AEG 6000K-DAD1EURO Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

6000K
Glaskeramik-Kochfeld
Glaskeramische kookplaat
Ceramic glass hob
Montage- und Gebrauchsanweisung
Montage- en gebruikshandleiding
Installation and Operating Instructions
44
Geachte klant,
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Let vooral op hoofdstuk “Veiligheid” op de eerste pagina's. Bewaar deze
gebruiksaanwijzing zodat u nog eens iets kunt nalezen. Geef het boekje
door aan een eventuele volgende eigenaar van het apparaat.
In de tekst worden de volgende symbolen gebruikt:
1 Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Waarschuwing: Aanwijzingen m.b.t. uw persoonlijke veiligheid.
Attentie: Aanwijzingen m.b.t. het voorkomen van schade aan het ap-
paraat.
3 Aanwijzingen en praktische tips
2 Informatie m.b.t. het milieu
1. Deze cijfers leiden u stap voor stap door de bediening van het apparaat.
2.
3.
Mocht er een storing optreden, dan vindt u in deze gebruiksaanwijzing
tips om storingen zelf op te heffen, zie hoofdstuk "Wat is er aan de
hand als...“.
Bij technische problemen kunt u altijd contact opnemen met onze ser-
vice-afdeling (zie ook hoofdstuk Service).
Gedrukt op milieuvriendelijk gefabriceerd papier.
Wie milieubewust denkt, handelt ook zo …
45
Inhoud
Gebruiksaanwijzing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
Veiligheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
Afvalverwerking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
De belangrijkste kenmerken van uw apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
Beschrijving van het apparaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Uitvoering kookplaat en bedieningsveld. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Voor het in gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Bediening van de kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Kookplaatsschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Koken met de kookplaats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Restwarmte-indicator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Toepassingen, tabellen, tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Pannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Raam van de kookplaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56
Wat is er aan de hand als … . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Hulp bij storingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Montageaanwijzing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Doel, normen, richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Veiligheidsaanwijzingen voor de installateur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61
Service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
46
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheid
De veiligheid van dit apparaat voldoet aan de Europese en Nederlandse
normen. Toch zien wij ons als fabrikant genoodzaakt u met onderstaan-
de aanwijzingen m.b.t. de veiligheid vertrouwd te maken.
Elektrische veiligheid
Montage en aansluiting van het nieuwe apparaat mogen alleen door
een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd.
Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's
leiden. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling.
3 Volg deze aanwijzingen op, omdat anders bij schade de aanspraak op
garantie vervalt.
Inbouwapparaten mogen alleen worden gebruikt nadat ze zijn inge-
bouwd in passende inbouwkasten en werkbladen die aan de normen
voldoen. Daarmee wordt de vereiste aanrakingsbescherming van elek-
trische apparaten veiliggesteld.
Als zich storingen aan het apparaat, breuken, barsten of scheuren
voordoen:
alle kookzones uitschakelen,
de zekering voor de kookplaat in de huisinstallatie uitschakelen.
Veiligheid voor kinderen
Als u kookt of braadt, worden de kookzones heet. Houd daarom kleine
kinderen altijd uit de buurt.
Veiligheid tijdens het gebruik
Dit apparaat mag alleen voor het normaal koken en braden van le-
vensmiddelen worden gebruikt.
Gebruik de kookplaat niet om het vertrek te verwarmen.
Voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten aan stopcon-
tacten in de buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet met hete
kookzones in aanraking komen.
Oververhitte vetten en oliën vliegen snel in brand. Als u gerechten in
vet of olie (bijv. patates frites) bereidt, dient u altijd in de buurt te
blijven.
47
Schakel elke keer na het gebruik de kookzones uit.
Veiligheid bij het reinigen
U moet het apparaat uitschakelen voordat u het gaat reinigen. Het rei-
nigen van het apparaat met een stoomstraal- of hogedrukreiniger is om
veiligheidsredenen verboden.
Zo wordt schade aan het apparaat voorkomen
Gebruik de kookplaat niet als werkplek of aanrecht.
