GRAUPNER ULTRAMAT 8 de handleiding

Type
de handleiding
Graupner Best.-nr. 6411
Handleiding
ULTRAMAT 8
Microprocessorgestuurde prestatie snellader voor 1-10 NiCd/ NiMh en 1-4 LiPo cellen
Maximale laadstroom tot 3 A
Ingebouwde balancer voor Li-accu’s
Nederlands
Algemene veiligheidsvoorschriften
1. algemeen
Om alle eigenschappen van uw nieuwe laadapparaat volledig te kunnen benutten, moet u vóór het eerste gebruik de volgende
beschrijving volledig en zorgvuldig doorlezen. Let u vooral op de waarschuwings- en veiligheidsaanwijzingen. Deze handleiding
moet op een veilige plaats worden bewaard en aan een volgende gebruiker van het laadapparaat worden overhandigd.
Met de ULTRAMAT 8 heeft u een modern product met buitengewone eigenschappen aangeschaft. Door de toepassing van modernste
halfgeleidertechnieken, aangestuurd door een krachtige RISC-microprocessor worden geweldige laadeigenschappen , eenvoudige
bediening en optimale betrouwbaarheid bereikt die normaal gesproken alleen in duidelijk duurdere apparaten te vinden zijn.
Met de ULTRAMAT 8 kunnen bijna alle in de modelbouw voorkomende Nikkel-Cadmium (Ni-Cd) sintercellenaccu’s, Nikkel-Metaal-Hydride
(NiMH) accu’s, Lithium-Polymeer (LiPo) geladen worden. Deze gasdicht gesloten accu’s zijn het meest geschikt gebleken voor de RC-
modelbouw. Ze zijn mechanisch robuust, kunnen overal worden gebruikt, en zijn ongevoelig voor storingen. Afgezien van het feit dat ze niet
diep ontladen mogen raken, kunnen deze accu’s probleemloos gedurende lange tijd bewaard worden.
Aanwijzing
U moet altijd de laadaanwijzingen van de accufabrikanten opvolgen, en letten op de laadstromen en laadtijden. Er mogen alleen accu’s
snelgeladen worden, die uitdrukkelijk voor deze hoge laadstroom geschikt zijn!
Bedenkt u alstublieft, dat nieuwe accu’s pas na meerdere laad/ontlaadcycli hun volle capaciteit bereiken, ook kunnen nieuwe accu’s te vroeg
afschakelen.
2. waarschuwingen en veiligheidsaanwijzingen
Het laadapparaat beschermen tegen stof, vocht, regen, hitte ( b.v. directe zonnestralen) en trillingen. Alleen gebruiken in droge ruimten!
De sleuven in de behuizing en de ventilator dienen ter koeling van het apparaat en mogen niet afgedekt of gesloten worden. Het
apparaat moet tijdens het laden vrij worden opgesteld, zodat de lucht ongehinderd circuleren kan.
Het laadapparaat is zowel voor de aansluiting aan een 12 V- autoaccu (12 … 14 V DC) als ook voor de aansluiting aan 100 ~240 VAC
geschikt. Kies de desbetreffende ingang. Sluit nooit de beide ingangen tegelijkertijd aan. Sluit nooit een wisselspanning aan de ingang
voor gelijkspanning aan! Er mogen geen veranderingen aan het apparaat worden doorgevoerd.
Het laadapparaat en de te laden accu moeten tijdens het laden op een niet brandbare, hittebestendige en elektrisch niet geleidende
ondergrond staan! Nooit direct op autostoelen, vloerbedekking o.i.d. neerzetten! Ook moeten brandbare of snel ontvlambare voorwerpen
uit de buurt van de laadapparatuur worden gehouden. Let op goede ventilatie.
Verbindt u het laadapparaat alleen direct met de originele aansluitdraden en aansluitklemmen direct met de autoaccu. De motor van
de auto moet, zolang de ULTRAMAT 8 met de auto in verbinding staat, uitgezet zijn! De autoaccu mag niet gelijktijdig door een
ander laadapparaat worden opgeladen!
De laaduitgangen en de aansluitkabels mogen niet veranderd of onder elkaar op de één of andere manier verbonden worden. Tussen
de laaduitgangen en de carrosserie van de auto bestaat tijdens het gebruik kortsluitinggevaar! Laad- en aansluitkabels mogen tijdens het
laden niet opgerold zijn! Vermijdt u kortsluiting met de laaduitgang resp. de accu en de autocarrosserie. Zet u daarom het apparaat nooit
direct op de carrosserie van de auto.
Laat u het laadapparaat nooit zonder toezicht aangesloten aan de stroomvoorziening.
Er mag maar één te laden accu aan iedere laadaansluiting aangesloten worden.
De volgende accu’s mogen niet
aan het laadapparaat worden aangesloten:
-NiCd-/ NiMH-accu’s met meer dan 10 cellen, LiPo met meer dan 4 cellen.
-Accu’s die een andere laadtechniek dan NiCd-, NiMH-, Lithium accu’s nodig hebben.
-Defecte, beschadigde cellen of accu’s.
-Accu’s van parallel geschakelde of verschillende cellen.
-Mixen van oude en nieuwe cellen of cellen van verschillend fabrikaat.
-Niet oplaadbare batterijen (droge batterijen). Let op: explosiegevaar!
-Accu’s of cellen die door de fabrikant niet uitdrukkelijk bestemd zijn om door de bij dit laadapparaat optredende laadstromen
geladen te worden.
-Al opgeladen, hete of niet volledig leeggemaakte cellen of accu’s.
-Accu’s of cellen met geïntegreerde laad- of afschakelapparatuur.
-Accu’s of cellen die in een apparaat zijn ingebouwd of gelijktijdig met andere delen elektrisch in verbinding staan.
Om kortsluiting aan de bananenstekkers van de laadkabel te voorkomen, moet u altijd eerst de laadkabel met het laadapparaat
verbinden en dan pas met de accu! Bij het losmaken omgekeerd.
Controleert u na een “vol-“melding, of de door het apparaat aangeduide laadhoeveelheid ook overeenkomt met de door u verwachte
hoeveelheid. Zo herkent u op een betrouwbare manier foutieve, te vroege afschakelingen. De kans op te vroege afschakelingen is
afhankelijk van veel factoren en het grootst bij diep ontladen accu’s, een gering aantal cellen of bepaalde accutypen.
Controleert u door meerdere proefladingen, (vooral bij geringe aantallen cellen) of de afschakelautomaat probleemloos functioneert.
Soms worden volle accu’s door een zwakke Peak niet herkend.
Vóór het laden checken: Zijn de bij de accu passende laadprogramma’s, de juiste laad-/ontlaadstromen en de bij NiCd en NiMH
belangrijke, juiste afschakelspanningen ingesteld? Zijn alle verbindingen in orde, zijn er breuken in de kabels of stekkers? Bedenkt u
a.u.b., dat het snelladen van accu’s gevaarlijk kan zijn. Al een korte onderbreking als gevolg van een slecht contact kan een foutmelding
ten gevolge hebben, een nieuwe laadstart veroorzaken en de aangesloten accu totaal overladen.
3. algemene gebruiksaanwijzingen
laden van accu’s
Bij het laden van accu’s wordt aan de accu de ingestelde hoeveelheid stroom toegevoerd die de vermenigvuldiging van laadstroom ×
laadtijd is. De laadstroom kan worden ingesteld op 0,5, 1,5 of 3A. In het LiPo laadproces wordt de laadstroom automatisch verlaagd voor
het bereiken van de afslagspanning van de accu (accu-vol). De maximaal toegestane laadstroom is afhankelijk van het betreffende accutype
en kan ontleend worden aan de gegevens van de accufabrikant.
De maximale laadstroom is 3 Ampere.
Accu´s mogen enkel onder toezicht geladen worden.
Accu´s ALTIJD op een vuurvaste ondergrond laden.
Defecte of opgeblazen Lithium (LiPo) cellen in geen geval opnieuw laden.
De te laden Lithium accu altijd ook aansluiten op de LiPo balancer aansluiting met originele Graupner stekker.
Let op alle contacten dienen continu te zijn, slechte verbindingen kunnen leiden tot onderbreking en nieuw opstarten van het
laadproces, en kan de accu overladen
Lithium Polymer cellen
De Ultramat 8 is uitsluitend geschikt voor het laden van Lithium-Polymer accu’s met een nominale spanning van 3,7Volt per cel. Lithium
accu’s hebben een wezenlijk hogere capaciteit dan andere accu’s. Lithium accu’s vereisen echter een ander laadproces en ontlading. De
voorschriften moeten altijd in acht genomen worden. Technische specificaties en voorschriften van de accu zelf altijd in acht nemen. Lithium
accu’s kunnen uitsluitend met daarvoor geschikte laders geladen worden, die ingesteld zijn op de accu specificaties (laadspanning en accu
capaciteit). Het laadproces loopt in tegenstelling tot het laden van Nikkel accu’s via een constant stroom/constante spanning laadproces. De
laadstroom wordt bepaald door de accucapaciteit en door de lader automatisch ingesteld. Lithium accu’s worden met 1-2C geladen. 1C
Laadstroom is een laad stroom gelijk aan de capaciteit van de accu. Bijvoorbeeld bij een accu met 1500 mAh is 1C laadstroom 1500 mA, is
1,5 A. De laadstroom wordt bij de Ultramat 8 op het apparaat ingesteld. Bij het naderen van de afslagspanning van de accu wordt de
laadstroom automatisch verminderd om het overschrijden van de afslagspanning te voorkomen.
NiMH / NiCd
De Ultramat 8 is uitsluitend geschikt voor het laden van NiMh/NiCd accu’’s van 1-10 cellen met een nominale spanning van 1,2 V. De
automatische afslag (accu vol herkeninning) geschied volgens het Delta-Peak systeem (ook bekend als Delta-V of Delta-U systeem). Dit
proces stopt het laden bij het bereik van de maximale spanning van een cel, die exact gelijk valt met het bereiken van de maximale
capaciteit van de accu. Tijdens het laden van een accu stijgt het voltage, wanneer de accu vol is zorgt de stijging van de temperatuur voor
vermindering van de accuspanning. Dit omslagpunt wordt door de lader waargenomen. De omslaggevoeligheid in Voltage per cel kan
ingesteld worden op de lader. In praktijk wordt 5-20mV per cel gebruikt. Hogere afslag voltages lijden tot overladen accu’s, lagere instelling
leiden tot het niet vol laden van de accu. Proefondervindelijk kunt u vaststellen welke afslagspanning voor de accu het meest geschikt is.
Begin hierbij altijd 5mV
Na het laden moet de accu handwarm zijn 30-45 Celsius. De laadstroom stelt u in met de stroomschakelaar. Snellaadbare NiCd/NiMh
accu’s kunnen standaard met 1C geladen worden. 1C Laadstroom is een laad stroom gelijk aan de capaciteit van de accu. Bijvoorbeeld bij
een accu met 1500 mAh is 1C laadstroom 1500 mA, is 1,5 A. De laadstroom wordt bij de Ultramat 8 op het apparaat ingesteld.
Uitsluiting van aansprakelijkheid
Het opvolgen van de handleiding en de voorwaarden en methoden bij installatie, gebruik en onderhoud kunnen door de Fa. GRAUPNER
niet gecontroleerd worden. Daarom neemt de Fa. GRAUPNER geen verantwoordelijkheid voor verliezen, schaden of kosten, die resulteren
uit foutieve toepassing of gebruik, of daarmee op welke manier dan ook samenhangen.
Componenten en toebehoren
Gruner GmbH &Co. KG adviseert het gebruik van originele onderdelen en toebehoren. Die door Graupner op deugdelijkheid, functioneren
en zekerheid getest zijn. Graupner staat enkel voor deze produkten in voor de produktaansprakelijkheid. Graupner is niet aansprakelijk voor
produkten en onderdelen van andere fabrikanten en beoordelen niet de risico’s van deze produkten.
Gebruiksaanwijzingen
Ingebruikname
De lader wordt op een 100-240 V AC aansluiting op het lichtnet aangesloten. Of aangesloten op een 12V DC autoaccu of netvoeding
(minimaal 5A 11-15V)
Standby modus
Zodra de Ultramat 8 aan een stroombron aangesloten is knipperen alle drie de LED’s éénmaal. Daarna knipperen de blauwe en rode LED
gelijktijdig éénmaal per 3 seconde, dit is de Standby modus. Let op zodra u de LiPo of NiMH laadknop tijdens tijdens het laden indrukt keert
de lader terug in de Standby modus.
Laadmodus
LiPo accu’s
Stel de laadstroom op de vereiste stroom in. Sluit nu een de originele Graupner LiPo accu (tot maximaal 4 cellen) door middel van een
laadkabel op de “battery” aansluitpolen rood=+, zwart =- . Sluit nu de balance kabel aan, let op de juiste verpoling, van rechts naar links: (Pin
1 (GND): massa= akku -, Pin2 (1) .: +cel1, Pin3(2).: +cel2, Pin4(3).: +cel3. Pin5 (4).: plus cel 4. De groene led geeft aan dat de Balance
kabel goed is aangesloten en werkt.
Om de LiPo accu te laden drukt u nadat alles is aangesloten op de “LiPo” knop. De blauwe “LiPo” led brand en geeft aan dat de LiPo accu
wordt geladen. Nogmaals drukken op de LiPo knop onderbreekt het laadproces. De Ultramat 8 keert dan terug in de Standby modus. De
Ultramat 8 is ontwikkeld om LiPo accu’s zo eenvoudig en veilig mogelijk te laden. Dat betekent dat het laden met een lage laadstroom begint
en pas nadat de accu weerstand en spanning gemeten is wordt de laadstroom volautomatisch verhoogt. Bij het naderen van de
afslagspanning van de accu wordt de laadstroom automatisch verminderd om het overschrijden van de afslagspanning te voorkomen. Door
dit proces wordt de accu 100% veilig vol geladen.
Accu vol modus
Zodra de accu vol is, zijn laadcapaciteit bereikt heeft schakelt de het laadproces automatisch uit. Het knipperen, per 0,5 seconde van de
blauwe led geeft weer dat de accu vol is. Een signaaltoon van 15 seconde geeft acoustisch weer dat de accu vol is. Wanneer de groen led
uit gaat is de accu gebalanceerd, of de balance kabel niet aangesloten. LiPo accu’s worden tijdens het laadproces nauwelijks warmer,
omdat bij het naderen van de afslagspanning van de accu de laadstroom automatisch wordt verminderd. Maak alle stekkerverbindingen nu
los en breng de lader door een druk op de “LiPo”knop weer in de standby modus. De blauwe en rode led zullen weer in een drie seconde
takt knipperen.
Laadmodus
NiMH / NiCd accu’s
Stel de keuzeschakelaar in op de gewenste Delta Peak afslagspanning (bijvoorbeeld 5 mV voor NiMh en 20mV voor NiCd. Stel de
stroomkeuzeschakelaar in op de gewenste laadstroom. Sluit een Graupner NiCd of NiMh accu aan van maximaal 10 cellen. Druk nadat de
accu middels een laadkabel aan de lader is verbonden op de “NiMh / NiCd knop”. De rode led geeft aan dat NiMh/NiCd laadprocedure laadt.
Nogmaals drukken op de NiMh/NiCd knop onderbreekt het laadproces. De Ultramat 8 keert dan terug in de Standby modus. De Ultramat 8
is ontwikkeld om NiMh/NiCdo accu’s zo eenvoudig en veilig mogelijk te laden. Dat betekent dat het laden met een lage laadstroom begint en
pas nadat de accu weerstand en spanning gemeten is wordt de laadstroom volautomatisch verhoogt. Deze laadmethode laadt de accu
100% vol op zorgt voor een lange levensduur.
Accu vol modus
Zodra de accu vol is, zijn laadcapaciteit bereikt heeft schakelt de het laadproces automatisch uit. Het knipperen, per 0,5 seconde van de
rode led geeft weer dat de accu vol is. Een signaaltoon van 15 seconde lang met seconde-interval geeft acoustisch weer dat de accu vol is.
Het is normaal dat een NiMh/NiCd accu tegen het einde van het laadproces warmer wordt (circa 30-45 celsius). Ontkoppel de accu en druk
nogmaals op de NiMh/NiCd knop om de lader in standby modus te brengen. De blauwe en rode led zullen weer met een drie seconde
interval knipperen. Wanneer u geen verdere accu’s laad ontkoppelt u de lader van de ingangsspanning.
Let op.:
Warme accu’s presteren beter dan koude, in de winter kunnen de accu’s dus een lager voltage aangeven.
Het overladen, dan wel diep ontladen van cellen maakt de accu’s onherstelbaar defekt.
Foutmeldingmodus
De Ultramat 8 is voorzien van diverse moderne technieken die de accu en het laadapparaat beschermen.
De lader is beveiligd tegen omgepoold aansluiten op in- en uitgangsspanning. Zodra er een fout wordt geconstateerd gaat de lader in
foutmelding modus. De foutmelding modus wordt aangegeven door het gelijktijdig knipperen van de blauwe en rode led en het gelijktig
piepen van een signaaltoon met halve seconde interval. De foutmodus is uit te lezen aan het aantal keren dat de leds knipperen voor de drie
seconde pauze.
LED Fout
1X Ingangsspanning fout: te laag, onder 11 V of te hoog, boven 15V
2X Accu omgepoold aangesloten
3X Geen accu aan de laaduitgang aangesloten
4X Overschreiding van de maximale laadtijd
5X Niet laadbare accu aangesloten (NiMh op Lipo procedure), balancer onderbroken
6X Probleem met de interne schakeling (insturen aan Graupner service)
Technische gegevens
Ingangsspannning 11-15V Accutypes Lithium-Polymer (3,7v per cel)
Aantal cellen 1-4 LiPo / 1-10 NiCd NiMh NiMh / NiCd
Laadstroom 0,5A ; 1,5A ; 3A (<30W) Weergave LED, blauw, rood, groen
Beveiligingen tegen ompolen op in- en uitgangspanning Aansluiting11-15V Krokodillenklemmen
Tegen verkeerd aantal cellen Aansluiting
spanningsfouten 110-240V AC Geaarde stekker
Laaduitgang Graupner 4mm contrastekkers Afmetingen 151x130x48 mm (LxBxH)
Gewicht circa 430
Graupner GmbH & co. KG – Postfach 1242 – D-73220 Kirchheim Teck

Documenttranscriptie

Graupner Best.-nr. 6411 Handleiding ULTRAMAT 8 Microprocessorgestuurde prestatie snellader voor 1-10 NiCd/ NiMh en 1-4 LiPo cellen Maximale laadstroom tot 3 A Ingebouwde balancer voor Li-accu’s Nederlands Algemene veiligheidsvoorschriften 1. algemeen Om alle eigenschappen van uw nieuwe laadapparaat volledig te kunnen benutten, moet u vóór het eerste gebruik de volgende beschrijving volledig en zorgvuldig doorlezen. Let u vooral op de waarschuwings- en veiligheidsaanwijzingen. Deze handleiding moet op een veilige plaats worden bewaard en aan een volgende gebruiker van het laadapparaat worden overhandigd. Met de ULTRAMAT 8 heeft u een modern product met buitengewone eigenschappen aangeschaft. Door de toepassing van modernste halfgeleidertechnieken, aangestuurd door een krachtige RISC-microprocessor worden geweldige laadeigenschappen , eenvoudige bediening en optimale betrouwbaarheid bereikt die normaal gesproken alleen in duidelijk duurdere apparaten te vinden zijn. Met de ULTRAMAT 8 kunnen bijna alle in de modelbouw voorkomende Nikkel-Cadmium (Ni-Cd) sintercellenaccu’s, Nikkel-Metaal-Hydride (NiMH) accu’s, Lithium-Polymeer (LiPo) geladen worden. Deze gasdicht gesloten accu’s zijn het meest geschikt gebleken voor de RCmodelbouw. Ze zijn mechanisch robuust, kunnen overal worden gebruikt, en zijn ongevoelig voor storingen. Afgezien van het feit dat ze niet diep ontladen mogen raken, kunnen deze accu’s probleemloos gedurende lange tijd bewaard worden. Aanwijzing U moet altijd de laadaanwijzingen van de accufabrikanten opvolgen, en letten op de laadstromen en laadtijden. Er mogen alleen accu’s snelgeladen worden, die uitdrukkelijk voor deze hoge laadstroom geschikt zijn! Bedenkt u alstublieft, dat nieuwe accu’s pas na meerdere laad/ontlaadcycli hun volle capaciteit bereiken, ook kunnen nieuwe accu’s te vroeg afschakelen. 2. waarschuwingen en veiligheidsaanwijzingen • • • • • • • • • • • • • Het laadapparaat beschermen tegen stof, vocht, regen, hitte ( b.v. directe zonnestralen) en trillingen. Alleen gebruiken in droge ruimten! De sleuven in de behuizing en de ventilator dienen ter koeling van het apparaat en mogen niet afgedekt of gesloten worden. Het apparaat moet tijdens het laden vrij worden opgesteld, zodat de lucht ongehinderd circuleren kan. Het laadapparaat is zowel voor de aansluiting aan een 12 V- autoaccu (12 … 14 V DC) als ook voor de aansluiting aan 100 ~240 VAC geschikt. Kies de desbetreffende ingang. Sluit nooit de beide ingangen tegelijkertijd aan. Sluit nooit een wisselspanning aan de ingang voor gelijkspanning aan! Er mogen geen veranderingen aan het apparaat worden doorgevoerd. Het laadapparaat en de te laden accu moeten tijdens het laden op een niet brandbare, hittebestendige en elektrisch niet geleidende ondergrond staan! Nooit direct op autostoelen, vloerbedekking o.i.d. neerzetten! Ook moeten brandbare of snel ontvlambare voorwerpen uit de buurt van de laadapparatuur worden gehouden. Let op goede ventilatie. Verbindt u het laadapparaat alleen direct met de originele aansluitdraden en aansluitklemmen direct met de autoaccu. De motor van de auto moet, zolang de ULTRAMAT 8 met de auto in verbinding staat, uitgezet zijn! De autoaccu mag niet gelijktijdig door een ander laadapparaat worden opgeladen! De laaduitgangen en de aansluitkabels mogen niet veranderd of onder elkaar op de één of andere manier verbonden worden. Tussen de laaduitgangen en de carrosserie van de auto bestaat tijdens het gebruik kortsluitinggevaar! Laad- en aansluitkabels mogen tijdens het laden niet opgerold zijn! Vermijdt u kortsluiting met de laaduitgang resp. de accu en de autocarrosserie. Zet u daarom het apparaat nooit direct op de carrosserie van de auto. Laat u het laadapparaat nooit zonder toezicht aangesloten aan de stroomvoorziening. Er mag maar één te laden accu aan iedere laadaansluiting aangesloten worden. De volgende accu’s mogen niet aan het laadapparaat worden aangesloten: -NiCd-/ NiMH-accu’s met meer dan 10 cellen, LiPo met meer dan 4 cellen. -Accu’s die een andere laadtechniek dan NiCd-, NiMH-, Lithium accu’s nodig hebben. -Defecte, beschadigde cellen of accu’s. -Accu’s van parallel geschakelde of verschillende cellen. -Mixen van oude en nieuwe cellen of cellen van verschillend fabrikaat. -Niet oplaadbare batterijen (droge batterijen). Let op: explosiegevaar! -Accu’s of cellen die door de fabrikant niet uitdrukkelijk bestemd zijn om door de bij dit laadapparaat optredende laadstromen geladen te worden. -Al opgeladen, hete of niet volledig leeggemaakte cellen of accu’s. -Accu’s of cellen met geïntegreerde laad- of afschakelapparatuur. -Accu’s of cellen die in een apparaat zijn ingebouwd of gelijktijdig met andere delen elektrisch in verbinding staan. Om kortsluiting aan de bananenstekkers van de laadkabel te voorkomen, moet u altijd eerst de laadkabel met het laadapparaat verbinden en dan pas met de accu! Bij het losmaken omgekeerd. Controleert u na een “vol-“melding, of de door het apparaat aangeduide laadhoeveelheid ook overeenkomt met de door u verwachte hoeveelheid. Zo herkent u op een betrouwbare manier foutieve, te vroege afschakelingen. De kans op te vroege afschakelingen is afhankelijk van veel factoren en het grootst bij diep ontladen accu’s, een gering aantal cellen of bepaalde accutypen. Controleert u door meerdere proefladingen, (vooral bij geringe aantallen cellen) of de afschakelautomaat probleemloos functioneert. Soms worden volle accu’s door een zwakke Peak niet herkend. Vóór het laden checken: Zijn de bij de accu passende laadprogramma’s, de juiste laad-/ontlaadstromen en de bij NiCd en NiMH belangrijke, juiste afschakelspanningen ingesteld? Zijn alle verbindingen in orde, zijn er breuken in de kabels of stekkers? Bedenkt u a.u.b., dat het snelladen van accu’s gevaarlijk kan zijn. Al een korte onderbreking als gevolg van een slecht contact kan een foutmelding ten gevolge hebben, een nieuwe laadstart veroorzaken en de aangesloten accu totaal overladen. 3. algemene gebruiksaanwijzingen laden van accu’s Bij het laden van accu’s wordt aan de accu de ingestelde hoeveelheid stroom toegevoerd die de vermenigvuldiging van laadstroom × laadtijd is. De laadstroom kan worden ingesteld op 0,5, 1,5 of 3A. In het LiPo laadproces wordt de laadstroom automatisch verlaagd voor het bereiken van de afslagspanning van de accu (accu-vol). De maximaal toegestane laadstroom is afhankelijk van het betreffende accutype en kan ontleend worden aan de gegevens van de accufabrikant. De maximale laadstroom is 3 Ampere. • Accu´s mogen enkel onder toezicht geladen worden. • Accu´s ALTIJD op een vuurvaste ondergrond laden. • Defecte of opgeblazen Lithium (LiPo) cellen in geen geval opnieuw laden. • De te laden Lithium accu altijd ook aansluiten op de LiPo balancer aansluiting met originele Graupner stekker. • Let op alle contacten dienen continu te zijn, slechte verbindingen kunnen leiden tot onderbreking en nieuw opstarten van het laadproces, en kan de accu overladen Lithium Polymer cellen De Ultramat 8 is uitsluitend geschikt voor het laden van Lithium-Polymer accu’s met een nominale spanning van 3,7Volt per cel. Lithium accu’s hebben een wezenlijk hogere capaciteit dan andere accu’s. Lithium accu’s vereisen echter een ander laadproces en ontlading. De voorschriften moeten altijd in acht genomen worden. Technische specificaties en voorschriften van de accu zelf altijd in acht nemen. Lithium accu’s kunnen uitsluitend met daarvoor geschikte laders geladen worden, die ingesteld zijn op de accu specificaties (laadspanning en accu capaciteit). Het laadproces loopt in tegenstelling tot het laden van Nikkel accu’s via een constant stroom/constante spanning laadproces. De laadstroom wordt bepaald door de accucapaciteit en door de lader automatisch ingesteld. Lithium accu’s worden met 1-2C geladen. 1C Laadstroom is een laad stroom gelijk aan de capaciteit van de accu. Bijvoorbeeld bij een accu met 1500 mAh is 1C laadstroom 1500 mA, is 1,5 A. De laadstroom wordt bij de Ultramat 8 op het apparaat ingesteld. Bij het naderen van de afslagspanning van de accu wordt de laadstroom automatisch verminderd om het overschrijden van de afslagspanning te voorkomen. NiMH / NiCd De Ultramat 8 is uitsluitend geschikt voor het laden van NiMh/NiCd accu’’s van 1-10 cellen met een nominale spanning van 1,2 V. De automatische afslag (accu vol herkeninning) geschied volgens het Delta-Peak systeem (ook bekend als Delta-V of Delta-U systeem). Dit proces stopt het laden bij het bereik van de maximale spanning van een cel, die exact gelijk valt met het bereiken van de maximale capaciteit van de accu. Tijdens het laden van een accu stijgt het voltage, wanneer de accu vol is zorgt de stijging van de temperatuur voor vermindering van de accuspanning. Dit omslagpunt wordt door de lader waargenomen. De omslaggevoeligheid in Voltage per cel kan ingesteld worden op de lader. In praktijk wordt 5-20mV per cel gebruikt. Hogere afslag voltages lijden tot overladen accu’s, lagere instelling leiden tot het niet vol laden van de accu. Proefondervindelijk kunt u vaststellen welke afslagspanning voor de accu het meest geschikt is. Begin hierbij altijd 5mV Na het laden moet de accu handwarm zijn 30-45 Celsius. De laadstroom stelt u in met de stroomschakelaar. Snellaadbare NiCd/NiMh accu’s kunnen standaard met 1C geladen worden. 1C Laadstroom is een laad stroom gelijk aan de capaciteit van de accu. Bijvoorbeeld bij een accu met 1500 mAh is 1C laadstroom 1500 mA, is 1,5 A. De laadstroom wordt bij de Ultramat 8 op het apparaat ingesteld. Uitsluiting van aansprakelijkheid Het opvolgen van de handleiding en de voorwaarden en methoden bij installatie, gebruik en onderhoud kunnen door de Fa. GRAUPNER niet gecontroleerd worden. Daarom neemt de Fa. GRAUPNER geen verantwoordelijkheid voor verliezen, schaden of kosten, die resulteren uit foutieve toepassing of gebruik, of daarmee op welke manier dan ook samenhangen. Componenten en toebehoren Gruner GmbH &Co. KG adviseert het gebruik van originele onderdelen en toebehoren. Die door Graupner op deugdelijkheid, functioneren en zekerheid getest zijn. Graupner staat enkel voor deze produkten in voor de produktaansprakelijkheid. Graupner is niet aansprakelijk voor produkten en onderdelen van andere fabrikanten en beoordelen niet de risico’s van deze produkten. Gebruiksaanwijzingen Ingebruikname De lader wordt op een 100-240 V AC aansluiting op het lichtnet aangesloten. Of aangesloten op een 12V DC autoaccu of netvoeding (minimaal 5A 11-15V) Standby modus Zodra de Ultramat 8 aan een stroombron aangesloten is knipperen alle drie de LED’s éénmaal. Daarna knipperen de blauwe en rode LED gelijktijdig éénmaal per 3 seconde, dit is de Standby modus. Let op zodra u de LiPo of NiMH laadknop tijdens tijdens het laden indrukt keert de lader terug in de Standby modus. Laadmodus LiPo accu’s Stel de laadstroom op de vereiste stroom in. Sluit nu een de originele Graupner LiPo accu (tot maximaal 4 cellen) door middel van een laadkabel op de “battery” aansluitpolen rood=+, zwart =- . Sluit nu de balance kabel aan, let op de juiste verpoling, van rechts naar links: (Pin 1 (GND): massa= akku -, Pin2 (1) .: +cel1, Pin3(2).: +cel2, Pin4(3).: +cel3. Pin5 (4).: plus cel 4. De groene led geeft aan dat de Balance kabel goed is aangesloten en werkt. Om de LiPo accu te laden drukt u nadat alles is aangesloten op de “LiPo” knop. De blauwe “LiPo” led brand en geeft aan dat de LiPo accu wordt geladen. Nogmaals drukken op de LiPo knop onderbreekt het laadproces. De Ultramat 8 keert dan terug in de Standby modus. De Ultramat 8 is ontwikkeld om LiPo accu’s zo eenvoudig en veilig mogelijk te laden. Dat betekent dat het laden met een lage laadstroom begint en pas nadat de accu weerstand en spanning gemeten is wordt de laadstroom volautomatisch verhoogt. Bij het naderen van de afslagspanning van de accu wordt de laadstroom automatisch verminderd om het overschrijden van de afslagspanning te voorkomen. Door dit proces wordt de accu 100% veilig vol geladen. Accu vol modus Zodra de accu vol is, zijn laadcapaciteit bereikt heeft schakelt de het laadproces automatisch uit. Het knipperen, per 0,5 seconde van de blauwe led geeft weer dat de accu vol is. Een signaaltoon van 15 seconde geeft acoustisch weer dat de accu vol is. Wanneer de groen led uit gaat is de accu gebalanceerd, of de balance kabel niet aangesloten. LiPo accu’s worden tijdens het laadproces nauwelijks warmer, omdat bij het naderen van de afslagspanning van de accu de laadstroom automatisch wordt verminderd. Maak alle stekkerverbindingen nu los en breng de lader door een druk op de “LiPo”knop weer in de standby modus. De blauwe en rode led zullen weer in een drie seconde takt knipperen. Laadmodus NiMH / NiCd accu’s Stel de keuzeschakelaar in op de gewenste Delta Peak afslagspanning (bijvoorbeeld 5 mV voor NiMh en 20mV voor NiCd. Stel de stroomkeuzeschakelaar in op de gewenste laadstroom. Sluit een Graupner NiCd of NiMh accu aan van maximaal 10 cellen. Druk nadat de accu middels een laadkabel aan de lader is verbonden op de “NiMh / NiCd knop”. De rode led geeft aan dat NiMh/NiCd laadprocedure laadt. Nogmaals drukken op de NiMh/NiCd knop onderbreekt het laadproces. De Ultramat 8 keert dan terug in de Standby modus. De Ultramat 8 is ontwikkeld om NiMh/NiCdo accu’s zo eenvoudig en veilig mogelijk te laden. Dat betekent dat het laden met een lage laadstroom begint en pas nadat de accu weerstand en spanning gemeten is wordt de laadstroom volautomatisch verhoogt. Deze laadmethode laadt de accu 100% vol op zorgt voor een lange levensduur. Accu vol modus Zodra de accu vol is, zijn laadcapaciteit bereikt heeft schakelt de het laadproces automatisch uit. Het knipperen, per 0,5 seconde van de rode led geeft weer dat de accu vol is. Een signaaltoon van 15 seconde lang met seconde-interval geeft acoustisch weer dat de accu vol is. Het is normaal dat een NiMh/NiCd accu tegen het einde van het laadproces warmer wordt (circa 30-45 celsius). Ontkoppel de accu en druk nogmaals op de NiMh/NiCd knop om de lader in standby modus te brengen. De blauwe en rode led zullen weer met een drie seconde interval knipperen. Wanneer u geen verdere accu’s laad ontkoppelt u de lader van de ingangsspanning. Let op.: • Warme accu’s presteren beter dan koude, in de winter kunnen de accu’s dus een lager voltage aangeven. • Het overladen, dan wel diep ontladen van cellen maakt de accu’s onherstelbaar defekt. Foutmeldingmodus De Ultramat 8 is voorzien van diverse moderne technieken die de accu en het laadapparaat beschermen. De lader is beveiligd tegen omgepoold aansluiten op in- en uitgangsspanning. Zodra er een fout wordt geconstateerd gaat de lader in foutmelding modus. De foutmelding modus wordt aangegeven door het gelijktijdig knipperen van de blauwe en rode led en het gelijktig piepen van een signaaltoon met halve seconde interval. De foutmodus is uit te lezen aan het aantal keren dat de leds knipperen voor de drie seconde pauze. LED 1X 2X 3X 4X 5X 6X Fout Ingangsspanning fout: te laag, onder 11 V of te hoog, boven 15V Accu omgepoold aangesloten Geen accu aan de laaduitgang aangesloten Overschreiding van de maximale laadtijd Niet laadbare accu aangesloten (NiMh op Lipo procedure), balancer onderbroken Probleem met de interne schakeling (insturen aan Graupner service) Technische gegevens Ingangsspannning Aantal cellen Laadstroom Beveiligingen Laaduitgang Gewicht 11-15V 1-4 LiPo / 1-10 NiCd NiMh 0,5A ; 1,5A ; 3A (<30W) tegen ompolen op in- en uitgangspanning Tegen verkeerd aantal cellen spanningsfouten Graupner 4mm contrastekkers circa 430 Accutypes Lithium-Polymer (3,7v per cel) NiMh / NiCd Weergave LED, blauw, rood, groen Aansluiting11-15V Krokodillenklemmen Aansluiting 110-240V AC Geaarde stekker Afmetingen 151x130x48 mm (LxBxH) Graupner GmbH & co. KG – Postfach 1242 – D-73220 Kirchheim Teck
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13

GRAUPNER ULTRAMAT 8 de handleiding

Type
de handleiding