NS-SW1000

Yamaha NS-SW1000 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Yamaha NS-SW1000 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
3 Es
CONTROLES Y SUS FUNCIONES
1
2
3
4
Superior
Delantero
5
B
D
C
E
67 8 9@
A
Trasero
i Nl
Dank u voor het kiezen van dit Yamaha product.
Gelieve de volgende voorzorgsmaatregelen te lezen
alvorens het toestel te gebruiken. Yamaha is niet
aansprakelijk voor schade en/of letsels die zijn veroorzaakt
doordat onderstaande voorzorgsmaatregelen niet in acht
zijn genomen.
Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties
uit uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig
door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek
zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken.
Plaats dit toestel op een koele, droge, propere plaats - niet
in de buurt van ramen of warmtebronnen, noch op
plaatsen die onderhevig zijn aan hevige trillingen, veel
stof, vocht of koelte. Plaats het toestel niet in de buurt
van mogelijke storingsbronnen (transformators,
motoren). Stel dit toestel niet bloot aan regen of water
om het risico op brand of elektrische schokken te
voorkomen.
De gebruikte spanning moet dezelfde zijn als de
spanning die is aangegeven op het achterpaneel. Gebruik
van dit apparaat met een hogere spanning dan
aangegeven is gevaarlijk en kan brand en/of elektrische
schokken veroorzaken.
Oefen nooit overmatige kracht uit op de schakelaars,
bedieningselementen of op de aansluitkabels. Bij het
verplaatsen van het toestel, dient u eerst de stekker uit het
stopcontact te trekken en de verbindingen met overige
apparaten los te maken. Trek nooit aan de kabels zelf.
Wanneer u het apparaat gedurende een langere periode
niet gaat gebruiken (bv. vakantie, enz.) dient u de stekker
steeds uit het stopcontact te trekken.
Trek tijdens een onweer de stekker uit het stopcontact
om schade als gevolg van blikseminslag te voorkomen.
Aangezien dit apparaat uitgerust is met een ingebouwde
vermogensversterker, straalt het achterpaneel hitte uit.
Plaats het apparaat niet tegen een muur en laat minstens
20 cm ruimte aan de bovenzijde, achterzijde, links en
rechts van het apparaat om beschadiging of brand te
voorkomen. Plaats het apparaat ook niet met het
achterpaneel naar beneden gericht op de grond of op een
ander oppervlak.
Dek het achterpaneel van dit apparaat niet af met
kranten, tafeldoeken, gordijnen, enz. anders kan de
warmte niet worden afgegeven. Als de temperatuur in dit
apparaat stijgt, kan dit brand, schade aan het toestel en/of
lichamelijke letsels veroorzaken.
De volgende voorwerpen mogen niet op dit toestel
worden geplaatst:
- Glas, porselein, klein metaal, etc.
Indien glas, etc., valt als gevolg van trillingen en in
stukken breekt, kan lichamelijk letsel het gevolg zijn.
- Een brandende kaars, etc.
Als de kaars valt door trillingen, kan dit brand en
lichamelijke letsel veroorzaken.
- Voorwerpen die water bevatten
Als het voorwerp valt door trillingen en het water loopt
eruit, kan dit de luidspreker beschadigen en/of kunt u een
elektrische schok krijgen.
Plaats dit toestel niet op een plaats waar er waterdruppels
e.d. op kunnen vallen. Anders kan dit brand, schade aan
het toestel en/of lichamelijke letsels veroorzaken.
Steek nooit uw hand of een vreemd voorwerp in de YST-
poort aan de rechterzijde van dit toestel. Neem de poort niet
vast wanneer u het toestel verplaatst. Dit kan lichamelijke
letsel en/of schade aan het toestel veroorzaken.
Plaats nooit een breekbaar voorwerp naast de YST-poort
van dit toestel. Als het voorwerp valt als gevolg van de
luchtdruk, kan dit schade aan het toestel en/of
lichamelijke letsel veroorzaken.
Open nooit de behuizing. Dit kan een elektrische schok
veroorzaken, aangezien dit apparaat gebruik maakt van
hoogspanning. Dit kan eveneens lichamelijke letsel en/of
beschadigingen aan het toestel veroorzaken. Raadpleeg
uw verdeler wanneer er een vreemd voorwerp in het
toestel terechtgekomen is.
Als u een luchtbevochtiger gebruikt, moet u condensatie
in dit toestel voorkomen. Voorzie hiervoor voldoende
ruimte rond dit toestel of voorkom overmatige
bevochtiging. Condensatie kan brand, schade aan het
toestel en/of elektrische schokken veroorzaken.
De krachtige lage frequenties die door dit toestel worden
voortgebracht, kunnen bij gebruik van een platenspeler
leiden tot huilende geluiden. Plaats in dergelijk geval het
toestel op een afstand van de platenspeler.
Dit toestel kan beschadigd worden als bepaalde geluiden
ononderbroken worden uitgevoerd met een hoog
volumeniveau. Wanneer bijvoorbeeld sinusgolven van
20 Hz - 100 Hz van een testdisc of lage tonen van
elektronische instrumenten, enz. ononderbroken worden
uitgevoerd, of wanneer de naald van een platenspeler op
een plaats wordt geplaatst, moet u het volume verlagen
om te voorkomen dat dit apparaat wordt beschadigd.
Indien u merkt dat het toestel vervormde geluiden
voortbrengt (d.w.z. onnatuurlijke, “kloppende” of
“tikkende” geluiden die zich met tussenpozen
voordoen), dient u het volume te verlagen. Door de lage
frequentietonen van de soundtrack van een film of
soortgelijke luide stukken popmuziek met een
buitengewoon hoog volume af te spelen, wordt het
luidsprekersysteem mogelijk beschadigd.
De trillingen die worden veroorzaakt door ultralage
frequenties kunnen het tv-beeld vervormen. Plaats in
dergelijk geval het toestel op een afstand van de tv.
Probeer nooit dit toestel te reinigen met behulp van
chemische reinigingsmiddelen, aangezien dit de afwerking
kan beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek.
Lees de sectie “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over
veel voorkomende vergissingen bij de bediening, vóór u
de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect
vertoont.
Plaats dit toestel in de buurt van een stopcontact op een
plek waar u de stekker gemakkelijk kunt bereiken.
Installatie van het toestel op een veilige plaats is de
verantwoordelijkheid van de eigenaar. Yamaha is
niet aansprakelijk voor ongevallen veroorzaakt door
onjuiste plaatsing of installatie van de luidsprekers.
LET OP: Lees het volgende voor u uw toestel in gebruik neemt.
WAARSCHUWING
STEL HET APPARAAT NIET BLOOT AAN REGEN OF
VOCHT OM HET RISICO OP BRAND OF ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VOORKOMEN.
ii Nl
Nederlands
KENMERKEN................................................................1
GELEVERD ACCESSOIRE .........................................1
OPSTELLING.................................................................2
Plaatsing van de subwoofer(s)....................................2
BEDIENINGSELEMENTEN EN HUN FUNCTIES ...3
AANSLUITINGEN.........................................................5
Aansluiting op de lijnuitgangsaansluitingen
(pin-uitgang) van de versterker..............................5
Aansluiting op de
luidsprekeruitgangsaansluitingen van de
versterker ...............................................................6
Aansluiting op de INPUT1/OUTPUT-aansluitingen
van de subwoofer
.........................................................7
Systeemaansluitingen .................................................7
Het netsnoer aansluiten...............................................8
AUTOMATISCHE IN- EN UITSCHAKELFUNCTIE
........8
Instelling van de AUTO STANDBY schakelaar........8
DE BALANS BIJSTELLEN ..........................................9
Frequentiekarakteristieken van de subwoofer ..........11
ADVANCED YAMAHA ACTIVE SERVO
TECHNOLOGY II .......................................................12
Twisted Flare Port.........................................................12
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN................................13
SPECIFICATIES ..........................................................14
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten
zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het
toestel zelf uitgeschakeld. In deze toestand is dit toestel
ontworpen om slechts een zeer kleine hoeveelheid
stroom te gebruiken.
Zorgen voor de luidspreker
Om het smetteloze glanzende oppervlak van de
gepolijste afwerking te behouden veegt u dit af met een
zachte, droge doek. Om schade aan de afwerking te
voorkomen, gebruik geen chemische oplosmiddelen
zoals alcohol, benzine, verdunner, insecticide, enz.
Gebruik ook geen vochtige doek, of wat voor doekjes
dan ook die chemische oplosmiddelen bevatten, en doe
geen plastic of vinyl vel op de luidspreker. Anders kan
de afwerking afschilferen, de kleur vervagen of het vel
kan aan het oppervlak blijven kleven.
Yamaha beveelt aan dat u een Yamaha Unicon doekje
gebruikt (los verkrijgbaar). Gebruik voor zwaar vuil een
Yamaha Piano Unicon (los verkrijgbaar). U kunt een
Yamaha Unicon doekje en Piano Unicon kopen bij uw
dichtstbijzijnde Yamaha dealer.
Informatie voor gebruikers van inzameling en
verwijdering van oude apparaten.
Dit teken op de producten,
verpakkingen en/of bijgaande
documenten betekent dat gebruikte
elektrische en elektronische producten
niet mogen worden gemengd met
algemeen huishoudelijk afval.
Breng alstublieft voor de juiste
behandeling, herwinning en hergebruik
van oude producten deze naar daarvoor
bestemde verzamelpunten, in
overeenstemming met uw nationale
wetgeving en de instructies 2002/96/
EC.
Door deze producten juist te
rangschikken, helpt u het redden van
waardevolle rijkdommen en voorkomt u
mogelijke negatieve effecten op de
menselijke gezondheid en de omgeving,
welke zich zou kunnen voordoen door
ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het
inzamelen en hergebruik van oude
producten kunt u contact opnemen met
uw plaatselijke gemeente, uw
afvalverwerkingsbedrijf of het
verkooppunt waar u de artikelen heeft
gekocht.
[Informatie over verwijdering in ander
landen buiten de Europese Unie]
Dit symbool is alleen geldig in de
Europese Unie. Mocht u artikelen weg
willen gooien, neem dan alstublieft
contact op met uw plaatselijke
overheidsinstantie of dealer en vraag
naar de juiste manier van verwijderen.
INHOUD
1
2
1 Nl
Uitgerust met de Yamaha digitale versterker met een hoog vermogen van
1.000 W
Dit subwoofersysteem maakt gebruik van de Advanced Yamaha Active
Servo Technology II voor ultralage tonen van superieure kwaliteit.
Twee soorten ingangen om verbinding te maken
De subwoofer kan aangesloten worden via de subwooferuitgang of de
luidsprekeruitgang, wat een onbeperkt aantal audiosysteemcombinaties mogelijk maakt.
Regelaars gebruiken om de beste ultralage tonen te produceren
Voor een efficiënt gebruik van de subwoofer dienen de ultralage klanken van de
subwoofer overeen te stemmen met de klanken van uw voorluidsprekers. Om de beste
geluidskwaliteit te creëren voor allerlei luistersituaties, kunt u de geluidsweergave
aanpassen met de HIGH CUT-regelaar en de PHASE-schakelaar.
Automatisch schakelen tussen ON/STANDBY
Met de AUTO STANDBY (HIGH/LOW/OFF)-schakelaar wordt er automatisch
geschakeld tussen ON/STANDBY door na te gaan of er signalen uitgevoerd worden via
de versterker. Een automatische in- en uitschakelfunctie bespaart u de moeite van het
indrukken van de ON/STANDBY-toets om het toestel in of uit te schakelen.
De subwoofer kan verbonden worden met een Yamaha-component voor
gelijktijdige in- en uitschakeling.
Gebruik de geleverde systeemcontrolekabel om de subwoofer te verbinden met een
Yamaha-component die beschikt over een systeemaansluiting. Wanneer u de verbonden
component in- of uitschakelt, wordt de subwoofer ook in- of uitgeschakeld.
Uitgerust met de Twisted Flare Port die zorgt voor indrukwekkende
ultralage tonen
De verwijde, iets getwiste vorm verstrooit de vortex van lucht die rondom de rand van
de poort wordt gegenereerd, waardoor een vloeiende luchtstroom wordt gevormd. Dit
vermindert de externe ruis die niet in het originele ingangssignaal aanwezig is en biedt
een heldere, nauwkeurige reproductie van lage frequenties.
Produceert basgeluiden die passend zijn voor de bron
De subwoofer kan ook een basgeluid produceren dat passend is voor de bron.
Het toestel bevat een B.A.S.S.-schakelaar waarmee u een baseffect kunt selecteren dat
passend is voor de bron.
Controleer na het uitpakken of het volgende onderdeel aanwezig is.
KENMERKEN GELEVERD ACCESSOIRE
Zorg dat er een tweede persoon aanwezig is om
het toestel te ondersteunen.
Is dit niet het geval, dan kan het vallen en letsels
veroorzaken.
Systeemcontrolekabel (5 m x 1) Netsnoer
OPGELET
Opmerkingen bij het uitpakken
2 Nl
Nederlands
Aangezien de lage frequenties van audiosignalen lange golflengten hebben, zijn ze bijna niet richtingsgevoelig voor menselijke oren. De ultralage tonen creëren geen stereobeeld. Daarom
kan een enkele subwoofer genoeg zijn om ultralage tonen van hoge kwaliteit te produceren. Het gebruik van twee subwoofers (vergelijkbaar met L en R voorluidsprekers) kan uw
akoestische ervaring echter verbeteren.
Plaats de subwoofer zoals weergegeven op afb. , of voor een optimaal effect. : subwoofer : voorluidspreker
Gebruik van één subwoofer
Plaats de subwoofer aan de buitenzijkant van de linker of
rechter voorluidspreker.
De subwoofer tussen de linker en rechter
voorluidsprekers plaatsen
Als u de subwoofer tussen de linker en rechter
voorluidsprekers plaatst, dient u het voor een beter effect
iets in een hoek, richting de muur te plaatsen.
Gebruik van twee subwoofers
Plaats ze aan de buitenste zijkant van elke voorluidspreker.
Als u de subwoofers te dicht bij een CRT-tv plaatst, kan dit de kleuren nadelig beïnvloeden of een zoemgeluid veroorzaken. Plaats de subwoofers en de tv in dat geval op aparte posities zodat deze
effecten niet merkbaar zijn. Dit probleem valt niet voor met lcd- en plasma-tv's.
Als het volume van de luidspreker zeer luid is, kunnen meubels of vensterglas resoneren en kan de subwoofer zelf trillen. Verlaag in dat geval het volume. Om de resonantie te beperken, gebruikt
u een dik gordijn of een soortgelijk kleed dat geluidstrillingen efficiënt kan absorberen. Ook kan het veranderen van de positie van de subwoofer nuttig zijn.
OPSTELLING
Plaatsing van de subwoofer(s)
A
B C
A
of
B
of
C
Opmerking
Het is ook mogelijk om het toestel te plaatsen zoals op de afbeelding rechts getoond wordt. Als het subwoofersysteem echter rechtstreeks op een
muur wordt gericht, kan het baseffect eronder lijden wegens fase-uitdoving, veroorzaakt door storingen tussen directe en weerkaatste geluiden.
Om dit te vermijden, dient het subwoofersysteem in een hoek te worden geplaatst. (afbeeldingen , en )
A B C
Het kan het geval zijn dat u niet
genoeg ultralage tonen kunt
verkrijgen uit de subwoofer als
gevolg van staande golven.
Opmerking
4 Nl
Nederlands
BEDIENINGSELEMENTEN EN HUN FUNCTIES
1 Indicator
2 VOLUME-regelaar() bladzijde 10)
Hiermee wordt het volumeniveau ingesteld. Draai de regelaar met de klok mee om het
volume te verhogen en tegen de klok in om het volume te verlagen.
3 STANDBY/ON-schakelaar
Terwijl de POWER-schakelaar op ON staat, drukt u op deze schakelaar om de voeding
naar de subwoofer in te schakelen. Het groene indicatorlampje zal branden. Druk
opnieuw op de schakelaar om de voeding naar de subwoofer uit te schakelen. Het
indicatorlampje gaat uit.
4 Twisted Flare Port () bladzijde 12)
Geeft ultralage tonen weer.
5 OUTPUT (TO SPEAKERS)-aansluitingen () bladzijde 6)
Gebruik deze voor aansluiting op de hoofdluidsprekers. Signalen van de INPUT1
aansluitingen worden naar deze aansluitingen gezonden.
6 INPUT2 (NORMAL)-aansluitingen () bladzijde 5)
Gebruik deze aansluitingen voor de invoer van lijnniveausignalen vanaf de versterker.
7 INPUT3 (LFE)-aansluiting () bladzijde 5)
Indien u een versterker (of ontvanger) gebruikt die hoge frequenties kan begrenzen van
signalen die naar de subwoofer worden gestuurd, dient u die versterker aan te sluiten
op de INPUT3 (LFE)-aansluiting(en) van de subwoofer.
De HIGH CUT-regelaar D heeft geen effect op de signaalinvoer naar de INPUT 3
LFE-aansluiting.
8 AUTO STANDBY (HIGH/LOW/OFF)-schakelaar () bladzijde 8)
Deze schakelaar staat standaard in de stand OFF. Door deze schakelaar in de stand
HIGH of LOW te zetten, functioneert de automatische in- en uitschakelfunctie van de
subwoofer. Als u deze functie niet gebruikt, laat u de schakelaar op OFF staan.
Zorg ervoor dat de POWER-schakelaar in de OFF-stand is voordat u de AUTO STANDBY
schakelaar instelt.
9 PHASE-schakelaar () bladzijde 10)
Deze schakelaar moet in de stand REV (omkeerstand) worden gezet. Afhankelijk van uw
luidsprekers of luistersituatie, kunt u echter in bepaalde gevallen een betere geluidskwaliteit
verkrijgen door deze schakelaar in de stand NORM (normaal) te zetten. Kies de stand die u
het best vindt klinken.
@ B.A.S.S.-schakelaar (Bass Action Selector System) () bladzijde 10)
Wanneer deze schakelaar ingesteld is op MUSIC, worden de
lage tonen in audiosoftware goed weergegeven. Wanneer
deze schakelaar wordt ingesteld op MOVIE, worden de lage
tonen in videosoftware goed weergegeven.
A SYSTEM CONNECTOR-aansluiting () bladzijde 7)
Sluit hier de geleverde systeemcontrolekabel aan. Als u de systeemcontrolekabel
gebruikt om een subwoofer te verbinden met Yamaha component (die voorzien is van
een systeemaansluiting), wordt met het in- of uitschakelen van de verbonden
component automatisch de subwoofer aan- of uitgezet.
B INPUT1 (FROM AMPLIFIER)-aansluitingen () bladzijde 6)
Via deze aansluitingen kan de subwoofer worden aangesloten op de
luidsprekeraansluitingen van de versterker.
C AC IN () bladzijde 8)
Sluit hierop het bijgeleverde netsnoer aan.
D HIGH CUT-regelaar () bladzijde 9)
Stelt het punt in waarop de hoge frequenties worden
begrensd.
Frequenties die hoger zijn dan de met deze regelaar
ingestelde frequentie worden allemaal begrensd (en
niet uitgevoerd).
E POWER-schakelaar
Zet deze schakelaar tijdens normaal gebruik op ON. Als u van plan bent om de
subwoofer gedurende een lange tijd niet te gebruiken, zet u de schakelaar op OFF.
Groen:
Rood:
Uit:
De subwoofer is ingeschakeld.
De automatische in- en uitschakelfunctie is geactiveerd en de subwoofer
staat in de stand-bymodus.
De subwoofer is uitgeschakeld.
De subwoofer gebruikt een klein beetje energie in de stand-bymodus.
Opmerking
* Eén gradatie van
deze regelaar
komt overeen met
10 Hz.
5 Nl
Kies uit de volgende twee aansluitmethoden de methode die het meest geschikt is voor uw
audiosysteem.
Kies deze methode als uw versterker (een) lijnuitgangsaansluiting(en)
(pin-uitgang) heeft. () bladzijde 5)
Kies deze methode als uw versterker geen lijnuitgangsaansluiting(en)
(pin-uitgang) heeft. () bladzijde 6)
Haal de stekker van de subwoofer en overige audio-/videocomponenten eruit voordat u aansluitingen
maakt en doe de stekker er niet opnieuw in totdat alle aansluitingen voltooid zijn.
De aansluitmethoden en aansluitingsnamen op uw component (zoals een versterker of ontvanger)
kunnen verschillen van die die gebruikt zijn in dit boek. Raadpleeg de bij uw component geleverde
gebruikershandleiding.
Alle verbindingen moeten correct zijn: L (links) met L, R (rechts) met R, "+" met "+" en "–" met "–".
Audiosignalen die binnenkomen via de /MONO- en INPUT 2-aansluitingen op de subwoofer worden niet weergegeven via de OUTPUT (TO SPEAKERS)-aansluitingen.
Aansluiten van één subwoofer
Sluit de SUBWOOFER-aansluiting (of LOW PASS enz.) op de achterzijde van de versterker
(of AV-ontvanger) aan op de /MONO INPUT2-aansluiting van de subwoofer met behulp
van
een los verkrijgbare monokabel met pinstekker
(
1
).
Of:
Gebruik bij het aansluiten van de subwoofer op de SPLIT SUBWOOFER-aansluitingen (met
L- en R-kanalen) op het achterpaneel van de versterker
een los verkrijgbare audiokabel met
pinstekker
(
2
) om de /MONO INPUT2-aansluiting met de "L"-zijde en de INPUT2-
aansluiting met de "R"-zijde van de SPLIT SUBWOOFER-aansluitingen te verbinden.
Aansluiten van twee subwoofers
Op de INPUT3 (LFE)-aansluiting verbinding maken
Indien u een versterker (of ontvanger) gebruikt die hoge
frequenties kan begrenzen van signalen die naar de subwoofer
worden gestuurd, dient u die versterker aan te sluiten op de
INPUT3 (LFE)-aansluiting(en) van de subwoofer.
Dit verhoogt de geluidskwaliteit doordat het traject van het
signaal in de subwoofer verkort wordt door het vermijden van
het ingebouwde HIGH CUT-circuit.
AANSLUITINGEN
1
2
Opmerking
Aansluiting op de lijnuitgangsaansluitingen (pin-uitgang) van de versterker
1
Opmerking
1
2
1 Monokabel met pinstekkers
2 Audiokabel met pinstekkers
Subwoofer
Versterker of
ontvanger
1
1
Monokabel met pinstekkers
1
Subwoofer
Subwoofer
Versterker of
ontvanger
7 Nl
Zorg ervoor dat de luidsprekerkabels correct worden aangesloten,
rekening houdend met de "+" en "–" polariteitsaanduidingen. Als
de kabels verkeerd worden aangesloten, zal het geluid
onnatuurlijk klinken en zal de basklank zwak zijn.
Voorkom dat de onbedekte uiteinden van de luidsprekerkabels
met elkaar in contact komen. Dit kan de subwoofer en/of de
versterker beschadigen.
Als de aansluitingen verkeerd zijn, komt er geen geluid uit de
subwoofer en/of de luidsprekers. Doe de isolatie niet in het gat. Er
wordt mogelijk geen geluid weergegeven.
Maak de luidsprekerkabels vast aan de vloer om ongelukken te
vermijden door erover te vallen.
n Alvorens aan te sluiten
Verwijder de isolatie van de punt
van de luidsprekerkabel en draai
daarna de kerndraaien samen
zodat zij niet verward raken en
kortsluiting veroorzaken.
n Aansluiten
1. Draai de knop van de
aansluiting los, zoals
weergegeven in de
afbeelding.
2. Voer de onbedekte
draad in.
3. Draai de knop vast.
4. Controleer of de
aansluiting stevig vastzit door dicht bij de aansluiting
lichtjes aan het snoer te trekken.
Aansluiting op de INPUT1/OUTPUT-
aansluitingen van de subwoofer
n Aansluiten met de bananenstekker
1. Draai de knop van de
aansluiting vast.
2. Plaats de bananens-
tekker gewoon in de
aansluiting.
Opmerking
15 mm
Goed Niet goed
2
1
3
Rood:
positief (+)
Zwart:
negatief (
)
2
1
Als u de meegeleverde systeemcontrolekabel gebruikt om een subwoofer op een Yamaha-component aan te sluiten (die
een systeemaansluiting heeft, zoals een component van de YSP-serie of Yamaha-ontvanger), zal het aangesloten
component tijdens in- en uitschakelen van de voeding, automatisch de subwoofer in- of uitschakelen.
Aansluitingsvoorbeeld
Werking van de systeemverbinding
De POWER-schakelaar op het achterpaneel () bladzijde 4) moet vooraf op ON worden gezet.
Als u de instellingen van de aangesloten componenten wilt wijzigen, raadpleegt u de gebruikershandleiding die geleverd is bij
de desbetreffende component.
Als u het toestel tijdens de systeemverbinding uitschakelt door op de STANDBY/ON-schakelaar op het voorpaneel te drukken
() bladzijde 4), knippert de indicator (groen) traag om u erop te wijzen dat de verbonden component op ON staat. Als u
nogmaals op de STANDBY/ON-schakelaar drukt of de verbonden component nogmaals inschakelt, wordt het toestel in de stand
ON gezet en gaat de indicator (groen) branden.
De indicator tijdens systeemverbinding
* Licht alleen op wanneer de AUTO STANDBY-schakelaar op LOW of HIGH staat.
Systeemaansluitingen
Wanneer de aangesloten component wordt
aangezet, wordt de subwoofer automatisch
ingeschakeld.
* Het groene indicatorlampje brandt.
Wanneer de aangesloten component wordt uitgezet,
wordt de subwoofer automatisch uitgeschakeld.
* De indicator gaat uit.
Indicatorstatus Groen licht Rood licht*
Groen licht
(knippert traag)
Uit
Voeding van de verbonden component Aan Aan Aan Uit
Voeding van het toestel Aan
Aan
(stand-by)
Uit Uit
Subwoofer
Bijgeleverde
systeemcontrolekabel
Yamaha-component van YSP-serie of
Yamaha-ontvanger
8 Nl
Nederlands
Sluit het bijgeleverde netsnoer aan op AC IN van dit toestel
nadat u alle andere aansluitingen doorgevoerd hebt, en sluit
het netsnoer daarna aan op een stopcontact.
Gebruik geen andere netsnoeren. Gebruik de bijgeleverde
kabel. Als u een ander netsnoer gebruikt, kan dit brand of
elektrische schokken veroorzaken.
Gebruik alleen het netsnoer dat bij dit toestel geleverd is. Als
u een ander netsnoer dan het bijgeleverde snoer gebruikt,
kan dit brand of schade aan dit toestel veroorzaken.
Sluit het netsnoer niet aan op de netvoeding van uw
versterker. Doet u dit wel, dan kan het geluid vervormd
worden of kan uw versterker uitgeschakeld worden.
Het netsnoer aansluiten
Naar het stopcontact
Opmerking
Deze functie plaatst de subwoofer automatisch in de stand-bymodus als de subwoofer gedurende een bepaalde tijd geen signaal
van de versterker detecteert. De subwoofer wordt automatisch ingeschakeld zodra deze een signaal van de versterker detecteert.
De automatische in- en uitschakelfunctie werkt als volgt wanneer de AUTO STANDBY (HIGH/LOW/OFF)-schakelaar is
ingesteld op LOW of HIGH. (Stel de schakelaar normaal in op LOW.)
Werking van de automatische in- en uitschakelfunctie
*1
Wanneer de automatische in- en uitschakelfunctie is ingeschakeld, detecteert de subwoofer lage tonen van minder dan 200 Hz (zoals geluidseffecten
van een explosie in actiefilms, geluid van een basgitaar of basdrum enz.).
*2
Deze waarde kan variëren afhankelijk van de systeemomgeving. De waarde kan bijvoorbeeld worden beïnvloed door geluid dat gegenereerd
wordt door andere apparatuur.
De POWER-schakelaar op het achterpaneel () bladzijde 4) moet vooraf op ON worden gezet.
De automatische in- en uitschakelfunctie kan geactiveerd worden wanneer er aan de volgende voorwaarden voldaan is:
- Het toestel staat op ON.
- De AUTO STANDBY-schakelaar staat op LOW of HIGH.
Als u op de STANDBY/ON-schakelaar op het voorpaneel () bladzijde 4) drukt en het toestel op OFF wordt gezet terwijl de
stand-bystand geactiveerd is (de indicator brandt rood), wordt de automatische in- en uitschakelfunctie geannuleerd. Als u
nogmaals op de STANDBY/ON-schakelaar drukt of de component die aangesloten is via de systeemverbinding nogmaals
inschakelt, wordt het toestel in de stand ON gezet en kan de automatische in- en uitschakelfunctie opnieuw geactiveerd worden.
Zorg ervoor dat de POWER-schakelaar in de OFF-stand staat voordat u de AUTO STANDBY-schakelaar instelt.
LOW: De automatische in- en uitschakelfunctie wordt geactiveerd op een bepaald niveau van het ingangssignaal. Om
deze functie in te schakelen, selecteert u deze stand.
HIGH:Indien de automatische in- en uitschakelfunctie niet goed werkt wanneer de AUTO STANDBY-schakelaar is
ingesteld op LOW, selecteert u deze stand. Indien de functie nog steeds niet werkt, verhoogt u het LFE LEVEL
een beetje op de versterker.
OFF:
De automatische in- en uitschakelfunctie kan onverwacht geactiveerd worden als gevolg van de systeemomgeving,
bijvoorbeeld als de subwoofer geluid gegenereerd door de randapparatuur detecteert. In dit geval selecteert u deze stand
om de automatische in- en uitschakelfunctie uit te schakelen en schakelt u het toestel handmatig in of uit met behulp van
de POWER- of de STANDBY/ON-schakelaar.
De subwoofer gebruikt een klein beetje energie in de automatische stand-bymodus.
Als u van plan bent om de subwoofer gedurende lange tijd niet te gebruiken, stelt u de POWER-schakelaar op de achterzijde
in op OFF of haalt u het netsnoer uit het stopcontact.
AUTOMATISCHE IN- EN UITSCHAKELFUNCTIE
De subwoofer komt automatisch in de stand-bymodus
terecht als deze gedurende 7 of 8 minuten (*2) geen
ingangssignaal (*1) ontvangt van de versterker.
* De kleur van de indicator verandert van groen in rood.
Wanneer de subwoofer een ingangssignaal (*1)
detecteert vanaf de versterker, wordt de subwoofer
automatisch aangezet.
* De kleur van de indicator verandert van rood in groen.
Instelling van de AUTO STANDBY schakelaar
Opmerking
Opmerking
9 Nl
Om natuurlijk geluid te bereiken met een effectieve component voor ultralage klanken, moet u de volume- en de toonbalans bijstellen tussen de subwoofer en de voorluidsprekers. Volg
de hieronder beschreven procedure. Als uw versterker of een ander component dat op het systeem is aangesloten, subwoofer-instellingen beat, dient u op dat component de juiste
instellingen uit te voeren.
DE BALANS BIJSTELLEN
AchterpaneelVoorkant
10 Nl
Nederlands
DE BALANS BIJSTELLEN
1. Zet de VOLUME regelaar in de laagste stand (0).
2. Zet de op de subwoofer aangesloten component(en) aan.
Indien de component is verbonden met de SYSTEM CONNECTOR-aansluiting van de
subwoofer, schakelt u die component in.
3. Zet de POWER-schakelaar op ON of druk op de STANDBY/ON-schakelaar om het
toestel in te schakelen.
* Het groene indicatorlampje brandt.
4. Geef een signaalbron weer die componenten bevat met lage frequenties en stel het
uitgangsniveau van de voorluidsprekers bij tot het gewenste luisterniveau met behulp
van de volumeknop van de versterker. (Stel alle toonregelaars in op vlak.)
5. Stel de HIGH CUT-regelaar bij tot de stand waarbij de gewenste respons kan worden
verkregen.
Normaal gesproken zet u de regelaar op een niveau dat iets hoger is dan de opgegeven
frequentie* van de voorluidsprekers die minimaal weergegeven kan worden.
* De laagste frequentie die de voorluidsprekers kunnen weergeven, staat vermeld in de
luidsprekercatalogus of de gebruikershandleiding.
* De HIGH CUT-regelaar heeft geen effect op de signaalinvoer naar de INPUT 3 LFE-aansluiting.
() bladzijde 5)
6. Verhoog het volume geleidelijk om de volumebalans tussen de subwoofer en de
voorluidsprekers bij te stellen.
Normaal gesproken stelt u de regelaar in op een niveau waarbij u iets meer lage tonen
kunt verkrijgen dan wanneer de subwoofer niet gebruikt wordt.
7. Zet de PHASE-schakelaar in de stand die de natuurlijkere (of betere) fasering oplevert.
8. Zet de B.A.S.S.-schakelaar op "MOVIE" of "MUSIC" in overeenstemming met de
weergegeven bron.
MOVIE:
Wanneer er filmbronmateriaal wordt weergegeven, worden de lagefrequentie-effecten
versterkt zodat luisteraars kunnen genieten van een krachtiger geluid. (Het geluid
wordt rijker en dieper.)
MUSIC:
Wanneer er een gewone muziekbron wordt weergegeven, worden de excessieve
lagefrequentie-componenten begrensd om het geluid helderder te maken. (Het geluid
klinkt lichter en de melodielijn wordt zuiverder weergegeven.)
Zodra de volumebalans tussen de subwoofer en de voorluidsprekers is aangepast, kunt u het
volume van uw gehele geluidssysteem aanpassen met behulp van de volumeregelaar van de
versterker.
Indien u echter de voorluidsprekers vervangt, moet u deze bijstelling opnieuw doorvoeren.
PHASE-schakelaar
In de meeste situaties stelt u deze schakelaar in om de omkeerstand te selecteren.
Afhankelijk van uw luidsprekers of luistersituatie, kunt u echter in bepaalde
gevallen een betere geluidskwaliteit verkrijgen door de normale stand te selecteren.
Selecteer de betere stand door het geluid te controleren.
11 Nl
De onderstaande afbeeldingen tonen de optimale instelling van elke regelaar en de frequentie-eigenschappen bij gebruik van deze subwoofer in combinatie met een gemiddeld
voorluidsprekersysteem.
*Deze diagrammen geven geen beeld van de feitelijke eigenschappen van frequentierespons weer.
Frequentiekarakteristieken van de subwoofer
20 50 100 200 500Hz
40
50
60
70
80
90
dB
HIGH CUT 40 Hz
HIGH CUT 90 Hz
HIGH CUT 140 Hz
n In combinatie met voorluidsprekers van 10 cm
tot 13 cm doorsnede, in een akoestisch
opgehangen 2-wegsysteem
20 50 100 200 500Hz
40
50
60
70
80
90
dB
NS-SW1000
PHASE
Diagram van de frequentieres-
pons*
(70 Hz) (REV)
Voorluid-
spreker
n In combinatie met voorluidsprekers van 20 cm
tot 25 cm doorsnede, in een akoestisch
opgehangen 2-wegsysteem
20 50 100 200 500Hz
40
50
60
70
80
90
dB
NS-SW1000
Diagram van de frequentieres-
pons*
PHASE
Voorluid-
spreker
(50 Hz) (REV)
12 Nl
Nederlands
In 1988 bracht Yamaha luidsprekersystemen op de markt die gebruikmaakten van YST
(Yamaha Active Servo Technology) waardoor een dynamische en hoogwaardige weergave
van de lage tonen wordt verkregen. Deze technologie gebruikt een directe aansluiting
tussen de versterker en de luidsprekers, waardoor een getrouwe signaaloverdracht en een
nauwkeurige besturing van de luidsprekers wordt verkregen.
Deze technologie maakt gebruik van luidsprekers die aangestuurd worden via de negatieve
impedantieaandrijving van de versterker en via resonantie die tussen het volume van de
luidsprekerbehuizing en de poort wordt voortgebracht. Daardoor produceert zij meer
resonantie-energie (het "luchtwoofer"-concept) dan de conventionele basreflexmethode.
Dit maakt het mogelijk om lage tonen weer te geven via veel kleinere behuizingen dan
voordien mogelijk was.
Yamaha's nieuw ontwikkelde Advanced YST II voegt vele verbeteringen toe aan de
Yamaha Active Servo Technology, waardoor de aandrijvingen van de versterker en de
luidsprekers beter bestuurd kunnen worden. Vanuit het standpunt van de versterker,
verandert de luidsprekerimpedantie in overeenstemming met de geluidsfrequentie.
Yamaha heeft een nieuw circuit ontworpen waarin een negatieve impedantieaandrijving en
constante stroomaandrijving worden gecombineerd, zodat stabielere prestaties en een
zuivere en scherp gedefinieerde weergave van de lage tonen worden verkregen.
De hedendaagse luidsprekers met basreflex
gebruiken een Helmholtz-resonator om hun
basreproductie te verbeteren.
Tijdens het reproduceren van basklanken die
zich binnen de frequentieregio van deze
Helmholtz-resonator bevinden, beweegt lucht
zich heftig in en uit de poort, tussen de binnen-
en buitenkant van de luidspreker, waardoor
soms ruis wordt geproduceerd wegens de
turbulente luchtstroom aan het uiteinde van de
poort.
De poort en de kast resoneren op een frequentie die door hun afmetingen en vorm wordt
gevormd. De turbulentie in de luchtstroom aan het uiteinde van de poort bevat daarentegen
een groot bereik aan frequentiecomponenten die niet in het ingangssignaal aanwezig zijn.
Deze ruis doet zich voor omdat het brede bereik aan frequentiecomponenten componenten
bevat die overeenkomen met de resonante frequenties van de poort en kast, waardoor een
sterke resonantie wordt veroorzaakt.
De Twisted Flare Port is door Yamaha ontwikkeld en verandert de wijze waarop de poort
zich richting het uiteinde verwijdt. Daarnaast voegt het een "twist" toe om aan elk uiteinde
van de poort turbulentie van de luchtstroom te onderdrukken, waardoor dus wordt
vermeden dat ruis zich zal voordoen.
Dit verwijdert het "doffe geluid" en de "windruis" die tot nu toe kenmerkend waren voor
luidsprekers met basreflex. Hierdoor kan de bas helderder worden gereproduceerd.
ADVANCED YAMAHA ACTIVE SERVO TECHNOLOGY II
Lage tonen
met hoge
amplitude
Poort
Behuizing
Geavanceerde
impedantieomzetter
Active Servo
Processing-
versterker
Signalen met lage amplitude
Luchtwoofer
(Helmholtz-resonator)
Signalen
Twisted Flare Port
Klassieke poort
Luchtturbulentie aan beide uiteinden van de poort zorgt voor ruis
Luchtturbulentie
wordt
geproduceerd.
Turbulentie wordt
verspreid en
luchtstroom wordt
vloeiend.
Twisted Flare Port
13 Nl
Raadpleeg de onderstaande tabel indien het toestel niet correct functioneert.
Als de hieronder gegeven instructies niet helpen of als het probleem dat u ondervindt niet hieronder in de lijst staat, schakelt u de voeding naar het toestel uit, koppelt u het netsnoer los
en neemt u contact op met een bevoegde Yamaha-dealer of een bevoegd Yamaha-servicecentrum.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem Oorzaak Oplossing
De voeding wordt zelfs
niet geleverd als de
STANDBY/ON-
schakelaar in de stand ON
is gesteld.
De stekker van het netsnoer is niet
goed aangesloten.
Sluit de stekker goed aan.
De POWER-schakelaar is in de
stand OFF gezet.
Zet de POWER-schakelaar in de
stand ON.
De subwoofer wordt niet
automatisch aangezet via
de systeemaansluiting.
De systeemcontrolekabel is niet
goed aangesloten.
Sluit de systeemcontrolekabel op de
juiste manier aan.
De POWER-schakelaar is in de
stand OFF gezet.
Zet de POWER-schakelaar in de
stand ON.
Geen geluid.
Het volume staat in de laagste stand. Verhoog het volume.
De luidsprekerkabels zijn niet
stevig aangesloten.
Sluit de luidsprekerkabels goed aan.
Het geluid van het lage
bereik is te zacht of niet
hoorbaar.
De luidsprekerkabels zijn niet juist
aangesloten.
Verbind de kabels correct, dus
L (links) met L, R (rechts) met R,
"+" met "+" en "–" met "–".
De instelling van de PHASE
schakelaar is niet juist.
Zet de PHASE schakelaar in de
andere stand.
Een brongeluid met weinig lage
frequenties wordt afgespeeld.
Geef een geluidsbron weer met lage
frequenties.
Zet de HIGH CUT-regelaar in een
hogere stand.
Het geluid wordt beïnvloed door
staande golven.
Plaats de subwoofer op een andere
plaats of verander de plaatsingshoek
ervan.
Er worden geen lage tonen
weergegeven via de versterker.
Controleer de instelling voor de
weergave van lage tonen van de
versterker.
De subwoofer wordt niet
automatisch ingeschakeld.
De POWER-schakelaar is in de
stand OFF gezet.
Zet de POWER-schakelaar in de
stand ON.
De STANDBY/ON-schakelaar is in
de stand STANDBY gesteld.
Stel de STANDBY/ON-schakelaar
in de stand ON.
De AUTO STANDBY-schakelaar
is in de stand OFF gezet.
Zet de AUTO STANDBY-
schakelaar in de stand HIGH of
LOW.
Het niveau van het ingangssignaal
is te laag.
Stel de AUTO STANDBY-
schakelaar in op de stand HIGH en
verhoog het uitgangsniveau van de
versterker.
De subwoofer wordt niet
automatisch ingeschakeld.
Er worden geen lage tonen
weergegeven via de versterker.
Controleer de instelling voor de
weergave van lage tonen van de
versterker.
De subwoofer gaat niet
automatisch in de stand-
bymodus.
De subwoofer wordt geactiveerd
door ruis van externe apparaten enz.
Verplaats de subwoofer verder uit de
buurt van zulke apparaten en/of
verplaats de aangesloten
luidsprekerkabels.
Zet de AUTO STANDBY-
schakelaar in de stand HIGH of
LOW.
De AUTO STANDBY-schakelaar
is in de stand OFF gezet.
Zet de AUTO STANDBY-
schakelaar in de stand HIGH of
LOW.
De subwoofer gaat
onverwacht in de stand-
bymodus.
Het niveau van het ingangssignaal
is te laag.
Stel de AUTO STANDBY-
schakelaar in op de stand HIGH en
verhoog het uitgangsniveau van de
versterker.
De subwoofer wordt
plotseling ingeschakeld.
De subwoofer wordt geactiveerd
door ruis van externe apparaten enz.
Verplaats de subwoofer verder uit de
buurt van zulke apparaten en/of
verplaats de aangesloten
luidsprekerkabels.
Indien de AUTO STANDBY-
schakelaar op HIGH staat, zet u deze
op LOW. Of stel de AUTO
STANDBY-schakelaar in op de
stand OFF.
De stroomonderbreker in
huis wordt geactiveerd.
Dit toestel verbruikt veel
elektriciteit wanneer er signalen met
een hoog niveau ingevoerd worden.
Verlaag het volume op de versterker
enz. die aangesloten is op dit toestel
of schakel andere, ongebruikte
apparatuur uit.
Er is een object in de
poort gevallen.
Probeer het object niet te
verwijderen. De poging om het
object te verwijderen, kan een
storing veroorzaken.
Neem contact op met een bevoegde
Yamaha-dealer of een bevoegd
Yamaha-servicecentrum.
Probleem Oorzaak Oplossing
14 Nl
Nederlands
Wanneer er gedurende 5 tot 10 minuten een signaal met een te hoog niveau ingevoerd wordt
in dit toestel, begint de POWER-indicator afwisselend groen en rood te knipperen om u te
wijzen op het gevaar voor beschadiging van de vermogensversterker en luidspreker van dit
toestel. Als het signaal nog 5 minuten langer ingevoerd wordt, schakelt het toestel automatisch
over naar de stand-bystand.
Wanneer er een enorme hoeveelheid signalen ingevoerd wordt, wordt het toestel onmiddellijk
uitgeschakeld. Om het opnieuw in te schakelen, drukt u op de STANDBY/ON-schakelaar op
het voorpaneel.
Type..........................................................Advanced Yamaha Active Servo Technology II
Driver ............................................................................................Conuswoofer van 30 cm
Type: niet-magnetische afscherming
Uitgangsvermogen versterker (100 Hz, 4 ohm, 10% THD) .............................. 1.000 W
Frequentieweergave ................................................................................... 18 Hz - 160 Hz
Stroomvoorziening
Modellen voor de VS en Canada ......................................... 120 V wisselstroom, 60 Hz
Modellen voor Verenigd Koninkrijk en Europa .................. 230 V wisselstroom, 50 Hz
Model voor Australië ........................................................... 240 V wisselstroom, 50 Hz
Model voor China ................................................................ 220 V wisselstroom, 50 Hz
Model voor Azië ......................................................220-240 V wisselstroom, 50/60 Hz
Model voor Taiwan.............................................................. 110 V wisselstroom, 60 Hz
Energieverbruik ....................................................................................................... 170 W
Energieverbruik in stand-by ....................................................................0,3 W of minder
Afmetingen (B × H × D).................................................................... 443 × 463 × 522 mm
Gewicht ....................................................................................................................42,6 kg
We willen u erop wijzen dat alle technische gegevens onderhevig zijn aan veranderingen
zonder kennisgeving.
Opmerking
SPECIFICATIES
/