Schakel de kookzones nooit in als er een lege pan of geen pan op
staat.
Glaskeramiek is ongevoelig voor temperatuurschokken en zeer sterk,
maar niet onbreekbaar. Bijzonder scherpe en harde voorwerpen die
op de kookplaat vallen, kunnen beschadiging veroorzaken.
Gebruik geen pannen van gietijzer of pannen met een beschadigde,
ruwe of oneffen bodem. Bij het verschuiven kunnen krassen ontstaan.
Zet geen pannen op het raam van de kookplaat. Er kunnen krassen en
lakschade ontstaan.
Let erop dat er geen zuurhoudende vloeistoffen, bijv. azijn, citroen of
kalkoplossende middelen op het raam van de kookplaat terechtko-
men, omdat anders matte plekken ontstaan.
Als suiker of suikerhoudende stoffen op de hete kookplaat terechtko-
men en smelten, verwijder de plekken dan direct, als ze nog heet zijn,
met een glasschraper. Als de massa afkoelt, kan bij het verwijderen
schade aan de oppervlakte ontstaan.
Houd alle voorwerpen en materialen die kunnen smelten, bijv. kunst-
stof, aluminiumfolie of braadfolie, uit de buurt van de glaskeramische
plaat. Mocht er toch iets op de glaskeramische plaat smelten, dan
moet deze plek direct met een glasschraper worden verwijderd.
48
2 Afvalverwerking
Verpakkingsmateriaal verwijderen
Alle gebruikte materialen kunnen onbeperkt worden hergebruikt.
De kunststoffen hebben de volgende aanduidingen:
>PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakjes
binnenin.
>PS< voor geschuimd, cfk-vrij polystyreen, bijv. bij de hoekbescher-
mers.
Oud apparaat verwijderen
1 Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten af-
gedankte apparaten voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het ap-
paraat verwijderen.
In het kader van de milieubescherming moeten afgedankte apparaten
op de juiste manier worden weggegooid.
Het apparaat mag niet bij het huisvuil worden gezet.
Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen krijgt u bij de ge-
meentelijke reinigingsdienst of het gemeentehuis.
De belangrijkste kenmerken van uw appa-
raat
Glaskeramische kookplaat: Het apparaat heeft een glaskeramische
kookplaat en 4 snel opgloeiende kookzones Hierbij wordt door bij-
zonder sterke stralingselementen de opwarmduur van het verwar-
mingselement aanzienlijk verkort.
Reiniging: De rand van de glaskeramische kookplaat zonder raam-
werk is stootgevoelig. De gladde Oppervlakte is gemakkelijk te reini-
gen (zie Hoofdstuk: Brandervermogen en -mondstuk)
Restwarmte-indicator: Gevaar voor verbranding! Bij gebruik worden
de binnenkant van de oven en de kookzones heet.
49
Beschrijving van het apparaat
Uitvoering kookplaat en bedieningsveld
Eénkringskookzone
1800W
Eénkringskookzone
1200W
Eénkringskookzone
1200W
4-voudige restwarmte-indicaties
(apart voor elke kookplaats)
Eénkringskookzone
1800W
Kookplaatsen
schakelaar
Kookplaatsenschakelaar
voor kookzone linksvoor
voor kookzone linksachter
voor kookzone rechtsvoor
voor kookzone rechtsachter
50
Voor het in gebruik nemen
Reinigen
De glaskeramische kookplaat met een vochtige doek afnemen.
1 Attentie: Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! De op-
pervlakte kan beschadigd worden.
51
Bediening van de kookplaat
3
Bij het inschakelen van een kookzone kan deze kort zoemen. Dat is een
eigenschap van alle glaskeramische kookzones en heeft geen negatieve
invloed op het functioneren of de levensduur van het apparaat.
Kookplaatsschakelaar
In de bereiken 1-9 kunt u het ver-
mogen traploos instellen.
1 = laagste vermogen
9 = hoogste vermogen
Koken met de kookplaats
1. Kies voor het aankoken/aanbraden
een hoge capaciteit.
2. Schakel terug op de vereiste door-
kooktrede, zodra er damp afkomt of
het vet heet is.
3. Draai om het koken te beëindigen
terug op de Uit-stand.
2 Schakel de kookzone ca. 5-
10 minuten voor het kookeinde uit
om de restwarmte te gebruiken. Zo
spaart u elektrische energie.
52
Restwarmte-indicator
Uw glaskeramische kookplaat is uitgerust met een restwarmte-indica-
tie; iedere kookzone heeft een controlelampje. Zodra de overeenkom-
stige kookzone heet is, begint dit lampje te branden om u te
waarschuwen voor onbedachtzame aanrakingen.
Ook na het uitschakelen van de kookzone gaat de restwarmte-indicatie
pas uit wanneer de kookzone is afgekoeld.
2 U kunt gebruik maken van de restwarmte om spijzen te smelten of
warm te houden.
1 Let op! Zolang de restwarmte-indicatie brandt, bestaat er verbran-
dingsgevaar.
1 Let op! Bij stroomuitval gaat valt ook de restwarmte-indicatie uit en
daarmee de waarschuwing voor aanwezige restwarmte. Toch is het ge-
vaar zich te verbranden nog reëel. Door goed op te letten vermijdt u dit
gevaar.
53
Toepassingen, tabellen, tips
Pannen
Hoe beter de pan, des te beter het kookresultaat.
Goede pannen herkent u aan de bodem. De bodem moet zo dik en
vlak mogelijk zijn.
Let bij het kopen van pannen op de diameter van de bodem. Fabri-
kanten geven vaak de diameter van de bovenste rand van de pan aan.
Pannen met een aluminium of koperen bodem kunnen metaalachtige
verkleuringen op de glaskeramische plaat achterlaten die moeilijk of
helemaal niet meer te verwijderen zijn.
Gebruik geen pannen van gietijzer of pannen met een beschadigde
bodem met ruwe plekken en bramen. Bij het verschuiven kunnen blij-
vende krassen ontstaan.
In koude toestand is de panbodem
normaliter iets naar binnen ge-
welfd (hol). De panbodem mag in
geen geval naar buiten gewelfd
(bol) zijn.
Let op de aanwijzingen van de fa-
brikant, als u speciale pannen ge-
bruikt (bijv. snelkookpan wok, enz.).
2 Tips voor het besparen van energie
U bespaart waardevolle energie, als u met onderstaande punten reke-
ning houdt:
De kookzone pas inschakelen als er een pan op staat.
Vuile kookzones en panbodems verhogen het stroomverbruik.
Pannen indien mogelijk altijd met
een deksel afsluiten.
Kookzones vóór het einde van de
kooktijd uitschakelen om gebruik
te maken van de restwarmte, bijv.
om gerechten warm te houden of
om levensmiddelen te smelten.
Panbodem en kookzone moeten
even groot zijn.
Bij gebruik van een snelkookpan
wordt de kooktijd max. 50% kor-
ter.
54
Richtwaarden voor het koken
De gegevens in onderstaande tabel zijn richtwaarden. Welke schakel-
stand noodzakelijk is voor het kookproces, hangt af van de kwaliteit
van de kookpotten en van het type en de hoeveelheid van de levens-
middelen
.
3 Wij raden aan bij het lichtjes koken of aanbraden het toestel in te stel-
len op temperatuurstand “9” en etenswaren met een langere kooktijd
verder te laten garen op een geschikte nakookstand.
Kookvermogen
Kookproces/
Nakookstand
Geschikt voor
9 lichtjes koken
lichtjes koken van grote hoeveelheden vloei-
stof, koken van macaroni
7-9 sterk aanbraden
frituren van frieten,
aanbraden van vlees, bv. goulash,
gaar braden, bv. aardappelkoekjes,
braden van lendestukken, steaks
6-7 zacht braden
braden van vlees, schnitzel, cordon bleu, ko-
teletten, frikadellen, braadworsten, lever,
bloemsaus, zacht braden, eieren, omeletten,
oliebollen frituren
4-5 koken
koken van grote hoeveelheden etenswaren,
eenpansgerechten, soepen, vleesbouillon,
stomen van aardappelen
3-4
stomen
stoven
stoven van groenten,
smoren van vlees,
rijstpap koken
2-3 gaar koken
gaar koken van rijst- en melkgerechten
(tussendoor roeren),
stomen van kleine hoeveelheden aardappelen
of groenten,
opwarmen van kant-en-klare gerechten
1-2 smelten
schuimomelet, bouillon met ei, saus hollan-
daise,
warm houden van gerechten,
smelten van boter, chocolade, gelatine
0 resterende warmte, UIT-stand.
55
Reiniging en onderhoud
Kookplaat
1 Attentie: Reinigingsmiddelen mogen niet op de hete glaskeramische
plaat terechtkomen! Alle reinigingsmiddelen moeten na het schoonma-
ken met ruim schoon water worden verwijderd, omdat ze bij het weer
opwarmen etsend kunnen werken!
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen, zoals grill- of ovensprays,
grove schuurmiddelen of krassende pannenreinigers.
3 Reinig de glaskeramische kookplaat elke keer na het gebruik als hij
handwarm of koud is. Zo voorkomt u dat verontreinigingen inbranden.
Kalk- en watervlekken, vetspatten en metaalachtig glanzende verkleu-
ringen met een in de handel verkrijgbaar speciaal reinigingsmiddel voor
glaskeramiek of edelstaal verwijderen.
Lichte verontreinigingen
1. Glaskeramische plaat met een vochtige doek en wat afwasmiddel afne-
men.
2. Daarna met een schone doek droogwrijven. Er mogen geen resten reini-
gingsmiddel op de oppervlakte achterblijven.
3. De gehele glaskeramische plaat eenmaal per week grondig reinigen met
een speciaal reinigingsmiddel voor glaskeramiek of edelstaal.
4. Dan de kookplaat met ruim schoon water afnemen en met een schone
niet-pluizende doek droogwrijven.
Vastklevende verontreinigingen
1. Gebruik voor het verwijderen van
overgekookte levensmiddelen of
vastgekleefde spatten een glas-
schraper.
2. De glasschraper schuin op de glas-
keramische plaat zetten.
3. Verontreinigingen verwijderen met
een glijdende beweging van de
schraper.
3 Glasschrapers en reinigingsmiddelen
voor glaskeramische kookplaten zijn
in de vakhandel verkrijgbaar.
56
1 Speciale verontreinigingen
1. Ingebrande suiker, gesmolten kunst-
stof, aluminiumfolie of andere ma-
terialen die kunnen smelten direct,
als ze nog heet zijn, met een glas-
schraper verwijderen.
1 Attentie: Bij het gebruik van de
glasschraper op een hete kookzone
bestaat verbrandingsgevaar!
2. Reinig daarna de afgekoelde kook-
plaat op de normale wijze.
3 Mocht de kookzone met daarop ge-
smolten materiaal al afgekoeld zijn,
verwarm de zone dan nog een keer voor reinigen.
Krassen en donkere vlekken in de glaskeramische plaat, die bijv. door
scherpe panbodems zijn ontstaan, kunnen niet worden verwijderd. Ze
hebben echter geen nadelige invloed op het functioneren van de kook-
plaat.
Raam van de kookplaat
1 Attentie! Geen azijn, citroen of kalkoplossende middelen op het raam
aanbrengen omdat anders matte plekken ontstaan.
1. Raam met een vochtige doek en wat afwasmiddel afnemen.
2. Ingedroogde verontreinigingen met een natte doek verwijderen. Daarna
wegvegen en droogwrijven.
57
Wat is er aan de hand als
Hulp bij storingen
Misschien gaat het om een kleine storing die u aan de hand van de vol-
gende aanwijzingen zelf kunt oplossen. Voer zelf verder geen werk-
zaamheden uit, als onderstaande informatie u niet verder helpt.
1 Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vak-
mensen worden uitgevoerd. Door ondeskundige reparaties kunnen aan-
zienlijke gevaren voor de gebruiker ontstaan. Wend u bij reparaties
altijd tot onze service-afdeling.
Wat te doen, als …
… de kookzones niet functioneren?
Controleert u, of
de zekering in de huisinstallatie (zekeringenkast) intact is. Indien de
zekeringen herhaaldelijk doorslaan, neem dan contact op met een er-
kende elektromonteur.
de overeenkomstige kookzone is ingeschakeld en of de gewenste ver-
mogensstand is ingesteld.
bij meerkrings-kookzones: de gewenste verwarmingskring is inge-
schakeld.
Als u vanwege bedieningsfouten de service-afdeling inschakelt, kan het
bezoek van de servicetechnicus ook tijdens de garantietermijn niet kos-
teloos plaatsvinden
58
Montageaanwijzing
1
Attentie! Montage en aansluiting van het nieuwe apparaat mogen al-
leen door een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd.
Volg deze aanwijzing op, omdat anders bij schade de aanspraak op ga-
rantie vervalt.
Technische gegevens
Afmetingen apparaat
uitsnijmaten
Kookzones
breedte 572 mm
diepte 502 mm
hoogte 47 mm
breedte 560 mm
diepte 490 mm
hoekradius R5
Positie Diameter Vermogen
Links voor 180mm 1800W
Links achter 145mm 1200W
Rechts achter 180mm 1800W
Rechts voor 145mm 1200W
Netspanning 230 V ~ 50 Hz
Totale aansluitwaarde max. 6,0 kW
59
Doel, normen, richtlijnen
Dit apparaat voldoet aan de volgende normen:
EN 60 335-1 en EN 60 335-2-6 m.b.t. de veiligheid van elektrische
apparaten voor huishoudelijk gebruik en soortgelijke doeleinden en
EN 60350 resp. DIN 44546 / 44547 / 44548 m.b.t. de gebruikseigen-
schappen van elektrische fornuizen, kookplaaten, ovens en grills voor
het huishouden.
EN 55014-2
EN 55014
EN 61000-3-2
EN 61000-3-3
m.b.t. de fundamentele beschermingseisen voor elektromagnetische
compatibiliteit (EMC).
5 Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-richtlijnen:
73/23/EG van 19.02.1973 (laagspanningsrichtlijn)
89/336/EG van 03.05.1989 (EMC-richtlijn incl. wijzigingsrichtlijn 92/
31/EG).
60
1 Veiligheidsaanwijzingen voor de installateur
In de elektrische installatie moet een inrichting worden aangebracht,
die het mogelijk maakt het apparaat met een contactopeningswijdte
van min. 3 mm met alle polen van het net te scheiden.
Geschikte scheidingsinrichtingen zijn bijv. automatische zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de fitting geschroefd worden), aard-
lekschakelaar en veiligheidsschakelaars.
Dit apparaat voldoet wat betreft brandbeveiliging aan type Y (EN 60
335-2-6). Alleen apparaten van dit type mogen aan één zijde tegen
daarnaast staande hoge kasten of wanden ingebouwd worden.
Er mogen geen laden onder de kookplaat gemonteerd worden.
Bescherming tegen aanraken moet door de inbouw gegarandeerd
zijn.
De stabiliteit van de inbouwkast moet aan DIN 68930 voldoen.
Als bescherming tegen vocht moeten alle uitgezaagde snijvlakken
met geschikt afdichtmateriaal worden beschermd.
Bij betegelde werkbladen moeten de voegen bij het kookgedeelte ge-
heel met voegenmateriaal opgevuld zijn.
Bij natuurstenen, kunststenen of keramische platen moeten de
springveren met geschikte kunsthars- of tweecomponentenlijm ver-
lijmd worden.
De afdichting controleren op correcte positie en op eventuele gaten.
Er mag geen extra siliconenafdichting aangebracht worden, omdat
dit het uitbouwen bij service bemoeilijkt.
Voor demontage moet de kookplaat er van onderen uitgedrukt wor-
den.
61
Elektrische aansluiting
Voordat u het apparaat aansluit moet u controleren of de nominale
spanning (de op het typeplaatje aangegeven spanning) overeenkomt
met de aanwezige netspanning. Het typeplaatje bevindt zich onderop
de kookplaat.
De spanning van het verwarmingselement bedraagt AC230V~. Ook bij
oudere stroomnetten met AC220V~ werkt het apparaat onberispelijk.
De aansluiting van de kookplaat dient zodanig te worden uitgevoerd
dat het apparaat met alle polen van het net kan worden gescheiden
met een contactopeningswijdte van min. 3 mm, bijv. door automati-
sche zekering,aardlekschakelaaroderveiligheidsschakelaar.
Als aansluitsnoer moet een snoer van type H05VV-F of van betere kwa-
liteit worden gebruikt.
De aansluiting dient volgens schema te worden uitgevoerd. Alnaarge-
lang het aansluitschema moeten de aansluitbruggen op de juiste wijze
worden ingezet. De aardeleider wordt met klem E verbonden. De aar-
deleiderader moet langer zijn dan stroomvoerende aders.
De kabelaansluitingen moeten volgens de voorschriften worden
uitgevoerd en de klemschroeven moeten vast worden aangedraaid.
Daarna het aansluitsnoer met de trekontlastingsklem beveiligen en de
afdekking sluiten door hem stevig aan te drukken (inklikken).
Voordat het apparaat voor de eerste keer wordt ingeschakeld moeten
evt. aanwezige beschermingsfolie of stickers van de glaskeramische
plaat of het raam worden verwijderd.
1 Na het aansluiten aan de stroomverzorging controleren of de kookzo-
nes bedrijfsklaar zijn door ze één voor één even op de maximale stand
in te schakelen.
62
63
Service
In het hoofdstuk ”Wat is er aan de hand als …” vindt u enkele storingen
die u zelf kunt opheffen. Lees in geval van storing eerst dit hoofdstuk.
Gaat het om een technische storing?
Neem dan contact op met onze service-afdeling. (Adres en telefoon-
nummers vindt u in de lijst „Adres klantenservice”.)
Bereid het gesprek in ieder geval goed voor. Dat vereenvoudigt de dia-
gnose en de vaststelling of bezoek van een servicetechnicus nodig is:
Geef zo nauwkeurig mogelijk op:
Hoe uit de storing zich?
Onder welke omstandigheden treedt de storing op?
Noteer voor het gesprek beslist de
volgende gegevens van uw apparaat
op het typeplaatje:
Model,
PNC-nr. (9 cijfers),
S-nr. (8 cijfers).
Wij raden u aan de nummers hier te
noteren zodat u ze altijd bij de hand
hebt
Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantieperiode kos-
ten?
als u de storing m.b.v. de storingstabel (zie hoofdstuk ”Wat is er aan
de hand als …”) zelf had kunnen opheffen,
als de service-technicus u verschillende malen moet bezoeken, omdat
hij vóór zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gekregen en
daarom bijv. onderdelen moet halen. Dit kunt u voorkomen als u uw
telefoongesprek goed voorbereidt zoals boven beschreven.
Model: . . . . . . . . . . .
PNC: . . . . . . . . . . .
S-No: . . . . . . . . . . .
64
Montage / Assembly
65
66
67
From the Electrolux Group. The world´s No.1 choice.
The Electrolux Group is the world´s largest producer of powered appliances for kitchen, cleaning and outdoor
use. More than 55 million Electrolux Group products (such as refrigerators, cookers, washing machines,
vacuum cleaners, chain saws and lawn mowers) are sold each year to a value of approx. USD 14 billion in more
than 150 countries around the world.
Hier Typenschild aufkleben
(nur für Werk)
AEG Hausgeräte GmbH
Postfach 1036
D-90327 Nürnberg
http://www.aeg.hausgeraete.de
© Copyright by AEG
822 947 239-B-180203-10
Subject to change without notice
Wijzigingen voorbehouden
Änderungen vorbehalten
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26

AEG 6000K-DAD1EURO Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor