Electrolux ERG1901FOW Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE...................................................................................3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.......................................................................... 4
3. BEDIENING......................................................................................................... 6
4. DAGELIJKS GEBRUIK.........................................................................................7
5. AANWIJZINGEN EN TIPS.................................................................................... 8
6. ONDERHOUD EN REINIGING............................................................................. 9
7. PROBLEEMOPLOSSING...................................................................................11
8. MONTAGE ........................................................................................................13
9. GELUIDEN.........................................................................................................14
10. TECHNISCHE INFORMATIE............................................................................ 15
WE DENKEN AAN U
Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product dat
jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd
ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op
vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen.
Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.registerelectrolux.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij
de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
www.electrolux.com2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door
een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het
apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
1.2 Algemene veiligheid
Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of
gelijksoortige toepassingen zoals:
Boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren
of andere werkomgevingen
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies;
dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde
modellen.
Gebruik geen mechanische of andere middelen om het
ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die
door de fabrikant zijn aanbevolen.
Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast,
tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
NEDERLANDS
3
Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te
reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen
met drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te
voorkomen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
Zorg ervoor dat rond het apparaat
lucht kan circuleren.
Wacht ten minste 4 uur alvorens het
apparaat aan de netstroom aan te
sluiten. Hierdoor kan de olie terug in de
compressor stromen.
Installeer het apparaat niet in de
nabijheid van radiators, fornuizen,
ovens of kookplaten.
De achterzijde van het apparaat moet
tegen de muur worden geplaatst.
Installeer het apparaat niet op een
plaats met direct zonlicht.
Gebruik dit apparaat niet in gebieden
die te vochtig of te koud zijn, zoals
bijgebouwen, garages of kelders.
Til de voorkant van het apparaat op als
u hem wilt verplaatsen, om krassen op
de vloer te voorkomen.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd,
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de elektrische onderdelen
(hoofdstekker, kabel, compressor) niet
beschadigt. Neem contact met de
erkende servicedienst of een elektricien
om de elektrische onderdelen te
wijzigen.
De stroomkabel moet lager blijven dan
het niveau van de stopcontact.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
www.electrolux.com4
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Plaats geen elektrische apparaten (bijv.
ijsmachines) in het apparaat tenzij
uitdrukkelijk geschikt verklaard door de
fabrikant.
Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet
beschadigt. Het bevat isobutaan
(R600a), aardgas met een hoge
ecologische compatibiliteit. Dit gas is
ontvlambaar.
Als er schade aan het koelcircuit
optreedt, zorg er dan voor dat er zich
geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer
bevinden. Ventileer de kamer goed.
Zet geen hete items op de
kunststofonderdelen van het apparaat.
Plaats geen koolzuurhoudende
dranken in het vriesvak. Dit zal extra
druk in de drankfles veroorzaken.
Bewaar geen ontvlambare gassen en
vloeistoffen in het apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
Raak de compressor of condensator
niet aan. Ze zijn heet.
Zorg ervoor dat u nooit met natte of
vochtige handen items uit het vriesvak
verwijderd of aanraakt.
Vries ontdooide voedingswaren nooit
opnieuw in.
Bewaar de voedingswaren volgens de
instructies op de verpakking.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade
aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde
personen mogen de eenheid
onderhouden en herladen.
Controleer regelmatig de afvoer van het
apparaat en reinig het indien nodig.
Indien de afvoer verstopt is, zal er
water op de bodem van het apparaat
liggen.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Verwijder de deur om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren opgesloten
raken in het apparaat.
Het koelcircuit en de isolatiematerialen
van dit apparaat zijn ozonvriendelijk.
Het isolatieschuim bevat ontvlambare
gassen. Neem contact met uw
plaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van het
apparaat.
Veroorzaak geen schade aan het deel
van de koeleenheid dat zich naast de
warmtewisselaar bevindt.
NEDERLANDS
5
3. BEDIENING
3.1 Bedieningspaneel
1 2
4 3
1
Temperatuurindicatie LED
2
FastFreeze-indicatielampje
3
FastFreeze-toets
4
Temperatuurknop
AAN-/UITtoets
3.2 Inschakelen
1. Steek dan de stekker in het
stopcontact.
2. Raak de toets van de
temperatuurregelaar aan als alle LED's
uit zijn.
3.3 Uitschakelen
Blijf de toets van de temperatuurregelaar 3
seconden aanraken.
Alle indicatielampjes zijn uit.
3.4 Temperatuurregeling
Houd om het apparaat te bedienen de
thermostaatknop ingedrukt tot de LED van
de gewenste temperatuur brandt. De
selectie loopt van 2°C tot 8°C
Áls de knop één keer wordt aangeraakt,
blijft de huidige instelling LED knipperen.
