bedienen.
aan uitvoert.
bediend.
Gebruik van het Gereedschap (Continued)
• Voorkom blootstelling aan en inademen van schadelijke stoffen
een deeltjes die vrijkomen bij gebruik van elektrisch gereedschap:
De stof die veroorzaakt wordt door schuren, zagen, afslijpen
en boren met elektrisch gereedschap, alsmede andere
constructiewerkzaamheden, bevat chemicaliën die bekend
staan als kankerverwekkend en die geboorteafwijkingen of
andere voor de voortplanting nadelige gevolgen kunnen
hebben. Enkele van deze chemicaliën zijn:
- lood uit loodhoudende verf ;
- kristallijnsilica in baksteen, cement en andere
metselwerkproducten;
- arsenicum en chroom in met chemicaliën behandeld
timmerhout.
De risicofactor op grond van deze blootstellingen varieert,
afhankelijk van de regelmaat waarmee u deze
werkzaamheden verricht. De blootstelling aan deze
chemicaliën kan als volgt worden gereduceerd: werk in een
goed geventileerde ruimte en met goedgekeurde
beschermingsmiddelen, zoals stofmaskers die specifiek
ontworpen zijn voor het uitfilteren van microscopische
deeltjes.
• Elektrisch gereedschap kan trillen tijdens het gebruik. Trilling,
herhaaldelijke bewegingen of oncomfortabele posities kunnen
schadelijk zijn voor uw handen en armen. Stop met het gebruik
van gereedschap wanneer u ongemak of een tintelend gevoel of
pijn ervaart. Vraag medisch advies alvorens het werk te
hervatten.
• Zorg voor gebalanceerde en stevige lichaamshouding. Niet te ver
uitreiken tijdens gebruik van dit gereedschap. Anticipeer en let op
veranderingen in beweging, reactiekoppels of krachten tijdens
starten en gebruik.
• Het gereedschap en/of de bijbehorende hulpstukken kunnen korte
tijd blijven doordraaien nadat de regelhendel wordt losgelaten.
• Om ongewild starten te voorkomen moet het gereedschap in de
stand “uit” zijn gezet, voordat de luchtdruk wordt ingeschakeld.
Bij het dragen de regelhendel niet aanraken en de regelhendel met
luchtverlies loslaten lloslaten.
• De werkstukken moeten goed vastgezet zijn. Maak zoveel
mogelijk gebruik van klemmen of bankschroeven om het
werkstuk vast te zetten.
• Het werktuig niet aan de slang dragen of slepen.
• Gebruik geen elektrisch gereedschap bij vermoeidheid of onder de
invloed van medicijnen, drugs of alcohol.
• Gebruik nooit een beschadigd of defect gereedschap of accessoire.
• Het gereedschap, de veiligheidsinrichtingen of bijbehorende
hulpstukken mogen niet gemodificeerd worden.
• Dit product uitsluitend gebruiken voor de aanbevolen doeleinden.
• Uitsluitend de door Ingersoll-Rand aanbevolen bijbehorende
hulpstukken gebruiken.
• Bij omkeerbare typen dient u voordat het gereedschap in gebruik
wordt genomen eerst op de stand van de omkeerhendel te letten,
zodat u de draairichting kent wanneer de regelaar wordt
gebruikt.
• Gebruik alleen slagmoersleuteldoppen en bijbehorende
hulpstukken op deze slagmoersleutel. Geen handmoersleutels
(chroom) of bijbehorende hulpstukken gebruiken.
• Controleer regelmatig het aandrijfeinde van het gereedschap om
er zeker van te zijn dat de borgpen voor de dopsleutel goed
functioneert en dat de moerdoppen en aandrijfeinden niet te ver
versleten zijn, waardoor de moerdop tijdens het draaien van de
moer af zou kunnen komen.