Honeywell HCM-5300E Handleiding

Categorie
Luchtbevochtigers
Type
Handleiding
22
NEDERLANDS
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Lees de instructies goed door voordat u de luchtbe-
vochtiger in gebruik neemt.Bewaar deze instructies
ter referentie.
1. Houd de luchtbevochtiger uit de buurt van kinderen.
2. Gebruik de luchtbevochtiger niet buiten; plaats
het apparaat niet in direct zonlicht, in erg hete
ruimten of in de buurt van computers of
gevoelige elektronische apparatuur.
3. De luchtbevochtiger mag alleen worden gebruikt
voor de bevochtiging van een ruimte.Onjuist
gebruik kan tot gevaarlijke situaties en schade
leiden waarvoor wij niet aansprakelijk kunnen
worden gesteld.
4. Plaats de luchtbevochtiger op een effen, stevig,
niet-metalen en waterbestendig oppervlak. Zorg
ervoor dat de luchtbevochtiger stevig staat, zodat
hij niet kan omvallen of ergens vanaf kan vallen.
Water kan meubels en vloeren beschadigen.
5. Rol de kabel uit voor gebruik.Wanneer de
kabel niet wordt uitgerold, kan dit tot overver-
hitting en mogelijk tot brandgevaar leiden.
6. Gebruik geen verlengsnoer of een trapolze
snelheidsregelaar. Bij gebruik van deze appa-
ratuur ontstaat risico op oververhitting, brand-
gevaar of een elektrische schok.
7. Sluit de luchtbevochtiger alleen aan op een
eenfasige wisselstroomvoeding met een voltage
zoals aangegeven op het typeplaatje.
8. Koppel het apparaat altijd eerst los van het
lichtnet, voordat u het verplaatst, vult, aanraakt
of reinigt of als het niet wordt gebruikt.Trek niet
aan de kabel als u het apparaat loskoppelt.
Raak de stroomkabel niet met natte
handen aan.
9. Voeg geen substanties toe aan het water
(zoals inhalatiemedicijnen, aromatische stoffen
enz.) Dit kan tot gezondheidsrisicos voor
mensen leiden.
10. Raak de ultrasone verstuiver (17) niet aan als
de luchtbevochtiger in gebruik is.Dit kan tot
brandwonden leiden.
11. Richt de uitgang van de luchtbevochtiger (4) niet
direct op mensen, muren of andere voorwerpen.
12. Verwijder de gevulde watertank (3) niet als de
luchtbevochtiger in gebruik is.Gebruik de lucht-
bevochtiger niet zonder water of met een lege
watertank (3). De luchtbevochtiger kan hierdoor
beschadigd raken.
13. Gebruik de luchtbevochtiger niet zonder de
ontkalkingspatroon (13) en gebruik geen opge-
bruikte patroon. Bij gebruik van de luchtbevoch-
tiger in regios met water van een hoge hardheid
kunnen er mineralen worden uitgestoten,
herkenbaar aan het witte stof.
14. Dompel de luchtbevochtiger niet onder in water
of andere vloeistoffen en giet geen water of
andere stoffen over de luchtbevochtiger of in
de uitgang (4) of luchtingang (21).
15. Ventileer de ruimte regelmatig.Wanneer een
luchtbevochtiger in afgesloten of kleine ruimten
wordt gebruikt, kan er condensvocht op meubels,
muren en vloeren ontstaan.De uitstoot kan via
de intensiteitsregelaar (5) en de hygrostaatknop
(6) worden verlaagd.
16. Reinig de luchtbevochtiger regelmatig en volg
hierbij de Reinigingsinstructies.
17. Wanneer de stroomkabel (20) beschadigd is, dient
de kabel door de fabrikant, de vertegenwoordiger
of een geautoriseerde medewerker te worden
vervangen om risicos te voorkomen.
18. Gebruik de luchtbevochtiger niet als deze
beschadigd is, defect is of niet goed werkt.
Koppel het apparaat los van het lichtnet.
ONDERDELENLIJST
1
Draaibare uitblaasmond
2 Draaggreep
3 Watertank 7,7 liter
4 Uitgang
5 Aan/uit-schakelaar en intensiteitsregelaar
6 Hygrostaatknop
7 Bedrijfsindicatielampje
8 Vochtigheidsindicatielampje
9 Tankdop
10 Tankwaterklep
11 Basis
12 Wateropvangbak
13 Ontkalkingspatroon AC-819E
14 Patroonwaterklep
15 Reservoir
16 Watersensors
17 Ultrasone verstuiver
18 Deksel ultrasone verstuiver
19 Automatische uitschakelfunctie
20 Stroomkabel en stekker
23
NEDERLANDS
21 Luchtingang
Accessoires*
22 Teststrips voor waterhardheid
23 Reinigingsborstel
24 Desinfecterend middel Dimanin A
*Deze zijn als accessoire verkrijgbaar.
EERSTE INGEBRUIKNAME
1.
Lees eerst alle instructies goed door voordat
u de luchtbevochtiger in gebruik neemt.
2. Pak de volgende onderdelen uit:de luchtbevoch-
tiger, de stroomkabel (20), de watertank (3), de
draaibare uitblaasmond (1), de basis (11) en de
ontkalkingspatroon (13); verwijder al het ver-
pakkingsmateriaal. Het verpakkingsmateriaal
kan worden hergebruikt.
3. Plaats de luchtbevochtiger op een effen, stevig,
niet-metalen en waterbestendig oppervlak. Zorg
ervoor dat de luchtbevochtiger stevig staat, zodat
hij niet kan omvallen of ergens vanaf kan vallen.
Water kan meubels en vloeren beschadigen.
Houd een veiligheidsafstand van minimaal
1,20 m aan ten opzichte van andere voorwerpen.
4. Laat de ontkalkingspatroon (13) voor de beste
lterresultaten gedurende 2 uur voor gebruik in
koud kraanwater weken.
5. Controleer de hardheid van uw water.
ONTKALKINGSPATROON AC-819E
1.
De gebruiksduur en prestaties van de AC-819E
patroon (13) is afhankelijk van het mineraalge-
halte van het water. De patroon kan worden
gebruikt tot een waterhardheid van 15° dH.De
levensduur voor een gehalte van 0-10° dH is
ongeveer vijf maanden en voor waarden van
10-15° dH ongeveer drie maanden. Neem
eventueel contact op met uw plaatselijke water-
leidingbedrijf om de hardheid van uw water te
bepalen.
2. Wanneer de luchtbevochtiger onder normale
omstandigheden wordt gebruikt, moet de patroon
(13) om de drie en maximaal om de vijf maan-
den worden vervangen.
3. Wanneer de luchtbevochtiger gedurende langere
tijd niet is gebruikt (zoals tijdens de zomerpe-
riode), moet de patroon (13) door een nieuwe
worden vervangen.Laat de ontkalkingspatroon
(13) voor de beste lterresultaten gedurende
2 uur voor gebruik in koud kraanwater weken.
4. Vervangende AC-819E patronen (13) zijn
verkrijgbaar in de winkel waar u ook uw lucht-
bevochtiger hebt gekocht.
5. Gebruik de luchtbevochtiger niet zonder de ont-
kalkingspatroon (13) en gebruik geen opge
bruikte patroon. Bij gebruik van de luchtbevoch-
tiger in regios met water van een hoge hardheid
kunnen er mineralen worden uitgestoten,
herkenbaar aan het witte stof (zie aanvullen-
de lters).
AANVULLENDE FILTERS
Bij gebruik van de luchtbevochtiger in regios met
water van een hoge hardheid kunnen er mineralen
worden uitgestoten, herkenbaar aan het witte stof.
Neem eventueel contact op met uw plaatselijke
waterleidingbedrijf om de hardheid van uw water te
bepalen.
KF-520E K-lter
1.
Wanneer de hardheid van het water extreem
hoog is, moet het kraanwater eerst met behulp
van de KF-520E K-lter worden gelterd, voor-
dat het in de watertank (3) wordt gevuld.
2. De KF-520E K-lter verlaagt het calciumcarbo-
naatgehalte van het water.
3. De KF-520E K-lter is hergebruikbaar en heeft
daarom een lange levensduur.
4. Wanneer u de KF-520E K-lter gebruikt, moet
u de speciale instructies in elke lterverpakking
goed doorlezen.
SF-530E A-lter
1.
De SF-530E A-lter moet worden gebruikt als
er zout aan het water wordt toegevoegd door
een wateronthardingsbedrijf.Wanneer het
zoutgehalte van het water extreem hoog is,
moet het koude kraanwater eerst met de
SF-530E lter worden gelterd.
2. Filter het water daarna met de KF-520E
K-lter. Het water, dat twee maal is gelterd,
kan nu in de watertank (3) worden gevuld.
3. De SF-530E A-lter is hergebruikbaar en heeft
daarom een lange levensduur.
4. Wanneer u de SF-530E gebruikt, moet u de
speciale instructies in elke lterverpakking
goed doorlezen.
24
NEDERLANDS
WATERTANK VULLEN
1.
Controleer of de aan/uit-schakelaar (5) uit staat en
of het apparaat is losgekoppeld van het lichtnet.
2. Verwijder de draaibare uitblaasmond (1) van
de watertank (3).
3. Verwijder de watertank (3) van de basis (11)
en keer deze om. Open de tankdop (9) door
deze tegen de richting van de wijzers van
de klok te draaien.
4. Vul de watertank (3) alleen met schoon, koud
kraanwater (ongeveer 7,7 liter). Gebruik geen
warm of heet water. Hierdoor kunnen de patroon
(13) and the ultrasone verstuiver (17) bescha-
digd raken en hierdoor vervalt de garantie.
5. Voeg geen substanties toe aan de watertank
(3), het reservoir (15) of de patroon (13)
(zoals inhalatiemedicijn, aromatische
substanties enz.). Dit kan tot gezondheidsri-
sicos voor mensen leiden.
6. Sluit de watertank (3) met de tankdop (9) door deze
met de wijzers van de klok mee te draaien.
7. Zorg ervoor dat de ontkalkingspatroon (13) op
de juiste manier is geplaatst en goed vastzit in
het reservoir (15) met de wateropvangbak (12)
aan de bovenkant. Plaats de wateropvangbak
(12) voorzichtig op de waterklep van de patroon
(14) en druk deze naar beneden, totdat deze
goed op de patroon (13) vastzit.
8. Zet de watertank (3) rechtop.Zorg ervoor dat
de tankdop (9) op zijn plaats zit en controleer
of de dop eventueel lekt.
9. Plaats de gevulde watertank (3) terug op de basis
(11) en plaats de draaibare uitblaasmond (1) in
de watertank (3).Wacht ongeveer 15 minuten,
voordat u de luchtbevochtiger gebruikt, zodat
het water door de patroon (13) kan lopen.
UITLEG VAN HET BEDIENINGSPANEEL
1. Hygrostaat (6)
voor een permanente regeling van de gewenste
vochtigheid.De optimale waarde tussen 40 % en
60 % is blauw gemarkeerd.Wanneer het vochtig-
heidsniveau de ingestelde waarde overschrijdt, zal
de eenheid zichzelf uitschakelen en de blauwe
vochtigheidsindicator (8) gaat branden.Wanneer de
vochtigheid onder de ingestelde waarde daalt,
schakelt de eenheid zichzelf weer in en de vochtig-
heidsindicator (8) gaat weer uit.
2. Intensiteitsregelaar (5)
voor de nauwkeurige regeling van de mistuitstoot
weergegeven door blauwe druppels. Het bijbeho-
rende bedrijfsindicatielampje (7) brandt groen als
de eenheid is ingeschakeld.
GEBRUIKSINSTRUCTIES
1.
Zorg ervoor dat de watertank (3) gevuld is en
dat de patroon (13) en het deksel van de ultra-
sone verstuiver (18) op hun plaats zitten.
2. Controleer of de aan/uit-schakelaar (5) uit staat.
Sluit het apparaat aan op het lichtnet.Raak de
stroomkabel niet met natte handen aan.
3. Stel de aan/uit-schakelaar (5) in op het gewenste
afgifteniveau.Het groene bedrijfsindicatielampje
(7) zal gaan branden.Draai de aan/uit-schake-
laar (5) in de richting van de wijzers van de klok
om de afgifte te verhogen;draai de schakelaar
tegen de richting van de wijzers van de klok
om de afgifte te verlagen.
4. Gebruik de hygrostaatknop (6) om het gewenste
vochtingheidsniveau te selecteren.Draai de knop
in de richting van de wijzers van de klok om de
vochtigheid te verhogen.Wanneer het gewen-
ste vochtigheidsniveau is bereikt, schakelt de
luchtbevochtiger zichzelf uit en gaat het blauwe
indicatielampje voor de vochtigheid (8) branden.
De hygrostaat schakelt de luchtbevochtiger
automatisch weer in en uit om het vochtig-
heidsniveau te behouden, het indicatielampje
(8) zal dit duidelijk aangeven.
5. Richt de uitblaasmond (1) niet op mensen,
voorwerpen of muren.
6. Wanneer er in afgesloten of kleine ruimten con-
dens op meubels, muren of de vloer ontstaat,
draait u de aan/uit-schakelaar (5) tegen de
wijzers van de klok in om de nevelafgifte te ver-
lagen en opent u de deur van de betreffende
ruimte.Wanneer het probleem hiermee niet
verholpen is, moet u de aan/uit-schakelaar (5)
op de uit-stand zetten en de luchtbevochtiger
loskoppelen van het lichtnet.
7. Voordat u de luchtbevochtiger verwijdert of de
watertank (3) met water vult, dient u het appa-
raat eerst via de aan/uit-schakelaar (5) uit te
schakelen en van het lichtnet los te koppelen.
25
NEDERLANDS
REINIGING, ONDERHOUD EN OPSLAG
Wij bevelen een regelmatige reiniging van de
luchtbevochtiger aan.
Volg de onderstaande instructies voor reini-
ging, onderhoud en opslag om de werking van
de luchtbevochtiger niet te schaden.
Dagelijkse reiniging
1.
Schakel het apparaat voor de reiniging uit via
de aan/uit-schakelaar (5) en koppel het appa-
raat los van het lichtnet.
2. Verwijder de draaibare uitblaasmond (1) van
de watertank (3) en verwijder de watertank (3)
van de basis (11).
3. Verwijder de wateropvangbak (12), het deksel
van de ultrasone verstuiver (18) en de patroon
(13) van de basis (11).Was of reinig de
patroon (13) niet.
4. Maak de uiteinden van de twee watersensors (16)
voorzichtig schoon met azijn om eventuele
afzettingen te verwijderen.De watersensors (16)
mogen niet worden verwijderd of worden aan-
gepast. De gevoelige sensors kunnen zelfs al
door een aanraking worden beschadigd (16).
5. Verwijder overvloedig water uit de basis (11)
alleen via de openingen tegenover de water-
sensors (16) en zorg ervoor dat er geen water
in de luchtinlaat (21) komt.
6. Open de tankdop (9) door deze tegen de
wijzers van de klok in te draaien en laat al het
water uit de watertank (3) af.
7. Spoel de watertank (3) grondig uit met
lauwwarm water.
8. Reinig de buitenkant van de watertank (3)
met een schoon, vochtig doek.
9. Voor gebruik van de luchtbevochtiger volgt
u de instructies onder Watertank vullen
en Gebruiksinstructies.
Wekelijkse reiniging
1.
Volg de instructies onder Dagelijkse
reiniging, afbeeldingen 1 tot 6.
2. Reinig de wateropvangbak (12), de tankdop (9)
en het deksel van de ultrasone verstuiver (18)
met een in de winkel verkrijgbaar schoonmaak-
middel.Voor een goede reiniging bevelen
wij een reinigingsborstel aan. Spoel deze
onderdelen na de reiniging enkele keren goed
af met lauwwarm water.
3. Vul de watertank (3) tot de helft met lauwwarm
water.Voor een goede reiniging bevelen wij
ongeveer 10 druppels Dimanin A* aan.Gebruik
geen zeep of schoonmaakmiddelen.Gebruik
een reinigingsborstel. Spoel de watertank (3)
na de reiniging enkele keren goed uit met
lauwwarm water. Reinig de buitenkant van de
watertank (3) met een schoon, vochtig doek.
*Dimanin A is een chloorvrij desinfecterend
middel dat ook in zwembaden wordt gebruikt.
Het is verkrijgbaar als accessoire.
Waarschu-
wing: Uit de buurt van kinderen houden. Niet
inslikken.Voorkom direct contact met de ogen.
De aanbevolen verdunde oplossing is niet
schadelijk voor de huid of ogen.
4. Reinig de binnenkant van de basis (11) alleen
met lauwwarm water. Raak de watersensors (16)
of de ultrasone verstuiver (17) niet aan.Zorg er-
voor dat er geen water in de luchtinlaat (21) komt.
Dompel de basis (11) niet onder in water.
5. Voor gebruik van de luchtbevochtiger volgt
u de instructies onder Watertank vullenen
Gebruiksinstructies.
Desinfectie
1.
U dient de volgende onderdelen van de lucht-
bevochtiger om de twee weken na de reiniging
ook te desinfecteren:binnenkant watertank (3),
binnenkant basis (11), de wateropvangbak
(12) en het deksel van de ultrasonde
verstuiver (18).
2. Gebruik een in de winkel verkrijgbaar desin-
fectiemiddel op alcoholbasis of sterke alcohol.
Dit desinfectiemiddel is een alcoholmengsel
dat bij apotheken of drogisterijen te koop is.Volg
de instructies van de fabrikant van het desin-
fectiemiddel.Geen van beide substanties
beschadigen de plastiekonderdelen, maar
dienen na de desinfectie wel zorgvuldig
met water te worden afgespoeld.
3. Droog alle binnenste oppervlakken met een
zachte tissue af en droog alle buitenste opper-
vlakken met een zacht, droog doek af.
4. Verwijder om de zes weken de ontkalkingspa-
troon (13) uit de basis (11). Leg de patroon
even in heet, niet-kokend, water van ongeveer
70 °C om het ontstaan van eventuele ziek-
teverwekkers te voorkomen.
5. Voor gebruik van de luchtbevochtiger volgt u
de instructies onder Watertank vullenen
Gebruiksinstructies.
26
NEDERLANDS
Onderhoud en opslag
1.
Volg de instructies onder Wekelijkse reiniging
wanneer de luchtbevochtiger gedurende langere
tijd niet wordt gebruikt (één week of langer).
2. Laat de luchtbevochtiger en alle onderdelen
goed opdrogen.
3. Verwijder de patroon (13) van de basis (11)
en gooi deze weg.
4. Sla de luchtbevochtiger niet op met een gevulde
watertank (3) of een geplaatst patroon (13).
5. Bewaar de luchtbevochtiger op een koele,
droge plaats.
ACCESSOIRES
Teststrips voor de controle van de waterhardheid
1. Ter controle van de waterhardheid (totale hard-
heid) kunt u teststrips (22) gebruiken die
verkrijgbaar zijn als accessoire.
2. Dompel een teststrip (22) met alle testzones in
een glas met vers kraanwater. Houd de test-
strips niet onder stromend water. Na twee
minuten kunt u de hardheid van uw kraanwater
aezen volgens de volgende tabel:
Aantal testzones Totale hardheid
groen paars
4 0 minder dan 3° dH
31 4 7° dH
22 8 15° dH
1 3 16 22° dH
0 4 meer dan 23° dH
Reinigingsborstel en desinfecterend middel
Voor een goede reiniging bevelen wij het gebruik
van Dimanin A* (24) en de reinigingsborstel (23)
aan. Deze zijn verkrijgbaar als accessoire.
*Dimanin A is een chloorvrij desinfecterend mid-
del dat ook in zwembaden wordt gebruikt.
Waar-
schuwing: Uit de buurt van kinderen houden.Niet
inslikken.Voorkom direct contact met de ogen. De
aanbevolen verdunde oplossing is niet schadelijk
voor de huid of ogen.
VERKOOPVOORWAARDEN
Op basis van de verkoopvoorwaarden is de koper
verantwoordelijk voor het juiste gebruik en onder-
houd van dit apparaat conform de schriftelijke
instructies. De koper dient zelf te bepalen wanneer
hij/zij het apparaat gebruikt en voor hoelang.
Onze mondelinge en schriftelijke instructies zijn op
uitgebreide tests gebaseerd. Ons advies wordt naar
beste weten afgegeven, maar is niet bindend aan-
gezien wij geen directe invloed hebben op het
gebruik van het apparaat.Wij kunnen niet aanspra-
kelijk worden gesteld voor eventuele schade vero-
orzaakt door onjuist gebruik (zoals onjuiste reini-
ging, ontkalking, te late ltervervangingen, vrije
afgifte van door vocht belemmerde verstuiving van
chemische additieven of vloeistoffen anders dan
zuiver kraanwater enz.) Er mogen geen stoffen aan
het water worden toegevoegd, omdat de eenheid
hierdoor beschadigd kan raken en er mogelijk een
gezondheidsrisico kan ontstaan.
27
NEDERLANDS
LET OP: WANNEER U PROBLEMEN
ONDERVINDT MET UW LUCHTBEVOCHTI-
GER, VOLG DAN DE INSTRUCTIES IN DE
GARANTIE. PROBEER DE LUCHTBEVOCH-
TIGER NIET ZELF TE REPAREREN. HIER-
DOOR VERVALT DE GARANTIE EN DIT KAN
SCHADE OF LICHAMELIJK LETSEL TOT
GEVOLG HEBBEN.
De technische specicaties zijn aan wijzigingen
onderhevig.
Oplossing
1.
Sluit de luchtbevochtiger aan
op het lichtnet.
2. Controleer de schakelingen
en stoppen of neem contact
op met een expert.
1. Vul de watertank (3).
2. Plaats de luchtbevochtiger op
een stevig, effen oppervlak.
3. Leeg de watertank (3) en
spoel goed met warm water.
4. Reinig of desinfecteer de
watersensors (16) en verstui-
ver (17) voorzichtig.
5. Zorg ervoor dat er voldoende
water in het reservoir (15) zit,
zodat de watersensor (16)
wordt ondergedompeld.
6. Vervang de gebruikte patroon
door een nieuwe (13).
7. Neem contact op met een
expert en volg de instructies
in de garantiehandleiding.
1. Volg de Gebruiksinstructies.
1. Volg de instructies onder
Ontkalkingspatroon AC-819E
en gebruik de aanvullende
lter KF-520E.
2. Vervang de verbruikte
patroon (13) door een nieuwe.
Mogelijke oorzaak
1.
De stekker zit niet in het
stopcontact.
2. Er staat geen stroom op
het stopcontact.
1. Geen watertank (3).
2. De eenheid staat niet op een
stevig, effen oppervlak.
3. De watertank (3) is uitgewas-
sen met een schoonmaak-
middel en is niet goed
uitgespoeld.
4. Kalkafzettingen op de water-
sensors (16) of verstuiver (17).
5. Blower werkt niet (10).
6. Patroon (13) is verstopt.
7. Verstuiver werkt niet.
1. De relatieve luchtvochtigheid
in de ruimte is te hoog.
1. De hardheid van het water
is te hoog.
2. Het patroon (13) is verbruikt.
Probleem
De aan/uit-schakelaar staat aan.
Het bedrijfsindicatielampje (7)
brandt niet.
De luchtbevochtiger produceert
alleen een beetje of geen nevel.
Vocht condenseert op meubels,
muren en vloeren.
Wit stof
PROBLEMEN OPLOSSEN

Documenttranscriptie

NEDERLANDS 13. Gebruik de luchtbevochtiger niet zonder de ontkalkingspatroon (13) en gebruik geen opgebruikte patroon. Bij gebruik van de luchtbevochtiger in regio’s met water van een hoge hardheid kunnen er mineralen worden uitgestoten, herkenbaar aan het “witte stof”. BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Lees de instructies goed door voordat u de luchtbevochtiger in gebruik neemt. Bewaar deze instructies ter referentie. 1. Houd de luchtbevochtiger uit de buurt van kinderen. 14. Dompel de luchtbevochtiger niet onder in water of andere vloeistoffen en giet geen water of andere stoffen over de luchtbevochtiger of in de uitgang (4) of luchtingang (21). 2. Gebruik de luchtbevochtiger niet buiten; plaats het apparaat niet in direct zonlicht, in erg hete ruimten of in de buurt van computers of gevoelige elektronische apparatuur. 15. Ventileer de ruimte regelmatig. Wanneer een luchtbevochtiger in afgesloten of kleine ruimten wordt gebruikt, kan er condensvocht op meubels, muren en vloeren ontstaan. De uitstoot kan via de intensiteitsregelaar (5) en de hygrostaatknop (6) worden verlaagd. 3. De luchtbevochtiger mag alleen worden gebruikt voor de bevochtiging van een ruimte. Onjuist gebruik kan tot gevaarlijke situaties en schade leiden waarvoor wij niet aansprakelijk kunnen worden gesteld. 4. Plaats de luchtbevochtiger op een effen, stevig, niet-metalen en waterbestendig oppervlak. Zorg ervoor dat de luchtbevochtiger stevig staat, zodat hij niet kan omvallen of ergens vanaf kan vallen. Water kan meubels en vloeren beschadigen. 16. Reinig de luchtbevochtiger regelmatig en volg hierbij de “Reinigingsinstructies”. 17. Wanneer de stroomkabel (20) beschadigd is, dient de kabel door de fabrikant, de vertegenwoordiger of een geautoriseerde medewerker te worden vervangen om risico’s te voorkomen. 5. Rol de kabel uit voor gebruik. Wanneer de kabel niet wordt uitgerold, kan dit tot oververhitting en mogelijk tot brandgevaar leiden. 18. Gebruik de luchtbevochtiger niet als deze beschadigd is, defect is of niet goed werkt. Koppel het apparaat los van het lichtnet. 6. Gebruik geen verlengsnoer of een trapolze snelheidsregelaar. Bij gebruik van deze apparatuur ontstaat risico op oververhitting, brandgevaar of een elektrische schok. ONDERDELENLIJST 7. Sluit de luchtbevochtiger alleen aan op een eenfasige wisselstroomvoeding met een voltage zoals aangegeven op het typeplaatje. 8. Koppel het apparaat altijd eerst los van het lichtnet, voordat u het verplaatst, vult, aanraakt of reinigt of als het niet wordt gebruikt. Trek niet aan de kabel als u het apparaat loskoppelt. Raak de stroomkabel niet met natte handen aan. 9. Voeg geen substanties toe aan het water (zoals inhalatiemedicijnen, aromatische stoffen enz.) Dit kan tot gezondheidsrisico’s voor mensen leiden. 1 Draaibare uitblaasmond 2 Draaggreep 3 Watertank 7,7 liter 4 Uitgang 5 Aan/uit-schakelaar en intensiteitsregelaar 6 Hygrostaatknop 7 Bedrijfsindicatielampje 8 Vochtigheidsindicatielampje 9 Tankdop 10 Tankwaterklep 11 Basis 10. Raak de ultrasone verstuiver (17) niet aan als de luchtbevochtiger in gebruik is. Dit kan tot brandwonden leiden. 12 Wateropvangbak 13 Ontkalkingspatroon AC-819E 14 Patroonwaterklep 11. Richt de uitgang van de luchtbevochtiger (4) niet direct op mensen, muren of andere voorwerpen. 15 Reservoir 16 Watersensors 12. Verwijder de gevulde watertank (3) niet als de luchtbevochtiger in gebruik is. Gebruik de luchtbevochtiger niet zonder water of met een lege watertank (3). De luchtbevochtiger kan hierdoor beschadigd raken. 17 Ultrasone verstuiver 18 Deksel ultrasone verstuiver 19 Automatische uitschakelfunctie 20 Stroomkabel en stekker 22 NEDERLANDS 21 Luchtingang 4. Vervangende AC-819E patronen (13) zijn verkrijgbaar in de winkel waar u ook uw luchtbevochtiger hebt gekocht. Accessoires* 22 Teststrips voor waterhardheid 5. Gebruik de luchtbevochtiger niet zonder de ontkalkingspatroon (13) en gebruik geen opge bruikte patroon. Bij gebruik van de luchtbevochtiger in regio’s met water van een hoge hardheid kunnen er mineralen worden uitgestoten, herkenbaar aan het “witte stof” (zie aanvullende filters). 23 Reinigingsborstel 24 Desinfecterend middel “Dimanin A” *Deze zijn als accessoire verkrijgbaar. EERSTE INGEBRUIKNAME 1. Lees eerst alle instructies goed door voordat u de luchtbevochtiger in gebruik neemt. AANVULLENDE FILTERS 2. Pak de volgende onderdelen uit: de luchtbevochtiger, de stroomkabel (20), de watertank (3), de draaibare uitblaasmond (1), de basis (11) en de ontkalkingspatroon (13); verwijder al het verpakkingsmateriaal. Het verpakkingsmateriaal kan worden hergebruikt. Bij gebruik van de luchtbevochtiger in regio’s met water van een hoge hardheid kunnen er mineralen worden uitgestoten, herkenbaar aan het “witte stof”. Neem eventueel contact op met uw plaatselijke waterleidingbedrijf om de hardheid van uw water te bepalen. 3. Plaats de luchtbevochtiger op een effen, stevig, niet-metalen en waterbestendig oppervlak. Zorg ervoor dat de luchtbevochtiger stevig staat, zodat hij niet kan omvallen of ergens vanaf kan vallen. Water kan meubels en vloeren beschadigen. Houd een veiligheidsafstand van minimaal 1,20 m aan ten opzichte van andere voorwerpen. KF-520E K-filter 1. Wanneer de hardheid van het water extreem hoog is, moet het kraanwater eerst met behulp van de KF-520E K-filter worden gefilterd, voordat het in de watertank (3) wordt gevuld. 4. Laat de ontkalkingspatroon (13) voor de beste filterresultaten gedurende 2 uur voor gebruik in koud kraanwater weken. 2. De KF-520E K-filter verlaagt het calciumcarbonaatgehalte van het water. 5. Controleer de hardheid van uw water. 3. De KF-520E K-filter is hergebruikbaar en heeft daarom een lange levensduur. ONTKALKINGSPATROON AC-819E 4. Wanneer u de KF-520E K-filter gebruikt, moet u de speciale instructies in elke filterverpakking goed doorlezen. 1. De gebruiksduur en prestaties van de AC-819E patroon (13) is afhankelijk van het mineraalgehalte van het water. De patroon kan worden gebruikt tot een waterhardheid van 15° dH. De levensduur voor een gehalte van 0-10° dH is ongeveer vijf maanden en voor waarden van 10-15° dH ongeveer drie maanden. Neem eventueel contact op met uw plaatselijke waterleidingbedrijf om de hardheid van uw water te bepalen. SF-530E A-filter 1. De SF-530E A-filter moet worden gebruikt als er zout aan het water wordt toegevoegd door een wateronthardingsbedrijf. Wanneer het zoutgehalte van het water extreem hoog is, moet het koude kraanwater eerst met de SF-530E filter worden gefilterd. 2. Filter het water daarna met de KF-520E K-filter. Het water, dat twee maal is gefilterd, kan nu in de watertank (3) worden gevuld. 2. Wanneer de luchtbevochtiger onder normale omstandigheden wordt gebruikt, moet de patroon (13) om de drie en maximaal om de vijf maanden worden vervangen. 3. De SF-530E A-filter is hergebruikbaar en heeft daarom een lange levensduur. 3. Wanneer de luchtbevochtiger gedurende langere tijd niet is gebruikt (zoals tijdens de zomerperiode), moet de patroon (13) door een nieuwe worden vervangen. Laat de ontkalkingspatroon (13) voor de beste filterresultaten gedurende 2 uur voor gebruik in koud kraanwater weken. 4. Wanneer u de SF-530E gebruikt, moet u de speciale instructies in elke filterverpakking goed doorlezen. 23 NEDERLANDS WATERTANK VULLEN 2. Intensiteitsregelaar (5) 1. Controleer of de aan/uit-schakelaar (5) uit staat en of het apparaat is losgekoppeld van het lichtnet. voor de nauwkeurige regeling van de mistuitstoot – weergegeven door blauwe druppels. Het bijbehorende bedrijfsindicatielampje (7) brandt groen als de eenheid is ingeschakeld. 2. Verwijder de draaibare uitblaasmond (1) van de watertank (3). 3. Verwijder de watertank (3) van de basis (11) en keer deze om. Open de tankdop (9) door deze tegen de richting van de wijzers van de klok te draaien. GEBRUIKSINSTRUCTIES 1. Zorg ervoor dat de watertank (3) gevuld is en dat de patroon (13) en het deksel van de ultrasone verstuiver (18) op hun plaats zitten. 4. Vul de watertank (3) alleen met schoon, koud kraanwater (ongeveer 7,7 liter). Gebruik geen warm of heet water. Hierdoor kunnen de patroon (13) and the ultrasone verstuiver (17) beschadigd raken en hierdoor vervalt de garantie. 2. Controleer of de aan/uit-schakelaar (5) uit staat. Sluit het apparaat aan op het lichtnet. Raak de stroomkabel niet met natte handen aan. 3. Stel de aan/uit-schakelaar (5) in op het gewenste afgifteniveau. Het groene bedrijfsindicatielampje (7) zal gaan branden. Draai de aan/uit-schakelaar (5) in de richting van de wijzers van de klok om de afgifte te verhogen; draai de schakelaar tegen de richting van de wijzers van de klok om de afgifte te verlagen. 5. Voeg geen substanties toe aan de watertank (3), het reservoir (15) of de patroon (13) (zoals inhalatiemedicijn, aromatische substanties enz.). Dit kan tot gezondheidsrisico’s voor mensen leiden. 6. Sluit de watertank (3) met de tankdop (9) door deze met de wijzers van de klok mee te draaien. 4. Gebruik de hygrostaatknop (6) om het gewenste vochtingheidsniveau te selecteren. Draai de knop in de richting van de wijzers van de klok om de vochtigheid te verhogen. Wanneer het gewenste vochtigheidsniveau is bereikt, schakelt de luchtbevochtiger zichzelf uit en gaat het blauwe indicatielampje voor de vochtigheid (8) branden. De hygrostaat schakelt de luchtbevochtiger automatisch weer in en uit om het vochtigheidsniveau te behouden, het indicatielampje (8) zal dit duidelijk aangeven. 