Miller MD390000U de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

OM-260 430E/dut 201505
Insight Coret
14-polige module CE
www.MillerWelds.com/ams
Processen
Beschrijving
Geavanceerd/geautomatiseerd
lassysteem
MIG/MAG lassen (GMAW)
Pulserende MIG (GMAWP)
HANDLEIDING
Onder poederdek lassen
(SAW)
Miller Electric maakt een complete lijn
lasapparaten en aanverwante
lasproducten. Wilt u meer informatie
over de andere kwaliteitsproducten van Miller, neem dan contact op met uw
Miller-leverancier. Hij heeft de nieuwste overzichtscatalogus en afzonderlijke
productleaflets voor u.
Bedankt en gefeliciteerd dat u voor Miller hebt gekozen. Nu kunt u aan de
slag en alles meteen goed doen. Wij weten dat u geen tijd heeft om het an-
ders dan meteen goed te doen.
Om die reden zorgde Niels Miller, toen hij in 1929 voor het eerst met het
bouwen van booglasapparatuur begon, er dan ook voor dat zijn producten
lang meegingen en van superieure kwaliteit waren. Net als u nu konden
zijn klanten toen zich geen mindere kwaliteit veroorloven. De producten
van Miller moesten het beste van het beste zijn. Zij moesten gewoon het
allerbeste zijn dat er te koop was.
Tegenwoordig zetten de mensen die Miller-producten bouwen en verkopen
die traditie voort. Ook zij zijn vastbesloten om apparatuur en service te
bieden die voldoet aan de hoge kwaliteits- en prestatiestandaards die in
1929 zijn vastgelegd.
Deze handleiding voor de eigenaar is gemaakt om u optimaal gebruik te
kunnen laten maken van uw Miller-producten. Neem even de tijd om de
veiligheidsvoorschriften door te lezen. Ze helpen u om uzelf te beschermen
tegen mogelijke gevaren op de werkplek. We hebben ervoor gezorgd, dat u
de apparatuur snel en gemakkelijk kunt installeren. Bij Miller kunt u reke-
nen op jarenlange betrouwbare service en goed
onderhoud. En mocht uw apparatuur om wat
voor reden dan ook ooit moeten worden gerepa-
reerd, dan kunt u in het hoofdstuk Onderhoud &
Storingen precies nagaan wat het probleem is.
Aan de hand van de onderdelenlijst kunt u bepa-
len welk onderdeel u precies nodig hebt om het
probleem te verhelpen. Ook vindt u de garantie
en de onderhoudsinformatie voor uw specifieke
model bijgesloten.
Miller was de allereerste
fabrikant van lasapparatuur in
de VS die het ISO 9001
kwaliteitscertificaat behaal-
de.
Elke krachtbron van Miller
gaat vergezeld de meest
probleemloze garantie in
onze bedrijfstak u werkt er
hard genoeg voor.
Van Miller voor u
INHOUDSOPGAVE
HOOFDSTUK 1 VEILIGHEIDSMAATREGELEN LEES DIT VÓÓR GEBRUIK 1....................
1-1. De betekenis van de symbolen 1.........................................................
1-2. De risico’s van het booglassen 1.........................................................
1-3. Aanvullende symbolen voor installatie, bediening en onderhoud 3.............................
1-4. Californië-voorstel 65, waarschuwingen 4..................................................
1-5. Belangrijkste Veiligheidsvoorschriften 5...................................................
1-6. Informatie over elektrische en magnetische velden (EMV -informatie) 5.........................
HOOFDSTUK 2 VERKORTE HANDLEIDING 7.................................................
HOOFDSTUK 3 14-POLIGE INSIGHT CORE INSTALLEREN 8...................................
31. Licentieovereenkomst 8.................................................................
32. Informatie over compatibiliteit 8...........................................................
33. Omstandigheden gebruik en opslag 9......................................................
34. Aansluitingen en LED’s op de module 10....................................................
35. De Insight Core Module monteren en aansluiten op de lasstroombron 10..........................
36. De Insight Core Module monteren en aansluiten op de Sub Arc Digital serie, die gebruik maakt
van lage spanning accessoires 11.........................................................
37. Een Insight Core Module monteren en aansluiten op een stroombron voor de Sub Arc DC
650/800/1000/1250 serie met 115 V accessoires 12..........................................
38. Een Insight Core Module monteren en aansluiten op stroombronnen voor Sub Arc AC/DC 1000/1250
en Summit Arc 1000 met 115 V accessoires 13..............................................
39. Vragenlijst verbindingen downloaden 14.....................................................
310. De Insight Core Setup-toepassing naar een computer downloaden en installeren 14...............
311. De configuratietoepassing voor installatie van de firmware uitvoeren en verbindingscriteria 19.......
312. Firmware op installatie voorbereiden 20....................................................
313. Toegankelijkheid controleren vóór het aansluiten 24..........................................
314. Het type netwerkverbinding voor Insight Coret configureren 25................................
315. De firmware-update installeren 32.........................................................
316. Het serienummer en de licentiecode van het apparaat bepalen 33..............................
317. Het eerste apparaat registreren en een account aanmaken 34.................................
318. Toegevoegde apparaten registreren 35.....................................................
319. Een werktijd instellen 36.................................................................
320. Een groep instellen 38...................................................................
HOOFDSTUK 4 PROBLEMEN OPLOSSEN 39..................................................
HOOFDSTUK 5 ELEKTRISCH SCHEMA 40.....................................................
HOOFDSTUK 6 ONDERDELENLIJST 41.......................................................
GARANTIE
DECLARATION OF CONFORMITY
for European Community (CE marked) products.
MILLER Electric Mfg. Co., 1635 Spencer Street, Appleton, WI 54914 U.S.A. declares that the
product(s) identified in this declaration conform to the essential requirements and provisions of
the stated Council Directive(s) and Standard(s).
Product/Apparatus Identification:
Product
Stock Number
14pin Insight Core Module 301072
Council Directives:
2004/108/EC Electromagnetic Compatibility
2011/65/EU Restriction of the use of certain Hazardous Substances in electrical and electronic equipment
Standards:
IEC 6097410:2007 Arc Welding Equipment – Part 10: Electromagnetic compatibility (EMC) requirements
Signatory:
_____________________________________ ___________________________________________
David A. Werba Date of Declaration
MANAGER, PRODUCT DESIGN COMPLIANCE
December 01, 2014
269469A
OM-260 430 Pagina 1
HOOFDSTUK 1 VEILIGHEIDSMAATREGELEN LEES DIT VÓÓR
GEBRUIK
dut_som_201309
7
Bescherm uzelf en anderen tegen letsel — Lees deze belangrijke veiligheidsvoorzorgsmaatregelen en bedieningsinstructies, volg ze
op en bewaar ze.
1-1. De betekenis van de symbolen
GEVAAR! Duidt op een gevaarlijke situatie die moet
worden vermeden omdat hij anders leidt tot ernstig of
dodelijk letsel. De mogelijke gevaren worden getoond
met bijbehorende symbolen of uitgelegd in de tekst.
Duidt op een gevaarlijke situatie die moet worden ver-
meden omdat hij anders kan leiden tot ernstig of dode-
lijk letsel. De mogelijke gevaren worden getoond met
bijbehorende symbolen of uitgelegd in de tekst.
OPGELET Aanduiding voor mededelingen die niet zijn gerelateerd
aan persoonlijk letsel.
. Aanduiding voor speciale instructies.
Deze groep symbolen duidt op Waarschuwing! Kijk uit! Gevaar voor/
van mogelijke ELEKTRISCHE SCHOK, BEWEGENDE ONDERDE-
LEN en HETE ONDERDELEN. Raadpleeg de symbolen en de bijbe-
horende instructies om deze risico’s te vermijden.
1-2. De risico’s van het booglassen
Onderstaande symbolen worden in de hele handleiding ge-
bruikt om u ergens op te attenderen en om mogelijke risico’s
aan te geven. Als u een dergelijk symbool ziet, wees dan voor-
zichtig en volg de bijbehorende instructies op om problemen
te voorkomen. De veiligheidsinformatie hieronder is slechts
een samenvatting van de veiligheidsvoorschriften in Sectie
{+}. Lees en volg alle veiligheidsvoorschriften.
Alleen bevoegde personen moeten dit onderdeel installeren,
bedienen, onderhouden en repareren.
Zorg dat iedereen, en vooral kinderen, uit de buurt blijven tij-
dens het gebruik van dit apparaat.
Een ELEKTRISCHE SCHOK kan do-
delijk zijn
Het aanraken van onder stroom staande onderdelen
kan fatale schokken en ernstige brandwonden
veroorzaken. De elektrode en het werkstuk staan
onder stroom als de machine ingeschakeld is. Het
voedingsgedeelte en de interne circuits van de
machine staan eveneens onder stroom als het
apparaat aan staat. Bij semi-automatisch of au-
tomatisch draadlassen staat het draad, de spoel, de
ruimte waar het lasdraad zich in de machine bevindt
en alle metalen onderdelen die in aanraking zijn met
de lasdraad onder stroom. Verkeerd geïnstalleerde
of onvoldoende geaarde installaties kunnen geva-
ren opleveren.
D Raak onderdelen die onder stroom staan niet aan
D Draag droge, isolerende handschoenen en lichaamsbescherming
zonder gaten
D Isoleer u zelf van het werkstuk en de grond door droge isolatiema-
tjes of kleden te gebruiken die groot genoeg zijn om elk contact met
de grond of het werkstuk te voorkomen
D Gebruik geen wissel(AC) uitgangsspanning in een vochtige om-
geving, als u beperkte bewegingsvrijheid hebt of als het gevaar
bestaat dat u kunt vallen
D Gebruik ALLEEN wissel (AC) uitgangsspanning als het laspro-
ces dit vereist.
D Als er wissel (AC) uitgangsspanning is vereist, gebruik dan de af-
standsbediening als die op het apparaat aanwezig is.
D Er zijn extra veiligheidsmaatregelen nodig als zich een van de vol-
gende elektrisch gevaarlijke omstandigheden voordoet: op
vochtige locaties of als u natte kleding draagt; op metalen con-
structies zoals vloeren, roosters of steigers; in een verkrampte
lichaamshouding bijvoorbeeld als u zit, knielt of ligt; of wanneer het
risico van onvermijdelijk of toevallig contact met het werkstuk of de
aarde groot is. Gebruik onder deze omstandigheden de volgende
apparatuur in de aangegeven volgorde: 1) een semiautomatisch
gelijkstroom (draad) lasapparaat met constante spanning, 2) een
handbediend gelijkstroom (elektrode) lasapparaat, of 3) een wis-
selstroom lasapparaat met een lagere spanning en open circuit. In
de meeste gevallen wordt het gebruik van een gelijkstroom lasap-
paraat met lagere spanning aanbevolen. En werk niet alleen!
D Als er wissel (AC) uitgangsspanning is vereist, gebruik dan de af-
standsbediening als die op het apparaat aanwezig is.
D Zet de hoofdstroom uit of stop de motor voordat u deze installatie
installeert of nakijkt. Zet de stroom uit volgens OSHA 29 CFR
1910.147 (zie de Veiligheidsvoorschriften)
D Installeer, aard en bedien deze installatie in overeenstemming met
de Handleiding voor gebruikers en landelijke of lokale voor-
schriften.
D Controleer altijd de aarding van de voeding en wees er zeker van
dat de aardingsgeleider van de voedingskabel goed aangesloten
is op de aansluitklem van het apparaat en dat de stekker van de
kabel aangesloten is op een correct geaarde contactdoos.
D Controleer de ingaande voedingskabel en de massakabel regel-
matig op beschadigingen of blootliggende bedrading en vervang
de kabel onmiddellijk als deze beschadigd is blootliggende be-
drading kan dodelijk zijn.
D Houd snoeren droog, vrij van olie en vet en bescherm deze tegen
heet metaal en vonken.
D Controleer de kabel regelmatig op beschadigingen of openlig-
gende bedrading en vervang de kabel onmiddellijk als deze
beschadigd is openliggende bedrading kan dodelijk zijn.
D Zet alles af als het apparaat niet gebruikt wordt.
D Gebruik geen versleten, beschadigde, te korte of slecht verbon-
den kabels.
D Draag de kabels niet op uw lichaam.
D Als het werkstuk geaard moet worden, doe dit dan met een aparte
kabel- gebruik niet de massaklem of massakabel.
D Raak de elektrode niet aan als u in contact staat met het werkstuk,
de grond of een andere elektrode van een ander apparaat.
D Gebruik alleen goed onderhouden installaties. Repareer of ver-
vang beschadigde onderdelen onmiddellijk. Onderhoud het
apparaat zoals beschreven staat in de handleiding.
D Draag een veiligheidsharnas als u boven grond-niveau werkt
D Houd alle panelen en afdekplaten veilig op hun plaats.
D Klem de massakabel zo dicht mogelijk bij de las met een goed me-
taal-op-metaalcontact op het werkstuk of werktafel.
D Isoleer de massaklem wanneer deze niet is aangesloten op het
werkstuk om contact met een metalen object te voorkomen
D Sluit niet meer dan één elektrode of massakabel aan op één enke-
le lasbron. Haal de kabel los voor het proces dat niet wordt
gebruikt.
D Maak gebruik van aardlekbescherming wanneer u hulpapparatuur
gebruikt in vochtige of natte locaties.
OM-260 430 Pagina 2
Er staat ook NA het afsluiten van de voedingsspan-
ning nog een AANZIENLIJKE GELIJKSPANNING
op het voedingsgedeelte van de inverter lasstroom-
bronnen.
D Zet de gelijkstroom-wisselstroomomzetter uit, maak de voedings-
stekker los en ontlaad de invoercondensatoren overenkomstig de
aanwijzingen in de Sectie Onderhoud, voordat u enig onderdeeel
aanraakt.
Door HETE ONDERDELEN kunnen
brandwonden ontstaan.
D Hete onderdelen niet met blote handen aan-
raken
D Laat apparatuur altijd afkoelen, voor u eraan
gaat werken.
D Gebruik de juiste gereedschappen om hete on-
derdelen beet te pakken en/of draag zware
geïsoleerde lashandschoenen en kleding om
brandwonden te voorkomen.
ROOK EN GASSEN kunnen gevaarlijk
zijn.
Tijdens het lassen komen rook en gassen vrij. Het
inademen hiervan kan gevaarlijk zijn voor uw
gezondheid.
D Zorg ervoor dat u niet in de rook staat. Adem de rook niet in.
D Als u binnen last, ventileer de ruimte dan goed en/of zorg dat las-
rook en gassen afgezogen worden. De aanbevolen manier om te
bepalen of er voldoende ventilatie is, is monsters te nemen van de
dampen en gassen waaraan het personeel wordt blootgesteld en
deze te analyseren op samenstelling en hoeveelheid.
D Als er een slechte ventilatie is, gebruik dan een goedgekeurd gas-
masker.
D Lees de Materiaalveiligheidsinformatiebladen en de instructies
van de fabrikant voor hechtmiddelen, coatings, schoonmaak-
middelen, slijtdelen, koelmiddelen, ontvetters, fluxpoeder en
metalen en zorg dat u alles goed begrijpt.
D Werk alleen in een beslotenruimte als deze goed geventileerd
wordt. Of als u een beademingsapparaat draagt. Zorg ervoor dat
er altijd een ervaren persoon toekijkt. Lasdampen en gassen kun-
nen lucht verdringen en het zuurstofgehalte verlagen, wat
schadelijke invloed heeft op u lichaam en zelfs dodelijk kan zijn.
Zorg voor veilige ademlucht.
D Las niet in ruimtes waar dingen worden ontvet, schoongemaakt of
waar wordt gesproeid. De hitte en stralen van de boog kunnen rea-
geren met dampen en op deze manier zwaar vergiftigde en
irriterende gassen vormen
D Las geen beklede metalen zoals gegalvaniseerd of met lood-of
cadmium bedekt staal, tenzij de bekleding verwijderd wordt van
het gedeelte dat gelast moet worden, de ruimte goed geventileerd
wordt en u, indien nodig, een gasmasker draagt. De belkedingen
en metalen die deze elementen bevatten kunnen giftige dampen
produceren als ze gelast worden.
De STRALEN UIT DE BOOG kunnen
ogen en huid verbranden
Boogstralen van het lasproces produceren zichbare
en onzichtbare (ultraviolette en infrarood) stralen die
uw ogen en huid kunnen verbranden. Tijdens het
lassen vliegen lasspatten en vonken in het rond.
D Draag tijdens het lassen of toekijken tijdens het lassen een las-
helm voorzien van een lasglas met de juiste tint om uw gezicht en
ogen tegen boogstralen en vonken te beschermen. (zie ANSI
Z49.1 en Z87.1 in de Veiligheidsvoorschriften).
D Draag een goedgekeurde veiligheidsbril met zijschermen onder
uw helm
D Gebruik beschermende lasgordijnen of schermen om anderen te-
gen flitsen en verblindend licht te beschermen ; waarschuw
anderen om niet in de boog te kijken.
D Draag lichaamsbescherming die is gemaakt van duurzaam
vuurbestendig materiaal (leer, zware katoen, wol). Lichaamsbes-
cherming houdt ook olievrije kleding in zoals leren handschoenen,
een zwaar overhemd, een broek zonder omslag, hoge schoenen
en een pet.
LASSEN kan brand of explosies ver-
oorzaken
Als er gelast wordt aan gesloten vaten zoals tanks,
trommels of pijpen, kunnen deze opgeblazen
worden Er kunnen vonken van de lasboog afvliegen.
De rondvliegende vonken, de temperatuur van het
werkstuk en van het gereedschap kunnen brand en brandwonden
veroorzaken. Toevallig contact van een elektrode met metalen
voorwerpen kan vonken, explosies, oververhitting of brand ver-
oorzaken. Controleer eerst of de omgeving veilig is voordat u gaat
lassen.
D Verwijder alle brandbare materialen in een straal van 10 meter van
de lasboog. Als dit niet mogelijk is, dek ze dan goed af met brand-
werende materialen.
D Las niet op plaatsen waar rondvliegende vonken brandbaar mate-
riaal kunnen raken.
D Bescherm uzelf en anderen tegen rondvliegende vonken en heet
metaal.
D Wees erop attent dat vonken en hete materialen van het laswerk
gemakkelijk door kleine hoeken en gaten naar naastliggende ruim-
tes kunnen vliegen.
D Kijk goed uit voor brand en houd een brandblusser in de buurt
D Wees erop bedacht dat bij het lassen van plafonds, vloeren, schei-
dingswanden of tussenschotten brand kan ontstaan aan de
tegenovergestelde zijde
D Las niet aan containers waarin ooit brandbare stoffen zijn opgesla-
gen of aan besloten ruimtes zoals tanks, vaten of buizen tenzij ze
voldoende voorbereid zijn conform AWS F4.1 en AWS 6.0 (zie Vei-
ligheidsvoorschriften).
D Niet lassen op plaatsen waar de omgevingslucht brandbaar stof,
gas of vloeistofdampen (bijv. van benzine) kan bevatten.
D Verbind de massakabel met het werkstuk zo dicht mogelijk bij de
plaats waar gelast moet worden, zodat de lasstroom een direkte
en korte weg aflegt en elektrische schokken en brandrisico’s ver-
meden kunnen worden
D Gebruik een lasapparaat niet om bevroren pijpen te ontdooien.
D Haal de elektrode uit de elektrodehouder of knip de lasdraad af aan
de contactbuis als niet gelast wordt.
D Draag lichaamsbescherming die is gemaakt van duurzaam
vuurbestendig materiaal (leer, zware katoen, wol). Lichaamsbes-
cherming houdt ook olievrije kleding in zoals leren handschoenen,
een zwaar overhemd, een broek zonder omslag, hoge schoenen
en een pet.
D Zorg ervoor dat u geen brandbare voorwerpen zoals aanstekers of
lucifers bij u draagt als u gaat lassen.
D Inspecteer de omgeving als u klaar bent met uw werk om er zeker
van te zijn dat er geen vonken, gloeiende sintels en vlammen zijn.
D Alleen de juiste zekeringen of contactverbrekers gebruiken; geen
zwaardere nemen of deze doorverbinden.
D Volg de vereisten in OSHA 1910.252 (a) (2) (iv) en NFPA 51B voor
werken met hoge temperaturen, zorg dat er een brandmelder aan-
wezig is en dat u een blusapparaat onder handbereik hebt.
D Lees de Materiaalveiligheidsinformatiebladen en de instructies
van de fabrikant voor hechtmiddelen, coatings, schoonmaak-
middelen, slijtdelen, koelmiddelen, ontvetters, fluxpoeder en
metalen en zorg dat u alles goed begrijpt.
OM-260 430 Pagina 3
RONDVLIEGEND METAAL of STOF
kan de ogen verwonden.
D Door lassen, bikken, het gebruik van draadbor-
stels en slijpen kunnen vonken en rodvliegen-
de metaal-schilfers ontstaan. Als lasrupsen af-
koelen, kunnen er slakresten rondvliegen.
D Draag een goedgekeurde veiligheidsbril met zijschermen, zelfs
onder uw lashelm.
GASVORMING kan schadelijk voor
de gezondheid of zelfs dodelijk zijn
D Draai de persgastoevoer dicht, wanneer u
geen gas gebruikt.
D Zorg altijd voor ventilatie in enge ruimtes of ge-
bruik goedgekeurde beademingsapparatuur
ELEKTRISCHE EN MAGNETISCHE
VELDEN kunnen van invloed zijn op
geïmplanteerde medische apparatuur.
D Mensen die een pacemaker of een ander
geïmplanteerd medisch apparaat dragen,
moeten uit de buurt blijven.
D Mensen die een geïmplanteerd medisch apparaat dragen,
moeten hun arts en de fabrikant van het apparaat raadplegen
voordat ze in de buurt komen van werkzaamheden met
booglassen, puntlassen, gutsen, plasmaboogsnijden of
inductieverwarmen.
