Aeg-Electrolux BE5003001B Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

BE5003001
NL
OVEN GEBRUIKSAANWIJZING
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit
apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te
presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone
apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten
de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al
uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te
laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de
hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal
kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg-electrolux.com/shop
2
INHOUD
4 Veiligheidsinformatie
7 Beschrijving van het product
9 Voor het eerste gebruik
9 Dagelijks gebruik
11 Klokfuncties
13 Gebruik van de accessoires
14 Extra functies
15 Nuttige aanwijzingen en tips
24 Onderhoud en reiniging
27 Problemen oplossen
28 Milieubescherming
In deze gebruiksaanwijzing worden de
volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke
veiligheid en informatie over het voorkomen
van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
Inhoud
3
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het apparaat te installeren of te gebruiken:
Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen
Uit respect voor het milieu
Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of verkoopt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie
of foutief gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen
met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan er-
varing en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of
lichamelijk letsel.
Houd kinderen en dieren uit de buurt van het apparaat als de deur openstaat of als het
apparaat in gebruik is. Gevaar voor letsel of ander permanent lichamelijk letsel.
Gebruik het kinderslot of de toetsblokkering als het apparaat hiermee uitgerust is. Dit
voorkomt dat kinderen en dieren het apparaat per ongeluk aanzetten.
Algemene veiligheid
Verander de specificaties van dit product niet. Risico op letsel en beschadiging van het
apparaat.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat na elk gebruik uit.
Montage
Alleen een bevoegd elektriciën mag het apparaat installeren en aansluiten. Neem contact
op met een erkend servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel of structurele schade te
voorkomen.
Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens het transport Sluit geen beschadigd
apparaat aan. Neem indien nodig contact op met de leverancier.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en folie van het apparaat voordat u het
voor het eerst in gebruik neemt. Verwijder niet het typeplaatje. Dit kan de garantie on-
geldig maken.
Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken tijdens de
installatie.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat. Het apparaat is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen. Trek het apparaat nooit omhoog aan de handgreep.
4 Veiligheidsinformatie
De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat vol-
ledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactope-
ning hebben met een minimale breedte van 3mm.
U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zekerin-
gen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
Zorg dat de keukenkast de benodigde afmetingen heeft voordat u met de installatie be-
gint.
Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en units in acht.
Het apparaat kan niet op een voetstuk worden geplaatst.
Ingebouwde ovens en ingebouwde fornuizen worden bevestigd met een speciaal aan-
sluitsysteem. Om schade aan het apparaat te voorkomen dient u alleen een apparaat te
gebruiken met apparaten van dezelfde fabrikant.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Dit apparaat moet worden geaard.
Controleer of de elektrische gegevens op het typeplaatje overeenkomen met de stroom-
voorziening in uw woning.
Informatie over het voltage vindt u op het typeplaatje.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
Vervang of verander het netsnoer niet zelf. Neem contact op met het servicecentrum.
Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (indien van toepassing) en kabel niet knakken of be-
schadigd raken achter het apparaat.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker -
indien van toepassing.
Gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat niet
voor commerciële of industriële doeleinden.
Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Zo voorkomt u lichamelijk
letsel of schade aan eigendommen.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
De binnenkant van het apparaat en de accessoires worden heet tijdens gebruik. Er kun-
nen brandwonden ontstaan. Gebruik ovenhandschoenen wanneer u toebehoren of pan-
nen plaatst of verwijdert.
Wees voorzichtig bij het verwijderen of installeren van toebehoren om schade aan de
emaille van de oven te voorkomen.
Sta niet te dicht bij het apparaat als u de deur van het apparaat opent als deze aan staat.
Er kan hete stoom ontsnappen. Hierdoor kunnen brandwonden ontstaan.
Om schade of verkleuring van het emaille te voorkomen:
plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet met
aluminiumfolie;
Veiligheidsinformatie
5
plaats heet water niet direct in het apparaat;
haal vochtige schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
Verkleuring van het emaille heeft geen effect op de werking van het apparaat, het is dus
geen defect in de zin van het recht op garantie.
Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
De deur dient altijd gesloten te worden bij het koken, ook tijdens het grillen.
Onderhoud en reiniging
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds-
handelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. Er kunnen
brandwonden ontstaan. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken.
Houd het apparaat altijd schoon. Opeenhopingen van vetten of andere voedselresten
kunnen brand veroorzaken.
Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlaktemateriaal van de oven achteruitgaat.
Gebruik een diep bakblik voor vochtige taarten om te voorkomen dat het fruitsap perma-
nente vlekken maakt.
Voor uw persoonlijke veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen dient u het appa-
raat alleen met water en zeep te reinigen. Gebruik geen ontvlambare producten of bij-
tende producten.
Reinig het apparaat niet met stoomreinigers, hogedrukreinigers, scherpe voorwerpen,
schuurmiddelen, schuursponzen en vlekverwijderaars
Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u een ovenspray gebruikt.
Reinig de glazen ovendeur niet met schurende reinigingsmiddelen of een metalen schra-
per. Het hittebestendige oppervlak van de binnenruit kan hierdoor breken en versplinte-
ren.
Als de glasplaten beschadigd raken, worden ze zwak en kunnen ze breken. U dient ze te
vervangen. Neem contact op met het servicecentrum.
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
Reinig het katalytisch emaille niet (indien van toepassing).
Brandgevaar
Open de deur voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er een licht ont-
vlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Er kan brand ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de
deur.
Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare produc-
ten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het ap-
paraat.
Ovenlampje
De gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal geselecteerd en uitsluitend bedoeld voor ge-
bruik in huishoudelijke apparaten. Ze kunnen niet worden gebruikt om een ruimte in het
huis volledig of gedeeltelijk te verlichten.
6 Veiligheidsinformatie
Als de lamp moet worden vervangen, moet u een lamp gebruiken die hetzelfde vermogen
heeft en uitsluitend is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten.
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u de ovenlamp vervangt. Er
bestaat risico op een elektrische schok.
Service-afdeling
Alleen een bevoegd servicemonteur mag dit apparaat repareren. Neem contact op met
de service-afdeling.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Afvalverwerking van het apparaat
Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen
Trek de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat kinderen of kleine huisdieren in het
apparaat opgesloten raken. Er bestaat een gevaar voor verstikking.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
4 632 5
1
13
7
8
9
10
11
12
5
4
3
2
1
1 Bedieningspaneel
2 Bedieningsknop voor ovenfuncties
3 Power lamp/symbool
Beschrijving van het product
7
4 Elektronische tijdschakelklok
5 Temperatuurregelknop
6 Temperatuurlamp/symbool/indicatielampje
7 Verwarmingselement
8 Ovenlampje
9 Ventilator
10 Verwarmingselement achterwand
11 Onderwarmte
12 Inschuifrails, verwijderbaar
13 Rekstanden
Ovenaccessoires
Bakrooster
Voor servies, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Combischaal
Voor gebak en koekjes. Voor braden en roos-
teren of als pan om vet op te vangen.
8 Beschrijving van het product
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Eerste reiniging
Verwijder alle onderdelen van het apparaat.
Reinig het apparaat voor het eerste gebruik.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Eerste aansluiting op het elektriciteitsnet
Na de eerste aansluiting op het elektriciteitsnet, blijven alle symbolen op het display enkele
seconden branden. In de volgende seconden toont het display de softwareversie.
De dagtijd instellen
Nadat de softwareversie is verdwenen, toont het display en "12:00". "12" knippert.
1. Druk op
of op om het huidige uur in te stellen.
2. Druk op
om te bevestigen (alleen bij de eerste instelling, later wordt een nieuwe tijd
automatisch opgeslagen na 5 seconden).
Het display toont en het ingestelde uur. "00" knippert.
3. Druk op
of op om de huidige minuten in te stellen.
4. Druk op
om te bevestigen (alleen bij de eerste instelling, later wordt een nieuwe tijd
automatisch opgeslagen na 5 seconden).
Het display Temperatuur/Tijd geeft de nieuwe tijd weer.
De dagtijd wijzigen
U kunt de dagtijd alleen wijzigen als de oven is uitgeschakeld.
Druk op
. De ingestelde tijd en het symbool knipperen op het display. Voer de proce-
dure "De dagtijd instellen" uit om de nieuwe tijd in te stellen.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Om het apparaat te bedienen, moet u op de bedieningsknop drukken. De bedieningsknop
komt naar voren.
Het apparaat aan- en uitzetten
1. Zet de functieknop van de oven op een ovenfunctie.
2. Zet de temperatuurknop
/ op de gewenste temperatuur.
3. Zet de functieknop van de oven in de uit-positie ("0") om het toestel uit te schakelen.
Voor het eerste gebruik
9
Knopsymbool, indicatielampje of lampje (afhankelijk van het model - zie
apparaatoverzicht):
Het indicatielampje gaat aan wanneer de oven opwarmt.
Het lampje gaat aan als het apparaat in werking is.
Het symbool geeft aan of de knop de kookzones, de ovenfuncties of de temperatuur be-
dient.
Ovenfuncties
Ovenfunctie Toepassing
Snel opwarmen Om de opwarmtijd te verkorten.
Multi hetelucht Om maximaal op drie ovenniveaus tegelijkertijd te bak-
ken. Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager
in dan bij Conventioneel (boven-/onderwarmte). En om
voedsel te drogen.
Pizza hetelucht Voor het bakken op één niveau van gerechten met een
meer intensieve bruinering en een krokante korst. Stel
de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
Conventioneel (boven-/onderwarmte).
Boven + onderwarmte Bakken en braden op één ovenniveau.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een krokante of knap-
perige bodem en het bewaren van voedsel.
Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Grill Voor het roosteren van plat voedsel in het midden van
het rooster en voor het maken van toast.
Grill intens Voor het roosteren van plat voedsel in grote hoeveelhe-
den en voor het maken van toast.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte
op één niveau. Ook om te gratineren en te bruineren.
Functie Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de opwarmtijd.
1. Stel de functie Snel opwarmen in. Zie de ovenfunctietabel.
2. Zet de temperatuurknop
/ op de gewenste temperatuur.
3. Er wordt een geluidsignaal geactiveerd wanneer de gewenste temperatuur is bereikt.
4. Stel een correcte ovenfunctie in.
De functie Snel opwarmen stopt niet met opwarmen na een geluidsignaal.
10 Dagelijks gebruik
Display
1 Timer
2 Opwarmen / Restwarmte-indicatie
3 Waterreservoir (alleen geselecteerde
modellen)
4 Kerntemperatuursensor (alleen geselec-
teerde modellen)
5 Deurvergrendeling (alleen geselecteerde
modellen)
6 u / min
7 Klokfuncties
17 2 3
4567
Toetsen
Toets Functie Beschrijving
KLOK Klokfunctie instellen.
,
MINUS, PLUS Een waarde instellen voor de tijd
KOOKWEKKER Zo stelt u de kookwekker in. Houd de knop
meer dan 3 seconden ingedrukt om het
lampje in de oven IN/UIT te schakelen.
TEMPERATUUR Zo controleert u de temperatuur in de oven.
Zo controleert u de kerntemperatuur van de
sensor, als deze is aangesloten (indien van
toepassing). Gebruik dit alleen wanneer de
ovenfunctie is ingesteld.
Opwarmen / Restwarmte-indicatie
Als u een ovenfunctie inschakelt, gaan de balkjes op het display één voor één branden. De
balkjes geven aan dat de oventemperatuur toeneemt of afneemt.
KLOKFUNCTIES
SYMBOOL FUNCTIE BESCHRIJVING
KOOKWEKKER Gebruik de kookwekker voor het instellen van een afteltijd.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
DAGTIJD Met deze functie kunt u de tijd regelen. Zie 'De dagtijd instel-
len'.
DUUR Gebruik dit alleen wanneer de ovenfunctie is ingesteld om in
te stellen hoe lang de oven moet werken.
Klokfuncties 11
SYMBOOL FUNCTIE BESCHRIJVING
EINDE Gebruik dit alleen wanneer de ovenfunctie is ingesteld om in
te stellen wanneer de oven moet stoppen. Duur en einde kun-
nen gelijktijdig worden gebruikt (tijdvertraging), wanneer het
apparaat op een later tijdstip automatisch wordt in- en uitge-
schakeld.
Druk opnieuw op om tussen de klokfuncties te schakelen.
Gebruik om de instellingen voor de klokfuncties te bevestigen of wacht 5 seconden op
een automatische bevestiging.
De DUUR of het EINDE instellen
1. Druk herhaaldelijk op tot het display of toont.
of knippert op het display.
2. Druk op
of op om de minuten in te stellen.
3. Druk op
om te bevestigen.
4. Druk op
of op om het gewenste uur in te stellen.
5. Druk op
om te bevestigen.
Nadat de tijd is afgelopen, werkt er gedurende 2 minuten een geluidsignaal. Het sym-
bool
of en de tijdinstelling knipperen op het display. De oven stopt.
6. Druk op een willekeurige knop of open de deur van de oven om het geluid te stoppen.
Als u op de knop drukt terwijl u het uur instelt voor de DUUR , gaat het toestel naar
de instelling van de functie EINDE
.
De KOOKWEKKER instellen
Gebruik de kookwekker om een afteltijd (maximaal 23:59 minuten) in te stellen. Deze func-
tie heeft geen invloed op de werking van de oven
Stel de functie in wanneer het toestel is uitgeschakeld:
1. Druk op
.
en "00" knipperen op het display.
2. Druk op
of op om de seconden in te stellen.
3. Gebruik dezelfde procedure om minuten en uren in te stellen.
Na het instellen van de uren, kunnen de minuten en vervolgens de seconden op het
display worden ingesteld. Symbool
verschijnt op het display.
4. De KOOKWEKKER gaat automatisch na 5 seconden werken.
Na 90% van de ingestelde bereidingstijd klinkt er een geluidssignaal.
5. Als de ingestelde tijd is verstreken, klinkt er gedurende 2 minuten een geluidsinaal en
verschijnt "00:00" en
knipperend op het display.
U kunt de KOOKWEKKER op elk moment instellen, ook als de oven uit staat.
12 Klokfuncties
Als u de KOOKWEKKER instelt als BEREIDINGSDUUR of EINDE lopen, gaat het symbool
aan op het display.
Timer met optelfunctie
Gebruik de timer met optelfunctie om bij te houden hoe lang de oven werkt. Deze wordt
onmiddellijk ingeschakeld wanneer de oven begint met opwarmen.
De timer met optelfunctie resetten: houd
en ingedrukt om de timer opnieuw te
laten tellen.
U kunt de timer met optelfunctie niet gebruiken als Duur of Einde is ingesteld.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Ovenaccessoires plaatsen
De pan en het draadplateau hebben zijranden. De-
ze randen en de vorm van de geleidestangen bie-
den kantelbeveiliging voor de ovenaccessoires.
Het draadplateau en de pan samen plaatsen
Plaats het draadplateau op de pan. Duw de pan in
de geleidestangen van een van de ovenniveaus.
Gebruik van de accessoires 13
EXTRA FUNCTIES
Kinderbeveiliging
U kunt het toestel niet inschakelen wanneer de kinderbeveiliging is ingeschakeld.
De kinderbeveiliging inschakelen/uitschakelen:
1. Stel geen ovenfunctie in.
2. Houd
en gedurende ten minste 2 seconden samen ingedrukt.
3. Er klinkt een geluidsignaal. SAFE gaat aan/uit (wanneer u de kinderbeveiliging inscha-
kelt/uitschakelt) op het display Temperatuur/Tijd.
Restwarmte-indicatie
Het display toont de restwarmte-indicatie na het einde van elke kooksessie wanneer de
temperatuur in de oven meer dan 40°C bedraagt. Gebruik de temperatuurknop om de oven-
temperatuur op het display weer te geven.
Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de op-
pervlakken van het apparaat koel te houden. Na het uitschakelen van het apparaat kan de
ventilatie doorgaan totdat het apparaat is afgekoeld.
Display uitschakelen
U kunt het display alleen uitschakelen als het apparaat uit staat.
Houd om het display in of uit te schakelen
en tegelijkertijd ingedrukt tot het display
aan of uit gaat.
Automatische uitschakeling
Het toestel schakelt zichzelf na enige tijd uit om veiligheidsredenen:
als een ovenfunctie actief is.
als u de oventemperatuur niet verandert.
Oventemperatuur Uitschakeltijd
30 °C -120 °C 12,5 u.
120 °C - 200 °C 8,5 u.
200 °C -250 °C 5,5 u.
250 °C -maximum °C 3,0 u.
Druk na een automatische uitschakeling op een willekeurige knop om het toestel opnieuw
te activeren.
De Automatische uitschakeling werkt bij alle ovenfuncties, met uitzondering van Lampje,
Bereidingen op lage temperatuur, Kerntemperatuursensor, Duur, Einde en Tijdvertraging.
14 Extra functies
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Binnenkant van de deur
Bij bepaalde modellen vindt u het volgende aan de binnenkant van de ovendeur:
de nummers van de ovenniveaus (geselecteerde modellen)
informatie over de ovenfuncties, aanbevolen niveaus en temperaturen voor karakteristie-
ke gerechten (geselecteerde modellen).
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn af-
hankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.
Bakken
Algemene aanwijzingen
Uw nieuwe oven kan een andere bak-/braadverhouding hebben dan het apparaat dat u
tot nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale instellingen (temperatuur, gaartijden) en de
ovenniveaus aan de tabelwaarden aan.
Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om te profiteren van de restwarmte.
Wanneer u diepgevroren levensmiddelen gebruikt, kunnen de platen in de oven tijdens
het bakken vervormen. Wanneer de platen afkoelen, verdwijnt de vervorming.
Aanwijzigen bij de baktabellen
Wij raden aan om de eerste keer de lagere temperatuur in te stellen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk product.
Bij het bakken van gebak op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10-15 minuten langer
zijn.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. De verschillen
verminderen tijdens het bakproces.
Bakken op één ovenniveau:
Bakken in vormen
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Tulband of brio-
che
Multi hetelucht 1 150-160 0:50-1:10
Zandgebak/fruit-
gebak
Multi hetelucht 1 140-160 1:10-1:30
Cake, zacht Multi hetelucht 2 140 0:35-0:50
Cake, zacht Boven + onder-
warmte
2 160 0:35-0:50
Taartbodem van
zandtaartdeeg
Multi hetelucht 2
170-180
1)
0:10-0:25
Nuttige aanwijzingen en tips 15
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Taartbodem -
roerdeeg
Multi hetelucht 2 150-170 0:20-0:25
Apple pie (2 vor-
men Ø20cm, dia-
gonaal geplaatst)
Multi hetelucht 2 160 1:10-1:30
Apple pie (2 vor-
men Ø20cm, dia-
gonaal geplaatst)
Boven + onder-
warmte
2 180 1:10-1:30
Kwarktaart Boven + onder-
warmte
1 170-190 1:00-1:30
1) Oven voorverwarmen
Cakes/pasteitjes/gebak op bakblik
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Vlechtbrood/
broodkrans
Boven + onder-
warmte
3 170-190 0:30-0:40
Kerststol Boven + onder-
warmte
2
160-180
1)
0:50-1:10
Brood (rogge-
brood)
1. Eerste deel
van het bak-
proces.
2. Tweede deel
van het bak-
proces.
Boven + onder-
warmte
1
1.
230
1)
2. 160-180
1. 0:20
2. 0:30-1:00
Roomsoezen/
tompoezen
Boven + onder-
warmte
3
190-210
1)
0:20-0:35
Koninginnen-
brood (opgerolde
cake met jam)
Boven + onder-
warmte
3
180-200
1)
0:10-0:20
Kruimeltaart
(droog)
Multi hetelucht 3 150-160 0:20-0:40
Amandelcake/sui-
kertaart
Boven + onder-
warmte
3
190-210
1)
0:20-0:30
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roer-
deeg)
2)
Multi hetelucht 3 150 0:35-0:50
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roer-
deeg)
2)
Boven + onder-
warmte
3 170 0:35-0:50
Vruchtencake met
kruimeldeeg
Multi hetelucht 3 160-170 0:40-1:20
16 Nuttige aanwijzingen en tips
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Plaatkoek met
kwetsbare garne-
ring (bijvoorbeeld
kwark, room,
puddingvulling)
Boven + onder-
warmte
3
160-180
1)
0:40-1:20
1) Oven voorverwarmen
2) Gebruik diepe pan
Koekjes
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Zandkoekjes Multi hetelucht 3 150-160 0:10-0:20
Shortbread/ Dee-
greepjes
Multi hetelucht 3 140 0:20-0:30
Shortbread/ Dee-
greepjes
Boven + onder-
warmte
3
160
1)
0:20-0:30
Roerdeegkoekjes Multi hetelucht 3 150-160 0:15-0:20
Eiwitgebak,
schuimgebak
Multi hetelucht 3 80-100 2:00-2:30
Bitterkoekjes Multi hetelucht 3 100-120 0:30-0:50
Klein gerezen ge-
bak
Multi hetelucht 3 150-160 0:20-0:40
Bladerdeeg Multi hetelucht 3
170-180
1)
0:20-0:30
Broodjes Multi hetelucht 3
160
1)
0:10-0:25
Broodjes
Boven + onder-
warmte
3
190-210
1)
0:10-0:25
Small cakes (20
per plaat)
Multi hetelucht 3
140
1)
0:20-0:30
Small cakes (20
per plaat)
Boven + onder-
warmte
3
170
1)
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meerdere niveaus
Cakes/pastijen/gebak op bakblik
Type van bakken
Multi hetelucht Multi hetelucht
Temperatuur in
°C
Tijdsinstelling
Uren:min.
Inzetniveaus vanaf de bodem
2 niveaus 3 niveaus
Roomsoezen/
tompoezen
1/4 -
160-180
1)
0:25-0:45
Kruimeltaart 1/4 - 150-160 0:30-0:45
1) Oven voorverwarmen
Nuttige aanwijzingen en tips 17
Koekjes/small cakes/gebak/broodjes
Type van bakken
Multi hetelucht Multi hetelucht
Temperatuur in
°C
Tijdsinstelling
Uren:min.
Inzetniveaus vanaf de bodem
2 niveaus 3 niveaus
Zandkoekjes 1/4 1/3/5 150-160 0:20-0:40
Shortbread/ Dee-
greepjes
1/4 1/3/5 140 0:25-0:50
Roerdeegkoekjes 1/4 - 160-170 0:25-0:40
Eiwitgebak,
schuimgebak
1/4 - 80-100 2:10-2:50
Bitterkoekjes 1/4 - 100-120 0:40-1:20
Klein gerezen ge-
bak
1/4 - 160-170 0:30-0:60
Bladerdeeg 1/4 -
170-180
1)
0:30-0:50
Broodjes 1/4 - 180 0:30-0:55
Small cakes (20
per plaat)
1/4 -
150
1)
0:25-0:40
1) Oven voorverwarmen
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de cake is te
licht van kleur
Verkeerde ovenniveau Plaats de cake lager
De cake zakt in (wordt klef,
klonterig, streperig).
Te hoge oventemperatuur
Stel de oventemperatuur iets
lager in
De cake zakt in (wordt klef,
klonterig, streperig).
Te korte baktijd
Baktijd verlengen. Baktijden
kunnen niet worden verkort
door hogere baktemperaturen
De cake zakt in (wordt klef,
klonterig, streperig).
Te veel vocht in het deeg.
Minder vocht gebruiken. Let op
de kneedtijden, vooral bij het
gebruik van keukenmachines
De cake is te droog. Te lage oventemperatuur Oventemperatuur verhogen
De cake is te droog. Te lange baktijd. De baktijd verkorten.
Gebak wordt ongelijkmatig
bruin
Te hoge oventemperatuur en te
korte baktijd.
De oventemperatuur lager in-
stellen en de baktijd verlengen.
Gebak wordt ongelijkmatig
bruin
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld
Verdeel het deeg gelijkmatig
over de bakplaat
Gebak wordt niet gaar binnen
de aangegeven baktijd
Te lage temperatuur.
Oveninstelling iets hoger in-
stellen
18 Nuttige aanwijzingen en tips
Ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur °C Tijd uren:min.
Pastaschotel
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:45-1:00
Lasagne
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:25-0:40
Groentegratin
Circulatiegrill of
Multi hetelucht
1 160-170 0:15-0:30
Stokbroden be-
dekt met gesmol-
ten kaas
Circulatiegrill of
Multi hetelucht
1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenscho-
tels
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:40-0:60
Visschotels
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groente
Circulatiegrill of
Multi hetelucht
1 160-170 0:30-1:00
Braden
Braadservies
Gebruik hittebestendig servies om te braden (lees de instructies van de fabrikant).
Grote braadstukken kunt u direct in de diepe braadpan braden of op een rooster boven
een braadpan (indien aanwezig).
Braad mager vlees in een braadpan met deksel. Op die manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees, die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zonder deksel
braden.
Braden met circulatiegrill
Rundsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
°C
Tijd in min.
Stoofvlees 1-1,5 kg
Boven + on-
derwarmte
1 230 120-150
Rosbief of osse-
haas: rood
per cm. dikte Circulatiegrill 1
190-200
1)
5-6
Rosbief of osse-
haas: gemiddelde
per cm. dikte Circulatiegrill 1
180-190
1)
6-8
Rosbief of osse-
haas: van binnen
doorbakken
per cm. dikte Circulatiegrill 1
170-180
1)
8-10
1) Oven voorverwarmen
Nuttige aanwijzingen en tips 19
Varkensvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
°C
Tijd in min.
Schouderstuk,
nekstuk, hamlap
1-1,5 kg Circulatiegrill 1 160-180 90-120
Tussenribstuk,
casselerrib
1-1,5 kg Circulatiegrill 1 170-180 60-90
Gehaktbrood 750 g-1 kg Circulatiegrill 1 160-170 50-60
Varkensribstuk
(voorgekookt)
750 g-1 kg Circulatiegrill 1 150-170 90-120
Kalfsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Kalfsbraadstuk 1 kg Circulatiegrill 1 160-180 90-120
Kalfsbout 1,5-2 kg Circulatiegrill 1 160-180 120-150
Lamsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Lamsbout,
lamsgebraad
1-1,5 kg Circulatiegrill 1 150-170 100-120
Lamsrug 1-1,5 kg Circulatiegrill 1 160-180 40-60
Wild
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Hazenrug, ha-
zenbout
tot 1 kg Boven + on-
derwarmte
1
230
1)
30-40
Reerug, her-
tenrug
1,5-2 kg Boven + on-
derwarmte
1 210-220 35-40
Reebout, her-
tenbout
1,5-2 kg Boven + on-
derwarmte
1 180-200 60-90
1) Oven voorverwarmen
Gevogelte
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Stukken gevo-
gelte
200-250g elk Circulatiegrill 1 200-220 30-50
Halve kip 400-500g elk Circulatiegrill 1 190-210 35-50
Kip, poularde 1-1,5 kg Circulatiegrill 1 190-210 50-70
Eend 1,5-2 kg Circulatiegrill 1 180-200 80-100
20 Nuttige aanwijzingen en tips
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Gans 3,5-5 kg Circulatiegrill 1 160-180 120-180
Kalkoen 2,5-3,5 kg Circulatiegrill 1 160-180 120-150
Kalkoen 4-6 kg Circulatiegrill 1 140-160 150-240
Vis (stoven)
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Hele vis 1-1,5 kg Boven + on-
derwarmte
1 210-220 40-60
Grill
Grill alltijd met de maximale temperatuurinstelling.
LET OP!
Tijdens het grillen moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
Lege oven met grilfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen.
Rooster op inschuifhoogte plaatsen, zoals aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te vangen op de eerste inschuifhoogte.
Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Grill
Gerecht Temperatuur Gebruiksniveau
Grilltijd (min.)
1e kant 2e kant
Rosbief 210-230 2 30-40 30-40
Runderfilet 230 3 20-30 20-30
Varkensrug 210-230 2 30-40 30-40
Kalfsrug 210-230 2 30-40 30-40
Lamsrug 210-230 3 25-35 20-25
Hele vissen
(500-1000g)
210-230 3/4 15-30 15-30
Grill intens
Gerecht Gebruiksniveau
Grilltijd (min.)
1e kant 2e kant
Burgers 4 8-10 6-8
Varkenshaas 4 10-12 6-10
Worstjes 4 10-12 6-8
Nuttige aanwijzingen en tips 21
Gerecht Gebruiksniveau
Grilltijd (min.)
1e kant 2e kant
Runderfilet, kalfsbief-
stukken
4 7-10 6-8
Geroosterd brood
1)
5 1-3 1-3
Sandwiches 4 6-8 -
1) Oven voorverwarmen
Pizza hetelucht
Soort gebak Roosterstand Temperatuur °C Tijd in min.
Pizza (dunne korst)
2
200 - 230
1)2)
15 - 20
Pizza (met veel garne-
ring)
2 180 - 200 25 - 35
Taarten 1 180 - 200 40 - 55
Spinazietaart 1 160 - 180 45 - 60
Quiche Lorraine 1 170 - 190 45 - 55
Zwisterse flan 1 170 - 190 45 - 55
Appeltaart, bedekt 1 150 - 170 50 - 60
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Ongedesemd brood
2
230 - 250
1)
10 - 20
Bladerdeegtaart
2
160 - 180
1)
45 - 55
Flammekuchen (pizza-
achtig gerecht uit de
Elzas)
2
230 - 250
1)
12 - 20
Piroggen (Russische
variant op calzone)
2
180 - 200
1)
15 - 25
1) Oven voorverwarmen
2) Gebruik diepe pan
Ontdooitabel
Schotel
Ontdooitijd in
min
Nadooitijd in min Opmerking
Kip 1.000 g 100-140 20-30
Kip op een omgedraaid scho-
teltje in een groot bord leg-
gen, halverwege de tijd om-
draaien
Vlees, 1000 g 100-140 20-30
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien
Vlees, 500 g 90-120 20-30
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien
Forel, 150g 25-35 10-15 -
22 Nuttige aanwijzingen en tips
Schotel
Ontdooitijd in
min
Nadooitijd in min Opmerking
Aardbeien, 300g 30-40 10-20 -
Boter, 250g 30-40 10-15 -
Room, 2 x 200 g 80-100 10-15
Room kan ook met nog licht
bevroren deeltjes goed wor-
den geklopt
Taart, 1.400 g 60 60 -
Inmaken
Let op:
Gebruik alleen weckflessen van dezelfde afmetingen.
Gebruik geen wekglazen met een draai- of bajonetsluiting en metalen bakken.
Gebruik het eerste rooster van de bodem van deze functie.
Zet niet meer dan zes wekflessen van één liter op de bakplaat.
Vul de flessen tot hetzelfde niveau en sluit ze af met een klem.
De flessen mogen elkaar niet raken.
Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste wekglazen begint te borrelen (na. ca. 35-60 minuten bij 1
liter glazen) de oven uitschakelen of de temperatuur verlagen tot 100°C (zie tabel).
Bessen
In te maken eetwaar Temperatuur in °C
Bereidingstijd tot sud-
deren in min.
Doorkoken bij 100 °C
in min.
Aardbeien, bosbessen,
frambozen, rijpe kruis-
bessen
160-170 35-45 -
Steenvruchten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C
Bereidingstijd tot sud-
deren in min.
Doorkoken bij 100 °C
in min.
Peren, kweeperen,
pruimen
160-170 35-45 10-15
Groenten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C
Bereidingstijd tot sud-
deren in min.
Doorkoken bij 100 °C
in min.
Wortels
1)
160-170 50-60 5-10
Komkommers 160-170 50-60 -
Gemengde augurken 160-170 50-60 5-10
Koolrabi, erwten, as-
perges
160-170 50-60 15-20
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
Nuttige aanwijzingen en tips 23
Drogen - Multi hetelucht
Dek de ovenroosters met bakpapier af.
Groenten
Voedsel om te
drogen
Temperatuur in
°C
Ovenniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Bonen 60-70 3 1/4 6-8
Paprika's 60-70 3 1/4 5-6
Groente in het
zuur
60-70 3 1/4 5-6
Paddenstoelen 50-60 3 1/4 6-8
Kruiden 40-50 3 1/4 2-3
Fruit
Gerecht
Temperatuur in
°C
Ovenniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Pruimen 60-70 3 1/4 8-10
Abrikozen 60-70 3 1/4 8-10
Schijfjes appel 60-70 3 1/4 6-8
Peren 60-70 3 1/4 6-9
Informatie over acrylamides
Belangrijk! Volgens recente wetenschappelijke informatie kan het intensief bruinen van
levensmiddelen (met name in producten die zetmeel bevatten), een gezondheidsrisico
vormen tengevolge van acrylamides. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel
mogelijk bij lage temperaturen gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te
bruinen.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Opmerkingen over schoonmaken:
Maak de voorkant van het apparaat schoon met een zachte doek en een warm sopje.
Gebruik voor de metalen oppervlakken een universeel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik. Verontreiningen laten zich dan het
makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden.
Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger.
Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon met een zachte doek en een warm sop-
je en een reinigingsmiddel en laat ze drogen.
24 Onderhoud en reiniging
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoon gemaakt met een agressieve
reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of afwasautomaat. Dit kan de anti-
aanbaklaag beschadigen.
Inschuifrails
U kunt de inschuifrails verwijderen om de zijwanden te reinigen.
Verwijderen van de inschuifrails
1. Trek de inschuifrails bij de voorkant uit de
zijwand.
2. Trek de inschuifrails van de achterkant
van de zijwand om ze te verwijderen.
Om de inschuifrails te installeren volgt u de
procedure in omgekeerde volgorde.
Geldig bij de telescopische geleiders:
De pinnetjes op de telescopische geleiders
moeten naar voren wijzen!
Plafond oven
Het verwarmingselement kan worden neergeklapt om het plafond van de oven gemakkelij-
ker te reinigen.
WAARSCHUWING!
Schakel de oven uit voor het neerklappen van het verwarmingselement. Zorg ervoor dat het
apparaat is afgekoeld. Gevaar voor brandwonden!
1
2
Onderhoud en reiniging 25
Neerklappen van het verwarmingselement
1. De inschuifrails verwijderen.
2. Houd het verwarmingselement aan de
voorzijde met beide handen vast.
3. Trek het naar voren tegen de drukveer aan
langs de steun aan beide zijden.
4. Het verwarmingselement klapt omlaag.
Het plafond in de oven kan nu worden
schoongemaakt.
Verwarmingselement installeren
1. Installeer het verwarmingselement in om-
gekeerde volgorde.
Installeer het verwarmingselement correct aan beide zijden boven de steun aan de binnen-
wand van het apparaat.
2. De inschuifrails plaatsen.
Ovenlampje
WAARSCHUWING!
Er bestaat risico op elektrische schokken.
De ovenlamp en het afdekglas kunnen heet zijn.
Voordat u het ovenlampje vervangt:
Schakel het apparaat uit.
Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast, of schakel de stroomonderbreker uit.
LET OP!
Leg een doek op de bodem van de binnenkant van het apparaat. Dit voorkomt schade aan
het afdekglas en de ovenruimte.
Het ovenlampje vervangen:
1. Het afdekglas van het lampje bevindt zich in de bovenkant.
Draai het afdekglas naar links om het te verwijderen.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang indien nodig de ovenlamp met een 300 °C hittebestendige ovenlamp.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
Ovendeur en glasplaten
Verwijder de ovendeur om deze te reinigen.
LET OP!
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
26 Onderhoud en reiniging
Uitnemen van de ovendeur
1. Zet de ovendeur helemaal open.
2. Duw de klemhendels (A) volledig op de
twee scharnieren.
3. Sluit de ovendeur in de eerste openings-
stand (ca. 70°).
4. Pak de ovendeur aan de zijkanten met
beide handen vast en trek deze onder een
opwaartse hoek van de oven weg.
Om de deur te installeren volgt u de procedu-
re in omgekeerde volgorde.
Het aantal glasplaten verschilt voor de verschillende modellen.
LET OP!
Plaats de ovendeur met de buitenkant omlaag op een zachte en egale ondergrond om kras-
sen te voorkomen.
Verwijderen en reinigen van de glasplaten
1. Verwijder de ovendeur.
2. Deurafdekking (B) aan de bovenkant van
de deur aan beide kanten vastpakken en
naar binnen drukken om de klemsluiting
te ontgrendelen.
3. Trek de deurafdekking naar voren om deze
te verwijderen.
4. Houd de glasplaten aan de bovenkant vast
en trek deze een voor een omhoog uit de
geleiding
5. Reinigen van de glasplaten.
Om de platen te installeren volgt u de proce-
dure in omgekeerde volgorde. Plaats de klein-
ste glasplaat eerst, daarna de grotere glaspla-
ten.
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
A
A
B
Problemen oplossen 27
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De oven wordt niet warm Het apparaat is uitgeschakeld Schakel het apparaat in
De oven wordt niet warm De klok is niet ingesteld Stel de klok in. Zie de paragraaf
"De klok instellen"
De oven wordt niet warm De benodigde kookstanden zijn
niet ingesteld
Zorg ervoor dat de instellingen
juist zijn
De oven wordt niet warm De automatische veiligheids-
uitschakeling is actief
Zie de paragraaf "Automatische
uitschakeling"
De oven wordt niet warm De zekering is uitgeschakeld Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing vormt.
Als de zekering steeds opnieuw
wordt uitgeschakeld, neem dan
contact op met een erkend
elektricien
Het ovenlampje brandt niet Het ovenlampje is kapot Het ovenlampje vervangen.
Het display toont een foutcode
die niet in deze lijst voorkomt
Er is een elektronische fout Schakel het apparaat uit via
de huiszekering of de veilig-
heidsschakelaar in de zeke-
ringkast en schakel deze
weer in
Neem contact op met de
klantenservice wanneer de
foutcode opnieuw wordt
weergegeven
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de
klantenservice.
De benodigde gegevens voor de service-afdeling staan op het typeplaatje. Het typeplaatje
bevindt zich aan de voorkant van de binnenkant van de oven.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u
contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
28 Milieubescherming
Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en geschikt voor hergebruik Kunststofonder-
delen worden aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE, PS, etc. Gooi het verpak-
kingsmateriaal weg in de daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaaldienst.
29
30
31
www.aeg-electrolux.com/shop 892944912-F-402010
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Aeg-Electrolux BE5003001B Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor