AP44
Verkorte handleiding
1 2 3 4 5
STBY MODE AUTO
MENU
X
1
De knop STBY
Druk in om de stuurautomaat op standby te zetten.
2
De knop MENU/X
Als er geen menu actief is:
• Druk in om het menu Instellingen te openen
• Houd de knop ingedrukt om het dialoogvenster Display instellen te
openen
Werking bij menu’s en dialoogvensters:
• Druk in om naar het vorige menuniveau te gaan of om een dialoogven-
ster te sluiten
3
Draai knop
Werking bij menu’s en dialoogvensters:
• Draai om in menu’s en dialoogvensters omhoog of omlaag te navigeren
• Draai om een waarde aan te passen
• Druk in om een optie in het menu te selecteren en het volgende
menuniveau te openen
In de FU-modus:
• Draai om de roerhoek in te stellen
In de AUTO-, Geen drift- of Wind-modus:
• Draai om de ware koers, de grondkoers of de windhoek aan te passen
4
De knop MODE
Druk in om de moduslijst te openen
5
De knop AUTO
Druk in om de stuurautomaat op de AUTO-modus te zetten
NL
Alarmen
Alarmindicatie
Alarmen bevestigen
Bevestig een alarm door op de draaiknop te drukken. Zolang de alarmconditie bestaat,
wordt met bepaalde tussenpozen een herinnering weergegeven.
Het alarmsysteem en de alarmsirene inschakelen
Navigeren naar de toestellijst
*988-11311-001*
Stuurautomaatmodi
Modus Activeren Modusscherm Draaiknop
Drukken Draaien
Standby
STBY
Over-
schakelen
naar FU-
modus
Geen actie
Follow-up In elke modus: select-
eer de optie Follow-
up in de moduslijst.
In de standbymodus:
druk op de draaiknop.
Geen actie De
roerhoek
instellen
AUTO
AUTO
Geen actie De in-
gestelde
ware koers
aanpassen
Wind* In de AUTO-modus:
selecteer de optie
Wind in de moduslijst.
Geen actie De in-
gestelde
wind aan-
passen
Geen Drift In de AUTO-modus:
selecteer de optie
Geen drift in de mo-
duslijst.
Geen actie De in-
gestelde
grondko-
ers aan-
passen
NAV In elke modus: select-
eer de optie NAV in
de moduslijst.
Geen actie Geen actie
¼ Opmerking: * Deze modus is alleen beschikbaar als het boottype is ingesteld
op SAIL.
De stuurautomaatpagina
De inhoud is afhankelijk van de actieve modus. Alle modi bevatten:
• Reactie (AC12N/AC42N/SG05)/Profiel (NAC-2/NAC-3)-modus (A)
• Koersindicator, analoog en digitaal (B)
• Indicator voor de stuurautomaatmodus (C)
• Roerindicator, analoog en digitaal (D)
Display instellen
x
3s
Als het veld voor het instellen van het schermverlichtingsniveau actief is, wordt de
helderheid elke keer dat u op de knop MENU drukt met 30% omlaag gesteld.
Een stuurautomaatmodus selecteren met de knop MODE
Druk op de knop MODE en selecteer de gewenste modus uit de moduslijst.
-
1
-
2