7. Zorg ervoor dat de ontkalkingspatroon (13) op de juiste manier is geplaatst en goed vastzit in het reservoir (15) met de wateropvangbak (12) aan de bovenkant. Plaats de wateropvangbak (12) voorzichtig op de waterklep van de patroon (14) en druk deze naar beneden, totdat deze goed op de patroon (13) vastzit. 8. Zet de watertank (3) rechtop. Zorg ervoor dat de tankdop (9) op zijn plaats zit en controleer of de dop eventueel lekt. 5. Richt de uitblaasmond (1) niet op mensen, voorwerpen of muren. 9. Plaats de gevulde watertank (3) terug op de basis (11) en plaats de draaibare uitblaasmond (1) in de watertank (3). Wacht ongeveer 15 minuten, voordat u de luchtbevochtiger gebruikt, zodat het water door de patroon (13) kan lopen. 6. Wanneer er in afgesloten of kleine ruimten condens op meubels, muren of de vloer ontstaat, draait u de aan/uit-schakelaar (5) tegen de wijzers van de klok in om de nevelafgifte te verlagen en opent u de deur van de betreffende ruimte. Wanneer het probleem hiermee niet verholpen is, moet u de aan/uit-schakelaar (5) op de uit-stand zetten en de luchtbevochtiger loskoppelen van het lichtnet. UITLEG VAN HET BEDIENINGSPANEEL 1. Hygrostaat (6) voor een permanente regeling van de gewenste vochtigheid. De optimale waarde tussen 40 % en 60 % is blauw gemarkeerd. Wanneer het vochtigheidsniveau de ingestelde waarde overschrijdt, zal de eenheid zichzelf uitschakelen en de blauwe vochtigheidsindicator (8) gaat branden. Wanneer de vochtigheid onder de ingestelde waarde daalt, schakelt de eenheid zichzelf weer in en de vochtigheidsindicator (8) gaat weer uit. 7. Voordat u de luchtbevochtiger verwijdert of de watertank (3) met water vult, dient u het apparaat eerst via de aan/uit-schakelaar (5) uit te schakelen en van het lichtnet los te koppelen. 24 NEDERLANDS ongeveer 10 druppels “Dimanin A”* aan. Gebruik geen zeep of schoonmaakmiddelen. Gebruik een reinigingsborstel. Spoel de watertank (3) na de reiniging enkele keren goed uit met lauwwarm water. Reinig de buitenkant van de watertank (3) met een schoon, vochtig doek. REINIGING, ONDERHOUD EN OPSLAG Wij bevelen een regelmatige reiniging van de luchtbevochtiger aan. Volg de onderstaande instructies voor reiniging, onderhoud en opslag om de werking van de luchtbevochtiger niet te schaden. *Dimanin A” is een chloorvrij desinfecterend middel dat ook in zwembaden wordt gebruikt. Het is verkrijgbaar als accessoire. Waarschuwing: Uit de buurt van kinderen houden. Niet inslikken. Voorkom direct contact met de ogen. De aanbevolen verdunde oplossing is niet schadelijk voor de huid of ogen. Dagelijkse reiniging 1. Schakel het apparaat voor de reiniging uit via de aan/uit-schakelaar (5) en koppel het apparaat los van het lichtnet. 2. Verwijder de draaibare uitblaasmond (1) van de watertank (3) en verwijder de watertank (3) van de basis (11). 4. Reinig de binnenkant van de basis (11) alleen met lauwwarm water. Raak de watersensors (16) of de ultrasone verstuiver (17) niet aan. Zorg ervoor dat er geen water in de luchtinlaat (21) komt. Dompel de basis (11) niet onder in water. 3. Verwijder de wateropvangbak (12), het deksel van de ultrasone verstuiver (18) en de patroon (13) van de basis (11). Was of reinig de patroon (13) niet. 5. Voor gebruik van de luchtbevochtiger volgt u de instructies onder „Watertank vullen“ en „Gebruiksinstructies“. 4. Maak de uiteinden van de twee watersensors (16) voorzichtig schoon met azijn om eventuele afzettingen te verwijderen. De watersensors (16) mogen niet worden verwijderd of worden aangepast. De gevoelige sensors kunnen zelfs al door een aanraking worden beschadigd (16). Desinfectie 1. U dient de volgende onderdelen van de luchtbevochtiger om de twee weken na de reiniging ook te desinfecteren: binnenkant watertank (3), binnenkant basis (11), de wateropvangbak (12) en het deksel van de ultrasonde verstuiver (18). 5. Verwijder overvloedig water uit de basis (11) alleen via de openingen tegenover de watersensors (16) en zorg ervoor dat er geen water in de luchtinlaat (21) komt. 6. Open de tankdop (9) door deze tegen de wijzers van de klok in te draaien en laat al het water uit de watertank (3) af. 2. Gebruik een in de winkel verkrijgbaar desinfectiemiddel op alcoholbasis of sterke alcohol. Dit desinfectiemiddel is een alcoholmengsel dat bij apotheken of drogisterijen te koop is. Volg de instructies van de fabrikant van het desinfectiemiddel. Geen van beide substanties beschadigen de plastiekonderdelen, maar dienen na de desinfectie wel zorgvuldig met water te worden afgespoeld. 7. Spoel de watertank (3) grondig uit met lauwwarm water. 8. Reinig de buitenkant van de watertank (3) met een schoon, vochtig doek. 9. Voor gebruik van de luchtbevochtiger volgt u de instructies onder „Watertank vullen“ en „Gebruiksinstructies“. 3. Droog alle binnenste oppervlakken met een zachte tissue af en droog alle buitenste oppervlakken met een zacht, droog doek af. Wekelijkse reiniging 4. Verwijder om de zes weken de ontkalkingspatroon (13) uit de basis (11). Leg de patroon even in heet, niet-kokend, water van ongeveer 70 °C om het ontstaan van eventuele ziekteverwekkers te voorkomen. 1. Volg de instructies onder “Dagelijkse reiniging”, afbeeldingen 1 tot 6. 2. Reinig de wateropvangbak (12), de tankdop (9) en het deksel van de ultrasone verstuiver (18) met een in de winkel verkrijgbaar schoonmaakmiddel. Voor een goede reiniging bevelen wij een reinigingsborstel aan. Spoel deze onderdelen na de reiniging enkele keren goed af met lauwwarm water. 5. Voor gebruik van de luchtbevochtiger volgt u de instructies onder „Watertank vullen“ en „Gebruiksinstructies“. 3. Vul de watertank (3) tot de helft met lauwwarm water. Voor een goede reiniging bevelen wij 25 NEDERLANDS Onderhoud en opslag VERKOOPVOORWAARDEN 1. Volg de instructies onder “Wekelijkse reiniging” wanneer de luchtbevochtiger gedurende langere tijd niet wordt gebruikt (één week of langer). Op basis van de verkoopvoorwaarden is de koper verantwoordelijk voor het juiste gebruik en onderhoud van dit apparaat conform de schriftelijke instructies. De koper dient zelf te bepalen wanneer hij/zij het apparaat gebruikt en voor hoelang. 2. Laat de luchtbevochtiger en alle onderdelen goed opdrogen. 3. Verwijder de patroon (13) van de basis (11) en gooi deze weg. Onze mondelinge en schriftelijke instructies zijn op uitgebreide tests gebaseerd. Ons advies wordt naar beste weten afgegeven, maar is niet bindend aangezien wij geen directe invloed hebben op het gebruik van het apparaat. Wij kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade veroorzaakt door onjuist gebruik (zoals onjuiste reiniging, ontkalking, te late filtervervangingen, vrije afgifte van door vocht belemmerde verstuiving van chemische additieven of vloeistoffen anders dan zuiver kraanwater enz.) Er mogen geen stoffen aan het water worden toegevoegd, omdat de eenheid hierdoor beschadigd kan raken en er mogelijk een gezondheidsrisico kan ontstaan. 4. Sla de luchtbevochtiger niet op met een gevulde watertank (3) of een geplaatst patroon (13). 5. Bewaar de luchtbevochtiger op een koele, droge plaats. ACCESSOIRES Teststrips voor de controle van de waterhardheid 1. Ter controle van de waterhardheid (totale hardheid) kunt u teststrips (22) gebruiken die verkrijgbaar zijn als accessoire. 2. Dompel een teststrip (22) met alle testzones in een glas met vers kraanwater. Houd de teststrips niet onder stromend water. Na twee minuten kunt u de hardheid van uw kraanwater aflezen volgens de volgende tabel: Aantal testzones groen Totale hardheid paars 4 0 3 1 minder dan 3° dH 4 – 7° dH 2 2 8 – 15° dH 1 3 16 – 22° dH 0 4 meer dan 23° dH Reinigingsborstel en desinfecterend middel Voor een goede reiniging bevelen wij het gebruik van Dimanin A* (24) en de reinigingsborstel (23) aan. Deze zijn verkrijgbaar als accessoire. *”Dimanin A” is een chloorvrij desinfecterend middel dat ook in zwembaden wordt gebruikt. Waarschuwing: Uit de buurt van kinderen houden. Niet inslikken. Voorkom direct contact met de ogen. De aanbevolen verdunde oplossing is niet schadelijk voor de huid of ogen. 26 NEDERLANDS PROBLEMEN OPLOSSEN Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De aan/uit-schakelaar staat aan. Het bedrijfsindicatielampje (7) brandt niet. 1. De stekker zit niet in het stopcontact. 2. Er staat geen stroom op het stopcontact. 1. Sluit de luchtbevochtiger aan op het lichtnet. 2. Controleer de schakelingen en stoppen of neem contact op met een expert. De luchtbevochtiger produceert alleen een beetje of geen nevel. 1. Geen watertank (3). 2. De eenheid staat niet op een stevig, effen oppervlak. 3. De watertank (3) is uitgewassen met een schoonmaakmiddel en is niet goed uitgespoeld. 4. Kalkafzettingen op de watersensors (16) of verstuiver (17). 1. Vul de watertank (3). 2. Plaats de luchtbevochtiger op een stevig, effen oppervlak. 3. Leeg de watertank (3) en spoel goed met warm water. 5. Blower werkt niet (10). 6. Patroon (13) is verstopt. 7. Verstuiver werkt niet. 4. Reinig of desinfecteer de watersensors (16) en verstuiver (17) voorzichtig. 5. Zorg ervoor dat er voldoende water in het reservoir (15) zit, zodat de watersensor (16) wordt ondergedompeld. 6. Vervang de gebruikte patroon door een nieuwe (13). 7. Neem contact op met een expert en volg de instructies in de garantiehandleiding. Vocht condenseert op meubels, muren en vloeren. 1. De relatieve luchtvochtigheid in de ruimte is te hoog. 1. Volg de “Gebruiksinstructies”. Wit stof 1. De hardheid van het water is te hoog. 1. Volg de instructies onder “Ontkalkingspatroon AC-819E” en gebruik de aanvullende filter KF-520E. 2. Vervang de verbruikte patroon (13) door een nieuwe. 2. Het patroon (13) is verbruikt. LET OP: WANNEER U PROBLEMEN ONDERVINDT MET UW LUCHTBEVOCHTIGER, VOLG DAN DE INSTRUCTIES IN DE GARANTIE. PROBEER DE LUCHTBEVOCHTIGER NIET ZELF TE REPAREREN. HIERDOOR VERVALT DE GARANTIE EN DIT KAN SCHADE OF LICHAMELIJK LETSEL TOT GEVOLG HEBBEN. De technische specificaties zijn aan wijzigingen onderhevig. 27
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121

Honeywell HCM-5300E Handleiding

Categorie
Luchtbevochtigers
Type
Handleiding