Installatie –
De montageplaats dient minimaal 50 cm van een
andere lamp verwijderd te zijn, omdat de warmte-
afstraling tot activering van het systeem kan leiden.
Voor de aangegeven reikwijdtes van 12/20 m dient de
montagehoogte ca. 2 m te bedragen. Monteer het
apparaat op een vaste ondergrond om foutieve scha-
kelingen te voorkomen.
De stroomtoevoer bestaat uit een 2- tot 3-polige
kabel.
L = fase (meestal zwart of bruin)
N = nuldraad (meestal blauw)
PE = aardedraad (groen/geel)
Belangrijk: het verwisselen van de aansluitingen leidt
later tot kortsluiting in het apparaat of uw meterkast.
In dit geval moeten de afzonderlijke kabels geïdentifi-
ceerd en opnieuw gemonteerd worden. In de stroom-
toevoer kan uiteraard een netschakelaar voor het
IN- en UIT-schakelen worden gemonteerd.
Bekabeling op de muur
Voor een bekabeling op de muur is de montageplaat
aan de onderzijde voorzien van twee lussen . Knik
een van de twee lippen om. Sluit de kabelopening
van de montageplaat met het afdichtingsdopje.
Doorprik het dopje en leid de kabel erdoor. Wanneer
de kabel doorgevoerd is, kan de montageplaat wor-
den vastgeschroefd en de aansluiting
worden uitgevoerd.
- 19 -
Reikwijdte-instelling / afstelling (zie voorbeelden )
Het registratiebereik kan indien gewenst beperkt
worden. Met de meegeleverde afdekplaatjes kan een
willekeurig aantal lenssegmenten worden afgedekt,
resp. de reikwijdte individueel worden verkort. Daar-
door worden foutieve schakelingen door bijv. auto's,
voetgangers enz. uitgesloten of plaatsen gericht
bewaakt. De afdekplaatjes kunnen langs de inkepin-
gen verticaal en horizontaal worden afgebroken
of met een schaar worden doorgeknipt. Na het verwij-
deren van de bevestigingsring kunnen deze boven in
de sensorlens worden gehangen. De bevestigingsring
daarna weer vastdraaien, zodat de afdekplaatjes vast
verankerd worden.
Door het sensorhuis ± 80° te draaien, is bovendien
een fijnafstelling mogelijk.
Gebruik en onderhoud
Het apparaat is niet geschikt als speciale diefstala-
larminstallatie omdat de hiervoor voorgeschreven
sabotageveiligheid ontbreekt. Weersinvloeden kunnen
de functie van de SensorHalogeenSpot beïnvloeden.
Bij hevige windvlagen, sneeuw, regen of hagel kan
een foutieve schakeling voorkomen, omdat de plotse-
linge temperatuurverschillen niet van warmtebronnen
onderscheiden kunnen worden. De registratielens kan
bij verontreiniging met een vochtige doek (zonder
reinigingsmiddel) worden gereinigd.
Functies
Alle functies kunnen worden ingesteld bij
verwijderde blokkeerring.
Tijdsinstelling
(Brandduur van de SensorHalogeenSpot 10 sec. tot
15 min.).
Instelregelaar ingesteld op cijfer 1 = kortste tijd
(ca. 10 sec.).
Instelregelaar ingesteld op cijfer 6 = langste tijd
(ca. 15 min.).
Bij iedere beweging in het registratiebereik wordt
de ingestelde tijd opnieuw geactiveerd.
Schemerinstelling
(Drempelwaarde van de sensor 2 – 2000 Lux)
Instelregelaar ingesteld op cijfer 1 = daglichtinstelling
(ca. 2000 Lux).
Instelregelaar ingesteld op cijfer 6 = schemerinstelling
(ca. 2 Lux).
Let op:
Door de grote reikwijdte van de sensor kunnen bij de
basisinstelling van het registratiebereik door de zon
verwarmde objecten ongewenste schakelingen van
de SensorHalogeenSpot activeren (bijv. auto’s).
Daarom adviseren wij de instelling van het registratie-
bereik tijdens de schemering uit te voeren.
Zelftest
Nadat de wandhouder gemonteerd en de netaanslui-
ting uitgevoerd is, kan de SensorHalogeenSpot in
bedrijf worden genomen. Hierbij voert de elektronica
gedurende ca. 1 min. een zelftest uit. Daarna is de
sensor actief.
Het principe
Beweging schakelt licht, alarm en nog veel meer aan.
Voor uw comfort, voor uw veiligheid. Geschikt voor
privégebruik om huis en tuin te verlichten of voor
commercieel gebruik bijv. voor het verlichten van het
bedrijfsterrein, deze SensorHalogeenSpot is overal
snel gemonteerd en bedrijfsklaar.
De SensorHalogeenSpots HS 150, HS 300 en de
microprocessorgestuurde HS 500 zijn uitgerust met
twee 120°-pyro-sensoren die de onzichtbare warmte-
afstraling van bewegende lichamen (mensen, dieren,
enz.) registreren. Deze geregistreerde warmtestraling
wordt elektronisch omgezet, waardoor de spot
geschakeld wordt. De warmtestraling kan niet worden
geregistreerd door hindernissen zoals muren of glas-
ruiten. Met behulp van de twee pyro-sensoren wordt
een registratiehoek van 240° met een openingshoek
van 180° bereikt.
- 18 -
Montage/aansluiting
Geachte klant,
Hartelijk dank voor het vertrouwen dat u met de aan-
koop van uw nieuwe STEINEL-SensorHalogeenSpot
in ons stelt. U heeft een modern kwaliteitsproduct
gekocht, dat met uiterste zorgvuldigheid vervaardigd,
getest en verpakt werd.
NL
Veiligheidsvoorschriften
■ Onderbreek vóór alle werkzaamheden aan het
apparaat de spanningstoevoer!
■ Bij de montage dient de aan te sluiten elektrische
leiding spanningsvrij te zijn. Daarom eerst de
stroom uitschakelen en op spanningsloosheid
testen met een spanningstester.
■ Bij de installatie van deze apparaten gaat het om
werkzaamheden aan de netspanning; daarom die-
nen deze vakkundig en volgens de landspecifieke
installatievoorschriften en aansluitvoorwaarden te
worden uitgevoerd.
(
D
-VDE 0100,
A
-ÖVE/ÖNORM E 8001-1,
-SEV 1000)
■
Monteer het apparaat niet op licht ontvlambare
oppervlakken.
■ De halogeenspot mag niet op een montagewand
worden gericht.
■ De spot moet in horizontale stand (± 15°) staan.
■ Geschikt voor buiten en binnen (max. binnentem-
peratuur 25 °C).
Lees voor de installatie deze gebruiksaanwijzing
nauwkeurig door, want alleen een vakkundige instal-
latie en ingebruikneming garanderen een duurzaam,
betrouwbaar en storingvrij gebruik.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe STEINEL-
SensorHalogeenSpot.
■ De montage van de straler moet zodanig
worden uitgevoerd, dat voor alle mogelijke
zwenkposities een minimale afstand van 1 meter
tot het te verlichten oppervlak gewaarborgd is.
■ De halogeenspots zijn alléén bestemd voor
wandmontage en niet voor plafondmontage.
De afstand naar het plafond moet minimaal 1 m
bedragen.
■ In geval van glasbreuk dient
u vóór de inbedrijfstelling abso-
luut een nieuw glas te monteren. Er is 5 mm dik,
getemperd, speciaal glas vereist (HS 150: 4 mm)
■ Wanneer u zich gedurende een langere tijd bloot-
stelt aan de brandende SensorHalogeenSpot met
10% overspanning, moet u rekening houden met
huid- en oogaandoeningen.
■ De spotbehuizing wordt zeer heet. Verdraai de
straler alléén wanneer deze is afgekoeld.
Registratiegebied
HS 150 = ca. 300 m
2
HS 300 = ca. 300 m
2
HS 500 = ca. 800 m
2
Reikwijdte:
HS 150 = max. 12 m
HS 300 = max. 12 m
HS 500 = max. 20 m
Belangrijk: de beste bewegingsregistratie bereikt
u wanneer u het apparaat zijdelings op de looprich-
ting monteert en geen obstakels (zoals bomen, muren
enz.) het zicht van de sensor belemmeren.
NL