174
1
Basishandelingen
van de camera
2
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
3
Andere opnamemodi
4
P-modus
5
Tv-, Av-, M- en C-modus
6
Afspeelmodus
7
Wi-Fi-functies
8
Menu Instellingen
9
Accessoires
10
Bijlage
Index
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Er worden geen AF-kaders weergegeven en de camera stelt niet scherp
wanneer de ontspanknop half wordt indrukt.
● Om de AF-kaders weer te geven en de camera goed te laten scherpstellen,
probeert u de gebieden met veel contrast in het centrum van de compositie te
plaatsen voordat u de ontspanknop half indrukt. Of probeer de ontspanknop
meerdere malen half in te drukken.
De onderwerpen in de opnamen zijn te donker.
● Klap de itser uit en stel de itsmodus in op [ ] (
=
88).
● Pas de helderheid aan met behulp van belichtingscompensatie (
=
74).
● Pas het contrast aan met i-Contrast (
=
77,
=
123).
● Gebruik AE lock of spotmeting (
=
74,
=
74).
De onderwerpen zijn te helder, de highlights zijn vervaagd.
● Klap de itser in en stel de itsmodus in op [ ] (
=
34).
● Pas de helderheid aan met behulp van belichtingscompensatie (
=
74).
● Gebruik AE lock of spotmeting (
=
74,
=
74).
● Verminder de belichting van het onderwerp.
De opnamen zijn te donker, ondanks dat er is geitst (
=
37).
● Maak de opname binnen het bereik van de its (
=
196).
● Pas de helderheid aan met behulp van itsbelichtingscompensatie of door het
itsuitvoerniveau te wijzigen (
=
89,
=
95).
● Verhoog de ISO-waarde (
=
75).
De onderwerpen in geitste foto’s zijn te helder, de highlights zijn vervaagd.
● Maak de opname binnen het bereik van de its (
=
196).
● Klap de itser in en stel de itsmodus in op [
] (
=
34).
● Pas de helderheid aan met behulp van itsbelichtingscompensatie of door het
itsuitvoerniveau te wijzigen (
=
89,
=
95).
Er verschijnen witte vlekken in geitste opnamen.
● Dit komt doordat het licht van de itser wordt weerspiegeld door stof- of andere
deeltjes in de lucht.
Opnamen zien er korrelig uit.
● Verlaag de ISO-waarde (
=
75).
● Hoge ISO-waarden kunnen in sommige opnamestanden leiden tot korrelige
beelden (
=
55).
De onderwerpen hebben rode ogen.
● Stel [Lamp Aan] in op [Aan] (
=
52). Het licht voor rode-ogenreductie (
=
4)
wordt geactiveerd bij foto’s die met de itser worden gemaakt. U krijgt de beste
resultaten als uw onderwerpen naar het licht voor rode-ogenreductie kijken.
Probeer ook om de verlichting binnenshuis te verbeteren of dichter bij het
onderwerp te gaan.
● Bewerk beelden met Rode-ogencorrectie (
=
123).
Opnamen maken
Er kunnen geen opnamen worden gemaakt.
● Druk in de afspeelmodus (
=
103) de ontspanknop half in (
=
27).
Vreemde weergave op het scherm bij weinig licht (
=
29).
Vreemde weergave op het scherm bij opnamen.
● Houd er rekening mee dat de volgende weergaveproblemen niet op foto’s worden
vastgelegd, maar wel in lms worden opgenomen.
- Als u opnamen maakt bij TL- of LED-verlichting kan het scherm ikkeren en
kan een horizontale band verschijnen.
Weergave op het volledige scherm is tijdens het opnemen niet
beschikbaar (
=
49).
Er is geen datumstempel aan de beelden toegevoegd.
● Hoewel datumstempels met deze camera niet aan beelden kunnen worden
toegevoegd, kunnen beelden als volgt met de datum worden afgedrukt.
- Gebruik de software om af te drukken.
Zie “Softwarehandleiding” (
=
163) voor uitgebreide informatie.
- Gebruik de printerfuncties om af te drukken.
[ ] knippert op het scherm wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt en
opnemen is niet mogelijk (
=
37).
[
] verschijnt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt (
=
37).
● Stel [IS modus] in op [Continu] (
=
91).
● Klap de itser uit en stel de itsmodus in op [
] (
=
88).
● Verhoog de ISO-waarde (
=
75).
● Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen om de camera stil
te houden. In dit geval moet u [IS modus] instellen op [Uit] (
=
91).
De opnamen zijn niet scherp.
● Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen op het onderwerp en druk de
knop daarna volledig in om een opname te maken (
=
27).
● Zorg dat de onderwerpen zich binnen het scherpstelbereik bevinden (
=
196).
● Stel [AF-hulplicht] in op [Aan] (
=
52).
● Bevestig dat onnodige functies zoals macro worden uitgeschakeld.
● Probeer op te nemen met de focusvergrendeling of AF-vergrendeling
(
=
83,
=
87).
Opnamen zijn wazig.
● Afhankelijk van de omstandigheden tijdens de opname kan vervaging van
beelden optreden wanneer Touch Shutter wordt gebruikt. Houd de camera stil
tijdens de opname.