Pioneer DEH-1820R Handleiding

Categorie
Auto media-ontvangers
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Hartelijk dank voor het aanschaffen van dit Pioneer-product.
Lees de instructies in deze handleiding goed door om ervoor te zorgen dat u het toestel op
de juiste manier leert bedienen. Als u de instructies heeft gelezen, bewaar deze handleiding
dan op een veilige plaats zodat u hem altijd bij de hand heeft voor later.
Voor u begint
Informatie over dit toestel 77
Bezoek onze website 77
Het toestel tegen diefstal beveiligen 78
Het voorpaneel verwijderen 78
Het voorpaneel bevestigen 78
Wat is wat
Hoofdtoestel 79
LCD-display 80
Bediening van het toestel
Basishandelingen 81
Toestel aanzetten en signaalbron
selecteren 81
Het volume afstellen 81
Het toestel uitschakelen 81
Tuner 81
Naar de radio luisteren 81
Frequenties van zenders opslaan en
oproepen 81
Op sterke signalen afstemmen 82
Frequenties van de sterkste zenders
opslaan 82
RDS 82
Inleiding tot de RDS-bediening 82
Weergave van het RDS-display
wijzigen 82
PTY-nooduitzendingen ontvangen 82
Alternatieve frequenties kiezen 83
Verkeersberichten ontvangen 84
PTY-lijst 84
Ingebouwde CD-speler 84
Een CD afspelen 84
Herhaalde weergave 85
Fragmenten in willekeurige volgorde
afspelen 85
Fragmenten op een CD scannen 85
Het afspelen van een CD
onderbreken 85
Audio-instellingen 85
Inleiding tot de audio-instellingen 85
De balansinstelling gebruiken 86
De equalizer gebruiken 86
De equalizercurven aanpassen 86
De loudness aanpassen 86
Het niveau van de signaalbronnen
aanpassen 86
Begininstellingen 87
De begininstellingen aanpassen 87
De FM-afstemstap instellen 87
Aan- en uitzetten van de automatische
PI-zoekfunctie 87
Energieverbruik van de accu
verminderen 87
Aanvullende informatie
Foutmeldingen 89
Richtlijnen voor het gebruik van discs en de
speler 89
Technische gegevens 90
Inhoud
Nl
76
Deponeer dit product niet bij het gewone huis-
houdelijk afval wanneer u het wilt verwijderen.
Er bestaat een speciaal wettelijk voorgeschre-
ven verzamelsysteem voor de juiste behande-
ling, het opnieuw bruikbaar maken en de
recycling van gebruikte elektronische produc-
ten.
In de 25 lidstaten van de EU, Zwitserland en
Noorwegen kunnen particulieren hun gebruik-
te elektronische producten gratis bij de daar-
voor bestemde verzamelplaatsen of een
verkooppunt (indien u aldaar een gelijkwaar-
dig nieuw product koopt) inleveren.
Indien u zich in een ander dan bovengenoemd
land bevindt kunt u contact opnemen met de
plaatselijke overheid voor informatie over de
juiste verwijdering van het product.
Zodoende zorgt u ervoor dat het verwijderde
product op de juiste wijze wordt behandeld,
opnieuw bruikbaar wordt gemaakt, t gerecy-
cleerd en het niet schadelijk is voor de gezond-
heid en het milieu.
Informatie over dit toestel
De frequenties waarop de tuner van dit toestel
kan worden afgestemd, zijn in gebruik in Euro-
pa, Azië, het Midden-Oosten, Afrika en Ocea-
nië. Gebruik van het toestel in andere
gebieden kan een slechte ontvangst tot gevolg
hebben. De RDS-functie (radiodatasysteem)
werkt alleen in gebieden waar de FM-zenders
RDS-signalen uitzenden.
LET OP
! Zorg ervoor dat dit apparaat niet met vloeistof
in aanraking komt. Een elektrische schok kan
daarvan het gevolg zijn. Bovendien kan dit lei-
den tot rookvorming en oververhitting, waar-
door het apparaat beschadigd raakt.
! KLASSE 1 LASERPRODUCT
! Dit product bevat een laserdiode van een ho-
gere klasse dan 1. Uit veiligheidsoverwegin-
gen mag u de behuizing niet verwijderen of
toegang proberen te krijgen tot de binnenzijde
van het toestel. Laat alle onderhoudswerk-
zaamheden over aan gekwalificeerd perso-
neel.
! De Pioneer CarStereo-Pass wordt alleen in
Duitsland gebruikt.
! Houd deze handleiding bij de hand zodat u de
bedieningsprocedures en de te nemen voor-
zorgsmaatregelen kunt opzoeken.
! Houd het volume altijd laag genoeg om gelui-
den van buiten de auto te kunnen blijven
horen.
! Bescherm dit toestel tegen vocht.
! Als de accu losgekoppeld wordt of leeg raakt,
zal het voorkeuzegeheugen worden gewist en
zult u het toestel opnieuw moeten program-
meren.
! Als dit product niet naar behoren functioneert,
kunt u uw leverancier of het dichtstbijzijnde
erkende servicestation van Pioneer raad-
plegen.
Bezoek onze website
Bezoek onze website:
! Registreer uw product. Wij bewaren de ge-
gevens van het product dat u heeft aange-
schaft zodat u deze eenvoudig kunt
opvragen als u die nodig mocht hebben
voor de verzekering na bijvoorbeeld verlies
of diefstal.
! Op onze website vindt u het laatste nieuws
over Pioneer Corporation.
Voor u begint
Nl
77
Hoofdstuk
Nederlands
01
Het toestel tegen diefstal
beveiligen
Om diefstal te voorkomen, kunt u het voorpa-
neel van het hoofdtoestel verwijderen en in het
meegeleverde beschermende foedraal bewa-
ren.
Belangrijk
! Bij het verwijderen en aanbrengen van het
voorpaneel mag u in geen geval kracht gebrui-
ken of het display en de toetsen stevig vastgrij-
pen.
! Stel het voorpaneel niet aan grote schokken
bloot.
! Stel het voorpaneel niet bloot aan direct zon-
licht en hoge temperaturen.
Het voorpaneel verwijderen
1 Druk op DETACH om het voorpaneel los
te maken.
2 Pak het voorpaneel vast en verwijder
het.
3 Doe het voorpaneel in het meegele-
verde beschermende foedraal om het veilig
te bewaren.
Het voorpaneel bevestigen
% Plaats het voorpaneel vlak tegen de
voorkant van het hoofdtoestel tot het ste-
vig vast blijft zitten.
Voor u begint
Nl
78
Hoofdstuk
01
Hoofdtoestel
1 EQ-toets
Druk op deze toets om de verschillende
equalizercurven te selecteren.
2 LOUDNESS-toets
Druk op deze toets om de loudness-functie
in of uit te schakelen.
3 Laadsleuf voor de disc
Plaats een disc in de speler.
4 EJECT-toets
Druk op deze toets om de CD te laten uit-
werpen uit de ingebouwde CD-speler.
5 SOURCE-toets
Dit toestel wordt ingeschakeld zodra u een
signaalbron selecteert. Druk op deze toets
om alle signaalbronnen af te gaan.
6 BAND-toets
Druk op deze toets om te kiezen uit de MW/
LW-frequentieband en de twee FM-frequen-
tiebanden en om de instelling van een func-
tie te annuleren.
7 DETACH-toets
Druk op deze toets om het voorpaneel van
het hoofdtoestel te verwijderen.
8 c/d toetsen
Druk op deze toetsen voor handmatig af-
stemmen, vooruit- en achteruitspoelen en
zoeken naar fragmenten. U kunt deze toet-
sen ook gebruiken om functies te bedienen.
9 AUDIO-toets
Druk op deze toets om te kiezen uit de di-
verse toonregelingsfuncties.
a LOCAL/BSM-toets
Druk op deze toets om de lokale functie aan
of uit te zetten.
Houd de toets ingedrukt om de BSM-functie
aan of uit te zetten.
b 16-toetsen
Druk op deze toetsen om voorkeuzezenders
in te stellen. U kunt deze toetsen ook gebrui-
ken om functies te bedienen.
c TA-toets
Druk op deze toets om de TA-functie in of uit
te schakelen. Houd deze toets ingedrukt om
de AF-functie in of uit te schakelen.
d VOLUME-toetsen (+/)
Druk op deze toetsen om het volume te ver-
hogen of te verlagen.
3
3
3
d
d
d
1
2
4
6
6
6
5
5
5
7
7
7
8
8
9
9
9
a
a
a
b
b
b
c
c
c
Wat is wat
Nl
79
Hoofdstuk
Nederlands
02
LCD-display
1 Hoofdgedeelte van het display
Hier ziet u informatie zoals de gekozen fre-
quentieband, de weergavetijd, en andere in-
stellingen.
! Tuner
De frequentieband en de frequentie wor-
den weergegeven.
! RDS
De programmaservicenaam, PTY-infor-
matie of de frequentie wordt weergege-
ven.
! Ingebouwde CD-speler
De verstreken weergavetijd wordt weer-
gegeven.
! Audio en basisinstellingen
De functienamen en de gekozen instel-
lingen worden weergegeven.
2 AF-indicator
Deze geeft aan of de functie AF (zoeken
naar alternatieve frequenties) is ingescha-
keld.
3 TA-indicator
Deze geeft aan of de functie TA (stand-by
voor verkeersberichten) is ingeschakeld.
4 TP-indicator
Deze geeft aan of er is afgestemd op een TP-
zender.
5 LOC-indicator
Deze geeft aan of automatisch afstemmen
op lokale zenders is ingeschakeld.
6 Stereo-indicator (5)
Deze geeft aan of de frequentie waarop u
heeft afgestemd in stereo uitzendt.
7 LOUD-indicator
Deze verschijnt in het display als de loud-
ness is ingeschakeld.
8 Voorkeuzenummer-/fragmentnummer-
indicator
Deze toont het fragmentnummer of het
nummer van de voorkeuzezender.
1
2
3
4
5
6
7
8
Wat is wat
Nl
80
Hoofdstuk
02
Basishandelingen
Toestel aanzetten en
signaalbron selecteren
U kunt de signaalbron selecteren waarnaar u
wilt luisteren. Om naar de ingebouwde CD-
speler over te schakelen, hoeft u alleen een
CD in het toestel te plaatsen (raadpleeg blad-
zijde 84).
% Druk op SOURCE om een signaalbron te
kiezen.
Druk meerdere keren op SOURCE om te scha-
kelen tussen de volgende signaalbronnen:
Ingebouwde CD-spelerTuner
Als u een signaalbron selecteert, wordt het
toestel automatisch ingeschakeld.
Opmerkingen
! Als er geen CD in het toestel is geplaatst, kunt
u de ingebouwde CD-speler niet activeren.
! Als de blauw/witte draad van dit toestel is aan-
gesloten op de bedieningsaansluiting van de
automatische antenne van de auto, zal de an-
tenne uitschuiven wanneer er een signaalbron
van dit toestel wordt ingeschakeld. Als u de
signaalbron uitschakelt, wordt de antenne
weer ingeschoven.
Het volume afstellen
% Gebruik VOLUME om de geluidssterkte
te regelen.
Het toestel uitschakelen
% Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
Tuner
Naar de radio luisteren
U kunt de AF-functie van dit toestel (zoeken
naar alternatieve frequenties) in- en uitschake-
len. Bij normaal afstemmen moet de AF-func-
tie uit staan (raadpleeg bladzijde 83).
1 Druk op SOURCE om de tuner te selec-
teren.
2 Druk op BAND en kies een frequentie-
band.
Druk op BAND totdat u de gewenste frequen-
tieband (F1, F2 voor FM of MW/LW) op het
display ziet verschijnen.
3 Druk kort op c of d om handmatig af
te stemmen.
4 Om automatisch af te stemmen, houdt
u c of d ongeveer een seconde ingedrukt.
De tuner zal nu de frequenties in de aangege-
ven richting afzoeken tot er een uitzending ge-
vonden wordt die sterk genoeg is voor een
goede ontvangst.
# U kunt het automatisch afstemmen annuleren
door kort op c of d te drukken.
# Als u c of d ingedrukt houdt, kunt u zenders
overslaan. Het automatisch afstemmen wordt
hervat als u de toets weer loslaat.
Frequenties van zenders
opslaan en oproepen
Als u op een van de voorkeuzetoetsen 16
drukt, kunt u heel eenvoudig maximaal zes
zenderfrequenties opslaan, die u dan later met
één druk op de toets weer kunt oproepen.
! Er kunnen maximaal 12 FM-zenders, 6 voor
elk van de twee FM-frequentiebanden, en 6
MW/LW (MG/LG)-zenders in het geheugen
worden opgeslagen.
% Wanneer u heeft afgestemd op een fre-
quentie die u in het geheugen wilt op-
slaan, houdt u een van de
voorkeuzetoetsen 16 ingedrukt tot het
voorkeuzenummer stopt met knipperen.
De frequentie van de geselecteerde radiozen-
der is in het geheugen opgeslagen.
Bediening van het toestel
Nl
81
Hoofdstuk
Nederlands
03
Wanneer u hierna op dezelfde voorkeuzetoets
drukt, zal de opgeslagen zenderfrequentie uit
het geheugen worden opgeroepen.
Op sterke signalen afstemmen
Met de functie voor automatisch afstemmen
op lokale zenders kunt u het toestel laten af-
stemmen op zenders waarvan het signaal
sterk genoeg is voor een goede ontvangst.
% Druk meerdere keren op LOCAL/BSM
om het automatisch afstemmen op lokale
zenders in of uit te schakelen.
Als automatisch afstemmen op lokale zenders
is ingeschakeld, verschijnt LOC in het display.
Frequenties van de sterkste
zenders opslaan
Met de functie BSM (Best Stations Memory,
geheugen voor de beste zenders) kunt u auto-
matisch de zes sterkste zenders opslaan onder
de voorkeuzetoetsen 16.
! Het is mogelijk dat de zenders die via de
BSM-functie zijn opgeslagen de eerder
door uzelf opgeslagen zenders onder de
toetsen 16 vervangen.
% Houd LOCAL/BSM ingedrukt tot de
functie BSM aan gaat.
BSM begint te knipperen. Als BSM knippert,
worden de zes sterkste zenderfrequenties op-
geslagen onder voorkeuzetoetsen 16 in de
volgorde van de sterkte van het signaal. Als dit
is gebeurd, stopt BSM met knipperen.
# Druk op LOCAL/BSM om het opslaan te
annuleren.
RDS
Inleiding tot de RDS-bediening
RDS (radiodatasysteem) is een systeem voor
het verschaffen van informatie tijdens FM-uit-
zendingen.
! Het is mogelijk dat niet alle zenders RDS-
diensten leveren.
! RDS-functies zoals AF en TA werken alleen
wanneer u heeft afgestemd op een RDS-
zender.
Weergave van het RDS-display
wijzigen
Als u afstemt op een RDS-zender, wordt de
programmaservicenaam weergegeven. Als u
de frequentie van de zender wilt weten, moet u
de weergave van het display wijzigen.
% Houd EQ ingedrukt tot de informatie in
het display verandert.
Druk meerdere keren op EQ en houd de toets
ingedrukt om tussen de volgende instellingen
te schakelen:
ProgrammaservicenaamPTY-informatie
Frequentie
De PTY-lijst (ID-code en programmatypen)
vindt u op bladzijde 84.
# De PTY-informatie en de frequentie van de hui-
dige zender worden acht seconden op het display
getoond.
PTY-nooduitzendingen ontvangen
PTY-alarm is een speciale PTY-code voor het
aankondigen van noodsituaties, zoals natuur-
rampen. Als de tuner de radioalarmcode ont-
vangt, verschijnt ALARM op het display en
wordt het volume op het TA-volume ingesteld.
Als het noodbericht is afgelopen, keert het toe-
stel terug naar de vorige signaalbron.
! U kunt een noodbericht annuleren door op
TA te drukken.
Bediening van het toestel
Nl
82
Hoofdstuk
03
Alternatieve frequenties kiezen
Als u naar een uitzending luistert en de ont-
vangst wordt zwakker of er doen zich andere
problemen voor, dan zal het toestel automa-
tisch op zoek gaan naar een andere zender in
hetzelfde netwerk met een betere ontvangst.
! De AF-functie is standaard uitgeschakeld.
% Druk meerdere keren op TA om de AF-
functie in of uit te schakelen.
Als de AF-functie is ingeschakeld, verschijnt
AF in het display.
Opmerkingen
! Bij normaal afstemmen moet de AF-functie uit
staan.
! Bij automatisch afstemmen of gebruik van de
BSM-functie wordt er alleen afgestemd op
RDS-zenders als de AF-functie is ingescha-
keld.
! Als u een voorkeuzezender oproept, kan de
tuner een nieuwe frequentie uit de AF-lijst van
de zender aan deze voorkeuzezender toewij-
zen. (Dat kan alleen als u voorkeuzezenders
op de frequentieband F1 gebruikt.)
! Het is mogelijk dat de geluidsweergave tijde-
lijk wordt onderbroken door een ander pro-
gramma terwijl de AF-functie aan het zoeken
is.
! Als de tuner is afgestemd op een zender zon-
der RDS, zal de AF indicator gaan knipperen.
! De AF-functie kan voor elke FM-frequentie-
band afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld.
PI-zoeken gebruiken
Als het toestel geen geschikte alternatieve fre-
quentie kan vinden of als u naar een uitzen-
ding luistert waarvan de ontvangst
verslechtert, dan zoekt het toestel automatisch
een andere zender met dezelfde programme-
ring. Tijdens het zoeken wordt PI SEEK weerge-
geven en wordt het volume gedempt. Het
volume wordt naar het normale niveau terug-
gezet als PI-zoeken is voltooid. Het maakt
daarbij niet uit of er een andere zender is ge-
vonden of niet.
Automatische PI-zoekfunctie voor
voorkeuzezenders gebruiken
Wanneer een voorkeuzezender niet kan wor-
den opgeroepen, bijvoorbeeld wanneer u een
grote afstand heeft afgelegd, kan het toestel
zo worden ingesteld dat ook bij het oproepen
van een voorkeuzezender de PI-zoekfunctie zal
worden uitgevoerd.
! De automatische PI-zoekfunctie is stan-
daard uitgeschakeld. Zie Aan- en uitzetten
van de automatische PI-zoekfunctie op blad-
zijde 87.
Alleen zenders met regionale
programmering zoeken
Wanneer u de AF-functie gebruikt om automa-
tisch alternatieve frequenties te zoeken, kunt u
met de regionale functie het zoeken beperken
tot zenders die regionale programmas uitzen-
den.
% Houd BAND ingedrukt totdat de regio-
nale functie aan of uit gaat.
Opmerkingen
! Regionale programmering en regionale net-
werken kunnen per land anders georgani-
seerd zijn.
! De regionale functie kan voor elk van de FM-
frequentiebanden afzonderlijk worden in- of
uitgeschakeld.
Bediening van het toestel
Nl
83
Hoofdstuk
Nederlands
03
Verkeersberichten ontvangen
Met de TA-functie (stand-by voor verkeersbe-
richten) kunt u automatisch verkeersberichten
ontvangen, ongeacht de signaalbron waarnaar
u aan het luisteren bent. De TA-functie kan
voor zowel een TP-zender (een zender die ver-
keersberichten uitzendt) als een uitgebreide
TP-zender van een ander netwerk (een zender
met informatie die verwijst naar andere TP-
zenders) worden geactiveerd.
1 Stem af op een TP-zender of een uitge-
breide TP-zender van een ander netwerk.
Wanneer u heeft afgestemd op een TP-zender
of een uitgebreide TP-zender van een ander
netwerk, zal de TP-indicator gaan branden.
2 Druk op TA om stand-by voor verkeers-
berichten in te schakelen.
TA zal op het display verschijnen. De tuner
staat stand-by voor verkeersberichten.
# Druk nogmaals op TA om stand-by voor ver-
keersberichten weer uit te schakelen.
3 Regel het TA-volume met VOLUME
wanneer er een verkeersbericht begint.
Het ingestelde volume zal in het geheugen
worden opgeslagen, en opnieuw worden ge-
bruikt bij volgende verkeersberichten.
4 Druk op TA terwijl er een verkeersbe-
richt wordt ontvangen als u het bericht
wilt annuleren.
De tuner zal terugkeren naar de oorspronkelijk
ingestelde signaalbron maar blijft in de stand-
by-modus totdat u nogmaals op TA drukt.
Opmerkingen
! Het systeem zal terugkeren naar de oorspron-
kelijke signaalbron wanneer het verkeersbe-
richt is afgelopen.
! Bij automatisch afstemmen of gebruik van de
BSM-functie zal er alleen worden afgestemd
op TP-zenders en uitgebreide TP-zenders van
een ander netwerk als de TA-functie is inge-
schakeld.
PTY-lijst
Specifiek Programmatype
NEWS Nieuws
AFFAIRS Actualiteiten
INFO Algemene informatie en adviezen
SPORT Sport
WEATHER Weerberichten/meteorologische infor-
matie
FINANCE Beursberichten, handel, zakelijk
nieuws enz.
POP MUS Populaire muziek
ROCK MUS Eigentijdse moderne muziek
EASY MUS Easy listening-muziek
OTH MUS Overige muziek
JAZZ Jazz
COUNTRY Countrymuziek
NAT MUS Nationale muziek
OLDIES Gouwe Ouwe
FOLK MUS Folkmuziek
L.CLASS Lichte klassieke muziek
CLASSIC Klassieke muziek
EDUCATE Educatieve programmas
DRAMA Hoorspelen en series
CULTURE Nationale of regionale cultuur
SCIENCE Natuur, wetenschap en techniek
VARIED Licht amusement
CHILDREN Kinderprogrammas
SOCIAL Praatprogrammas
RELIGION Religieuze aangelegenheden of dien-
sten
PHONE IN Inbelprogrammas
TOURING Reisprogrammas; niet voor verkeers-
berichten
LEISURE Hobbys en recreatie
DOCUMENT Documentaires
Ingebouwde CD-speler
Een CD afspelen
1 Plaats een CD in de CD-laadsleuf.
Het afspelen zal automatisch beginnen.
# Plaats de CD met de bedrukte kant naar
boven.
# Nadat u de CD in het toestel heeft geplaatst,
dient u op SOURCE te drukken om de inge-
bouwde CD-speler als signaalbron te kiezen.
# U kunt de CD uitwerpen door op EJECT te
drukken.
Bediening van het toestel
Nl
84
Hoofdstuk
03
2 Houd c of d ingedrukt om vooruit of
achteruit te spoelen.
3 Druk op c of d om naar het vorige of
volgende fragment te gaan.
Als u op d drukt, gaat u naar het begin van
het volgende fragment. Als u één keer op c
drukt, gaat u naar het begin van het huidige
fragment. Als u nogmaals op deze toets drukt,
gaat u naar het vorige fragment.
Opmerkingen
! De ingebouwde CD-speler kan een standaard-
CD van 12 cm of 8 cm afspelen. Gebruik geen
adapter als u CDs van 8 cm afspeelt.
! Plaats geen ander object dan een CD in de
CD-laadsleuf.
! Als er een foutmelding zoals ERROR-11 wordt
weergegeven, raadpleegt u Foutmeldingen op
bladzijde 89.
Herhaalde weergave
Met herhaalde weergave kunt u hetzelfde frag-
ment laten herhalen.
% Druk op 5 om herhaalde weergave in
of uit te schakelen.
Als herhaalde weergave is ingeschakeld, ver-
schijnt RPT in het display.
# Als u een fragment zoekt of vooruit- of achter-
uitspoelt, wordt herhaalde weergave automatisch
geannuleerd.
Fragmenten in willekeurige
volgorde afspelen
Met willekeurige weergave kunt u de fragmen-
ten op de CD in willekeurige volgorde laten af-
spelen.
% Druk op 4 om willekeurige weergave in
of uit te schakelen.
Als willekeurige weergave is ingeschakeld, ver-
schijnt RDM in het display.
Fragmenten op een CD scannen
Met de scanweergave hoort u de eerste 10 se-
conden van elk fragment op de CD.
1 Druk op 3 om de scanweergave in te
schakelen.
SCAN zal op het display verschijnen. De eerste
10 seconden van elk fragment worden afge-
speeld.
2 Als u het gewenste fragment heeft ge-
vonden, drukt u op 3 om de scanweergave
uit te schakelen.
# Wanneer het scannen van de CD is voltooid,
begint de normale weergave van de fragmenten
opnieuw.
Het afspelen van een CD
onderbreken
Het afspelen van het huidige fragment wordt
onderbroken.
% Druk op 6 om de pauzefunctie in of uit
te schakelen.
Als de pauzefunctie is ingeschakeld, ver-
schijnt PAUSE in het display.
Audio-instellingen
Inleiding tot de audio-instellingen
% Druk op AUDIO om de namen van de
audiofuncties op het display te laten ver-
schijnen.
Druk meerdere keren op AUDIO om te schake-
len tussen de volgende audiofuncties:
FAD (balans instellen)BASS (lage tonen in-
stellen)MID (middentonen instellen)
TREBLE (hoge tonen instellen)LOUD
(loudness)SLA (niveau signaalbron instel-
len)
# Wanneer u de FM-tuner als signaalbron ge-
bruikt, kunt u niet overschakelen naar SLA.
# Druk op BAND om terug te keren naar het bij
de signaalbron behorende display.
Bediening van het toestel
Nl
85
Hoofdstuk
Nederlands
03
De balansinstelling gebruiken
U kunt een fader-/balansinstelling selecteren
voor een optimale geluidsweergave voor alle
plaatsen in het voertuig.
1 Druk op AUDIO en selecteer FAD.
# Als u de balansinstelling eerder heeft aange-
past, verschijnt BAL in het display.
2 Druk op + of om de balans tussen de
voor- en achterluidsprekers in te stellen.
FAD F15 FAD R15 wordt weergegeven als de
balans van de voor- en achterluidsprekers van
voren naar achteren wordt verplaatst.
3 Druk op c of d om de balans tussen de
luidsprekers links en rechts in te stellen.
BAL L 9 BAL R 9 wordt weergegeven als de
balans tussen de linker- en rechterluidspre-
kers van links naar rechts wordt verplaatst.
De equalizer gebruiken
Er zijn zes voorgeprogrammeerde equalizerin-
stellingen, die u op ieder moment eenvoudig
kunt oproepen, namelijk DYNAMIC, VOCAL,
NATURAL, CUSTOM, FLAT en POWERFUL.
! CUSTOM is een aangepaste equalizercurve
die u zelf maakt.
! Als FLAT is geselecteerd, wordt er geen
aanvulling of correctie op het geluid toege-
past. Door te schakelen tussen FLAT en
een van de andere equalizercurven kunt u
het effect van de verschillende equalizer-
curven beluisteren.
% Druk op EQ om de equalizer te selecte-
ren.
Druk herhaaldelijk op EQ om tussen de vol-
gende equalizer-instellingen te schakelen:
DYNAMICVOCALNATURALCUSTOM
FLATPOWERFUL
De equalizercurven aanpassen
U kunt de momenteel geselecteerde equalizer-
curve naar wens aanpassen. De aangepaste
instellingen van de equalizercurve worden op-
geslagen in CUSTOM.