LAWAAI kan het gehoor aantasten
Lawaai van bepaalde werkzaamheden of appara-
tuur kan uw gehoor aantasten
D Draag goedgekeurde gehoorbescherming als
het geluidsniveau te hoog is
GASFLESSEN kunnen exploderen
als ze beschadigd worden
Persgasflessen bevatten gas dat onder hoge druk
staat. Als een gasfles beschadigd wordt, kan deze
exploderen. Aangezien gasflessen normaal ge-
sproken een onderdeel uitmaken van het van het
lasproces moet u er voorzichtig mee omgaan.
D Bescherm gasflessen tegen hoge temperaturen, mechanische
schokken, slak, open vuur, vonken en vlambogen.
D Plaats de gasflessen rechtop in een rek of in de laskar zodat ze
niet kunnen vallen of omkantelen.
D Houd de flessen uit de buurt van alle las- of andere stroom-
kringen
D Hang nooit een elektrodehouder over een gasfles.
D Laat nooit een laselektrode in aanraking komen met een gasfles.
D Las nooit op een gasfles onder druk; een explosie zal het gevolg
zijn.
D Gebruik het juiste beschermgas, reduceerventielen, slangen en
hulpstukken die speciaal bedoeld zijn voor een bepaalde toe-
passing; onderhoud deze en bijhorende onderdelen goed.
D Draai uw gezicht weg van de uitgang van het ventiel wanneer u
het cilinderventiel opent. Niet vóór of achter de regelaar gaan
staan wanneer u het ventiel opent.
D Laat de beschermende kap over het ventiel over het ventiel zit-
ten behalve als de fles gebruikt wordt of aangesloten is voor ge-
bruik.
D Gebruik de juiste apparatuur, de juiste procedures en een vol-
doende aantal personen om gasflessen te tillen en verplaatsen
D Lees en volg de instructies op de flessen met gecomprimeerd
gas, bijbehorend materiaal en de CGA publikatie die in de Veilig-
heidsvoorschriften staat.
1-3. Aanvullende symbolen voor installatie, bediening en onderhoud
BRAND- EN EXPLOSIEGEVAAR
D Installeer of plaats het apparaat niet op, boven
of vlakbij ontbrandbare oppervlakken.
D Het apparaat niet in de buurt van brandbare
stoffen installeren.
D Overbelast de bedrading van het gebouw niet- controleer of het
voedingsnet sterk genoeg is, goed beschermd is en dit apparaat
aan kan.
VALLENDE APPARATUUR kan letsel
veroorzaken.
D Gebruik alleen het hijsoog om het apparaat op
te tillen, en NIET de laskar, gasflessen of ande-
re accessoires.
D Gebruik gereedschap met voldoende capaciteit om het apparaat
op te tillen en te ondersteunen.
D Als u hefvorken gebruikt om het apparaat te verplaatsen, zorg er
dan voor dat de vorken zo lang zijn, dat ze aan de andere kant
onder het apparaat uitsteken.
D Let er bij het werken in de open lucht op dat kabels en snoeren
niet in aanraking kunnen komen met rijdende voertuigen.
D Volg bij het handmatig optillen van zware onderdelen of
apparatuur de Amerikaanse ARBOrichtlijn getiteld
Applications Manual for the Revised NIOSH Lifting Equation
(Publication No. 94–110).
TE LANGDURIG GEBRUIK kan leiden
tot OVERVERHITTING.
D Laat het apparaat goed afkoelen; houd u aan
de nominale inschakelduur.
D Verminder de stroomsterkte of de inschakel-
duur voordat u opnieuw begint met lassen.
D Blokkeer of filter de luchtaanvoer naar het apparaat niet.
RONDVLIEGENDE LASSPATTEN
kunnen letsel veroorzaken.
D Draag gezichtsbescherming om de ogen en
het gezicht te beschermen.
D Slijp de wolfraam elektrode alleen met een slijper die voorzien is
van de juiste beschermkast en op een veilige locatie. Draag hier-
bij de juiste gezichts-, hand- en lichaamsbescherming.
D Vonken kunnen brand veroorzaken brandbare stoffen uit de
buurt houden.
STATISCHE ELEKTRICITEIT kan PC-
kaarten beschadigen
D Doe een geaarde polsband om VOORDAT u
printplaten of onderdelen aanraakt.
D Gebruik goede anti-statische zakken of dozen
voor het opslaan, verplaatsen of transporteren
van PC-printplaten.
OM-260 430 Pagina 4
BEWEGENDE ONDERDELEN kunnen
letsel veroorzaken.
D Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen
D Blijf uit de buurt van afknijppunten zoals aan-
drijfrollen.
LASDRAAD kan letsel veroorzaken
D Bedien de toortsschakelaar pas als u de aan-
wijzing krijgt om dat te doen.
D Richt het pistool niet op enig lichaamsdeel, an-
dere mensen of op enig materiaal als de draad
wordt ingevoerd.
ONTPLOFFEN VAN DE ACCU kan
letsel veroorzaken.
D Gebruik het lasapparaat niet om accu’s op te
laden of om voertuigen te starten tenzij het een
acculaadvoorziening heeft die hiervoor
speciaal is bedoeld.
BEWEGENDE ONDERDELEN kunnen
letsel veroorzaken
D Blijf uit de buurt van bewegende delen zoals
ventilatoren.
D Laat deuren, panelen, deksels en beschermplaten alleen ver-
wijderen door bevoegd personeel indien nodig voor onderhoud
en storingzoeken.
D Laat deuren, panelen, deksels en beschermplaten alleen ver-
wijderen door bevoegd personeel indien nodig voor onderhoud
en storingzoeken.
D Breng eerst deuren, panelen, deksels en beschermplaten weer
aan na afloop van het onderhoud en sluit pas dan de voeding
weer aan.
RONDVLIEGENDE LASSPATTEN
kunnen letsel veroorzaken.
D Draag gezichtsbescherming voor ogen en ge-
zicht te beschermen.
D Slijp de wolfraam elektrode alleen met een slijper die voorzien is
van de juiste beschermkast en die op een veilige locatie staat.
Draag tijdens het slijpen de nodige gezichts-, hand- en lichaams-
bescherming.
D Vonken kunnen brand veroorzaken brandbare stoffen uit de
buurt houden.
LEES DE INSTRUCTIES.
D Lees nauwkeurig de gebruikershandleiding en
alle waarschuwingslabels, voordat u de
machine installeert, gebruikt of er onderhoud
aan pleegt, en volg de aanwijzingen steeds op.
Lees de veiligheidsinformatie aan het begin
van de handleiding en in elk hoofdstuk.
D Gebruik alleen originele vervangingsonderdelen van de fabri-
kant.
D Voer onderhoud en service uit zoals vermeld in de Handleidin-
gen, de industriële normen en de landelijke en ter plekke gelden-
de regelgeving.
H.F. STRALING kan storingen veroor-
zaken
D Hoog-frequente straling kan storing ver-
oorzaken bij radio-navigatie, veiligheidsdien-
sten, computers en communicatie-apparatuur.
D Laat alleen bevoegde personen die bekend zijn met elektroni-
sche apparatuur deze installatie uitvoeren.
D De gebruiker is verantwoordelijk voor onmiddellijk herstel door
een bevoegd elektricien bij storingsproblemen als gevolg van de
installatie
D Als u van overheidswege klachten krijgt over storingen, stop dan
onmiddellijk met het gebruik van de apparatuur.
D Laat de installatie regelmatig nakijken en onderhouden.
D Houd deuren en panelen van hoogfrequentbronnen stevig dicht,
houd de elektrodeafstand op de juiste instelling en zorg voor aar-
ding en afscherming om de mogelijkheid van storingen tot een
minimum te beperken.
BOOGLASSEN kan interferentie
veroorzaken.
D Elektromagnetische energie kan interferentie
veroorzaken bij gevoelige elektronische
apparatuur zoals computers en
computergestuurde apparatuur zoals robots.
D Zorg ervoor dat alle apparatuur in het lasgebied elektromagne-
tisch compatibel is.
D Om mogelijke interferentie te verminderen moet u de laskabels
zo kort mogelijk houden, dicht bij elkaar en laag, bijvoorbeeld op
de vloer.
D Voer de laswerkzaamheden uit op 100 meter afstand van
gevoelige elektronische apparatuur.
D Zorg ervoor dat dit lasapparaat conform de aanwijzingen in deze
handleiding wordt geïnstalleerd en geaard.
D Als er dan nog steeds interferentie optreedt, dient de gebruiker
extra maatregelen te nemen, zoals verplaatsing van het
lasapparaat, gebruik van afgeschermde kabels, gebruik van
lijnfilters of afscherming van het werkterrein.
1-4. Californië-voorstel 65, waarschuwingen
Las- en snijapparatuur produceert dampen of gassen die che-
micaliën bevatten waarvan het de Staat Californië bekend is
dat ze geboorteafwijkingen en, in sommige gevallen, kanker
veroorzaken. (California Health & Safety Code, sectie 25249.5
en volgend.)
Dit product bevat chemicaliën, waaronder lood waarvan het
de Staat Californië bekend is dat het kanker, geboorteafwij-
kingen of andere voortplantingsproblemen veroorzaakt. Was
na gebruik uw handen.
OM-260 430 Pagina 5
1-5. Belangrijkste Veiligheidsvoorschriften
Safety in Welding, Cutting, and Allied Processes, ANSI Standard Z49.1,
is available as a free download from the American Welding Society at
http://www.aws.org or purchased from Global Engineering Documents
(phone: 1-877-413-5184, website: www.global.ihs.com).
Safe Practices for the Preparation of Containers and Piping for Welding
and Cutting, American Welding Society Standard AWS F4.1, from Glob-
al Engineering Documents (phone: 1-877-413-5184, website:
www.global.ihs.com).
Safe Practices for Welding and Cutting Containers that have Held Com-
bustibles, American Welding Society Standard AWS A6.0, from Global
Engineering Documents (phone: 1-877-413-5184,
website: www.global.ihs.com).
National Electrical Code, NFPA Standard 70, from National Fire Protec-
tion Association, Quincy, MA 02269 (phone: 1-800-344-3555, website:
www.nfpa.org and www. sparky.org).
Safe Handling of Compressed Gases in Cylinders, CGA Pamphlet P-1,
from Compressed Gas Association, 14501 George Carter Way, Suite
103, Chantilly, VA 20151 (phone: 703-788-2700, website:www.cga-
net.com).
Safety in Welding, Cutting, and Allied Processes, CSA Standard
W117.2, from Canadian Standards Association, Standards Sales, 5060
Spectrum Way, Suite 100, Ontario, Canada L4W 5NS (phone:
800-463-6727, website: www.csa-international.org).
Safe Practice For Occupational And Educational Eye And Face Protec-
tion, ANSI Standard Z87.1, from American National Standards Institute,
25 West 43rd Street, New York, NY 10036 (phone: 212-642-4900, web-
site: www.ansi.org).
Standard for Fire Prevention During Welding, Cutting, and Other Hot
Work, NFPA Standard 51B, from National Fire Protection Association,
Quincy, MA 02269 (phone: 1-800-344-3555, website: www.nfpa.org.
OSHA, Occupational Safety and Health Standards for General Indus-
try, Title 29, Code of Federal Regulations (CFR), Part 1910, Subpart Q,
and Part 1926, Subpart J, from U.S. Government Printing Office, Super-
intendent of Documents, P.O. Box 371954, Pittsburgh, PA 15250-7954
(phone: 1-866-512-1800) (there are 10 OSHA Regional Offices—
phone for Region 5, Chicago, is 312-353-2220, website:
www.osha.gov).
Applications Manual for the Revised NIOSH Lifting Equation, The Na-
tional Institute for Occupational Safety and Health (NIOSH), 1600
Clifton Rd, Atlanta, GA 30333 (phone: 1-800-232-4636, website:
www.cdc.gov/NIOSH).
1-6. Informatie over elektrische en magnetische velden (EMV -informatie)
Elektrische stroom die door een draad stroomt veroorzaakt plaatselijk
elektrische en magnetische velden (EMV). De stroom bij booglassen
(en verwante processen zoals puntlassen, gutsen, plasmasnijden
en inductieverwarmingsprocessen) zorgt voor een elektromagnetisch
veld rondom het lascircuit. Elektromagnetischevelden kunnen interfe-
rentie veroorzaken bij bepaalde medische implantaten zoals
pacemakers. Voor personen die medische implantaten hebben moeten
beschermende maatregelen worden genomen, bijv. toegangsbeper-
king voor passanten of een risicoanalyse voor iedere afzonderlijke
lasser. Beperk bijvoorbeeld de toegang voor omstanders of voer afzon-
derlijke risicobeoordelingen uit voor lassers. Alle lassers moeten de
volgende procedures naleven om zo blootstelling aan elektromagneti-
schevelden van de lasstroomkring tot een minimum te beperken:
1. Houd kabels dicht bij elkaar door ze in elkaar te twisten of vast te
plakken of gebruik kabelbescherming.
2. Kom niet met uw lichaam tussen de laskabels. Leg de kabel aan
één kant en weg van de gebruiker.
3. Rol of hang de kabels niet rond of op uw lichaam.
4. Houd hoofd en romp zo ver mogelijk verwijderd van de
apparatuur in de lasstroomkring.
5. Monteer de massaklem aan het werkstuk zo dicht mogelijk bij de
las.
6. Niet direct naast de lasstroombron werken, er niet op gaan zitten
en er niet op leunen.
7. Niet lassen terwijl u de lasstroombron of het
draadaanvoersysteem draagt.
Over geïmplanteerde medische apparatuur:
Mensen die een geïmplanteerd medisch apparaat dragen, moeten hun
arts en de fabrikant van het apparaat raadplegen voordat ze in de buurt
komen van werkzaamheden met booglassen, puntlassen, gutsen, pla-
smaboogsnijden of inductieverhitting. Bij toestemming van de arts
wordt geadviseerd om bovenstaande procedures te volgen.
OM-260 430 Pagina 6
OM-260 430 Pagina 7
HOOFDSTUK 2 VERKORTE HANDLEIDING
1. Download de Vragenlijst Netwerkverbindingen via https://insight.millerwelds.com/download en druk het af. Laat het formulier invullen door
de afdeling IT.
2. Installeer het configuratieprogramma van Insight Core via https://insight.millerwelds.com/download op een computer. (zie hoofdstuk 310 voor
meer informatie.)
3. Open het configuratieprogramma van Insight Core met het pictogram op het bureaublad. (Zie Afbeelding 311.)
4. Update de firmware als er een nieuwe revisie beschikbaar is. Ga naar stap 5 als de firmware actueel is. (Zie hoofdstuk 312 voor meer informa-
tie.)
a. Klik op de hyperlink “hier” in het configuratieprogramma. Download de nieuwste firmwarebestanden van de website.
b. Klik op de toets Locate Files in het configuratieprogramma en volg de aanwijzingen.
5. Vul met behulp van de ingevulde Vragenlijst Netwerkverbindingen de verbindingsinformatie in. (Zie hoofdstuk 314 voor meer informatie.)
. Als u statische adressen gebruikt, moet de computer nu met een ethernetkabel worden aangesloten op de Insight Core. Volg de instructies
in hoofdstuk 314.
6. Plaats de USB-stick in de computer.
7. Klik op de toets Save om de firmware en verbindingsinformatie op de USB-stick op te slaan.
8. Verwijder de USB-stick uit de computer en steek het in het Insight Core-apparaat om het apparaat bij te werken en aan te sluiten.
9. Steek de USB-stick in het Insight Core-apparaat en schakel de lasstroombron in.
a. De netwerk-LED (geel) knippert meerdere keren. Dat betekent dat er gegevens op het Insight Core-apparaat worden gezet
en bestanden op de USB-stick voor registratie worden geschreven.
b. Als de netwerk-LED niet brandt, probeer dan een andere USB-stick. Dit betekent dat er geen gegevens zijn uitgewisseld tussen
het Insight Core-apparaat en de USB-stick.
10. Als het apparaat is aangesloten op het netwerk (gele LED brandt) en op het internet (groen LED brandt), verwijder dan de USB-stick.
. Als er meerdere Insight Core-apparaten worden aangesloten, herhaal stappen 9 en 10 voor elk apparaat met dezelfde USB-stick.
11. Steek de USB-stick weer in een computer die met internet is verbonden.
12. Open een internetbrowser op de computer en ga naar https://insight.millerwelds.com/.
13. Klik op de toets First Time Set Up.
14. Vul elk veld in. Zie stap 15 om het serienummer en de licentiecode van het Core-apparaat te vinden.
15. Steek de USB-stick in de computer en open en bekijk de bestanden en mappen. (Zie hoofdstuk 316 voor meer informatie.)
16. Open de map Device License Key.
. Voor elk apparaat dat wordt geïnstalleerd wordt een .txt-bestand geschreven.
17. Open het .txt-bestand dat hoort bij het serienummer dat moet worden geregistreerd.
18. Kopieer en plak het serienummer en de licentiecode van het .txt-bestand in de velden op de registratiepagina.
19. Klik op de toets Save.
OM-260 430 Pagina 8
HOOFDSTUK 3 14-POLIGE INSIGHT CORE INSTALLEREN
31. Licentieovereenkomst
U hebt een apparaat (Insight Core) aangeschaft met daarop software die onder licentie staat van Miller Electric Mfg. Co. Dergelijke softwareproducten
en de bijbehorende media, gedrukte materialen en “online” of elektronische documentatie voor dergelijke software worden beschermd door
internationale intellectuele eigendomsrechten en verdragen. De software staat onder licentie en wordt niet verkocht. Alle rechten zijn voorbehouden.
32. Informatie over compatibiliteit
Compatibele stroombronnen
Deltaweld Dimension Goldstar Invision
XMT Alumapower
302 302 302 350 MPa
304 CC/CV 350 MPa
452 452 452 352 MPa
350 CC/CV 450 MPa
652 652 652 354 MP
350 MPa
1000 450 MPa
450 CC/CV
NT met Arc Reach 456 MP
450 MPa
NT 450 456 P
456 CC/CV
650
Er wordt neersmelt gemeld met lasstroombronnen met 14-polige aansluiting bij gebruik van MPa-draadaanvoerunits.
Draadaanvoerunits waarvoor 115 VAC nodig is, kunnen niet met dit apparaat worden gebruikt.
Apparaten waarvoor hoogfrequent voor TIG-lassen nodig is, kunnen niet met dit apparaat worden gebruikt. Bel voor informatie
over stroombronnen van Miller die niet in deze lijst staan met ISG Service, op telefoonnummer 9209543809.
Compatibele stroombronnen voor SubArc
Serie SubArc Digital SubArc serie
DC 650 Digital* DC 650**
DC 800 Digital* DC 800**
DC 1000 Digital* DC 1000**
DC 1250 Digital* DC 1250**
AC/DC 1000 Digital* AC/DC 1000**
AC/DC 1250 Digital* AC/DC 1250**
Summit Arc 1000**
Summit Arc 1250**
*Voor stroombronnen van de SubArc Digital serie met een SubArcinterface (Digitaal/Analoog) met lage voedingsspanning,
is voor gebruik met Insight Core, een adapter nummer 301 295, nodig.
**Voor stroombronnen voor SubArc stroombronnen die gebruik maken van 115 V accessoires, inclusief HDC 1500 serie , is een 115 V
naar 14polige adapterkabel, nummer 301 259, nodig.
. Neem contact op met Miller voor hulp bij het kiezen van de juiste adapter.
OM-260 430 Pagina 9
Gebruik UITSLUITEND compatibele
stroombronnen of apparatuur,
anders kan er schade ontstaan.
• Niet gebruiken met Dynasty®, Maxstar®‐ of
Syncrowave® stroombronnen .
Controleer de compatibiliteit in
de gebruikershandleiding.
267353-A
Utiliser des sources de courant
compatibles SEULEMENT,
sinon un bris d'équipement
pourrait survenir.
• Ne pas utiliser avec les sources de
courant DYNASTY, MAXSTAR ou
SYNCROWAVE.
• Lire le manuel d'opérateur pour vérifier
la compatibilité.
AVIS
Ref. 267 353A
OPGELET
33. Omstandigheden gebruik en opslag
A. IP-graad
IP-graad
IP21
Deze apparatuur is ontworpen voor binnen gebruik, en niet voor opslag of gebruik buiten.
IP21 201406
B. Informatie over Elektromagnetische Velden (EMV)
! Deze apparatuur mag niet worden gebruikt door het grote publiek aangezien de EMV-grenzen voor het grote publiek mogelijk
kunnen worden overschreden tijdens het lassen.
Deze apparatuur is gebouwd conform EN 60974-1 en is louter bedoeld voor beroepsmatig gebruik (waar het grote publiek geen toegang heeft
of waar toegang zodanig is geregeld dat hij gelijk is aan beroepsmatig gebruik) en alleen door een deskundig gebruiker of iemand die hiertoe
is opgeleid.
Draadaanvoersystemen en aanvullende apparatuur (zoals toortsen, vloeistofkoelsystemen en lasboog ontsteek- en stabilisatieapparatuur) die
onderdeel uitmaken van het lascircuit mogen geen belangrijke bijdrage leveren aan het EMV. Zie de gebruikershandleidingen van alle onderdelen
van de lasstroomkring voor meer informatie over EMV-blootstelling.
S De meting van de EMV voor deze apparatuur vond plaats op een afstand van 0,5 meter.
S Op een afstand van 1 meter waren de waarden van de EMV-blootstelling minder dan 20% van de toegestane waarden.
ceemf 1 201010
C. Informatie over Elektromagnetische Compatibiliteit (EMC)
! Deze Klasse A apparatuur is niet bedoeld voor gebruik op plaatsen in woongebieden waar de elektrische stroom afkomstig is van
het openbaar laagspanningsnetwerk. Op dergelijke plaatsen ontstaan er mogelijk problemen met de elektromagnetische
compatibiliteit als gevolg van storingen door geleiding en straling.
ceemc 3 2014-07
OM-260 430 Pagina 10
34. Aansluitingen en LED’s op de module
Ethernet-poort
USB-poort
Netwerk-LED
(geel)
Internet-LED
(groen)
Voedings-LED (Groen)
Afbeelding 31. Locatie van USB-poort, Ethernet-poort en LED’s op de Insight Module
35. De Insight Core Module monteren en aansluiten op de lasstroombron
. De module kan aan beide zijden van de
lasstroombron worden gemonteerd.
1 Lasstroombron
2 14-polige Insight Core
Module
3 14-polige besturingskabel
naar stroombron
4 14-polige besturingskabel
vanaf draadaanvoerunit
5 Positieve (+) laskabel
6 Negatieve () laskabel
7 Gasslang
8 Draadaanvoer apparaat
9 Mig-Pistool
10 Werkstuk
11 Gascilinder
Ref. 803 502-A / 245 855-A
1
1
2
2
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
OM-260 430 Pagina 11
36. De Insight Core Module monteren en aansluiten op de Sub Arc Digital serie, die gebruik
maakt van lage spanning accessoires
272 591-A / 272 594-A
1
1
2
2
1 Lasstroombron
2 14-polige Insight Core
Module
3 14-polige besturingskabel
naar stroombron
4 Adapter Insight Core naar
serie SubArc Digital
. Voor stroombronnen van
SubArc Digital serie die
worden gebruikt met een
SubArcinterface (Digitaal/
Analoog) met lage
voedingsspanning, is een op-
tionele adapter, nummer
301295, nodig voor gebruik
met Insight Core. Neem con-
tact op met Miller Electric voor
hulp bij het kiezen van de
juiste adapter voor uw Sub-
Arcstroombron.
5 SubArcinterface,
Digitaal/Analoog
6 SubArcbesturingskabel
3
4
5
6
2
. De module kan aan beide zijden van de
lasstroombron worden gemonteerd.
OM-260 430 Pagina 12
37. Een Insight Core Module monteren en aansluiten op een stroombron voor de Sub Arc
DC 650/800/1000/1250 serie met 115 V accessoires
272 592-A / 272 595-A
1
1
2
2
1 Lasstroombron
2 14-polige Insight Core
Module
3 14-polige besturingskabel
naar stroombron
4 115 V AC naar 14-polige
adapterkabel
. Voor SubArcstroombron-
nen met 115 V accessoires ,
inclusief HDC 1500 serie, is
een 115 V naar 14-polige
adapterkabel, nummer 301
259, nodig. Neem contact op
met Miller Electric voor hulp
bij het kiezen van de juiste
adapter voor uw SubArc
stroombron.
5 Regelaar HDC 1500 A/DX
6 Besturingskabel
3
4
5
6
2
. De module kan aan beide zijden van de
lasstroombron worden gemonteerd.
OM-260 430 Pagina 13
38. Een Insight Core Module monteren en aansluiten op stroombronnen voor Sub Arc AC/
DC 1000/1250 en Summit Arc 1000 met 115 V accessoires
272 593-A / 272 589-A
1
1
2
2
3
4
5
6
2
. De module kan aan beide zijden van de
lasstroombron worden gemonteerd.
1 Lasstroombron
2 14-polige Insight Core
Module
3 14-polige besturingskabel
naar stroombron
4 115 V AC naar 14-polige
adapterkabel
. Voor SubArcstroombron-
nen met 115 V accessoires ,
inclusief HDC 1500 serie, is
een 115 V naar 14-polige
adapterkabel, nummer 301
259, nodig. Neem contact op
met Miller Electric voor hulp
bij het kiezen van de juiste
adapter voor uw SubArc
stroombron.
5 Regelaar HDC 1500 A/DX
6 Besturingskabel
OM-260 430 Pagina 14
39. Vragenlijst verbindingen downloaden
Ga voor de juiste verbinding naar de pagina Insight Core Download via https://insight.millerwelds.com/download.
Download het formulier Vragenlijst netwerkverbindingen en druk het af.
Vraag de bedrijfsafdeling IT om de vragenlijst in te vullen.
310. De Insight Core Setup-toepassing naar een computer downloaden en installeren
1. Download de Insight Core Setup Application via de website https://insight.millerwelds.com/download.
2. Klik op de bestandsnaam en sla deze op het bureaublad op (zie Afbeelding 32).
Afbeelding 32. Website voor downloads
3. Wanneer u de toepassing hebt gedownload, dubbelklik op het pictogram op het bureaublad om de toepassing op uw computer te installeren
(zie Afbeelding 33).
Afbeelding 33. Pictogram installatietoepassing
OM-260 430 Pagina 15
4. Klik op Next op het scherm met de instel wizard om de toepassing op uw computer te installeren (zie Afbeelding 34).
Afbeelding 34. Scherm instel wizard
5. Lees de licentieovereenkomst voor eindgebruikers en vink het vakje aan om deze te accepteren. Klik op Next om verder te gaan
(zie Afbeelding 35).
Afbeelding 35. Licentieovereenkomst voor eindgebruikers
OM-260 430 Pagina 16
6. Standaard selecteert de toepassing het lokale station op uw computer; zorg dat deze voldoende ruimte heeft om het programma te installeren.
Klik op Next om de standaardlocatie te accepteren en kies een nieuwe locatie voordat u verdergaat (zie Afbeelding 36).
Afbeelding 36. Scherm voor doel map
7. Klik op Install om de installatie van het configuratieprogramma op uw computer te voltooien (zie Afbeelding 37).
Afbeelding 37. Scherm voor hulpprogramma installeren
OM-260 430 Pagina 17
8. Tijdens het installatieproces wordt de status op het scherm weergegeven totdat het proces is voltooid (zie Afbeelding 38).
Afbeelding 38. Scherm voor status installatie
9. Klik op Finish wanneer het installatieproces is voltooid (zie Afbeelding 39).
Afbeelding 39. Scherm voor installatie voltooid
OM-260 430 Pagina 18
10. De toepassing is op uw computer geïnstalleerd. Het programma staat in All Programs in de map Miller Insight Core Configuration
(zie Afbeelding 310). Er is ook een snelkoppeling op het bureaublad geïnstalleerd (zie Afbeelding 311).
Afbeelding 310. Map met toepassing
OM-260 430 Pagina 19
311. De configuratietoepassing voor installatie van de firmware uitvoeren en
verbindingscriteria
. Met deze toepassing kunt u de firmware van uw Insight Core-module bijwerken, het apparaat instellen voor een bedrade Ethernet-verbinding of
het apparaat instellen voor een draadloze WiFi-verbinding.
1. Dubbelklik op de snelkoppeling die automatisch op het bureaublad is geïnstalleerd of op het programmabestand (.EXE) in de toepassing bij
All Programs om de toepassing uit te voeren (zie Afbeelding 311).
Afbeelding 311. Snelkoppeling voor de toepassing instellen
2. De toepassing controleert automatisch of er een nieuwere versie van de toepassing is. Als dat het geval is, wordt u gevraagd om uw versie te
vervangen door de meest recente versie (zie Afbeelding 312).
Afbeelding 312. Op een nieuwere versie van de toepassing controleren
Als u de toepassing uitvoert op een computer die geen verbinding heeft met internet, dan wordt er niet automatisch op nieuwere versies gecontroleerd.
U kunt de huidige versie blijven gebruiken door op OK te klikken of annuleer om de internetverbinding weer tot stand te brengen (zie afbeelding
Afbeelding 313).
Afbeelding 313. Scherm met bericht over internetverbinding
OM-260 430 Pagina 20
312. Firmware op installatie voorbereiden
. Voordat u informatie over de verbinding invoert, moet u eerst de huidige revisie van de firmware op de downloadpagina laden. Klik op de blauwe
tekst “hier”; de downloadpagina wordt geopend als de computer met internet is verbonden.
Afbeelding 314. Op de nieuwste firmware controleren
OM-260 430 Pagina 21
1. Selecteer de 14-polige firmware. Sla het firmwarebestand op een locatie op de computer op die eenvoudig is te vinden.
Afbeelding 315. 14-polige firmware selecteren
2. Klik op de toets Locate Files in het vakje Firmware Updates. Er wordt een dialoogvenster geopend.
Afbeelding 316. De updatebestanden met de nieuwste firmware lokaliseren
OM-260 430 Pagina 22
3. Klik op Browse en zoek de namen van de firmwarebestanden die u op uw computer hebt gedownload.
Afbeelding 317. De bestanden met de nieuwste firmware zoeken
OM-260 430 Pagina 23
4. Dubbelklik op de bestanden die u wilt bijwerken, zet de bestanden in het bladervlakje en klik op OK.
Afbeelding 318. De bestanden in het bladervakje bijwerken
5. Stel nu het aantal dagen in dat de firmwarebestanden geldig moeten blijven. (U kunt een waarde van 1 tot en met 7 dagen kiezen. Deze instelling
voorkomt dat de oude firmwarebestanden weer worden geïnstalleerd als deze periode is verstreken.)
Afbeelding 319. De updatebestanden met de nieuwste firmware lokaliseren
. Als u alleen firmware bijwerkt, ga naar hoofdstuk 315.
. Ga voor hulp bij het configureren van de verbinding naar hoofdstuk 314.
OM-260 430 Pagina 24
313. Toegankelijkheid controleren vóór het aansluiten
De Miller Insight Cloud moet toegankelijk zijn voordat de Insight Coreeenheid op een netwerk wordt aangesloten.
Gebruik een computer op dezelfde locatie en aangesloten op hetzelfde netwerk als de Insight Coreeenheid en ga naar
http://collector.millerwelds.com .
Als de verbinding in orde is, wordt er een website geopend waarop de verbinding wordt geverifieerd (zie Afbeelding 320) en kunt u verder gaan met de
aansluitingsprocedure.
Als de website niet goed wordt geopend, neem contact op met de afdeling IT om beperkingen door een eventuele firewall op te lossen voordat u ver-
der gaat.
Afbeelding 320. Website Insight Core Collector
OM-260 430 Pagina 25
314. Het type netwerkverbinding voor Insight Coret configureren
. Als dit de eerste installatie van een apparaat is, bepaal dan welk type installatie nodig is. De verbindingsinformatie is vereist voor elke nieuwe
installatie van het Insight Core-product.
S Als men een bedrade Ethernet-verbinding met DHCP (dynamische IP-adressen) wilt configureren, ga naar hoofdstuk D.
S Als men een draadloze WiFi-verbinding wil configureren, ga naar hoofdstuk E.
S Als men een bedrade Ethernet-verbinding met statische IP-adressering wil configureren, ga naar hoofdstuk F*.
S Als men een draadloze WiFi-verbinding met statische WiFi-adressering wil configureren, ga naar hoofdstuk G*.
* Bij verbindingen met statisch adres moet de computer direct met een ethernetkabel op de module zijn aangesloten.
D. De Insight Core-module op de bedrade ethernet-verbinding met dynamische IP-toewijzing (DHCP)
verbinden
. Voordat men verder gaat met de installatie, moet u bevestigen dat uw bedrade Ethernet-kabel open toegang heeft met internet door uw laptop
op de netwerkaansluiting aan te sluiten met de CAT5-verbindingskabel en naar een externe bekende website te gaan. Als dat lukt, ga dan
hieronder verder het proces. Als dat niet lukt, neem contact op met het IT-personeel van uw bedrijf.
1. Klik op Connect Module via Wired Ethernet.
2. Standaard communiceert de module met internet via poort 80. Als uw netwerk internetverkeer via een andere poort leidt, voer dan dat
poortnummer meteen onder de toets Connect in.
Afbeelding 321. Het poortnummer veranderen van de standaardpoort 80
. Als men verder wilt gaan met de firmware-installatie, ga naar hoofdstuk 315.
OM-260 430 Pagina 26
E. De Insight Core-module met draadloos WiFi verbinden
. Wanneer de WiFi-instellingen zijn geselecteerd, gebruik de informatie van uw IT-afdeling [van de Vragenlijst netwerkverbindingen voor uw bedrijf
(zie hoofdstuk 39 voor het verkrijgen van de informatie)].
Vereiste verbindingsinformatie bij de eerste installatie voor elk aangeschaft apparaat.
1. Klik op de toets Connect Module via Wireless / WiFi.
2. Voer de naam/SSID van uw draadloos netwerk in.
3. Voer het beveiligingstype voor uw draadloze netwerk in. *Beveiliging op ondernemingsniveau is momenteel niet beschikbaar.
4. Voer de beveiligingscode (wachtwoord) van uw draadloos netwerk in. (Opmerking: dit veld is uitgeschakeld als uw netwerk eenopen” systeem is.)
. Deze instellingen werken voor alle Axcess Insight Core-modules die worden geïnstalleerd en dit hoeft alleen te worden gedaan bij de installatie
van aanvullende apparaten.
Afbeelding 322. De beveiligingscode voor het draadloos netwerk invoeren
5. Standaard communiceert de Axcess Insight Core-module via poort 80 met internet. Als uw draadloos netwerk internetverkeer via een andere
poort leidt, voer dan dat poortnummer in het vakje in.
. Als men verder wilt gaan met de firmware-installatie, ga naar hoofdstuk 315.
OM-260 430 Pagina 27
F. Een bedrade ethernet-verbinding met een statisch IP-adres via een vaste serverpagina configureren
. Voordat men verder gaat met de installatie, moet u bevestigen dat uw bedrade Ethernet-kabel open toegang heeft met internet door uw laptop
op de netwerkaansluiting aan te sluiten met de CAT5-verbindingskabel en naar een externe bekende website te gaan. Als dat lukt, ga dan
hieronder verder het proces. Als dat niet lukt, neem contact op met het IT-personeel van uw bedrijf.
1. Klik op Connect Module via Wired Ethernet.
Afbeelding 323. Instellingen voor de configuratie van een bedrade ethernetverbinding selecteren
2. Sluit uw computer direct aan op de netwerkpoort van het Insight-apparaat (aansluiting RJ45) met een ethernet-kabel (gemeenschappelijke
CAT5 of CAT6).
3. Schakel de lasstroombron in.
4. Wijzig de instellingen voor de adapter van uw computernetwerk om met de Insight-serverpagina te communiceren.
a. Ga voor computers met Windows naar Control Panel / Hardware & Sound / Network & Internet / Network & Sharing Center / Change
Adapter Settings. Deze instellingen variëren per computer.
b. Rechtsklik op uw Local Area Connection en kies Properties.
c. Klik op Internet Protocol Version 4 (TCP/IPv4), en klik op de toets Properties.
d. Noteer de huidige netwerkinstellingen voordat u verdergaat.
e. Selecteer de knop “Use The Following IP Address”.
f. Stel een statisch IP-adres in op 169.254.0.1 of een alternatief (het laatste cijfer mag alles behalve een 2 zijn).
g. Stel de Subnet Mask in op 255.255.255.0
h. Klik op OK wanneer u klaar bent en sluit alle vensters voor de netwerkinstellingen.
. De draadloze functie op de computer moet mogelijk worden uitgeschakeld om via de ethernet-kabel verbinding met de Insight-module te maken.
. Alle veranderingen in de netwerkadapter moeten worden teruggedraaid wanneer u klaar bent met de installatie om weer verbinding te maken met
het bedrijfsnetwerk.
5. Sluit alle geopende dialoogvensters voor de netwerkinstellingen en browsers. Open een ander browservenster op uw bureaublad. Wacht on-
geveer 30 seconden en ga naar de serverpagina op 169.254.0.2 door dit IP-adres direct in de tekstbalk van uw browser te typen (in plaats van de
naam van een website).
. Als het statisch toegewezen IP-adres niet kan worden geopend, schakel de stroombron uit, plaats de USB-stick en schakel het apparaat weer
in. Er wordt nu een tekstbestand op de USB-stick gezet, met de naam IP_MAC_LIC_ADDR.txt. Open dit bestand met Notepad om te verifiëren
dat het statisch toegewezen IP-adres dat u probeert te openen hetzelfde IP-adres is als van het Insight-apparaat zoals vermeld in het tekstbestand
IP_MAC_LIC_ADDR.
OM-260 430 Pagina 28
6. Selecteer op de serverpagina de knop Wired Ethernet en voer de gewenste parameters in op basis van de netwerkomgeving van uw bedrijf,
zoals gedefinieerd in de antwoorden op de controlelijst voor de netwerkverbindingen van Insight (zie hoofdstuk 39).
. Het IPadres (169.254.0.2) van deze serverpagina is in de fabriek ingesteld voor de Insightmodule. Als u de verbinding van het Insightapparaat
met een statisch IPadres voor uw bedrijf wilt instellen, verandert het IPadres voor deze serverpagina permanent zodra u het statische IPadres
in het onderstaande proces toewijst.
. Via een verbinding met een statisch IPadres kunt u de serverpagina van elk Insightapparaat dat in de ruimte is geïnstalleerd overal op het net-
werk bekijken door naar het statische IPadres te bladeren.
a. Selecteer in het deel Ethernet Settings de optie Static for Device IP Address and Primary DNS.
b. Voer het statische IP-adres, subnetmasker, gateway, DNS-informatie en poortnummer van het apparaat die u van uw afdeling IT hebt
gekregen in (zie Afbeelding 324).
MC10001Z
AC1000000X1X1X00XX00X0
Afbeelding 324. Serverpagina Insight
c. Wanneer u klaar bent, druk op Submit om uw instellingen voor dit apparaat op te slaan.
7. Koppel de Ethernet-verbindingskabel (CAT5 of CAT6) los van uw computer en sluit de Insight-module met de verbindingskabel aan op het
Ethernet-aansluiting van het bedrijfsnetwerk.
8. Schakel de lasstroombron uit en verwijder een eventueel nog ingestoken USB-stick.
9. Wacht 10 seconden.
10. Schakel de lasstroombron in. De gele netwerk LED moet eerst gaan branden als uw netwerk wordt geïdentificeerd. De groene internet LED moet
gaan branden als de toegang met internet open is.
11. Wanneer beide LED’s constant branden, dan is de fysieke installatie voor het statische IP-adres voltooid.
. Als de lampjes niet branden en de netwerkverbinding is geverifieerd (zie hoofdstuk 313), neem contact op met uw Millervertegenwoordiger.
. Als men verder wilt gaan met de firmware-installatie, ga naar hoofdstuk 315.
OM-260 430 Pagina 29
G. Een WiFi-verbinding met een statisch IP-adres via een vaste serverpagina configureren
. Wanneer u een WiFi-verbinding met een statisch IP-adres wilt instellen, moet het apparaat eerst worden aangesloten op een bedrade
Ethernet-verbinding. Voordat u verder gaat met de installatie, moet u eerst bevestigen dat uw bedrade Ethernet-lijn open toegang tot internet heeft
door uw laptop met een CAT5-verbindingskabel op de netwerkaansluiting aan te sluiten en een bekende externe website te openen. Als dat lukt,
ga hieronder verder met het proces. Als dat niet lukt, neem contact op met de IT-afdeling van uw bedrijf.
1. Klik op Connect Module via Wired Ethernet.
Afbeelding 325. Instellingen voor de configuratie van een bedrade ethernetverbinding selecteren
2. Sluit uw computer direct aan op de netwerkpoort van het Insight-apparaat (aansluiting RJ45) met een ethernet-kabel (gemeenschappelijke
CAT5 of CAT6).
3. Schakel de lasstroombron in.
4. Wijzig de instellingen voor de adapter van uw computernetwerk om met de Insight-serverpagina te communiceren.
a. Ga voor computers met Windows naar Control Panel / Hardware & Sound / Network & Internet / Network & Sharing Center / Change
Adapter Settings. Deze instellingen variëren per computer.
b. Rechtsklik op uw Local Area Connection en kies Properties.
c. Klik op Internet Protocol Version 4 (TCP/IPv4), en klik op de toets Properties.
d. Noteer de huidige netwerkinstellingen voordat u verdergaat.
e. Selecteer de radioknop Use the following IP address.
f. Stel een statisch IP-adres in op 169.254.0.1 of een alternatief (het laatste cijfer mag alles behalve een 2 zijn).
g. Stel de Subnet Mask in op 255.255.255.0
h. Klik op OK wanneer u klaar bent en sluit alle vensters voor de netwerkinstellingen.
. Alle veranderingen in de netwerkadapter moeten worden teruggedraaid wanneer u klaar bent met de installatie om weer verbinding te maken met
het bedrijfsnetwerk.
5. Sluit alle geopende dialoogvensters voor de netwerkinstellingen en browsers. Open een ander browservenster op uw bureaublad en wacht
ongeveer 30 seconden. Als de firmwareversie die wordt gebruikt 1.19.10 of later is, typ het IP-adres 169.254.0.2 direct in de balk van de browser
(in plaats van een internetadres). Als de firmwareversie ouder is dan 1.19.10, gebruik het IP-adres 169.254.0.2/wifi.shtm.
OM-260 430 Pagina 30
. Als het statisch toegewezen IP-adres niet kan worden geopend, schakel de stroombron uit, plaats de USB-stick en schakel het apparaat weer
in. Er wordt nu een tekstbestand op de USB-stick gezet, met de naam IP_MAC_LIC_ADDR.txt. Open dit bestand met Notepad om te verifiëren
dat het statisch toegewezen IP-adres dat u probeert te openen hetzelfde IP-adres is als van het Insight-apparaat zoals vermeld in het tekstbestand
IP_MAC_LIC_ADDR.
6. Zoek op de serverpagina de radioknop Wireless WiFi en voer de gewenste parameters in op basis van de netwerkomgeving van uw bedrijf,
zoals gedefinieerd in de antwoorden voor de Insight controlelijst voor de netwerkverbindingen (zie Afbeelding 326).
. Het IPadres (169.254.0.2) van deze serverpagina is in de fabriek ingesteld voor de Insightmodule. Als u de verbinding van het Insightapparaat
met een statisch IPadres voor uw bedrijf wilt instellen, verandert het IPadres voor deze serverpagina permanent zodra u het statische IPadres
in het onderstaande proces toewijst.
. Via een verbinding met een statisch IPadres kunt u de serverpagina van elk Insightapparaat dat in de ruimte is geïnstalleerd overal op het net-
werk bekijken door naar het statische IPadres te bladeren.
MC10001Z
AC1000000X1X1X00XX00X0
Afbeelding 326. Serverpagina Insight
OM-260 430 Pagina 31
MC10001Z
AC1000000X1X1X00XX00X0
Afbeelding 327. Serverpagina Insight
a. Selecteer in het deel WiFi Settings de optie Static for Device IP Address.
b. Voer het statische IP-adres, subnet mask, gateway, DNS-informatie, poortnummer, type beveiliging, SSID en beveiligingscode voor het
apparaat in (die u van uw afdeling IT hebt gekregen) (zie afbeelding Afbeelding 327).
c. Wanneer u klaar bent, druk op Submit om uw instellingen voor dit apparaat op te slaan.
7. Koppel de Ethernet-verbindingskabel (CAT5 of CAT6) los van uw computer.
8. Schakel de lasstroombron uit en verwijder een eventueel nog ingestoken USB-stick.
9. Wacht 10 seconden.
10. Schakel de lasstroombron in. De gele netwerk LED moet eerst gaan branden als uw netwerk wordt geïdentificeerd. De groene internet LED moet
gaan branden als de toegang met internet open is.
11. Wanneer beide LED’s constant branden, is de fysieke installatie voor het statische IP-adres voor WiFi voltooid.
. Als men verder wilt gaan met de firmware-installatie, ga naar hoofdstuk 315.
OM-260 430 Pagina 32
315. De firmware-update installeren
. Als u hulp nodig hebt bij het installeren of uitvoeren van het configuratieprogramma, zie hoofdstuk 310 en hoofdstuk 311. Zie voor hulp bij het
zoeken van de firmwarebestanden hoofdstuk 312.
Wanneer u de firmwarebestanden hebt gevonden en de configuratie-instellingen hebt uitgevoerd (waar nodig), klik op de toets SAVE in het
configuratievenster. U wordt gevraagd om een USB-stick te plaatsen. Klik op Save als u dat hebt gedaan. Wanneer u klaar bent, bevat uw USB-stick
een bestand met de naam Boot.cfg en een map/directory met de naam Firmware, met daarin de firmwarebestanden die u hebt geselecteerd. Voor het
Insight Core-apparaat moeten deze bestanden/map op uw USB-stick staan om de firmware bij te werken.
Afbeelding 328. De letter van de USB-stick selecteren
Afbeelding 329. De configuratie-instellingen voor Insight goedkeuren
Als u op OK klikt, sluit de toepassing; u kunt de firmware-upgrade op uw Insight Core-module installeren.
. Zorg dat de module bedraad is aangesloten op een actieve internetverbinding voor bedrade aansluitingen of dat het draadloze netwerk beschik-
baar is voor draadloze verbindingen.
1. Sluit de 14polige module aan op de lasstroombron.
2. Schakel de lasstroombron uit.
3. Plaats de USB-stick in de 14polige module.
4. Schakel de lasstroombron in.
. De LED’s op de voorkant van de module knipperen om aan te geven dat de instellingen worden overgedragen. Wanneer het knipperen stopt, gaan
de internet LED en netwerk LED constant branden om aan te geven dat er verbinding met uw netwerk en internet is (zie hoofdstuk 34).
De firmware-update is voltooid.
. Als u alleen de firmware wilt bijwerken, is het proces voltooid.
. Het apparaat leest de instellingen af voor registratie; ga naar hoofdstuk 316 om verder te gaan met de registratie.
OM-260 430 Pagina 33
316. Het serienummer en de licentiecode van het apparaat bepalen
. Het serienummer en de licentiecode van het apparaat zijn nodig om het product te registreren. De USB-stick die in hoofdstuk 315 is gebruikt,
bevat een.txt-bestand dat nodig is om de licentiecode te verkrijgen.
1. Verwijder de USB stick uit de Insight Core Module en sluit deze aan op de computer. Wacht totdat de computer de USB stick herkent.
2. Zoek en open het bestand met de naam Device License Keys op de USB-stick.
Afbeelding 330. Map Device License Keys
3. Open het .txt-bestand met de naam “IP_MAC_ADDR_LIC-” met een tekstprogramma (zoals Notepad) om het serienummer en de licentiecode
van de module/het apparaat te vinden; deze hebt u nodig om het apparaat te registreren.
Afbeelding 331. Bestand Device License Key
4. Noteer het serienummer en de licentiecode voor registratie.
00 . XX . 00 . XX . 00 . XX
00 . XX . 00 . XX . 00 . XX
00 . XX . 000 .XXX
MC10001Z
AC1000000X1X1X00XX00X0XX
Afbeelding 332. Informatie over de licentiecode van het apparaat
. Dit bestand verifieert ook de informatie over de verbindingen. De exacte informatie in het bestand is afhankelijk van het type verbinding en apparaat.
. Ga naar hoofdstuk 317 om verder te gaan met de registratie van het apparaat.
OM-260 430 Pagina 34
317. Het eerste apparaat registreren en een account aanmaken
1. Open een internetbrowser en ga naar https://insight.millerwelds.com/registration.
1. Vul alle informatie in die wordt weergegeven in Afbeelding 333. Gebruik het serienummer en de licentiecode uit hoofdstuk 316.
. Als dit apparaat een toegevoegde module is die aan bestaande, eerder geregistreerde machines moet worden toegevoegd, klik op de toets
Log In en ga verder naar hoofdstuk 318.
Serienummer
Insightmodule
Licentiecode
uit stap 2
MC10001Z
AC1000000X1X1X00XX00X0XX
Afbeelding 333. Een nieuwe account registreren
3. Als u op de toets Register hebt geklikt, wordt de beginpagina geopend voor het bedrijf dat net was aangemaakt (zie Afbeelding 334).
Afbeelding 334. Bedrijfsdashboard Insight Core
. Als u toegevoegde apparaten wilt registreren, ga naar hoofdstuk 318.
OM-260 430 Pagina 35
318. Toegevoegde apparaten registreren
1. Meld u aan bij de website van Insight Core via https://insight.millerwelds.com/.
2. Klik op het tabblad Configuration (zie Afbeelding 335).
3. Klik op het tabblad Configuration op de toets Register New Device.
Afbeelding 335. Configuratiescherm
4. Er wordt een bevestigingsscherm geopend. Als de informatie juist is, klik op de toets Save (zie Afbeelding 336).
MC10001Z
AC1000000X1X1X00XX00X0XX
Afbeelding 336. Configuratiescherm Register Device
5. Na de registratie wordt het apparaat weergegeven in de lijst met middelen van het bedrijf en worden er activiteiten weergegeven terwijl de gebrui-
kers beginnen te lassen met deze stroombron.
OM-260 430 Pagina 36
319. Een werktijd instellen
. Als u de bedrijfsinstellingen wilt invoeren, meld u dan aan op de website van Insight Core via https://insight.millerwelds.com/.
1. U kunt een werktijd voor een Insight Core-module instellen door op het tabblad Configuration, op het tabblad Company en daarna op de toets Add
Shift te klikken (zie Afbeelding 337).
Afbeelding 337. Een werktijd instellen
2. Voer de gegevens in om de werktijd van het apparaat in te stellen en klik daarna op de toets Save (zie Afbeelding 338).
Afbeelding 338. Nieuwe werktijd toevoegen
OM-260 430 Pagina 37
3. Als u op de toets Save klikt, wordt het scherm Edit geopend om wijzigingen of correcties aan te brengen. Wanneer de gegevens voor de werktijd
aanvaardbaar zijn, klik op de toets Save (zie Afbeelding 339).
Afbeelding 339. Scherm voor het bewerken van de gegevens voor een werktijd
4. Als u op de toets Save klikt, worden de gegevens voor de werktijd op het tabblad Company weergegeven voor de werktijd van het apparaat
(zie Afbeelding 340).
Afbeelding 340. Scherm voor de gegevens van werktijd van een apparaat
OM-260 430 Pagina 38
320. Een groep instellen
1. Wanneer u een groep wilt opstellen om uw Insight-apparaten in logische groepen te zetten, klik dan op het tabblad Groups (zie Afbeelding 341).
Afbeelding 341. Een groep apparaten instellen
2. Voer een groepsnaam in en klik op de toets Save (zie Afbeelding 342).
Afbeelding 342. Een groepsnaam invoeren
3. Wanneer er een groep is aangemaakt, ga terug naar het begin van een hoofdstuk 318 om meer apparaten toe te voegen. Zorg dat u alle serie-
nummers en toegangscodes voor elk toegevoegd apparaat hebt.
4. Als u bestaande apparaten aan een groep wilt toewijzen, selecteer de eenheid die u wilt toewijzen, klik op Configuration en daarna op Groups.
Selecteer de juiste groep voor de eenheid.
OM-260 430 Pagina 39
HOOFDSTUK 4 PROBLEMEN OPLOSSEN
Als de eenheid geen verbinding met internet kan maken, probeer dan verbinding te maken met http://collector.millerwelds.com.
Als de verbinding goed werkt, wordt er een internetpagina geopend waarop de verbinding wordt bevestigd (zie Figure 41).
Figure 41. Internetpagina Insight Core Collector
Aantekeningen
OM-260 430 Pagina 40
HOOFDSTUK 5 ELEKTRISCH SCHEMA
264 455-B
Afbeelding 5-1. Stroomkringschema
OM-260 430 Pagina 41
HOOFDSTUK 6 ONDERDELENLIJST
Description
Part
No.
301 072 Insight Coret 14-Pin Module Kit
Quantity
259 221 Housing, Circuit Control 14 Pin Insight Core 1......... .. ...................................
264 624 Assy, CCA Insight Core With Wifi 14 Pin 1......... .. ......................................
264 626 Circuit Card Assy, 14 Pin Insight Core (W/Program) 1......... .. ..........................
263 771 Circuit Card Assy, Radio Carrier Internal Antenna 1......... .. ............................
259 519 Cable Assy, Interconnecting 14 Pin Insight Core 1......... .. ...............................
259 465 Cable, Interconnecting Insight Core 14 Pin 1......... .. ..................................
141 162 Housing Plug+Pins (Service Kit) 1......... .. ...........................................
152 369 Housing Plug+Skts (Service Kit) 1......... .. ...........................................
264 880 Panel, Mtg Components 14 Pin Insight Core 1......... .. ................................
131 447 Core, Toroidal 1......... .. ...........................................................
To maintain the factory original performance of your equipment, use only Manufacturer’s Suggested
Replacement Parts. Model and serial number required when ordering parts from your local distributor.
Aantekeningen
Aantekeningen
Aantekeningen
Geldig vanaf 1 januari 2015 (Installaties waarvan het serienummer begint met “MF” of nieuwer)
Deze beperkte garantie vervangt alle vorige Miller garanties en is exclusief zonder andere expliciete of impliciete waarborgen of garanties.
BEPERKTE GARANTIE Afhankelijk van de onderstaande bepalin-
gen en voorwaarden garandeert Miller Electric Mfg. Co., Appleton,
Wisconsin, zijn erkende verdeler dat nieuwe Miller installaties die ver-
kocht zijn na de geldende datum van deze beperkte garantie geen
materiaal- en/of fabricagefouten hebben. DEZE GARANTIE VER-
VANGT UITDRUKKELIJK ALLE ANDERE GARANTIES, EXPLICIET
OF IMPLICIET, VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID.
Binnen de onderstaande garantieperioden zal Miller alle onderdelen of
componenten die niet meer functioneren door dergelijke fabricage- en
materiaalfouten met garantie repareren of vervangen. Miller moet bin-
nen dertig (30) dagen schriftelijk op de hoogte worden gebracht van
een dergelijke fout of storing, waarop Miller instructies zal geven over
de garantieclaim-procedure die hierop volgt. Wanneer een melding
wordt ingediend als een online garantieclaim, moet de claim een gede-
tailleerde omschrijving bevatten van de storing en de stappen die zijn
genomen om de defecte onderdelen en de oorzaak van het defect te
identificeren.
In het geval van een dergelijke storing binnen de garantieperiode zal
Miller garantieclaims toestaan op installaties met garantie die hieron-
der zijn vermeld. Alle garantieperioden gelden vanaf de dag dat de in-
stallatie geleverd werd aan de erkende verdeler, of 18 maanden nadat
de installatie naar een internationale distributeur gezonden is.
1. 5 jaar onderdelen — 3 jaar arbeidsloon
* Originele gelijkrichters van de hoofdvoeding alleen
thyristoren, diodes en losse gelijkrichtcellen
2. 3 jaar — Onderdelen en arbeidsloon
* Automatisch verduisterende helmlenzen (uitgezonderd de
Classic-serie) (geen arbeidsloon)
* Lasapparaten/generatoren met motor
(OPMERKING: Motoren vallen onder een aparte garantie
van de motorfabrikant.)
* Voedingsbronnen van invertermachines (tenzij anders
aangegeven)
* Stroombronnen plasmasnijders
* Procesregelapparatuur
* Semi-automatische en automatische draadaanvoer-
systemen
* Transformator/gelijkrichter stroombronnen
3. 2 jaar — Onderdelen en arbeidsloon
* Automatisch verduisterende helmlenzen alleen
Classic-serie (geen arbeidsloon)
* Rookafzuigers Capture 5 Filtair 400 en Industrial
Collector-serie
4. 1 jaar — Onderdelen en arbeidsloon tenzij gespecificeerd
* Automatisch bewegende apparatuur
* CoolBelt en CoolBand blaasapparaten (geen arbeidsloon)
* Luchtdroogsysteem met droogmiddel
* Externe bewakingsapparatuur en sensoren
* Inbouwopties
(OPMERKING: Field Options zijn gedekt voor de
resterende garantieperiode van het product waarin ze in
geïnstalleerd zijn, of voor een minimum van één jaar —
afhankelijk van welke van de twee het langste duurt.)
* RFCS voetbedieningen (m.u.v. RFCS-RJ45)
* Rookafzuigers Filtair 130, MWX- en SWX-serie
* HF units
* ICE/XT plasmasnijdtoortsen (geen arbeidsloon)
* Stroombronnen voor inductieverwarming, koelers
(OPMERKING: Digitale recorders vallen onder aparte
garantie van de fabrikant.)
* Belastingsbanken
* Motoraangedreven pistolen (m.u.v. de Spoolmate pistolen)
* PAPR blaasunit (geen arbeidsloon)
* Positionerings- en regelapparatuur
* Rekken
* Wielonderstellen/trailers
* Puntlasapparatuur
* Draadaanvoer systemen voor onder poederdek lassen
* Waterkoelingssystemen
* TIG toortsen (geen arbeidsloon)
* Draadloze voet-/hand-afstandsbediening en ontvangers
* Werkstations/Lastafels (geen arbeidsloon)
* LiveArc- een computer las-help systeem
5. 6 maanden — op onderdelen
* Accu’s
* Bernard pistolen (geen arbeidsloon)
* Tregaskiss pistolen (geen arbeidsloon)
6. 90 dagen — op onderdelen
* Toebehoren (sets)
* Beschermzeilen
* Inductieverwarmingsspoelen en dekens, kabels en niet
elektronische regelapparatuur
*M
pistolen
* MIGtoortsen en Subarctoortsen (SAW)
* Afstandsbedieningen en RFCSRJ45
* Vervangende onderdelen (geen arbeidsloon)
* Roughneckpistolen
* Spoolmate pistolen
Millers True Blue® beperkte garantie geldt niet voor:
1. Slijtonderdelen zoals contacttips, snijmondstukken, mag-
neetschakelaars, koolborstels, relais, bovenbladen van
werkstations en lasgordijnen of andere onderdelen die niet
meer goed werken als gevolg van normale slijtage. (Uitzon-
dering: borstels en relais zijn wel gedekt bij alle motoraan-
gedreven producten.)
2. Onderdelen geleverd door Miller maar geproduceerd door ande-
ren, zoals motoren of handelsaccessoires. Deze onderdelen val-
len onder de eventuele garanties door de fabrikanten.
3. Installaties die veranderingen hebben ondergaan door andere
partijen dan Miller, of installaties die onjuist geïnstalleerd of ver-
keerd gebruikt zijn volgens industrierichtlijnen, of installaties die
geen redelijk en noodzakelijk onderhoud hebben gehad, of instal-
laties die gebruikt zijn voor andere dan de aangegeven toepas-
singen voor de installatie.
MILLER PRODUKTEN ZIJN BEDOELD VOOR VERKOOP EN GE-
BRUIK DOOR COMMERCIËLE/INDUSTRIËLE GEBRUIKERS EN
PERSONEN DIE OPGELEID ZIJN EN ERVARING HEBBEN MET
HET GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN LASINSTALLATIES.
In het geval van een garantieclaim gedekt door deze garantie, zullen
de exclusieve Miller-oplossingen zijn: (1) repareren; of (2) vervangen;
of, als dit schriftelijk door Miller is toegestaan in bepaalde gevallen, (3)
de redelijke kosten van repareren of vervangen bij een goedgekeurd
Miller onderhoudsbedrijf; of (4) krediet of betaling van de aankoopprijs
(redelijke waardevermindering op basis van het eigenlijke gebruik) bij
het retourneren van de goederen op risico en kosten van de klant.
Miller’s optie van repareren of vervangen zal f.o.b. zijn (met inbegrip
van vervoerskosten tot in de boot), naar de fabriek in Appleton,
Wisconsin of f.o.b. naar een door Miller goedgekeurd
onderhoudsbedrijf zoals bepaald is door Miller. Daarom zal er geen
compensatie of terugbetaling voor transportkosten worden
toegestaan.
VOOR ZOVER DE WET DIT TOESTAAT, STAAN ER GEEN ANDERE
VERHAALSMOGELIJKHEDEN OPEN DAN DEGENE DIE HIER
VOORZIEN ZIJN. IN GEEN GEVAL ZAL MILLER CONTRACTUEEL,
UIT ONRECHTMATIGE DAAD, OF ANDERSZINS, AAN-
SPRAKELIJK ZIJN VOOR RECHTSTREEKSE, ON-
RECHTSTREEKSE, BIJZONDERE, INCIDENTELE, OF
GEVOLGSCHADE (HIERIN BEGREPEN GEDERFDE WINST).
MILLER VERWERPT EN SLUIT, M.B.T. ALLE GEREEDSCHAP DAT
DOOR HAAR GELEVERD WORDT, ELKE UITDRUKKELIJKE
GARANTIE DIE HIER NIET VOORZIEN IS, EN ELKE
GEÏMPLICEERDE GARANTIE OF VERKLARING M.B.T.
PRESTATIE, EN ELK VERHAAL OP GROND VAN CONTRACTUELE
WANPRESTATIE, UIT ONRECHTMATIGE DAAD, OF DAT, WARE
DEZE BEPALING NIET OPGENOMEN, IMPLICIET, VAN
RECHTSWEGE, NAAR HANDELSGEWOONTE OF NAAR
AANLEIDING VAN DE CONCRETE OMSTANDIGHEDEN VAN DE
TRANSACTIE ZOU VOORTVLOEIEN UIT GELIJK WELKE ANDERE
RECHTSTHEORIE, HIERIN BEGREPEN ELKE GEÏMPLICEERDE
GARANTIE M.B.T. VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID
VOOR EEN BEPAALD GEBRUIK, UIT.
Sommige staten in de V.S. staan geen beperkingen toe met betrekking
tot de duur van de garantie, noch uitsluiting van bijkomende schade,
indirecte schade, speciale schade of gevolgschade, dus bovenstaan-
de beperking kan mogelijk niet van toepassing zijn voor u. Deze ga-
rantie biedt specifieke wettelijke rechten en er kunnen eventueel ook
andere rechten van toepassing zijn; deze kunnen echter per staat ver-
schillen.
In Canada biedt de wetgeving in enkele provincies bepaalde extra ga-
ranties of oplossingen die afwijken van de bepalingen die hierin zijn op-
genomen, en bovenstaande beperkingen en uitsluitingen zijn mogelijk
niet van toepassing, voorzover er niet van mag worden afgezien.
Deze Beperkte Garantie biedt specifieke wettelijke rechten en er kun-
nen eventueel ook andere rechten zijn; deze kunnen echter per pro-
vincie verschillen.
Deze originele garantie is in Engelse juridische begrippen ge-
schreven. Bij klachten of onenigheid heeft de betekenis van de
woorden in het Engels voorrang.
miller warr_dut 201501
Vertaling van de originele instructies UITGEGEVEN IN DE VS. © 2015 Miller Electric Mfg. Co 2015-01
Miller Electric Mfg. Co.
An Illinois Tool Works Company
1635 West Spencer Street
Appleton, WI 54914 USA
International HeadquartersUSA
USA Phone: 920-735-4505 Auto-attended
USA & Canada FAX: 920-735-4134
International FAX: 920-735-4125
Voor internationale vestigingen bezoek
website: www.MillerWelds.com
Naam van het model Serie-/typenumber
Aankoopdatum (datum waarop de apparatuur bij de oorspronkelijke klant werd bezorgd.)
Leverancier
Adres
Plaats
Staat Postcode
Volledig invullen en goed bewaren a.u.b.
Vermeld altijd de naam van het model en het serie-/typenummer
Ga naar uw leverancier voor:
Toebehoren en elektroden
Optionele apparatuur en accessoires
Persoonlijke beschermingsmiddelen
Service en reparaties
Vervangende onderdelen
Trainingen en opleidingen (scholen, videos,
boeken)
Technische handboeken (onderhoudsinformatie
en onderdelen)
Stroomkringschema’s
Handboeken over lasprocessen
Wanneer u een dealer of servicebedrijf zoekt, ga naar
www.millerwelds.com of bel 18004AMiller
Neem contact op met het
vervoersbedrijf:
Service
Eigendomspapieren
Om een schadeclaim in te dienen bij verlies of
beschadiging tijdens transport.
Neem contact op met de transportafdeling van uw distribu-
teur en/of de fabrikant van de apparatuur voor hulp bij het
indienen en afhandelen van schadeclaims.
Neem contact op met een distributeur of servicebedrijf
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52

Miller MD390000U de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor