Algemene veiligheidsinformatie
• De 203 mm en 180 mm rotors leveren een groter remvermogen dan de 160 mm rotors. Zorg
ervoor dat u volledig vertrouwd bent met de remeigenschappen alvorens u de remmen gaat
gebruiken.
• Neem extra voorzichtigheid in acht en houd uw vingers uit de buurt van de
draaiende schijfremrotor tijdens montage of onderhoud aan het wiel. De rotor
is bijzonder scherp en kan ernstig letsel aan uw vingers toebrengen als deze
in de openingen van de draaiende rotor beklemd raken.
• De remblokhouder en de rotor zullen tijdens het gebruik van de remmen heet worden, dus raak
deze onderdelen tijdens het fietsen of onmiddellijk na het afstappen van de fiets niet aan,
omdat anders de kans bestaat dat u brandwonden oploopt. Controleer alvorens te proberen de
remmen af te stellen of de remonderdelen voldoende afgekoeld zijn.
• De benodigde remafstand zal langer zijn bij nat weer.
Verminder uw snelheid en trek de remmen tijdig en voorzichtig aan.
• Als het wegdek nat is, zullen de banden gemakkelijker slippen. Als de banden slippen, bestaat
de kans dat u van de fiets valt. Om dit te voorkomen, uw snelheid verminderen en de remmen
tijdig en voorzichtig aantrekken.
• Controleer steeds alvorens u met de fiets gaat rijden of de voor- en achterremmen correct
functioneren.
• Wees voorzichtig en laat geen olie of vet in aanraking komen met de rotor en de remblokken,
anders bestaat de kans dat de remmen niet correct functioneren.
• Als er per ongeluk olie of vet op de remblokken terechtkomt, dient u de remblokken te
vernieuwen. Als er olie of vet op de rotor terechtkomt, dient u de rotor te
reinigen. Als dit niet gebeurt, bestaat de kans dat de remmen niet correct
functioneren.
• Controleer alvorens met de fiets te gaan rijden of de dikte van elk remblok
0,5 mm of meer is.
• Dampstremming kan zich voordoen wanneer de remmen continu worden
gebruikt. Om deze toestand te verhelpen, de remhendel kortstondig loslaten.
• Gebruik uitsluitend originele Shimano minerale olie. Als andere soorten olie worden gebruikt,
kan dit problemen met de remwerking opleveren en er toe leiden dat het systeem onbruikbaar
wordt.
• Gebruik uitsluitend olie uit een pas geopend blik en gebruik olie die afgetapt is van de
ontluchtingsnippel niet opnieuw. Oude olie of reeds gebruikte olie kan water bevatten dat
dampstremming in het remsysteem kan veroorzaken.
• Zorg er voor dat geen water of luchtbellen in het remsysteem terechtkomen, omdat anders de
kans op dampstremming bestaat. Wees speciaal voorzichtig tijdens het verwijderen van de
ontluchtingsschroeven.
• Als voor het afstellen van de lengte van de remslang de slang wordt afgeknipt of wanneer de
remslang van links naar rechts of vice versa wordt verwisseld, de slang ontluchten aan de hand
van de stappen (5), (8) tot en met (10) zoals aangegeven in "Bijvullen van minerale olie en
ontluchten" in de montage-instructies.
• Bij het ondersteboven of op zijn kant plaatsen van de fiets, is het mogelijk dat wat luchtbellen in
de reservoirtank van het remsysteem achterblijven wanneer de ontluchtingsschroeven worden
aangebracht of dat deze zich in verschillende onderdelen van het remsysteem verzamelen
nadat dit gedurende langere tijd gebruikt is. Het T665 schijfremsysteem is niet geschikt om
ondersteboven te worden geplaatst. Als de fiets ondersteboven of op zijn kant wordt geplaatst,
bestaat de kans dat de luchtbellen in de reservoirtank in de richting van de remblokhouder
verplaatst worden. Als er in deze toestand met de fiets wordt gereden, bestaat het gevaar dat
de remmen niet functioneren en dat er een ernstig ongeluk veroorzaakt wordt. Als de fiets
ondersteboven of op zijn kant is geplaatst, de remhendel enkele malen indrukken om te
controleren of de remmen normaal functioneren alvorens met de fiets te gaan rijden. Als de
remmen niet normaal functioneren, deze aan de hand van de volgende procedure afstellen.
• Als zich olielekkages voordoen, het gebruik van de remmen onmiddellijk stoppen en de juiste
reparaties uitvoeren. Als u blijft doorgaan met fietsen terwijl olie lekt, bestaat het gevaar dat de
remmen plotseling niet meer functioneren.
• Als de quick release hendel zich aan dezelfde zijde als de rotor bevindt, bestaat het gevaar dat
deze de rotor hindert, dus controleer of er geen hinder is.
• Het is van vitaal belang dat u de werking van het remsysteem van uw fiets volledig begrijpt.
Indien het remsysteem niet op de juiste wijze gebruikt wordt, kan dit tot gevolg hebben dat u de
macht over het stuur verliest of tot een ongeluk leiden waarbij u ernstige verwondingen kunt
oplopen. Omdat de bediening van elke fiets verschillend is, dient u de juiste remtechnieken te
leren (zoals de kracht waarmee de remhendel ingedrukt dient te worden alsmede de overige
bedieningseigenschappen van uw fiets). Raadpleeg hiervoor het instructieboekje van uw fiets
en een professionele fietsenhandelaar en oefen uw rij- en remtechniek.
• Als de voorrem te krachtig wordt aangetrokken, bestaat de kans dat het wiel blokkeert en dat
de fiets over de kop slaat wat ernstig letsel kan veroorzaken.
• De combinatie van rem en remhendel die wordt gebruikt is van grote invloed op de verhouding
tussen de kracht waarmee de remhendel wordt ingedrukt en de uiteindelijke remkracht die op
de wielen wordt overgebracht.
Wees dus uiterst voorzichtig bij het combineren van een rem en remhendel. Verkeerde
combinaties kunnen als gevolg van een onjuiste totale remkrachtverhouding tot ongelukken of
onvoldoende remkracht leiden. Raadpleeg nauwkeurig onderstaande tabel en kies de rem en
de bijbehorende remhendel.
• Shimano schijfremsystemen zijn niet compatibel met tandemfietsen. Aangezien tandemfietsen
een groot totaalgewicht hebben, neemt bij gebruik van de remmen de belasting op het
remsysteem toe. Als hydraulische schijfremmen met tandemfietsen gebruikt worden, wordt de
olietemperatuur te hoog en kan er dampverstopping optreden of kunnen er scheurtjes in de
remslangen ontstaan wat tot gevolg heeft dat de remmen niet meer functioneren.
• Zorg er voor dat u de montage-instructies heeft en lees deze nauwkeurig alvorens de
onderdelen te monteren. Loszittende, versleten of beschadigde onderdelen kunnen tot gevolg
hebben dat u met de fiets komt te vallen en ernstig letsel oploopt. Het wordt ten zeerste
aanbevolen uitsluitend gebruik te maken van originele Shimano vervangingsonderdelen.
• Lees deze technische montage-instructies nauwkeurig en bewaar ze op een veilige plaats voor
toekomstige referentie.
Dampstremming is een verschijnsel waarbij de olie binnen in het remsysteem verhit raakt,
waardoor water of luchtbellen die in het remsysteem aanwezig zijn gaan uitzetten. Dit kan
vervolgens een plotselinge toename in de remhendelslag veroorzaken.
< Als de remwerking traag is wanneer de hendel wordt ingedrukt >
Stel de remhendel zodanig af dat deze parallel ten opzichte van de grond staat en druk
vervolgens de remhendel voorzichtig enkele malen in en wacht totdat de luchtbellen naar de
reservoirtank terugkeren. Het wordt aanbevolen het ontluchten dan te herhalen.
Als de remmen nog steeds traag werken, het remsysteem ontluchten.
(Zie "Bijvullen van minerale olie en ontluchten".)
Technische montage-instructies SI-8G90A-003
Schijfremsysteem
Remblokhouder
Slang
Rotor
Remhendel
Voorwielnaaf
Kabelsteun
Vrijloopnaaf
Minerale Olie
Remblokeenheid
Kunststof remblokken
Metalen remblokken
SM-HANG
FH-T665
SM-DB-OIL
A01S
M06
Voor het verkrijgen van de beste prestaties wordt het aanbevolen gebruik te maken
van de onderstaande combinatie.
Gebruik bij C-vormige geleiders
en kabelaanslagen van het
normale type voor het
bevestigen de speciale Shimano
kraag (afzonderlijk verkrijgbare
onderdelen), zoals aangegeven
in de illustratie.
Druk de remhendel enkele malen in en controleer of de remmen al dan niet normaal
functioneren. Controleer ook of er geen zichtbare tekenen zijn van olielekkage.
Aantrekkoppel:
0,3 - 0,5 N·m {3 - 5 kgf·cm}
< C-vormige geleider > < Normaal type kabelaanslag >
■ Tijdstip voor vernieuwen van de minerale olie
Het wordt aanbevolen de olie in de reservoirtank te vernieuwen als deze ernstig
verkleurd raakt.
Gebruik uitsluitend originele Shimano minerale olie.
Ruim de afgewerkte olie op overeenkomstig de landelijk geldende
milieuwetgeving.
WAARSCHUWING
Lees de montage-instructies voor het “Bijvullen van minerale olie
en ontluchten” tesamen met deze montage-instructies.
BR-T665
SM-BH59
SM-RT64/RT64M
BL-T665
HB-T665
■ Monteren van de rotor
(SM-RT64)
SM-RT64 (160mm)
SM-RT64M (180mm)
De SM-RT64M kan enkel aan de voorzijde
worden gebruikt.
Voor de montage van dit product zijn de volgende gereedschappen
vereist.
Plaats van gebruik
Borgring van rotorbevestiging
Bevestigingsbout van remhendel
Bevestigingsbout van remblokhouder
Bevestigingsas van remblok
Ontluchtingsschroef
Kabelsteun
Bevestigingsbout van remslang
Ontluchtingsnippel
TL-LR15
Inbussleutel 4 mm
Inbussleutel 5 mm
Bevestigingsbout van adapter (stang-gemonteerde type)
Inbussleutel 5 mm
Inbussleutel 3 mm
Inbussleutel 2 mm
Phillips schroevendraaier #2
8 mm steeksleutel
Steeksleutel 7 mm
Gereedschap
Ontluchten Olietrechter, Olieaanslag
Aantrekkoppel:
40 - 50 N·m {400 - 500 kgf·cm}
Borgring van
rotorbevestiging
TL-LR15
Montage
■ Inrijgen van de wielspaken
Controleer of de spaken zijn ingeregen zoals aangegeven in de illustratie.
Radiaalmontage mag niet worden toegepast.
Rijg de spaken in zoals aangegeven in Afbeelding 1 hieronder voor de
linkerzijde van het voorwiel (de zijde waar de rotor gemonteerd is) en de linker
en rechter zijden van het achterwiel en zoals aangegeven in Afbeelding 2
hieronder voor de rechterzijde van het voorwiel.
Draairichting
van wiel
Linksvoor Linksachter Rechtsachter Rechtsvoor
Afb. 2Afb. 1
SI-8G90A-003-03
* Montage-instructies in andere talen zijn beschikbaar op :
http://techdocs.shimano.com
Opmerking: Specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden. (Dutch)
Remblokhouders
Remhendels
BL-T665
Overige
remhendelmodellen
BR-T665
X
Nee!
Overige
remmodellen
Nee!
X
X: Ja
De "NEE!" symbolen
geven de combinaties
aan die onder geen
enkele voorwaarde
gebruikt mogen
worden.
• Verwijder het afstandsstuk voor ontluchten (geel) en plaats vervolgens het wiel met de rotor er
aan in het frame.
• Monteer de remblokken. Buig daarna de splitpen open.
■ Monteren van de remblokhouder (BR-T665) en bevestigen van de slang
< Voorzijde >
< Voorzijde >
< Achterzijde >
Aantrekkoppel:
6 - 8 N·m {60 - 80 kgf·cm}
Aantrekkoppel:
6 - 8 N·m {60 - 80 kgf·cm}
Remblokhouder
Rotor
Adapter
Bevestigingsbouten
van remblokhouder
Bevestigingsbouten
van remblokhouder
Bevestigingsbouten
van adapter
Bevestigingsbouten
van adapter
Monteer bij internationale standaard bevestigingen adapters aan de remblokhouders voor
post-type bevestigingen.
(Er zijn afzonderlijke voor en achter adapters beschikbaar.)
1. Draai de bevestigingsbouten van de remblokhouder los zodat de remblokhouder zijdelings
verplaatst kan worden en monteer vervolgens de adapter aan het frame.
2. Druk de remhendel zodanig in dat de rotor door de remblokken vastgeklemd wordt en draai
vervolgens de bevestigingsbouten van de remblokhouder vast.
● Internationale standaard montagetype ● Stang-gemonteerde montagetype
Monteer provisorisch de
remblokhouder aan het frame (zodat
de remblokhouder zijdelings verplaatst
kan worden), druk de remhendel
zodanig in dat de rotor door de
remblokken vastgeklemd wordt en
draai vervolgens de bevestigingsbouten
van de remblokhouder vast.
■ Monteren van de remhendel
Bevestig de remhendel zoals aangegeven in de illustratie. (Controleer of de remhendel tijdens de
bediening de schakelhendel niet hindert. Zie ook de montage-instructies voor de schakelhendel.
Bij bepaalde typen kan het noodzakelijk zijn dat de schakelhendel als eerste gemonteerd wordt
als gevolg van de positie van de
schakelhendelbevestigingsbouten.)
Controleer in het geval van het monteren van onderdelen aan een koolstof frame/stuurdelen de
aanbeveling van de fabrikant van het koolstof frame/delen omtrent het aantrekkoppel om
beschadiging van het koolstof materiaal door een te hoog aantrekkoppel en/of het losraken van
onderdelen als gevolg van een te laag aantrekkoppel te voorkomen.
Aantrekkoppel van remhendel:
6 - 8 N·m {60 - 80 kgf·cm}
■ Monteren van de slang
< Voor rechter hendel >
Zie de montage-instructies voor de SM-BH59 remslang (SI-8H20) voor bijzonderheden over het
monteren van de slang. Zorg ervoor tijdens het monteren de slang niet te verdraaien. Let erop dat
de remblokhouder en de hendels in de posities zijn zoals aangegeven in de illustraties.
BL-T665
BR-T665
< Voor linker hendel >
Afstandsstuk
voor ontluchten
(geel)
Remblokken
Aantrekkoppel:
2 - 4 N·m {20 - 40 kgf·cm}
Om te voorkomen dat de bouten losraken kan er gebruik worden gemaakt van een
dopmethode of een draadringmethode. Gebruik de methode die het meest geschikt is voor
de voorvork en het frame.
< Voorzijde > < Achterzijde >
Kapjes
Kapje
Kapjes
Stang-gemonteerd type
Dopmethode
Draadringmethode
< Achterzijde >
Draad
< Voorzijde >
Draad
■ Remblokken vernieuwen
Onderhoud
Opmerking: Het T665 remsysteem is zodanig geconstrueerd dat wanneer de
remblokken versleten raken, de zuigers geleidelijk aan naar buiten
schuiven waardoor de speling tussen de rotor en de remblokken
automatisch wordt afgesteld. Bij het vernieuwen van de remblokken dienen
daarom de zuigers in hun oorspronkelijke posities teruggeduwd te worden.
Vernieuw de remblokken als na het olie bijvullen olie op
de remblokken is terechtgekomen, of als de remblokken
afgesleten zijn tot een dikte van 0,5 mm.
1. Verwijder het wiel uit het frame en verwijder
de remblokken zoals aangegeven in de illustratie.
2. Reinig de zuigers en de directe omgeving
daarvan.
3. Duw de zuiger volledig naar
binnen en let er op deze daarbij
niet te verdraaien.
4. Monteer de nieuwe remblokken en
monteer vervolgens de
remblokafstandsstukken (rood). Let er
daarbij op dat u niet vergeet ook de
borgveren te monteren.
5. Druk de remhendel enkele malen in om te controleren of de werking stroef wordt.
6. Verwijder de remblokafstandstukken, monteer het wiel en controleer vervolgens of de
rotor en remblokhouder elkaar niet raken. Als deze elkaar raken, afstellen aan de hand
van de instructies onder "Monteren van de remblokhouder".
■ Afstelling wanneer de zuigers niet correct werken
Het mechanisme van de remblokhouder omvat twee zuigers. Als deze zuigers niet goed
werken of ongelijkmatig uitsteken of als de remblokken in contact blijven met de rotor, de
zuigers aan de hand van de volgende procedure afstellen.
1. Verwijder het wiel en de remblokken.
2. Duw de zuiger recht naar binnen, zonder deze te verdraaien.
3. Monteer de remblokken en de remblokafstandstukken.
4. Druk de remhendel volledig in en druk deze daarna nog enkele malen in zodat de twee
zuigers alle naar hun uitgangsposities terugkeren.
5. Verwijder de remblokafstandstukken, monteer het wiel en controleer vervolgens of de
rotor en remblokhouder elkaar niet raken. Als deze elkaar raken, afstellen aan de hand
van de instructies onder "Monteren van de remblokhouder".
Remblokken
Zuiger
Als het oliepeil daalt nadat de remblokken zijn vernieuwd of de zuiger is afgesteld
omdat deze niet correct functioneert, is het mogelijk dat de remkracht afneemt.
Installeer in dit geval de olietrechter en voer de ontluchtingsprocedure uit om de olie bij
te vullen.
Aantrekkoppel:
2 - 4 N·m {20 - 40 kgf·cm}
Remblokafstandstuk
(rood)
Borgveer
• A01S remblokken zijn ontworpen ter vermindering van bijgeluiden
die tijdens het gebruik van de remmen door de remblokken en de
rotor worden geproduceerd. Voor dit type remblok echter is een
langere inloopperiode vereist in vergelijking tot M06 remblokken.
■ Behandeling van de minerale olie
• Gebruik bij de behandeling een veiligheidsbril en vermijd aanraking met de
ogen. Aanraking met de ogen kan irritatie veroorzaken.
In het geval van aanraking met de ogen, deze met schoon water uitspoelen en
onmiddellijk medische hulp inroepen.
• Gebruik bij de behandeling handschoenen. Aanraking met de huid kan
huiduitslag en irritatie veroorzaken.
In het geval van aanraking met de huid, deze goed met water en zeep wassen.
• Het inademen van olienevel of dampen kan braken veroorzaken. Bedek neus en
mond met een stofmasker en werk op een goed geventileerde plaats.
Als u olienevel of damp heeft ingeademd, onmiddellijk naar een plaats met
frisse lucht gaan. Doe een deken om. Houd uzelf warm en stabiel en roep
deskundige medische hulp in.
• Niet drinken. Dit kan braken of diarree veroorzaken.
• Buiten het bereik van kinderen houden.
• Het olieblik niet inknippen, lassen of onder druk brengen, aangezien dit
ontploffing of brand kan veroorzaken.
• Opruimen van afgewerkte olie : Houd u bij het opruimen aan de landelijk
geldende milieuwetgeving. Neem bij het
gereedmaken van de olie voor het opruimen de
nodige voorzichtigheid in acht.
• Aanwijzingen :
Houd het blik gesloten om binnendringen van vuil en vocht te
voorkomen en bewaar dit op een koele, donkere plaats buiten het
bereik van direct zonlicht of hitte.
■ Inloopperiode
• Schijfremmen hebben een inloopperiode en de remkracht zal geleidelijk aan met
het verloop van de inloopperiode toenemen. Zorg er voor dat u op de toename
van de remkracht voorbereid bent wanneer u de remmen tijdens de
inloopperiode gebruikt. Hetzelfde doet zich voor wanneer de remblokken of de
rotor vernieuwd worden.
■ Bij het reinigen met een compressor
• Als u bij het demonteren van het huis van de remblokhouder voor het reinigen
van de interne onderdelen gebruik maakt van een compressor, er rekening mee
houden dat vocht van de perslucht op de onderdelen van de remblokhouder
achterblijft. Laat de onderdelen van de remblokhouder voldoende drogen
alvorens de remblokhouder te monteren.
Opmerking
• De 203 mm en 180 mm rotors hebben een grotere diameter dan de 160 mm en
140 mm rotors voor cross-country fietsen en dus hebben deze rotors een
grotere flexibiliteit. Als gevolg kunnen deze met de remblokken in aanraking
komen.
• Als het montageuitsteeksel van de remklauw en de vork niet parallel zijn,
bestaat de kans dat de rotor en de remklauw elkaar raken.
•
Het wordt aanbevolen de remblokafstandstukken te monteren wanneer het fietswiel
verwijderd wordt. De remblokafstandstukken voorkomen dat de zuiger naar buiten
komt als de remhendel wordt ingedrukt wanneer het wiel verwijderd is.
• Als de remhendel wordt ingedrukt zonder dat de remblokafstandstukken
gemonteerd zijn, zullen de zuigers verder dan naar normaal naar buiten gedrukt
worden. Gebruik een platte schroevendraaier of een soortgelijk gereedschap om
de remblokken terug te duwen. Let er op daarbij de buitenzijden van de
remblokken niet te beschadigen. (Als de remblokken niet gemonteerd zijn, de
zuigers recht naar binnen drukken en er op letten ze daarbij niet te
beschadigen.)
Als het moeilijk is de rem of de zuigers terug te duwen, de ontluchtingsschroef
verwijderen, de olietrechter installeren en vervolgens opnieuw proberen. Het
ontluchten dient dan eveneens uitgevoerd te worden.
• Gebruik isopropyl alcohol, zeepwater of een droge doek bij het reinigen of het
uitvoeren van onderhoud aan het remsysteem. Gebruik geen in de handel
verkrijgbare remreinigingsmiddelen of smeermiddelen, aangezien deze
beschadiging van onderdelen als afdichtingen kunnen veroorzaken.
• Bij het demonteren van de remblokhouder de zuigers niet verwijderen.
• Als de rotor versleten, gescheurd of kromgetrokken is, dient deze vernieuwd te
worden.
• Onderdelen zijn niet gegarandeerd tegen natuurlijke slijtage of veroudering dat
het gevolg is van normaal gebruik.
LET OP
* Bij het ontluchten is een olietrechter en een olieaanslag vereist.
Ontluchtingsschroef
Olietrechter
Olieaanslag