3
NL
921510-520 G23EN
TRANSPORT EN ONDERHOUD
Tijdens het transport bevindt zich schuimmateriaal in het product om druk van buitenaf op te vangen en
het product te beschermen. Het product is gemaakt van roestvrij staal en er moet zorgvuldig mee worden
omgegaan. Zet het niet ondersteboven en plaats het niet in de buurt van eroderende voorwerpen.
De machine moet direct na gebruik worden gereinigd.
INSTALLATIE-INSTRUCTIE
1. Plaats de machine op een vlakke, horizontale ondergrond. Houd de beide zijden van de machine ten
minste 10 cm van de muur af en de achterkant ten minste 20 cm bij brandbare voorwerpen;
2. De voedingsspanning moet overeenkomen met het voltage dat staat vermeld op het typeplaatje;
3. Er moet een aardlekschakelaar worden geïnstalleerd in de buurt waar de machine wordt gebruikt;
een afzonderlijke 15A-stopcontact wordt aanbevolen.
4. Controleer vóór gebruik of alle onderdelen stevig met elkaar zijn verbonden en of de voeding goed is
geaard.
5. De verwarming mag niet worden ingeschakeld zonder dat er water is toegevoegd (let op: wanneer
de machine in gebruik is, moet het minimale waterpeil in het reservoir helemaal boven de verwar-
mingspijp staan, anders kan de verwarmingpijp beschadigd raken en gevaar opleveren, het maximale
waterniveau wordt aangegeven door de bovenste streep in het reservoir. Doe ook niet te veel water
in het reservoir, anders stroomt hij over en kan dan ook gevaar opleveren, schakel in geval van een
overstroming onmiddellijk de stroom van de machine uit en trek de stekker uit het stopcontact).
6. De installatie en het onderhoud van dit product moet worden uitgevoerd door gecertificeerde
elektromonteurs.
GEBRUIK
1. Controleer vóór gebruik of alle elektrische onderdelen goed op elkaar zijn aangesloten,
of het waterniveau in het reservoir zich tussen de maximum- en minimumstrepen bevindt,
of de aftapkraan aan de zijkant gesloten is en of de uitlaatklep open staat;
2. Plaats de roestvrij stalen pot in het waterreservoir;
3. Na het inschakelen van de stroom, is de SCHAKELAAR aan. Nadat de schakelaarverlichting en het
display zijn gaan branden, drukt u op , en om de gewenste temperatuur in te stellen op of
; Wanneer de temperatuur is ingesteld, brandt het rode verwarmingslampje (WARMTE/HEAT) om aan
te geven dat de verwarmingsbuis begint te werken. De temperatuur in het reservoir begint te stijgen
tot de ingestelde temperatuur, de thermostaat schakelt automatisch de stroomvoorziening uit, de rode
warmte-indicator (WARMTE/HEAT) wordt uitgeschakeld, het gele (THERMISCH/THERMAL) lampje
brandt en de warmtepijp stopt met werken. Wanneer de temperatuur tot onder de vooraf ingestelde
ondergrens temperatuur daalt, schakelt de thermostaat automatisch de stroom opnieuw in om weer te
verwarmen.
Door deze cyclus bereikt de temperatuur van het reservoir het ingestelde temperatuurbereik.
• Let op: Stel de interne parameters niet zomaar in. Als de parameters niet aan de gewenste
toepassing voldoen, stelt u ze als volgt opnieuw in:
A. Druk 6 seconden of langer in voor de parameterinstelling, wanneer het venster “F1” aangeeft,
betekent dat de “temperatuurfoutcorrectie” kan worden ingevoerd.
Druk op of om de temperatuurfout bij te stellen, F1 = actuele temperatuur -
displaytemperatuur.
B. Druk dan op om te zoeken naar de F1-, F2-toets door te bladeren, selecteert de gewenste, aan te
passen parameter en druk op de en toetsen voor wijziging van de parameter.
C. De parameterinstelling kan automatisch worden verlaten na ongeveer acht seconden werking.
4. Draai de temperatuurregelaar op 50-60 graden Celsius (temperatuur kan worden verhoogd of ver-
laagd op basis van de soorten en de ingrediënten van de chocolade en de verandering in kamertem-
peratuur). Het verwarmingsproces is op dat moment actief (rode lampje brandt). Maak de stukken
chocolade zo klein mogelijk (kleine stukken chocolade smelten sneller) en leg de stukken in de pot,
roer met een lepel tot de chocolade volledig is gesmolten en zet de temperatuurregelaar op 40 graden
Celsius om de gesmolten chocolade warm genoeg te houden.
• Schakel de machine uit als deze lang niet wordt gebruikt, anders verandert de chocolade van smaak;
• Voeg geen water toe als de gesmolten chocolade te plakkerig wordt; voeg een beetje slaolie of
cacaoboter toe;
5. Schakel na gebruik de machine uit en trek de stekker uit het stopcontact.
6. Zet de machine stop als er iets ongewoons gebeurt; de machine kan weer in gebruik worden geno-
men nadat alle storingen zijn verholpen.