Miele T 8723 LW de handleiding

Type
de handleiding
Gebruiksaanwijzing
droogautomaat met luchtafvoer
T 8723
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing
voor u dit toestel installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw eigen veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
M.-Nr. 09 871 970
nl-BE
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
-
kozen, dat door het milieu wordt ver
-
dragen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
-
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
-
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap-
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio-
neren en de veiligheid van het appa-
raat nodig waren. Als u het apparaat bij
het gewone afval doet of bij verkeerde
behandeling kunnen deze stoffen
schadelijk zijn voor de gezondheid en
het milieu. Verwijder het afgedankte
apparaat dan ook nooit met het ge
-
wone afval.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af
-
danken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
–
de handelaar bij wie u het kocht
of
–
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
–
uw gemeentebestuur als u uw toe
-
stel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
-
sen kindveilig wordt bewaard voor u
het laat wegbrengen.
Stroom sparen
Zo kan u vermijden dat de droogtijd
onnodig langer duurt en er meer
stroom wordt verbruikt:
– Laat het wasgoed in de wasauto-
maat tegen het hoogste toerental
centrifugeren.
Zo spaart u bij het drogen ca. 30 %
stroom en tijd als u bv. bij 1600
t.p.m. in de plaats van bij 800 t.p.m.
laat centrifugeren.
–
Gebruik tijdens elk droogprogramma
de volledige trommellading.
Dan is het stroomverbruik voor de
hele lading het gunstigst.
–
Zorg er tijdens het drogen voor dat
het vertrek voldoende wordt geventi
-
leerd.
–
Maak absoluut na elke droogbeurt
de pluizenzeef schoon.
–
Controleer geregeld de luchtafvoer
-
leiding en de onderdelen ervan. Ver
-
wijder eventueel vuil dat door plui
-
zen is ontstaan.
–
Vermijd bochten bij het plaatsen van
de luchtafvoerleiding.
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................5
Bediening van de droogautomaat ...................................15
Bedieningspaneel .................................................15
Opmerkingen omtrent het wasgoed..................................17
Onderhoudssymbolen op het etiket ...................................17
Droogtips ........................................................17
Zo droogt u juist..................................................18
Korte handleiding .................................................18
Extra functies/Startuitstel ..........................................21
Extra functies .....................................................21
Temperatuur laag ...............................................21
Zoemer .......................................................21
Startuitstel .......................................................21
Programmaoverzicht ..............................................22
Programmaverloop wijzigen ........................................25
Lopend programma................................................25
- veranderen ..................................................25
- afbreken en een nieuw programma kiezen. ..........................25
- afbreken en het wasgoed uitnemen. ...............................25
Wasgoed toevoegen of uitnemen .....................................25
Resterende tijd....................................................25
Elektronisch slot .................................................26
Reiniging en onderhoud ...........................................27
Pluizenzeef schoonmaken ...........................................27
Roosterzeef schoonmaken ........................................28
De droogautomaat zelf reinigen ......................................28
Storingen verhelpen ..............................................29
Wat gedaan als...?...............................................29
Controle- en storingsmeldingen ......................................29
Een niet-bevredigend droogresultaat ..................................32
Andere problemen.................................................33
Het lampje vervangen ..............................................35
Inhoud
3
Technische dienst ................................................36
Herstellingen .....................................................36
Het programma updaten ............................................36
Duur en voorwaarden van de waarborg ................................36
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ..................................36
Opstellen en aansluiten............................................37
Vooraanzicht .....................................................37
Achteraanzicht....................................................38
Plaats van opstelling ...............................................38
Het toestel naar de plaats van opstelling dragen.......................38
Inbouw onder een doorlopend werkblad .............................38
Het toestel waterpas zetten .......................................39
Was- en droogzuil...............................................39
Elektrische aansluiting ..............................................40
Installatie van de luchtafvoerleiding .................................41
Basisvereisten ....................................................41
De totale buislengte berekenen.......................................42
Installatiemogelijkheden aan de droogautomaat .........................43
a Luchtafvoersysteem met soepele leiding .............................44
b Luchtafvoersysteem met starre buizen ..............................46
c Directe aansluiting op een muurbuis ................................47
d Gecombineerd systeem ..........................................48
Was- en droogzuil .................................................49
Verbruiksgegevens ...............................................50
Technische gegevens .............................................51
Programmeerfuncties .............................................52
Restvochtigheid in het programma "Katoen" wijzigen ......................52
Restvochtigheid in het programma "Kreukherstellend" wijzigen ..............53
Kreukbeveiliging instellen............................................54
Het volume van de zoemer instellen ...................................55
Restvochtigheid in het programma "Automatisch plus" wijzigen..............56
Verlenging van de afkoeltijd instellen ..................................57
Stand-by instellen .................................................58
Memory-functie instellen ............................................60
Functie van de aanduiding Filters wijzigen ..............................61
Bevestigingstoon instellen ...........................................62
Instelling van de geleidbaarheid wijzigen ...............................63
Droogtegraadstappen toevoegen .....................................64
Inhoud
4
~
Lees absoluut deze gebruiksaanwijzing.
Deze droogautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids
-
voorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden
aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees deze gebruiksaanwijzing voor u deze droogautomaat voor
het eerst gebruikt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw
veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het toestel. Dat is
veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan de droogautomaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef ze door aan wie het
toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
~
Deze droogautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden
en in gelijkaardige omgevingen.
~
Deze droogautomaat is niet bestemd voor gebruik buitenshuis.
~
Gebruik de droogautomaat uitsluitend voor huishoudelijke toe
-
passing en uitsluitend voor het drogen van in water gewassen was
-
goed waarvan de fabrikant op het etiket heeft aangegeven dat deze
geschikt is voor de droogautomaat.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet ver
-
antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge
-
bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
5
~
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
om deze droogautomaat veilig te bedienen, mogen deze droogauto
-
maat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verant
-
woordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
~
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de droog
-
automaat te worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden
gehouden.
~
Kinderen vanaf acht jaar mogen de droogautomaat alleen zonder
toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasau-
tomaat zodanig is toegelicht dat ze de droogautomaat veilig kunnen
bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele
risico's van een foutieve hantering kunnen beseffen en begrijpen.
~
Let op kinderen die in de buurt van de droogautomaat komen.
Laat ze nooit met de droogautomaat spelen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
6
Technische veiligheid
~
Controleer of het toestel geen uiterlijk zichtbare schade vertoont
voordat u het opstelt.
Beschadigde toestellen mag u nooit opstellen noch in gebruik ne
-
men.
~
Vergelijk de gegevens omtrent de aansluiting (smeltveiligheden,
spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektrici
-
teitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventu
-
eel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent.
~
De betrouwbare en zekere werking van de droogkast is enkel ge-
garandeerd wanneer de droogkast aan het openbare elektriciteits-
net is aangesloten.
~
De elektrische veiligheid van dit toestel is enkel gewaarborgd
wanneer het op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsys-
teem is aangesloten. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamen-
tele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw
installatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan
niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt
doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
~
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van
een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee
op brand.
~
Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door
een vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie
het toestel gebruikt.
~
Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene
risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aan
-
sprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uitvoe
-
ren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij
schade achteraf geen aanspraak meer op waarborg.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
7
~
Defecte onderdelen mogen enkel worden vervangen door origi
-
nele Miele-vervangstukken. Enkel daardoor bent u zeker dat ze ten
volle voldoen aan de eisen die Miele op vlak van veiligheid stelt.
~
Bij storingen of bij reiniging en onderhoud is deze droogautomaat
pas van het stroomnet losgekoppeld indien
–
u de stekker uit het stopcontact haalt of
–
de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld of
–
de schroefzekering op uw elektrische installatie helemaal uitge
-
draaid is.
~
Deze droogautomaat mag niet op niet-stationaire plaatsen (bijv.
schepen) worden gebruikt.
~
Voer geen veranderingen aan de droogautomaat uit die niet uit-
drukkelijk door Miele zijn toegestaan.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
8
~
Neem de aanwijzingen in acht die vermeld staan in de rubrieken
"Opstellen en aansluiten", "Installatie van de luchtafvoerleiding" en
"Technische gegevens".
~
Er moet worden gegarandeerd dat de stekker altijd toegankelijk is
om de droogautomaat van het elektriciteitsnet te kunnen loskoppe
-
len.
~
De luchtspleet tussen de onderzijde van de droogautomaat en de
vloer mag u niet verkleinen met plinten, dik tapijt e.d. Anders wordt
er geen voldoende luchttoevoer gegarandeerd.
~
In de ruimte die de deur van de droogautomaat nodig heeft voor
het openen en sluiten, mag u geen afsluitbare deur, schuifdeur of
deur met een scharnier aan de andere kant installeren.
Veilig gebruik
~
De maximale belading bedraagt 7 kg (droog wasgoed). Zie de
rubriek "Programmaoverzicht" voor meer informatie over kleinere
beladingen voor bepaalde programma's.
~
Gevaar voor brand!
Deze droogautomaat mag niet worden aangesloten op een stopcon
-
tact dat regelbaar is (bijv. via een schakelklok (timer)) of op een
elektrische installatie met uitschakeling bij piekbelasting.
Als het droogprogramma wordt afgebroken voordat de afkoelfase
afgerond is, bestaat er gevaar dat het wasgoed in brand vliegt.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
9
~
Wegens brandgevaar is het verboden textiel te drogen wanneer
–
dit textiel niet is gewassen.
–
dit textiel niet voldoende is gereinigd en sporen van olie,
vethoudende of andere substanties vertoont (bv. keuken- en
cosmeticawasgoed met restanten marineerolie, olie, vet of
creme).
Bij niet voldoende gereinigd wasgoed bestaat er gevaar op brand
door zelfontbranding van het wasgoed, zelfs na beëindiging van
het drogen en buiten de droogautomaat.
–
dit textiel sporen van brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat,
of restanten van aceton, alcohol, benzine, petroleum, kerosine,
vlekkenverwijderaar, terpentijn, was, wasverwijderaar of chemica-
liën (dit kan bv. het geval zijn bij moppen, opnemers en
poetsdoeken).
– er op dit textiel resten van een haarverstevigingsproduct,
hairspray, nagellakverwijderingsproduct of gelijkaardig product
voorkomen.
Dergelijk sterk vervuild wasgoed moet u daarom bijzonder
grondig wassen: gebruik hierbij extra wasmiddel en selecteer een
hoge temperatuur. Bij twijfel dient u het wasgoed verscheidene
malen te wassen.
~
Verwijder alle voorwerpen uit de zakken (zoals aanstekers, luci
-
fers).
~
Waarschuwing: Schakel de droogautomaat nooit uit voordat een
droogprogamma afloopt. Dit is enkel toegestaan wanneer al het
wasgoed onmiddellijk uit de trommel kan worden genomen en met
-
een kan worden uitgespreid, zodat de warmte meteen kan worden
afgegeven.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
10
~
Wasverzachters of vergelijkbare producten moeten steeds zo
worden gebruikt als vermeld in de gebruiksinstructies voor de was
-
verzachters.
~
Wegens brandgevaar is het te allen tijde verboden stukken textiel
of producten te drogen:
–
wanneer industriële chemicaliën werden gebruikt voor de reini
-
ging (bv. bij een chemische reiniging).
–
die hoofdzakelijk schuimrubberen, rubberen of rubberachtige de
-
len bevatten. Het gaat hierbij bv. om producten uit
schuimrubberlatex, douchekappen, waterdichte stoffen, met rub
-
ber beklede artikelen en kledingstukken en hoofdkussens met
schuimrubbervlokken.
– die een vulling hebben en beschadigd zijn (bv. kussens of
jassen). Vulling die eruit valt kan brand veroorzaken.
~
Na de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase
om te garanderen dat de stukken wasgoed geen temperatuur be-
reiken waarbij ze mogelijk beschadigd worden (bv. het vermijden
van zelfontbranding van het wasgoed). Pas na deze afkoelfase is
het programma afgelopen.
Neem het wasgoed altijd direct en in zijn geheel uit het toestel na af
-
loop van het programma.
~
Leun niet op de toesteldeur. Deze droogautomaat kan anders
omkantelen.
~
Sluit de deur na elk gebruik. Zo voorkomt u dat
–
kinderen in het toestel proberen te kruipen of er voorwerpen in
verstoppen.
–
er kleine dieren in de trommel kruipen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
11
~
Deze droogautomaat mag niet zonder pluizenzeef of met een be
-
schadigde pluizenzeef worden gebruikt.
~
De pluizenzeef moet regelmatig worden gereinigd!
~
Deze droogautomaat mag niet zonder luchtafvoerleiding worden
gebruikt.
~
Deze droogautomaat mag niet op een schoorsteen worden aan
-
gesloten die wordt gebruikt voor andere doeleinden.
~
Stel de droogautomaat niet op in een vertrek waar het kan vrie
-
zen. Temperaturen rond of onder het vriespunt hebben een negatie
-
ve invloed op de werking van de droogautomaat.
De toegelaten kamertemperatuur mag tussen +2 °C en +35 °C lig-
gen.
~
Controleer regelmatig alle onderdelen van de luchtafvoerleiding
(bijv. buis in de muur, buitenrooster, bochten enz.) om te controleren
dat ze de lucht voldoende doorlaten. Er kunnen zich pluizen afzetten
zodat de lucht niet feilloos wordt weggeblazen.
Als er al een luchtafvoerleiding voorhanden is die eerder is gebruikt,
moet u deze controleren voordat u deze aansluit op de droogauto-
maat.
~
De luchtafvoer mag niet gebeuren via een in gebruik zijnde
schoorsteen of via een kanaal dat wordt gebruikt om vertrekken te
verluchten waar verwarmingstoestellen opgesteld staan. Anders be
-
staat er gevaar dat er rook of verbrandingsgassen worden terugge
-
zogen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
12
~
Er bestaat gevaar voor verstikking en vergiftiging door het
terugzuigen van verbrandingsgassen wanneer er gasgeisers, ver
-
warmingstoestellen op gas, kolenkachels met schoorsteenaanslui
-
ting e.d. in hetzelfde vertrek, in aangrenzende vertrekken of in de
woning geinstalleerd zijn en de onderdruk 4 Pa of meer bedraagt.
Vermijd onderdruk door het vertrek voldoende te verluchten, bijv.
met behulp van
–
niet-afsluitbare ventilatieopeningen in de buitenmuur of
–
een venstercontactschakelaar (zo kan de droogautomaat alleen
worden ingeschakeld wanneer het venster openstaat).
U moet in elk geval door een erkende schoorsteenveger laten be-
vestigen dat het toestel zonder gevaar kan worden gebruikt en dat
de onderdruk niet hoger zal zijn dan 4 Pa.
~
Hou het vertrek waar de droogautomaat opgesteld staat, altijd vrij
van stof en pluizen.
Vuildeeltjes in de aangezogen lucht kunnen zorgen voor verstop-
pingen.
~
Spuit de droogautomaat niet nat af.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
13
Toebehoren
~
Alleen toebehoren dat Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd,
mag worden gemonteerd of ingebouwd.
Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan ver
-
valt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.
~
Droogautomaten en wasautomaten van Miele kunnen in een was-
en droogzuil gecombineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele
was-droogverbindingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar toe
-
behoren. Let erop dat de was-droogverbindingsset geschikt is voor
de Miele droogautomaat en de Miele wasautomaat.
~
Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebeho-
ren) bij deze droogautomaat past.
,
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is door-
dat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
14
Bedieningspaneel
a Toets Temperatuur laag
Delicaat wasgoed wordt bij lage tem-
peratuur gedroogd.
b Toets voor droogtegraden
Controlelampjes kenmerken de ge-
kozen droogtegraad.
c Display
Zie volgende pagina.
d Toets Startuitstel
Deze toets heeft een dubbele func-
tie:
- Startuitsteltijd kiezen
- Programmaduur Warme lucht/
Koude lucht kiezen.
e Toets Zoemer
Het einde van het programma wordt
akoestisch aangegeven.
f Display Perfect Dry
Voor alle droogtegraadprogramma's.
Zie volgende pagina.
g Controle-/storingslampje
Zie hoofdstuk "Storingen verhelpen"
en "Klantendienst".
h Toets Start/Stop
Hiermee wordt het programma ge-
start of afgebroken.
De toets knippert bij programmakeu-
ze en brandt na de start van het pro-
gramma.
i Programmakiezer
De controlelampjes geven het geko
-
zen programma aan.
j Toets Deur
U kan de toesteldeur steeds met
deze toets openmaken, of het toestel
onder stroom staat of niet.
k Toets jk (I-aan/0-uit)
Om het toestel in en uit te schakelen.
Bediening van de droogautomaat
15
Op de display wordt het volgende
weergegeven
–
De duur van het programma.
–
Het programmaverloop
Drogen
Koude lucht
Einde.
–
Controle- en storingsmeldingen.
Bovendien worden op de display de
volgende functies geselecteerd
–
De programmaduur Warme lucht,
Koude lucht.
– Het startuitstel.
U kunt een gekozen programma la-
ter door de droogautomaat laten
starten
Na afloop van het startuitstel start het
programma automatisch.
– De programmeerfuncties.
Met de programmeerfuncties kunt u
de elektronische besturing van de
droogautomaat aan uw specifieke
wensen aanpassen. Meer informatie
vindt u in de gelijknamige rubriek, op
het einde van deze handleiding.
Indicator Perfect Dry
Het Perfect Dry-systeem meet de rest
-
vochtigheid van het wasgoed in de
droogtegraadprogramma's en zorgt zo
voor een precieze droging.
Na het starten van het programma be
-
rekent de elektronische besturing de
programmaduur (resttijdprognose).
Hiervoor knippert het controlelampje
Perfect Dry.
Na korte tijd wordt de programmaduur
getoond en dooft het controlelampje.
Bij het bereiken van de ingestelde
droogtegraad licht het controlelampje
Perfect Dry op tot het einde van het
programma.
De indicator Perfect Dry blijft bij deze
tijdgestuurde programma's altijd don
-
ker: Finish Wol, Koude lucht, Warme
lucht, Gladstrijken.
Opmerking bij de programma
-
duur / resttijdprognose
Op de display wordt de vermoedelijke
programmaduur getoond
(resttijdprognose).
Op grond van deze factoren kan de
schatting van de resterende tijd telkens
weer verschillen: het resterende vocht
na het centrifugeren, de textielsoort, de
hoeveelheid wasgoed, de kamertempe-
ratuur of spanningsschommelingen in
het stroomnet.
Daarom past de elektronische bestu
-
ring zich bij elke lading wasgoed tel
-
kens opnieuw aan. Zo wordt de reste
-
rende tijd steeds nauwkeuriger aange
-
duid. De resttijdprognose wordt tijdens
het drogen gecontroleerd. Daardoor
kan de tijdsaanduiding in enkele geval
-
len verspringen.
Programma's kunnen eveneens te
vroeg ten einde lopen. Bijvoorbeeld bij
heel fijne weefsels, een zeer kleine la
-
ding of indien er even tevoren nog werd
gedroogd.
Bediening van de droogautomaat
16
Onderhoudssymbolen op het
etiket
"Drogen"
q Normale/hogere temperatuur.
r Lagere temperatuur:
Temperatuur laag kiezen
(voor delicaat wasgoed).
s Niet geschikt voor de droogau
-
tomaat.
Strijken en mangelen
I Zeer heet.
H Heet.
G Warm.
J Niet strijken/mangelen.
Droogtips
– Houd steeds rekening met de maxi-
mumlading die in de rubriek "Pro-
grammaoverzicht" wordt opgegeven.
Bij een overladen trommel wordt het
wasgoed niet zo behoedzaam be
-
handeld. Het droogresultaat komt
hierbij in het gedrang en er kunnen
ook meer kreuken optreden.
–
Stop geen drijfnat wasgoed in de
trommel! Textiel na het wassen min
-
stens 30 seconden laten centrifuge
-
ren.
–
Maak jassen open
, opdat ze gelijk
-
matig zouden drogen.
–
Een gemengde lading van katoen,
bont wasgoed, kreukherstellend tex
-
tiel kunt u in het prrogramma Auto
-
matic+ drogen.
–
Wol en gemengde weefsels die wol
bevatten hebben de neiging te vilten
of te krimpen. U kunt ze enkel dro
-
gen in het speciale programma
Finish wol.
–
Met dons gevuld textiel:
naargelang
van de kwaliteit heeft het fijne weef
-
sel binnenin de neiging te krimpen.
Dergelijk textiel kan wel drogen in
het speciale programma Ontkreu
-
ken.
–
Zuiver linnen weefsel
: droog dit en
-
kel machinaal als de fabrikant dit op
het onderhoudsetiket vermeldt. An
-
ders kan het weefsel "ruig" worden.
–
Machinaal gebreide textielsoorten
(bijv. T-shirts, ondergoed) hebben
de neiging bij de eerste wasbeurt te
krimpen. Daarom: Het textiel niet te
lang laten drogen. Daarmee vermijdt
u dat het verder krimpt. Koop machi-
naal gebreid textiel eventueel een of
twee maten groter.
– Hoe meer kreukherstellend
wasgoed
u in de trommel doet, hoe groter de
kans op kreuken
. Dit geldt vooral
voor heel delicaat weefsel (bijv.
overhemden, bloezen).
In twijfelgevallen beperkt u de lading
door ze op te delen.
–
Gesteven wasgoed
kan in de droog
-
automaat worden gedroogd. Om het
gewone glanseffect te verkrijgen
dient u wel de dosis stijfsel te ver
-
dubbelen.
–
Nieuw donker textiel moet u voor de
eerste droogbeurt afzonderlijk grondig
wassen. Dit niet samen met licht ge
-
kleurd textiel drogen, omdat het kleur
kan afgeven (ook op de
kunststofonderdelen in de droogauto
-
maat). Er kunnen zich daar ook plui
-
zen van een andere kleur op afzetten.
Opmerkingen omtrent het wasgoed
17
Korte handleiding
De titels met een getal (A, B, C ...)
kan u gebruiken als een handleiding.
A De was voorbereiden
Maak het gewassen textiel luchtig en
sorteer het volgens...
. . . gewenste droogtegraad,
. . . vezel- en weefselsoort,
. . . gelijk formaat,
. . . dezelfde restvochtigheid na het
centrifugeren.
Zo verkrijgt u een gelijkmatig droogre
-
sultaat.
,
Verwijder wasmiddelkorfjes, do-
seerbekers e.d. uit het wasgoed.
Deze objecten kunnen tijdens het
drogen smelten en schade teweeg-
brengen aan toestel en wasgoed.
– Controleer zomen en naden, zodat er
geen voering kan uitvallen.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht. Zo komen er geen
kleinere stukken wasgoed in terecht.
–
Doe ritsen, haken en ogen dicht.
–
Knoop rok-, broeksriemen en schort
-
banden samen.
–
Geloste bh-beugels kan u vastnaaien
of verwijderen.
B De droogautomaat inschakelen
^
Druk toets jk uit in.
U kan het toestel ook na het laden in
-
schakelen. Dan wordt de trommel even
-
wel niet verlicht (stroombesparing).
C De droogautomaat laden
^
Druk op toets Deur om de toesteldeur
te openen.
^
Leg het wasgoed losjes in de trom
-
mel.
Hou rekening met de maximumla
-
ding in de rubriek "Programmaover
-
zicht".
Bij een overladen trommel wordt het
wasgoed niet zo behoedzaam be
-
handeld en komt het droogresultaat
in het gedrang.
^ Kijk na of de pluizenzeef goed inge-
schoven zit voor u de deur sluit.
Laat bij het sluiten geen stukken
wasgoed tussen de deur geklemd
raken. Anders loopt het textiel scha
-
de op.
^
Zwaai de toesteldeur zachtjes dicht.
U kan ze ook laten aanleunen en
dichtdrukken.
Zo droogt u juist
18
D Een programma kiezen
^
Selecteer het gewenste programma.
Het overeenkomstige controlelampje
brandt.
Daarnaast kunnen ook de controle-
lampjes van de droogtegraden of de
extra functies branden en kunnen
tijdsaanduidingen worden weergege-
ven.
Droogtegraadprogramma's
– Katoen, Kreukherstellend, Express,
Automatic+, Jeans, Overhemden
^
Druk zo vaak op de toets tot het ge
-
wenste controlelampje aangaat.
Bij Katoen en Express kunt u 4 droogte
-
graden kiezen. Bij de overige program
-
ma's is de keuze beperkt en Impregne
-
ren droogt enkel kastdroog.
Opmerking
U kunt bij enkele programma's
droogtegraadstappen toevoegen (zie
hoofdstuk "Programmeerfuncties").
Finish Wol, Strijken, Impregneren,
Coton t
–
de programma's kunnen niet worden
gewijzigd.
Programmaduur Koude lucht/Warme
lucht kiezen
Het controlelampje van de toets Start
-
uitstel knippert bij selectie.
^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel
tot de gewenste tijd op de display
wordt weergegeven.
De selectie gebeurt in stappen:
– Koude lucht: van 20 minuten tot 1.00
uur.
– Warme lucht: van 15 minuten tot 2.00
uur.
E Extra functies / startuitstel kiezen
^
U kunt via een druk op de knop kie
-
zen:
Temperatuur laag, Zoemer, Startuit
-
stel (zie hoofdstuk "Extra func
-
ties/Startuitstel").
De kreukbeveiliging (zie volgende
pagina) is constant ingeschakeld.
Let wel: De functie Startuitstel kan niet
worden gecombineerd met Warme
lucht, Koude lucht.
Zo droogt u juist
19
F Een programma starten
Tijdens de programmakeuze knippert
de toets Start/Stop. Het knipperen van
het lampje betekent dat u een program
-
ma kunt starten.
^
Druk op de toets Start/Stop.
De toets Start/Stop gaat aan.
De indicator Perfect Dry knippert/licht
alleen op bij de droogtegraadprogram
-
ma's. De indicator blijft bij tijdgestuurde
programma's altijd donker (zie hoofd
-
stuk "Bediening van de droogauto
-
maat").
Opmerking: De op de display getoonde
duur is de vermoedelijke duur en kan
verschillen.
Vóór het einde van het programma
Op de verwarmingsfase volgt een
koelfase (Koude lucht gaat branden).
Pas daarna is het programma ten
einde.
Geen afkoelfase bij: Finish Wol.
G Einde van het programma - het
wasgoed uit het toestel halen
0 en Einde op de display duiden erop
dat het programma ten einde is. De
zoemer weerklinkt met tussenpozen (in
-
dien ingesteld).
De trommel draait na afloop van het
programma nog 2 uur lang met tussen
-
pozen, wanneer u het wasgoed niet
meteen uit het toestel nemen voor het
beperken van kreuken.
Geen kreukbeveiliging bij: Finish Wol.
^
Druk op de toets Deur.
^ Open de deur.
^ Neem het wasgoed uit de trommel.
Vergeet geen stukken wasgoed in
de trommel! Achtergebleven was-
goed kan schade oplopen doordat
dit overmatig droogt.
Als de droogautomaat ingeschakeld is
en de toesteldeur open staat, gaat de
trommelverlichting na enkele minuten
uit (stroombesparing).
^
Druk op de toets jk om het toestel
uit te schakelen.
^
Maak de pluizenfilter schoon.
^
Sluit de deur.
Zo droogt u juist
20
Extra functies
Temperatuur laag
Gevoelig wasgoed (met onderhouds
-
symbool r, bijvoorbeeld voor acryl)
wordt aan een lagere temperatuur en
langer gedroogd.
Bij enkele programma's is Temperatuur
laag constant ingeschakeld (kan niet
worden uitgeschakeld).
Zoemer
Wanneer het programma afgelopen is,
weerklinkt een geluidssignaal (maxi-
mum 1 uur met tussenpozen).
Een aanhoudende waarschuwingstoon
bij storingen weerklinkt ook als de zoe-
mer is uitgeschakeld.
Startuitstel
Hiermee kunt u een latere programma-
start kiezen, die 30 minuten tot 24 uur
wordt uitgesteld.
^
Kies een programma.
^
Druk zo vaak op de toets Startuitstel
tot de gewenste tijd in de display ver
-
schijnt.
–
Het controlelampje Startuitstel knip
-
pert.
–
De keuze gebeurt in stappen van
een half uur tot 10^, daarna in stap
-
pen van een uur.
–
Door de toets Startuitstel ingedrukt
te houden, telt de tijd automatisch op
tot 24^.
Starten
^
Druk op de toets Start/Stop.
–
Het controlelampje Startuitstel
brandt.
–
Het startuitstel telt bij meer dan 10^
af in stappen van een uur, daarna in
stappen van een minuut totdat het
programma start.
–
De trommel draait na elk uur gedu
-
rende korte tijd (om kreuken te voor
-
komen).
Startuitstel wissen/wijzigen
^ Druk op de toets Start/Stop om het
startuitstel te wissen.
^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel
tot de gewenste tijd in de display ver-
schijnt.
^ Druk op de toets Start/Stop, zodat het
startuitstel opnieuw begint.
Wasgoed toevoegen
Terwijl het startuitstel wordt afgeteld,
kunt u nog wasgoed aan de trommel
toevoegen:
^
Schakel de droogautomaat uit.
Het openen van de deur zonder het
toestel vooraf uit te schakelen, wist het
startuitstel.
^
Open de deur en voeg het wasgoed
toe.
^
Sluit de deur en schakel de droogau
-
tomaat in.
Extra functies/Startuitstel
21
Katoen t ** maximaal 7 kg*
Wasgoed Normaal nat katoenen wasgoed, zoals onder Katoen Kast
-
droog beschreven.
Tip
–
Er wordt uitsluitend Kastdroog gedroogd.
–
Het programma Katoen t is qua stroomverbruik voor
het drogen van normaal nat katoenen wasgoed het meest
efficiëntst.
Katoen maximum 7 kg*
Kastdroog+, Kastdroog
Textiel Textiel met een of meer lagen van katoen.
Bijvoorbeeld: badhanddoeken, badjassen, T-shirts, onder
-
goed, beddengoed, babywasgoed.
Opmerking
–
Kastdroog+ voor verschillende, meerlagige en zeer dikke
textielsoorten.
– Machinaal gebreid textiel (bijv. T-shirts, ondergoed en
babywasgoed) mag u niet Kastdroog+ laten drogen. Er is
krimprisico.
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
Strijkdroog, Mangeldroog
Textiel Katoen of linnen. Bijv. tafellakens, beddengoed, gesteven
wasgoed.
Opmerking – Het te strijken wasgoed in afwachting oprollen om het
vochtig te houden.
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
Kreukherstellend maximum 3,5 kg*
Kastdroog, Strijkdroog
Textiel Kreukherstellend textiel van synthetisch of gemengd weefsel
of katoen. Bijv. truien, jurken, broeken, jasschorten, tafella
-
kens.
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
* Gewicht van het droge wasgoed
** Opmerking voor testinstituten:
Testprogramma conform richtlijn 392/2012/EU voor het energielabel
gemeten conform EN 61121
Programmaoverzicht
22
Finish Wol maximum 2 kg*
Textiel Wolgoed.
Opmerking
–
Wolgoed wordt in korte tijd luchtig gemaakt en vlokkiger
gemaakt; het wordt evenwel niet echt droog.
–
Haal het textiel na afloop van het programma meteen uit
de trommel en laat het natuurlijk drogen.
Temperatuur laag Kan niet worden uitgeschakeld.
Impregneren maximum 2,5 kg*
Kastdroog
Textiel Om textiel te drogen dat geschikt is voor de droogautomaat,
bijv. microvezels, ski- en outdoor-kleding, fijn en
dichtgeweven katoen (popeline), tafellakens.
Opmerking
–
Dit programma omvat een bijkomende fixeringsfase voor
de impregnering.
– Geïmpregneerd textiel mag uitsluitend behandeld zijn
met impregneermiddelen met de aanduiding "geschikt
voor membraanweefsels". Deze middelen zijn geba-
seerd op chemische verbindingen met fluor.
– Droog geen textiel dat werd geïmpregneerd met mid-
delen die paraffine bevatten! Brandgevaar!
Express maximum 3,5 kg*
Kastdroog+, Kastdroog, Strijkdroog, Mangeldroog
Textiel Gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool q voor het pro
-
gramma Witte/Bonte was.
Opmerking
–
Verkorte programmaduur.
Automatic+ maximum 5 kg*
Kastdroog, Strijkdroog
Textiel Belading met wasgoed voor de programma's Witte/Bonte
was en Kreukherstellend.
Jeans maximum 3 kg*
Kastdroog, Strijkdroog
Textiel Jeansstof zoals broeken, jassen, rokken of overhemden.
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
* Gewicht van droog wasgoed
Programmaoverzicht
23
Overhemden maximum 2 kg*
Kastdroog, Strijkdroog
Textiel Hemden en overhemdbloezen.
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
Koude lucht maximum 7 kg*
Textiel Om alle soorten wasgoed te luchten.
Warme lucht maximum 7 kg*
Wasgoed
–
Nadrogen van textiel met meer dan een laag, dat wegens
de samenstelling verschillende droogeigenschappen ver
-
toont: bijv. jassen, kussens en volumineus textiel.
–
Om aparte stukken wasgoed te drogen: bijv.
badhanddoeken, badgoed, vaatdoeken.
Opmerking – Kies niet meteen de langste tijd. Probeer eerst welke tijd
het best geschikt is.
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
Opmerking Gebruik het programma Warme lucht om ongewenste geur-
tjes in propere kleding van katoen te verwijderen of te ver-
minderen (duur: 1/2 - 1 uur). Om het opfrissende effect te
versterken, kunt u het wasgoed bevochtigen alvorens het
luchtprogramma te starten of voor de droogautomaat ge-
schikte doekjes gebruiken. Bij synthetische stoffen worden
de onaangename geurtjes in geringere mate gereduceerd.
Strijken maximum 1 kg*
Textiel
–
Katoenen of linnen weefsel.
–
Kreukherstellend textiel van katoen, gemengd of synthe
-
tisch weefsel. Bijv. katoenen broeken, anoraks, overhem
-
den.
Opmerking
–
Programma om kreuken uit voorafgegane
centrifugeerbeurt (in wasautomaat) te beperken.
–
Haal textiel na afloop van het programma meteen uit de
trommel, om het lichtjes te kunnen strijken.
Temperatuur laag Kan niet worden uitgeschakeld.
* Gewicht van droog wasgoed
Programmaoverzicht
24
Lopend programma
- veranderen
Dit is niet mogelijk. Het toestel is im
-
mers beschermd tegen onverhoedse of
ongewenste wijzigingen.
Om een nieuw programma te kiezen,
dient u het programma af te breken.
- afbreken en een nieuw programma
kiezen.
^
Druk op de toets Start/Stop.
Het wasgoed wordt nog gedurende
een minuut afgekoeld voor zover er
een bepaalde droogtijd en tempera-
tuur is bereikt.
Als u ondertussen opnieuw op de
toets Start/Stop drukt, verschijnt
Einde.
^ Druk op de toets Deur.
^ Sluit de deur.
^
Kies en start onmiddellijk een nieuw
programma.
- afbreken en het wasgoed uitnemen.
^
Zie verder: "Wasgoed toevoegen of
uitnemen".
^
Schakel de droogautomaat na het
sluiten van de deur uit.
Wasgoed toevoegen of
uitnemen
^
Druk op de toets Deur.
^
Open de deur.
,
Gevaar voor brandwonden!
Raak de achterwand van de trom
-
mel niet aan terwijl u wasgoed toe
-
voegt of uitneemt! De temperatuur
in de trommel is hoog.
^
Nu kunt u wasgoed toevoegen of
voortijdig uit de trommel nemen.
^ Sluit de deur.
^ Druk op de toets Start/Stop.
Resterende tijd
Bij de wijziging van het programmaver-
loop kan de resterende tijd die hierna
op het display te zien is, nu wel van de
echte droogtijd afwijken.
Programmaverloop wijzigen
25
De grendelfunctie beschermt uw
droogautomaat tegen ongewenst ge
-
bruik.
Als u dit wenst, kunt u de
grendelfunctie inschakelen.
Het elektronische slot vergrendelt de
elektronische besturing van de droog
-
automaat. De droogautomaat kan wor
-
den ingeschakeld, maar er kan geen
programma worden gestart.
–
In dit geval knippert het controle
-
lampje Temperatuur laag en wordt
het sleutelsymbool 0-§ op de display
weergegeven.
De toesteldeur kunt u wel altijd openen.
Die wordt niet vergrendeld.
Vergrendelen
Voorwaarden
:
– Het toestel is uitgeschakeld.
– De toesteldeur is dicht.
A Druk op de toets Temperatuur laag
en houd ze ingedrukt tot u stap E
bereikt.
B Druk de toets jk.
Het controlelampje Automatic+ brandt.
C Draai de programmakiezer traag en
stap voor stap kloksgewijs drie stan
-
den verder.
De drie controlelampjes van de pro
-
gramma's moeten één voor één aan
-
gaan.
C Draai de programmakiezer traag en
stap voor stap tegen de wijzers in
zes standen verder.
De zes controlelampjes van de pro
-
gramma's moeten één voor één aan
-
gaan.
Het controlelampje van de toets Tem
-
peratuur laag knippert en het sleu
-
telsymbool 0-§ wordt op de display
weergegeven.
E Laat de toets Temperatuur laag los.
De slotfunctie is ingeschakeld.
^
U kunt het toestel uitschakelen.
"Ontgrendelen"
Voorwaarden
:
– Het toestel is uitgeschakeld.
– De toesteldeur is dicht.
^ U gaat te werk zoals bij "Vergren-
delen". Voer de stappen A tot E uit.
Bij punt E stopt het controlelampje van
de toets Temperatuur laag met knippe
-
ren en het sleutelsymbool 0-§ verdwijnt.
De grendelfunctie is uitgeschakeld.
Elektronisch slot
26
Pluizenzeef schoonmaken
Pluisjes komen in de pluizenzeef in de
deur terecht. Maak deze zeef na elke
droogbeurt* schoon.
* Controleer de pluizenzeef altijd nog
een keer bij de melding Filter/Afvoer.
Droog schoonmaken
Tip: Pluizen kunt u met een stofzuiger
opzuigen, zodat u ze niet hoeft aan te
raken.
^
Trek de pluizenzeef (1) uit de toestel
-
deur.
^
Verwijder de pluizen met uw vingers
of met een stofzuiger van de zeef.
^ Neem ze weg uit de holle ruimte in
de deur. Op de Technische Dienst
van Miele is daartoe een borstel ver-
krijgbaar. U kunt ook een stofzuiger
gebruiken.
^ Reinig de dichting (2) op de deur
rondom met een vochtige doek.
^ Schuif de zeef weer tot aan de aan-
slag in de toesteldeur en doe de deur
weer dicht.
Vochtig schoonmaken
Alleen indien de pluizenzeef erg
plakkerig of verstopt is, kan u die
met water schoonmaken.
^
Maak de pluizenzeef onder stromend
heet water schoon.
^
Droog de zeef voorzichtig en grondig
af.
Reiniging en onderhoud
27
Roosterzeef schoonmaken
Op regelmatige basis dient u de
roosterzeef in de vulopening van de
deur en het luchtafvoergedeelte onder
de roosterzeef schoon te maken.
^ Draai op de linker en rechter
roosterzeef aan het knopje a (tot het
duidelijk vergrendelt).
^ Trek b de zeef er aan het knopje
naar het midden toe uit.
^
Maak de roosterzeef onder stromend
heet water schoon en droog ze af.
^
Maak ook het luchtafvoergedeelte
onder de roosterzeef schoon. Ge
-
bruik hiertoe bijv. een stofzuiger.
^
Plaats de roosterzeef onderaan terug
en duw ze goed op haar plaats.
^
Vergrendel de 2 knopjes.
De droogautomaat zelf
reinigen
Zet het toestel uit.
^
Reinig de ommanteling, het bedie
-
ningspaneel en de dichting van de
deur met een niet-agressief reini
-
gingsmiddel of sopje.
^
Reinig de trommel en andere roest
-
vrijstalen onderdelen met een ge
-
schikt reinigingsmiddel voor roestvrij
staal.
Gebruik geen schuur- of oplosmid-
del. Reinigingsmiddelen voor glas of
voor universeel gebruik zijn ook af te
raden. Dit kan schade toebrengen
aan de kunststof of andere onderde-
len van het toestel.
^ Wrijf alle onderdelen met een zachte
doek droog.
Reiniging en onderhoud
28
Wat gedaan als...?
De meeste storingen kunt u zelf verhelpen. In heel wat gevallen bespaart u tijd en
kosten omdat u dan geen beroep hoeft te doen op de Klantendienst.
Het volgende overzicht zou een leidraad kunnen zijn om de oorzaken voor een
bepaalde storing te vinden en weg te nemen. Hou wel het volgende in acht:
,
Reparaties aan elektrische toestellen mag u enkel en alleen door een er
-
kend vakman laten uitvoeren. Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen
kunnen er niet te onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan.
Controle- en storingsmeldingen
Probleem Oorzaak Oplossing
Het programma
werd afgebroken.
0 en Einde verschij-
nen op het display.
De zoemer weer-
klinkt.
Dit is geen storing.
Bij enkele programma's
wordt het programma af-
gebroken als de trommel
te weinig of niet geladen
is. Dit kan evenzo bij
reeds gedroogde stuk-
ken wasgoed gebeuren.
Droog enkele stukken wasgoed
met het programma Warme
lucht.
– Open en sluit de deur.
0-§ verschijnt op
het display.
Het
controlelampjeTem
peratuur laag knip
-
pert.
De slotfunctie is inge-
schakeld.
Als u wenst te drogen, dient u
de slotfunctie uit te schakelen
(zie rubriek "Elektronisch slot").
Het programma
werd afgebroken.
De zoemer weer
-
klinkt.
Mogelijk knippert
op het display Kou
-
de lucht of Einde.
De oorzaak is niet met
-
een te constateren.
–
Schakel de droogautomaat
uit en in.
–
Start een programma.
Wordt het programma afgebro
-
ken en verschijnt er opnieuw
een foutmelding, dan gaat het
om een defect. Neem contact
op met de klantendienst van
Miele.
Storingen verhelpen
29
Probleem Oorzaak Oplossing
Aan het einde van het
programma knipperen
de balken: —œ–...C~–...Cœ˜...
Het programma is beëin
-
digd, maar het wasgoed
wordt nog afgekoeld.
U kunt het wasgoed ver
-
wijderen en uitspreiden of
het verder laten afkoelen.
Het controlelampje
Luchtkanalen reinigen
brandt.
Deze droogautomaat
werkt niet optimaal of
spaarzaam.
Mogelijke oorzaken: ver
-
stoppingen door pluizen
of wasmiddelrestjes.
–
In principe volstaat het
de pluizenzeef te reini
-
gen.
Mocht dit niet volstaan,
dan controleert u alle
mogelijke oorzaken die
hierna beschreven zijn
onder "De droogbeurt
duurt zeer lang of
wordt zelfs afgebro
-
ken.".
Melding wissen:
– Deur openen en sluiten
bij ingeschakelde
droogautomaat.
Eventueel is de luchtaf-
voerleiding erg lang; dat
is evenwel geen storing.
Is de luchtafvoerleiding
erg lang, dan duurt het
programma nu eenmaal
langer en wordt er ook
meer stroom verbruikt.
Het controlelampje
Luchtkanalen reinigen
kunt u uitschakelen (ru
-
briek "Programmeerfunc
-
ties").
Het programma werd af
-
gebroken.
Het controlelampje
Luchtkanalen reinigen
brandt.
De zoemer weerklinkt.
De mogelijke oorzaken en
de oplossing ervan wor
-
den hierboven beschre
-
ven.
–
Probeer het probleem
zoals hierboven be
-
schreven te verhelpen.
–
Als de foutmelding
weer wordt weergege
-
ven, doe dan een be
-
roep op de Technische
Dienst.
Storingen verhelpen
30
Probleem Oorzaak Oplossing
Het controlelampje
Start/Stop knippert lang
-
zaam en het display is
donker.
De droogautomaat staat
in de stand-by stand.
Dit is geen fout, maar een
normale functie.
Zie rubriek "Program
-
meerfuncties".
Enkele programma's
starten niet. Het over
-
eenkomstige program
-
ma controlelampje
brandt ook niet meer.
De oorzaak is niet meteen
te constateren.
–
Schakel de droogauto
-
maat uit en in.
–
Kies het programma,
dat zich niet liet
opstarten.
–
Als het programma nog
altijd niet kan worden
gestart, is er een de
-
fect. Neem contact op
met de klantendienst
van Miele.
Het controlelampje
Start/Stop knippert/knip-
pert niet.
Als het lampje in de toets
knippert, wijst dat erop
dat u een programma kan
starten.
Na de start van het pro-
gramma stopt het lampje
met knipperen en blijft het
branden.
Storingen verhelpen
31
Een niet-bevredigend droogresultaat
Probleem Oorzaak Oplossing
De was is onvoldoende
gedroogd.
De belading bestond uit
verschillende weefsels.
–
Droog met Warme
lucht na.
–
Kies daarna een ge
-
schikt programma *.
Wasgoed van synthe
-
tische vezels is na het
drogen statisch gela
-
den.
Synthetisch wasgoed ver
-
toont de neiging tot sta
-
tische ladingen.
Als u wasverzachter ge
-
bruikt bij het wassen kan
de statische lading bij het
drogen afnemen.
Er hebben zich pluizen
gevormd.
Bij het drogen komen er
pluizen vrij, die zich voor
-
al door slijtage bij het dra-
gen of gedeeltelijk bij het
wassen op het textiel
hebben gevormd. De be-
lasting van textiel in de
droogautomaat daarente-
gen is voor hun houd-
baarheid gering.
De pluisjes worden door
de pluizenzeven opge
-
vangen. U kunt ze daar
gemakkelijk verwijderen
(rubriek "Reiniging en on-
derhoud").
* U kunt de droogtegraad van enkele programma's afzonderlijk aanpassen: Zie
achteraan deze handleiding.
Storingen verhelpen
32
Andere problemen
Probleem Oorzaak Oplossing
Het droogproces duurt
heel lang of wordt afge
-
broken.
Eventueel brandt het con
-
trolelampje, hoewel de
pluizenfilter gereinigd is:
Luchtkanalen reinigen.
Ga alle mogelijke oorza
-
ken na en schakel de
droogautomaat uit en
weer in.
De luchttoevoer is ontoe
-
reikend (bijv. in een klein
vertrek).
Zet tijdens het drogen
een deur en/of venster
open. Zo stroomt er meer
lucht naar binnen.
De pluizenzeef is ver
-
stopt.
Maak de pluizenfilter
schoon.
De luchtafvoerleiding of
de opening ervan is ver-
stopt.
– Controleer al de onder-
delen van de luchtaf-
voerleiding, zoals de
muurbuis, het buiten-
rooster, de bochten
e.d. Komt er nog vol-
doende lucht door?
– Maak de pluizenfilter
schoon.
Het wasgoed werd niet
genoeg uitgecentrifu
-
geerd.
Laat voortaan uw was-
goed in uw wasautomaat
tegen het hoogste toeren
-
tal centrifugeren.
Deze droogautomaat
trommel is overladen.
Neem de maximumlading
wasgoed voor het droog
-
programma in acht.
Door metalen ritssluitin
-
gen werd de vochtig
-
heidsgraad van de was
niet juist berekend.
–
Doe de ritsen voortaan
open.
Als het probleem achteraf
nog opduikt, laat was
-
goed met lange ritssluitin
-
gen dan voortaan enkel in
het programma Warme
lucht drogen.
Storingen verhelpen
33
Probleem Oorzaken Oplossing
De trommel begint na
het inschakelen niet te
draaien.
De oorzaak is niet meteen
te constateren.
–
Is het toestel ingescha
-
keld?
–
Zit de stekker wel in het
stopcontact?
–
Is de toesteldeur wel
dicht?
–
Zijn de zekeringen
soms niet uitgevallen?
De trommel wordt niet
verlicht.
De verlichting wordt auto
-
matisch uitgeschakeld
(stroombesparing).
Schakel de droogauto
-
maat uit en weer in.
Eventueel is het lampje
defect.
Dat lampje kan u
vervangen: Zie achteraan
deze rubriek.
Storingen verhelpen
34
Het lampje vervangen
Zet het toestel uit
^
Doe de toesteldeur open.
Bovenaan in de vulopening vindt u een
opklapbaar dekseltje voor de lamp.
^ Schuif een stuk gereedschap, bijv.
een brede sleufschroevendraaier, on-
der het lipje dat aan de zijkant van
het klepje van het gloeilampje zit.
Zorg ervoor dat het gereedschap ste
-
vig zit.
^
Open het klepje door het stuk ge
-
reedschap een slag te draaien.
Oefen daarbij enige druk op het ge
-
reedschap uit.
Het klepje klapt naar beneden.
Deze hittebestendige lamp schaft u
zich het best enkel aan bij uw Miele-
handelaar of in de Technische Dienst
van Miele.
Deze gloeilamp dient van hetzelfde
type te zijn als die welke u vervangt.
Het vermogen mag niet hoger lig
-
gen dan wat op het typeplaatje en
het lampendeksel is aangegeven.
^
Vervang de gloeilamp.
^
Klap het dekseltje naar boven. Duw
het links en rechts stevig dicht tot u
een klik hoort.
,
Let erop dat het deksel stevig
op zijn plaats zit. Zo vermijdt u dat
er vocht indringt, wat kortsluiting
kan veroorzaken.
Storingen verhelpen
35
Herstellingen
Neem bij storingen die u zelf niet kan
verhelpen, contact op
–
met uw Miele-handelaar
of
–
met de Technische Dienst van Miele.
Het adres en de telefoonnummers van
onze technische dienst vindt u op de
rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u op onze technische dienst
een beroep doet, geef dan altijd het
machinetype en -nummer op. Beide
gegevens staan vermeld op het type-
plaatje. Dat vindt u rechts onder de
vulopening.
Het programma updaten
Op het bedieningspaneel vindt u een
controlelampje met de markering PC
(PC = program correction). Deze led
dient voor onze technici als contactpunt
voor de actualisering van het program
-
ma.
Bij de aanpassing van de elektronische
besturing van uw toestel kan er dan re
-
kening worden gehouden met ontwik
-
kelingen in textielsoorten en droogpro
-
cédés.
Miele zal de mogelijkheid om een pro
-
gramma te actualiseren tijdig bekend-
maken.
Duur en voorwaarden van de
waarborg
De waarborgtijd van uw droogautomaat
bedraagt 2 jaar.
Meer gegevens omtrent de voorwaar-
den van de waarborg vindt u in het bij-
gevoegde garantieboekje.
Mits toeslag verkrijgbaar
toebehoren
Voor deze droogautomaat kan u zich
nog toebehoren aanschaffen bij uw
Miele-handelaar of bij de Technische
Dienst van Miele.
Technische dienst
36
Vooraanzicht
a Aansluiting luchtafvoer: kan naar
keus achteraan (in de fabriek open-
gelaten), links of rechts
b Aansluitsnoer
c Bedieningspaneel
d Deur
e Vier in de hoogte verstelbare voetjes
Opstellen en aansluiten
37
Achteraanzicht
a Aan de dekseloverstek zijn er
greepopeningen om het toestel te
dragen (zie pijlen)
b Aansluitsnoer
c Aansluiting van de luchtafvoer ach-
teraan
Plaats van opstelling
,
Waar de toesteldeur
openzwaait, mag u geen afsluitbare
deur, schuifdeur of een deur met
een scharnier aan de andere kant
installeren.
Het toestel naar de plaats van
opstelling dragen
Aan de achterste dekseloverstek zijn er
greepopeningen om het toestel te dra
-
gen. Om het toestel uit de verpakkings
-
sokkel te tillen, neemt u het bij voorkeur
vast aan de voorste voetjes en aan de
achterste dekseloverstek.
Neem het toestel niet aan de deur vast
om het te dragen.
Inbouw onder een doorlopend
werkblad
,
Er is een inbouwset* vereist.
Laat die monteren door een vakman
die door Miele erkend is. De afdek
-
plaat die bij de inbouwset hoort,
vervangt het deksel van het toestel.
Deze afdekplaat moet absoluut wor
-
den gemonteerd met het oog op de
elektrische veiligheid.
–
Bij de inbouwset is een montage
-
handleiding gevoegd.
– Door de inbouw kunnen de program-
ma's langer uitvallen.
– Installeer de elektrische aansluiting
vlakbij de droogautomaat. Die aan-
sluiting dient vlot toegankelijk te zijn.
– Hou rekening met de ruimte voor de
luchtafvoerbuis bij het berekenen
van zijdelingse - en wandafstanden.
Bij een inbouwhoogte van:
–
830-840 mm zijn er langere voetjes*
vereist.
–
870-885 / 915-930 mm zijn 1 of 2
sokkels* vereist.
* Mits toeslag bij uw Miele-handelaar
verkrijgbaar
Het deksel opnieuw monteren
Als u het deksel had afgenomen om het
toestel in te bouwen, dient u erop te let
-
ten dat het deksel bij het terugmonteren
stevig op de achterste steunen zit. En
-
kel dan is een veilig transport gewaar
-
borgd.
Opstellen en aansluiten
38
Het toestel waterpas zetten
Om een perfecte werking te waar
-
borgen, dient u het toestel waterpas op
te stellen.
^
Oneffenheden in de vloer werkt u
weg door aan de voetjes te draaien.
,
Laat een spleet van minstens 10
mm vrij tussen de onderkant van het
toestel en de vloer. Deze luchtspleet
mag u in geen geval versmallen
door plinten, dik tapijt e.d. Anders is
er geen voldoende toevoer van
koele lucht gewaarborgd!
Was- en droogzuil
U kunt deze droogautomaat met een
Miele-wasautomaat tot een was- en
droogzuil combineren. Daartoe is een
tussenset* (WTV) vereist.
* Mits toeslag bij uw Miele-handelaar
verkrijgbaar
,
Laat de tussenset monteren
door een vakman die door Miele er-
kend is.
Opstellen en aansluiten
39
Elektrische aansluiting
Uw droogautomaat is voorzien voor
aansluiting op eenfasige stroom 230 V,
50 Hz. Hij is uitgerust met een geaarde
stekker en een ca. 2 m lange kabel.
De aansluiting mag uitsluitend gebeu
-
ren op een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met aarding.
Gebruik om veiligheidsredenen geen
verlengsnoeren. Er bestaat risico op
oververhitting.
Om de veiligheid te verhogen, verdient
het aanbeveling een verliesstroomscha
-
kelaar met een uitschakelstroom van
30 mA voor het toestel te schakelen.
Gegevens omtrent aansluitwaarde en
vereiste zekeringen vindt u op het
typeplaatje. Vergelijk die zorgvuldig
met de gegevens van uw elektrische
installatie.
Opstellen en aansluiten
40
Basisvereisten
Belangrijk
U mag deze droogautomaat enkel
gebruiken indien de vochtige lucht
die bij het drogen ontstaat, naar bui
-
ten wordt geleid via...
. . . een luchtafvoerleiding (slangen
of buizen) of
. . . een rechtstreekse aansluiting op
een muurbuis.
–
Zolang de aansluitwerkzaamheden
van de luchtafvoer duren, mag u de
stekker niet in het stopcontact
steken.
– Laat de luchtafvoerleiding daar
uitmonden (bv. in een muurbuis)
waar het afgevoerde vocht...
. . . niet terug in het vertrek kan;
. . . geen schade aan gebouwen of
andere last kan veroorzaken.
– De lucht die voor het droogproces
vereist is, wordt onttrokken uit het
vertrek waar het toestel opgesteld is.
Daarom dient u tijdens het drogen
voor voldoende ventilatie te zorgen.
Bijvoorbeeld:
- het venster openzetten
- niet-afsluitbare ventilatieope-
ningen in de buitenmuur aan-
brengen;
- vensterschakelaars installeren,
waardoor u het toestel enkel kan in
-
schakelen als het raam openstaat.
Vermijd
–
lange luchtafvoerleidingen,
–
talrijke en smalle bochten.
Zo bespaart u zich de nadelen van een
laag droogvermogen, een lange pro
-
grammaduur en een hoog stroomver
-
bruik.
Gebruik
–
voor de luchtafvoerleiding:
slangen* of buizen van minstens
100 mm diameter.
– voor de luchtafvoer naar buiten:
de muurbuis* of de vensteraanslui-
ting*.
*Bij uw Miele-dealer of in de Tech-
nische Dienst van Miele mits toeslag
verkrijgbaar.
Hoe u het best te werk gaat
^ Meet eerst de lengte van de vereiste
luchtafvoerleiding. Dan weet u hoe-
veel buizen u nodig hebt en hoe
groot de diameter dient te zijn. Zie
volgende bladzijden.
Is de totale luchtafvoerleiding langer,
dan is er namelijk ook een grotere
buisdiameter vereist.
^
Daarna dient u nog een luchtafvoer
-
systeem te kiezen. Raadpleeg daar
-
toe de alinea "Overzicht van luchtaf
-
voersystemen" in deze rubriek.
Installatie van de luchtafvoerleiding
41
De totale buislengte berekenen
De weggeblazen lucht ondervindt wrij
-
vingsweerstand in de luchtafvoerlei
-
ding. Deze weerstand wordt aangeduid
in buislengte. Hiermee wordt uitge
-
drukt hoe groot de weerstand is, bv.
van een bocht, in vergelijking met 1 m
rechte kunststof buis. Zie tabel I.
Als u de buislengten van alle onder-
delen samentelt, verkrijgt u de totale
buislengte. Deze maat vertelt dus hoe
groot de weerstand van heel het lucht
-
afvoersysteem is.
Daar een grotere buisdiameter de
weerstand vermindert, is er voor een
totale buislengte van meer dan 20 m
een grotere diameter vereist.
Zie tabel II.
1. De totale buislengte berekenen
^ Meet eerst de vereiste lengte van de
rechte luchtafvoerleiding
. Vermenig-
vuldig deze maat met de overeen-
komstige buislengte uit tabel I.
^
Tel nu hoeveel bochten
en onderdelen
er vereist zijn. Tel de buislengte daar
-
van op aan de hand van tabel I.
^
Tel al de gemeten buislengten sa
-
men. Het resultaat is de totale buis
-
lengte.
2. De buisdiameter bepalen
^
Uit tabel II kan u opmaken welke dia
-
meter voor de berekende totale buis
-
lengte vereist is.
Tabel I
Onderdelen Buis
-
lengte
Heel soepele luchtafvoerslang*
–
1 m recht
–
bocht 45°
(bochtstraal = 0,25 m)
–
bocht 90°
(bochtstraal = 0,25 m)
1,8 m
1,5 m
2,5 m
Soepele aluminium luchtafvoer
-
slang* / gladde kunststof buis
–
1 m recht
–
bocht 45°
(bochtstraal = 0,25 m)
–
bocht 90°
(bochtstraal = 0,25 m)
1m
0,6 m
0,8 m
Muurbuis* of vensteraansluiting*
–
met rooster
–
met terugslagklep (zwaaiklep)
3,8 m
1,5 m
In de luchtafvoerleiding te
integreren terugslagklep*
(zie "d Gecombineerd systeem")
14,3 m
Vlak kanaal (bij was- en droogzuil)* 11 m
Linkse of rechtse luchtafvoerope-
ning in de droogautomaat
1m
*Deze onderdelen zijn bij uw Miele-
handelaar en bij de Technische Dienst
van Miele verkrijgbaar.
Tabel II
maximum toelaatbare
totale buislengte
vereiste diameter
20 m
40 m
100 m
100 mm
125 mm
150 mm
Installatie van de luchtafvoerleiding
42
Berekeningsvoorbeeld
A Muurbuis met rooster
= 1 x 3,8 m buislengte = 3,8 m
B/D 2 bochten 90°
= 2 x 0,8 m buislengte = 1,6 m
C 0,5 m kunststof buis
=0,5x1mbuislengte = 0,5 m
E linker luchtafvoeropening
= 1 m buislengte = 1,0 m
totale buislengte = 6,9 m
Resultaat: De totale buislengte be
-
draagt minder dan 20 m (volgens tabel
II). Daarom is 100 mm buisdiameter
voldoende.
Installatiemogelijkheden aan
de droogautomaat
Achterzijde
In de fabriek werd deze aansluiting
opengelaten.
^
Installeer de luchtafvoerleiding zoals
op de volgende bladzijden beschre
-
ven.
Linker of rechter zijwand
^
Draai de dop naar links en neem ze
weg.
^
Druk de dop vast in de luchtafvoer
-
opening aan de achterzijde.
^
Installeer de luchtafvoerleiding zoals
op de volgende bladzijden beschre
-
ven.
Installatie van de luchtafvoerleiding
43
Overzicht van de luchtafvoer
-
systemen
Op de volgende bladzijden vindt u ver
-
schillende luchtafvoersystemen be
-
schreven, die u op de droogautomaat
kan aansluiten. Het gaat hier over:
a Luchtafvoersysteem met soepele lei
-
ding
b Luchtafvoersysteem met starre bui
-
zen
c Directe aansluiting op een muurbuis
d Gecombineerd systeem (soepele en
starre leidingen)
a Luchtafvoersysteem met
soepele leiding
De weggeblazen lucht kan zonder
veel moeite gewoon naar buiten wor
-
den afgevoerd. U dient enkel het bij
-
geleverde aanpasstuk in een luchtaf
-
voeropening van de droogautomaat
te steken en de luchtafvoerslang
daarover te schuiven.
^
Daartoe hebt u nodig...
. . . een luchtafvoerslang* (heel soe
-
pel of van aluminium).
. . . een muurbuis* of een vensteraan-
sluiting*.
* (mits toeslag verkrijgbaar Miele-
toebehoren)
A Steek het aanpasstuk (1) in de lucht
-
afvoeropening van de droogauto
-
maat.
B Sluit de luchtafvoerslang daarop aan
(2).
^
Installatievoorbeelden vindt u op de
volgende bladzijde.
Installatie van de luchtafvoerleiding
44
Installatievoorbeelden voor een
luchtafvoersysteem met soepele lei
-
ding
Vensteraansluiting
1. Vensteraansluiting gemonteerd in
plexiglas
(bij de Miele-vensteraansluiting zit
ook een montagehandleiding)
2. Aanpasstuk voor soepele luchtaf
-
voerslang
Aansluiting op een luchtafvoerschouw
1. Buis met aansluittuit
(= afzonderlijke delen van de
Miele-muurbuis)
2. Aanpasstuk voor soepele luchtaf-
voerslang
3. Luchtafvoerschouw, tegen vocht ge-
isoleerd
,
Wees er zeker van dat deze
schouw voor geen ander doel wordt
gebruikt.
Bv. als schouw voor rook of
uitlaatgassen of voor de ventilatie
van vertrekken met verwarmingstoe
-
stellen!
Installatie van de luchtafvoerleiding
45
b Luchtafvoersysteem met
starre buizen
U kan beter starre buizen toepassen
als de totale luchtafvoerleiding nogal
lang uitvalt.
Buizen bieden minder weerstand aan
weggeblazen lucht dan bv. heel
soepele slangen. Het resultaat is dan
ook een kortere programmaduur en
een lager stroomverbruik.
Daartoe hebt u nodig:
–
het verloopstuk * (C 100 mm)
– een muurbuis* of een vensteraanslui-
ting*
– starre kunststof afvoerbuizen
(C 100 mm).
Bij een grotere buisdiameter zijn er
bijkomende verloopstukken, bv. van
C 100 naar 125 mm, vereist.
A Steek het verloopstuk (1) in de lucht
-
afvoeropening van de droogauto
-
maat.
C Sluit daar de buis op aan (2).
Voorbeeld
1. Muurbuis (bij de Miele-muurbuis
vindt u een montagehandleiding)
2. Verloopstuk
3. Starre kunststof afvoerbuis,
binnenwerkse diameter 100 mm
Installatie van de luchtafvoerleiding
46
c Directe aansluiting op een
muurbuis
Kan u uw droogautomaat direct te
-
gen een buitenmuur opstellen? Dan
is deze aansluitversie de beste. Er
moet dan wel een opening in de bui
-
tenmuur worden gemaakt.
De totale buislengte is kort wat zijn
voordelen heeft qua programmaduur
en stroomverbruik.
U hebt een muurbuis en een soepele
afstandsring nodig. Beide delen zijn
mits toeslag verkrijgbaar Miele-
toebehoren.
A Raadpleeg, voor u de opening in de
muur maakt,...
...demontagehandleiding, die u bij
de Miele-muurbuis vindt.
...detwee volgende maattekenin-
gen.
Bovenaanzicht:
1. Muurbuis
2. Soepele afstandsring
Zijaanzicht:
1. Muurbuis
2. Soepele afstandsring
B Steek de soepele afstandsring (2) op
de aansluittuit (1) van de muurbuis.
C Schuif de droogautomaat tegen de
wand.
Installatie van de luchtafvoerleiding
47
d Gecombineerd systeem
Om vorming van condensatiewater en
reukoverdracht te vermijden in toestel
-
len die niet in werking zijn:
^
Installeer per droogautomaat een te
-
rugslagklep R direct op de gezamen
-
lijke luchtafvoerleiding. Er is een mits
toeslag verkijgbaar Miele-toebeho
-
ren* vereist.
Bij installatie van 3 tot hoogstens
5 droogautomaten moet u een grotere
buisdiameter D toepassen.
Droogau
-
tomaat
Factor waarmee de
diameter van de leiding
(zie tabel II) vergroot
2
3
4-5
1
1,25
1,5
1 Aansluiting op de gezamenlijke
luchtafvoerleiding*
2 Miele-terugslagklep*
3 Bijkomend Miele-aanpasstuk*
4 Miele-luchtafvoerslang*
^ Druk de terugslagklep (2) volledig in
het aanpasstuk (3).
Installatie van de luchtafvoerleiding
48
Was- en droogzuil
Hoogte van de luchtafvoeropeningen
bij opstelling in een was- en droog
-
zuil
Voorbeeld: Miele-wasautomaat met
recht of schuin bedieningspaneel
Verbindingsstuk* zonder werkblad:
A = 94,2 cm
B = 170,0 cm
Verbindingsstuk* met werkblad:
A = 92,8 cm
B = 168,6 cm
* Mits toeslag bij uw Miele-handelaar
verkrijgbaar
Installatie van de luchtafvoerleiding
49
Lading
1
Centrifugeertoerental
in een huishoudelijke
wasautomaat
Rest-
vochtig
-
heid
Stroom
-
verbruik
Program
-
maduur
kg t/min % kWh min.
Katoen t
2
7
3,5
1000
1000
60
60
4,07
2,28
91
55
Katoen Kastdroog 7
7
7
7
1200
1400
1600
1800
53
50
44
43
3,65
3,45
3,10
3,05
83
79
71
69
Katoen Kastdroog
+ Temperatuur laag 7 1000 60 3,70 112
Witte/Bonte was Strijkvochtig 7
7
7
7
7
1000
1200
1400
1600
1800
60
53
50
44
43
2,80
2,45
2,30
1,95
1,90
62
55
51
45
43
Kreukherstellend Kastdroog 3,5 1200 40 1,40 34
Kreukherstellend Kastdroog
+ Temperatuur laag 3,5 1200 40 1,35 44
Kreukherstellend Strijkvochtig 3,5 1200 40 1,20 30
Automatic+ 5 800 50 2,45 63
Overhemden Kastdroog 2 600 60 1,25 32
Impregneren 2,5 800 50 1,95 72
Jeans Kastdroog 3 900 60 2,20 62
Express Kastdroog 3,5 1000 60 2,10 47
Strijken 1 1000 60 0,60 20
Finish Wol 2 1000 50 0,15 4
1
Gewicht van droog wasgoed
2
Testprogramma volgens verordening 392/2012/EU voor het energielabel, dat is gemeten volgens
EN 61121
Alle niet-gemarkeerde waarden zijn in overeenstemming met de norm EN 61121.
Stroomverbruik in uitgeschakelde toestand: 0,10 W
Stroomverbruik in ingeschakelde toestand: 3,50 W
Opmerking met het oog op vergelijkende tests:
Bij tests uitgevoerd volgens EN 61121 dient u, voor u met de beoordelingstests aanvangt,
3 kg katoenen wasgoed volgens deze norm met 70 % aanvankelijke restvochtigheid in het programma
"Witte/Bonte was, Kastdroog" te laten drogen zonder daarbij een extra functie te kiezen.
Deze cijfers kunnen wijzigingen ondergaan onder meer door het verschil in textielsoort, in het
gewicht van het te drogen wasgoed, in de restvochtigheid na het centrifugeren, door schomme
-
lingen in de stroomvoorziening en door het verschil in de gekozen extra functies.
Verbruiksgegevens
50
Hoogte 850 mm
Breedte 595 mm
Diepte 587 mm
Diepte bij geopende deur 1062 mm
Hoogte voor onderbouw 820 mm
Breedte voor onderbouw 600 mm
Diepte voor onderbouw 600 mm
Onderschuifbaar ja
Kan in een zuil worden geplaatst ja
Gewicht 45 kg
Trommelinhoud 111 l
De hoeveelheid 7 kg (gewicht van droog wasgoed)
Snoerlengte 2 m
Aansluitspanning
Aansluitwaarde
Zekering zie typeplaatje
Vermogen van de gloeilamp
Keurmerk
Energieverbruik zie rubriek "Verbruiksgegevens"
Technische gegevens
51
Restvochtigheid in het
programma "Katoen" wijzigen
De elektronica van deze droogauto
-
maat is gericht op een zo efficiënt
mogelijk en energiebesparend dro
-
gen.
In dit programma kunt u echter de
droogniveaus droger of vochtiger in
-
stellen.
Opmerking: het programma Katoen
t blijft onveranderd.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
–
Het controlelampje Temperatuur
laag knippert 1 x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 De restvochtigheid wordt voch
-
tiger.
I Fabrieksinstelling.
(Het controlelampje Automatic+
knippert 1x extra).
2 restvochtigheid wordt droger.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 2x extra).
D Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
E Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^
Voer de stappen A tot C uit.
^
Schakel na stap C de droogauto
-
maat uit.
Programmeerfuncties
52
Restvochtigheid in het
programma
"Kreukherstellend" wijzigen
De elektronica van deze droogauto
-
maat is gericht op een zo efficiënt
mogelijk en energiebesparend dro
-
gen.
In dit programma kunt u echter de
droogniveaus droger of vochtiger in
-
stellen.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 1x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 2x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 De restvochtigheid wordt voch
-
tiger.
I Fabrieksinstelling.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 1x extra).
2 restvochtigheid wordt droger.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^
Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto
-
maat uit.
Programmeerfuncties
53
Kreukbeveiliging instellen.
Om kreuken te vermijden als u het
wasgoed na afloop van het program
-
ma niet meteen uit het toestel neemt.
De kreukbeveiliging
–
is in de fabriek ingeschakeld. U kunt
deze functie verkorten of uitscha
-
kelen.
–
is in alle programma's actief, behalve
bij Finish Wol.
–
moet altijd ingeschakeld blijven.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 2 keer op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 3x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Kreukbeveiliging uit.
I 1 uur kreukbeveiliging.
(controlelampje Automatic+ knippert
1x extra)
2 Fabrieksinstelling. 2 uur kreukbe
-
veiliging.
(controlelampje Automatic+ knippert
2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^
Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto
-
maat uit.
Programmeerfuncties
54
Het volume van de zoemer
instellen
De zoemer kunt u in twee volumes in
-
stellen.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
–
De droogautomaat is uitgeschakeld.
–
De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 3x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 4x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling. Volume van de
zoemer normaal.
I Zoemer met luid volume
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert extra)
E Door op de toets Start/Stop te druk
-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
Programmeerfuncties
55
Restvochtigheid in het
programma "Automatisch
plus" wijzigen
De elektronica van deze droogauto
-
maat is gericht op een zo efficiënt
mogelijk en energiebesparend dro
-
gen.
In dit programma kunt u echter de
droogniveaus droger of vochtiger in
-
stellen.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 4x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 6x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 De restvochtigheid wordt voch
-
tiger.
I Fabrieksinstelling.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 1x extra).
2 restvochtigheid wordt droger.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^
Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto
-
maat uit.
Programmeerfuncties
56
Verlenging van de afkoeltijd
instellen
U kunt individueel de afkoelfase voor
het einde van het programma in 2 ni
-
veaus verlengen. Het wasgoed wordt
sterker afgekoeld.
De afkoeltijdverlenging geldt enkel voor
droogtegraadprogramma's.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 5x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 7x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling.
I Afkoeltijd 5 minuten langer.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 1x extra).
2 Afkoeltijd 10 minuten langer.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto
-
maat uit.
Programmeerfuncties
57
Stand-by instellen
Het display en de controlelampjes
worden na 10 minuten gedooft en al
-
leen de toets Start/Stop knippert
langzaam: Energiebesparing.
Droogautomaat "wekken" uit
Stand-by-stand
^
Draai aan de programmakiezer of
druk op een toets. Beide mogelijkhe
-
den hebben geen invloed op een lo
-
pend programma.
Aan
De stand-by-functie is ingeschakeld en
het display en de controlelampjes wor-
den na 10 minuten gedoofd:
– als u na het inschakelen van het toe-
stel geen programma kiest;
– na de start van het programma.
Let wel: na de afgelopen tijd voor de
start voorselectie, aan het einde van het
programma of voor het einde van de
kreukherstellingsfase worden display
en controlelampjes voor telkens 10
minuten ingeschakeld.
De zoemer (indien ingeschakeld) weer
-
klinkt gedurende 10 minuten aan het
einde van het programma.
Fabrieksinstelling. Niet terwijl het
programma loopt.
Net zoals beschreven onder "Aan".
Maar: display en controlelampjes do
-
ven niet zolang het programma loopt.
Uit
Display en controlelampjes blijven
branden wanneer het toestel is uitge
-
schakeld.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
^ Zie volgende pagina.
Programmeerfuncties
58
Voorwaarde:
–
De droogautomaat is uitgeschakeld.
–
De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge
-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 6x op de toets Temperatuur
laag.
– Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 8x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Aan
I Fabrieksinstelling. Niet terwijl het
programma loopt.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 1x extra)
2 Uit
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto
-
maat uit.
Programmeerfuncties
59
Memory-functie instellen
De elektronische besturing slaat een
gekozen programma met droogte
-
graad of optie op. Bovendien wordt
de duur van een luchtprogramma op
-
geslagen.
Bij de volgende programmakeuze
worden deze instellingen gebruikt. U
kunt deze instellingen aanvaarden of
met een druk op de toets aanpassen.
Opmerking: het programma Katoen
t blijft onveranderd.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 7 keer op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 9x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling. Memory uit.
I Memory.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk
-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
Programmeerfuncties
60
Functie van de aanduiding
Filters wijzigen
Na het drogen dient u telkens de
pluizen weg te nemen. Bovendien
herinnert de display Luchtkanalen
reinigen u eraan dat er een bepaalde
hoeveelheid pluizen voorhanden is. U
kunt zelf beslissen bij welke hoeveel
-
heid pluizen u eraan herinnerd wenst
te worden.
Door te proberen stelt u vast welke in
-
stelling het best met uw drooggewoon
-
ten overeenstemt.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 8x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 1x lang.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Het controlelampje Luchtkanalen
reinigen heeft geen betekenis.
I Het controlelampje Luchtkanalen
reinigen brandt pas bij overmatige
pluisvorming.
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert 1x extra).
2 Fabrieksinstelling.
(Het controlelampje Automatic+ knip-
pert 2x extra).
3 Het controlelampje Luchtkanalen
reinigen brandt reeds bij geringe
pluisvorming.
(Het controlelampje Automatic+ knip-
pert 3x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille
-
keurig moment wijzigen.
Controle
^
Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto
-
maat uit.
Programmeerfuncties
61
Bevestigingstoon instellen
Elk gebruik wordt akoestisch beves
-
tigd.
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
–
De droogautomaat is uitgeschakeld.
–
De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge
-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 9x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 1x lang en 1x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling.
Bevestigingstoon uit.
I Bevestigingstoon aan
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk
-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
Programmeerfuncties
62
Instelling van de
geleidbaarheid wijzigen
,
U dient deze programmeerfunc
-
tie alleen in te stellen wanneer de
restvochtigheid van het wasgoed
verkeerd wordt berekend door heel
kalkarm water.
Voorwaarde
Het water waarin het textiel wordt ge
-
wassen is uiterst zacht en de
geleidbaarheid is kleiner dan 150 µS.
De geleidbaarheid van het drinkwater
kunt u bij uw waterbedrijf opvragen.
Activeer deze programmeerfunctie
echt alleen dan, wanneer aan de
bovenstaande voorwaarde wordt
voldaan.
Anders is het droogresultaat niet
bevredigend!
Programmeren en opslaan gebeurt in
de stappen (A,B,C ...) met behulp
van toetsen.
Voorwaarde:
–
De droogautomaat is uitgeschakeld.
–
De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge
-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 10x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 1x lang en 2x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling.
I Geleidbaarheidsinstelling laag
(Het controlelampje Automatic+knip
-
pert extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk
-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
Programmeerfuncties
63
Droogtegraadstappen
toevoegen
U kunt bij veel programma's
droogtegraadstappen toevoegen:
mangelvochtig+
(droger dan mangelvochtig).
bijna droog
(droger dan strijkvochtig).
kastdroog+
(droger dan kastdroog).
Deze programmeerfunctie is alleen ac
-
tief bij programma's waarbij
droogniveaus kunnen worden inge
-
steld.
Het programmeren en opslaan ge-
beurt met behulp van de toetsen in
volgende stappen A tot F.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Start/Stop en houd
deze tijdens de stappen B-C inge
-
drukt.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant
brandt ...
C ...enlaat dan de toets Start/Stop
los.
D Druk 11x op de toets Temperatuur
laag.
–
Het controlelampje Temperatuur laag
knippert 1x lang en 3x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in
het display door een cijfer aange
-
duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling.
I Droogtegraadstappen toevoegen
(Het controlelampje Automatic+ knip
-
pert extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk
-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen.
U kunt de programmering op elk wille-
keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
Zo kunt u de toegevoegde droogte
-
graden oproepen
^
Kies een programma.
^
Druk zo vaak op de toets voor de
droogtegraad tot telkens een of twee
controlelampjes branden.
–
Controlelampje Extra droog en Kast
-
droog = Kastdroog+
–
Controlelampje Kastdroog en Strijk
-
vochtig = Bijna droog
–
Controlelampje Strijkvochtig en Man
-
gelvochtig = Mangelvochtig+
Programmeerfuncties
64
65
66
67
M.-Nr. 09 871 970 / 01
Wijzigingen voorbehouden/4715

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing droogautomaat met luchtafvoer T 8723 nl - BE Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u dit toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw eigen veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel. M.-Nr. 09 871 970 Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu Recycleerbare verpakking De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal gekozen, dat door het milieu wordt verdragen en opnieuw kan worden benut. Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof gespaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk containerpark. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet. Het afdanken van het apparaat Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functioneren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde behandeling kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte apparaat dan ook nooit met het gewone afval. Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild. Als u vragen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan contact op met 2 – de handelaar bij wie u het kocht of – de firma Recupel, telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be of – uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt. Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen. Stroom sparen Zo kan u vermijden dat de droogtijd onnodig langer duurt en er meer stroom wordt verbruikt: – Laat het wasgoed in de wasautomaat tegen het hoogste toerental centrifugeren. Zo spaart u bij het drogen ca. 30 % stroom en tijd als u bv. bij 1600 t.p.m. in de plaats van bij 800 t.p.m. laat centrifugeren. – Gebruik tijdens elk droogprogramma de volledige trommellading. Dan is het stroomverbruik voor de hele lading het gunstigst. – Zorg er tijdens het drogen voor dat het vertrek voldoende wordt geventileerd. – Maak absoluut na elke droogbeurt de pluizenzeef schoon. – Controleer geregeld de luchtafvoerleiding en de onderdelen ervan. Verwijder eventueel vuil dat door pluizen is ontstaan. – Vermijd bochten bij het plaatsen van de luchtafvoerleiding. Inhoud Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Bediening van de droogautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Opmerkingen omtrent het wasgoed. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Onderhoudssymbolen op het etiket . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Droogtips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Zo droogt u juist. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Korte handleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Extra functies/Startuitstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Extra functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Temperatuur laag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Zoemer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Startuitstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Programmaoverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Programmaverloop wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Lopend programma . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 - veranderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 - afbreken en een nieuw programma kiezen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 - afbreken en het wasgoed uitnemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Wasgoed toevoegen of uitnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Resterende tijd. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Elektronisch slot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Pluizenzeef schoonmaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Roosterzeef schoonmaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 De droogautomaat zelf reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Storingen verhelpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Wat gedaan als . . . ? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Controle- en storingsmeldingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Een niet-bevredigend droogresultaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Andere problemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Het lampje vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 3 Inhoud Technische dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Herstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Het programma updaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Duur en voorwaarden van de waarborg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Opstellen en aansluiten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 Vooraanzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 Achteraanzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Plaats van opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Het toestel naar de plaats van opstelling dragen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Inbouw onder een doorlopend werkblad . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Het toestel waterpas zetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Was- en droogzuil. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Installatie van de luchtafvoerleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Basisvereisten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 De totale buislengte berekenen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42 Installatiemogelijkheden aan de droogautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43 a Luchtafvoersysteem met soepele leiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44 b Luchtafvoersysteem met starre buizen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46 c Directe aansluiting op een muurbuis . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 d Gecombineerd systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Was- en droogzuil . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Verbruiksgegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51 Programmeerfuncties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Restvochtigheid in het programma "Katoen" wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Restvochtigheid in het programma "Kreukherstellend" wijzigen . . . . . . . . . . . . . . 53 Kreukbeveiliging instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 Het volume van de zoemer instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Restvochtigheid in het programma "Automatisch plus" wijzigen. . . . . . . . . . . . . . 56 Verlenging van de afkoeltijd instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 Stand-by instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58 Memory-functie instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60 Functie van de aanduiding Filters wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61 Bevestigingstoon instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62 Instelling van de geleidbaarheid wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63 Droogtegraadstappen toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64 4 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Lees absoluut deze gebruiksaanwijzing. Deze droogautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen. Lees deze gebruiksaanwijzing voor u deze droogautomaat voor het eerst gebruikt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het toestel. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan de droogautomaat. Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt. Juist gebruik ~ Deze droogautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in gelijkaardige omgevingen. ~ Deze droogautomaat is niet bestemd voor gebruik buitenshuis. ~ Gebruik de droogautomaat uitsluitend voor huishoudelijke toe- passing en uitsluitend voor het drogen van in water gewassen wasgoed waarvan de fabrikant op het etiket heeft aangegeven dat deze geschikt is voor de droogautomaat. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening. 5 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk- heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze droogautomaat veilig te bedienen, mogen deze droogautomaat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken. Kinderen in het huishouden ~ Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de droog- automaat te worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden. ~ Kinderen vanaf acht jaar mogen de droogautomaat alleen zonder toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasautomaat zodanig is toegelicht dat ze de droogautomaat veilig kunnen bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve hantering kunnen beseffen en begrijpen. ~ Let op kinderen die in de buurt van de droogautomaat komen. Laat ze nooit met de droogautomaat spelen. 6 Opmerkingen omtrent uw veiligheid Technische veiligheid ~ Controleer of het toestel geen uiterlijk zichtbare schade vertoont voordat u het opstelt. Beschadigde toestellen mag u nooit opstellen noch in gebruik nemen. ~ Vergelijk de gegevens omtrent de aansluiting (smeltveiligheden, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventueel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent. ~ De betrouwbare en zekere werking van de droogkast is enkel gegarandeerd wanneer de droogkast aan het openbare elektriciteitsnet is aangesloten. ~ De elektrische veiligheid van dit toestel is enkel gewaarborgd wanneer het op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsysteem is aangesloten. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. ~ Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand. ~ Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door een vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie het toestel gebruikt. ~ Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op waarborg. 7 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Defecte onderdelen mogen enkel worden vervangen door origi- nele Miele-vervangstukken. Enkel daardoor bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele op vlak van veiligheid stelt. ~ Bij storingen of bij reiniging en onderhoud is deze droogautomaat pas van het stroomnet losgekoppeld indien – u de stekker uit het stopcontact haalt of – de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld of – de schroefzekering op uw elektrische installatie helemaal uitgedraaid is. ~ Deze droogautomaat mag niet op niet-stationaire plaatsen (bijv. schepen) worden gebruikt. ~ Voer geen veranderingen aan de droogautomaat uit die niet uitdrukkelijk door Miele zijn toegestaan. 8 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Neem de aanwijzingen in acht die vermeld staan in de rubrieken "Opstellen en aansluiten", "Installatie van de luchtafvoerleiding" en "Technische gegevens". ~ Er moet worden gegarandeerd dat de stekker altijd toegankelijk is om de droogautomaat van het elektriciteitsnet te kunnen loskoppelen. ~ De luchtspleet tussen de onderzijde van de droogautomaat en de vloer mag u niet verkleinen met plinten, dik tapijt e.d. Anders wordt er geen voldoende luchttoevoer gegarandeerd. ~ In de ruimte die de deur van de droogautomaat nodig heeft voor het openen en sluiten, mag u geen afsluitbare deur, schuifdeur of deur met een scharnier aan de andere kant installeren. Veilig gebruik ~ De maximale belading bedraagt 7 kg (droog wasgoed). Zie de rubriek "Programmaoverzicht" voor meer informatie over kleinere beladingen voor bepaalde programma's. ~ Gevaar voor brand! Deze droogautomaat mag niet worden aangesloten op een stopcontact dat regelbaar is (bijv. via een schakelklok (timer)) of op een elektrische installatie met uitschakeling bij piekbelasting. Als het droogprogramma wordt afgebroken voordat de afkoelfase afgerond is, bestaat er gevaar dat het wasgoed in brand vliegt. 9 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Wegens brandgevaar is het verboden textiel te drogen wanneer – dit textiel niet is gewassen. – dit textiel niet voldoende is gereinigd en sporen van olie, vethoudende of andere substanties vertoont (bv. keuken- en cosmeticawasgoed met restanten marineerolie, olie, vet of creme). Bij niet voldoende gereinigd wasgoed bestaat er gevaar op brand door zelfontbranding van het wasgoed, zelfs na beëindiging van het drogen en buiten de droogautomaat. – dit textiel sporen van brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat, of restanten van aceton, alcohol, benzine, petroleum, kerosine, vlekkenverwijderaar, terpentijn, was, wasverwijderaar of chemicaliën (dit kan bv. het geval zijn bij moppen, opnemers en poetsdoeken). – er op dit textiel resten van een haarverstevigingsproduct, hairspray, nagellakverwijderingsproduct of gelijkaardig product voorkomen. Dergelijk sterk vervuild wasgoed moet u daarom bijzonder grondig wassen: gebruik hierbij extra wasmiddel en selecteer een hoge temperatuur. Bij twijfel dient u het wasgoed verscheidene malen te wassen. ~ Verwijder alle voorwerpen uit de zakken (zoals aanstekers, lucifers). ~ Waarschuwing: Schakel de droogautomaat nooit uit voordat een droogprogamma afloopt. Dit is enkel toegestaan wanneer al het wasgoed onmiddellijk uit de trommel kan worden genomen en meteen kan worden uitgespreid, zodat de warmte meteen kan worden afgegeven. 10 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Wasverzachters of vergelijkbare producten moeten steeds zo worden gebruikt als vermeld in de gebruiksinstructies voor de wasverzachters. ~ Wegens brandgevaar is het te allen tijde verboden stukken textiel of producten te drogen: – wanneer industriële chemicaliën werden gebruikt voor de reiniging (bv. bij een chemische reiniging). – die hoofdzakelijk schuimrubberen, rubberen of rubberachtige delen bevatten. Het gaat hierbij bv. om producten uit schuimrubberlatex, douchekappen, waterdichte stoffen, met rubber beklede artikelen en kledingstukken en hoofdkussens met schuimrubbervlokken. – die een vulling hebben en beschadigd zijn (bv. kussens of jassen). Vulling die eruit valt kan brand veroorzaken. ~ Na de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase om te garanderen dat de stukken wasgoed geen temperatuur bereiken waarbij ze mogelijk beschadigd worden (bv. het vermijden van zelfontbranding van het wasgoed). Pas na deze afkoelfase is het programma afgelopen. Neem het wasgoed altijd direct en in zijn geheel uit het toestel na afloop van het programma. ~ Leun niet op de toesteldeur. Deze droogautomaat kan anders omkantelen. ~ Sluit de deur na elk gebruik. Zo voorkomt u dat – kinderen in het toestel proberen te kruipen of er voorwerpen in verstoppen. – er kleine dieren in de trommel kruipen. 11 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Deze droogautomaat mag niet zonder pluizenzeef of met een beschadigde pluizenzeef worden gebruikt. ~ De pluizenzeef moet regelmatig worden gereinigd! ~ Deze droogautomaat mag niet zonder luchtafvoerleiding worden gebruikt. ~ Deze droogautomaat mag niet op een schoorsteen worden aangesloten die wordt gebruikt voor andere doeleinden. ~ Stel de droogautomaat niet op in een vertrek waar het kan vrie- zen. Temperaturen rond of onder het vriespunt hebben een negatieve invloed op de werking van de droogautomaat. De toegelaten kamertemperatuur mag tussen +2 °C en +35 °C liggen. ~ Controleer regelmatig alle onderdelen van de luchtafvoerleiding (bijv. buis in de muur, buitenrooster, bochten enz.) om te controleren dat ze de lucht voldoende doorlaten. Er kunnen zich pluizen afzetten zodat de lucht niet feilloos wordt weggeblazen. Als er al een luchtafvoerleiding voorhanden is die eerder is gebruikt, moet u deze controleren voordat u deze aansluit op de droogautomaat. ~ De luchtafvoer mag niet gebeuren via een in gebruik zijnde schoorsteen of via een kanaal dat wordt gebruikt om vertrekken te verluchten waar verwarmingstoestellen opgesteld staan. Anders bestaat er gevaar dat er rook of verbrandingsgassen worden teruggezogen. 