Conrad DV206NL Handleiding

Categorie
Weerstations
Type
Handleiding
134
Inhoudsopgave
Pagina
1. Inleiding .................................................................................................................... 136
2. Omvang van de levering ........................................................................................ 137
3. Voorgeschreven gebruik ....................................................................................... 137
4. Uitleg van de symbolen ......................................................................................... 138
5. Kenmerken en functies .......................................................................................... 139
6. Veiligheidstips ......................................................................................................... 140
7. Tips voor batterijen en accu´s .............................................................................. 142
8. Display en bedieningselementen ......................................................................... 144
9. DCF- en METEOTIME-ontvangst .......................................................................... 145
10. Ingebruikneming ..................................................................................................... 149
a) Algemeen ............................................................................................................. 149
b) Ingebruikname van de buitensensor .................................................................. 149
c) Ingebruikname van het weerstation ................................................................... 150
11. Opstellen en montage ............................................................................................ 152
a) Weerstation .......................................................................................................... 152
b) Buitensensor ........................................................................................................ 152
12. Bediening .................................................................................................................153
a) Aanduiding van de temperatuur ......................................................................... 153
b) Min-max-waarden voor temperatuur .................................................................. 153
c) Zoeken naar de buitensensor ............................................................................. 153
d) Ontvangsttest voor het “METEOTIME”-signaal ................................................. 153
e) Land/stad voor de weersindicatie selecteren ..................................................... 154
f) Stad uit de displaylijst verwijderen ..................................................................... 155
g) Woonplaats invoeren ........................................................................................... 155
h) Overschakelen van het display voor tijd/datum, standslijst en zonopkomst/
ondergang ............................................................................................................ 156
i) Tijdzone, taal en contrast instellen .....................................................................156
j) Weersinformatie omschakelen dag/nacht .......................................................... 157
k) Onweersmeldingen ............................................................................................. 158
l) Beschrijving van de weersymbolen .................................................................... 159
135
Pagina
13. Verhelpen van storingen ....................................................................................... 160
14. Reikwijdte ................................................................................................................. 162
15. Onderhoud en reiniging ........................................................................................ 163
16. Batterijen vervangen .............................................................................................. 164
17. Instandhouding ....................................................................................................... 164
a) Algemeen ............................................................................................................. 164
b) Weerstation .......................................................................................................... 165
c) Buitensensor ........................................................................................................ 165
18. Verwijdering............................................................................................................. 166
a) Algemeen ............................................................................................................. 166
b) Batterijen en accu´s ............................................................................................. 166
19. Technische gegevens ............................................................................................ 167
a) Weerstation .......................................................................................................... 167
b) Buitensensor ........................................................................................................ 167
20. Verklaring van overeenstemming (DOC) ............................................................ 167
21. Steden voor de weersvoorspelling ...................................................................... 168
22. Weersmeldingen ..................................................................................................... 175
23. Displayweergaven .................................................................................................. 177
136
1. Inleiding
Geachte klant,
hartelijk dank voor de aankoop van dit product.
Het product voldoet aan de wettelijke nationale en Europese voorwaarden. Gelieve deze
gebruiksaanwijzing goed op te volgen om deze toestand te behouden en een gebruik zonder
gevaren te waarborgen!
U dient vóór de ingebruikname van het product de gebruiksaanwijzing
volledig te lezen en alle bedienings- en veiligheidsvoorschriften in acht
te nemen.
Alle voorkomende bedrijfsnamen en productaanduidingen zijn handelsmerken van de betref-
fende eigenaar. Alle rechten voorbehouden.
Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk.
Voor meer informatie kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be.
137
2. Omvang van de levering
Weerstation
Buitensensor
Handleiding
3. Voorgeschreven gebruik
Het “Radio weerstation DV206NL” is een hoogwaardig en universeel meetsysteem dat een
groot aantal weergegevens en bijkomende informatie kan verwerken en zowel actuele
waarden als voorspellingen kan weergeven.
Alle relevante gegevens worden gelijktijdig op het LC display weergegeven. Indien gewenst
kunnen verdere gegevens met een toetsdruk opgeroepen worden.
U vindt een overzicht van alle kenmerken en eigenschappen van het product
in hoofdstuk 5.
De weersvoorspellingen van het weerstation dienen alleen als oriëntatiewaarden. Ze vormen
geen absoluut nauwkeurige voorspelling. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor incorrecte
aanduidingen, meetwaarden of weersvoorspellingen en de gevolgen die hieruit kunnen
voortvloeien.
Het product is bedoeld voor privé-gebruik. Het is niet geschikt voor medische doeleinden of
voor publieksinformatie.
De componenten van het product zijn geen speelgoed. Ze bevatten breekbare of inslikbare
glazen deeltjes of andere kleine deeltjes. Het product bevat daarenboven batterijen. Houd het
product buiten het bereik van kinderen!
Gebruik alle componenten zo dat ze niet bereikt kunnen worden door kinderen.
Het product werkt op batterijen. De externe sensor draagt zijn gegevens draadloos over naar
het weerstation via de 433 MHz band (reikwijdte van de externe sensor tot 30 meter in het vrije
veld, zie het hoofdstuk “Reikwijdte”).
Een andere toepassing dan hierboven beschreven, kan leiden tot beschadiging van dit
product. Bovendien bestaan andere gevaren.
Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig en aandachtig te lezen. Ze bevat vele belangrijke
informatie voor de opstelplaats, het gebruik en de bediening van het product.
138
4. Uitleg van de symbolen
Het symbool met de bliksemschicht in een driehoek wordt gebruikt als er
gevaar bestaat voor de gezondheid, bijv. door een elektrische schok.
Het symbool met het uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke
aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing die in ieder geval nageleefd moeten
worden.
Het “hand” symbool wijst op speciale tips en aanwijzingen voor de bediening
van het product.
139
5. Kenmerken en functies
Het weerstation onderscheidt zich op het eerste zicht niet van andere, gewone weerstations.
Het kan nochtans weerinformatie meten en weergeven, die naast het DCF-signaal (resp. het
HBG-signaal in Zwitserland) via radio wordt ontvangen, het zgn. “METEOTIME”-signaal.
De weerinformatie wordt door professionele meteorologen en de modernste instrumenten
aangemaakt – ze steunt dus op dezelfde informatie als de gegevens, die u kent van het
weerbericht op radio en tv.
De volgende voorspellingen worden zichtbaar:
• Weergave weersgegevens (weervoorspelling via symbolen, dagtemperatuur, nacht-
temperatuur) voor de huidige en volgende dag; voor 90 Europese regio’s
Waarschijnlijkheidsindicatie voor neerslag (vandaag)
Windsnelheid en –richting (vandaag)
Weersmelding (bijv. bij storm)
Aanduiding van zonsopkomst- en –ondergang voor 272 grote Europese steden
Verder biedt het weerstation de volgende functies:
Aanduiding van de radionauwkeurige tijd, de datum en de dag van de week (tijdzone
instelbaar)
Geïntegreerde sensor voor temperatuur
Buitensensor meegeleverd, voor meting van de temperatuur; overdracht via radio (433MHz)
naar het weerstation
Kan opgesteld worden of aan een wand gemonteerd worden
140
6. Veiligheidstips
Bij schade veroorzaakt door het niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing
vervalt het recht op garantie. Voor gevolgschade zijn wij niet aansprakelijk!
Voor materiële schade of persoonlijk letsel veroorzaakt door ondeskundig
gebruik of het niet opvolgen van de veiligheidsvoorschriften, zijn wij niet
verantwoordelijk! In dergelijke gevallen vervalt elke aanspraak op
garantie!
Geachte klant, de volgende veiligheidsvoorschriften en aanduidingen van risico´s dienen niet
alleen ter bescherming van uw eigen veiligheid maar ook ter bescherming van het apparaat.
Leest u de volgende punten aandachtig door:
Uit veiligheids- en keuringsoverwegingen (EG) is het eigenhandig ombou-
wen en/of wijzigen van het product niet toegestaan. Open of demonteer het
apparaat niet! Er zijn geen onderdelen in het product die door u onderhou-
den of ingesteld moeten worden.
Onderhouds-, instellings- of reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend
door een erkend technicus/elektrotechnisch bedrijf worden uitgevoerd.
Dit product mag niet in ziekenhuizen of medische instellingen gebruikt
worden. Alhoewel de buitensensor enkel relatief zwakke radiosignalen
uitzendt, kan dit functiestoringen bij levensbehoudende systemen veroor-
zaken. Hetzelfde geldt eventueel ook voor andere bereiken.
Het weerstation is alleen geschikt voor droge binnenruimtes. U mag ze niet
blootstellen aan direct zonlicht, grote hitte, koude, vochtigheid of nattigheid.
De buitensensor is geschikt voor een beschutte plek buitenshuis (bv. onder
een afdak).
Het product is geen speelgoed, het hoort niet thuis in kinderhanden. Het
product bevat kleine onderdelen, glas (display) en batterijen. Plaats het
product zo dat het niet bereikt kan worden door kinderen.
Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos liggen. Dit kan voor kinderen
gevaarlijk speelgoed zijn.
Gebruik het apparaat uitsluitend in een gematigd klimaat; niet in een
tropisch klimaat.
Wanneer het product van een koude in een warme ruimte wordt gebracht
(bijv. bij transport), kan condenswater ontstaan. Hierdoor kan het product
worden beschadigd.
141
Laat het apparaat eerst op kamertemperatuur komen voordat het in gebruik
wordt genomen. Dit kan soms meerdere uren duren.
In bedrijven moet rekening gehouden worden met de voorschriften ter
voorkoming van ongevallen opgesteld door de nationale bonden van de
ongevallenverzekering voor elektrische installaties en productiemiddelen.
In scholen, opleidingscentra, hobbyruimtes en doe-het-zelf werkplaatsen
moet het gebruik van het product op verantwoorde wijze gecontroleerd
worden door vakkundig personeel.
Behandel het product voorzichtig. Door stoten, schokken of een val - zelfs
van geringe hoogte - kan het beschadigd raken.
142
7. Tips voor batterijen en accu´s
Houd batterijen/accu´s buiten het bereik van kinderen!
Let bij het plaatsen van de batterijen/accu’s op de juiste polariteit (plus/+ en
min/- in acht nemen).
U mag batterijen/accu´s niet zomaar laten rondslingeren wegens het
gevaar dat kinderen of huisdieren ze inslikken. Raadpleeg direct een arts
als toch een batterij is ingeslikt.
Lekkende of beschadigde batterijen/accu´s kunnen bij contact met de huid
verwondingen veroorzaken. Draag in zo´n geval steeds beschermende
handschoenen.
Let erop dat batterijen/accu´s niet kortgesloten, gedemonteerd of in het
vuur geworpen worden. Explosiegevaar!
Gewone batterijen kunnen niet worden opgeladen. Explosiegevaar!
U mag uitsluitend geschikte herlaadbare accu´s opladen. Gebruik een
geschikte oplader.
Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), moet u
de geplaatste batterijen/accu´s verwijderen.
Oude batterijen of accu´s kunnen namelijk lekken en het product
beschadigen. Hierdoor zal de garantie vervallen!
Vervang steeds de volledige set batterijen/accu’s.
Gebruik alleen batterijen/accu’s van hetzelfde type/fabrikaat en dezelfde
laadtoestand (geen volle batterijen/accu’s mengen met halfvolle of lege).
Combineer geen gewone en oplaadbare batterijen. Gebruik ofwel batterijen
ofwel accu´s.
Gelieve het hoofdstuk ”Verwijderen” te lezen voor de milieuvriendelijke
verwijdering van batterijen en accu´s.
143
Let aub op het volgende:
U kunt het weerstation en de buitensensor principieel ook met accu´s gebrui-
ken.
Door de lagere capaciteit en lagere spanning van accu´s (accu = 1,2V, batterij = 1,5V) zal het
product dan wel een kleinere bedrijfsduur en eventueel ook een kleinere draadloze reikwijdte
hebben.
Bij lage buitentemperaturen zijn accu´s gevoeliger dan batterijen.
Wij raden daarom aan om bij voorkeur goede alkalische batterijen te gebruiken voor een
langdurig en bedrijfszeker gebruik.
Voor het weerstation zijn twee batterijen van het type AA/mignon nodig (b.v. Conrad bestelnr.
652502, 2x bestellen).
Voor de buitensensor zijn ook twee batterijen van het type AA/mignon nodig (b.v. Conrad
bestelnr. 652502, 2x bestellen).
144
8. Display en bedieningselementen
• Weergavebereik voor de voorspelling
voor vandaag, met windsnelheid,
windrichting en de kans op neerslag (re-
gen/sneeuw/hagel); aanduiding van dag-
/nachttemperatuur, dag-/nachtweer
• Weersvoorspelling voor de volgende
dag, met dag-/nachttemperatuur, dag-/
nachtweer
Weergavegebied voor de binnen/buiten-
temperatuur
• Weergavegebied voor verschillende
waarden, bijv. voor DCF-tijd/datum,
selectie stad enz.
Bedieningstoetsen:
Toets “IN/OUT”: Kort indrukken voor omschakelen van de weergave voor binnen-/
buitentemperatuur; 3 seconden indrukken voor inschakelen van het zoeken naar de
buitensensor
Toets “MEM”: Kort indrukken voor de weergave van de MIN-/MAX-waarden resp. 3 seconden
indrukken voor het wissen van de MIN-/MAX-waarden
Toets “TEST”: Ontvangsttest voor buitensensor activeren
Toets “SET”: Kort indrukken voor omschakelen tussen stad, DCF-tijd/datum, zon-opkomst-/-
ondergang resp. 3 seconden indrukken voor het activeren van de instelmodus (b.v. selecteren
van de stad, de tijdzone, de taal voor het display)
Toetsen “” en “”: Waarden veranderen
Toets “DAY/NIGHT”: Weerdata weergeven voor dag/nacht
145
9. DCF- en METEOTIME-ontvangst
Het weerstation kan het zogeheten DCF sig-
naal ontvangen en evalueren.
Het gaat hierbij om een signaal dat door een
zender in Mainflingen (in de buurt van
Frankfurt am Main) wordt uitgezonden. De
reikwijdte hiervan bedraagt 1500 km, bij op-
timale ontvangstomstandigheden zelfs 200
km.
Het DCF-signaal omvat onder andere de
exacte tijd (afwijking theoretisch 1 seconde
in een miljoen jaar!) en de datum.
Hierdoor valt dus ook de omslachtige hand-
matige instelling van de zomer- en wintertijd
weg.
Verder herkent het weerstation het met het DCF-signaal compatible signaal van de tijdbaken-
zender “HBG” in Zwitserland.
Als bijzonderheid kan het weerstation ook gebruik maken van het zgn. “METEOTIME”-
sognaal, dat in het DCF-/HBG-signaal is opgenomen.
Het “METEOTIME”-signaal bevat de gegevens van de weersvoorspelling voor
90 verschillende Europese regio’s.
De overdracht van de gegevens voor de voorspelling via het radiosignaal van de DCF- resp.
HBG-zender is op basis van de gebruikte techniek relatief traag, dat is de reden dat hyet tot
24 uren duurt, tot het weersysteem alle weergegevens ontving.
Het symbool “ ” in het betreffende weergavebereik betekent, dat de METEOTIME-data
ontvangen werden, het symbool “ ” geeft nog ontbrekende data aan.
De juiste keuze van de plaats van opstelling is bepalend voor de ontvangst van
de radiogegevens, omdat er voortdurend weergegevens worden ontvangen.
Plaats het weerstation niet naast elektrische/elektronische apparaten en niet
in de buurt van kabels, contactdozen of metalen onderdelen. Houd een
voldoende afstand aan, minstens 1 meter!
Er is ook een slechte ontvangst mogelijk bij isolatieramen met een opgedampte
metaallaag, gewapend beton, speciaal gecoat behangpapier of in kelders.
1500 km
2000 km
146
U kunt na de inbedrijfname (hoofdstuk 10) en de keuze van de plaats van
opstelling/montage (hoofdstuk 11) via de toets “TEST” een ontvangsttest voor
het “METEOTIME”-signaal starten, zie hoofdstuk 12. d).
147
Positie van de 90 weergebieden (detailvergroting Midden-Europa zie volgende pagina):
149
10. Ingebruikneming
a) Algemeen
Let s.v.p. op het volgende:
Plaats eerst de batterijen in de buitensensor en pas daarna in het weerstation.
Als u in een andere volgorde te werk gaat, kan het gebeuren dat het weer-
station de buitensensor niet herkent! In dat geval kan later handmatig een
zoeken naar de buitensensor worden doorgevoerd.
Als u het weerstation en de buitensensor bij de eerste ingebruikname bv. in een kamer wilt
testen, mag u de buitensensor niet direct naast het weerstation leggen. Dit kan problemen bij
de ontvangst (door interferenties) veroorzaken. Zorg voor een afstand van ten minste 1 meter
tussen het weerstation en de buitensensor.
Met deze functietest kunt u waarborgen dat latere ontvangstproblemen te wijten zijn aan de
plaats van het weerstation en de buitensensor.
De reikwijdte in het vrije veld bedraagt tot en met 30 m (zonder storingen en bij een directe
zichtverbinding tussen de buitensensor en het weerstation). De effectief mogelijke reikwijdte
in gebouwen is natuurlijk kleiner en bedraagt ca. 10-20 m (al naar het gebouw en de
opstelplaats).
Houd hiervoor rekening met het hoofdstuk ”Reikwijdte”.
b) Ingebruikname van de buitensensor
Open het batterijvak van de buitensensor door de vier schroeven aan de achterkant met een
geschikte schroevendraaier los te draaien.
Plaats vervolgens twee batterijen van het type AA/mignon. Let hierbij op de juiste polariteit
(plus/+ en min/-).
Plaats het deksel weer op het batterijvak en schroef het vast.
150
c) Ingebruikname van het weerstation
Open het batterijvak aan de achterkant van het weerstation.
Plaats twee batterijen van het type AA/mignon met de juiste polariteit in het batterijvak (let
op +/plus en -/min). In het batterijvak vindt u een overeenkomstige afbeelding.
Na het plaatsen van de batterijen verschijnen kort alle beschikbare displayelementen.
Sluit het batterijvak.
Boven links in het display knippert het ontvangstsymbool voor het DCF-signaal en de
weersymbolen voor de verschillende weergavebereiken, onder in het display staat
“SUCHE SIG.” = naar signaal zoeken.
De displaytaal kan later van de basisinstelling (Duits) op andere talen
omgeschakeld worden. Zie hiervoor hoofdstuk 12. i).
Zeer goede ontvangst
Goede ontvangst
Slechte ontvangst
Geen ontvangst
Zoals vermeld in hoofdstuk 9, moet een voldoende afstand worden aangehouden
tot elektrische/elektronische toestellen, metalen delen, kabels, enz.
Verplaats het weerstation niet tijdens de eerste ontvangstpoging.
Het kan 3-10 minuten duren, tot de DCF-ontvangst voor de tijd en de datum is
afgesloten.
Indien op het display onderaan “LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt, stelt u uw
thuisland in met de toetsen “” en “” (bijv. “D/GER” voor Duitsland) en bevestigt u de
instelling met een korte druk op de toets “SET”.
Het display toont daarop “STAD INST.” (stad instellen). Met de toetsen “” en “” kunt u
een stad selecteren, die in de buurt van uw woonplaats ligt.
Bevestig de instelling met een korte druk op de toets “TEST”, de stad wordt dan opgeslagen
en er verschijnt een klein haakje boven de naam van de stad:
151
In totaal kunt u 5 verschillende steden selecteren; deze instelling kunt u ook
later nog uitvoeren. Verder is het mogelijk, een al voor weergave geselecteerde
stad te wissen en andere op te slaan, zie hoofdstuk 12. e) en 12. f).
Wanneer u het land en de stad niet zoals hierboven beschreven instelt, dan
kiest het weerstation als land automatisch “Duitsland” en als stad „Frankfurt am
Main”.
Met de toetsen “” en “” kunt u nog andere steden selecteren en met de toets “TEST”
opslaan.
Druk op de toets “SET”, de instellingen worden opgeslagen, in de onderste regel van het
display verschijnt “instellingen ingesteld”).
Het display geeft nu evt. al diverse weergegevens weer.
Daarna zoekt het weerstation naar de buitensensor; in het displaybereik voor de temperatuur
knippert het symbool “OUT”. Dit duurt ca. 2-3 minuten. Gedurende deze tijd mogen geen
toetsen ingedrukt worden.
Wanneer na 2-3 minuten nog steeds geen weergave voor de buitentemperatuur
verschijnt, plaats dan de buitensensor op een andere plaats (niet direct naast
het weerstation, houdt een afstand aan van min. een meter).
Druk vervolgens ca. 3 seconden lang op de toets “IN/OUT”, om het zoeken naar
de buitensensor opnieuw te starten.
Het symbool “OUT” knippert opnieuw, de buitensensor wordt gezocht.
152
11. Opstellen en montage
Nadat u zoals in hoofdstuk 10 beschreven de onderdelen van het systeem in werking gesteld
heeft, kunt u de buitensensor op een geschikte plaats opstellen of monteren. Hetzelfde geldt
natuurlijk ook voor het weerstation.
Let er bij het boren en het vastschroeven op dat er geen stroom-, gas- of
waterleidingen beschadigd worden. Levensgevaar!
Vooraleer u een schroef of een haak voor de wandmontage vastdraait of een
gat voor een plug boort, moet u nagaan of er op de montageplaats een
onberispelijke ontvangst van de gegevens mogelijk is (DCF gegevens en
meetgegevens van de buitensensor).
a) Weerstation
U kunt het weerstation met de standvoet op een geschikte plaats opstellen. Deze plaats moet
horizontaal, voldoende groot, stabiel, vlak en buiten het bereik van kinderen zijn.
Voor de wandmontage kunt u gebruik maken van het oog aan de achterkant van het
weerstation. De standvoet moet daarbij ingeklapt worden.
De opstel- of montageplaats moet zo gekozen worden dat het weerstation uit de nabijheid van
radiatoren e.d. is. Ook direct zonlicht moet vermeden worden (hierdoor zal het weerstation
opwarmen en niet meer de luchttemperatuur in de ruimte meten).
b) Buitensensor
Plaats of monteer de buitensensor op een beschutte plek buitenshuis die de hele dag in de
schaduw ligt. Anders zal de temperatuurwaarde door de zonnestralen vervalst worden.
Hetzelfde geldt als er langere tijd regen of sneeuw op de sensor valt (de temperatuursensor
zal in dit geval niet meer de luchttemperatuur meten).
De buitensensor mag niet blootgesteld worden aan directe neerslag. Gebruik
de buitensensor nooit in of onder water. Hierdoor zal de sensor vernield
worden!
153
12. Bediening
a) Aanduiding van de temperatuur
Ongeveer in het midden van het display bevindt zich het weergavegebied voor de tempera-
tuur.
Met de toets “IN/OUT” kan worden omgeschakeld tussen de weergave van de binnen-
temperatuur (symbool “IN” op het display) en de buitentemperatuur (symbool “OUT” op het
display).
b) Min-/max-waarden voor temperatuur
Door indrukken van de toets”MEM” (zie hoofdstuk 8) wordt er overgeschakeld tussen de “MIN”-
en de “MAX”-weergave van de momentane waarde.
Wis de opgeslagen gegevens door de toets “MEM” ca. 3 seconden lang in te drukken.
Als min-/max-waarde wordt tot de volgende ontvangst van data alleen “ - - . -” weergegeven,
tot weer een datapakket van de buitensensor ontvangen wordt resp. een verandering van de
waarden optreed.
c) Zoeken naar de buitensensor
Na het vervangen van de batterijen in een buitensensor of bij storingen in de ontvangst kan
handmatig worden gezicht naar het radiosignaal van de buitensensor.
Druk daartoe op de toets “IN/OUT” (ong. 3 seconden) tot u! een korte pieptoon hoort. Het
symbool “OUT” op het displaydeel voor de temperatuur knippert, het weerstation zoekt naar
de buitensensor. Dit kan 2-3 minuten duren!
Beweeg het weerstation en de buitensensor in deze tijd niet. Druk niet op
toetsen van het weerstation.
d) Ontvangsttest voor het “METEOTIME”-signaal
Omdat er in het DCF-signaal elke seconde wat informatie aanwezig is over het weer (het zgn.
“METEOTIME”-signaal), is een ontvangsttest in tegenstelling tot bij gebruikelijke DCF-
uurwerken gemakkelijk mogelijk.
Druk kort op de toets “TEST”.
154
Onder in het display wordt “SIGN TEST“ (ontvangsttest) weergegeven, het “METEOTIME“-
ontvangstsymbool links van de temperatuurindicator (links naast het IN/OUT-symbool) begint
te knipperen.
= correcte ontvangst
= geen ontvangst
Verander ev. de plaats van opstelling van het weerstation, tot “ ” wordt weergegeven.
Na een minuut wordt de ontvangsttest automatisch beëindigd (of eerder de toets “TEST”
nogmaals indrukken). Vanzelfsprekend kunt u de ontvangsttest opnieuw starten; ga daartoe
tewerk zoals hierboven beschreven.
e) Land/stad voor de weersindicatie selecteren
U kunt tot 5 steden selecteren, waarvan de weersvoorspelling later met de toetsen “” en “
kan worden weergegeven.
In hoofdstuk 21 vindt u een lijst van alle beschikbare steden.
Ga voor het selecteren als volgt te werk:
Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display
LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt.
Selecteer het land met de toetsen “” en “” (bijv. “D/GER” voor Duitsland) en bevestig
uw keuze met een korte druk op de toets “SET”.
Het display toont daarop “STAD INST.” (stad instellen).
Met de toetsen “” en “” kan een stad worden geselecteerd.
Bevestig de instelling met een korte druk op de toets ”TEST”. Boven de naam van de stad
verschijnt een klein haakje.
Druk nogmaals op de toets “TEST” om de stad uit de lijst te wissen, het vinkje verdwijnt terug.
Indien “GEH VOL” (geheugen vol) zichtbaar wordt, dan zijn de 5 geheugens
bezet.
Er kunnen in het totaal 5 steden worden opgeslagen, om de weergegevens
ervan zichtbaar te maken. Om een andere stad op te slaan moet een al
beschikbare stad uit de weergavelijst worden gewist, zie het volgende hoofd-
stuk.
Door indrukken van de toets “SET” wordt de instelmodus verlaten.
155
f) Stad uit de displaylijst verwijderen
Zoals in hoofdstuk 12. e) beschreven, kunnen in het totaal tot 5 steden van verschillende
landen worden opgeslagen, waarvan de weersvoorspelling met de toetsen “” en “
zichtbaar kan worden gemaakt.
Om een stad uit de weergavelijst te wissen gaat u te werk als volgt:
Kies met de toetsen “” resp. “” de stad in de weergavelijst, die u wilt gaan wissen.
Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display
LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt.
Druk één keer kort op de toets “”. Daarop wordt het land, waarin de om te wissen
geselecteerde stad ligt, weergegeven.
Druk kort op de toets “SET”.
Het display toont “STAD INST.” (stad instellen).
Druk één keer kort op de toets “”. Nu wordt de stad weergegeven (let op het kleine vinkje
” boven de stad).
Druk kort op de toets “TEST”. Het vinkje “” verdwijnt.
Door indrukken van de toets “SET” wordt de wismodus verlaten.
g) Woonplaats invoeren
Met deze functie kunt u de naam van uw woonplaats invoeren.
Ga hiervoor als volgt te werk:
Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display
LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt.
Selecteer het land met de toetsen “” en “” (bijv. “D/GER” voor Duitsland) en bevestig
uw keuze met een korte druk op de toets “SET”.
Het display toont daarop “STAD INST.” (stad instellen).
Met de toetsen “” en “” kunt u een stad selecteren, die in de buurt van uw woonplaats
moet liggen.
Druk kort op de toets “MEM”. Daarop verdwijnt de eerder weergegeven stadsnaam en op de
eerste positie van de regel verschijnt een knipperend streepje “_” voor het invoerveld.
156
De volgende toetsen worden gebruikt voor de invoer (telkens kort indrukken):
- Toetsen “” en “”: Letter/teken selecteren
- Toets “SET”: Letter/teken opslaan en naar de volgende positie gaan
- Toets “TEST”: Een positie teruggaan (correctie)
De invoer wordt automatisch afgesloten, indien u de laatste letter aan de rechterzijde van
de invoerregel afsluit met een korte druk op de toets “SET”.
Alternatief wordt de invoer eerder afgesloten, indien er op een invoerpositie geen teken
wordt geselecteerd (alleen het streepje “_” knippert) waarop de toets “SET” wordt ingedrukt.
h) Overschakelen van het display voor tijd/datum, standslijst
en zonopkomst/
Door kort indrukken van de toets “SET” kunt u overschakelen tussen de keuzelijst voor de
opgeslagen steden, de tijd van zonsopkomst en –ondergang en de weergave van tijd en
datum.
i) Tijdzone, taal en contrast instellen
Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display “LAND
INST.” (land instellen) zichtbaar wordt.
Druk kort op de toets “SET”, onderaan het display verschijnt “ZONE +00HR”.
Met de toetsen “” en “” kan de gewenste tijdzone worden ingesteld.
Druk kort op de toets “SET”, in het display onderaan verschijnt de momenteel ingestelde taal
voor de tekst op de onderste lijn.
Selecteer de gewenste taal met de toetsen “” en “”.
Druk kort op de toets “SET”; onderaan display verschijnt de actueel ingestelde contrast-
waarde.
Selecteer het voor het display gewenste contrast met de toetsen “” en “”.
Sluit de invoermodus af met een korte druk op de toets “SET”.
157
j) Weersinformatie omschakelen dag/nacht
Het weerstation schakelt de weergave voor de weersinformatie automatisch om naargelang
de tijd van zonsopkomst resp. -ondergang. Daartoe verschijnt op het display naast de indicatie
van de dag van de week een klein “DAY” (dag) resp. “NIGHT” (nacht).
U kunt telkens gedurende 10 seconden een andere indicatie laten weergeven door een korte
druk op de toets “DAY/NIGHT”.
< DAY/NIGHT >
158
k) Onweersmeldingen
Het “METEOTIME”-signaal bevat bovendien ook informatie over speciale weertoestanden
(bijv. sterke windbuien, bevroren regen, sterke sneeuwval, onweer, dichte mist, enz.).
Op het display wordt een symbool zichtbaar, in-
dien er zulke gegevens worden ontvangen (posi-
tie van de symbolen zie rechts op de afbeelding).
Door ev. meermaals te drukken op de toets
“DAY/NIGHT” kunnen deze meldingen onderaan
op het display worden weergegeven als tekst-
melding.
Indien er meerdere meldingen voorkomen, knip-
pert het bij de betrokken dag horende symbool,
waarvan de melding onderaan wordt weergege-
ven.
Het weerstation toont de actuele melding automa-
tisch afwisselend met de normale indicatie onder-
aan het display.
159
l) Beschrijving van de weersymbolen
Betekenis Overdag ‘s Nachts Betekenis Overdag ‘s Nachts
Zonnig (nacht
met heldere
sterren)
Licht bewolkt
Sterk bewolkt
Bewolkt
Ernstige nevel
Nevel
Regenbuien
Lichte regen
Sterke regen
Onweersfronten
Warmte-
onweer
Bui van
korrelsneeuw,
sneeuwregen
Sneeuwbuien
Sneeuwregen
Sneeuw
160
13. Verhelpen van storingen
Met het weerstation heeft u een betrouwbaar product verworven dat volgens de nieuwste
technische inzichten vervaardigd werd. Er kunnen desondanks problemen of storingen
optreden. Wij willen u daarom hier uitleggen hoe u mogelijke storingen kunt verhelpen.
Houd rekening met alle veiligheidsvoorschriften van deze gebruiks-
aanwijzing!
Geen ontvangst van het signaal van de buitensensor
De afstand tussen het weerstation en buitensensor is te groot. Wijzig de opstelplaats van
de buitensensor.
Voorwerpen of afschermende materialen belemmeren de draadloze ontvangst. Hetzelfde
geldt voor andere elektronische apparaten (bv. tv-toestel of computer). Wijzig de opstelplaats
van de buitensensor of het weerstation.
De batterijen van de buitensensoren zijn te zwak of leeg. Plaats bij wijze van proef nieuwe
batterijen in de buitensensor(en).
Een andere zender met dezelfde of een naburige frequentie stoort het signaal van de
buitensensor. Dies können z.B. Funkkopfhörer, Funklautsprecher o.ä. Geräte sein.
Dergelijke producten worden meestal niet voortdurend gebruikt. De draadloze ontvangst
kan b.v. de volgende dag weer onberispelijk werken (dit bemoeilijkt dan ook de zoektocht
naar de oorzaak).
Start het handmatig zoeken naar de buitensensor, door de toets „IN/OUT“ ca. 3 seconden
lang ingedrukt te houden en daarna los te laten, wanneer het symbool ”OUT” in het display
knippert.
Storingen bij de ontvangst van weersvoorspellingen
Door kortstondige storingen in d eradio-iverdracht (bijv. veroorzaakt door het gebruik van
een onvoldoende ontstoord apparaat, het in- of uitschakelen van elektrische apparaten
enz.) is het mogelijk, dat weersinformatie niet correct wordt ontvangen door het weerstation.
Het weerstation geeft bij. voor de dag nadien geen ontvangstsymbool aan.
Wijzig ev. de opstelplaats van het weerstation.
161
Weersvoorspellingen ontbreken op het display
Op basis van de kleine hoeveelheid gegevens, die via het DCF-signaal kan worden
overgedragen, duurt de ontvangst van de alle weersvoorspellingen tot 24 uren (voor zover
er geen ontvangstproblemen optraden).
162
14. Reikwijdte
De reikwijdte voor de draadloze overdracht van de signalen tussen de buitensensor en het
weerstation bedraagt bij optimale omstandigheden tot en met 30m. Dit wordt ook wel de
“reikwijdte in open veld” genoemd.
Deze ideale positionering (bv. weerstation en buitensensor op een gladde en
vlakke weide zonder bomen en huizen e.d.) vindt men natuurlijk nauwelijks in
de praktijk.
Het weerstation wordt normaal gezien in een huis geplaatst en de buitensensor bv. buiten
naast een raam gemonteerd.
De reikwijdte kan soms sterk verminderd worden door:
Muren en plafonds met gewapend beton
Gecoate/opgedampte ramen met isolatieglas
Voertuigen
Bomen, struiken, aarde, rotsen
Nabijheid t.o.v. metalen en geleidende voorwerpen (bv. radiatoren)
Nabijheid t.o.v. het menselijk lichaam
Breedbandstoringen bv. in woongebieden (DECT telefoons, mobiele telefoons, draadloze
hoofdtelefoons, draadloze luidsprekers, andere draadloze weerstations, babyfoons, enz.)
Nabijheid t.o.v. elektrische motoren, transformatoren, voedingen, computers
Nabijheid t.o.v. slecht afgeschermde of open gebruikte computers of andere elektrische
apparaten
Daar de plaatselijke omstandigheden op elke opstelplaats anders zijn, kan er
geen bepaalde reikwijdte gewaarborgd worden.
Een gebruik in eengezinshuizen is normaal gezien zonder problemen moge-
lijk. Als het weerstation geen gegevens van de buitensensor ontvangt (on-
danks nieuwe batterijen), moet u de afstand tussen de buitensensor en het
weerstation verkleinen of de opstelplaats veranderen.
163
15. Onderhoud en reiniging
Onderhoud of reparatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een erkend elektromonteur.
Er zijn geen onderdelen in het binnenste van het product die door u onderhouden moeten
worden. U mag het product nooit openen (behalve voor het plaatsen of vervangen van de
batterijen zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing).
Gebruik voor de reiniging van de buitenkant van het weerstation een schone, droge en zachte
doek.
U kunt stof op het weerstation met behulp van een lange, schone en zachte kwast en een
stofzuiger gemakkelijk verwijderen.
Druk niet te hard op de display. Dit kan krassen veroorzaken of leiden tot
functiestoringen van de display.
Voor het verwijderen van vuil van de buitensensor kunt u een met lauwwarm water vochtig
gemaakte, zuivere doek gebruiken.
Gebruik in geen geval agressieve schoonmaakmiddelen, reinigingsalcohol of
chemische oplossingen, aangezien deze de behuizing kunnen aantasten
(verkleuringen).
164
16. Batterijen vervangen
Het weerstation toont zowel voor de batterijen van het weerstation zelf als voor de buitensensor
een klein symbool op het display, van zodra de batterijen te zwak worden.
Batterijen van het weerstation zwak: Batterijsymbool bovenaan links op het display
Batterijen van de buitensensor zwak: Batterijsymbool in het weergavedeel van de lucht-
temperatuur
Als de batterijen van de buitensensor vervangen werden, druk dan op het weerstation ca. 3
seconden lang op de toets “IN/OUT”, om het handmatig zoeken naar de buitensensor te
starten.
Bij het vervangen van de batterijen van het weerstation gaat u zoals bij de eerste inbedrijfname
te werk. De door u geselecteerde steden voor de weergave blijven echter behouden, evenals
de door u geprogrammeerde namen van steden.
17. Instandhouding
Houd rekening met alle veiligheidsvoorschriften van deze gebruiks-
aanwijzing!
a) Algemeen
Het product is geen speelgoed, het hoort niet thuis in kinderhanden. Het bevat kleine inslikbare
onderdelen, glas (display) en batterijen.
Het product mag niet geopend of gedemonteerd worden (behalve voor het vervangen van de
batterijen zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing).
Er zijn geen onderdelen in het binnenste van het product die door u onderhouden moeten
worden. Bovendien vervalt door het openen/demonteren de goedkeuring (CE) en de garantie.
Door het vallen van slechts geringe hoogte raakt het product beschadigd.
165
b) Weerstation
Vermijd volgende ongunstige omgevingsomstandigheden bij het gebruik van het weerstation:
- vocht of een te hoge luchtvochtigheid
- extreme koude of hitte
- direct zonlicht
- stof of brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen
- sterke trillingen
- sterke magnetische velden, bijv. in de buurt van machines of luidsprekers
Gebruik het product nooit direct wanneer het van een koude in een warme ruimte is gebracht.
De condens die hierbij ontstaat, kan onder bepaalde omstandigheden het product beschadi-
gen. Wacht tot het product op kamertemperatuur is gekomen. Dit kan meerdere uren duren!
De opstelplaats moet zo gekozen worden dat het weerstation veilig staat en niet naar beneden
kan vallen. Door het hoge gewicht bestaat het gevaar van verwondingen.
Waardevolle of krasgevoelige meubeloppervlakken moeten met geschikte onderleggers
tegen beschadigingen beschermd worden vooraleer u het weerstation erop plaatst.
c) Buitensensor
De buitensensor is geschikt voor een gebruik op een beschutte plek buitenshuis (bv. onder
een afdak). Gebruik hem nooit in of onder water.
Monteer de buitensensor zo dat hij recht (verticaal) staat en het LC display naar boven wijst,
de voet naar beneden. In het andere geval kan er water in het apparaat binnendringen.
166
18. Verwijdering
a) Algemeen
Elektrische en elektronische producten mogen niet via het normale huisvuil
verwijderd worden.
Als het product niet meer werkt, moet het volgens de geldende wettelijke
bepalingen voor afvalverwerking ingeleverd worden.
b) Batterijen en accu’s
U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege batterijen
en accu’s in te leveren; verwijdering via het huisvuil is niet toegestaan!
Batterijen/accu’s die schadelijke stoffen bevatten zijn met de hiernaast aange-
geven symbolen gekenmerkt, die op het verbod van afvalverwerking via het
huisvuil wijzen.
De aanduidingen voor de uitslaggevende zware metalen zijn: Cd=cadmium,
Hg=kwik, Pb=lood (de aanduiding staat op de batterij/accu, b.v. onder de
vuilnisbaksymbolen die links afgebeeld zijn).
Uw lege batterijen en accu´s kunt u bij de verzamelpunten van uw gemeente,
in onze vestigingen en op alle plaatsen waar batterijen en accu´s verkocht
worden kosteloos inleveren!
Zo voldoet u aan de wettelijke verplichtingen voor afvalscheiding en draagt u bij aan de
bescherming van het milieu.
167
19. Technische gegevens
a) Weerstation
Temperatuurbereik: ................... -5,0°C tot +50,0°C
Nauwkeurigheid: ........................ +/- 1°C
Batterijen: ................................... 2 * AA/mignon (alkaline aanbevolen)
Afmetingen: ................................ ca. 127 x 117 x 28mm (H X B x D)
Gewicht: ..................................... ca. 185g (zonder batterijen)
b) Buitensensor
Temperatuurbereik: ................... -20,0°C tot +50,0°C
Nauwkeurigheid: ........................ +/- 1°C
Zendfrequentie: .......................... 433MHz
Reikwijdte: .................................. tot 30m (in het vrije veld, zie hoofdstuk „Reikwijdte“)
Batterijen: ................................... 2 * AA/mignon (alkaline aanbevolen)
Afmetingen: ................................ ca. 110 x 61 x 32mm (H X B x D)
Gewicht: ..................................... ca. 67g (zonder batterijen)
20. Verklaring van overeenstemming (DOC)
Hierbij verklaren wij, Conrad Electronic, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau, dat dit
product in overeenstemming is met de algemene eisen en andere relevante voorschriften van
Richtlijn 1999/5/EG.
De bij dit product behorende verklaring van conformiteit kunt u vinden op
www.conrad.com.
CONRAD IM INTERNET: http://www.conrad.com
Impressum
Diese Bedienungsanleitung ist eine Publikation der Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z. B. Fotokopie, Mikroverfilmung, oder die
Erfassung in elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers.
Nachdruck, auch auszugsweise, verboten.
Diese Bedienungsanleitung entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung. Änderung in Technik und Ausstattung
vorbehalten.
© Copyright 2009 by Conrad Electronic SE.
Legal Notice
These operating instructions are a publication by Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
All rights including translation reserved. Reproduction by any method, e.g. photocopy, microfilming, or the capture in electronic
data processing systems require the prior written approval by the editor. Reprinting, also in part, is prohibited.
These operating instructions represent the technical status at the time of printing. Changes in technology and equipment reserved.
© Copyright 2009 by Conrad Electronic SE.
Information légales
Ce mode d'emploi est une publication de la société Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
Tous droits réservés, y compris de traduction. Toute reproduction, quelle qu'elle soit (p. ex. photocopie, microfilm, saisie dans
des installations de traitement de données) nécessite une autorisation écrite de l'éditeur. Il est interdit de le réimprimer, même
par extraits.
Ce mode d'emploi correspond au niveau technique du moment de la mise sous presse. Sous réserve de modifications techniques
et de l'équipement.
© Copyright 2009 by Conrad Electronic SE.
Colofon
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de firma Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming
of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk,
ook van uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van techniek en uitrusting
voorbehouden.
© Copyright 2009 by Conrad Electronic SE.
01_0509_01

Documenttranscriptie

Inhoudsopgave  Pagina 1. Inleiding .................................................................................................................... 136 2. Omvang van de levering ........................................................................................ 137 3. Voorgeschreven gebruik ....................................................................................... 137 4. Uitleg van de symbolen ......................................................................................... 138 5. Kenmerken en functies .......................................................................................... 139 6. Veiligheidstips ......................................................................................................... 140 7. Tips voor batterijen en accu´s .............................................................................. 142 8. Display en bedieningselementen ......................................................................... 144 9. DCF- en METEOTIME-ontvangst .......................................................................... 145 10. Ingebruikneming ..................................................................................................... 149 a) Algemeen ............................................................................................................. 149 b) Ingebruikname van de buitensensor .................................................................. 149 c) Ingebruikname van het weerstation ................................................................... 150 11. Opstellen en montage ............................................................................................ 152 a) Weerstation .......................................................................................................... 152 b) Buitensensor ........................................................................................................ 152 12. Bediening ................................................................................................................. 153 a) b) c) d) e) f) g) h) i) j) k) l) 134 Aanduiding van de temperatuur ......................................................................... 153 Min-max-waarden voor temperatuur .................................................................. 153 Zoeken naar de buitensensor ............................................................................. 153 Ontvangsttest voor het “METEOTIME”-signaal ................................................. 153 Land/stad voor de weersindicatie selecteren ..................................................... 154 Stad uit de displaylijst verwijderen ..................................................................... 155 Woonplaats invoeren ........................................................................................... 155 Overschakelen van het display voor tijd/datum, standslijst en zonopkomst/ ondergang ............................................................................................................ 156 Tijdzone, taal en contrast instellen ..................................................................... 156 Weersinformatie omschakelen dag/nacht .......................................................... 157 Onweersmeldingen ............................................................................................. 158 Beschrijving van de weersymbolen .................................................................... 159 Pagina 13. Verhelpen van storingen ....................................................................................... 160 14. Reikwijdte ................................................................................................................. 162 15. Onderhoud en reiniging ........................................................................................ 163 16. Batterijen vervangen .............................................................................................. 164 17. Instandhouding ....................................................................................................... 164 a) Algemeen ............................................................................................................. 164 b) Weerstation .......................................................................................................... 165 c) Buitensensor ........................................................................................................ 165 18. Verwijdering ............................................................................................................. 166 a) Algemeen ............................................................................................................. 166 b) Batterijen en accu´s ............................................................................................. 166 19. Technische gegevens ............................................................................................ 167 a) Weerstation .......................................................................................................... 167 b) Buitensensor ........................................................................................................ 167 20. Verklaring van overeenstemming (DOC) ............................................................ 167 21. Steden voor de weersvoorspelling ...................................................................... 168 22. Weersmeldingen ..................................................................................................... 175 23. Displayweergaven .................................................................................................. 177 135 1. Inleiding Geachte klant, hartelijk dank voor de aankoop van dit product. Het product voldoet aan de wettelijke nationale en Europese voorwaarden. Gelieve deze gebruiksaanwijzing goed op te volgen om deze toestand te behouden en een gebruik zonder gevaren te waarborgen! U dient vóór de ingebruikname van het product de gebruiksaanwijzing volledig te lezen en alle bedienings- en veiligheidsvoorschriften in acht te nemen. Alle voorkomende bedrijfsnamen en productaanduidingen zijn handelsmerken van de betreffende eigenaar. Alle rechten voorbehouden. Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk. Voor meer informatie kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be. 136 2. Omvang van de levering • Weerstation • Buitensensor • Handleiding 3. Voorgeschreven gebruik Het “Radio weerstation DV206NL” is een hoogwaardig en universeel meetsysteem dat een groot aantal weergegevens en bijkomende informatie kan verwerken en zowel actuele waarden als voorspellingen kan weergeven. Alle relevante gegevens worden gelijktijdig op het LC display weergegeven. Indien gewenst kunnen verdere gegevens met een toetsdruk opgeroepen worden.  U vindt een overzicht van alle kenmerken en eigenschappen van het product in hoofdstuk 5. De weersvoorspellingen van het weerstation dienen alleen als oriëntatiewaarden. Ze vormen geen absoluut nauwkeurige voorspelling. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor incorrecte aanduidingen, meetwaarden of weersvoorspellingen en de gevolgen die hieruit kunnen voortvloeien. Het product is bedoeld voor privé-gebruik. Het is niet geschikt voor medische doeleinden of voor publieksinformatie. De componenten van het product zijn geen speelgoed. Ze bevatten breekbare of inslikbare glazen deeltjes of andere kleine deeltjes. Het product bevat daarenboven batterijen. Houd het product buiten het bereik van kinderen! Gebruik alle componenten zo dat ze niet bereikt kunnen worden door kinderen. Het product werkt op batterijen. De externe sensor draagt zijn gegevens draadloos over naar het weerstation via de 433 MHz band (reikwijdte van de externe sensor tot 30 meter in het vrije veld, zie het hoofdstuk “Reikwijdte”). Een andere toepassing dan hierboven beschreven, kan leiden tot beschadiging van dit product. Bovendien bestaan andere gevaren. Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig en aandachtig te lezen. Ze bevat vele belangrijke informatie voor de opstelplaats, het gebruik en de bediening van het product. 137 4. Uitleg van de symbolen Het symbool met de bliksemschicht in een driehoek wordt gebruikt als er gevaar bestaat voor de gezondheid, bijv. door een elektrische schok. Het symbool met het uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing die in ieder geval nageleefd moeten worden.  138 Het “hand” symbool wijst op speciale tips en aanwijzingen voor de bediening van het product. 5. Kenmerken en functies Het weerstation onderscheidt zich op het eerste zicht niet van andere, gewone weerstations. Het kan nochtans weerinformatie meten en weergeven, die naast het DCF-signaal (resp. het HBG-signaal in Zwitserland) via radio wordt ontvangen, het zgn. “METEOTIME”-signaal. De weerinformatie wordt door professionele meteorologen en de modernste instrumenten aangemaakt – ze steunt dus op dezelfde informatie als de gegevens, die u kent van het weerbericht op radio en tv. De volgende voorspellingen worden zichtbaar: • Weergave weersgegevens (weervoorspelling via symbolen, dagtemperatuur, nachttemperatuur) voor de huidige en volgende dag; voor 90 Europese regio’s • Waarschijnlijkheidsindicatie voor neerslag (vandaag) • Windsnelheid en –richting (vandaag) • Weersmelding (bijv. bij storm) • Aanduiding van zonsopkomst- en –ondergang voor 272 grote Europese steden Verder biedt het weerstation de volgende functies: • Aanduiding van de radionauwkeurige tijd, de datum en de dag van de week (tijdzone instelbaar) • Geïntegreerde sensor voor temperatuur • Buitensensor meegeleverd, voor meting van de temperatuur; overdracht via radio (433MHz) naar het weerstation • Kan opgesteld worden of aan een wand gemonteerd worden 139 6. Veiligheidstips Bij schade veroorzaakt door het niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing vervalt het recht op garantie. Voor gevolgschade zijn wij niet aansprakelijk! Voor materiële schade of persoonlijk letsel veroorzaakt door ondeskundig gebruik of het niet opvolgen van de veiligheidsvoorschriften, zijn wij niet verantwoordelijk! In dergelijke gevallen vervalt elke aanspraak op garantie! Geachte klant, de volgende veiligheidsvoorschriften en aanduidingen van risico´s dienen niet alleen ter bescherming van uw eigen veiligheid maar ook ter bescherming van het apparaat. Leest u de volgende punten aandachtig door: • Uit veiligheids- en keuringsoverwegingen (EG) is het eigenhandig ombouwen en/of wijzigen van het product niet toegestaan. Open of demonteer het apparaat niet! Er zijn geen onderdelen in het product die door u onderhouden of ingesteld moeten worden. Onderhouds-, instellings- of reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend door een erkend technicus/elektrotechnisch bedrijf worden uitgevoerd. • Dit product mag niet in ziekenhuizen of medische instellingen gebruikt worden. Alhoewel de buitensensor enkel relatief zwakke radiosignalen uitzendt, kan dit functiestoringen bij levensbehoudende systemen veroorzaken. Hetzelfde geldt eventueel ook voor andere bereiken. • Het weerstation is alleen geschikt voor droge binnenruimtes. U mag ze niet blootstellen aan direct zonlicht, grote hitte, koude, vochtigheid of nattigheid. De buitensensor is geschikt voor een beschutte plek buitenshuis (bv. onder een afdak). • Het product is geen speelgoed, het hoort niet thuis in kinderhanden. Het product bevat kleine onderdelen, glas (display) en batterijen. Plaats het product zo dat het niet bereikt kan worden door kinderen. • Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos liggen. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn. • Gebruik het apparaat uitsluitend in een gematigd klimaat; niet in een tropisch klimaat. • Wanneer het product van een koude in een warme ruimte wordt gebracht (bijv. bij transport), kan condenswater ontstaan. Hierdoor kan het product worden beschadigd. 140 Laat het apparaat eerst op kamertemperatuur komen voordat het in gebruik wordt genomen. Dit kan soms meerdere uren duren. • In bedrijven moet rekening gehouden worden met de voorschriften ter voorkoming van ongevallen opgesteld door de nationale bonden van de ongevallenverzekering voor elektrische installaties en productiemiddelen. • In scholen, opleidingscentra, hobbyruimtes en doe-het-zelf werkplaatsen moet het gebruik van het product op verantwoorde wijze gecontroleerd worden door vakkundig personeel. • Behandel het product voorzichtig. Door stoten, schokken of een val - zelfs van geringe hoogte - kan het beschadigd raken. 141 7. Tips voor batterijen en accu´s • Houd batterijen/accu´s buiten het bereik van kinderen! • Let bij het plaatsen van de batterijen/accu’s op de juiste polariteit (plus/+ en min/- in acht nemen). • U mag batterijen/accu´s niet zomaar laten rondslingeren wegens het gevaar dat kinderen of huisdieren ze inslikken. Raadpleeg direct een arts als toch een batterij is ingeslikt. • Lekkende of beschadigde batterijen/accu´s kunnen bij contact met de huid verwondingen veroorzaken. Draag in zo´n geval steeds beschermende handschoenen. • Let erop dat batterijen/accu´s niet kortgesloten, gedemonteerd of in het vuur geworpen worden. Explosiegevaar! • Gewone batterijen kunnen niet worden opgeladen. Explosiegevaar! U mag uitsluitend geschikte herlaadbare accu´s opladen. Gebruik een geschikte oplader. • Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), moet u de geplaatste batterijen/accu´s verwijderen. Oude batterijen of accu´s kunnen namelijk lekken en het product beschadigen. Hierdoor zal de garantie vervallen! • Vervang steeds de volledige set batterijen/accu’s. Gebruik alleen batterijen/accu’s van hetzelfde type/fabrikaat en dezelfde laadtoestand (geen volle batterijen/accu’s mengen met halfvolle of lege). • Combineer geen gewone en oplaadbare batterijen. Gebruik ofwel batterijen ofwel accu´s. • Gelieve het hoofdstuk ”Verwijderen” te lezen voor de milieuvriendelijke verwijdering van batterijen en accu´s. 142  Let aub op het volgende: U kunt het weerstation en de buitensensor principieel ook met accu´s gebruiken. Door de lagere capaciteit en lagere spanning van accu´s (accu = 1,2V, batterij = 1,5V) zal het product dan wel een kleinere bedrijfsduur en eventueel ook een kleinere draadloze reikwijdte hebben. Bij lage buitentemperaturen zijn accu´s gevoeliger dan batterijen. Wij raden daarom aan om bij voorkeur goede alkalische batterijen te gebruiken voor een langdurig en bedrijfszeker gebruik. Voor het weerstation zijn twee batterijen van het type AA/mignon nodig (b.v. Conrad bestelnr. 652502, 2x bestellen). Voor de buitensensor zijn ook twee batterijen van het type AA/mignon nodig (b.v. Conrad bestelnr. 652502, 2x bestellen). 143 8. Display en bedieningselementen • Weergavebereik voor de voorspelling voor vandaag, met windsnelheid, windrichting en de kans op neerslag (regen/sneeuw/hagel); aanduiding van dag/nachttemperatuur, dag-/nachtweer • Weersvoorspelling voor de volgende dag, met dag-/nachttemperatuur, dag-/ nachtweer • Weergavegebied voor de binnen/buitentemperatuur • Weergavegebied voor verschillende waarden, bijv. voor DCF-tijd/datum, selectie stad enz. Bedieningstoetsen: Toets “IN/OUT”: Kort indrukken voor omschakelen van de weergave voor binnen-/ buitentemperatuur; 3 seconden indrukken voor inschakelen van het zoeken naar de buitensensor Toets “MEM”: Kort indrukken voor de weergave van de MIN-/MAX-waarden resp. 3 seconden indrukken voor het wissen van de MIN-/MAX-waarden Toets “TEST”: Ontvangsttest voor buitensensor activeren Toets “SET”: Kort indrukken voor omschakelen tussen stad, DCF-tijd/datum, zon-opkomst-/ondergang resp. 3 seconden indrukken voor het activeren van de instelmodus (b.v. selecteren van de stad, de tijdzone, de taal voor het display) Toetsen “” en “”: Waarden veranderen Toets “DAY/NIGHT”: Weerdata weergeven voor dag/nacht 144 9. DCF- en METEOTIME-ontvangst Het weerstation kan het zogeheten DCF signaal ontvangen en evalueren. Het gaat hierbij om een signaal dat door een zender in Mainflingen (in de buurt van Frankfurt am Main) wordt uitgezonden. De reikwijdte hiervan bedraagt 1500 km, bij optimale ontvangstomstandigheden zelfs 200 km. Het DCF-signaal omvat onder andere de exacte tijd (afwijking theoretisch 1 seconde in een miljoen jaar!) en de datum. Hierdoor valt dus ook de omslachtige handmatige instelling van de zomer- en wintertijd weg. 1500 km 2000 km Verder herkent het weerstation het met het DCF-signaal compatible signaal van de tijdbakenzender “HBG” in Zwitserland. Als bijzonderheid kan het weerstation ook gebruik maken van het zgn. “METEOTIME”sognaal, dat in het DCF-/HBG-signaal is opgenomen.  Het “METEOTIME”-signaal bevat de gegevens van de weersvoorspelling voor 90 verschillende Europese regio’s. De overdracht van de gegevens voor de voorspelling via het radiosignaal van de DCF- resp. HBG-zender is op basis van de gebruikte techniek relatief traag, dat is de reden dat hyet tot 24 uren duurt, tot het weersysteem alle weergegevens ontving. Het symbool “ ” in het betreffende weergavebereik betekent, dat de METEOTIME-data ontvangen werden, het symbool “ ” geeft nog ontbrekende data aan.  De juiste keuze van de plaats van opstelling is bepalend voor de ontvangst van de radiogegevens, omdat er voortdurend weergegevens worden ontvangen. Plaats het weerstation niet naast elektrische/elektronische apparaten en niet in de buurt van kabels, contactdozen of metalen onderdelen. Houd een voldoende afstand aan, minstens 1 meter! Er is ook een slechte ontvangst mogelijk bij isolatieramen met een opgedampte metaallaag, gewapend beton, speciaal gecoat behangpapier of in kelders. 145  146 U kunt na de inbedrijfname (hoofdstuk 10) en de keuze van de plaats van opstelling/montage (hoofdstuk 11) via de toets “TEST” een ontvangsttest voor het “METEOTIME”-signaal starten, zie hoofdstuk 12. d). Positie van de 90 weergebieden (detailvergroting Midden-Europa zie volgende pagina): 147 10. Ingebruikneming a) Algemeen  Let s.v.p. op het volgende: Plaats eerst de batterijen in de buitensensor en pas daarna in het weerstation. Als u in een andere volgorde te werk gaat, kan het gebeuren dat het weerstation de buitensensor niet herkent! In dat geval kan later handmatig een zoeken naar de buitensensor worden doorgevoerd. Als u het weerstation en de buitensensor bij de eerste ingebruikname bv. in een kamer wilt testen, mag u de buitensensor niet direct naast het weerstation leggen. Dit kan problemen bij de ontvangst (door interferenties) veroorzaken. Zorg voor een afstand van ten minste 1 meter tussen het weerstation en de buitensensor. Met deze functietest kunt u waarborgen dat latere ontvangstproblemen te wijten zijn aan de plaats van het weerstation en de buitensensor. De reikwijdte in het vrije veld bedraagt tot en met 30 m (zonder storingen en bij een directe zichtverbinding tussen de buitensensor en het weerstation). De effectief mogelijke reikwijdte in gebouwen is natuurlijk kleiner en bedraagt ca. 10-20 m (al naar het gebouw en de opstelplaats).  Houd hiervoor rekening met het hoofdstuk ”Reikwijdte”. b) Ingebruikname van de buitensensor • Open het batterijvak van de buitensensor door de vier schroeven aan de achterkant met een geschikte schroevendraaier los te draaien. • Plaats vervolgens twee batterijen van het type AA/mignon. Let hierbij op de juiste polariteit (plus/+ en min/-). • Plaats het deksel weer op het batterijvak en schroef het vast. 149 c) Ingebruikname van het weerstation • Open het batterijvak aan de achterkant van het weerstation. • Plaats twee batterijen van het type AA/mignon met de juiste polariteit in het batterijvak (let op +/plus en -/min). In het batterijvak vindt u een overeenkomstige afbeelding. Na het plaatsen van de batterijen verschijnen kort alle beschikbare displayelementen. • Sluit het batterijvak. • Boven links in het display knippert het ontvangstsymbool voor het DCF-signaal en de weersymbolen voor de verschillende weergavebereiken, onder in het display staat “SUCHE SIG.” = naar signaal zoeken.  De displaytaal kan later van de basisinstelling (Duits) op andere talen omgeschakeld worden. Zie hiervoor hoofdstuk 12. i). Zeer goede ontvangst Goede ontvangst Slechte ontvangst Geen ontvangst  Zoals vermeld in hoofdstuk 9, moet een voldoende afstand worden aangehouden tot elektrische/elektronische toestellen, metalen delen, kabels, enz. Verplaats het weerstation niet tijdens de eerste ontvangstpoging. Het kan 3-10 minuten duren, tot de DCF-ontvangst voor de tijd en de datum is afgesloten. • Indien op het display onderaan “LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt, stelt u uw thuisland in met de toetsen “” en “” (bijv. “D/GER” voor Duitsland) en bevestigt u de instelling met een korte druk op de toets “SET”. Het display toont daarop “STAD INST.” (stad instellen). Met de toetsen “” en “” kunt u een stad selecteren, die in de buurt van uw woonplaats ligt. Bevestig de instelling met een korte druk op de toets “TEST”, de stad wordt dan opgeslagen en er verschijnt een klein haakje boven de naam van de stad: 150  In totaal kunt u 5 verschillende steden selecteren; deze instelling kunt u ook later nog uitvoeren. Verder is het mogelijk, een al voor weergave geselecteerde stad te wissen en andere op te slaan, zie hoofdstuk 12. e) en 12. f). Wanneer u het land en de stad niet zoals hierboven beschreven instelt, dan kiest het weerstation als land automatisch “Duitsland” en als stad „Frankfurt am Main”. • Met de toetsen “” en “” kunt u nog andere steden selecteren en met de toets “TEST” opslaan. • Druk op de toets “SET”, de instellingen worden opgeslagen, in de onderste regel van het display verschijnt “instellingen ingesteld”). • Het display geeft nu evt. al diverse weergegevens weer. • Daarna zoekt het weerstation naar de buitensensor; in het displaybereik voor de temperatuur knippert het symbool “OUT”. Dit duurt ca. 2-3 minuten. Gedurende deze tijd mogen geen toetsen ingedrukt worden.  Wanneer na 2-3 minuten nog steeds geen weergave voor de buitentemperatuur verschijnt, plaats dan de buitensensor op een andere plaats (niet direct naast het weerstation, houdt een afstand aan van min. een meter). Druk vervolgens ca. 3 seconden lang op de toets “IN/OUT”, om het zoeken naar de buitensensor opnieuw te starten. Het symbool “OUT” knippert opnieuw, de buitensensor wordt gezocht. 151 11. Opstellen en montage Nadat u zoals in hoofdstuk 10 beschreven de onderdelen van het systeem in werking gesteld heeft, kunt u de buitensensor op een geschikte plaats opstellen of monteren. Hetzelfde geldt natuurlijk ook voor het weerstation. Let er bij het boren en het vastschroeven op dat er geen stroom-, gas- of waterleidingen beschadigd worden. Levensgevaar! Vooraleer u een schroef of een haak voor de wandmontage vastdraait of een gat voor een plug boort, moet u nagaan of er op de montageplaats een onberispelijke ontvangst van de gegevens mogelijk is (DCF gegevens en meetgegevens van de buitensensor). a) Weerstation U kunt het weerstation met de standvoet op een geschikte plaats opstellen. Deze plaats moet horizontaal, voldoende groot, stabiel, vlak en buiten het bereik van kinderen zijn. Voor de wandmontage kunt u gebruik maken van het oog aan de achterkant van het weerstation. De standvoet moet daarbij ingeklapt worden. De opstel- of montageplaats moet zo gekozen worden dat het weerstation uit de nabijheid van radiatoren e.d. is. Ook direct zonlicht moet vermeden worden (hierdoor zal het weerstation opwarmen en niet meer de luchttemperatuur in de ruimte meten). b) Buitensensor Plaats of monteer de buitensensor op een beschutte plek buitenshuis die de hele dag in de schaduw ligt. Anders zal de temperatuurwaarde door de zonnestralen vervalst worden. Hetzelfde geldt als er langere tijd regen of sneeuw op de sensor valt (de temperatuursensor zal in dit geval niet meer de luchttemperatuur meten). De buitensensor mag niet blootgesteld worden aan directe neerslag. Gebruik de buitensensor nooit in of onder water. Hierdoor zal de sensor vernield worden! 152 12. Bediening a) Aanduiding van de temperatuur Ongeveer in het midden van het display bevindt zich het weergavegebied voor de temperatuur. Met de toets “IN/OUT” kan worden omgeschakeld tussen de weergave van de binnentemperatuur (symbool “IN” op het display) en de buitentemperatuur (symbool “OUT” op het display). b) Min-/max-waarden voor temperatuur Door indrukken van de toets”MEM” (zie hoofdstuk 8) wordt er overgeschakeld tussen de “MIN”en de “MAX”-weergave van de momentane waarde. Wis de opgeslagen gegevens door de toets “MEM” ca. 3 seconden lang in te drukken. Als min-/max-waarde wordt tot de volgende ontvangst van data alleen “ - - . -” weergegeven, tot weer een datapakket van de buitensensor ontvangen wordt resp. een verandering van de waarden optreed. c) Zoeken naar de buitensensor Na het vervangen van de batterijen in een buitensensor of bij storingen in de ontvangst kan handmatig worden gezicht naar het radiosignaal van de buitensensor. Druk daartoe op de toets “IN/OUT” (ong. 3 seconden) tot u! een korte pieptoon hoort. Het symbool “OUT” op het displaydeel voor de temperatuur knippert, het weerstation zoekt naar de buitensensor. Dit kan 2-3 minuten duren!  Beweeg het weerstation en de buitensensor in deze tijd niet. Druk niet op toetsen van het weerstation. d) Ontvangsttest voor het “METEOTIME”-signaal Omdat er in het DCF-signaal elke seconde wat informatie aanwezig is over het weer (het zgn. “METEOTIME”-signaal), is een ontvangsttest in tegenstelling tot bij gebruikelijke DCFuurwerken gemakkelijk mogelijk. Druk kort op de toets “TEST”. 153 Onder in het display wordt “SIGN TEST“ (ontvangsttest) weergegeven, het “METEOTIME“ontvangstsymbool links van de temperatuurindicator (links naast het IN/OUT-symbool) begint te knipperen. = correcte ontvangst = geen ontvangst Verander ev. de plaats van opstelling van het weerstation, tot “ ” wordt weergegeven. Na een minuut wordt de ontvangsttest automatisch beëindigd (of eerder de toets “TEST” nogmaals indrukken). Vanzelfsprekend kunt u de ontvangsttest opnieuw starten; ga daartoe tewerk zoals hierboven beschreven. e) Land/stad voor de weersindicatie selecteren U kunt tot 5 steden selecteren, waarvan de weersvoorspelling later met de toetsen “” en “” kan worden weergegeven.  In hoofdstuk 21 vindt u een lijst van alle beschikbare steden. Ga voor het selecteren als volgt te werk: • Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display “LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt. • Selecteer het land met de toetsen “” en “” (bijv. “D/GER” voor Duitsland) en bevestig uw keuze met een korte druk op de toets “SET”. Het display toont daarop “STAD INST.” (stad instellen). • Met de toetsen “” en “” kan een stad worden geselecteerd. Bevestig de instelling met een korte druk op de toets ”TEST”. Boven de naam van de stad verschijnt een klein haakje. Druk nogmaals op de toets “TEST” om de stad uit de lijst te wissen, het vinkje verdwijnt terug.  Indien “GEH VOL” (geheugen vol) zichtbaar wordt, dan zijn de 5 geheugens bezet. Er kunnen in het totaal 5 steden worden opgeslagen, om de weergegevens ervan zichtbaar te maken. Om een andere stad op te slaan moet een al beschikbare stad uit de weergavelijst worden gewist, zie het volgende hoofdstuk. • Door indrukken van de toets “SET” wordt de instelmodus verlaten. 154 f) Stad uit de displaylijst verwijderen Zoals in hoofdstuk 12. e) beschreven, kunnen in het totaal tot 5 steden van verschillende landen worden opgeslagen, waarvan de weersvoorspelling met de toetsen “” en “” zichtbaar kan worden gemaakt. Om een stad uit de weergavelijst te wissen gaat u te werk als volgt: • Kies met de toetsen “” resp. “” de stad in de weergavelijst, die u wilt gaan wissen. • Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display “LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt. • Druk één keer kort op de toets “”. Daarop wordt het land, waarin de om te wissen geselecteerde stad ligt, weergegeven. • Druk kort op de toets “SET”. • Het display toont “STAD INST.” (stad instellen). • Druk één keer kort op de toets “”. Nu wordt de stad weergegeven (let op het kleine vinkje “√” boven de stad). • Druk kort op de toets “TEST”. Het vinkje “√” verdwijnt. • Door indrukken van de toets “SET” wordt de wismodus verlaten. g) Woonplaats invoeren Met deze functie kunt u de naam van uw woonplaats invoeren. Ga hiervoor als volgt te werk: • Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display “LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt. • Selecteer het land met de toetsen “” en “” (bijv. “D/GER” voor Duitsland) en bevestig uw keuze met een korte druk op de toets “SET”. Het display toont daarop “STAD INST.” (stad instellen). • Met de toetsen “” en “” kunt u een stad selecteren, die in de buurt van uw woonplaats moet liggen. • Druk kort op de toets “MEM”. Daarop verdwijnt de eerder weergegeven stadsnaam en op de eerste positie van de regel verschijnt een knipperend streepje “_” voor het invoerveld. 155 De volgende toetsen worden gebruikt voor de invoer (telkens kort indrukken): - Toetsen “” en “”: Letter/teken selecteren - Toets “SET”: Letter/teken opslaan en naar de volgende positie gaan - Toets “TEST”: Een positie teruggaan (correctie) De invoer wordt automatisch afgesloten, indien u de laatste letter aan de rechterzijde van de invoerregel afsluit met een korte druk op de toets “SET”. Alternatief wordt de invoer eerder afgesloten, indien er op een invoerpositie geen teken wordt geselecteerd (alleen het streepje “_” knippert) waarop de toets “SET” wordt ingedrukt. h) Overschakelen van het display voor tijd/datum, standslijst en zonopkomst/ Door kort indrukken van de toets “SET” kunt u overschakelen tussen de keuzelijst voor de opgeslagen steden, de tijd van zonsopkomst en –ondergang en de weergave van tijd en datum. i) Tijdzone, taal en contrast instellen • Houd de toets “SET” zo lang ingedrukt (ong. 3 seconden), tot onderaan het display “LAND INST.” (land instellen) zichtbaar wordt. • Druk kort op de toets “SET”, onderaan het display verschijnt “ZONE +00HR”. • Met de toetsen “” en “” kan de gewenste tijdzone worden ingesteld. • Druk kort op de toets “SET”, in het display onderaan verschijnt de momenteel ingestelde taal voor de tekst op de onderste lijn. • Selecteer de gewenste taal met de toetsen “” en “”. • Druk kort op de toets “SET”; onderaan display verschijnt de actueel ingestelde contrastwaarde. • Selecteer het voor het display gewenste contrast met de toetsen “” en “”. • Sluit de invoermodus af met een korte druk op de toets “SET”. 156 j) Weersinformatie omschakelen dag/nacht Het weerstation schakelt de weergave voor de weersinformatie automatisch om naargelang de tijd van zonsopkomst resp. -ondergang. Daartoe verschijnt op het display naast de indicatie van de dag van de week een klein “DAY” (dag) resp. “NIGHT” (nacht). U kunt telkens gedurende 10 seconden een andere indicatie laten weergeven door een korte druk op de toets “DAY/NIGHT”. < DAY/NIGHT > 157 k) Onweersmeldingen Het “METEOTIME”-signaal bevat bovendien ook informatie over speciale weertoestanden (bijv. sterke windbuien, bevroren regen, sterke sneeuwval, onweer, dichte mist, enz.). Op het display wordt een symbool zichtbaar, indien er zulke gegevens worden ontvangen (positie van de symbolen zie rechts op de afbeelding). Door ev. meermaals te drukken op de toets “DAY/NIGHT” kunnen deze meldingen onderaan op het display worden weergegeven als tekstmelding. Indien er meerdere meldingen voorkomen, knippert het bij de betrokken dag horende symbool, waarvan de melding onderaan wordt weergegeven. Het weerstation toont de actuele melding automatisch afwisselend met de normale indicatie onderaan het display. 158 l) Beschrijving van de weersymbolen Betekenis Overdag ‘s Nachts Betekenis Zonnig (nacht met heldere sterren) Sterke regen Licht bewolkt Onweersfronten Sterk bewolkt Warmteonweer Bewolkt Bui van korrelsneeuw, sneeuwregen Ernstige nevel Sneeuwbuien Nevel Sneeuwregen Regenbuien Sneeuw Overdag ‘s Nachts Lichte regen 159 13. Verhelpen van storingen Met het weerstation heeft u een betrouwbaar product verworven dat volgens de nieuwste technische inzichten vervaardigd werd. Er kunnen desondanks problemen of storingen optreden. Wij willen u daarom hier uitleggen hoe u mogelijke storingen kunt verhelpen. Houd rekening met alle veiligheidsvoorschriften van deze gebruiksaanwijzing! Geen ontvangst van het signaal van de buitensensor • De afstand tussen het weerstation en buitensensor is te groot. Wijzig de opstelplaats van de buitensensor. • Voorwerpen of afschermende materialen belemmeren de draadloze ontvangst. Hetzelfde geldt voor andere elektronische apparaten (bv. tv-toestel of computer). Wijzig de opstelplaats van de buitensensor of het weerstation. • De batterijen van de buitensensoren zijn te zwak of leeg. Plaats bij wijze van proef nieuwe batterijen in de buitensensor(en). • Een andere zender met dezelfde of een naburige frequentie stoort het signaal van de buitensensor. Dies können z.B. Funkkopfhörer, Funklautsprecher o.ä. Geräte sein. Dergelijke producten worden meestal niet voortdurend gebruikt. De draadloze ontvangst kan b.v. de volgende dag weer onberispelijk werken (dit bemoeilijkt dan ook de zoektocht naar de oorzaak). • Start het handmatig zoeken naar de buitensensor, door de toets „IN/OUT“ ca. 3 seconden lang ingedrukt te houden en daarna los te laten, wanneer het symbool ”OUT” in het display knippert. Storingen bij de ontvangst van weersvoorspellingen • Door kortstondige storingen in d eradio-iverdracht (bijv. veroorzaakt door het gebruik van een onvoldoende ontstoord apparaat, het in- of uitschakelen van elektrische apparaten enz.) is het mogelijk, dat weersinformatie niet correct wordt ontvangen door het weerstation. Het weerstation geeft bij. voor de dag nadien geen ontvangstsymbool aan. Wijzig ev. de opstelplaats van het weerstation. 160 Weersvoorspellingen ontbreken op het display • Op basis van de kleine hoeveelheid gegevens, die via het DCF-signaal kan worden overgedragen, duurt de ontvangst van de alle weersvoorspellingen tot 24 uren (voor zover er geen ontvangstproblemen optraden). 161 14. Reikwijdte De reikwijdte voor de draadloze overdracht van de signalen tussen de buitensensor en het weerstation bedraagt bij optimale omstandigheden tot en met 30m. Dit wordt ook wel de “reikwijdte in open veld” genoemd.  Deze ideale positionering (bv. weerstation en buitensensor op een gladde en vlakke weide zonder bomen en huizen e.d.) vindt men natuurlijk nauwelijks in de praktijk. Het weerstation wordt normaal gezien in een huis geplaatst en de buitensensor bv. buiten naast een raam gemonteerd. De reikwijdte kan soms sterk verminderd worden door: • • • • • • • Muren en plafonds met gewapend beton Gecoate/opgedampte ramen met isolatieglas Voertuigen Bomen, struiken, aarde, rotsen Nabijheid t.o.v. metalen en geleidende voorwerpen (bv. radiatoren) Nabijheid t.o.v. het menselijk lichaam Breedbandstoringen bv. in woongebieden (DECT telefoons, mobiele telefoons, draadloze hoofdtelefoons, draadloze luidsprekers, andere draadloze weerstations, babyfoons, enz.) • Nabijheid t.o.v. elektrische motoren, transformatoren, voedingen, computers • Nabijheid t.o.v. slecht afgeschermde of open gebruikte computers of andere elektrische apparaten  162 Daar de plaatselijke omstandigheden op elke opstelplaats anders zijn, kan er geen bepaalde reikwijdte gewaarborgd worden. Een gebruik in eengezinshuizen is normaal gezien zonder problemen mogelijk. Als het weerstation geen gegevens van de buitensensor ontvangt (ondanks nieuwe batterijen), moet u de afstand tussen de buitensensor en het weerstation verkleinen of de opstelplaats veranderen. 15. Onderhoud en reiniging Onderhoud of reparatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een erkend elektromonteur. Er zijn geen onderdelen in het binnenste van het product die door u onderhouden moeten worden. U mag het product nooit openen (behalve voor het plaatsen of vervangen van de batterijen zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing). Gebruik voor de reiniging van de buitenkant van het weerstation een schone, droge en zachte doek. U kunt stof op het weerstation met behulp van een lange, schone en zachte kwast en een stofzuiger gemakkelijk verwijderen.  Druk niet te hard op de display. Dit kan krassen veroorzaken of leiden tot functiestoringen van de display. Voor het verwijderen van vuil van de buitensensor kunt u een met lauwwarm water vochtig gemaakte, zuivere doek gebruiken. Gebruik in geen geval agressieve schoonmaakmiddelen, reinigingsalcohol of chemische oplossingen, aangezien deze de behuizing kunnen aantasten (verkleuringen). 163 16. Batterijen vervangen Het weerstation toont zowel voor de batterijen van het weerstation zelf als voor de buitensensor een klein symbool op het display, van zodra de batterijen te zwak worden. • Batterijen van het weerstation zwak: Batterijsymbool bovenaan links op het display • Batterijen van de buitensensor zwak: Batterijsymbool in het weergavedeel van de luchttemperatuur Als de batterijen van de buitensensor vervangen werden, druk dan op het weerstation ca. 3 seconden lang op de toets “IN/OUT”, om het handmatig zoeken naar de buitensensor te starten. Bij het vervangen van de batterijen van het weerstation gaat u zoals bij de eerste inbedrijfname te werk. De door u geselecteerde steden voor de weergave blijven echter behouden, evenals de door u geprogrammeerde namen van steden. 17. Instandhouding Houd rekening met alle veiligheidsvoorschriften van deze gebruiksaanwijzing! a) Algemeen Het product is geen speelgoed, het hoort niet thuis in kinderhanden. Het bevat kleine inslikbare onderdelen, glas (display) en batterijen. Het product mag niet geopend of gedemonteerd worden (behalve voor het vervangen van de batterijen zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing). Er zijn geen onderdelen in het binnenste van het product die door u onderhouden moeten worden. Bovendien vervalt door het openen/demonteren de goedkeuring (CE) en de garantie. Door het vallen van slechts geringe hoogte raakt het product beschadigd. 164 b) Weerstation Vermijd volgende ongunstige omgevingsomstandigheden bij het gebruik van het weerstation: - vocht of een te hoge luchtvochtigheid extreme koude of hitte direct zonlicht stof of brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen sterke trillingen sterke magnetische velden, bijv. in de buurt van machines of luidsprekers Gebruik het product nooit direct wanneer het van een koude in een warme ruimte is gebracht. De condens die hierbij ontstaat, kan onder bepaalde omstandigheden het product beschadigen. Wacht tot het product op kamertemperatuur is gekomen. Dit kan meerdere uren duren! De opstelplaats moet zo gekozen worden dat het weerstation veilig staat en niet naar beneden kan vallen. Door het hoge gewicht bestaat het gevaar van verwondingen. Waardevolle of krasgevoelige meubeloppervlakken moeten met geschikte onderleggers tegen beschadigingen beschermd worden vooraleer u het weerstation erop plaatst. c) Buitensensor De buitensensor is geschikt voor een gebruik op een beschutte plek buitenshuis (bv. onder een afdak). Gebruik hem nooit in of onder water. Monteer de buitensensor zo dat hij recht (verticaal) staat en het LC display naar boven wijst, de voet naar beneden. In het andere geval kan er water in het apparaat binnendringen. 165 18. Verwijdering a) Algemeen Elektrische en elektronische producten mogen niet via het normale huisvuil verwijderd worden. Als het product niet meer werkt, moet het volgens de geldende wettelijke bepalingen voor afvalverwerking ingeleverd worden. b) Batterijen en accu’s U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege batterijen en accu’s in te leveren; verwijdering via het huisvuil is niet toegestaan!   Batterijen/accu’s die schadelijke stoffen bevatten zijn met de hiernaast aangegeven symbolen gekenmerkt, die op het verbod van afvalverwerking via het huisvuil wijzen. De aanduidingen voor de uitslaggevende zware metalen zijn: Cd=cadmium, Hg=kwik, Pb=lood (de aanduiding staat op de batterij/accu, b.v. onder de vuilnisbaksymbolen die links afgebeeld zijn). Uw lege batterijen en accu´s kunt u bij de verzamelpunten van uw gemeente, in onze vestigingen en op alle plaatsen waar batterijen en accu´s verkocht worden kosteloos inleveren! Zo voldoet u aan de wettelijke verplichtingen voor afvalscheiding en draagt u bij aan de bescherming van het milieu. 166 19. Technische gegevens a) Weerstation Temperatuurbereik: ................... -5,0°C tot +50,0°C Nauwkeurigheid: ........................ +/- 1°C Batterijen: ................................... 2 * AA/mignon (alkaline aanbevolen) Afmetingen: ................................ ca. 127 x 117 x 28mm (H X B x D) Gewicht: ..................................... ca. 185g (zonder batterijen) b) Buitensensor Temperatuurbereik: ................... -20,0°C tot +50,0°C Nauwkeurigheid: ........................ +/- 1°C Zendfrequentie: .......................... 433MHz Reikwijdte: .................................. tot 30m (in het vrije veld, zie hoofdstuk „Reikwijdte“) Batterijen: ................................... 2 * AA/mignon (alkaline aanbevolen) Afmetingen: ................................ ca. 110 x 61 x 32mm (H X B x D) Gewicht: ..................................... ca. 67g (zonder batterijen) 20. Verklaring van overeenstemming (DOC) Hierbij verklaren wij, Conrad Electronic, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau, dat dit product in overeenstemming is met de algemene eisen en andere relevante voorschriften van Richtlijn 1999/5/EG.  De bij dit product behorende verklaring van conformiteit kunt u vinden op www.conrad.com. 167 CONRAD IM INTERNET: http://www.conrad.com  Impressum Diese Bedienungsanleitung ist eine Publikation der Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z. B. Fotokopie, Mikroverfilmung, oder die Erfassung in elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers. Nachdruck, auch auszugsweise, verboten. Diese Bedienungsanleitung entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung. Änderung in Technik und Ausstattung vorbehalten. © Copyright 2009 by Conrad Electronic SE.  Legal Notice These operating instructions are a publication by Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). All rights including translation reserved. Reproduction by any method, e.g. photocopy, microfilming, or the capture in electronic data processing systems require the prior written approval by the editor. Reprinting, also in part, is prohibited. These operating instructions represent the technical status at the time of printing. Changes in technology and equipment reserved. © Copyright 2009 by Conrad Electronic SE.  Information légales Ce mode d'emploi est une publication de la société Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Tous droits réservés, y compris de traduction. Toute reproduction, quelle qu'elle soit (p. ex. photocopie, microfilm, saisie dans des installations de traitement de données) nécessite une autorisation écrite de l'éditeur. Il est interdit de le réimprimer, même par extraits. Ce mode d'emploi correspond au niveau technique du moment de la mise sous presse. Sous réserve de modifications techniques et de l'équipement. © Copyright 2009 by Conrad Electronic SE.  Colofon Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de firma Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden. Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van techniek en uitrusting voorbehouden. © Copyright 2009 by Conrad Electronic SE. 01_0509_01
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180

Conrad DV206NL Handleiding

Categorie
Weerstations
Type
Handleiding

Gerelateerde papieren