STR-DA5400ES

Sony STR-DA5400ES, STR-DA-5400ES de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Sony STR-DA5400ES de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
2
NL
Stel het toestel niet bloot aan regen of
vocht om het risico op brand of
elektrocutie te verminderen.
Om de kans op brand te verkleinen, mag u de
ventilatieopeningen van het apparaat niet afdekken
met een krant, tafelkleed, gordijn, enz. Plaats ook
geen voorwerpen met open vuur, brandende kaarsen,
op het apparaat.
Installeer de stereo-installatie niet in een krappe
ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast.
Om de kans op brand of elektrische schokken te
verkleinen, mag u het apparaat niet blootstellen aan
druppels of spetters, en mogen geen voorwerpen die
met een vloeistof zijn gevuld, zoals een vaas, op het
apparaat worden gezet.
Aangezien de hoofdstekker wordt gebruikt om het
apparaat los te koppelen van het elektriciteitsnet,
sluit u het apparaat aan op een gemakkelijk
bereikbaar stopcontact. Mocht u een abnormale
situatie van het apparaat ontdekken, dan trekt u de
netstekker onmiddellijk uit het stopcontact.
Stel batterijen of apparaten waarin batterijen worden
gebruikt niet bloot aan buitensporige hitte, zoals
zonlicht, vuur en dergelijke.
Er staat nog steeds stroom op het apparaat als deze
in een stopcontact zit, zelfs als het apparaat is
uitgeschakeld.
Buitensporige geluidsdruk van oortelefoons of een
hoofdtelefoon kan leiden tot gehoorbeschadiging.
Voor klanten in Europa
Verwijdering van oude
elektrische en
elektronische apparaten
(Toepasbaar in de
Europese Unie en
andere Europese landen
met gescheiden
ophaalsystemen)
Het symbool op het product of
op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het
moet echter naar een plaats worden gebracht waar
elektrische en elektronische apparatuur wordt
gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de
correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor
mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen.
Voor meer details in verband met het recyclen van
dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke
instanties, het bedrijf of de dienst belast met de
verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u
het product hebt gekocht.
Verwijdering van oude
batterijen (in de Europese
Unie en andere Europese
landen met afzonderlijke
inzamelingssystemen
)
Dit symbool op de batterij of
verpakking wijst erop dat de
meegeleverde batterij van dit product niet als
huishoudelijk afval behandeld mag worden. Door
deze batterijen op juiste wijze af te voeren,
voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen
die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. Het recycleren van
materialen draagt bij tot het vrijwaren van
natuurlijke bronnen. In het geval dat de producten
om redenen van veiligheid, prestaties dan wel in
verband met data-integriteit een permanente
verbinding met batterij vereisen, dient deze batterij
enkel door gekwalificeerd servicepersoneel
vervangen te worden. Om ervoor te zorgen dat de
batterij op een juiste wijze zal worden behandeld,
dient het product aan het eind van zijn levenscyclus
overhandigd te worden aan het desbetreffende
inzamelingspunt voor de recyclage van elektrisch en
elektronisch materiaal. Voor alle andere batterijen
verwijzen we u naar het gedeelte over hoe de batterij
veilig uit het product te verwijderen. Overhandig de
batterij bij het desbetreffende inzamelingspunt voor
de recyclage van batterijen. Voor meer details in
verband met het recyclen van dit product of batterij,
neemt u contact op met de gemeentelijke instanties,
het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering
van huishoudafval of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
WAARSCHUWING
3
NL
Mededeling voor de klant:
de volgende informatie is uitsluitend
van toepassing op apparatuur verkocht
in landen waar EU-richtlijnen gelden.
De fabricant van dit product is Sony Corporation,
1-7-1 Konan Minato-ku Tokyo, 108-0075 Japan. De
geauthoriseerde vertegenwoordiging voor EMC en
produkt veiligheid is Sony Deutschland GmbH,
Hedelfinger Strasse 61, 70327 Stuttgart, Duitsland.
Voor service- of garantiezaken verwijzen wij u graag
naar de addressen in de afzonderlijke service/
garantie documenten.
Over deze gebruiksaanwijzing
De aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing
gelden voor het model STR-DA5400ES.
Controleer uw modelnummer, dat rechtsonder op
het voorpaneel staat vermeld.
In deze handleiding staat het VS/Canadees model
afgebeeld tenzij anders vermeld. Verschillen in
bediening zijn duidelijk aangegeven in de tekst,
bijvoorbeeld "Alleen Europees model."
De aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing
beschrijven de bediening met de toetsen op de
bijgeleverde afstandsbediening. U kunt echter ook
de toetsen van de receiver zelf gebruiken, met
dezelfde of soortgelijke namen als die op de
afstandsbediening.
Auteursrechten
"Neural-THX" en "neural THX", die in de
gebruiksaanwijzing ter sprake komen en getoond
worden in het displayvenster en in het GUI
menuscherm, betekenen Neural-THX Surround.
Deze receiver is voorzien van Dolby* Digital en Pro
Logic Surround en het DTS** Digital Surround
System.
* Gefabriceerd onder licentie van Dolby
Laboratories.
Dolby, Pro Logic, Surround EX, en het symbool
double-D zijn handelsmerken van Dolby
Laboratories.
** Gefabriceerd onder licentie volgens U.S. Patent
nummers: 5.451.942, 5.956.674, 5.974.380,
5.978.762, 6.226.616, 6.487.535 & andere U.S.
en wereldwijde patenten, verleend of in
aanvraag. DTS is een gedeponeerd handelsmerk
en de DTS logo's, het symbool, DTS-HD en
DTS-HD Master Audio zijn handelsmerken van
DTS, Inc. © 1996-2007 DTS, Inc. Alle rechten
voorbehouden.
Deze receiver is voorzien van de HDMI™-
technologie (High-Definition Multimedia
Interface).
HDMI, het HDMI-logo en High-Definition
Multimedia Interface zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing
LLC.
wordt vervolgd
4
NL
XM Ready
®
is een gedeponeerd handelsmerk van
XM Satellite Radio Inc. Alle rechten voorbehouden.
©2008 SIRIUS Satellite Radio Inc. "SIRIUS" en het
SIRIUS hondenlogo zijn gedeponeerde
handelsmerken van SIRIUS Satellite Radio Inc.
Dit product dat werkt met Neural-THX
®
Surround
is gefabriceerd onder licentie van Neural Audio
Corporation en THX Ltd. Sony Corporation verleent
de gebruiker hierbij een niet-exclusief, niet-
overdraagbaar, beperkt gebruiksrecht op dit product
volgens Amerikaanse en buitenlandse patenten,
patenten in aanvraag en andere technologie of
handelsmerken die eigendom zijn van Neural Audio
Corporation en THX Ltd. "Neural Surround",
"Neural Audio", "Neural" en "NRL" zijn
handelsmerken en logo's die eigendom zijn van
Neural Audio Corporation, THX is een handelsmerk
van THX Ltd., dat in sommige rechtsgebieden kan
zijn gedeponeerd. Alle rechten voorbehouden.
Deze receiver is voorzien van het lettertype (Shin Go
R) van MORISAWA & COMPANY LTD.
Deze namen zijn handelsmerken van MORISAWA
& COMPANY LTD., en het auteursrecht van het
lettertype is eigendom van MORISAWA &
COMPANY LTD.
iPod is een handelsmerk van Apple Inc.,
geregistreerd in de V.S. en andere landen.
Alle andere handelsmerken en gedeponeerde
handelsmerken zijn het eigendom van hun
respectieve houders. In deze handleiding worden de
symbolen ™ en ® niet vermeld.
Het woordmerk en de logo's van Bluetooth zijn
eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en Sony
Corporation gebruikt deze items onder licentie.
Andere handelsmerken en handelsnamen zijn
eigendom van hun respectieve eigenaren.
"M-crew Server" is een handelsmerk van Sony
Corporation.
"BRAVIA" is een handelsmerk van Sony
Corporation.
5
NL
Inhoudspgave
Voorbereidingen
1: Luidsprekers installeren ......................... 24
2: Luidsprekers aansluiten ......................... 26
3: Het aansluiten van de monitor ............... 28
4a: De audio-apparatuur aansluiten ............ 30
4b: De video-apparatuur aansluiten ........... 35
5: De antennes aansluiten ........................... 45
6: De receiver en afstandsbediening
voorbereiden ..........................................46
7: Weergave van het GUI -menu op het
televisiescherm ...................................... 47
8: De luidsprekers instellen ........................ 48
9: Automatisch kalibreren van de juiste
luidsprekeropstelling
(Auto Calibration) ................................. 50
Gebruik van het schermdisplay .................. 57
Weergave
Beeld/geluid van het apparaat aangesloten
op de receiver ........................................ 60
Beeld/geluid van apparaten aangesloten
op de DIGITAL MEDIA PORT ............ 62
De TDM-iP1/iP50/TDM-NC1 bedienen
met het GUI-menu van de receiver ....... 63
Afstemmen
Luisteren naar de FM/AM-radio ................ 67
FM/AM-radiozenders voorinstellen ........... 70
Luisteren naar satellietradio
(alleen VS/Canadees model) ................. 71
Een satellietradio-ontvanger aansluiten ..... 73
Luisteren naar satellietradio ....................... 73
Een satellietradiokanaal kiezen .................. 75
Satellietradiokanalen voorinstellen ............ 76
Bepaalde kanalen blokkeren
(Parental Lock) (SIRIUS alleen) ........... 77
Genieten van surroundgeluid
Weergave met 2-kanaalsgeluid ...................81
Weergave met multikanaals surround .........82
Genieten van een surround effect voor
muziek ...................................................85
Genieten van een surround effect voor
films .......................................................87
Gebruik van de multi-
zonefunctie
Wat u kunt doen met de
Multi-zonefunctie ..................................91
Ruimtes verbinden ......................................92
Luidsprekers in de 2e ruimte instellen .......96
De ruimte-instelling van de
afstandsbediening omschakelen ............97
De receiver bedienen vanuit een andere
ruimte (functies RUIMTE 2/
RUIMTE 3) ...........................................98
Andere functies
"BRAVIA" Sync-functies .........................100
Beeldschermen die HDMI-videosignalen
uitvoeren omschakelen ........................103
Omschakelen tussen digitale en analoge
audio ....................................................104
Beeld/geluid van andere ingangen
(Input Assign) ......................................105
Gebruik van de slaaptimer ........................107
Ruimtelijke weergave bij zacht ingesteld
geluid ...................................................108
Opnemen met de receiver .........................109
Bedieningsmodus van receiver en
afstandsbediening omschakelen ..........110
Gebruik van een dubbele versterker
aansluiting ...........................................111
wordt vervolgd
6
NL
Instellingen aanpassen
Gebruik van het instelmenu ......................113
Auto Calibration .......................................114
Speaker-instellingen .................................116
Surround-instellingen ...............................120
EQ-instellingen .........................................121
Multi Zone-instellingen ............................122
Audio-instellingen ....................................124
Video-instellingen .....................................125
HDMI-instellingen ...................................128
System-instellingen ..................................129
Bediening zonder aansluiting op een
televisie ................................................130
Gebruik van de
afstandsbediening
Elk apparaat met behulp van de
afstandsbediening bedienen .................136
Programmeren van de
afstandsbediening ................................139
Enkele bedieningen automatisch achter
elkaar uitvoeren (Macrosturing) ..........143
Instellen van de afstandsbedieningcodes
die nog niet zijn opgeslagen in de
afstandsbediening ................................145
De gehele inhoud van het geheugen van
de afstandsbediening wissen ................146
Aanvullende informatie
Verklarende woordenlijst ..........................147
Voorzorgsmaatregelen ..............................150
Verhelpen van storingen ...........................151
Technische gegevens ................................157
Index .........................................................160
7
NL
Beschrijving en positie van onderdelen
Voorpaneel
De afdekplaat verwijderen
Druk op PUSH.
U moet de verwijderde afdekplaat
buiten het bereik van kinderen houden.
Status van de POWER-knop
Uit
De receiver is uitgezet (aanvankelijke
instelling).
Druk op POWER om de receiver in te
schakelen. U kunt de receiver niet met
de afstandsbediening aanzetten.
Aan/wachtstand
Druk op
?/1 op de afstandsbediening
om de receiver aan te zetten of in de
wachtstand te zetten.
Als u op POWER op de receiver drukt,
wordt deze uitgeschakeld.
wordt vervolgd
8
NL
Naam Functie
A POWER Druk op de toets om
de receiver in of uit te
schakelen.
B AUTO CAL MIC-
aansluiting
Voor aansluiting van
de bijgeleverde
optimaliserings-
microfoon voor de
Digital Cinema Auto
Calibration-functie
(zie blz. 51).
C TONE MODE Past FRONT/
CENTER/
SURROUND/
SURROUND BACK
BASS en TREBLE
aan. Druk
herhaaldelijk op
TONE MODE om
BASS of TREBLE te
selecteren en draai
dan aan TONE om
het niveau aan te
passen.
TONE
D MEMORY/
ENTER
Druk hierop om een
tuner (FM/AM) en
satellietradio (XM/
SIRIUS) te bedienen
(alleen VS/Canadees
model).
TUNING MODE
TUNING
E Infrarood-
ontvanger
Voor ontvangst van de
signalen van de
afstandsbediening.
F DIMMER Druk herhaaldelijk op
de toets om de
helderheid van het
display in te stellen.
G DISPLAY Druk herhaaldelijk op
de toets om de
weergave van de
informatie op het
display te kiezen.
H INPUT MODE Druk hierop om het
ingangsignaal te
selecteren als
dezelfde apparaten
zijn aangesloten op
zowel digitale als
analoge aansluitingen
(zie blz. 104).
I Displayscherm Hierop wordt de
huidige status van het
gekozen apparaat of
een lijst van
keuzemogelijkheden
weergegeven (zie
blz. 10).
J 2CH/A.DIRECT Indrukken om het
geluidsveld te
selecteren (zie
blz. 81, 82, 85, 87).
A.F.D.
MOVIE
MUSIC
K ZONE/
POWER,
SELECT
Druk herhaaldelijk op
SELECT om ruimte
2, ruimte 3 of de
hoofdruimte te
selecteren. Telkens
wanneer u op
POWER drukt,
worden de
uitgangssignalen voor
de geselecteerde
ruimte in- of
uitgeschakeld (zie
blz. 91).
L HDMI IN Druk op de toets om
het ingangssignaal te
kiezen van het
apparaat dat is
aangesloten op
HDMI IN (zie
blz. 36).
Naam Functie
9
NL
M HDMI OUT Druk op de toets om
het uitgangssignaal te
sturen naar het
apparaat dat is
aangesloten op
HDMI OUT (zie
blz. 36).
N PHONES-
aansluiting
Hierop kunt u een
hoofdtelefoon
aansluiten.
O SPEAKERS
(OFF/A/B/A+B)
Hiermee schakelt u
naar OFF, A, B, A+B
van de
voorluidsprekers (zie
blz. 50).
P VIDEO 2 IN/
PORTABLE AV
IN-aansluitingen
Hiermee sluit u een
draagbaar audio/
video-apparaat aan
zoals een camcorder
of een videospelletje.
Q MULTI
CHANNEL
DECODING-
lamp
Gaat branden bij het
decoderen van
meerkanaals
audiosignalen.
R INPUT
SELECTOR
Draai om de
ingangsbron te
selecteren die u wilt
weergeven.
Om de ingangsbron te
selecteren voor
ruimte 2 of 3, drukt u
op ZONE/SELECT
(
qa) om eerst ruimte
2 of 3 te selecteren
("ZONE 2 INPUT" of
"ZONE 3 INPUT"
verschijnt op het
display) en draait u
vervolgens aan
INPUT SELECTOR
in om de ingangsbron
te selecteren.
Naam Functie
S MASTER
VOLUME
Draai om gelijktijdig
het geluidsniveau van
alle luidsprekers bij te
regelen.
Naam Functie
10
NL
Aanduidingen op het display
Naam Functie
A SW Licht op als een
subwoofer is aangesloten
en het audiosignaal via
de SUBWOOFER-
aansluiting. Wanneer
deze aanduiding
zichtbaar is, stelt de
receiver een
subwoofersignaal samen
op basis van het L.F.E.-
signaal van de
weergegeven disc of op
basis van de laagste
tonen van de
voorkanalen.
11
NL
B Weergave-
kanaal-
aanduidingen
De letters (L, C, R, enz.)
geven aan welke
geluidskanalen er
worden weergegeven.
Aan de oplichtende
vakjes rond de letters
kunt u zien hoe de
receiver het geluid mengt
en via welke luidsprekers
het wordt weergegeven
(gebaseerd op de
luidsprekerinstellingen).
L Linksvoor
RRechtsvoor
C Midden (mono)
SL Linksachter
SR Rechtsachter
S Achter (monoweergave
of de surround-delen
verkregen door Pro
Logic-decodering)
SBL Linksmiddenachter
SBR Rechtsmiddenachter
SB
Middenachter (de
middenachter-delen
verkregen door 6.1-kanaals
decodering)
Bijvoorbeeld:
Opnameformaat (Voor/
Achter): 3/2.1
Uitgangskanaal:
Achterluidsprekers in de
stand "NO".
Geluidsveld: A.F.D. AUTO
Naam Functie
LSW
SL
SR
CR
C Ingangssignaal-
aanduidingen
Licht op om het huidige
ingangssignaal aan te
geven.
INPUT Blijft branden met de
overeenkomstige
aanduidingen die de
huidige
ingangssignaalstatus
aangeven.
HDMI De receiver herkent een
apparaat dat is
aangesloten via HDMI
IN.
DMPORT De DIGITAL MEDIA
PORT-adapter is
aangesloten en
"DMPORT" is
geselecteerd.
MULTI IN De meerkanaalsingang is
geselecteerd.
AUTO Licht op met de
overeenkomstige
aanduidingen die het
huidige ingangssignaal
aangeven wanneer
INPUT MODE is
ingesteld op "Auto".
COAX Het digitale signaal
wordt ingevoerd via de
COAXIAL-aansluiting.
OPT Het digitale signaal
wordt ingevoerd via de
OPTICAL-aansluiting.
ANALOG Er wordt geen digitaal
signaal ingevoerd.
Wanneer INPUT MODE
is ingesteld op "Analog",
of wanneer "2ch Analog
Direct" is geselecteerd,
licht de aanduiding ook
op.
Naam Functie
wordt vervolgd
12
NL
D EQ Deze aanduiding licht op
wanneer de toonregelaar
is ingeschakeld.
E HDMI A B Licht op wanneer de
signalen worden
uitgevoerd via de HDMI
OUT A of B-aansluiting.
F D.C.A.C. Deze aanduiding licht op
wanneer autokalibratie is
ingeschakeld.
G ZONE 2/
ZONE 3
Deze aanduiding licht op
wanneer bediening van
apparatuur in de 2e/3e
ruimte is ingeschakeld.
H SLEEP Deze aanduiding licht op
wanneer de slaaptimer is
ingeschakeld.
I L.F.E. Deze aanduiding licht op
wanneer de weergegeven
disc een apart L.F.E.
(Low Frequency
Effects)-kanaal bevat en
bij daadwerkelijke
weergave van het geluid
van het L.F.E.-kanaal
lichten de balkjes onder
de letters op om het
volumeniveau aan te
geven. Aangezien het
L.F.E. -signaal niet
overal in het
ingangssignaal
voortdurend even
krachtig aanwezig is,
kunnen de niveaubalkjes
tijdens de weergave sterk
fluctueren (en soms
geheel doven).
J DSD Deze aanduiding licht op
wanneer de receiver
DSD-signalen (Direct
Stream Digital)
decodeert (zie blz. 36).
Naam Functie
K Tuneraandui-
dingen
Deze aanduiding licht op
wanneer de receiver
afstemt op radiozenders
of satellietradiozenders.
STEREO Stereo-uitzending
MONO Mono-uitzending
XM
(alleen VS/
Canadees
model)
De XM Mini Tuner en
Home Dock zijn
aangesloten en "XM" is
geselecteerd.
SIRIUS
(alleen VS/
Canadees
model)
De SiriusConnect Home
tuner is aangesloten en
"SIRIUS" is
geselecteerd.
CAT
(alleen VS/
Canadees
model)
De categoriemodus is
geselecteerd bij gebruik
als satellietradio.
RDS (alleen
Europees
model)
RDS informatie wordt
ontvangen.
PRESET De tuner werkt met
voorinstelling.
MEMORY Een geheugenfunctie
zoals Name Input, enz.,
is geactiveerd.
L H.A.T.S.
(alleen
Europees
model)
Deze aanduiding licht op
wanneer de H.A.T.S.
(High quality digital
Audio Transmission
System)-functie is
ingeschakeld.
M BI-AMP Deze aanduiding licht op
als de keuze van de
middenachterluidspre-
kers is ingesteld op "BI-
AMP".
N D.RANGE Deze aanduiding licht op
wanneer de compressie
van de dynamiek is
ingeschakeld.
Naam Functie
13
NL
O VOLUME Deze aanduiding geeft de
huidige geluidssterkte
weer.
P Dolby Digital
Surround-
aanduidingen
Deze aanduidingen
lichten op wanneer de
receiver
overeenkomstige Dolby
Digital-signalen
detecteert.
;D Dolby Digital
;D+ Dolby Digital Plus
;D EX Dolby Digital Surround
EX
Opmerking
Bij weergave van een disc
met Dolby Digital-formaat
moet u ervoor zorgen dat de
aansluitingen digitaal zijn
en erop letten dat de INPUT
MODE niet staat ingesteld
op "Analog".
Q DTS-HD-
aanduidingen
Licht op wanneer de
receiver DTS-HD
detecteert.
DTS-HD Blijft branden met één
van de volgende
aanduidingen.
MSTR DTS-HD Master Audio
LBR DTS-HD Low Bit Rate
Audio
HI RES DTS-HD High
Resolution Audio
R ;TrueHD Deze aanduiding licht op
wanneer de receiver
Dolby TrueHD-signalen
decodeert.
S L-PCM Licht op wanneer Linear
PCM (Pulse Code
Modulation)-signalen
worden ingevoerd.
Naam Functie
T Dolby
Pro Logic-
aanduidingen
Eén van de
overeenkomstige
aanduidingen licht op
wanneer de receiver
Dolby Pro Logic-
verwerking toepast op
tweekanaals signalen om
de midden- en
achterkanaalsignalen uit
te voeren.
;PL Dolby Pro Logic
;PLII Dolby Pro Logic II
;PLIIx Dolby Pro Logic IIx
Opmerking
Deze aanduiding licht echter
niet op als de
middenluidspreker en
achterluidsprekers niet
aangesloten zijn.
Naam Functie
wordt vervolgd
14
NL
U DTS(-ES)-
aanduidingen
Lichten op wanneer
DTS- of DTS-ES-
signalen worden
ingevoerd.
DTS Deze aanduiding licht op
wanneer de reciever
DTS-signalen decodeert.
96/24 of NEO:6 licht ook
op afhankelijk van het
ingangssignaal- of
decodeerformaat.
96/24 DTS 96/24 (96 kHz/
24 bit) decodering
NEO:6 DTS Neo:6 Cinema/
Music
DTS-ES Licht op met de volgende
aanduiding afhankelijk
van het decodeerformaat
van het ingangssignaal.
DISCRETE DTS-ES Discrete 6.1
MATRIX DTS-ES Matrix 6.1
Opmerking
Bij weergave van een disc
met DTS-formaat moet u
ervoor zorgen dat de
aansluitingen digitaal zijn
en erop letten dat de INPUT
MODE niet staat ingesteld
op "Analog".
V Neural-THX Deze aanduiding licht op
wanneer de receiver
Neural-THX-signalen
verwerkt.
Naam Functie
15
NL
Achterpaneel
A DIGITAL INPUT/OUTPUT-gedeelte
OPTICAL IN/
OUT-
aansluitingen
Hiermee sluit u aan
op een dvd-speler,
Super Audio CD-
speler enz. De
COAXIAL-
aansluiting zorgt
voor een betere
geluidskwaliteit (zie
blz.28, 31, 36, 40,
41).
COAXIAL IN-
aansluitingen
HDMI IN/
OUT*-
aansluitingen
Voor aansluiting van
een dvd-speler, een
Blu-ray Disc-speler
of een
satellietontvanger.
Voor uitvoer van
geluid- en
beeldsignalen naar
een televisietoestel
of een projector (zie
blz.28, 36).
B Bedieningsaansluitingen voor
Sony-apparaten en andere externe
apparatuur
IR REMOTE
IN/OUT-
aansluitingen
Voor de aansluiting
van een
infraroodrelaisstation
(zie blz. 91).
TRIGGER
OUT-
aansluitingen
Voor aansluiting van
andere 12V
TRIGGER-
compatibele
componenten, die u
kunt in- en
uitschakelen door het
versturen van 12V
TRIGGER aan/uit-
signalen, of van de
versterker/receiver in
de 2e of 3e ruimte
(zie blz. 122).
C DMPORT
Voor aansluiting van
een Sony DIGITAL
MEDIA PORT-
adapter (zie blz. 31).
wordt vervolgd
16
NL
* Door een televisiescherm aan te sluiten op de HDMI
OUT- of MONITOR OUT-aansluiting, kunt u de
beelden van de gekozen ingangsbron bekijken (zie
blz. 28). U kunt deze receiver bedienen via GUI
(Graphical User Interface) (zie blz. 47).
D ANTENNA-gedeelte
FM
ANTENNA-
aansluiting
Voor aansluiting van
de meegeleverde
FM-draadantenne
(zie blz. 45).
AM
ANTENNA-
aansluiting
Voor aansluiting van
de meegeleverde
AM-raamantenne
(zie blz. 45).
XM-aansluiting Voor aansluiting van
de XM Mini Tuner
en Home Dock (niet
meegeleverd) (zie
blz. 73).
(alleen VS/Canadees model)
SIRIUS-
aansluiting
Voor aansluiting van
een SiriusConnect
Home tuner (niet
meegeleverd) (zie
blz. 73).
(alleen VS/Canadees model)
E COMPONENT VIDEO INPUT/
OUTPUT-gedeelte
Y, P
B
/C
B
, P
R
/
C
R
IN/OUT*-
aansluitingen
Voor aansluiting van
een dvd-speler, een
televisie of een
satellietontvanger
(zie blz.28, 40, 41).
F RS-232C-aansluitpoort
Voor onderhoud en
service.
G AUDIO INPUT/OUTPUT-gedeelte
AUDIO IN/
OUT-
aansluitingen
Voor aansluiting van
een cassettedeck of
MD-deck, enz. (zie
blz.31, 34).
MULTI
CHANNEL
INPUT-
aansluitingen
Voor aansluiting van
een Super Audio
CD-speler of een
dvd-speler met een
analoge audio-
aansluiting voor 7.1
of 5.1 kanaalsgeluid
((zie blz. 33)).
PRE OUT-
aansluitingen
Voor aansluiting van
een externe
eindversterker.
H
VIDEO/AUDIO INPUT/OUTPUT-gedeelte
AUDIO IN/
OUT-
aansluitingen
Voor aansluiting van
een videorecorder of
een dvd-speler, etc.
(zie blz.28, 40, 41,
42).
VIDEO IN/
OUT*-
aansluitingen
AUDIO OUT-
aansluitingen
VIDEO OUT-
aansluiting
Voor aansluiting van
een component in de
2e of 3e ruimte (zie
blz. 91).
ZONE 2
VIDEO OUT-
aansluiting
RJ-45-aansluiting
om een videosignaal
naar het apparaat in
de 2e ruimte te
sturen.Gebruik een
CAT5-kabel voor de
aansluiting. Voor
gepersonaliseerde
installatie.
Raadpleeg uw dealer
voor meer informatie
over het gebruik van
deze aansluiting.
Opgelet
Gebruik deze
aansluiting niet voor
een Ethernet LAN-
aansluiting. Anders
kan een storing
worden veroorzaakt.
(alleen VS/Canadees model)
EXT VIDEO
IN-aansluiting
Voor aansluiting op
het apparaat voor
weergave in het PIP
(Picture in Picture)-
venster.
I SPEAKERS-gedeelte
Voor aansluiting van
de luidsprekers (zie
blz. 26).
17
NL
U kunt met de meegeleverde
afstandsbediening de receiver en de Sony
audio-/videoapparatuur bedienen die aan de
afstandsbediening zijn toegewezen.
Hoofdafstandsbediening
(RM-AAL013/RM-AAL014)
De afstandsbediening RM-AAL013 is alleen
meegeleverd met het VS/Canadese model en
de afstandsbediening RM-AAL014 alleen met
het Europese model. De afstandsbediening
RM-AAL013 is afgebeeld. Verschillen in
bediening zijn duidelijk aangegeven in de
tekst, bijvoorbeeld "Alleen Europees model".
Afstandsbediening
wordt vervolgd
18
NL
Naam Functie
A AV ?/1 (aan/
wachtstand)
Druk op de toets voor het in- of
uitschakelen van de audio-/
videoapparatuur die met deze
afstandsbediening bediend kan
worden (zie blz. 139).
Door tegelijkertijd op de
toetsen ?/1 (2) te drukken,
wordt de receiver en andere
Sony-apparatuur (SYSTEM
STANDBY) uitgezet.
Opmerking
De functie van de AV ?/1-
schakelaar wisselt automatisch
als u op de ingangtoets drukt
(5).
B ?/1 (aan/
wachtstand)
Druk op de toets om de receiver
in of uit te schakelen.
Als 2e of 3e ruimte is
geselecteerd, wordt alleen de
eerste receiver met deze toets
in- of uitgeschakeld. Druk, voor
het uitschakelen van alle
apparatuur en met inbegrip van
een versterker in 2de of 3de
ruimte, gelijktijdig op de
toetsen ?/1 en AV ?/1 (1)
(SYSTEM STANDBY).
Stroom besparen in de
wachtstand.
Wanneer "Control for HDMI"
(zie blz. 128) en "RS-232C
Control" (zie blz. 129) zijn
ingesteld op "OFF".
C ZONE Druk op de toets om de
bediening van apparatuur in de
2e of 3e ruimte te schakelen (zie
blz. 91).
D AMP Druk op de toets om de receiver
te bedienen (zie blz. 47).
E Ingangtoet-
sen
Druk op één van de toetsen om
het gewenste apparaat te kiezen.
Door een druk op één van de
ingangtoetsen wordt de receiver
ingeschakeld. De toetsen zijn
vanaf de fabriek ingesteld om
Sony-apparatuur te bedienen
(zie blz. 60). U kunt de
afstandsbediening met behulp
van het stappenplan in
"Programmeren van de
afstandsbediening" (zie
blz. 139) programmeren om
apparatuur van een ander merk
dan Sony te bedienen.
F TV INPUT Druk op TV (wf) en vervolgens
op TV INPUT om het
ingangssignaal van een TV te
selecteren.
G WIDE Druk op TV (wf) en vervolgens
herhaaldelijk op WIDE om de
breedbeeldfunctie te gebruiken.
H D.TUNING Druk op SHIFT (wg) en
vervolgens hierop om de directe
afstemfunctie te gebruiken (zie
blz. 68, 75).
I CLEAR Druk op SHIFT (wg) en
vervolgens hierop
voor het ongedaan maken
van een foutieve invoer zoals
het drukken op een verkeerde
cijfertoets.
voor het terugkeren naar
continue weergave, enz. van
de satellietontvanger of dvd-
speler.
J ENT/MEM Druk op SHIFT (wg) en
vervolgens op ENT/MEM om
een waarde in te voeren na het
selecteren van een kanaal, disc
of track met behulp van de
cijfertoetsen of om een zender
op te slaan tijdens het gebruik
van de tuner.
K MOVIE Indrukken om het geluidsveld
voor films te selecteren (zie
blz. 87).
L MUSIC Indrukken om het geluidsveld
voor muziek te selecteren (zie
blz. 85).
Naam Functie
19
NL
M NIGHT
MODE
Druk op AMP (4) en
vervolgens op NIGHT MODE
om de NIGHT MODE-functie
te activeren (zie blz. 108).
N HDMI
OUTPUT
Druk op de toets om het
uitgangssignaal te kiezen naar
het apparaat dat is aangesloten
op HDMI OUT (zie blz. 36).
O GUI MODE Druk om de displayfunctie van
het menu te wisselen tussen
GUI MODE (om het menu weer
te geven op het tv-scherm) en
DISPLAY MODE (om het
menu weer te geven op het
displayscherm).
P
V/v/B/b
Druk op V /v/B/b om de
menuonderdelen te selecteren.
Druk daarna op om de keuze
in te voeren.
Q OPTIONS
TOOLS
Druk op de toets om de
onderdelen van het optiemenu
voor de receiver, dvd-speler of
Blu-ray Disc-speler weer te
geven of te selecteren.
R MENU
HOME
Indrukken om het menu voor de
bediening van audio-/
videoapparatuur of een TV
weer te geven.
S m/M
a)
x
a)
X
a)
N
a) b)
./>
a)
Indrukken voor het bedienen
van de dvd-speler, de Blu-ray
Disc-speler, cd-speler,
minidisc-recorder of
cassettedeck, of onderdelen die
zijn aangesloten op de
DIGITAL MEDIA PORT-
adapter enz.
CATEGORY
MODE
(alleen VS/
Canadees
model)
Indrukken om de
categoriemodus voor
satellietontvanger te selecteren.
TUNING +/– Indrukken om een zender te
selecteren.
T PRESET
+
b)
/–
Druk op de toets om FM/AM/
satellietzenders op te slaan of
voorkeurzenders te selecteren.
TV CH +
b)
/– Druk op TV (wf) en vervolgens
op TV CH + /– om de televisie,
satellietontvanger,
videorecorder, enz. te bedienen.
Naam Functie
U F1/F2 Druk op BD of DVD (5) en
druk vervolgens op F1 of F2 om
een apparaat te selecteren.
HDD/DISC combo
F1: HDD
F2: DVD disc, Blu-ray Disc
DVD/VHS combo
F1: DVD disc, Blu-ray Disc
F2: VHS
INPUT
MODE
Druk op AMP (4), en druk
dan op INPUT MODE om het
ingangsignaal te selecteren als
dezelfde apparaten zijn
aangesloten op zowel digitale
als analoge aansluitingen (zie
blz. 104).
SLEEP Druk op de toets AMP (4) en
daarna op de toets SLEEP voor
het inschakelen van de
slaaptimer en het instellen van
de tijdsduur, waarna de receiver
automatisch uitgeschakeld
wordt (zie blz. 107).
V RM SET UP Druk op de toets om de
afstandsbediening in te stellen
(zie blz. 110).
W THEATER Indrukken om Theater mode in
en uit te schakelen wanneer de
receiver is aangesloten op
apparatuur met "BRAVIA"
Sync.
X TV Indrukken om een
televisietoestel te bedienen.
Y SHIFT Druk op de toets om de
toetsverlichting in te schakelen.
Door activeren van de toetsen
met het roze opschrift wordt de
bedieningsfunctie van de
afstandsbediening veranderd.
Naam Functie
wordt vervolgd
20
NL
Z Cijfertoet-
sen
Druk op SHIFT (wg) en
vervolgens hierop
voor het programmeren van
of het afstemmen op een
voorkeurzender.
voor het selecteren van de
tracknummers van de cd-
speler, dvd-speler, Blu-ray
Disc-speler of minidisc-
recorder. Druk op -/-- (wj)
om track 10 te kiezen.
voor het kiezen van de
kanaalnummers van de
videorecorder of
satellietontvanger.
Nadat u op de toets TV (wf)
hebt gedrukt, drukt u op de
cijfertoetsen om de
televisiezenders te kiezen.
wj -/-- Indrukken voor het selecteren
van
tracknummers, hoger dan 10,
van de videorecorder,
satellietontvanger, cd-speler
of minidisc-recorder.
kanaalnummers van de
digitale
kabeltelevisieaansluiting.
wk A.F.D. Indrukken om het geluidsveld
te selecteren (zie blz. 82).
wl 2CH/
A.DIRECT
Druk om het geluidsveld te
selecteren of om de audio van
het geselecteerde ingangsignaal
naar analoog signaal te
schakelen zonder enige
aanpassing (zie blz. 81).
e;
RESOLUTION
Druk herhaaldelijk op
RESOLUTION voor het
wijzigen van de resolutie van de
signalen die worden uitgevoerd
via de HDMI OUT- of
COMPONENT VIDEO
MONITOR OUT-aansluiting.
Naam Functie
ea PIP Druk op PIP om de
beeldweergave van het PIP
(Picture in Picture)-venster te
veranderen. Het beeld van het
PIP-venster is afkomstig van de
EXT VIDEO IN-aansluiting. U
kunt de positie van het
hoofdscherm en het PIP-venster
wisselen door op (qh) te
drukken.
Opmerking
Wanneer HDMI-ingang is
geselecteerd op het
hoofdscherm, kan de positie
van het hoofdscherm en het
PIP-venster niet worden
omgewisseld.
es DISPLAY Druk op de toets om de
informatie te selecteren die
wordt weergegeven op het
display of op het
televisiescherm aangesloten op
de videorecorder,
satellietontvanger, cd-speler,
dvd-speler, Blu-ray Disc-speler
of minidiscrecorder.
Opmerking
Druk in de GUI MODE op deze
toets om het menu op het
televisiescherm te laten
verschijnen.
ed RETURN/
EXIT O
Druk op de toets om terug te
keren naar het vorige menu of
om het menu te verlaten, als dit
menu of het on-screen-menu
van de videorecorder, dvd-
speler, of satellietontvanger op
het televisiescherm
weergegeven wordt.
ef CATEGORY
+/–
(alleen VS/
Canadees
model)
Indrukken om de categorie voor
satellietontvanger te selecteren.
B·/·b Druk op de toets om een album
te selecteren.
eg DISC SKIP Druk bij gebruik van een disc-
wisselaar op de toets om een
disc over te slaan.
Naam Functie
21
NL
a)
Zie de tabel op blz. 137 voor informatie over de
toetsen die u kunt gebruiken bij de bediening van
elke component.
b)
Op deze toetsen is een voelbaar puntje aangebracht
(TV/5, N, PRESET +/TV CH +). Gebruik de
voelbare puntjes als herkenning bij de bediening.
Opmerkingen
Afhankelijk van het model kunnen bepaalde hier
beschreven functies eventueel niet werken.
Bovenstaande omschrijving is slechts een
voorbeeld. Afhankelijk van het apparaat is
bovenstaande bediening eventueel niet mogelijk of
kan ze verschillen van wat hier beschreven is.
Afstandsbediening 2e/3e ruimte
(RM-AAP027)
Deze afstandsbediening is bedoeld voor de 2e/
3e ruimte (zie blz. 91).
eh MASTER
VOL +/
Druk op de toetsen om
gelijktijdig het geluidsniveau
van alle luidsprekers bij te
regelen.
TV VOL +/– Druk op TV (wf) en vervolgens
op TV VOL +/– om het
volumeniveau van de televisie
aan te passen.
ej MUTING Druk op de toets om tijdelijk het
geluid uit te schakelen. Druk
opnieuw op de toets om het
geluid te herstellen.
ek BD/DVD/
TOP MENU,
MENU
Druk op de toets om de menu's
van de dvd-speler op het
televisiescherm af te beelden.
Gebruik daarna V/v /B/b en
om een menu te bedienen.
MACRO1,
MACRO2
Druk op AMP (4) en druk dan
op MACRO 1 of MACRO 2 om
de macrosturing te activeren
(zie blz. 143).
Naam Functie
wordt vervolgd
22
NL
Naam Functie
A AV ?/1 (aan/
wachtstand)
Druk op de toets voor het in- of
uitschakelen van de audio-/
videoapparatuur die met deze
afstandsbediening bediend kan
worden (zie blz. 139).
Druk ?/1 (2) tegelijk in om de
receivers in de eerste ruimte, 2e
ruimte en 3e ruimte, alsook alle
andere Sony apparatuur uit te
schakelen (SYSTEM
STANDBY).
Opmerking
De functie van de AV ?/1-
schakelaar wisselt automatisch
als u op de ingangtoets drukt
(4).
B ?/1 (aan/
wachtstand)
Indrukken om de receiver in de
2e of 3e ruimte in of uit te
schakelen.
Druk AV ?/1 (1) tegelijk in
om de receivers in de eerste
ruimte, 2e ruimte en 3e ruimte,
alsook alle andere Sony
apparatuur uit te schakelen
(SYSTEM STANDBY).
C ZONE Druk op de toets om de
bediening van apparatuur in de
2e of 3e ruimte te activeren (zie
blz. 91).
D Ingangtoet-
sen
Druk op één van de toetsen om
het gewenste apparaat te kiezen.
Om de toetsen met roze namen
te gebruiken, drukt u eerst op de
toets SHIFT (qk). Door een
druk op één van de
ingangtoetsen wordt de receiver
ingeschakeld. De toetsen zijn
vanaf de fabriek ingesteld om
Sony-apparatuur te bedienen
(zie blz. 98). U kunt de
afstandsbediening met behulp
van het stappenplan in
"Programmeren van de
afstandsbediening" (zie
blz. 139) programmeren om
apparatuur van een ander merk
dan Sony te bedienen.
E ENTER Druk op de toets om het, met de
cijfertoetsen gekozen, nummer
van een kanaal, disc of track in
te voeren.
F PICTURE Druk deze toets herhaaldelijk in
om de beschikbare
televisiebeeldstanden te
doorlopen.
G FAVORITES nmaal indrukken om de
opgeslagen lijst van favoriete
televisiezenders weer te geven.
H F1/F2 Druk op BD of DVD (4) en
druk vervolgens op F1 of F2 om
een apparaat te selecteren.
HDD/DISC combo
F1: HDD
F2: DVD disc, Blu-ray Disc
DVD/VHS combo
F1: DVD disc, Blu-ray Disc
F2: VHS
Opmerking
De F1/F2-functie werkt niet
voor videoapparatuur zonder
opnamefunctie.
I GUIDE Indrukken om een gidslijst van
de dvd-speler of
satellietontvanger op het
televisiescherm te laten
verschijnen.
J
V/v/B/b
Druk op V/v/B/b om de menu
items voor 2e/3e ruimte te
selecteren. Druk vervolgens op
om de selectie te
bevestigen.
K OPTIONS
TOOLS
Druk op de toets om de
onderdelen van het optiemenu
voor de receiver, dvd-speler of
Blu-ray Disc-speler weer te
geven of te selecteren.
L MENU
HOME
Indrukken op het menu voor de
bediening van audio-/
videoapparatuur of een TV
weer te geven.
M m/M
a)
x
a)
X
a)
N
a) b)
./>
a)
Indrukken voor het bedienen
van de dvd-speler, de Blu-ray
Disc-speler, cd-speler,
minidisc-recorder of
cassettedeck, of onderdelen die
zijn aangesloten op de
DIGITAL MEDIA PORT-
adapter enz.
Naam Functie
23
NL
a)
Zie de tabel op blz. 138 voor informatie over de
toetsen die u kunt gebruiken bij de bediening van
elke component.
b)
Op deze toetsen is een voelbaar puntje aangebracht
(SAT/5, N, PRESET +/TV CH +). Gebruik de
voelbare puntjes als herkenning bij de bediening.
N PRESET
+
b)
/–
Druk op de toets om FM/AM/
satellietzenders op te slaan of
voorkeurzenders te selecteren.
TV CH +
b)
/– Druk op TV (qj) en vervolgens
op TV CH + /– om de televisie,
satellietontvanger,
videorecorder, enz. te bedienen.
O RM SET UP Druk op de toets om de
afstandsbediening in te stellen.
P TV ?/1 Druk op de toets om de televisie
in of uit te schakelen.
Q TV Indrukken om een
televisietoestel te bedienen.
R SHIFT Druk op de toets om de
toetsverlichting in te schakelen.
Door activeren van de toetsen
met het roze opschrift wordt de
bedieningsfunctie van de
afstandsbediening veranderd.
S WIDE Druk herhaaldelijk op de toets
om de breedbeeldfunctie te
gebruiken.
T TV INPUT Druk op TV (qj) en vervolgens
op TV INPUT om het
ingangssignaal van een TV te
selecteren.
U BD/DVD
TOP MENU,
MENU
Druk op de toets om de menu's
van de dvd-speler op het
televisiescherm af te beelden.
Gebruik daarna V/v /B/b en
om een menu te bedienen.
V DISPLAY Druk op de toets om de
informatie te selecteren die
wordt weergegeven op het
display of op het
televisiescherm aangesloten op
de videorecorder,
satellietontvanger, cd-speler,
dvd-speler, Blu-ray Disc-speler
of minidiscrecorder.
Opmerking
Druk in de GUI-functie op deze
toets om het menu op het tv-
scherm te laten verschijnen.
Naam Functie
W RETURN/
EXIT O
Druk op de toets om terug te
keren naar het vorige menu of
om het menu te verlaten, als dit
menu of het on-screen-menu
van de videorecorder, dvd-
speler, of satellietontvanger op
het televisiescherm
weergegeven wordt.
X B·/·b Druk op de toets om een album
te selecteren.
Y DISC SKIP Druk bij gebruik van een disc-
wisselaar op de toets om een
disc over te slaan.
Z MASTER
VOL +/
Druk op de toetsen om
gelijktijdig het geluidsniveau
van alle luidsprekers in de 2e/3e
ruimte bij te regelen.
TV VOL +/– Druk op TV (qj) en vervolgens
op TV VOL +/– om het
volumeniveau van de televisie
in de 2e/3e ruimte aan te passen.
wj MUTING Druk op de toets om tijdelijk het
geluid uit te schakelen. Druk
opnieuw op de toets om het
geluid te herstellen.
Naam Functie
24
NL
1: Luidsprekers installeren
Deze receiver biedt aansluitmogelijkheden voor weergave via een 7.1-kanaals luidsprekersysteem
(7 luidsprekers en een subwoofer).
Om te genieten van levensechte meerkanaals
geluidsweergave heeft u vijf gewone
luidsprekers nodig (twee voorluidsprekers,
een middenluidspreker en twee
achterluidsprekers) plus een subwoofer (in
totaal 5.1 kanalen).
Voorbeeld van een 5.1-kanaals
luidsprekersysteemconfiguratie
AVoorluidspreker (L)
BVoorluidspreker (R)
CMiddenluidspreker
DAchterluidspreker (L)
EAchterluidspreker (R)
HSubwoofer
De meest indrukwekkende hifi-weergave van
dvd's of Blu-ray Disc software met Surround
EX-geluid verkrijgt u door toevoeging van een
extra middenachterluidspreker (voor 6.1
kanalen) of twee middenachterluidsprekers
(voor 7.1 kanalen).
Voorbeeld van een 7.1-kanaals
luidsprekersysteemconfiguratie
AVoorluidspreker (L)
BVoorluidspreker (R)
CMiddenluidspreker
DAchterluidspreker (L)
EAchterluidspreker (R)
FMiddenachterluidspreker (L)
GMiddenachterluidspreker (R)
HSubwoofer
Voorbereidingen
Genieten van een 5.1/7.1-
kanaals luidsprekersysteem
25
NL
Voorbereidingen
Tips
De plaatsingshoeken A behoren gelijk te zijn.
Als u een 6.1-kanaals luidsprekersysteem aansluit,
plaats de middenachterluidspreker dan recht achter
uw zitplaats.
Aangezien de weergave van de subwoofer niet
richtingsgevoelig is, kunt u die luidspreker
opstellen waar u maar wilt.
26
NL
2: Luidsprekers aansluiten
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
AVoorluidspreker A (L)
BVoorluidspreker A (R)
CMiddenluidspreker
DSubwoofer
b)
EMiddenachterluidspreker (L)
c)
FMiddenachterluidspreker (R)
c)
GAchterluidspreker (L)
HAchterluidspreker (R)
a)
Als u een aanvullend
voorluidsprekersysteem heeft, sluit deze dan
aan op de FRONT SPEAKERS B-
aansluitingen. U kunt het
voorluidsprekersysteem dat u wilt gebruiken
selecteren met de SPEAKERS-schakelaar
(OFF/A/B/A+B) op het voorpaneel (zie
blz. 50).
HG F
BAD
E
C
A
B
FRONT SPEAKERS
B-aansluitingen
a)
A Mono audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
B Luidsprekersnoeren (niet meegeleverd)
BB
B
27
NL
Voorbereidingen
b)
Wanneer u een subwoofer met een
automatische standby-functie hebt
aangesloten, moet u deze functie
uitschakelen tijdens het bekijken van films.
Bij ingeschakelde functie voor automatische
standby kan de subwoofer, gebaseerd op het
niveau van het ingangssignaal, in de
standby-stand gezet worden zodat er geen
geluidsweergave meer is.
c)
Als u een enkele middenachterluidspreker
aansluit, moet u het snoer daarvan aansluiten
op de SURROUND BACK SPEAKERS L-
luidsprekeruitgangen.
Opmerkingen
Bij aansluiting van alleen luidsprekers met een
nominale impedantie van 8 ohm of hoger, stelt u
"Impedance" in het Speaker-instelmenu in op
"8 Ω". Bij aansluiting van andere luidsprekers
moet u dit instellen op "4 Ω". Voor nadere
bijzonderheden, zie "8: De luidsprekers instellen"
(zie blz. 48).
Voordat u het netsnoer aansluit, dient u ervoor te
zorgen dat de metalen draden van de
luidsprekersnoeren elkaar niet raken tussen de
SPEAKERS-aansluitingen.
Tip
Om bepaalde luidsprekers aan te sluiten op een
andere eindversterker gebruikt u de PRE OUT-
aansluitingen. Hetzelfde signaal wordt uitgevoerd
via zowel de SPEAKERS-aansluitingen als de PRE
OUT-aansluitingen. Als u bijvoorbeeld alleen de
voorluidsprekers wilt aansluiten op een andere
versterker, verbindt u die versterker dan met de PRE
OUT FRONT L en R-aansluitingen.
ZONE 2-aansluiting
U kunt de SURROUND BACK SPEAKERS-
aansluitingen E en F toekennen aan de
luidsprekers van ruimte 2. Stel "Sur Back
Assign" in op "ZONE2" in het Speaker-
instelmenu.
Raadpleeg "Gebruik van de multi-
zonefunctie" (zie blz. 91) voor nadere
bijzonderheden over de aansluiting en
bediening van apparatuur in ruimte 2.
28
NL
3: Het aansluiten van de monitor
Door een televisiescherm aan te sluiten op HDMI OUT of MONITOR OUT, kunt u de beelden van
de gekozen ingangsbron bekijken. U kunt deze receiver bedienen via een GUI (Graphical User
Interface).
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio- en video-aansluitkabels aan in
overeenstemming met de aansluitingen van uw apparatuur.
TV-scherm
AB
A Optisch digitale kabel (niet meegeleverd)
B Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
C Video-aansluitkabel (niet meegeleverd)
D Componentvideo-aansluitkabel (niet meegeleverd)
E HDMI-kabel (niet meegeleverd)
Audiosignalen
CD E
Videosignalen
29
NL
Voorbereidingen
Opmerkingen
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
Sluit beeldschermapparatuur zoals een
televisiescherm of een videoprojector aan op de
MONITOR VIDEO OUT-aansluiting van de
receiver. Opname is eventueel niet mogelijk, ook al
heeft u opnameapparatuur aangesloten.
Schakel de receiver in als beeld en geluid van het
weergaveapparaat, via de receiver, uitgevoerd
worden naar de televisie. Als de receiver niet is
ingeschakeld, wordt er geen beeld en geluid
doorgegeven.
Het beeld op het televisiescherm kan, afhankelijk
van de aansluiting van de antenne op de televisie,
vervormd zijn. Plaats in dat geval de antenne uit de
buurt van de receiver.
Tips
Deze receiver is voorzien van een functie om
videosignalen om te zetten. Voor nadere
bijzonderheden, zie "Opmerkingen over het
omzetten van videosignalen" (zie blz. 44).
Als de televisie-uitgangsaansluiting van het
geluidssignaal verbonden is met de TV IN-
aansluitingen van de receiver, wordt het geluid van
het televisietoestel weergegeven via de
luidsprekers die op de receiver aangesloten zijn.
Stel bij deze aansluiting de televisie-
uitgangsaansluiting van het geluidssignaal in op
"Fixed" als er een keuzemogelijkheid is tussen
"Fixed" of "Variable".
De screen saver wordt geactiveerd als het GUI-
menu wordt weergegeven op het televisiescherm
en er geen bediening heeft plaatsgevonden
gedurende 15 minuten.
30
NL
4a: De audio-apparatuur aansluiten
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u allerlei
apparatuur kunt aansluiten op deze receiver.
Voordat u hiermee begint, neemt u eerst even
de lijst met "Aan te sluiten apparatuur"
hieronder door, om te zien op welke bladzijden
de aanwijzingen staan voor het aansluiten van
de betreffende apparaten.
Nadat u al uw apparatuur hebt aangesloten,
kunt u doorgaan met de volgende stap "5: De
antennes aansluiten" (zie blz. 45).
Het aansluiten van uw
apparatuur
Aan te sluiten apparatuur Blz.
Super Audio CD-
speler/cd-speler
Met digitaal audio-
uitgangsignaal
31
Met meerkanaals
audio-uitgangsignaal
33
Met alleen analoog
audio-uitgangsignaal
34
MD-speler Met digitaal audio-
uitgangsignaal
31
Met alleen analoog
audio-uitgangsignaal
34
Cassettedeck, analoge platenspeler 34
31
NL
Voorbereidingen
De volgende afbeelding laat zien hoe u Super Audio CD-speler, cd-speler en een MD-recorder en
DIGITAL MEDIA PORT-adapter moet aansluiten.
Opmerkingen
Bij het aansluiten van de optisch digitale kabel
steekt u de stekkers recht in de aansluitbussen tot
ze vastklikken.
Let op dat de optische digitale kabels niet geknikt
of sterk gebogen worden.
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
Houd rekening met de volgende
voorzorgsmaatregelen om de DIGITAL MEDIA
PORT-adapter los te koppelen.
Verwijder de DIGITAL MEDIA PORT-adapter
nadat u de kabel hebt verwijderd wanneer er
kabels zijn aangesloten op de COMPONENT
VIDEO-aansluiting.
Verwijder de DIGITAL MEDIA PORT-adapter
door in de zijkanten van de stekker te knijpen
om de vergrendeling op te heffen.
Apparatuur met digitale audio-ingangsaansluitingen/audio-
uitgangsaansluitingen
Super Audio CD-
speler, cd-speler
Minidiscrecorder
A
A Optisch digitale kabel (niet meegeleverd)
B Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
C Coaxiaal digitale kabel (niet meegeleverd)
DIGITAL MEDIA PORT-
adapter
BBC
wordt vervolgd
32
NL
Tip
Alle digitale audio-aansluitingen zijn compatibel
met bemonsteringsfrequenties van 32 kHz,
44,1 kHz, 48 kHz, 88,2 kHz en 96 kHz.
Opmerkingen bij het afspelen
van een Super Audio CD met
een Super Audio CD-speler
Er wordt geen geluid uitgevoerd bij de
weergave van een Super Audio CD op een
Super Audio CD-speler die alleen is
aangesloten op de COAXIAL SA-CD/CD
IN-aansluiting van deze receiver. Wanneer u
een Super Audio CD afspeelt, moet u de
speler aansluiten op de MULTI CHANNEL
INPUT- of SA-CD/CD IN-aansluitingen.
Zie tevens de gebruiksaanwijzing die
meegeleverd is met de Super Audio CD-
speler.
Sluit een speler die DSD-signalen kan
uitvoeren van de HDMI-aansluiting aan op
de receiver met een HDMI-kabel.
U kunt geen digitale opnamen maken van
een Super Audio CD.
Bij het aansluiten van de optisch digitale
kabel steekt u de stekkers recht in de
aansluitbussen tot ze vastklikken.
Let op dat de optische digitale kabels niet
geknikt of sterk gebogen worden.
Als u verscheidene digitale
apparaten wilt aansluiten, maar
er geen ingangsaansluiting
voor vrij heeft
Zie "Beeld/geluid van andere ingangen (Input
Assign)" (zie blz. 105).
33
NL
Voorbereidingen
Als uw dvd-speler, Blu-ray Disc-speler of Super Audio CD-speler is voorzien van meerkanaals
uitgangsaansluitingen, dan kunt u die verbinden met de MULTI CHANNEL INPUT-aansluitingen
van deze receiver, om zo te genieten van meerkanaals geluidsweergave. Bovendien kunt u op deze
meerkanaals ingangsaansluitingen ook een extern, meerkanaals decodeerapparaat aansluiten.
Opmerkingen
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
Dvd-spelers, Blu-ray Disc-spelers en Super Audio
CD-spelers hebben mogelijk geen SURROUND
BACK-aansluitingen.
Wanneer "Sur Back Assign" is ingesteld op "BI-
AMP" of "ZONE2" in het Speaker-instelmenu, is
de invoer van de SUR BACK-aansluitingen
ongeldig.
Audio-ingangsignalen van de MULTI CHANNEL
INPUT-aansluitingen worden niet uitgevoerd naar
een van de audio-uitgangsaansluitingen. De
signalen kunnen niet worden opgenomen.
Aansluiten van apparatuur met meerkanaals uitgangsaansluitingen
Dvd-speler,
Blu-ray Disc-speler,
Super Audio CD-speler,
enz.
A
B
A Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
B Mono audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
34
NL
De volgende afbeelding laat zien hoe u apparatuur met analoge audio-aansluitingen, zoals een
cassettedeck, platenspeler, enz., moet aansluiten.
Opmerkingen
Als uw platenspeler een aardingsdraad heeft,
verbind die dan met de (U) SIGNAL GND-
aansluiting.
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
Apparatuur met analoge audio-aansluitingen
Super
Audio CD-
speler, cd-
speler
Platenspeler
A
Cassettedeck
A Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
A
A
Minidiscrecorder
A
35
NL
Voorbereidingen
4b: De video-apparatuur aansluiten
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u allerlei
apparatuur kunt aansluiten op deze receiver.
Voordat u hiermee begint, neemt u eerst even
de lijst met "Aan te sluiten apparatuur"
hieronder door, om te zien op welke bladzijden
de aanwijzingen staan voor het aansluiten van
de betreffende apparaten.
Nadat u al uw apparatuur hebt aangesloten,
kunt u doorgaan met de volgende stap "5: De
antennes aansluiten" (zie blz. 45).
De beeldkwaliteit is afhankelijk van de
gebruikte aansluiting. Raadpleeg volgende
afbeelding. Kies de aansluiting die
overeenkomt met de aansluitingen van uw
apparatuur.
Het aansluiten van uw
apparatuur
Aan te sluiten apparatuur Blz.
TV-scherm 28
Met HDMI-aansluiting 36
Dvd-speler, Blu-ray Disc-speler 40
Satellietontvanger, set-top box 41
Dvd-recorder, videorecorder 42
Videocamera, spelcomputer, enz. 42
Video-ingangsaansluitingen/
uitgangsaansluitingen die
moeten worden gebruikt
Hoge beeldkwaliteit
Digitaal Analoog
36
NL
HDMI is de afkorting voor High-Definition
Multimedia Interface. Het is een interface voor
digitale transmissie van geluid- en
beeldsignalen.
HDMI-functies
De digitale audiosignalen uitgezonden door
HDMI kunnen worden uitgevoerd door de
luidsprekers en de PRE OUT-aansluitingen
op deze receiver. Dit signaal ondersteunt
Dolby Digital, DTS, DSD en lineaire PCM.
Lineaire PCM (bemonsteringsfrequentie van
minder dan 192 kHz) met digitale
audiosignalen met maximaal 8 kanalen,
kunnen met deze receiver worden ontvangen
met behulp van de HDMI IN-aansluiting.
Analoge videosignalen ingevoerd via de
VIDEO-aansluiting of COMPONENT
VIDEO-aansluitingen, kunnen worden
uitgevoerd als HDMI-signalen.
Audiosignalen worden niet uitgevoerd via
een HDMI OUT-aansluiting als het beeld is
omgezet.
Deze receiver ondersteunt DSD transmissie
(Super Audio CD), uitgebreid door HDMI
ver1.2.
Deze receiver ondersteunt High Bitrate
Audio (DTS-HD Master Audio, Dolby
TrueHD), Deep Color en xvYCC-
transmissie, uitgebreid door HDMI ver1.3.
De HDMI-aansluitingen van deze receiver
ondersteunen de Controle voor HDMI-
functie. De HDMI OUT B-aansluiting
ondersteunt de Controle voor HDMI-functie
echter niet.
HDMI IN 5 is de ingang die wordt gebruikt
voor kwaliteitsgeluid. Gebruik ingang IN 5
wanneer u een hogere geluidskwaliteit nodig
hebt. U kunt ook de IN 5-aansluiting op
dezelfde manier gebruiken als de HDMI
IN 1 tot en met IN 4 en HDMI IN 6-
aansluitingen.
Apparatuur met HDMI-
aansluitingen
37
NL
Voorbereidingen
Genieten van meerkanaals
televisiegeluid
U kunt meerkanaals televisiegeluid beluisteren
via de luidsprekers die zijn aangesloten op de
receiver.
Verbind de OPTICAL-uitgangsaansluiting van
de televisie met de OPTICAL IN-aansluiting
van de receiver.
Tip
Verbind met minstens één van de audio-
aansluitkabels (B of C).
Dvd-speler Satellietontvanger/set-top box Blu-ray Disc-speler, PS3™,
recorder met een vaste schijf
A
A HDMI-kabel (niet meegeleverd)
Wij raden u aan om een Sony HDMI-kabel te gebruiken.
B Optisch digitale kabel (niet meegeleverd)
C Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
Audio-/
videosignalen
Audio-/
videosignalen
Audio-/
videosignalen
Televisiescherm, projector, enz.
Audiosignalen
AA
A
Audio-/
video-
signalen
Naar TV
OPTICAL IN-
aansluitingen
CB
Projector, enz.
Audio-/
video-
signalen
A
wordt vervolgd
38
NL
Opmerkingen over het
aansluiten van kabels
Wij raden u aan een HDMI-kabel met het
HDMI-logo te gebruiken (gemaakt door
Sony) voor de HDMI-aansluiting die
overeenkomt met een hoge snelheid (een
kabel met HDMI versie 1.3a, categorie 2)
wanneer u beelden weergeeft of geluid
beluistert tijdens een Deep Color-
transmissie of wanneer u een videobeeld van
1080p of hoger bekijkt.
Wij adviseren u geen HDMI-DVI-
conversiekabel te gebruiken. Als u een
HDMI-DVI-conversiekabel aansluit op een
DVI-D-apparaat, wordt mogelijkerwijs het
beeld en/of het geluid niet uitgevoerd. Sluit
andere audiokabels of digitale
aansluitkabels aan, en stel vervolgens "Input
Assign" in het menu Input-Option, als het
geluid niet goed wordt uitgevoerd.
Voordat u de kabels aansluit, moet u het
netsnoer loskoppelen.
Opmerkingen bij HDMI-
aansluitingen
Controleer de instellingen van het
aangesloten apparaat als de beeldkwaliteit
slecht is of het geluid niet wordt
voortgebracht door een apparaat aangesloten
met de HDMI-kabel.
Audiosignalen ingevoerd via de HDMI IN-
aansluiting worden uitgevoerd via de
luidspreker-uitgangsaansluiting, de HDMI
OUT-aansluiting en de PRE OUT-
aansluitingen. Ze worden niet uitgevoerd via
enige andere audio-aansluitingen.
Videosignalen ingevoerd in de HDMI IN-
aansluiting kunnen uitsluitend worden
uitgevoerd via de HDMI OUT-aansluiting.
De video-ingangsignalen kunnen niet
worden uitgevoerd via de VIDEO OUT-
aansluitingen of MONITOR VIDEO OUT-
aansluitingen.
De audio- en videosignalen van HDMI-
invoer worden niet uitgevoerd door de
HDMI OUT-aansluiting zolang het receiver-
menu wordt weergegeven.
Als u naar het geluid wilt luisteren via de
luidspreker van de televisie, stelt u in het
HDMI -instelmenu het menuonderdeel
"Audio Out" in op "TV+AMP". Als het
wordt ingesteld op "AMP", wordt het geluid
niet uitgevoerd over de televisieluidspreker.
Zorg ervoor dat de receiver is ingeschakeld
wanneer video- en audio-signalen van een
weergaveapparaat worden uitgevoerd naar
een televisie via deze receiver. Alleen als de
receiver is ingeschakeld, worden de video-
en audiosignalen doorgegeven.
Audiosignalen (bemonsteringsfrequentie,
bitlengte, enz.) die worden uitgevoerd via
een HDMI-aansluiting, kunnen door het
aangesloten apparaat worden onderdrukt.
Controleer de instellingen van het
aangesloten apparaat als de beeldkwaliteit
slecht is of het geluid niet wordt
voorgebracht door een apparaat aangesloten
met de HDMI-kabel.
Het geluid kan worden onderbroken
wanneer de bemonsteringsfrequentie, het
aantal kanalen of het audioformaat van de
audio-uitgangssignalen van de
weergavecomponent wordt omgeschakeld.
Als het aangesloten apparaat niet compatibel
is met copyrightbeschermingstechnologie
(HDCP), kan het beeld en/of het geluid
vanuit de HDMI OUT-aansluiting vervormd
zijn of niet worden uitgevoerd.
In dat geval moet u de specificaties van het
aangesloten apparaat nakijken.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van ieder
aangesloten apparaat voor verdere
informatie.
U kunt alleen genieten van High Bitrate
Audio (DTS-HD Master Audio, Dolby
TrueHD), DSD, meerkanaals lineaire PCM
met een HDMI-aansluiting.
Stel de beeldresolutie van de speler hoger in
dan 720p/1080i om te genieten van High
Bitrate Audio (DTS-HD Master Audio,
Dolby TrueHD).
De beeldresolutie van de speler zal mogelijk
bepaalde instellingen nodig hebben voordat
u kunt genieten van DSD en meerkanaals
39
NL
Voorbereidingen
lineaire PCM. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van de speler.
Niet elk HDMI-apparaat ondersteunt alle
functies die zijn gedefinieerd door de
opgegeven HDMI-versie. Apparaten die
bijvoorbeeld HDMI, ver. 1.3a ondersteunen,
zullen mogelijk Deep Color niet
ondersteunen.
40
NL
De volgende afbeelding laat zien hoe u een dvd-speler, Blu-ray Disc-speler moet aansluiten.
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio- en video-aansluitkabels aan in
overeenstemming met de aansluitingen van uw apparatuur.
* Als u een apparaat aansluit dat is uitgerust met een
OPTICAL-aansluiting, moet u "Input Assign"
instellen in het invoermenu.
Opmerkingen
• Voor uitvoer van multikanaals digitaal geluid, moet
u de instelling voor de digitale audio-uitgang op de
dvd-speler, Blu-ray Disc-speler maken. Zie tevens
de gebruiksaanwijzing die is meegeleverd met de
dvd-speler, Blu-ray Disc-speler.
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
Een dvd-speler, Blu-ray Disc-speler aansluiten
Dvd-speler, Blu-ray Disc-speler
ABC
A Optisch digitale kabel (niet
meegeleverd)
B Coaxiale digitale kabel (niet
meegeleverd)
C
Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
D
Video-aansluitkabel (niet meegeleverd)
E Componentvideo-aansluitkabel (niet
meegeleverd)
D
Audiosignalen Videosignalen
E
41
NL
Voorbereidingen
De volgende afbeelding laat zien hoe u een satellietontvanger, set-top box moet aansluiten.
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio- en video-aansluitkabels aan in
overeenstemming met de aansluitingen van uw apparatuur.
Opmerking
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
Aansluiten van een satellietontvanger, set-top box
Satellietontvanger, set-top box
AB C D
A Optisch digitale kabel (niet meegeleverd)
B Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
C Video-aansluitkabel (niet meegeleverd)
D Componentvideo-aansluitkabel (niet meegeleverd)
Audiosignalen Videosignalen
42
NL
De volgende afbeelding laat zien hoe u apparatuur met analoge aansluitingen, zoals een dvd-
recorder, videorecorder, enz., moet aansluiten.
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio- en video-aansluitkabels aan in
overeenstemming met de aansluitingen van uw apparatuur.
Apparatuur met analoge video- en audioaansluiting
Dvd-recorder, videorecorder
AB
Audiosignalen Videosignalen
A Audio-aansluitkabel (niet meegeleverd)
B Video-aansluitkabel (niet meegeleverd)
43
NL
Voorbereidingen
Functie voor omzetting van videosignalen
Deze receiver is voorzien van een functie om videosignalen om te zetten.
Composietvideosignalen kunnen worden uitgevoerd als HDMI-video- en
componentvideosignalen.
Componentvideosignalen kunnen worden uitgevoerd als HDMI-video- en videosignalen.
Initieel worden videosignalen ingevoerd van aangesloten apparatuur uitgevoerd naar de HDMI
OUT- of MONITOR OUT-aansluitingen zoals de onderstaande tabel laat zien.
Wij raden aan om de video-omzettingsfunctie in te stellen volgens de schermresolutie.
Voor nadere bijzonderheden over de functie videosignaalomzetting, zie " Video-instellingen"
(zie blz. 125).
a: Videosignalen worden uitgevoerd.
: Videosignalen worden niet uitgevoerd.
Naar de VIDEO 2 IN/
PORTABLE AV IN-
aansluitingen
C Audio/video-aansluitkabel
(niet meegeleverd)
Videocamera,
videospelcomputer
Opmerking
Voordat u de snoeren aansluit moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
C
Verwijder de afdekplaat.
HDMI OUT A B
COMPONENT VIDEO
MONITOR OUT
MONITOR VIDEO OUT
HDMI IN 1/2/3/4/5/6 a ––
VIDEO IN aa a
COMPONENT VIDEO IN aa a
INPUT-aansluiting
OUTPUT-aansluiting
wordt vervolgd
44
NL
Opmerkingen over het omzetten
van videosignalen
Als deze receiver videosignalen van een
videorecorder enz. omzet, en daarna voor
weergave afgeeft aan uw televisie, kan
afhankelijk van de toestand van het
videosignaal, de beeldweergave op het
televisiescherm horizontale storingen
bevatten of niet mogelijk zijn.
HDMI-videosignalen kunnen niet worden
omgezet naar componentvideosignalen of
videosignalen.
De omgezette videosignalen worden niet
uitgevoerd via de VIDEO OUT 1-
aansluitingen.
Bij weergave door een videorecorder met
beeldverbeteringselektronica, zoals TBC,
kan het beeld vervormd zijn of niet worden
uitgevoerd. Schakel in dat geval de
beeldverbeteringselektronica uit.
De resolutie van de signalen die worden
uitgevoerd via de COMPONENT VIDEO
MONITOR OUT-aansluitingen, wordt
omgezet naar 1080i. De resolutie van de
signalen die worden uitgevoerd via de
HDMI OUT-aansluiting, wordt omgezet
naar 1080p.
COMPONENT VIDEO MONITOR OUT-
aansluitingen zijn gelimiteerd in de resolutie
bij omzetting van de resolutie van
videosignalen, voorzien van een
copyrightbeschermingstechnologie. De
resolutie van de signalen uitgevoerd via de
COMPONENT VIDEO MONITOR OUT-
aansluitingen bedraagt maximaal 480p. De
HDMI OUT-aansluiting hebben geen
beperkingen van de resolutie.
Videosignalen waarvan de resolutie is
omgezet, kunnen niet uitgevoerd worden via
de COMPONENT VIDEO MONITOR
OUT-aansluitingen of de HDMI OUT-
aansluitingen. De videosignalen worden
uitgevoerd via de HDMI OUT-aansluitingen
als ze allebei zijn aangesloten.
Stel "Resolution" in op "AUTO" of "480i/
576i" in het Video-instelmenu om de
videosignalen van de MONITOR VIDEO
OUT en COMPONENT VIDEO
MONITOR OUT-aansluitingen uit te voeren
als ze allebei zijn aangesloten.
Weergave van Closed Caption
(alleen VS/Canadees model)
Stel "Resolution" in op "DIRECT" in het
Video-instelmenu bij ontvangst van een
signaal dat Closed Captions ondersteunt.
Gebruik dezelfde kabels voor de ingang-/
uitgangsignalen.
Opmerking
Closed Caption verschijnt niet in zone 2.
Opnameapparatuur aansluiten
Bij het opnemen dient u het opname-apparaat
aan te sluiten op de VIDEO OUT-
aansluitingen van de receiver. Gebruik voor de
aansluiting van de ingangs- en
uitgangssignaalkabels dezelfde type
aansluitingen, aangezien de VIDEO OUT-
aansluitingen niet voorzien zijn van een
upsampler.
Opmerking
Het is mogelijk dat videosignalen, uitgevoerd via de
HDMI OUT- of MONITOR OUT-aansluitingen,
niet op de juiste wijze opgenomen worden.
45
NL
Voorbereidingen
5: De antennes aansluiten
Sluit de meegeleverde AM-raamantenne en de FM-draadantenne aan.
* De vorm van de aansluitstekker kan verschillend
zijn voor de diverse landcodes.
Opmerkingen
Om te voorkomen dat de AM-raamantenne
stoorsignalen opvangt, moet u deze uit de buurt
houden van de receiver en andere apparatuur.
Strek de FM-draadantenne tot zijn volle lengte uit.
Na aansluiten van de FM-draadantenne moet u die
zo horizontaal mogelijk leiden.
Voordat u de snoeren aansluit, moet u er zeker van
zijn dat u het netsnoer loskoppelt.
FM-draadantenne (meegeleverd)
AM-raamantenne
(meegeleverd)
46
NL
6: De receiver en
afstandsbediening
voorbereiden
Sluit het bijgeleverde netsnoer aan op de AC
IN-netstroomingang van de receiver en steek
dan de netstekker in een wandstopcontact.
Opmerkingen
Voordat u het netsnoer aansluit, dient u ervoor te
zorgen dat de metalen draden van de
luidsprekersnoeren elkaar niet raken tussen de
SPEAKERS-aansluitingen.
Sluit het netsnoer stevig aan.
Er blijft tussen de stekker en het achterpaneel
een beetje ruimte vrij, ook al is de stekker
stevig in het apparaat gestoken. Het is de
bedoeling dat de aansluitkabel op deze manier
aangesloten wordt. Dit is geen defect.
Opmerkingen (alleen VS/Canadees model)
De AC OUTLET-aansluiting achteraan op de
receiver is een geschakelde uitlaat die het
aangesloten apparaat alleen voedt wanneer de
receiver is ingeschakeld.
Zorg ervoor dat het totale vermogen van de
apparatuur die is aangesloten op AC OUTLET van
de receiver niet hoger ligt dan de waarde die
vermeld staat op het achterpaneel. Gebruik deze
aansluiting niet voor huishoudelijke apparatuur
met hoog vermogen zoals strijkijzers, ventilatoren
noch televisies. Dit kan defecten veroorzaken.
Voordat u de receiver voor het eerst in gebruik
neemt, moet u het apparaat initialiseren door
de volgende procedure te volgen. Deze
procedure moet ook worden gevolgd om de
instellingen die u hebt gemaakt terug te stellen
op de fabrieksinstellingen.
1 Druk op de toets POWER om de
receiver uit te schakelen.
2 Houd POWER ingedrukt terwijl
u TONE MODE indrukt en HDMI
IN om de receiver aan te zetten.
3 Laat TONE MODE en HDMI IN
na een paar seconden los.
Nadat "MEMORY CLEARING..." een
tijdje op het display verschijnt, verschijnt
"MEMORY CLEARED.".
Alle instellingen die u heeft veranderd of
aangepast, worden gereset naar de
oorspronkelijke waarden.
Het netsnoer aansluiten
AC IN-netstroomingang
Naar het
wandstopcontact
AC OUTLET
(alleen VS/
Canadees model)
Netsnoer
(meegeleverd)
Oorspronkelijke instellingen
maken
POWER
TONE MODE HDMI IN
47
NL
Voorbereidingen
Plaats twee R6 (formaat AA) batterijen in de
hoofdafstandsbediening en de
afstandsbediening voor zone 2/zone 3.
Let bij het plaatsen van de batterijen op de
juiste richting van de polen.
Opmerkingen
Leg de afstandsbediening niet in een erg warme of
vochtige omgeving.
Gebruik geen nieuwe en oude batterijen samen.
Gebruik geen combinatie van mangaanbatterijen
met een ander batterijtype.
Stel de infraroodontvanger niet bloot aan direct
zonlicht of andere lichtbronnen. Anders kan een
storing worden veroorzaakt.
Als u van plan bent om de afstandsbediening voor
langere duur niet te gebruiken, moet u de batterijen
verwijderen om eventuele schade door lekkage van
batterijen en corrosie te voorkomen.
Wanneer u de batterijen vervangt, kunnen de
geprogrammeerde afstandsbedieningscodes gewist
worden. Als dat gebeurt, programmeert u de
afstandsbedieningscodes opnieuw (zie blz. 139).
Tip
Als de afstandsbediening niet meer functioneert,
moeten alle batterijen door nieuwe worden
vervangen.
7: Weergave van het GUI -
menu op het televisiescherm
U kunt functies selecteren of instellingen van
de receiver wijzigen via het GUI-menu op het
televisiescherm. Volg de onderstaande
procedure om de instellingen te verrichten via
het GUI-menu op het televisiescherm.
Tip
Zie "Bediening zonder aansluiting op een televisie"
(zie blz. 130) om de receiver te bedienen zonder
aansluiting op een televisie.
1 Sluit een televisiescherm aan
op deze receiver.
Voor nadere bijzonderheden, zie "3: Het
aansluiten van de monitor" (zie blz. 28).
2 Schakel de receiver en het
televisietoestel in.
3 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
De batterijen in de
afstandsbediening plaatsen
?/1
AMP
MENU
GUI
MODE
wordt vervolgd
48
NL
4 Druk op GUI MODE.
Nadat "GUI MODE ON" is verschenen in
het displayscherm van de receiver,
verschijnt "GUI MODE".
Het receivermenu verschijnt op het
televisiescherm.
Tip
U kunt de taal van het GUI-menu op het
televisiescherm kiezen (Engels, Spaans, Frans en
Duits). Voor nadere bijzonderheden, zie
" System-instellingen" (zie blz. 129).
Het menu sluiten
Druk op MENU.
8: De luidsprekers instellen
Stel de juiste impedantie van de gebruikte
luidsprekers in.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
De luidsprekerimpedantie
instellen
AMP
V/v/b,
MENU
49
NL
Voorbereidingen
3 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om " Settings" te
selecteren en druk dan op
of b.
De Settings-menulijst verschijnt op het
televisiescherm.
4 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om "Speaker" te
selecteren en druk dan op
of b.
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
"Impedance" te selecteren en
druk dan op .
6 Druk herhaaldelijk op V/v om
"4 Ω" of "8 Ω" te selecteren,
afhankelijk van de luidsprekers
die u gebruikt, en druk daarna
op .
De gekozen parameter wordt ingevoerd.
Het menu sluiten
Druk op MENU.
Opmerkingen
Zie tevens de gebruiksaanwijzing van uw
luidsprekers als u niet zeker bent van hun
impedantie. (Deze informatie is veelal op de
achterzijde van de luidspreker te vinden.)
Bij aansluiting van alleen luidsprekers met een
nominale impedantie van 8 ohm of hoger, moet u
"Impedance" instellen op "8 Ω". Bij aansluiting
van andere luidsprekers moet u dit instellen op
"4 Ω".
Als u voorluidsprekers aansluit op zowel de
SPEAKERS A als B-aansluitingen, sluit u
luidsprekers aan met een nominale impedantie van
8 ohm of hoger.
Voor de luidsprekerconfiguraties "A" en "B"
met luidsprekers met een nominale impedantie
van 16 ohm of hoger:
Stel "Impedance" in op "8 Ω" in het Speaker-
instelmenu.
Voor gebruik van overige luidsprekers in een
ander voorluidsprekersysteem:
Stel "Impedance" in op "4 Ω" in het Speaker-
instelmenu.
50
NL
U kunt kiezen welk stel voorluidsprekers u
wilt gebruiken.
Selecteer met behulp van de
SPEAKERS-schakelaar het stel
voorluidsprekers dat u wilt
gebruiken.
Opmerking
Deze instelling is niet beschikbaar wanneer de
hoofdtelefoon is aangesloten op de receiver.
9: Automatisch
kalibreren van de juiste
luidsprekeropstelling
(Auto Calibration)
De DCAC (Digital Cinema Auto Calibration)-
functie stelt u in staat het systeem automatisch
in te stellen door bijvoorbeeld te controleren of
de luidsprekers goed op de receiver zijn
aangesloten, het instellen van het
volumeniveau van de luidsprekers en het
automatisch bepalen van de afstand van de
luidsprekers ten opzichte van de zitpositie.
Voordat u "Auto Calibration" uitvoert, moet u
de luidsprekers eerst plaatsen en aansluiten
(zie blz.24-27).
De AUTO CAL MIC-aansluiting wordt
alleen gebruikt voor de meegeleverde
optimaliseringsmicrofoon. Sluit geen andere
microfoon op deze aansluiting aan. Als dat
toch gebeurt, kunnen de receiver en de
microfoon beschadigd raken.
Tijdens de meting komt er erg hard geluid uit
de luidsprekers. Het volume van het geluid
kan niet worden ingesteld. Pas op voor de
aanwezigheid van kinderen en de overlast
voor de buren.
Zorg ervoor dat, tijdens het uitvoeren van
een meting, de omgeving stil is ter
voorkoming van ruis en om een
nauwkeuriger meetresultaat te verkrijgen.
Als er tussen de optimaliseringsmicrofoon
en de luidsprekers obstakels zijn kan "Auto
Calibration" niet op de juiste wijze
uitgevoerd worden. Verwijder elk obstakel
uit het meetgebied om meetfouten te
voorkomen.
Als u een twee versterkeraansluiting
gebruikt, stelt u "Sur Back Assign" in op
"BI-AMP" in het Speaker-instelmenu
Het voorluidsprekersysteem
kiezen
Stel in op Voor weergave via
A De luidsprekers die zijn
aangesloten op de FRONT
SPEAKERS A-
luidsprekeruitgangen.
B De luidsprekers die zijn
aangesloten op de FRONT
SPEAKERS B-
luidsprekeruitgangen.
A+B De luidsprekers die zijn
aangesloten op zowel de
FRONT SPEAKERS A als de B
-luidsprekeruitgangen (parallel
doorverbonden).
OFF Geen weergave via de
luidspreker-aansluitingen of de
PRE OUT-aansluitingen.
SPEAKERS-schakelaar
Voordat u "Auto Calibration"
uitvoert
51
NL
Voorbereidingen
voordat u een automatische kalibratie
uitvoert.
Opmerkingen
Als hoofdtelefoons zijn aangesloten, werkt de
functie Auto Calibration niet.
Schakel de functie MUTING uit als deze is
ingesteld op aan.
1 Sluit de meegeleverde
optimaliseringsmicrofoon aan
op de AUTO CAL MIC-
aansluiting.
2 Stel de
optimaliseringsmicrofoon op.
Plaats de optimaliseringsmicrofoon op de
zitpositie. Gebruik een kruk of een statief
om ervoor te zorgen dat de
optimaliseringsmicrofoon zich op
oorhoogte bevindt. Richt het L-uiteinde
van de optimaliseringsmicrofoon naar de
linkervoorluidspreker en het R-uiteinde
naar de rechtervoorluidspreker.
Opmerking
Als u de optimaliseringsmicrofoon in het
midden van de twee luidsprekers plaatst en de
hoek tussen de twee luidsprekers te klein is,
kan de optimaliseringsmicrofoon de linker- en
rechterluidsprekers niet correct meten.
Opstellen van de actieve
subwoofer
Als een subwoofer is aangesloten, schakelt u
de subwoofer in en verhoogt u het
volumeniveau van tevoren. Draai de
MASTER VOLUME-knop tot vlak voor de
middenstand.
Als de aangesloten subwoofer is voorzien
van een kantelfrequentiefunctie, moet u
hiervoor de maximale waarde instellen.
Als de aangesloten subwoofer is voorzien
van een functie voor automatische standby,
moet u deze functie uitschakelen.
Opmerking
Afhankelijk van de eigenschappen van de gebruikte
subwoofer, kan de instelwaarde van de afstand
groter zijn dan de daadwerkelijke waarde.
De receiver als voorversterker
gebruiken
U kunt de functie "Auto Calibration" uitvoeren
als de receiver gebruikt wordt als
voorversterker.
In dat geval kan de op het display weergegeven
waarde van de afstand verschillen van de
daadwerkelijke waarde. Dit levert echter geen
problemen op als u deze waarde met de
receiver blijft gebruiken.
Met de functie "Auto Calibration" kunt u het
volgende meten:
Luidsprekeraansluitingen
a)
Luidsprekerpolariteit
Luidsprekerafstand
b)
Luidsprekerhoek
b)
Luidsprekergrootte
b)
Luidsprekerniveau
Frequentiekarakteristieken
c)
Optimaliseringsmicrofoon
"Auto Calibration" uitvoeren
wordt vervolgd
52
NL
a) Deze receiver corrigeert alleen de signalen voor
de middenluidspreker en subwoofer door middel
van analoog downmixen als meerkanaals invoer
is geselecteerd. Het corrigeren werkt niet voor
andere luidsprekers.
b) Het meetresultaat wordt niet gebruikt wanneer
meerkanaals invoer is geselecteerd.
c) • Signalen met een bemonsteringsfrequentie van
meer dan 96 kHz worden altijd weergegeven in
44,1 kHz of 48 kHz.
Het meetresultaat wordt niet gebruikt in de
volgende gevallen.
–De meerkanaalsingang is geselecteerd.
–"Als de functie "2ch Analog Direct" wordt
gebruikt .
Het meetresultaat wordt niet gebruikt bij
ontvangst van Dolby TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om " Settings" te
selecteren en druk dan op
of b.
De Settings-menulijst verschijnt op het
televisiescherm.
4 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om "Auto
Calibration" te selecteren en
druk dan op of b.
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
"Quick Setup" te selecteren en
druk dan op .
Het scherm waarin u het meetitem kunt
kiezen verschijnt.
AMP
V/v/B/b,
MENU
53
NL
Voorbereidingen
6 Druk herhaaldelijk op V/v en
om de onderdelen af te vinken
die u niet wilt meten, en druk
vervolgens op b.
Het bevestigingsscherm waarin u wordt
gevraagd of u klaar bent om de meting te
starten, verschijnt.
7 Druk op om "Start" te
selecteren.
De meting start na vijf seconden.
Na beëindiging van de meting klinkt er
een geluidssignaal en de meetresultaten
verschijnen op het televisiescherm.
8 Druk op om "Next" te
selecteren.
"Save auto calibration (auto speaker
setup)?" verschijnt. Volg de procedure in
"De meetresultaten opslaan" (zie blz. 54)
om de meetresultaten op te slaan.
Zie "Lijst van meldingen na een
automatische-kalibratiemeting" (zie
blz. 55) wanneer er een waarschuwing of
foutcode op het scherm verschijnt.
Opmerking
Als de luidspreker(s) uit fase is (zijn), verschijnt de
melding "Out Phase" op het televisiescherm. De
aansluitingen "+" en "–" van de luidspreker zijn
waarschijnlijk verkeerd om aangesloten.
Afhankelijk van de luidsprekers, kan de melding
"Out Phase" op het televisiescherm verschijnen, ook
al zijn de luidsprekers correct aangesloten. Dit is te
wijten aan de luidsprekerspecificaties. In dat geval
kunt u doorgaan met het gebruik van de receiver.
Tips
Met uitzondering van het in-/uitschakelen van de
receiver, zijn alle andere bedieningsfuncties niet
beschikbaar tijdens het uitvoeren van de meting.
• In de volgende gevallen komen de metingen niet op
de juiste wijze tot stand of kan "Auto Calibration"
niet uitgevoerd worden.
bij gebruik van speciale luidsprekers, zoals
dipoolluidsprekers.
als de functie 2e/3e ruimtes gebruikt wordt in de
2e/3e ruimte.
De afstanden worden voor de modellen bestemd
voor de Verenigde Staten en Canada in feet
aangegeven. Voor de modellen bestemd voor
andere landen/wordt de afstand in meter
aangegeven. U kunt de eenheid waarin de
afstanden aangegeven worden veranderen met
"Distance Unit" (Eenheid van afstand) in het
Speaker-instelmenu.
Om de meting te annuleren
Bij wijziging van het volumeniveau, de
schakelfuncties, wijziging van de instelling
van de SPEAKERS-schakelaar, of bij
aansluiting van een hoofdtelefoon, wordt de
functie meting geannuleerd.
54
NL
Om de meetresultaten bekomen in ""Auto
Calibration" uitvoeren" (zie blz. 51) op te
slaan, gaat u als volgt tewerk.
1 Druk op B/b om "Yes" te
selecteren in stap 8 van "Auto
Calibration uitvoeren" en druk
vervolgens op .
Het kalibratiekeuzescherm verschijnt.
2 Druk herhaaldelijk op V/v om
het auto-kalibratietype te
selecteren en druk dan op .
De meetresultaten worden opgeslagen.
3 Druk op b.
Het afsluitscherm verschijnt.
4 Druk op .
Opmerkingen
Na de weergave van de resultaten van een
compensatie voor een frequentiekenmerk, worden
signalen met een bemonsteringsfrequentie van
meer dan 96 kHz altijd weergegeven in 44,1 kHz of
48 kHz.
In de volgende gevallen wordt de uitkomst van de
frequentiebereikmeting niet gebruikt.
De meerkanaalsingang is geselecteerd.
"Als de functie "2ch Analog Direct" wordt
gebruikt .
• Het meetresultaat wordt niet gebruikt bij ontvangst
van Dolby TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz.
Tip
De grootte van een luidspreker (LARGE/SMALL)
wordt bepaald door de lage karakteristieken. De
meetresultaten kunnen variëren, afhankelijk van de
positie van de optimaliseringsmicrofoon en de
luidsprekers en de vorm van de ruimte. Het wordt
aangeraden om de meetresultaten te gebruiken. U
kunt echter deze instellingen veranderen in het
Speaker-instelmenu. Zorg eerst dat de
meetresultaten opgeslagen worden en probeer
daarna, indien gewenst, de instellingen te
veranderen.
De meetresultaten opslaan
Parameter Uitleg
Full Flat Hiermee wordt de vlakke
frequentie van elke
luidspreker gemeten.
Engineer Stelt de frequentie zodanig
in dat deze overeenkomt
met een van de frequenties
van een luisterruimte
volgens de Sony-norm.
Front Reference Past de karakteristieken van
elke luidspreker zodanig
aan dat deze overeenkomen
met de karakteristieken van
de voorluidsprekers.
OFF Schakelt Auto Calibration
EQ uit.
55
NL
Voorbereidingen
Wanneer er in stap 8 van ""Auto Calibration"
uitvoeren" (zie blz. 51) een waarschuwing of
foutcode verschijnt, moet u de oorzaak zoeken
en automatische kalibratie herhalen.
1 Druk op B/b om "Yes" te
selecteren en druk vervolgens
op wanneer "Error occurred
during calibration, press to
investigate." op het scherm
verschijnt.
Controleer de meetresultaten en breng de
nodige correcties aan.
2 Druk op B/b om "Retry" te
selecteren en druk dan op .
3 Herhaal stap 6 tot 8 van ""Auto
Calibration" uitvoeren" (zie
blz. 51).
Meetresultaten met een
foutmelding opslaan zonder te
corrigeren
1
Druk op B/b om "No" te selecteren en
druk vervolgens op wanneer "Error
occurred during calibration, press to
investigate." op het scherm verschijnt.
2 Volg de procedure onder "De
meetresultaten opslaan" (zie blz. 54)
om de meetresultaten op te slaan.
Lijst van meldingen na een automatische-kalibratiemeting
De Auto Calibration-resultaten
controleren
Display Uitleg
Code 30 Hoofdtelefoon is aangesloten. Verwijder de hoofdtelefoon en voer de automatische kalibratie
opnieuw uit.
Code 31 SPEAKERS (OFF/A/B/A+B) is ingesteld op OFF. Kies een andere instelling en voer
opnieuw de meting uit.
Code 32 Geen enkele luidspreker werd aangetroffen. Zorg ervoor dat de optimaliseringsmicrofoon op
juiste wijze is aangesloten en voer opnieuw de meting uit.
Als de optimalisatiemicrofoon op de juiste wijze is aangesloten maar de foutcode verschijnt,
kan de kabel van de optimalisatiemicrofoon beschadigd of verkeerd aangesloten zijn.
Code 33 Geen enkele voorluidspreker is aangesloten of slechts een voorluidspreker is aangesloten.
De optimalisatiemicrofoon is niet aangesloten.
De linker of de rechter achterluidspreker is niet aangesloten.
De middenachterluidsprekers zijn aangesloten, ook al zijn de achterluidsprekers niet
aangesloten. Sluit de achterluidspreker(s) op de SURROUND-aansluitingen aan.
De middenachterluidspreker is alleen aangesloten op de SURROUND BACK SPEAKERS
R-aansluitingen. Als u slechts een middenachterluidspreker aansluit, moet u deze
aansluiten op de SURROUND BACK SPEAKERS L-aansluiting.
Code 34 De luidsprekers zijn niet op de juiste wijze opgesteld. Luidsprekers of een
optimalisatiemicrofoon kunnen links en rechts verkeerd geplaatst zijn. Zie "1: Luidsprekers
installeren" (zie blz. 24) en controleer de opstelling van de luidsprekers.
Warning 40 De meting is afgerond. Het ruisniveau is echter hoog. Misschien lukt het u om bij een
volgende poging de meting correct uit te voeren, ook al kan de meting niet in elke omgeving
tot stand komen. Probeer de meting uit te voeren in een stille omgeving.
Warning 41
Warning 42
De microfooninvoer is te sterk.
De afstand tussen luidspreker en microfoon is mogelijk te klein.
Plaats ze verder uiteen en verricht de meting opnieuw.
Het volume is mogelijk te hoog wanneer de receiver wordt gebruikt als voorversterker.
wordt vervolgd
56
NL
Tip
Afhankelijk van de plaats van de subwoofer, kunnen
de meetresultaten m.b.t. de polariteit verschillen. Dit
levert echter geen problemen op als u deze waarde
met de receiver blijft gebruiken.
Warning 43 De afstand en plaats van een subwoofer kan niet vastgesteld worden. Of de plaatsingshoek
van de luidspreker kan niet vastgesteld worden. Dit kan veroorzaakt zijn door
omgevingslawaai. Probeer de meting uit te voeren in een stille omgeving.
Warning 44 De meting is voltooid. De luidsprekers zijn echter niet op de juiste positie ten opzichte van
elkaar geplaatst. Raadpleeg "1: Luidsprekers installeren" (zie blz. 24) en controleer de
onderlinge positie van de luidsprekers.
NO WARNING Er is geen waarschuwinformatie.
---------- Er zijn geen luidsprekers aangesloten.
Display Uitleg
57
NL
Voorbereidingen
Gebruik van het
schermdisplay
U kunt het receivermenu weergeven op het
televisiescherm en de functie kiezen door op
V/v/B/b en op de afstandsbediening te
drukken.
Om het menu van de receiver op het
televisiescherm te laten verschijnen, moet u
controleren of de receiver in de stand "GUI
MODE" staat zoals beschreven onder "7:
Weergave van het GUI -menu op het
televisiescherm" (zie blz. 47).
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
het gewenste menu te
selecteren en druk vervolgens
op of b om over te
schakelen naar de
menumodus.
Een lijst met menuonderdelen verschijnt
op het televisiescherm.
Bijvoorbeeld: Als u " Input" kiest
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
het menuonderdeel te kiezen
dat u wilt instellen en druk
vervolgens op om het te
openen.
5 Herhaal stap 3 en 4 om de
gewenste parameter te
selecteren.
Terugkeren naar het vorige
scherm
Druk op RETURN/EXIT O.
Het menu sluiten
Druk op MENU.
Gebruik van het menu
AMP
V/v/b,
MENU
RETURN/
EXIT O
OPTIONS
GUI
MODE
wordt vervolgd
58
NL
"GUI MODE" sluiten
Druk op GUI MODE. "GUI MODE OFF"
verschijnt en u kunt de receiver bedienen
via het menu in het displayvenster van de
receiver.
Overzicht van de hoofdmenu's
Wanneer u op OPTIONS drukt, verschijnen de
optiemenu's voor het geselecteerde
hoofdmenu. U kunt een aanverwante functie
selecteren zonder het menu opnieuw te
selecteren.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
een menu te selecteren en druk
vervolgens op of b om over
te schakelen naar de
menumodus.
Een lijst met menuonderdelen verschijnt
op het televisiescherm.
Bijvoorbeeld: Als u " Input" kiest
4 Druk op OPTIONS terwijl de lijst
met menuonderdelen wordt
weergegeven.
Het optiemenu verschijnt.
Menusymbool Beschrijving
Input Hiermee selecteert u het
apparaat dat is aangesloten
op de receiver (zie blz. 60).
Music Hiermee selecteert u de
muziek van het audio-
apparaat dat is aangesloten
op de DIGITAL MEDIA
PORT-adapter (zie blz. 62).
Video Hiermee selecteert u de
beelden van het video-
apparaat dat is aangesloten
op de DIGITAL MEDIA
PORT-adapter (zie blz. 62).
FM/AM/XM/
SIRIUS
Hiermee selecteert u de
ingebouwde FM/AM radio
of aangesloten
satellietontvanger (zie
blz. 67, 71).
Settings U kunt de instellingen van
luidsprekers, surround effect,
equalizer, audio, video en
andere apparatuur
aangesloten op de HDMI-
aansluitingen regelen (zie
blz. 113).
Gebruik van de optiemenu's
59
NL
Voorbereidingen
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
een optiemenuonderdeel te
selecteren en druk dan op .
6 Druk herhaaldelijk op V/v om
de parameter te selecteren en
druk dan op .
Het menu sluiten
Druk op MENU.
60
NL
Beeld/geluid van het
apparaat aangesloten op
de receiver
1
Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om " Input" te
selecteren en druk dan op
of b.
Een lijst met menuonderdelen verschijnt
op het televisiescherm.
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
het apparaat te selecteren en
druk dan op .
Het menuscherm verdwijnt en het
weergavescherm van de externe
ingangsbron verschijnt.
5 Schakel het apparaat in en start
de weergave.
6 Druk op MASTER VOL +/– om
het volume te regelen.
Weergave
MASTER
VOL
MUTING
AMP
OPTIONS
MENU
V/v/B/b,
Gekozen
ingangsbron
Geschikte
apparaten
Video1,
Video2
VIDEO 1, 2
Videorecorder e.d.
aangesloten op VIDEO
1 of VIDEO 2.
BD Blu-ray Disc Speler e.d.
aangesloten op BD.
DVD Dvd-speler e.d.
aangesloten op DVD.
SAT Satellietontvanger e.d.
aangesloten op SAT.
TV Televisie aangesloten
op TV.
TAPE Cassettedeck e.d.
aangesloten op TAPE.
MD MD deck e.d.
aangesloten op MD.
SA-CD/CD Super Audio CD- of cd-
speler e.d. aangesloten
op SA-CD/CD.
Phono
Draaitafel e.d.
aangesloten op PHONO.
MULTI IN Apparaat aangesloten
op MULTI CHANNEL
INPUT.
HDMI1, 2, 3,
4, 5, 6
HDMI apparaten
aangesloten op HDMI1,
HDMI2, HDMI3,
HDMI4, HDMI5 of
HDMI6.
61
NL
Weergave
Tips
• U kunt het volume ook anders regelen, afhankelijk
van de snelheid waarmee u de MASTER
VOLUME-knop draait.
Om het volume snel harder of zachter te zetten:
draai de knop snel.
Voor fijnafstelling: draai de knop langzaam.
U kunt het volume anders regelen afhankelijk van
de tijdsduur waarop u de MASTER VOL +/–-knop
op de afstandsbediening ingedrukt houdt.
Om het volume snel harder of zachter te zetten:
houd de knop ingedrukt.
Voor fijnafstelling: druk de knop in en laat deze
onmiddellijk los.
De dempingsfunctie inschakelen
Druk op de toets MUTING van de
afstandsbediening. Om de demping op te
heffen en weer geluid te horen, drukt u nog een
keer op de toets MUTING van de
afstandsbediening of op MASTER VOL + om
het geluid harder te zetten.
Beschadiging van luidsprekers
voorkomen
Zet het volume zachter voordat u de receiver
uitschakelt.
U kunt een zelfgekozen naam van maximaal 8
letters voor ingangsbronnen invoeren en deze
weergeven.
Hiermee kunt u handig aangeven welk
apparaat met welke aansluiting verbonden is.
1 Druk herhaaldelijk op V/v op
het " Input"-scherm om de
ingangsbron te kiezen die u wilt
benoemen.
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
"Name Input" te selecteren en
druk dan op .
Op het beeldscherm verschijnt een
softwarematig toetsenbord.
4 Druk op V/v/B/b om een
letterteken te selecteren en
druk dan op .
5 Druk op V/v/B/b om "Finish" te
selecteren en druk dan op .
Uw gekozen naam wordt opgeslagen.
De ingevoerde naam annuleren
Druk op V/v/B/b om "Cancel" te
selecteren en druk dan op .
Wanneer u " Input" selecteert, kunt u de
aanduidingen wijzigen.
1 Druk herhaaldelijk op V/v op
het " Input"-scherm om de
ingangsbron te kiezen.
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
"List Mode" te selecteren en
druk dan op .
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
de gewenste aanduiding te
selecteren en druk dan op .
Input Assign
De naam van de ingangsbron en de
toegekende aansluiting verschijnen in
een lijst.
Sound Field
Naam ingangsbron en gekozen
geluidsveld voor de ingangsbron
verschijnen in een lijst.
•A/V Sync
Naam ingangsbron en vertraging
ingesteld via het "A/V Sync"-menu
verschijnen in een lijst.
Ingangsbron benoemen (Name
Input)
Omschakelen van de
aanduidingen op het display
(List Mode)
62
NL
Beeld/geluid van
apparaten aangesloten
op de DIGITAL MEDIA
PORT
De DIGITAL MEDIA PORT is bedoeld voor
beeld- en geluidsweergave van draagbare
audio-apparatuur of een computer met behulp
van een DIGITAL MEDIA PORT-adapter.
Beschikbare DIGITAL MEDIA PORT-
adapters verschillen in elk gebied.
Voor nadere bijzonderheden over het
aanpassen van de DIGITAL MEDIA PORT-
adapter, zie "Apparatuur met digitale audio-
ingangsaansluitingen/audio-
uitgangsaansluitingen" (zie blz. 31).
Sony biedt de volgende DIGITAL MEDIA
PORT-adapters aan:
TDM-BT1 Bluetooth™ Wireless Audio
Adapter
TDM-NW1/NW10 DIGITAL MEDIA
PORT Adapter
TDM-NC1 Wireless Network Audio Client
TDM-iP1/iP10/iP50 DIGITAL MEDIA
PORT Adapter
TPM-MP10 DIGITAL MEDIA PORT
Adapter
De DIGITAL MEDIA PORT-adapter is een
optioneel product.
Opmerkingen
Sluit geen andere adapter aan dan de DIGITAL
MEDIA PORT-adapter.
Voordat u de DIGITAL MEDIA PORT-adapter
afsluit, dient u de receiver met de
afstandsbediening uit te zetten.
• Sluit geen DIGITAL MEDIA PORT-adapter aan of
af van de receiver als het systeem aan staat.
Afhankelijk van het type DIGITAL MEDIA
PORT-adapter, worden ook beelden uitgevoerd.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" Music" of " Video" te
selecteren en druk dan op
of b.
MASTER
VOL
AMP
MENU
V/v/b,
63
NL
Weergave
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
"DMPORT1," "DMPORT2" of
een apparaat dat is
aangesloten op de DIGITAL
MEDIA PORT-adapter te
selecteren en druk vervolgens
op .
Het apparaat aangesloten op de DIGITAL
MEDIA PORT-adapter wordt herkend en
"DMPORT1" en "DMPORT2" op het
scherm veranderen in de naam van het
betreffende apparaat met een symbool.
Als de aangesloten adapter niet kan
worden herkend, verschijnt "DMPORT1"
of "DMPORT2" op het televisiescherm.
5 Kies een track die u wilt
afspelen met het apparaat dat is
aangesloten op de DIGITAL
MEDIA PORT-adapter.
6 Druk op MASTER VOL +/– om
het volume te regelen.
De TDM-iP1/iP50/TDM-
NC1 bedienen met het
GUI-menu van de
receiver
Zorg dat "System GUI" is geselecteerd in stap
4 van "Het bedieningsscherm wijzigen met de
DIGITAL MEDIA PORT" (zie blz. 65).
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" Music" of " Video" te
selecteren en druk dan op
of b.
Symbool Aangesloten apparaat
DMPORT
Een ander apparaat dan het
volgende is aangesloten.
iPod Het herkende iPod-model is
aangesloten.
Walkman De herkende Network
Walkman is aangesloten.
Network
Client
De herkende Network Client
is aangesloten.
Bluetooth De herkende Bluetooth-drive
is aangesloten.
Mobile
Phone
De herkende GSM is
aangesloten.
AMP
V/v/b,
OPTIONS
MENU
wordt vervolgd
64
NL
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
het apparaat aangesloten op de
DIGITAL MEDIA PORT adapter
te kiezen voor weergave en
druk vervolgens op .
De inhoudslijst verschijnt.
5
Druk op
V
/
v
/
B
/
b
en om de
track of inhoud te kiezen in de lijst.
De volgende inhoudslijsten zijn slechts
voorbeelden. Ze kunnen verschillen
afhankelijk van de apparaten die zijn
aangesloten op de receiver.
Voor een iPod
Voor een Network Client
a)
Verschijnt alleen als M-crew Server is
aangesloten.
b)
Verschijnt alleen als een andere DLNA-
server dan een M-crew Server is aangesloten.
c)
Verschijnt als "Genre", "Artist" of "Album",
afhankelijk van de instelling van "List Mode".
6 Druk op MASTER VOL +/– om
het volume te regelen.
1 Geef de track weer die u wilt
beluisteren zoals beschreven in
"De TDM-iP1/iP50/TDM-NC1
bedienen met het GUI-menu
van de receiver" (zie blz. 63).
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
de gewenste weergavestand te
selecteren.
x Shuffle (alleen TDM-iP1/iP50)
Alle tracks worden afgespeeld in willekeurige
volgorde.
•Off
Willekeurige weergave uitschakelen.
•Albums
Alle tracks op een album worden afgespeeld
in willekeurige volgorde.
Songs
Alle tracks in "Songs" worden afgespeeld in
willekeurige volgorde.
x Repeat (alleen TDM-iP1/iP50)
Een track of alle tracks worden herhaaldelijk
afgespeeld.
•Off
Herhaalde weergave uitschakelen.
•One
Een track wordt herhaaldelijk afgespeeld.
•All
Alle tracks worden herhaaldelijk afgespeeld.
x Audiobook Speed (alleen TDM-
iP50)
Om de weergavesnelheid van Audiobook te
selecteren.
•Low
Lagere weergavesnelheid.
•Normal
Standaard weergavesnelheid.
•High
Hogere weergavesnelheid.
Music Playlists > Playlist > Track
Artists > Artist > Album > Track
Albums > Album > Track
Songs > Track
Genres > Genre > Artist > Album > Track
Composers > Composer > Album > Track
Audiobooks > Track
Video Movies > Content
TV Shows > Episode > Content
Music Videos > Artist > Content
Video Podcast > Episode > Content
Music Surfin’
a)
> Album
c)
> Track
Playlist
a)
> Playlist > Track
Web Radio
a)
> Station > Program
Music Library
b)
> Album > Track
De weergavestand selecteren
65
NL
Weergave
x List Mode (alleen TDM-NC1)
Om een aantal tracks te selecteren voor
weergave.
•Genre
Weergave van tracks in het geselecteerde
genre.
•Artist
Weergave van tracks van de geselecteerde
artiest.
•Album
Weergave van tracks op het geselecteerde
album.
DIGITAL MEDIA PORT-
meldingen
*Alleen TDM-NC1.
U kunt het bedieningsscherm wijzigen via het
GUI-menu. De DMPORT Control-stand wordt
ondersteund door DIGITAL MEDIA PORT-
adapters zoals de TDM-iP1/iP50 en TDM-
NC1. Andere adapters ondersteunen deze
stand niet.
1 Druk herhaaldelijk op V/v op
het " Music"- of " Video"-
scherm om de gewenste
DIGITAL MEDIA PORT adapter
te selecteren en druk
vervolgens op of b .
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk op V/v om "DMPORT
Control" te selecteren en druk
dan op .
Als "DMPORT Control" niet verschijnt,
raadpleeg dan de Gebruiksaanwijzing van
het apparaat voor meer informatie over de
bediening van dit apparaat.
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
de gewenste stand te
selecteren en druk dan op .
U kunt de volgende standen kiezen in dit
menu:
• System GUI
Deze stand is voor de TDM-iP1/iP50 en
TDM-NC1. De lijst met tracks
verschijnt op het GUI-scherm van de
receiver. U kunt de track kiezen die u
wenst en die weergeven op elk GUI-
scherm.
Adapter GUI
Deze stand is voor de TDM-iP1/iP50 en
TDM-NC1. Het menu van deze adapter
verschijnt op het televisiescherm.
•iPod
Deze stand kan alleen worden gekozen
als de TDM-iP1/iP50 is aangesloten.
Afgebeelde
melding
Uitleg
No Adapter De adapter is niet
aangesloten.
No Device Er is geen apparaat op de
adapter aangesloten.
No Audio Er is geen audiobestand
gevonden.
Loading De gegevens worden
gelezen.
No Server* Er is geen server
aangesloten.
No Track* Er is geen track gevonden.
No Item Er is geen onderdeel
gevonden.
Connecting* Aansluiten op de server.
Configuring* Het network wordt ingesteld.
Warning* Controleer het display van de
DIGITAL MEDIA PORT-
adapter.
Party Mode* Het toestel staat momenteel
in partystand "Guest".
Searching* Zoeken naar de server.
Het bedieningsscherm wijzigen
met de DIGITAL MEDIA PORT
wordt vervolgd
66
NL
De TDM-iP1/iP50 of TDM-NC1
bedienen via het adaptermenu
Zorg dat "Adapter GUI" is geselecteerd in stap
4 van "Het bedieningsscherm wijzigen met de
DIGITAL MEDIA PORT" (zie blz. 65).
Meer details omtrent het bedienen van de
adapter via het GUI -menu van de adapter,
vindt u in de Gebruiksaanwijzing van de
adapter.
De TDM-iP1/iP50 bedienen met
het iPod-menu
Zorg dat "iPod" is geselecteerd in stap 4 van
"Het bedieningsscherm wijzigen met de
DIGITAL MEDIA PORT" (zie blz. 65).
Meer details over de bediening van de iPod
vindt u in de Gebruiksaanwijzing van de iPod.
67
NL
Afstemmen
Luisteren naar de FM/
AM-radio
Via de ingebouwde tuner van dit apparaat kunt
u luisteren naar uitzendingen van de FM- en
AM-radio. Eerst moet u de FM- en AM-
antennes aansluiten op de receiver (zie
blz. 45).
Tip
Het afsteminterval voor directe afstemming is
hieronder aangegeven.
FM-band 100 kHz (VS/Canadees model)
50 kHz (Europees model)
AM-band 10 kHz* (VS/Canadees model)
9 kHz (Europees model)
* Het AM-afsteminterval kan worden gewijzigd
(zie blz. 69).
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
"FM" of "AM" te
selecteren en druk dan op
of b.
De FM of AM-menulijst verschijnt op het
televisiescherm.
4 Druk op V/v om "Auto Tuning"
te selecteren en druk dan op
.
5 Druk op V/v.
Druk op V om de afstemband van laag
naar hoog te doorzoeken, druk op v om
van hoog naar laag te zoeken.
De receiver stopt met zoeken wanneer er
een radiozender wordt ontvangen.
Bij slechte ontvangst van een
FM-stereo-uitzending
1
Stem af op de zender die u wilt
beluisteren met Auto Tuning, Direct
Tuning (zie blz. 68) of selecteer de
gewenste voorkeurzender (zie blz. 70).
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk op V/v om "FM Mode" te
selecteren en druk dan op .
4 Druk op V/v om "MONO" te selecteren
en druk dan op .
Afstemmen
AMP
V/v/B/b,
OPTIONS
MENU
Cijfer-
toetsen
SHIFT
Automatisch afstemmen op een
zender (Auto Tuning)
68
NL
Voer de afstemfrequentie van de gewenste
zender rechtstreeks in met behulp van de
cijfertoetsen.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
"FM" of "AM" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk op V/v om "Direct Tuning"
te selecteren en druk dan op
.
5 Druk op SHIFT, voer de
frequentie in met de
cijfertoetsen en druk
vervolgens op .
Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz
Selecteer 1 b 0 b 2 b 5 (b 0*)
Voorbeeld 2: AM 1.350 kHz
Selecteer 1 b 3 b 5 b 0
*Druk op cijfertoets 0 bij het Europese model.
Tip
Bij afstemming op een AM-zender zult u de
richting van de AM-raamantenne moeten
verstellen om de beste ontvangst te verkrijgen.
Als u niet kunt afstemmen op
een zender
"– – – .– – MHz" verschijnt en het display
keert terug naar de huidige frequentie.
Controleer of u wel de juiste frequentie hebt
gekozen. Herhaal stap 5 indien dat niet zo is.
Als het afstemmen nog steeds niet lukt, dan is
die frequentie in uw gebied niet te ontvangen.
Met deze receiver kunt u ook gebruik maken
van RDS (Radio Data System), waarmee
radiozenders naast het gewone signaal allerlei
nuttige informatie uitzenden. U kunt RDS-
informatie weergeven.
Selecteer een FM-zender die u wilt
beluisteren met Auto Tuning (zie
blz. 67) of Direct Tuning.
Bij afstemming op een RDS-zender,
verschijnen Program Service Name en
Program Type op het televisiescherm.
Direct afstemmen op een zender
(Direct Tuning)
RDS-uitzendingen ontvangen
(alleen Europees model)
Programma-
type aandui-
ding (PTY)
Beschrijving
News Nieuwsbulletins
Current Affairs Actualiteitenprogramma met
uitweidingen over het nieuws
Information Informatieve uitzendingen over
een groot scala onderwerpen met
o.a. nieuws voor consumenten en
medisch advies
Sport Sportprogramma's
Education Educatieve programma's, met
"how-to" en praktische tips
Drama Hoorspelen en andere radioseries
Cultures Programma's over nationale en
regionale cultuur, zoals
taalkwesties en sociale
vraagstukken
Science Uitzendingen over
natuurwetenschappen en
technologie
Varied Speech Gevarieerde uitzendingen, zoals
vraaggesprekken,
quizprogramma's en allerlei
amusement
Pop Music Popmuziekprogramma's
Rock Music Rockmuziekprogramma's
Easy Listening "Easy listening"
achtergrondmuziek
Light Classics M Licht klassiek, met vocale,
instrumentale en koormuziek
69
NL
Afstemmen
Opmerkingen
RDS is alleen beschikbaar via FM-zenders.
Niet alle FM-zenders zenden RDS-informatie uit
of beschikken niet over een soortgelijke service.
Als u niet op de hoogte bent van de RDS-
uitzendingen in uw gebied, moet u contact
opnemen met de lokale radiostations.
De RDS-informatie zal niet altijd goed te
ontvangen zijn, als de zender waarop u hebt
afgestemd de RDS-signalen niet duidelijk genoeg
uitzendt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
Als er een nooduitzending of
waarschuwingsbericht door de overheid wordt
uitgezonden, gaat op het display de aanduiding
"Alarm-Alarm!" knipperen.
• Als een radiozender een bepaalde RDS-functie niet
verzorgt, verschijnt er "No XX" (zoals "No Clock
Time") op het display.
• Wanneer een zender radiotekst uitzendt, verschijnt
deze op het display met hetzelfde tempo als
waarmee het bericht wordt uitgezonden. De
snelheid van de tekst is dus alleen afhankelijk van
de snelheid van de uitzending.
De RDS-informatie verschijnt op het display van
deze receiver.
U kunt het AM-afsteminterval omschakelen
naar 9 kHz of 10 kHz op de receiver.
1 Druk op POWER om de receiver
uit te schakelen.
2 Houd TUNING MODE ingedrukt
en druk ondertussen op
POWER op de receiver.
3 Schakel het huidige AM-
afsteminterval om naar 9 kHz
(of 10 kHz).
Herhaal bovenstaande procedure om het
afsteminterval weer om te schakelen naar
10 kHz (of 9 kHz).
Opmerking
Wanneer het afsteminterval wordt omgeschakeld,
worden alle voorkeurzenders gewist.
Serious Classics Klassieke muziekuitvoeringen,
orkestrale werken en
kamermuziek, opera enz.
Other Music Alle muziek die in geen van de
bovenstaande categorieën past,
zoals rhythm & blues en reggae
Weather & Metr
Weeroverzicht, weersverwachting
Finance Beursberichten, financieel en
zakennieuws, enz.
Children’s Progs Kinderprogramma's
Social Affairs Programma's over mensen en hun
bezigheden
Religion Programma's over religieuze
aangelegenheden
Phone In Programma's waarin luisteraars
via de telefoon of in een publiek
forum hun mening kunnen geven
Travel &
Touring
Programma's over reizen. Niet
voor aankondigingen die met de
TP/TA-verkeersinformatiefuncties
te vinden zijn.
Leisure &
Hobby
Programma's over
vrijetijdsbesteding en hobby's als
vissen, tuinieren, koken, enz.
Jazz Music Programma's met jazz en
geïmproviseerde muziek
Country Music Country en western
muziekprogramma's
National Music Programma's met de nationale of
streekmuziek van een bepaald
gebied
Oldies Music Populaire muziek uit vroegere
dagen
Folk Music Volksmuziekprogramma's
Documentary Leerzame programma's
None Elk niet hierboven genoemd
programma
Programma-
type aandui-
ding (PTY)
Beschrijving
Het AM-afsteminterval wijzigen
(alleen VS/Canadees model)
POWER
TUNING MODE
70
NL
FM/AM-radiozenders
voorinstellen
U kunt tot 30 van uw favoriete FM- en AM-
radiozenders in het geheugen opslaan als
voorkeurzenders. Dan kunt u in het vervolg
een dergelijke voorkeurzender in een
handomdraai kiezen.
1 Stem af op de radiozender die u
wilt voorinstellen met behulp
van Auto Tuning (zie blz. 67) of
Direct Tuning (zie blz. 68).
Bij slechte FM stereo-ontvangst schakelt
u de FM-ontvangstmodus om (zie
blz. 67).
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk op V/v om "Memory" te
selecteren en druk dan op .
4 Druk op V/v om een
voorinstelnummer te
selecteren en druk dan op .
De ontvangen radiozender wordt dan
opgeslagen onder uw gekozen
voorinstelnummer.
5 Herhaal stap 1 tot 4 voor elke
voorkeurzender die u wilt
opslaan.
U kunt zenders als volgt opslaan:
• AM-band: AM1 tot AM30
• FM-band: FM1 tot FM30
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" FM" of " AM" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk op V/v om de
voorkeurzender te kiezen die u
wenst.
Voorinstelnummers 1 tot 30 zijn
beschikbaar.
1 Druk op V/v op het scherm
" FM" of " AM" om het
voorinstelnummer te
selecteren waaronder u de
zender hebt opgeslagen die u
wilt benoemen.
AMP
V/v/B/b,
OPTIONS
MENU
Afstemmen op voorkeurzenders
Voorkeurzenders benoemen
(Name Input)
71
NL
Afstemmen
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
"Name Input" te selecteren en
druk dan op .
Op het beeldscherm verschijnt een
softwarematig toetsenbord.
4 Druk op V/v/B/b om een
letterteken te selecteren en
druk dan op .
5 Druk op V/v/B/b om "Finish" te
selecteren en druk dan op .
Uw gekozen naam wordt opgeslagen.
De ingevoerde naam annuleren
Druk op V/v/B/b om "Cancel" te
selecteren en druk dan op .
Luisteren naar
satellietradio
(alleen VS/Canadees model)
U kunt naar XM Radio en SIRIUS Satellite
Radio luisteren door een satellietontvanger
(niet meegeleverd) aan te sluiten op de
receiver.
Omtrent XM Radio
XM is de grootste satellietradiozender van
Noord-Amerika en staat bekend voor zijn
uitzonderlijk aanbod van reclamevrije muziek,
sportuitzendingen, nieuws, talk radio, comedy,
kinder- en ontspanningsprogramma's in
superieure digitale audiokwaliteit. Voor meer
informatie of een abonnement kunnen
Amerikaanse klanten terecht op xmradio.com
of bij XM Listener Care op het nr. 1-800-
XMRADIO (1-800-967-2346); Canadese
klanten kunnen terecht op xmradio.ca of bij
XM Listener Care op het nr. 1-877-
GETXMSR (1-877-438-9677).
XM Ready
®
- Wettelijke
bepalingen
XM maandabonnement apart verkrijgbaar.
XM Mini-Tuner en Home Dock (apart
verkrijgbaar) zijn vereist om XM service te
ontvangen. Het kopiëren, decompileren,
deassembleren, modificeren, hacken,
manipuleren of op andere wijze beschikbaar
stellen van technologie of software in receivers
compatibel met het XM Satellite Radio
System is verboden. Installatiekosten en
andere vergoedingen en belastingen, met
inbegrip van een eenmalige
activatievergoeding kunnen worden
aangerekend. Alle vergoedingen en
programmering kunnen worden gewijzigd.
Kanalen met veelvuldig expliciet taalgebruik
zijn aangeduid met XL. Kanaalblokkering is
XM Radio service
wordt vervolgd
72
NL
beschikbaar voor XM radio receivers door te
bellen naar het nr. 1-800-XMRADIO (VS) en
1-877-GETXMSR (Canada). Alleen
beschikbaar in de 48 aangrenzende Verenigde
Staten en Canada. ©2008 XM Satellite Radio
Inc. Alle rechten voorbehouden.
XM Ready
®
Abonnement
Nadat u het XM Mini-Tuner Home Dock hebt
geïnstalleerd, de XM Mini-Tuner ingebracht,
het XM Mini-Tuner Home Dock aangesloten
op uw XM Ready
®
audiosysteem en de
antenne geïnstalleerd, kunt u zich abonneren
en XM programma's ontvangen. Uw XM
Radio ID van acht tekens vindt u op drie
plaatsen: op de XM Mini-Tuner, op de
verpakking van de XM en op XM Channel 0.
Noteer de Radio ID hieronder.
ssssssss
Opmerking
De XM Radio ID maakt geen gebruik van de letters
"I", "O", "S" of "F".
Activeer uw XM Satellite Radio service in the
VS online op http://activate.xmradio.com of
bel naar het nr. 1-800-XMRADIO (1-800-967-
2346). Activeer uw XM Satellite Radio service
in Canada online op https://
activate.xmradio.ca of bel naar het nr. 1-877-
GETXMSR (1-877-438-9677). U dient over
een courante credit card te beschikken. XM
stuurt een satellietsignaal om alle kanalen te
activeren. Het activeren neemt normaal 10-15
minuten in beslag maar op drukke momenten
moet uw XM Ready audiosysteem tot een uur
lang ingeschakeld blijven. Wanneer u alle
kanalen kunt ontvangen met uw XM Ready, is
alles in orde.
SIRIUS-satellietradio: The Best
Radio On Radio
SIRIUS brengt al uw favoriete entertainment,
waaronder 100% reclamevrije muziek plus
uitstekende sportprogramma's,
ongecensureerde praatprogramma's en comedy,
topklasse entertainment, nieuws, weerberichten
en nog veel meer in uw auto, thuis of op
kantoor. Sirius is beschikbaar in de VS voor
abonnees met een continentaal Amerikaans
adres en in Canada voor abonnees met een
Canadees adres. Een abonnement plus
compatibele SiriusConnect Home Tuner met
antenne zijn vereist en apart verkrijgbaar.
SIRIUS-programmawijzigingen
voorbehouden. Op sirius.com of
siriuscanada.ca vindt u het meest complete en
actuele overzicht van kanalen en producten.
" SIRIUS" en het SIRIUS-hondenlogo en
aanverwante merken zijn gedeponeerde
handelsmerken van SIRIUS Satellite Radio Inc.
Alle rechten voorbehouden.
Abonneren op SIRIUS-
satellietradio
Koop een SiriusConnect Home Tuner en sluit
die aan op uw Sirius Ready-audiosysteem.
U kunt het systeem dan activeren en u op
Sirius abonneren door te bellen naar het nr.
1.888.539.SIRIUS (7474) of u aan te melden
bij sirius.com (US), siriuscanada.ca (Canada).
Eenvoudiger kan niet.
SIRIUS Satellite Radio service
73
NL
Afstemmen
Een satellietradio-
ontvanger aansluiten
Verbinden met de XM-
aansluiting
Verbind eerst de XM Mini-Tuner en Home
Dock met de XM-aansluiting.
Opmerking
Voor een optimale ontvangst van het XM-
satellietsignaal verplaatst u de antenne in huis tot u
de beste ontvangst krijgt. De meeste XM-klanten
plaatsen de antenne aan een raam dat naar het zuiden
is gericht en een open zicht op de hemel biedt.
Verbinden met de SIRIUS-
aansluiting
Sluit de SiriusConnect Home tuner aan.
Wanneer u de SiriusConnect Home tuner met
deze receiver gebruikt, moet u de
meegeleverde netspanningsadapter aansluiten
op een wandstopcontact.
Houd de SiriusConnect Home tuner, antenne
en netspanningsadapter uit de buurt van de
luidsprekerkabels en het netsnoer om ruis te
voorkomen.
Luisteren naar
satellietradio
1
Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" XM" of " SIRIUS" te
selecteren en druk dan op
of b.
XM-aansluitingSIRIUS-aansluiting
Het ID-nummer controleren
AMP
V/v/b,
OPTIONS
MENU
wordt vervolgd
74
NL
4 Druk op V/v om "ALL" te
selecteren en druk vervolgens
op of b.
Wanneer het Preset Mode-scherm
verschijnt, schakelt u de afstemmodus om
naar "Category Mode" en selecteert u
vervolgens "ALL". Druk op OPTIONS en
vervolgens herhaaldelijk op V/v om
"Category Mode" te selecteren.
5 Druk op V/v om kanaal 0 te
kiezen en druk vervolgens op
.
6 Controleer de XM Radio ID of
Sirius ID op het televisiescherm
en noteer die hieronder.
XM Radio ID:_____________________
Sirius ID:_________________________
U kunt de XM Radio ID en Sirius ID ook
controleren op het display van de receiver.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" XM" of " SIRIUS" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
"Antenna Aiming" te selecteren
en druk dan op .
Het scherm Antenna Aiming verschijnt.
6 Controleer de
ontvangstkwaliteit door de
antenne te richten tot u de
beste ontvangst verkrijgt.
Het menu sluiten
Druk op MENU.
Ontvangstvoorwaarden
controleren (Antenna Aiming)
75
NL
Afstemmen
Een satellietradiokanaal
kiezen
U kunt een kanaal kiezen uit één categorie of
alle categorieën.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" XM" of " SIRIUS" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
de categorie te kiezen en druk
vervolgens op .
ALL: U kunt een kanaal kiezen uit alle
categorieën.
• (categorienaam): U kunt een kanaal
kiezen uit één categorie.
Wanneer het scherm "Preset Mode"
verschijnt drukt u op OPTIONS en
vervolgens herhaaldelijk op V/v om
"Category Mode" te selecteren.
6 Druk op V/v om het kanaal te
kiezen en druk vervolgens op
.
Het gekozen kanaal wordt ontvangen. De
kanaalinformatie verschijnt op het
televisiescherm.
Opmerking
Wanneer u een kanaal kiest in de "Category Mode",
kan dit mogelijk niet tot de gewenste categorie
behoren. Een kanaal kan immers tot meer dan één
categorie behoren.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" XM" of " SIRIUS" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
Een kanaal kiezen volgens
categorie (Category Mode)
AMP
V/v/b,
OPTIONS
MENU
Een kanaal kiezen door het
kanaalnummer direct in te
voeren (Direct Tuning)
wordt vervolgd
76
NL
5 Druk op V/v om "Direct Tuning"
te selecteren en druk dan op
.
6 Voer het kanaalnummer in met
de cijfertoetsen.
7 Druk op .
Er wordt afgestemd op het gekozen
kanaal.
Satellietradiokanalen
voorinstellen
U kunt kanalen direct kiezen met de
voorinstelnummers.
U kunt tot 30 XM-radiokanalen en 30 SIRIUS-
satellietradiokanalen voorinstellen.
1 Kies het kanaal dat u wilt
voorinstellen met Category
Mode (zie blz. 75) of Direct
Tuning (zie blz. 75).
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk op V/v om "Memory" te
selecteren en druk dan op .
Het voorinstelnummerkeuzescherm
verschijnt.
AMP
V/v/b,
OPTIONS
MENU
77
NL
Afstemmen
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
het gewenste
voorinstelnummer te kiezen en
druk vervolgens op .
Voorinstelkanalen van 1 tot 30 zijn
beschikbaar en bij aankoop van de
receiver is telkens een standaardkanaal
vooringesteld.
Het gekozen kanaal wordt opgeslagen als
het voorinstelkanaal dat in stap 1 is
gekozen.
5 Herhaal stap 1 tot 4 voor elk
kanaal dat u wilt opslaan.
U kunt kanaal 1 tot 30 opslaan.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" XM" of " SIRIUS" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk op V/v om een
voorinstelnummer in de lijst te
selecteren en druk dan op .
U kunt kiezen uit voorinstelkanaal 1 tot
30.
Opmerkingen
De vooringestelde kanaalinformatie kan worden
gewijzigd als XM Satellite Radio Inc. of SIRIUS
Satellite Radio Inc. hun kanaalprogrammering
wijzigen.
Wanneer het scherm "Category Mode" verschijnt
drukt u op OPTIONS en vervolgens op V/v om
"Preset Mode" te selecteren.
Bepaalde kanalen
blokkeren
(Parental Lock) (SIRIUS alleen)
U kunt bepaalde kanalen blokkeren met een
wachtwoord. Het wachtwoord is standaard
ingesteld op "0000".
Wijzig het wachtwoord voor u deze functie
gebruikt. Zie "Het wachtwoord wijzigen
(Lock Code)" (zie blz. 78).
1 Kies een kanaal dat u wilt
blokkeren met Category Mode
(zie blz. 75) of Direct Tuning (zie
blz. 75).
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk op V/v om "Parental Lock"
te selecteren en druk
vervolgens op of b .
Voorinstelkanalen kiezen
V/v/b,
OPTIONS
Cijfertoet
sen
RETURN/
EXIT O
wordt vervolgd
78
NL
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
"ON" te selecteren en druk dan
op .
"Enter your 4-digit lock code." verschijnt.
5 Voer het 4-cijferige wachtwoord
in met de cijfertoetsen.
"The channel has been locked." verschijnt
en Parental Lock is ingesteld.
Om de ingevoerde cijfers te wissen, keert
u terug naar stap 2 door op RETURN/
EXIT O te drukken en herhaalt u de
bovenstaande procedure vanaf stap 2.
Het wachtwoord wijzigen (Lock
Code)
1
Kies een kanaal waarvan u het
wachtwoord wilt wijzigen met Category
Mode (zie blz. 75) of Direct Tuning (zie
blz. 75).
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk op V/v om "Lock Code" te
selecteren en druk dan op .
"Enter your 4-digit lock code." verschijnt.
4 Voer het 4-cijferige wachtwoord in met
de cijfertoetsen.
"Enter a new lock code." verschijnt.
5 Voer een nieuw 4-cijferig wachtwoord
in met de cijfertoetsen.
"To confirm, enter your new lock code
again." verschijnt.
6 Voer het nieuwe wachtwoord opnieuw
in met de cijfertoetsen.
"The lock code has been changed." verschijnt.
Luisteren naar geblokkeerde
kanalen
1
Kies een geblokkeerd kanaal dat u wilt
beluisteren met Category Mode (zie
blz. 75) of Direct Tuning (zie blz. 75).
"The channel is locked. Enter your 4-digit
lock code." verschijnt.
2 Voer het 4-cijferige wachtwoord in met
de cijfertoetsen.
Er wordt afgestemd op het kanaal.
Parental Lock annuleren
1
Kies een kanaal dat u wilt deblokkeren
met Category Mode (zie blz. 75) of
Direct Tuning (zie blz. 75).
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk op V/v om "Parental Lock" te
selecteren en druk vervolgens op
of b.
4 Druk herhaaldelijk op V/v om "OFF" te
selecteren en druk dan op .
"Enter your 4-digit lock code." verschijnt.
5 Voer het 4-cijferige wachtwoord in met
de cijfertoetsen.
"The channel has been unlocked."
verschijnt en het kanaal is gedeblokkeerd.
Opmerkingen
Bij het kiezen van een kanaal met Category Mode
worden geblokkeerde kanalen overgeslagen.
Wanneer de fabrieksinstellingen van de receiver
worden hersteld, wordt ook de standaardcode
(0000) hersteld maar blijven de instellingen van
Parental Lock behouden.
Geblokkeerde kanalen kunnen niet worden
vooringesteld. Wanneer u Parental Lock instelt
voor een voorinstelkanaal, wordt de
standaardinformatie voor dat kanaal hersteld.
Parental Lock kan niet worden ingesteld voor de
kanalen 0 en 184.
79
NL
Afstemmen
SIRIUS-satellietradiomeldingen
XM-radiomeldingen
Lijst van meldingen
Melding Uitleg Oplossingen
Antenna Error De antenne is niet goed aangesloten. Controleer de aansluiting van SiriusConnect
Home tuner en antenne.
Acquiring Signal De ontvangst is niet goed. Probeer de antenne te verplaatsen. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van de SiriusConnect Home
tuner voor meer informatie over het opstellen van
de antenne.
Call 888-539-
SIRI
U bent niet geabonneerd op het gekozen
kanaal.
Check Sirius
Tuner
De SiriusConnect Home tuner is niet
goed aangesloten.
Controleer alle aansluitingen en schakel het
systeem weer in. Controleer ook of de
netspanningsadapter die is meegeleverd met de
SiriusConnect Home tuner is aangesloten op een
wandstopcontact.
Invalid Channel U hebt een ongeldig kanaalnummer
ingevoerd.
Het kanaal waarop moet worden afgestemd, is
gewijzigd door de zender of de ontvangst is niet
goed.
Locked
Channel
Het gekozen kanaal is geblokkeerd.
Subscription
Updated
Het abonnement is bijgewerkt.
Updating
Channels
xx%
Completed
(xx zijn
gehele getallen)
De kanaalinformatie wordt bijgewerkt.
Firmware
Updating
De SiriusConnect Home tuner firmware
wordt bijgewerkt.
Geen tekstinformatie voor het kanaal. Dit is geen fout. De tekstinformatie wordt
mogelijk niet weergegeven afhankelijk van de
systeemstatus, bijvoorbeeld net nadat het systeem
een kanaal heeft ontvangen.
Melding Uitleg Oplossingen
Check Antenna De XM-antenne is niet aangesloten op
het XM Mini-Tuner Dock of de XM-
antennekabel is beschadigd.
Controleer of de XM-antenne goed is aangesloten
op het XM Mini-Tuner Dock en controleer de
antennekabel op beschadiging.
Vervang de XM-antenne als de kabel is
beschadigd.
wordt vervolgd
80
NL
CH Unauthorized U koos een XM-kanaal dat is
geblokkeerd of niet kan worden
ontvangen met uw XM-abonnement.
Op www.xmradio.com vindt u de actuele lijst van
kanalen.
Voor informatie over de ontvangst van dit kanaal
kunt u terecht op www.xmradio.com of bij XM
Satellite Radio op het nr. 1-800-967-2346.
No Signal De XM Mini-Tuner ontvangt geen XM-
satellietsignaal. Er bevindt zich
mogelijk een obstakel tussen de XM-
antenne en de satellieten of de antenne is
niet goed gericht.
Controleer op eventuele obstakels en richt de XM-
antenne om een betere signaalontvangst te krijgen.
Gebruik de optie Antenna Aiming om de
antennepositie (zie blz. 74) te optimaliseren.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van XM Mini-
Tuner en Home Dock voor meer informatie over
het opstellen van de antenne.
Loading De XM Mini-Tuner krijgt audio- of
programma-informatie van het XM
satellietsignaal. Deze melding kan ook
verschijnen wanneer het XM-signaal te
zwak is.
Merk op dat de receiver mogelijk niet
reageert op bepaalde toetsen terwijl deze
melding wordt weergegeven.
Deze melding moet na enkele seconden
verdwijnen bij
een goede signaalontvangst.
Wanneer deze melding vaak verschijnt, moet u de
XM-antenne richten voor een betere
signaalontvangst.
Gebruik de optie Antenna Aiming om de
antennepositie (zie blz. 74) te optimaliseren.
Off Air U koos een XM-kanaal dat momenteel
niet uitzendt.
Probeer later nog eens en kies ondertussen een
ander kanaal.
(spatie)– Geen artiestennaam of songtitel
beschikbaar voor deze selectie.
Geen actie vereist.
CH Unavailable Het gekozen kanaal is niet beschikbaar.
Het kanaal is mogelijk toegekend aan
een ander kanaalnummer.
Deze melding kan aanvankelijk
verschijnen met een nieuwe radio of een
radio die lang geen XM-signalen heeft
ontvangen.
Op www.xmradio.com vindt u de actuele lijst van
kanalen. Laat een nieuwe radio of een radio die
lange tijd geen XM-signalen heeft ontvangen
minstens 5 minuten het XM-satellietsignaal
ontvangen en probeer dan het kanaal opnieuw te
kiezen.
Check XM Tuner De XM Mini-Tuner is niet geïnstalleerd
of niet goed vergrendeld in het XM
Mini-Tuner Dock of het XM Mini-Tuner
Dock is niet aangesloten op de receiver.
Controleer of de XM Mini-Tuner goed in het
basisstation zit en of de kabel van het XM Mini-
Tuner Dock is aangesloten op de receiver.
Melding Uitleg Oplossingen
81
NL
Genieten van surroundgeluid
Weergave met 2-kanaalsgeluid
U kunt opteren voor 2-kanaalsgeluid ongeacht het opnameformaat van de gebruikte software, het
aangesloten apparaat of de geluidsveldinstelling van de receiver.
Druk herhaaldelijk op 2CH/A.DIRECT om 2-kanaalsgeluid te selecteren
voor de geluidsbron.
Opmerking
De subwoofer zal in de 2ch stereo-functie geen
geluid voortbrengen. Om te luisteren naar gewone
tweekanaals stereo geluidsbronnen via de linker- en
rechtervoorluidsprekers en een subwoofer, kiest u
"A.F.D. Auto".
Wanneer u "A.F.D. Auto" selecteert, produceert de
receiver een laagfrequent signaal voor weergave
door de subwoofer op basis van een 2-kanaals
signaal, ook al is er geen L.F.E. signaal.
Genieten van surroundgeluid
2CH mode Effect
2ch Stereo De receiver geeft alleen geluid weer via de linker- en rechtervoorluidsprekers.
De subwoofer brengt geen geluid voort.
Bij standaard tweekanaals stereogeluidsbronnen wordt helemaal geen
geluidsveldbewerking toegepast, en meerkanaals geluidsbronnen worden
gedownmixt tot twee kanalen.
2ch Analog Direct U kunt het geluid van de gekozen ingangsbron veranderen naar tweekanaals
analoge geluidssignalen. Zo kunt u het best genieten van analoge
geluidsbronnen met superieure kwaliteit.
Bij gebruik van deze functie kunt u alleen de volumeniveau en de balans van
de voorluidsprekers instellen.
2CH/
A.DIRECT
82
NL
Weergave met multikanaals surround
Met Auto Format Direct (A.F.D.) kunt u genieten van de hoogste geluidskwaliteit doordat
automatisch de juiste decodeerfunctie gekozen wordt voor tweekanaals als meerkanaals
geluidssignalen.
Druk herhaaldelijk op A.F.D. om de gewenste A.F.D. modus te kiezen.
A.F.D.-modus Meerkanaals
geluid na
decodering
Effect
A.F.D. Auto (Automatische
detectie)
Het geluid wordt zonder toevoeging van enig
geluidseffect opgeslagen in dezelfde staat zoals het was
opgenomen/gecodeerd.
Multi Stereo (Multi Stereo) Hierbij worden dezelfde tweekanaals linker- en
rechtersignalen weergegeven door alle luidsprekers.
Enhanced Surround U kunt het gewenste surround-geluidseffect kiezen. Zie
"Een meerkanaals surround-geluidseffect instellen" (zie
blz. 83) voor meer informatie over beschikbare
surround-geluidseffecten en de instelling ervan.
A.F.D.
AMP
V/v/b,
MENU
83
NL
Genieten van surroundgeluid
1 Start de weergave van een
geluidsbron die u wilt
beluisteren (CD, DVD, enz.).
2 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
3 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het televisiescherm.
4 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om " Settings" te
selecteren en druk dan op
of b.
De Settings-menulijst verschijnt op het
televisiescherm.
5 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om "Surround" te
selecteren en druk dan op
of b.
6 Druk herhaaldelijk op V/v om
"Enhanced Sur Mode" te
selecteren en druk dan op .
Het menu voor surround-geluidseffect
verschijnt.
7 Druk herhaaldelijk op V/v om
de gewenste A.F.D.-modus te
kiezen en druk vervolgens op
of b.
* U kunt "PLII" selecteren zonder surround-achterluidspreker in het Speaker Pattern-menu of u kunt "PLIIx"
selecteren met surround-achterluidspreker. Beide instellingen kunnen niet tegelijkertijd worden geselecteerd.
Een meerkanaals surround-
geluidseffect instellen
A.F.D.-modus Meerkanaals geluid
na decodering
Effect
PLII* 5-kanaals signalen Deze instelling zorgt voor Dolby Pro Logic II-decodering.
Een geluidsbron die is opgenomen met 2 kanalen wordt
gedecodeerd naar 5.1 kanalen. Deze instelling is ideaal
voor speelfilms gecodeerd in Dolby Surround. Bovendien
kunt u met deze modus het geluid ook horen in 5.1-kanalen
bij weergave van oude speelfilms of video's met later
ingevoegd geluid.
PLIIx* 7-kanaals signalen Deze instelling zorgt voor Dolby Pro Logic IIx-
decodering. Een geluidsbron die is opgenomen met 2
kanalen of 5.1 kanalen wordt gedecodeerd naar 7.1
kanalen. Deze instelling is ideaal voor speelfilms
gecodeerd in Dolby Surround. Bovendien kunt u met deze
modus het geluid ook horen in 7.1 kanalen bij weergave
van oude speelfilms of video's met later ingevoegd geluid.
Neo:6 Cinema 7-kanaals signalen Deze instelling zorgt voor DTS Neo:6 Cinema-decodering.
Een geluidsbron die is opgenomen met 2 kanalen wordt
gedecodeerd naar 7 kanalen.
Neo:6 Music 7-kanaals signalen Deze instelling zorgt voor DTS Neo:6 Music-decodering.
Een geluidsbron die is opgenomen met 2 kanalen wordt
gedecodeerd naar 7 kanalen. Deze instelling is ideaal voor
normale stereobronnen zoals cd's.
Neural-THX 7-kanaals signalen Volgende generatie Neural-THX
®
Surround. Naast
stereoverbetering en puur 5.1 surroundgeluid, nu ook
geschikt voor volledig 360° 7.1 surroundgeluidsweergave
van Neural-THX
®
Surround gecodeerde inhoud.
wordt vervolgd
84
NL
Opmerkingen
Deze functie werkt niet wanneer een
meerkanaalsingangsbron is geselecteerd.
Deze functie werkt niet bij ontvangst van DTS-
HD-signalen met een bemonsteringsfrequentie van
meer dan 48 kHz.
Deze functie werkt niet bij ontvangst van Dolby
TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz.
Als u het effect van het geluidsveld instelt terwijl
de receiver signalen ontvangt met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 48 kHz,
zullen de signalen altijd worden weergegeven in
44,1 kHz of 48 kHz.
Als u het geluidsveld instelt bij ontvangst van een
DTS 96/24-signaal, is de geluidsweergave alleen
op 48 kHz.
Het begin van het geluidsstroom kan wegvallen als
de Neural-THX-verwerking aan/uit wordt gezet.
Tips
Wij raden meestal "A.F.D. Auto" aan.
Op de verpakking kunt u zien met welk
codeerformaat een dvd-videodisc, enz., is
opgenomen.
Dolby Pro Logic IIx-decodering werkt wanneer
2 kanaals of 5.1 kanaals signalen worden
ingevoerd.
Neural-THX werkt wanneer 2 kanaals of
5.1 kanaals signalen worden ingevoerd.
85
NL
Genieten van surroundgeluid
Genieten van een surround effect voor muziek
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke geluidsweergave door eenvoudigweg één van
voorgeprogrammeerde geluidsvelden te kiezen die de receiver biedt. Zo klinkt muziek in uw
woonkamer even indrukwekkend als in een concertzaal.
Druk herhaaldelijk op MUSIC om het gewenste surround effect voor muziek
te kiezen.
Geluidsveld Effect
D.Concert Hall A Gebruikt 3D sound imaging om de geluidskarakteristieken van een concertzaal
te reproduceren, waarbij een ruimtelijk geluid wordt gesimuleerd door
weerkaatsing.
D.Concert Hall B Gebruikt 3D sound imaging om de geluidskarakteristieken van een concertzaal
te reproduceren, waarbij een uniek galmend geluid wordt gesimuleerd.
Jazz Club Geeft de akoestiek van een jazzclub.
Live Concert Geeft de akoestiek van een muziektheater met 300 zitplaatsen.
Stadium Geeft de sfeer van een groot openluchtstadion.
Sports Geeft het gevoel van een direct sportverslag.
Portable Audio Geeft het geluid van uw draagbaar weergaveapparaat verbeterd weer. Deze
modus is ideaal voor MP3 en andere gecomprimeerde muziek.
MUSIC
wordt vervolgd
86
NL
Muziek beluisteren via een hoofdtelefoon die is aangesloten op de
receiver
Uitschakelen van het surround effect voor MUSIC
Druk op 2CH/A.DIRECT of A.F.D.
Opmerkingen
De geluidsvelden voor muziek werken niet
wanneer multikanaalsingang is gekozen.
De geluidsvelden voor muziek werken niet bij
ontvangst van DTS-HD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 48 kHz.
De geluidsvelden voor muziek werken niet bij
ontvangst van Dolby TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz.
Als u het geluidsveld instelt bij ontvangst van een
DTS 96/24-signaal, is de geluidsweergave alleen
op 48 kHz.
Als u het effect van het geluidsveld instelt terwijl
de receiver signalen ontvangt met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 48 kHz,
zullen de signalen altijd worden weergegeven in
44,1 kHz of 48 kHz.
Als een van de geluidsvelden voor muziek is
gekozen en als alle luidsprekers zijn ingesteld op
"LARGE" in het Speaker-instelmenu, wordt door
de subwoofer geen geluid voortgebracht. De
subwoofer zal echter wel geluid weergeven als het
digitale ingangssignaal L.F.E.-signalen bevat, of
als voor de voorluidsprekers of de
achterluidsprekers het formaat "SMALL" is
gekozen, het geluidsveld voor speelfilm is
geselecteerd, of "Portable Audio" is geselecteerd.
Geluidsveld Effect
Headphone (2ch) Deze instelling wordt automatisch gekozen bij gebruik van een hoofdtelefoon
wanneer de "2ch Stereo"-functie of de A.F.D.-functie is gekozen. Bij standaard
tweekanaals stereogeluidsbronnen wordt helemaal geen geluidsveldbewerking
toegepast, en meerkanaals geluidsbronnen worden gedownmixt tot twee
kanalen.
Headphone Theater DCS Bij gebruik van een hoofdtelefoon en een geluidsveld voor speelfilm/muziek
wordt deze instelling automatisch gekozen. Dit schept de sfeer van een
bioscoop bij het beluisteren van filmgeluid via de hoofdtelefoon.
Headphone (Direct) Produceert de analoge geluidssignalen zonder bewerking van toon,
geluidsveld, e.d.
Headphone (Multi) Deze instelling wordt automatisch gekozen bij gebruik van een hoofdtelefoon
terwijl de multikanaalsingang is gekozen. Produceert de analoge
geluidssignalen via de MULTI CHANNEL INPUT-ingangsaansluitingen.
87
NL
Genieten van surroundgeluid
Genieten van een surround effect voor films
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke geluidsweergave door eenvoudigweg één van
voorgeprogrammeerde geluidsvelden te kiezen die de receiver biedt. Zo klinkt muziek in uw
woonkamer even indrukwekkend als in een bioscoopzaal.
Druk herhaaldelijk op MOVIE om het gewenste surround effect voor films
te kiezen.
Uitschakelen van het surround effect voor MOVIE
Druk op 2CH/A.DIRECT of A.F.D.
Geluidsveld Effect
Cinema Studio EX A
DCS
Reproduceert de karakteristieke klank van de Sony Pictures Entertainment
"Cary Grant Theater" filmstudio. Dit is de standaardinstelling, geschikt voor
allerlei soorten speelfilms.
Cinema Studio EX B
DCS
Reproduceert de karakteristieke klank van de Sony Pictures Entertainment
"Kim Novak Theater" filmstudio. Deze functie is ideaal voor het bekijken van
sciencefictionfilms of actiefilms met zeer veel geluidseffecten.
Cinema Studio EX C
DCS
Reproduceert de karakteristieke klank van de Sony Pictures Entertainment
geluidsstudio. Deze instelling is ideaal voor musicals en klassieke films met
veel orkestmuziek.
V.Multi Dimension
DCS
Creëert vele virtuele luidsprekers uit een enkel paar werkelijke
achterluidsprekers.
MOVIE
wordt vervolgd
88
NL
Opmerkingen
De geluidsvelden voor films werken niet wanneer
multikanaalsingang is gekozen.
De geluidsvelden voor films werken niet bij
ontvangst van DTS-HD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 48 kHz.
De geluidsvelden voor films werken niet bij
ontvangst van Dolby TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz.
Als u het geluidsveld instelt bij ontvangst van een
DTS 96/24-signaal, is de geluidsweergave alleen
op 48 kHz.
Als u het effect van het geluidsveld instelt terwijl
de receiver signalen ontvangt met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 48 kHz,
zullen de signalen altijd worden weergegeven in
44,1 kHz of 48 kHz.
De effecten verkregen uit de virtuele luidsprekers
kunnen meer ruis veroorzaken in het
weergavesignaal.
• Bij het luisteren naar geluidsvelden die werken met
virtuele luidsprekers zult u geen geluid direct uit de
echte achterluidsprekers horen.
Tips
De geluidsvelden met de vermelding DCS zijn
gebaseerd op DCS technologie. Zie "Verklarende
woordenlijst" (zie blz. 147).
Bij keuze van een geluidsveld met de vermelding
DCS gaat het Digital Cinema Sound-lampje
branden.
89
NL
Genieten van surroundgeluid
Welke digitale audioformaten deze receiver kan decoderen hangt af van de digitale audio-ingangen
voor de aangesloten apparatuur.
Deze receiver ondersteunt de volgende audioformaten.
Digitale audioformaten die de receiver ondersteunt
Audioformaat
Maximum aantal
kanalen
Aansluiten van het weergave-apparaat en de
receiver
COAXIAL/OPTICAL HDMI
Dolby Digital
5.1k
aa
Dolby Digital EX
6.1k
aa
Dolby Digital Plus
a)
7.1k
× a
Dolby TrueHD
a)
7.1k
× a
DTS
5.1k
aa
DTS-ES
6.1k
aa
DTS 96/24
5.1k
aa
DTS-HD
High Resolution Audio
a)
7.1k
× a
DTS-HD
Master Audio
a) b)
7.1k
× a
wordt vervolgd
90
NL
a)Audiosignalen worden uitgevoerd in een ander formaat als het weergave-apparaat niet overeenkomt met het
formaat. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het weergave-apparaat voor meer informatie.
b)Signalen met een bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz worden weergegeven in 96 kHz of 88,2 kHz.
DSD
a)
5.1k
× a
Meerkanaals lineaire PCM
a)
7.1k
× a
Audioformaat
Maximum aantal
kanalen
Aansluiten van het weergave-apparaat en de
receiver
COAXIAL/OPTICAL HDMI
91
NL
Gebruik van de multi-zonefunctie
Wat u kunt doen met de
Multi-zonefunctie
U kunt genieten van beeld- en
geluidsweergave van een op deze receiver
aangesloten apparaat dat ergens anders (2e of
3e ruimte) staat opgesteld dan de hoofdruimte.
U kunt bijvoorbeeld een dvd bekijken in de
hoofdruimte en luisteren naar een cd-weergave
in de 2e of 3e ruimte.
Bij gebruik van een infraroodrelaisstation (niet
meegeleverd), kunt u zowel het apparaat in de
hoofdruimte als de Sony-receiver in de 2e of
3e ruimte bedienen vanuit de 2e of 3e ruimte.
De receiver bedienen vanuit de
2e of 3e ruimte
Via de IR REMOTE-aansluiting van een
infraroodrelaisstation (niet meegeleverd) kunt
u de receiver bedienen zonder dat u de
afstandsbediening op de infraroodontvanger
van de receiver hoeft te richten.
Gebruik een infraroodrelaisstation als u de
receiver op een plaats buiten het bereik van de
afstandsbedieningssignalen zet.
Gebruik van de multi-zonefunctie
92
NL
Ruimtes verbinden
1 Geluidsweergave via de luidsprekers in de 2de ruimte met behulp
van de SURROUND BACK SPEAKERS-aansluitingen van de
receiver.
2 Geluidsweergave via de luidsprekers in de 2de ruimte met behulp
van de receiver en een andere versterker.
A Infraroodrelaisstation (niet meegeleverd)
B Luidsprekers
C Sony Versterker/receiver
* Ook aansluitbaar op COMPONENT VIDEO ZONE 2 OUT.
1: Aansluitingen voor de 2de ruimte
Hoofdruimte 2de ruimte
TV-
scherm
ZONE 2 VIDEO
OUT*
B
STR-DA5400ES
B
SURROUND BACK
SPEAKERS
A
RM-AAP027
IR REMOTE IN
Hoofdruimte 2de ruimte
TV-
scherm
ZONE 2 AUDIO OUT
A
BB
C
STR-DA5400ES
RM-AAP027
IR REMOTE IN
ZONE 2 VIDEO OUT*
93
NL
Gebruik van de multi-zonefunctie
2: Aansluitingen voor de 3de ruimte
BB
C
STR-DA5400ES
Hoofdruimte 3de ruimte
A Infraroodrelaisstation (niet meegeleverd)
B Luidsprekers
C Sony Versterker/receiver
RM-AAP027
A
IR REMOTE IN
ZONE 3 AUDIO OUT
94
NL
ZONE 2 VIDEO OUT (RJ45-aansluiting) dient enkel voor gepersonaliseerde installatie door
vaklui.
ZONE 2 VIDEO OUT (RJ45-aansluiting) stuurt een bronvideosignaal naar de component video-
ingang voor de 2e ruimte. Raadpleeg uw dealer voor meer details.
Opmerking
Gebruik deze aansluiting niet voor een Ethernet LAN-aansluiting.
ZONE 2 VIDEO OUT (RJ45) aansluiting
De RJ45 pinouts maken gebruik van de T568B-standaard.
Zie onderstaande afbeelding.
Opmerking
CAV-CVB1 (Component Video Balun) moet worden gebruikt. Andere types kunnen problemen geven en de
garantie vernietigen.
RJ45 Video Pinout
De RJ45 pinouts maken gebruik van de T568B-standaard.
Zie onderstaande afbeelding.
2e ruimte configureren met ZONE 2 VIDEO OUT (RJ45-aansluiting)
Component Video Balun
CAV-CVB1
ZONE 2 VIDEO OUT
(RJ45-aansluiting)
CAT5-kabel Component video-
kabel
TV-
scherm
2d
e ru
i
mte
Pinout Draadkleur
A Pin 1 BLUE/Pb (R) Wit/Oranje
B Pin 2 BLUE/Pb (T) Oranje
C Pin 3 GREEN/Y (R) Wit/Groen
D Pin 4 GND Blauw
E Pin 5 +11V Wit/Blauw
F Pin 6 GREEN/Y (T) Groen
G Pin 7 RED/Pr (R) Wit/Bruin
H Pin 8 RED/Pr (T) Bruin
95
NL
Gebruik van de multi-zonefunctie
CAT5-kabel
Controleer of de CAT5-bedrading correct is verbonden.
Gebruik een Category 5e- of Category 6-kabel.
CAT5-kabel
RJ45 connector
RJ45 connector
Wit/Oranje
Draadkleur
Oranje
Wit/Groen
Blauw
Wit/Blauw
Groen
Wit/Bruin
Bruin
1
Pin nr.
2
3
4
5
6
7
8
Wit/Oranje
Oranje
Wit/Groen
Blauw
Wit/Blauw
Groen
Wit/Bruin
Bruin
1
2
3
4
5
6
7
8
96
NL
Luidsprekers in de 2e
ruimte instellen
Wanneer de luidsprekers in de 2e ruimte zijn
aangesloten op SURROUND BACK
SPEAKERS van de receiver (zie blz. 92),
moet u de instelling zo kiezen dat het geluid
dat in de 2e ruimte is gekozen, wordt
geproduceerd door de luidsprekers die zijn
aangesloten op SURROUND BACK
SPEAKERS.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om " Settings" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om "Speaker" te
selecteren en druk dan op
of b.
5 Druk op V/v om "Speaker
Pattern" te selecteren en het
patroon te kiezen zonder
surround-achterluidsprekers.
6 Druk op RETURN/EXIT O.
7 Druk herhaaldelijk op V/v om
"Sur Back Assign" te
selecteren en druk dan op .
8 Druk op V/v om "ZONE2" te
selecteren en druk dan op .
Het menu sluiten
Druk op MENU.
AMP
V/v/b,
MENU
RETURN/
EXIT O
97
NL
Gebruik van de multi-zonefunctie
De ruimte-instelling van
de afstandsbediening
omschakelen
Afstandsbedieningen zijn oorspronkelijk
ingesteld voor gebruik in de 2e ruimte. Om ze
te gebruiken in de 3e ruimte, moet u de ruimte-
instelling van de afstandsbediening
omschakelen.
Hoofdafstandsbediening
Afstandsbediening 2e/3e ruimte
Op de hoofdafstandsbediening
1
Druk ?/1 terwijl u drukt op RM SET UP.
De toetsen AMP en ZONE knipperen.
2 Druk op ZONE.
De AMP-toets dooft, de ZONE-toets blijft
knipperen en de SHIFT-toets licht op.
3 Druk op cijfertoets 2 voor de 2e ruimte
of 3 voor de 3e ruimte terwijl de ZONE-
toets knippert.
De ZONE-toets licht op.
4 Druk op ENT/MEM.
De ZONE-toets knippert tweemaal en de
afstandsbediening schakelt om naar 2e of
3e ruimte-modus.
Op de afstandsbediening voor
2e/3e ruimte
1
Druk ?/1 terwijl u drukt op RM SET UP.
De RM SET UP-toets knippert en de
SHIFT-toets licht op.
2 Druk op cijfertoets 2 voor de 2e ruimte
of 3 voor de 3e ruimte terwijl de RM
SET UP-toets knippert.
De RM SET UP-toets licht op.
3 Druk op ENTER.
De RM SET UP-toets knippert tweemaal
en de afstandsbediening schakelt om naar
2e of 3e ruimte-modus.
ZONE
AMP
2, 3
ENT/
MEM
SHIFT
RM SET
UP
?/1
2, 3
?/1
ENTER
SHIFT
RM SET
UP
98
NL
De receiver bedienen
vanuit een andere ruimte
(functies RUIMTE 2/RUIMTE 3)
De volgende handelingen zijn van toepassing
op het bedienen van een receiver in de 2de of
3de ruimte met een aangesloten
infraroodrelaisstation. Gebruik deze receiver
in de hoofdruimte als er geen
infraroodrelaisstation aangesloten is.
1 Schakel de eerste receiver
(deze receiver) in.
2 Schakel de versterker in de 2e
ruimte in voor illustratie 1-2
(zie blz. 92).
3 Druk op ZONE.
De afstandsbediening schakelt om naar de
2e ruimte.
4 Druk op ?/1.
De ruimtefunctie wordt geactiveerd.
5 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
6 Druk op V/v om " Input" te
selecteren en druk vervolgens
op of b.
7
Druk op
V
/
v
om de ingangsbron
te selecteren en druk dan op .
In de 2de ruimte kunnen analoge beeld-
en geluidssignalen worden weergegeven.
Wanneer u SOURCE selecteert, worden
de signalen van de huidige ingangsbron in
de hoofdruimte uitgevoerd naar de ZONE
2 OUT-aansluiting.
8 Stel een geschikte
geluidssterkte in.
• Regel het volume met MASTER VOL
+/– op de afstandsbediening voor
illustratie 1-1 (zie blz. 92).
• Regel het volume met MASTER VOL
+/– op de receiver in de 2e ruimte voor
illustratie 1-2 (zie blz. 92).
Bediening in 2e ruimte stoppen
Druk ?/1 nadat u op ZONE hebt gedrukt.
ZONE
V/v/b,
MENU
?/1
MASTER
VOL
Ingangs-
toetsen
De receiver bedienen vanuit de
2e ruimte
99
NL
Gebruik van de multi-zonefunctie
1 Schakel de eerste receiver
(deze receiver) en de versterker
in de 3e ruimte in.
2 Druk op ZONE.
De afstandsbediening schakelt om naar de
3e ruimte. Schakel eerst de ruimte-
instelling van de afstandsbediening om
naar de 3e ruimte (zie blz. 97).
3 Druk op ?/1.
De ruimtefunctie wordt geactiveerd.
4 Druk een ingangstoets op de
afstandsbediening om de
bronsignalen die u wilt
uitvoeren te selecteren.
In de 3e ruimte worden alleen analoge
audiosignalen weergegeven. Wanneer u
SOURCE kiest, worden de signalen van
de huidige weergavebron uitgevoerd.
5 Kies een geschikte
geluidssterkte met de receiver
in de 3e ruimte.
Bediening in 3e ruimte stoppen
Druk ?/1 nadat u op ZONE hebt gedrukt.
Tips
Zelfs met deze receiver in de wachtstand (druk op
?/1 op de afstandsbediening om deze receiver uit
te schakelen), blijft de receiver in de 2e of 3e
ruimte ingeschakeld. Druk gelijktijdig op de toets
?/1 en AV ?/1 van de hoofdafstandsbediening om
alle receivers uit te schakelen (SYSTEM
STANDBY).
Alleen de signalen van componenten, die zijn
aangesloten op de analoge ingangsaansluitingen,
worden weergeven via de ZONE 2- of ZONE 3-
aansluiting. Er worden geen signalen weergegeven
van apparatuur die is aangesloten op alleen de
digitale ingangsaansluitingen.
Wanneer SOURCE is geselecteerd, worden de
signalen die naar de MULTI CHANNEL INPUT-
aansluitingen worden ingevoerd, niet uitgevoerd
van de ZONE 2 OUT- of ZONE 3 OUT-
aansluiting, zelfs wanneer de meerkanaals invoer is
geselecteerd. Dan worden de analoge signalen van
de huidige geluidsbron weergegeven.
De receiver bedienen vanuit de
3e ruimte
100
NL
"BRAVIA" Sync-functies
"BRAVIA" Sync is compatibel met een Sony-
televisie, Blu-ray Disc/DVD-speler, AV-
versterker, enz., die is uitgerust met de
Controle voor HDMI-functie.
Door Sony-componenten die compatibel zijn
met "BRAVIA" Sync aan te sluiten met
behulp van een HDMI-kabel (niet
meegeleverd), wordt de bediening een stuk
eenvoudiger zoals hieronder beschreven:
Eéntoetsweergave: bij weergave met een
component zoals een DVD/Blu-ray Disc-
speler, worden de receiver en de televisie
automatisch ingeschakeld en omgeschakeld
naar de juiste HDMI-ingang.
Systeemgeluidsregeling: bij het televisie
kijken kunt u het geluid weergeven via de
luidsprekers van de televisie of de luidsprekers
die zijn aangesloten op de receiver.
Systeemuitschakeling: wanneer u de televisie
uitschakelt, worden ook de receiver en alle
aangesloten componenten mee uitgeschakeld.
Controle voor HDMI is een
gemeenschappelijke controlefunctiestandaard
die wordt gebruikt door HDMI CEC
(Consumer Electronics Control) voor HDMI
(High-Definition Multimedia Interface).
Deze functie is niet beschikbaar
in de volgende gevallen:
Wanneer de receiver is aangesloten op een
component die niet compatibel is met Sony’s
Control for HDMI-functie.
Wanneer u de receiver en componenten
aansluit via andere aansluitingen dan HDMI.
Wij raden u aan de receiver aan te sluiten op
apparatuur die compatibel is met "BRAVIA"
Sync.
Opmerking
De Control for HDMI-functie werkt mogelijk niet
afhankelijk van de aangesloten apparatuur.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de
aangesloten apparatuur.
Om "BRAVIA" Sync te gebruiken, moet de
Controle voor HDMI-functie worden
ingeschakeld voor de receiver en het
aangesloten apparaat. De receiver is
compatibel met de functie "Controle voor
HDMI-Eenvoudige instelling".
Wanneer uw televisie
compatibel is met de functie
"Controle voor HDMI-
Eenvoudige instelling"
Wanneer u een Sony-televisie aansluit met de
functie "Controle voor HDMI-Eenvoudige
instelling", kan de functie Controle voor
HDMI van de receiver samen met de functie
Controle voor HDMI van de televisie worden
ingeschakeld.
1 Zorg ervoor dat de receiver, televisie en
weergave-apparatuur zijn aangesloten
met een HDMI-kabel (niet
meegeleverd). (De respectieve
apparatuur moet compatibel zijn met
de Controle voor HDMI-functie.)
2 Schakel de receiver, het televisietoestel
en de weergave-apparatuur in.
3 Schakel de Controle voor HDMI-functie
van de televisie in.
De Controle voor HDMI-functie van de
receiver en alle aangesloten apparaten
wordt gelijktijdig ingeschakeld. Tijdens de
instelling verschijnt "SCANNING" op het
displayscherm van de receiver, gevolgd
door "COMPLETE" wanneer de instelling
is voltooid. Wacht tot de instelling is
voltooid.
Andere functies
Wat is "BRAVIA" Sync?
Voorbereiding op "BRAVIA" Sync
101
NL
Andere functies
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw
televisie voor meer informatie over de
instelling van de televisie.
Opmerkingen
Wanneer u de HDMI-kabel uittrekt of de
aansluiting wijzigt, volg dan de procedure
beschreven in "Wanneer uw televisie compatibel is
met de functie "Controle voor HDMI-Eenvoudige
instelling"" (zie blz. 100) of "Wanneer uw televisie
niet compatibel is met de functie "Controle voor
HDMI-Eenvoudige instelling"".
• Wanneer u de component video-ingang toekent aan
de HDMI-ingang met de Input Assign-functie,
kunt u "Control for HDMI" niet op "AAN" zetten.
Tijdens het instellen van "Controle voor HDMI-
Eenvoudige instelling" zijn andere functies zoals
ééntoetsweergave of systeemgeluidsregeling niet
beschikbaar.
Wanneer u de receiver instelt met "Controle voor
HDMI-Eenvoudige instelling" van een televisie,
moeten televisie, receiver en weergave-apparatuur
vooraf worden ingeschakeld.
Wanneer u de receiver instelt met de "Controle
voor HDMI-Eenvoudige instelling" van een
televisie voor de functie "Controle voor HDMI-
Eenvoudige instelling" werkt, moet u de Controle
voor HDMI-functie van de apparatuur die niet
compatibel is met de functie "Controle voor
HDMI-Eenvoudige instelling" eerst laten werken.
Wanneer uw televisie niet
compatibel is met de functie
"Controle voor HDMI-
Eenvoudige instelling"
Schakel de Controle voor HDMI-functie van
de receiver en het aangesloten apparaat
afzonderlijk in.
1 Volg de procedure beschreven in
"Wanneer uw televisie compatibel is
met de functie "Controle voor HDMI-
Eenvoudige instelling"" (zie blz. 100).
2 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
3 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
4 Druk herhaaldelijk op de toetsen V/v
om " Settings" te selecteren en druk
dan op of b.
5 Druk herhaaldelijk op de toetsen V/v
om "HDMI" te selecteren en druk dan
op of b.
AMP
V/v/b,
MENU
?/1
HDMI-
ingangs-
toetsen
GUI
MODE
wordt vervolgd
102
NL
6 Druk herhaaldelijk op de toetsen V/v
om "Control for HDMI" te selecteren en
druk dan op of b.
7 Druk herhaaldelijk op V/v om "ON" te
selecteren en druk dan op .
De Controle voor HDMI-functie van de
receiver wordt geactiveerd.
8 Druk op GUI MODE om het GUI-menu
te sluiten.
Als het GUI-menu wordt weergegeven,
werkt de Controle voor HDMI-functie van
de weergave-apparatuur niet zoals het
hoort.
9 Druk op één van de HDMI-
ingangtoetsen om het beeld van de
weergave-apparatuur te laten
verschijnen waarvoor u de Controle
voor HDMI-functie wilt instellen.
10 Schakel de Controle voor HDMI-
functie van het aangesloten apparaat
in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het
aangesloten apparaat voor meer informatie
over de instelling ervan.
11 Herhaal stap 9 en 10 om de Controle
voor HDMI-functie in te stellen en het
beeld van alle weergave-apparatuur
die u wilt gebruiken weer te geven.
Apparatuur die is aangesloten op de receiver
via HDMI-aansluitingen start automatisch met
een eenvoudige handeling (één toets).
Beeld- en geluidsweergave van aangesloten
apparatuur is mogelijk.
Weergave met aangesloten
apparatuur.
Receiver en televisie worden samen
ingeschakeld en beeld en geluid van receiver
en televisie worden weergegeven.
Opmerking
Bij sommige televisies wordt het begin van de
inhoud mogelijk niet weergegeven.
U kunt met een eenvoudige handeling het
geluid van de televisie beluisteren via de
luidsprekers die zijn aangesloten op de
receiver.
Afhankelijk van de televisie-instellingen,
schakelt de receiver automatisch in en om naar
de "TV"-functie wanneer u televisie kijkt.
Het geluid van de televisie wordt weergegeven
via de luidsprekers die zijn aangesloten op de
receiver en tegelijkertijd wordt het volume van
de televisie geminimaliseerd.
U kunt de functie systeemgeluidsregeling als
volgt gebruiken.
Het geluid van de televisie wordt
weergegeven door de luidsprekers die zijn
aangesloten op de receiver wanneer u de
receiver inschakelt terwijl het geluid wordt
weergegeven door de televisieluidspreker.
U kunt het volume van de receiver regelen
door het volume van de televisie te regelen.
U kunt deze functie ook gebruiken via het
televisiemenu. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van de televisie voor meer
informatie.
Opmerkingen
Wanneer "Control for HDMI" op "ON" staat,
wordt "Audio Out" in het HDMI-instelmenu
automatisch ingesteld afhankelijk van de
instellingen voor systeemgeluidsregeling.
• Wanneer u een televisie aansluit zonder de functie
systeemgeluidsregeling, werkt deze functie niet.
Als de televisie wordt ingeschakeld alvorens de
receiver in te schakelen, is het geluid van de
televisie even niet hoorbaar.
Weergave met één druk op een
toets (ééntoetsweergave)
Het geluid van de televisie
beluisteren via de luidsprekers
die zijn aangesloten op de
receiver
(systeemgeluidsregeling)
103
NL
Andere functies
Wanneer u de televisie uitschakelt met de
afstandsbediening van de televisie, schakelen
de receiver en aangesloten apparatuur
automatisch uit.
U kunt de televisie ook uitschakelen met de
afstandsbediening van de receiver.
Druk "TV" en druk daarna op
AV ?/1.
De televisie, receiver en aangesloten
apparatuur worden uitgeschakeld.
Opmerkingen
Zet de voedingsblokkeerfunctie van de televisie
aan alvorens de systeemuitschakelfunctie te
gebruiken. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van
de televisie voor meer informatie.
Afhankelijk van de status kunnen de aangesloten
apparaten mogelijk niet worden uitgeschakeld.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de
aangesloten apparatuur voor meer informatie.
Beeldschermen die
HDMI-videosignalen
uitvoeren omschakelen
Wanneer twee beeldschermen zijn aangesloten
op HDMI OUT A en HDMI OUT B, kunt u de
uitgang voor die schermen omschakelen met
de HDMI OUTPUT-toets.
1 Schakel de receiver en de twee
beeldschermen in.
2 Druk op HDMI OUTPUT.
Bij elke druk op de toets wordt de uitgang
als volgt omgeschakeld:
HDMI A t HDMI B t HDMI A…
U kunt ook de HDMI OUT-toets
gebruiken op de receiver.
De receiver samen met de
televisie uitschakelen
(systeemuitschakeling)
TV
AV ?/1
?/1
HDMI
OUTPUT
104
NL
Omschakelen tussen
digitale en analoge audio
Bij aansluiting van apparatuur op zowel de
digitale als analoge audio-
ingangsaansluitingen van deze receiver, kunt
u, afhankelijk van het geluidsmateriaal de
audio-ingangsfunctie voor digitale of analoge
audio vastleggen, of tussen beide wisselen.
1 Druk op de ingangsbrontoets.
U kunt ook de INPUT SELECTOR-knop
op de receiver gebruiken.
2 Druk op AMP.
3 Druk herhaaldelijk op INPUT
MODE om de audio-
ingangsfunctie te kiezen.
De gekozen audio-ingangsfunctie
verschijnt op het televisiescherm.
•Auto
Verleent voorrang aan de digitale
geluidssignalen als er zowel digitale als
analoge aansluitingen zijn.
Stelt in op de analoge geluidssignalen
wanneer er geen digitale
geluidssignalen zijn.
•Analog
Stelt in op de analoge geluidssignalen
die binnenkomen via de AUDIO IN
(L/R)-aansluitingen.
Opmerkingen
Afhankelijk van de gekozen weergavebron is het
instellen van sommige audio-ingangsbronnen niet
mogelijk.
Als HDMI-invoer satelliettuner of DIGITAL
MEDIA PORT-adapter is geselecteerd, verschijnt
"------" op het display en kunt u geen andere
functies kiezen. Selecteer een andere ingang dan de
HDMI-ingang, satelliettuner en de DIGITAL
MEDIA PORT-adapter en stel daarna de audio-
ingangsfunctie in.
Bij gebruik van de functie "2ch Analog Direct" of
wanneer multikanaals ingang als ingang wordt
gekozen, wordt de audio-ingang ingesteld op
"Analog". U kunt geen andere functies kiezen.
AMP
Ingangs-
toetsen
INPUT
MODE
105
NL
Andere functies
Beeld/geluid van andere
ingangen
(Input Assign)
U kunt aan een beschikbare ingang een andere
video- en/of geluidsbron toewijzen.
Voorbeeld) Verbind de OPTICAL OUT-
aansluiting van de dvd-speler met de
OPTICAL VIDEO 1 IN-aansluiting van deze
receiver als u alleen maar digitale optische
audiosignalen van de dvd-speler wilt invoeren.
Verbind de component video-aansluiting van
de dvd-speler met de COMPONENT VIDEO
IN 1/COMPONENT VIDEO IN 2 of
COMPONENT VIDEO IN 3-aansluiting van
deze receiver als u de videosignalen van de
dvd-speler wilt invoeren. Wijs video- en/of
audiosignalen toe aan de dvd-
ingangsaansluiting met behulp van "Input
Assign" in het Input-menu.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op de
toetsen V/v om " Input" te
selecteren en druk dan op
of b.
4 Druk op V/v om de ingang te
kiezen die u wilt toewijzen.
5 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
6 Druk op V/v om "Input Assign"
te selecteren en druk dan op
.
7 Druk op V/v/B/b om de audio-
en/of videosignalen te
selecteren die u wilt toewijzen
aan de ingang die u heeft
geselecteerd in stap 4 en druk
vervolgens op .
AMP
V/v/B/b,
OPTIONS
MENU
wordt vervolgd
106
NL
a)
Oorspronkelijke instelling
b)
Wanneer u een component video-ingang toewijst aan de HDMI-ingang via het Input Assign-menu, worden
component video-signalen niet omgezet in HDMI-videosignalen en niet uitgevoerd via de HDMI OUT-
aansluiting. Component video-signalen worden uitgevoerd via de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT-
aansluiting. In dit geval wordt de resolutie van de GUI-uitgang ingesteld op "480p" voor component video-
ingang en HDMI video-ingang.
Opmerkingen
U kunt niet de optische signalen van een
ingangsbron toewijzen aan de optische
ingangsaansluitingen van de receiver, en u kunt
niet de coaxiale signalen van de ingangsbron
toewijzen aan de coaxiale ingangsaansluitingen
van de receiver.
• Wanneer u een digitale audio-ingang toewijst, kan de
INPUT MODE-instelling automatisch veranderen.
U kunt niet meerdere HDMI-ingangen toewijzen
aan dezelfde ingang.
U kunt niet meerdere digitale audio-ingangen
toewijzen aan dezelfde geluidsbron.
U kunt niet meerdere componentvideo-ingangen
toewijzen aan dezelfde ingang.
Wanneer u een component video-ingang toewijst
aan de HDMI-ingang, moet u "Control for HDMI"
op "UIT" zetten.
Naam ingang
VIDEO1 VIDEO2 BD DVD SAT TAPE MD SA-CD/
CD
MULTI
IN
HDMI1 HDMI2 HDMI3 HDMI4 HDMI5 HDMI6
Toewijsba-
re video-
ingangen
Video1
Composite
a
a)
––––––
Video2
Composite
a
a)
–––––––
BD
Composite
––a –––––––
DVD
Composite
––a –––––––
SAT
Composite
––a ––––––
Component1
aaa
a)
aaaa a a a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
Component2
aaaa
a)
aaa a a a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
Component3
aaaaa
a)
aa a a a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
a
b)
HDMI1 aaaaaaaaaa
a)
–––––
HDMI2 aaaaaaaaa a
a)
––––
HDMI3 aaaaaaaaa––a
a)
–––
HDMI4 aaaaaaaaa–––a
a)
––
HDMI5 aaaaaaaaa––––a
a)
HDMI6 aaaaaaaaa–––––a
a)
Toewijsba-
re audio-
ingangen
Video1 OPT
a
a)
aa ––a –––––––
Video2 OPT
a
a)
aa ––a –––––––
SAT OPT aaa
a)
––a –––––––
Tape OPT aa a
a)
a –––––––
MD OPT aa ––a
a)
a –––––––
BD COAX aaa
a)
aaa ––––––
DVD
COAX
aa a
a)
aaa ––––––
SA-CD/CD
COAX
aa––a aaa
a)
–––––––
107
NL
Andere functies
Gebruik van de
slaaptimer
U kunt de receiver automatisch laten
uitschakelen na een zelfgekozen tijdsduur.
1 Druk op AMP.
2 Druk herhaaldelijk op SLEEP.
Bij elke druk op de SLEEP veranderen de
aanduidingen op het display als volgt:
Wanneer de slaaptimer wordt gebruikt,
verschijnt "SLEEP" op het displayscherm
van de receiver.
Tip
Om te controleren hoeveel tijd er nog over is voordat
de receiver wordt uitgeschakeld, drukt u op de toets
SLEEP. Dan wordt de resterende tijdsduur op het
display getoond. Als u nog een keer op de toets
SLEEP drukt, wordt de instelling van de slaaptimer
veranderd.
SLEEP
AMP
108
NL
Ruimtelijke weergave bij
zacht ingesteld geluid
Hiermee kunt u ook's avonds laat, bij zachte
weergave, nog steeds genieten van de
geluidsvelden en geluidseffecten. Deze functie
is samen met de andere geluidsvelden te
gebruiken.
Ook bij nachtelijke weergave van een
speelfilm, enz., met het geluid zacht gezet, zult
u de dialoog nog duidelijk kunnen horen.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op NIGHT MODE.
De NIGHT MODE-functie wordt
ingeschakeld. De NIGHT MODE wordt
aan- en uitgezet als u drukt op NIGHT
MODE.
Opmerkingen
Deze functie werkt niet wanneer een
meerkanaalsingangsbron is geselecteerd.
Deze functie werkt niet bij ontvangst van Dolby
TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz.
• Als de NIGHT MODE-functie wordt ingeschakeld
terwijl de receiver signalen ontvangt met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz,
zullen de signalen altijd worden weergegeven in
44,1 kHz of 48 kHz.
Tip
Wanneer deze functie is ingeschakeld, worden Bass,
Treble en Effect Levels versterkt en wordt "D.
Range Comp" automatisch ingesteld op "MAX".
AMP
NIGHT
MODE
109
NL
Andere functies
Opnemen met de receiver
Via deze receiver kunt u opnemen van een
video-/audioapparaat. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van uw opnameapparaat.
Via deze receiver kunt u geluidsbronnen
opnemen op cassette of op MiniDisc.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw
cassettedeck of minidisc-recorder.
1 Druk op de ingangsbrontoets
voor het weergaveapparaat.
2 Breng het weergaveapparaat in
gereedheid voor weergave.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen cd in
de cd-speler.
3 Maak het opnameapparaat
klaar.
Plaats een lege minidisc in de minidisc-
recorder of cassette in het cassettedeck en
stel het opnameniveau in.
4 Start de opname met het
opnameapparaat en vervolgens
de weergave met het
weergaveapparaat.
Opmerkingen
Geluidsaanpassingen hebben geen effect op het
uitgangssignaal via de MD OUT-aansluitingen.
De audio-ingangsignalen van de MULTI
CHANNEL INPUT-aansluitingen worden niet
uitgevoerd.
Opnemen van digitale signalen
Sluit een weergaveapparaat aan op de digitale
audio-ingang (OPTICAL IN) en sluit een
opnameapparaat aan op OPTICAL MD OUT.
1 Druk op de ingangsbrontoets
voor het weergaveapparaat.
2 Breng het weergaveapparaat in
gereedheid voor afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de videocassette, die
u wilt kopiëren, in de videorecorder.
3 Maak het opnameapparaat
klaar.
Plaats bijvoorbeeld een blanco
videocassette e.d. in het opnameapparaat
(VIDEO 1).
4 Start de opname met het
opnameapparaat en vervolgens
de weergave met het
weergaveapparaat.
Opmerkingen
Bepaalde weergavebronnen kunnen zijn voorzien
van een kopieerbeveiliging die het opnemen
blokkeert. Een dergelijke weergavebron zult u niet
kunnen opnemen.
De audio-ingangsignalen van de MULTI
CHANNEL INPUT-aansluitingen worden niet
uitgevoerd.
Via de analoge uitgangsaansluiting worden alleen
analoge ingangssignalen uitgevoerd (voor
opname).
Via de digitale uitgangsaansluiting worden alleen
digitale ingangssignalen uitgevoerd (voor
opname).
HDMI-geluid kan niet worden opgenomen.
Opnemen op een audiocassette
of MiniDisc
Ingangs-
toetsen
Opnemen op opnamemedia
110
NL
Bedieningsmodus van
receiver en
afstandsbediening
omschakelen
U kunt de bedieningsmodus (COMMAND
MODE AV 1 of COMMAND MODE AV 2)
van de receiver en de afstandsbediening
veranderen.
Breng de bedieningsmodus vanuit de
oorspronkelijke instelling in de juiste
instelling wanneer een ander Sony-apparaat
ongewild reageert op de afstandsbediening die
is meegeleverd met de receiver.
De bedieningsmodi van receiver en
afstandsbediening zijn de oorspronkelijk
ingestelde (COMMAND MODE AV 2).
Receiver en afstandbediening moeten dezelfde
bedieningsmodus gebruiken. Als de
bedieningsmodus van receiver en
afstandbediening verschillen, kan de receiver
niet worden bediend met de
afstandsbediening.
Schakel de receiver in terwijl u op
de toets 2CH/A.DIRECT drukt.
Als de bedieningsmodus is ingesteld op "AV2"
verschijnt "COMMAND MODE [AV2]" op
het display.
Als de bedieningsmodus is ingesteld op "AV1"
verschijnt "COMMAND MODE [AV1]" op
het display.
Bedieningsmodus van de
receiver omschakelen
2CH/A.DIRECT
111
NL
Andere functies
1 Druk op ?/1 terwijl u op RM SET
UP drukt.
De toetsen AMP en ZONE knipperen.
2 Druk op AMP.
De ZONE-toets dooft, de AMP-toets
blijft knipperen en de SHIFT-toets licht
op.
3 Druk op de cijfertoets 1 of 2
terwijl de AMP-toets knippert.
Wanneer u op 1 drukt, wordt de
bedieningsmodus ingesteld op AV
SYSTEM 1. Wanneer u op 2 drukt, wordt
de bedieningsmodus ingesteld op AV
SYSTEM 2.
De AMP-toets licht op.
4 Druk op ENT/MEM.
De toets AMP knippert twee keer als de
bedieningsmodus met succes is ingesteld.
Gebruik van een dubbele
versterker aansluiting
Als u geen gebruik maakt van
middenachterluidsprekers kunt u bij een
dubbele versterker aansluiting de
SURROUND BACK SPEAKERS-
aansluitingen gebruiken voor de
voorluidsprekers.
De luidsprekers aansluiten
Verbind de aansluitingen op de Lo (of Hi)-kant
van de voorluidsprekers met de FRONT
SPEAKERS A-aansluitingen en de
aansluitingen op de Hi (of Lo)-kant van de
voorluidsprekers met de SURROUND BACK
SPEAKERS-aansluitingen. Zorg er voor dat
het metalen montagemateriaal van Hi/Lo van
de luidsprekers verwijderd is. Als u dit nalaat
kan er een storing in de receiver optreden.
De luidsprekers instellen
1
Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
Bedieningsmodus van de
hoofdafstandsbediening
omschakelen
ZONE
?/1
AMP
ENT/
MEM
1, 2
RM SET
UP
SHIFT
Voorluidspreker
(R)
Voorluidspreker
(L)
Hi
Lo
Hi
Lo
wordt vervolgd
112
NL
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk op V/v om " Settings" te
selecteren en druk vervolgens op
of b.
4 Druk op V/v om "Speaker" te
selecteren en druk vervolgens op
of b.
5 Druk op V/v om "Speaker Pattern" te
selecteren en druk dan op .
6 Druk op V/v om de geschikte
luidsprekeropstelling te selecteren
zodat er geen
middenachterluidsprekers zijn.
7 Druk op RETURN/EXIT O.
8 Druk op V/v om "Sur Back Assign" te
selecteren en druk dan op .
9 Druk op V/v om "BI-AMP" te selecteren
en druk dan op .
Dezelfde signalen die worden uitgevoerd
via de FRONT SPEAKERS A-
aansluitingen kunnen worden uitgevoerd
via de SURROUND BACK SPEAKERS-
aansluitingen.
Opmerkingen
Bij een dubbele versterker aansluiting kunnen de
FRONT SPEAKERS B-aansluitingen niet worden
gebruikt.
Maak eerst de instellingen voor een dubbele
versterker aansluiting voordat u de functie "Auto
Calibration" gaat gebruiken.
Bij de instellingen voor een dubbele versterker
aansluiting, worden luidsprekerniveau, balans en
instelling voor toonregeling van de
middenachterluidsprekers ongeldig en vervangen
door de instellingen van de voorluidsprekers.
De signalen die uitgevoerd worden via de PRE
OUT-aansluitingen hebben dezelfde instellingen
als de signalen die uitgevoerd worden via de
SPEAKERS-aansluitingen.
• Als Speaker Pattern wordt ingesteld in de instelling
met middenachterluidsprekers, kunnen geen
instellingen voor de dubbele versterker aansluiting
worden verricht.
113
NL
Instellingen aanpassen
Gebruik van het
instelmenu
U kunt de instellingen voor luidsprekers,
surround effecten, multi zone, enz. aanpassen
via het instelmenu.
Om het menu van de receiver op het
televisiescherm te laten verschijnen, moet u
controleren of de receiver in de stand "GUI
MODE" staat zoals beschreven onder "7:
Weergave van het GUI -menu op het
televisiescherm" (zie blz. 47).
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het
televisiescherm.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
" Settings" te selecteren en
druk vervolgens op of b om
over te schakelen naar de
menumodus.
De instelmenulijst verschijnt op het
televisiescherm.
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
een menuonderdeel te
selecteren en druk dan op
ter bevestiging.
Bijvoorbeeld: als u "Auto Calibration" kiest
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
de parameter te selecteren en
druk dan op ter bevestiging.
Instellingen aanpassen
RETURN/
EXIT O
AMP
V/v/B/b,
MENU
OPTIONS
wordt vervolgd
114
NL
Terugkeren naar het vorige
scherm
Druk op RETURN/EXIT O.
Het menu sluiten
Druk op MENU.
Instelmenulijst
Auto Calibration
Verricht Auto Calibration. Voor nadere
bijzonderheden, zie "9: Automatisch
kalibreren van de juiste luidsprekeropstelling
(Auto Calibration)" (zie blz. 50).
Opmerking
De meetresultaten worden overschreven en
opgeslagen onder Position 1 in het Enhanced Setup-
menu.
U kunt drie patronen opslaan voor "Seating
Position" afhankelijk van de luisterplaats,
luisteromgeving en meetomstandigheden.
U kunt ook een kalibratietype selecteren ter
compensatie van elke luidspreker.
Meer dan één set instellingen
voor de luisteromgeving
opslaan
U kunt de gewenste luisterplaats selecteren en
de meetresultaten van autokalibratie voor die
luisterplaats opslaan.
1 Druk herhaaldelijk op V/v op het
Enhanced Setup scherm om de
"Seating Position" te selecteren
waarvoor u de meetresultaten wilt
opslaan.
• Pos. (Positie) 1
• Pos. (Positie) 2
• Pos. (Positie) 3
2 Druk op b om autokalibratie uit te
voeren.
Een compensatietype voor de
luidsprekers instellen
U kunt voor elke Seating Position het
compensatietype voor de luidsprekers kiezen
Menusymbool Beschrijving
Auto
Calibration
Om luidsprekerniveau of –
afstand in te stellen en
automatisch te meten.
Speaker Om luidsprekerpositie en –
impedantie handmatig in te
stellen (zie blz. 116).
Surround Om het gekozen geluidsveld
(surround effect) aan te
passen (zie blz. 120).
EQ Om de equalizer (lage/hoge
tonen) aan te passen
(zie blz. 121).
Multi Zone Om de instellingen voor
Multi Zone te verrichten
(zie blz. 122).
Audio Om diverse
geluidselementen in te
stellen (zie blz. 124).
Video Om de resolutie van analoge
videosignalen aan te passen
(zie blz. 125).
HDMI Om beeld/geluid in te stellen
voor apparaten die zijn
verbonden met de HDMI-
aansluitingen (zie blz. 128).
System Om de screen saver of taal
van de menugids in te stellen
(zie blz. 129).
Quick Setup
Enhanced Setup
115
NL
Instellingen aanpassen
1
Druk herhaaldelijk op
V
/
v
om de "Seating
Position" te selecteren waarvoor u het
luidsprekercompensatietype wilt instellen
en druk vervolgens op .
2 Druk herhaaldelijk op V/v om het
gewenste "Calibration Type" te
selecteren en druk vervolgens op .
• Full Flat
Hiermee wordt de vlakke frequentie van
elke luidspreker gemeten.
•Engineer
Stelt de frequentie in die overeenkomt
met die van de Sony-luisterruimte.
Front Reference
Past de karakteristieken van elke
luidspreker zodanig aan dat deze
overeenkomen met de karakteristieken
van de voorluidsprekers.
•OFF
Schakelt Auto Calibration EQ uit.
Opmerking
U kunt "Calibration Type" niet instellen voor
"Seating Position" waarvan de meetresultaten nog
niet zijn opgeslagen.
Bevestigen van de
equalizerinstelling voor Seating
Position
1
Druk herhaaldelijk op V/v om de
"Seating Position" te selecteren
waarvan u de equalizerinstelling wilt
bevestigen.
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om "EQ
Curve" te selecteren en druk dan op
.
4 Druk herhaaldelijk op B/b om op het
scherm de luidspreker te selecteren
waarvan u de equalizerinstelling wilt
bevestigen.
FRONT
• CENTER
SURROUND
• SURROUND BACK
Benoemen van de Seating
Position
1
Druk herhaaldelijk op V/v om de
"Seating Position" te selecteren die u
wilt benoemen.
2 Druk op OPTIONS.
Het optiemenu verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om "Name
Input" te selecteren en druk dan op
.
Op het beeldscherm verschijnt een
softwarematig toetsenbord.
4 Druk op V/v/B/b/ om een teken te
selecteren en druk dan op .
116
NL
Speaker-instellingen
U kunt elke luidspreker handmatig instellen. U
kunt ook de luidsprekerniveaus bijregelen na
beëindiging van de functie "Auto Calibration".
Opmerking
De Speaker-instellingen gelden alleen voor de
huidige "Seating Position".
U kunt de luidsprekerimpedantie instellen.
Voor nadere bijzonderheden, zie "8: De
luidsprekers instellen" (zie blz. 48).
x 4 Ω
x 8 Ω
Selecteer "Speaker Pattern" volgens het
gebruikte luidsprekersysteem. Na uitvoeren
van de functie "Auto Calibration" hoeft u geen
luidsprekeropstelling te kiezen.
De luidsprekeropstelling
selecteren
1
Druk herhaaldelijk op V/v om "Speaker
Pattern" te selecteren en druk dan op
.
Het scherm Speaker Pattern verschijnt.
2 Druk op V/v om de gewenste
luidsprekeropstelling te selecteren en
druk dan op .
3 Druk op RETURN/EXIT O.
U kunt de analoge downmix-instellingen aan
of uit zetten.
x OFF
Als er geen middenluidspreker is aangesloten,
wordt deze instelling automatisch op "OFF"
gezet.
x ON
Wij adviseren u "Center Mix" in te stellen op
"ON" als u wilt genieten van digitale audio
met geluid van hoge kwaliteit wanneer u geen
middenluidspreker hebt aangesloten. Analoge
downmix werkt wanneer u "Center Mix" op
"ON" zet. Deze instelling is ook aangewezen
om signalen in te voeren via de MULTI
CHANNEL INPUT-aansluitingen.
U kunt instellingen verrichten voor de
middenachterluidspreker(s).
x OFF
Als u geen middenachterluidspreker hebt
aangesloten, kiest u "OFF".
x BI-AMP
Bij aansluiting van voorluidsprekers in een
systeem met dubbele versterker aansluiting,
kiest u "BI-AMP" (zie blz. 111).
x ZONE2
Als u de middenachterluidsprekers gebruikt in
de 2de ruimte, kiest u "ZONE2". Wanneer u
"ZONE2" kiest, is de invoer naar de SUR
BACK-aansluitingen van de MULTI
CHANNEL INPUT ongeldig (zie blz. 96).
Opmerking
Wanneer u de aansluitmethode wilt veranderen van
een aansluiting met dubbele versterker aansluiting
of met een 2e ruimte naar een aansluiting met
middenachterluidsprekers, stelt u "Sur Back Assign"
in op "OFF" en sluit u daarna de
middenachterluidsprekers aan op deze receiver.
Nadat u de middenachterluidsprekers hebt
Impedance
Speaker Pattern
Center Mix
Sur Back Assign
117
NL
Instellingen aanpassen
aangesloten, stelt u de luidsprekers opnieuw in.
Raadpleeg "Auto Calibration" (zie blz. 50) of
"Manual Setup".
U kunt elke luidspreker handmatig bijregelen
via het scherm Manual Setup. U kunt ook de
luidsprekerniveaus bijregelen na beëindiging
van de functie "Auto Calibration".
Bijregelen van het
luidsprekerniveau
U kunt het niveau van elke luidspreker
wijzigen (midden, achter L/R, middenachter
L/R, subwoofer).
1 Druk herhaaldelijk op V/v/B/b om de
luidspreker op het scherm te selecteren
waarvan u het niveau wilt regelen en
druk vervolgens op .
2 Druk herhaaldelijk op B/b om "Level:"
te selecteren en druk dan op .
3 Druk op V/v om het niveau van de
gekozen luidspreker in te stellen en
druk op .
U kunt het niveau instellen van –20 dB tot
+10 dB in stappen van 0,5 dB.
U kunt de balans tussen de linker- en
rechtervoorluidsprekers aan beide zijden
bijregelen. U kunt het niveau van de
linkervoorluidspreker van FL–10,0 dB tot
FL+10,0 dB bijregelen in stappen van 0,5
dB. U kunt ook het niveau van de
rechtervoorluidspreker van
FR–10,0 dB tot FR+10,0 dB bijregelen in
stappen van 0,5 dB.
Opmerking
Als één van de geluidsvelden voor muziek is
gekozen en als alle luidsprekers zijn ingesteld op
"LARGE", wordt door de subwoofer geen geluid
voortgebracht. De subwoofer zal echter wel geluid
weergeven als het digitale ingangssignaal L.F.E.-
signalen bevat, of als voor de voorluidsprekers of de
achterluidsprekers het formaat "SMALL" is
gekozen, het geluidsveld voor speelfilm is
geselecteerd, of "Portable Audio" is geselecteerd.
Bijregelen van de afstand van de
luisterplaats tot elke luidspreker
U kunt de afstand van de zitplaats naar elke
luidspreker wijzigen (voor L/R, midden,
achter L/R, middenachter L/R, subwoofer).
1 Druk herhaaldelijk op V/v/B/b om de
luidspreker op het scherm te selecteren
waarvan u de afstand tot de
luisterplaats wilt regelen en druk
vervolgens op .
2 Druk herhaaldelijk op B/b om een
"Distance:" te selecteren en druk dan
op .
3 Druk op V/v om de afstand van de
gekozen luidspreker in te stellen en
druk op .
U kunt de afstand regelen van 1,0 meter tot
10,0 meters in stappen van 1 cm.
Bijregelen van de
luidsprekergrootte
U kunt de grootte van elke luidspreker
wijzigen (voor L/R, midden, achter L/R,
middenachter L/R).
1 Druk herhaaldelijk op V/v/B/b om de
luidspreker op het scherm te selecteren
waarvan u de grootte wilt regelen en
druk vervolgens op .
2
Druk herhaaldelijk op
B
/
b
om een "Size:"
te selecteren en druk dan op .
3 Druk op V/v om de grootte van de
gekozen luidspreker in te stellen en
druk op .
•LARGE
Zijn er grote achterluidsprekers
aangesloten die alle lage tonen zonder
problemen kunnen weergeven, dan kiest u
"LARGE". Selecteer normaal "LARGE".
•SMALL
Klinkt het geluid vervormd, of is de
ruimtelijke weergave van meerkanaals
surroundgeluid niet naar wens, met te
weinig lage tonen, dan kiest u "SMALL"
om de lagetonen-verdelingscircuits in te
Manual Setup
wordt vervolgd
118
NL
schakelen, zodat de laagste frequenties
van elk kanaal worden verplaatst naar de
subwoofer of naar een ander stel
"LARGE" luidsprekers.
Tips
Bij de interne signaalbewerking bepaalt de keuze
van het "LARGE" en "SMALL"
luidsprekerformaat voor elk stel luidsprekers of de
ingebouwde geluidsprocessor de laagste
frequenties al dan niet naar de betreffende
luidspreker(s) zal uitsturen.
Als de lage tonen uit een bepaald kanaal worden
verwijderd, zullen de lagetonen-verdelingscircuits
die frequenties verplaatsen naar de subwoofer of
naar een ander stel "LARGE" luidsprekers die er
beter op zijn berekend.
Omdat lage tonen een bepaalde mate van
richtingsgevoeligheid hebben, is het evenwel beter
de lage tonen niet uit het signaal te verwijderen.
Daarom kunt u zelfs met een stel kleine
luidsprekers toch beter "LARGE" kiezen als u de
lage tonen ook door die luidsprekers wilt laten
weergeven. En andersom, als u grote luidsprekers
aansluit maar niet wilt dat die de laagste tonen
weergeven, kunt u voor die luidsprekers "SMALL"
kiezen.
Als het totale geluidsniveau lager is dan gewenst,
kiest u voor alle luidsprekers "LARGE." Als er te
weinig lage tonen klinken, kunt u die extra
versterken met de toonregelaar.
De middenachterluidsprekers worden op dezelfde
instelling ingesteld als de achterluidsprekers.
Als u voor de voorluidsprekers "SMALL" kiest,
worden de middenluidspreker, de
achterluidsprekers en de middenachterluidsprekers
ook automatisch ingesteld op "SMALL".
• Als u geen subwoofer hebt aangesloten, worden de
voorluidsprekers automatisch ingesteld op
"LARGE".
Hiermee kunt u de kantelfrequentie voor de
lage tonen kiezen bij luidsprekers die als
"SMALL" staan ingesteld in het Speaker-
menu. Na automatische kalibratie wordt de
gemeten luidspreker-kantelfrequentie
ingesteld voor iedere luidspreker.
1 Druk op B/b om de luidspreker
op het scherm te selecteren die
u wilt bijregelen.
2 Druk op V/v om de waarde bij te
regelen en druk dan op b.
U kunt het type testtoon selecteren op het Test
Tone-scherm.
Tips
• Om het volumeniveau van alle luidsprekers tegelijk
in te stellen drukt u op de toets MASTER VOL +/–.
• De instelwaarde wordt tijdens de bijregeling op het
display afgebeeld.
Elke luidspreker een testtoon
laten produceren
U kunt de luidsprekers één voor één een
testtoon laten produceren.
1 Druk op B/b om "Test Tone" te
selecteren en druk dan op .
Het scherm Test Tone verschijnt.
2 Druk op V/v om de waarde bij te
regelen en druk dan op .
•OFF
•AUTO
De testtoon is achtereenvolgens via elke
luidspreker hoorbaar.
• L, C, R, SR, SBR, SBL, SL, SW
U kunt kiezen welke luidsprekers de
testtoon moeten weergeven.
3 Druk op V/v om "Level:" bij te regelen
en druk dan op .
Aangrenzende luidsprekers een
testtoon laten produceren
U kunt aangrenzende luidsprekers een testtoon
laten produceren zodat u de balans tussen de
luidsprekers kunt regelen.
1 Druk op B/b om "Phase Noise" te
selecteren en druk dan op .
Het scherm Phase Noise verschijnt.
Crossover Freq (Speaker
crossover frequency)
Test Tone
119
NL
Instellingen aanpassen
2 Druk op V/v om de waarde bij te
regelen en druk dan op .
•OFF
• L/R, L/C, C/R, R/SL, R/SR, SR/SL, SR/
SBR, SBR/SBL, SR/SB, SBL/SL, SB/
SL, SL/L, L/SR
Zorgt dat de testtoon beurtelings door
twee aangrenzende luidsprekers wordt
weergegeven.
Sommige onderdelen worden niet
weergegeven, afhankelijk van de
opstelling van de luidsprekers.
3 Druk op V/v om "Level:" bij te regelen
en druk dan op .
De geluidsbron laten
weergeven door aangrenzende
luidsprekers
U kunt een geluidsbron laten weergeven door
aangrenzende luidsprekers zodat u de balans
tussen de luidsprekers kunt regelen.
1 Druk op B/b om "Phase Audio" te
selecteren en druk dan op .
Het scherm Phase Audio verschijnt.
2 Druk op V/v om de waarde bij te
regelen en druk dan op .
•OFF
• L/R, L/C, C/R, R/SL, R/SR, SR/SL, SR/
SBR, SBR/SBL, SR/SB, SBL/SL, SB/
SL, SL/L, L/SR
Zorgt dat de tweekanaals
voorluidsprekersignalen (in plaats van de
testtoon) beurtelings door twee
aangrenzende luidsprekers wordt
weergegeven.
Sommige onderdelen worden niet
weergegeven, afhankelijk van de
opstelling van de luidsprekers.
3 Druk op V/v om "Level:" bij te regelen
en druk dan op .
Als er geen weergave is van de
testtoon via de luidsprekers
De luidsprekerkabels zijn eventueel niet
goed aangesloten. Controleer of ze stevig
aangesloten zijn en niet, na een lichte ruk,
los kunnen schieten.
Er kan kortsluiting in de luidsprekerkabels
zijn.
Als de testtoon wordt
weergegeven door een andere
luidspreker dan die afgebeeld
op het beeldscherm
De luidspreker is niet op de juiste wijze
aangesloten in de luidsprekeropstelling. Zorg
ervoor dat het aansluitschema van de
luidspreker overeenkomt met de
luidsprekeropstelling.
Hiermee kunt u het dynamische bereik van een
geluidsspoor comprimeren, dus verkleinen.
Dit kan handig zijn om 's avonds laat een film
te bekijken; met het geluid zacht behoudt u
toch een rijke, volle klank. Compressie van het
dynamische bereik is alleen mogelijk met
Dolby Digital-signalen.
x OFF
Hierbij wordt het geluidsspoor normaal
weergegeven, zonder compressie.
x AUTO
Hiermee wordt het dynamische bereik
automatisch verkleind.
x STD
Hierbij wordt het geluidsspoor weergegeven
met het volledig dynamisch bereik, zoals
gekozen door de opnamestudio-technicus.
x MAX
Hiermee wordt het dynamische bereik
drastisch verkleind.
D. Range Comp (Dynamic range
compressor)
wordt vervolgd
120
NL
Tips
Met de dynamiekcompressie kunt u tijdens
weergave het dynamische bereik van een
geluidsspoor comprimeren volgens de
dynamiekinformatie vervat in het Dolby Digital-
signaal.
De standaardinstelling is "STD", maar die geeft
slechts een geringe mate van compressie. Daarom
raden wij u aan de "MAX"-instelling te gebruiken.
Hiermee wordt het dynamische bereik drastisch
beperkt, zodat u zonder bezwaar ook 's avonds laat
kunt genieten van een film met zacht ingesteld
geluid. In tegenstelling tot analoge
compressiefuncties zijn de niveaus hierbij vooraf
bepaald, voor een natuurlijk klinkende compressie.
Hiermee kiest u de eenheid waarin de
afstanden van de luidsprekers worden
gemeten.
x meter
De afstanden worden aangegeven in meter.
x feet
De afstanden worden aangegeven in Engelse
voet.
Surround-instellingen
Hiermee kunt u het geluidseffect bijregelen via
het scherm Sound Field Setup.
Opmerking
De onderdelen die u in elk menu kunt instellen
kunnen, afhankelijk van de het geluidsveld variëren.
U kunt het surround-geluidsveld selecteren en
het effectniveau bijregelen op het Sound Field
Setup-scherm.
Voor nadere bijzonderheden over het
geluidsveld, zie "Genieten van
surroundgeluid" (zie blz. 81).
Het surround-geluidsveld
selecteren
1
Druk herhaaldelijk op V/v om "Sound
Field Select" te selecteren en druk dan
op .
2 Druk herhaaldelijk op de V/v om het
gewenste surroundgeluid te kiezen en
druk vervolgens op .
Het effectniveau veranderen
1
Druk herhaaldelijk op V/v om "Sound
Field Select" te selecteren en druk dan
op .
2 Druk herhaaldelijk op de V/v om het
gewenste surroundgeluid te kiezen en
druk vervolgens op .
3 Druk op V/v om "Effect Level" te
selecteren.
•50%
•80%
•100%
•150%
Opmerking
Effect Level-regeling werkt alleen wanneer
"Cinema Studio EX DCS " wordt geselecteerd.
Distance Unit (Afstandseenheid)
Sound Field Setup
121
NL
Instellingen aanpassen
U kunt de decodeermodus voor het
geluidsveld selecteren.
Voor nadere bijzonderheden over de
beschikbare decodeermodi, zie "Een
meerkanaals surround-geluidseffect instellen"
(zie blz. 83).
x PLII
Deze instelling zorgt voor Dolby Pro Logic II-
decodering. Een geluidsbron die is
opgenomen met 2 kanalen wordt gedecodeerd
naar 5.1 kanalen.
x PLIIx
Deze instelling zorgt voor Dolby Pro Logic
IIx-decodering. Een geluidsbron die is
opgenomen met 2 kanalen of 5.1 kanalen
wordt gedecodeerd naar 7.1 kanalen.
x Neo:6 Cinema
Deze instelling zorgt voor DTS Neo:6
Cinema-decodering. Een geluidsbron die is
opgenomen met 2 kanalen wordt gedecodeerd
naar 7 kanalen.
x Neo:6 Music
Deze instelling zorgt voor DTS Neo:6 Music-
decodering. Een geluidsbron die is
opgenomen met 2 kanalen wordt gedecodeerd
naar 7 kanalen. Deze instelling is ideaal voor
normale stereobronnen zoals cd's.
x NEURAL-THX
Volgende generatie Neural-THX
®
Surround.
Naast stereoverbetering en puur 5.1
surroundgeluid, nu ook geschikt voor volledig
360° 7.1 surroundgeluidsweergave van
Neural-THX
®
surround-gecodeerde inhoud.
Opmerking
U kunt "PLII" selecteren wanneer het Speaker
Pattern-menu geen middenachterluidspreker bevat
of "PLIIx" wanneer er geen
middenachterluidspreker is. Beide instellingen
kunnen niet tegelijkertijd worden geselecteerd.
EQ-instellingen
Met de volgende parameters kunt u de klank
(lage/hoge tonen) van de voor-, midden- en
middenachterluidsprekers regelen.
Opmerkingen
Deze functie is niet beschikbaar in de volgende
gevallen.
De meerkanaalsingang is geselecteerd.
Geluidsveld is ingesteld op "2ch Analog
Direct".
Deze functie werkt niet bij ontvangst van Dolby
TrueHD-signalen met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz.
Als de equalizer wordt bijgeregeld terwijl de
receiver signalen ontvangt met een
bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz,
zullen de signalen altijd worden weergegeven in
44,1 kHz of 48 kHz.
De equalizer bijregelen op het
EQ-scherm
1
Druk op B/b om op het scherm de
luidspreker te selecteren die u wilt
bijregelen en druk vervolgens op .
2 Druk op B/b om "Bass" of "Treble" te
selecteren.
3 Druk op V/v om de waarde bij te
regelen en druk dan op .
Enhanced Sur Mode
Niveau
(dB)
Laag Hoog
Frequentie
(Hz)
122
NL
Multi Zone-instellingen
U kunt instellingen verrichten voor de eerste,
2e of 3e ruimte.
U kunt het systeem in- of uitschakelen voor de
2e of 3e ruimte. "Main" (deze receiver) blijft
altijd geselecteerd. U kunt hem niet
uitschakelen.
1 Druk op V/v om de zone te
selecteren die u in of uit wilt
schakelen en druk vervolgens
op .
2 Druk op V/v om "ON" of "OFF"
te selecteren en druk
vervolgens op .
x ON
x OFF
U kunt de bron selecteren waarvan de signalen
worden doorgegeven naar de ruimte. Audio-
en videosignalen worden uitgevoerd naar de
2e ruimte, naar de 3e ruimte worden alleen
audiosignalen uitgevoerd.
1
Druk op
V
/
v
om de ruimte
waarnaar u de audio-/video-
uitgangssignalen wilt uitvoeren, te
selecteren en druk daarna op .
2 Druk op B/b om "Input" te
selecteren en druk dan op .
3 Druk op V/v om het
ingangssignaal te kiezen en
druk vervolgens op .
U kunt het volume in de 1e ruimte regelen.
Als "Sur Back Assign" op "ZONE2" staat in
het menu Luidsprekerinstellingen, kunt u ook
het volume in de 2e ruimte bijregelen.
1 Druk op V/v om de zone te
selecteren waarvan u het
volume wilt bijregelen en druk
vervolgens op .
2 Druk op B/b om "Volume" te
selecteren en druk dan op .
3 Druk op V/v om het volume bij
te regelen en druk dan op .
U kunt de receiver in een andere ruimte in- en
uitschakelen, of een keuze maken uit
verscheidene gebruiksopties van de 12V
Trigger-functie.
1 Druk op V/v om de gewenste
ruimte te selecteren en druk
dan op .
2 Druk op B/b om "12V Trigger" te
selecteren en druk dan op .
3 Druk op V/v om de parameter te
kiezen en druk vervolgens op
.
x OFF
Hiermee worden geen 12V aan/uit-signalen
verstuurd wanneer de eerste receiver wordt
ingeschakeld.
In- of uitschakelen voor 2e/3e
ruimte
De uitgangsbron voor elke zone
selecteren
Bijregelen van het volume voor
de 2e/3e ruimte
De criteria voor signaaluitvoer
naar elke ruimte selecteren
123
NL
Instellingen aanpassen
x CTRL
Hiermee kunt u het verzenden van een 12V
aan/uit-signaal handmatig regelen via het CIS-
commando van de afstandsbediening.
x ZONE
Hiermee zorgt u dat wel/geen 12V aan/uit-
signalen worden verstuurd wanneer de
receiver in de gekozen ruimte in-/
uitgeschakeld wordt.
x INPUT (alleen voor "Main")
Hiermee kunt u het verzenden van een 12V
aan/uit-signaal bij inschakelen van de
vooringestelde ingangsbron aanzetten.
Als u "Input" kiest, verschijnt een
instelscherm waarop u elk aan/uit-signaal kunt
in- of uitschakelen. Druk op V/v om de ingang
te selecteren en druk dan op om een vinkje
in het vakje te plaatsen.
x MAIN (alleen voor "Zone2" en
"Zone3")
Hiermee kunt de bediening van de aan/
uitsignalen in de 2e of 3e ruimte koppelen aan
de hoofdreceiver.
Tips
Zelfs met deze receiver in de wachtstand (druk op
?/1 op de afstandsbediening om deze receiver uit
te schakelen), blijft de receiver in de 2e of 3e
ruimte ingeschakeld. Druk gelijktijdig op de toets
?/1 en AV ?/1 van de afstandsbediening RM-
AAL014 om alle receivers uit te schakelen
(SYSTEM STANDBY).
Alleen de signalen van componenten, die zijn
aangesloten op de analoge ingangsaansluitingen,
worden weergeven via de ZONE 2 OUT/ZONE 3
OUT-aansluitingen. Er worden geen signalen
weergegeven van apparatuur die is aangesloten op
alleen de digitale ingangsaansluitingen.
Wanneer SOURCE is geselecteerd, worden de
signalen die naar de MULTI CHANNEL INPUT-
aansluitingen worden ingevoerd, niet uitgevoerd
van de ZONE 2 OUT- of ZONE 3 OUT-
aansluiting, zelfs wanneer de meerkanaals invoer is
geselecteerd. Dan worden de analoge signalen van
de huidige geluidsbron weergegeven.
Wanneer "Tuner" is geselecteerd, wordt hetzelfde
type radiozender (FM/AM) dat in de hoofdruimte
is ingesteld in ruimte 2 of 3, geselecteerd. U kunt
echter een andere invoer dan "Tuner" selecteren in
ruimtes 2 en 3.
Wanneer de receiver in de hoofdzone wordt
uitgeschakeld, of als een andere ingangsbron dan
"Tuner" is geselecteerd, kunt u een AM- of FM-
radiozender selecteren in ruimte 2. Wanneer de
receiver in de hoofdzone en ruimte 2 is
uitgeschakeld, kunt u een AM- of FM-radiozender
selecteren in ruimte 3.
Als twee van de receivers in de hoofdruimte, 2e
ruimte of 3e ruimte worden uitgeschakeld, kunt u
in de resterende ruimte, waar de receiver nog
ingeschakeld is, een type radiozender kiezen uit
FM/AM/XM/SIRIUS.
124
NL
Audio-instellingen
U kunt het geluid naar eigen smaak instellen.
Wanneer u dit instelt op "AUTO", speelt de
receiver het opgenomen geluid met
verlieslatende compressie en een hoge
geluidskwaliteit. Zelfs cd-geluid wordt
gelineariseerd zodat cd-geluidskwaliteit nog
wordt verhoogd.
x OFF
x AUTO
Hiermee kunt u de uitvoer van het
audiosignaal vertragen om het tijdsverschil
tussen beeld- en geluidsweergave te
corrigeren.
x HDMI AUTO
De vertraging tussen audio-uitvoer en
beeldweergave op het scherm dat is verbonden
via een HDMI-aansluiting wordt automatisch
gecompenseerd op basis van de informatie
voor de televisie. Deze functie is alleen
beschikbaar wanneer het beeldscherm
compatibel is met A/V Sync.
x 0 ms – 300 ms
U kunt de vertraging instellen van 0 ms tot
300 ms in stappen van 10 ms.
Opmerkingen
Deze functie is handig bij gebruik van een groot
LCD- of plasmascherm of een projector.
Deze functie is niet beschikbaar in de volgende
gevallen.
De meerkanaalsingang is geselecteerd.
De functie "2ch Analog Direct" wordt gebruikt.
Hiermee kunt u de gewenste taal kiezen
waarmee u naar de digitale uitzending wilt
luisteren. Deze mogelijkheid is alleen maar
beschikbaar bij Dolby Digital-signalen.
x MAIN/SUB
Het geluid van de eerste taal wordt
weergegeven via de linkervoorluidspreker en
tegelijkertijd wordt de tweede taal
weergegeven via de rechtervoorluidspreker.
x MAIN
Het geluid van de eerste taal wordt
weergegeven.
x SUB
Het geluid van de tweede taal wordt
weergegeven.
Hiermee kiest u het soort decodering dat moet
worden toegepast op de signalen die
binnenkomen via de DIGITAL IN- en HDMI
IN-aansluitingen.
x PCM
Als signalen van de DIGITAL IN-aansluiting
worden geselecteerd, krijgen de PCM-
signalen voorrang (ter voorkoming van
onderbrekingen wanneer de weergave begint).
Als er echter andere signalen binnenkomen, is
er mogelijk geen geluidsweergave afhankelijk
van het geluidsformaat.
Stel dan dit onderdeel in op "AUTO".
Als signalen van de HDMI IN-aansluiting
worden geselecteerd, worden alleen PCM-
signalen uitgevoerd door de aangesloten
speler. Als signalen in enig ander formaat
binnenkomen, stelt u dit onderdeel in op
"AUTO".
Digital Legato Linear (D.L.L.)
A/V Sync (Synchronisatie van
het audio- en video-
uitgangssignaal)
Dual Mono (Taalkeuze bij
digitale uitzendingen)
Decode Priority
(Decodeerprioriteit voor digitale
audio-ingang)
125
NL
Instellingen aanpassen
x AUTO
Schakelt de ingangsmodus automatisch om
tussen Dolby Digital, DTS, DSD en PCM.
Opmerking
Zelfs wanneer de "Decode Priority" op "PCM" is
ingesteld, kan het geluid aan het begin van de eerste
track worden onderbroken als gevolg van signalen
op de cd die wordt afgespeeld.
Video-instellingen
Om de nodige video-instellingen te verrichten.
Hiermee kunt u de resolutie van analoge
videosignalen omzetten.
Voor nadere bijzonderheden over de omzetting
van video ingangs-/uitgangssignalen volgens
de instellingen van Resolution-menu, zie
Figuur 1 op zie blz. 126.
x AUTO
x DIRECT
Om analoge video-ingangssignalen uit te
voeren zonder omzetting.
x 480i/576i
x 480p/576p
x 720p
x 1080i
x 1080p
Hiermee kunt u de resolutie van analoge
videosignalen omzetten in de 2e ruimte.
Voor nadere bijzonderheden over de omzetting
van video ingangs-/uitgangssignalen volgens
de instellingen van Zone Resolution-menu, zie
Figuur 2 op zie blz. 127.
x 480i/576i
x 480p/576p
x 720p
x 1080i
Resolution (Omzetten van
videosignalen)
Zone Resolution
wordt vervolgd
126
NL
Figuur 1
z : Videosignalen worden omgezet en worden via de videosignaalomzetter uitgevoerd.
a : Het uitgevoerde videosignaal is identiek aan het ingangssignaal. Videosignalen worden niet omgezet.
– : Videosignalen worden niet uitgevoerd.
a)De resolutie wordt automatisch ingesteld, afhankelijk van het aangesloten beeldscherm.
b)Wanneer de televisie met andere aansluitingen wordt verbonden dan de HDMI-aansluitingen, worden 480i/
576i-signalen uitgevoerd als de "Resolution" is ingesteld op "AUTO".
c)Signalen met 480p/576p progressieve scanning worden uitgevoerd, zelfs als 480i/576i interlaced is ingesteld.
d)Als videosignalen niet auteursrechtelijk beveiligd zijn, worden ze uitgevoerd op basis van het instelmenu. Als
videosignalen auteursrechtelijk beveiligd zijn, worden ze uitgevoerd als 480p.
Opmerkingen
Videosignalen worden niet uitgevoerd via de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT, MONITOR VIDEO
OUT of HDMI OUT-aansluiting als de monitor, enz. is aangesloten op de HDMI OUT-aansluiting.
Als u een resolutie kiest die de aangesloten televisie niet ondersteunt in het "Resolution"-menu, kunnen de
televisiebeelden niet correct worden weergegeven.
Geconverteerde HDMI-beelduitvoersignalen ondersteunen geen "x.v.Color (x.v.Colour)".
Geconverteerde HDMI-beelduitvoersignalen ondersteunen geen Deep Color.
"Resolution"
menu-instelling
HDMI OUT-
aansluiting
MONITOR
COMPONENT
VIDEO OUT-
aansluitingen
MONITOR VIDEO
OUT-aansluiting
DIRECT Component video a
Composite video a
AUTO
(oorspronkelijke
instelling)
Component video
z
a)
z
b)
z
b)
Composite video z
b)
z
b)
480i/576i Component video z
c)
zz
Composite video z
c)
zz
480p/576p Component video zz
Composite video zza
720p, 1080i Component video zz
d)
Composite video zz
d)
a
1080p Component video za
Composite video z a
Ingangssignalen
Uitvoer van
127
NL
Instellingen aanpassen
Figuur 2
z : Videosignalen worden omgezet en worden via de videosignaalomzetter uitgevoerd.
– : Videosignalen worden niet uitgevoerd.
Instelling "Zone
Resolution"-
menu
ZONE 2
COMPONENT
VIDEO OUT-
aansluiting
ZONE 2 VIDEO
OUT-
aansluitingen
ZONE 2
COMPONENT
VIDEO OUT
(CAT5 RJ45)-
aansluiting
480i/576i
(oorspronkelijke
instelling)
Component video zzz
Composite video zzz
480p/576p Component video z z
Composite video z z
720p, 1080i Component video z z
Composite video z z
Ingangssignalen
Uitvoer van
128
NL
HDMI-instellingen
Verricht de nodige instellingen voor
apparatuur die is verbonden met de HDMI-
aansluitingen.
Hiermee kunt u de controlefunctie van
apparaten die zijn aangesloten op de HDMI-
aansluiting, via een HDMI-kabel aan of uit
zetten.
x OFF
x ON
Opmerking
Wanneer u "Control for HDMI" op "ON" zet, kan
"Audio Out" automatisch worden veranderd.
Hiermee kunt u de HDMI audiosignalen
instellen van een weergaveapparaat dat via de
HDMI-aansluiting is verbonden met de
receiver.
x TV+AMP
Geluidsweergave door de luidsprekers van het
televisietoestel en de op deze receiver
aangesloten luidsprekers.
Opmerkingen
De geluidskwaliteit van het weergaveapparaat is
afhankelijk van de geluidskwaliteit van het
televisietoestel, het aantal kanalen, en de
bemonsteringsfrequentie, enz. Als het
televisietoestel is uitgerust met stereoluidsprekers,
is de geluidskwaliteit van deze receiver gelijk aan
de geluidskwaliteit van het televisietoestel, ook al
gebruikt u meerkanaals weergave.
Bij aansluiting van de receiver op videoapparatuur
(projector, e.d.) is het mogelijk dat het geluid niet
door de receiver uitgevoerd wordt. In dat geval
selecteert u "AMP".
• Als u de invoer selecteert waar u de HDMI-ingang
heeft toegewezen, komt er geen geluid uit de
televisie.
x AMP
De weergave van de HDMI-geluidssignalen
van het weergaveapparaat is alleen maar
hoorbaar via de luidsprekers die zijn
aangesloten op deze receiver. De meerkanaals
geluidsignalen kunnen als zodanig
weergegeven worden.
Opmerking
Er is geen geluidsweergave via de luidsprekers van
het televisietoestel als "Audio Out" is ingesteld op
"AMP".
Laat u het niveau van de subwoofer instellen
op 0 dB of +10 dB als PCM signalen worden
ontvangen via een HDMI -aansluiting. U kunt
het niveau voor elke HDMI-ingang apart
instellen.
x 0 dB
x AUTO
Stelt het niveau automatisch in op 0 dB of +10
dB afhankelijk van de frequentie.
x +10 dB
Hiermee kan de H.A.T.S. (High quality digital
Audio Transmission System)-functie in of uit
worden geschakeld. Wanneer de H.A.T.S.-
functie is ingeschakeld, wordt de
geluidskwaliteit verbeterd door het ontbreken
van jitter (verspringen bij het uitlezen van
signalen) bij het verzenden van digitale
audiosignalen.
Om de H.A.T.S.-functie te activeren, selecteert
u "ON" voor "CTRL FOR HDMI".
x OFF
x ON
Control for HDMI
Audio Out (HDMI audio-ingang
instellen)
Subwooferniveau
H.A.T.S.
129
NL
Instellingen aanpassen
Opmerkingen
Het duurt enige tijd vooraleer geluid wordt
weergegeven na het activeren van een
weergavefunctie op het aangesloten apparaat (bv.
de PLAY-toets indrukken, de STOP-toets
indrukken, de PAUSE-toets indrukken) wegens de
beperkingen van het H.A.T.S.-systeem. Deze
vertraging hangt af van de geluidsbron. De functie
is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van
apparaat en geluidsbron, ook al zet u die op ON.
De apparaten die zijn verbonden met de HDMI-
aansluiting moeten compatibel zijn met H.A.T.S.
Wanneer "Audio Out" op "TV+AMP" staat, werkt
de H.A.T.S.-functie mogelijk niet, afhankelijk van
het aangesloten apparaat en de status ervan.
Selecteer dan "AMP" voor "Audio Out".
De H.A.T.S.-functie van deze receiver werkt
wanneer een Sony SCD-XA5400ES is aangesloten
op de receiver.
Streaminformatie over de
H.A.T.S.-functie beschikbaar
Laat u de videosignalen van de HDMI IN-
aansluiting direct naar de HDMI OUT-
aansluiting sturen.
x OFF
De ingangssignalen van de HDMI IN-
aansluiting worden door een video processor
gevoerd.
x ON
De ingangssignalen van de HDMI IN-
aansluiting worden direct uitgevoerd.
System-instellingen
De instellingen van de receiver kunnen worden
gepersonaliseerd.
Laat u de screen saver-functie voor het GUI-
menu activeren op de televisie die is
aangesloten op de receiver.
x OFF
De screen saver-functie is uitgeschakeld.
x ON
Als er 15 minuten lang geen werking is
geweest, wordt de screen saver-functie
automatisch geactiveerd.
Hiermee kunt u dit menu gebruiken voor
bewerkingen in de 2e/3e ruimte.
x OFF
x ON
Hiermee kiest u de taal voor de meldingen op
het scherm.
x English
x Español
x Français
x Deutsch
Audiosignaal Bemonsteringsfre-
quentie
Linear PCM 2ch 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz,
176,4 kHz, 192 kHz
Linear PCM Multi 44,1 kHz, 48 kHz,
88,2 kHz, 96 kHz,
176,4 kHz, 192 kHz
DSD 2,8224 MHz
Video Direct
Screen Saver
RS-232C Control
Language
130
NL
Bediening zonder
aansluiting op een
televisie
U kunt de receiver bedienen met behulp van
het displayscherm van de receiver, ook al is er
geen televisie aangesloten op de receiver.
Als "GUI MODE" verschijnt op het
displayscherm van de receiver, druk dan op
GUI MODE om de menuweergave om te
schakelen naar "DISPLAY MODE".
1 Schakel de receiver in.
2 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
3 Druk op MENU.
Het menu verschijnt op het displayscherm
van de receiver.
Bijvoorbeeld: als u "Level Settings" kiest
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
het menu te selecteren en druk
dan op of b.
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
het menuonderdeel te
selecteren en druk dan op .
De parameter verschijnt tussen haakjes.
6 Druk herhaaldelijk op V/v om
de parameter te selecteren en
druk dan op .
De parameter wordt ingevoerd en de
haakjes verdwijnen van het scherm.
Tip
Druk op RETURN/EXIT O om terug te keren naar
de vorige stap.
Gebruik van het menu op het
displayscherm
AMP
V/v/b,
MENU
RETURN/
EXIT O
131
NL
Instellingen aanpassen
In elk menu zijn de volgende menuonderdelen beschikbaar.
"xx…" in de tabel staat voor de parameter van elk onderdeel.
Menulijst (op het displayscherm)
Menu Onderdeel Instelparameter
Oorspronkelijke
instelling
Auto Calibration AUTO CAL START?
5 4 3 2 1
MEASURING: TONE
MEASURING: T.S.P.
MEASURING: WOOFER
COMPLETE
[xxxxxxxxxx]
RETRY, SAVE EXIT, WRN
CHECK, PHASE INFO, DIST.
INFO, LEVEL INFO, EXIT
SAVE EXIT
WARNING CODE [xxx:4x]
FL, FR, C, SLA, SRA, SLB, SRB, SBL,
SBR : 0, 1, 2, 3, 4
NO WARNING
ERROR CODE [xxx:3x] F, SR, SB : 0, 1, 2, 3, 4
RETRY? [xxxx] YES, EXIT YES
CANCEL
CAL TYPE [xxxxxxxxx] ENGINEER, FULL FLAT,
FRONT REF, OFF
FULL FLAT
POSITION [xxxxxxxx] POS.1, POS.2, POS.3 POS.
1
NAME IN ? [xxxxxxxx]
wordt vervolgd
133
NL
Instellingen aanpassen
Speaker Settings SP PATTERN [xxxxx] 2/0 tot 3/4,1 (16 opstellingen) 3/4,1
FRONT SP [xxxxx] SMALL, LARGE LARGE
CENTER SP [xxxxx] SMALL, LARGE LARGE
SURROUND SP [xxxxx] SMALL, LARGE LARGE
BI-AMP [xxx] OFF, ON OFF
ZONE2 SP [xxx] OFF, ON OFF
FRONT L [xxxxxxxxx]
3’ 3” tot 32’ 9
(stap van 1 inch)
1,0 tot 10,0 (m)
(stap van 0,1 m)
9’ 10”
3m
FRONT R [xxxxxxxxx]
CENTER [xxxxxxxxx]
SURROUND L
[xxxxxxxxx]
SURROUND R
[xxxxxxxxx]
SUR BACK [xxxxxxxxx]
SUR BACK L
[xxxxxxxxx]
SUR BACK R
[xxxxxxxxx]
SUB WOOFER
[xxxxxxxxx]
DISTANCE UNIT [xxxxx] meter, feet feet*
FR CROSSOVER** [xxxxx] 40 tot 200 (stap van 10 Hz) 120
CNT CROSSOVER**
[xxxxx]
40 tot 200 (stap van 10 Hz) 120
SUR CROSSOVER**
[xxxxx]
40 tot 200 (stap van 10 Hz) 120
CNT A.DOWN MIX [xxx] OFF, ON OFF
SP IMPEDANCE [xohm] 4ohm, 8ohm 8ohm
Menu Onderdeel Instelparameter
Oorspronkelijke
instelling
*
meter voor Europees mo
d
e
l
**U kunt deze instelling niet selecteren als de luidspreker is ingesteld op "LARGE".
wordt vervolgd
135
NL
Instellingen aanpassen
* alleen Europees model
Om de H.A.T.S.-functie te activeren, selecteert u "ON" voor "CTRL FOR HDMI."
Omschakelen van het display
U kunt het geluidsveld enz. controleren door
deze aanduidingen op het display zichtbaar te
maken.
1 Druk op AMP.
De receiver kan worden bediend met de
afstandsbediening.
2 Selecteer de ingang waarvan u de
informatie wilt controleren.
3 Druk herhaaldelijk op DISPLAY.
Bij elke druk op de toets DISPLAY
verandert het display als volgt.
Gekozen ingang t Geluidsveldtype t
Streaminformatie t Ingangsnaam...
Bij het luisteren naar FM en AM radio
Zendernaam t Frequentie t
Geluidsveldtype t Vo l ume . . .
De zelfgekozen naam verschijnt alleen als
er een zelfgekozen naam voor de
geluidsbron is ingevoerd. De zelfgekozen
naam verschijnt niet als er alleen spaties
zijn gekozen.
Bij het afstemmen op een kanaal van een
satellietontvanger (alleen VS/Canadees
model)
Kanaalnaam t Kanaalnummer t
Categorie t Naam artiest t Song t
Naam componist (alleen SIRIUS) t
Signaalsterkte t Geluidsveldtype
Bij ontvangst van RDS-uitzendingen
(alleen Europees model)
PS (Program Service-naam)
a)
, Naam
voorkeurzender, band of voorkeurnummer
t Frequentie, band en voorkeurnummer
t PTY (Program Type)-aanduiding
b)
t
RT (Radio Text)-aanduiding
c)
t
Geluidsveldtype
a)Deze informatie verschijnt ook voor FM-
zenders die geen RDS-informatie uitzenden.
b)Type programma dat wordt uitgezonden.
c)Tekstberichten die door de RDS-zender
worden uitgezonden.
HDMI Settings CTRL FOR HDMI [xxx] OFF, ON OFF
AUDIO OUT [xxxxxx] TV+AMP, AMP AMP
SW LEVEL [xxxdB] AUTO, +10dB, 0dB AUTO
H.A.T.S. [xxx]* OFF, ON ON
VIDEO DIRECT [xxx] OFF, ON OFF
System Settings NAME IN ? [xxxxxxxx]
12V TRIG. MAIN [xxxxx] OFF, CTRL, ZONE, INPUT OFF
12V TRIG. ZONE2 [xxxxx] OFF, CTRL, ZONE, MAIN OFF
12V TRIG. ZONE3 [xxxxx] OFF, CTRL, ZONE, MAIN OFF
RS-232C CONTROL [xxx] OFF, ON ON
Menu Onderdeel Instelparameter
Oorspronkelijke
instelling
136
NL
Elk apparaat met behulp
van de afstandsbediening
bedienen
U kunt Sony- of niet-Sony-apparatuur
bedienen met behulp van de afstandsbediening
van de receiver.
De afstandsbediening is oorspronkelijk
ingesteld voor de bediening van Sony-
apparatuur.
Wanneer u de instellingen van de
afstandsbediening wijzigt volgens de
gebruikte apparatuur, kunt u ook niet-Sony- en
andere Sony-apparatuur bedienen (zie
blz. 139).
1 Druk op de ingangtoets van het
aangesloten apparaat dat u wilt
bedienen.
2 Druk op de passende toetsen
om de functie te gebruiken
zoals vermeld in de
onderstaande tabel.
Opmerking
Sommige functies van het aangesloten apparaat
kunnen mogelijk niet worden bediend.
Gebruik van de
afstandsbediening
Bedienen van apparatuur die is
aangesloten op de receiver
137
NL
Gebruik van de afstandsbediening
Tabel met bruikbare bedieningstoetsen per apparaat
(hoofdafstandsbediening)
*1 Alleen laserdiscspeler.
*2 Alleen cassettedeck B.
*3 Alleen DVD.
*4 Alleen Video CD.
Apparaat
Toets
TV Video-
recor-
der
Dvd-
speler,
dvd-
videore-
corder
Blu-ray
Disc-
speler
HDD-
recorder
met een
harde
schijf
PSX Video-
cd-
speler,
laserdisc
-speler
Digitale
CATV-
aansluiting
(VS)
DSS
(UC)
Digitale
receiver van
tv-signalen
via satelliet/
ether
(EURO)
Cassette-
deck (A en
B)
DAT-
cassette
deck
Cd-
speler,
minidisc-
recorder
DIGITAL
MEDIA
PORT-
toestel
AV
?
/
1
zzzzzzzzzz zz
Cijfertoetsen
zzzzzzzzzz z zzz
TV INPUT, WIDE
z
-/--
zz z z z z z z z z z
ENT/MEM
zz z z z zz
*1
zz z zz
CLEAR
zzzz z z
OPTIONS/TOOLS
zzzzz zz
DISPLAY
zz z z z z z z z z
RETURN/EXIT
zzzzzzzzz z
V
/
v
/
B
/
b
, ,
MENU, HOME
zz z z z z z z z z
.
/
>
zz z z z z z z z
*2
zz z
B
·/·
b
zzzzz z z
m
/TUNING –,
M
/TUNING +
zz z z z z z z z z z z
DISC SKIP
z
*3
z
*4
z
N
,
X
,
x
zz z z z z z z z z z z
MUTING,
MASTER VOL +/–,
TV VOL +/–
z
PRESET +/–,
TV CH +/–
zz z z z z
*1
zz z
BD/DVD TOP MENU,
BD/DVD MENU
zz z
F1, F2
zz
wordt vervolgd
138
NL
Tabel met bruikbare bedieningstoetsen per apparaat
(afstandsbediening 2e/3e ruimte)
*1 Alleen laserdiscspeler.
*2 Alleen cassettedeck B.
*3 Alleen DVD.
*4 Alleen Video CD.
Apparaat
Toets
TV Video-
recor-
der
Dvd-
speler,
dvd-
videoreco
rder
Blu-ray
Disc-
speler
HDD-
recorder
met een
harde
schijf
PSX Video-
cd-
speler,
laserdisc
-speler
Digitale
CATV-
aansluiting
(VS)
DSS
(UC)
Digitale
receiver van
tv-signalen
via satelliet/
ether
(EURO)
Cassette-
deck (A en
B)
DAT-
cassette
deck
Cd-
speler,
minidisc-
recorder
DIGITAL
MEDIA
PORT-
toestel
AV
?
/
1
zzzzzzzzzz zz
Cijfertoetsen
zzzzzzzzzz z zzz
TV INPUT, WIDE,
BEELD,
FAVORIETEN
z
-/--
zz z z z z z z z z z
ENTER
zz z z z zz
*1
zz z zz
OPTIONS/TOOLS
zzzzz zz
DISPLAY
zz z z z z z z z z
RETURN/EXIT
zzzzzzzzz z
V
/
v
/
B
/
b
, ,
MENU, HOME
zz z z z z z z z z
GIDS
z
*3
zzz zzz
.
/
>
zz z z z z z z z
*2
zz z
B
·/·
b
zzzzz z z
m
/TUNING –,
M
/TUNING +
zz z z z z z z z z z z
DISC SKIP
z
*3
z
*4
z
N
,
X
,
x
zz z z z z z z z z z z
MUTING,
MASTER VOL +/–,
TV VOL +/
z
PRESET +/–,
TV CH +/–
zz z z z z
*1
zz z
BD/DVD TOP MENU,
BD/DVD MENU
zz z
139
NL
Gebruik van de afstandsbediening
Programmeren van de
afstandsbediening
U kunt de afstandsbediening aanpassen aan de
apparatuur die op deze receiver is aangesloten.
U kunt de afstandsbediening zelfs
programmeren voor de bediening van
apparatuur van een ander merk dan Sony, en
ook Sony-apparatuur waarvoor deze
afstandsbediening niet gemaakt is.
In de onderstaande procedure wordt als
voorbeeld gebruik gemaakt van een
videorecorder van een andere fabrikant dan
Sony, die is aangesloten op de VIDEO 2 IN-
aansluitingen van de receiver.
Hoofdafstandsbediening
Afstandsbediening 2e/3e ruimte
1 Druk op AV ?/1 terwijl u op RM
SET UP drukt.
De RM SET UP-toets knippert.
2 Terwijl de toets RM SET UP
knippert, drukt u op de
ingangsbrontoets (inclusief
televisie) van het apparaat dat u
wilt bedienen.
Als u bijvoorbeeld een videorecorder,
aangesloten via de VIDEO 2 IN-
aansluiting, wilt bedienen moet u op de
toets VIDEO 2 drukken.
RM SET UP en de gekozen
ingangsbrontoets gaan branden.
Als u de toets indrukt voor een apparaat
waarvoor u de afstandsbediening niet
kunt programmeren, zoals TUNER,
PHONO, DMPORT of SOURCE enz.,
zal de RM SET UP-toets blijven
knipperen.
3 Gebruik de cijfertoetsen voor
het invoeren van de codeset (of
een van de codesets als er
meerdere bestaan) van het
apparaat en merk van het
apparaat dat u wilt bedienen.
De ingangtoets licht op.
Opmerking
Voor de codeset van televisies zijn alleen
getallen in de 500-reeks geldig.
4 Druk op ENT/MEM of ENTER.
Na verificatie van de codeset knippert de
toets RM SET UP tweemaal en de
programmeerfunctie van de
afstandsbediening wordt beëindigd. Ook
de ingangstoets dooft.
Het programmeren annuleren
Druk op RM SET UP tijdens elke stap.
Cijfer-
toetsen
AV ?/1RM SET
UP
ENT/
MEM
SHIFT
Ingangs-
toetsen
Cijfer-
toetsen
AV ?/1RM SET
UP
ENTER
SHIFT
140
NL
Gebruik de codesets in onderstaande tabel
voor de bediening van apparatuur van een
ander merk dan Sony, en ook Sony-apparatuur
waarvoor deze afstandsbediening niet gemaakt
is. Aangezien het afstandsbedieningssignaal,
dat door een apparaat geaccepteerd wordt, per
model en fabricagejaar kan verschillen,
kunnen er meerdere codesets aan een apparaat
toegewezen worden. Als u er niet in slaagt om
de afstandsbediening met een van de codesets
te programmeren, moet u een andere
gebruiken.
Opmerkingen
De codesets zijn bijgewerkt volgens de meest
recente opgave van ieder merk. Er bestaat echter
een kans dat uw apparaat niet reageert op enkele of
alle codesets.
Het is mogelijk dat niet alle ingangtoetsen
beschikbaar zijn voor elk apparaat.
Bediening van een cd-speler
Bediening van een DAT-
cassettedeck
Bediening van een cassettedeck
Bediening van een minidisc-
recorder
Bediening van een HDD-
recorder met een harde schijf
Bediening van een Blu-ray Disc-
speler
Bediening van een PSX
Bediening van een dvd-speler
De codesets corresponderen
met het apparaat en het merk
van het apparaat
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 101, 102, 103
DENON 104, 123
JVC 105, 106, 107
KENWOOD 108, 109, 110
MAGNAVOX 111, 116
MARANTZ 116
ONKYO 112, 113, 114
PANASONIC 115
PHILIPS 116
PIONEER 117
TECHNICS 115, 118, 119
YAMAHA 120, 121, 122
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 203
PIONEER 219
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 201, 202
DENON 204, 205
KENWOOD 206, 207, 208, 209
NAKAMICHI 210
PANASONIC 216
PHILIPS 211, 212
PIONEER 213, 214
TECHNICS 215, 216
YAMAHA 217, 218
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 301
DENON 302
JVC 303
KENWOOD 304
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 307, 308, 309
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 310, 311, 312
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 313, 314, 315
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 401, 402, 403
BROKSONIC 424
DENON 405
HITACHI 416
JVC 415, 423
MITSUBISHI 419
ORITRON 417
PANASONIC 406, 408, 425
PHILIPS 407
PIONEER 409, 410
141
NL
Gebruik van de afstandsbediening
Bediening van een DVD/VIDEO
COMBO (recorder)
Bediening van een HDD/DVD
COMBO (recorder)
Bediening van een
televisietoestel
Bediening van een
laserdiscspeler
Bediening van een video-cd-
speler
Bediening van een
videorecorder
RCA 414
SAMSUNG 416, 422
TOSHIBA 404, 421
ZENITH 418, 420
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 411
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 401, 402, 403
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 501
AIWA 501, 536, 539
AKAI 503
AOC 503
CENTURION 566
CORONADO 517
CURTIS-MATHES 503, 551, 566, 567
DAYTRON 517, 566
DAEWOO 504, 505, 506, 507, 515,
544
FISHER 508, 545
FUNAI 548
FUJITSU 528
GOLDSTAR/LG 503, 512, 515, 517, 534,
544, 556, 568, 576
GRUNDIG 511, 533, 534
HITACHI 503, 513, 514, 515, 517,
519, 544, 557, 571
ITT/NOKIA 521, 522
J.C.PENNY 503, 510, 566
JVC 516, 552
KMC 517
MAGNVOX 503, 515, 517, 518, 544,
566
MARANTZ 527
MITSUBISHI/MGA 503, 519, 527, 544, 566,
568
NEC 503, 517, 520, 540, 544,
554, 566
NORDMENDE 530, 558
NOKIA 521, 522, 573, 575
Fabrikant Bedieningscode(s)
PANASONIC 509, 524, 553, 559, 572
PHILIPS 515, 518, 557, 570, 571
PHILCO 503, 504, 514, 517, 518
PIONEER 509, 525, 526, 540, 551,
555
PORTLAND 503
QUASAR 509, 535
RADIO SHACK 503, 510, 527, 565, 567
RCA/PROSCAN 503, 510, 523, 529, 544
SAMSUNG 503, 515, 517, 531, 532,
534, 544, 556, 557, 562,
563, 566, 569
SAMPO 566
SABA 530, 537, 547, 549, 558
SANYO 508, 545, 546, 560, 567
SCOTT 503, 566
SEARS 503, 508, 510, 517, 518,
551
SHARP 517, 535, 550, 561, 565
SYLVANIA 503, 518, 566
THOMSON 530, 537, 547, 549
TOSHIBA 535, 539, 540, 541, 551
TELEFUNKEN 530, 537, 538, 547, 549,
558
TEKNIKA 517, 518, 567
WARDS 503, 517, 566
YORK 566
ZENITH 542, 543, 567
GE 503, 509, 510, 544
LOEWE 515, 534, 556
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 601, 602, 603
PIONEER 606
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 605
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 701, 702, 703, 704, 705,
706
AIWA* 710, 750, 757, 758
AKAI 707, 708, 709, 759
Fabrikant Bedieningscode(s)
wordt vervolgd
142
NL
* Als de bediening van een AIWA-videorecorder niet
functioneert, ook al heeft u de codeset van AIWA
ingevoerd, probeer het dan met de codeset van Sony.
Bediening van een
satellietontvanger
Bediening van een
kabelontvanger
BLAUPUNKT 740
EMERSON 711, 712, 713, 714, 715,
716, 750
FISHER 717, 718, 719, 720
GENERAL ELECTRIC
(GE)
721, 722, 730
GOLDSTAR/LG 723, 753
GRUNDIG 724
HITACHI 722, 725, 729, 741
ITT/NOKIA 717
JVC 726, 727, 728, 736
MAGNAVOX 730, 731, 738
MITSUBISHI/MGA 732, 733, 734, 735
NEC 736
PANASONIC 729, 730, 737, 738, 739,
740
PHILIPS 729, 730, 731
PIONEER 729
RCA/PROSCAN 722, 729, 730, 731, 741,
747
SAMSUNG 742, 743, 744, 745
SANYO 717, 720, 746
SHARP 748, 749
TELEFUNKEN 751, 752
TOSHIBA 747, 756
ZENITH 754
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 801, 802, 803, 804, 824,
825, 865
AMSTRAD 845, 846
BskyB 862
GENERAL
ELECTRIC(GE)
866
GRUNDING 859, 860
HUMAX 846, 847
THOMSON 857, 861, 864, 876
PACE 848, 849, 850, 852, 862,
863, 864
PANASONIC 818, 855
PHILIPS 856, 857, 858, 859, 860,
864, 874
NOKIA 851, 853, 854, 864
RCA/PROSCAN 866, 871
HITACHI/BITA 868
Fabrikant Bedieningscode(s)
HUGHES 867
JVC/Echostar/Dish
Network
873
MITSUBISHI 872
SAMSUNG 875
TOSHIBA 869, 870
Fabrikant Bedieningscode(s)
SONY 821, 822, 823
HAMLIN/REGAL 836, 837, 838, 839, 840
JERROLD/G.I./
MOTOROLA
806, 807, 808, 809, 810,
811, 812, 813, 814, 819
JERROLD 830, 831
OAK 841, 842, 843
PANASONIC 816, 826, 832, 833, 834,
835
PHILIPS 830, 831
PIONEER 828, 829
RCA 805
SCIENTIFIC ATLANTA 815, 816, 817
TOCOM/PHILIPS 830, 831
ZENITH 826, 827
Fabrikant Bedieningscode(s)
143
NL
Gebruik van de afstandsbediening
Enkele bedieningen
automatisch achter
elkaar uitvoeren
(Macrosturing)
Met de functie macrosturing kunt u een aantal
opeenvolgende infraroodbedieningscodes als
een enkele bedieningshandeling samenstellen.
De afstandsbediening biedt 2 macrolijsten
(MACRO 1 en MACRO 2). In elke macrolijst
kunt u maximaal 20 infraroodbedieningscodes
opnemen.
Opmerking
Vervang de batterijen door nieuwe als u de
marcosturing instelt.
1 Houd de toets MACRO 1 of
MACRO 2 langer dan 1 seconde
ingedrukt terwijl u op RM SET
UP drukt.
De RM SET UP-toets knippert en één van
de ingangtoetsen licht op (oorspronkelijk
licht de VIDEO1-toets op).
2 Druk op de ingangtoets voor
het apparaat waarvan u de
opeenvolgende handelingen
wilt programmeren.
De opeenvolgende handelingen
programmeren
RM SET
UP
N, x, X,
M, m,
., >
Ingangtoetsen
MACRO 1
MACRO 2
wordt vervolgd
144
NL
3 Druk op de toetsen die u wilt
programmeren in dezelfde
volgorde als u de handelingen
wilt uitvoeren.
De in stap 2 gekozen ingangtoets knippert
twee keer en gaat daarna weer branden.
4 Herhaal stap 2 en 3 om
handelingen voor andere
apparaten te programmeren.
5 Druk op de toets RM SET UP
om het programmeerproces af
te ronden.
Tip
Als de toets RM SET UP vijfmaal knippert in
stap 1 en de macroprogrammering niet start,
moet u de batterijen vervangen door nieuwe.
Het programmeren annuleren
Druk op RM SET UP. De instelling wordt ook
geannuleerd als er binnen 60 seconden niet op
een willekeurige toets gedrukt wordt.
De vorige bedieningshandeling blijft geldig.
1 Druk op AMP.
De toets AMP gaat branden en gaat
daarna weer uit.
2 Druk op MACRO 1 of MACRO 2
om de macro te starten.
De macrosturing wordt gestart en de
bedieningshandelingen worden in de
geprogrammeerde volgorde uitgevoerd.
Terwijl de commando's worden gestuurd,
knippert de toets AMP en brandt de toets
RM SET UP. Nadat de commando's zijn
gestuurd, gaan de toetsen RM SET UP en
AMP uit.
Een geprogrammeerde
macrosturing wissen
1
Houd de toets MACRO 1 of MACRO 2
langer dan 1 seconde ingedrukt terwijl
u op RM SET UP drukt om de
opgeslagen macro te wissen.
De RM SET UP-toets knippert.
2 Druk op RM SET UP.
De instellingen opgeslagen als
macrosturing zijn gewist.
Druk Bedieningshande-
lingen die
geprogrammeerd
kunnen worden
N, x, X,
M, m,
., >
Voert de
bedieningsfunctie van
de toets uit.
De ingangtoets
langer dan 1
seconde
Hiermee worden de
ingangsbronnen
gewisseld.
MACRO 1 of
MACRO 2
Hiermee maakt u een
interval van een
seconde. Als u het
interval langer wilt
maken, drukt u
herhaaldelijk op de toets
MACRO 1 of MACRO
2.
De macrosturing starten
145
NL
Gebruik van de afstandsbediening
Instellen van de
afstandsbedieningcodes
die nog niet zijn
opgeslagen in de
afstandsbediening
Het is mogelijk om een afstandsbedieningcode
die niet overeenkomt met een in de
afstandsbediening vastgelegde code te
gebruiken met behulp van de leerfunctie.
Opmerking
Vervang de batterijen door nieuwe als u de receiver
voorbereidt op het leren van nieuwe
afstandsbedieningscodes.
Voorbeeld van het opslaan van een nieuwe
afstandsbedieningscode voor cijfertoets 1
wanneer de VIDEO2-ingang is geselecteerd.
1 Druk op THEATER terwijl u op
RM SET UP drukt.
De RM SET UP-toets licht op.
2 Druk op de ingangtoets
(VIDEO2 in het voorbeeld) voor
het apparaat dat u wilt bedienen
met het nieuwe commando.
De ingangtoets knippert. (De RM SET
UP-toets blijft branden.)
3
Druk op SHIFT en vervolgens op
de cijfertoetsen (toets 1 in het
voorbeeld) waaronder u het
nieuwe commando wilt opslaan.
De in stap 2 gekozen ingangtoets gaat
branden. (De RM SET UP-toets blijft
branden.)
4 Richt het zend-/
ontvangstgedeelte van de
afstandsbediening op het zend-
/ontvangstgedeelte van de
afstandsbediening waarvan de
bedieningscodes geleerd
moeten worden.
Bij ontvangst van het signaal door de
tweede afstandsbediening wordt de in
stap 2 gekozen ingangtoets uitgeschakeld.
De toets RM SET UP knippert twee keer
als het leerproces succesvol is verlopen.
Als het leerproces niet succesvol is
verlopen, knippert de toets RM SET UP
vijf keer. Herhaal de procedure vanaf stap
2.
5 Druk op de toets RM SET UP
om het leerproces af te ronden.
Tips
Als de geheugencapaciteit voor het opslaan van
afstandsbedieningscodes een bepaalde limiet
bereikt, knippert de toets RM SET UP 10 maal,
waarna het leerproces stopt.
Als de toets RM SET UP vijfmaal knippert in stap
1 en de leerfunctie niet start, moet u de batterijen
vervangen door nieuwe.
De leerfunctie annuleren
Druk op RM SET UP. De instelling wordt ook
geannuleerd als er binnen 60 seconden niet op
een willekeurige toets gedrukt wordt.
THEATER
Cijfer-
toetsen
SHIFT
RM SET
UP
Ingangs-
toetsen
Ongeveer 5 cm - 10 cm
146
NL
Als u een aangeleerd commando
wilt gebruiken, drukt u op de toets
waarmee de functie is aangeleerd.
Een geleerde code wissen
1
Druk op THEATER terwijl u op RM SET
UP drukt.
2 Druk op de ingangtoets (VIDEO2 in het
voorbeeld) waarvan u de instelling wilt
wissen.
De ingangtoets knippert. (De RM SET UP-
toets blijft branden.)
3 Houd de toets ?/1 langer dan 1
seconde ingedrukt.
De ingangtoets knippert herhaaldelijk twee
keer.
4 Druk op SHIFT en vervolgens op de
cijfertoetsen (toets 1 in het voorbeeld)
om de opgeslagen instelling te wissen.
De toets RM SET UP knippert twee keer
als het wisproces succesvol is verlopen.
Als het wisproces niet succesvol is
verlopen, knippert de toets RM SET UP
vijf keer. Herhaal de procedure vanaf stap
2.
De gehele inhoud van het
geheugen van de
afstandsbediening
wissen
1
Houd eerst MASTER VOL –
ingedrukt en druk daarna op ?/
1 en tenslotte op AV ?/1.
De RM SET UP-toets knippert drie keer.
2 Laat alle toetsen los.
De gehele inhoud van het geheugen van
de afstandsbediening (bv. alle ingestelde
gegevens) wordt gewist.
Een aangeleerd commando
gebruiken
MASTER
VOL
?/1
AV ?/1
147
NL
Aanvullende informatie
Verklarende woordenlijst
x Cinema Studio EX
Een surroundgeluidsfunctie die beschouwd
kan worden als de optelsom van de Digital
Cinema Sound technieken en die
bioscoopgeluid nabootst door gebruik te
maken van drie technieken: "Virtual Multi
Dimensions", "Screen Depth Matching" en
"Cinema Studio Reverberation"
"Virtual Multi Dimensions", de technologie
met virtuele luidsprekers, creëert een virtuele
multi-surroundomgeving met behulp van
werkelijke luidsprekers tot 7.1 kanalen, en
bootst de surroundgeluidservaring van een
bioscoop met de laatste snufjes bij u thuis na.
"Screen Depth Matching" (aanpassen van
schermdiepte) verzwakt de
hogetonenweergave en levert een vol en diep
klinkend geluid, zoals dat doorgaans in een
bioscoop wordt gereproduceerd, waarbij het
geluid vanachter het scherm komt. Dit wordt
toegevoegd aan de voor- en midden-
audiokanalen.
"Cinema Studio Reverberation" (bioscoop/
opnamestudio nagalm) bootst het
kenmerkende geluid van filmmuziekstudio's
na, met inbegrip Sony Pictures Entertainment
opnamestudio. Afhankelijk van het soort
studio zijn drie instellingen, A/B/C,
beschikbaar.
x Component video
Een formaat voor de overdracht van
videosignalen door middel van drie
gescheiden signalen: luminantie (Y),
chrominantie-rood (Pr) en chrominantie-
blauw (Pb). De overdracht van beeldmateriaal
van hoge kwaliteit, zoals dvd-video of HDTV-
beelden, is veel beter. De drie aansluitingen
zijn gemarkeerd in de kleuren groen, blauw en
rood.
x Composite video
Een standaard formaat voor de overdracht van
videosignalen. Het luminantiesignaal Y en het
het chrominantiesignaal C worden
samengevoegd overgebracht.
x Crossover Freqentie
De frequentie waarop twee
luidsprekerfrequenties elkaar kruisen.
x Deep Color
Videosignalen waarvoor de kleurdiepte van de
signalen die via een HDMI-aansluiting gaan,
werden vermeerderd.
Het aantal kleuren dat door 1 pixel kon worden
uitgedrukt, was 24 bits (16.777.216 kleuren)
met de huidige HDMI-aansluiting. Het aantal
kleuren dat door 1 pixel kan worden uitgedrukt
zal echter 36 bits, enz. zijn wanneer de receiver
overeenkomt met Deep Color.
Omdat de gradatie van de diepte van een kleur
fijner kan worden uitgedrukt met meer bits,
kunnen doorlopende kleurveranderingen
vloeiend worden weergegeven.
x Digital Cinema Sound (DCS)
Unieke geluidsweergavetechniek voor
thuisbioscopen, ontwikkeld door Sony samen
met Sony Pictures Entertainment om thuis te
kunnen genieten van het opwindende en
krachtige bioscoopgeluid. Met deze "Digital
Cinema Sound", ontwikkeld door de gegevens
van een DSP (Digital Signal Processor) en
daadwerkelijke metingen te integreren, kunt u
thuis luisteren naar het ideale geluidsveld,
zoals bedoeld door de makers van de film.
x Digital Concert Hall
"Digital Concert Hall" biedt een rijker geluid
voor 2-kanaals stereobronnen, zoals cd's, enz.
Met het gebruik van 5.1ch of 7.1ch
luidsprekers en de virtuele
luidsprekertechnologie wordt stereoscopische
weerkaatsing en weerkaatsend geluid
gereproduceerd en kunt u genieten van een
rijker geluid en een betere weergave van uw
muzieksoftware. Het geluidsveld in een
concertzaal wordt nagebootst door een
geometrische analyse van de concertzaal en
een nauwkeurige modellering van
Aanvullende informatie
wordt vervolgd
148
NL
weerkaatsend en weergalmend geluid op basis
van de werkelijke gemeten gegevens. Tonale
kwaliteiten, zoals de geluidssterkte en de
frequentierespons worden in acht genomen en
berekend op de DSP (Digital Signal Processor)
om weergalming toe te voegen. Het geluid
wordt weergegeven met een natuurlijke en
comfortabele weergalm, alsof u de muziek in
een concertzaal zou beluisteren.
x Digital Legato Linear (D.L.L.)
Dit is Sony-technologie waarmee digitale
audiosignalen van lage kwaliteit kunnen
worden weergegeven met een hoge
geluidskwaliteit. Oude opnames of
gecomprimeerde audio vertonen vaak ruis op
de golfvorm en treedt vervorming buiten de
frequentie alsook harmonische vervorming in
de audiofrequentie op. Dergelijke fenomenen
doen afbreuk aan de geluidskwaliteit. De
D.L.L.-functie lost deze problemen op en laat
muziek en films perfect klinken.
x Dolby Digital
Digitale audiocodeer/decodeer-techniek
ontwikkeld door Dolby Laboratories, Inc.
Deze bestaat uit voor- (L/R), midden-, achter-
(L/R) en subwooferkanalen. Het is een
overeengekomen audionorm voor dvd-video
en is ook bekend als 5.1-kanaals surround.
x Dolby Digital Plus
Dolby Digital Plus biedt de flexibiliteit en
efficiëntie om meer kanalen te leveren van
verbazingwekkend surroundgeluid voor
videomedia met hoge definitie. De superieure
codeercapaciteiten maken tot 7.1-kanaals van
meerkanaals audio van hoge kwaliteit mogelijk
zonder een negatieve invloed te hebben op de
hoeveelheid bits die is toegewezen voor
videoprestaties of extra functiepakketten.
x Dolby Digital Surround EX
Akoestische techniek ontwikkeld door Dolby
Laboratories, Inc. Informatie van het
middenachter-audiokanaal wordt volgens een
matrix weggeschreven in de normale linker- en
rechterachterkanalen zodat het geluid als 6.1-
kanaals weergegeven kan worden. In het bijzonder
actiescènes worden met een dynamischer en
natuurgetrouwer geluidsveld nagebootst.
x Dolby Pro Logic II
Deze techniek zet in tweekanaals stereo
opgenomen geluid om voor 5.1-kanaals
weergave. De geluidsweergave van oude
speelfilms, die opgenomen zijn met het
traditionele stereogeluid, kan verbeterd
worden door het 5.1-kanaals surroundgeluid.
x Dolby Pro Logic IIx
Een techniek voor 7.1-kanaals (of 6.1-kanaals)
geluidsweergave. Samen met Dolby Digital
Surround EX gecodeerd geluid, is 5.1-kanaals
Dolby Digital gecodeerd geluid geschikt voor
7.1-kanaals (of 6.1-kanaals) geluidsweergave.
Bovendien is het bestaande stereogeluid ook
geschikt voor 7.1-kanaals (of 6.1-kanaals)
geluidsweergave.
x Dolby Surround (Dolby Pro
Logic)
Een geluidsbewerkingstechniek ontwikkeld
door Dolby Laboratories, Inc. Midden- en
monosurroundinformatie worden volgens een
matrix omgezet in twee stereoaudiokanalen.
Het geluid wordt gedecodeerd en weergegeven
als 4-kanaals surroundgeluid. Dit is de meest
algemene methode voor geluidsbewerking van
dvd-video.
x Dolby TrueHD
Dolby TrueHD is de verliesloze
audiotechnologie van Dolby die werd
ontwikkeld voor optische discs met een hoge
definitie. Dolby TrueHD audio is bit-per-bit
identiek aan de originale studiomasters en
biedt audio van superieure kwaliteit tot 8ch in
96kHz/24bits en tot 6ch in 192kHz/24bits.
Samen met high-definition video, biedt deze
technologie een ongeëvenaarde
thuisbioscoopervaring.
x DSD
Audioformaat dat wordt gebruikt voor een Super
Audio CD. DSD zet de analoge signalen om naar
digitale signalen en neemt ze onmiddellijk op,
zonder enige verwerking toe te voegen, zodat
geen informatie wordt weggelaten. Wanneer hifi
wordt opgenomen en weergegeven, wordt geluid
van hoge kwaliteit bereikt.
149
NL
Aanvullende informatie
x DTS 96/24
Een standaard voor digitale geluidsignalen van
hoge kwaliteit. Het geluid wordt opgenomen
met een bemonsteringsfrequentie en een
bitsnelheid van 96 kHz/24 bit dat voor een
dvd-video de hoogst bereikbare waarden zijn.
Het aantal weergavekanalen is afhankelijk van
de software.
x DTS Digital Surround
Digitale audiocodeer/decodeer-techniek voor
bioscopen ontwikkeld door DTS, Inc., past
minder compressie toe dan Dolby Digital,
waardoor een geluidsweergave van een hogere
kwaliteit geleverd wordt.
x DTS-ES
Formaat voor 6.1-kanaals geluidsweergave
met ingesloten middenachter-audiokanaal. Er
zijn twee functies, "Discrete 6.1" met 6.1
gescheiden geluidssporen, en "Matrix 6.1"
waarbij het middenachterkanaal volgens een
matrix weggeschreven wordt in de
linkerachter- en rechterachterkanalen. Het is
ideaal voor de weergave van filmgeluid.
x DTS-HD
Audioformaat dat het conventionele DTS
Digital Surround-formaat uitbreidt.
Dit formaat bestaat uit een kern en een
uitbreiding en het kerngedeelte is geschikt
voor DTS Digital Surround. Er zijn twee types
DTS-HD, DTS-HD High Resolution Audio en
DTS-HD Master Audio. DTS-HD High
Resolution Audio heeft een maximale
transmissiesnelheid van 6 Mbps, met een
verlieslatende compressie (Lossy), en DTS-
HD High Resolution Audio komt overeen met
een maximale bemonsteringsfrequentie van
96kHz, en een maximum van 7.1 ch. DTS-HD
Master Audio heeft een maximale
transmissiesnelheid van 24,5Mbps en gebruikt
verliesloze compressie (Lossless), en DTS-
HD Master Audio komt overeen met een
maximale bemonsteringsfrequentie van
192kHz, en een maximum van 7.1 ch.
x DTS Neo:6
Deze technologie zet in tweekanaals stereo
opgenomen geluid om voor 7-kanaals
weergave. U kunt in overeenstemming met de
door u gewenste weergavebron uit twee
functies kiezen, CINEMA voor films en
MUSIC voor stereobronnen, zoals muziek.
x High quality digital Audio
Transmission System (H.A.T.S.)
voor HDMI
H.A.T.S. voor HDMI is een flow control-
weergavesysteem voor HDMI-transmissie.
Een kristalzender naast de DA-omzetter van de
receiver zorgt voor een masterklok, die
belangrijk is voor de audiokwaliteit en die de
weergavesnelheid van de op de receiver
aangesloten apparatuur regelt met de HDMI
CEC (Consumer Electronics Control) voor
HDMI (High-Definition Multimedia
Interface). Dit geeft een geluid van superieure
kwaliteit met uitzonderlijke helderheid omdat
er geen onderbrekingen zijn in de
kloktransmissie.
x HDMI (High-Definition
Multimedia Interface)
HDMI (High-Definition Multimedia
Interface) is een interface die zowel video als
audio ondersteunt op een enkele digitale
aansluiting, waardoor u een hoge kwaliteit
digitaal beeld en geluid krijgt. De HDMI-
specificatie ondersteunt HDCP (High-
bandwidth Digital Contents Protection), een
copyrightbeschermingstechnologie die
gebruik maakt van een codeertechniek voor
digitale videosignalen.
x High Bitrate Audio
Het verwijst naar de audioformaten van de
compressiemethode (DTS-HD Master Audio,
Dolby TrueHD, enz.) dat een formaat is met
een hoge bitsnelheid dat voornamelijk op Blu-
ray Disc, enz. wordt opgenomen.
x Interlacing
Een beeldverversingsmethode waarbij
beurtelings de helft van de beeldlijnen op het
beeldscherm van een televisie of videomonitor
wordt vervolgd
150
NL
60 keer per seconde ververst wordt. Eerst één
voor één alle oneven lijnen, vervolgens alle
daartussen liggende even lijnen.
"i" van "480i" staat voor "Interlace".
x L.F.E. (Low Frequency Effects)
Geluidseffecten bij lage frequenties in Dolby
Digital of DTS, enz., voor weergave met een
subwoofer. Door het toevoegen van zeer lage
tonen met een frequentie tussen 20 en 120 Hz,
wordt de geluidsweergave krachtiger.
x Neural THX
Neural Surround™, THX
®
-technologieën zijn
gekozen als officieel surround sound-
uitzendformaat voor XM Satellite Radio’s
"XM HD Surround" en andere
toonaangevende FM/HD-radiostations in de
USA en de wereld. Neural Surround, THX
Technologies levert een rijke ontwikkeling en
een discreet beelddetail van surroundgeluid in
een formaat dat 100% compatibel is met
stereo.
x PCM (Pulse Code Modulation)
Een methode voor het omzetten van analoog
naar digitaal geluid om op eenvoudige wijze
naar digitaal geluid te kunnen luisteren.
x Progressive
Een beeldverversingsmethode waarbij alle
beeldlijnen achtereenvolgens ververst worden,
dit in tegenstelling tot interlacing, waarbij
beurtelings slechts de helft van de beeldlijnen
ververst wordt.
"p" van "480p" staat voor "Progressive".
x x.v.Color (x.v.Colour)
"x.v.Color (x.v.Colour)" zorgt voor een meer
natuurgetrouwe weergave van verschillende
kleuren zoals de felle kleuren van bloemen en
het diepe blauw van de oceaan.
Voorzorgsmaatregelen
Voor uw veiligheid
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het
apparaat terechtkomen, trekt u dan de stekker
van de receiver uit het stopcontact en laat het
apparaat eerst nakijken door bevoegd
vakpersoneel voordat u het weer in gebruik
neemt.
Stroomvoorziening
Controleer, voordat u de receiver in gebruik
neemt, of de bedrijfsspanning van het
apparaat overeenkomt met de plaatselijke
netspanning.
De bedrijfsspanning staat vermeld op het
naamplaatje op het achterpaneel van de
receiver.
Het apparaat blijft op de voeding
aangesloten zolang de stekker in het
stopcontact zit, zelfs indien het apparaat zelf
is uitgeschakeld.
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer
u denkt de receiver geruime tijd niet te
gebruiken. Pak de stekker vast om deze uit
het stopcontact te trekken; trek nooit aan het
snoer.
Om veiligheidsredenen is één pen van de
stekker breder dan de andere zodat de
stekker slechts op één manier in een
stopcontact kan worden gestoken.
Raadpleeg uw dealer als u de stekker niet
volledig in het stopcontact kunt steken.
Het netsnoer mag uitsluitend door een
erkend servicecentrum worden vernieuwd.
Ontwikkeling van warmte
Tijdens gebruik wordt het apparaat warm,
maar dit is geen defect. Bij langdurig gebruik
van dit apparaat en vooral met een hoge
geluidssterkte kunnen de boven-, zij- en
onderpanelen na verloop van tijd behoorlijk
heet worden. Om te voorkomen dat u zich
brandt, mag u de behuizing niet aanraken.
151
NL
Aanvullende informatie
Opstellen
Zet de receiver op een goed geventileerde
plaats, met voldoende luchtdoorstroming om
de inwendige onderdelen te koelen, in het
belang van een langdurige betrouwbare
werking.
Plaats de receiver niet dichtbij een
warmtebron of in direct zonlicht. Vermijd
plaatsen met veel stof, en mechanische
trillingen of schokken.
Zet niets bovenop het apparaat dat de
ventilatieopeningen zou kunnen blokkeren,
in het belang van een storingsvrije werking.
Plaats de receiver niet dichtbij apparatuur
zoals een televisietoestel, videorecorder of
een cassettedeck. (Als de receiver samen
gebruikt wordt met een televisietoestel,
videorecorder of een cassettedeck, en
daarbij te dicht geplaatst is, kan er ruis
optreden en de beeldkwaliteit aangetast
worden. Bij gebruik van een binnenantenne
is de kans hierop groot. Wij raden u daarom
aan om een buitenantenne te gebruiken.)
Bediening
Voor het maken van enige aansluiting, schakelt
u eerst de receiver uit en trekt u de stekker uit
het stopcontact.
Schoonmaken
Reinig de behuizing, het voorpaneel en de
bedieningsorganen met een zachte doek, licht
bevochtigd met wat milde zeepoplossing.
Gebruik geen schuurspons of schuurmiddelen
en ook geen oplosmiddelen zoals alcohol of
wasbenzine.
Mocht u verder nog vragen of problemen met
de bediening van de receiver hebben, aarzel
dan niet contact op te nemen met de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Verhelpen van storingen
Als er zich bij het gebruik van de receiver een
van de volgende problemen voordoet, neemt u
dan de controlepunten even door om het
probleem te verhelpen. Als een probleem niet
te verhelpen is, neem dan contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Er wordt geen geluid weergegeven, van
geen enkele geluidsbron, of er klinkt
nauwelijks geluid.
• Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten stevig zijn aangesloten.
Controleer of alle luidsprekersnoeren juist
zijn aangesloten.
• Controleer of de receiver en de andere
apparaten allemaal zijn ingeschakeld.
Controleer of de MASTER VOLUME-
knop niet op – dB staat. Probeer het in te
stellen op ongeveer –40 dB.
Controleer of de knop SPEAKERS (OFF/
A/B/A+B) niet op OFF (zie blz. 50) staat.
Druk op de MUTING-toets van de
afstandsbediening om de demping
ongedaan te maken.
Controleer of er wel is ingesteld op de
juiste geluidsbron met de INPUT
SELECTOR-knop.
Controleer of er geen hoofdtelefoon is
aangesloten.
Als u alleen heel zacht geluid hoort,
controleert u dan of de NIGHT MODE-
compressie is ingeschakeld (zie blz. 108).
• De automatische beveiliging van de
receiver is in werking getreden. Schakel de
receiver uit, verhelp de kortsluiting en
schakel het apparaat weer in.
Een bepaalde geluidsbron is niet te
horen.
• Controleer of de geluidsbron juist is
aangesloten op de audio-
ingangsaansluitingen voor dat apparaat.
Audio
wordt vervolgd
152
NL
Controleer of alle stekkers van de
aansluitkabels stevig in de aansluitingen
zitten, zowel bij de receiver als bij de
geluidsbron zelf.
Er komt geen geluid uit een van de
voorluidsprekers.
Sluit een hoofdtelefoon aan op de
PHONES-aansluiting om te controleren of
de hoofdtelefoon wel goed geluid geeft.
Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon
slechts via één kanaal geluid te horen is,
kan er iets mis zijn met de aansluitingen
van het weergaveapparaat op de receiver.
Controleer dan of alle stekkers van de
aansluitkabel aan beide zijden, op de
receiver en de geluidsbron zelf, stevig in
de aansluitingen zijn gestoken. Als bij de
aangesloten hoofdtelefoon wel via beide
kanalen geluid te horen is, kan er iets mis
zijn met de aansluitingen van de
voorluidsprekers op de receiver.
Controleer dan de aansluitingen van de
luidspreker die geen geluid geeft.
Controleer of u zowel de linker (L)- als de
rechter (R)-aansluiting hebt aangesloten op
een analoge component en niet slechts een
van beide. Gebruik een mono/stereo-
verloopsnoer (niet meegeleverd). U zult
echter geen geluid ontvangen van de
middenluidspreker als een geluidsveld (Pro
Logic, etc.) is geselecteerd. Als de
middenluidspreker niet is aangesloten, zullen
alleen de linker- en rechtervoorluidsprekers
geluid voortbrengen.
Er wordt geen geluid weergegeven van
analoge 2-kanaals geluidsbronnen.
• Controleer of de geselecteerde (digitale)
audioingang niet is toegewezen aan andere
ingangsbronnen in "Input Assign" in het
Input-menu (zie blz. 105).
Er klinkt geen geluid bij afspelen van
digitale geluidsbronnen (via de COAXIAL
of OPTICAL-ingangsaansluiting).
Controleer of de knop INPUT MODE niet
op "Analog" staat.
Controleer of de functie "2ch Analog
Direct" niet wordt gebruikt.
Controleer of de geselecteerde (digitale)
audioingang niet is toegewezen aan andere
ingangsbronnen in "Input Assign" in het
Input-menu (zie blz. 105).
Het audio-ingangssignaal van de HDMI
IN-aansluiting wordt niet uitgevoerd
door de versterker of de
televisieluidspreker die op deze
receiver is aangesloten.
• Controleer de HDMI IN-verbinding van
het apparaat.
• Er is geen geluidsweergave als het menu
van de receiver op het televisiescherm
zichtbaar is. Druk op de toets MENU om
de display uit te schakelen.
Het weergaveapparaat moet eventueel nog
ingesteld worden. Zie tevens de
gebruiksaanwijzing die bijgeleverd is met
elk apparaat.
Zorg dat u een aansluitkabel gebruikt voor
de HDMI-aansluiting die geschikt is voor
hoge snelheid (een HDMI-kabel van
versie 1.3a, categorie 2) wanneer u
beelden bekijkt of geluid beluistert tijdens
een Deep Color-transmissie.
De weergave van links en rechts klinkt
onevenwichtig of de kanalen zijn
verwisseld.
Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
• Stel de weergave evenwichtig in met de
parameters van het Auto Calibration-
instelmenu.
Er is veel brom of ruis.
Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten stevig zijn aangesloten.
• Houd de aansluitkabels uit de buurt van
een transformator of een motor en
tenminste 3 meter van een televisietoestel
of tl-verlichting.
Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de
buurt van een ingeschakeld televisietoestel.
Sluit een aardingsdraad aan op de U
SIGNAL GND-aardaansluiting (alleen als
een platenspeler is aangesloten).
153
NL
Aanvullende informatie
Wellicht zijn de stekkers en aansluitingen
vuil. Veeg ze schoon met een doekje met
wat spiritus of zuivere alcohol.
De middenluidsprekers/
achterluidsprekers/
middenachterluidsprekers brengen
niet of nauwelijks geluid voort.
• Kies een van de "Cinema Studio EX"
geluidsvelden (zie blz. 87).
• Stel het niveau van de luidspreker(s) wat
hoger in (zie blz. 117).
Zorg dat de parameter voor het
middenluidspreker/achterluidspreker-
formaat staat ingesteld op "SMALL" of
"LARGE".
De middenachterluidsprekers brengen
geen geluid voort.
Sommige discs bevatten niet het vereiste
Dolby Digital Surround EX vlagsignaal,
ook al staat op de verpakking wel een
Dolby Digital Surround EX logo.
De subwoofer brengt geen geluid
voort.
Controleer of de subwoofer juist en stevig
is aangesloten.
• Zorg dat de luidspreker is ingeschakeld.
• Wanneer alle luidsprekers zijn ingesteld
op "LARGE" en "Neo:6 Cinema" of als
"Neo:6 Music" is gekozen, zal de
subwoofer geen geluid voortbrengen.
Het surroundeffect werkt niet.
Zorg dat de geluidsveldfuncties zijn
ingeschakeld (druk op de toets MOVIE of
MUSIC).
De geluidsveldfuncties werken niet voor
signalen met een bemonsteringsfrequentie
van meer dan 48 kHz.
Er wordt geen meerkanaals Dolby
Digital- of DTS-geluid weergegeven.
Controleer of de weergegeven dvd, enz.,
wel is voorzien van Dolby Digital- of
DTS-geluid.
Bij aansluiten van een dvd-videospeler,
enz., op de digitale ingangsaansluitingen
van deze receiver moet u ook zorgen dat de
instellingen voor de uitvoer van de digitale
audiosignalen van het aangesloten
apparaat goed zijn ingesteld.
Het opnemen lukt niet.
Controleer of de betrokken apparaten op
de juiste wijze zijn aangesloten (zie
blz. 30).
Selecteer het bronapparaat met (zie
blz. 60).
Het MULTI CHANNEL DECODING-
lampje gaat niet blauw branden.
Controleer of het weergaveapparaat is
aangesloten op een digitale aansluiting en
of de receiver op de juiste wijze is
ingesteld op het ingangssignaal.
Controleer of het ingangssignaal van de
weergegeven software overeenkomt met
het meerkanaals audioformaat.
Controleer of het weergaveapparaat is
ingesteld op meerkanaals
geluidsweergave.
• Controleer of de geselecteerde (digitale)
audioingang niet is toegewezen aan andere
ingangsbronnen in "Input Assign" in het
Input-menu (zie blz. 105).
Er wordt geen geluid weergegeven van
het via de DIGITAL MEDIA PORT-
adapter aangesloten apparaat.
Stel het volumeniveau van deze receiver
in.
Het DIGITAL MEDIA PORT-adapter en/
of apparaat is niet op de juiste wijze
aangesloten. Schakel de receiver uit en
sluit daarna de DIGITAL MEDIA PORT-
adapter en/of apparaat aan.
• Controleer de DIGITAL MEDIA PORT-
adapter en/of het apparaat om te zien of het
de receiver ondersteunt.
154
NL
Op het televisiescherm of de
videomonitor is geen beeld of slechts
een onduidelijk beeld zichtbaar.
• Stel de receiver op de juiste beeld-/
geluidsbron in (zie blz. 60).
Stel het televisietoestel in op de gewenste
beeldweergave.
Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in
de buurt van een ingeschakeld
televisietoestel.
• Wijs op juiste wijze de componentvideo-
ingangen toe.
• Bij upsampling van het ingangssignaal
met deze receiver moet het ingangssignaal
overeenkomen met de ingang (zie blz. 43).
Het beeldmateriaal van de
COMPONENT VIDEO OUT is verminkt.
Er is geen beeldweergave van andere
signalen dan 480p progressive
componentvideo, als die uitgevoerd zijn
vanaf deVIDEO-aansluiting. Zorg voor
een 480i interlaced componentvideo-
ingangssignaal.
Gebruik de COMPONENT VIDEO OUT-
aansluiting en stel "Resolution" in op
"DIRECT" wanneer andere
ingangssignalen dan 480p van het apparaat
worden uitgevoerd.
Beelden van het apparaat dat is
verbonden met de HDMI-aansluiting
worden niet uitgevoerd naar de
televisie of zijn vervormd of
onderbroken.
Controleer of de kabels juist en stevig
aangesloten.
Het weergaveapparaat moet eventueel nog
ingesteld worden. Zie tevens de
gebruiksaanwijzing die bijgeleverd is met
elk apparaat.
Zorg dat u een aansluitkabel gebruikt voor
de HDMI-aansluiting die geschikt is voor
hoge snelheid (een HDMI-kabel van
versie 1.3a, categorie 2) wanneer u
beelden bekijkt of geluid beluistert tijdens
een Deep Color-transmissie.
Beelden van het apparaat dat is verbonden
met de HDMI-aansluiting zijn mogelijk
vervormd. Zet "Video Direct" dan op
"ON" in het HDMI-instelmenu.
• Beelden of geluid van het apparaat dat is
verbonden met de HDMI-aansluiting zijn
mogelijk onderbroken wanneer
videosignalen worden omgeschakeld. Zet
"Video Direct" dan op "ON" in het HDMI-
instelmenu.
Het opnemen lukt niet.
Controleer of de betrokken apparaten op
de juiste wijze zijn aangesloten (zie
blz. 35).
Selecteer het bronapparaat met (zie
blz. 60).
Het GUI (grafische gebruikersinterface)
wordt niet afgebeeld op het
televisiescherm.
Druk op GUI MODE om "GUI MODE" te
laten verschijnen op het display.
Controleer of de televisie op de juiste
wijze is aangesloten.
Beelden verschijnen later dan het
geluid wanneer de HDMI-ingang is
geselecteerd.
• Afhankelijk van het apparaat dat is
verbonden met de HDMI-aansluiting of de
weergavebron kunnen beelden laten
verschijnen dan het bijbehorende geluid.
Zet "Video Direct" dan op "ON" in het
HDMI-instelmenu.
Video
155
NL
Aanvullende informatie
De FM-radio-ontvangst klinkt niet
goed.
Installeer een FM-buitenantenne en sluit
deze aan op de receiver met een 75-ohm
coaxiale kabel (niet meegeleverd), zoals
afgebeeld. Als u de receiver aansluit op een
buitenantenne moet deze zorgvuldig geaard
worden, ter bescherming tegen
blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit
aan op een gasleiding; gezien de kans op
een gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk.
Het afstemmen op een radiozender lukt
niet.
• Controleer of de antennes juist zijn
aangesloten. Verstel zonodig de antennes
en sluit een buitenantenne aan.
Houd de satellietradio-antenne uit de buurt
van de luidsprekerkabels en het netsnoer
om ruisvorming te voorkomen.
• Mogelijk is de signaalsterkte te gering
voor ontvangst (bij gebruik van de
automatische zoekafstemming). Gebruik
de directe afstemming.
Zorg dat het afsteminterval juist ingesteld
is (bij het afstemmen op AM-radiozenders
met directe afstemming).
Er zijn nog geen zenders vooringesteld of
de vastgelegde voorkeurzenders zijn uit
het geheugen gewist (bij gebruik van de
geheugenafstemming). Leg de gewenste
zenders in het afstemgeheugen vast (zie
blz. 70).
• Druk op de DISPLAY zodat de
afstemfrequentie op het display verschijnt.
Het systeem kan helemaal geen
satellietkanalen ontvangen. (alleen VS/
Canadees model)
De ontvangst is niet goed. Verplaats de
antenne tot de ontvangst goed is.
• Controleer of u wel degelijk bent
geabonneerd op de betreffende
satellietradio (zie zie blz. 71).
RDS werkt niet. (alleen Europees
model)
Zorg dat u goed bent afgestemd op een
FM-RDS-zender.
• Stem af op een FM-zender die krachtiger
doorkomt.
De gewenste RDS-informatie wordt niet
aangegeven. (alleen Europees model)
Neem contact op met de radiozender om
uit te vinden of ze de betreffende dienst
inderdaad verzorgen. Ook als dat normaal
wel zo is, dan nog kan een bepaalde dienst
tijdelijk niet beschikbaar zijn.
De Controle voor HDMI-functie werkt niet.
• Controleer de HDMI-aansluiting (zie
blz. 36).
Controleer of "Control for HDMI" op
"ON" staat in het HDMI-instelmenu.
Controleer of het aangesloten apparaat
compatibel is met de Controle voor
HDMI-functie.
Controleer de Controle voor HDMI-
instellingen op het aangesloten apparaat.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de
aangesloten apparatuur.
Herhaal de procedures van
"Voorbereiding op "BRAVIA" Sync" (zie
blz. 100) wanneer u de HDMI-verbinding
wijzigd, het netsnoer aansluit/loskoppelt
of wanneer de stroom is uitgevallen.
Tuner
Receiver
Naar een
aardingspunt
Aardingsdraad
(niet meegeleverd)
FM-buitenantenne
Controle voor HDMI
wordt vervolgd
156
NL
Wanneer u HDMI B selecteert met de
HDMI OUTPUT-toets nadat u HDMI A
hebt geselecteert, werkt de Controle voor
HDMI-functie mogelijk enige tijd niet naar
behoren. Dit komt doordat het apparaat dat
is verbonden met de HDMI A-aansluiting
de receiver met Controle voor HDMI-
functie opnieuw moet herkennen. Als de
Controle voor HDMI-functie lange tijd niet
werkt zoals het hoort, volg dan de
procedure van "Voorbereiding op
"BRAVIA" Sync" (zie blz. 100).
• Wanneer HDMI B is geselecteerd, werkt
de Controle voor HDMI-functie niet.
Receiver en televisieluidspreker
produceren geen geluid bij gebruik van
de systeemgeluidsregeling.
Controleer of de televisie compatibel is
met systeemgeluidsregeling.
• Als de televisie geen
systeemgeluidsregelfunctie heeft, zet dan
"Audio Out" in het HDMI-instelmenu op
"TV+AMP" om het geluid van de
televisieluidspreker en de receiver te
beluisteren.
"AMP" om het geluid van de receiver te
beluisteren.
U kunt het geluid van een op de receiver
aangesloten apparaat niet beluisteren
terwijl een televisie is geselecteerd als
ingangsbron op de receiver.
Verander de ingangsbron van de
receiver in HDMI om een programma te
bekijken op een apparaat dat is
verbonden met de receiver.
Verander het televisiekanaal om een
televisie-uitzending te bekijken.
Selecteer het apparaat of de
ingangsbron bij het bekijken van een
apparaat dat is verbonden met de
televisie.
Raadpleeg hiervoor de
gebruiksaanwijzing van de televisie.
Wanneer u de Controle voor HDMI-
functie gebruikt, kan het aangesloten
apparaat niet worden bediend met de
afstandsbediening van de televisie.
Afhankelijk van het aangesloten
apparaat en de televisie moet u mogelijk
het apparaat en de televisie instellen. Zie
tevens de gebruiksaanwijzing van elk
apparaat en het televisietoestel.
Verander de ingang van de receiver in
de HDMI-ingang die is verbonden met
het apparaat.
De afstandsbediening werkt niet.
Richt de afstandsbediening op de
afstandsbedieningssensor voorop de
receiver.
• Verwijder eventuele obstakels tussen de
afstandsbediening en de receiver.
• Als de batterijen in de afstandsbediening
zijn verzwakt, vervangt u ze dan allemaal
door nieuwe.
Zorg dat de bedieningsfunctie van de
receiver overeenkomt met die van de
afstandsbediening. Als de
bedieningsfunctie van de receiver niet
overeenkomt met die van de
afstandsbediening, zal de receiver niet
reageren op de afstandsbediening (zie
blz. 110).
Selecteer de juiste ingang op de
afstandsbediening.
Bij de bediening van een apparaat van een
ander merk dan Sony, kan het voorkomen
dat de afstandsbediening niet naar behoren
werkt, afhankelijk van model en merk van
het apparaat.
Als er een storing optreedt, toont het display
een code van twee cijfers en een mededeling.
Aan de mededeling kunt u de toestand van het
systeem aflezen. Lees de onderstaande
beschrijvingen om het probleem op te lossen.
Indien een storing niet door uzelf kan worden
verholpen, neem dan contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Afstandsbediening
Foutmeldingen
157
NL
Aanvullende informatie
PROTECTOR
De luidsprekers krijgen een onregelmatige
stroom door, of het bovenpaneel van de
receiver is afgedekt met iets. De receiver
wordt automatisch na een paar seconden
uitgeschakeld. Controleer de aansluitingen
van de luidsprekers en schakel het apparaat
weer in.
Voor andere meldingen, zie "Lijst van
meldingen na een automatische-
kalibratiemeting" (zie blz. 55), "XM-
radiomeldingen" (zie blz. 79), "SIRIUS-
satellietradiomeldingen" (zie blz. 79) en
"DIGITAL MEDIA PORT-meldingen" (zie
blz. 65).
Technische gegevens
Versterkergedeelte
UITGANGSVERMOGEN
Nominaal vermogen, stereo
1) 2)
(8 ohm 20 Hz – 20 kHz,
THD 0,09%):
120 W + 120 W
Referentie-uitgangsvermogen, stereo
(4 ohm 20 Hz – 20 kHz,
THD 0,15%):
120 W + 120 W
Referentie-uitgangsvermogen
(8 ohm 1 kHz, THD 0,7%)
FRONT
2)
:
130 W + 130 W
CENTER
2)
: 130 W
SURROUND
2)
:
130 W + 130 W
SURROUND BACK
2)
:
130 W + 130 W
Referentie-uitgangsvermogen
(4 ohm 1 kHz, THD 0,7%)
FRONT
2)
:
120 W + 120 W
CENTER
2)
: 120 W
SURROUND
2)
:
120 W + 120 W
SURROUND BACK
2)
:
120 W + 120 W
1)
Afhankelijk van de geluidsveldinstellingen en de
geluidsbron kan er soms hierdoor geen geluid
worden weergegeven.
2)
Gemeten onder de volgende omstandigheden:
Voeding: 120 V wisselstroom, 60 Hz (in VS en
Canada), 230 V wisselstroom, 50/60 Hz (in
Europa en algemeen)
Frequentiebereik
Pagina's met aanwijzingen voor
het wissen van het geheugen
van de receiver
Voor wissen van Zie
Alle geheugeninstellingen zie blz. 46
PHONO RIAA-
aanpassingskromme
±0,5 dB
MULTI CHANNEL
INPUT, SA-CD/CD,
TAPE, MD, TV,
VIDEO 1/2, BD, DVD,
SAT
10 Hz – 100 kHz
± 3 dB
wordt vervolgd
158
NL
Ingangen (Analoog)
Ingangen (Digitaal)
Uitgangen
FM-afstemgedeelte
Afstembereik 87,5 – 108,0 MHz
Antenne FM-draadantenne
Antenne-aansluitingen
75 ohm, asymmetrisch
AM-afstemgedeelte
Afstembereik
Tussenfrequentie
450 kHz
Antenne Raamantenne
Videogedeelte
Ingangen/uitgangen
Video: 1 Vp-p, 75 ohm
COMPONENT VIDEO:
Y: 1 Vp-p, 75 ohm
P
B
/C
B
: 0,7 Vp-p, 75 ohm
P
R
/C
R
: 0,7 Vp-p, 75 ohm
80 MHz HD Pass Through
HDMI Video
Ingang/uitgang (HDMI Repeater block)
640 × 480p@60 Hz
720 × 480p@59,94/60 Hz
1280 × 720p@59,94/60 Hz
1920 × 1080i@59,94/60 Hz
1920 × 1080p@59,94/60 Hz
720 × 576p@50 Hz
1280 × 720p@50 Hz
1920 × 1080i@50 Hz
1920 × 1080p@50 Hz
1920 × 1080p@24 Hz
Algemeen
Voeding 120 V wisselstroom, 60 Hz
(in VS en Canada)
230 V wisselstroom,
50/60 Hz
(in Europa en algemeen)
Uitgangsvermogen (DIGITAL MEDIA PORT)
DC OUT:5V, 700mA
Uitgangsvermogen (ZONE 2 VIDEO OUT)
DC OUT:11 V, 30 mA
Stroomverbruik
PHONO Gevoeligheid: 2,5 mV
Impedantie: 50 kohm
Signal-ruisverhouding:
90 dB (A, 20 kHz LPF)
MULTI CHANNEL
INPUT, SA-CD/CD,
TAPE, MD, TV,
VIDEO 1/2, BD, DVD,
SAT
Gevoeligheid: 150 mV
Impedantie: 50 kohm
Signal-ruisverhouding:
100 dB
(A, 20 kHz LPF)
BD, DVD,
SA-CD/CD (coaxiaal)
Impedantie: 75 ohm
Signal-ruisverhouding:
96 dB (A, 20 kHz LPF)
VIDEO 1, TV, SAT,
TAPE, MD (optisch)
Signal-ruisverhouding:
96 dB
(A, 20 kHz LPF)
TAPE (REC OUT),
MD (REC OUT),
VIDEO 1, ZONE 2,
ZONE 3 (AUDIO OUT)
Spanning: 150 mV
Impedantie: 1 kohm
FRONT L/R, CENTER,
SURROUND L/R,
SURROUND BACK L/R
,
SUBWOOFER
Spanning: 2 V
Impedantie: 1 kohm
Gebied Afstemschaal
10 kHz stap 9 kHz stap
VS, Canada 530 –
1.710 kHz
531 –
1.710 kHz
Europa 531
1.602 kHz
Gebied
VS 480 W
Canada 580 VA
Europa 480 W
159
NL
Aanvullende informatie
Stroomverbruik (standby)
0,9 W (met "Control for
HDMI" en "RS-232C
Control" ingesteld op
"OFF")
Afmetingen 430 × 175 × 430 mm
(breedte/hoogte/diepte)
inclusief uitstekende delen
en bedieningselementen
Gewicht (ong.) 16,5 kg
Meegeleverde accessoires
Gebruiksaanwijzing (dit exemplaar)
Beknopte installatiegids (1)
GUI Menulijst (1)
Optimaliseringsmicrofoon ECM-AC1(1)
FM-draadantenne (1)
AM-raamantenne (1)
Netsnoer (1)
Hoofdafstandsbediening (1)
Afstandsbediening 2e/3e ruimte (1)
R6 (formaat AA) batterijen (4)
Ontwerp en technische gegevens kunnen
zonder voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
1/325