Casio PX-110 Handleiding

Categorie
Digitale piano's
Type
Handleiding
PX110D1B
D
GEBRUIKSAANWIJZING
Bewaar a.u.b. alle informatie voor eventueel latere naslag.
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
Zorg er voor eerst aandachtig de
“Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de
veiligheid” te lezen voordat u de piano probeert
te gebruiken.
CASIO Europe GmbH
Bornbarch 10, 22848 Norderstedt, Germany
404A-D-002A
Dit merkteken is alleen van toepassing in de landen binnen de EU.
Belangrijk!
Merk a.u.b. de volgende belangrijke informatie op alvorens dit product te gebruiken.
Voordat u de los verkrijgbare AD-12 netadapter in gebruik neemt dient u eerst te controleren dat hij niet
beschadigd is. Check het netsnoer zorgvuldig op breuken, barsten, ontblootte bedrading en andere ernstige
beschadigingen. Laat kinderen nooit een netadapter gebruiken die ernstig beschadigd is.
Dit product is niet bedoeld voor kinderen onder drie jaar.
Gebruik enkel de CASIO AD-12 netadapter.
De netadapter is geen stuk speelgoed.
Haal de netadapter altijd uit het stopcontact voordat u dit product schoon maakt.
D-1
Inhoudsopgave
Merk- en productnamen die in deze
gebruiksaanwijzing worden gebruikt kunnen
geregistreerde handelsmerken van anderen zijn.
404A-D-003A
Algemene gids .........................D-2
Aanbrengen van de partituurstandaard ...... D-2
Aangaande de functietoets (FUNCTION) ...
D-3
Numerieke invoertoetsen en +/ toetsen ... D-4
Weergeven van alle melodieën in de
muziekbibliotheek ....................................... D-4
Stroomvoorziening ................. D-4
Gebruik van de netadapter ......................... D-4
Aansluitingen .......................... D-5
Aansluiting van de hoofdtelefoon ............... D-5
Aansluiten op een PEDAL aansluiting ........ D-5
Spelen met verschillende
tonen ........................................ D-6
Selecteren en weergeven van een toon ..... D-6
Bijstellen van de helderheid
van een toon ............................................... D-6
Lagen aanbrengen van twee tonen ............ D-6
Toewijzen van verschillende tonen aan
de linker- en rechterkant van het
toetsenbord ................................................. D-7
Gebruiken van tooneffecten ....................... D-7
Gebruiken van de pedalen van de piano.... D-8
Gebruiken van de ingebouwde
metronoom .................................................. D-9
Spelen van ritmes ..................D-10
Gebruiken van de automatische
begeleiding ............................................... D-11
Leren om de melodieën in de
muziekbibliotheek te spelen ...
D-14
Spelen van de melodieën in de
muziekbibliotheek ..................................... D-14
Oefenen van een melodie in de
muziekbibliotheek ..................................... D-15
Opnemen naar en weergeven
van het melodiegeheugen .....D-16
Opnemen van uw spel op het toetsenbord ...
D-17
Weergave van het melodiegeheugen ....... D-18
Wissen van melodiegeheugendata .......... D-19
Overige instellingen...............D-20
Bijstellen van het volume van de
begeleiding en de ingebouwde melodieën ...
D-20
Veranderen van de toetsgevoeligheid ...... D-20
Veranderen van de sleutel van de piano ...
D-21
Veranderen van de toonhoogte van de
piano voor aanpassing aan een ander
instrument ................................................. D-21
Gebruiken van het geheugen van de
digitale piano............................................. D-21
Gebruiken van MIDI .................................. D-21
Oplossen van
moeilijkheden .........................D-23
Technische gegevens ............D-24
Voorzorgsmaatregelen bij de
bediening ................................D-25
Plaatsen van het toestel ........................... D-25
Onderhoud van het toestel ....................... D-25
Lithiumbatterij ........................................... D-25
Instellen van de
controletoetskaart..................D-26
Appendix ..................................A-1
Toonlijst ....................................................... A-1
Ritmelijst ..................................................... A-1
Melodielijst .................................................. A-1
Fingered akkoordkaarten ............................ A-2
MIDI Implementation Chart
D-2
4
AB
0
567
C D E F G H I ONM
98
J K L
21 3
Algemene gids
Onderkant
Aanbrengen van de partituurstandaard
Steek de partituurstandaard in de gleuf aan de
bovenkant van de digitale piano zoals aangegeven
in de afbeelding.
Linker paneel
404A-D-004A
OPMERKING
Elk hoofdstuk van deze gebruiksaanwijzing begint
met een afbeelding van de console van de piano met
de toetsen en andere bedieningsorganen die u moet
bedienen.
FUNCTION
METRONOME
Achterpaneel
D-3
Algemene gids
1
Pedaalaansluiting (PEDAL)
2
Pedaaldemperaansluiting (DAMPER PEDAL)
3
Zacht/sostenuto pedaalaansluiting
(SOFT/SOSTENUTO PEDAL)
4
Spanningstoets (POWER)
5
12V gelijkstroomaansluiting (DC 12V)
6
MIDI uit-/ingangsaansluitingen
(MIDI OUT/IN)
7
Hoofdtelefoonaansluitingen (PHONES)
8
Melodie/ritmeselectie toetsen
(SONG/RHYTHM SELECT)
9
Tempotoetsen (TEMPO)
0
Toontoetsen (TONE)
A
VOLUME regelaar
B
Functietoets (FUNCTION)
C
Metronoomtoets (METRONOME)
D
Intropatroon/eindpatroon toets
(INTRO/ENDING)
E
Gesynchroniseerd/fill-in toets
(SYNCHRO/FILL-IN)
F
Start/stop-, demonstratietoets
(START/STOP, DEMO)
G
Muziekbibliotheek-, ritmetoets
(MUSIC LIBRARY, RHYTHM)
H
Links/spoor 1 Rechts/spoor 2 toets
(LEFT/TRACK 1 RIGHT/TRACK 2 )
I
Melodiegeheugentoets (SONG MEMORY)
J
Transponeertoetsen (TRANSPOSE)
K
Melodietoetsen (TUNE)
L
Helderheidstoetsen (BRILLIANCE)
M
Splitstoets (SPLIT)
N
Nagalm, nagalmtypetoets
(REVERB, REVERB TYPE)
O
Zweving, zwevingtypetoets
(CHORUS, CHORUS TYPE)
OPMERKING
De namen van klaviertoetsen, toetsen en andere namen worden aangegeven in de tekst van deze gebruiksaanwijzing
in vetdruk.
Aangaande de functietoets (FUNCTION)
De functietoets (FUNCTION) kunt u verschillende nuttige functies uitvoeren. Merk de volgende algemene
informatie op aangaande de functietoets (FUNCTION).
Een indicator boven de FUNCTION toets gaat knipperen wanneer de toets ingedrukt wordt. Wordt de
FUNCTION toets los gelaten dan gaat de indicator weer uit.
De FUNCTION toets wordt altijd gebruikt in combinatie met een andere toets of klaviertoets. U kunt de
FUNCTION toets indrukken terwijl u op een andere toets of op een klaviertoets drukt.
De indicator boven de toets knippert snel voor enkele seconden om te laten weten dat de instelling voltooid is.
Voorbeeld: Bijstellen van de helderheid van een toon op pagina D-6.
Zie Instellen van de controletoetskaart op pagina D-26 voor details betreffende alle functies van de
klaviertoetsen die u kunt uitvoeren met de FUNCTION toets.
Knippert Brandt niet
404A-D-005A
D-4
Stroomvoorziening
Weergeven van alle melodieën
in de muziekbibliotheek
De volgende procedure geeft de melodieën in de
muziekbibliotheek in volgorde weer.
1
Druk op de DEMO toets terwijl u
tegelijkertijd de FUNCTION toets ingedrukt
houdt.
Hierdoor wordt de achtervolgende weergave
van de muziekbibliotheek gestart.
U kunt op het toetsenbord meespelen met de
melodieën van de muziekbibliotheek als u dat
wilt. De toon die aan het toetsenbord
toegewezen is de toon die vooringesteld is voor
de weergave van de melodieën van de
muziekbibliotheek.
2
Druk nogmaals op de DEMO toets om de
weergave van de melodieën in de
muziekbibliotheek te beëindigen.
Numerieke invoertoetsen en
+/– toetsen
Voor een korte tijd na indrukken van de
FUNCTION toets en daarna op een andere toets
drukt om een functie te activeren, kunt u bepaalde
klaviertoetsen gebruiken om nummers in te voeren
of de instelwaarden verhogen (+) of verlagen ().
Daar de klaviertoetsen op dit moment als
schakelaars fungeren, wordt er geen geluid
weergegeven wanneer u klaviertoetsen aanslaat.
Zie Bijstellen van het tempo op pagina D-10 voor
een feitelijk voorbeeld.
Algemene gids
Door aansluiten op een stopcontact kan deze digitale
piano worden bediend.
Let er op de digitale piano altijd uit te schakelen en de
stekker uit het stopcontact te trekken wanneer u de
digitale piano niet gebruikt.
Gebruik van de netadapter
Zorg ervoor enkel de voor deze digitale piano
voorgeschreven netadapter te gebruiken.
Voorgeschreven netadapter: AD-12
[Linker paneel]
Merk de volgende voorzorgsmaatregelen op om
schade aan het netsnoer te voorkomen.
Tijdens het gebruik
Trek nooit hard aan het snoer.
Trek nooit herhaaldelijk aan het snoer.
Verdraai het snoer nooit aan het uiteinde in de
buurt van de stekker of de aansluiting.
Tijdens het gebruik mag het netsnoer niet strak
uitgetrokken zijn.
Tijdens het vervoer
Zorg ervoor altijd de stekker van de netadapter
uit het stopcontact te trekken voordat u de
digitale piano verplaatst.
Tijdens het opbergen
Maak lussen in het netsnoer wanneer u de
digitale piano opbergt maar windt het netsnoer
niet om de netadapter.
BELANGRIJK!
Zorg ervoor dat het product uitgeschakeld is alvorens de
netadapter in het stopcontact te steken of hem er uit te
trekken.
Bij langdurig gebruik van de netadapter kan deze warm
worden. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
404A-D-006A
12V gelijkspanningsaansluiting (DC 12V)
Netadapter AD-12
Stopcontact
D-5
Aansluitingen
404A-D-007A
BELANGRIJK!
Telkens wanneer u externe apparatuur aansluit dient u
eerst de VOLUME regelaar van de digitale piano en de
volumeregelaar van de externe apparatuur in te stellen
op een relatief laag niveau. U kunt later het volume
instellen op een gewenst volume nadat de aansluitingen
tot stand gebracht zijn.
Refereer altijd aan de documentatie die meegeleverd
wordt met de externe apparatuur voor de juiste
aansluitprocedures.
Aansluiting van de hoofdtelefoon
Sluit een los verkrijgbare hoofdtelefoon aan op de
hoofdtelefoonaansluiting (PHONES) van de digitale
piano. Hierdoor worden de ingebouwde luidprekers
uitgeschakeld hetgeen betekent dat u zelfs midden in
de nacht kunt oefenen zonder de buren uit hun slaap
te houden. Om uw gehoor niet achteruit te laten gaan
mag u het volumeniveau niet te hoog instellen
wanneer u een hoofdtelefoon gebruikt.
[Linker paneel]
Aansluiten op een PEDAL
aansluiting
Afhankelijk van het type bedieningshandelingen die
u wilt uitvoeren via het pedaal (SP-3) sluit u de kabel
van het pedaal op aan de PEDAL DAMPER
aansluiting of de PEDAL SOFT/SOSTENUTO
aansluiting van de digitale piano. Als u beide
aansluitingen tegelijkertijd wilt gebruiken dient u een
andere los verkrijgbaar pedaal aan te schaffen.
Zie Gebruiken van de pedalen van de piano op
pagina D-8 voor informatie aangaande het gebruik van
de pedalen.
[Achterpaneel]
Pedaalaansluiting (PEDAL)
U kunt de los verkrijgbare pedaaleenheid (SP-30)
aansluiten op de PEDAL aansluiting. U kunt de
pedalen gebruiken voor expressie die lijkt op die van
een akoestische piano.
[Onderkant]
Accessoires en opties
Gebruik enkel de accesoires en opties die genoemd
worden voor deze digitale piano. Bij gebruik van niet-
geauthoriseerde items bestaat er gevaar op brand,
elektrische schok en persoonlijk letsel.
Hoofdtelefoon
Hoofdtelefoonaansluiting
(PHONES)
SP-3
Pedaalaansluiting
(PEDAL)
Pedaalaansluiting (PEDAL)
D-6
Spelen met verschillende tonen
404A-D-008A
FUNCTION
METRONOMEVOLUME
REVERB
CHORUSTEMPO
TONE
BRILLIANCE
SPLIT
POWER toets
GRAND PIANO 2
STRINGS
S
electeren en weergeven van
een toon
De piano heeft 11 ingebouwde tonen.
1
Druk op de POWER toets.
2
Stel het volumeniveau in d.m.v. de
VOLUME regelaar.
3
Druk op de TONE toets van de toon die u
wilt selecteren.
Hierdoor gaat de indicator boven de TONE
toets branden.
4
Probeer nu iets op het toetsenbord te spelen.
OPMERKING
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk op
de ACOUSTIC BASS toets om de RIDE ACO BASS
toon te selecteren.
Door de toonselectie te veranderen zal de DSP*
automatisch overschakelen naar de oorspronkelijke
instelling (default) voor de nieuw geselecteerde
toon. Hierdoor worden eventuele noten die op dat
moment worden klinken voor een moment
onderbroken. De DSP* zal automatisch
overschakelen naar de oorspronkelijke instelling
(default) voor de nieuw geselecteerde toon
wanneer de noot hervat wordt. (*Zie pagina D-8)
Bijstellen van de helderheid van
een toon
U kunt de helderheid en de scherpte van een toon naar
uw muzikale en persoonlijke voorkeur bijstellen.
1
Houd de FUNCTION ingedrukt en druk op
de BRILLIANCE toetsen om de helderheid
van de toon tot het gewenste niveau bij te
stellen.
[ ] : produceert een zoetvloeiender geluid
[
] : produceert een helderder geluid
Houd om de helderheidinstelling terug te zetten
op de oorspronkelijke instelling (default) de
FUNCTION toets ingedrukt en druk vervolgens
tegelijkertijd op beide BRILLIANCE toetsen.
Lagen aanbrengen van twee
tonen
Gebruik de volgende procedure om een laag van twee
tonen aan te brengen zodat ze tegelijkertijd klinken.
Van de twee TONE toetsen die u indrukt om lagen van
twee tonen aan te brengen, is de linker toets voor de
hoofdtoon en de rechter toets voor de gelaagde toon.
1
Druk tegelijkertijd op de TONE toetsen van
de twee tonen die u een gelaagde toon wilt
laten vormen.
Voorbeeld: Druk tegelijkertijd op GRAND PIANO
2 toets en op STRINGS toets.
De tonen vormen nu een gelaagde toon.
D-7
2
Nadat u klaar bent met het maken van de
gelaagde tonen, kunt u nogmaals op één
van de TONE toetsen drukken om deze
gelaagde tonen ongedaan te maken.
Bijstellen van de volumebalans
tussen twee gelaagde tonen
1
Terwijl u de FUNCTION toets ingedrukt
houdt, drukt u op één van de klaviertoetsen
die hierboven worden getoond om het
volume van de gelaagde tonen in te stellen.
Houd om de instelling van het volume terug te
zetten op de oorspronkelijke instelling (default)
de FUNCTION toets ingedrukt en druk
vervolgens tegelijkertijd op beide toetsen.
Toewijzen van verschillende
tonen aan de linker- en
rechterkant van het toetsenbord
U kunt verschillende tonen aan de klaviertoetsen aan
de linker- en aan de rechterkant van het toetsenbord
toewijzen.
1
Druk op de TONE toets van de toon die u
wilt selecteren voor het hoge (rechter) bereik.
Voorbeeld: GRAND PIANO 2
2
Druk op de SPLIT toets.
Hierdoor gaat de SPLIT indicator branden.
3
Druk op de TONE toets van de toon die u
wilt selecteren voor het lage (linker) bereik.
Het toetsenbord is nu gespleten tussen twee
tonen.
Voorbeeld: STRINGS
404A-D-009A
Spelen met verschillende tonen
Splitspunt
Laag bereik Hoog bereik
STRINGS GRAND PIANO 2
Laag bereik
Knippert
Linker grens van het hoge berei
k
Hoog bereik
C
1
C
2
C
3
C
4
C
5
C
6
C
7
C
8
Brandt
Brandt niet
Aan
Uit
Volume van de hoofdtoonVolume van de
g
elaa
g
de toon
Oorspronkelijke instelling (default - middenstand)
4
Nadat u klaar bent met het gebruik van het
gespleten toetsenbord, kunt u de SPLIT
toets weer indrukken om de splijting
ongedaan te maken.
Hierdoor gaat de SPLIT indicator uit.
S
pecificeren van het splitspunt van het
toetsenbord
1
Terwijl u de SPLIT toets ingedrukt houdt,
drukt u op de klaviertoets waar u de linker
grens van de (rechter) toon van het hoge
bereik wilt laten zijn.
OPMERKING
De instelling van het splitspunt regelt tevens het
punt waar het toetsenbord gespleten wordt tussen
het begeleidingstoetsenbord (paginas D-12, D-13)
en het melodietoetsenbord. Door het splitspunt te
verplaatsen wordt tevens de grootte van het
begeleidingstoetsenbord en die van het
melodietoetsenbord verandert.
Gebruiken van tooneffecten
Nagalm: Laat de noten resoneren (natrillen)
Zweving: Voegt breedte toe aan de noten
In- en uitschakelen van effecten
1
Telkens bij indrukken van de REVERB of
CHORUS toetsen worden de instelling
heen en weer geschakeld zoals hieronder
aangegeven.
U kunt de status van de effecten bepalen door
de REVERB en CHORUS indicators te
controleren.
D-8
Spelen met verschillende tonen
404A-D-010A
Gebruiken van de pedalen van
de piano
De digitale piano is uitgevoerd met twee
pedaalaansluitingen, één voor een demperpedaal en
één voor een zacht/sostenutopedaal.
Pedaalfuncties
Demppedaal
Door het demppedaal in te trappen tijdens het
spelen zullen de noten die u speelt voor een lange
tijd nagalmen. Als u dit pedaal gebruikt terwijl de
GRAND PIANO 1 of 2 toon geselecteerd is zullen
de noten nagalmen zoals bij het pedaal van een
akoestische vleugel.
Zacht pedaal
Door dit demppedaal in te trappen tijdens het
spelen worden de met de klaviertoetsen
aangeslagen noten verzwakt nadat het pedaal
ingetrapt wordt en maakt het geluid zachter.
Veranderen van het effecttype
Er zijn vier nagalm- en vier akkoordtypes
1
Schakel het effect in dat u wilt veranderen.
2
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk vervolgens op de REVERB of
CHORUS toets om door de instellingen
voor de effecttypes te lopen zoals hieronder
is aangegeven.
[Nagalm]
[Zweving]
Betreffende DSP
Met DSP kunt u complexe akoestische effecten digitaal
produceren.
De DSP wordt toegewezen aan elke toon telkens wanneer
u de spanning van de digitale piano inschakelt.
In- en uitschakelen van DSP
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op één van de hieronder getoonde
klaviertoetsen om DSP in of uit te
schakelen.
Kamer 1 Kamer 2 Zaal 1 Zaal 2
Zweving 1 Zweving 2 Zweving 3 Zweving 4
Uit
Aan
C
1
C
2
C
3
C
4
C
5
C
6
C
7
C
8
OPMERKING
Bij de oorspronkelijke default instellingen is DSP
ingeschakeld voor de hoofdtoon terwijl lagen en splitsen
uitgeschakeld zijn. DSP kan enkel op één onderdeel
worden uitgeoefend zoals hieronder getoond.
U kunt zweving in- of uitschakelen voor elk
hoofdtoon-, gelaagde toon- en splitstoononderdeel.
U kunt nagalm niet in- of uitschakelen voor elke
hoofdtoon, gelaagde toon en splitstoon.
SP-3
Oorspronkelijke
instelling (default)
Gelaagde toon
DSP ingeschakeld
Splitstoon DSP
ingeschakeld
Hoofdtoon
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Uitgeschakeld
Gelaagde
toon
Uitgeschakeld
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Splitstoon
Uitgeschakeld
Uitgeschakeld
Ingeschakeld
D-9
Spelen met verschillende tonen
Sostenutopedaal
Alleen de noten van de klaviertoetsen die
aangeslagen worden terwijl dit pedaal ingedrukt
is zullen worden aangehouden totdat het pedaal
wordt losgelaten.
Selecteren van de pedaalfunctie
Een op de PEDAL aansluitingen van de piano
aangesloten pedaal kan werken als een demppedaal
of als een sostenuto pedaal. Bij inschakelen van de
digitale piano is het pedaal aanvankelijk
geconfigureerd voor werking als een demppedaal. U
kunt de volgende bewerking uitvoeren om te kiezen
tussen dempen en sostenuto als effect van het pedaal.
1
Gebruik de hier onder aangegeven
klaviertoetsen om ofwel het demppedaal
ofwel het sostenuto pedaal te selecteren
terwijl u tegelijkertijd de FUNCTION toets
ingedrukt houdt.
Bijstellen van het effect dat
uitgeoefend wordt wanneer het
demppedaal half ingetrapt wordt
(alleen bij de los verkrijgbare SP-30)
U kunt specificeren tot welke mate het dempeffect
uitgeoefend dient te worden wanneer u het
demppedaal half intrapt. U kunt een instelling
specificeren binnen het bereik lopend van 0 (geen
effect) tot 42 (hetzelfde als volledig indrukken).
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op één van de hieronder getoonde
klaviertoetsen om het gewenste effect te
specificeren.
: Verkleint het effect
: Vergroot het effect
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk
tegelijkertijd op beide toetsen om de instelling
van het volume terug te stellen op de
oorspronkelijke default.
Gebruiken van de ingebouwde
metronoom
U kunt de metronoon gebruiken om de maat te laten
tellen om u te helpen de juiste timing aan te houden.
OPMERKING
Als u lagen/splitsen wilt gebruiken in combinatie
met de metronoom, druk dan eerst op de RHYTHM
toets zodat de ritme-indicator (onder de toets) gaat
branden.
1
Druk op de METRONOME toets.
Hierdoor wordt de metronoom gestart.
2
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op één van de hieronder getoonde
klaviertoetsen om te specificeren hoeveel
maatslagen er in één maat zitten.
De eerste waarde van de maatslag kan ingesteld
worden op een waarde tussen 2 en 6. De bel
(die de eerste slag van de maat aangeeft) klinkt
niet wanneer een waarde 0 gespecificeerd is.
Alle maatslagen worden aangegeven door een
klikgeluid. Deze instelling laat u oefenen bij een
vast maat zonder er over na te hoeven denken
hoeveel maatslagen er in één maat zitten.
3
Gebruik de TEMPO [ ] en [ ] toetsen
terwijl u tegelijkertijd de FUNCTION toets
ingedrukt houdt om het tempo (de snelheid)
van de metronoom te veranderen.
U kunt ook de klaviertoetsen gebruiken om de
instelling van het tempo te veranderen (pagina
D-10).
4
Druk nogmaals op de METRONOME toets
om de werking van de metronoom uit te
schakelen.
C1
C2
C3
C4
C5
C6
C7
C8
Sostenuto
Zacht
C1
C2
C3
C4
C5
C6
C7
C8
Verhoogt de
tempowaarde
Verlaagt de
tempowaarde
404A-D-011A
D-10
RHYTHM
INTRO/
ENDING
START/
STOP
SYNCHRO/
FILL-IN
TEMPO
FUNCTION
SONG/RHYTHM
SELECT
U kunt kiezen uit 20 ingebouwde ritmes. De ritmes 0
tot en met 9 omvatten geluiden van percussie-
instrumenten maar de ritmes 10 tot en met 19 hebben
die niet. Zie de volgende pagina voor informatie
aangaande het gebruik van de ritmes 10 tot en met 19.
1
Druk op de RHYTHM toets zodat de
RHYTHM indicator (onder de toets) gaat
branden.
Telkens bij indrukken van de toets wordt heen
en weer gegaan tussen de bovenste indicator
en de onderste.
2
Terwijl u de FUNCTION toets ingedrukt
houdt, gebruikt u de hieronder aangegeven
klaviertoetsen om een ritmenummer van
twee cijfers in te voeren.
Selecteer een ritme 0 tot en met 9 als u wilt dat
uw begeleidingsritme ook geluiden van
percussie-instrumenten.
3
Druk op de START/STOP toets.
Hierdoor wordt het ritme gestart.
4
Druk nogmaals op de START/STOP toets
om het ritme te beëindigen.
Spelen van ritmes
OPMERKING
U kunt ook door de beschikbare ritmes in stap 2
circuleren door de FUNCTION toets ingedrukt te
houden en op de SONG/RHYTHM SELECT [
]
of [
] toets te drukken.
Voor het ritme wordt 0 geselecteerd door
tegelijkertijd op beide SONG/RHYTHM SELECT
toetsen te drukken.
Bijstellen van het tempo
1
Terwijl u de FUNCTION toets ingedrukt
houdt, gebruikt u de TEMPO [
] en [ ]
toetsen om het tempo (de snelheid) te
veranderen.
Druk tegelijkertijd op de TEMPO [ ] en [ ]
toetsen om terug te stellen op de standaard
instelling van het tempo.
OPMERKING
U kunt ook de klaviertoetsen gebruiken om de
instelling van het tempo te veranderen.
(1) Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk
tegelijkertijd de TEMPO toets in.
(2) Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
gebruik de onderstaande klaviertoetsen om een
nummer van drie cijfers in te voeren.
* Tempobereik: 30 255
404A-D-012A
D-11
Gebruiken van de
automatische begeleiding
Bij automatische begeleiding speelt het keyboard
automatisch de ritme-, bas- en akkoorddelen in
overeenstemming met de akkoorden die u selecteert
met vereenvoudige vingerzettingen op het
toetsenbord of akkoorden die u aanslaat. De
automatische begeleiding geeft u het gevoel alsof u
uw eigen muziekband altijd bij u heeft.
OPMERKING
De ritmes 10 tot en met 19 bestaan alleen uit
akkoordbegeleidingen zonder slagwerk- of
ritmeklanken. Deze ritmes klinken niet tenzij
CASIO CHORD, FINGERED of FULL RANGE
CHORD geselecteerd wordt als de
begeleidingsfunctie. Bij dergelijke ritmes dient u er
op te letten dat CASIO CHORD, FINGERED of
FULL RANGE CHORD geselecteerd is voordat u
probeert deze akkoorden te spelen.
Spelen met automatische begeleiding
VOORBEREIDINGEN
Selecteer het ritme dat u wilt gebruiken en stel het tempo
bij.
1
Selecteer één van de drie akkoordfuncties
(MODE).
In dit geval zullen we de CASIO CHORD
functie selecteren.
Zie pagina D-12 voor informatie aangaande het
gebruik van de akkoordfuncties.
Spelen van ritmes
404A-D-013A
2
Druk op de SYNCHRO/FILL-IN toets.
Dit configureert de piano op dusdanige manier
dat het ritme en de akkoord begeleiding
automatisch starten wanneer u een van de
klaviertoetsen aanslaat dat zich binnen het
bereik van het begeleidingstoetsenbord
bevinden.
3
Druk op de INTRO/ENDING toets.
Dit configureert de piano op dusdanige manier
dat de begeleiding start met een intropatroon.
4
Gebruik een CASIO CHORD vingerzetting
om het eerste akkoord te spelen binnen het
bereik van het begeleidingstoetsenbord.
