Dovre ASTRO 4MFP Data papier

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Dovre ASTRO 4MFP Data papier. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Inhoud
Voorwoord ............................................................................................................................4
Inleiding ...............................................................................................................................4
Veiligheid .............................................................................................................................4
Installatievoorschrift ............................................................................................................5
Vooraf ..............................................................................................................................................5
Voorbereidende werkzaamheden
....................................................................................................9
Installatie .......................................................................................................................................13
Afwerking .....................................................................................................................................14
Verpakkingsmaterialen ..................................................................................................................14
Gebruiksaanwijzing ...........................................................................................................16
Brandstof .......................................................................................................................................16
Luchtregeling ................................................................................................................................16
Aanmaken .....................................................................................................................................17
Stoken met hout
...........................................................................................................................17
Stoken op laag regime (voor toestellen geschikt voor continu gebruik)
......................................18
Ontassen ........................................................................................................................................18
Doven ............................................................................................................................................18
Weersomstandigheden ..................................................................................................................18
Onderhoud ..........................................................................................................................19
Tables des matières
Préface ................................................................................................................................20
Introduction ........................................................................................................................20
Sécurité ..............................................................................................................................20
Installation ..........................................................................................................................21
Au préalable ..................................................................................................................................21
Travaux préparatoires ...................................................................................................................25
Installation ....................................................................................................................................29
Finition ..........................................................................................................................................30
Emballage .....................................................................................................................................30
Mode d’emploi ...................................................................................................................32
Combustible ..................................................................................................................................32
Réglage d’air .................................................................................................................................32
Allumage .......................................................................................................................................33
La combustion au bois .................................................................................................................33
Chauffer à bas régime (pour appareils adaptés à une utilisation en continu) ...............................34
Le décendrage
...............................................................................................................................34
Extinction ......................................................................................................................................34
Conditions atmosphériques
...........................................................................................................34
Entretien .............................................................................................................................35
2
Voorwoord
Bij dit toestel ontvangt u deze installatievoorschriften en gebruiksaanwijzing. U vindt er naast instructies
voor het plaatsen en informatie over het gebruik, ook adviezen omtrent veiligheid en onderhoud. Lees dit
boekje zorgvuldig, vooraleer met de plaatsing aan te vatten en het toestel in gebruik te nemen.
Bewaar dit boekje, zodat een volgende gebruiker er zijn voordeel mee kan doen.
Inleiding
Met de aankoop van dit DOVRE toestel heeft u een kwaliteitsproduct gekocht, een toestel dat symbool
staat voor een nieuwe generatie energiezuinige en milieuvriendelijke verwarmingstoestellen, waarbij op-
timaal gebruik wordt gemaakt van zowel convectiewarmte als stralingswarmte.
De toestellen worden geproduceerd met de modernste productiemiddelen.
Mocht er onverhoopt toch iets aan uw toestel mankeren, dan kunt u altijd een beroep doen op de DOVRE
service.
Dit toestel is ontworpen om te worden geplaatst in een woonruimte en moet hermetisch worden aangeslo-
ten aan een rookgasafvoerkanaal (schoorsteen).
Een vakkundige plaatsing, een goedwerkende schoorsteen en een afdoende verluchting zijn een waarborg
voor een langdurige en feilloze werking van Uw toestel.
Laat u bij plaatsing en aansluiting adviseren of helpen door een vakman. De fabrikant kan niet aanspra-
kelijk gesteld worden voor problemen veroorzaakt door een slechte plaatsing.
Veiligheid
Het toestel wordt best geplaatst, in bedrijf gesteld en gecontroleerd door een bevoegd installateur, die
tevens op de hoogte is van de nationaal en lokaal geldende voorschriften terzake.
Het toestel is ontworpen voor verwarmingsdoeleinden. Dit houdt in dat alle oppervlaktes, inclusief het
glas, zeer heet kunnen worden (> 100°C).
Plaats geen gordijnen, kleren, wasgoed, meubels of andere brandbare materialen bovenop of in de nabij-
heid van het toestel.
Het is raadzaam, na installatie van het toestel, deze enige uren op de hoogste stand te stoken en daarbij
tevens goed te ventileren, zodat de hittebestendige lak de kans heeft om uit te harden. Dit kan gepaard
gaan met enige rookontwikkeling, doch deze verdwijnt vanzelf na enige tijd. Regelmatige reiniging en
onderhoud van toestel en schoorsteen zijn noodzakelijk voor een langdurige en veilige werking van uw
installatie. Volg hiervoor nauwgezet de instructies in het betreffende hoofdstuk.
Gebroken of gebarsten glas moet worden vervangen alvorens het toestel opnieuw in gebruik te nemen.
Het toestel is speciek ontworpen om bepaalde soorten brandstoffen te gebruiken. In de technische spe-
cicaties in bijlage vindt U hiervan de detail. Het is absoluut verboden andere dan deze brandstoffen te
gebruiken. Uw toestel kan hierdoor sneller beschadigd worden. Het is bovendien schadelijk voor het
milieu.
4
Installatievoorschrift
Vooraf
Het toestel moet hermetisch dicht worden aangesloten op een goed werkende schoorsteen, voldoende
afgeschermd zijn van brandbare materialen (vloer en wanden), in een ruimte met voldoende verluchting.
Informeer naar nationale of plaatselijke normen en voorschriften terzake. Uw verdeler kan u hierin ad-
viseren.
Raadpleeg eventueel ook brandweer en/of verzekeringsmaatschappij naar specieke voorschriften of
vereisten.
Neem ook kennis van de technische specicaties in bijlage van deze handleiding alvorens met de instal-
latie aan te vatten.
De schoorsteen
De schoorsteen (het rookkanaal) heeft een dubbele functie :
Het aanzuigen van de lucht vanuit de kamer, nodig voor de verbranding van de brandstof in het
toestel.
Het afvoeren van de verbrandingsgassen door thermische en natuurlijke trek. De thermische trek
ontstaat door het warmteverschil tussen de lucht in en buiten het rookkanaal. De opgewarmde lucht
in het rookkanaal is lichter dan de koudere lucht buiten het kanaal en stijgt daarom omhoog, samen
met de verbrandingsgassen. Natuurlijke trek wordt veroorzaakt door omgevingsfactoren o.a. de
wind.
Het is verboden om meerdere toestellen op een enkele schoorsteen aan te sluiten (bv. de centrale verwar-
mingsketel), tenzij lokale of nationale reglementeringen hierin voorzien.
Ga na welke schoorsteen nodig is voor het gekozen toestel, en of de bestaande schoorsteen geschikt is.
Laat u hierbij adviseren door een specialist.
De schoorsteen voldoet best aan de volgende voorwaarden :
Het rookkanaal moet gemaakt zijn van vuurvast materiaal. Elementen van keramiek of roestvrij
staal verdienen aanbeveling.
De schoorsteen moet luchtdicht en goed gereinigd zijn, en een voldoende trek garanderen (een trek
of onderdruk van 15 tot 20 Pa tijdens normaalbelasting is ideaal).
Hij moet zo verticaal mogelijk lopen, vertrekkend van de uitgang van het toestel. Richtingsverande-
ringen en horizontale stukken zijn af te raden, wegens verstoring van de rookgasafvoer en mogelijke
ophoping van roet (verstopping !!).
De binnenmaten van de schoorsteen mogen niet te groot zijn om de rookgassen niet te sterk te laten
afkoelen. Voor aanbevolen schoorsteendiameter, zie technische specicatie in bijlage. Indien het
rookkanaal behoorlijk geïsoleerd is, kan de diameter eventueel groter zijn.
De sectie van het rookkanaal moet vooral constant zijn. Verbredingen, en vooral vernauwingen,
verstoren de vlotte rookgasafvoer en worden best vermeden. Hetzelfde geldt voor een dekplaat of
afvoerkap bovenop de schoorsteen. Let erop dat hierdoor de uitmondingsectie niet vernauwt, en
dat de kap zodanig ontworpen is, dat bij wind, de afvoer van de rookgassen niet belemmerd, maar
bevorderd wordt.
5
Vooral als het rookkanaal door onverwarmde ruimten loopt of buitenwanden heeft, is bijkomende
isolatie belangrijk. Metalen schoorstenen, of schoorsteengedeelten buiten de woning, moeten steeds
worden uitgevoerd in dubbelwandig geïsoleerde buizen. Het buitendaks gedeelte van de schoor-
steen moet steeds geïsoleerd zijn.
De schoorsteen dient voldoende hoog te zijn (minimum 4 meter), en uitmonden in een zone die
niet verstoord wordt door omliggende gebouwen, nabijstaande bomen of andere hindernissen. Als
vuistregel geldt: 60 cm boven de nok van het dak. Indien de nok meer dan 3 meter verwijderd is van
de schoorsteen, zie dan de afmetingen aangegeven in guur hieronder. Afhankelijk van eventueel
nabijgelegen gebouwen en / of bomen, moet de schoorsteen hoger zijn.
Ventilatie van het lokaal
Verbranding van hout, kolen of gas verbruikt zuurstof. Het is dus van groot belang dat de ruimte waar
het toestel geïnstalleerd wordt, voldoende verlucht of geventileerd wordt.
Bij een onvoldoende verluchting kan de verbranding verstoord worden, en kan de feilloze afvoer van de
rookgassen door de schoorsteen niet meer gegarandeerd worden, met mogelijk rookuitwasemingen in
de woonkamer tot gevolg. Vooral bij een open haard zal samen met de rookgassen, veel omgevingslucht
door de schoorsteen naar buiten gezogen worden, en is voldoende verluchting of ventilatie uitermate
belangrijk.
Plaats desnoods in de kamer een verluchtingsrooster die toevoer van verse lucht garandeert. Deze voor-
ziening is zeker nodig bij goed geïsoleerde ruimtes, of wanneer er mechanische ventilatie aanwezig is.
Let ook op andere luchtverbruikers die in dezelfde ruimte of in de woning aanwezig zijn, zoals een ander
verwarmingstoestel, een dampkap, een droogkast of een badkamerventilator. Gebruik deze toestellen
niet als de haard brandt, of zorg voor een extra luchttoevoer in functie van deze toestellen.
Indien uw toestel is voorzien van de (optioneel verkrijgbare) aansluitset voor het aanvoeren van de ver-
brandingslucht van buiten de kamer, hoeft u voor uw toestel geen extra luchttoevoer te voorzien. Zorg
wel voor voldoende verluchting van de ruimte waaruit u de lucht aanvoert.
6
3 m
min 1 m
min 0.5 m
hoogste punt van het dak binnen een afstand
van 3 m
Vloer, wanden
Voorzie voldoende afstand tussen het toestel en brandbare materialen zoals houten wanden en meubels.
Zie bijlage voor de minimum afstand tot brandbaar materiaal.
De vloer moet voldoende draagkrachtig zijn. Een brandbare vloer moet voldoende beschermd worden
tegen warmte-uitstraling door middel van een onbrandbare beschermplaat. Een vloerkleed moet minimaal
80 cm van het vuur verwijderd zijn.
Voor verdere specieke richtlijnen, zie technische specicatie in bijlage.
7
Voorbereidende werkzaamheden
Controleer het toestel onmiddellijk bij ontvangst op transportschade en/of zichtbare schade en
breng desgevallend de leverancier op de hoogte. Stel het toestel intussen niet in werking.
Teneinde beschadiging van het toestel te vermijden bij plaatsing, en om het toestel gemak
-
kelijker te kunnen manipuleren, kan het nuttig zijn vooraf eerst een deel of alle niet-vaste
onderdelen uit het tostel te verwijderen (rooster, vlamplaat, enz.). Let bij het uithalen van de
onderdelen op hun positie, zodat u ze achteraf op de juiste manier opnieuw in het toestel kan
plaatsen.
Openen en sluiten van de deur
De deur wordt geopend en gesloten met behulp van de middelste hand-
greep (zie afbeelding).
Rookgasuitgang
Uw toestel laat de volgende aansluitingen toe : topaansluiting en ach-
teraansluiting.
Bij levering is de rookgasuitgang naar achter en naar boven open gelaten. Afhankelijk van de
verkozen aansluiting, kan een van de twee openingen worden afgesloten met het meegelever
-
de afsluitdeksel, en de andere wordt voorzien van de meegeleverde aansluitkraag (zie guur
hiernaast). Gebruik hiervoor de
meegeleverde bevestigingsma
-
terialen en zorg voor een goede
afdichting van aansluitkraag en
deksel op het toestel door mid
-
del van de bijgevoegde kit of
pasta.
Om de aansluiting te verge
-
makkelijken, kan de topplaat
gewoon van het toestel afgeno
-
men en teruggeplaatst worden
zondermeer.
De afsluitdekseltjes is zodanig
ontworpen dat het, in geval van
achteraansluiting integrerend
deel lijkt uit te maken van de
topplaat, en, bij topaansluiting,
de achteruitgang kan afsluiten
zonder storend zichtbaar te
zijn.
8
Montage van de vlamplaat
De vlamplaat rust achteraan op de luchttunnel en vooraan op een nok.
Buitenlucht aansluiting (indien nodig)
De mogelijkheid bestaat om zowel langs onder als langs achter in de voet buitenlucht aan te
sluiten (diameter 100mm).
De luchtinlaat in de bodemplaat moet dan afge-
sloten worden met de bijgeleverde gietijzeren
afdekplaatjes.
Voor de afdichting onderaan ge
-
bruikt U de bijgeleverde afsluitring
(kunststof).
9
Montage afsluitplaat sokkel.
Montage buitenluchtaansluiting.
10
Afwerking
Wanneer het toestel op de juiste plaats staat, en hermetisch op de schoorsteen is aangesloten,
worden alle losse delen terug in het toestel geplaatst.
Uw toestel is nu gebruiksklaar.
Let op: laat het toestel NOOIT branden zonder binnenplaten of vuurvaste stenen.
Verpakkingsmaterialen
De verpakkingsmaterialen moeten op verantwoorde wijze en conform de overheidsbepalin-
gen worden afgevoerd.
11
Gebruiksaanwijzing
Brandstof
Dit toestel is uitsluitend geschikt voor het stoken van hout, bruinkoolbriketten en kolen. Alle
andere brandstoffen zijn verboden. Het gebruik ervan kan leiden tot ernstige schade aan Uw
toestel.
Stook ook geen behandeld hout, zoals sloophout, geverfd hout, geïmpregneerd hout of ver
-
duurzaamd hout, multiplex of spaanplaat. Het stoken ervan, evenals van kunststof, oud papier
en huishoudelijk afval is sterk vervuilend voor het toestel, de schoorsteen en het milieu. Een
schoorsteenbrand kan hiervan het gevolg zijn.
Hout
Gebruik bij voorkeur hard hout. Eik, berk en fruitbomenhout zijn zeer goede houtsoorten om
te stoken. Het hout moet minstens 2 jaar goed gedroogd zijn op een overdekte en goed ver
-
luchte plaats. Reeds gekloven hout droogt beter. Het maximale vochtpercentage voor droog
hout is 20%. Nat hout is als brandstof niet bruikbaar, u heeft er geen warmte van, alle energie
gaat verloren in het verdampen van het vocht, er komen slechtruikende gassen vrij en er is
veel roetaanslag op de ruit van de deur en in de schoorsteen.
Bruinkoolbriketten
Bruinkoolbriketten branden op ongeveer dezelfde manier als hout. Zorg ervoor dat vooraleer
U briketten gaat stoken, er een goed houtskoolbed in de kachel aanwezig is.
Kolen
Antracietkolen bestaan er in verschillende categorieën. Sommige kenmerken kunnen bij wet
bepaald zijn. Zo moet antraciet “A” minder dan 10% vluchtige bestanddelen bevatten, antra
-
ciet “B” minder dan 12%. Het asgehalte kan variëren van 3 tot 13%.
Voor een goede werking van Uw toestel wordt het gebruik van antraciet “A” met een laag as
-
gehalte aanbevolen. Brandstof met een hoog asgehalte heeft immers een lagere stookwaarde,
moet vaker ontast worden, en dooft sneller.
Het aanbevolen kaliber is 12/22 of 20/30.
Luchtregeling
Voor de aanvoer van verbrandingslucht is het toestel voorzien van drie luchtopeningen onder-
aan het toestel, waarvan twee regelbaar zijn via een hendel onderaan de deur. Via speciale
luchtkanalen wordt de primaire lucht (1) geleid tot onderaan de verbrandinsgkamer , en de
secundaire lucht (2) tot bovenaan het glasraam. Een permanente luchtaanvoer achteraan de
verbrandingskamer (3) onder de vlamplaat zorgt voor een perfecte naverbranding (zie gu-
ren).
10
Aanmaken
Om voldoende trek te creëren in de schoorsteen en om alzo geen rook in de kamer te be-
komen, moet de schoorsteen voor het aanmaken van de haard eerst voldoende opgewarmd
worden. Bij een koude schoorsteen kan men best een “lokvuur” maken, door bv. een prop
(kranten)-papier boven de vlamplaat aan te steken.
Het toestel wordt aangemaakt met (kranten)papier en/of aanmaakblokjes en kleine stukjes
hout.
Zet de deur op een kier en de luchtschuiven geheel open.
Het is belangrijk dat het aanmaakvuur hevig doorbrandt. Daarna kunnen er dikkere stukjes
hout op en kan de deur gesloten worden. Is het vuur voldoende gestabiliseerd en is er vol
-
doende gloed dan kan er hout worden opgelegd.
11
Stoken met hout
De beste regeling van de vuurhaard bekomt men door de aanmaakluchtschuif volledig te
sluiten en de luchttoevoer volledig te regelen met de bovenste luchtschuif. Indien deze rege
-
ling onvoldoende blijkt, of om het vuur aan te wakkeren, kan tijdelijk de aanmaakluchtschuif
gedeeltelijk geopend worden voor extra luchttoevoer.
Vul tijdig brandstof bij. Vul nooit teveel ineens. Best is de vuurhaard tot maximaal een derde
te vullen en regelmatig bij te vullen.
Open de vuldeur steeds langzaam. Vooraleer wordt bijgevuld, zorg ervoor dat het houtskool
-
bed gelijkmatig over de stookvloer verdeeld wordt, en ga na dat er voldoende gloed is zodat
de vulling onmiddellijk vuur vat. Open desnoods de aanmaakluchtschuif onderaan voor een
tijdje.
Wanneer het hout los gestapeld wordt, zal het zeer vlug verbranden omdat de zuurstof elk stuk
hout gemakkelijk kan bereiken. Deze stapeling gebruikt men wanneer men kort wil stoken.
Wanneer het hout compacter gestapeld wordt, zal het langzamer verbranden aangezien de
lucht slechts bepaalde stukken hout kan bereiken. Het hout wordt best op deze manier gesta
-
peld wanneer men voor een langere tijd wil stoken.
Wanneer u langdurig hout op een lage stand stookt, kan er zich in de schoorsteen een afzet
-
ting van teer en creosoot vormen. Teer en creosoot zijn zeer brandbaar. Als deze stoffen zich
teveel afzetten in de schoorsteen, kan er bij een plotse hoge temperatuur een schoorsteenbrand
ontstaan. Daarom is het noodzakelijk regelmatig het toestel ink door te stoken, zodat gerin-
ge afzettingen van teer en
creosoot onmiddellijk ver
-
dwijnen.
Bij een te lage stand gaat er
zich ook teer afzetten op de
ruit en de deuren.
Het is beter, bij milde bui
-
tentemperatuur, de haard
slechts enkele uren per dag
intens te laten branden.
Stoken met kolen
VOOR HET STOKEN VAN KOLEN WORDT DE LUCHTINLAAT BOVEN DE DEUR (2)
(= SECUNDAIRE LUCHTINLAAT) STEEDS GESLOTEN GEHOUDEN.
Is het aanmaakvuur voldoende gestabiliseerd en is er voldoende gloed dan kan een eerste
schep kolen op het vuur. Eens de kolen vuur gevat hebben, vervolledigt u de vulling. Let
12
losse stapeling compacte stapeling
erop dat u het vuur niet dooft door er in een keer te veel kolen op te doen. Regel na een tijdje
doorbranden de stand van de luchtschuif. Net voor het bijvullen zet u de luchtschuif volledig
open. Gebruik nu het schudrooster en schud tot er gloeiende deeltjes in de aslade vallen en vul
daarna de kolen bij. Zet na enkele minuten de luchtschuif weer in de gewenste stand. Doe er
maximaal zoveel kolen bij tot u nog juist de gloed kunt zien van de vorige vulling.
Als de vuurkorf of de gietijzeren lamellen rood gloeiend staan, bent u te hard aan het stoken.
Stoken op laag regime (voor toestellen geschikt voor continu
gebruik)
Om het toestel als een “continu vuur” te gebruiken, kan men de primaire en secundaire lucht-
inlaten zo kiezen tot dat je de juiste brandsnelheid bekomt. Zorg er steeds voor dat er vol
-
doende gloed op de stookboden aanwezig is.
Ontassen
Met de bijgeleverde handschoen kan de asbak uit
het toestel genomen worden.
Van hout hebt u relatief weinig assen en is het niet
nodig de stookvloer elke keer volledig te ontas
-
sen, het stoken van hout in een asbed geeft overi
-
gens een betere verbranding.
Doven
Vul geen brandstof bij en laat de haard gewoon
uitgaan.
Als een vuur getemperd wordt door de luchttoe
-
voer te verminderen, komen veel schadelijke stoffen vrij. Het vuur moet daarom vanzelf uit
-
branden en mag pas verlaten worden als het goed gedoofd is.
Weersomstandigheden
Waarschuwing!
Bij nevel en dichte mist wordt de afvoer van de rookgassen door de schoorsteen sterk bemoei
-
lijkt, en kunnen rookgassen neerslaan en stankoverlast geven.
Indien het niet echt nodig is, kunt u beter onder deze weersomstandigheden niet stoken.
13
Onderhoud
Het vraagt weinig moeite om uw toestel in goede staat te houden.
Controleer regelmatig of het dichtingkoord van de deuren nog goed afsluit.
Kleine verfbeschadigingen kunnen bijgewerkt worden met een spuitbus. Uw verdeler kan U de
gepaste spuitbus bezorgen.
Bij het eerste gebruik na het spuiten kan Uw toestel nog wat geur afgeven. Dit verdwijnt echter
snel.
Het glas wordt gereinigd met in de handel verkrijgbare glasreinigingsproducten (bv. producten
voor keramische kookplaten). Uw installateur kan U ook aangepaste producten bezorgen. Ge
-
bruik echter nooit schurende of bijtende producten.
Aan het eind van het stookseizoen sluit u de schoorsteen af met een prop krantenpapier.U kunt
nu de kachel inwendig goed schoon maken. Vernieuw indien nodig de koordafdichtingen en kit
eventuele lekkages dicht. Verwijder eventueel ook de vlamplaat bovenaan in de vuurhaard voor
een grondige reiniging.
Vooraleer het stookseizoen aan te vangen, laat U eerst de schoorsteen door een erkend vakman
vegen.
Ook tijdens het stookseizoen is het nuttig de schoorsteen op roet te controleren. Controle en
onderhoud van de schoorsteen is een wettelijke verplichting.
Wanneer bovenstaande punten in acht genomen worden, zult U in volle tevredenheid kunnen
genieten van uw haard.
15
Bijlage 1: technische gegevens / Annexe 1: données
techniques / Annex 1: technical data sheet / Anlage 1:
technischen Daten
Model / Modèle / Modell
Astro 3MF
Astro 4MF
Stookregime / Régime de combustion / re regime Niet continu gebruik / Feu intermittant / In-
termittent operation / Zeitbrand
Nominaal vermogen / Puissance nominale /
Nominal heat output / Nominalleistung
8 kW
Schoorsteenaansluiting (diameter) / Raccordement che
-
minée (diamètre) / Flue connection (diametre) / Schrons-
teinanschluss (Diameter)
150 mm
Gewicht / Poids /
Weight
+/- 140 kg
Aanbevolen brandstof / Combustible conseillés /
Advised combustibles / Emphohlene Brennstoffe
Hout / Bois /
Wood / Holz
Bruinkool/ Lig-
nite/ Browncoal/
Braunkohl
Kolen/Charbon/
Coal/Kohlen
Kenmerk brandstof / caractéristique combustible /
characteristic combustible / Kennzeichen Brennstoffe
max. 33 cm 12/22
20/30
Massadebiet van rookgassen / Débit des fumées /
Flue gas mass ow / Abgasstutzentemperatuur
7.4 g/s 6.1 g/s 7.3 g/s
Rookgastemperatuur in de meetsectie / Température des
fumées au niveau du tronçon de mesure / Flue gas tempe
-
rature in the test measurement section / Abgas-tempera-
tur gemessen in der Messstrecke
297 °C 252 °C 261 °C
Temperatuur aan de uitgang van het toestel / température
en aval de la buse / temperature directly downstream ue
spigot / Abgas-temperatur gemessen im Abgasstutzen
351 °C 454 °C 321 °C
Minimum trek / Dépression minimal /
Minimum draught / Mindesförderdruck
12 Pa 12 Pa 12 Pa
% CO (13%O2) 0.09 % 0.04 % 0.10 %
% NOx (13% O2) 123 mg/Nm³
151mg/Nm³ 123mg/Nm³
CnHm (13%O2) 71 mg/Nm³ 28 mg/Nm³ 90 mg/Nm³
stof-emissie/ articulate-emission / particulate-emission /
Staub Emission
18 mg/Nm³ 17 mg/Nm³ 15 mg/Nm³
Rendement / Rendement / Efciency / Wirkungsgrad 76.7 % 82.8 % 80.0 %
48
CE-conformiteitsverklaring
Declaration de conformité CE
EC Declaration of conformity
Konformitätserklärung CE
Notied body: 2013
Wij,
Nous,
We,
Wir,
Dovre nv Nijverheidsstraat 18 B2381 Weelde
verklaren bij deze dat de houtkachel Astro 3/4 conform is volgens de EN 13240.
déclarons que le poêle Astro 3/4 est conforme au norme EN 13240.
declare that the wood stove Astro 3/4 is in conformity with the EN 13240.
Erklären daß das Produkt Astro 3/4 entspricht EN 13240.
Weelde, 20.05.2008
In het kader van een continue productverbetering, kunnen specicaties van het geleverde toestel afwijken
van de beschrijving in deze brochure, zonder voorafgaande kennisgeving.
Dans le cadre d’une amélioration constante des produits, les spécications du produit livré peuvent dif-
férer du contenu de ce document, sans avis préalable.
Due to continuous product improvement, specications of the delivered product may differ from the
content of this booklet, without further notice.
Im Rahmen kontinuerlicher Produktverbesserung, können Specikationen des geliefertes Produktes von
den Beschreibungen in dieser Broschure abweichen.
DOVRE N.V. Tel : +32 (0) 14 65 91 91
Nijverheidsstraat 18 Fax : +32 (0) 14 65 90 09
B-2381 Weelde E-mail : info@dovre.be
03.27662.000 (0836)
56
1/64