Chamberlain Motorlift ML810EV/ML1040EV de handleiding

Categorie
Garagedeuropener
Type
de handleiding
de
fr
nl
en
da
no
sv
cz
is
Montage- und Bedienungsanleitung für Garagentorantriebe
Notice de montage et de commande pour entraînements de portes de garage
Montage- en bedieningshandleiding voor garagepoortaandrijvingen
Assembly- and operating instructions for Garage Door Opener
Monterings- og betjeningsvejledning for garageportautomatik
Monterings- og bruksanvisning for garasjeportmotorer
Monterings- och driftinstruktioner för garageportsöppnare
Návod na montáž a obsluhu pro pohony garážových vrat
Asennus- ja käyttöohje autotallinoven käyttölaitteille
Uppsetningar- og notkunarleiðbeiningar fyrir bílskúrshurðaopnara
ML810EV /-Smart
ML1040EV /-Smart
nl 3
WAARSCHUWING!
BEGIN MET HET LEZEN VAN DEZE BELANGRIJKE VEILIGHEIDSREGELS!
1 Algemene veiligheidsrichtlijnen
Vooraleer u met de montage begint: Lees de gebruiksaanwijzingen en vooral de volgende veiligheidsrichtlijnen� Bewaar deze handleiding om ze later
te kunnen raadplegen en geef ze door aan een eventuele volgende eigenaar� De volgende symbolen staan voor waarschuwingen om lichamelijke
letsels of materiële schade te vermijden� Lees deze waarschuwingen aandachtig�
OPGEPAST
Letselschade of materiële schade
OPGEPAST
Gevaar door elektrische stroom of spanning
Belangrijke veiligheidsinstructies
De poortaandrijving is uiteraard voorzien en gecontroleerd op een veilige bedienbaarheid; deze kan echter enkel worden gewaarborgd,
wanneer bij de installatie en bediening de hierna vermelde veiligheidsrichtlijnen nauwkeurig worden opgevolgd�
De monteur (vakman) moet deze handleiding voor de aanvang van alle werkzaam-
heden zorgvuldig doornemen en begrijpen� Met kracht bediende vensters, deuren
en poorten moeten voor de eerste ingebruikneming en minstens één keer per jaar
door een vakman worden gecontroleerd om te zien of ze nog in veilige staat zijn�
Vakman is wie op grond van zijn opleiding en ervaring voldoende kennis heeft op het
gebied van met kracht bediende vensters, deuren en poorten en vertrouwd is met
de desbetreende arbeidsveiligheidsvoorschriften en algemeen erkende regels van
de techniek, zodat hij de veilige staat van met kracht bediende vensters, deuren en
poorten kan beoordelen�
De monteur moet kennis hebben van de volgende normen: EN 13241, EN 12604,
EN 12453� De opgeleide specialist/expert moet de exploitant als volgt instrueren:
- de werking van de aandrijving en haar gevaren
- de behandeling van de handmatige noodontgrendeling
- regelmatig onderhoud, testen en zorg en zijn taken
- De exploitant moet andere gebruikers instructies geven over de werking van de
omvormer� Nadat de aandrijving is geïnstalleerd moet de persoon die verantwoor-
delijk is voor de installatie van de aandrijving volgens machinerichtlijn 2006/42/
EG een EU-verklaring van overeenstemming voor het poortsysteem afgeven� De
CE-markering en een typeplaatje moeten op het poortsysteem worden bevestigd� Dit
is ook nodig bij het achteraf aanbrengen op een met de hand bediende poort� Verder
moeten er een overdrachtsprotocol en een testboek worden ingevuld�
De poort moet uitgebalanceerd zijn� Niet bewegende of vastzittende poorten moeten
worden gerepareerd� Garagepoorten, poortveren, kabels, platen, bevestigingen en
rails staan dan onder extreme spanning, wat tot zware verwondingen kan leiden�
Probeer de poort niet los te maken, te bewegen of te richten, maar neem contact op
met een onderhoudsdienst of poortspecialist�
Bij de installatie of het onderhoud van een poortaandrijving mogen geen sieraden,
horloges of losse kleding gedragen worden�
Om zware verwondingen als gevolg van verwikkelingen te vermijden, moeten alle op
de poort aangesloten kabels en kettingen vóór de installatie van de poortaandrijving
worden gedemonteerd�
Bij installatie en elektrische aansluiting moeten de ter plaatse geldende bouwen
elektrische voorschriften worden nageleefd� Dit toestel voldoet aan beschermings-
klasse 2 en heeft geen aarding nodig.
Om schade aan bijzonder lichte poorten (bijv� glasvezel-, aluminium- of staalpoorten)
te vermijden, moet een gepaste versteviging worden aangebracht� Neem hiervoor
contact op met de fabrikant van de poort�
De automatische veiligheidsterugloop moet aan een test worden onderworpen� Bij
contact met een op de grond liggende hindernis met een hoogte van 50 mm MOET
de garagepoort omkeren� Een verkeerde instelling van de poortaandrijving kan tot
zware lichamelijke letsels leiden als gevolg van een sluitende poort� De test één keer
per maand herhalen en eventueel nodige wijzigingen aanbrengen�
Deze installatie mag niet worden geïnstalleerd in vochtige of natte ruimtes�
Tijdens het bedrijf mag de poort in geen enkel geval openbare doorgangswegen
belemmeren�
Om alle bedieningspersonen te herinneren aan de veilige bedienings wijze, moet
naast de verlichte drukknop het waarschuwingsbord voor de bescherming van
kinderen worden aangebracht� De waarschu-wingsborden tegen het knellen moeten
duidelijk zichtbaar aangebracht worden�
Om te voorkomen dat kinderen met de installatie spelen, mag u ze niet uit het oog
verliezen�
Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik door personen (met inbegrip van kinderen)
met beperkte fysieke, sensorische of mentale capaciteiten of met een gebrek aan
ervaring en / of kennis, tenzij ze onder toezicht staan van een persoon die voor hun
veiligheid bevoegd is of wanneer ze (van deze persoon) instructies hebben gekregen
over het gebruik van het apparaat�
Om te vermijden dat de poort wordt beschadigd, moeten alle aanwezige blokkerin-
gen / sloten worden uitgeschakeld�
Eventueel geïnstalleerde bedieningsinrichtingen MOETEN in het zicht van de poort
en buiten het bereik van kinderen worden geïnstalleerd� Toetsen of draadloze sturin-
gen mogen niet door kinderen worden bediend� Verkeerd gebruik van de poortaan-
drijving kan tot zware verwondingen leiden�
De poortaandrijving mag ENKEL worden bediend, wanneer de bedieningspersoon
een goed zicht heeft op de poort en de omgeving, wanneerdeze vrij van hindernissen
is en de poortaandrijving correct is ingesteld� Niemand mag door de poort gaan,
zolang ze in beweging is� Laat geen spelende kinderen toe in de omgeving van de
poort�
Manuele ontgrendeling enkel om de loopwagen van de aandrijving te scheiden en
– indien mogelijk – ENKEL met gesloten poort gebruiken� De rode handgreep niet
gebruiken om de poort op te trekken of neer te laten�
Vooraleer er herstellingen worden uitgevoerd of afdekkingen worden verwijderd moet
de poortaandrijving van de stroomvoorziening worden gekoppeld� De reparaties
en elektrische installaties mogen alleen door een erkende elektricien worden
uitgevoerd.
Dit product beschikt over een trafo met speciale kabel� In geval van schade MOET
deze door een erkende dealer worden vervangen door een originele trafo�
Bij het bedienen van de noodontgrendeling kan de poort ongecontroleerde bewe-
gingen maken, wanneer veren zwak of gebroken zijn of wanneer de poort niet in
evenwicht is�
Breng de ontgrendelingsgreep voor de noodontgrendeling aan niet hoger dan 1,8 m�
Deze aanwijzingen dienen te worden bewaard.
nl 4
2 5
6
8
7
3
4
Het apparaat is bestemd voor het openen en sluiten van kantel- en sectie-
poorten voor garages� Elk ondoelmatig gebruik van de aandrijving houdt
aanzienlijke risico’s op ongevallen in� De fabrikant is niet aansprakelijk voor
ondoelmatig gebruik� Op de aandrijving mogen alleen originele LiftMa-
ter-toebehoren worden aangesloten� Geautomatiseerde poorten met deze
aandrijving moeten voldoen aan de momenteel geldende internationale en
landspecieke normen, richtlijnen en voorschriften (onder andere EN 13241,
EN 12453, EN 12604)�
BELANGRIJKE AANWIJZING
Heeft uw garage geen zij-ingang, dan moet er een externe noodont-
grendeling worden geïnstalleerd� Daardoor kan de garagepoort bij
een stroomuitval van buiten handmatig bediend worden�
Controleer eerst of uw poort uitgebalanceerd en in evenwicht is� Open
de poort tot ongeveer halverwege en laat ze los� De poort mag nu uit
zichzelf nauwelijks van positie veranderen, maar moet – enkel door de
kracht van de veren tegengehouden – in deze positie blijven staan�
1� De rail van de garagepoort MOET veilig en stabiel aan de dragen-
de wand of het plafond boven de garagepoort bevestigd worden�
2� Wanneer het plafond in uw garage bekleed, bekist e�d� is, zijn er
mogelijks bijkomende bevestigingen en bevestigingsrails nodig
(niet meegeleverd)�
3� Heeft uw garage geen aparte zij-ingang, dan moet er een externe
noodontgrendeling worden geïnstalleerd�
A� Kantelpoort met alleen een horizontale geleiderail�
B� Kantelpoort met verticale en horizontale geleiderail – speciale
poortarm (E, The Chamberlain Arm™) en het beveiligingssysteem
noodzakelijk� Raadpleeg uw leverancier
C� Sektionale poort – koppel de poortarm�
D� Schermpoort – speciale poortarm (E, The Chamberlain Arm™) en
het beveiligingssysteem noodzakelijk� Raadpleeg uw leverancier
E� Speciale poortarm – The Chamberlain Arm™ voor gebruik op
poorttypen B en D�
Controleer vóór de installatie of alle onderdelen meegeleverd zijn�
Ter info: De nummering geldt enkel voor het bijbehorende hoofdstuk�
Deze afbeelding geeft u bij de stapsgewijze montage van de installatie
altijd een compleet overzicht van de volledig gemonteerde installatie�
Gebruiksbestemming Vooraleer u begint
Poorttypen
Benodigde gereedschappen
Voorbereiding
Geleverd pakket
Productoverzicht
a� Lateibevestiging (muursteun) h� Netsnoer
b� Tandriem i� Aandrijfkop
c� Rail j� Ontgrendeling
d� Loopwagen k� Rechte trekstang
e� Verbindingsstuk l� Gebogen trekstang
f� Bevestigingsbeugel m� Poortbevestiging
g� Ophangijzer
Onderdelenoverzicht (aandrijfkop):
1� Aandrijfkop 1x 8� Adapter voor drijfrondsel 1x
2� Handzender 2x 9� Gebogen poortarm 1x
3� Railbevestiging 2x 10� Bevestigingsbeugel 2x
4� Accessoirezakje 1x 11 Ophangijzer 2x
5� Draadloos wandtoestel
(ML810EV)
1x 12� Rail 1x
6� Lateibevestiging 1x 13� MyQ Starter Kit
(ML810EV-Smart)
(ML1040EV-Smart)
1x
1x
7� Poortbevestiging 1x 14� Foto-elektrische beveiliging
(ML1040EV) 1x
Zak met bevestigingsmateriaal:
15� Platbolkopschroef
6 x 80 mm
1x 20� Bevestigingspen 1x
16� Veiligheidsmoer M6 1x 21� Schroef ST 6 x 60 mm 4x
17� Zeskantschroef 4x 22� Schroef ST 6,3 x 20 mm 8x
18� Moer M6 4x 23� Plug 4x
19� Bout 1x
Gereedschappenlijst:
Ladder Metaalzaag
Markeringsstift Verschillende boren (8, 6, 5, 4�5 mm)
Tang Ringsleutel
Boormachine Waterpas
Hamer Schroevendraaier
Ratel / palwerk 10 mm
/ 13 mm
Meetlint
nl 5
9
10
11
12
13
14
Rail monteren
Riem spannen
Rail op de aandrijving monteren
Het midden van de garagepoort bepalen
Lateibevestiging monteren
Aandrijving op de latei bevestigen
Belangrijke aanwijzingen voor een veilig montage.
Alle montageaanwijzingen volgen. Verkeerde montage
kan tot ernstige letsels leiden.
De rail is grotendeels voorgemonteerd en bestaat uit 3 delen� In het
voorste gedeelte (A) bevinden zich de loopwagen, trekstang, ontgren-
delingsgreep, keerrol alsook de lateibevestiging met riemspanner� In
het achterste gedeelte (B) bevinden zich de kooi voor de aandrijfas en
het kettingtandwiel� Het voorste en achterste railgedeelte achter elkaar
leggen�
1� Verwijder kabelbinders die de riem vasthouden�
2� Trek de twee railstukken helemaal uit elkaar om een gat te maken
voor het middenstuk (C)� Deze rail is zo ontworpen dat het mid-
denstuk probleemloos kan worden ingevoegd� De 2 verbindings-
stukken (D) over de naden van de railstukken schuiven tot aan de
markeringen� Om de verbindingsstukken vast te zetten de uitste-
kende gedeeltes met een geschikt werktuig naar buiten buigenom
het middenstuk te xeren.
De montage van de rail is voltooid�
De riem van de rail zo ver opspannen dat de veer (1) tot ongeveer
halverwege wordt samengedrukt� Deze moet kunnen veren terwijl de
installatie in bedrijf is�
Bij bovenhandse werken moet ter bescherming van de ogen een
veiligheidsbril worden gedragen� Om te vermijden dat de poort wordt
beschadigd, moeten alle aanwezige blokkeringen / sloten worden uitge-
schakeld� Om zware verwondingen te vermijden, moeten alle externe
op de poort aangesloten kabels en kettingen vóór de installatie van de
poortaandrijving worden gedemonteerd� De poortaandrijving moet op
een hoogte van minstens 2,10 m boven de grond worden geïnstalleerd�
Markeer vervolgens de middellijn van de poort (1)� Trek vanuit dit punt
een lijn tot aan het plafond� Voor de montage aan een plafond tekent u
vanaf deze lijn een andere lijn in het midden van het plafond (2) in een
rechte hoek naar de poort� Lengte ca� 2,80 m�
Het kan nodig zijn om de aandrijving tijdelijk hoger te leggen,
opdat de rail bij meerdelige poorten niet tegen de veren stoot�
De aandrijving moet daarbij ofwel goed gestut zijn (ladder) of
door een tweede persoon worden vastgehouden� Aandrijfkop op gara-
gevloer onder de lateibevestiging leggen� Rail optillen tot de gaten van
het bevestigingsstuk of de gaten van de lateibevestiging over elkaar
liggen� De schroef (15) in de gaten steken en vastzetten met moer (16)�
TIP: De afstand tussen het hoogste punt en het poortframe en de rail
mag maximaal 50 mm bedragen� Naargelang het poorttype gaat het
poortframe enkele cm omhoog, wanneer de poort wordt geopend�
A. Wandmontage:
Lateibevestiging (6) in het midden op de verticale middellijn (2) leggen;
daarbij ligt de onderste rand op de horizontale lijn� Alle gaten voor de
lateibevestiging markeren� Gaten voorboren met een diameter van
4,5 mm en de lateibevestiging bevestigen met houtschroeven (21)�
TIP: In geval van montage op een betonbedekking / betonlatei moeten
de meegeleverde betonpluggen (23) en schroeven (21) worden gebru-
ikt� Grootte van de boorgaten bij beton: 8 mm�
B. Plafondmontage:
Verticale middellijn (2) doortrekken tot aan het plafond en ca� 200 mm
langs het plafond� Lateibevestiging (6) op de verticale markering tot op
150 mm van de wand in het midden aanbrengen� Alle gaten voor de
lateibevestiging markeren� Gaten boren met een diameter van 4,5 mm
en de lateibevestiging bevestigen met houtschroeven (21)�
1� Controleren of de tandriem op het tandwiel zit� Als de tandriem
er bij de montage toch afgegleden is, de tandriem ontspannen,
opleggen en opnieuw opspannen�
2� De rail (A) omdraaien en met de tandwielzijde (B) helemaal op de
aandrijving (C) steken�
3� De rail met de twee bevestigingsbeugels (10) en de
korte schroeven (22) op de aandrijving bevestigen�
Optioneel:
Om de totale lengte met 140mm in te korten, kan de aandrijving 90°
gedraaid worden aangebracht� Daardoor is toegang en programmering
vanaf de zijkant mogelijk� Verwijder daartoe de schakelaar en monteer
hem op de tweede bevestiging�
Verwijder de rubberen stop om de kabeluitgang af te dichten� Ga dan
verder met stap 3� De wijziging moet worden uitgevoerd door een bevo-
egde elektricien�
nl 6
15 17
18
19
16
Poortaandrijving ophangen Poortarm op de loopwagen bevestigen
Elektrische aansluiting
Verlicht wandtoestel monteren (optioneel)
Poortbevestiging monteren
Ouvrez entièrement la porte, posez l’entraînement sur la porte (Fig� A)�
Posez une cale de bois / carton sous l’endroit marqué (X)�
Poort helemaal openen, poortaandrijving op de poort leggen (afb� A)�
Leg een stuk hout / karton onder de gemarkeerde plaats (X)� De opener
moet stevig op de garageconstructie bevestigd worden� Er zijn drie
representieve installaties afgebeeld (afb� B)� De uwe kan echter nog
anders zijn� De hangijzers (11) moeten onder een hoek bevestigd wor-
den om voor een stevige bevestiging te zorgen� Bevestig bij afgewerkte
plafonds een stevige metalen steun (niet bijgeleverd) op de garage-
constructie voordat u de opener installeert� Voor het monteren aan een
betonnen plafond de meegeleverde betonankers gebruiken (23)�
Meet aan weerszijden van de opener de afstand van de opener tot de
draagconstructie (of plafond)� Zaag beide hangijzers af op de vereiste
lengte� Maak van elk hangijzer één uiteinde vlak en buig of draai dit
zo dat het overeenkomt met de bevestigingshoeken� Buig de han-
gijzers niet ter hoogte van de gaten� Boor 4,5mm aanzetgaten in de
draagconstructie (of plafond)� Bevestig de steunen met houtschroeven
(21) aan de steunen� Til de opener omhoog en bevestig deze aan de
hangijzers met bouten (17) en moeren (18)� Controleer of de rail precies
midden boven de deur zit� VERWIJDER de lat� Doe de deur met de
hand open en dicht� Als de deur tegen de rail stoot, moet u de kopsteun
hoger bevestigen�
Mocht na de montage van de garagedeuropener (in het bijzonder in
combinatie met een rails verlenging), bij het openen en/of sluiten van
de garagedeur of bij het stuiten op een hindernis, een doorbuiging
van de rails te zien zijn met meer als 5 cm� Adviseren wij U een extra
bevestigings beugel te monteren� Contacteer hiervoor de garagedeuro-
pener producent�
TER INFO: Het bevestigingspunt aan de poort moet het frame of een
stabiele plaats op het poortpaneel zijn� Evt� te doorboren zoals geïllus-
treerd in afb� B en vast te schroeven (schroeven niet meegeleverd)�
Breng de ontgrendelingsgreep voor de noodontgrendeling
niet hoger dan 1,8 m� Het gele informatiebord van de
ontgrendeling (sticker) op de kabel van de handgreep
bevestigen�
De rechte poortarm is al voorgemonteerd.
Aanbevolen installatie:
Loopwagen van de aandrijving halen door aan de rode handgreep
te trekken en met de hand in de richting van de poort schuiven�
Met gesloten poort de gebogen trekstang (3) met de bout (19) op
de poortbevestiging bevestigen en de pen (20) vastzetten� Rechte en
gebogen trekstang met een overlapping van 2 gaten gelijk met elkaar
verbinden met schroef (17) en met moer (18) vastzetten� De gaten zo
kiezen dat de poortarm in een hoek van ca� 30-40° staat�
TER INFO:
Van de gebogen poortarm kan ook worden afgezien, wanneer het
poortbeslag helemaal aan de bovenkant van de poort werd bevestigd�
Plaats de deurbediening op een punt waar de garagedeur zichtbaar is, uit
de buurt van de deur en buiten bereik van kinderen� Tenminste 1,5 m
boven de vloer monteren Door misbruik van de opener kan een bewegen-
de garagedeur ernstig letsel veroorzaken� Voorkom dat kinderen de
deurbediening of de afstandsbediening gebruiken� Aan de achterzijde van
de deurbediening (2) bevinden zich twee aansluitingen (1)� Verwijder ca�
6mm isolatiemateriaal van de beldraad� Scheid de draden ver genoeg
zodat de wit/rode draad op de aansluiting (RED) en de witte draad op de
andere aansluiting (WHT) kan worden aangesloten� Bevestig de deurbe-
diening binnen aan de garagewand met de meegeleverde plaatschroeven
(3)� Boor gaten van 5 mm en gebruik de pluggen wanneer de installatie
op een gemetselde muur plaats vindt� Een goede plaats is naast de
onderhoudsdeur en buiten bereik van kinderen� Leid de beldraad langs
de muur omhoog en over het plafond naar de garagedeuropener� Gebruik
geïsoleerde nietjes (5) om de draad te bevestigen� Sluit de beldraad
aan op de aansluitingen� Bediening van de deurbediening Indrukken
om de deur te openen of te sluiten� Opnieuw indrukken om de deur te
stoppen terwijl deze beweegt� Multifunctionele deurbediening: Druk op
het witte vierkant om de deur te openen of te sluiten� Druk nogmaals om
een bewegende deur stil te zetten� Verlichting: Druk op de lichtknop om
het licht van de opener aan of uit te schakelen� Als u na het inschakelen
van het licht de deur bedient, zal het licht gedurende 2,5 minuut blijven
branden� Druk nogmaals op de lichtknop om het licht eerder te doven� De
verlichting kan niet met de lichtknop worden bediend wanneer de deur in
beweging is�
Let er op dat de rail horizontaal langs het plafond loopt�
De afstand kan worden aangepast met de opgegeven
afstanden tussen de gaten� Uitstekende uiteinden van de
plafondbevestiging kunnen worden ingekort, indien nodig�
Om risico’s voor personen en schade aan het toestel te
vermijden, mag de poortaandrijving pas worden bediend,
wanneer hiervoor in deze gebruiksaanwijzingen uitdrukkelijk
de aanwijzing wordt gegeven� De netstekker moet altijd vrij toegankelijk
zijn om het apparaat van het stroomnet te kunnen koppelen� Elektri-
sche installaties mogen alleen door een erkende elektricien worden
uitgevoerd�
Inbouw bij sectionaalpoorten of eendelige poorten:
De poortbevestiging (7) beschikt over meerdere bevestigingsgaten�
De poortbevestiging moet in het midden bovenaan aan de binnenkant
van de poort liggen, zoals geïllustreerd� Gaten markeren en poortbe-
vestiging vastschroeven�
Montagehoogtes:
1� Eendelige poort of sectionaalpoort met één geleidingsrail:
afstand tot de bovenkant van de poort 0-100 mm�
2� Sectionaalpoort met twee geleidingsrails:
afstand tot de bovenkant van de poort 100-130 mm�
nl 7
20
21
22
23
Installatie van een foto-elektrische beveiliging
(optioneel)
Aandrijfeenheid aansluiten
Poort instellen en testen
Instellen van de eindposities
Na installatie en instelling van de poortaandrijving kan een foto-elek-
trische beveiliging (incl. in ML810EV-SMART, ML1040EV/-SMART)
worden geïnstalleerd� De gebruiksaanwijzingen zijn ingesloten bij de
foto-elektrische beveiliging en moeten worden gevolgd� Met de optio-
nele foto-elektrische beveiliging wordt gewaarborgd dat de poort
open is of blijft, zodra er zich personen, in het bijzonder kleine
kinderen, in het poortbereik bevinden. Met een foto-elektrische be-
veiliging wordt een sluitende poort opgetrokken of een open poort open
gehouden, wanneer een persoon in het poortbereik de sensorstraal
onderbreekt�
En foto-elektrische beveiliging is in het bijzonder aan te bevelen voor
gezinnen met kleine kinderen.
Poortaandrijving volgens de plaatselijk geldende richtlijnen en bepalin-
gen aansluiten op een reglementair geïnstalleerde veiligheidswandcon-
tactdoos�
TIP: Als de aandrijving wordt ingeschakeld, wordt ook de aandrijvings-
verlichting kort ingeschakeld�
TER INFO:
Bij elke hindernis tijdens het openen stopt de poort�
Bij elke hindernis tijdens het sluiten keert de richting van de poort om�
Breng ons een bezoekje op www�chamberlain�eu of scan de code op de
achterzijde van de handleiding met uw smartphone om een korte inlei-
dingsvideo van uw nieuwe garagepoortopener te bekijken�
PROGRAMMEERTOETSEN:
De programmeertoetsen bevinden zich onder de afneembare afdekking
aan de achterzijde van de aandrijving (zie afb� 23)�
1� Druk op de rechter programmeertoets (tussen de OPEN en DICHT
toets) en houd ze ingedrukt tot de OPEN-toets begint te knipperen�
2� Druk nu op de OPEN-toets en houd ze ingedrukt tot de gewenste
eindpositie OPEN wordt bereikt�TIP: Met de OPEN- en DICHT-to-
ets kan de eindpositie zeer nauwkeurig worden ingesteld of
gecorrigeerd�
3� Zodra de poort zich in de gewenste eindpositie OPEN bevindt,
drukt u opnieuw op de rechthoekige programmeertoets� De aan-
drijvingsverlichting knippert kort en de DICHT-toets begint nu te
knipperen�
4� Druk nu op de DICHT-toets en houd ze ingedrukt tot de gewenste
eindpositie DICHT wordt bereikt� Laat de poort niet te ver be-
wegen of de rail naar boven buigen� TIP: Met de OPEN- en
DICHT-toets kan de eindpositie zeer nauwkeurig worden ingesteld
of gecorrigeerd�
5� Zodra de poort zich in de gewenste eindpositie DICHT bevindt,
drukt u opnieuw op de rechthoekige programmeertoets� De aan-
drijvingsverlichting knippert kort en de OPEN-toets begint nu te
knipperen�
6� Druk kort op de OPEN-toets� Wanneer de poort de ingestelde
eindpositie OPEN heeft bereikt, begint de DICHT-toets te knippe-
ren� TIP: Wanneer de poort niet naar de eindpositie OPEN gaat,
is de programmering mislukt� Voer deze dan opnieuw uit en begin
met stap 1� Wanneer de poort niet ver genoeg beweegt, lees dan
deel 36 “Vaak gestelde vragen”�
7� Druk kort op de DICHT-toets� De poort gaat nu naar de ingestelde
positie DICHT� De programmering is voltooid�
De eindposities zijn de posities waarin de poort stopt, wanneer ze naar
boven of onderen werd bewogen� Voer de volgende programmatiestap-
pen uit om de eindposities in te stellen�
De aandrijving is met twee snelheden uitgerust� De software van de
aandrijving kiest bij het aanleren automatisch de juiste snelheid� Tuimel-
poorten en eendelige poorten lopen volgens de voorschriften automa-
tisch in de langzame snelheid� Poorten waarvan de loopweg korter dan
190 cm is, lopen eveneens langzaam�
INLEIDING:
Uw garagepoortopener is elektronisch zo ontworpen dat alle instellin-
gen, zoals het instellen van de eindposities OPEN en DICHT, eenvoudi-
ger zijn� Hierbij registreren besturingsapparaten automatisch de vereiste
kracht die de aandrijving nodig heeft om deze eindposities te bereiken�
De poortaandrijving mag enkel worden bediend, wanneer de
bedieningspersoon een goed zicht heeft op de poort en de
omgeving, wanneer deze vrij van hindernissen is en de
poortaandrijving correct is ingesteld� Niemand mag door de poort gaan,
zolang ze in beweging is� Controleer voor de eerste ingebruikneming of
alle inrichtingen die niet nodig zijn buiten bedrijf gesteld zijn� Verwijder
alle montagehulpstukken en gereedschappen uit het zwenkbereik
van de poort�
nl 8
24
25
Automatische veiligheidsterugloop testen
Programmeer de Afstandsbediening / de
Draadloze Drukknop (optioneel)
De automatische veiligheidsterugloop moet aan een test
worden onderworpen. Bij contact met een op de grond
liggende hindernis met een hoogte van 50 mm moet de
garagepoort omkeren. Een verkeerde instelling van de poortaan-
drijving kan tot zware lichamelijke letsels leiden als gevolg van een
sluitende poort. De test één keer per maand herhalen en eventueel
nodige wijzigingen aanbrengen.
HINDERNISTEST:
Een 50 mm hoge hindernis (1) op de vloer onder de garagepoort
leggen� Poort laten sluiten� De poort moet omkeren bij contact met een
hindernis� Wanneer de poort stopt bij contact, gaat de poort niet ver
genoeg omlaag� In dat geval moeten de eindpunten opnieuw worden
ingesteld� Keer de poort na contact met de 50 mm hoge hindernis om,
hindernis verwijderen en de poort eens volledig laten sluiten en openen�
De poort mag niet omkeren, wanneer ze de poortpositie ‚gesloten’ be-
reikt� Keert ze toch terug, dan moeten de eindpunten opnieuw worden
ingesteld�
TEST OPENEN: 20 kg op het midden van de poort leggen�
De poort mag niet omhooggaan�
Wissen van alle handzendercodes
Om ongewenste codes te deactiveren, moeten eerst alle codes worden
gewist� De gele toets op de aandrijving indrukken tot de verlichte
aanleerdisplay uitdooft (ca� 10 seconden)� Zodoende zijn alle eerder
aangeleerde codes gewist� Elke door u gewenste handzender en elk
toegangssysteem zonder sleutel moet opnieuw worden geprogram-
meerd�
Stel de opener alleen in werking wanneer de deur volledig in het
zicht is, vrij van obstakels en goed afgesteld. Niemand mag de
garage in- of uitgaan terwijl de deur in beweging is. Laat kinderen
niet aan de bedieningsknop (pen) of afstandsbediening(en) komen.
Laat kinderen niet in de buurt van de deur spelen.
De ontvanger en de draadloze afstandsbediening van uw garagepoor-
taandrijving zijn op dezelfde code geprogrammeerd� Bij de aanschaf
van een bijkomende draadloze afstandsbediening moet de garagepoor-
taandrijving zo worden geprogrammeerd dat ze overeenstemt met code
van de nieuwe draadloze afstandsbediening�
Programmering van de ontvanger op bijkomende handzenderco-
des met behulp van de gele, ronde aanleertoets.
1� Gele aanleertoets op de aandrijving indrukken en loslaten� De aan-
leerdisplay licht gedurende 30 seconden zonder onderbreking op�
2� Houd de toets van de handzender waarmee u in het vervolg uw
garagepoort wilt bedienen, ingedrukt�
3� Toets loslaten, zodra de aandrijvingsverlichting knippert� De code
is aangeleerd� Nu functioneert de aandrijving, wanneer de toets op
de handzender wordt ingedrukt� Wanneer u de toets op de hand-
zender loslaat vooraleer de aandrijvingsverlichting knippert, leert
de aandrijving de code niet aan�
26
Verbinding Internet-interface „Gateway“
(incl. ML810-Smart en ML1040-Smart)
Vooraleer u begint hebt u nodig:
Een internetrouter
Een actieve internetverbinding
Een vrije „Ethernet“-aansluiting op uw router
Seriennummer van de Chamberlain internetinterface „Gateway“ (op
de achterzijde van het apparaat)�
Een foto-elektrische beveiliging, aangesloten op de garagepoortaan-
drijving� Is er geen fotoelektrische beveiliging aangesloten, dan kan
de garagepoort enkel worden geopend�
WAARSCHUWING!
Om zware of dodelijke ongevallen door een sluitende
garagepoort te vermijden:
Enkel voor sectiepoorten!
Laat kinderen nooit spelen met de garagepoort, de afstandsbedie-
ning, wandschakelaars of andere accessoires�
Bedien de garagepoort enkel wanneer ze technisch in orde is en er
zich niemand onder de poort bevindt�
Met dit product kan de garagepoort worden bediend zonder dat u de
garagepoort kunt zien� De poort kan dan ook onverwacht bewegen�
Loop nooit onder een bewegende garagepoort�
Enkel voor privégebruik door personen die instructies hebben gekre-
gen over het gebruik�
Open voertuigdeuren (koerruimte) kunnen in de loopweg van de
garagepoort terechtkomen en zware schade aan de poort of het
voertuig veroorzaken�
Het serienummer op de achterkant van de internetinterface (Gate-
way) is enkel voor u persoonlijk� Onbevoegden mogen het serienum-
mer niet in handen krijgen!
1. AANSLUITING:
De meegeleverde Ethernet-kabel (1) met de router (2) verbinden� De
geldige steekadapter voor uw stroomnet op de voeding schuiven (niet
vereist bij alle modellen)� De voeding en internetinterface (4 Gateway)
verbinden met de kabel (3)� Kijk naar de groene LED (5) op de internet-
interface (Gateway)� Zodra deze constant brandt, is er met succes een
verbinding met de server gemaakt�
nl 9
27 Speciale uitrusting (optioneel)
A. Aansluiting voor deur in de poort
Afdekking openen� Daarachter liggen snelaansluitklemmen�Bel-
draad aansluiten op snelaansluitklemmen 4 en 5�
B. Aansluiting voor knipperlicht
Het knipperlicht kan op elke willekeurige plaats worden geïnstal-
leerd� De bijbehorende kabel aansluiten op snelaansluitklemmen
6 en 7�
C. Tweede stop
Beschrijving van de functie:
De tweede stoppositie dient naargelang het poorttype voor het
deels openen voor voetgangers, voor ventilatie of om huisdieren
binnen en buiten te laten� De tweede stop is instelbaar voor elke
willekeurige poortpositie binnen de twee eindposities van de
garagepoort�
Activeren:
TER INFO: Bij alle programmeerstappen waarbij toetsen gelijkt-
ijdig moeten worden ingedrukt, dient dit zorgvuldig te gebeuren�
Mochten na het gelijktijdig indrukken andere toetsen knipperen
dan deze die worden beschreven, koppel de aandrijving dan
enkele seconden van het net� Daarna de programmering opnieuw
beginnen�
1� Beweeg de poort met de handzender of de wandconsole
naar de gewenste tweede stop�
2� Kies een nog niet gebruikte toets op uw handzender
3� Druk gedurende 3 seconden gelijktijdig op de rechthoekige
pro grammeertoets en de OPEN-toets en wacht tot de aan-
drijvingsverlichting begint te knipperen� Druk dan op de toets
die u eerder op de handzender hebt gekozen� Om bijkomen-
de handzenders aan te leren, begint u opnieuw met stap 1�
Uitschakelen:
1� Beweeg de poort in de positie DICHT
2� Druk gedurende 3 seconden gelijktijdig op de rechthoekige
programmeertoets en de OPEN-toets en wacht tot de aandrij-
vingsverlichting begint te knipperen�
4. MyQ compatibele apparaten aanleren
5. Test
Hulp nodig?
Met een compatibele gsm of een computer kunnen nu MyQ
compatibele apparaten worden geprogrammeerd� Volg de instructies
online� Ter info: Als er minstens één apparaat (bijv� garagepoortaandrij-
ving) met succes op de internetinterface (Gateway) geprogrammeerd
is, brandt de blauwe LED constant� Voor smartphones / tablets kunnen
gratis apps worden gedownload vanuit de App Store of Google Play
Voer tests uit!
Probeer het eens uit!
Stuur ons een e-mail naar info@chamberlain�com
D. Automatisch sluiten
Beschrijving van de functie:
De foto-elektrische beveiliging van Chamberlain moet volgens
EN60335-2-95 geïnstalleerd zijn�
Activeren:
Druk gelijktijdig op de rechthoekige programmeertoets en de
DICHTtoets tot de aandrijvingsverlichting knippert� 1x OPEN-toets
indrukken = 10 seconden teltijd� Tot 180 seconden mogelijk (18x
drukken)� Om de programmering af te sluiten, drukt u op de rech-
thoekige programmeertoets� Terwijl de tijd tot het sluiten verloopt,
knippert de DICHTtoets�
Uitschakelen:
Druk gelijktijdig op de rechthoekige programmeertoets en de
DICHT-toets tot de aandrijvingsverlichting knippert� 1x DICHT-toets
indrukken = 10 seconden minder teltijd� Wanneer u zich de juiste
teltijd niet meer herinnert, drukt u gewoon 18x op de DICHT-toets�
Om de programmering af te sluiten, drukt u op de rechthoekige
programmeertoets�
Tips:
- Wanneer de foto-elektrische beveiliging werd onderbroken, wordt
de aooptijd weer teruggesteld (begint van voren).
- Automatisch Sluiten functioneert niet vanuit de tweede stopposi-
tie�
- De garagepoortaandrijving moet de eindpositie OPEN bereikt
hebben om Automatisch Sluiten te activeren�
2. Aanmelden
3. Registreren
Download de myQ-app in de App Store of Google Play� Ga naar „Regis-
treren“ en maak een account aan� Als u reeds bent aangemeld, gebruik
dan uw login en paswoord�
Voer het serienummer van de internetinterface (Gateway) in
zodra u daartoe wordt verzocht (achterzijde)�
nl 10
Troubleshooting:
Probleem: Zonder foto-elektrische beveiliging werkt de aandrijving
niet meer� Oplossing: Geen fout� Correct� Zodra ze eenmaal is
aangesloten, is de foto-elektrische beveiliging onontbeerlijk�
E. Conguratie van de handzendertoetsen voor OPEN, STOP of
DICHT.
Beschrijving van de functie:
Elke toets van de handzender kan met een OPEN-, STOP- of
DICHTcommando worden gecongureerd.
OPEN:
De gele aanleertoets en de OPEN-toets gelijktijdig indrukken tot
de LED gaat branden� Druk nu op de toets op de handzender die
het OPEN-commando moet krijgen en wacht tot de aandrijvings-
verlichting knippert�
STOP:
Appuyer simultanément sur la touche d’apprentissage jaune et
la touche de programmation rectangulaire jusqu’à ce que la DEL
s’allume� Appuyez ensuite sur la touche de la télécommande que
vous souhaitez aecter à l’instruction ARRET et attendez que
l’éclairage de l’entraînement clignote�
FERME :
De gele aanleertoets en de rechthoekige programmeertoets
gelijktijdig indrukken tot de LED gaat branden� Druk nu op de
toets op de handzender die het STOP-commando moet krijgen en
wacht tot de aandrijvingsverlichting knippert�
DICHT: De gele aanleertoets en de DICHT-toets gelijktijdig
indrukken tot de LED gaat branden� Druk nu op de toets op de
handzender die het DICHT-commando moet krijgen en wacht tot
de aandrijvingsverlichting knippert�
F. Draadloos gestuurd toegangssysteem zonder sleutel (enkel
met 747REV draadloos codeslot):
Bedien de poort met een persoonlijke code van 4 cijfers�
G. Tijdelijke toegang (enkel met 747REV draadloos codeslot):
Er kan een tijdelijke code voor begrensde toegang tot de garage
(met tijdsbegrenzing of begrensd aantal openingen) geprogram-
meerd wor-den�
H. Sluitfunctie met één toets (enkel met 747REV
draadloos codeslot):
Zonder de toegangscode kan de poort vanuit elke positie worden
ges-loten (niet geopend)�
I. MyQ (enkel met 830REV internetinterface „Gateway“):
Maakt het mogelijk om de garagepoort te bedienen via internet of
een compatibele mobiele telefoon�
J. Garagepoortbewaking (enkel met 829REV garagepoortbewa-
king):
Biedt optische (via LED’s) en akoestische bewaking van de poort-
positie� De poort kan door dit apparaat ook gesloten worden�
28 Bediening van de poortaandrijving
Automatisch openen / sluiten van de poort :
Met behulp van de volgende apparaten kan de poortaandrijving
geactiveerd worden:
THandzender: Toets indrukken tot de poort in beweging komt�
Drukknop/draadloze drukknop (wanneer dit toebehoren geïnstalleerd
is): druktoets indrukken tot de poort in beweging komt�
Manueel openen van de poort (handmodus):
ONTGRENDELEN: De rode hefboom kort omlaagtrekken� Dan de poort
met de hand openen� De poort niet openen / sluiten door aan de
kabel te trekken!
VERGRENDELEN: Het ontgrendelingsmechanisme voorkomt dat de
loopwagen automatisch weer wordt vergrendeld� Druk op de groene
knop op de loopwagen en bij de volgende poortbeweging wordt het
systeem opnieuw vergrendeld�
Werkingsverloop:
Bij bediening van de poortaandrijving met draadloze afstandsbediening
of drukknop:
sluit de poort, wanneer ze helemaal geopend was,
opent de poort, wanneer ze gesloten was,
stopt de poort, wanneer ze juist opent of sluit,
beweegt de poort in de tegengestelde richting van de laatst uitgevo-
erde beweging, wanneer ze deels geopend is,
dan keert de poort terug in de open positie, wanneer ze bij het sluiten
op een hindernis stoot,
dan stopt de poort, wanneer ze bij het openen op een hindernis botst�
Foto-elektrische beveiliging (optioneel): Met een foto-elektrische
beveiliging wordt een sluitende poort opgetrokken of een open poort
open gehouden, wanneer een persoon in het poortbereik de sensors-
traal onderbreekt�
Indien mogelijk, moet de poort helemaal gesloten zijn� Door
zwakke of beschadigde veren kan een geopende poort plots
dichtvallen, wat tot materiële schade of zware lichamelijke
letsels kan leiden.
De aandrijvingsverlichting wordt in de volgende gevallen ingeschakeld:
1� eerste inschakeling van de poortaandrijving (kort)
2� Onderbreking van de stroomtoevoer (kort)
3� bij iedere inschakeling van de poortaandrijving�
Het licht wordt na 2 1/2 minuten automatisch weer uitgeschakeld�
nl 11
Onderhoud van de poortaandrijving
Een correcte installatie garandeert een optimale werking van de poor-
taandrijving met minimale onderhoudsinspanningen� Een bijkomende
smering is niet nodig� Grof vuil in de geleidingsrail kan de werking
aantasten en moet worden verwijderd�
De aandrijfkop, de drukknop en de handzender reinigen met een zach-
te, droge doek. Geen vloeistoen gebruiken.
Voor elke reiniging en onderhoudswerkzaamheden
moet de netstekker worden uitgetrokken.
Elektrocutiegevaar!
29
30
31
Informatiestickers aanbrengen (Afb. 29)
Reiniging en onderhoud
Reiniging
32 Onderhoud
De installatie, in het bijzonder kabels, veren en bevesti-
gings-elementen, moeten vaak op tekenen van slijtage,
beschadiging of gebrekkig evenwicht worden gecontroleerd�
Niet gebruiken, wanneer er herstellingen of instellingen moeten worden
uitgevoerd, aangezien een fout in de installatie of een foutief uitgeba-
lanceerde poort tot zware letsels kunnen leiden�
Deze gegevens gelden voor gebruik in een eenpersoonsgezin (max� 6
cycli/dag)� De onderhoudsintervallen bij meer cycli/dag dienovereen-
komstig inkorten� Als u vragen hebt, surft u naar www�chamberlain�
eu of wendt u zich tot uw dealer� Reparaties aan elektrische systemen
en poorten mogen alleen worden uitgevoerd door een geautoriseerde
specialist/expert� Voer zelf nooit reparaties uit, omdat ernstige verwon-
dingen of de dood het gevolg kunnen zijn�
Eén keer per maand:
Automatische veiligheidsterugloop opnieuw testen en indien nodig
opnieuw instellen�
Poort manueel bedienen� Neem contact op met de onderhouds-
dienst, als de poort niet uitgebalanceerd is of vastzit�
Volledig openen en sluiten van de poort controleren� Eventueel
eind-schakelaar en / of kracht opnieuw instellen�
Twee keer per jaar:
Riemspanning controleren� Daartoe eerst de loopwagen van de aan-
drijving koppelen� Eventueel riemspanning aanpassen�
Eén keer per jaar (aan de poort):
Poortrollen, lagers en scharnieren smeren� Een bijkomende smering
van de poortaandrijving is niet nodig�
Eindschakelaar- en krachtinstelling:
Deze instellingen moeten bij de installatie van de aandrijving worden
gecontroleerd en correct worden uitgevoerd� Afhankelijk van het
weer kunnen zich bij het gebruik van de poortaandrijving geringe
veranderingen voordoen, die moeten worden verholpen door opnieuw
in te stellen� Dat kan in het bijzonder voorvallen in het eerste bedrijfs-
jaar
De aanwijzingen bij eindschakelaar en trekkracht instellen zorgvuldig
volgen en na elke nieuwe instelling de automatische veiligheidsterug-
loop opnieuw testen�
Batterij van de handzender:
De batterijen in de handzender gaan heel lang mee� Verkleint het
zendbereik, dan moeten de batterijen worden vervangen� Batterijen
vallen niet onder de garantie�
Neem de volgende batterijaanwijzingen in acht:
Batterijen mogen niet met het huisafval meegegeven worden� Elke
consument is wettelijk verplicht om zich reglementair te ontdoen van
batterijen op de voorziene inzamelpunten� Laad batterijen nooit opnie-
uw op, wanneer ze daarvoor niet geschikt zijn�
Ontplongsgevaar!
Houd batterijen uit de buurt van kinderen, veroorzaak geen kortslui-
ting en haal batterijen niet uit elkaar� Raadpleeg meteen een arts,
wanneer een batterij werd ingeslikt� Reinig, indien nodig, batterij- en
apparaatcontacten voor het inzetten� Lege batterijen onmiddellijk uit
het apparaat verwijderen!
Verhoogd lekgevaar!
Stel batterijen nooit bloot aan overmatige warmte zoals zonneschijn,
vuur en dergelijke! Er is een verhoogd lekgevaar! Vermijd contact met
de huid, ogen en slijmvliezen� Spoel de door batterijzuur aangetaste
plaatsen meteen af met veel koud water en raadpleeg onmiddellijk
een arts� Altijd alle batterijen tegelijk vervangen� Enkel batterijen van
hetzelfde type gebruiken, geen verschillende types of gebruikte en
nieuwe batterijen door elkaar gebruiken� Neem de batterijen uit het
apparaat als u het gedurende een lange periode niet gebruikt�
Batterij vervangen:
Om de batterij te vervangen, opent u de behuizing aan de achterzijde
met een schroevendraaier� Til de afdekking op en neem de onderlig-
gende besturing uit� Schuif de batterij opzij en neem ze uit� Let bij het
inschuiven van de nieuwe batterij op de polariteit� Handzender weer
monteren�
OPGELET!
Explosiegevaar bij verkeerde vervanging van de batterij� Enkel ver-
vangen door hetzelfde of een gelijkwaardig type (CR2032)�
33
Batterijen van de handzender vervangen
nl 12
De LED-aandrijvingsverlichting heeft een zeer lange levensduur en is
onderhoudsvrij� De lichtafdekking kan niet worden afgenomen�
De verpakking moet worden weggegooid in de plaatselijke recyclings-
containers. Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EU betreende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur moet dit apparaat
na gebruik op de juiste manier worden verwijderd om recycling van de
gebruikte materialen te garanderen�
34
35
Aandrijvingsverlichting
Verwijdering
Gooi afgedankte accu’s en batterijen niet weg bij het huisvuil,
want deze bevatten schadelijke stoen en moeten op de juiste
manier worden ingeleverd bij gemeentelijke inzamelpunten of in
daarvoor beschikbaar gestelde inzamelpunten van de dealers� Land-
specieke voorschriften moeten worden nageleefd.
De onderdelen moeten op de juiste manier bij een openbaar afvalver-
werkingsbedrijf worden weggegooid� De juiste lokale en nationale voor-
schriften moeten worden nageleefd� Alle afgedankte onderdelen van de
aandrijving mogen niet bij het huisvuil worden weggegooid�
De verantwoordelijke instantie (stad, gemeente) of het afvalverwijde-
ringsbedrijf informeert u over de mogelijkheden van deze verwijdering�
1. Poortaandrijving kan niet worden ingeschakeld met draadloze
afstandsbediening:
Is de aandrijving aangesloten op de stroomvoorziening? Wordt een
op het stopcontact aangesloten lamp niet ingeschakeld, controleer
dan de overbelastingsschakelaar (sommige stopcontacten worden
via een wandschakelaar ingeschakeld)�
Zijn alle poortblokkeringen uitgeschakeld? Zie veiligheidsrichtlijnen�
Probeer het met een nieuwe batterij�
Wanneer u twee of meer handzenders heeft waarvan er slechts een
functioneert, moet u de programmering van de ontvanger controleren�
Bevindt er zich sneeuw / ijs onder de poort? Dan is dit de poort mo-
gelijks aan de grond gevroren� Event� hindernissen wegnemen�
De poortveer kann defect zijn� Ze moet door een specialist worden
vervangen�
2. Zendbereik van de handzender is te gering:
Is er een batterij ingezet? Nieuwe batterij inzetten�
Draadloze afstandsbediening in het voertuig op een andere plaats
uitproberen�
Het zendbereik verkleint bij metalen poorten, aluminium of metalen
bekledingen�
3. Poort keert zonder aanwijsbare reden terug:
Wordt de poort ergens door gehinderd? Aan de manuele ontgrende-
ling trekken en de poort met de hand bedienen� Neem contact op met
de onderhoudsdienst, als de poort niet uitgebalanceerd is of vastzit�
Werkvermogen en traject van de aandrijving opnieuw programmeren�
Sneeuw of ijs uit de sluitzone van de poort verwijderen�
Keert de poort bij het bereiken van de positie ’esloten’ om, dan moet
de eindschakelaar voor deze poortpositie worden ingesteld� Na het
voltooien van elke instelling moet de automatische veiligheidsterug-
loop opnieuw worden getest:
Het is niet ongewoon dat de eindposities af en toe opnieuw worden
ingesteld� In het bijzonder door het weer kan het traject van de poort
veranderen�
4. De garagepoort gaat vanzelf open en dicht:
Alle handzenders wissen en dan opnieuw programmeren� Zie punt
25�
Klemt de afstandsbedieningstoets vast in de positie „AAN“?
Enkel originele afstandsbedieningen gebruiken! Het gebruik van
vreemde producten veroorzaakt storingen�
De knop van de afstandsbediening werd per ongeluk ingedrukt (tas)�
De kabel van de wandschakelaar is beschadigd (bij wijze van proef
verwijderen)�
De poortbeweging wordt geactiveerd door een op de aandrijving
aangesloten accessoire (bij wijze van proef verwijderen)�
5. Poort sluit niet volledig:
Traject van de aandrijving opnieuw programmeren� Controle van de
mechanische componenten op veranderingen (bijv� poortarmen en
beslagen� Na elke nieuwe instelling van de poortpositie ‘gesloten’
moet de automatische veiligheidsterugloop opnieuw worden getest�
6. De poort gaat wel open, maar sluit niet:
Indien geïnstalleerd, moet de foto-elektrische beveiliging gecontro-
leerd worden� Knippert de LED op de foto-elektrische beveiliging, dan
moet de inrichting gecorrigeerd worden�
Werking van handzender en drukknop controleren�
7. Aandrijvingsverlichting gaat niet aan:
Poort openen of sluiten� De verlichting blijft 2,5 minuten ingescha-
keld�
Aandrijving van het stroomnet koppelen en opnieuw aansluiten� De
verlichting wordt gedurende enkele seconden ingeschakeld
Geen stroom�
8. Aandrijvingsverlichting wordt niet uitgeschakeld:
Koppel de aandrijving kortstondig van de stroomvoorziening enpro-
beer het opnieuw
De 2,5 minuten zijn nog niet voorbij�
36 Vaak gestelde vragen
nl 13
9. De motor bromt of draait heel kort, maar werkt dan toch niet:
Garagepoortveren zijn defect� Poort sluiten en aan de greep trekken
om de loopwagen van de aandrijving te koppelen (manuele ontgren-
deling)� Poort met de hand openen en sluiten� Is de poort uitgeba-
lanceerd, wordt ze op elk punt van het traject alleen door de veren in
positie gehouden? Is dat niet het geval, neem dan contact op met uw
onderhoudsdienst�
Doet dit probleem zich bij de eerste ingebruikneming voor, dan is de
poort mogelijks geblokkeerd� Poortblokkering uitschakelen�
Aandrijving van de poort ontgrendelen en zonder poort proberen�
Werkvermogen en traject van de aandrijving evt� opnieuw programm-
eren als poort in orde is�
10. De aandrijving loopt slechts in één richting:
Poortveren mogelijks defect of poort loopt moeilijk in een bepaalde
richting�
Werkvermogen en traject van de aandrijving opnieuw programmeren
als de poort in orde is�
11. De riem klappert tegen de rail:
Riemspanning veranderen� Meestal moet de oorzaak bij een te sterk
gespannen ketting worden onderzocht� De veren van de spaninricht-
ing van de rail mogen niet volledig samengedrukt worden�
De poort loopt niet gelijkmatig en verplaatst de aandrijving in trilbe-
wegingen� Poortbeweging verbeteren�
12. Poortaandrijving start niet wegens stroompanne:
Aan de greep trekken om de loopwagen van de aandrijving te koppe-
len (manuele ontgrendeling)� De poort kan nu met de hand worden
geopend en gesloten� Wordt de poortaandrijving opnieuw geacti-
veerd, dan wordt de loopwagen opnieuw verbonden�
Voor zover geïnstalleerd, wordt de loopwagen bij een stroompanne
met behulp van een externe noodontgrendeling van buiten de garage
van de aandrijving gekoppeld�
13. Poort keert om, nadat de kracht werd geprogrammeerd:
Kijk of de rail buigt� De aandrijving heeft veel kracht nodig om de
poort te bewegen� Poort herstellen of correct monteren�
Poort is zeer zwaar of in slechte staat� Raadpleeg een specialist�
14. De rail op de aandrijving buigt:
Poort is zwaar, zeer zwaar, loopt moeilijk of is in slechte staat� Raad-
pleeg een specialist�
Als de rail tijdens de beweging slingert, wijst dat op een niet gelij-
kmatig werkende poort met steeds veranderende krachtbehoefte�
Raadpleeg een specialist en smeer evt� de poort� Een bijkomende
ophanging aan de rail kan het probleem verhelpen�
15. De aandrijving „werkt“ (motor draait hoorbaar) maar de loop-
wagen beweegt niet:
De loopwagen is van de aandrijving gekoppeld�
Bij een nieuwe installatie: Bij de montage van motor en rail is de
voorgemonteerde adapterhuls tussen de motoras en de rail niet
gemonteerd� Deze is in de fabriek voorgemonteerd, maar kan ver-
wijderd worden� Als u achter de aandrijving staat, kunt u zien of het
tandwiel in de rail draait, of enkel de motor
Bij een nieuwe installatie: De riem is van het tandwiel in de rail
gesprongen� Als u achter de aandrijving staat, hebt u zicht op het
tandwiel�
Na langdurig gebruik: Is de ontgrendeling defect of permanent los?
Na langdurig gebruik: Het omhulsel tussen rail en motor of de motor-
transmissie is defect�
16. De poort ontgrendelt zich vanzelf uit de loopwagen en blijft
staan:
Is er een externe ontgrendeling bij stroompanne geïnstalleerd, dan
moet gecontroleerd worden of deze zich tijdens het openen van de
poort opspant en ontgrendelt� Houd het mechanisme in de gaten en
stel het evt� opnieuw in�
De greep van de ontgrendeling mag niet door andere voorwerpen
worden vervangen�
17. Instelling van de kracht
De druktoets voor het afstellen van de kracht ligt onder de afdekking
aan de achterzijde van de aandrijving� Door de krachtleermodus
wordt de vereiste kracht voor het openen en sluiten van de poort
ingesteld�
1� Open de afdekking aan de achterzijde van de aandrijving�
2� Druk twee keer op de gele aanleertoets om in de krachtleermodus
te geraken� De LED en de OPEN-toets knipperen� Druk op de
OPENtoets� De poort gaat nu naar de eindpositie open en leert
daarbij hoeveel kracht er nodig is� Zodra de eindpositie OPEN is
bereikt, beginnen de LED en de DICHT-toets te knipperen� Druk op
de DICHT-toets� De poort gaat nu naar de eindpositie DICHT en
leert daarbij hoeveel kracht er nodig is�
nl 14
De garagepoortaandrijving is uitgerust met een diagnosefunctie� De OPEN- en DICHT-toetsen op de besturing knipperen� Tel het aantal „blinks“ van
de desbetreende toets tussen twee knipperpauzes. De laatste gebeurtenis wordt steeds weergegeven.
DISPLAY SYMPTOOM OPLOSSING
OPEN
toets
DICHT
toets
1 1 De aandrijving sluit niet en de verlichting
op de aandrijving knippert�
De foto-elektrische beveiligingen (accessoires) werden verwijderd, zijn
onderbroken of verkeerd aangesloten�
1 2 De aandrijving sluit niet en de verlichting
op de aandrijving knippert�
De aangesloten foto-elektrische beveiliging heeft een kabeldefect of de
kabels zijn verkeerd aangesloten�
1 3 De wandschakelaar functioneert niet� Kabeldefect in de wandschakelaar of verkeerd aangesloten� Bij wijze van
test een nieuwe kabel leggen, indien de fout niet kan worden gevonden�
1 4 De garagepoortaandrijving sluit niet en de
verlichting op de aandrijving knippert�
Er bevindt zich een hindernis in het bereik van de foto-elektrische beveiliging
of de fotoelektrische beveiliging is niet correct afgesteld� De rode LED’s op
de foto-elektrische beveiligingen knipperen, omdat er geen juiste werking is
gegarandeerd�
1 5 De poort beweegt slechts enkele cm,
stopt of verandert van richting�
Stroef lopende / defecte poort De poort met de hand openen of sluiten en de
werking van de poort laten controleren door een vakman (reparatie)�
1 5 Geen beweing, enkel „click“� De poort is mechanisch geblokkeerd, gesloten of de veren van de poort
zijn defect� De poort van de aandrijving ontgrendelen en de werking van de
aandrijving testen�
1 5 Aandrijving bromt, maar er wordt geen
beweging uitgevoerd�
Zoals boven�
1 6 De poort beweegt langzaam in een andere
positie nadat de aandrijving is uitgescha-
keld�
Poort defect, zwaar of niet uitgebalanceerd en moet worden hersteld�
2 1-5 Geen beweging� Besturing defect� Raadpleeg een vakman�
4 1-4 De poort gaat niet volledig in de aangeleer-
de
eindpositie�
Poort defect of loopt stroef� Poort ontgrendelen en testen�
Loopweg opnieuw aanleren�
5 1 Aansluiting 1+2 voor de wandschakelaar
is langer dan 4 seconden kortgesloten�
Kabeldefect in de toevoer� Kabel niet naast 230 volt of in dezelfde buis leg-
gen� Bij wijze van test een nieuwe kabel leggen�
37 Diagnosetabel
nl 15
38 41
40
42
39
Optionele accessoires Technische gegevens
Reserveonderdeelen / Garantie
Conformiteitsverklaring
Poortmaten en -gewicht
Gebruik alleen Chamberlain accessoires� Vreemde producten kan tot
functiestoringen leiden�
1� TX4RUNI 4-kanaals universele handzender
2� 128REV 2-kanaals draadloos wandtoestel
3� 747REV Draadloos codeslot
4� 830REV Internetinterface “Gateway”
5� 829REV Garagepoortbewaking
6� 1REV Verlicht wandtoestel
7� 1702REV Noodontgrendeling
8� 75REV Noodontgrendeling
9� FLA1-LED Knipperlicht
10� 771REV Foto-elektrische beveiliging
11 41REV Sleutelschakelaar (opbouw)
Kantelpoort ML810EV-/
Smart
ML1040EV-/
Smart
max� breedte (mm) 5000 5500
max� hoogte (mm) 2250 22500
max� gewicht (kg) 110 140
Sektionale Poort ML810EV-/
Smart
ML1040EV-/
Smart
max� breedte (mm) 5000 5500
max� hoogte (mm) 2250 2250
max� gewicht (kg) 110 140
Ingangsspanning 220-240 VAC, 50/60 Hz
Max� trekkracht 800 N (ML810EV-/Smart)
1000N (ML1040EV-/Smart)
Standby (bij gesloten deur) 0�8 W
Motortype DC tandwielmotor met
continue smering
Geluidsniveau 54dB
Aandrijftype Tandriem
Lengte van het poorttraject 2498 mm
Openingssnelheid, tot 200 mm/s
Max� deurgewicht 110 kg (ML810EV-/Smart)
140 kg (ML1040EV-/Smart)
Verlichting Aan, wanneer de aandrijving
start, Uit 2-1/2 minuten na stop�
Poortstangen Verstelbare poortarm, trekkabel
voor loopwagenontgrendeling�
Persoonlijk Een druk op de toets en auto-
matische stop bij neerwaartse
beweging / Een druk op de toets
en automatische stop bij opwaart-
se beweging�
Elektronisch Automatische krachtleermodus
Elektrisch Trafo-overlastbeveiliging en
laagspanningsbedrading
voor wandconsole�
Eindschakelaar Optische herkenning van toerental
en poortpositie�
Eindschakelaarinstelling Elektronisch
Soft start / soft stop Alle modellen
Afmetingen Lengte (totaal) 3183 mm
Vereiste afstand tot het plafond min� 35 mm
Hangend gewicht ~ 12 kg
Geheugenregister 180
Werkfrequentie 6-Band (433 MHz / 868 MHz)
Max� zendvermogen van
de afstandsbediening
< 5 mW
Uw wettelijke rechten worden op generlei wijze door deze garantie
beperkt� Voorwaarden zijn te vinden onder www�chamberlain�eu
Deze handleiding bestaat uit de gebruiksaanwijzing en de
Conformiteitsverklaring�
17
1: 0-100 mm
2: 100-130 mm
4x
7
B
A
16
19 - 20
0 1 2 2 3 4 5 6 7
0 1 2 2 3 4 5 6 7
24 VDC
+ -
24 VDC
+ -
1+2
2+3
23
1
2
3
4
5
6
7
24
1
25
28
service:
www.chamberlain.de
B
B
B
A
A
B
A
A
B
en
ACHTUNG - Einklemmgefahr
Regelmässig überprüfen und wenn notwendig einstellen, um
sicher zu sein, dass das Tor umkehrt, wenn es einen 50 mm
hohen Gegenstand berührt, der auf den Boden gestellt wurde.
de
CAUTION - Danger of Entrapment
Regularly check and adjust if necessary to ensure that the
door reverses when it touches a 50 mm high object that
is placed on the floor.
fr
ATTENTION - Risque d’écrasement
Vérifier régulièrement, et eégler si nécessaire, pour s’assurer
que la porte inverse son mouvement lorsqu’elle rencontre un
objet de 50 mm de haut placé sur le sol.
pt
ATENÇÃO - Perigo de entalamento
Verificar regularmente e se necessário, ajustar para se
assegurar de que o portão volta para trás ao tocar num
objecto com uma altura de 50 mm que foi clocado no chão.
nl
LET OP - Inklemmingsgevaar
Regelmatig controleren en indien nodig instellen om zeker
te zijn dat de poort terugdraait als deze een 50 mm hoog
object aanraakt dat op de grond werd geplaatst.
es
ATENCIÓN - Peligro de aprisionamiento
Comprobar regularmente y ajustar cuando sea necessario
para garatizar que la puerta se invierta cuando toca un
objeto de 50 mm de altura que se colocó en el suelo.
da
ADVARSEL - fare for indklemming
Porten skal kontrolleres og om nøvendigt justeres for at
sikre, at den går tilbage, når den berører en 50 mm høj
genstand, der er blevet stillet på jorden.
it
ATTENZIONE - Pericolo di incastro
Verificare sistematicamente e, se necessario, regolare in
maniera adeguata onde assicurare che la porta torni indietro
se viene in contatto con un oggetto alto 50mm posto a terra.
no
FORSIKTIG - Klemmefare
Etter at døren har berørt en gjenstand som har stått 50mm over
gulvhøyde, må du jevnlig sjekke om døren går feilfritt.
Juster om nødvendig.
HUOMIO - puristumisvaara
Tarkista säännöllisesti ja milloin tarpeellista säädä, ollaksesi
varma, että portti kääntyy takaisin, kun se koskettaa 50 mm
korkeaa kohdetta, joka on asetettu maan pinnalle.
fi
el
sv
VARNING - klämningsrisk
Kontrollera regelbundet och justera om det behövs, för att vara
säker på att porten vänder när den träffar ett 50 mm högt
föremål, som placerats på golvet.
hr
cz
tr
ro
sk
sr
ro
sk
sr
hu
sl
bg
pl
cn
rus
114A4354
service:
www.chamberlain.de
B
B
B
A
A
B
A
A
B
en
ACHTUNG - Einklemmgefahr
Regelmässig überprüfen und wenn notwendig einstellen, um
sicher zu sein, dass das Tor umkehrt, wenn es einen 50 mm
hohen Gegenstand berührt, der auf den Boden gestellt wurde.
de
CAUTION - Danger of Entrapment
Regularly check and adjust if necessary to ensure that the
door reverses when it touches a 50 mm high object that
is placed on the floor.
fr
ATTENTION - Risque d’écrasement
rifier régulièrement, et eégler si nécessaire, pour s’assurer
que la porte inverse son mouvement lorsqu’elle rencontre un
objet de 50 mm de haut placé sur le sol.
29
33
12VDC
Pb Cd Hg
38
2
43
5
6
87
9 1 10 1
1 2 3 4
5 6 7 8
9 10 11
26
1
2
3
4
5
19 20
17
18
22
3
Chamberlain GmbH
Saar-Lor-Lux-Str. 19
66115 Saarbrücken
Germany
WEEE-Reg.Nr. DE66256568
www.chamberlain.eu
2019, all rights reserved114A4C097

Documenttranscriptie

de Montage- und Bedienungsanleitung für Garagentorantriebe fr Notice de montage et de commande pour entraînements de portes de garage nl Montage- en bedieningshandleiding voor garagepoortaandrijvingen en Assembly- and operating instructions for Garage Door Opener da Monterings- og betjeningsvejledning for garageportautomatik no Monterings- og bruksanvisning for garasjeportmotorer sv Monterings- och driftinstruktioner för garageportsöppnare cz Návod na montáž a obsluhu pro pohony garážových vrat fi Asennus- ja käyttöohje autotallinoven käyttölaitteille is Uppsetningar- og notkunarleiðbeiningar fyrir bílskúrshurðaopnara ML810EV /-Smart ML1040EV /-Smart WAARSCHUWING! BEGIN MET HET LEZEN VAN DEZE BELANGRIJKE VEILIGHEIDSREGELS! 1 Algemene veiligheidsrichtlijnen Vooraleer u met de montage begint: Lees de gebruiksaanwijzingen en vooral de volgende veiligheidsrichtlijnen. Bewaar deze handleiding om ze later te kunnen raadplegen en geef ze door aan een eventuele volgende eigenaar. De volgende symbolen staan voor waarschuwingen om lichamelijke letsels of materiële schade te vermijden. Lees deze waarschuwingen aandachtig. OPGEPAST Letselschade of materiële schade OPGEPAST Gevaar door elektrische stroom of spanning Belangrijke veiligheidsinstructies De poortaandrijving is uiteraard voorzien en gecontroleerd op een veilige bedienbaarheid; deze kan echter enkel worden gewaarborgd, wanneer bij de installatie en bediening de hierna vermelde veiligheidsrichtlijnen nauwkeurig worden opgevolgd. • • • • • • • • • De monteur (vakman) moet deze handleiding voor de aanvang van alle werkzaamheden zorgvuldig doornemen en begrijpen. Met kracht bediende vensters, deuren en poorten moeten voor de eerste ingebruikneming en minstens één keer per jaar door een vakman worden gecontroleerd om te zien of ze nog in veilige staat zijn. Vakman is wie op grond van zijn opleiding en ervaring voldoende kennis heeft op het gebied van met kracht bediende vensters, deuren en poorten en vertrouwd is met de desbetreffende arbeidsveiligheidsvoorschriften en algemeen erkende regels van de techniek, zodat hij de veilige staat van met kracht bediende vensters, deuren en poorten kan beoordelen. De monteur moet kennis hebben van de volgende normen: EN 13241, EN 12604, EN 12453. De opgeleide specialist/expert moet de exploitant als volgt instrueren: - de werking van de aandrijving en haar gevaren - de behandeling van de handmatige noodontgrendeling - regelmatig onderhoud, testen en zorg en zijn taken - De exploitant moet andere gebruikers instructies geven over de werking van de omvormer. Nadat de aandrijving is geïnstalleerd moet de persoon die verantwoordelijk is voor de installatie van de aandrijving volgens machinerichtlijn 2006/42/ EG een EU-verklaring van overeenstemming voor het poortsysteem afgeven. De CE-markering en een typeplaatje moeten op het poortsysteem worden bevestigd. Dit is ook nodig bij het achteraf aanbrengen op een met de hand bediende poort. Verder moeten er een overdrachtsprotocol en een testboek worden ingevuld. De poort moet uitgebalanceerd zijn. Niet bewegende of vastzittende poorten moeten worden gerepareerd. Garagepoorten, poortveren, kabels, platen, bevestigingen en rails staan dan onder extreme spanning, wat tot zware verwondingen kan leiden. Probeer de poort niet los te maken, te bewegen of te richten, maar neem contact op met een onderhoudsdienst of poortspecialist. Bij de installatie of het onderhoud van een poortaandrijving mogen geen sieraden, horloges of losse kleding gedragen worden. Om zware verwondingen als gevolg van verwikkelingen te vermijden, moeten alle op de poort aangesloten kabels en kettingen vóór de installatie van de poortaandrijving worden gedemonteerd. Bij installatie en elektrische aansluiting moeten de ter plaatse geldende bouwen elektrische voorschriften worden nageleefd. Dit toestel voldoet aan beschermingsklasse 2 en heeft geen aarding nodig. Om schade aan bijzonder lichte poorten (bijv. glasvezel-, aluminium- of staalpoorten) te vermijden, moet een gepaste versteviging worden aangebracht. Neem hiervoor contact op met de fabrikant van de poort. De automatische veiligheidsterugloop moet aan een test worden onderworpen. Bij contact met een op de grond liggende hindernis met een hoogte van 50 mm MOET de garagepoort omkeren. Een verkeerde instelling van de poortaandrijving kan tot zware lichamelijke letsels leiden als gevolg van een sluitende poort. De test één keer • • • • • • • • • • • • • per maand herhalen en eventueel nodige wijzigingen aanbrengen. Deze installatie mag niet worden geïnstalleerd in vochtige of natte ruimtes. Tijdens het bedrijf mag de poort in geen enkel geval openbare doorgangswegen belemmeren. Om alle bedieningspersonen te herinneren aan de veilige bedienings wijze, moet naast de verlichte drukknop het waarschuwingsbord voor de bescherming van kinderen worden aangebracht. De waarschu-wingsborden tegen het knellen moeten duidelijk zichtbaar aangebracht worden. Om te voorkomen dat kinderen met de installatie spelen, mag u ze niet uit het oog verliezen. Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik door personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of mentale capaciteiten of met een gebrek aan ervaring en / of kennis, tenzij ze onder toezicht staan van een persoon die voor hun veiligheid bevoegd is of wanneer ze (van deze persoon) instructies hebben gekregen over het gebruik van het apparaat. Om te vermijden dat de poort wordt beschadigd, moeten alle aanwezige blokkeringen / sloten worden uitgeschakeld. Eventueel geïnstalleerde bedieningsinrichtingen MOETEN in het zicht van de poort en buiten het bereik van kinderen worden geïnstalleerd. Toetsen of draadloze sturingen mogen niet door kinderen worden bediend. Verkeerd gebruik van de poortaandrijving kan tot zware verwondingen leiden. De poortaandrijving mag ENKEL worden bediend, wanneer de bedieningspersoon een goed zicht heeft op de poort en de omgeving, wanneerdeze vrij van hindernissen is en de poortaandrijving correct is ingesteld. Niemand mag door de poort gaan, zolang ze in beweging is. Laat geen spelende kinderen toe in de omgeving van de poort. Manuele ontgrendeling enkel om de loopwagen van de aandrijving te scheiden en – indien mogelijk – ENKEL met gesloten poort gebruiken. De rode handgreep niet gebruiken om de poort op te trekken of neer te laten. Vooraleer er herstellingen worden uitgevoerd of afdekkingen worden verwijderd moet de poortaandrijving van de stroomvoorziening worden gekoppeld. De reparaties en elektrische installaties mogen alleen door een erkende elektricien worden uitgevoerd. Dit product beschikt over een trafo met speciale kabel. In geval van schade MOET deze door een erkende dealer worden vervangen door een originele trafo. Bij het bedienen van de noodontgrendeling kan de poort ongecontroleerde bewegingen maken, wanneer veren zwak of gebroken zijn of wanneer de poort niet in evenwicht is. Breng de ontgrendelingsgreep voor de noodontgrendeling aan niet hoger dan 1,8 m. Deze aanwijzingen dienen te worden bewaard. nl 3 2 Gebruiksbestemming 5 Het apparaat is bestemd voor het openen en sluiten van kantel- en sectiepoorten voor garages. Elk ondoelmatig gebruik van de aandrijving houdt aanzienlijke risico’s op ongevallen in. De fabrikant is niet aansprakelijk voor ondoelmatig gebruik. Op de aandrijving mogen alleen originele LiftMater-toebehoren worden aangesloten. Geautomatiseerde poorten met deze aandrijving moeten voldoen aan de momenteel geldende internationale en landspecifieke normen, richtlijnen en voorschriften (onder andere EN 13241, EN 12453, EN 12604). 3 Geleverd pakket Controleer vóór de installatie of alle onderdelen meegeleverd zijn. Ter info: De nummering geldt enkel voor het bijbehorende hoofdstuk. Onderdelenoverzicht (aandrijfkop): 1. Aandrijfkop 1x 8. Adapter voor drijfrondsel 1x 2. Handzender 2x 9. Gebogen poortarm 1x 3. Railbevestiging 2x 10. Bevestigingsbeugel 2x 4. Accessoirezakje 1x 11. Ophangijzer 2x 5. Draadloos wandtoestel (ML810EV) 1x 12. Rail 1x 6. Lateibevestiging 1x 13. MyQ Starter Kit (ML810EV-Smart) (ML1040EV-Smart) 1x 1x 7. Poortbevestiging 1x 14. Foto-elektrische beveiliging (ML1040EV) 1x BELANGRIJKE AANWIJZING Heeft uw garage geen zij-ingang, dan moet er een externe noodontgrendeling worden geïnstalleerd. Daardoor kan de garagepoort bij een stroomuitval van buiten handmatig bediend worden. 6 Platbolkopschroef 6 x 80 mm 1x 20. Bevestigingspen 1x 16. Veiligheidsmoer M6 1x 21. Schroef ST 6 x 60 mm 4x 17. Zeskantschroef 4x 22. Schroef ST 6,3 x 20 mm 8x 18. Moer M6 4x 23. Plug 4x 19. Bout 1x 4 Productoverzicht Deze afbeelding geeft u bij de stapsgewijze montage van de installatie altijd een compleet overzicht van de volledig gemonteerde installatie. Poorttypen A. B. Kantelpoort met alleen een horizontale geleiderail. Kantelpoort met verticale en horizontale geleiderail – speciale poortarm (E, The Chamberlain Arm™) en het beveiligingssysteem noodzakelijk. Raadpleeg uw leverancier. C. Sektionale poort – koppel de poortarm. D. Schermpoort – speciale poortarm (E, The Chamberlain Arm™) en het beveiligingssysteem noodzakelijk. Raadpleeg uw leverancier. E. Speciale poortarm – The Chamberlain Arm™ voor gebruik op poorttypen B en D. 7 Voorbereiding Controleer eerst of uw poort uitgebalanceerd en in evenwicht is. Open de poort tot ongeveer halverwege en laat ze los. De poort mag nu uit zichzelf nauwelijks van positie veranderen, maar moet – enkel door de kracht van de veren tegengehouden – in deze positie blijven staan. 1. De rail van de garagepoort MOET veilig en stabiel aan de dragende wand of het plafond boven de garagepoort bevestigd worden. 2. Wanneer het plafond in uw garage bekleed, bekist e.d. is, zijn er mogelijks bijkomende bevestigingen en bevestigingsrails nodig (niet meegeleverd). 3. Heeft uw garage geen aparte zij-ingang, dan moet er een externe noodontgrendeling worden geïnstalleerd. Zak met bevestigingsmateriaal: 15. Vooraleer u begint 8 Benodigde gereedschappen Gereedschappenlijst: Ladder Metaalzaag Markeringsstift Verschillende boren (8, 6, 5, 4.5 mm) Tang Ringsleutel Boormachine Waterpas a. Lateibevestiging (muursteun) h. Netsnoer Hamer Schroevendraaier b. Tandriem i. Aandrijfkop Rail j. Ontgrendeling Ratel / palwerk 10 mm / 13 mm Meetlint c. d. Loopwagen k. Rechte trekstang e. Verbindingsstuk l. Gebogen trekstang f. Bevestigingsbeugel m. Poortbevestiging g. Ophangijzer nl 4 9 Rail monteren Belangrijke aanwijzingen voor een veilig montage. Alle montageaanwijzingen volgen. Verkeerde montage kan tot ernstige letsels leiden. De rail is grotendeels voorgemonteerd en bestaat uit 3 delen. In het voorste gedeelte (A) bevinden zich de loopwagen, trekstang, ontgrendelingsgreep, keerrol alsook de lateibevestiging met riemspanner. In het achterste gedeelte (B) bevinden zich de kooi voor de aandrijfas en het kettingtandwiel. Het voorste en achterste railgedeelte achter elkaar leggen. 1. Verwijder kabelbinders die de riem vasthouden. 2. Trek de twee railstukken helemaal uit elkaar om een gat te maken voor het middenstuk (C). Deze rail is zo ontworpen dat het middenstuk probleemloos kan worden ingevoegd. De 2 verbindingsstukken (D) over de naden van de railstukken schuiven tot aan de markeringen. Om de verbindingsstukken vast te zetten de uitstekende gedeeltes met een geschikt werktuig naar buiten buigenom het middenstuk te fixeren. De montage van de rail is voltooid. 10 Riem spannen De riem van de rail zo ver opspannen dat de veer (1) tot ongeveer halverwege wordt samengedrukt. Deze moet kunnen veren terwijl de installatie in bedrijf is. 11 Rail op de aandrijving monteren 1. Controleren of de tandriem op het tandwiel zit. Als de tandriem er bij de montage toch afgegleden is, de tandriem ontspannen, opleggen en opnieuw opspannen. 2. De rail (A) omdraaien en met de tandwielzijde (B) helemaal op de aandrijving (C) steken. 3. De rail met de twee bevestigingsbeugels (10) en de korte schroeven (22) op de aandrijving bevestigen. Optioneel: Om de totale lengte met 140mm in te korten, kan de aandrijving 90° gedraaid worden aangebracht. Daardoor is toegang en programmering vanaf de zijkant mogelijk. Verwijder daartoe de schakelaar en monteer hem op de tweede bevestiging. Verwijder de rubberen stop om de kabeluitgang af te dichten. Ga dan verder met stap 3. De wijziging moet worden uitgevoerd door een bevoegde elektricien. 12 Het midden van de garagepoort bepalen Bij bovenhandse werken moet ter bescherming van de ogen een veiligheidsbril worden gedragen. Om te vermijden dat de poort wordt beschadigd, moeten alle aanwezige blokkeringen / sloten worden uitgeschakeld. Om zware verwondingen te vermijden, moeten alle externe op de poort aangesloten kabels en kettingen vóór de installatie van de poortaandrijving worden gedemonteerd. De poortaandrijving moet op een hoogte van minstens 2,10 m boven de grond worden geïnstalleerd. Markeer vervolgens de middellijn van de poort (1). Trek vanuit dit punt een lijn tot aan het plafond. Voor de montage aan een plafond tekent u vanaf deze lijn een andere lijn in het midden van het plafond (2) in een rechte hoek naar de poort. Lengte ca. 2,80 m. 13 Lateibevestiging monteren TIP: De afstand tussen het hoogste punt en het poortframe en de rail mag maximaal 50 mm bedragen. Naargelang het poorttype gaat het poortframe enkele cm omhoog, wanneer de poort wordt geopend. A. Wandmontage: Lateibevestiging (6) in het midden op de verticale middellijn (2) leggen; daarbij ligt de onderste rand op de horizontale lijn. Alle gaten voor de lateibevestiging markeren. Gaten voorboren met een diameter van 4,5 mm en de lateibevestiging bevestigen met houtschroeven (21). TIP: In geval van montage op een betonbedekking / betonlatei moeten de meegeleverde betonpluggen (23) en schroeven (21) worden gebruikt. Grootte van de boorgaten bij beton: 8 mm. B. Plafondmontage: Verticale middellijn (2) doortrekken tot aan het plafond en ca. 200 mm langs het plafond. Lateibevestiging (6) op de verticale markering tot op 150 mm van de wand in het midden aanbrengen. Alle gaten voor de lateibevestiging markeren. Gaten boren met een diameter van 4,5 mm en de lateibevestiging bevestigen met houtschroeven (21). 14 Aandrijving op de latei bevestigen Het kan nodig zijn om de aandrijving tijdelijk hoger te leggen, opdat de rail bij meerdelige poorten niet tegen de veren stoot. De aandrijving moet daarbij ofwel goed gestut zijn (ladder) of door een tweede persoon worden vastgehouden. Aandrijfkop op garagevloer onder de lateibevestiging leggen. Rail optillen tot de gaten van het bevestigingsstuk of de gaten van de lateibevestiging over elkaar liggen. De schroef (15) in de gaten steken en vastzetten met moer (16). nl 5 15 Poortaandrijving ophangen Ouvrez entièrement la porte, posez l’entraînement sur la porte (Fig. A). Posez une cale de bois / carton sous l’endroit marqué (X). Poort helemaal openen, poortaandrijving op de poort leggen (afb. A). Leg een stuk hout / karton onder de gemarkeerde plaats (X). De opener moet stevig op de garageconstructie bevestigd worden. Er zijn drie representieve installaties afgebeeld (afb. B). De uwe kan echter nog anders zijn. De hangijzers (11) moeten onder een hoek bevestigd worden om voor een stevige bevestiging te zorgen. Bevestig bij afgewerkte plafonds een stevige metalen steun (niet bijgeleverd) op de garageconstructie voordat u de opener installeert. Voor het monteren aan een betonnen plafond de meegeleverde betonankers gebruiken (23). Meet aan weerszijden van de opener de afstand van de opener tot de draagconstructie (of plafond). Zaag beide hangijzers af op de vereiste lengte. Maak van elk hangijzer één uiteinde vlak en buig of draai dit zo dat het overeenkomt met de bevestigingshoeken. Buig de hangijzers niet ter hoogte van de gaten. Boor 4,5mm aanzetgaten in de draagconstructie (of plafond). Bevestig de steunen met houtschroeven (21) aan de steunen. Til de opener omhoog en bevestig deze aan de hangijzers met bouten (17) en moeren (18). Controleer of de rail precies midden boven de deur zit. VERWIJDER de lat. Doe de deur met de hand open en dicht. Als de deur tegen de rail stoot, moet u de kopsteun hoger bevestigen. Mocht na de montage van de garagedeuropener (in het bijzonder in combinatie met een rails verlenging), bij het openen en/of sluiten van de garagedeur of bij het stuiten op een hindernis, een doorbuiging van de rails te zien zijn met meer als 5 cm. Adviseren wij U een extra bevestigings beugel te monteren. Contacteer hiervoor de garagedeuropener producent. Let er op dat de rail horizontaal langs het plafond loopt. De afstand kan worden aangepast met de opgegeven afstanden tussen de gaten. Uitstekende uiteinden van de plafondbevestiging kunnen worden ingekort, indien nodig. 16 Poortbevestiging monteren Inbouw bij sectionaalpoorten of eendelige poorten: De poortbevestiging (7) beschikt over meerdere bevestigingsgaten. De poortbevestiging moet in het midden bovenaan aan de binnenkant van de poort liggen, zoals geïllustreerd. Gaten markeren en poortbevestiging vastschroeven. Montagehoogtes: 1. Eendelige poort of sectionaalpoort met één geleidingsrail: afstand tot de bovenkant van de poort 0-100 mm. 2. Sectionaalpoort met twee geleidingsrails: afstand tot de bovenkant van de poort 100-130 mm. TER INFO: Het bevestigingspunt aan de poort moet het frame of een stabiele plaats op het poortpaneel zijn. Evt. te doorboren zoals geïllustreerd in afb. B en vast te schroeven (schroeven niet meegeleverd). 17 Poortarm op de loopwagen bevestigen De rechte poortarm is al voorgemonteerd. Aanbevolen installatie: Loopwagen van de aandrijving halen door aan de rode handgreep te trekken en met de hand in de richting van de poort schuiven. Met gesloten poort de gebogen trekstang (3) met de bout (19) op de poortbevestiging bevestigen en de pen (20) vastzetten. Rechte en gebogen trekstang met een overlapping van 2 gaten gelijk met elkaar verbinden met schroef (17) en met moer (18) vastzetten. De gaten zo kiezen dat de poortarm in een hoek van ca. 30-40° staat. TER INFO: Van de gebogen poortarm kan ook worden afgezien, wanneer het poortbeslag helemaal aan de bovenkant van de poort werd bevestigd. Breng de ontgrendelingsgreep voor de noodontgrendeling niet hoger dan 1,8 m. Het gele informatiebord van de ontgrendeling (sticker) op de kabel van de handgreep bevestigen. 18 Elektrische aansluiting Om risico’s voor personen en schade aan het toestel te vermijden, mag de poortaandrijving pas worden bediend, wanneer hiervoor in deze gebruiksaanwijzingen uitdrukkelijk de aanwijzing wordt gegeven. De netstekker moet altijd vrij toegankelijk zijn om het apparaat van het stroomnet te kunnen koppelen. Elektrische installaties mogen alleen door een erkende elektricien worden uitgevoerd. 19 Verlicht wandtoestel monteren (optioneel) Plaats de deurbediening op een punt waar de garagedeur zichtbaar is, uit de buurt van de deur en buiten bereik van kinderen. Tenminste 1,5 m boven de vloer monteren Door misbruik van de opener kan een bewegende garagedeur ernstig letsel veroorzaken. Voorkom dat kinderen de deurbediening of de afstandsbediening gebruiken. Aan de achterzijde van de deurbediening (2) bevinden zich twee aansluitingen (1). Verwijder ca. 6mm isolatiemateriaal van de beldraad. Scheid de draden ver genoeg zodat de wit/rode draad op de aansluiting (RED) en de witte draad op de andere aansluiting (WHT) kan worden aangesloten. Bevestig de deurbediening binnen aan de garagewand met de meegeleverde plaatschroeven (3). Boor gaten van 5 mm en gebruik de pluggen wanneer de installatie op een gemetselde muur plaats vindt. Een goede plaats is naast de onderhoudsdeur en buiten bereik van kinderen. Leid de beldraad langs de muur omhoog en over het plafond naar de garagedeuropener. Gebruik geïsoleerde nietjes (5) om de draad te bevestigen. Sluit de beldraad aan op de aansluitingen. Bediening van de deurbediening Indrukken om de deur te openen of te sluiten. Opnieuw indrukken om de deur te stoppen terwijl deze beweegt. Multifunctionele deurbediening: Druk op het witte vierkant om de deur te openen of te sluiten. Druk nogmaals om een bewegende deur stil te zetten. Verlichting: Druk op de lichtknop om het licht van de opener aan of uit te schakelen. Als u na het inschakelen van het licht de deur bedient, zal het licht gedurende 2,5 minuut blijven branden. Druk nogmaals op de lichtknop om het licht eerder te doven. De verlichting kan niet met de lichtknop worden bediend wanneer de deur in beweging is. nl 6 20 Installatie van een foto-elektrische beveiliging (optioneel) Na installatie en instelling van de poortaandrijving kan een foto-elektrische beveiliging (incl. in ML810EV-SMART, ML1040EV/-SMART) worden geïnstalleerd. De gebruiksaanwijzingen zijn ingesloten bij de foto-elektrische beveiliging en moeten worden gevolgd. Met de optionele foto-elektrische beveiliging wordt gewaarborgd dat de poort open is of blijft, zodra er zich personen, in het bijzonder kleine kinderen, in het poortbereik bevinden. Met een foto-elektrische beveiliging wordt een sluitende poort opgetrokken of een open poort open gehouden, wanneer een persoon in het poortbereik de sensorstraal onderbreekt. En foto-elektrische beveiliging is in het bijzonder aan te bevelen voor gezinnen met kleine kinderen. TER INFO: Bij elke hindernis tijdens het openen stopt de poort. Bij elke hindernis tijdens het sluiten keert de richting van de poort om. Breng ons een bezoekje op www.chamberlain.eu of scan de code op de achterzijde van de handleiding met uw smartphone om een korte inleidingsvideo van uw nieuwe garagepoortopener te bekijken. PROGRAMMEERTOETSEN: De programmeertoetsen bevinden zich onder de afneembare afdekking aan de achterzijde van de aandrijving (zie afb. 23). 1. Druk op de rechter programmeertoets (tussen de OPEN en DICHT toets) en houd ze ingedrukt tot de OPEN-toets begint te knipperen. 2. Druk nu op de OPEN-toets en houd ze ingedrukt tot de gewenste eindpositie OPEN wordt bereikt.TIP: Met de OPEN- en DICHT-toets kan de eindpositie zeer nauwkeurig worden ingesteld of gecorrigeerd. 3. Zodra de poort zich in de gewenste eindpositie OPEN bevindt, drukt u opnieuw op de rechthoekige programmeertoets. De aandrijvingsverlichting knippert kort en de DICHT-toets begint nu te knipperen. 4. Druk nu op de DICHT-toets en houd ze ingedrukt tot de gewenste eindpositie DICHT wordt bereikt. Laat de poort niet te ver bewegen of de rail naar boven buigen. TIP: Met de OPEN- en DICHT-toets kan de eindpositie zeer nauwkeurig worden ingesteld of gecorrigeerd. 5. Zodra de poort zich in de gewenste eindpositie DICHT bevindt, drukt u opnieuw op de rechthoekige programmeertoets. De aandrijvingsverlichting knippert kort en de OPEN-toets begint nu te knipperen. 6. Druk kort op de OPEN-toets. Wanneer de poort de ingestelde eindpositie OPEN heeft bereikt, begint de DICHT-toets te knipperen. TIP: Wanneer de poort niet naar de eindpositie OPEN gaat, is de programmering mislukt. Voer deze dan opnieuw uit en begin met stap 1. Wanneer de poort niet ver genoeg beweegt, lees dan deel 36 “Vaak gestelde vragen”. 7. Druk kort op de DICHT-toets. De poort gaat nu naar de ingestelde positie DICHT. De programmering is voltooid. 21 Aandrijfeenheid aansluiten Poortaandrijving volgens de plaatselijk geldende richtlijnen en bepalingen aansluiten op een reglementair geïnstalleerde veiligheidswandcontactdoos. TIP: Als de aandrijving wordt ingeschakeld, wordt ook de aandrijvingsverlichting kort ingeschakeld. 22 Poort instellen en testen De poortaandrijving mag enkel worden bediend, wanneer de bedieningspersoon een goed zicht heeft op de poort en de omgeving, wanneer deze vrij van hindernissen is en de poortaandrijving correct is ingesteld. Niemand mag door de poort gaan, zolang ze in beweging is. Controleer voor de eerste ingebruikneming of alle inrichtingen die niet nodig zijn buiten bedrijf gesteld zijn. Verwijder alle montagehulpstukken en gereedschappen uit het zwenkbereik van de poort. 23 Instellen van de eindposities De eindposities zijn de posities waarin de poort stopt, wanneer ze naar boven of onderen werd bewogen. Voer de volgende programmatiestappen uit om de eindposities in te stellen. De aandrijving is met twee snelheden uitgerust. De software van de aandrijving kiest bij het aanleren automatisch de juiste snelheid. Tuimelpoorten en eendelige poorten lopen volgens de voorschriften automatisch in de langzame snelheid. Poorten waarvan de loopweg korter dan 190 cm is, lopen eveneens langzaam. INLEIDING: Uw garagepoortopener is elektronisch zo ontworpen dat alle instellingen, zoals het instellen van de eindposities OPEN en DICHT, eenvoudiger zijn. Hierbij registreren besturingsapparaten automatisch de vereiste kracht die de aandrijving nodig heeft om deze eindposities te bereiken. nl 7 24 Automatische veiligheidsterugloop testen De automatische veiligheidsterugloop moet aan een test worden onderworpen. Bij contact met een op de grond liggende hindernis met een hoogte van 50 mm moet de garagepoort omkeren. Een verkeerde instelling van de poortaandrijving kan tot zware lichamelijke letsels leiden als gevolg van een sluitende poort. De test één keer per maand herhalen en eventueel nodige wijzigingen aanbrengen. HINDERNISTEST: Een 50 mm hoge hindernis (1) op de vloer onder de garagepoort leggen. Poort laten sluiten. De poort moet omkeren bij contact met een hindernis. Wanneer de poort stopt bij contact, gaat de poort niet ver genoeg omlaag. In dat geval moeten de eindpunten opnieuw worden ingesteld. Keer de poort na contact met de 50 mm hoge hindernis om, hindernis verwijderen en de poort eens volledig laten sluiten en openen. De poort mag niet omkeren, wanneer ze de poortpositie ‚gesloten’ bereikt. Keert ze toch terug, dan moeten de eindpunten opnieuw worden ingesteld. TEST OPENEN: 20 kg op het midden van de poort leggen. De poort mag niet omhooggaan. 25 Programmeer de Afstandsbediening / de Draadloze Drukknop (optioneel) Stel de opener alleen in werking wanneer de deur volledig in het zicht is, vrij van obstakels en goed afgesteld. Niemand mag de garage in- of uitgaan terwijl de deur in beweging is. Laat kinderen niet aan de bedieningsknop (pen) of afstandsbediening(en) komen. Laat kinderen niet in de buurt van de deur spelen. De ontvanger en de draadloze afstandsbediening van uw garagepoortaandrijving zijn op dezelfde code geprogrammeerd. Bij de aanschaf van een bijkomende draadloze afstandsbediening moet de garagepoortaandrijving zo worden geprogrammeerd dat ze overeenstemt met code van de nieuwe draadloze afstandsbediening. Programmering van de ontvanger op bijkomende handzendercodes met behulp van de gele, ronde aanleertoets. 1. Gele aanleertoets op de aandrijving indrukken en loslaten. De aanleerdisplay licht gedurende 30 seconden zonder onderbreking op. 2. Houd de toets van de handzender waarmee u in het vervolg uw garagepoort wilt bedienen, ingedrukt. 3. Toets loslaten, zodra de aandrijvingsverlichting knippert. De code is aangeleerd. Nu functioneert de aandrijving, wanneer de toets op de handzender wordt ingedrukt. Wanneer u de toets op de handzender loslaat vooraleer de aandrijvingsverlichting knippert, leert de aandrijving de code niet aan. Wissen van alle handzendercodes Om ongewenste codes te deactiveren, moeten eerst alle codes worden gewist. De gele toets op de aandrijving indrukken tot de verlichte aanleerdisplay uitdooft (ca. 10 seconden). Zodoende zijn alle eerder aangeleerde codes gewist. Elke door u gewenste handzender en elk toegangssysteem zonder sleutel moet opnieuw worden geprogrammeerd. 26 Verbinding Internet-interface „Gateway“ (incl. ML810-Smart en ML1040-Smart) Vooraleer u begint hebt u nodig: • Een internetrouter • Een actieve internetverbinding • Een vrije „Ethernet“-aansluiting op uw router • Seriennummer van de Chamberlain internetinterface „Gateway“ (op de achterzijde van het apparaat). • Een foto-elektrische beveiliging, aangesloten op de garagepoortaandrijving. Is er geen fotoelektrische beveiliging aangesloten, dan kan de garagepoort enkel worden geopend. WAARSCHUWING! Om zware of dodelijke ongevallen door een sluitende garagepoort te vermijden: • Enkel voor sectiepoorten! • Laat kinderen nooit spelen met de garagepoort, de afstandsbediening, wandschakelaars of andere accessoires. • Bedien de garagepoort enkel wanneer ze technisch in orde is en er zich niemand onder de poort bevindt. • Met dit product kan de garagepoort worden bediend zonder dat u de garagepoort kunt zien. De poort kan dan ook onverwacht bewegen. Loop nooit onder een bewegende garagepoort. • Enkel voor privégebruik door personen die instructies hebben gekregen over het gebruik. • Open voertuigdeuren (kofferruimte) kunnen in de loopweg van de garagepoort terechtkomen en zware schade aan de poort of het voertuig veroorzaken. • Het serienummer op de achterkant van de internetinterface (Gateway) is enkel voor u persoonlijk. Onbevoegden mogen het serienummer niet in handen krijgen! 1. AANSLUITING: De meegeleverde Ethernet-kabel (1) met de router (2) verbinden. De geldige steekadapter voor uw stroomnet op de voeding schuiven (niet vereist bij alle modellen). De voeding en internetinterface (4 Gateway) verbinden met de kabel (3). Kijk naar de groene LED (5) op de internetinterface (Gateway). Zodra deze constant brandt, is er met succes een verbinding met de server gemaakt. nl 8 2. Aanmelden Activeren: TER INFO: Bij alle programmeerstappen waarbij toetsen gelijktijdig moeten worden ingedrukt, dient dit zorgvuldig te gebeuren. Mochten na het gelijktijdig indrukken andere toetsen knipperen dan deze die worden beschreven, koppel de aandrijving dan enkele seconden van het net. Daarna de programmering opnieuw beginnen. Download de myQ-app in de App Store of Google Play. Ga naar „Registreren“ en maak een account aan. Als u reeds bent aangemeld, gebruik dan uw login en paswoord. 3. Registreren Voer het serienummer van de internetinterface (Gateway) in zodra u daartoe wordt verzocht (achterzijde). 4. MyQ compatibele apparaten aanleren Met een compatibele gsm of een computer kunnen nu MyQ compatibele apparaten worden geprogrammeerd. Volg de instructies online. Ter info: Als er minstens één apparaat (bijv. garagepoortaandrijving) met succes op de internetinterface (Gateway) geprogrammeerd is, brandt de blauwe LED constant. Voor smartphones / tablets kunnen gratis apps worden gedownload vanuit de App Store of Google Play. • Voer tests uit! • Probeer het eens uit! Stuur ons een e-mail naar [email protected] 27 Speciale uitrusting (optioneel) A. B. C. Aansluiting voor deur in de poort Afdekking openen. Daarachter liggen snelaansluitklemmen.Beldraad aansluiten op snelaansluitklemmen 4 en 5. Aansluiting voor knipperlicht Het knipperlicht kan op elke willekeurige plaats worden geïnstalleerd. De bijbehorende kabel aansluiten op snelaansluitklemmen 6 en 7. Tweede stop Beschrijving van de functie: De tweede stoppositie dient naargelang het poorttype voor het deels openen voor voetgangers, voor ventilatie of om huisdieren binnen en buiten te laten. De tweede stop is instelbaar voor elke willekeurige poortpositie binnen de twee eindposities van de garagepoort. Beweeg de poort met de handzender of de wandconsole naar de gewenste tweede stop. 2. Kies een nog niet gebruikte toets op uw handzender. 3. Druk gedurende 3 seconden gelijktijdig op de rechthoekige pro grammeertoets en de OPEN-toets en wacht tot de aandrijvingsverlichting begint te knipperen. Druk dan op de toets die u eerder op de handzender hebt gekozen. Om bijkomende handzenders aan te leren, begint u opnieuw met stap 1. Uitschakelen: 1. Beweeg de poort in de positie DICHT. 2. Druk gedurende 3 seconden gelijktijdig op de rechthoekige programmeertoets en de OPEN-toets en wacht tot de aandrijvingsverlichting begint te knipperen. 5. Test Hulp nodig? 1. D. Automatisch sluiten Beschrijving van de functie: De foto-elektrische beveiliging van Chamberlain moet volgens EN60335-2-95 geïnstalleerd zijn. Activeren: Druk gelijktijdig op de rechthoekige programmeertoets en de DICHTtoets tot de aandrijvingsverlichting knippert. 1x OPEN-toets indrukken = 10 seconden teltijd. Tot 180 seconden mogelijk (18x drukken). Om de programmering af te sluiten, drukt u op de rechthoekige programmeertoets. Terwijl de tijd tot het sluiten verloopt, knippert de DICHTtoets. Uitschakelen: Druk gelijktijdig op de rechthoekige programmeertoets en de DICHT-toets tot de aandrijvingsverlichting knippert. 1x DICHT-toets indrukken = 10 seconden minder teltijd. Wanneer u zich de juiste teltijd niet meer herinnert, drukt u gewoon 18x op de DICHT-toets. Om de programmering af te sluiten, drukt u op de rechthoekige programmeertoets. Tips: - Wanneer de foto-elektrische beveiliging werd onderbroken, wordt de aflooptijd weer teruggesteld (begint van voren). - Automatisch Sluiten functioneert niet vanuit de tweede stoppositie. - De garagepoortaandrijving moet de eindpositie OPEN bereikt hebben om Automatisch Sluiten te activeren. nl 9 Troubleshooting: Probleem: Zonder foto-elektrische beveiliging werkt de aandrijving niet meer. Oplossing: Geen fout. Correct. Zodra ze eenmaal is aangesloten, is de foto-elektrische beveiliging onontbeerlijk. E. Configuratie van de handzendertoetsen voor OPEN, STOP of DICHT. Beschrijving van de functie: Elke toets van de handzender kan met een OPEN-, STOP- of DICHTcommando worden geconfigureerd. OPEN: De gele aanleertoets en de OPEN-toets gelijktijdig indrukken tot de LED gaat branden. Druk nu op de toets op de handzender die het OPEN-commando moet krijgen en wacht tot de aandrijvingsverlichting knippert. STOP: Appuyer simultanément sur la touche d’apprentissage jaune et la touche de programmation rectangulaire jusqu’à ce que la DEL s’allume. Appuyez ensuite sur la touche de la télécommande que vous souhaitez affecter à l’instruction ARRET et attendez que l’éclairage de l’entraînement clignote. FERME : De gele aanleertoets en de rechthoekige programmeertoets gelijktijdig indrukken tot de LED gaat branden. Druk nu op de toets op de handzender die het STOP-commando moet krijgen en wacht tot de aandrijvingsverlichting knippert. DICHT: De gele aanleertoets en de DICHT-toets gelijktijdig indrukken tot de LED gaat branden. Druk nu op de toets op de handzender die het DICHT-commando moet krijgen en wacht tot de aandrijvingsverlichting knippert. F. Draadloos gestuurd toegangssysteem zonder sleutel (enkel met 747REV draadloos codeslot): Bedien de poort met een persoonlijke code van 4 cijfers. G. Tijdelijke toegang (enkel met 747REV draadloos codeslot): Er kan een tijdelijke code voor begrensde toegang tot de garage (met tijdsbegrenzing of begrensd aantal openingen) geprogrammeerd wor-den. H. Sluitfunctie met één toets (enkel met 747REV draadloos codeslot): Zonder de toegangscode kan de poort vanuit elke positie worden ges-loten (niet geopend). I. MyQ (enkel met 830REV internetinterface „Gateway“): Maakt het mogelijk om de garagepoort te bedienen via internet of een compatibele mobiele telefoon. J. Garagepoortbewaking (enkel met 829REV garagepoortbewaking): Biedt optische (via LED’s) en akoestische bewaking van de poortpositie. De poort kan door dit apparaat ook gesloten worden. 28 Bediening van de poortaandrijving Automatisch openen / sluiten van de poort : Met behulp van de volgende apparaten kan de poortaandrijving geactiveerd worden: • THandzender: Toets indrukken tot de poort in beweging komt. • Drukknop/draadloze drukknop (wanneer dit toebehoren geïnstalleerd is): druktoets indrukken tot de poort in beweging komt. Manueel openen van de poort (handmodus): Indien mogelijk, moet de poort helemaal gesloten zijn. Door zwakke of beschadigde veren kan een geopende poort plots dichtvallen, wat tot materiële schade of zware lichamelijke letsels kan leiden. ONTGRENDELEN: De rode hefboom kort omlaagtrekken. Dan de poort met de hand openen. De poort niet openen / sluiten door aan de kabel te trekken! VERGRENDELEN: Het ontgrendelingsmechanisme voorkomt dat de loopwagen automatisch weer wordt vergrendeld. Druk op de groene knop op de loopwagen en bij de volgende poortbeweging wordt het systeem opnieuw vergrendeld. Werkingsverloop: Bij bediening van de poortaandrijving met draadloze afstandsbediening of drukknop: • sluit de poort, wanneer ze helemaal geopend was, • opent de poort, wanneer ze gesloten was, • stopt de poort, wanneer ze juist opent of sluit, • beweegt de poort in de tegengestelde richting van de laatst uitgevoerde beweging, wanneer ze deels geopend is, • dan keert de poort terug in de open positie, wanneer ze bij het sluiten op een hindernis stoot, • dan stopt de poort, wanneer ze bij het openen op een hindernis botst. • Foto-elektrische beveiliging (optioneel): Met een foto-elektrische beveiliging wordt een sluitende poort opgetrokken of een open poort open gehouden, wanneer een persoon in het poortbereik de sensorstraal onderbreekt. De aandrijvingsverlichting wordt in de volgende gevallen ingeschakeld: 1. eerste inschakeling van de poortaandrijving (kort) 2. Onderbreking van de stroomtoevoer (kort) 3. bij iedere inschakeling van de poortaandrijving. Het licht wordt na 2 1/2 minuten automatisch weer uitgeschakeld. nl 10 29 Informatiestickers aanbrengen (Afb. 29) 30 Reiniging en onderhoud Voor elke reiniging en onderhoudswerkzaamheden moet de netstekker worden uitgetrokken. Elektrocutiegevaar! Onderhoud van de poortaandrijving Een correcte installatie garandeert een optimale werking van de poortaandrijving met minimale onderhoudsinspanningen. Een bijkomende smering is niet nodig. Grof vuil in de geleidingsrail kan de werking aantasten en moet worden verwijderd. 31 Reiniging De aandrijfkop, de drukknop en de handzender reinigen met een zachte, droge doek. Geen vloeistoffen gebruiken. 32 Onderhoud De installatie, in het bijzonder kabels, veren en bevestigings-elementen, moeten vaak op tekenen van slijtage, beschadiging of gebrekkig evenwicht worden gecontroleerd. Niet gebruiken, wanneer er herstellingen of instellingen moeten worden uitgevoerd, aangezien een fout in de installatie of een foutief uitgebalanceerde poort tot zware letsels kunnen leiden. Deze gegevens gelden voor gebruik in een eenpersoonsgezin (max. 6 cycli/dag). De onderhoudsintervallen bij meer cycli/dag dienovereenkomstig inkorten. Als u vragen hebt, surft u naar www.chamberlain. eu of wendt u zich tot uw dealer. Reparaties aan elektrische systemen en poorten mogen alleen worden uitgevoerd door een geautoriseerde specialist/expert. Voer zelf nooit reparaties uit, omdat ernstige verwondingen of de dood het gevolg kunnen zijn. Eén keer per maand: • Automatische veiligheidsterugloop opnieuw testen en indien nodig opnieuw instellen. • Poort manueel bedienen. Neem contact op met de onderhoudsdienst, als de poort niet uitgebalanceerd is of vastzit. • Volledig openen en sluiten van de poort controleren. Eventueel eind-schakelaar en / of kracht opnieuw instellen. Twee keer per jaar: • Riemspanning controleren. Daartoe eerst de loopwagen van de aandrijving koppelen. Eventueel riemspanning aanpassen. Eén keer per jaar (aan de poort): • Poortrollen, lagers en scharnieren smeren. Een bijkomende smering van de poortaandrijving is niet nodig. Eindschakelaar- en krachtinstelling: Deze instellingen moeten bij de installatie van de aandrijving worden gecontroleerd en correct worden uitgevoerd. Afhankelijk van het weer kunnen zich bij het gebruik van de poortaandrijving geringe veranderingen voordoen, die moeten worden verholpen door opnieuw in te stellen. Dat kan in het bijzonder voorvallen in het eerste bedrijfsjaar. De aanwijzingen bij eindschakelaar en trekkracht instellen zorgvuldig volgen en na elke nieuwe instelling de automatische veiligheidsterugloop opnieuw testen. 33 Batterijen van de handzender vervangen Batterij van de handzender: De batterijen in de handzender gaan heel lang mee. Verkleint het zendbereik, dan moeten de batterijen worden vervangen. Batterijen vallen niet onder de garantie. Neem de volgende batterijaanwijzingen in acht: Batterijen mogen niet met het huisafval meegegeven worden. Elke consument is wettelijk verplicht om zich reglementair te ontdoen van batterijen op de voorziene inzamelpunten. Laad batterijen nooit opnieuw op, wanneer ze daarvoor niet geschikt zijn. Ontploffingsgevaar! Houd batterijen uit de buurt van kinderen, veroorzaak geen kortsluiting en haal batterijen niet uit elkaar. Raadpleeg meteen een arts, wanneer een batterij werd ingeslikt. Reinig, indien nodig, batterij- en apparaatcontacten voor het inzetten. Lege batterijen onmiddellijk uit het apparaat verwijderen! Verhoogd lekgevaar! Stel batterijen nooit bloot aan overmatige warmte zoals zonneschijn, vuur en dergelijke! Er is een verhoogd lekgevaar! Vermijd contact met de huid, ogen en slijmvliezen. Spoel de door batterijzuur aangetaste plaatsen meteen af met veel koud water en raadpleeg onmiddellijk een arts. Altijd alle batterijen tegelijk vervangen. Enkel batterijen van hetzelfde type gebruiken, geen verschillende types of gebruikte en nieuwe batterijen door elkaar gebruiken. Neem de batterijen uit het apparaat als u het gedurende een lange periode niet gebruikt. Batterij vervangen: Om de batterij te vervangen, opent u de behuizing aan de achterzijde met een schroevendraaier. Til de afdekking op en neem de onderliggende besturing uit. Schuif de batterij opzij en neem ze uit. Let bij het inschuiven van de nieuwe batterij op de polariteit. Handzender weer monteren. OPGELET! Explosiegevaar bij verkeerde vervanging van de batterij. Enkel vervangen door hetzelfde of een gelijkwaardig type (CR2032). nl 11 34 Aandrijvingsverlichting De LED-aandrijvingsverlichting heeft een zeer lange levensduur en is onderhoudsvrij. De lichtafdekking kan niet worden afgenomen. 35 Verwijdering De verpakking moet worden weggegooid in de plaatselijke recyclingscontainers. Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur moet dit apparaat na gebruik op de juiste manier worden verwijderd om recycling van de gebruikte materialen te garanderen. Gooi afgedankte accu’s en batterijen niet weg bij het huisvuil, want deze bevatten schadelijke stoffen en moeten op de juiste manier worden ingeleverd bij gemeentelijke inzamelpunten of in daarvoor beschikbaar gestelde inzamelpunten van de dealers. Landspecifieke voorschriften moeten worden nageleefd. De onderdelen moeten op de juiste manier bij een openbaar afvalverwerkingsbedrijf worden weggegooid. De juiste lokale en nationale voorschriften moeten worden nageleefd. Alle afgedankte onderdelen van de aandrijving mogen niet bij het huisvuil worden weggegooid. De verantwoordelijke instantie (stad, gemeente) of het afvalverwijderingsbedrijf informeert u over de mogelijkheden van deze verwijdering. 36 Vaak gestelde vragen 1. Poortaandrijving kan niet worden ingeschakeld met draadloze afstandsbediening: • Is de aandrijving aangesloten op de stroomvoorziening? Wordt een op het stopcontact aangesloten lamp niet ingeschakeld, controleer dan de overbelastingsschakelaar (sommige stopcontacten worden via een wandschakelaar ingeschakeld). • Zijn alle poortblokkeringen uitgeschakeld? Zie veiligheidsrichtlijnen. • Probeer het met een nieuwe batterij. • Wanneer u twee of meer handzenders heeft waarvan er slechts een functioneert, moet u de programmering van de ontvanger controleren. • Bevindt er zich sneeuw / ijs onder de poort? Dan is dit de poort mogelijks aan de grond gevroren. Event. hindernissen wegnemen. • De poortveer kann defect zijn. Ze moet door een specialist worden vervangen. 2. Zendbereik van de handzender is te gering: • Is er een batterij ingezet? Nieuwe batterij inzetten. • Draadloze afstandsbediening in het voertuig op een andere plaats uitproberen. • Het zendbereik verkleint bij metalen poorten, aluminium of metalen bekledingen. 3. Poort keert zonder aanwijsbare reden terug: • Wordt de poort ergens door gehinderd? Aan de manuele ontgrendeling trekken en de poort met de hand bedienen. Neem contact op met de onderhoudsdienst, als de poort niet uitgebalanceerd is of vastzit. • Werkvermogen en traject van de aandrijving opnieuw programmeren. • Sneeuw of ijs uit de sluitzone van de poort verwijderen. • Keert de poort bij het bereiken van de positie ’esloten’ om, dan moet de eindschakelaar voor deze poortpositie worden ingesteld. Na het voltooien van elke instelling moet de automatische veiligheidsterugloop opnieuw worden getest: • Het is niet ongewoon dat de eindposities af en toe opnieuw worden ingesteld. In het bijzonder door het weer kan het traject van de poort veranderen. 4. De garagepoort gaat vanzelf open en dicht: • Alle handzenders wissen en dan opnieuw programmeren. Zie punt 25. • Klemt de afstandsbedieningstoets vast in de positie „AAN“? • Enkel originele afstandsbedieningen gebruiken! Het gebruik van vreemde producten veroorzaakt storingen. • De knop van de afstandsbediening werd per ongeluk ingedrukt (tas). • De kabel van de wandschakelaar is beschadigd (bij wijze van proef verwijderen). • De poortbeweging wordt geactiveerd door een op de aandrijving aangesloten accessoire (bij wijze van proef verwijderen). 5. Poort sluit niet volledig: • Traject van de aandrijving opnieuw programmeren. Controle van de mechanische componenten op veranderingen (bijv. poortarmen en beslagen. Na elke nieuwe instelling van de poortpositie ‘gesloten’ moet de automatische veiligheidsterugloop opnieuw worden getest. 6. De poort gaat wel open, maar sluit niet: • Indien geïnstalleerd, moet de foto-elektrische beveiliging gecontroleerd worden. Knippert de LED op de foto-elektrische beveiliging, dan moet de inrichting gecorrigeerd worden. • Werking van handzender en drukknop controleren. 7. Aandrijvingsverlichting gaat niet aan: • Poort openen of sluiten. De verlichting blijft 2,5 minuten ingeschakeld. • Aandrijving van het stroomnet koppelen en opnieuw aansluiten. De verlichting wordt gedurende enkele seconden ingeschakeld • Geen stroom. 8. Aandrijvingsverlichting wordt niet uitgeschakeld: • Koppel de aandrijving kortstondig van de stroomvoorziening enprobeer het opnieuw. • De 2,5 minuten zijn nog niet voorbij. nl 12 9. De motor bromt of draait heel kort, maar werkt dan toch niet: • Garagepoortveren zijn defect. Poort sluiten en aan de greep trekken om de loopwagen van de aandrijving te koppelen (manuele ontgrendeling). Poort met de hand openen en sluiten. Is de poort uitgebalanceerd, wordt ze op elk punt van het traject alleen door de veren in positie gehouden? Is dat niet het geval, neem dan contact op met uw onderhoudsdienst. • Doet dit probleem zich bij de eerste ingebruikneming voor, dan is de poort mogelijks geblokkeerd. Poortblokkering uitschakelen. • Aandrijving van de poort ontgrendelen en zonder poort proberen. Werkvermogen en traject van de aandrijving evt. opnieuw programmeren als poort in orde is. 10. De aandrijving loopt slechts in één richting: • Poortveren mogelijks defect of poort loopt moeilijk in een bepaalde richting. • Werkvermogen en traject van de aandrijving opnieuw programmeren als de poort in orde is. 11. De riem klappert tegen de rail: • Riemspanning veranderen. Meestal moet de oorzaak bij een te sterk gespannen ketting worden onderzocht. De veren van de spaninrichting van de rail mogen niet volledig samengedrukt worden. • De poort loopt niet gelijkmatig en verplaatst de aandrijving in trilbewegingen. Poortbeweging verbeteren. 12. Poortaandrijving start niet wegens stroompanne: • Aan de greep trekken om de loopwagen van de aandrijving te koppelen (manuele ontgrendeling). De poort kan nu met de hand worden geopend en gesloten. Wordt de poortaandrijving opnieuw geactiveerd, dan wordt de loopwagen opnieuw verbonden. • Voor zover geïnstalleerd, wordt de loopwagen bij een stroompanne met behulp van een externe noodontgrendeling van buiten de garage van de aandrijving gekoppeld. 13. Poort keert om, nadat de kracht werd geprogrammeerd: • Kijk of de rail buigt. De aandrijving heeft veel kracht nodig om de poort te bewegen. Poort herstellen of correct monteren. • Poort is zeer zwaar of in slechte staat. Raadpleeg een specialist. 15. De aandrijving „werkt“ (motor draait hoorbaar) maar de loopwagen beweegt niet: • De loopwagen is van de aandrijving gekoppeld. • Bij een nieuwe installatie: Bij de montage van motor en rail is de voorgemonteerde adapterhuls tussen de motoras en de rail niet gemonteerd. Deze is in de fabriek voorgemonteerd, maar kan verwijderd worden. Als u achter de aandrijving staat, kunt u zien of het tandwiel in de rail draait, of enkel de motor. • Bij een nieuwe installatie: De riem is van het tandwiel in de rail gesprongen. Als u achter de aandrijving staat, hebt u zicht op het tandwiel. • Na langdurig gebruik: Is de ontgrendeling defect of permanent los? • Na langdurig gebruik: Het omhulsel tussen rail en motor of de motortransmissie is defect. 16. De poort ontgrendelt zich vanzelf uit de loopwagen en blijft staan: • Is er een externe ontgrendeling bij stroompanne geïnstalleerd, dan moet gecontroleerd worden of deze zich tijdens het openen van de poort opspant en ontgrendelt. Houd het mechanisme in de gaten en stel het evt. opnieuw in. • De greep van de ontgrendeling mag niet door andere voorwerpen worden vervangen. 17. Instelling van de kracht • De druktoets voor het afstellen van de kracht ligt onder de afdekking • aan de achterzijde van de aandrijving. Door de krachtleermodus wordt de vereiste kracht voor het openen en sluiten van de poort ingesteld. 1. Open de afdekking aan de achterzijde van de aandrijving. 2. Druk twee keer op de gele aanleertoets om in de krachtleermodus te geraken. De LED en de OPEN-toets knipperen. Druk op de OPENtoets. De poort gaat nu naar de eindpositie open en leert daarbij hoeveel kracht er nodig is. Zodra de eindpositie OPEN is bereikt, beginnen de LED en de DICHT-toets te knipperen. Druk op de DICHT-toets. De poort gaat nu naar de eindpositie DICHT en leert daarbij hoeveel kracht er nodig is. 14. De rail op de aandrijving buigt: • Poort is zwaar, zeer zwaar, loopt moeilijk of is in slechte staat. Raadpleeg een specialist. • Als de rail tijdens de beweging slingert, wijst dat op een niet gelijkmatig werkende poort met steeds veranderende krachtbehoefte. Raadpleeg een specialist en smeer evt. de poort. Een bijkomende ophanging aan de rail kan het probleem verhelpen. nl 13 37 Diagnosetabel De garagepoortaandrijving is uitgerust met een diagnosefunctie. De OPEN- en DICHT-toetsen op de besturing knipperen. Tel het aantal „blinks“ van de desbetreffende toets tussen twee knipperpauzes. De laatste gebeurtenis wordt steeds weergegeven. DISPLAY SYMPTOOM OPLOSSING OPEN toets DICHT toets 1 1 De aandrijving sluit niet en de verlichting op de aandrijving knippert. De foto-elektrische beveiligingen (accessoires) werden verwijderd, zijn onderbroken of verkeerd aangesloten. 1 2 De aandrijving sluit niet en de verlichting op de aandrijving knippert. De aangesloten foto-elektrische beveiliging heeft een kabeldefect of de kabels zijn verkeerd aangesloten. 1 3 De wandschakelaar functioneert niet. Kabeldefect in de wandschakelaar of verkeerd aangesloten. Bij wijze van test een nieuwe kabel leggen, indien de fout niet kan worden gevonden. 1 4 De garagepoortaandrijving sluit niet en de verlichting op de aandrijving knippert. Er bevindt zich een hindernis in het bereik van de foto-elektrische beveiliging of de fotoelektrische beveiliging is niet correct afgesteld. De rode LED’s op de foto-elektrische beveiligingen knipperen, omdat er geen juiste werking is gegarandeerd. 1 5 De poort beweegt slechts enkele cm, stopt of verandert van richting. Stroef lopende / defecte poort De poort met de hand openen of sluiten en de werking van de poort laten controleren door een vakman (reparatie). 1 5 Geen beweing, enkel „click“. De poort is mechanisch geblokkeerd, gesloten of de veren van de poort zijn defect. De poort van de aandrijving ontgrendelen en de werking van de aandrijving testen. 1 5 Aandrijving bromt, maar er wordt geen beweging uitgevoerd. Zoals boven. 1 6 De poort beweegt langzaam in een andere positie nadat de aandrijving is uitgeschakeld. Poort defect, zwaar of niet uitgebalanceerd en moet worden hersteld. 2 1-5 Geen beweging. Besturing defect. Raadpleeg een vakman. 4 1-4 De poort gaat niet volledig in de aangeleerde eindpositie. Poort defect of loopt stroef. Poort ontgrendelen en testen. Loopweg opnieuw aanleren. 5 1 Aansluiting 1+2 voor de wandschakelaar is langer dan 4 seconden kortgesloten. Kabeldefect in de toevoer. Kabel niet naast 230 volt of in dezelfde buis leggen. Bij wijze van test een nieuwe kabel leggen. nl 14 38 Optionele accessoires 41 Technische gegevens Gebruik alleen Chamberlain accessoires. Vreemde producten kan tot functiestoringen leiden. Ingangsspanning 220-240 VAC, 50/60 Hz Max. trekkracht 800 N (ML810EV-/Smart) 1000N (ML1040EV-/Smart) Standby (bij gesloten deur) 0.8 W Motortype DC tandwielmotor met continue smering Geluidsniveau 54dB 1. TX4RUNI 4-kanaals universele handzender 2. 128REV 2-kanaals draadloos wandtoestel 3. 747REV Draadloos codeslot 4. 830REV Internetinterface “Gateway” 5. 829REV Garagepoortbewaking Aandrijftype Tandriem 6. 1REV Verlicht wandtoestel Lengte van het poorttraject 2498 mm 7. 1702REV Noodontgrendeling Openingssnelheid, tot 200 mm/s 8. 75REV Noodontgrendeling Max. deurgewicht 9. FLA1-LED Knipperlicht 110 kg (ML810EV-/Smart) 140 kg (ML1040EV-/Smart) 10. 771REV Foto-elektrische beveiliging Verlichting 11. 41REV Sleutelschakelaar (opbouw) Aan, wanneer de aandrijving start, Uit 2-1/2 minuten na stop. Poortstangen Verstelbare poortarm, trekkabel voor loopwagenontgrendeling. Persoonlijk Een druk op de toets en automatische stop bij neerwaartse beweging / Een druk op de toets en automatische stop bij opwaartse beweging. Elektronisch Automatische krachtleermodus Elektrisch Trafo-overlastbeveiliging en laagspanningsbedrading voor wandconsole. Eindschakelaar Optische herkenning van toerental en poortpositie. Eindschakelaarinstelling Elektronisch Soft start / soft stop Alle modellen Afmetingen Lengte (totaal) 3183 mm Vereiste afstand tot het plafond min. 35 mm Hangend gewicht ~ 12 kg Geheugenregister 180 Werkfrequentie 6-Band (433 MHz / 868 MHz) Max. zendvermogen van de afstandsbediening < 5 mW 39 Poortmaten en -gewicht Kantelpoort ML810EV-/ Smart max. breedte (mm) 5000 5500 max. hoogte (mm) 2250 22500 max. gewicht (kg) 110 140 ML810EV-/ Smart ML1040EV-/ Smart max. breedte (mm) 5000 5500 max. hoogte (mm) 2250 2250 max. gewicht (kg) 110 140 Sektionale Poort ML1040EV-/ Smart 40 Reserveonderdeelen / Garantie Uw wettelijke rechten worden op generlei wijze door deze garantie beperkt. Voorwaarden zijn te vinden onder www.chamberlain.eu 42 Conformiteitsverklaring Deze handleiding bestaat uit de gebruiksaanwijzing en de Conformiteitsverklaring. nl 15 16 28 26 25 23 A 2 3 1: 0-100 mm 2: 100-130 mm 4 1 22 5 1 7 2 3 33 29 B 4x service: www.chamberlain.de [email protected] 4 A B A B AB A B ACHTUNG - Einklemmgefahr de Regelmässig überprüfen und wenn notwendig einstellen, um sicher zu sein, dass das Tor umkehrt, wenn es einen 50 mm hohen Gegenstand berührt, der auf den Boden gestellt wurde. CAUTION - Danger of Entrapment en Regularly check and adjust if necessary to ensure that the door reverses when it touches a 50 mm high object that is placed on the floor. ATTENTION - Risque d’écrasement fr 17 Vérifier régulièrement, et eégler si nécessaire, pour s’assurer que la porte inverse son mouvement lorsqu’elle rencontre un objet de 50 mm de haut placé sur le sol. ACHTUNG - Einklemmgefahr de Regelmässig überprüfen und wenn notwendig einstellen, um sicher zu sein, dass das Tor umkehrt, wenn es einen 50 mm hohen Gegenstand berührt, der auf den Boden gestellt wurde. en Regularly check and adjust if necessary to ensure that the door reverses when it touches a 50 mm high object that is placed on the floor. tr CAUTION - Danger of Entrapment ATTENTION - Risque d’écrasement fr Vérifier régulièrement, et eégler si nécessaire, pour s’assurer que la porte inverse son mouvement lorsqu’elle rencontre un objet de 50 mm de haut placé sur le sol. nl Regelmatig controleren en indien nodig instellen om zeker te zijn dat de poort terugdraait als deze een 50 mm hoog object aanraakt dat op de grond werd geplaatst. es Comprobar regularmente y ajustar cuando sea necessario para garatizar que la puerta se invierta cuando toca un objeto de 50 mm de altura que se colocó en el suelo. cz hr LET OP - Inklemmingsgevaar sr ATENCIÓN - Peligro de aprisionamiento ATENÇÃO - Perigo de entalamento pt Verificar regularmente e se necessário, ajustar para se assegurar de que o portão volta para trás ao tocar num objecto com uma altura de 50 mm que foi clocado no chão. ATTENZIONE - Pericolo di incastro it Verificare sistematicamente e, se necessario, regolare in maniera adeguata onde assicurare che la porta torni indietro se viene in contatto con un oggetto alto 50mm posto a terra. ADVARSEL - fare for indklemming da Porten skal kontrolleres og om nøvendigt justeres for at sikre, at den går tilbage, når den berører en 50 mm høj genstand, der er blevet stillet på jorden. FORSIKTIG - Klemmefare no Etter at døren har berørt en gjenstand som har stått 50mm over gulvhøyde, må du jevnlig sjekke om døren går feilfritt. Juster om nødvendig. sv Kontrollera regelbundet och justera om det behövs, för att vara säker på att porten vänder när den träffar ett 50 mm högt föremål, som placerats på golvet. sk ro C VD bg 12 hu sl VARNING - klämningsrisk pl HUOMIO - puristumisvaara fi 5 Tarkista säännöllisesti ja milloin tarpeellista säädä, ollaksesi varma, että portti kääntyy takaisin, kun se koskettaa 50 mm korkeaa kohdetta, joka on asetettu maan pinnalle. rus cn service: www.chamberlain.de [email protected] el A B A B A B A B 114A4354 3 Pb 19 20 17 18 Cd Hg 38 6 1 2 2 3 3 4 4 19 - 20 7 24 VDC + - 0 1 2 2 3 4 5 6 7 1+2 5 24 VDC + - 0 1 2 2 3 4 5 6 5 6 6 7 24 7 2+3 9 9 1 10 10 11 11 7 8 8 Chamberlain GmbH Saar-Lor-Lux-Str. 19 66115 Saarbrücken Germany WEEE-Reg.Nr. DE66256568 www.chamberlain.eu [email protected] 114A4C097 2019, all rights reserved
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137

Chamberlain Motorlift ML810EV/ML1040EV de handleiding

Categorie
Garagedeuropener
Type
de handleiding