Elke keer dat de knop wordt aangeraakt,
verplaatst de ingestelde temperatuur 1
positie. De bijbehorende LED knippert
even.
Druk de instelknop in tot de vereiste
temperatuur is geselecteerd. De instelling
wordt vastgezet
Koudste instelling: +2°C.
Warmste instelling: +8°C.
Een gemiddelde instelling is
over het algemeen het meest
geschikt.
De exacte instelling moet echter worden
gekozen rekening houdend met het feit
dat de temperatuur in het apparaat
afhankelijk is van:
de kamertemperatuur
hoe vaak de deur wordt geopend
de hoeveelheid voedsel die wordt
bewaard
de plek van het apparaat
3.5 FastFreeze-functie
U kunt de FastFreeze-functie inschakelen
door te drukken op de FastFreeze-knop.
De LED die bij het symbool FastFreeze
hoort gaat branden.
U kunt de FastFreeze-functie inschakelen
door te drukken op de FastFreeze-knop.
Het FastFreeze-indicatielampje gaat
branden.
Deze functie stopt
automatisch na 28 uur.
www.electrolux.com6
4. DAGELIJKS GEBRUIK
4.1 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen
van vers voedsel en om diepvriesvoedsel
langere tijd te bewaren.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de
functie FastFreeze en leg het in te vriezen
voedsel in het vriesvak.
De maximale hoeveelheid voedsel die in
24 uur ingevroren kan worden, staat
vermeld op het typeplaatje, een etiket
dat zich aan de binnenkant van het
apparaat bevindt.
Het invriesproces duurt 24 uur: voeg
tijdens deze periode geen ander voedsel
toe om in te vriezen.
Wanneer het invriesproces is voltooid, de
vereiste temperatuur weer instellen (zie
"FastFreeze-functie").
4.2 Het bewaren van ingevroren
voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een
periode dat het niet gebruikt is inschakelt,
dient u het apparaat minstens 2 uur op
een hoge instelling te laten werken
voordat u er producten in plaatst.
WAARSCHUWING!
In het geval van onbedoelde
ontdooiing, bijvoorbeeld als
de stroom langer is
uitgevallen dan de duur die
op de kaart met technische
kenmerken onder "maximale
bewaartijd bij stroomuitval" is
vermeld, moet het ontdooide
voedsel snel geconsumeerd
worden of onmiddellijk bereid
worden en dan weer worden
ingevroren (nadat het
afgekoeld is).
4.3 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kan,
voordat het gebruikt wordt, in het koelvak
of op kamertemperatuur ontdooid
worden.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden als ze
nog bevroren zijn: in dat geval zal de
bereiding iets langer duren.
4.4 Verplaatsbare legrekken
De wanden van de koelkast zijn voorzien
van een aantal geleiders zodat de
legrekken op de gewenste plaats gezet
kunnen worden.
4.5 Het plaatsen van de
deurplateaus
Om het bewaren van voedselverpakkingen
van verschillende afmetingen mogelijk te
maken, kunnen de schappen op
verschillende hoogtes worden geplaatst.
1. Trek het plateau geleidelijk in de
richting van de pijlen totdat het los
komt.
2. Opnieuw plaatsen zoals gewenst.
1
2
4.6 Vochtigheidsregeling
De glasplaat omvat een constructie met
inkepingen (afstelbaar door middel van
NEDERLANDS
7
een schuifhendel), waarmee u het
vochtgehalte in de groentelade(s) kunt
regelen.
Wanneer de ventilatieopeningen gesloten
zijn:
wordt het natuurlijke vochtgehalte van het
voedsel in de fruit- en groentelades langer
behouden.
Als de ventilatieopeningen geopend zijn:
heeft meer luchtcirculatie een lagere
luchtvochtigheidsgehalte tot gevolg in de
fruit- en groentelades.
5. AANWIJZINGEN EN TIPS
5.1 Normale bedrijfsgeluiden:
De volgende geluiden zijn normaal tijdens
de werking:
Een zacht gorgelend en borrelend
geluid als het koelmiddel door leidingen
wordt gepompt.
Een zoemend en kloppend geluid van
de compressor als het koelmiddel
wordt rondgepompt.
Een plotseling krakend geluid uit de
binnenkant van het apparaat
veroorzaakt door thermische uitzetting
(een natuurlijk en ongevaarlijk
natuurkundig fenomeen).
Een zacht klikkend geluid van de
thermostaat als de compressor aan of
uit gaat.
5.2 Tips voor energiebesparing
De deur niet vaker openen of open
laten staan dan strikt noodzakelijk.
5.3 Tips voor het koelen van
vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
zet geen warm voedsel of
verdampende vloeistoffen in de
koelkast
dek het voedsel af of verpak het, in het
bijzonder als het een sterke geur heeft
plaats het voedsel zodanig dat de lucht
er vrijelijk omheen kan circuleren
5.4 Tips voor het koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten): in plastic zakken
verpakken en op het glazen schap
leggen, boven de groentelade.
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts
een of maximaal twee dagen op deze
manier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz:
deze moeten afgedekt worden en
mogen op willekeurig welk schap gezet
worden.
Fruit en groente: deze moeten
zorgvuldig schoongemaakt worden en
in de speciaal daarvoor bedoelde
lade(n) geplaatst worden.
Boter en kaas: dit moet in speciale
luchtdichte bakjes gelegd of in
aluminiumfolie of plastic zakjes
gewikkeld worden om zoveel mogelijk
lucht in te sluiten.
Flessen: deze moeten een dop hebben
en opgeslagen worden oftewel in het
flessenrek of het deurflessenrek (indien
voorzien).
Bananen, aardappelen, uien en
knoflook, indien niet verpakt, mogen
niet in de koelkast bewaard worden.
5.5 Tips voor het invriezen
Om u te helpen het voedsel zo goed
mogelijk in te vriezen, volgen hier een paar
belangrijke tips:
www.electrolux.com8
De maximale hoeveelheid voedsel die
in 24 uur ingevroren kan worden, wordt
vermeld op het typeplaatje.
Het invriesproces duurt 24 uur. Voeg
gedurende deze periode niet meer in te
vriezen voedsel toe
vries alleen vers en grondig
schoongemaakte levensmiddelen van
uitstekende kwaliteit in
bereid het voedsel in kleine porties
voor, zo kan het snel en volledig
worden ingevroren en zo kunt u later
alleen die hoeveelheid laten ontdooien
die u nodig heeft
Wikkel het voedsel in aluminiumfolie of
plastic en zorg ervoor dat de pakjes
luchtdicht zijn
leg vers, nog niet ingevroren voedsel
niet tegen het al ingevroren voedsel,
om te voorkomen dat dit laatste warm
wordt
Mager voedsel kan beter worden
ingevroren dan vet voedsel. Zout zorgt
dat het voedsel minder lang in de
vriezer goed blijft
Water bevriest, als dit rechtstreeks uit
het vriesvak geconsumeerd wordt, kan
het aan de huid vastvriezen
Het is aan te bevelen de invriesdatum
op elk pakje te vermelden, dan kunt u
zien hoe lang het al bewaard is.
5.6 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat
te verkrijgen, dient u
verzeker u ervan dat de commercieel
ingevroren levensmiddelen op
geschikte wijze door de detailhandelaar
werden opgeslagen;
zorg ervoor dat de ingevroren
levensmiddelen zo snel mogelijk van de
winkel naar uw vriezer gebracht
worden;
de deur niet vaker te openen of open
te laten staan dan strikt noodzakelijk;
als voedsel eenmaal ontdooid is,
bederft het snel en kan het niet
opnieuw worden ingevroren;
bewaar het voedsel niet langer dan de
door de fabrikant aangegeven
bewaarperiode.
6. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
maak de binnenkant en de accessoires
schoon met lauw water en wat neutrale
zeep.
Controleer de afdichtingen regelmatig
en wrijf ze schoon om u ervan te
verzekeren dat ze schoon en vrij van
restjes zijn.
Spoel ze af en maak ze grondig droog.
LET OP!
Trek niet aan leidingen en/of
kabels aan de binnenkant van
de kast en verplaats of
beschadig ze niet.
Gebruik nooit
schoonmaakmiddelen,
schuurpoeders, erg
geparfumeerde
reinigingsproducten en
waspolijstmiddelen om de
binnenkant schoon te maken,
aangezien deze het oppervlak
beschadigen en een sterke
geur achterlaten.
Zorg ervoor dat u het
koelsysteem niet beschadigt.
Maak de condensor en de compressor
aan de achterkant van het apparaat
schoon met een borstel. Deze handeling
zal de prestatie van het apparaat
verbeteren en het elektriciteitsverbruik
besparen.
NEDERLANDS
9
6.2 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en de
interne accessoires met lauwwarm water
en een beetje neutrale zeep om de
typische geur van een nieuw product weg
te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen
of schuurmiddelen. Deze
beschadigen de lak.
6.3 Het ontdooien van de
koelkast
Rijp wordt elke keer als de
compressormotor tijdens normale werking
stopt, automatisch van de verdamper van
het koelvak verwijderd. Het dooiwater
loopt via een gootje in een speciale
opvangbak aan de achterkant van het
apparaat, boven de compressormotor,
waar het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van
het dooiwater in het midden van het
koelvak regelmatig schoon te maken om
te voorkomen dat het water overloopt en
op het voedsel in de koelkast gaat
druppelen.
6.4 De vriezer ontdooien
LET OP!
Gebruik nooit scherpe
metalen hulpmiddelen om de
rijp van de verdamper te
krabben, deze zou
beschadigd kunnen raken.
Een temperatuurstijging
tijdens het ontdooien van de
ingevroren levensmiddelen,
kan de veilige bewaartijd
verkorten.
Gebruik geen mechanische of
andere middelen om het
ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die
door de fabrikant zijn
aanbevolen.
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd
vormen op de schappen van de vriezer en
rond het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag
een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt
heeft.
1.
Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel,
wikkel het in een paar lagen
krantenpapier en leg het op een koele
plaats
LET OP!
Raak ingevroren voedsel
niet met natte handen
aan. Uw handen kunnen
dan aan de producten
vastvriezen.
3. Open de deur.
Om het ontdooiproces te versnellen
kunt u een bak warm water in het
vriesvak zetten. Verwijder bovendien
stukken ijs die afbreken voordat het
ontdooien voltooid is.
4. Na afloop van het ontdooien, de
binnenkant grondig droog maken.
5. Zet het apparaat aan.
6. Zet de thermostaatknop op de
maximale koude en laat het apparaat
twee tot drie uur in deze instelling
werken.
7. Zet het eerder verwijderde voedsel
terug in het vriesvak.
www.electrolux.com10
6.5 Periodes dat het apparaat
niet gebruikt wordt
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
als het apparaat gedurende lange tijd niet
gebruikt wordt:
Trek de stekker uit het stopcontact
Haal al het voedsel eruit
Ontdooi het apparaat en toebehoren
(indien nodig) en maak alles schoon
Laat de deur/deuren open staan om
onaangename luchtjes te voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft
staan, vraag dan iemand om
het zo nu en dan te
controleren, om te
voorkomen dat het bewaarde
voedsel bederft als de stroom
uitvalt.
7. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Wat moet u doen als…
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitge-
schakeld.
Zet het apparaat aan.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch ap-
paraat op het stopcontact
aan. Neem contact op met
een gekwalificeerd elektricien.
Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Controleer of het apparaat
stabiel staat.
Het lampje werkt niet. Het lampje staat in de
stand-by stand.
Sluit en open de deur.
Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Neem contact op met de
dichtstbijzijnde klantenser-
vice.
De compressor werkt con-
tinu.
De temperatuur is goed
ingesteld.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
Er worden veel producten
tegelijk geplaatst.
Wacht een paar uur en con-
troleer dan nogmaals de tem-
peratuur.
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
Zie het typeplaatje voor de kli-
maatklasse.
Het voedsel dat in het ap-
paraat werd geplaatst,
was te warm.
Laat voedsel afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u
het bewaart.
NEDERLANDS
11
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De functie FastFreeze is
ingeschakeld.
Raadpleeg 'FastFreeze func-
tie'.
De compressor start niet
onmiddellijk na het drukken
op FastFreeze of na het ve-
randeren van de tempera-
tuur.
Dit is normaal, er is geen
storing.
De compressor start na enige
tijd.
Er loopt water in de koel-
kast.
De waterafvoer is ver-
stopt.
Reinig de waterafvoer.
Producten verhinderen
dat het water in de water-
opvangbak loopt.
Zorg ervoor dat de producten
de achterwand niet raken.
Er ligt water op de vloer. De dooiwaterafvoer is niet
aangesloten op de ver-
damperbak boven de
compressor.
Maak de dooiwaterafvoer
vast op de verdamperbak.
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
De functie FastFreeze of
ShoppingMode is inge-
schakeld.
Schakel FastFreeze of Shop-
pingMode handmatig uit, of
wacht tot de functie automa-
tisch reset om de tempera-
tuur in te stellen. Zie 'Fast-
Freeze of ShoppingMode
functie'.
De temperatuur in het ap-
paraat is te laag/hoog.
De temperatuurknop is
niet goed ingesteld.
Stel een hogere/lagere tem-
peratuur in.
De deur is niet goed
gesloten.
Zie 'De deur sluiten'.
De temperatuur van het
voedsel is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het conserveert.
Er worden veel producten
tegelijk bewaard.
Conserveer minder producten
tegelijk.
De deur is te vaak geo-
pend.
Open de deur alleen als het
nodig is.
De functie FastFreeze is
ingeschakeld.
Raadpleeg 'FastFreeze func-
tie'.
Bel, wanneer het advies niet
tot resultaten leidt, de
dichtstbijzijnde klantenservice
voor dit merk.
7.2 Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LED-
binnenlampje dat een lange levensduur
heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de
verlichting vervangen. Neem contact op
met de klantenservice.
www.electrolux.com12
7.3 De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur
schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af.
Raadpleeg "Montage".
3. Vervang, indien nodig, de defecte
deurafdichtingen. Neem contact op
met de klantenservice.
8. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 Plaatsing
Dit apparaat kan worden geïnstalleerd op
een droge, goed geventileerde plek
binnenshuis waar de
omgevingstemperatuur overeenkomt met
de klimaatklasse die op het typeplaatje
van het apparaat wordt weergegeven:
Kli-
maat-
klasse
Omgevingstemperatuur
SN +10°C to + 32°C
N +16°C to + 32°C
ST +16°C to + 38°C
T +16°C to + 43°C
Voor sommige typen of
modellen kunnen zich enige
functionele problemen
voordoen als ze worden
gebruikt buiten dit bereik. De
juiste werking kan alleen
worden gegarandeerd binnen
het aangegeven
temperatuurbereik. Als u
twijfels hebt over waar het
apparaat te installeren,
raadpleeg dan de verkoper,
de klantenservice of de
dichstsbijzijnde erkende
servicedienst.
8.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het
voltage en de frequentie op het
typeplaatje overeenkomen met de
stroomtoevoer in uw huis.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact. De
netsnoerstekker is voorzien van een
contact voor dit doel Als het
stopcontact niet geaard is, sluit het
apparaat dan aan op een afzonderlijk
aardepunt, in overeenstemming met de
geldende regels, raadpleeg hiervoor
een gekwalificeerd elektricien
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden als bovenstaande
veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd
worden.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-
richtlijnen.
8.3 Ventilatievereisten
De luchtcirculatie achter het apparaat
moet voldoende zijn.
5 cm
min.
200 cm
2
min.
200 cm
2
NEDERLANDS
13
9. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
BRRR!
HISSS!
CLICK!
BLUBB!
CRACK!
SSSRR
R!
OK
CLICK!
CLICK!
SSSRRR!
SSSRRR!
BRRR!
BRRR!
HISSS!
HISSS!
www.electrolux.com14
BLUBB!
BLUBB!
CRACK!CRACK!
10. TECHNISCHE INFORMATIE
10.1 Technische gegevens
Afmetingen van de inbouw
In hoogte mm 1225
Breedte mm 560
Diepte mm 550
Maximale bewaartijd bij stroomuitval Uur 12
Spanning Volt 230 - 240
Tijd Hz 50
De technische gegevens staan op het
typeplaatje aan de binne- of buitenkant
van het apparaat en op het energielabel.
11. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de volksgezondheid
te beschermen en recycle het afval van
elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het
symbool niet weg met het huishoudelijk
afval. Breng het product naar het
milieustation bij u in de buurt of neem
contact op met de gemeente.
NEDERLANDS
15

Documenttranscriptie

2 www.electrolux.com INHOUDSOPGAVE 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE...................................................................................3 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.......................................................................... 4 3. BEDIENING......................................................................................................... 6 4. DAGELIJKS GEBRUIK......................................................................................... 7 5. AANWIJZINGEN EN TIPS.................................................................................... 8 6. ONDERHOUD EN REINIGING............................................................................. 9 7. PROBLEEMOPLOSSING...................................................................................11 8. MONTAGE ........................................................................................................13 9. GELUIDEN.........................................................................................................14 10. TECHNISCHE INFORMATIE............................................................................ 15 WE DENKEN AAN U Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen. Welkom bij Electrolux. Ga naar onze website voor: Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie: www.electrolux.com Registreer uw product voor een betere service: www.registerelectrolux.com Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat: www.electrolux.com/shop KLANTENSERVICE Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje. Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. NEDERLANDS 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik. 1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht. Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. 1.2 Algemene veiligheid • • • • • Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of gelijksoortige toepassingen zoals: – Boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren of andere werkomgevingen – Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en andere woonomgevingen Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt. Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen. 3 4 www.electrolux.com • • • • Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen. Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen met drijfgas in dit apparaat. Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 2.1 Montage WAARSCHUWING! Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren. • Verwijder alle verpakkingsmaterialen. • Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. • Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. • Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen. • Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren. • Wacht ten minste 4 uur alvorens het apparaat aan de netstroom aan te sluiten. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen. • Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiators, fornuizen, ovens of kookplaten. • De achterzijde van het apparaat moet tegen de muur worden geplaatst. • Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht. • Gebruik dit apparaat niet in gebieden die te vochtig of te koud zijn, zoals bijgebouwen, garages of kelders. • Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen. 2.2 Aansluiting op het elektriciteitsnet WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. • Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur. • Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact. • Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. • Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker, kabel, compressor) niet beschadigt. Neem contact met de erkende servicedienst of een elektricien om de elektrische onderdelen te wijzigen. • De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de stopcontact. • Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. • Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. NEDERLANDS 2.3 Gebruik WAARSCHUWING! Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken. • De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. • Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de fabrikant. • Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet beschadigt. Het bevat isobutaan (R600a), aardgas met een hoge ecologische compatibiliteit. Dit gas is ontvlambaar. • Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Ventileer de kamer goed. • Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het apparaat. • Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles veroorzaken. • Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het apparaat. • Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. • Raak de compressor of condensator niet aan. Ze zijn heet. • Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige handen items uit het vriesvak verwijderd of aanraakt. • Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw in. • Bewaar de voedingswaren volgens de instructies op de verpakking. 5 2.4 Onderhoud en reiniging WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat. • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. • Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden en herladen. • Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen. 2.5 Verwijdering WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • Haal de stekker uit het stopcontact. • Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. • Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat. • Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn ozonvriendelijk. • Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen. Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat. • Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar bevindt. 6 www.electrolux.com 3. BEDIENING 3.1 Bedieningspaneel 1 2 4 1 2 3 4 Temperatuurindicatie LED FastFreeze-indicatielampje FastFreeze-toets Temperatuurknop AAN-/UITtoets 3 3.2 Inschakelen 1. Steek dan de stekker in het stopcontact. 2. Raak de toets van de temperatuurregelaar aan als alle LED's uit zijn. 3.3 Uitschakelen Blijf de toets van de temperatuurregelaar 3 seconden aanraken. Alle indicatielampjes zijn uit. 3.4 Temperatuurregeling Houd om het apparaat te bedienen de thermostaatknop ingedrukt tot de LED van de gewenste temperatuur brandt. De selectie loopt van 2°C tot 8°C Áls de knop één keer wordt aangeraakt, blijft de huidige instelling LED knipperen. Elke keer dat de knop wordt aangeraakt, verplaatst de ingestelde temperatuur 1 positie. De bijbehorende LED knippert even. Druk de instelknop in tot de vereiste temperatuur is geselecteerd. De instelling wordt vastgezet Koudste instelling: +2°C. Warmste instelling: +8°C. Een gemiddelde instelling is over het algemeen het meest geschikt. De exacte instelling moet echter worden gekozen rekening houdend met het feit dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van: • de kamertemperatuur • hoe vaak de deur wordt geopend • de hoeveelheid voedsel die wordt bewaard • de plek van het apparaat 3.5 FastFreeze-functie U kunt de FastFreeze-functie inschakelen door te drukken op de FastFreeze-knop. De LED die bij het symbool FastFreeze hoort gaat branden. U kunt de FastFreeze-functie inschakelen door te drukken op de FastFreeze-knop. Het FastFreeze-indicatielampje gaat branden. Deze functie stopt automatisch na 28 uur. NEDERLANDS 7 4. DAGELIJKS GEBRUIK 4.1 Vers voedsel invriezen Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren. Activeer om vers voedsel in te vriezen de functie FastFreeze en leg het in te vriezen voedsel in het vriesvak. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren. 4.4 Verplaatsbare legrekken De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden, staat vermeld op het typeplaatje, een etiket dat zich aan de binnenkant van het apparaat bevindt. Het invriesproces duurt 24 uur: voeg tijdens deze periode geen ander voedsel toe om in te vriezen. Wanneer het invriesproces is voltooid, de vereiste temperatuur weer instellen (zie "FastFreeze-functie"). De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal geleiders zodat de legrekken op de gewenste plaats gezet kunnen worden. 4.2 Het bewaren van ingevroren voedsel 4.5 Het plaatsen van de deurplateaus Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, dient u het apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling te laten werken voordat u er producten in plaatst. Om het bewaren van voedselverpakkingen van verschillende afmetingen mogelijk te maken, kunnen de schappen op verschillende hoogtes worden geplaatst. WAARSCHUWING! In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "maximale bewaartijd bij stroomuitval" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is). 4.3 Ontdooien Diepgevroren of ingevroren voedsel kan, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur ontdooid worden. 1. Trek het plateau geleidelijk in de richting van de pijlen totdat het los komt. 2. Opnieuw plaatsen zoals gewenst. 1 2 4.6 Vochtigheidsregeling De glasplaat omvat een constructie met inkepingen (afstelbaar door middel van 8 www.electrolux.com een schuifhendel), waarmee u het vochtgehalte in de groentelade(s) kunt regelen. Wanneer de ventilatieopeningen gesloten zijn: wordt het natuurlijke vochtgehalte van het voedsel in de fruit- en groentelades langer behouden. Als de ventilatieopeningen geopend zijn: heeft meer luchtcirculatie een lagere luchtvochtigheidsgehalte tot gevolg in de fruit- en groentelades. 5. AANWIJZINGEN EN TIPS 5.1 Normale bedrijfsgeluiden: 5.4 Tips voor het koelen De volgende geluiden zijn normaal tijdens de werking: Nuttige tips: • Een zacht gorgelend en borrelend geluid als het koelmiddel door leidingen wordt gepompt. • Een zoemend en kloppend geluid van de compressor als het koelmiddel wordt rondgepompt. • Een plotseling krakend geluid uit de binnenkant van het apparaat veroorzaakt door thermische uitzetting (een natuurlijk en ongevaarlijk natuurkundig fenomeen). • Een zacht klikkend geluid van de thermostaat als de compressor aan of uit gaat. 5.2 Tips voor energiebesparing • De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk. 5.3 Tips voor het koelen van vers voedsel Om de beste prestatie te verkrijgen: • zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast • dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft • plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren • Vlees (alle soorten): in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. • Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. • Gekookt voedsel, koude schotels, enz: deze moeten afgedekt worden en mogen op willekeurig welk schap gezet worden. • Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden. • Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht in te sluiten. • Flessen: deze moeten een dop hebben en opgeslagen worden oftewel in het flessenrek of het deurflessenrek (indien voorzien). • Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden. 5.5 Tips voor het invriezen Om u te helpen het voedsel zo goed mogelijk in te vriezen, volgen hier een paar belangrijke tips: NEDERLANDS • De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden, wordt vermeld op het typeplaatje. • Het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe • vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in • bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft • Wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn • leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt • Mager voedsel kan beter worden ingevroren dan vet voedsel. Zout zorgt dat het voedsel minder lang in de vriezer goed blijft • Water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen • Het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is. 5.6 Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u • verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen; • zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer gebracht worden; • de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk; • als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren; • bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode. 6. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 6.1 Periodieke reiniging Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt: • maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep. • Controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon en vrij van restjes zijn. • Spoel ze af en maak ze grondig droog. 9 LET OP! Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproducten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten. Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt. Maak de condensor en de compressor aan de achterkant van het apparaat schoon met een borstel. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik besparen. 10 www.electrolux.com 6.2 De binnenkant schoonmaken 6.4 De vriezer ontdooien LET OP! Gebruik nooit scherpe metalen hulpmiddelen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af. Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen. Deze beschadigen de lak. 6.3 Het ontdooien van de koelkast Rijp wordt elke keer als de compressormotor tijdens normale werking stopt, automatisch van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een gootje in een speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar het verdampt. Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig schoon te maken om te voorkomen dat het water overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen. Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond het bovenste vak. Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft. 1. Trek de stekker uit het stopcontact of schakel het apparaat uit. 2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele plaats 3. 4. 5. 6. 7. LET OP! Raak ingevroren voedsel niet met natte handen aan. Uw handen kunnen dan aan de producten vastvriezen. Open de deur. Om het ontdooiproces te versnellen kunt u een bak warm water in het vriesvak zetten. Verwijder bovendien stukken ijs die afbreken voordat het ontdooien voltooid is. Na afloop van het ontdooien, de binnenkant grondig droog maken. Zet het apparaat aan. Zet de thermostaatknop op de maximale koude en laat het apparaat twee tot drie uur in deze instelling werken. Zet het eerder verwijderde voedsel terug in het vriesvak. NEDERLANDS 6.5 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt 11 • Laat de deur/deuren open staan om onaangename luchtjes te voorkomen. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt: • Trek de stekker uit het stopcontact • Haal al het voedsel eruit • Ontdooi het apparaat en toebehoren (indien nodig) en maak alles schoon Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft als de stroom uitvalt. 7. PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 7.1 Wat moet u doen als… Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgeschakeld. Zet het apparaat aan. De stekker zit niet goed in Steek de stekker goed in het het stopcontact. stopcontact. Er staat geen spanning op Sluit een ander elektrisch aphet stopcontact. paraat op het stopcontact aan. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien. Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig Controleer of het apparaat en stabiel geplaatst. stabiel staat. Het lampje werkt niet. Het lampje staat in de stand-by stand. Sluit en open de deur. Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Neem contact op met de dichtstbijzijnde klantenservice. De compressor werkt continu. De temperatuur is goed ingesteld. Raadpleeg het hoofdstuk 'Bediening'. Er worden veel producten Wacht een paar uur en contegelijk geplaatst. troleer dan nogmaals de temperatuur. De omgevingstemperatuur is te hoog. Zie het typeplaatje voor de klimaatklasse. Het voedsel dat in het ap- Laat voedsel afkoelen tot kaparaat werd geplaatst, mertemperatuur voordat u was te warm. het bewaart. 12 www.electrolux.com Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De functie FastFreeze is ingeschakeld. Raadpleeg 'FastFreeze functie'. De compressor start niet Dit is normaal, er is geen onmiddellijk na het drukken storing. op FastFreeze of na het veranderen van de temperatuur. De compressor start na enige tijd. Er loopt water in de koelkast. Reinig de waterafvoer. De waterafvoer is verstopt. Producten verhinderen Zorg ervoor dat de producten dat het water in de water- de achterwand niet raken. opvangbak loopt. Er ligt water op de vloer. De dooiwaterafvoer is niet Maak de dooiwaterafvoer aangesloten op de vervast op de verdamperbak. damperbak boven de compressor. De temperatuur kan niet worden ingesteld. De functie FastFreeze of ShoppingMode is ingeschakeld. Schakel FastFreeze of ShoppingMode handmatig uit, of wacht tot de functie automatisch reset om de temperatuur in te stellen. Zie 'FastFreeze of ShoppingMode functie'. De temperatuur in het apparaat is te laag/hoog. De temperatuurknop is niet goed ingesteld. Stel een hogere/lagere temperatuur in. De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De temperatuur van het voedsel is te hoog. Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het conserveert. Er worden veel producten Conserveer minder producten tegelijk bewaard. tegelijk. De deur is te vaak geopend. Open de deur alleen als het nodig is. De functie FastFreeze is ingeschakeld. Raadpleeg 'FastFreeze functie'. Bel, wanneer het advies niet tot resultaten leidt, de dichtstbijzijnde klantenservice voor dit merk. 7.2 Het lampje vervangen Het apparaat is uitgerust met een LEDbinnenlampje dat een lange levensduur heeft. Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting vervangen. Neem contact op met de klantenservice. NEDERLANDS 7.3 De deur sluiten 1. Maak de afdichtingen van de deur schoon. 2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage". 13 3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met de klantenservice. 8. MONTAGE WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 8.1 Plaatsing Dit apparaat kan worden geïnstalleerd op een droge, goed geventileerde plek binnenshuis waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die op het typeplaatje van het apparaat wordt weergegeven: Klimaatklasse Omgevingstemperatuur SN +10°C to + 32°C N +16°C to + 32°C ST +16°C to + 38°C T +16°C to + 43°C Voor sommige typen of modellen kunnen zich enige functionele problemen voordoen als ze worden gebruikt buiten dit bereik. De juiste werking kan alleen worden gegarandeerd binnen het aangegeven temperatuurbereik. Als u twijfels hebt over waar het apparaat te installeren, raadpleeg dan de verkoper, de klantenservice of de dichstsbijzijnde erkende servicedienst. 8.2 Aansluiting op het elektriciteitsnet • Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien • De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden. • Dit apparaat voldoet aan de EEGrichtlijnen. 8.3 Ventilatievereisten De luchtcirculatie achter het apparaat moet voldoende zijn. 5 cm min. 200 cm2 min. 200 cm2 14 www.electrolux.com 9. GELUIDEN Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie). SSS RRR ! HISSS! OK UB BL SSSRRR! HISSS! SSSRRR! HISSS! B! CLICK! BRRR! ICK CL ! BRRR! CR AC CLICK! BRRR! K! NEDERLANDS BLUBB! CRACK! BLUBB! 15 CRACK! 10. TECHNISCHE INFORMATIE 10.1 Technische gegevens Afmetingen van de inbouw In hoogte mm 1225 Breedte mm 560 Diepte mm 550 Maximale bewaartijd bij stroomuitval Uur 12 Spanning Volt 230 - 240 Tijd Hz 50 De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de binne- of buitenkant van het apparaat en op het energielabel. 11. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool Gooi apparaten gemarkeerd met het . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

Electrolux ERG1901FOW Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding