Atag CX4592C de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding
Gebruiksaanwijzing
Oven
CX4511C
CX4592C
NL 2
NL Handleiding NL 3 - NL 26
Gebruikte pictogrammen
Belangrijk om te weten
Tip
NL 3
INHOUD
Uw oven
Inleiding 4
Bedieningspaneel 5
Beschrijving 6
Geleiderails/Telescopische geleiderails 6
Accessoires 7
Gebruik
Eerste gebruik 8
Oveninstellingen 9
Ovenfuncties 11
Ontdooien 14
Magnetronfuncties 15
Timer 18
Aanvullende functies kiezen 20
Reinigen
De oven reinigen 22
Aqua clean-functie 22
Insteekgeleiders verwijderen en reinigen 23
Ovenlamp vervangen 23
Problemen oplossen
Algemeen 24
Uw oven en het milieu
Afvoer van het apparaat en de verpakking 26
NL 4
Inleiding
Gefeliciteerd met de aanschaf van deze ATAG magnetronoven.
In het ontwerp van dit product heeft optimale gebruikersvriendelijkheid
centraal gestaan. De oven biedt een uitgebreide reeks instellingen,
zodat u altijd de juiste bereidingswijze kunt kiezen.
In deze handleiding leest u hoe u deze oven het best kunt gebruiken.
Naast informatie over de bediening, vindt u hier ook achtergrondinformatie
die u tijdens het gebruik van het apparaat van pas kan komen.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat gaat gebruiken!
Lees deze handleiding door voordat u het apparaat in gebruik neemt,
en berg de handleiding daarna veilig op voor toekomstig gebruik.
De installatie-instructies worden afzonderlijk meegeleverd.
UW OVEN
NL 5
UW OVEN
Bedieningspaneel
1. Uit
2. Snel voorverwarmen
3. Bovenwarmte + onderwarmte
4. Grill
5. Grill + ventilator
6. Hete lucht + onderwarmte
7. Hete lucht
8. ECO bakken en braden
9. Aqua clean
10. Ontdooien
11. Magnetron + hete lucht
12. Magnetron
13. Display (bereidingsinformatie en timerklok)
14. Kinderslot
15. Ovenlamp
16. Temperatuur/vermogen
17. Timer
18. Start/stop
19. Selectieknop
Opmerking:
Voor de beste toetsrespons raakt u de toetsen met een groot deel van
uw vingertop aan. Telkens als u, tijdens gebruik, op een toets drukt,
klinkt er een kort geluidssignaal.
CX45XXC
ATAG IconLed Combi Microwave
19-01-2015
Dashboard Glasspanel
F00003160A Pantone process black
F00003161B Pantone 430C
rev. B 19-1-2015 F00003161B changed V|X key
A 15-12-2014 updated complete screening with
latest dimensions
7 6 5 48910 1914 15 16 17
13
1
2 3
1211
18
NL 6
UW OVEN
Beschrijving
1. Bedieningspaneel
2. Insteekniveau’s
3. Ovendeur
4. Handgreep
Geleiderails/Telescopische geleiderails
De oven heeft vier of vijf geleiderails (niveau 1 tot 4/5), afhankelijk
van het model. Niveau 1 wordt voornamelijk gebruikt in combinatie
met onderwarmte. De twee bovenste niveaus worden voornamelijk
gebruikt voor de grillfunctie.
Plaats het ovenrooster, de bakplaat of de stoomschaal in de ruimte
tussen de geleiders van de rails.
Afhankelijk van het model kan een aantal inschuifniveaus volledig
uittrekbare telescopische geleiderails hebben.
Trek de telescopische geleider geheel uit de ovenruimte en
plaats hierop het ovenrooster, de bakplaat of de stoomschaal.
Schuif vervolgens de telescoopgeleider, met ovenrooster /
bakplaat / stoomschaal, in de ovenruimte.
Sluit de ovendeur pas wanneer de telescopische geleider
helemaal in de ovenruimte geschoven is.
1
3
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
Niveau 4
2
4
NL 7
Accessoires
Bij u toestel zitten diverse accessoires, afhankelijk van het model.
Gebruik alleen de originele accessoires; deze zijn speciaal voor uw
toestel geschikt. Wees er zeker van dat de gebruikte accessoires
bestand zijn tegen de temperatuurinstellingen van de gekozen
ovenfunctie.
Let op: niet alle accessoires zijn geschikt of beschikbaar voor elk
toestel (dit kan ook per land verschillen). Geef bij aankoop altijd het
juiste typenummer van het toestel door. Bekijk de verkoopbrochure of
check online voor meer informatie over de accessoires.
Let op: een accessoire NOOIT op de bodem van de oven plaatsen!
Accessoires die bij uw toestel meegeleverd kunnen worden (afhankelijk van het model)
Geëmailleerde bakplaat; wordt gebruikt voor gebak en cakes.
Gebruik de geëmailleerde bakplaat niet voor magnetronfuncties!
Geschikt voor pyrolyse reiniging.
Ovenrooster; wordt voornamelijk gebruikt voor grillen. Het
ovenrooster kan ook worden gebruikt om een stoomschaal of pan
met een gerecht op te plaatsen.
Het ovenrooster is uitgerust met een veiligheidsnok. Til het rooster
een klein beetje op aan de voorkant om het uit de oven te halen.
Gebruik het ovenrooster niet voor magnetronfuncties!
Diepe geëmailleerde bakplaat; wordt gebruikt voor het braden van
vlees en het bakken van vochtig gebak.
Plaats de diepe bakplaat tijdens een kookproces niet op het
laagste niveau, behalve wanneer u deze gebruikt als een druipbak
tijdens het grillen, roosteren of roosteren met een spitrooster
(indien beschikbaar).
Gebruik de geëmailleerde bakplaat niet voor magnetronfuncties!
Geschikt voor pyrolyse reiniging.
Glazen bakplaat; voor gebruik in de magnetron en oven.
NIET geschikt voor pyrolyse reiniging.
UW OVEN
NL 8
GEBRUIK
Eerste gebruik
Huidige tijd instellen
Wanneer u het apparaat voor het eerst op het elektriciteitsnet aansluit,
licht de display op. Na drie seconden gaan het kloksymbool en “12:00”
knipperen op de display.
1. Draai de ‘selectieknop’ om de huidige tijd in te stellen.
2. Bevestig de instellingen door op ‘start/stop’ te drukken.
Als u nergens op drukt, worden de instellingen na drie seconden
automatisch opgeslagen.
U kunt de huidige tijd altijd instellen door 2 keer de ‘timer-toets’
te drukken. Vervolgens draait u de ‘selectieknop’ om
de huidige tijd in te stellen. Bevestig de instellingen door op ‘start/
stop’ te drukken.
Als u nergens op drukt, worden instellingen na drie seconden
automatisch opgeslagen.
Oven gebruiken
De oven heeft 10 ovenfuncties en 1 reinigingsfunctie. Raadpleeg de
tabel en kies de juiste ovenfunctie voor het gerecht.
1. Zet het gerecht in de oven.
Let op; voor de meeste gerechten moet u de oven eerst voor-
verwarmen. Plaats het gerecht dan nog niet in de oven, maar
wacht totdat het voorverwarmen gereed is.
2. Draai de ‘ovenfunctieknop’ naar de gewenste instelling.
Het geselecteerde pictogram verschijnt op de display.
3. Druk op de ‘temperatuur/vermogen-toets’.
4. Stel met de ‘selectieknop’ de gewenste temperatuur in (tussen
30-250 °C).
5. Selecteer desgewenst een bereidingstijd door op de ‘timer-toets’ te
drukken.
6. Druk op de ‘start/stop-toets’.
De ingestelde ovenfunctie wordt gestart en de oven wordt tot de
geselecteerde temperatuur verwarmd. Het temperatuursymbool in de
display knippert. Als de geselecteerde temperatuur is bereikt, blijft het
temperatuursymbool in de display branden.
Selectieknop
Start/stop-toets
Ovenfunctieknop
Temperatuur/
vermogen-toets
NL 9
Opmerkingen
De temperatuur kan tijdens de bereidingstijd worden gewijzigd.
Bereidingstijden zijn ruwe schattingen en kunnen afhankelijk van
een aantal voorwaarden variëren.
Voor een aantal gerechten moet de oven worden voorverwarmd.
Als u bakpapier gebruikt, moet dit bestand zijn tegen hoge
temperaturen.
Tijdens het bereiden van grotere stukken vlees of gerechten waarin
deeg is verwerkt, zoals pastei, komt veel stoom vrij dat op de
ovendeur kan condenseren. Dit is een normaal verschijnsel dat
niet van invloed is op het functioneren van het apparaat. Veeg na
beëindiging van het bereidingsproces de deur en het glas droog.
Voorkom dat er condensatie (dauw) ontstaat en laat voedsel dat is
verhit niet afkoelen in een gesloten oven.
De glazen schalen die u gebruikt, moeten bestand zijn tegen
temperaturen van 250 °C.
Oveninstellingen
Kies aan de hand van de tabel de juiste ovenfunctie. Raadpleeg ook de
bereidingsinstructies op de verpakking van het gerecht.
Functie Beschrijving Aanbevolen
temp. °C
Aanbevolen
vermogen (W)
Ovenfuncties
Snel voorverwarmen
Met deze functie kunt u de oven snel opwarmen
tot de gewenste temperatuur. Deze functie is niet
geschikt om voedsel te bereiden! Als de oven tot
op de gewenste temperatuur is verwarmd, is het
verwarmingsproces voltooid.
160
Bovenwarmte + onderwarmte
De warmte wordt gegenereerd door de verwarmings-
elementen boven en onder in het apparaat. Deze
instelling is geschikt voor bakken en braden.
200
Grill
Voedsel wordt verwarmd door het bovenste
verwarmingselement.
240
Bovenwarmte + ventilator
De warmte die door de bovenste
verwarmingselementen wordt gegenereerd, wordt
door de ventilator verspreid. Deze functie kan
worden gebruikt voor het grillen van vlees en vis.
170
GEBRUIK
NL 10
Hete lucht + onderwarmte
De combinatie hete lucht en onderwarmte zorgt
voor een knapperig en bruin resultaat.
200
Hete lucht
Voedsel wordt verwarmd door hete lucht die vanuit
de achterkant van de oven wordt aangevoerd. Deze
instelling maakt gebruik van gelijkmatige verhitting
en is ideaal voor bakken.
180
ECO bakken en braden
Optimaliseert het energieverbruik tijdens het bakken of
braden. Deze functie wordt gebruikt voor het braden
van vlees of het bereiden van gebak.
Door gebruik te maken van de restwarmte geeft
deze stand een laag energieverbruik (conform
energieklasse EN 60350-1). Bij deze functie
wordt niet de werkelijke temperatuur in de oven
weergegeven.
180
Automatische functies
Aqua clean
Door de hete stoom wordt de binnenzijde van de oven
nat, waardoor u de oven eenvoudig kunt reinigen. Het
Aqua Clean-programma duurt slechts 30 minuten.
70
Ontdooien
Met de magnetron kunt u bevroren voedsel
uitstekend ontdooien. Microgolven zorgen ervoor
dat bevroren voedsel in korte tijd geleidelijk wordt
ontdooid. De oven beschikt over automatische
ontdooiprogramma´s die gebruikmaken van de
magnetron (A1 tot A5).
Combi-functie/magnetronfunctie
Magnetron + hete lucht
Deze functie is geschikt voor alle soorten vlees
en gevogelte, maar ook voor stoofschotels,
gegratineerde schotels, rosbief en kip, biscuitdeeg
en lichte vruchtencakes, taarten en kruimelgebak.
160 600
Magnetron
Voor het bereiden en ontdooien van voedsel
worden microgolven gebruikt. Gerechten worden
snel en efficiënt bereid zonder dat de kleur of vorm
van het voedsel wordt aangetast. Het vermogen
en de bereidingstijd stelt u handmatig in voor de
verschillende gerechten.
750
GEBRUIK
NL 11
Elke ovenfunctie heeft een aantal basis- of standaardinstellingen die u
kunt aanpassen.
U past de instellingen aan door op de relevante toets te drukken
(voordat u op de ‘start/stop-toets’ drukt). Een aantal instellingen is niet
beschikbaar bij alle programma’s; als dit het geval is wordt u hier met
een geluidssignaal op attent gemaakt.
De kooktemperatuur en het magnetronvermogen aanpassen
Stel het vermogen (W) alleen in voor een magnetron- of een combi-
magnetronfunctie.
1. Draai de ‘ovenfunctieknop’ naar de gewenste ovenfunctie.
Het geselecteerde pictogram verschijnt op de display.
2. Druk op de ‘temperatuur/vermogen-toets’.
Bij de Combi-functie: druk eenmaal om de temperatuur in te
stellen, druk tweemaal om het vermogen in te stellen.
3. Stel met de ‘selectieknop’ de gewenste temperatuur of het gewenste
vermogen in.
Ovenfuncties
Snel voorverwarmen
Met deze functie verwarmt u de oven snel tot de gewenste temperatuur.
Deze functie is niet geschikt om voedsel te bereiden!
1. Draai de ‘ovenfunctieknop’ in de stand ‘snel voorverwarmen’.
De vooraf ingestelde temperatuur wordt weergegeven. U kunt deze
temperatuur wijzigen.
2. Druk op de ‘start/stop-toets’.
Nadat u de oven hebt gestart met de ‘start/top-toets’, begint het
voorverwarmen. Als de ingestelde temperatuur is bereikt, is het
voorverwarmen voltooid en klinkt er een geluidssignaal.
Bovenwarmte + onderwarmte
De warmte wordt gegenereerd door de verwarmingselementen boven
en onder in het apparaat. Deze instelling is geschikt voor traditioneel
bakken en braden.
Snel voorverwarmen
Boven- en
onderwarmte
2
GEBRUIK
NL 12
Plaats de bakplaat of het ovenrooster in het midden van de oven.
Voorverwarmen wordt aanbevolen.
Grill
Voedsel wordt verwarmd door de bovenste verwarmingselementen.
Plaats het ovenrooster in het bovenste gedeelte van de oven en de
bakplaat in het midden van de oven.
Houd het bereidingsproces steeds in de gaten. Door de hoge
temperatuur kan het vlees snel aanbranden.
Verwarm de oven 5 minuten voor.
Maximaal toegestane temperatuur: 240 °C
Bovenwarmte + ventilator
De warmte die door het bovenste verwarmingselement wordt gegenereerd,
wordt door de ventilator verspreid. Deze functie kan worden gebruikt
voor het grillen van vlees, vis, gevogelte en groenten. U hoeft het
voedsel niet om te draaien en het krijgt een knapperige textuur.
Plaats het ovenrooster in het bovenste gedeelte van de oven en de
bakplaat in het midden van de oven.
Houd het bereidingsproces steeds in de gaten. Door de hoge
temperatuur kan het vlees snel aanbranden.
Verwarm de oven 5 minuten voor.
Grill
2
4
2
4
Bovenwarmte en
ventilator
GEBRUIK
NL 13
GEBRUIK
Hete lucht + onderwarmte
Voedsel wordt verwarmd met de combinatie hete lucht en onderwarmte.
Deze instelling kan worden gebruikt voor een knapperig en bruin resultaat.
Plaats de bakplaat of het ovenrooster in het midden van de oven.
Voorverwarmen wordt aanbevolen.
Hete lucht
Voedsel wordt verwarmd door hete lucht afkomstig van een ventilator
en het verwarmingselement achter in de oven. Deze instelling maakt
gebruik van gelijkmatige verhitting en is ideaal voor bakken.
Plaats de bakplaat of het ovenrooster in het midden van de oven.
Voorverwarmen wordt aanbevolen.
ECO bakken en braden
Optimaliseert het energieverbruik tijdens het bakken of braden. Deze functie
wordt gebruikt voor het braden van vlees of het bereiden van gebak.
Door gebruik te maken van de restwarmte geeft deze stand een laag
energieverbruik (conform energieklasse EN 60350-1). Bij deze functie
wordt niet de werkelijke temperatuur in de oven weergegeven.
Hete lucht en
onderwarmte
2
Hete lucht
2
NL 14
ECO bakken en
braden
2
Plaats de bakplaat of het ovenrooster in het midden van de oven.
Ontdooien
Met de magnetron kunt u bevroren voedsel uitstekend ontdooien. Microgolven
zorgen ervoor dat bevroren voedsel in korte tijd geleidelijk wordt ontdooid.
1. Draai de ‘ovenfunctieknop’ naar de stand ‘ontdooien’.
Op de display worden het pictogram en programma A1 weergegeven
(u kunt uit vijf programma’s kiezen - zie de onderstaande tabel).
2. Draai de ‘selectieknop’ om het gewenste programma en gewicht in
kilogram te selecteren.
3. Druk op de ‘start/stop-toets’.
In de volgende tabel ziet u de verschillende programma’s voor
automatisch ontdooien, hoeveelheden, rusttijden en de bijbehorende
aanbevelingen. Deze programma’s maken uitsluitend gebruik van
microgolven. Verwijder al het verpakkingsmateriaal voordat u gaat
ontdooien. Leg vlees, gevogelte en vis op de glazen bakplaat.
Programma Recept Gewicht*
(kg)
Vermogen
(W)
Bereidingstijd
(minuten)
A1
Vlees 1 90 30
A2
Gevogelte 1 90 17
A3
Vis 1 90 12
A4
Brood 0,5 180 12
A5
Bevroren
groenten
1 90 16
* U kunt gewicht (binnen een bereik) aanpassen door op de
‘temperatuur/vermogen-toets’ te drukken. Afhankelijk van het
ingestelde gewicht wordt de bereidingstijd automatisch aangepast.
Ontdooien
GEBRUIK
NL 15
GEBRUIK
Belangrijk
Bij de ontdooifunctie worden microgolven gebruikt om voedsel te
verwarmen. Bij gebruik van deze functie moeten de richtlijnen voor
kookgerei en andere voorzorgsmaatregelen voor een veilig gebruik van
de magnetron dan ook zorgvuldig worden opgevolgd.
Magnetron
Microgolven zijn hoogfrequente elektromagnetische golven. De energie
maakt het mogelijk om voedsel te garen of op te warmen zonder de
vorm of kleur aan te tasten. De magnetron wordt gebruikt bij:
Magnetronfunctie
Combi-functie
Bereidingsprincipe
1. De microgolven die door de magnetron worden gegenereerd,
worden gelijkmatig verspreid door middel van een
distributiesysteem. Het voedsel wordt zo gelijkmatig gegaard.
2. De microgolven worden tot een diepte van ongeveer 2,5 cm door
het voedsel geabsorbeerd. Het garen gaat dan door, omdat de
warmte in het voedsel wordt verspreid.
3. De bereidingstijden variëren en hangen af van de schaal die u
gebruikt en de eigenschappen van het voedsel:
Hoeveelheid en dichtheid
Watergehalte
Begintemperatuur (wel of niet gekoeld)
Belangrijk
Het voedsel wordt van binnen gegaard door middel van warmteverspreiding.
Het garen gaat door, zelfs als u het voedsel uit de oven hebt gehaald.
Rusttijden in recepten en in dit boekje moeten daarom worden
aangehouden om te zorgen voor:
Gelijkmatige verwarming tot binnen in het voedsel.
Gelijke temperaturen in alle delen van het voedsel.
Richtlijnen voor magnetronkookgerei
Kookgerei dat u voor de magnetronfunctie gebruikt, mag de microgolven
niet blokkeren. Metalen zoals roestvrij staal, aluminium en koper
weerkaatsen microgolven. Gebruik daarom geen metalen kookgerei.
Kookgerei waarop staat aangegeven dat het magnetronbestendig
is, kan veilig worden gebruikt. Raadpleeg voor meer informatie over
geschikt kookgerei de volgende richtlijnen en gebruik altijd de glazen
bakplaat op niveau 1 als u de magnetronfunctie gebruikt.
NL 16
GEBRUIK
Kookgerei
Magnetron-
bestendig
Opmerkingen
Aluminiumfolie 37 Kan in kleine hoeveelheden worden gebruikt om
te voorkomen dat bepaalde delen van het voedsel
te gaar worden. Vonkontlading kan voorkomen als
de folie zich te dicht bij de ovenwand bevindt of
als er te veel folie wordt gebruikt.
Porselein en aardewerk
3
Porselein, aardewerk, geglazuurd aardewerk en
ivoorporselein zijn doorgaans geschikt, tenzij ze
zijn voorzien van een metalen randje.
Wegwerpservies van
polyester of karton
3
Soms worden diepvriesmaaltijden verpakt in
wegwerpservies.
Fastfoodverpakkingen
Polystyreenbe-
kers
Papieren zakken
of krantenpapier
Gerecycled pa-
pier of metalen
randjes
3
7
7
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van
voedsel. Bij oververhitting kan het polystyreen
smelten.
Kan vlam vatten.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Glaswerk
Ovenschalen
Fijn glaswerk
Glazen potten
3
Kan worden gebruikt, tenzij voorzien van een
metalen randje.
Kan worden gebruikt voor het verwarmen van
voedsel of vloeistoffen. Dun glas kan breken of
barsten bij plotselinge verhitting.
Het deksel moet worden verwijderd. Alleen
geschikt voor verwarmen.
Metaal
7
Kan vonkontlading of brand veroorzaken.
Papier
Borden, bekers,
keukenpapier
Gerecycled
papier
3
7
Voor korte bereidingstijden en verwarmen. Voor
het absorberen van overtollig vocht.
Kan vonkontlading veroorzaken.
Plastic
3
Met name hittebestendig thermoplastisch materiaal.
Andere soorten plastic kunnen kromtrekken of
verkleuren bij hoge temperaturen. Gebruik geen
melamineplastic. Kan worden gebruikt om vocht
vast te houden. Mag het voedsel niet aanraken.
Wees voorzichtig wanneer u de folie verwijdert; er
kan hete stoom ontsnappen. Alleen indien kook- of
ovenbestendig. Mag niet luchtdicht zijn. Indien nodig
inprikken met een vork.
Opmerking
Vonken in de magnetron noemt men ook wel vonkontlading.
3 : Aanbevolen
37 : Voorzichtig
7 : Onveilig
NL 17
Magnetronfunctie/Combi-functie
Magnetron
Voor het bereiden en ontdooien van voedsel worden microgolven
gebruikt. Gerechten worden snel en efficiënt bereid zonder dat de
kleur of vorm van het voedsel wordt aangetast. Het vermogen en de
bereidingstijd stelt u handmatig in voor de verschillende gerechten.
Vermogensniveaus: 90, 180, 360, 600, 750 en 1000 W
Plaats de glazen plaat in het onderste gedeelte van de oven.
Gebruik geen metalen kookgerei of bestek. Zie ‘Richtlijnen voor
magnetronkookgerei’. Verwarm de oven niet voor.
Vermogen Gebruik
1000 W
Snel opwarmen van dranken, water en gerechten die
veel vocht bevatten.
• Verse of diepgevroren groenten bereiden.
750 W
Verse of diepgevroren bladgroenten bereiden.
600 W
Chocolade smelten.
Vis en schaaldieren bereiden. Opwarmen op twee
niveaus.
• Gedroogde bonen op lage temperatuur bereiden.
Verfijnde gerechten met eieren opwarmen of
bereiden.
360 W
Op lage temperatuur bereiden van zuivelproducten,
jam.
180 W
Handmatig ontdooien, boter of ijs zacht maken.
90 W
Ontdooien van gebak dat room bevat.
1
Magnetron
GEBRUIK
NL 18
GEBRUIK
Magnetron + hete lucht
In deze stand wordt de magnetronfunctie gecombineerd met hete lucht,
waardoor de bereidingstijd wordt verkort en gerechten een bruin, knapperig
laagje krijgen. Deze functie is geschikt voor alle soorten vlees en gevogelte,
maar ook voor stoofschotels, gegratineerde schotels, rosbief en kip,
biscuitdeeg en lichte vruchtencakes, taarten en kruimelgebak.
Vermogensniveaus: 90, 180, 360 en 600 W
Plaats de glazen plaat in het onderste gedeelte van de oven.
Timer
Klok instellen
1. Druk 2 maal op de ‘timer-toets’.
2. Draai aan de ‘selectieknop’ om de huidige tijd in te stellen.
‘Bereidingstijd’ instellen
In deze stand kunt u instellen hoe lang de oven moet werken
(bereidingstijd).
‘Eindtijd’ instellen
In deze stand kunt u instellen hoe laat de oven moet worden
uitgeschakeld.
Zorg dat de klok nauwkeurig is ingesteld op de huidige tijd.
Timerfunctie
1. Selecteer een ovenfunctie met de ‘ovenfunctieknop’ en stel de
temperatuur in.
2. Druk enkele keren op de ‘timer-toets’ om een timerfunctie te selecteren.
Op de display licht het pictogram voor de geselecteerde timer-
functie op en de aanpasbare start-/eindtijd knippert. De andere
pictogrammen zijn vaag verlicht.
3. Druk op de ‘start/stop-toets’ om het kookproces te starten.
De verstreken bereidingstijd wordt weergegeven.
Magnetron met
hete lucht
1
NL 19
GEBRUIK
Voorbeeld:
Huidige tijd: 12:00
Bereidingstijd: 2 uur
Einde van de bereiding: 18:00 uur
1. U stelt eerst de bereidingstijd in, bijvoorbeeld 2 uur.
De som van de huidige tijd en de bereidingstijd wordt automatisch
weergegeven (14:00 uur).
2. Druk nogmaals op de ‘timer-toets’ om het pictogram voor de
‘eindtijd’ te selecteren en de tijd in te stellen waarop de bereiding
moet worden beëindigd (18:00 uur).
3. Druk op de ‘start/stop-toets’ om het kookproces te starten.
De timer wacht tot het tijd is om het bereidingsproces te starten.
Het pictogram licht nu op. De oven wordt automatisch ingeschakeld
(16:00 uur) en wordt op het geselecteerde tijdstip (18:00 uur)
uitgeschakeld.
Als de ingestelde tijd is verstreken, wordt de oven automatisch
uitgeschakeld (einde bereiding). Er klinkt een geluidssignaal dat u
kunt uitschakelen door op de ‘start/stop’ of ‘timer’ toets te drukken.
Het geluidssignaal wordt na één minuut automatisch uitgeschakeld.
U annuleert alle timerfuncties door de tijd in te stellen op “0”.
Na enkele minuten waarin het apparaat niet actief is, wordt er
overgeschakeld naar stand-by. Het huidige tijdstip verschijnt en de
geselecteerde timerfunctie licht op.
De functie ‘keukenwekker’
De functie ‘keukenwekker’ kan onafhankelijk van de oven worden
gebruikt (de ‘ovenfunctieknop’ staat op stand ‘0’).
1. Druk op de ‘timer-toets’ om de keukenwekker te selecteren.
2. Draai aan de ‘selectieknop’ om een tijd in te stellen.
De hoogst mogelijke instelling is 10 uur.
3. Druk op de ‘start/stop-toets’ om de keukenwekker te starten.
De laatste minuut van de looptijd wordt in seconden
weergegeven.
NL 20
GEBRUIK
Aanvullende functies kiezen
Een aantal instellingen is niet beschikbaar bij alle programma’s; als dit
het geval is wordt u hier met een geluidssignaal op attent gemaakt.
Kinderslot
Met het kinderslot van de oven kunt u het bedieningspaneel
vergrendelen, om onbedoeld gebruik van de oven te voorkomen.
U activeert het kinderslot door een aantal seconden op de
‘kinderslot-toets’ te drukken.
In de display verschijnt een pictogram in de vorm van een slot.
Dit geeft aan dat alle functies zijn vergrendeld.
Druk nogmaals een aantal seconden op de toets om het kinderslot
te deactiveren.
Het slotpictogram verdwijnt van de display, wat aangeeft dat alle
functies ontgrendeld zijn.
Opmerking:
Als het kinderslot is geactiveerd en er geen timerfunctie is ingesteld
(alleen de klok wordt weergegeven), werkt de oven niet. Als het kinderslot
wordt geactiveerd nadat er een timerfunctie is ingesteld, zal de oven
gewoon werken; de instellingen kunnen dan echter niet worden gewijzigd.
Wanneer het kinderslot is geactiveerd, kunnen ovenfuncties of
aanvullende functies niet worden gewijzigd. Het bereidingsproces kan
alleen worden beëindigd door de ‘ovenfunctieknop’ naar “0” te draaien.
Het kinderslot blijft geactiveerd, ook nadat de oven is uitgeschakeld. Het
kinderslot moet zijn gedeactiveerd voordat u een nieuw systeem kunt kiezen.
NL 21
Ovenlamp
De ovenlamp gaat automatisch branden als de ovendeur wordt
geopend of als de oven wordt ingeschakeld.
Nadat het bereidingsproces is beëindigd, blijft de lamp nog een
minuut branden.
U kunt de ovenlamp uitschakelen door op de ‘verlichtingstoets’ te
drukken.
Geluidssignaal
De sterkte van het geluidssignaal kan worden ingesteld als er geen
timerfunctie is geactiveerd (alleen de tijd wordt weergegeven).
1. Houd de ‘temperatuur/vermogen-toets’ ingedrukt.
Er verschijnen streepjes op de display die volledig zijn verlicht.
2. Draai aan de ‘selectieknop’ om een van drie volumeniveaus te
kiezen (een, twee of drie streepjes).
De instelling wordt na 3 seconden automatisch opgeslagen en de
tijd wordt weergegeven.
Contrast van display verminderen
De ovenfunctieknop moet in positie “0” staan.
1. Houd de ‘verlichting-toets’ 5 seconden ingedrukt.
Er verschijnen streepjes op de display die volledig zijn verlicht.
2. Draai aan de ‘selectieknop’ om het dimniveau van de display aan te
passen (een, twee of drie streepjes).
Na drie seconden wordt de instelling automatisch opgeslagen.
Display verlichting
Als de displayverlichting niet wordt gebruikt, kan deze worden
uitgeschakeld.
1. Houd de ‘kinderslottoets + timertoets’ 5 seconden ingedrukt om de
displayverlichting uit te schakelen.
Als er een timerfunctie is geactiveerd, worden de pictogrammen
voor ‘uit’ en ‘timer’ op de display weergegeven om u eraan te
herinneren dat de functie is geactiveerd.
2. Houd de ‘kinderslottoets + timertoets’ 5 seconden ingedrukt om de
displayverlichting weer in te schakelen.
Na een stroomstoring blijven de aanvullende functie-instellingen
slechts enkele minuten opgeslagen. Vervolgens worden alle
instellingen, met uitzondering van het geluidssignaal en het
kinderslot, teruggezet naar de fabrieksstandaard.
Verlichtingstoets
Temperatuur/
vermogen-toets
Verlichtingstoets
GEBRUIK
Kinderslot-toets
+ Timer-toets
NL 22
De oven reinigen
Reinig de oven regelmatig om te voorkomen dat vet- en voedselresten
zich ophopen, met name op de oppervlakken aan de binnen- en
buitenkant, de deur en de afdichting.
Reinig de oppervlakken aan de buitenkant met een zachte doek
en warm water met zeep. Veeg na met een schone natte doek en
droog de oppervlakken af.
Verwijder spetters en vlekken op de oppervlakken aan de binnenkant
met een doek met zeep. Veeg na met een schone natte doek en
droog de oppervlakken af.
Was de binnenkant van de oven.
Belangrijk
Let erop dat er GEEN water in de ventilatieopeningen komt.
Gebruik NOOIT schurende schoonmaakmiddelen of chemische
oplosmiddelen.
Zorg er ALTIJD voor dat de afdichting van de deur schoon is.
Zo voorkomt u de ophoping van vuil en kunt u de deur goed sluiten.
Aqua clean-functie
Met aqua clean en een vochtige doek kunt u gemakkelijk vet en vuil van
de ovenwanden verwijderen.
Aqua clean gebruiken
Gebruik aqua clean alleen als de oven volledig is afgekoeld. Het is
moeilijker om vet en vuil te verwijderen als de oven heet is.
Het programma duurt 30 minuten.
Voedselresten op de geëmailleerde wanden zijn na 30 minuten
voldoende geweekt, zodat ze kunnen worden verwijderd met een
vochtige doek.
1. Verwijder alle accessoires uit de oven.
2. Giet 0,15 liter water op de bodem van de ovenruimte.
3. Kies ‘Aqua clean’ met de functieknop.
4. Druk op de bevestigingstoets om aqua clean te starten.
Let op: Tijdens het reinigingsprogramma de deur niet openen.
REINIGEN
Aqua clean-
functie
NL 23
Insteekgeleiders verwijderen en reinigen
Gebruik conventionele schoonmaakmiddelen om de insteekgeleiders te
reinigen.
Verwijder de schroef met een schroevendraaier.
Haal de insteekgeleiders los uit de gaten in de achterwand.
Bewaar de afstandshouders van de insteekgeleiders goed. Plaats
de afstandhouders na het reinigen terug. U voorkomt zo dat er bij
gebruik vonken ontstaan.
Ovenlamp vervangen
De lamp in dit huishoudelijke apparaat is uitsluitend bedoeld
voor verlichting van dit apparaat. De lamp is niet geschikt voor
de verlichting van een huishoudelijke ruimte.
Maak het toestel spanningsloos door de stekker uit de stopcontact
te verwijderen of de zekering in de meterkast uit te schakelen!
De lamp (halogeen G9, 230 V, 25 W) is een gebruiksartikel en valt
daarom niet onder de garantie. Verwijder eerst de platen, het rooster en
de insteekgeleiders.
Haal de vier schroeven los om het afdekplaatje en het glas te
verwijderen.
Vervang de halogeenlamp.
Opmerking: Gebruik bescherming om brandwonden te voorkomen.
Opmerking: Verwijder de afdichting op het afdekplaatje niet.
De afdichting mag niet losraken van het afdekplaatje. De afdichting
moet perfect in de uitsparing in de ovenwand passen.
Draai de schroeven van het afdekplaatje stevig aan met een
schroevendraaier. U voorkomt zo dat er bij gebruik vonken ontstaan.
REINIGEN
NL 24
PROBLEMEN OPLOSSEN
Algemeen
Probeer onderstaande oplossingen als u problemen hebt met uw
oven. Mogelijk bespaart u zich zo de tijd en moeite van een onnodig
telefoontje naar de klantenservice.
Het voedsel wordt niet bereid
Controleer of de timer is ingesteld en er op de ‘start-toets’ is gedrukt.
Sluit de deur goed.
Controleer of er geen zekering is doorgebrand en er geen
stroomonderbreker is geactiveerd.
Voedsel is te gaar of niet gaar genoeg
Controleer of de juiste bereidingstijd is ingesteld.
Controleer of het juiste vermogen is ingesteld.
Er treedt vonkontlading in de oven op
Zorg ervoor dat u het juiste kookgerei gebruikt (zonder metalen
randjes).
Controleer of zich geen vorken of ander metalen gerei in de oven
bevinden.
Zorg er bij gebruik van aluminiumfolie voor dat deze zich niet te
dicht bij de wanden bevindt.
Bij een elektronische storing wordt de display gereset
Haal de stekker uit het stopcontact en steek deze er weer in.
Stel de tijd opnieuw in.
Er zit condens aan de binnenkant van de oven
Dit is normaal. Veeg de oven na gebruik schoon.
De ventilator blijft werken nadat de oven is uitgezet
Dit is normaal. De koelventilator blijft, nadat de oven is gestopt,
mogelijk nog een tijdje werken.
Er is een luchtstroom voelbaar bij de deur en de buitenkant van
het apparaat
Dit is normaal.
NL 25
Licht weerkaatst bij de deur en de buitenkant van het apparaat
Dit is normaal.
Er ontsnapt stoom bij de deur of de ventilatieopeningen
Dit is normaal.
Tijdens de werking van de oven, en met name in de ontdooifunctie,
klinken klikgeluiden
Dit is normaal.
De magnetronoven opbergen en repareren
Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een gekwalificeerde
servicemonteur.
Als er onderhoud moet worden gepleegd, haalt u de stekker uit het
stopcontact en neemt u contact op met de klantenservice van ATAG.
Houd de volgende informatie bij de hand wanneer u belt:
Het modelnummer en serienummer (vermeld op de binnenzijde van
de ovendeur)
Garantiegegevens
Een duidelijke omschrijving van het probleem
Kies een schone, droge plek als u de oven tijdelijk moet opbergen,
aangezien stof en vocht het apparaat kunnen beschadigen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
NL 26
Afvoer van het apparaat en de verpakking
Dit product is gemaakt van duurzame materialen. Aan het einde van zijn
nuttige leven moet het apparaat echter op een verantwoorde manier
worden afgevoerd. De overheid kan u hierover informeren.
De verpakking van het apparaat is recyclebaar. Er is gebruikgemaakt
van de volgende materialen:
karton
polyethyleen wikkel (PE)
CFC-vrij polystyreen (hard PS-schuim)
Gooi deze materialen op een verantwoorde manier weg conform de
wettelijke bepalingen.
Op het product staat een pictogram van een afvalcontainer met een
kruis erdoor. Dit geeft aan dat huishoudelijke apparatuur afzonderlijk
moet worden afgevoerd. Het apparaat mag aan het einde van zijn
nuttige leven dan ook niet worden verwerkt via de normale afvalstroom.
U moet het inleveren bij een gemeentelijk afvalinzamelingspunt of bij
een verkooppunt dat dit voor u aanbiedt.
Door huishoudelijke apparatuur afzonderlijk in te zamelen, wordt
voorkomen dat het milieu en de volksgezondheid schade wordt
berokkend. De materialen die bij de vervaardiging van dit apparaat zijn
gebruikt, kunnen worden hergebruikt en dat betekent een aanzienlijke
besparing in energie en grondstoffen.
Verklaring van overeenstemming
Wij verklaren hierbij dat onze producten voldoen aan de betreffende
Europese richtlijnen, normen en voorschriften, alsook aan alle vereisten
in de normen waarnaar wordt verwezen.
UW OVEN EN HET MILIEU
NL 27
687952 / VER 1 / 26-06-2018
Het toestel-identificatieplaatje bevindt zich aan de binnenzijde van het
toestel.
Houd, wanneer u contact opneemt met de serviceafdeling, het complete
typenummer bij de hand.
Adressen en telefoonnummers van de serviceorganisatie vindt u op de garantiekaart.
*687952*
687952
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

Atag CX4592C de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding

Gerelateerde papieren