12 Opmerkingen omtrent uw veiligheid ~ Er bestaat gevaar voor verstikking en vergiftiging door het terugzuigen van verbrandingsgassen wanneer er gasgeisers, verwarmingstoestellen op gas, kolenkachels met schoorsteenaansluiting e.d. in hetzelfde vertrek, in aangrenzende vertrekken of in de woning geinstalleerd zijn en de onderdruk 4 Pa of meer bedraagt. Vermijd onderdruk door het vertrek voldoende te verluchten, bijv. met behulp van – niet-afsluitbare ventilatieopeningen in de buitenmuur of – een venstercontactschakelaar (zo kan de droogautomaat alleen worden ingeschakeld wanneer het venster openstaat). U moet in elk geval door een erkende schoorsteenveger laten bevestigen dat het toestel zonder gevaar kan worden gebruikt en dat de onderdruk niet hoger zal zijn dan 4 Pa. ~ Hou het vertrek waar de droogautomaat opgesteld staat, altijd vrij van stof en pluizen. Vuildeeltjes in de aangezogen lucht kunnen zorgen voor verstoppingen. ~ Spuit de droogautomaat niet nat af. 13 Opmerkingen omtrent uw veiligheid Toebehoren ~ Alleen toebehoren dat Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd, mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid. ~ Droogautomaten en wasautomaten van Miele kunnen in een wasen droogzuil gecombineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele was-droogverbindingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar toebehoren. Let erop dat de was-droogverbindingsset geschikt is voor de Miele droogautomaat en de Miele wasautomaat. ~ Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebehoren) bij deze droogautomaat past. , Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is door- dat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen. 14 Bediening van de droogautomaat Bedieningspaneel a Toets Temperatuur laag Delicaat wasgoed wordt bij lage temperatuur gedroogd. g Controle-/storingslampje Zie hoofdstuk "Storingen verhelpen" en "Klantendienst". b Toets voor droogtegraden Controlelampjes kenmerken de gekozen droogtegraad. h Toets Start/Stop Hiermee wordt het programma gestart of afgebroken. De toets knippert bij programmakeuze en brandt na de start van het programma. c Display Zie volgende pagina. d Toets Startuitstel Deze toets heeft een dubbele functie: - Startuitsteltijd kiezen - Programmaduur Warme lucht/ Koude lucht kiezen. e Toets Zoemer Het einde van het programma wordt akoestisch aangegeven. f Display Perfect Dry Voor alle droogtegraadprogramma's. Zie volgende pagina. i Programmakiezer De controlelampjes geven het gekozen programma aan. j Toets Deur U kan de toesteldeur steeds met deze toets openmaken, of het toestel onder stroom staat of niet. k Toets jk (I-aan/0-uit) Om het toestel in en uit te schakelen. 15 Bediening van de droogautomaat Op de display wordt het volgende weergegeven – De duur van het programma. – Het programmaverloop Drogen Koude lucht Einde. – Controle- en storingsmeldingen. Bovendien worden op de display de volgende functies geselecteerd – De programmaduur Warme lucht, Koude lucht. – Het startuitstel. U kunt een gekozen programma later door de droogautomaat laten starten Na afloop van het startuitstel start het programma automatisch. – De programmeerfuncties. Met de programmeerfuncties kunt u de elektronische besturing van de droogautomaat aan uw specifieke wensen aanpassen. Meer informatie vindt u in de gelijknamige rubriek, op het einde van deze handleiding. Indicator Perfect Dry Het Perfect Dry-systeem meet de restvochtigheid van het wasgoed in de droogtegraadprogramma's en zorgt zo voor een precieze droging. Na het starten van het programma berekent de elektronische besturing de programmaduur (resttijdprognose). Hiervoor knippert het controlelampje Perfect Dry. 16 Na korte tijd wordt de programmaduur getoond en dooft het controlelampje. Bij het bereiken van de ingestelde droogtegraad licht het controlelampje Perfect Dry op tot het einde van het programma. De indicator Perfect Dry blijft bij deze tijdgestuurde programma's altijd donker: Finish Wol, Koude lucht, Warme lucht, Gladstrijken. Opmerking bij de programmaduur / resttijdprognose Op de display wordt de vermoedelijke programmaduur getoond (resttijdprognose). Op grond van deze factoren kan de schatting van de resterende tijd telkens weer verschillen: het resterende vocht na het centrifugeren, de textielsoort, de hoeveelheid wasgoed, de kamertemperatuur of spanningsschommelingen in het stroomnet. Daarom past de elektronische besturing zich bij elke lading wasgoed telkens opnieuw aan. Zo wordt de resterende tijd steeds nauwkeuriger aangeduid. De resttijdprognose wordt tijdens het drogen gecontroleerd. Daardoor kan de tijdsaanduiding in enkele gevallen verspringen. Programma's kunnen eveneens te vroeg ten einde lopen. Bijvoorbeeld bij heel fijne weefsels, een zeer kleine lading of indien er even tevoren nog werd gedroogd. Opmerkingen omtrent het wasgoed Onderhoudssymbolen op het etiket "Drogen" q Normale/hogere temperatuur. r Lagere temperatuur: Temperatuur laag kiezen (voor delicaat wasgoed). s Niet geschikt voor de droogautomaat. – – Strijken en mangelen I Zeer heet. H Heet. G Warm. J Niet strijken/mangelen. – Droogtips – Houd steeds rekening met de maximumlading die in de rubriek "Programmaoverzicht" wordt opgegeven. – Bij een overladen trommel wordt het wasgoed niet zo behoedzaam behandeld. Het droogresultaat komt hierbij in het gedrang en er kunnen ook meer kreuken optreden. – – Stop geen drijfnat wasgoed in de trommel! Textiel na het wassen minstens 30 seconden laten centrifugeren. – Maak jassen open, opdat ze gelijkmatig zouden drogen. – Een gemengde lading van katoen, bont wasgoed, kreukherstellend textiel kunt u in het prrogramma Automatic+ drogen. – Wol en gemengde weefsels die wol bevatten hebben de neiging te vilten – of te krimpen. U kunt ze enkel drogen in het speciale programma Finish wol. Met dons gevuld textiel: naargelang van de kwaliteit heeft het fijne weefsel binnenin de neiging te krimpen. Dergelijk textiel kan wel drogen in het speciale programma Ontkreuken. Zuiver linnen weefsel: droog dit enkel machinaal als de fabrikant dit op het onderhoudsetiket vermeldt. Anders kan het weefsel "ruig" worden. Machinaal gebreide textielsoorten (bijv. T-shirts, ondergoed) hebben de neiging bij de eerste wasbeurt te krimpen. Daarom: Het textiel niet te lang laten drogen. Daarmee vermijdt u dat het verder krimpt. Koop machinaal gebreid textiel eventueel een of twee maten groter. Hoe meer kreukherstellend wasgoed u in de trommel doet, hoe groter de kans op kreuken. Dit geldt vooral voor heel delicaat weefsel (bijv. overhemden, bloezen). In twijfelgevallen beperkt u de lading door ze op te delen. Gesteven wasgoed kan in de droogautomaat worden gedroogd. Om het gewone glanseffect te verkrijgen dient u wel de dosis stijfsel te verdubbelen. Nieuw donker textiel moet u voor de eerste droogbeurt afzonderlijk grondig wassen. Dit niet samen met licht gekleurd textiel drogen, omdat het kleur kan afgeven (ook op de kunststofonderdelen in de droogautomaat). Er kunnen zich daar ook pluizen van een andere kleur op afzetten. 17 Zo droogt u juist Korte handleiding C De droogautomaat laden De titels met een getal (A, B, C ...) kan u gebruiken als een handleiding. ^ Druk op toets Deur om de toesteldeur te openen. A De was voorbereiden ^ Leg het wasgoed losjes in de trommel. Maak het gewassen textiel luchtig en sorteer het volgens . . . . . . gewenste droogtegraad, . . . vezel- en weefselsoort, . . . gelijk formaat, . . . dezelfde restvochtigheid na het centrifugeren. Zo verkrijgt u een gelijkmatig droogresultaat. ,Verwijder wasmiddelkorfjes, do- seerbekers e.d. uit het wasgoed. Deze objecten kunnen tijdens het drogen smelten en schade teweegbrengen aan toestel en wasgoed. Hou rekening met de maximumlading in de rubriek "Programmaoverzicht". Bij een overladen trommel wordt het wasgoed niet zo behoedzaam behandeld en komt het droogresultaat in het gedrang. ^ Kijk na of de pluizenzeef goed ingeschoven zit voor u de deur sluit. – Controleer zomen en naden, zodat er geen voering kan uitvallen. – Knoop dekbedovertrekken en kussenslopen dicht. Zo komen er geen kleinere stukken wasgoed in terecht. – Doe ritsen, haken en ogen dicht. – Knoop rok-, broeksriemen en schortbanden samen. – Geloste bh-beugels kan u vastnaaien of verwijderen. B De droogautomaat inschakelen ^ Druk toets jk uit in. U kan het toestel ook na het laden inschakelen. Dan wordt de trommel evenwel niet verlicht (stroombesparing). 18 Laat bij het sluiten geen stukken wasgoed tussen de deur geklemd raken. Anders loopt het textiel schade op. ^ Zwaai de toesteldeur zachtjes dicht. U kan ze ook laten aanleunen en dichtdrukken. Zo droogt u juist D Een programma kiezen Opmerking U kunt bij enkele programma's droogtegraadstappen toevoegen (zie hoofdstuk "Programmeerfuncties"). Finish Wol, Strijken, Impregneren, Coton t – de programma's kunnen niet worden gewijzigd. ^ Selecteer het gewenste programma. Het overeenkomstige controlelampje brandt. Daarnaast kunnen ook de controlelampjes van de droogtegraden of de extra functies branden en kunnen tijdsaanduidingen worden weergegeven. Droogtegraadprogramma's – Katoen, Kreukherstellend, Express, Automatic+, Jeans, Overhemden Programmaduur Koude lucht/Warme lucht kiezen Het controlelampje van de toets Startuitstel knippert bij selectie. ^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel tot de gewenste tijd op de display wordt weergegeven. De selectie gebeurt in stappen: – Koude lucht: van 20 minuten tot 1.00 uur. – Warme lucht: van 15 minuten tot 2.00 uur. E Extra functies / startuitstel kiezen ^ U kunt via een druk op de knop kiezen: Temperatuur laag, Zoemer, Startuitstel (zie hoofdstuk "Extra functies/Startuitstel"). De kreukbeveiliging (zie volgende pagina) is constant ingeschakeld. ^ Druk zo vaak op de toets tot het gewenste controlelampje aangaat. Bij Katoen en Express kunt u 4 droogtegraden kiezen. Bij de overige programma's is de keuze beperkt en Impregneren droogt enkel kastdroog. Let wel: De functie Startuitstel kan niet worden gecombineerd met Warme lucht, Koude lucht. 19 Zo droogt u juist F Een programma starten Tijdens de programmakeuze knippert de toets Start/Stop. Het knipperen van het lampje betekent dat u een programma kunt starten. ^ Druk op de toets Start/Stop. De toets Start/Stop gaat aan. De indicator Perfect Dry knippert/licht alleen op bij de droogtegraadprogramma's. De indicator blijft bij tijdgestuurde programma's altijd donker (zie hoofdstuk "Bediening van de droogautomaat"). Opmerking: De op de display getoonde duur is de vermoedelijke duur en kan verschillen. Vóór het einde van het programma Op de verwarmingsfase volgt een koelfase (Koude lucht gaat branden). Pas daarna is het programma ten einde. Geen afkoelfase bij: Finish Wol. G Einde van het programma - het wasgoed uit het toestel halen 0 en Einde op de display duiden erop dat het programma ten einde is. De zoemer weerklinkt met tussenpozen (indien ingesteld). De trommel draait na afloop van het programma nog 2 uur lang met tussenpozen, wanneer u het wasgoed niet meteen uit het toestel nemen voor het beperken van kreuken. Geen kreukbeveiliging bij: Finish Wol. ^ Druk op de toets Deur. ^ Open de deur. ^ Neem het wasgoed uit de trommel. Vergeet geen stukken wasgoed in de trommel! Achtergebleven wasgoed kan schade oplopen doordat dit overmatig droogt. Als de droogautomaat ingeschakeld is en de toesteldeur open staat, gaat de trommelverlichting na enkele minuten uit (stroombesparing). ^ Druk op de toets jk om het toestel uit te schakelen. ^ Maak de pluizenfilter schoon. ^ Sluit de deur. 20 Extra functies/Startuitstel Extra functies Starten Temperatuur laag ^ Druk op de toets Start/Stop. Gevoelig wasgoed (met onderhoudssymbool r, bijvoorbeeld voor acryl) wordt aan een lagere temperatuur en langer gedroogd. Bij enkele programma's is Temperatuur laag constant ingeschakeld (kan niet worden uitgeschakeld). Zoemer – Het controlelampje Startuitstel brandt. – Het startuitstel telt bij meer dan 10^ af in stappen van een uur, daarna in stappen van een minuut totdat het programma start. – De trommel draait na elk uur gedurende korte tijd (om kreuken te voorkomen). Wanneer het programma afgelopen is, weerklinkt een geluidssignaal (maximum 1 uur met tussenpozen). Startuitstel wissen/wijzigen Een aanhoudende waarschuwingstoon bij storingen weerklinkt ook als de zoemer is uitgeschakeld. ^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel tot de gewenste tijd in de display verschijnt. Startuitstel ^ Druk op de toets Start/Stop, zodat het startuitstel opnieuw begint. Hiermee kunt u een latere programmastart kiezen, die 30 minuten tot 24 uur wordt uitgesteld. ^ Kies een programma. ^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel tot de gewenste tijd in de display verschijnt. – Het controlelampje Startuitstel knippert. – De keuze gebeurt in stappen van een half uur tot 10^, daarna in stappen van een uur. – Door de toets Startuitstel ingedrukt te houden, telt de tijd automatisch op tot 24^. ^ Druk op de toets Start/Stop om het startuitstel te wissen. Wasgoed toevoegen Terwijl het startuitstel wordt afgeteld, kunt u nog wasgoed aan de trommel toevoegen: ^ Schakel de droogautomaat uit. Het openen van de deur zonder het toestel vooraf uit te schakelen, wist het startuitstel. ^ Open de deur en voeg het wasgoed toe. ^ Sluit de deur en schakel de droogautomaat in. 21 Programmaoverzicht Katoen t ** maximaal 7 kg* Wasgoed Normaal nat katoenen wasgoed, zoals onder Katoen Kastdroog beschreven. Tip – Er wordt uitsluitend Kastdroog gedroogd. – Het programma Katoen t is qua stroomverbruik voor het drogen van normaal nat katoenen wasgoed het meest efficiëntst. Katoen maximum 7 kg* Kastdroog+, Kastdroog Textiel Textiel met een of meer lagen van katoen. Bijvoorbeeld: badhanddoeken, badjassen, T-shirts, ondergoed, beddengoed, babywasgoed. Opmerking – Kastdroog+ voor verschillende, meerlagige en zeer dikke textielsoorten. – Machinaal gebreid textiel (bijv. T-shirts, ondergoed en babywasgoed) mag u niet Kastdroog+ laten drogen. Er is krimprisico. Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen. Strijkdroog, Mangeldroog Textiel Katoen of linnen. Bijv. tafellakens, beddengoed, gesteven wasgoed. Opmerking – Het te strijken wasgoed in afwachting oprollen om het vochtig te houden. Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen. Kreukherstellend maximum 3,5 kg* Kastdroog, Strijkdroog Textiel Kreukherstellend textiel van synthetisch of gemengd weefsel of katoen. Bijv. truien, jurken, broeken, jasschorten, tafellakens. Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen. * Gewicht van het droge wasgoed ** Opmerking voor testinstituten: Testprogramma conform richtlijn 392/2012/EU voor het energielabel gemeten conform EN 61121 22 Programmaoverzicht Finish Wol maximum 2 kg* Textiel Wolgoed. Opmerking – Wolgoed wordt in korte tijd luchtig gemaakt en vlokkiger gemaakt; het wordt evenwel niet echt droog. – Haal het textiel na afloop van het programma meteen uit de trommel en laat het natuurlijk drogen. Temperatuur laag Kan niet worden uitgeschakeld. Impregneren maximum 2,5 kg* Kastdroog Textiel Om textiel te drogen dat geschikt is voor de droogautomaat, bijv. microvezels, ski- en outdoor-kleding, fijn en dichtgeweven katoen (popeline), tafellakens. Opmerking – Dit programma omvat een bijkomende fixeringsfase voor de impregnering. – Geïmpregneerd textiel mag uitsluitend behandeld zijn met impregneermiddelen met de aanduiding "geschikt voor membraanweefsels". Deze middelen zijn gebaseerd op chemische verbindingen met fluor. – Droog geen textiel dat werd geïmpregneerd met middelen die paraffine bevatten! Brandgevaar! Express maximum 3,5 kg* Kastdroog+, Kastdroog, Strijkdroog, Mangeldroog Textiel Gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool q voor het programma Witte/Bonte was. Opmerking – Verkorte programmaduur. Automatic+ maximum 5 kg* Kastdroog, Strijkdroog Textiel Belading met wasgoed voor de programma's Witte/Bonte was en Kreukherstellend. Jeans maximum 3 kg* Kastdroog, Strijkdroog Textiel Jeansstof zoals broeken, jassen, rokken of overhemden. Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen. * Gewicht van droog wasgoed 23 Programmaoverzicht Overhemden maximum 2 kg* Kastdroog, Strijkdroog Textiel Hemden en overhemdbloezen. Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen. Koude lucht Textiel maximum 7 kg* Om alle soorten wasgoed te luchten. Warme lucht maximum 7 kg* Wasgoed – Nadrogen van textiel met meer dan een laag, dat wegens de samenstelling verschillende droogeigenschappen vertoont: bijv. jassen, kussens en volumineus textiel. – Om aparte stukken wasgoed te drogen: bijv. badhanddoeken, badgoed, vaatdoeken. Opmerking – Kies niet meteen de langste tijd. Probeer eerst welke tijd het best geschikt is. Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen. Opmerking Gebruik het programma Warme lucht om ongewenste geurtjes in propere kleding van katoen te verwijderen of te verminderen (duur: 1/2 - 1 uur). Om het opfrissende effect te versterken, kunt u het wasgoed bevochtigen alvorens het luchtprogramma te starten of voor de droogautomaat geschikte doekjes gebruiken. Bij synthetische stoffen worden de onaangename geurtjes in geringere mate gereduceerd. Strijken maximum 1 kg* Textiel – Katoenen of linnen weefsel. – Kreukherstellend textiel van katoen, gemengd of synthetisch weefsel. Bijv. katoenen broeken, anoraks, overhemden. Opmerking – Programma om kreuken uit voorafgegane centrifugeerbeurt (in wasautomaat) te beperken. – Haal textiel na afloop van het programma meteen uit de trommel, om het lichtjes te kunnen strijken. Temperatuur laag Kan niet worden uitgeschakeld. * Gewicht van droog wasgoed 24 Programmaverloop wijzigen Lopend programma - veranderen Dit is niet mogelijk. Het toestel is immers beschermd tegen onverhoedse of ongewenste wijzigingen. Om een nieuw programma te kiezen, dient u het programma af te breken. - afbreken en een nieuw programma kiezen. ^ Druk op de toets Start/Stop. Het wasgoed wordt nog gedurende een minuut afgekoeld voor zover er een bepaalde droogtijd en temperatuur is bereikt. Als u ondertussen opnieuw op de toets Start/Stop drukt, verschijnt Einde. ^ Druk op de toets Deur. ^ Sluit de deur. Wasgoed toevoegen of uitnemen ^ Druk op de toets Deur. ^ Open de deur. ,Gevaar voor brandwonden! Raak de achterwand van de trommel niet aan terwijl u wasgoed toevoegt of uitneemt! De temperatuur in de trommel is hoog. ^ Nu kunt u wasgoed toevoegen of voortijdig uit de trommel nemen. ^ Sluit de deur. ^ Druk op de toets Start/Stop. Resterende tijd Bij de wijziging van het programmaverloop kan de resterende tijd die hierna op het display te zien is, nu wel van de echte droogtijd afwijken. ^ Kies en start onmiddellijk een nieuw programma. - afbreken en het wasgoed uitnemen. ^ Zie verder: "Wasgoed toevoegen of uitnemen". ^ Schakel de droogautomaat na het sluiten van de deur uit. 25 Elektronisch slot De grendelfunctie beschermt uw droogautomaat tegen ongewenst gebruik. Als u dit wenst, kunt u de grendelfunctie inschakelen. Het elektronische slot vergrendelt de elektronische besturing van de droogautomaat. De droogautomaat kan worden ingeschakeld, maar er kan geen programma worden gestart. C Draai de programmakiezer traag en stap voor stap tegen de wijzers in zes standen verder. De zes controlelampjes van de programma's moeten één voor één aangaan. Het controlelampje van de toets Temperatuur laag knippert en het sleutelsymbool 0-§ wordt op de display weergegeven. E Laat de toets Temperatuur laag los. – In dit geval knippert het controlelampje Temperatuur laag en wordt het sleutelsymbool 0-§ op de display weergegeven. De slotfunctie is ingeschakeld. De toesteldeur kunt u wel altijd openen. Die wordt niet vergrendeld. Voorwaarden: Vergrendelen – De toesteldeur is dicht. Voorwaarden: ^ U gaat te werk zoals bij "Vergrendelen". Voer de stappen A tot E uit. – Het toestel is uitgeschakeld. – De toesteldeur is dicht. A Druk op de toets Temperatuur laag en houd ze ingedrukt tot u stap E bereikt. B Druk de toets jk. Het controlelampje Automatic+ brandt. C Draai de programmakiezer traag en stap voor stap kloksgewijs drie standen verder. De drie controlelampjes van de programma's moeten één voor één aangaan. 26 ^ U kunt het toestel uitschakelen. "Ontgrendelen" – Het toestel is uitgeschakeld. Bij punt E stopt het controlelampje van de toets Temperatuur laag met knipperen en het sleutelsymbool 0-§ verdwijnt. De grendelfunctie is uitgeschakeld. Reiniging en onderhoud Pluizenzeef schoonmaken Pluisjes komen in de pluizenzeef in de deur terecht. Maak deze zeef na elke droogbeurt* schoon. * Controleer de pluizenzeef altijd nog een keer bij de melding Filter/Afvoer. Droog schoonmaken Tip: Pluizen kunt u met een stofzuiger opzuigen, zodat u ze niet hoeft aan te raken. ^ Verwijder de pluizen met uw vingers of met een stofzuiger van de zeef. ^ Neem ze weg uit de holle ruimte in de deur. Op de Technische Dienst van Miele is daartoe een borstel verkrijgbaar. U kunt ook een stofzuiger gebruiken. ^ Reinig de dichting (2) op de deur rondom met een vochtige doek. ^ Trek de pluizenzeef (1) uit de toesteldeur. ^ Schuif de zeef weer tot aan de aanslag in de toesteldeur en doe de deur weer dicht. Vochtig schoonmaken Alleen indien de pluizenzeef erg plakkerig of verstopt is, kan u die met water schoonmaken. ^ Maak de pluizenzeef onder stromend heet water schoon. ^ Droog de zeef voorzichtig en grondig af. 27 Reiniging en onderhoud Roosterzeef schoonmaken Op regelmatige basis dient u de roosterzeef in de vulopening van de deur en het luchtafvoergedeelte onder de roosterzeef schoon te maken. De droogautomaat zelf reinigen Zet het toestel uit. ^ Reinig de ommanteling, het bedieningspaneel en de dichting van de deur met een niet-agressief reinigingsmiddel of sopje. ^ Reinig de trommel en andere roestvrijstalen onderdelen met een geschikt reinigingsmiddel voor roestvrij staal. ^ Draai op de linker en rechter roosterzeef aan het knopje a (tot het duidelijk vergrendelt). ^ Trek b de zeef er aan het knopje naar het midden toe uit. ^ Maak de roosterzeef onder stromend heet water schoon en droog ze af. ^ Maak ook het luchtafvoergedeelte onder de roosterzeef schoon. Gebruik hiertoe bijv. een stofzuiger. ^ Plaats de roosterzeef onderaan terug en duw ze goed op haar plaats. ^ Vergrendel de 2 knopjes. 28 Gebruik geen schuur- of oplosmiddel. Reinigingsmiddelen voor glas of voor universeel gebruik zijn ook af te raden. Dit kan schade toebrengen aan de kunststof of andere onderdelen van het toestel. ^ Wrijf alle onderdelen met een zachte doek droog. Storingen verhelpen Wat gedaan als . . . ? De meeste storingen kunt u zelf verhelpen. In heel wat gevallen bespaart u tijd en kosten omdat u dan geen beroep hoeft te doen op de Klantendienst. Het volgende overzicht zou een leidraad kunnen zijn om de oorzaken voor een bepaalde storing te vinden en weg te nemen. Hou wel het volgende in acht: ,Reparaties aan elektrische toestellen mag u enkel en alleen door een erkend vakman laten uitvoeren. Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan. Controle- en storingsmeldingen Probleem Het programma werd afgebroken. 0 en Einde verschijnen op het display. De zoemer weerklinkt. Oorzaak Dit is geen storing. Bij enkele programma's wordt het programma afgebroken als de trommel te weinig of niet geladen is. Dit kan evenzo bij reeds gedroogde stukken wasgoed gebeuren. De slotfunctie is ingeschakeld. 0-§ verschijnt op het display. Het controlelampjeTem peratuur laag knippert. De oorzaak is niet metHet programma een te constateren. werd afgebroken. De zoemer weerklinkt. Mogelijk knippert op het display Koude lucht of Einde. Oplossing Droog enkele stukken wasgoed met het programma Warme lucht. – Open en sluit de deur. Als u wenst te drogen, dient u de slotfunctie uit te schakelen (zie rubriek "Elektronisch slot"). – Schakel de droogautomaat uit en in. – Start een programma. Wordt het programma afgebroken en verschijnt er opnieuw een foutmelding, dan gaat het om een defect. Neem contact op met de klantendienst van Miele. 29 Storingen verhelpen Probleem Oorzaak Oplossing Aan het einde van het programma knipperen de balken: —œ–...C~–...Cœ˜... Het controlelampje Luchtkanalen reinigen brandt. Het programma is beëindigd, maar het wasgoed wordt nog afgekoeld. Deze droogautomaat werkt niet optimaal of spaarzaam. Mogelijke oorzaken: verstoppingen door pluizen of wasmiddelrestjes. U kunt het wasgoed verwijderen en uitspreiden of het verder laten afkoelen. – In principe volstaat het de pluizenzeef te reinigen. Mocht dit niet volstaan, dan controleert u alle mogelijke oorzaken die hierna beschreven zijn onder "De droogbeurt duurt zeer lang of wordt zelfs afgebroken.". Melding wissen: – Deur openen en sluiten bij ingeschakelde droogautomaat. Eventueel is de luchtafvoerleiding erg lang; dat is evenwel geen storing. Is de luchtafvoerleiding erg lang, dan duurt het programma nu eenmaal langer en wordt er ook meer stroom verbruikt. Het controlelampje Luchtkanalen reinigen kunt u uitschakelen (rubriek "Programmeerfuncties"). Het programma werd af- De mogelijke oorzaken en – Probeer het probleem gebroken. de oplossing ervan worzoals hierboven beden hierboven beschreschreven te verhelpen. Het controlelampje ven. – Als de foutmelding Luchtkanalen reinigen brandt. weer wordt weergegeven, doe dan een beDe zoemer weerklinkt. roep op de Technische Dienst. 30 Storingen verhelpen Probleem Oorzaak Oplossing De droogautomaat staat Zie rubriek "Programin de stand-by stand. meerfuncties". Dit is geen fout, maar een normale functie. De oorzaak is niet meteen – Schakel de droogautote constateren. maat uit en in. – Kies het programma, dat zich niet liet opstarten. – Als het programma nog altijd niet kan worden gestart, is er een defect. Neem contact op met de klantendienst van Miele. Het controlelampje Als het lampje in de toets Na de start van het programma stopt het lampje Start/Stop knippert/knip- knippert, wijst dat erop pert niet. dat u een programma kan met knipperen en blijft het starten. branden. Het controlelampje Start/Stop knippert langzaam en het display is donker. Enkele programma's starten niet. Het overeenkomstige programma controlelampje brandt ook niet meer. 31 Storingen verhelpen Een niet-bevredigend droogresultaat Probleem De was is onvoldoende gedroogd. Oorzaak De belading bestond uit verschillende weefsels. Oplossing – Droog met Warme lucht na. – Kies daarna een geschikt programma *. Synthetisch wasgoed ver- Als u wasverzachter getoont de neiging tot stabruikt bij het wassen kan tische ladingen. de statische lading bij het drogen afnemen. De pluisjes worden door Bij het drogen komen er pluizen vrij, die zich voor- de pluizenzeven opgeal door slijtage bij het dra- vangen. U kunt ze daar gen of gedeeltelijk bij het gemakkelijk verwijderen (rubriek "Reiniging en onwassen op het textiel hebben gevormd. De be- derhoud"). lasting van textiel in de droogautomaat daarentegen is voor hun houdbaarheid gering. * U kunt de droogtegraad van enkele programma's afzonderlijk aanpassen: Zie achteraan deze handleiding. Wasgoed van synthetische vezels is na het drogen statisch geladen. Er hebben zich pluizen gevormd. 32 Storingen verhelpen Andere problemen Probleem Het droogproces duurt heel lang of wordt afgebroken. Oorzaak Eventueel brandt het controlelampje, hoewel de pluizenfilter gereinigd is: Luchtkanalen reinigen. De luchttoevoer is ontoereikend (bijv. in een klein vertrek). Oplossing Ga alle mogelijke oorzaken na en schakel de droogautomaat uit en weer in. Zet tijdens het drogen een deur en/of venster open. Zo stroomt er meer lucht naar binnen. De pluizenzeef is verstopt. Maak de pluizenfilter schoon. De luchtafvoerleiding of de opening ervan is verstopt. – Controleer al de onderdelen van de luchtafvoerleiding, zoals de muurbuis, het buitenrooster, de bochten e.d. Komt er nog voldoende lucht door? – Maak de pluizenfilter schoon. Het wasgoed werd niet genoeg uitgecentrifugeerd. Laat voortaan uw wasgoed in uw wasautomaat tegen het hoogste toerental centrifugeren. Deze droogautomaat trommel is overladen. Neem de maximumlading wasgoed voor het droogprogramma in acht. – Doe de ritsen voortaan open. Als het probleem achteraf nog opduikt, laat wasgoed met lange ritssluitingen dan voortaan enkel in het programma Warme lucht drogen. Door metalen ritssluitingen werd de vochtigheidsgraad van de was niet juist berekend. 33 Storingen verhelpen Probleem Oorzaken De trommel begint na het inschakelen niet te draaien. De oorzaak is niet meteen – Is het toestel ingeschate constateren. keld? – Zit de stekker wel in het stopcontact? – Is de toesteldeur wel dicht? – Zijn de zekeringen soms niet uitgevallen? De verlichting wordt auto- Schakel de droogautomaat uit en weer in. matisch uitgeschakeld (stroombesparing). Eventueel is het lampje Dat lampje kan u defect. vervangen: Zie achteraan deze rubriek. De trommel wordt niet verlicht. 34 Oplossing Storingen verhelpen Het lampje vervangen Zet het toestel uit ^ Doe de toesteldeur open. Bovenaan in de vulopening vindt u een opklapbaar dekseltje voor de lamp. Deze gloeilamp dient van hetzelfde type te zijn als die welke u vervangt. Het vermogen mag niet hoger liggen dan wat op het typeplaatje en het lampendeksel is aangegeven. ^ Vervang de gloeilamp. ^ Klap het dekseltje naar boven. Duw het links en rechts stevig dicht tot u een klik hoort. ,Let erop dat het deksel stevig op zijn plaats zit. Zo vermijdt u dat er vocht indringt, wat kortsluiting kan veroorzaken. ^ Schuif een stuk gereedschap, bijv. een brede sleufschroevendraaier, onder het lipje dat aan de zijkant van het klepje van het gloeilampje zit. Zorg ervoor dat het gereedschap stevig zit. ^ Open het klepje door het stuk gereedschap een slag te draaien. Oefen daarbij enige druk op het gereedschap uit. Het klepje klapt naar beneden. Deze hittebestendige lamp schaft u zich het best enkel aan bij uw Mielehandelaar of in de Technische Dienst van Miele. 35 Technische dienst Herstellingen Het programma updaten Neem bij storingen die u zelf niet kan verhelpen, contact op Op het bedieningspaneel vindt u een controlelampje met de markering PC (PC = program correction). Deze led dient voor onze technici als contactpunt voor de actualisering van het programma. – met uw Miele-handelaar of – met de Technische Dienst van Miele. Het adres en de telefoonnummers van onze technische dienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing. Wanneer u op onze technische dienst een beroep doet, geef dan altijd het machinetype en -nummer op. Beide gegevens staan vermeld op het typeplaatje. Dat vindt u rechts onder de vulopening. Bij de aanpassing van de elektronische besturing van uw toestel kan er dan rekening worden gehouden met ontwikkelingen in textielsoorten en droogprocédés. Miele zal de mogelijkheid om een programma te actualiseren tijdig bekendmaken. Duur en voorwaarden van de waarborg De waarborgtijd van uw droogautomaat bedraagt 2 jaar. Meer gegevens omtrent de voorwaarden van de waarborg vindt u in het bijgevoegde garantieboekje. Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren Voor deze droogautomaat kan u zich nog toebehoren aanschaffen bij uw Miele-handelaar of bij de Technische Dienst van Miele. 36 Opstellen en aansluiten Vooraanzicht a Aansluiting luchtafvoer: kan naar keus achteraan (in de fabriek opengelaten), links of rechts b Aansluitsnoer c Bedieningspaneel d Deur e Vier in de hoogte verstelbare voetjes 37 Opstellen en aansluiten Achteraanzicht Inbouw onder een doorlopend werkblad ,Er is een inbouwset* vereist. Laat die monteren door een vakman die door Miele erkend is. De afdekplaat die bij de inbouwset hoort, vervangt het deksel van het toestel. Deze afdekplaat moet absoluut worden gemonteerd met het oog op de elektrische veiligheid. – Bij de inbouwset is een montagehandleiding gevoegd. a Aan de dekseloverstek zijn er greepopeningen om het toestel te dragen (zie pijlen) b Aansluitsnoer c Aansluiting van de luchtafvoer achteraan Plaats van opstelling ,Waar de toesteldeur openzwaait, mag u geen afsluitbare deur, schuifdeur of een deur met een scharnier aan de andere kant installeren. Het toestel naar de plaats van opstelling dragen Aan de achterste dekseloverstek zijn er greepopeningen om het toestel te dragen. Om het toestel uit de verpakkingssokkel te tillen, neemt u het bij voorkeur vast aan de voorste voetjes en aan de achterste dekseloverstek. Neem het toestel niet aan de deur vast om het te dragen. 38 – Door de inbouw kunnen de programma's langer uitvallen. – Installeer de elektrische aansluiting vlakbij de droogautomaat. Die aansluiting dient vlot toegankelijk te zijn. – Hou rekening met de ruimte voor de luchtafvoerbuis bij het berekenen van zijdelingse - en wandafstanden. Bij een inbouwhoogte van: – 830-840 mm zijn er langere voetjes* vereist. – 870-885 / 915-930 mm zijn 1 of 2 sokkels* vereist. * Mits toeslag bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar Het deksel opnieuw monteren Als u het deksel had afgenomen om het toestel in te bouwen, dient u erop te letten dat het deksel bij het terugmonteren stevig op de achterste steunen zit. Enkel dan is een veilig transport gewaarborgd. Opstellen en aansluiten Het toestel waterpas zetten ,Laat een spleet van minstens 10 mm vrij tussen de onderkant van het toestel en de vloer. Deze luchtspleet mag u in geen geval versmallen door plinten, dik tapijt e.d. Anders is er geen voldoende toevoer van koele lucht gewaarborgd! Was- en droogzuil Om een perfecte werking te waarborgen, dient u het toestel waterpas op te stellen. U kunt deze droogautomaat met een Miele-wasautomaat tot een was- en droogzuil combineren. Daartoe is een tussenset* (WTV) vereist. * Mits toeslag bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar ,Laat de tussenset monteren door een vakman die door Miele erkend is. ^ Oneffenheden in de vloer werkt u weg door aan de voetjes te draaien. 39 Opstellen en aansluiten Elektrische aansluiting Uw droogautomaat is voorzien voor aansluiting op eenfasige stroom 230 V, 50 Hz. Hij is uitgerust met een geaarde stekker en een ca. 2 m lange kabel. De aansluiting mag uitsluitend gebeuren op een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met aarding. Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoeren. Er bestaat risico op oververhitting. Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomschakelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen. Gegevens omtrent aansluitwaarde en vereiste zekeringen vindt u op het typeplaatje. Vergelijk die zorgvuldig met de gegevens van uw elektrische installatie. 40 Installatie van de luchtafvoerleiding Basisvereisten Belangrijk Vermijd – lange luchtafvoerleidingen, – talrijke en smalle bochten. U mag deze droogautomaat enkel gebruiken indien de vochtige lucht die bij het drogen ontstaat, naar buiten wordt geleid via . . . . . . een luchtafvoerleiding (slangen of buizen) of . . . een rechtstreekse aansluiting op een muurbuis. – Zolang de aansluitwerkzaamheden van de luchtafvoer duren, mag u de stekker niet in het stopcontact steken. – Laat de luchtafvoerleiding daar uitmonden (bv. in een muurbuis) waar het afgevoerde vocht . . . . . . niet terug in het vertrek kan; . . . geen schade aan gebouwen of andere last kan veroorzaken. – De lucht die voor het droogproces vereist is, wordt onttrokken uit het vertrek waar het toestel opgesteld is. Daarom dient u tijdens het drogen voor voldoende ventilatie te zorgen. Bijvoorbeeld: - het venster openzetten - niet-afsluitbare ventilatieopeningen in de buitenmuur aanbrengen; - vensterschakelaars installeren, waardoor u het toestel enkel kan inschakelen als het raam openstaat. Zo bespaart u zich de nadelen van een laag droogvermogen, een lange programmaduur en een hoog stroomverbruik. Gebruik – voor de luchtafvoerleiding: slangen* of buizen van minstens 100 mm diameter. – voor de luchtafvoer naar buiten: de muurbuis* of de vensteraansluiting*. *Bij uw Miele-dealer of in de Technische Dienst van Miele mits toeslag verkrijgbaar. Hoe u het best te werk gaat ^ Meet eerst de lengte van de vereiste luchtafvoerleiding. Dan weet u hoeveel buizen u nodig hebt en hoe groot de diameter dient te zijn. Zie volgende bladzijden. Is de totale luchtafvoerleiding langer, dan is er namelijk ook een grotere buisdiameter vereist. ^ Daarna dient u nog een luchtafvoersysteem te kiezen. Raadpleeg daartoe de alinea "Overzicht van luchtafvoersystemen" in deze rubriek. 41 Installatie van de luchtafvoerleiding De totale buislengte berekenen De weggeblazen lucht ondervindt wrijvingsweerstand in de luchtafvoerleiding. Deze weerstand wordt aangeduid in buislengte. Hiermee wordt uitgedrukt hoe groot de weerstand is, bv. van een bocht, in vergelijking met 1 m rechte kunststof buis. Zie tabel I. Als u de buislengten van alle onderdelen samentelt, verkrijgt u de totale buislengte. Deze maat vertelt dus hoe groot de weerstand van heel het luchtafvoersysteem is. Daar een grotere buisdiameter de weerstand vermindert, is er voor een totale buislengte van meer dan 20 m een grotere diameter vereist. Zie tabel II. 1. De totale buislengte berekenen ^ Meet eerst de vereiste lengte van de rechte luchtafvoerleiding. Vermenigvuldig deze maat met de overeenkomstige buislengte uit tabel I. ^ Tel nu hoeveel bochten en onderdelen er vereist zijn. Tel de buislengte daarvan op aan de hand van tabel I. ^ Tel al de gemeten buislengten samen. Het resultaat is de totale buislengte. 2. De buisdiameter bepalen ^ Uit tabel II kan u opmaken welke diameter voor de berekende totale buislengte vereist is. 42 Tabel I Onderdelen Buislengte Heel soepele luchtafvoerslang* – 1 m recht – bocht 45° (bochtstraal = 0,25 m) – bocht 90° (bochtstraal = 0,25 m) 1,8 m 1,5 m 2,5 m Soepele aluminium luchtafvoerslang* / gladde kunststof buis – 1 m recht – bocht 45° (bochtstraal = 0,25 m) – bocht 90° (bochtstraal = 0,25 m) 1m 0,6 m 0,8 m Muurbuis* of vensteraansluiting* – met rooster – met terugslagklep (zwaaiklep) In de luchtafvoerleiding te integreren terugslagklep* (zie "d Gecombineerd systeem") Vlak kanaal (bij was- en droogzuil)* 3,8 m 1,5 m 14,3 m Linkse of rechtse luchtafvoeropening in de droogautomaat 11 m 1m *Deze onderdelen zijn bij uw Mielehandelaar en bij de Technische Dienst van Miele verkrijgbaar. Tabel II maximum toelaatbare totale buislengte 20 m 40 m 100 m vereiste diameter 100 mm 125 mm 150 mm Installatie van de luchtafvoerleiding Installatiemogelijkheden aan de droogautomaat Berekeningsvoorbeeld Achterzijde In de fabriek werd deze aansluiting opengelaten. ^ Installeer de luchtafvoerleiding zoals op de volgende bladzijden beschreven. Linker of rechter zijwand A Muurbuis met rooster B/D 2 bochten 90° C 0,5 m kunststof buis = 1 x 3,8 m buislengte = 2 x 0,8 m buislengte = 0,5 x 1 m buislengte E = 3,8 m = 1,6 m = 0,5 m linker luchtafvoeropening = 1 m buislengte = 1,0 m totale buislengte = 6,9 m Resultaat: De totale buislengte bedraagt minder dan 20 m (volgens tabel II). Daarom is 100 mm buisdiameter voldoende. ^ Draai de dop naar links en neem ze weg. ^ Druk de dop vast in de luchtafvoeropening aan de achterzijde. ^ Installeer de luchtafvoerleiding zoals op de volgende bladzijden beschreven. 43 Installatie van de luchtafvoerleiding Overzicht van de luchtafvoersystemen Op de volgende bladzijden vindt u verschillende luchtafvoersystemen beschreven, die u op de droogautomaat kan aansluiten. Het gaat hier over: a Luchtafvoersysteem met soepele leiding b Luchtafvoersysteem met starre buizen c Directe aansluiting op een muurbuis d Gecombineerd systeem (soepele en starre leidingen) a Luchtafvoersysteem met soepele leiding De weggeblazen lucht kan zonder veel moeite gewoon naar buiten worden afgevoerd. U dient enkel het bijgeleverde aanpasstuk in een luchtafvoeropening van de droogautomaat te steken en de luchtafvoerslang daarover te schuiven. ^ Daartoe hebt u nodig . . . . . . een luchtafvoerslang* (heel soepel of van aluminium). . . . een muurbuis* of een vensteraansluiting*. * (mits toeslag verkrijgbaar Mieletoebehoren) A Steek het aanpasstuk (1) in de luchtafvoeropening van de droogautomaat. B Sluit de luchtafvoerslang daarop aan (2). ^ Installatievoorbeelden vindt u op de volgende bladzijde. 44 Installatie van de luchtafvoerleiding Installatievoorbeelden voor een luchtafvoersysteem met soepele leiding Aansluiting op een luchtafvoerschouw Vensteraansluiting 1. Buis met aansluittuit (= afzonderlijke delen van de Miele-muurbuis) 1. Vensteraansluiting gemonteerd in plexiglas (bij de Miele-vensteraansluiting zit ook een montagehandleiding) 2. Aanpasstuk voor soepele luchtafvoerslang 2. Aanpasstuk voor soepele luchtafvoerslang 3. Luchtafvoerschouw, tegen vocht geisoleerd ,Wees er zeker van dat deze schouw voor geen ander doel wordt gebruikt. Bv. als schouw voor rook of uitlaatgassen of voor de ventilatie van vertrekken met verwarmingstoestellen! 45 Installatie van de luchtafvoerleiding b Luchtafvoersysteem met starre buizen Voorbeeld U kan beter starre buizen toepassen als de totale luchtafvoerleiding nogal lang uitvalt. Buizen bieden minder weerstand aan weggeblazen lucht dan bv. heel soepele slangen. Het resultaat is dan ook een kortere programmaduur en een lager stroomverbruik. Daartoe hebt u nodig: – het verloopstuk * (C 100 mm) – een muurbuis* of een vensteraansluiting* – starre kunststof afvoerbuizen (C 100 mm). Bij een grotere buisdiameter zijn er bijkomende verloopstukken, bv. van C 100 naar 125 mm, vereist. A Steek het verloopstuk (1) in de luchtafvoeropening van de droogautomaat. C Sluit daar de buis op aan (2). 46 1. Muurbuis (bij de Miele-muurbuis vindt u een montagehandleiding) 2. Verloopstuk 3. Starre kunststof afvoerbuis, binnenwerkse diameter 100 mm Installatie van de luchtafvoerleiding c Directe aansluiting op een muurbuis Zijaanzicht: Kan u uw droogautomaat direct tegen een buitenmuur opstellen? Dan is deze aansluitversie de beste. Er moet dan wel een opening in de buitenmuur worden gemaakt. De totale buislengte is kort wat zijn voordelen heeft qua programmaduur en stroomverbruik. U hebt een muurbuis en een soepele afstandsring nodig. Beide delen zijn mits toeslag verkrijgbaar Mieletoebehoren. A Raadpleeg, voor u de opening in de muur maakt, . . . . . . de montagehandleiding, die u bij de Miele-muurbuis vindt. . . . de twee volgende maattekeningen. 1. Muurbuis 2. Soepele afstandsring Bovenaanzicht: B Steek de soepele afstandsring (2) op de aansluittuit (1) van de muurbuis. C Schuif de droogautomaat tegen de wand. 1. Muurbuis 2. Soepele afstandsring 47 Installatie van de luchtafvoerleiding d Gecombineerd systeem Om vorming van condensatiewater en reukoverdracht te vermijden in toestellen die niet in werking zijn: ^ Installeer per droogautomaat een terugslagklep R direct op de gezamenlijke luchtafvoerleiding. Er is een mits toeslag verkijgbaar Miele-toebehoren* vereist. Bij installatie van 3 tot hoogstens 5 droogautomaten moet u een grotere buisdiameter D toepassen. Droogau- Factor waarmee de tomaat diameter van de leiding (zie tabel II) vergroot 2 3 4-5 48 1 1,25 1,5 1 Aansluiting op de gezamenlijke luchtafvoerleiding* 2 Miele-terugslagklep* 3 Bijkomend Miele-aanpasstuk* 4 Miele-luchtafvoerslang* ^ Druk de terugslagklep (2) volledig in het aanpasstuk (3). Installatie van de luchtafvoerleiding Was- en droogzuil Hoogte van de luchtafvoeropeningen bij opstelling in een was- en droogzuil Voorbeeld: Miele-wasautomaat met recht of schuin bedieningspaneel Verbindingsstuk* zonder werkblad: A = 94,2 cm B = 170,0 cm Verbindingsstuk* met werkblad: A = 92,8 cm B = 168,6 cm * Mits toeslag bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar 49 Verbruiksgegevens StroomLading1 Centrifugeertoerental Restin een huishoudelijke vochtig- verbruik wasautomaat heid Programmaduur kg t/min % kWh min. 7 3,5 1000 1000 60 60 4,07 2,28 91 55 7 7 7 7 1200 1400 1600 1800 53 50 44 43 3,65 3,45 3,10 3,05 83 79 71 69 7 1000 60 3,70 112 7 7 7 7 7 1000 1200 1400 1600 1800 60 53 50 44 43 2,80 2,45 2,30 1,95 1,90 62 55 51 45 43 Kreukherstellend Kastdroog 3,5 1200 40 1,40 34 Kreukherstellend Kastdroog + Temperatuur laag 3,5 1200 40 1,35 44 Kreukherstellend Strijkvochtig 3,5 1200 40 1,20 30 Automatic+ 5 800 50 2,45 63 Overhemden Kastdroog 2 600 60 1,25 32 2,5 800 50 1,95 72 Katoen t 2 Katoen Kastdroog Katoen Kastdroog + Temperatuur laag Witte/Bonte was Strijkvochtig Impregneren 3 900 60 2,20 62 3,5 1000 60 2,10 47 Strijken 1 1000 60 0,60 20 Finish Wol 2 1000 50 0,15 4 Jeans Kastdroog Express Kastdroog 1 Gewicht van droog wasgoed 2 Testprogramma volgens verordening 392/2012/EU voor het energielabel, dat is gemeten volgens EN 61121 Alle niet-gemarkeerde waarden zijn in overeenstemming met de norm EN 61121. Stroomverbruik in uitgeschakelde toestand: 0,10 W Stroomverbruik in ingeschakelde toestand: 3,50 W Opmerking met het oog op vergelijkende tests: Bij tests uitgevoerd volgens EN 61121 dient u, voor u met de beoordelingstests aanvangt, 3 kg katoenen wasgoed volgens deze norm met 70 % aanvankelijke restvochtigheid in het programma "Witte/Bonte was, Kastdroog" te laten drogen zonder daarbij een extra functie te kiezen. Deze cijfers kunnen wijzigingen ondergaan onder meer door het verschil in textielsoort, in het gewicht van het te drogen wasgoed, in de restvochtigheid na het centrifugeren, door schommelingen in de stroomvoorziening en door het verschil in de gekozen extra functies. 50 Technische gegevens Hoogte 850 mm Breedte 595 mm Diepte Diepte bij geopende deur 587 mm 1062 mm Hoogte voor onderbouw Breedte voor onderbouw 820 mm 600 mm Diepte voor onderbouw Onderschuifbaar 600 mm ja Kan in een zuil worden geplaatst Gewicht ja 45 kg Trommelinhoud De hoeveelheid 111 l 7 kg (gewicht van droog wasgoed) Snoerlengte Aansluitspanning 2m Aansluitwaarde Zekering zie typeplaatje Vermogen van de gloeilamp Keurmerk Energieverbruik zie rubriek "Verbruiksgegevens" 51 Programmeerfuncties Restvochtigheid in het programma "Katoen" wijzigen De elektronica van deze droogautomaat is gericht op een zo efficiënt mogelijk en energiebesparend drogen. In dit programma kunt u echter de droogniveaus droger of vochtiger instellen. Opmerking: het programma Katoen t blijft onveranderd. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 De restvochtigheid wordt vochtiger. I Fabrieksinstelling. (Het controlelampje Automatic+ knippert 1x extra). 2 restvochtigheid wordt droger. (Het controlelampje Automatic+ knippert 2x extra). D Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. E Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Controle B Schakel de droogautomaat in. ^ Voer de stappen A tot C uit. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . ^ Schakel na stap C de droogautomaat uit. C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 1 x kort. 52 Programmeerfuncties Restvochtigheid in het programma "Kreukherstellend" wijzigen De elektronica van deze droogautomaat is gericht op een zo efficiënt mogelijk en energiebesparend drogen. In dit programma kunt u echter de droogniveaus droger of vochtiger instellen. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 De restvochtigheid wordt vochtiger. I Fabrieksinstelling. (Het controlelampje Automatic+ knippert 1x extra). 2 restvochtigheid wordt droger. (Het controlelampje Automatic+ knippert 2x extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Controle ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. D Druk 1x op de toets Temperatuur laag. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 2x kort. 53 Programmeerfuncties Kreukbeveiliging instellen. Om kreuken te vermijden als u het wasgoed na afloop van het programma niet meteen uit het toestel neemt. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. De kreukbeveiliging 0 Kreukbeveiliging uit. – is in de fabriek ingeschakeld. U kunt deze functie verkorten of uitschakelen. I 1 uur kreukbeveiliging. (controlelampje Automatic+ knippert 1x extra) – is in alle programma's actief, behalve bij Finish Wol. 2 Fabrieksinstelling. 2 uur kreukbeveiliging. (controlelampje Automatic+ knippert 2x extra). – moet altijd ingeschakeld blijven. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. D Druk 2 keer op de toets Temperatuur laag. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 3x kort. 54 E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Controle ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. Programmeerfuncties Het volume van de zoemer instellen De zoemer kunt u in twee volumes instellen. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Fabrieksinstelling. Volume van de zoemer normaal. I Zoemer met luid volume (Het controlelampje Automatic+ knippert extra) E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. B Schakel de droogautomaat in. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . Controle C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. D Druk 3x op de toets Temperatuur laag. ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 4x kort. 55 Programmeerfuncties Restvochtigheid in het programma "Automatisch plus" wijzigen De elektronica van deze droogautomaat is gericht op een zo efficiënt mogelijk en energiebesparend drogen. In dit programma kunt u echter de droogniveaus droger of vochtiger instellen. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. D Druk 4x op de toets Temperatuur laag. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 6x kort. 56 Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 De restvochtigheid wordt vochtiger. I Fabrieksinstelling. (Het controlelampje Automatic+ knippert 1x extra). 2 restvochtigheid wordt droger. (Het controlelampje Automatic+ knippert 2x extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Controle ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. Programmeerfuncties Verlenging van de afkoeltijd instellen U kunt individueel de afkoelfase voor het einde van het programma in 2 niveaus verlengen. Het wasgoed wordt sterker afgekoeld. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Fabrieksinstelling. De afkoeltijdverlenging geldt enkel voor droogtegraadprogramma's. I Afkoeltijd 5 minuten langer. (Het controlelampje Automatic+ knippert 1x extra). Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. 2 Afkoeltijd 10 minuten langer. (Het controlelampje Automatic+ knippert 2x extra). Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. – De deur is dicht. F Schakel de droogautomaat uit. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. B Schakel de droogautomaat in. Controle Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . ^ Voer de stappen A tot D uit. C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. D Druk 5x op de toets Temperatuur laag. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 7x kort. 57 Programmeerfuncties Stand-by instellen Het display en de controlelampjes worden na 10 minuten gedooft en alleen de toets Start/Stop knippert langzaam: Energiebesparing. Droogautomaat "wekken" uit Stand-by-stand ^ Draai aan de programmakiezer of druk op een toets. Beide mogelijkheden hebben geen invloed op een lopend programma. Aan De stand-by-functie is ingeschakeld en het display en de controlelampjes worden na 10 minuten gedoofd: – als u na het inschakelen van het toestel geen programma kiest; – na de start van het programma. Let wel: na de afgelopen tijd voor de start voorselectie, aan het einde van het programma of voor het einde van de kreukherstellingsfase worden display en controlelampjes voor telkens 10 minuten ingeschakeld. De zoemer (indien ingeschakeld) weerklinkt gedurende 10 minuten aan het einde van het programma. 58 Fabrieksinstelling. Niet terwijl het programma loopt. Net zoals beschreven onder "Aan". Maar: display en controlelampjes doven niet zolang het programma loopt. Uit Display en controlelampjes blijven branden wanneer het toestel is uitgeschakeld. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. ^ Zie volgende pagina. Programmeerfuncties Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. D Druk 6x op de toets Temperatuur laag. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 8x kort. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Aan I Fabrieksinstelling. Niet terwijl het programma loopt. (Het controlelampje Automatic+ knippert 1x extra) 2 Uit (Het controlelampje Automatic+ knippert 2x extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Controle ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. 59 Programmeerfuncties Memory-functie instellen De elektronische besturing slaat een gekozen programma met droogtegraad of optie op. Bovendien wordt de duur van een luchtprogramma opgeslagen. Bij de volgende programmakeuze worden deze instellingen gebruikt. U kunt deze instellingen aanvaarden of met een druk op de toets aanpassen. Opmerking: het programma Katoen t blijft onveranderd. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Fabrieksinstelling. Memory uit. I Memory. (Het controlelampje Automatic+ knippert extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. D Druk 7 keer op de toets Temperatuur laag. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 9x kort. 60 Controle ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. Programmeerfuncties Functie van de aanduiding Filters wijzigen Na het drogen dient u telkens de pluizen weg te nemen. Bovendien herinnert de display Luchtkanalen reinigen u eraan dat er een bepaalde hoeveelheid pluizen voorhanden is. U kunt zelf beslissen bij welke hoeveelheid pluizen u eraan herinnerd wenst te worden. Door te proberen stelt u vast welke instelling het best met uw drooggewoonten overeenstemt. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Het controlelampje Luchtkanalen reinigen heeft geen betekenis. I Het controlelampje Luchtkanalen reinigen brandt pas bij overmatige pluisvorming. (Het controlelampje Automatic+ knippert 1x extra). 2 Fabrieksinstelling. (Het controlelampje Automatic+ knippert 2x extra). 3 Het controlelampje Luchtkanalen reinigen brandt reeds bij geringe pluisvorming. (Het controlelampje Automatic+ knippert 3x extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. D Druk 8x op de toets Temperatuur laag. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 1x lang. Controle ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. 61 Programmeerfuncties Bevestigingstoon instellen Elk gebruik wordt akoestisch bevestigd. Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Fabrieksinstelling. Bevestigingstoon uit. I Bevestigingstoon aan (Het controlelampje Automatic+ knippert extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. Controle D Druk 9x op de toets Temperatuur laag. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 1x lang en 1x kort. 62 ^ Voer de stappen A tot D uit. Programmeerfuncties Instelling van de geleidbaarheid wijzigen ,U dient deze programmeerfunc- tie alleen in te stellen wanneer de restvochtigheid van het wasgoed verkeerd wordt berekend door heel kalkarm water. Voorwaarde Het water waarin het textiel wordt gewassen is uiterst zacht en de geleidbaarheid is kleiner dan 150 µS. De geleidbaarheid van het drinkwater kunt u bij uw waterbedrijf opvragen. Activeer deze programmeerfunctie echt alleen dan, wanneer aan de bovenstaande voorwaarde wordt voldaan. Anders is het droogresultaat niet bevredigend! Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen. – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 1x lang en 2x kort. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Fabrieksinstelling. I Geleidbaarheidsinstelling laag (Het controlelampje Automatic+knippert extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Controle ^ Voer de stappen A tot D uit. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. Voorwaarde: – De droogautomaat is uitgeschakeld. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. D Druk 10x op de toets Temperatuur laag. 63 Programmeerfuncties Droogtegraadstappen toevoegen U kunt bij veel programma's droogtegraadstappen toevoegen: mangelvochtig+ (droger dan mangelvochtig). bijna droog (droger dan strijkvochtig). kastdroog+ (droger dan kastdroog). Deze programmeerfunctie is alleen actief bij programma's waarbij droogniveaus kunnen worden ingesteld. Het programmeren en opslaan gebeurt met behulp van de toetsen in volgende stappen A tot F. Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aangeduid, dat afwisselend verschijnt met P. 0 Fabrieksinstelling. I Droogtegraadstappen toevoegen (Het controlelampje Automatic+ knippert extra). E Door op de toets Start/Stop te drukken, kunt u het getal omschakelen. F Schakel de droogautomaat uit. Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk willekeurig moment wijzigen. Controle Voorwaarde: ^ Voer de stappen A tot D uit. – De droogautomaat is uitgeschakeld. ^ Schakel na stap D de droogautomaat uit. – De deur is dicht. A Druk op de toets Start/Stop en houd deze tijdens de stappen B-C ingedrukt. B Schakel de droogautomaat in. Zo kunt u de toegevoegde droogtegraden oproepen ^ Kies een programma. Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt . . . ^ Druk zo vaak op de toets voor de droogtegraad tot telkens een of twee controlelampjes branden. C . . . en laat dan de toets Start/Stop los. – Controlelampje Extra droog en Kastdroog = Kastdroog+ D Druk 11x op de toets Temperatuur laag. – Controlelampje Kastdroog en Strijkvochtig = Bijna droog – Het controlelampje Temperatuur laag knippert 1x lang en 3x kort. – Controlelampje Strijkvochtig en Mangelvochtig = Mangelvochtig+ 64 65 66 67 Wijzigingen voorbehouden/4715 M.-Nr. 09 871 970 / 01
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68

Miele T 8723 LW de handleiding

Type
de handleiding