Lage, hoge en middentonen aanpassen
U kunt het niveau van de lage, hoge en mid-
dentonen aanpassen.
1 Druk op AUDIO en selecteer BASS/MID/
TREBLE.
2 Druk op + of om de toonregeling aan
te passen.
Als u het niveau verhoogt of verlaagt, verschij-
nen waarden tussen +6 en 6 op het display.
De loudness aanpassen
De loudness-functie compenseert een tekort
aan hoge en lage tonen bij lage volume-instel-
lingen.
1 Druk op AUDIO en selecteer LOUD.
2 Druk op + om de loudness-functie in te
schakelen.
De LOUD-indicator wordt weergegeven.
# Als u de loudness-functie uit wilt zetten, drukt
uop.
# U kunt de loudness-functie ook aan of uit zet-
ten door op LOUDNESS te drukken.
3 Druk op c of d en selecteer het gewen-
ste niveau.
LOW (laag)HI (hoog)
Het niveau van de
signaalbronnen aanpassen
Met SLA (Source Level Adjustment) kunt u het
volumeniveau van de diverse signaalbronnen
apart instellen, dit om te voorkomen dat het
volume plotseling zou veranderen wanneer u
naar een andere signaalbron overschakelt.
! De instellingen zijn gebaseerd op het vol-
umeniveau van de FM-tuner, dat u niet kunt
wijzigen.
Bediening van het toestel
Nl
86
Hoofdstuk
03
! Het volumeniveau van de MW/LW-tuner
kan wel met SLA worden aangepast.
1 Vergelijk het volumeniveau van de FM-
tuner met dat van de signaalbron die u
wilt aanpassen.
2 Druk op AUDIO en selecteer SLA.
3 Druk op + of om het volume van de
signaalbron aan te passen.
SLA +4 SLA 4 verschijnt op het display ter-
wijl het volume van de signaalbron wordt ver-
hoogd of verlaagd.
Begininstellingen
De begininstellingen aanpassen
Met de begininstellingen kunt u verschillende
systeeminstellingen aanpassen voor een opti-
male weergave.
1 Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
2 Druk op SOURCE en houd de toets inge-
drukt totdat FM op het display verschijnt.
3 Druk op AUDIO om de namen van de
functies op het display weer te geven.
Druk meerdere keren op AUDIO om te schake-
len tussen de volgende instellingen:
FM (FM-afstemstap)A-PI (Automatische PI-
zoekfunctie)SAVE (Energiezuinige modus)
Gebruik onderstaande instructies voor het
maken van de diverse instellingen.
# Druk op BAND om de begininstellingen te an-
nuleren.
# U kunt de begininstellingen ook annuleren
door SOURCE ingedrukt te houden tot het appa-
raat uit gaat.
De FM-afstemstap instellen
Normaal gesproken wordt er een FM-afstem-
stap van 50 kHz gebruikt bij automatisch af-
stemmen. Als u de functie AF of TA heeft
ingeschakeld, wordt de afstemstap automa-
tisch 100 kHz. Het kan soms beter zijn de af-
stemstap op 50 kHz in te stellen als AF is
ingeschakeld.
! Bij handmatig afstemmen blijft de afstem-
stap op 50 kHz staan.
1 Druk op AUDIO en selecteer FM.
2 Druk op c of d en selecteert de FM-af-
stemstap.
Druk op c om 50 (50 kHz) te selecteren. Druk
op d om 100 (100 kHz) te selecteren.
Aan- en uitzetten van de
automatische PI-zoekfunctie
Het toestel kan automatisch zoeken naar een
andere zender met eenzelfde soort program-
ma, ook bij het oproepen van een voorkeuze-
zender.
1 Druk op AUDIO en selecteer A-PI.
2 Druk op + of om de automatische PI-
zoekfunctie aan of uit te zetten.
Energieverbruik van de accu
verminderen
Als u deze functie inschakelt, kunt u het ener-
gieverbruik van de accu verminderen.
! In deze modus is het inschakelen van de
bron de enige beschikbare handeling.
Belangrijk
Als u de accu van uw auto loskoppelt, wordt de
energiezuinige modus geannuleerd. U moet de
energiezuinige modus opnieuw aanzetten nadat
u de accu weer heeft aangesloten. Als de contact-
schakelaar van uw auto niet is uitgerust met een
ACC-stand (accessory-stand), kan het voorkomen
dat het toestel de accu als energiebron gebruikt
als de energiebesparende modus is uitgescha-
keld.
1 Druk op AUDIO en selecteer SAVE.
Bediening van het toestel
Nl
87
Hoofdstuk
Nederlands
03
2 Druk op + of om de energiezuinige
modus in of uit te schakelen.
Bediening van het toestel
Nl
88
Hoofdstuk
03
Foutmeldingen
Als u contact opneemt met uw leverancier of
het dichtstbijzijnde Pioneer servicecentrum,
zorg er dan voor dat u de foutmelding op-
schrijft.
Melding Oorzaak Maatregel
ERROR-11, 12,
17, 30
Vuile disc Maak de disc
schoon.
ERROR-11, 12,
17, 30
Bekraste disc Vervang de disc.
ERROR-10, 11,
12, 15, 17, 30,
A0
Elektrisch of me-
chanisch pro-
bleem
Zet het contact uit
en dan weer aan,
of schakel over
naar een andere
signaalbron en dan
weer terug naar de
CD-speler.
CD-ROM CD-ROM is ge-
plaatst
Vervang de disc.
Richtlijnen voor het gebruik
van discs en de speler
! Gebruik uitsluitend discs met onderstaand
logo.
! Gebruik uitsluitend normale, ronde discs.
Gebruik geen discs met een andere vorm
(shaped discs).
! Gebruik geen gebarste, gebroken, kromme
of anderszins beschadigde discs, omdat
zulke discs de speler kunnen beschadigen.
! Niet-gefinaliseerde CD-R/CD-RW-discs kun-
nen niet worden afgespeeld.
! Raak de gegevenszijde van de disc niet
aan.
! Bewaar discs in het bijbehorende doosje
wanneer u ze niet gebruikt.
! Bewaar discs niet in een hete ruimte of in
direct zonlicht.
! Plak geen labels op discs, schrijf er niet op
en behandel het oppervlak niet met chemi-
sche middelen.
! Om een CD te reinigen, veegt u de disc van
het midden naar de buitenkant met een
zachte doek schoon.
! Condens en vochtvorming kunnen een cor-
recte werking van de speler tijdelijk nega-
tief beïnvloeden. Laat de speler in een
warmere omgeving ongeveer een uur op
temperatuur komen. Veeg vochtige schij-
ven met een zachte doek schoon.
! Als u een bepaalde disc niet kunt afspelen,
kan dat worden veroorzaakt door het type
disc, de indeling van de disc, de toepassing
waarmee de disc is opgenomen, de omge-
ving waarin de disc wordt afgespeeld, de
manier waarop de disc wordt bewaard, en-
zovoort.
! U kunt maximaal 99 fragmenten op een
disc afspelen.
! Schokken tijdens het rijden van de auto
kunnen de disc laten overslaan.
! Lees de voor discs geldende voorzorgs-
maatregelen voordat u ze gebruikt.
Aanvullende informatie
Nl
89
Aanhangsel
Nederlands
Technische gegevens
Algemeen
Spanningsbron ......................... 14,4 V gelijkstroom (10,8
15,1 V toelaatbaar)
Aarding ......................................... Negatief
Max. stroomverbruik .............. 10,0 A
Afmetingen (B × H × D):
Chassis ............................... 178 × 50 × 157 mm
Voorpaneel ........................ 188 × 58 × 20 mm
Gewicht ........................................ 1,3 kg
Audio
Maximaal uitgangsvermogen
..................................................... 45 W × 4
Continuvermogen ................... 25 W × 4 (DIN 45324, +B =
14,4 V)
Belastingsimpedantie ........... 4 W (4 8 W toegestaan)
Preout maximaal uitgangsniveau/uitgangsimpedantie
..................................................... 2,2 V/1 kW
Lage/hoge/middentonen:
Lage tonen
Frequentie ............... 100 Hz
Gain ............................ ±13 dB
Middentonen
Frequentie ............... 1 kHz
Gain ............................ ±12 dB
Hoge tonen
Frequentie ............... 10 kHz
Gain ............................ ±12 dB
Loudness-contour:
Laag ..................................... +7 dB (100 Hz), +4 dB (10
kHz)
Hoog .................................... +10 dB (100 Hz), +6,5 dB
(10 kHz)
(volume: 30 dB)
CD-speler
Systeem ....................................... Compact Disc Audio
Bruikbare discs ........................ Compact Discs
Signaalformaat:
Bemonsteringsfrequentie
........................................... 44,1 kHz
Aantal quantisatiebits
........................................... 16; lineair
Frequentiekarakteristieken
..................................................... 5 20 000 Hz (±1 dB)
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 94 dB (1 kHz) (IEC-A net-
werk)
Dynamisch bereik ................... 92 dB (1 kHz)
Aantal kanalen .......................... 2 (stereo)
FM-tuner
Frequentiebereik ...................... 87,5 108,0 MHz
Bruikbare gevoeligheid ......... 8 dBf (0,7 µV/75 W, mono,
S/N: 30 dB)
Gevoeligheid bij 50 dB demping
..................................................... 10 dBf (0,9 µV/75 W, mono)
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 75 dB (IEC-A netwerk)
Vervorming ................................. 0,3 % (bij 65 dBf, 1 kHz, ste-
reo)
0,1 % (bij 65 dBf, 1 kHz,
mono)
Frequentierespons .................. 30 15 000 Hz (±3 dB)
Stereoscheiding ....................... 45 dB (bij 65 dBf, 1 kHz)
Selectiviteit ................................. 80 dB (±200 kHz)
MW-tuner
Frequentiebereik ...................... 531 1 602 kHz (9 kHz)
Bruikbare gevoeligheid ......... 18 µV (S/N: 20 dB)
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 65 dB (IEC-A netwerk)
LW-tuner
Frequentiebereik ...................... 153 281 kHz
Bruikbare gevoeligheid ......... 30 µV (S/N: 20 dB)
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 65 dB (IEC-A netwerk)
Opmerking
Technische gegevens en ontwerp kunnen ter pro-
ductverbetering zonder voorafgaande kennisge-
ving worden gewijzigd.
Aanvullende informatie
Nl
90
Aanhangsel

Documenttranscriptie

Inhoud Hartelijk dank voor het aanschaffen van dit Pioneer-product. Lees de instructies in deze handleiding goed door om ervoor te zorgen dat u het toestel op de juiste manier leert bedienen. Als u de instructies heeft gelezen, bewaar deze handleiding dan op een veilige plaats zodat u hem altijd bij de hand heeft voor later. Voor u begint Informatie over dit toestel 77 Bezoek onze website 77 Het toestel tegen diefstal beveiligen 78  Het voorpaneel verwijderen 78  Het voorpaneel bevestigen 78 Wat is wat Hoofdtoestel 79 LCD-display 80 Bediening van het toestel Basishandelingen 81  Toestel aanzetten en signaalbron selecteren 81  Het volume afstellen 81  Het toestel uitschakelen 81 Tuner 81  Naar de radio luisteren 81  Frequenties van zenders opslaan en oproepen 81  Op sterke signalen afstemmen 82  Frequenties van de sterkste zenders opslaan 82 RDS 82  Inleiding tot de RDS-bediening 82  Weergave van het RDS-display wijzigen 82  PTY-nooduitzendingen ontvangen 82  Alternatieve frequenties kiezen 83  Verkeersberichten ontvangen 84  PTY-lijst 84 Ingebouwde CD-speler 84  Een CD afspelen 84  Herhaalde weergave 85  Fragmenten in willekeurige volgorde afspelen 85  Fragmenten op een CD scannen 85  Het afspelen van een CD onderbreken 85 Audio-instellingen 85  Inleiding tot de audio-instellingen 85 76 Nl      De balansinstelling gebruiken 86 De equalizer gebruiken 86 De equalizercurven aanpassen 86 De loudness aanpassen 86 Het niveau van de signaalbronnen aanpassen 86 Begininstellingen 87  De begininstellingen aanpassen 87  De FM-afstemstap instellen 87  Aan- en uitzetten van de automatische PI-zoekfunctie 87  Energieverbruik van de accu verminderen 87 Aanvullende informatie Foutmeldingen 89 Richtlijnen voor het gebruik van discs en de speler 89 Technische gegevens 90 Hoofdstuk 01 Voor u begint ! ! Deponeer dit product niet bij het gewone huishoudelijk afval wanneer u het wilt verwijderen. Er bestaat een speciaal wettelijk voorgeschreven verzamelsysteem voor de juiste behandeling, het opnieuw bruikbaar maken en de recycling van gebruikte elektronische producten. ! ! In de 25 lidstaten van de EU, Zwitserland en Noorwegen kunnen particulieren hun gebruikte elektronische producten gratis bij de daarvoor bestemde verzamelplaatsen of een verkooppunt (indien u aldaar een gelijkwaardig nieuw product koopt) inleveren. Indien u zich in een ander dan bovengenoemd land bevindt kunt u contact opnemen met de plaatselijke overheid voor informatie over de juiste verwijdering van het product. Zodoende zorgt u ervoor dat het verwijderde product op de juiste wijze wordt behandeld, opnieuw bruikbaar wordt gemaakt, t gerecycleerd en het niet schadelijk is voor de gezondheid en het milieu. Informatie over dit toestel LET OP ! Zorg ervoor dat dit apparaat niet met vloeistof in aanraking komt. Een elektrische schok kan daarvan het gevolg zijn. Bovendien kan dit lei- ! ! ! Bezoek onze website Bezoek onze website: ! Registreer uw product. Wij bewaren de gegevens van het product dat u heeft aangeschaft zodat u deze eenvoudig kunt opvragen als u die nodig mocht hebben voor de verzekering na bijvoorbeeld verlies of diefstal. ! Op onze website vindt u het laatste nieuws over Pioneer Corporation. Nl Nederlands De frequenties waarop de tuner van dit toestel kan worden afgestemd, zijn in gebruik in Europa, Azië, het Midden-Oosten, Afrika en Oceanië. Gebruik van het toestel in andere gebieden kan een slechte ontvangst tot gevolg hebben. De RDS-functie (radiodatasysteem) werkt alleen in gebieden waar de FM-zenders RDS-signalen uitzenden. ! den tot rookvorming en oververhitting, waardoor het apparaat beschadigd raakt. KLASSE 1 LASERPRODUCT Dit product bevat een laserdiode van een hogere klasse dan 1. Uit veiligheidsoverwegingen mag u de behuizing niet verwijderen of toegang proberen te krijgen tot de binnenzijde van het toestel. Laat alle onderhoudswerkzaamheden over aan gekwalificeerd personeel. De Pioneer CarStereo-Pass wordt alleen in Duitsland gebruikt. Houd deze handleiding bij de hand zodat u de bedieningsprocedures en de te nemen voorzorgsmaatregelen kunt opzoeken. Houd het volume altijd laag genoeg om geluiden van buiten de auto te kunnen blijven horen. Bescherm dit toestel tegen vocht. Als de accu losgekoppeld wordt of leeg raakt, zal het voorkeuzegeheugen worden gewist en zult u het toestel opnieuw moeten programmeren. Als dit product niet naar behoren functioneert, kunt u uw leverancier of het dichtstbijzijnde erkende servicestation van Pioneer raadplegen. 77 Hoofdstuk 01 Voor u begint Het toestel tegen diefstal beveiligen Om diefstal te voorkomen, kunt u het voorpaneel van het hoofdtoestel verwijderen en in het meegeleverde beschermende foedraal bewaren. Belangrijk ! Bij het verwijderen en aanbrengen van het voorpaneel mag u in geen geval kracht gebruiken of het display en de toetsen stevig vastgrijpen. ! Stel het voorpaneel niet aan grote schokken bloot. ! Stel het voorpaneel niet bloot aan direct zonlicht en hoge temperaturen. Het voorpaneel verwijderen 1 Druk op DETACH om het voorpaneel los te maken. 2 Pak het voorpaneel vast en verwijder het. 3 Doe het voorpaneel in het meegeleverde beschermende foedraal om het veilig te bewaren. Het voorpaneel bevestigen % Plaats het voorpaneel vlak tegen de voorkant van het hoofdtoestel tot het stevig vast blijft zitten. 78 Nl Hoofdstuk 02 Wat is wat 1 2 3 c b d Hoofdtoestel 1 EQ-toets Druk op deze toets om de verschillende equalizercurven te selecteren. 2 LOUDNESS-toets Druk op deze toets om de loudness-functie in of uit te schakelen. 3 Laadsleuf voor de disc Plaats een disc in de speler. 4 EJECT-toets Druk op deze toets om de CD te laten uitwerpen uit de ingebouwde CD-speler. 5 SOURCE-toets Dit toestel wordt ingeschakeld zodra u een signaalbron selecteert. Druk op deze toets om alle signaalbronnen af te gaan. 9 a 5 7 6 8 zoeken naar fragmenten. U kunt deze toetsen ook gebruiken om functies te bedienen. 9 AUDIO-toets Druk op deze toets om te kiezen uit de diverse toonregelingsfuncties. a LOCAL/BSM-toets Druk op deze toets om de lokale functie aan of uit te zetten. Houd de toets ingedrukt om de BSM-functie aan of uit te zetten. b 16-toetsen Druk op deze toetsen om voorkeuzezenders in te stellen. U kunt deze toetsen ook gebruiken om functies te bedienen. c TA-toets Druk op deze toets om de TA-functie in of uit te schakelen. Houd deze toets ingedrukt om de AF-functie in of uit te schakelen. d VOLUME-toetsen (+/) Druk op deze toetsen om het volume te verhogen of te verlagen. 7 DETACH-toets Druk op deze toets om het voorpaneel van het hoofdtoestel te verwijderen. Nederlands 6 BAND-toets Druk op deze toets om te kiezen uit de MW/ LW-frequentieband en de twee FM-frequentiebanden en om de instelling van een functie te annuleren. 4 8 c/d toetsen Druk op deze toetsen voor handmatig afstemmen, vooruit- en achteruitspoelen en Nl 79 Hoofdstuk 02 Wat is wat 7 LOUD-indicator Deze verschijnt in het display als de loudness is ingeschakeld. 1 7 23 5 4 6 8 LCD-display 1 Hoofdgedeelte van het display Hier ziet u informatie zoals de gekozen frequentieband, de weergavetijd, en andere instellingen. ! Tuner De frequentieband en de frequentie worden weergegeven. ! RDS De programmaservicenaam, PTY-informatie of de frequentie wordt weergegeven. ! Ingebouwde CD-speler De verstreken weergavetijd wordt weergegeven. ! Audio en basisinstellingen De functienamen en de gekozen instellingen worden weergegeven. 2 AF-indicator Deze geeft aan of de functie AF (zoeken naar alternatieve frequenties) is ingeschakeld. 3 TA-indicator Deze geeft aan of de functie TA (stand-by voor verkeersberichten) is ingeschakeld. 4 TP-indicator Deze geeft aan of er is afgestemd op een TPzender. 5 LOC-indicator Deze geeft aan of automatisch afstemmen op lokale zenders is ingeschakeld. 6 Stereo-indicator (5) Deze geeft aan of de frequentie waarop u heeft afgestemd in stereo uitzendt. 80 Nl 8 Voorkeuzenummer-/fragmentnummerindicator Deze toont het fragmentnummer of het nummer van de voorkeuzezender. Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel Basishandelingen Toestel aanzetten en signaalbron selecteren U kunt de signaalbron selecteren waarnaar u wilt luisteren. Om naar de ingebouwde CDspeler over te schakelen, hoeft u alleen een CD in het toestel te plaatsen (raadpleeg bladzijde 84). % Druk op SOURCE om een signaalbron te kiezen. Druk meerdere keren op SOURCE om te schakelen tussen de volgende signaalbronnen: Ingebouwde CD-spelerTuner Als u een signaalbron selecteert, wordt het toestel automatisch ingeschakeld. Opmerkingen ! Als er geen CD in het toestel is geplaatst, kunt u de ingebouwde CD-speler niet activeren. ! Als de blauw/witte draad van dit toestel is aangesloten op de bedieningsaansluiting van de automatische antenne van de auto, zal de antenne uitschuiven wanneer er een signaalbron van dit toestel wordt ingeschakeld. Als u de signaalbron uitschakelt, wordt de antenne weer ingeschoven. Het volume afstellen % Gebruik VOLUME om de geluidssterkte te regelen. % Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel uit gaat. Tuner Naar de radio luisteren U kunt de AF-functie van dit toestel (zoeken naar alternatieve frequenties) in- en uitschake- 1 Druk op SOURCE om de tuner te selecteren. 2 Druk op BAND en kies een frequentieband. Druk op BAND totdat u de gewenste frequentieband (F1, F2 voor FM of MW/LW) op het display ziet verschijnen. 3 Druk kort op c of d om handmatig af te stemmen. 4 Om automatisch af te stemmen, houdt u c of d ongeveer een seconde ingedrukt. De tuner zal nu de frequenties in de aangegeven richting afzoeken tot er een uitzending gevonden wordt die sterk genoeg is voor een goede ontvangst. # U kunt het automatisch afstemmen annuleren door kort op c of d te drukken. # Als u c of d ingedrukt houdt, kunt u zenders overslaan. Het automatisch afstemmen wordt hervat als u de toets weer loslaat. Frequenties van zenders opslaan en oproepen Als u op een van de voorkeuzetoetsen 16 drukt, kunt u heel eenvoudig maximaal zes zenderfrequenties opslaan, die u dan later met één druk op de toets weer kunt oproepen. ! Er kunnen maximaal 12 FM-zenders, 6 voor elk van de twee FM-frequentiebanden, en 6 MW/LW (MG/LG)-zenders in het geheugen worden opgeslagen. % Wanneer u heeft afgestemd op een frequentie die u in het geheugen wilt opslaan, houdt u een van de voorkeuzetoetsen 16 ingedrukt tot het voorkeuzenummer stopt met knipperen. De frequentie van de geselecteerde radiozender is in het geheugen opgeslagen. Nl Nederlands Het toestel uitschakelen len. Bij normaal afstemmen moet de AF-functie uit staan (raadpleeg bladzijde 83). 81 Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel Wanneer u hierna op dezelfde voorkeuzetoets drukt, zal de opgeslagen zenderfrequentie uit het geheugen worden opgeroepen. Op sterke signalen afstemmen Met de functie voor automatisch afstemmen op lokale zenders kunt u het toestel laten afstemmen op zenders waarvan het signaal sterk genoeg is voor een goede ontvangst. % Druk meerdere keren op LOCAL/BSM om het automatisch afstemmen op lokale zenders in of uit te schakelen. Als automatisch afstemmen op lokale zenders is ingeschakeld, verschijnt LOC in het display. Frequenties van de sterkste zenders opslaan Met de functie BSM (Best Stations Memory, geheugen voor de beste zenders) kunt u automatisch de zes sterkste zenders opslaan onder de voorkeuzetoetsen 16. ! Het is mogelijk dat de zenders die via de BSM-functie zijn opgeslagen de eerder door uzelf opgeslagen zenders onder de toetsen 16 vervangen. % Houd LOCAL/BSM ingedrukt tot de functie BSM aan gaat. BSM begint te knipperen. Als BSM knippert, worden de zes sterkste zenderfrequenties opgeslagen onder voorkeuzetoetsen 16 in de volgorde van de sterkte van het signaal. Als dit is gebeurd, stopt BSM met knipperen. # Druk op LOCAL/BSM om het opslaan te annuleren. RDS Inleiding tot de RDS-bediening RDS (radiodatasysteem) is een systeem voor het verschaffen van informatie tijdens FM-uitzendingen. 82 Nl ! Het is mogelijk dat niet alle zenders RDSdiensten leveren. ! RDS-functies zoals AF en TA werken alleen wanneer u heeft afgestemd op een RDSzender. Weergave van het RDS-display wijzigen Als u afstemt op een RDS-zender, wordt de programmaservicenaam weergegeven. Als u de frequentie van de zender wilt weten, moet u de weergave van het display wijzigen. % Houd EQ ingedrukt tot de informatie in het display verandert. Druk meerdere keren op EQ en houd de toets ingedrukt om tussen de volgende instellingen te schakelen: ProgrammaservicenaamPTY-informatie Frequentie De PTY-lijst (ID-code en programmatypen) vindt u op bladzijde 84. # De PTY-informatie en de frequentie van de huidige zender worden acht seconden op het display getoond. PTY-nooduitzendingen ontvangen PTY-alarm is een speciale PTY-code voor het aankondigen van noodsituaties, zoals natuurrampen. Als de tuner de radioalarmcode ontvangt, verschijnt ALARM op het display en wordt het volume op het TA-volume ingesteld. Als het noodbericht is afgelopen, keert het toestel terug naar de vorige signaalbron. ! U kunt een noodbericht annuleren door op TA te drukken. Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel Alternatieve frequenties kiezen Als u naar een uitzending luistert en de ontvangst wordt zwakker of er doen zich andere problemen voor, dan zal het toestel automatisch op zoek gaan naar een andere zender in hetzelfde netwerk met een betere ontvangst. ! De AF-functie is standaard uitgeschakeld. % Druk meerdere keren op TA om de AFfunctie in of uit te schakelen. Als de AF-functie is ingeschakeld, verschijnt AF in het display. Opmerkingen ! Bij normaal afstemmen moet de AF-functie uit staan. ! Bij automatisch afstemmen of gebruik van de BSM-functie wordt er alleen afgestemd op RDS-zenders als de AF-functie is ingeschakeld. ! Als u een voorkeuzezender oproept, kan de tuner een nieuwe frequentie uit de AF-lijst van de zender aan deze voorkeuzezender toewijzen. (Dat kan alleen als u voorkeuzezenders op de frequentieband F1 gebruikt.) ! Het is mogelijk dat de geluidsweergave tijdelijk wordt onderbroken door een ander programma terwijl de AF-functie aan het zoeken is. ! Als de tuner is afgestemd op een zender zonder RDS, zal de AF indicator gaan knipperen. ! De AF-functie kan voor elke FM-frequentieband afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld. Automatische PI-zoekfunctie voor voorkeuzezenders gebruiken Wanneer een voorkeuzezender niet kan worden opgeroepen, bijvoorbeeld wanneer u een grote afstand heeft afgelegd, kan het toestel zo worden ingesteld dat ook bij het oproepen van een voorkeuzezender de PI-zoekfunctie zal worden uitgevoerd. ! De automatische PI-zoekfunctie is standaard uitgeschakeld. Zie Aan- en uitzetten van de automatische PI-zoekfunctie op bladzijde 87. Alleen zenders met regionale programmering zoeken Wanneer u de AF-functie gebruikt om automatisch alternatieve frequenties te zoeken, kunt u met de regionale functie het zoeken beperken tot zenders die regionale programmas uitzenden. % Houd BAND ingedrukt totdat de regionale functie aan of uit gaat. Opmerkingen ! Regionale programmering en regionale netwerken kunnen per land anders georganiseerd zijn. ! De regionale functie kan voor elk van de FMfrequentiebanden afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld. Als het toestel geen geschikte alternatieve frequentie kan vinden of als u naar een uitzending luistert waarvan de ontvangst verslechtert, dan zoekt het toestel automatisch een andere zender met dezelfde programmering. Tijdens het zoeken wordt PI SEEK weergegeven en wordt het volume gedempt. Het volume wordt naar het normale niveau teruggezet als PI-zoeken is voltooid. Het maakt Nl Nederlands PI-zoeken gebruiken daarbij niet uit of er een andere zender is gevonden of niet. 83 Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel Verkeersberichten ontvangen Met de TA-functie (stand-by voor verkeersberichten) kunt u automatisch verkeersberichten ontvangen, ongeacht de signaalbron waarnaar u aan het luisteren bent. De TA-functie kan voor zowel een TP-zender (een zender die verkeersberichten uitzendt) als een uitgebreide TP-zender van een ander netwerk (een zender met informatie die verwijst naar andere TPzenders) worden geactiveerd. 1 Stem af op een TP-zender of een uitgebreide TP-zender van een ander netwerk. Wanneer u heeft afgestemd op een TP-zender of een uitgebreide TP-zender van een ander netwerk, zal de TP-indicator gaan branden. 2 Druk op TA om stand-by voor verkeersberichten in te schakelen. TA zal op het display verschijnen. De tuner staat stand-by voor verkeersberichten. # Druk nogmaals op TA om stand-by voor verkeersberichten weer uit te schakelen. 3 Regel het TA-volume met VOLUME wanneer er een verkeersbericht begint. Het ingestelde volume zal in het geheugen worden opgeslagen, en opnieuw worden gebruikt bij volgende verkeersberichten. 4 Druk op TA terwijl er een verkeersbericht wordt ontvangen als u het bericht wilt annuleren. De tuner zal terugkeren naar de oorspronkelijk ingestelde signaalbron maar blijft in de standby-modus totdat u nogmaals op TA drukt. Opmerkingen ! Het systeem zal terugkeren naar de oorspronkelijke signaalbron wanneer het verkeersbericht is afgelopen. ! Bij automatisch afstemmen of gebruik van de BSM-functie zal er alleen worden afgestemd op TP-zenders en uitgebreide TP-zenders van een ander netwerk als de TA-functie is ingeschakeld. 84 Nl PTY-lijst Specifiek NEWS AFFAIRS INFO SPORT WEATHER FINANCE POP MUS ROCK MUS EASY MUS OTH MUS JAZZ COUNTRY NAT MUS OLDIES FOLK MUS L.CLASS CLASSIC EDUCATE DRAMA CULTURE SCIENCE VARIED CHILDREN SOCIAL RELIGION PHONE IN TOURING LEISURE DOCUMENT Programmatype Nieuws Actualiteiten Algemene informatie en adviezen Sport Weerberichten/meteorologische informatie Beursberichten, handel, zakelijk nieuws enz. Populaire muziek Eigentijdse moderne muziek Easy listening-muziek Overige muziek Jazz Countrymuziek Nationale muziek Gouwe Ouwe Folkmuziek Lichte klassieke muziek Klassieke muziek Educatieve programmas Hoorspelen en series Nationale of regionale cultuur Natuur, wetenschap en techniek Licht amusement Kinderprogrammas Praatprogrammas Religieuze aangelegenheden of diensten Inbelprogrammas Reisprogrammas; niet voor verkeersberichten Hobbys en recreatie Documentaires Ingebouwde CD-speler Een CD afspelen 1 Plaats een CD in de CD-laadsleuf. Het afspelen zal automatisch beginnen. # Plaats de CD met de bedrukte kant naar boven. # Nadat u de CD in het toestel heeft geplaatst, dient u op SOURCE te drukken om de ingebouwde CD-speler als signaalbron te kiezen. # U kunt de CD uitwerpen door op EJECT te drukken. Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel 2 Houd c of d ingedrukt om vooruit of achteruit te spoelen. 3 Druk op c of d om naar het vorige of volgende fragment te gaan. Als u op d drukt, gaat u naar het begin van het volgende fragment. Als u één keer op c drukt, gaat u naar het begin van het huidige fragment. Als u nogmaals op deze toets drukt, gaat u naar het vorige fragment. Opmerkingen ! De ingebouwde CD-speler kan een standaardCD van 12 cm of 8 cm afspelen. Gebruik geen adapter als u CDs van 8 cm afspeelt. ! Plaats geen ander object dan een CD in de CD-laadsleuf. ! Als er een foutmelding zoals ERROR-11 wordt weergegeven, raadpleegt u Foutmeldingen op bladzijde 89. Herhaalde weergave Met herhaalde weergave kunt u hetzelfde fragment laten herhalen. % Druk op 5 om herhaalde weergave in of uit te schakelen. Als herhaalde weergave is ingeschakeld, verschijnt RPT in het display. # Als u een fragment zoekt of vooruit- of achteruitspoelt, wordt herhaalde weergave automatisch geannuleerd. Met willekeurige weergave kunt u de fragmenten op de CD in willekeurige volgorde laten afspelen. % Druk op 4 om willekeurige weergave in of uit te schakelen. Als willekeurige weergave is ingeschakeld, verschijnt RDM in het display. Met de scanweergave hoort u de eerste 10 seconden van elk fragment op de CD. 1 Druk op 3 om de scanweergave in te schakelen. SCAN zal op het display verschijnen. De eerste 10 seconden van elk fragment worden afgespeeld. 2 Als u het gewenste fragment heeft gevonden, drukt u op 3 om de scanweergave uit te schakelen. # Wanneer het scannen van de CD is voltooid, begint de normale weergave van de fragmenten opnieuw. Het afspelen van een CD onderbreken Het afspelen van het huidige fragment wordt onderbroken. % Druk op 6 om de pauzefunctie in of uit te schakelen. Als de pauzefunctie is ingeschakeld, verschijnt PAUSE in het display. Audio-instellingen Inleiding tot de audio-instellingen % Druk op AUDIO om de namen van de audiofuncties op het display te laten verschijnen. Druk meerdere keren op AUDIO om te schakelen tussen de volgende audiofuncties: FAD (balans instellen)BASS (lage tonen instellen)MID (middentonen instellen) TREBLE (hoge tonen instellen)LOUD (loudness)SLA (niveau signaalbron instellen) Nederlands Fragmenten in willekeurige volgorde afspelen Fragmenten op een CD scannen # Wanneer u de FM-tuner als signaalbron gebruikt, kunt u niet overschakelen naar SLA. # Druk op BAND om terug te keren naar het bij de signaalbron behorende display. Nl 85 Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel De balansinstelling gebruiken U kunt een fader-/balansinstelling selecteren voor een optimale geluidsweergave voor alle plaatsen in het voertuig. 1 Druk op AUDIO en selecteer FAD. # Als u de balansinstelling eerder heeft aangepast, verschijnt BAL in het display. 2 Druk op + of  om de balans tussen de voor- en achterluidsprekers in te stellen. FAD F15  FAD R15 wordt weergegeven als de balans van de voor- en achterluidsprekers van voren naar achteren wordt verplaatst. 3 Druk op c of d om de balans tussen de luidsprekers links en rechts in te stellen. BAL L 9  BAL R 9 wordt weergegeven als de balans tussen de linker- en rechterluidsprekers van links naar rechts wordt verplaatst. De equalizer gebruiken Er zijn zes voorgeprogrammeerde equalizerinstellingen, die u op ieder moment eenvoudig kunt oproepen, namelijk DYNAMIC, VOCAL, NATURAL, CUSTOM, FLAT en POWERFUL. ! CUSTOM is een aangepaste equalizercurve die u zelf maakt. ! Als FLAT is geselecteerd, wordt er geen aanvulling of correctie op het geluid toegepast. Door te schakelen tussen FLAT en een van de andere equalizercurven kunt u het effect van de verschillende equalizercurven beluisteren. % Druk op EQ om de equalizer te selecteren. Druk herhaaldelijk op EQ om tussen de volgende equalizer-instellingen te schakelen: DYNAMICVOCALNATURALCUSTOM FLATPOWERFUL De equalizercurven aanpassen U kunt de momenteel geselecteerde equalizercurve naar wens aanpassen. De aangepaste 86 Nl instellingen van de equalizercurve worden opgeslagen in CUSTOM. Lage, hoge en middentonen aanpassen U kunt het niveau van de lage, hoge en middentonen aanpassen. 1 Druk op AUDIO en selecteer BASS/MID/ TREBLE. 2 Druk op + of  om de toonregeling aan te passen. Als u het niveau verhoogt of verlaagt, verschijnen waarden tussen +6 en 6 op het display. De loudness aanpassen De loudness-functie compenseert een tekort aan hoge en lage tonen bij lage volume-instellingen. 1 Druk op AUDIO en selecteer LOUD. 2 Druk op + om de loudness-functie in te schakelen. De LOUD-indicator wordt weergegeven. # Als u de loudness-functie uit wilt zetten, drukt u op . # U kunt de loudness-functie ook aan of uit zetten door op LOUDNESS te drukken. 3 Druk op c of d en selecteer het gewenste niveau. LOW (laag)HI (hoog) Het niveau van de signaalbronnen aanpassen Met SLA (Source Level Adjustment) kunt u het volumeniveau van de diverse signaalbronnen apart instellen, dit om te voorkomen dat het volume plotseling zou veranderen wanneer u naar een andere signaalbron overschakelt. ! De instellingen zijn gebaseerd op het volumeniveau van de FM-tuner, dat u niet kunt wijzigen. Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel ! Het volumeniveau van de MW/LW-tuner kan wel met SLA worden aangepast. 1 Vergelijk het volumeniveau van de FMtuner met dat van de signaalbron die u wilt aanpassen. ingeschakeld, wordt de afstemstap automatisch 100 kHz. Het kan soms beter zijn de afstemstap op 50 kHz in te stellen als AF is ingeschakeld. ! Bij handmatig afstemmen blijft de afstemstap op 50 kHz staan. 2 1 Druk op AUDIO en selecteer SLA. 3 Druk op + of  om het volume van de signaalbron aan te passen. SLA +4  SLA 4 verschijnt op het display terwijl het volume van de signaalbron wordt verhoogd of verlaagd. Begininstellingen De begininstellingen aanpassen Met de begininstellingen kunt u verschillende systeeminstellingen aanpassen voor een optimale weergave. 1 Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel uit gaat. 2 Druk op SOURCE en houd de toets ingedrukt totdat FM op het display verschijnt. # Druk op BAND om de begininstellingen te annuleren. # U kunt de begininstellingen ook annuleren door SOURCE ingedrukt te houden tot het apparaat uit gaat. De FM-afstemstap instellen Normaal gesproken wordt er een FM-afstemstap van 50 kHz gebruikt bij automatisch afstemmen. Als u de functie AF of TA heeft 2 Druk op c of d en selecteert de FM-afstemstap. Druk op c om 50 (50 kHz) te selecteren. Druk op d om 100 (100 kHz) te selecteren. Aan- en uitzetten van de automatische PI-zoekfunctie Het toestel kan automatisch zoeken naar een andere zender met eenzelfde soort programma, ook bij het oproepen van een voorkeuzezender. 1 Druk op AUDIO en selecteer A-PI. 2 Druk op + of  om de automatische PIzoekfunctie aan of uit te zetten. Energieverbruik van de accu verminderen Als u deze functie inschakelt, kunt u het energieverbruik van de accu verminderen. ! In deze modus is het inschakelen van de bron de enige beschikbare handeling. Belangrijk Als u de accu van uw auto loskoppelt, wordt de energiezuinige modus geannuleerd. U moet de energiezuinige modus opnieuw aanzetten nadat u de accu weer heeft aangesloten. Als de contactschakelaar van uw auto niet is uitgerust met een ACC-stand (accessory-stand), kan het voorkomen dat het toestel de accu als energiebron gebruikt als de energiebesparende modus is uitgeschakeld. 1 Nederlands 3 Druk op AUDIO om de namen van de functies op het display weer te geven. Druk meerdere keren op AUDIO om te schakelen tussen de volgende instellingen: FM (FM-afstemstap)A-PI (Automatische PIzoekfunctie)SAVE (Energiezuinige modus) Gebruik onderstaande instructies voor het maken van de diverse instellingen. Druk op AUDIO en selecteer FM. Druk op AUDIO en selecteer SAVE. Nl 87 Hoofdstuk 03 Bediening van het toestel 2 Druk op + of  om de energiezuinige modus in of uit te schakelen. 88 Nl Aanhangsel Aanvullende informatie Foutmeldingen Als u contact opneemt met uw leverancier of het dichtstbijzijnde Pioneer servicecentrum, zorg er dan voor dat u de foutmelding opschrijft. Melding Oorzaak Maatregel ERROR-11, 12, Vuile disc 17, 30 Maak de disc schoon. ERROR-11, 12, Bekraste disc 17, 30 Vervang de disc. ERROR-10, 11, Elektrisch of me- Zet het contact uit 12, 15, 17, 30, chanisch proen dan weer aan, A0 bleem of schakel over naar een andere signaalbron en dan weer terug naar de CD-speler. CD-ROM CD-ROM is geplaatst Vervang de disc. Richtlijnen voor het gebruik van discs en de speler ! Gebruik uitsluitend discs met onderstaand logo. ! Raak de gegevenszijde van de disc niet aan. ! Bewaar discs in het bijbehorende doosje wanneer u ze niet gebruikt. ! Bewaar discs niet in een hete ruimte of in direct zonlicht. ! Plak geen labels op discs, schrijf er niet op en behandel het oppervlak niet met chemische middelen. ! Om een CD te reinigen, veegt u de disc van het midden naar de buitenkant met een zachte doek schoon. ! Condens en vochtvorming kunnen een correcte werking van de speler tijdelijk negatief beïnvloeden. Laat de speler in een warmere omgeving ongeveer een uur op temperatuur komen. Veeg vochtige schijven met een zachte doek schoon. ! Als u een bepaalde disc niet kunt afspelen, kan dat worden veroorzaakt door het type disc, de indeling van de disc, de toepassing waarmee de disc is opgenomen, de omgeving waarin de disc wordt afgespeeld, de manier waarop de disc wordt bewaard, enzovoort. ! U kunt maximaal 99 fragmenten op een disc afspelen. ! Schokken tijdens het rijden van de auto kunnen de disc laten overslaan. ! Lees de voor discs geldende voorzorgsmaatregelen voordat u ze gebruikt. Nederlands ! Gebruik uitsluitend normale, ronde discs. Gebruik geen discs met een andere vorm (shaped discs). ! Gebruik geen gebarste, gebroken, kromme of anderszins beschadigde discs, omdat zulke discs de speler kunnen beschadigen. ! Niet-gefinaliseerde CD-R/CD-RW-discs kunnen niet worden afgespeeld. Nl 89 Aanhangsel Aanvullende informatie Technische gegevens Algemeen Spanningsbron ......................... 14,4 V gelijkstroom (10,8  15,1 V toelaatbaar) Aarding ......................................... Negatief Max. stroomverbruik .............. 10,0 A Afmetingen (B × H × D): Chassis ............................... 178 × 50 × 157 mm Voorpaneel ........................ 188 × 58 × 20 mm Gewicht ........................................ 1,3 kg Audio Maximaal uitgangsvermogen ..................................................... 45 W × 4 Continuvermogen ................... 25 W × 4 (DIN 45324, +B = 14,4 V) Belastingsimpedantie ........... 4 W (4  8 W toegestaan) Preout maximaal uitgangsniveau/uitgangsimpedantie ..................................................... 2,2 V/1 kW Lage/hoge/middentonen: Lage tonen Frequentie ............... 100 Hz Gain ............................ ±13 dB Middentonen Frequentie ............... 1 kHz Gain ............................ ±12 dB Hoge tonen Frequentie ............... 10 kHz Gain ............................ ±12 dB Loudness-contour: Laag ..................................... +7 dB (100 Hz), +4 dB (10 kHz) Hoog .................................... +10 dB (100 Hz), +6,5 dB (10 kHz) (volume: 30 dB) CD-speler Systeem ....................................... Compact Disc Audio Bruikbare discs ........................ Compact Discs Signaalformaat: Bemonsteringsfrequentie ........................................... 44,1 kHz Aantal quantisatiebits ........................................... 16; lineair Frequentiekarakteristieken ..................................................... 5  20 000 Hz (±1 dB) Signaal-tot-ruisverhouding ..................................................... 94 dB (1 kHz) (IEC-A netwerk) Dynamisch bereik ................... 92 dB (1 kHz) Aantal kanalen .......................... 2 (stereo) 90 Nl FM-tuner Frequentiebereik ...................... 87,5  108,0 MHz Bruikbare gevoeligheid ......... 8 dBf (0,7 µV/75 W, mono, S/N: 30 dB) Gevoeligheid bij 50 dB demping ..................................................... 10 dBf (0,9 µV/75 W, mono) Signaal-tot-ruisverhouding ..................................................... 75 dB (IEC-A netwerk) Vervorming ................................. 0,3 % (bij 65 dBf, 1 kHz, stereo) 0,1 % (bij 65 dBf, 1 kHz, mono) Frequentierespons .................. 30  15 000 Hz (±3 dB) Stereoscheiding ....................... 45 dB (bij 65 dBf, 1 kHz) Selectiviteit ................................. 80 dB (±200 kHz) MW-tuner Frequentiebereik ...................... 531  1 602 kHz (9 kHz) Bruikbare gevoeligheid ......... 18 µV (S/N: 20 dB) Signaal-tot-ruisverhouding ..................................................... 65 dB (IEC-A netwerk) LW-tuner Frequentiebereik ...................... 153  281 kHz Bruikbare gevoeligheid ......... 30 µV (S/N: 20 dB) Signaal-tot-ruisverhouding ..................................................... 65 dB (IEC-A netwerk) Opmerking Technische gegevens en ontwerp kunnen ter productverbetering zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106

Pioneer DEH-1820R Handleiding

Categorie
Auto media-ontvangers
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor