Wacker Neuson PT2 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruikershandleiding
Pomp
PT2 / PT2A / PT2H
PT3 / PT3A / PT3H
Type PT2 / PT2A / PT2H
PT3 / PT3A / PT3H
Document 5100016580
Editie 1215
Versie 02
Taal
NL
Copyright-
mededeling
© Copyright 2015 by Wacker Neuson Production Americas LLC.
Alle rechten, inclusief het recht tot kopiëren en van verspreiding zijn
voorbehouden.
Deze publicatie mag gefotokopieerd worden door de oorspronkelijke
koper van de machine. Elke andere soort vermenigvuldiging is verboden
zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Wacker Neuson
Production Americas LLC.
Elke soort niet door Wacker Neuson Production Americas LLC
geautoriseerde vermenigvuldiging of versp[reiding vormt een schending
van geldige auteursrechten. Tegen overtreders hiervan zal gerechtelijke
vervolging worden ingesteld.
Handels-merken
Alle handelsmerken waarnaar in deze handleiding verwezen wordt zijn
het eigendom van de respectieve eigenaren ervan.
Fabrikant
Wacker Neuson Production Americas LLC
N92W15000 Anthony Avenue
Menomonee Falls, WI 53051 VS
Tel. (262) 255-0500 · Fax (262) 255-0550 · Tel. (800) 770-0957
www.wackerneuson.com
Vertaalde instructies
Deze Gebruiksaanwijzing is een vertaling van de originele instructies.
De oorspronkelijke taal van deze Gebruiksaanwijzing is Amerikaans
Engels.
PT2 / PT3 Voorwoord
wc_tx004018nl_FM10.fm 3
Voorwoord
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES—Deze gebruiksaanwijzing bevat belangrijke
instructies voor de hieronder vermelde machinemodellen. Deze instructies zijn
speciaal door Wacker Neuson Production Americas LLC gepubliceerd en moeten
tijdens de installatie, bediening en het onderhoud van de machines worden
gevolgd.
Machine-identificatie
Er is een naamplaatje met het modelnummer, artikelnummer, revisienummer en
serienummer bevestigd op elke machine. De locatie van het naamplaatje wordt
hierboven getoond.
Serienummer (S/N)
Neem het serienummer op in de ruimte hieronder voor verwijzing in de toekomst. U
hebt het serienummer bij het bestellen van onderdelen of service voor deze
machine.
Machine
documentatie
Vanaf dit punt in deze documentatie zal naar Wacker Neuson Production
Americas LLC worden verwezen als Wacker Neuson.
Machine Artikelnummer
PT2 5000009318
PT2A, PT2A(I) 5000009092, 5000009095, 5000009237
PT2(I) 5000620725
PT2H, PT2H(I) 5000009094, 5000009097
PT3 5000009321, 5000009322
PT3A, PT3A(I) 5000009098, 5000009101, 5000009240, 5000620800
PT3(I) 5000620726
PT3H, PT3H(I) 5000009100, 5000009103
Serienummer:
wc_gr012659
MADE IN USA
kg
kW
lbs
hp
gpm
Item Number
Type/Model
Rev.
m
ft
Manuf.Yr.
m3/hr
179096
Serial Number
Voorwoord PT2 / PT3
4 wc_tx004018nl_FM10.fm
Bewaar te allen tijde een exemplaar van de Gebruikershandleiding bij de
machine.
Neem contact op met uw Wacker Neuson dealer of bezoek de website van
Wacker Neuson op http://www.wackerneuson.com/ voor meer informatie over
reserveonderdelen.
Zorg dat u het modelnummer, artikelnummer, revisienummer en serienummer
van de machine bij de hand hebt wanneer u onderdelen bestelt of informatie
over onderhoud aanvraagt.
Verwachtingen t.a.v. informatie in deze handleiding
Deze handleiding verschaft de informatie en procedures voor de veilige
bediening en het veilig onderhoud van het/de bovenstaand(e) Wacker Neuson-
model(len). Lees voor uw eigen veiligheid en om het risico van letsel te
verminderen alle instructies die in deze handleiding staan aandachtig door en
zorg ervoor dat u ze begrijpt en naleeft.
De Wacker Neuson behoudt zich uitdrukkelijk het recht voor om, zelfs zonder
voorafgaande kennisgeving, technische wijzigingen aan te brengen die de
prestaties of veiligheidsnormen van haar machines verbeteren.
De informatie in deze handleiding is gebaseerd op machines die zijn
vervaardigd tot op het moment van publicatie. Wacker Neuson behoudt zich het
recht voor om elk willekeurig gedeelte van deze informatie zonder
voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
De illustraties, onderdelen, en procedures in deze handleiding refereren aan
Wacker Neuson fabriek-geïnstalleerde componenten. Uw machine kan variëren
afhankelijk van de benodigdheden van uw specifieke regio.
Goedkeuring van de fabrikant
Deze handleiding bevat verschillene verwijzingen naar goedgekeurde onderdelen,
hulpstukken en modificaties. De volgende definities zijn van toepassing:
Goedgekeurde onderdelen of hulpstukken zijn die onderdelen die worden
vervaardigd of geleverd door Wacker Neuson.
Goedgekeurde modificaties zijn veranderingen die door een erkend Wacker
Neuson servicecentrum worden uitgevoerd volgens door Wacker Neuson
gepubliceerde schriftelijke instructies.
Niet-goedgekeurde onderdelen, hulpstukken en modificaties zijn die
onderdelen/veranderingen die niet aan de goedgekeurde criteria voldoen.
Niet-goedgekeurde onderdelen, hulpstukken of modificaties kunnen tot het
volgende leiden:
ernstig gevaar van letsel voor de operator en personen in het werkgebied;
permanente machineschade, die niet door de garantie wordt gedekt.
Neem onmiddellijk contact op met uw Wacker Neuson dealer als u vragen hebt
over goedgekeurde of niet-goedgekeurde onderdelen, hulpstukken of modificaties.
2015-CE-PT2_nl_812_FM10.fm
Fabrikant
Wacker Neuson Production Americas LLC, N92W15000 Anthony Avenue,
Menomonee Falls, Wisconsin 53051 USA
Product
Product
Producttype
Productfunctie
Artikelnummer
Geïnstalleerd nuttig vermogen
Gemeten geluidsvermogenniveau
Gegarandeerd geluidsvermogenniveau
PT2A, PT2H
Pomp
Vloeistoffen pompen
5000009095, 5000009097, 5000009237
PT2A: 3.6 kW; PT2H: 3.4 kW
PT2A: 99 dB(A); PT2H: 102 dB(A)
PT2A: 101 dB(A); PT2H: 103 dB(A)
Conformiteitsbeoordelingsprocedure
Volgens 2000/14/EC bijlage V
Richtlijnen en normen
Hiermee verklaren we dat dit product aan de betreffende bepalingen en vereisten van de
volgende richtlijnen en normen voldoet:
2006/42/EC, 2000/14/EC
Gevolmachtigde voor technische documenten
Leo Goeschka, Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Preußenstraße 41,
80809 München
EU - Conformiteitverklaring
Menomonee Falls, WI, USA, 24.08.15
Dan Domanski
Technical Director
For Wacker Neuson
Travis Pound
Manager, Product Engineering
For Wacker Neuson
Keith Herr
Vice President and Managing Director
For Wacker Neuson
Vertaling van de originele conformiteitverklaring
2015-CE-PT3_nl_FM10.fm
Fabrikant
Wacker Neuson Production Americas LLC, N92W15000 Anthony Avenue,
Menomonee Falls, Wisconsin 53051 USA
Product
Product
Producttype
Productfunctie
Artikelnummer
Geïnstalleerd nuttig vermogen
Gemeten geluidsvermogenniveau
Gegarandeerd geluidsvermogenniveau
PT3, PT3A, PT3H
Pomp
Vloeistoffen pompen
5000009101, 5000009240, 5000009103, 5000009322,
5000620800
PT3: 6.6 kW; PT3A: 5.9 kW; PT3H: 5.0 kW
PT3: 102 dB(A); PT3A: 101 dB(A); PT3H: 106 dB(A)
PT3: 103 dB(A); PT3A: 102 dB(A); PT3H: 106 dB(A)
Conformiteitsbeoordelingsprocedure
Volgens 2000/14/EC bijlage V
Richtlijnen en normen
Hiermee verklaren we dat dit product aan de betreffende bepalingen en vereisten van de
volgende richtlijnen en normen voldoet:
2006/42/EC, 2000/14/EC
Gevolmachtigde voor technische documenten
Leo Goeschka, Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Preußenstraße 41,
80809 München
EU - Conformiteitverklaring
Menomonee Falls, WI, USA, 27.03.15
Vertaling van de originele conformiteitverklaring
Dan Domanski
Technical Director
For Wacker Neuson
Travis Pound
Manager, Product Engineering
For Wacker Neuson
Keith Herr
Vice President and Managing Director
For Wacker Neuson
Inhoudsopgave
PT2 / PT3
wc_bo5100016580_02_FM10TOC.fm
9
Voorwoord 3
EU - Conformiteitverklaring 5
EU - Conformiteitverklaring 7
1 Informatie inzake veiligheid 11
1.1 Signaalwoorden gevonden in dit Gebruikershandleiding ................... 11
1.2 Machinebeschrijving en beoogd gebruik ............................................ 12
1.3 Veiligheid Richtlijnen voor bediening van de machine ....................... 13
1.4 Veilig onderhoud ................................................................................ 15
1.5 Veiligheidsinstructies voor het gebruik van verbrandingsmotoren ..... 18
2 Etiketten 19
2.1 Plaats van labels ................................................................................ 19
2.2 Betekenis van de labels ..................................................................... 20
3 Hijsen en transport 23
3.1 De machine opheffen ......................................................................... 23
3.2 De machine voorbereiden op transport op een truck of aanhanger ... 24
4 Werking 25
4.1 De machine voor eerste gebruik klaarmaken ..................................... 25
4.2 Aanbevolen brandstof ........................................................................ 26
4.3 Aanbevolen brandstof (Hatz-aangedreven machines) ....................... 26
4.4 De machine bijtanken ......................................................................... 27
4.5 De machine opstellen en voorbereiden voor gebruik ......................... 28
4.6 Voordat de machine wordt gestart ..................................................... 29
4.7 De Machine starten en stoppen (WM 170 / WM 270) ........................ 30
4.8 De machine starten en stoppen (Honda) ........................................... 32
4.9 De machine starten en stoppen (Hatz) ............................................... 34
4.10 Noodstopprocedure ............................................................................ 35
5 Algemeen onderhoud 36
5.1 Onderhoudsschema ........................................................................... 36
5.2 De pompwaaier inspecteren ............................................................... 37
Inhoudsopgave
PT2 / PT3
wc_bo5100016580_02_FM10TOC.fm
10
5.3 Opslag ................................................................................................39
5.4 Verwijdering / ontmanteling machine ..................................................41
6 Motoronderhoud: WM 130 / WM 170 / WM 270 42
7 Motoronderhoud: Honda GX160 44
8 Motoronderhoud: Honda GX390 46
9 Motoronderhoud: Hatz 1B 20 / 1B 30 48
10 Foutoplossing 51
11 Technische gegevens 53
11.1 Motor—PT2 / PT2(I) / PT2H / PT2H(I) ................................................53
11.2 Motor—PT2A / PT2A(I) .......................................................................54
11.3 Motor—PT3 / PT3A / PT3(I) / PT3H ...................................................55
11.4 Pomp—PT2 / PT2(I) / PT2A / PT2H ...................................................56
11.5 Pomp—PT3 / PT3(I) / PT3A / PT3H ...................................................56
11.6 Geluidsmetingen .................................................................................57
11.7 Afmetingen ..........................................................................................58
wc_si000938nl_FM10.fm
11
PT2 / PT3 Informatie inzake veiligheid
1 Informatie inzake veiligheid
1.1 Signaalwoorden gevonden in dit Gebruikershandleiding
Deze handleiding bevat vermeldingen voorafgegaan door GEVAAR,
WAARSCHUWING, VOORZICHTIG, LET OP en N.B., die moeten worden
opgevolgd om de kans op lichamelijk letsel, beschadiging van de machine of
verkeerd onderhoud te beperken.
LET OP: Als dit zonder veiligheidssymbool wordt gebruikt, duidt LET OP op een
gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt, tot materiële schade kan
leiden.
NB: Duidt op aanvullende informatie die van belang voor een procedure is.
Dit is het symbool dat een gevaar voor de veiligheid aanduidt. Het wordt gebruikt
om u attent te maken op mogelijke gevaren voor lichamelijk letsel.
Leef alle veiligheidsinstructies na die bij dit symbool staan.
GEVAAR
GEVAAR duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt, zal
resulteren in dodelijk of ernstig letsel.
Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden
wordt, zal resulteren in dodelijk of ernstig letsel.
Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt,
zal resulteren in licht of matig letsel.
Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
wc_si000938nl_FM10.fm
12
Informatie inzake veiligheid PT2 / PT3
1.2 Machinebeschrijving en beoogd gebruik
Deze machine is een centrifugale vuil pomp. De Wacker Neuson vuilpomp bestaat
uit een benzine- of dieselmotor, een brandstoftank en een rotorpomp met uitlaten
voor waterafzuiging en afvoer, omringd door een buisvormige stalen structuur. De
motor roteert de rotor tijdens gebruik. Afvalwater wordt in de pomp gezogen via de
zuiguitlaat en verdreven via de afvoeruitlaat. De operator verbindt de slangen aan
de pomp en leidt ze zodanig dat water en vaste lichamen van het werkgebied
wegstromen en afgevoerd worden naar een geschikte plaats.
Deze machine heeft als doel om gebruikt te worden voor algemene
ontwateringstoepassingen. Deze machine heeft als doel het pompen van helder
water, of van water met vaste lichamen niet groter dan in de productspecificaties
staat, en tot de heffingslimieten voor stroming, opvoer en zuiging zoals ook
vermeld staat in de productspecificaties.
Deze machine is uitsluitend ontworpen en gebouwd voor het hierboven
beschreven beoogde gebruik. De machine voor enig ander doel gebruiken kan de
machine blijvend beschadigen of de operator of andere personen op de
werklocatie ernstig letsel berokkenen. Door misbruik veroorzaakte machineschade
wordt niet door de garantie gedekt.
Hier volgen enkele voorbeelden van misbruik:
Het pompen van brandbare, explosieve of corrosieve vloeistoffen
Het pompen van hete of vluchtige vloeistoffen dat leidt tot pompcavitatie
De pomp niet gebruiken volgens de productspecificaties door middel van
incorrecte slangdiameter, incorrecte slanglengte, andere inlaat of
uitlaatbeperkingen of overmatige zuigingsheffing of opvoer
De machine gebruiken als ladder, ondersteuning of werkblad
De machine niet volgens de productsbeschrijvingen bedienen
De machine niet bedienen volgens de waarschuwingen op de machine en in de
Bedieningshandleiding
Deze machine werd ontworpen en gebouwd volgens de laatste wereldwijde
veiligheidsnormen. Hij is zorgvuldig geconstrueerd om gevaren voor zover
praktisch te elimineren en de veiligheid voor de operator te verhogen door middel
van beveiligingsmiddelen en het aanbrengen van labels. Na het nemen van
beschermingsmaatregelen kunnen er echter enige risico's blijven bestaan.
Driskseze worden residuele risico's genoemd. Op deze machine kan dit
blootstelling omvatten aan:
Warmte, geluid, uitlaatgassen en koolmonoxide van de motor
Brandgevaar door onjuiste vulling van de brandstoftank
Brandstof en brandstofrook
Persoonlijk letsel door onjuiste heffingstechnieken
Projectielgevaar van de afvoer
Indeukingsgevaar van een kantelende of vallende pomp
wc_si000938nl_FM10.fm
13
PT2 / PT3 Informatie inzake veiligheid
Om uzelf en anderen te beschermen moet u ervoor zorgen dat u de in deze
handleiding geboden veiligheidsinformatie grondig leest en begrijpt, voordat u de
machine gaat gebruiken.
1.3 Veiligheid Richtlijnen voor bediening van de machine
De gebruiker moet opgeleid zijn
Alvorens de machine te gebruiken:
lees en begrijp de bedieningsinstructies die in alle handleidingen beschreven en
bij de machine geleverd zijn;
maak uzelf vertrouwd met de locatie en het juiste gebruik van alle
bedieningselementen en veiligheidsvoorzieningen;
Indien noodzakelijk neemt u contact op met Wacker Neuson voor extra
opleiding.
Wanneer u deze machine bedient:
geen niet goed opgeleide werknemers de machine laten bedienen; ervoor
zorgen dat werknemers die de machine bedienen vertrouwd zijn met de
mogelijke risico's en gevaren die met de bediening ervan in verband staan;
Kwalificaties van de operator
Alleen getraind personeel mag de machine starten, gebruiken en afsluiten.
Zij moeten tevens aan de volgende kwalificaties voldoen:
instructies hebben gekregen over het juiste gebruik van de machine;
vertrouwd zijn met de vereiste veiligheidsapparaten
Tot de machine mag geen toegang worden verleend aan, en hij mag niet worden
bediend door:
kinderen;
personen die alcohol of drugs hebben gebruikt
Toepassingsgebied
Wees u bewust van het toepassingsgebied.
Houd onbevoegden, kinderen en huisdieren uit de buurt bij de machine.
Blijf opmerkzaam voor wijzigingen in de toestand en beweging van andere
apparatuur en personeel op de werklocatie.
Controleer of er speciale gevaren bestaan in het toepassingsgebied, zoals
giftige gassen of onstabiele grondoppervlakten en neem de nodige maatregelen
om deze speciale gevaren weg te werken voordat u de machine gebruikt.
Wees u bewust van het toepassingsgebied.
Gebruik de machine nooit in gebieden die brandgevaarlijke voorwerpen,
brandstoffen of producten bevatten die ontvlambare dampen verspreiden.
wc_si000938nl_FM10.fm
14
Informatie inzake veiligheid PT2 / PT3
Veiligheidsapparatuur, bedieningselementen en hulpstukken
Bedien de machine uitsluitend wanneer:
Alle veiligheidsvoorzieningen en beschermingsmiddelen aanwezig zijn en
functioneren.
Alle bedieningselementen naar behoren werken.
De machine correct is opgesteld volgens de instructies in de
bedieningshandleiding.
De machine schoon is.
De labels op de machine leesbaar zijn.
Met het oog op een veilige bediening van de machine:
Bedien de machine niet wanneer een veiligheidsvoorziening of bescherming
ontbreekt of niet bedrijfsklaar is.
De veiligheidsvoorzieningen mogen niet worden gewijzigd of uitgeschakeld.
Gebruik alleen accessoires of componenten die door Wacker Neuson zijn
goedgekeurd.
Veilige bedieningsprocedures
Wanneer u deze machine bedient:
Zorg ervoor dat u zich bewust blijft van de bewegende onderdelen van
de machine. Houd handen, voeten en loszittende kleding uit de buurt van
bewegende onderdelen.
Wanneer u deze machine bedient:
Gebruik geen machines die moeten worden gerepareerd.
Persoonlijke beschermende uitrusting (PPE)
Draag de volgende persoonlijke beschermende uitrusting (PPE) tijdens het gebruik
van deze machine:
strakzittende werkkleding die bewegingen niet hindert;
veiligheidsbril met zijbescherming;
gehoorbescherming;
werkschoenen of -laarzen met veiligheidsneuzen.
Veilige bedieningsprocedures
De voedingsplug niet openen wanneer de pomp heet is. De aansluitingen van
de inlaat- of afvoerslang niet losmaken of verwijderen wanneer de pomp heet is.
Heet water in de slangen kan onder druk staan, bijvoorbeeld zoals de radiator
van een auto. Laat de pomp afkoelen totdat deze met blote handen aangeraakt
kan worden voordat u de plug losmaakt en voordat u de aansluitingen van de
inlaat- of afvoerslang losmaakt of verwijdert.
Plaats de pomp niet op een los, oneven of onstabiel oppervlak waar het kan
kantelen, wegrollen, wegschuiven of vallen! De pomp moet stevig staan voordat
u hem bedient. Plaats de pomp op een stevige, vlakke ondergrond.
Open het deksel van het pomphuis niet terwijl de pomp werkt, en start de pomp
niet terwijl de deksel verwijderd is. De draaiende waterpompwaaier in de pomp
kan voorwerpen die erin vastraken snijden of afbreken.
wc_si000938nl_FM10.fm
15
PT2 / PT3 Informatie inzake veiligheid
De stroom van de inlaatleiding of afvoerleiding niet blokkeren of beperken.
Verwijder knikken uit de afvoerleiding alvorens de pomp te starten. Werking met
een geblokkeerde inlaat- of afvoerleiding kan ertoe leiden dat water in de pomp
oververhit.
Grijp niet naar iets in de pomp of steek niets in de pomp terwijl de motor aan
staat! De pompwaaier in de pomp draait altijd wanneer de pomp werkt.
Laat niemand voor de afvoerpoort staan wanneer u de motor start of wanneer u
de pomp voorvult. De waterstraal die plots uit de pomp komt kan een persoon
weg of omver duwen.
Controleer altijd of de slangverbindingen op de pomp stevig vast zitten. Door
een losse verbinding kan er water wegsproeien of kan een slang van de pomp
geduwd worden terwijl die aan het werken is.
Zorg er altijd voor dat de waterstroom van de pompafvoer niet zo gericht is dat
het erosie kan veroorzaken op de omgevende grond of de zich nabij
bevindende structuren kan beschadigen of verzwakken.
1.4 Veilig onderhoud
Onderhouds-opleiding
Voordat onderhoud aan de machine wordt verricht:
Lees en begrijp de in alle handleidingen opgenomen en bij de machine
geleverde instructies.
Maak uzelf vertrouwd met de locatie en het juiste gebruik van alle
bedieningselementen en veiligheidsvoorzieningen.
Uitsluitend daartoe opgeleid personeel mag problemen oplossen of
reparerendie zich aan de machine voordoen.
Indien noodzakelijk neemt u contact op met Wacker Neuson voorextra
opleiding.
Bij het verrichten van onderhoud aan deze machine:
Niet toestaan dat niet goed opgeleide werknemers onderhoud aan de machine
uitvoert; verzekeren dat de werknemers die onderhoud aan de de machine
verrichten vertrouwd zijn met de mogelijke risico’s en gevaren die eraan
verbonden zijn.
Voorzorgsmaatregelen
Volg de hierna beschreven voorzorgsmaatregelen bij het uitvoeren van onderhoud
aan de machine.
Lees en begrijp de onderhoudsprocedures voordat u onderhoud aan de
machine verricht.
Vóór het gebruik van de machine moeten alle stel- en reparatiewerkzaamheden
voltooid zijn. Gebruik de machine niet als deze een bekend probleem of gebrek
heeft.
Alle stel- en reparatiewerkzaamheden dienen door een bevoegde monteur te
worden uitgevoerd.
Schakel de machine uit alvorens onderhoud of reparaties uit te voeren.
wc_si000938nl_FM10.fm
16
Informatie inzake veiligheid PT2 / PT3
Zorg ervoor dat u zich bewust blijft van de bewegende onderdelen van de
machine. Houd handen, voeten en loszittende kleding uit de buurt van
bewegende onderdelen.
Plaats de veiligheidsvoorzieningen en schermen terug nadat de reparatie- en
onderhoudsprocedures zijn voltooid.
Machinewijzigingen
Bij onderhoud aan deze machine:
gebruik uitsluitend accessoires/hulpstukken die door Wacker Neuson zijn
goedgekeurd.
Bij onderhoud aan deze machine:
stel de veiligheidsvoorzieningen niet buiten werking.
geen wijzigingen op de machine maken zonder de uitdrukkelijke schriftelijke
goedkeuring van Wacker Neuson.
Onderdelen en etiketten vervangen
Vervang versleten of beschadigde onderdelen.
Vervang alle ontbrekende en moeilijk leesbare labels.
Bij vervanging van elektrische onderdelen moeten nieuwe onderdelen worden
gebruikt die gelijkwaardig aan de oorspronkelijke onderdelen zijn wat betreft
classificatie en prestatie.
Als deze machine vervangingsonderdelen nodig heeft, mogen uitsluitend
Wacker Neuson vervangende onderdelen worden gebruikt of onderdelen die
gelijkwaardig aan de originele zijn voor alle types specificaties, zoals fysieke
afmetingen, type, sterkte en materiaal.
Reinigen
Wanneer u de machine reinigt en onderhoudt:
Houd de machine schoon en vrij van vuil, zoals bladeren, papier, karton, etc.
Zorg ervoor dat de labels leesbaar blijven.
Wanneer u de machine reinigt:
Reinig de machine niet als deze in bedrijf is.
Reinig de machine nooit met benzine of ander typen brandstoffen of
ontvlambare oplosmiddelen. De dampen van brandstoffen en oplosmiddelen
kunnen ontploffen.
wc_si000938nl_FM10.fm
17
PT2 / PT3 Informatie inzake veiligheid
Persoonlijke beschermende uitrusting (PPE)
Draag de volgende persoonlijke beschermende uitrusting wanneer u de machine
repareert of onderhoudt:
strakzittende werkkleding die bewegingen niet hindert;
veiligheidsbril met zijbescherming;
gehoorbescherming;
werkschoenen of -laarzen met veiligheidsneuzen.
Doe ook het volgende, voordat de machine wordt gebruikt:
lang haar naar achteren samenbinden;
alle sieraden verwijderen (inclusief ringen).
Na gebruik
Stop de motor wanneer u de machine niet bedient.
Sluit de brandstofklep op motoren die daarmee uitgerust zijn, wanneer de
machine niet in gebruik is.
Zorg ervoor dat de machine niet zal kantelen, vallen, wegrollen of wegglijden
wanneer hij niet wordt bediend.
De machine, wanneer niet in gebruik, op de juiste wijze opbergen. De machine
moet op een schone, droge plaats en buiten het bereik van kinderen worden
opgeborgen.
wc_si000938nl_FM10.fm
18
Informatie inzake veiligheid PT2 / PT3
1.5 Veiligheidsinstructies voor het gebruik van verbrandingsmotoren
Veilige bediening
Bij draaiende motor:
Houd het gebied rondom de uitlaatpijp vrij van brandbare materialen.
Controleer de brandstofleidingen en de brandstoftank op lekken en scheuren
alvorens de motor te starten. Laat de machine niet draaien als er
brandstoflekken zijn of als de brandstofleidingen los zitten.
Bij draaiende motor:
Niet roken bij het bedienen van de machine.
Laat de motor niet draaien in de buurt van vonken of open vuur.
Raak nooit de motor of de uitlaat aan terwijl de motor draait of onmiddellijk
nadat deze is uitgeschakeld.
Gebruik de machine niet als de brandstoftankdop los is of ontbreekt.
Zet de motor niet aan als er brandstof gelekt is of als het naar brandstof ruikt.
Verplaats de machine weg van de vlek en droog de machine af voor het starten.
Veilig bijvullen van brandstof
Bij het bijvullen van de motor:
Ruim alle gemorste brandstof onmiddellijk op.
Vul brandstoftank in een goed geventileerde ruimte.
Zet na het vullen de dop terug op de brandstoftank.
Niet roken.
Vul nooit de brandstoftank van een hete of draaiende machine.
Laat de motor niet draaien in de buurt van vonken of open vuur.
Gebruik geschikt gereedschap voor bijtanken (bijvoorbeeld een brandstofslang
of -trechter).
Vul nooit de brandstoftank als deze zich in een vrachtwagen bevindt die
voorzien is van een kunststof chassis bekleding. Statische electriciteit kan de
brandstof of de brandstofdampen in brand zetten.
WAARSCHUWING
Voor verbrandingsmotoren gelden speciale risico's tijdens gebruik en bij het vullen
van de brandstoftank. Het niet naleven van waarschuwings- en
veiligheidsrichtlijnen kan leiden tot ernstig of fataal letsel.
Lees de waarschuwingsinstructies in de handleiding van de motor en de
onderstaande veiligheidsrichtlijnen en volg ze op.
GEVAAR
Uitlaatgassen van de motor bevatten koolmonoxide, een levensgevaarlijk vergif.
Blootstelling aan koolmonoxide kan in enkele minuten al fataal zijn.
Bedien de machine NOOIT binnen een afgesloten gebied, zoals een tunnel
bijvoorbeeld, behalve als er voldoende ventilatie aanwezig is door middel van
onderdelen zoals uitlaatventilatoren of -slangen.
wc_si000939nl_FM10.fm
19
PT2 / PT3 Etiketten
2 Etiketten
2.1 Plaats van labels
wc_gr012671
A
B
C
D
E
F
G
H
D
C
J
K
M
wc_si000939nl_FM10.fm
20
Etiketten PT2 / PT3
2.2 Betekenis van de labels
A
GEVAAR
Verstikkingsgevaar.
Motoren geven koolmonoxide af.
De machine niet binnenshuis of in een besloten
ruimte laten draaien.
NOOIT binnenshuis of in een garage gebruiken,
ZELFS NIET wanneer de deuren en ramen
openstaan.
Uitsluitend BUITENSHUIS en ver uit de buurt
van ramen, deuren en ventilatieopeningen
gebruiken.
Lees de Gebruikershandleiding.
Geen vonken, vlammen of brandende
voorwerpen in de buurt van de machine.
Stop de motor alvorens brandstof bij te vullen.
Uitsluitend schone, gefilterde dieselbrandstof
gebruiken.
B
WAARSCHUWING
Heet oppervlak
C
VOORZICHTIG
De meegeleverde handleiding lezen en begrijpen
alvorens deze machine te gebruiken. Nalaten dit te
doen verhoogt het risico dat u of anderen letsel
oplopen.
GEFAHRGEFAHR
DANGERDANGER
117034
HONDA
DANGERDANGER
STOPSTOP
PELIGROPELIGRO
178715
STOPSTOP
117039
ADVERTENCIAADVERTENCIA
AVERTISSEMENTAVERTISSEMENT
WARNINGWARNING
178713
178713
ATTENTIONATTENTION
CAUTIONCAUTION
VORSICHTVORSICHT
ATENCIONATENCION
110167110167
178714178714
wc_si000939nl_FM10.fm
21
PT2 / PT3 Etiketten
D
WAARSCHUWING
Inhoud onder druk. Niet openen wanneer heet!
E
WAARSCHUWING!
NOOIT vluchtige of brandbare vloeistoffen, of
vloeistoffen met een laag ontvlammingspunt
pompen. Deze vloeistoffen zouden kunnen
ontbranden of exploderen.
F
VOORZICHTIG
Uitsluitend schone, gefilterde dieselbrandstof
gebruiken
(Alleen Hatz-aangedreven machines)
110164110164
ADVERTENCIAADVERTENCIA
AVERTISSEMENTAVERTISSEMENT
WARNINGWARNING
ADVERTENCIAADVERTENCIA
WARNUNGWARNUNG
110164110164
WARNINGWARNING
AVERTISSEMENTAVERTISSEMENT
5100015565
5100015565
NE JAMAIS POMPER DESNE JAMAIS POMPER DES
LIQUIDES VOLATILES, LIQUIDES VOLATILES,
INFLAMMABLES OU A BAS POINT INFLAMMABLES OU A BAS POINT
CES LIQUIDES CES LIQUIDES
POURRAIENT PRENDRE FEU OU POURRAIENT PRENDRE FEU OU
EXPLOSER.EXPLOSER.
NUNCA BOMBEAR LIQUIDOS NUNCA BOMBEAR LIQUIDOS
VOLATILES INFLAMABLES O DE VOLATILES INFLAMABLES O DE
PUNTO BAJO DE ENCENDIDO. PUNTO BAJO DE ENCENDIDO.
ESTOS FLUIDOS PUEDEN ESTOS FLUIDOS PUEDEN
ENCENDERSE O EXPLOTAR.ENCENDERSE O EXPLOTAR.
AVERTISSEMENTAVERTISSEMENT
ADVERTENCIAADVERTENCIA
151049151049
NEVER PUMP VOLATILE, NEVER PUMP VOLATILE,
FLAMMABLE OR LOW FLASH FLAMMABLE OR LOW FLASH
POINT FLUIDS. THESE FLUIDSPOINT FLUIDS. THESE FLUIDS
COULD IGNITE OR EXPLODE.COULD IGNITE OR EXPLODE.
WARNUNGWARNUNG
WARNINGWARNING
178764178764
181145
181145
wc_si000939nl_FM10.fm
22
Etiketten PT2 / PT3
G
LET OP
Hijspunt
H
Gegarandeerd geluidskrachtniveau in dB(A).
J
Contractors Pump Bureau
(enkel US)
K
WAARSCHUWING
Gebruik van deze apparatuur kan leiden tot vonken
die branden kunnen starten rond de droge
vegetatie. Een vonkenvanger kan noodzakelijk
zijn. De exploitant moet contact opnemen met de
plaatselijke brandweer bureaus voor wet-en
regelgeving met betrekking tot preventie eisen af te
vuren.
M
Deze machine wordt mogelijk beschermd door een
of meer van de volgende octrooien.
5200015473 PT25200015473 PT2
73 kg 73 kg
(160 LBS)(160 LBS)
5200015474 PT3
5200015474 PT3
91 kg
91 kg
(200 LBS)
(200 LBS)
99
153789
WARNING
Operation of This Equipment May Create Sparks That Can Start Fires Around Dry
Vegetation. A Spark Arrestor May be Required. The Operator Should Contact Local
Fire Agencies For Laws or Regulations Relating to Fire Prevention Requirements.
Per CAL. PRC. CODE
wc_tx004019nl_FM10.fm
23
PT2 / PT3 Hijsen en transport
3 Hijsen en transport
3.1 De machine opheffen
Vereisten
Een hijsinrichting (kraan, takel of vorkheftruck) die in staat is het gewicht van de
machine te dragen
Hefapparaten (haken, kettingen en koppelingen) die in staat zijn het gewicht
van de machine te dragen
De motor is gestopt
De machine ophijsen
Er wordt een hefoog gebruikt voor het ophijsen van de machine.
Voer de volgende procedure uit om de machine op te hijsen.
1. De hijstoestellen en hijsinrichtingen bevestigen aan het hefoog. Bevestig geen
hefapparaten aan enig ander deel van de machine.
2. Hijs de machine enigszins omhoog.
3. Controleer de stabiliteit. Breng indien nodig de machine omlaag, verplaats het
apparaat en hijs de machine opnieuw enigszins op.
4. Ga alleen verder met het ophijsen van de machine als deze stabiel staat.
wc_gr012660
WAARSCHUWING
Verpletteringgevaar. Een onstabiele machine kan ervoor zorgen dat de
hijsapparaten falen. U kunt verpletterd worden als het hijsapparaat faalt.
Controleer de stabiliteit voordat u verder gaat.
wc_tx004019nl_FM10.fm
24
Hijsen en transport PT2 / PT3
3.2 De machine voorbereiden op transport op een truck of aanhanger
Vereisten
De machine is gestopt
Een platformtruck of aanhanger die het gewicht van de machine kan dragen.
Kettingen, haken of bevestigingsbanden die het gewicht van de machine
kunnen dragen
Controlelijst
Controleer de volgende items voordat de machine wordt vervoerd:
Controleer of het transportvoertuig of de aanhanger het gewicht van de machine
kan dragen.
Controleer of het transportvoertuig of de aanhanger breed genoeg is om de
machine te kunnen dragen.
Controleer of de wielen van het transportvoertuig of de aanhanger zijn
geblokkeerd ten behoeve van het laden.
Controleer of het transportvoertuig of de aanhanger schoon is en vrij is van vet,
olie, ijs en ander los materiaal.
Controleer eventuele laadbruggen die bij het laden worden gebruikt:
Kunnen deze het gewicht van de machine dragen?
Zijn deze vrij van vet, olie, ijs en ander los materiaal?
Zijn deze stevig bevestigd aan het transportvoertuig of de aanhanger?
Zijn deze voldoende lang voor het handhaven van een laadhoek van 15° of
minder?
Daarnaast:
Controleer of de laadzone vlak is en of de ondergrond stabiel is.
Controleer de algehele hoogte van de machine wanneer het is geladen op de
truck of aanhanger.
Plan het reistraject met het oog op een toereikende hoeveelheid speling met
betrekking tot viaducten, verkeersborden, gebouwen, etc.
Controleer de plaatselijke voorschriften met betrekking tot het transporteren van
de machine en neem deze voorschriften in acht.
wc_tx004020nl_FM10.fm
25
PT2 / PT3 Werking
4Werking
4.1 De machine voor eerste gebruik klaarmaken
1. Zorg ervoor dat alle losse verpakkingsmaterialen van de machine zijn
verwijderd.
2. Controleer de machine en de onderdelen ervan op schade. Als er zichtbare
schade is, moet u de machine niet gebruiken! Neem onmiddellijk contact op met
de Wacker Neuson-dealer voor hulp.
3. Maak een lijst met alle bij de machine geleverde onderdelen/items en verifieer
dat alle losse onderdelen en bevestigingsmiddelen aanwezig zijn.
4. Maak de nog niet bevestigde samenstellende onderdelen vast.
5. Voeg indien nodig en als van toepassing vloeistoffen toe, zoals brandstof en
motorolie.
6. Breng de machine naar de werklocatie.
wc_tx004020nl_FM10.fm
26
Werking PT2 / PT3
4.2 Aanbevolen brandstof
De motor gebruikt normale loodvrije benzine. Gebruik uitsluitend verse, schone
benzine. Benzine die water of vuil bevat, beschadigt het brandstofsysteem.
Raadpleeg de handleiding van de motor voor volledige brandstofspecificaties.
Gebruik van zuurstofverrijkte brandstoffen
Sommige conventionele benzinesoorten worden met alcohol vermengd. Die
benzinesoorten worden met de verzamelnaam 'zuurstofverrijkte brandstoffen'
aangeduid. Als u een zuurstofverrijkte brandstof gebruikt, moet u ervoor zorgen dat
hij loodvrij is en aan de minimumeisen voor octaangehalte voldoet.
Voordat u een zuurstofverrijkte brandstof gebruikt, moet u de inhoud van de
brandstof controleren. Sommige staten/provincies vereisen dat die informatie op
de brandstofpomp vermeld staat.
Hier volgen de door Wacker Neuson goedgekeurde
zuurstofverrijkingspercentages:
ETHANOL - (ethyl of graanalcohol) 10% bij volume. U mag benzine gebruiken die
t/m 10% ethanol bij volume bevat (dit wordt gewoonlijk E10 genoemd). Benzine dat
meer dan 10% ethanol bevat (bijv. E15, E20 of E85) mag niet worden gebruikt,
omdat het de motor kan beschadigen.
Als u ongewenste werkingssymptomen opmerkt, moet u een ander benzinestation
proberen of naar een ander benzinemerk overschakelen.
Schade aan het brandstofsysteem of prestatieproblemen als gevolg van het
gebruik van een zuurstofverrijkte brandstof met hogere percentages
zuurstofverrijkende stoffen dan hierboven vermeld, wordt/worden niet door de
garantie gedekt.
4.3 Aanbevolen brandstof (Hatz-aangedreven machines)
Door lage temperaturen kan dieselbrandstof gelvormig worden. Gebruik te allen
tijde de juiste brandstof voor de condities. Volg de richtlijnen in de onderstaande
tabel.
1
Uw motor heeft misschien brandstof nodig met ultralaag zwavelgehalte. Zie de gebruikershan-
dleiding voor de motor.
Laagste verwachte omge-
vingstemperatuur
Aanbevolen brandstof
1
Boven vriespunt
> 0°C (32°F)
#2 diesel plus additieven
Onder vriespunt
< 0°C (32°F)
Wintermengsel-diesel
VOORZICHTIG
Brandgevaar.
Gebruik geen benzine, carterolie of olie die benzine bevat.
wc_tx004020nl_FM10.fm
27
PT2 / PT3 Werking
4.4 De machine bijtanken
Vereisten
De machine is uitgeschakeld
De motor is koel
De machine/brandstoftank staat recht
Nieuwe, schone brandstofvoorraad
Procedure
Voer de volgende procedure uit om de machine bij te tanken.
1. Haal de brandstofdop (a) eraf.
2. Vul de brandstoftank tot aan de basis van de nek.
3. Zet de brandstofdop terug.
Resultaat
De procedure voor het bijtanken van de machine is nu voltooid.
WAARSCHUWING
Brandgevaar. De brandstof en brandstofdampen zijn uiterst ontvlambaar. In brand
staande brandstof kan ernstige brandwonden veroorzaken.
Houd alle ontstekingsbronnen tijdens het bijtanken weg van de machine.
De brandstoftank nooit bijvullen als de machine op een vrachtwagen met plastic
trailerbekleding staat. Statische elektriciteit kan de brandstof of brandstof of
brandstofdampen doen ontbranden.
Alleen bijtanken als de machine zich buiten bevindt.
Gemorste brandstof onmiddellijk verwijderen.
wc_gr012714
a
VOORZICHTIG
Brandgevaar en gevaarlijk voor de gezondheid. Bij verwarming zet de brandstof uit.
Brandstof die zich uitzet in een te vol gevulde tank kan morsen en lekken tot gevolg
hebben.
De brandstoftank niet te vol bijtanken.
wc_tx004020nl_FM10.fm
28
Werking PT2 / PT3
4.5 De machine opstellen en voorbereiden voor gebruik
Opstelling voordat u de machine in werking stelt
Voer de volgende procedure uit om de machine voor gebruik voor te bereiden.
1. Zet de pomp zo dicht mogelijk bij het water op een stevig, plat oppervlak.
Behoud het pompniveau.
2. Verbind de zuigslang (a) met de zuigpoort (b).
De zuigslangen moeten stijf genoeg zijn dat ze niet in elkaar klappen.
Het is aanbevolen om ten minste twee T-boutklemmen te gebruiken om de
zuigslang te verbinden met de zuigpoort. Plaats voor de beste afsluiting de
slangklemmen op intervallen van 90°.
WAARSCHUWING
Gevaar van persoonlijk letsel. Als u de opgesomde procedures niet volgt, kan het
personeel zich kwetsen of kan de machine beschadigd geraken.
Alle personen die de machine opstellen moeten gediplomeerd zijn of volledig
opgeleid voor de installatie van de machine.
wc_gr012715
d
a
b
c
e
f
g
WAARSCHUWING
Gevaar van persoonlijk letsel. Een losse verbinding tussen de zuigslang en de
zuigpoort kan resulteren in persoonlijk letsel als de zuigslang loskomt terwijl de
pomp aan het werken is.
Bedien de machine alleen wanneer de zuigslang stevig vast zit aan de
zuigpoort.
wc_tx004020nl_FM10.fm
29
PT2 / PT3 Werking
3. Verbind de zeef (c) met de zuigslang.
Gebruik op het iende van de zuigslang altijd een zeef om te voorkomen dat
er groot vuil ingezogen wordt die de pomp kan doen verstoppen of de
pompwaaier kan tegenhouden.
Gebruik geen zeef met gaten die groter zijn dat de maximale vaste
afmetingen van de pomp.
4. Dompel de zuigslang onder.
Plaats de zeef niet direct in de modder of in het zand. Houd de zeef (d) altijd
in de vloeistof gedompeld dat het opzuigt.
5. Verbind de afvoerslang (e) met de afvoerpoort (f).
NB: Leg de afvoerslang zo recht mogelijk. Vermijd scherpe hoeken en knikken.
6. Ontlucht de pomp. Om dat te doen:
a.Verwijder de voorvulplug (g).
b.Dompel de zuigslang onder en vul de pompbehuizing met water.
c.Sluit de voorvulplug.
4.6 Voordat de machine wordt gestart
Elk item op de volgende controlelijst moet worden gecontroleerd voordat de
machine wordt gestart.
Controles voordat u de machine in werking stelt
Lees en begrijp de bedieningshandleiding van de motor.
Lees de veiligheidsinstructies in deze bedieningshandleiding en neem die in
acht.
Buitencontroles
Controleer de zuigslang en uitvoerslang op gaten of scheuren.
Controleer of de slangkoppelingen en -klemmen bevestigd zijn.
Controleer of de voorvlulplug gesloten is.
Controleer of de externe klemmen goed vast zitten—zet indien nodig de externe
klemmen vast.
Binnencontroles
Controleer het peil van de motorolie en de brandstof—vul bij indien nodig.
Controleer de staat van het luchtfilter—verwijder vuil of vervang luchtfilter.
Machine Maximale vaste afmeting
PT2 25 mm
PT3 38 mm
wc_tx004020nl_FM10.fm
30
Werking PT2 / PT3
4.7 De Machine starten en stoppen (WM 170 / WM 270)
Vereisten
De zuig- en afvoerslangen zijn correct bevestigd en gepositioneerd
Er is brandstof in de tank aanwezig
De machine starten
Voer de onderstaande procedure uit om de machine te starten.
1. Stel de brandstofklep in de open positie (a
1
).
NB: Bij een koude motor moet de chokehendel op de gesloten-stand (b
1
) worden
gezet. Bij een warme motor zet u de chokehendel op de open-stand (b
2
).
2. Zet de startschakelaar op de „AAN“-stand (c
1
).
3. Zet de gashendel lichtjes naar links (d
2
), ongeveer 1/3 richting de positie hoge
snelheid (d
1
).
4. Trek aan de startkabel (e).
NB: Als het motorolieniveau te laag is, start de motor niet. Voeg olie aan de motor
toe als dit gebeurt.
5. Open de choke (b
1
) terwijl de motor opwarmt.
6. Zet de gashendel op de stand hoge snelheid (d
1
) om de machine te bedienen.
Deze procedure wordt vervolgd op de volgende pagina.
wc_gr012716
e
d
1
d
2
c
2
c
1
b
2
b
1
a
2
a
1
d
3
wc_tx004020nl_FM10.fm
31
PT2 / PT3 Werking
Vervolg van de vorige pagina.
De machine stopzetten
Voer de onderstaande procedure uit om de machine te stoppen.
1. Verlaag het motortoerental door de gashendel in de trage/stationaire stand (d
3
)
te zetten.
2. Zet de startschakelaar op de „UIT“-stand (c
2
).
3. Stel de brandstofklep in de gesloten positie (a
2
).
wc_tx004020nl_FM10.fm
32
Werking PT2 / PT3
4.8 De machine starten en stoppen (Honda)
Vereisten
De zuig- en afvoerslangen zijn correct bevestigd en gepositioneerd
Er is brandstof in de tank aanwezig
De machine starten
Voer de onderstaande procedure uit om de machine te starten.
1. Stel de brandstofklep in de open positie (a
1
).
NB: Bij een koude motor moet de chokehendel op de gesloten-stand (b
1
) worden
gezet. Bij een warme motor zet u de chokehendel op de open-stand (b
2
).
2. Zet de startschakelaar op de „AAN“-stand (c
1
).
3. Zet de gashendel lichtjes naar links (d
2
), ongeveer 1/3 richting de positie hoge
snelheid (d
1
).
4. Trek aan de startkabel (e).
NB: Als het motorolieniveau te laag is, start de motor niet. Voeg olie aan de motor
toe als dit gebeurt. Uw motor is misschien uitgerust met een
oliewaarschuwingslampje (f) dat gaat branden terwijl er aan het startkoord wordt
getrokken.
5. Open de choke (b
1
) terwijl de motor opwarmt.
6. Zet de gashendel op de stand hoge snelheid (d
1
) om de machine te bedienen.
wc_gr012718
c
1
c
2
d
2
d
3
e
b
1
b
2
a
1
a
2
f
d
1
wc_tx004020nl_FM10.fm
33
PT2 / PT3 Werking
De machine stopzetten
Voer de onderstaande procedure uit om de machine te stoppen.
1. Verlaag het motortoerental door de gashendel in de trage/stationaire stand (d
3
)
te zetten.
2. Zet de startschakelaar op de „UIT“-stand (c
2
).
3. Stel de brandstofklep in de gesloten positie (a
2
).
wc_tx004020nl_FM10.fm
34
Werking PT2 / PT3
4.9 De machine starten en stoppen (Hatz)
Vereisten
De zuig- en afvoerslangen zijn correct bevestigd en gepositioneerd
Er is brandstof in de tank aanwezig
De machine starten
Voer de onderstaande procedure uit om de machine te starten.
1. Stel de hendel voor de motorsnelheidsregeling (a) op de positie 1/2 START of
START, zoals gewenst of nodig.
NB: Als u de motor op een lagere snelheid start, voorkomt u dat er rook uit de
uitlaat komt.
2. Trek lichtjes aan de startkabel (b) totdat u een lichte weerstand voelt.
3. Laat de stootblokstarter de kabel terug naar binnen trekken. Zo kunt u de
volledige lengte van de startkabel gebruiken om de motor te starten.
4. Grijp de startkabelhendel met beide handen vast.
5. Trek krachtig aan de startkabel. Herhaal dit totdat de motor start.
NB: Als er na verschillende pogingen om de motor te starten witte rook uit de
uitlaat komt, verzet u de snelheidsregelingshendel in de positie STOP. Trek
vervolgens de startkabel 5 keer naar buiten. Herhaal de startprocedure vanaf stap
1.
De machine stopzetten
Stel de snelheidsregelingshendel in de positie STOP.
wc_gr012719
a
b
1/2
StartStop
wc_tx004020nl_FM10.fm
35
PT2 / PT3 Werking
4.10 Noodstopprocedure
Als een defect/ongeval optreedt terwijl de machine werkt, volgt u de onderstaande
procedure.
1. Zet de motor af.
2. Verwijder de verstopping.
3. Haal de knikken uit de slangen.
4. Laat de machine afkoelen.
5. Neem contact op met het verhuurbedrijf of de eigenaar van de machine.
wc_tx004021nl_FM10.fm
36
Algemeen onderhoud PT2 / PT3
5 Algemeen onderhoud
5.1 Onderhoudsschema
In de onderstaande tabel wordt het fundamentele machine- en motoronderhoud
samengevat. Taken met een vinkje kunnen door de operator worden uitgevoerd.
Taken met een vierkantje vereisen speciale training en gespecialiseerd
gereedschap.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de motor voor meer informatie.
WAARSCHUWING
Een slecht onderhouden machine kan slecht beginnen te werken, met persoonlijk
letsel of permanente schade aan de machine tot gevolg.
Houd de machine in een veilige werkconditie door periodieke
onderhoudsbeurten en nodige herstelwerken uit te voeren.
Dagelijks voor het starten
Externe hardware controleren.
Open het deksel van de pompbehuizing en verwijder al
het vuil uit de pompbehuizing.
Controleer op lekken tussen pomp en motor.
Controleer de staat van de brandstoftankdop en
aftapplugdop.
Controleer O-ringen van behuizingdeksel.
Controleer schokdempers op beschadiging.
wc_tx004021nl_FM10.fm
37
PT2 / PT3 Algemeen onderhoud
5.2 De pompwaaier inspecteren
Achtergrond
Zand, stof en vuil kunnen de pompwaaier doen verslijten. Als na na verloop van tijd
de prestaties van de pomp verminderen, controleert u de speling tussen de waaier
en de insert.
Vereisten
De machine is uitgeschakeld
Bleekmiddel en proper water
Afstandsringen (indien nodig)
Procedure
Voer de volgende procedure uit om de pompwaaier te inspecteren.
1. Open de aftapkraan (a) en tap de pomp af.
2. Verwijder het deksel van de pompbehuizing (b) aan de voorkant van de pomp.
Deze procedure wordt vervolgd op de volgende pagina.
WAARSCHUWING
Gevaar van persoonlijk letsel.
Grijp niet naar iets in de pomp of steek niets in de pomp terwijl de motor werkt.
Laat de pomp niet werken als de pompbehuizing verwijderd is.
wc_gr012673
a
b
WAARSCHUWING
Gevaar van persoonlijk letsel. De randen van de pompwaaier kunnen erg scherp
zijn.
Wees voorzichtig wanneer u aan de pomp werkt zodat u zich niet snijdt.
wc_tx004021nl_FM10.fm
38
Algemeen onderhoud PT2 / PT3
Vervolg van de vorige pagina.
3. Verwijder het pomphuis (c) en reinig de pompwaaier (d) met een mengeling van
50 procent bleekmiddel en 50 procent water voordat u eraan werkt.
4. Controleer vrijslag tussen waterpompwaaier en pomphuis door langzaam aan
de startkabel te trekken om de waterpompwaaier te doen ronddraaien. Indien
de startkabel moeilijk kan worden uitgetrokken of indien er een schurend geluid
hoorbaar is, bevinden de waterpompwaaier en het pomphuis zich te dicht bij
elkaar. Verwijder een afstandsring (e) achter het pomphuis en controleer
opnieuw op wrijving. Blijf afstandsringen wegnemen, tot de waterpompwaaier
gemakkelijk ronddraait.
NB:
Het is belangrijk dat er niet teveel afstandsringen worden verwijderd, omdat
anders de vrijslag tussen waterpompwaaier en pomphuis te groot wordt en de
pompcapaciteit zal worden gereduceerd.
Naarmate de waterpompwaaier afslijt, kan het nodig zijn bijkomende
afstandsringen toe te voegen om de vrijslag te bewaren tussen de
waterpompwaaier en de pompbehuizing.
5. Herinstalleer het deksel van het pomphuis.
Resultaat
De pompwaaier is nu opnieuw geïnspecteerd.
wc_gr012674
d
e
c
wc_tx004021nl_FM10.fm
39
PT2 / PT3 Algemeen onderhoud
5.3 Opslag
Inleiding
Langdurige opslag van apparatuur vereist preventief onderhoud. Het uitvoeren van
deze stappen helpt de machine-onderdelen te beschermen en te verzekeren dat
de machine klaar is voor toekomstig gebruik. Al deze stappen zijn niet
noodzakelijkerwijs op deze machine van toepassing, maar de basisprocedures zijn
desondanks dezelfde.
Wanneer
Maak uw machine klaar voor langdurige opslag wanneer hij gedurende 30 dagen
of langer niet gebruikt gaat worden.
Klaarmaken voor opslag
Volg de onderstaande procedures om uw machine klaar te maken voor opslag.
Voltooi alle benodigde reparaties.
Ververs of vervang de olie (motor, bekrachtiging, hydraulische kast en
versnellingsbak) volgens de in de Geplande onderhoudstabel gespecificeerde
tijdsintervallen.
Smeer alle fittingen en pak de lagers opnieuw samen, indien van toepassing.
Inspecteer de motorkoelvloeistof. Vervang de koelvloeistof als het er troebel
uitziet, meer dan zes maanden oud is of niet aan de gemiddelde laagste
temperatuur in uw gebied voldoet.
Als uw machine met een motor met brandstofklep is uitgerust, moet de motor
worden gestart, de brandstofklep worden gesloten en moet u de motor laten
draaien totdat hij stopt.
Spoel de pompleidingen en slangen door er enkele minuten lang proper water
door te pompen. Als de pomp gebruikt werd om zout water te pompen, gebruik
dan zeker zoet water voor het spoelen.
Verwijder de covers en reinig de pomp binnenin. Veeg of sproei alle
binnenoppervlakken in met roestwerende olie.
Raadpleeg de gebruikershandleiding voor de motor voor instructies over het
klaarmaken van de motor voor opslag.
De brandstof stabiliseren
Nadat de hierboven vermelde procedures voltooid zijn, moet de brandstoftank
volledig worden gevuld en een stabilisatiemiddel van de hoogste kwaliteit aan de
brandstof worden toegevoegd.
Kies een stabilisatiemiddel dat reinigingsmiddelen en -additieven bevat die zijn
bedoeld om de cilinderwanden te coaten/beschermen.
Zorg ervoor dat het stabilisatiemiddel dat u gebruikt compatibel is met de
brandstof in uw gebied en met het brandstoftype, de kwaliteit en het
temperatuurbereik. Geen extra alcohol toevoegen aan brandstoffen die al
alcohol bevatten (bijvoorbeeld E10).
Voor dieselmotoren moet een stabilisatiemiddel met een biocide
(verdelgingsmiddel) worden gebruikt om de groei van bacteriën en fungi te
beperken of te voorkomen.
wc_tx004021nl_FM10.fm
40
Algemeen onderhoud PT2 / PT3
Voeg de juiste hoeveelheid stabilisatiemiddel toe volgens de aanbevelingen van
de fabrikant.
De machine opslaan
Voer de volgende resterende stappen uit voor het opslaan van uw machine.
Was de machine en laat hem drogen.
Zet de machine op een schone, droge en veilige opslagplaats. Blokkeer de
wielen of gebruik wiggen om beweging van de machine te voorkomen.
Gebruik zoals benodigd wat touch-up verf om onbeschermd metaal tegen roest
te beschermen.
Als de machine een accu heeft, moet die worden verwijderd of ontkoppeld.
LET OP: De accu laten bevriezen of volledig laten ontladen zal waarschijnlijk
blijvende schade veroorzaken. Terwijl de machine niet wordt gebruikt moet de accu
periodiek worden opgeladen. In koude klimaten moet de accu binnenshuis of op
een warme locatie worden opgeslagen en geladen.
Dek de machine af. De banden en andere onbeschermde uit rubber
vervaardigde onderdelen moeten tegen het weer worden beschermd. Ze
moeten worden afgedekt of er moet een voorhanden zijnd beschermingsmiddel
worden gebruikt.
wc_tx004021nl_FM10.fm
41
PT2 / PT3 Algemeen onderhoud
5.4 Verwijdering / ontmanteling machine
Inleiding
Nadat de machine aan het einde van de nuttige gebruiksduur is gekomen, moet
deze op geschikte wijze worden ontmanteld. Een verantwoordelijke behandeling
van recycleerbare onderdelen, zoals plastic en metaal, zorgt ervoor dat deze
materialen kunnen worden hergebruikt, waardoor stortplaats en waardevolle
natuurlijke hulpbronnen worden behouden.
Verantwoordelijke afvalverwijdering voorkomt ook dat giftige chemicaliën en
materialen het milieu schaden. De operationele vloeistoffen in deze machine,
waaronder brandstof, motorolie en vet, kunnen op vele plaatsen worden
beschouwd als gevaarlijk afval. Lees en volg de plaatselijke veiligheid- en
milieuvoorschriften voor de afvalverwijdering van constructiemateriaal voordat u
deze machine ontmantelt.
Voorbereiding
Voer de volgende taken uit om de machine voor te bereiden voor afvalverwijdering.
Verplaats de machine naar een beschermde omgeving waar het niet zorgt voor
een veiligheidsgevaar en waar niet geautoriseerde individuen hier geen
toegang tot hebben.
Zorg ervoor dat de machine niet kan worden bediend tussen de tijd van de
laatste bediening en de afvalverwijdering.
Tap alle vloeistoffen af, inclusief brandstof, motorolie en koelmiddel.
Afdichting- en vloeistoflekken.
Afvalverwijdering
Voer de hierna beschreven taken uit om de machine te verwijderen.
Haal de machine uit elkaar en orden de onderdelen op materiaaltype.
Verwijder de recycleerbare onderdelen volgens de plaatselijke wetgeving.
Verwijder alle niet-gevaarlijke onderdelen die niet gerecycled kunnen worden.
Verwijder de afgetapte brandstof, olie en vet volgens de plaatselijke
milieubeschermingvoorschriften.
wc_tx004022nl_FM10.fm
42
Motoronderhoud: WM 130 / WM 170 / WM 270
6 Motoronderhoud: WM 130 / WM 170 / WM 270
De viscositeit van de motorolie is een belangrijke factor bij het bepalen van de
juiste motorolie voor uw machine. Gebruik een motorolie met de juiste viscositeit
op basis van de verwachte buitentemperatuur. Zie onderstaande tabel.
WAARSCHUWING
De meeste gebruikte vloeistoffen van deze machine, zoals olie, benzine, vet, enz.,
bevat kleine hoeveelheden materiaal die kanker en andere gezondheidsproblemen
kunnen veroorzaken bij inhalatie, inslikken of bij langdurig contact met de huid.
Neem maatregelen om inhalatie of inslikken van gebruikte vloeistoffen te
voorkomen.
Na blootstelling aan gebruikte vloeistoffen, moet de huid grondig worden
gewassen.
CLASSIFICATIE PER OLIEVISCOSITEIT
SAE (Society of Automotive Engineers)
Omgevings-
temperatuur
Single grade
Multigrade
5W
10W
20W
#20
#30
#40
10W
-
30
10W
-
40
770081_NL
wc_tx004022nl_FM10.fm
43
Motoronderhoud: WM 130 / WM 170 / WM 270
De onderhoudstabel(len) voor de motor in dit hoofdstuk werden gekopieerd uit de
gebruikershandleiding van de motor. Zie voor meer informatie de
gebruikershandleiding van de motor.
* De eerste keer na de eerste 20 bedrijfsuur uitvoeren.
Dagelijks
voor het
starten
Na eerste
20 uren
Tweewekelijks
of om de
50 uur.
Onderhoud, vervanging of reparatie van emissiecontroleapparaten en systemen kan worden
uitgevoerd door elke reparatiewerkplaats of technicus.
Maandelijks
of om de
100 uur
Jaarlijks of
om de
300 uur
Om de
500 uur.
Brandstofpeil controleren.
Motoroliepeil controleren.
Brandstoeidingen inspecteren.
Luchtlter inspecteren.
Zo nodig vervangen.
Luchtlterelementen schoonmaken.
Externe hardware controleren.
Motorolie verversen.
*
Sedimentkolf / brandstolter
schoonmaken.
Bougie controleren en schoonmaken.
Vervang de bougie.
Klepspeling controleren en afstellen.
770082_NL
wc_tx004023nl_FM10.fm
44
Motoronderhoud: Honda GX160
7 Motoronderhoud: Honda GX160
De informatie in dit hoofdstuk komt uit Honda-materiaal dat onder het auteursrecht
valt.
De viscositeit van de motorolie is een belangrijke factor bij het bepalen van de
juiste motorolie voor uw machine. Gebruik een motorolie met de juiste viscositeit
op basis van de verwachte buitentemperatuur. Zie onderstaande tabel.
WAARSCHUWING
De meeste gebruikte vloeistoffen van deze machine, zoals olie, benzine, vet, enz.,
bevat kleine hoeveelheden materiaal die kanker en andere gezondheidsproblemen
kunnen veroorzaken bij inhalatie, inslikken of bij langdurig contact met de huid.
Neem maatregelen om inhalatie of inslikken van gebruikte vloeistoffen te
voorkomen.
Na blootstelling aan gebruikte vloeistoffen, moet de huid grondig worden
gewassen.
770077_NL
Gebruik 4-takt motorolie dat voldoet aan de vereisten voor API
servicecategorie SJ of later (of equivalent). Controleer altijd het
A
PI-servicelabel op de olieverpakking om er zeker van te zijn
dat het de letters SJ of later (of equivalent) bevat.
Aanbevolen olie
OMGEVINGSTEMPERATUUR
SAE 10W-30 wordt aanbevolen voor algemeen gebruik. Andere
viscositeiten in de in de grafiek kunnen gebruikt worden wanneer
de gemiddelde temperatuur in uw regio zich binnen het
aangeduide bereik bevindt.
wc_tx004023nl_FM10.fm
45
Motoronderhoud: Honda GX160
De onderhoudstabel(len) voor de motor in dit hoofdstuk werden gekopieerd uit de
gebruikershandleiding van de motor. Zie voor meer informatie de
gebruikershandleiding van de motor.
770078_NL
ONTLUCHTBUIS
INTERNE VENTILATOR
CARBURATEURTYPE
ONTLUCHTBUIS
STANDAARDTYPE
ONDERHOUDSSCHEMA
REGELMATIGE ONDERHOUDS-
PERIODE (3) Voer uit op elke
aangeduide maand of werkuurinterval,
wat het eerst komt.
Elk
gebruik
Eerste
maand
of om de
20 uur
Om de 3
maanden
of 50 uur.
Om de 6
maanden
of 100 uur.
Jaarlijks
of om de
300 uur
Raad-
pleeg
pagina
ITEM
Motorolie
Controleer peil
Verversen
*
Enkel interne ventcarburateur van het type met dubbel element.
Cycloontype om de 6 maanden of 150 uur
Luchtfilter
Controleren
Reinigen
Bougie
Vonkenvanger
(toepasselijke types)
Stationair toerental
Reinigen
Klepspeling
Verbrandingskamer
Brandstoftank &
filter
Reinigen
Controleren-
aanpassen
Controleren-
aanpassen
Controleren-
aanpassen
Vervangen
Vermindering olie
(toepasselijke types)
Vervangen
(1)
(4)
(2)
(2)
Om de 500 uur. (2)
(2)
Brandstofslang Controleren Om de 2 jaar
(Zo nodig vervangen) (2)
Reinigen
Winkelhand-
leiding
Winkelhand-
leiding
Winkelhand-
leiding
Winkelhand-
leiding
13
13
12
12
11–12
10
10
9–10
9
9
(1)
Bezinkselkom
Reinigen
Controleer peil
Verversen
BUISKLEM
Als u dit onderhoudsschema niet volgt, kan dit leiden tot
storingen die niet onder garantie vallen.
(4)
In Europa en andere landen waar de machinerichtlijn 2006/42/EC
van kracht is, moet deze reiniging worden uitgevoerd door
uw onderhoudsdealer.
(3) Noteer voor commercieel gebruik de bedrijfsuren om de
geschikte onderhoudsintervals te bepalen.
(2)
Deze onderdelen dienen te worden onderhouden door uw dealer,
tenzij de eigenaar het juiste gereedschap heeft en mechanisch
onderlegd is. Raadpleeg de winkelhandleiding van Honda voor
onderhoudsprocedures.
(1)
Onderhoud frequenter wanneer gebruikt in stoffige omgevingen.
** Enkel papierelementen vervangen.
Cycloontype om de 2 maanden of 600 uur
wc_tx004030nl_FM10.fm
46
Motoronderhoud: Honda GX390
8 Motoronderhoud: Honda GX390
De informatie in dit hoofdstuk komt uit Honda-materiaal dat onder het auteursrecht
valt.
De viscositeit van de motorolie is een belangrijke factor bij het bepalen van de
juiste motorolie voor uw machine. Gebruik een motorolie met de juiste viscositeit
op basis van de verwachte buitentemperatuur. Zie onderstaande tabel.
WAARSCHUWING
De meeste gebruikte vloeistoffen van deze machine, zoals olie, benzine, vet, enz.,
bevat kleine hoeveelheden materiaal die kanker en andere gezondheidsproblemen
kunnen veroorzaken bij inhalatie, inslikken of bij langdurig contact met de huid.
Neem maatregelen om inhalatie of inslikken van gebruikte vloeistoffen te
voorkomen.
Na blootstelling aan gebruikte vloeistoffen, moet de huid grondig worden
gewassen.
Aanbevolen olie
Gebruik 4-takt motorolie dat voldoet aan de vereisten voor API
servicecategorie SJ of later (of equivalent). Controleer altijd het
A
PI-servicelabel op de olieverpakking om er zeker van te zijn
dat het de letters SJ of later (of equivalent) bevat.
OMGEVINGSTEMPERATUUR
SAE 10W-30 wordt aanbevolen voor algemeen gebruik. Andere
viscositeiten in de in de grafiek kunnen gebruikt worden wanneer
de gemiddelde temperatuur in uw regio zich binnen het
aangeduide bereik bevindt.
770079_NL
wc_tx004030nl_FM10.fm
47
Motoronderhoud: Honda GX390
De onderhoudstabel(len) voor de motor in dit hoofdstuk werden gekopieerd uit de
gebruikershandleiding van de motor. Zie voor meer informatie de
gebruikershandleiding van de motor.
ONTLUCHTBUIS
INTERNE VENTILATOR
CARBURATEURTYPE
ONTLUCHTBUIS
STANDAARDTYPE
BUISKLEM
770080_NL
ONDERHOUDSSCHEMA
REGELMATIGE ONDERHOUDS-
PERIODE (3) Voer uit op elke
aangeduide maand of werkuurinterval,
wat het eerst komt.
Elk
gebruik
Eerste
maand
of om de
20 uur
Om de 3
maanden
of 50 uur.
Om de 6
maanden
of 100 uur.
Jaarlijks
of om de
300 uur
Raad-
pleeg
pagina
ITEM
Motorolie
Controleer peil
Verversen
Als u dit onderhoudsschema niet volgt, kan dit leiden tot
storingen die niet onder garantie vallen.
(4)
In Europa en andere landen waar de machinerichtlijn 2006/42/EC
van kracht is, moet deze reiniging worden uitgevoerd door
uw onderhoudsdealer.
(3) Noteer voor commercieel gebruik de bedrijfsuren om de
geschikte onderhoudsintervals te bepalen.
(2)
Deze onderdelen dienen te worden onderhouden door uw dealer,
tenzij de eigenaar het juiste gereedschap heeft en mechanisch
onderlegd is. Raadpleeg de winkelhandleiding van Honda voor
onderhoudsprocedures.
(1)
Onderhoud frequenter wanneer gebruikt in stoffige omgevingen.
** Enkel papierelementen vervangen.
Cycloontype om de 2 maanden of 600 uur
*
Enkel interne ventcarburateur van het type met dubbel element.
Cycloontype om de 6 maanden of 150 uur
Luchtfilter
Controleren
Reinigen
Bougie
Vonkenvanger
(toepasselijke types)
Stationair toerental
Reinigen
Klepspeling
Verbrandingskamer
Brandstoftank &
filter
Reinigen
Controleren-
aanpassen
Controleren-
aanpassen
Controleren-
aanpassen
Vervangen
Vermindering olie
(toepasselijke types)
Vervangen
(1)
(4)
(2)
(2)
Om de 500 uur. (2)
(2)
Brandstofslang Controleren Om de 2 jaar
(Zo nodig vervangen) (2)
Reinigen
Winkelhand-
leiding
Winkelhand-
leiding
Winkelhand-
leiding
Winkelhand-
leiding
13
13
12
12
11–12
10
10
9–10
9
9
(1)
Bezinkselkom
Reinigen
Controleer peil
Verversen
wc_tx003915nl_FM10.fm
48
Motoronderhoud: Hatz 1B 20 / 1B 30
9 Motoronderhoud: Hatz 1B 20 / 1B 30
De informatie in dit hoofdstuk komt uit Hatz-materiaal dat onder het auteursrecht
valt.
De viscositeit van de motorolie is een belangrijke factor bij het bepalen van de
juiste motorolie voor uw machine. Gebruik een motorolie met de juiste viscositeit
op basis van de verwachte buitentemperatuur. Zie onderstaande tabel.
WAARSCHUWING
De meeste gebruikte vloeistoffen van deze machine, zoals olie, benzine, vet, enz.,
bevat kleine hoeveelheden materiaal die kanker en andere gezondheidsproblemen
kunnen veroorzaken bij inhalatie, inslikken of bij langdurig contact met de huid.
Neem maatregelen om inhalatie of inslikken van gebruikte vloeistoffen te
voorkomen.
Na blootstelling aan gebruikte vloeistoffen, moet de huid grondig worden
gewassen.
770062_NL
Olieviscositeit
Kies de aanbevolen viscositeit gebaseerd op het type start (stootblok,
krukashendel of elektrisch) en op de motortemperatuur waaraan
de motor zal werken.
VOORZICHTIG
Motorschade door verkeerde motorolie.
Als u motorolie gebruikt die niet voldoet aan de specificaties
hierboven, verkort de levensduur van de motor aanzienlijk.
OLIE: SAE...
wc_tx003915nl_FM10.fm
49
Motoronderhoud: Hatz 1B 20 / 1B 30
De onderhoudstabel(len) voor de motor in dit hoofdstuk werden gekopieerd uit de
gebruikershandleiding van de motor. Zie voor meer informatie de
gebruikershandleiding van de motor.
Symbool Onderhouds-
interval
Onderhoudsactiviteit/
controle
8-15h
Om de 8-15
bedrijfsuren of
elke dag vóór
het opstarten
Controleer het motoroliepeil.
Controleer het motoroliepeil in het
onderste gedeelte van het
oliebadfilter en inspecteer de olie
op contaminatie. Ververs de olie
als die er modderig uitziet.
Bij modellen met een cyclonaal
voorfilter: verwijder de stofafdichting.
Controleer het invoergebied
van de verbrandings-
en koelingslucht.
Controleer de onderhouds-
indicator van het luchtfilter.
Controleer de waterafscheider.
6941
Om de 250
bedrijfsuren
Geef het oliebadfilter
een onderhoudsbeurt.
Ververs de motorolie.
Controleer de klepstoterspeling en
pas die indien nodig aan (niet bij
modellen met een automatische
klepafstelling).
Reinig het koelingsluchtgebied.
Controleer de schroefverb-
indingen.
Reinig het uitlaatkanaal.
770063_NL
wc_tx003915nl_FM10.fm
50
Motoronderhoud: Hatz 1B 20 / 1B 30
Symbool
Onderhouds-
interval
Onderhoudsactiviteit/
controle
Hoofdstuk
9441
Om de 500
bedrijfsuren
Vervang het brandstoffilter.
8.2.11 Het
brandstofilter
vervangen, pagina 68
Geef het droge luchtfilter
een onderhoudsbeurt.
8.2.12 Het droge
luchtfilter onderhouden,
pagina 73
1000h
Om de 1000
bedrijfsuren
Reinig het oliefilter: 8.2.5 Het oliefilter
reinigen, pagina 54
Bij nieuwe en algemeen gereviseerde motoren, na 25 bedrijfsuren:
Ververs de motorolie
Controleer de klepspelingen en stel indien nodig bij
Controleer de schroefverbindingen (maak de schroeven niet opnieuw
vast om de cilinderkop te bevestigen)
In het geval van weinig bedrijfsuren, ververst u de motorolie niet later
dan om de 12 maanden, onafhankelijk van het aantal bedrijfsuren.
770064_NL
wc_tx004024nl_FM10.fm
51
PT2 / PT3 Foutoplossing
10 Foutoplossing
Probleem/Symptoom Reden Oplossing
Motor start niet.
Geen brandstof in de tank
Oude brandstof
Druk motorolie/oliepeil te laag
Waterpompwaaier wrijft over de
pompbehuizing
Voeg brandstof bij.
Tank laten leeglopen, brandstoffilter
vervangen en met verse brandstof
vullen.
Motorolie toevoegen.
Inspecteer de pompwaaier en
verwijder indien nodig afstandsringen.
Motor start moeilijk.
Vuil of stof in de pomp blokkeert de
beweging van de pompwaaier.
Reinig of verwijder het vuil.
Waterpompwaaier
draait niet en de pomp
start moeilijk.
Waterpompwaaier vastgelopen of
geblokkeerd
Waterpompwaaier wrijft over de
pompbehuizing
Verwijder het deksel van de
pompbehuizing en reinig of verwijder
het vuil.
Inspecteer de pompwaaier en
verwijder indien nodig afstandsringen.
De motor start maar
de pomp neemt geen
water op.
De pompbehuizing is niet gevuld
met water
Zuigkorf gedeeltelijk verstopt
Zuigslang beschadigd
Luchtlek bij zuigpoort
Pomp te hoog boven de waterlijn
Motortoerental te laag
Afval hoopt zich op in de
pompbehuizing
Teveel vrijslag tussen
waterpompwaaier en
pompbehuizing.
Ontlucht de pomp
Reinig of verwijder het vuil.
Herstel of vervang de zuigslang.
Herstel het luchtlek.
Plaats de pomp dichter tegen het
water.
Bedien de pomp aan de maximale
werksnelheid.
Reinig of verwijder het vuil.
Inspecteer de pompwaaier en voeg
indien nodig afstandsringen toe.
Pomp neemt water op,
maar er is weinig of
geen afvoer.
Waterpompwaaier versleten
Afvoerslang geknikt of geblokkeerd
Motortoerental te laag
Pompbehuizing versleten of
beschadigd
Inspecteer de pompwaaier en voeg
indien nodig afstandsringen toe.
Haal de knik uit de afvoerslang of
verwijder de obstructie.
Bedien de pomp aan de maximale
werksnelheid.
Vrijslag afstellen of pompbehuizing
vervangen.
Zuigslang lekt bij
inlaat.
De klemmen zijn niet correct
afgesloten
Zuigslangdiameter is te groot
Zuigslang beschadigd
Vastdraaien, vervangen of klemmen
toevoegen.
Gebruik een slang met een kleinere
diameter.
Vervang de zuigslang.
Afvoerslang blijft niet
op de koppeling zitten.
Druk is te hoog voor de gebruikte
klemmen
Afvoerslang geknikt of geblokkeerd
Nog een klem toevoegen.
Haal de knik uit de afvoerslang of
verwijder de obstructie.
wc_tx004024nl_FM10.fm
52
Foutoplossing PT2 / PT3
Motor stopt uit zichzelf Geen brandstof in de tank
Druk motorolie/oliepeil te laag
De motor is te heet
Voeg brandstof bij.
Motorolie toevoegen.
Laat de motor afkoelen. Controleer
het koelmiddel en voeg indien nodig
bij.
wc_td000650nl_FM10.fm
53
PT2 / PT3 Technische gegevens
11 Technische gegevens
11.1 Motor—PT2 / PT2(I) / PT2H / PT2H(I)
1
Netto-reservevermogen volgens SAE J1349 en ISO 3046. Het feitelijke vermogensrendement
kan vanwege de specifieke gebruikscondities variëren.
Machine PT2
5000009318
PT2H
5000009094
5000009097
Motortype 4-takt, kopklep,
één cilinder
4-takt, luchtgekoeld,
diesel
Motormerk Wacker Neuson Hatz
Motormodel WM170 1B 20
Maximum nominaal vermogen
aan nominaal toerental
1
kW (pk) 4,2 bij 4000 tpm 3,4 bij 3600 tpm
Cilinderinhoud cm³ (in.³) 169 232
Bougie (NGK) BR 6HS
Champion RL86C
Elektrode-afstand mm 0,6-0,7
(0,024–0,028)
Bedrijfssnelheid tpm 3500
Maximaal bedrijfstoerental -
onbelast
tpm 3700 ± 100 3700 ± 50
Klepspeling (koud)
mm
inlaat en uitlaat:
0.12–0.15
(0.005–0.006)
Luchtfilter type Dubbel element Droog geplooid papieren
element
Motorsmering kwaliteit
van olie
SAE 10W30
Serviceklasse SJ, SL
CH, CI, CJ
Inhoud motorolie l 0,60 0,90
Brandstof type Normale loodvrije
benzine
Nr. 2 diesel
Brandstoftankinhoud l 3,6 3,0
wc_td000650nl_FM10.fm
54
Technische gegevens PT2 / PT3
11.2 Motor—PT2A / PT2A(I)
1
Netto-reservevermogen volgens SAE J1349 en ISO 3046. Het feitelijke vermogensrendement
kan vanwege de specifieke gebruikscondities variëren.
Machine PT2A
5000009092 (100–200)
5000009095 (100–201)
5000009237 (100–201)
PT2A
5000009092 (201–)
5000009095 (202–)
5000009237 (202–)
Motortype 4-takt, kopklep,
één cilinder
Motormerk Honda
Motormodel GX 160 K1 TX2 GX 160 UT2 TX2
Maximum nominaal vermogen
aan nominaal toerental
1
kW (pk) 3,6 bij 3600 tpm
Cilinderinhoud cm³ 163
Bougie (NGK) BPR 6ES
BOSCH WR7DC
Elektrode-afstand mm 0,7–0,8
(0,028–0,031)
Bedrijfssnelheid tpm 3500
Maximaal bedrijfstoerental -
onbelast
tpm 3700 ± 100
Klepspeling (koud)
inlaat:
uitlaat:
mm 0.15 ± 0.02 (.006)
0.20 ± 0.02 (.008)
Luchtfilter type Dubbel element
Motorsmering kwaliteit
van olie
SAE 10W30
Serviceklasse SJ, SL
Inhoud motorolie l 0,6
Brandstof type Normale loodvrije benzine
Brandstoftankinhoud l 3,1
wc_td000650nl_FM10.fm
55
PT2 / PT3 Technische gegevens
11.3 Motor—PT3 / PT3A / PT3(I) / PT3H
1
Netto-reservevermogen volgens SAE 1Net and ISO 3046. Het feitelijke vermogensrendement
kan vanwege de specifieke gebruikscondities variëren.
Machine PT3
5000009321
5000009322
PT3A
5000009098
5000009101
5000009240
5000620800
PT3H
5000009100
5000009103
Motortype 4-takt, kopklep,
één cilinder
4-takt,
luchtgekoeld,
dieselmotor
Motormerk Wacker Neuson Honda Hatz
Motormodel WM270 GX240 UT2PA2 1B 30
Maximum nominaal
vermogen aan
nominaal toerental
1
kW (pk) 6,6 (9)
aan 4000 tpm
5,9 (7,9)
aan 3600 tpm
5,0 (6,8)
aan 3600 tpm
Cilinderinhoud cm³ 265 270 347
Bougie (NGK) BR 6HS
Champion RL86C
(NGK) BPR 6ES
(DENSO) W20EPR-U
Elektrode-afstand mm 0,6-0,7
(0,024–0,028)
0,7–0,8
(0,028–0,031)
Bedrijfssnelheid tpm 3500
Maximaal
bedrijfstoerental -
onbelast
tpm 3700 ± 100 3700 ± 50
Klepspeling (koud)
Inlaat en uitlaat mm 0.10 (0.004)
Luchtfilter type Dubbel element Droog
vouwfilterpapier
element
Motorsmering kwaliteit
van olie
SAE 10W30
Serviceklasse SJ
CD-, CE-, CF-, CG-
gelabeld
Inhoud motorolie l 1,1
Brandstof type Normale loodvrije benzine Nr. 2 diesel
Brandstoftankinhoud l 6,0 5,3 5,0
wc_td000650nl_FM10.fm
56
Technische gegevens PT2 / PT3
11.4 Pomp—PT2 / PT2(I) / PT2A / PT2H
1
Gebaseerd op werking van de pomp op zeeniveau. De maximale zuighoogte is minder op
grotere hoogtes.
2
Zero nethoofd
11.5 Pomp—PT3 / PT3(I) / PT3A / PT3H
1
Gebaseerd op werking van de pomp op zeeniveau. De maximale zuighoogte is minder op
grotere hoogtes.
2
Zero nethoofd
Machine PT2(I)
5000620725
PT2
5000009318
PT2A
5000009092
5000009095
5000009237
PT2H
5000009094
5000009097
Afmetingen mm 550 x 465 x 500
(21,7 x 18,3 x 19,6)
590 x 495 x 510
(23,2 x 19,4 x 20,0)
Bedrijfsgewicht kg 43 59
Maximale zuighoogte
1
m7,5
Maximale totale
opvoerhoogte
m32
Maximumdruk bar 3,2
Maximaal debiet
2
L/min
(gpm)
652
(172)
Zuig-/afvoerdiameter mm 50
Maximale vaste afmeting mm 25
Machine PT3(I)
5000620726
PT3
5000009321
5000009322
5000009323
PT3A
5000009098
5000009101
5000009240
5000620800
PT3H
5000009100
5000009103
5000009242
Afmetingen mm 675 x 505 x 570
(26 x 20 x 23)
Bedrijfsgewicht kg 64 68 77
Maximale zuighoogte
1
m7,5
Maximale totale opvoerhoogte m 29
Maximumdruk bar 2,8
Maximaal debiet
2
L/min
(gpm)
1350
(356)
Zuig-/afvoerdiameter mm 75
Maximale vaste afmeting mm 38
wc_td000650nl_FM10.fm
57
PT2 / PT3 Technische gegevens
11.6 Geluidsmetingen
Producten zijn getest op geluiddrukniveau in overeenstemming met EN ISO
11201:2010.
Geluidvermogenniveau is getest in overeenstemming met Europese richtlijn 2000/
14/EC - Geluidsemissie in de omgeving door installatie voor gebruik buiten.
Machine Geluidsdruk op locatie van de
operator dB(A)
Gegarandeerd geluidsver-
mogen dB(A)
PT2A 99 101
PT2H 102 103
PT3A 101 102
PT3H 106 106
wc_td000650nl_FM10.fm
58
Technische gegevens PT2 / PT3
11.7 Afmetingen
Machine A B C
PT2
mm
550 465 500PT2(I)
PT2A
PT2H 590 495 510
PT3
mm 675 505 570
PT3(I)
PT3A
PT3H
A
C
B
wc_gr012713
Important: For spare parts information, please see your Wacker Neuson Dealer, or visit the
Wacker Neuson website at http://www.wackerneuson.com/.
Wichtig! Informationen über Ersatzteile erhalten Sie von Ihrem Wacker Neuson Händler oder
besuchen Sie die Wacker Neuson Website unter http://www.wackerneuson.com/.
Important : Pour des informations sur les pièces détachées, merci de consulter votre
distributeur Wacker Neuson, ou de visiter le site Internet de Wacker Neuson sur
http://www.wackerneuson.com/.
Importante : Para saber más sobre las piezas de repuesto, póngase en contacto con su
distribuidor de Wacker Neuson o acceda al sitio web de Wacker Neuson en
http://www.wackerneuson.com/.
Importante : Per informazioni sui pezzi di ricambio, contattare il rivenditore Wacker Neuson o
visitare il sito di Wacker Neuson all’indirizzo www.wackerneuson.com.
Viktigt : För information om reservdelar, kontakta din Wacker Neuson-leverantör eller besök
Wacker Neusons webbplats på http://www.wackerneuson.com/.
Tärkeää : Pyydä varaosatietoja Wacker Neusonin jälleenmyyjältä tai vieraile Wacker Neusonin
web-sivustolla osoitteessa http://www.wackerneuson.com/
Viktig : For informasjon om reservedeler, vennligst kontakt din Wacker Neuson-forhandler, eller
besøk Wacker Neusons nettside på http://www.wackerneuson.com/.
Vigtigt : Hvis du ønsker oplysninger om reservedele, bedes du kontakte din Wacker Neuson
forhandler eller besøg Wacker Neuson websiden på http://www.wackerneuson.com/.
Belangrijk! Neem contact op met uw Wacker Neuson dealer of bezoek de website van Wacker
Neuson op http://www.wackerneuson.com/ voor meer informatie over reserveonderdelen.
Importante : Para obter informações sobre as peças sobresselentes, consulte o seu
fornecedor da Wacker Neuson ou aceda ao site Web da Wacker Neuson em
http://www.wackerneuson.com
Ważne : W celu uzyskania informacji na temat części zamiennych skontaktuj się z
przedstawicielem firmy Wacker Neuson lub skorzystaj z witryny internetowej
http://wackerneuson.com/.
Důležité upozornění! Pro informace o náhradních dílech, prosím, kontaktujte svého Wacker
Neuson dealera, nebo navštivte webové stránky http://www.wackerneuson.com/.
FONTOS: A pótalkatrészekre vonatkozó információkért kérjük, forduljon Wacker Neuson
kereskedőjéhez vagy látogasson el a Wacker Neuson weboldalára a következő címen:
http://www.wackerneuson.com/.
Важно! Для ознакомления с информацией о запасных частях, пожалуйста, обратитесь к
местному торговому представителю компании Wacker Neuson или посетите веб-сайт
http://www.wackerneuson.com/.
Σημαντικό : Γι
α πληροφορίες σχετικά με τα ανταλλακτικά, μιλήστε με τον αντιπρόσωπό σας της
Wacker Neuson, ή επισκεφθείτε τον ιστότοπο http://www.wackerneuson.com/.
Važno : Za rezervne dijelove obratite se svom Wacker Neuson prodavaču ili posjetite mrežne
stranice tvrtke Wacker Neuson: http://www.wackerneuson.com/.
Önemli : Yedek parça bilgileri için Wacker Neuson Bayinize bakın veya Wacker Neuson web
sitesini ziyaret edin. http://www.wackerneuson.com/
重要 交換部品の情報については、ワッカーノイソンディーラーにお問い合わせ頂くか、ワッ
カーノイソンウェブサイト http://www.wackerneuson.com/ をご覧ください。
重要 有关备件信息,请咨询您的威克诺森经销商或访问威克诺森网站:
http://www.wackerneuson.com/
Important : Pentru informaţii referitoare la piesele de schimb, vă rugăm să vă adresaţi
distribuitorului Wacker Neuson sau să vizitaţi site-ul web Wacker Neuson la adresa
http://www.wackerneuson.com/.
Важно : За информация относно резервни части, моля, обърнете се към местния дилър
на W
acker Neuson или посетете уебсайта на Wacker Neuson на адрес
http://www.wackerneuson.com/.
Wacker Neuson Produktion GmbH & Co. KG, Preußenstraße 41, D-80809 München,
Tel.: +49-(0)89-3 54 02-0 Fax: +49 - (0)89-3 54 02-390
Wacker Neuson Production Americas LLC, N92W15000 Anthony Ave., Menomonee Falls, WI. 53051
Tel.: (262) 255-0500 Fax: (262) 255-0550 Tel.: (800) 770-0957
Wacker Neuson Limited - Room 1701–03 & 1717–20, 17/F. Tower 1, Grand Century Place, 193 Prince Edward
Road West, Mongkok, Kowloon, Hongkong. Tel: (852) 3605 5360, Fax: (852) 2758 0032
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Wacker Neuson PT2 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor