodanig geldt hiervoor geen
garantie.
Voor optimale prestaties moet de
koolstofluchtfilter eenmaal per jaar
vervangen worden.
Nieuwe actieve luchtfilters zijn verkrijgbaar
bij uw lokale distributeur.
Zie "Montage van de koolstofluchtfilter"
voor de instructies.
7. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
www.electrolux.com14
7.1 Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitge-
schakeld.
Zet het apparaat aan.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch ap-
paraat op het stopcontact
aan. Neem contact op met
een gekwalificeerd elektricien.
Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Controleer of het apparaat
stabiel staat.
Er is een hoorbaar of zicht-
baar alarm.
De kist is kortgeleden
aangezet of de tempera-
tuur is nog steeds te
hoog.
Zie "Deur open alarm" of
"Alarm hoge temperatuur".
De temperatuur in het ap-
paraat is te hoog.
Zie "Deur open alarm" of
"Alarm hoge temperatuur".
De deur is open gelaten. Sluit de vuldeur.
De temperatuur in het ap-
paraat is te hoog.
Neem contact op met een er-
kend elektromonteur of de
dichtstbijzijnde klantenser-
vice.
Er verschijnt een rechthoe-
kig symbool in plaats van
getallen op het tempera-
tuurdisplay.
Probleem met de temper-
atuur van de sensor.
Neem contact op met de
klantenservice (het koelsys-
teem blijft werken om uw lev-
ensmiddelen koud te houden,
maar de temperatuur kan niet
aangepast worden)
Het lampje werkt niet. Het lampje staat in de
stand-by stand.
Sluit en open de deur.
Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Neem contact op met de
service-afdeling.
De compressor werkt con-
tinu.
De temperatuur is goed
ingesteld.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
Er worden veel producten
tegelijk geplaatst.
Wacht een paar uur en con-
troleer dan nogmaals de tem-
peratuur.
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
Zie het typeplaatje voor de kli-
maatklasse.
Het voedsel dat in het ap-
paraat werd geplaatst,
was te warm.
Laat voedsel afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u
het opslaat
NEDERLANDS
15
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De functie FastFreeze is
ingeschakeld.
Raadpleeg "FastFreeze-func-
tie".
De producten zijn niet op
de juiste wijze verpakt.
Pak de producten beter in.
De temperatuur is goed
ingesteld.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
De compressor start niet
onmiddellijk na het drukken
op FastFreeze of na het ve-
randeren van de tempera-
tuur.
Dit is normaal, er is geen
storing.
De compressor start na enige
tijd.
Er loopt water in de koel-
kast.
De waterafvoer is ver-
stopt.
Reinig de waterafvoer.
Producten verhinderen
dat het water in de water-
opvangbak loopt.
Zorg ervoor dat de producten
de achterwand niet raken.
Er ligt water op de vloer. De dooiwaterafvoer is niet
aangesloten op de ver-
damperbak boven de
compressor.
Maak de dooiwaterafvoer
vast op de verdamperbak.
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
De functie FastFreeze of
ShoppingMode is inge-
schakeld.
Schakel FastFreeze of Shop-
pingMode handmatig uit, of
wacht tot de functie automa-
tisch reset om de tempera-
tuur in te stellen. Zie "Fast-
Freeze of ShoppingMode
functie".
DEMO verschijnt op het
display.
Het apparaat staat in de
demonstratiemodus.
Houd OK ongeveer 10 sec-
onden ingedrukt tot een lang
geluid klinkt en het display
even uitschakelt.
De temperatuur in het ap-
paraat is te laag/hoog.
De temperatuurknop is
niet goed ingesteld.
Stel een hogere/lagere tem-
peratuur in.
De deur is niet goed
gesloten.
Zie 'De deur sluiten'.
De temperatuur van het
voedsel is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het conserveert.
Er worden veel producten
tegelijk bewaard.
Conserveer minder producten
tegelijk.
De dikte van de rijp is
meer dan 4-5 mm.
Ontdooi het apparaat.
www.electrolux.com16
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De deur is te vaak geo-
pend.
Open de deur alleen als het
nodig is.
De functie FastFreeze is
ingeschakeld.
Raadpleeg "FastFreeze-func-
tie".
Bel, wanneer het advies niet
tot resultaten leidt, de
dichtstbijzijnde klantenservice
voor dit merk.
7.2 Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LED-
binnenlampje dat een lange levensduur
heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de
verlichting vervangen. Neem contact op
met de klantenservice.
7.3 De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur
schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af.
Raadpleeg "Montage".
3. Vervang, indien nodig, de defecte
deurafdichtingen. Neem contact op
met de klantenservice.
8. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 Opstelling
Het apparaat moet geïnstalleerd worden
op een droge, goed geventileerde plaats
binnen waar de omgevingstemperatuur
overeenkomt met de klimaatklasse die
vermeld is op het typeplaatje van het
apparaat:
Kli-
maat-
klasse
Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C
N +16°C tot + 32°C
ST +16°C tot + 38°C
T +16°C tot + 43°C
Bij bepaalde modeltypes
kunnen er functionele
problemen ontstaan als deze
temperaturen niet worden
gerespecteerd. De juiste
werking van het apparaat kan
enkel gegarandeerd worden
als het opgegeven
temperatuurbereik wordt
gerespecteerd. Als u vragen
hebt m.b.t. de
montagelocatie van het
apparaat, raadpleeg dan de
dealer, uw klantenservice of
de dichtstbijzijnde technische
dienst
8.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het
voltage en de frequentie op het
typeplaatje overeenkomen met de
stroomtoevoer in uw huis.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact. De
netsnoerstekker is voorzien van een
contact voor dit doel Als het
stopcontact niet geaard is, sluit het
NEDERLANDS
17
apparaat dan aan op een afzonderlijk
aardepunt, in overeenstemming met de
geldende regels, raadpleeg hiervoor
een gekwalificeerd elektricien
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden als bovenstaande
veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd
worden.
Dit apparaat voldoet aan de EU-
richtlijnen.
8.3 Ventilatievereisten
De luchtcirculatie achter het apparaat
moet voldoende zijn.
5 cm
min.
200 cm
2
min.
200 cm
2
LET OP!
Raadpleeg de montage-
instructies voor de installatie.
8.4 Installatie van het
TASTEGUARD filter
Het TASTEGUARD -filter is een filter met
actieve koolstof dat vervelende geurtjes
absorbeert. Hierdoor blijven de optimale
smaak en het aroma van het voedsel
bewaard zonder dat luchtjes van het ene
levensmiddel op het andere worden
overgebracht.
Bij levering zit het koolstoffilter in een
plastic zak om het prestatievermogen te
behouden.
De filter moet in de lade geplaatst worden
voordat het apparaat wordt ingeschakeld.
LET OP!
Zorg er voor een goede
werking voor dat de lade van
de luchthendel is gesloten.
Het filter moet voorzichtig
worden gehanteerd om te
voorkomen dat deeltjes van
het oppervlak loskomen.
1. Open de lade.
2. Haal het filter uit de plastic zak.
3. Plaats de filter in de lade.
4. Sluit de lade.
9. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
BRRR!
HISSS!
CLICK!
BLUBB!
CRACK!
SSSRR
R!
OK
www.electrolux.com18
CLICK!
CLICK!
SSSRRR!
SSSRRR!
BRRR!
BRRR!
HISSS!
HISSS!
BLUBB!
BLUBB!
CRACK!CRACK!
10. TECHNISCHE INFORMATIE
10.1 Technische gegevens
Afmetingen van de inbouw
Hoogte mm 1400
Breedte mm 560
Diepte mm 550
NEDERLANDS
19
Maximale bewaartijd bij stroomuitval uur 13
Spanning Volt 230 - 240
Frequentie Hz 50
De technische gegevens staan op het
typeplaatje aan de bonne- of buitenkant
van het apparaat en op het energielabel.
11. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de volksgezondheid
te beschermen en recycle het afval van
elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het
symbool niet weg met het huishoudelijk
afval. Breng het product naar het
milieustation bij u in de buurt of neem
contact op met de gemeente.
www.electrolux.com20
/