Hierdoor gaat het intropatroon voor het
geselecteerde ritme spelen gevolgd door het
ritme en het akkoordpatroon van de
automatische begeleiding.
5
Gebruik CASIO CHORD vingerzettingen
om andere akkoorden aan te slaan.
Zie Hoe worden akkoorden gespeeld op
pagina D-12 voor informatie aangaande hoe de
vingerzettingen voor akkoorden werken bij de
verschillende akkoordfuncties.
U kunt een fill-in patroon tussenvoegen terwijl
de automatische begeleiding.aan het spelen is
door op de SYNCHRO/FILL-IN toets te
drukken. Een fill-in is handig om de sfeer van
een automatische begeleidingspatroon te
veranderen.
6
Druk op de INTRO/ENDING toets om de
automatische begeleiding te beëindigen.
Hierdoor wordt een eindpatroon gespeeld voor
het geselecteerde ritme voordat u de weergave
van de automatische begeleiding stopt.
OPMERKING
U kunt de weergave van de automatische
begeleiding starten of beëindigen zonder een intro-
of een eindpatroon door op de START/STOP toets
te drukken tijdens de stappen 3 of 6.
U kunt het volume van de automatische
begeleiding bijstellen. Zie Bijstellen van het
volume van de begeleiding en de ingebouwde
melodieën op pagina D-20.
FULL RANGE CHORD
FINGERED
NORMAL
CASIO CHORD
D-12
OPMERKING
Het maakt tijdens het spelen van mineur en septiem
akkoorden geen verschil of u nu op een zwarte of
op een witte klaviertoets drukt zolang het maar
rechts is van een majeurakkoord klaviertoets.
Spelen van ritmes
Akkoordtypes
Met de CASIO CHORD begeleiding kunt u vier types
akkoorden spelen met minimale vingerzettingen.
404A-D-014A
Begeleidingstoetsen Melodietoetsen
Akkoordtypes
Majeurakkoorden
Druk op één van de
begeleidingstoetsen. Merk op
dat het akkoord dat
geproduceerd wordt bij
indrukken van een klaviertoets
van het begeleidingstoetsenbord
niet de octaaf verandert
ongeacht welke klaviertoets u
gebruikt om te spelen.
Mineurakkoorden (m)
Houd om een mineurakkoord te
spelen de majeurakkoord
klaviertoets ingedrukt en druk
op een klaviertoets rechts van de
majeurakkoord klaviertoets op
het begeleidingstoetsenbord.
Septiemakkoorden (7)
Houd om een septiemakkoord te
spelen de majeurakkoord
klaviertoets ingedrukt en druk
op twee willekeurige
klaviertoetsen rechts van de
majeurakkoord klaviertoets op
het begeleidingstoetsenbord.
Mineur septiemakkoorden (m7)
Houd om een mineur
septiemakkoord te spelen de
majeurakkoord klaviertoets
ingedrukt en druk op drie
willekeurige klaviertoetsen
rechts van de majeurakkoord
klaviertoets op het
begeleidingstoetsenbord.
Voorbeeld
C majeur (C)
CC DE F
##
EFGA
ABB
CC DE FE
#
C mineur (Cm)
CC DE F
##
EFGA
ABB
CC DE FE
#
C septiem (C7)
CC DE F
##
EFGA
ABB
CC DE FE
#
C mineur septiem
(Cm7)
CC DE F
##
EFGA
ABB
CC DE FE
#
Hoe worden akkoorden gespeeld
De manier waarop u de vingerzettingen van
akkoorden aanslaat, hangt af van de huidige
akkoordfunctie.
Normal (normaal)
Tijdens deze functie is er geen automatische
begeleiding zodat u alle klaviertoetsen van de piano
kunt aanslaan voor standaard vingerzetting van
akkoorden en van melodienoten.
CASIO CHORD
Met deze methode van akkoordspel is het voor iedereen
mogelijk om eenvoudig akkoorden te spelen ongeacht
of u nu muziekkennis of ervaring heeft. Hieronder volgt
een beschrijving van het CASIO CHORD
begeleidingstoetsenbord en het melodietoetsenbord
en kunt u aan de weet komen hoe CASIO CHORD nu
eigenlijk gespeeld wordt
.
CASIO CHORD begeleidingstoetsenbord en
melodietoetsenbord
BELANGRIJK!
Het begeleidingstoetsenbord kan enkel gebruikt worden
voor het spelen van akkoorden. Er wordt geen geluid
geproduceerd als u probeert melodienoten op het
begeleidingstoetsenbord te spelen.
Het splitspunt (pagina D-7) is het punt dat het
automatische begeleidingsgedeelte scheidt van het
melodiegedeelte op het toetsenbord. U kunt de plaats van
het splitspunt veranderen waardoor tevens de grootte van
de beide gedeelten van het toetsenbord veranderd wordt.
FINGERED (vingerzetting)
Bij deze functie specificeert u akkoorden door ze te
spelen zoals u zou doen op een piano, d.w.z. binnen
het begeleidingstoetsenbordbereik. Om dus een C
akkoord te spelen dient u C-E-G aan te slaan.
FINGERED begeleidingstoetsenbord en
melodietoetsenbord
Begeleidingstoetsen Melodietoetsen
D-13
Spelen van ritmes
CCm
Cdim
Caug *
1
Csus4
C7 *
2
Cm7 *
2
Cmaj7 *
2
Cm7
5
C7
5
*
1
C7sus4
Cadd9
Cmadd9 CmM7 *
2
Cdim7 *
1
OPMERKING
Zie de Fingered akkoordkaarten op pagina A-2
voor details aangaande het spelen van akkoorden
met andere sleutels.
*1: Geïnverteerde vingerzettingen kunnen niet
worden gebruikt. De laagste noot is de grondtoon.
*2: Dezelfde akkoorden kunnen worden gespeeld
zonder op de 5de G te drukken.
OPMERKING
Behalve bij de akkoorden bij de hierboven
aangegeven noot*
1
zullen geïnverteerde
vingerzettingen (bijvoorbeeld E-G-C of G-C-E i.p.v.
C-E-G) dezelfde akkoorden produceren als de
standaard vingerzetting.
Behalve bij de uitzondering voor de hierboven
aangegeven noot*
2
dienen alle klaviertoetsen die een
akkoord vormen te worden ingedrukt. Als zelfs één
klaviertoets niet ingedrukt wordt zal het gewenste
FINGERED akkoord niet worden gespeeld
.
Akkoorden die dit keyboard kan herkennen
De volgende tabel identificeert patronen die door
FULL RANGE CHORD kunnen worden herkend als
akkoorden.
BELANGRIJK!
Het begeleidingstoetsenbord kan enkel gebruikt worden
voor het spelen van akkoorden. Er wordt geen geluid
geproduceerd als u probeert melodienoten op dit
toetsenbord te spelen.
Het splitspunt (pagina D-7) is het punt dat het
automatische begeleidingsgedeelte scheidt van het
melodiegedeelte op het toetsenbord. U kunt de plaats van
het splitspunt veranderen waardoor tevens de grootte van
de beide gedeelten van het toetsenbord veranderd wordt.
404A-D-015A
Begeleidingstoetsen/Melodietoetsen
Patroontype
FINGERED
Standaard
vingerzetting
Aantal akkoordvariaties
De 15 akkoordpatronen die
aangegeven worden bij
FINGERED op pagina D-12.
23 standaard vingerzettingen. Hier
volgen voorbeelden van de 23
akkoorden die beschikbaar zijn met
C als basnoot.
FULL RANGE CHORD
(akkoorden met volledig bereik)
Deze begeleidingsmethode maakt het mogelijk om in
het totaal 38 variaties te verkrijgen voor de akkoorden:
de 15 van de FINGERED functie plus 23 variaties. Het
keyboard interpreteert elke aanslag van drie of meer
klaviertoetsen die overeenkomt met een FULL RANGE
CHORD patroon als een akkoord. Indien het geen FULL
RANGE CHORD patroon betreft maar er wel meerdere
klaviertoetsen worden ingedrukt, zal de aanslag als
melodieweergave worden geïnterpreteerd. Om deze
reden is een gescheiden begeleidingstoetsenbord niet
nodig en kan het gehele toetsenbord van links naar
rechts gebruikt worden voor zowel melodieën als voor
akkoorden.
FULL RANGE CHORD begeleidingstoetsenbord en
melodietoetsenbord
OPMERKING
Als er meer dan zes halftonen tussen de laagste noot
en de volgende noot daar rechts van liggen, wordt
de laagste noot geïnterpreteerd als een basnoot.
E
EG C
G C
2
1
1 .. Akkoord C
2 .. Akkoord C
C
E
Voorbeeld: Om het akkoord C majeur te spelen en .
C
E
B
C
D
m
C
Dm
C
Fm
C
Gm
C
Am
C
B
m
C
••
Ddim
C
A
7
C
F7
C
Fm7
C
Gm7
C
A
add9
C
••••
C6 Cm6 C69
•••••
D
C
E
C
F
C
G
C
A
C
B
C
D
C
D-14
Spelen van de melodieën in de
muziekbibliotheek
Uw piano wordt geleverd met 60 ingebouwde
melodieën in de muziekbibliotheek. Zie de melodielijst
op pagina A-1 van deze gebruiksaanwijzing voor
nadere informatie.
1
Druk op de MUSIC LIBRARY toets zodat
de MUSIC LIBRARY indicator (boven de
toets) gaat branden.
Telkens bij indrukken van de toets wordt heen
en weer gegaan tussen de bovenste indicator
en de onderste.
2
Druk op de hier onder aangegeven
klaviertoetsen terwijl u tegelijkertijd de
FUNCTION toets ingedrukt houdt.
3
Druk op de START/STOP toets.
Hierdoor wordt de weergave van de melodie
gestart.
4
Druk nogmaals op de START/STOP toets
om de weergave van de melodie te
beëindigen.
Leren om de melodieën in de muziekbibliotheek te spelen
OPMERKING
U kunt ook door de beschikbare melodieën in stap
2 circuleren door de FUNCTION toets ingedrukt
te houden en op de SONG/RHYTHM SELECT [
]
en [
] toetsen te drukken.
Melodie 0 wordt geselecteerd door tegelijkertijd op
beide SONG/RHYTHM SELECT toetsen te
drukken.
Tijdens het weergeven van een ingebouwde
melodie kunnen lagen en splitsen niet worden
gebruikt.
In- en uitschakelen van het aftellen
Gebruik de volgende procedure om het aftellen aan
het begin van een melodie in of uit te schakelen.
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op één van de hieronder getoonde
klaviertoetsen om het geluid van het
aftellen in of uit te schakelen.
MUSIC
LIBRARY
LEFT/TRACK1
RIGHT/TRACK2
FUNCTION SONG/RHYTHM
SELECT
START/
STOP
404A-D-016A
Uit
Aan
C1
C2
C3
C4
C5
C6
C7
C8
D-15
Leren om de melodieën in de muziekbibliotheek te spelen
Oefenen van een melodie in de
muziekbibliotheek
U kunt het linker- of rechterhand gedeelte van een
melodie in de muziekbibliotheek uitschakelen en op
de piano meespelen.
VOORBEREIDINGEN
Selecteer de melodie die u wilt oefenen en stel het TEMPO
bij (Zie Bijstellen van het tempo op pagina D-10).
De maximale instelling voor het tempo is dubbel het
oorspronkelijke default tempo van de melodie.
Een aantal melodieën heeft tempoveranderingen
halverwege om specifieke muziekeffecten te produceren.
1
Gebruik de LEFT/TRACK 1 RIGHT/
TRACK 2 toets om delen in en uit te
schakelen.
De indicators boven de toets tonen de huidige
aan/uit status van de delen.
2
Druk op de START/STOP toets.
Hierdoor wordt de weergave van de melodie
gestart zonder het gedeelte dat u in stap 1
selecteerde.
3
Speel het ontbrekende gedeelte op het
toetsenbord van de piano.
4
Druk nogmaals op de START/STOP toets
om de weergave van de melodie te
beëindigen.
404A-D-017A
D-16
U kunt de noten die u speelt opslaan in het
melodiegeheugen om ze later weer te geven.
OPMERKING
U kunt lagen en splitsen niet gebruiken tijdens
opnamebewerkingen van het melodiegeheugen.
De maaslaginstelling van de metronoom verandert
automatisch naar 0 terwijl u het melodiegeheugen
gebruikt. Deze instelling is vast en kan niet worden
veranderd.
Sporen
Het geheugen van dit keyboard neemt noten op en
geeft ze weer ongeveer zoals een normale
bandrecorder. Er zijn twee sporen die gescheiden
opgenomen kunnen worden. Naast noten kan elk
spoor haar eigen toonnumer toegewezen worden.
Tijdens de weergave kunt u het tempo aanpassen om
de weergavesnelheid te veranderen.
Capaciteit van het melodiegeheugen
U kunt maximaal 10000 noten (Spoor 1 + Spoor 2)
in het melodiegeheugen opslaan.
Het opnemen wordt automatisch gestopt als het
aantal noten in het melodiegeheugen de maximale
capaciteit overschreidt tijdens het opnemen. Dit
wordt aangegeven door de REC indicator die uit gaat.
Overige data in het melodiegeheugen
De volgende data is inbegrepen terwijl wordt
opgenomen naar het melodiegeheugen: spelen op de
klaviertoetsen, geselecteerde tonen, instelling van het
tempo (alleen bij Spoor 1), pedaalbewerkingen,
instellingen voor nagalm en zweving, DSP aan/uit
instelling, helderheidinstelling, instelling van het
begeleidingsvolume, geselecteerd ritme (alleen bij
Spoor 1), akkoordfunctie (alleen bij Spoor 1) en intro/
fill-in/eindpatroon controle (alleen bij Spoor 1).
Opnemen naar en weergeven van het melodiegeheugen
LEFT/TRACK1
RIGHT/TRACK2
START/
STOP
SONG MEMORY
SYNCHRO/
FILL-IN
INTRO/
ENDING
Het opslaan van opgenomen data
Deze digitale piano heeft een lithiumbatterij om in
spanning te voorzien om de geheugeninhoud te
bewaren zelfs wanneer de spanning uit is.* De
lithiumbatterij gaat vijf jaar mee na de productiedatum
van de digitale piano. Neem contact op met uw CASIO
onderhoudswerkplaats of dealer voor het vervangen
van de lithiumbatterijen eens per vijf jaar.
* Schakel de piano nooit uit terwijl een
opnamefunctie plaats vindt.
BELANGRIJK!
Als de data die op één enkel spoor opgenomen is alle
beschikbare capaciteit gebruikt in het melodiegeheugen,
kunt u verder niets opnemen op het andere spoor.
Het opnemen van nieuwe data op een spoor wist
automatisch alle data uit die eerder op dat spoor was
opgeslagen.
Als de spanning wordt uigeschakeld terwijl een opname
plaatsvindt, wordt alle tot op dat moment opgenomen
data uitgewist.
CASIO COMPUTER CO., LTD. draagt geen
verantwoordelijkheid voor enig verlies door u of derden
door het verlies van data die veroorzaakt wordt door
defecten of reparaties van deze digitale piano of door het
vervangen van de batterijen.
Bediening van de geheugentoets
Telkens bij indrukken van de SONG MEMORY toets
wordt de volgende functie van de cyclus ingeschakeld
zoals hieronder aangegeven.
404A-D-018A
Spoor 1
Start Einde
Spoor 2
Automatische begeleiding
(ritme, baslijn, akkoorden), melodie
Melodie
Data op
g
enomen op het spoor
Weergave-
standby
Opname-
standby
Normaal
Brandt Knippert Uit
D-17
Opnemen naar en weergeven van het melodiegeheugen
Opnemen van uw spel op het
toetsenbord
U kunt opnemen op beide sporen met of zonder
weergave van het andere spoor.
Opnemen op het ene spoor terwijl het
andere niet wordt weergegeven
Let er op dat u de opmerkingen bij stappen 1 en 2
aandachtig leest voordat u deze stappen
daadwerkelijk uitvoert, wanneer u een andere melodie
op gaat nemen bij spoor 2 na spoor 1 te hebben
opgenomen.
1
Druk op de SONG MEMORY toets zodat
de PLAY indicator brandt.
Selecteer de toon en de effecten die u voor de
opname wilt gebruiken en configureer de
instellingen voor het tempo en de maatslag.
OPMERKING
Druk op de LEFT/TRACK 1 RIGHT/TRACK 2
toets om de L/T1 indicator uit te schakelen,
wanneer u een andere melodie op gaat nemen bij
spoor 2 na spoor 1 te hebben opgenomen.
2
Druk op de SONG MEMORY toets zodat
de REC indicator gaat knipperen.
Op dat moment moet de LEFT/TRACK 1
indicator gaan knipperen. Dit geeft aan dat de
standbyfunctie van piano klaar is voor het
opnemen van Spoor 1.
OPMERKING
Wilt u op Spoor 2 opnemen, druk dan op de LEFT/
TRACK 1 RIGHT/TRACK 2 toets. Hierdoor gaat
de RIGHT/TRACK 2 indicator knipperen om aan
te geven de standbyfunctie van piano klaar is voor
het opnemen van Spoor 2.
Wilt u tijdens het opnemen gebruik maken van
de metronoom, druk dan op de METRONOME
toets om deze te starten.
Als u een ritme en/of automatische begeleiding
wilt gebruiken tijdens het opnemen (alleen op
Spoor 1), selecteer dan de ritme- en
akkoordfuncties.
3
Ga iets spelen op het toetsenbord.
Hierdoor wordt de opname gestart.
In feite zijn er verschillende manieren om de
opname te starten. Zie Starten van de opname
hierna voor nadere informatie.
4
Druk nadat u klaar bent nogmaals op de
START/STOP toets om de opname te
beëindigen.
Als u een ritme gebruikt, kunt u de opname
beëindigen met een eindpatroon door op de
INTRO/ENDING toets te drukken.
Door de opname te beëindigen gaat de REC
indicator uit terwijl de indicator aangaat boven
de toets van het spoor waarop u opnam.
Druk nogmaals op de START/STOP toets om
het spoor af te spelen dat u zojuist opgenomen
heeft.
5
Druk na voltooien van het opnemen of
weergeven op de SONG MEMORY toets
zodat de PLAY of REC indicator uitgaat.
Starten van de opname
U kunt één van de volgende methodes gebruiken om
het opnemen te starten in stap 2 van de bovenstaande
procedure.
Bij opnemen van Spoor 1 met ritme of de
automatische begeleiding
Druk op de START/STOP toets om het opnemen
te starten.
Druk op de SYNCHRO/FILL-IN toets om de
standfunctie bij de piano in te schakelen voor
gesynchroniseerd starten. Het opnemen wordt
gestart wanneer u een akkoord aanslaat dat zich
binnen het bereik bevindt van het
begeleidingstoetsenbord van het keyboard.
404A-D-019B
Uit Brandt
D-18
Opnemen naar en weergeven van het melodiegeheugen
4
Druk op de START/STOP toets of speel iets
op het toetsenbord om gelijktijdige
weergave van Spoor 1 en opname naar
Spoor 2 te starten.
5
Druk nogmaals op de START/STOP toets
om de opname te beëindigen.
Weergave van het
melodiegeheugen
1
Druk op de SONG MEMORY toets zodat
de PLAY indicator brandt.
2
Gebruik de LEFT/TRACK 1 RIGHT/
TRACK 2 toets om het spoor te selecteren
dat u wilt weergeven.
De indicators boven de toets tonen het
momenteel geselecteerde spoor.
Om Spoor 1 weer te geven dient de LEFT/
TRACK 1 indicator aan te zijn.
Om Spoor 2 weer te geven dient de RIGHT/
TRACK 2 indicator aan te zijn.
Om zowel Spoor 1 als Spoor 2 weer te geven
dienen beide indicators ingeschakeld te zijn.
3
Druk op de START/STOP toets.
Hierdoor wordt de weergave van het
geselecteerde spoor gestart.
U kunt de instelling van het tempo aanpassen
terwijl een spoor wordt weergegeven.
Terwijl een spoor wordt weergegeven kunt u
de metronoom in- of uitschakelen d.m.v.. de
METRONOME toets.
U kunt de instelling van de toon niet veranderen
tijdens de weergave.
Druk nogmaals op de START/STOP toets om
de weergave te beëindigen.
404A-D-020B
Druk op de INTRO/ENDING toets om de
standfunctie bij de piano in te schakelen voor
gesynchroniseerd starten. Het opnemen wordt
gestart en een intropatroon gaat spelen wanneer
u een akkoord aanslaat dat zich binnen het bereik
bevindt van het begeleidingstoetsenbord van het
keyboard.
Bij opnemen van Spoor 1 zonder ritme of de
automatische begeleiding
De opname wordt gestart zodra u iets op het
toetsenbord speelt.
Bij opnemen naar Spoor 2
Druk op de START/STOP toets of speel iets op
het toetsenbord om het opnemen te starten.
Opnemen van het ene spoor terwijl u
het andere aan het weergeven bent
Nadat u klaar bent opnemen kunt u Spoor 1 en Spoor
2 tegelijkertijd weergeven.
Voorbeeld: Opnemen op Spoor 2 terwijl u de inhoud
van Spoor 1 aan het weergeven bent
1
Druk op de SONG MEMORY toets zodat
de PLAY indicator brandt.
Selecteer de toon en effecten die u wilt
gebruiken tijdens het opnemen.
2
Druk op de LEFT/TRACK 1 RIGHT/
TRACK 2 toets zodat de LEFT/TRACK 1
indicator gaat branden.
3
Druk nogmaals op de SONG MEMORY
toets.
Hierdoor gaat de LEFT/TRACK 1 indicator
knipperen. Druk nogmaals op de LEFT/
TRACK 1 RIGHT/TRACK 2 toets zodat de
RIGHT/TRACK 2 indicator gaat knipperen
hetgeen aangeeft dat de piano standby staat
voor het opnemen van Spoor 2.
D-19
Opnemen naar en weergeven van het melodiegeheugen
Wissen van
melodiegeheugendata
BELANGRIJK!
De bovenstaande procedure wist alle data van het
geselecteerde spoor. Merk op dat de bewerking voor
wissen niet ongedaan kan worden gemaakt. Controleer
dus dat u de data in het melodiegeheugen inderdaad niet
meer nodig heeft voordat u de volgende stappen uitvoert.
1
Druk op de SONG MEMORY toets zodat
de REC indicator gaat knipperen.
2
Gebruik de LEFT/TRACK 1 RIGHT/
TRACK 2 toets om het spoor te selecteren
dat u wilt wissen.
De indicators boven de toets tonen het
momenteel geselecteerde spoor.
Om Spoor 1 te wissen dient de LEFT/TRACK
1 indicator te knipperen.
Om Spoor 2 te wissen dient de RIGHT/TRACK
2 indicator te knipperen.
3
Houd de SONG MEMORY toets ingedrukt
totdat de REC indicator stopt met knipperen
en blijft branden.
4
Druk op de LEFT/TRACK 1 RIGHT/
TRACK 2 toets.
Hierdoor wordt het geselecteerde spoor
uitgewist en wordt de standbyfunctie
ingeschakeld.
404A-D-021A
D-20
Overige instellingen
Bijstellen van het volume van
de begeleiding en de
ingebouwde melodieën
Voer de volgende bewerking uit om het volumeniveau
te veranderen van het ritme en de akkoordbegeleiding
of van de ingebouwde melodie.
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op één van de hieronder getoonde
klaviertoetsen om het begeleidingsvolume
of het melodievolume te verhogen (
) of
te verlagen (
).
: Verhoogt het begeleidingsvolume of het
melodievolume
: Verlaagt het begeleidingsvolume of het
melodievolume
FUNCTION TRANSPOSE TUNE
404A-D-022A
C1
C2
C3
C4
C5
C6
C7
C8
Uit
Zwak Sterk
Normaal
C1
C2
C3
C4
C5
C6
C7
C8
Veranderen van de
toetsgevoeligheid
Deze instelling verandert de relatieve gevoeligheid
van het klaviertoetsen.
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op één van de hieronder getoonde
klaviertoetsen.
Uit
Zwak (een sterk geluid wordt geproduceerd zelfs
wanneer een relatieve lage druk wordt
uitgeoefend op de klaviertoetsen.)
Normaal
Sterk (een normaal geluid wordt geproduceerd zelfs
wanneer een relatieve sterke druk wordt
uitgeoefend op de klaviertoetsen.)
D-21
Overige instellingen
Veranderen van de sleutel van
de piano
Gebruik deze instelling om de sleutel van het toetsenbord
in stapjes van een halve toon te verhogen of te verlagen.
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op de TRANSPOSE toetsen om de
algehele sleutel van het toetsenbord te
verhogen of te verlagen.
[ ] : Verhogen
[
] : Verlagen
OPMERKING
Houd om de sleutel van de piano terug te zetten
op C (default) de FUNCTION toets ingedrukt en
druk vervolgens tegelijkertijd op beide
TRANSPOSE [
] en [ ] toetsen.
Na het toetsenbord tot een hogere sleutel te hebben
getransponeerd kan het voorkomen dat de noten
in het hoogste bereik van het toetsenbord bij
bepaalde tonen niet zuiver klinken.
Veranderen van de toonhoogte
van de piano voor aanpassing
aan een ander instrument
Gebruik deze instelling om de algehele toonhoogte van
de piano te verhogen of te verlagen. Het instelbereik
loopt van plus of min 50 cent (100 cent = 1 halve toon)
van de standaard toonhoogte van A4 = 440,0 Hz.
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk
op de TUNE toetsen om de algehele toonhoogte
van het toetsenbord te verhogen of te verlagen.
[ ] : Verhogen
[
] : Verlagen
* Telkens bij indrukken van een toets wordt de huidige
instelling verandert met circa 1 cent (1/100 halve toon).
OPMERKING
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk
tegelijkertijd op beide TUNE toetsen [
] en [ ]
als u de toonschaal terug wilt zetten op standaard
A
4 = 440,0Hz.
404A-D-023A
Gebruiken van het geheugen
van de digitale piano
Wanneer het basisinstellinggeheugen ingeschakeld is
zal de digitale piano de basisinstellingen* onthouden
telkens wanneer u de spanning uitschakelt. Als u het
basisinstellinggeheugen uitschakelt zullen de
instellingen worden gewist wanneer u de spanning
van de digitale piano uitschakelt.
1
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en
druk op één van de hieronder aangegeven
klaviertoetsen om het basisinstelgeheugen
in of uit te schakelen.
Gebruiken van MIDI
Wat is MIDI?
De letters MIDI vormen de afkorting van Musical
Instrument Digital Interface, vrij vertaald als digitale
interface voor muziekinstrumenten. MIDI is een
wereldstandaard voor digitale signalen en
aansluitingen die het mogelijk maakt voor
muziekinstrumenten en computers (machines) om
data met elkaar uit te wisselen ongeacht het merk of
het fabrikaat van de apparatuur.
OPMERKING
Bezoek voor nadere informatie betreffende
MIDI implementatie CASIOs website op:
http://world.casio.com/.
C1
C2
C3
C4
C5
C6
C7
C8
Aan
Uit
Uitschakelen van de spanning tijdens de
muziekbibliotheekfunctie
De volgende maal dat u de digitale piano inschakelt,
zullen de volgende instellingen geconfigureerd zijn
in overeenstemming met het basisinstellinggeheugen.
Melodieselectie, aanslaggevoeligheid, pedaaltype,
demppedaalinstelling, metronoom maatslag,
gelaagde toon volumebalans, splitspunt, zendkanaal
Uitschakelen van de digitale piano tijdens de
ritmefunctie
De volgende maal dat u de digitale piano inschakelt
en de ritmefunctie inschakelt, za de niet-lokale
controle instelling (zie Gebruiken van MIDI
hieronder) geconfigureerd zijn in overeenstemming
met het basisinstellinggeheugen.
D-22
1
Zendkanaal
: Verkleint de waarde
+: Vergroot de waarde
2
Begeleiding/melodie MIDI uitgang
Uit
Aan
3
MIDI ingang akkoordbeoordeling
Uit
Aan
4
Lokale bediening
Uit
Aan
Overige instellingen
404A-D-024A
C
1
C
2
C
3
C
4
C
5
C
6
C
7
C
8
3
Aan
Uit
1
+
42
Aan
Uit
Aan
Uit
MIDI aansluitingen
Zenden
Ontvangen
MIDI instellingen
1
Zendkanaal
Gebruik deze instelling om één van de MIDI
kanalen (1 16) te specificeren als het zendkanaal
voor het zenden van MIDI boodschappen naar een
extern toestel.
2
Begeleiding/melodie MIDI uitgang
Gebruik deze instelling om te specificeren of MIDI
boodschappen voor de automatische begeleiding
van de piano al dan niet moeten worden verzonden.
3
MIDI ingang akkoordbeoordeling
Specificeert of akkoordbeoordeling dient te worden
toegepast bij begeleidingsbereik MIDI noot aan
boodschappen die worden ontvangen van een
extern toestel.
4
Lokale bediening
Deze instellingen bepalen of de spanning intern naar
het toetsenbord en de klankbron dient te worden
uitgeschakeld. Door de lokale bediening uit te
schakelen wordt de spanning intern naar het
toetsenbord en de klankbron uitgeschakeld hetgeen
inhoudt dat de piano geen geluid produceert zelfs als
de klaviertoetsen worden aangeslagen. Dit is handig
wanneer u het toetsenbord van de piano wilt
uitschakelen maar de automatische begeleidingsfunctie
wilt gebruiken voor de begeleiding van een externe
sequencer of een ander toestel.
1
Terwijl u de FUNCTION toets ingedrukt
houdt, druk op één van de hieronder
aangegeven klaviertoetsen om de instelling
naar wens te configureren.
OUT
INZendtoestel
Ontvangsttoestel
MIDI kabel: MK-5
MIDI muziekinstrument
MIDI geluidsmodule
MIDI sequencer
Ander MIDI toestel
MIDI muziekinstrument
MIDI sequencer
Ander MIDI toestel
IN
OUTOntvangsttoestel
Zendtoestel
MIDI kabel: MK-5
D-23
404A-D-025A
Oplossen van moeilijkheden
Symptoom
Geen geluid geproduceerd bij
indrukken van de klaviertoetsen.
Keyboard is vals.
Geen geluid bij weergave van
demonstratiemelodieën.
Geheugeninhoud is uitgewist.
Geen geluid geproduceerd bij
aangesloten externe MIDI
geluidsbron bij indrukken van
klaviertoetsen bij de digitale
piano.
De kwaliteit en het volume van
een toon kunnen uitwat anders
klinken afhankelijk van waar deze
op het toetsenbord gespeeld
wordt.
Mogelijke oorzaak
1. VOLUME regelaar staat op
MIN.
2. Hoofdtelefoon is aangesloten
op de digitale piano.
3. Lokale bediening is
uitgeschakeld.
4. Controleer de huidige instelling
van de begeleidingsfunctie.
Gewoonlijk zal het
begeleidingstoetsenbord geen
enkele noot produceren als
CASIO CHORD of FINGERED
geselecteerd is als de
begeleidingsfunctie.
1. De sleutel van de piano is
ingesteld op een waarde anders
dan C.
2. Onjuiste toonhoogte instelling
van de piano.
1. VOLUME regelaar staat op
MIN.
2. Hoofdtelefoon is aangesloten
op de digitale piano.
Lithiumbatterij is leeg.
1. Het zendkanaal van de digitale
piano komt niet overeen met het
zendkanaal van de MIDI
klankbron.
2. De instelling van het volume of
de expressie bij de externe
klankbron is ingesteld op 0.
Aktie
1. Schuif de VOLUME regelaar in
de richting van de MAX kant.
2. Haal de stekker van de
hoofdtelefoon uit de digitale
piano.
3. Schakel de lokale bediening in.
4.
Verander de begeleidingsfunctie
naar NORMAL.
1. Verander de sleutel van de
piano naar C of schakel de
digitale piano uit en vervolgens
weer in.
2. Corrigeer de instelling van de
toonhoogte of schakel de
digitale piano uit en vervolgens
weer in.
1. Schuif de VOLUME regelaar in
de richting van de MAX kant.
2. Haal de stekker van de
hoofdtelefoon uit de digitale
piano.
Neem contact op met uw CASIO
onderhoudswerkplaats op te
bellen om de lithiumbatterij te
laten vervangen.
1. Verander de
zendkanaalinstellingen zodat
ze hetzelfde zijn.
2. Stel de instelling van volume of
expressie bij de externe
klankbron in op een passende
waarde.
Referentie
Pagina D-6
Pagina D-5
Pagina D-22
Pagina D-12
Pagina D-21
Pagina D-21
Pagina D-6
Pagina D-5
Pagina D-25
Pagina D-22
Zie de uitleg die
geleverd wordt
bij de externe
klankbron.
Dit is een onvermijdelijk bijproduct van het digitale sampling proces* en duidt niet op
een defect.
* Meerdere digitale samples worden genomen in het lage, het midden en het hoge bereik
van het originele muziekinstrument. Hierdoor kan het voorkomen dat er zich kleine
verschillen in toonaard en volume voordoen tussen de bereiken van de samples.
D-24
404A-D-026A
Technische gegevens
Model: PX-110
Toetsenbord:
88
pianotoetsen (met toetsrespons)
Polyfonie:
32
noten, maximaal
Tonen: 11; met laag, splitsing
Digitale effecten: Nagalm (4 types), koor (4 types), DSP, helderheid
Metronoom: Voortekening: 0, 2, 3, 4, 5, 6
Tempobereik: 30 255
Automatische begeleiding: Aantal ritmes: 20
Tempobereik: 30 255
Bedieningen: START/STOP, INTRO/ENDING, SYNCHRO/FILL-IN
Functies: Normaal; CASIO CHORD, FINGERED, FULL RANGE CHORD
Begeleidingsvolume: Instelbaar
Muziekbibliotheek: Aantal melodieën: 60
Melodievolume: Instelbaar
Demonstratie: Doorlopende lusherhaling van alle 60 voorkeuzemelodieën
Onderdeel aan/uit: Linkerhand, rechterhand
Melodiegeheugen: Bediening: Real-time opname, weergave
Capaciteit: Ca. 10.000 noten (2 sporen in het totaal)
Geheugenondersteuning: ingebouwde lithiumbatterij (levensduur: 5 jaar)
Pedalen: Demper, Zacht/Sostenuto (Selecteerbaar)
Andere functies: Toetsgevoeligheid: 3 types, uit
Transponeren: 1 octaaf (F
tot C tot F)
Toonschaal: A4 = 440,0 Hz ±50 cent (instelbaar)
MIDI: 16 multitonale ontvangst
Ingang/uitgang: Hoofdtelefoon: Stereo mini aansluitingen × 2
Uitgangsimpedantie : 170
Uitgangsspanning : 5,5 V (RMS) MAX
Pedaal: Standaard aansluitingen × 2
Voeding: 12 V gelijkstroomaansluiting (12 V DC)
MIDI uitgangs-/ingangsaansluitingen (OUT/IN)
Pedaalaansluitingen (alleen voor de los verkrijgbare SP-30)
Luidsprekers: (12 cm × 6 cm ovaal) × 2 (uitgangsvermogen: 8,0 W + 8,0 W)
Stroomvoorziening: Netadapter: AD-12
Stroomverbruik: 12 V 18 W
Afmetingen: 132,3 × 27,8 × 13,2 cm
Gewicht: ca. 11,9 kg
Ontwerp en technische gegevens onder voorbehoud.
D-25
404A-D-027A
Voorzorgsmaatregelen bij de bediening
Plaatsen van het toestel
Vermijd de volgende plaatsen.
Plaatsen die direct aan het zonlicht en hoge
vochtigheid blootstaan.
Plaatsen die blootstaan aan bijzonder lage
temperaturen.
In de buurt van een radio, TV, videodeck of tuner
(een toestel dat storing met audio- of videosignalen
kan veroorzaken).
Onderhoud van het toestel
Gebruik nooit benzeen, alcohol, verdunner of
andere chemicaliën om de buitenkant van het
toestel te reinigen.
Gebruik voor het reinigen van het keyboard een
zachte doek bevochtigd met een milde oplossing
van een neutraal wasmiddel en water. Wring zoveel
mogelijk vocht uit de doek alvorens er het toestel
mee af te vegen.
Lithiumbatterij
Dit toestel is uitgevoerd met een lithiumbatterij om in
spanning te voorzien om de geheugeninhoud van de
sequencer te behouden terwijl de spanning van het
toestel uitgeschakeld is. Mocht de lithiumbatterij leeg
raken dan gaat de inhoud van het geheugen verloren
als de spanning wordt uitgeschakeld. De normale
levensduur van de lithiumbatterij is 5 jaar vanaf het
moment dat de batterij ingelegd werd. Neem dus van
tijd tot tijd contact op met de handelaar of een erkende
onderhoudswerkplaats om de lithiumbatterij te laten
vervangen. Merk op dat het vervangen van de
lithiumbatterij afzonderlijk in rekening wordt
gebracht.
Merk op dat CASIO COMPUTER CO., LTD. niet
aansprakelijk kan worden gesteld voor schade of
verlies of eisen door derden die voortvloeien uit het
verlies of veranderen van de sequencerdata door
defectieve werking of reparatie aan het toestel of
door vervangen van de batterij.
Misschien heeft u lijnen in de afwerking van
dit product opgemerkt. Deze lijnen zijn het
resultaat van het vormgieten om het plastic van
de kast in de juiste vorm te maken. Het zijn geen
breuken of krassen in het plastic en geen reden
tot ongerustheid.
OPMERKING
Deze gebruiksaanwijzing mag niet zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming in zijn
geheel of gedeeltelijk gecopieerd worden op welke
manier dan ook.
CASIO COMPUTER CO,. LTD. kan niet
aansprakelijk worden gesteld door schade of verlies
of eisen door derden die voortkomen uit het
gebruik van dit product of deze
gebruiksaanwijzing.
De inhoud van deze gebruiksaanwijzing kan
zonder voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
D-26
404A-D-028A
Instellen van de controletoetskaart
Terwijl de FUNCTION toetsen ingedrukt gehouden worden, kunnen de klaviertoetsen gebruikt worden om verschillende instelfuncties uit te voeren.
* Een waarde naast een nootnaam geeft de relatieve positie van de noot aan op het toetsenbord zoals hieronder aangegeven.
C
1
C
2
C
3
C
4
C
5
C
6
C
7
C
8
Uit
Normaal
Zwak
Zacht
Sostenuto
Demppedaalinstelling
Begeleiding-
/melodievolume
Aftelgeluid
Toetsgevoeligheid
Pedaalfunctie
Uit
Aan
Sterk
Normaal
FINGERED
CASIO CHORD
0
2
3
4
5
6
0
+
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Akkoordfunctie
Maatslag van de
metronoom
+/,
Cijferinvoertoetsen
+
A
a
n
Uit
A
a
n
Uit
A
a
n
Uit
Aan
Uit
Aan
Uit
Beg
e
l
e
id
i
ng/
m
e
lo
d
i
e
MI
D
I uitgang
Z
en
dkanaal
Gelaagd
e
t
oon
vol
u
m
ebala
ns
DSP
De noten van de klaviertoetsen klinken wanneer ze worden aangeslagen, zelfs als de FUNCTION toets ingedrukt is.
C
4
C
6
M
IDI
ing
ang
akkoordbeoordeling (MIDI IN)
Lokale bediening
B
a
si
si
ns
t
e
ll
i
n
gg
e
h
eug
en
F
ULL-RANGE CHORD
A-1
404A-D-029A
Appendix
Ritmelijst
Melodielijst
Nr. Ritmenaam
00 PIANO BALLAD 1
01 PIANO BALLAD 2
02 PIANO BALLAD 3
03 EP BALLAD 1
04 EP BALLAD 2
05 BLUES BALLAD
06 MELLOW JAZZ
07 JAZZ COMBO
08 RAGTIME
09 BOOGIE-WOOGIE
10 ARPEGGIO 1
11 ARPEGGIO 2
12 ARPEGGIO 3
13 PIANO BALLAD 4
14 6/8 MARCH
15 MARCH
16 2 BEAT
17 WALTZ 1
18 WALTZ 2
19 WALTZ 3
Toonlijst
Toonnaam
GRAND PIANO 1
GRAND PIANO 2
ELEC PIANO 1
ELEC PIANO 2
HARPSICHORD
VIBRAPHONE
PIPE ORGAN
PERC ORGAN
STRINGS
ACOUSTIC BASS
RIDE ACO BASS
Maximale
polyfonie
16
32
32
16
32
32
32
16
32
32
16
Programma-
verandering
0
1
4
5
6
11
19
17
49
32
32
Bankkeuze
MSB
100
100
48
48
48
48
48
48
48
48
49
Nr. Melodienaam
00 Nocturne Op.9-2
01 Fantaisie-Impromptu Op.66
02 Etude Op.10-3 Chanson de ladieu
03 Etude Op.25-9
04 Prelude Op.28-7
05 Valse Op.64-1 Petit Chien
06 Ave Maria
07 Moments Musicaux Op.94-3
08 Fröhlicher Landmann
09
Von fremden Ländern und Menschen
[Kinderszenen]
10 Träumerei [Kinderszenen]
11 Canon in D Major
12 Tambourin
13
Menuet [Klavierbüchlein für Anna Magdalena Bach]
14 Invention 1
15 Invention 13
16 Praeludium 1 [Wohltemperierte Klavier 1]
17 Jesus Bleibet Meine Freude
18 Gavotte
19 Sonatina Op.36-1 1st Mov.
20 Serenade [Eine Kleine Nachtmusik]
21 Sonata K.545 1st Mov.
22 Sonata K.331 3rd Mov. Turkish March
23 Ode To Joy
24 Für Elise
25 Sonata Op.13 Pathétique 2nd Mov.
26 Sonata Op.27-2 Moonlight 1st Mov.
27 Waltz Op.39-15 (Duets)
28 Liebesträume 3
29 La Prière dune Vierge
30 Promenade [Tableaux dune Exposition]
31 Csikos Post
32 Sicilienne Op.78
33 Arabesque 1
34 La Fille aux Cheveux de Lin
35 Passepied [Suite Bergamasque]
36 Gymnopédie 1
37 Salut dAmour
38 The Entertainer
39 Maple Leaf Rag
40 Chopsticks
41 Grandfathers Clock
42 Amazing Grace
43 Over The Rainbow
44 Someday My Prince Will Come
Burgmüller 25 Leichte Etüden
45 La Candeur
46 Arabesque
47 Progrès
48 La Chasse
49 La Styrienne
50 Ballade
51 Ave Maria
52 Tarentelle
53 Retour
54 La Chevaleresque
Czerny Etudes de Mécanisme Opus 849
55 No.1
56 No.2
57 No.13
58 No.26
59 No.30
OPMERKING
De ritmes 10 tot en met 19 bestaan enkel uit
akkoordbegeleidingen zonder drums of andere
percussie-instrumenten. Deze ritmes klinken niet tenzij
CASIO CHORD, FINGERED of FULL RANGE
CHORD geselecteerd wordt als de begeleidingsfunctie.
Bij dergelijke ritmes dient u er op te letten dat CASIO
CHORD, FINGERED of FULL RANGE CHORD
geselecteerd is voordat u probeert deze akkoorden te
spelen.
A-2
Appendix
404A-D-030A
Fingered akkoordkaarten
dim m7
5
M7
M
m
7
m7
dim7
Chord
Type
Root
C
D
E
F
G
A
B
C /(D )
(D )/E
F /(G )
(G )/A
(A )/B
aug
sus4
C
D
E
F
G
A
B
C /(D )
(D )/E
F /(G )
(G )/A
(A )/B
m add9
7sus4
mM7
7
5
add9
Chord
Type
Root
404A-D-031A
Model PX-110 MIDI Implementation Chart Version: 1.0
Mode 1 : OMNI ON, POLY Mode 2 : OMNI ON, MONO
O
: Yes
Mode 3 : OMNI OFF, POLY Mode 4 : OMNI OFF, MONO
X
: No
Function ... Transmitted Recognized Remarks
Basic Default
Channel Changed
Default
Mode Messages
Altered
Note
Number True voice
Velocity Note ON
Note OFF
After Keys
Touch Chs
Pitch Bender
Control
Change
Program
Change :True #
System Exclusive
System : Song Pos
Common : Song Sel
: Tune
System : Clock
Real Time : Commands
Aux : Local ON/OFF
: All notes OFF
Messages : Active Sense
: Reset
Remarks
1-16
1-16
Mode 3
X
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
21-108
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
O
9nH V = 1-127
X
9nH V = 0
X
X
X
O*3
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
O
X
X
X
O
O
X
X
X
X
1-16
1-16
Mode 3
X
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
0-127
0-127
*1
O
9nH V = 1-127
X
9nH V = 0, 8nH V = **
X
O
O
O*3
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
O
X
X
X
X
X
X
O
O
X
*
2
In overeenkomst met het pedaal
0,32
1
6,38
7
10
11
16
17
18
19
64
66
67
71
72
73
74
76
77
78
80
81
82
83
91
93
98,99
100,101
120
121
O
X
O
X
X
X
X
X
X
X
O
O
*2
O
*2
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
O
X
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
Bank select
Modulation
Data entry
Volume
Pan
Expression
DSP Parameter0
DSP Parameter1
DSP Parameter2
DSP Parameter3
Damper
Sostenuto
Soft pedal
Resonance
Release Time
Attack Time
Brightness
Vibrato rate
Vibrato depth
Vibrato delay
DSP Parameter4
DSP Parameter5
DSP Parameter6
DSP Parameter7
Reverb send
Chorus send
NRPN LSB, MSB
RPN LSB, MSB
All sound off
Reset all controller
**: geen relatie
*1: Hangt af van de toon.
*3: Zie de toonlijst op
pagina A-1.
CASIO COMPUTER CO.,LTD.
6-2, Hon-machi 1-chome
Shibuya-ku, Tokyo 151-8543, Japan
MA0603-B Printed in China
PX110D1B
P
Dit kringloopteken geeft aan dat de verpakking voldoet aan de
wetgeving betreffende milieubescherming in Duitsland.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Casio PX-110 Handleiding

Categorie
Digitale piano's
Type
Handleiding