Hotpoint-Ariston ARMXXF 1690, ARMXXF 1690 (EU) de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Hotpoint-Ariston ARMXXF 1690 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
25
NL
Nederlands
Inhoud
Installatie, 26-27
Uitpakken en waterpas zetten
Hydraulische en elektrische aansluitingen
Eerste wascyclus
Technische gegevens
Beschrijving van de wasdroogmachine
en starten van een programma, 28-29
Bedieningspaneel
Controlelampjes
Een programma starten
Programmas, 30
Programmatabel
Persoonlijke instellingen, 31
Instellen van de temperatuur
Instellen van het drogen
Functies
Wasmiddelen en wasgoed, 32
Wasmiddelbakje
Bleekcyclus
Voorbereiden van het wasgoed
Bijzondere kledingstukken
Balanceersysteem van de lading
Voorzorgsmaatregelen en advies, 33
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Handmatige opening van de deur
Onderhoud en verzorging, 34
Afsluiten van water en stroom
Reinigen van de wasdroogmachine
Reinigen van het wasmiddelbakje
Onderhoud van deur en trommel
Reinigen van de pomp
Controleren van de buis van de watertoevoer
Storingen en oplossingen, 35
Service, 36
NL
ARMXXF 1690
Gebruiksaanwijzing
WASDROOGMACHINE
! Dit symbool herinnert u eraan om deze
gebruikshandleiding te lezen.
26
NL
Installatie
Het is belangrijk deze handleiding te bewaren voor
latere raadpleging. In het geval u het apparaat
verkoopt, of u verhuist, moet het boekje bij de
wasdroogmachine blijven zodat de nieuwe gebruiker
de functies en betreffende raadgevingen kan
doornemen.
Lees de instructies aandachtig door: u vindt er
belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik
en veiligheid.
Uitpakken en waterpas zetten
Uitpakken
1. De wasdroogmachine uitpakken.
2. Controleer of de wasdroogmachine geen schade
heeft geleden gedurende het vervoer. Indien dit wel
het geval is moet hij niet worden aangesloten en
moet u contact opnemen met de handelaar.
3. Verwijder de 4
schroeven die het
apparaat beschermen
tijdens het vervoer en de
rubberen ring met
bijbehorende
afstandsleider die zich
aan de achterkant
bevinden (zie afbeelding).
4. Sluit de openingen af met de bijgeleverde plastic
doppen.
5. Bewaar alle onderdelen: mocht de
wasdroogmachine ooit worden vervoerd, dan moeten
deze weer worden aangebracht.
Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor
kinderen.
Waterpas zetten
1. Installeer de wasdroogmachine op een rechte en
stevige vloer en laat hem niet steunen tegen een
muur, meubel of dergelijke.
2. Als de vloer niet
volledig horizontaal is
kunt u de
onregelmatigheid
opheffen door de
stelvoetjes aan de
voorkant losser of vaster
te schroeven (zie
afbeelding); de
inclinatiehoek, gemeten
ten opzichte van het
werkvlak, mag de niet overschrijden.
Een correcte nivellering geeft de machine stabiliteit en
voorkomt trillingen, lawaai en het zich verplaatsen van
de automaat tijdens de werking. In het geval van
vloerbedekking of een tapijt regelt u de stelvoetjes
zodanig dat onder de wasmachine genoeg plaats is
voor ventilatie.
Hydraulische en elektrische
aansluitingen
Aansluiting van de watertoevoerbuis
1. Sluit de toevoerbuis aan
op de koudwaterkraan
met een mondstuk met
schroefdraad van 3/4 gas
(zie afbeelding).
Voordat u de
wasdroogmachine aansluit
moet u het water laten
lopen totdat het helder is.
2. Verbind de
watertoevoerbuis aan de
wasdroogmachine door
hem op de betreffende
watertoevoer te
schroeven, rechtsboven
aan de achterkant
(zie afbeelding).
3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in de
buis zijn.
De waterdruk van de kraan moet zich binnen de
waarden van de tabel Technische Gegevens bevinden
(zie bladzijde hiernaast).
Als de toevoerbuis niet lang genoeg is moet u zich
wenden tot een gespecialiseerde winkel of een
bevoegde installateur.
Gebruik nooit tweedehands buizen.
Gebruik de buizen die bij het apparaat worden
geleverd.
27
NL
Technische gegevens
Model
ARMXXF 1690
Afmetingen
breedte cm 59,5
hoogte cm 85
diepte cm 53,5
Vermogen
van 1 tot 7 kg voor het wassen
van 1 tot 4 kg voor het drogen
Elektrische
aansluitingen
zie het typeplaatje met de technische
eigenschappen dat op het apparaat
is bevestigd
Aansluiting
waterleiding
max. druk 1 MPa (10 bar)
min. druk 0,05 MPa (0,5 bar)
Inhoud trommel 52 liters
Snelheid
centrifuge
tot 1600 toeren per minuut
Controle-program-
ma's volgens de
norm EN 50229
wassen: programma 6; temperatuur
60°C; uitgevoerd met 7 kg lading.
drogen: eerste droging uitgevoerd
met
3
kg lading en de DROOG-toets
op ;
tweede droging uitgevoerd met
4
kg
lading en de DROOG-toets op .
Deze apparatuur voldoet aan de
volgende EEC voorschriften:
- 2004/108/CE (Elektromagnetische
compatiabiliteit)
- 2002/96/CE
- 2006/95/CE (Laagspanning)
65 - 100 cm
Aansluiting van de afvoerbuis
Verbind de buis, zonder
hem te buigen, aan een
afvoerleiding of aan een
afvoer in de muur tussen
de 65 en 100 cm van de
grond
af of hang hem aan de
rand van een wasbak of
badkuip, en bind de
bijgeleverde steun aan
de kraan (zie afbeelding).
Het uiteinde van de
afvoerslang mag niet
onder water hangen.
Gebruik nooit verlengstukken voor de buis; indien dit
niet te vermijden is moet het verlengstuk dezelfde
doorsnede hebben als de oorspronkelijke buis en mag
hij niet langer zijn dan 150 cm.
Elektrische aansluiting
Voordat u de stekker in het stopcontact steekt moet
u zich ervan verzekeren dat:
het stopcontact geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
het stopcontact het maximum vermogen van de
wasdroogmachine kan dragen, zoals aangegeven
in de tabel Technische Gegevens (zie hiernaast);
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
zijn aangegeven in de tabel Technische Gegevens
(zie hiernaast);
de contactdoos geschikt is voor de stekker van de
wasdroogmachine. Indien dit niet zo is moet de
stekker of het stopcontact vervangen worden.
De machine mag alleen binnenshuis op een
vorstvrije en droge plek worden geïnstalleerd om
elektronische schade door bevriezing of condensatie
te voorkomen.
Als de wasdroogmachine is geïnstalleerd moet het
stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn.
Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Het snoer mag niet gebogen of samengedrukt
worden.
De voedingskabel mag alleen door een bevoegde
installateur worden vervangen.
Belangrijk! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd.
Eerste wascyclus
Na de installatie en voor u de wasdroogmachine in
gebruik neemt, dient u een wascyclus uit te voeren met
wasmiddel maar zonder wasgoed, op het programma 1.
28
NL
Wasmiddelbakje: voor wasmiddelen en
wasversterkers (zie Wasmiddelen en wasgoed).
Toets met controlelampje AAN/UIT: voor het in- en
uitschakelen van de wasdroogmachine. Het controlelampje
geeft aan dat de wasdroogmachine aanstaat.
PROGRAMMAKNOP: voor het instellen van de
programmas. Gedurende het programma blijft de
knop stilstaan.
DROOGTOETS: voor het instellen van de gewenste
droging (zie Persoonlijke Instellingen).
TEMPERATUURTOETS: voor het instellen van de
temperatuur of koud wassen (zie Persoonlijke
Instellingen).
DISPLAY: om de resterende tijd van de
geselecteerde wascyclus te zien. Indien een
uitgestelde start is geselecteerd, de resterende tijd tot
aan de start van het wasprogramma.
Toets met controlelampje TOETSBLOKKERING:
voor het in- of uitschakelen van de blokkering van het
bedieningspaneel.
Toetsen met controlelampje FUNCTIE: voor het
selecteren van de beschikbare functies. Het
controlelampje van de gekozen functie zal aanblijven.
Controlelampjes VOORTGANG CYCLUS: voor het
volgen van het verloop van het wasprogramma.
Het controlelampje geeft de lopende fase weer.
Controlelampje DEUR GEBLOKKEERD: om te zien
of de deur kan worden geopend (zie pagina hiernaast).
Toets met controlelampje START/PAUZE: om
programmas te starten of ze tijdelijk te onderbreken.
N.B.: om de lopende wascyclus te pauzeren drukt u
op deze toets. Het oranje licht van het betreffende
controlelampje zal gaan knipperen terwijl het lampje
van de lopende fase vast aan zal blijven staan. Als het
controlelampje DEUR GEBLOKKEERD
uit is, kunt
u het deurtje openen.
Om het programma te hervatten drukt u opnieuw op
deze toets.
Stand- by modus
Deze wasdroogmachine beschikt, in overeenkomst
met de nieuwe normen betreffende de
energiebesparing, over een systeem wat het apparaat
automatisch na 30 minuten uitschakelt (stand-by)
indien men het niet gebruikt. Druk kort op de AAN/
UIT toets en wacht tot de wasdroogmachine weer
aangaat.
Beschrijving van de wasdroogmachine
en starten van een programma
Controlelampje
DEUR
GEBLOKKEERD
Toets met
controlelampje
START/PAUZE
Bedieningspaneel
Controlelampjes
VOORTGANG CYCLUS
Toetsen met
controlelampjes
FUNCTIE
Wasmiddelbakje
PROGRAMMAKNOP
DISPLAY
Toets met
controlelampje
AAN/UIT
TEMPERATUURTOETS
DROOGTOETS
Toets met controlelampje
TOETSBLOKKERING
29
NL
Controlelampjes
De controlelampjes geven belangrijke informatie.
Ze geven informatie over:
Controlelampjes lopende fase
Als u aan de PROGRAMMAKNOP draait gaan de
controlelampjes aan van de fases die de
wasdroogmachine uitvoert. Deze hangen af van het
gekozen programma.
Als u de gewenste wascyclus heeft geselecteerd en
gestart gaan de controlelampjes één voor één aan
om te tonen op welk punt de cyclus is:
N.B.:
gedurende de fase van de "Waterafvoer" gaat het
controlelampje aan dat bij de fase "Centrifuge" hoort.
Functietoetsen en betreffende
controlelampjes
Als u een functie selecteert gaat het bijbehorende
controlelampje aan.
Als de gekozen functie niet geschikt is voor het
ingestelde programma zal het betreffende
controlelampje gaan knipperen, zal een geluidssignaal
klinken en zal de functie niet worden geactiveerd.
Als een functie wordt ingesteld die niet past bij een
andere, eerder ingestelde, functie, dan blijft alleen de
laatste keuze actief.
Controlelampje temperatuur
Als u een temperatuur selecteert gaat het
bijbehorende controlelampje aan.
Controlelampje drogen
Als u een drogensnelheid selecteert gaat het
bijbehorende controlelampje aan.
Controlelampje toetsblokkering
Om de blokkering van het bedieningspaneel te
"activeren" dient u de toets circa 2 seconden lang
ingedrukt te houden. Het ontstoken controlelampje
geeft aan dat het bedieningspaneel geblokkeerd is. Op
deze manier kunt u voorkomen dat er ongewilde
wijzigingen aan de programma's worden aangebracht,
bijvoorbeeld bij aanwezigheid van kinderen.
Om de blokkering van het bedieningspaneel te
"deactiveren" dient u de toets circa 2 seconden lang
ingedrukt te houden.
Controlelampje deur geblokkeerd
Als het controlelampje aan is betekent het dat de deur is
geblokkeerd om te verhinderen dat hij per ongeluk geopend
wordt. Om schade te voorkomen moet u wachten tot het
controlelampje uitgaat voordat u de deur opent.
N.B.: als de functie Uitgestelde Start actief is kunt u de deur
niet openen. Om hem toch te openen zet u het apparaat op
pauze door op de START/PAUZE toets te drukken.
Als het controlelampje START/PAUZE (oranje) snel
knippert tegelijk met de functietoets betekent dit een
storing (zie Storingen en oplossingen).
Een programma starten
1. Schakel de machine in met de AAN/UIT knop. Alle controlelampjes gaan een paar seconden aan, en daarna blijven de
controlelampjes voor alle instellingen van het geselecteerde programma aan, en knippert het controlelampje START/PAUZE.
2. Laad het wasgoed in en sluit de deur.
3. Stel het gewenste programma in met de PROGRAMMAKNOP.
4. Stel de wastemperatuur in (zie Persoonlijke instellingen).
5. Stel indien nodig het drogen in (zie Persoonlijke instellingen).
6. Voeg wasmiddel en wasversterkers toe (zie Wasmiddelen en wasgoed).
7. Selecteer de gewenste functies.
8. Start het programma door op de START/PAUZE toets te drukken. Het betreffende controlelampje zal een vast
groen licht vertonen. Om de ingestelde cyclus te annuleren zet u de wasdroogmachine op pauze door op de
START/PAUZE toets te drukken en een nieuwe cyclus te kiezen.
9. Aan het einde van het programma gaat het controlelampje
aan. Het controlelampje DEUR GEBLOKKEERD
gaat uit om aan te geven dat de deur kan worden geopend. Haal het wasgoed eruit en laat de deur op een kier
staan zodat de trommel kan drogen. Schakel de wasdroogmachine uit in met de AAN/UIT toets.
Hoofdwas
Spoelen
Centrifuge
Drogen
Einde hoofdwas
N.B.: Zodra u een
droogniveau en -tijd heeft
ingesteld zal dit
controlelampje oplichten
om aan te geven dat de
geselecteerde wascyclus
gevolgd zal worden door
een droogfase.
30
NL
Speciale programmas
Hygiëne cyclus (programma 6). Een ontsmettend programma op hoge temperaturen dat het gebruik van bleekmiddel
voorziet, op temperaturen van meer dan 60°C. Giet om te bleken het bleekmiddel, het wasmiddel en de
wasversterkers in de betreffende bakjes (zie paragraaf Wasmiddelbakje).
Goodnight cyclus (programma 7). Dit is een heel geruisloze cyclus die u s nachts kunt gebruiken als het energietarief
lager is. Het programma is geschikt voor ieder soort synthetische en katoenen stof. Aan het einde van de cyclus stopt
het apparaat met het water nog in de trommel. Om de centrifuge en de waterafvoer uit te voeren moet u op de
START/PAUZE toets drukken. Indien u dit niet doet, zal de wasdroogmachine zelf na 8 uur centrifugeren en water
afvoeren.
Baby cyclus (programma 8). Programma voor het wassen van typisch kindervuil, met een totale verwijdering van het
wasmiddel om allergie te voorkomen op de tere kinderhuid. Deze cyclus is speciaal ontwikkeld om de hoeveelheid
bacteriën terug te dringen door een vergroot waterverbruik en een optimale toepassing van hygiënische
wasversterkers. Aan het einde van de wascyclus zal de trommel langzaam ronddraaien om kreukvorming te
voorkomen. Om de cyclus te beëindigen druk u op de START/PAUZE toets.
Mix 30' (programma 4) is bedoeld voor het snel wassen van niet zo vuil wasgoed: het duurt slechts 30 minuten en
bespaart dus elektriciteit en tijd. Met het programma (4 op 30 °C) kunt u verschillende soorten stoffen samen wassen
(behalve zijde en wol) met een lading van max. 3 kg.
Mix 15' (programma 5) is bedoeld voor het snel wassen van niet zo vuil wasgoed: het duurt slechts 15 minuten en
bespaart dus elektriciteit en tijd. Met het programma (5 op 30 °C) kunt u verschillende soorten stoffen samen wassen
(behalve zijde en wol) met een lading van max. 1,5 kg.
Programmas
De gegevens in de tabel geven slechts geschatte waarden weer.
Voor alle Test Institutes:
1) Controleprogramma volgens de norm EN 50229: selecteer het programma 6 met een temperatuur van 60°C.
2) Programma katoen lang: selecteer het programma 1 met een temperatuur van 40°C.
3) Programma katoen kort: selecteer het programma 2 met een temperatuur van 40°C.
Programmatabel
Programmas
Beschrijving van het Programma
Maxi-
male
Te m p
(°C)
Maximaal
toerental
(toeren per
minuut)
Drogen
Wasmid del
Maxi-
male
lading
(kg)
Duur
cyclus
Bleek
-
middel
Wassen
Wasverza-
chter
Speciale Programma's
6
Hygiëne cyclus:
Zeer vuile witte was.
90° 1600
lll l
7
6
Hygiëne cyclus (1):
Zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed.
60° 1600
l
-
ll
7
7
Goodnight cyclus:
Niet zo vuile fijne bonte was.
40° 800 - -
ll
4
8
Baby cyclus:
Zeer vuile fijne bonte was.
40° 800
l
-
ll
3
9
Zijde/Gordijnen:
Voor zijde, viscose, lingerie.
30° 0 - -
ll
1
10
Wol:
Voor wol, kasjmier, etc.
40° 800
l
-
ll
1,5
Programma's voor iedere dag
1
Katoen:
Zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed.
60° 1600
lll l
7
1
Katoen (2):
Zeer vuile witte en bonte fijne was.
40° 1600
lll l
7
2
Bont Katoen (3):
Niet zo vuile witte en bonte was.
40° 1600
lll l
7
3
Synthetisch:
Zeer vuile kleurvaste bonte was.
60° 800
l
-
ll
3
4
Mix 30':
Voor het snel opfrissen van niet zo vuil wasgoed
(niet geschikt voor wol, zijde en handwas).
30° 800
l
-
ll
3
5
Mix 15':
Voor het snel opfrissen van niet zo vuil wasgoed
(niet geschikt voor wol, zijde en handwas).
30° 800
l
-
ll
1,5
Gedeeltelijke Programma's
A
Spoelen - 1600
l
- -
l
7
B
Centrifuge - 1600
l
- - - 7
C
Waterafvoer - 0 - - - - 7
Programmas Drogen
11
Katoen droog - -
l
- - - 4
12
Synthetisch droog - -
l
- - - 3
13
Wol droog - -
l
- - - 1,5
U kunt de duur van de wasprogrammas op het display controleren.
31
NL
Instellen van de temperatuur
De TEMPERATUURTOETS indrukken te draaien kunt u de wastemperatuur instellen (zie Programmatabel).
De temperatuur kan verlaagd worden tot aan koud wassen (
).
De machine voorkomt dat u een temperatuur instelt die hoger is dan het maximum voorzien voor dat programma.
Instellen van het drogen
Door aan de DROOGTOETS te draaien stelt u het gewenste
soort drogen in. Er zijn twee mogelijkheden:
A - Op tijdsbasis: van 40 tot 180 minuten.
B - Op basis van de vochtigheidsgraad van het gedroogde
wasgoed:
Strijkdroog
: enigszins vochtig wasgoed, makkelijk te strijken.
Kastdroog
: zeer droog wasgoed, aangeraden voor
handdoeken en badjassen.
Als in een uitzonderlijk geval de lading wasgoed voor wassen
en drogen meer is dan het toegestane maximum (zie Tabel
droogtijden), dan voert u eerst het wassen uit. Aan het einde hiervan verdeelt u de lading en laadt u één gedeelte
in de trommel. Volg nu de aanwijzingen voor het uitvoeren van "Alleen drogen". Doe hetzelfde met de rest van de
lading.
N.B.: Aan het einde van de droogcuclus wordt een afkoeltijd ingevoerd, zelfs als de DROOGKNOP op stand "0"
wordt gezet.
Alleen drogen
Draai de PROGRAMMAKNOP naar een van de droogstanden (11-12-13), aan de hand van het soort stof, en kies
vervolgens de gewenste droogcyclus met de DROOGKNOP.
Functies
De verschillende functies van de wasdroogmachine zorgen voor de door u gewenste schone en witte was.
Voor het activeren van de functies:
1. druk op de toets die bij de gewenste functie hoort;
2. het aangaan van het betreffende controlelampje geeft aan dat de functie actief is.
N.B.: Het snel knipperen van het lampje geeft aan dat de bijbehorende functie niet gekozen kan worden bij het
ingestelde programma.
Uitgestelde Start
Om de uitgestelde start van het gekozen programma in te stellen drukt u een paar keer op de betreffende knop
totdat de gewenste vertraging verschijnt (van 1 tot 24 h). Om de functie te deactiveren drukt u op de knop totdat
de tekst
verschijnt.
N.B.: Als de START/PAUZE toets eenmaal is ingedrukt kan de vertraging alleen verminderd worden.
Deze optie is bij alle programmas mogelijk.
Super Wash
Dankzij het gebruik van een grotere hoeveelheid water in de beginfase van de cyclus en de langere tijdsduur
ervan, garandeert deze functie een zeer effectief wasresultaat.
Deze optie kan niet worden geactiveerd bij de programmas 4, 5, 6, 9, 10, 11, 12, 13, A, B, C.
Extra Spoelen
Door deze functie te selecteren verhoogt u het spoelresultaat en zorgt u ervoor dat elk spoor van wasmiddel
verdwijnt. Deze optie is vooral nuttig bij personen met een gevoelige huid.
Deze optie kan niet worden geactiveerd bij de programmas 4, 5, 11, 12, 13, B, C.
1600-800
Door het drukken op deze toets vermindert de snelheid van de centrifuge
Deze optie kan niet worden geactiveerd bij de programmas 9, C, 11, 12, 13.
Persoonlijke instellingen
Tabel droogtijden (indicatieve waarden)
Soort stof Soort lading Max.
lading
(kg)
Kast-
droog
Strijk-
droog
Katoen Wasgoed van versch.
grootte, Handdoeken
4120100
Synthetisch Lakens, overhemden,
Pyjama's, sokken enz.
3140100
Wol Truien enz.
1,5 150 120
32
NL
Wasmiddelen en wasgoed
Wasmiddelbakje
Een goed wasresultaat hangt ook af van de juiste
dosis wasmiddel: te veel wasmiddel maakt het
wassen niet beter. Het wasmiddel blijft aan de
binnenzijde van de wasdroogmachine zitten en zorgt
voor het vervuilen van het milieu.
Gebruik nooit wasmiddelen voor handwas aangezien
die te veel schuim vormen.
Trek het laatje naar voren
en giet het wasmiddel of
de wasversterker er als
volgt in:
bakje 1: Wasmiddel voor hoofdwas
(poeder of vloeibaar)
Het vloeibare wasmiddel moet vlak voor de start in
het bakje worden gegoten.
bakje 2: Wasversterkers (wasverzachter, enz.)
De wasverzachter mag niet boven het roostertje
uitkomen.
extra bakje 3: Bleekmiddel
Bleekcyclus
U kunt alleen bleken tijdens de programmas 1, 2, 6.
Giet het bleekmiddel in het extra bakje 3, het
wasmiddel en de wasverzachter in hun
respectievelijke bakjes en stel vervolgens een van
bovenstaande programmas in.
Alleen aangeraden voor zeer vuil katoenen wasgoed.
Voorbereiden van het wasgoed
Verdeel het wasgoed volgens:
- het soort stof / het symbool op het etiket.
- de kleuren: scheid de bonte was van de witte was.
Leeg de zakken en controleer de knopen.
Overschrijd het aangegeven gewicht, berekend
voor droog wasgoed, nooit:
Kleurechte stoffen: max 7 kg
Synthetische stoffen: max 3 kg
Fijne stoffen: max 2 kg
Wol: max 1,5 kg
Zijde: max 1 kg
MAX
1
3
2
Hoeveel weegt wasgoed?
1 laken 400-500 g.
1 sloop 150-200 g.
1 tafelkleed 400-500 g.
1 badjas 900-1200 g.
1 handdoek 150-250 g.
Bijzondere kledingstukken
Zijde: gebruik het speciale programma 9 om alle
zijden kledingstukken te wassen. We raden u aan
een speciaal wasmiddel voor fijne was te gebruiken.
Gordijnen: vouw de gordijnen nauwkeurig en doe ze
in een kussensloop of net. Gebruik het programma 9.
Wol: is het enige bedrijf dat een wasdroogmachine
heeft ontwikkeld die de prestigieuze Woolmark
Platinum Care (M.0508) onderscheiding heeft
gekregen van The Woolmark Company. Dit
garandeert dat u alle wollen kledingstukken in de
automaat kunt wassen, ook wasgoed met het etiket
alleen handwas
. Met het programma 10 kunt u
dus rustig al uw wollen wasgoed in de automaat
wassen (max. 1,5 kg) met de garantie van een
optimaal resultaat.
Balanceersysteem van de lading
Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de
automaat de lading voor het centrifugeren op een
gelijkmatige manier. Dit gebeurt door de trommel te
laten draaien op een snelheid die iets hoger ligt dan
de wassnelheid. Als na herhaaldelijke pogingen de
lading nog steeds niet goed is gebalanceerd, zal de
wasdroogmachine de centrifuge op een lagere
snelheid uitvoeren dan die voorzien was. Als de lading
zeer uit balans is zal de wasdroogmachine een
verdeling uitvoeren in plaats van een centrifuge.
Teneinde een betere distributie van de waslading en
een juiste balancering te bereiken raden wij u aan
kleine en grote kledingstukken te mengen.
Kreukvrij
Deze functie onderbreekt het wasprogramma en
houdt het wasgoed in de week voordat het water
wordt afgevoerd.
Deze functie is alleen actief bij het programma 9
(Zijde/Gordijnen) en zorgt ervoor dat er geen kreuken
worden gevormd.
Om de cyclus te beëindigen drukt u op de toets
START/PAUZE.
33
NL
Voorzorgsmaatregelen
en advies
De wasmachine is ontworpen en geproduceerd
volgens de internationale veiligheidsnormen. Deze
aanwijzingen zijn voor uw eigen veiligheid geschreven
en moeten aandachtig worden doorgenomen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is uitsluitend ontworpen voor
huishoudelijk niet-professioneel gebruik.
Het apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen), met beperkte lichamelijke,
sensorische of mentale vermogens of met onvoldoende
ervaring en kennis, tenzij het gebruik plaatsvindt onder
het toezicht of volgens de instructies van een persoon
die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen
moeten in de gaten worden gehouden om te
verzekeren dat ze niet met het apparaat spelen.
- Geen ongewassen kledingstukken drogen.
- Kleding die bevuild is met stoffen zoals kookolie,
aceton, alcohol, benzine, kirosine,
vlekkenverwijderaar, terpentine, was en stoffen om
was te verwijderen moet met een grotere hoeveelheid
wasmiddel in warm water gewassen worden alvorens
de kleding in de wasdroger te drogen.
- Voorwerpen zoals schuimrubber, douchemutsen,
waterdichte stoffen, artikelen met een rubberen
kant en kleding of kussens die onderdelen van
schuimrubber bevatten mogen niet in de wasdroger
gedroogd worden.
- Wasverzachter en gelijksoortige producten
moeten overeenkmostig de instructies van de
fabrikant gebruikt worden.
- Het laatste deel van een droogcyclus wordt
uitgevoerd zonder warmte (koelcyclus) om te
zorgen dat de artikelen niet beschadigd worden.
LET OP: Stop de wasdroger nooit voordat het
droogprogramma beeindigd is. In dit geval snel al
het wasgoed uit de droger halen en het wasgoed
ophangen om het snel te laten drogen.
Raak de machine niet aan als u blootsvoets bent of
met natte of vochtige handen of voeten.
Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken, maar altijd door de stekker
zelf beet te pakken.
Open het wasmiddelbakje niet terwijl de machine in
werking is.
Raak het afvoerwater niet aan aangezien het zeer
heet kan zijn.
Forceer de deur nooit: het veiligheidsmechanisme
dat een ongewild openen van de deur voorkomt,
kan beschadigd worden.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne
mechanismen van de wasdroogmachine te
repareren.
Zorg ervoor dat kleine kinderen niet te dicht bij de
machine komen als deze in werking is.
De deur kan tijdens het wassen zeer heet worden.
Als de machine verplaatst moet worden, doe dit
dan met twee of drie personen tegelijk en zeer
voorzichtig. Doe dit nooit alleen, want het apparaat
is erg zwaar.
Voordat u het wasgoed in de automaat laadt, moet
u controleren of hij leeg is.
20
Afvalverwijdering
Het wegdoen van het verpakkingsmateriaal: houdt
u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal
hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernieti
ging van Electrische en Electronische Apparatuur,
vereist dat oude huishoudelijke electrische appa
raten niet mogen vernietigd via de normale
ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten
moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te optima
liseren en de negatieve invloed op de gezondheid
en het milieu te reduceren. Het symbool op het
product van de afvalcontainer met een kruis
erdoor herinnert u aan uw verplichting, dat
wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat
apart moet worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste
wijze van vernietiging van hun oude apparaat.
Handmatige opening van de deur
Mocht er in het huis geen stroom aanwezig zijn en u
wilt het deurtje openen om de was op te hangen, dan
dient u het volgende te doen:
1. haal de stekker uit het stopcontact.
2. controleer dat het waterniveau in de automaat lager is
dan het deurtje; als dat niet het geval is kunt het water weg
laten lopen door middel van de afvoerbuis en dit opvangen in
een emmer, zoals aangegeven in de afbeelding.
3. verwijder het afdekpaneel aan de voorkant van de
wasdroogmachine met behulp van een
schroevendraaier (zie afbeelding).
4. trek het lipje dat wordt aangegeven in de afbeelding
naar voren totdat het plastic bandje loskomt; trek hem
daarna naar beneden en open tegelijkertijd de deur.
5. monteer het paneel weer, met de haakjes goed
bevestigd in de juiste openingen, voordat u het paneel
tegen de machine aandrukt.
34
NL
Onderhoud en verzorging
Afsluiten van water en stroom
Sluit na iedere wasbeurt de kraan af. Hiermee
beperkt u slijtage van de waterinstallatie van de
wasdroogmachine en voorkomt u lekkage.
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de
wasdroogmachine gaat schoonmaken en
gedurende onderhoudswerkzaamheden.
Reinigen van de wasdroogmachine
De buitenkant en de rubberen onderdelen kunnen
met een spons en een lauw sopje worden
schoongemaakt. Gebruik nooit schuurmiddelen of
oplosmiddelen.
Reinigen van het wasmiddelbakje
Verwijder het bakje door
het op te lichten en
naar voren te trekken
(zie afbeelding).
Was het onder
stromend water. Dit
moet u regelmatig
doen.
Onderhoud van deur en trommel
Laat de deur altijd op een kier staan om nare
luchtjes te vermijden.
Reinigen van de pomp
De wasdroogmachine is voorzien van een
zelfreinigende pomp en hoeft dus niet te worden
onderhouden. Het kan echter gebeuren dat kleine
voorwerpen (muntjes, knopen) in het voorvakje dat de
pomp beschermt en zich aan de onderkant ervan
bevindt, terechtkomen.
Verzeker u ervan dat de wascyclus klaar is en haal
de stekker uit het stopcontact.
Toegang tot het voorvakje:
1. verwijder het
afdekpaneel aan de
voorkant van de
wasdroogmachine met
behulp van een
schroevendraaier
(zie afbeelding);
2. draai het deksel eraf,
tegen de klok in
(zie afbeelding): het is
normaal dat er een
beetje water uit komt;
3. maak de binnenkant goed schoon;
4. schroef het deksel er weer op;
5. monteer het paneel weer, met de haakjes goed
bevestigd in de juiste openingen, voordat u het paneel
tegen de machine aandrukt.
Controleren van de buis van de
watertoevoer
Controleer minstens eenmaal per jaar de slang van de
watertoevoer. Als er barstjes of scheuren in zitten
moet hij vervangen worden: gedurende het wassen
kan de hoge waterdruk onverwachts breuken
veroorzaken.
Gebruik nooit tweedehands buizen.
1
2
35
NL
Storingen en oplossingen
Het kan gebeuren dat de wasdroogmachine niet werkt. Voor u contact opneemt met de Servicedienst (zie Service)
moet u controleren of het niet een storing betreft die u zelf makkelijk kunt verhelpen met behulp van de volgende lijst.
Storingen:
De wasdroogmachine gaat niet
aan.
De wascyclus start niet.
De wasdroogmachine heeft geen
watertoevoer (het
controlelampje van de eerste
wasfase knippert snel).
De wasdroogmachine blijft water
aan- en afvoeren.
De wasdroogmachine voert het
water niet af of centrifugeert
niet.
De machine trilt erg tijdens het
centrifugeren.
De wasdroogmachine lekt.
Het controlelampje START/PAUZE
(oranje) en de controlelampjes
van de functies knipperen snel.
Er ontstaat teveel schuim.
De wasdroogmachine droogt
niet.
Mogelijke oorzaken / Oplossing:
De stekker zit niet in het stopcontact of niet ver genoeg om contact te maken.
Het hele huis zit zonder stroom.
De deur zit niet goed dicht.
De AAN/UIT toets is niet ingedrukt.
De START/PAUZE toets is niet ingedrukt.
De waterkraan is niet open.
De uitgestelde start is ingesteld (zie Persoonlijke Instellingen).
De watertoevoerbuis is niet aangesloten op de kraan.
De buis is gebogen.
De waterkraan is niet open.
Het hele huis zit zonder water.
Er is onvoldoende druk.
De START/PAUZE toets is niet ingedrukt.
De afvoerbuis is niet op 65 tot 100 cm afstand van de grond af
geïnstalleerd (zie Installatie).
Het uiteinde van de afvoerbuis ligt onder water (zie Installatie).
De afvoer in de muur heeft geen ontluchting.
Als na deze controles het probleem niet is opgelost, moet u de
waterkraan dichtdraaien, de wasdroogmachine uitzetten en de
Servicedienst inschakelen. Als u op een van de hoogste verdiepingen van
een flatgebouw woont kan zich een hevelingsprobleem voordoen, waarbij
de wasdroogmachine voortdurend water aan- en afvoert. Om deze
storing te verhelpen zijn er in de handel speciale beluchters te koop.
Het programma voorziet geen afvoer: bij enkele programmas moet dit
met de hand worden gestart.
De afvoerbuis is gebogen (zie Installatie).
De afvoerleiding is verstopt.
De trommel is bij het installeren niet op de juiste wijze gedeblokkeerd
(zie Installatie).
De wasdroogmachine staat niet goed recht (zie Installatie).
De wasdroogmachine staat te krap tussen meubels en muur (zie Installatie).
De buis van de watertoevoer is niet goed aangeschroefd (zie Installatie).
Het wasmiddelbakje is verstopt (voor reiniging zie Onderhoud en verzorging).
De afvoerbuis is niet goed aangesloten (zie Installatie).
Doe de wasdroogmachine uit en haal de stekker uit het stopcontact.
Wacht circa 1 minuut en doe hem daarna weer aan.
Als de storing voortzet, dient u de Servicedienst in te schakelen.
Het wasmiddel is niet bedoeld voor wasautomaten (er moet voor
wasdroogmachine, handwas en machinewas, of dergelijke op staan).
U heeft teveel wasmiddel gebruikt.
De stekker is niet in het stopcontact of niet ver genoeg ingestoken om
contact te maken.
Er is geen stroom.
De deur is niet goed dicht.
Uitgestelde start is ingesteld (zie Persoonlijke Instellingen).
de DROOGTOETS staat op stand 0.
36
NL
Service
Voordat u de Servicedienst inschakelt:
Controleer eerst of u het probleem zelf kunt oplossen (zie Storingen en oplossingen).
Start het programma opnieuw om te controleren of de storing is verholpen;
Als dit niet het geval is moet u contact opnemen met de erkende Technische Servicedienst via het
telefoonnummer dat op het garantiebewijs staat.
Wendt u nooit tot een niet erkende installateur.
Vermeld:
het type storing;
het model van de machine (Mod.);
het serienummer (S/N).
Deze informatie vindt u op het typeplaatje aan de achterkant van de wasdroogmachine en aan de voorzijde als
u het deurtje opendoet.
1/72