Candy CPC 280 de handleiding

Categorie
Combi-koelkasten
Type
de handleiding
Italiano pag. 3 - 12
Français page 13 - 22
Deutsch Seite 23 - 33
English page 34 - 42
Nederlands pag. 43 - 51
Español pag. 52 - 61
Português pág. 62 - 73
43
ALGEMEEN
1) Lees de instructies die u in dit boekje aantreft aandachtig door: ze geven belangrijke
aanwijzingen over de veiligheid bij installatie, gebruik en onderhoud.
Bewaar dit boekje zorgvuldig zodat u het altijd kunt raadplegen.
2) Overtuig u ervan dat het apparaat niet beschadigd is, nadat u de verpakking verwijderd
heeft.
Dit apparaat moet alleen maar gebruikt worden waarvoor het ontwikkeld is: om levens-
middelen te bewaren.
Ieder ander gebruik moet als onjuist beschouwd worden en dus als gevaarlijk.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele schade die veroorzaakt is door onjuist of
onredelijk gebruik.
Stuur het garantiebewijs binnen 10 dagen op.
Vermelding van overeenstemming: De onderdelen die in kontakt komen met voedsel
voldoen aan de EEC richtlijn 89/109.
Dit apparaat voldoet aan de EEC richtlijnen 89/336, 73/23 en eventuele wijzi-
gingen.
HOE GEBRUIKT MEN DE KOELKAST
Elektrische aansluiting
Voordat u het apparaat aansluit, controleer dan of de netspanning overeenkomt met
die aangegeven op het typeplaatje dat zich aan de binnenkant van het apparaat
bevindt.
Het apparaat moet op een goed geaard stopkontakt worden aangesloten.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele schade die het gevolg is van een
verkeerde elektrische aansluiting.
INSTALLATIE
Op de modellen waarop de voetjes nog niet gemonteerd zijn, moet men deze zelf aan-
brengen door ze in de openingen te draaien die zich aan de onderkant van de koelkast
bevinden. Zorg er hierbij wel woor dat de voorste voetjes niet helemaal vast gedraaid
worden, zodat de koelkast iets achterover staat.
De meegeleverde afstandstukjes (afb. 1) moeten aan de achterwand gemonteerd worden,
ze verzekeren een goede ventilatie. Het is heel belangrijk dat de ventilatie openingen
altijd een ruimte van minstens 5 cm. vrij om zich heen hebben.
Plaats het apparaat ver van warmtebronnen vandaan en niet in een ruimte waar de tem-
peratuur lang onder +16°C of boven +38÷43C blijft.
De koelkast kan ook hangend worden bevestigd; in dat geval moet de vrije luchtcirculatie
gegarandeerd zijn, waartoe een ruimte van ongeveer 5 cm aan de voorkant of aan de
achterkant van de hangende construktie open dient te blijven.
Een foute installatie kan schade veroorzaken waarvoor de fabrikant niet verantwoordelijk
gesteld kan worden.
AANBEVELINGEN VOOR HET INSTELLEN VAN DE TEMPERATUUR VOOR HET
CORRECT BEWAREN VAN VOEDSEL
Juist gebruik van de koelkast en aandacht voor hygiëne verbetert de kwaliteit van het
conserveren van levensmiddelen.
Temperatuur instelling
Leg de meest bederfelijke voedingsmiddelen op de koudste plaats in het apparaat.
Meestal is dit het gedeelte onderin, boven de groente- en fruitladen.
Zet gekookt voedsel pas in de koelkast als het is afgekoeld en bewaar voedsel in schalen
e.d. met deksel in het midden van de koelkast.
Leg groente en fruit in de daarvoor bestemde lade onderin.
Bewaren van voedsel
Om de smaak, substantie en versheid van alle levensmiddelen beter te behouden, raden
wij u aan deze op te bergen in schalen e.d. met deksel.
Let erop dat tussen de verschillende verpakkingen de lucht vrij kan circuleren.
Maak de binnenkant van de koelkast regelmatig schoon met een mild antibacterieel en
desinfecterend schoonmaakmiddel (zie hfdst schoonmaken).
MILIEU
Verpakking en afvalverwerking
Gooi de verpakking van de koelkast niet bij het huisvuil, maar scheidt de verschillende
materialen (piepschuim, karton etc) in overeenstemming met de plaatselijke regels en
procedures voor afvalscheiding.
Belangrijk
Dit apparaat is CFK-vrij. Het koelsysteem bevat de vloeistof HFK R 134a of het isobu-
taangas R 600 a. Verdere informatie vindt u op het serienummerplaatje op de koelkast.
Reinig het apparaat alleen op die manier en met die materialen zoals staat beschreven
onder het kopje schoonmaken. Anders kunt u het apparaat schade toebrengen.
Koelkasten met isobutaan (R 600 a)
Isobutaan is een natuurlijk gas en niet schadelijk voor het milieu.
Isobutaan is wel ontvlambaar. U moet er daarom zeker van zijn dat:
- bij de installatie 3 kubieke meter ruimte rond het apparaat vrij blijft,
- de ventilatie van het apparaat niet wordt belemmerd en schoon is,
- het koelsysteem noch inwendig is beschadigd door gebruik van scherpe voorwerpen
noch uitwendig, omdat de condensator niet op de juiste manier is schoongemaakt.
Sla het apparaat op voor u het aan het eind van de levensduur van de hand doet.
Informeer bij de winkelier of bij de lokale autoriteiten hoe het apparaat op de juiste manier
van de hand gedaan kan worden.
GEBRUIK VAN DE KOELKAST
Wij raden u aan de levensmiddelen volgens de volgende indeling in de koelkast te plaatsen:
Vlees en vleeswaren, vis: op het rek boven de groenten- en fruitlade.
Gekookt voedsel, taarten enz.: op de bovenste rekken.
Eieren en zuivelprodukten; in de deur van de koelkast.
Groenten en fruit: bewaar deze in de speciale groentelade, verpakt in (kleine) plastic
zakjes, voorzien van gaatjes voor een betere houdbaarheid.
Voedsel in blik: als het blik eenmaal in geopend, moet u de rest van de inhoud in een
nietmetalen verpakking met deksel overbrengen.
Belangrijk: Let erop dat tussen de verschillende verpakkingen lucht vrij kan circuleren.
Zet gekookt voedsel pas in de koelkast als het is afgekoeld en bewaar vloeistoffen in
schalen e.d. met deksel.
VERKLARING VAN SYMBOLEN
Koelkasten
Het vriesvak is geschikt om ingevroren voedsel gedurende een korte periode te bewaren
(ongeveer 1 week).
44
45
Koelkasten
Het vriesvak is geschikt om ingevroren voedsel gedurende ongeveer 1 maand te bewaren.
Koelkasten
Het vriesvak is geschikt om ingevroren voedsel lang te bewaren (ongeveer 3 maanden).
Koelkasten - Koelkast/Diepvriezer
Het symbool geeft de mogelijkheid aan ingevroren voedsel lang te bewaren, tevens kan
men vers voedsel invriezen, volgens de aanwijzingen van de invriestabel.
TEMPERATUUR INSTELLING
De binnentemperatuur van het apparaat wordt beinvloed door de omgevingstemperatuur,
de lading en het aantal malen dat de deur geopend wordt. Wanneer men de ingestelde
temperatuur verandert, komt de motor niet altijd meteen in werking. De temperatuur kan
men regelen door aan de knop te draaien die zich aan de binnenkant of buitenkant van
het apparaat bevindt. Op de "0" stand werkt het apparaat niet: "0" betekent uit.
De beste stand voor de thermostaatknop is de middenpositie.
Door de thermostaatknop met de klok mee te draaien, worden er lagere temperaturen bereikt.
Bij een te hoge kamertemperatuur zal de compressor continu draaien, waardoor
ijsvorming op kan treden.
INBOUW UITVOERING MET 2 COMPRESSOREN EN 1 COMPRESSOR MET BEDIE-
NINGSPANEEL (fig. 2)
De temperatuurregelaar van het koelgedeelte, in de uitvoering met 2 compressoren
bevindt zich in de koelkast en de temperatuurregelaar voor het vriesgedeelte bevindt zich
op het bedieningspaneel in Fig. 2.
Regelbare thermostaat “D” voor het vriesgedeelte.
Wanneer u het vriesgedeelte op stand “O” zet staat het vriesgedeelte uit.
Als u de knop naar rechts draait zal de compressor aanslaan en vervolgens gaat er een
groen lichtje branden “A”.
Draait u de knop op stand “S” (Snel invriezen) dan zal het gele lichtje “C” gaan branden
en zal de compressor 50 uur continu gaan werken. Aan het einde van deze 50 uur zal het
gele lichtje gaan knipperen. Dit betekent dat het snel invriezen is afgelopen. De knop
dient naar een normale stand te worden gedraaid.
Het rode waarschuwingslampje “B” brandt waneer de temperatuur in het vriesgedeelte
niet koud genoeg is.
Dit kan gebeuren als:
- het apparaat net aanstaat
- de deur open of niet goed dicht is
- er in te vriezen voedsel ingelegd wordt.
Het rode lampje gaat uit wanneer de minimaal vereiste temperatuur is bereikt.
Bij de uitvoering met 1 compressor bevindt de bediening zich alleen op het bedienings-
paneel fig. 2.
Regelbare thermostaat “D” voor het koel -en vriesgedeelte.
Op stand “0” werken het koel -en vriesgedeelte beide niet.
Als u de knop naar rechts draait zal de compressor aanslaan en het groene lichtje “A”
gaan branden.
Draait u de knop op stand “S” (snel invriezen) dan zal het gele lichtje “C” gaan branden
en zal de compressor 6 uur continu gaan werken. Aan het einde van deze 6 uur gaat het
gele lichtje knipperen. De knop dient naar een normale stand te worden gedraaid.
Het rode waarschuwingslampje “B” brandt wanneer de temperatuur in het vriesgedeelte
niet koud genoeg is.
Dit kan gebeuren als:
- het apparaat net aanstaat
- de deur open of niet goed dicht is
- er in te vriezen voedsel ingelegd wordt.
Het rode lampje gaat uit wanneer de minimaal vereiste temperatuur is bereikt.
SCHAKELPANEEL (afb. 4B – afb. 13) KOEL-/VRIESCOMBINATIE MET 2 COMPRES-
SOREN
Thermostaat “A” regelt het vriesgedeelte. Door de schakelaar met de wijzers van de klok
mee te draaien wordt de vrieskast ingeschakeld. Het groene controlelampje “B” en het
rode alarmlampje “C” gaan branden. Het rode alarmlampje “C” wordt automatisch uitge-
schakeld, als de gewenste binnentemperatuur is bereikt.
Bij de modellen met schakelpaneel zoals op afb. 4b, gaat het gele controlelampje “E”
branden, als snelvriestoets “F” wordt ingedrukt. Bij de modellen met schakelpaneel zoals
op afb. 13, daarentegen gaan deze branden, als schakelaar “A” op stand “SUPER” wordt
gezet.
Thermostaat “H” regelt het koelgedeelte. Op stand “0” is de koelkast niet in bedrijf. Door
schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien, wordt de koelkast inge-
schakeld en gaat het groene controlelampje “G” branden.
SCHAKELPANEEL (afb. 4) KOEL-/VRIESCOMBINATIE MET 1 COMPRESSOR MET
ELEKTRISCH VENTIEL
Thermostaat “A” regelt het vriesgedeelte. Op stand “0” wordt het bedrijf van beide gedeel-
ten, koel- en vriesgedeelte, uitgeschakeld. Door schakelaar “H” met de wijzers van de
klok mee te draaien naar een van de andere standen behalve “0” wordt het bedrijf van het
koelgedeelte ingesteld.
Door schakelaar “A” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt het vriesgedeelte
ingeschakeld. Het groene controlelampje “B” gaat branden en het rode alarmlampje “C”
knippert. Deze handeling dient alleen bij het in bedrijf stellen van het apparaat te worden
uitgevoerd.
De vier groene controlelampjes “D” geven de temperatuur in het vriesgedeelte weer. De
weergegeven temperatuur komt overeen met de in de vrieskast gemeten gemiddelde
temperatuur.
Het gele controlelampje “E” gaat branden, als snelvriestoets ”F” ca. 4 seconden lang
ingedrukt wordt gehouden, waardoor de compressor in continu-bedrijf loopt.
Thermostaat “H” regelt het koelgedeelte. Op stand “0” is het koelgedeelte buiten bedrijf.
Door schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt de koelkast inge-
schakeld en gaat het groene controlelampje “G” branden (alleen als thermostaatschake-
laar “A” op een willekeurige stand behalve “0” staat).
De koelkast functioneert alleen, als het groene controlelampje “B” is ingeschakeld.
Alarmsignaal: Als het rode lampje “C” knippert en een van de vier groene lampjes “D” is
ingeschakeld, betekent dit dat er in de vrieskast door stroomuitval of een andere storing
een tijd lang een temperatuur van boven 0°C heerste. Houd gedurende enkele seconden
toets “F” ingedrukt om het knipperende rode lampje uit te schakelen.
Om uw vrieskast correct te laten functioneren, adviseren wij u om de thermostaatknop zo
in te stellen dat op de thermometer het groene controlelampje “X” gaat branden. Op die
manier worden uw vriesproducten bij een optimale temperatuur bewaard.
SCHAKELPANEEL (afb. 13) KOEL-/VRIESCOMBINATIE MET 1 COMPRESSOR MET
ELEKTRISCH VENTIEL
Thermostaat “A” regelt het vriesgedeelte. Op stand “0” wordt het bedrijf van beide gedeel-
ten, koel- en vriesgedeelte, uitgeschakeld. Door schakelaar “H” met de wijzers van de
klok mee te draaien naar een van de andere standen behalve “0” wordt het bedrijf van het
koelgedeelte ingesteld.
46
Door schakelaar “A” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt het vriesgedeelte
ingeschakeld. Het groene controlelampje “B” gaat branden en het rode alarmlampje “C”
knippert. Dit lampje wordt pas weer uitgeschakeld als de gewenste temperatuur in de
vrieskast is bereikt.
Het gele lampje “E” gaat branden, als schakelaar “A” op stand “SUPER” wordt gezet,
waardoor de compressor in continu-bedrijf loopt.
Thermostaat “H” regelt het koelgedeelte. Op stand “0” is het koelgedeelte buiten bedrijf.
Door schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt de koelkast inge-
schakeld en gaat het groene controlelampje “G” branden (alleen als thermostaatschake-
laar “A” op een willekeurige stand behalve “0” staat).
De koelkast werkt alleen als het groene controlelampje “B” is ingeschakeld..
SCHAKELPANEEL (afb. 4 – afb. 4b – afb. 13)
Het rode alarmlampje “C” geeft aan dat de temperatuur in de vrieskast niet laag genoeg
is. Dit kan de volgende oorzaken hebben:
- het apparaat werd zojuist in bedrijf gesteld;
- de deur heeft opengestaan;
- er werden nieuwe vriesproducten in de vrieskast gelegd.
In het vriesgedeelte moet altijd een temperatuur heersen van -18°C of lager.
LET OP: Er is geen verband tussen de cijfers op de thermostaatknop (A) en de tempera-
tuuraanduidingen op de vier groene lampjes (D).
BEDIENINGSPANEEL (fig. 12)
Thermostaat (A) bedient het koel- en vriesgedeelte. In positie "0" werken het koel- en het
vriesgedeelte beide niet. Door de thermostaatknop naar rechts te draaien, wordt het
apparaat in werking gesteld en gaat het groene lichtje "B" branden.
BEWAREN
Sommige modellen hebben een bergruimte boven de bovenste schap van de koelkast.
Deze ruimte moet gebruikt worden als een twee sterren compartiment zoals op het appa-
raat vermeld staat. De maximale prestatie wordt bereikt door alle landen te verwijderen,
behalve de onderste.
Het symbool geeft de mogelijkheid aan dat diepvriesvoedsel langdurig op een
lage temperatuur bewaard kan worden en vers voedsel ingevroren kan worden.
Als de temperatuur konstant blijft, is de bewaartijd ook langer terwijl temperatuurverschil-
len de bewaartijd verminderen.
Wanneer de stroom uitvalt is het beter de deur niet te openen. Gedurende 10-12 uur, kan
het voedsel onveranderd in de vriezer blijven. Mocht de stroomuitval langer duren, dan
moet het voedsel in keukenpapier gewikkeld worden en in een koelkast geplaatst worden
of tenminste in een koele ruimte. In zo'n geval is het raadzaam de levensmiddelen binnen
24 uur te nuttigen of ze te koken en in te vriezen.
VRIEZEN
De maximale prestatie wordt verkregen door alle laden te verwijderen, behalve de
onderste.
Combinatie met schakelpaneel (afb. 2 – afb. 4 – afb. 4b – afb. 13)
Om verse producten in te vriezen, adviseren wij om reeds diepgevroren vriesproducten in
het bewaarvak te leggen.
24 Uur voordat de nieuwe vriesproducten in de vrieskast worden gelegd, gaat u als volgt
te werk:
Schakelpaneel (afb. 4 – afb. 4b)
Activeer de functie snelvriezen door toets “F” gedurende ca. 4 seconden ingedrukt te
47
houden. Het gele controlelampje “E” gaat branden om aan te geven dat de snelvriesfase
is begonnen. Na 50 uur wordt deze automatisch uitgeschakeld en schakelt het apparaat
weer over op normaal bedrijf (het gele lampje “E” dooft). De functie snelvriezen kan ook
handmatig onderbroken worden: Houd hiertoe toets “F” gedurende ca. 4 seconden inge-
drukt.
Schakelpaneel (afb. 13)
Schakel de functie snelvriezen in door schakelaar “A” op stand “SUPER“ te zetten. Het
gele controlelampje “E” gaat branden om aan te geven dat de snelvriesfase is begonnen.
Na 50 uur wordt deze automatisch uitgeschakeld (het gele lampje “E” dooft). Om het
apparaat op de oorspronkelijke instelling terug te zetten: Zet schakelaar “A” op een van
de standen voor normaal bedrijf, behalve SUPER.
Schakelpaneel (afb. 2) inbouwcombinatie met 2 compressoren
Schakel de functie snelvriezen in door schakelaar “D” met de wijzers van de klok mee op
stand “S” te draaien. Het gele controlelampje “C” gaat branden.
Na 50 uur, als de snelvriesfase is beëindigd, begint lampje “C” te knipperen om aan te
geven dat de thermostaatknop moet worden teruggezet op de stand voor normaal bedrijf.
Koel/vriescombinaties met of zonder bedieningspaneel (fig. 12)
Maak ±4 uur voor het invriezen plaats voor de betreffende produkten. Bij aanvang van het
invriezen kan het noodzakelijk zijn om de thermostaatknop, afhankelijk van de hoeveelheid
en de omgevingstemperatuur, een of twee standen terug te zetten om het invriesproces te
versnellen. Zet de thermostaat na afloop van het invriezen weer op de normale stand.
Inbouw uitvoering met bedieningspaneel (fig. 2)
Het volgende is een aanvulling op de specificaties van de koel -vriescombinaties zonder
bedieningspaneel.
Om verse produkten beter in te vriezen bij een omgevingstemperatuur boven 30°C, moet
u minstens 6 uur van tevoren de snelvriesfunctie inschakelen, stand “S”.
Als er 6 uur zijn verstreken knippert lampje “C”, zet dan de thermostaat op een willekeuri-
ge stand voor normaal bedrijf behalve “S”.
VOOR ALLE APPARATEN geldt dat de maximaal in te vriezen hoeveelheid volgens
Europese normen op het serienummer- en specificatieplaatje staat vermeld.
ONTDOOIEN
De koelruimte van de koelkast heeft een automatisch ontdooisysteem dat tijdens de rust-
pauzes van de compressor werkt. Tijdens deze pauzes worden de druppels die van het
gesmolten rijp afkomen afgevoerd in het bakje dat zich boven de compressor bevindt en
door middel van de door de compressor opgewekte warmte verdampt.
Het is raadzaam geen voedsel of bakjes tegen de achterwand aan te zetten.
Om het vriesvak te ontdooien moet men het volgende doen:
a) 3 uur voor het ontdooien moet de thermostaatknop naar een hoog getal gedraaid wor-
den of de snelvriesschakelaar ingesteld worden om de opgeslagen levensmiddelen zo
koud mogelijk te maken.
b) Neem het ingevroren voedsel uit het vriesgedeelte en wikkel deze in kranten of
keukenpapier en leg het in het koudste deel van de koelkast of in een koele ruimte.
c) De thermostaatknop op "0" zetten of indien mogelijk netschakelaar uit zetten.
d) Laat de deur of deksel open staan. Het ontdrooiproces kan versneld worden door een
bak met warm/heet water in het vriesgedeelte te zetten.
e) Droog na het ontdooien de binnenkant af en leg het voedsel terug.
f) Het vriesgedeelte wordt weer in werking gesteld door de thermostaatknop eerst op een hoge
stand in te stellen. Als het rode lampje uit is dan kan voor een wat lagere stand gekozen worden.
48
Afb. 9) Belangrijk: het vriesvak is van een waterafvoer dat zich op de onderste rand van
de vriesgedeelte bevindt.
Afb. 10) Belangrijk: (alleen sommige modellen) dooiwater wordt uit het vriesvak afgevoerd
door een buisje (met afsluitstop) dat uitmondt in een druipbak onderin.
In sommige modellen moet het druipbakje verwijderd worden en na het ontdooien weer
teruggeplaatst worden.
N.B.: Verwijder de afsluitstop om het dooiwater te laten weglopen en plaats de stop terug
nadat het water is afgevoerd.
Modellen met frisdrankautomaat
Sommige modellen zijn uitgevoerd met een frisdrankautomaat, welke aan de binnenkant
van de deur is opgeslagen.
Aanwijzingen voor gebruik
1) Fig. 8A - Trek onderdeel "K" uit. Verwijder dan de container "H" binnenin de deur door
deze omhoog te trekken.
2) Fig. 8B - Verwijder de dispenser "Z" van"H", door deze los van de fles te draaien.
3) Fig. 8A - Plaats onderdeel "H" in de binnenkant van de deur. Door het onderdeel "K"
omhoog te drukken komt het vast te zitten. De dispenser kan nu gebruikt worden.
4) De dispenser kan gebruikt worden door de bovenrand van een glas tegen het hen-
deltje aan te houden.
5) Het schoonmaken van het "druiprooster". Druk onderdeel "K" naar voren en verwijder deze.
Reinig het gedeelte waar de zoete vloeistof is opgehoopt en plaats het onderdeel terug.
SCHOONMAKEN
Om onprettige luchtjes te voorkomen is het raadzaam de koelkast tenminste twee of drie
keer per jaar schoon te maken.
a) Voordat men met een schoonmaak of onderhoudsbeurt begint moet men eerst de ther-
mostaatknop op stand "0" zetten, of indien mogelijk de netschakelaar uit zetten (zie "ont-
dooien").
b) Haal de levensmiddelen en de ijsblokjes uit de vriezer.
c) Wacht totdat het rijp op de verdamper gesmolten is.
d) Maak de binnenkant van het apparaat schoon met lauw water waarin u twee lepels soda
hebt opgelost, afspoelen en afdrogen. GEBRUIK GEEN zeep, schuur-of oplosmiddelen.
e) Leg de levensmiddelen weer terug en laat het apparaat weer werken.
f) Maak het afvoer gootje regelmatig schoon met het bijbehorende hulpstuk (afb. 5).
Dit hulpstuk kan in het afvoerpotje achterblijven.
Als het apparaat voor een lange periode niet gebruikt wordt, kan men het beste het appa-
raat schoon maken, de stekker uit het stopkontakt halen en de deur op een kier laten staan.
TECHNISCHE HULPVERLENING
Voor eventuele reparatie kunt u zich wenden tot een fabrieks-servicedienst. Alleen dan is
een veilige en deskundige reparatie gewaarborgd. Als het apparaat niet goed of helemaal
niet werkt, controleer dan het volgende alvorens de hulp van de servicedienst in te roepen:
1) Is de netzekering defekt? Sluit een ander apparaat op het stopkontakt aan, b.v. een lamp.
2) Zit de stekker wel goed in het stopkontakt?
3) Is de thermostaat soms op "0" stand (uit)? Draai deze op stand 3.
4) Zit er soms een te dikke rijplaag op de verdamper (meer dan 4-5 mm)? Laten ont-
dooien (zie "ontdooien").
5) Is het voedsel soms opgehoopt aan de binnenkant van de vriezer zodat de ventilatie
verhinderd wordt?
49
6) Is er wel genoeg ruimte achter de condensor? Verplaats het apparaat verder van de muur.
Als men na de bovenvermelde controles nog geen bevredigende werking krijgt, neem
dan kontakt op met de service dienst, en vermeld hierbij het model dat u aan de bin-
nenkant op het typeplaatje aantreft (of op het garantiebewijs). Door deze informatie kan
de servicedienst sneller en beter ingrijpen.
Belangrijk: de buitenrand van het vriesvak kan lauw warm worden. Dit is geen defekt,
maar voorkomt vastvriezen.
LINKSDRAAIEND MAKEN (alleen sommige modellen) zie afb. 3
1) Het is raadzaam het apparaat neer te leggen of hem 45 graden achterover te hangen
omdat men aan de onderkant van het apparaat moet werken om de onderste scharnier te
kunnen verwijderen.
2) Verwijder de plint als deze aanwezig is.
3) Haal het onderste scharnier en de hierbijbehorende sluitringetjes weg door de schroeven A.
4)Haal de onderdeur eruit.
5) Verwijder het middenscharnier en de hierbijbehorende sluitringetjes door de schroeven
B los te draaien (afb. 3). Bij de modellen met grote bovenste deur (afb. 7d): Open de
deur, verwijder stop M en sluiting L. Verwijder dan pas de schroeven, waarmee het mid-
delste scharnier is bevestigd.
6) Haal de bovendeur eruit. Indien er een deurstop N (afb. 7e) aanwezig is aan de rech-
terkant, verwijder deze dan door de desbetreffende schroef los te draaien. Haal de linker
deurstop uit de zak met toebehoren en bevestig deze met de zojuist verwijderde schroef.
7) Haal de plastic huls die de linker bovenscharnier bedekt weg van het paneel.
8) Draai de bout C uit het scharnier rechtsboven en monteer deze aan de linkerkant. Bij
de modellen met grote bovenste deur (afb. 7c): Verwijder stop F-G, bout D en het boven-
ste scharnier door de desbetreffende schroeven los te draaien. Haal uit de zak met toe-
behoren het bovenste linker scharnier H en bevestig dit aan de behuizing met de zojuist
verwijderde schroeven; monteer bout D met het desbetreffende onderlegschijfje en stop
F-G. Doorboor het membraan van stop G, zodat het scharnier hier doorheen kan.
9) Hang de deur weer terug op omgekeerde wijze (6-5-4-3-2); vergeet niet de afstandrin-
getjes tussen de deur en het scharnier.
10) Verplaats de handgrepen, indien aanwezig, van de linker naar de rechterkant; Voor
modellen, waarvan de handgrepen gemerkt zijn met een “M”, dienen kruislings verplaatst
te worden, zie fig. 7b.
11) Zet het apparaat weer rechtop.
N.B. Om de deuren goed uit te lijnen moet men op het midden scharnier stellen.
DEUREN NAAR DE ANDERE KANT LATEN OPENEN (alleen sommige modellen) zie afb. 7
Voor modellen met zowel links als rechts een scharnier aan de onderkant.
1) Het is aan te raden om de koelkast ongeveer 45° te kantelen.
2) Verwijder de schroeven (A) waarmee het middelste scharnier is bevestigd. Bij de
modellen met grote bovenste deur (afb. 7d): Open de deur, verwijder stop M en sluiting L.
Verwijder dan pas de schroeven, waarmee het middelste scharnier is bevestigd.
3) Verwijder de bovenste deur. Indien er een deurstop N (afb. 7e) aanwezig is aan de
rechterkant, verwijder deze dan door de desbetreffende schroef los te draaien. Haal de
linker deurstop uit de zak met toebehoren en bevestig deze met de zojuist verwijderde
schroef.
4) Verwijder het middelste scharnier.
5) Verwijder de onderste deur.
6) Verwijder de plastic afdekking dat de linker scharnier, onder en boven, afdekt. Dit geldt
ook voor de plint.
50
7) Verwijder de pen (B) uit het scharnier rechtsonder en monteer het geheel links opnieuw.
8) Verwijder de pen (C) uit het scharnier rechtsboven en monteer het geheel links opnieuw.
Bij de modellen met grote bovenste deur (afb. 7c): Verwijder stop F-G, bout D en het
bovenste scharnier door de desbetreffende schroeven los te draaien. Haal uit de zak met
toebehoren het bovenste linker scharnier H en bevestig dit aan de behuizing met de
zojuist verwijderde schroeven; monteer bout D met het desbetreffende onderlegschijfje
en stop F-G. Doorboor het membraan van stop G, zodat het scharnier hier doorheen kan.
9) Plaats de deuren terug in omgekeerde volgorde (5-4-3-2) en monteer ook de eventuele
afstandsringen.
10) Verplaats de handgrepen, indien aanwezig, van de linker naar de rechterkant; Voor
modellen, waarvan de handgrepen gemerkt zijn met een “M”, dienen kruislings verplaatst
te worden, zie fig. 7b.
11) Zet het apparaat weer rechtop.
PANELEN AANBRENGEN OP KOELKASTEN 370 L - 410 L
Afmetingen van de panelen (zie afb.11)
Hoogte Breedte Dikte
mm. mm. mm.
370 L
Vriezerdeur 709 588 max 3
Koelkastdeur 976 588 max 3
410 L
Vriezerdeur 709 588 max 3
Koelkastdeur 1134 588 max 3
Benodigd gereedschap: kruiskopschroevendraaier.
a) Haal de lijst van de vriezerdeur door de schroeven die zich aan de rechterkant bevin-
den los te draaien.
b) Draai de onder en bovenschroeven los.
c) Plaats het panneel in de gleuf van de lijst.
d) Monteer de lijst weer op de kast en draai de schroeven weer vast.
Ook voor de grotere deur moet u hetzelfde doen.
ALS HET LICHT IN HET KOELGEDEELTE NIET WERKT, HANDEL DAN ALS VOLGT:
- Trek de stekker uit de wandcontactdoos.
- Verwijder het beschermingskapje door het los te haken
In modellen met licht bovenin: duw het kapje richting achterwand en kantel het dan
naar beneden.
• In modellen met licht aan de zijkant: duw het kapje aan de onderzijde in en kantel het
omhoog.
- Verwijder de lamp en vervang deze door een gelijke.
- Plaats het kapje terug en sluit het apparaat weer aan.
51

Documenttranscriptie

Italiano pag. 3 - 12 Français page 13 - 22 Deutsch Seite 23 - 33 English page 34 - 42 Nederlands pag. 43 - 51 Español pag. 52 - 61 Português pág. 62 - 73 ALGEMEEN 1) Lees de instructies die u in dit boekje aantreft aandachtig door: ze geven belangrijke aanwijzingen over de veiligheid bij installatie, gebruik en onderhoud. Bewaar dit boekje zorgvuldig zodat u het altijd kunt raadplegen. 2) Overtuig u ervan dat het apparaat niet beschadigd is, nadat u de verpakking verwijderd heeft. Dit apparaat moet alleen maar gebruikt worden waarvoor het ontwikkeld is: om levensmiddelen te bewaren. Ieder ander gebruik moet als onjuist beschouwd worden en dus als gevaarlijk. De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele schade die veroorzaakt is door onjuist of onredelijk gebruik. Stuur het garantiebewijs binnen 10 dagen op. Vermelding van overeenstemming: De onderdelen die in kontakt komen met voedsel voldoen aan de EEC richtlijn 89/109. Dit apparaat voldoet aan de EEC richtlijnen 89/336, 73/23 en eventuele wijzigingen. HOE GEBRUIKT MEN DE KOELKAST Elektrische aansluiting Voordat u het apparaat aansluit, controleer dan of de netspanning overeenkomt met die aangegeven op het typeplaatje dat zich aan de binnenkant van het apparaat bevindt. Het apparaat moet op een goed geaard stopkontakt worden aangesloten. De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele schade die het gevolg is van een verkeerde elektrische aansluiting. INSTALLATIE Op de modellen waarop de voetjes nog niet gemonteerd zijn, moet men deze zelf aanbrengen door ze in de openingen te draaien die zich aan de onderkant van de koelkast bevinden. Zorg er hierbij wel woor dat de voorste voetjes niet helemaal vast gedraaid worden, zodat de koelkast iets achterover staat. De meegeleverde afstandstukjes (afb. 1) moeten aan de achterwand gemonteerd worden, ze verzekeren een goede ventilatie. Het is heel belangrijk dat de ventilatie openingen altijd een ruimte van minstens 5 cm. vrij om zich heen hebben. Plaats het apparaat ver van warmtebronnen vandaan en niet in een ruimte waar de temperatuur lang onder +16°C of boven +38÷43C blijft. De koelkast kan ook hangend worden bevestigd; in dat geval moet de vrije luchtcirculatie gegarandeerd zijn, waartoe een ruimte van ongeveer 5 cm aan de voorkant of aan de achterkant van de hangende construktie open dient te blijven. Een foute installatie kan schade veroorzaken waarvoor de fabrikant niet verantwoordelijk gesteld kan worden. AANBEVELINGEN VOOR HET INSTELLEN VAN DE TEMPERATUUR VOOR HET CORRECT BEWAREN VAN VOEDSEL Juist gebruik van de koelkast en aandacht voor hygiëne verbetert de kwaliteit van het conserveren van levensmiddelen. Temperatuur instelling Leg de meest bederfelijke voedingsmiddelen op de koudste plaats in het apparaat. Meestal is dit het gedeelte onderin, boven de groente- en fruitladen. Zet gekookt voedsel pas in de koelkast als het is afgekoeld en bewaar voedsel in schalen 43 e.d. met deksel in het midden van de koelkast. Leg groente en fruit in de daarvoor bestemde lade onderin. Bewaren van voedsel Om de smaak, substantie en versheid van alle levensmiddelen beter te behouden, raden wij u aan deze op te bergen in schalen e.d. met deksel. Let erop dat tussen de verschillende verpakkingen de lucht vrij kan circuleren. Maak de binnenkant van de koelkast regelmatig schoon met een mild antibacterieel en desinfecterend schoonmaakmiddel (zie hfdst schoonmaken). MILIEU Verpakking en afvalverwerking Gooi de verpakking van de koelkast niet bij het huisvuil, maar scheidt de verschillende materialen (piepschuim, karton etc) in overeenstemming met de plaatselijke regels en procedures voor afvalscheiding. Belangrijk Dit apparaat is CFK-vrij. Het koelsysteem bevat de vloeistof HFK R 134a of het isobutaangas R 600 a. Verdere informatie vindt u op het serienummerplaatje op de koelkast. Reinig het apparaat alleen op die manier en met die materialen zoals staat beschreven onder het kopje schoonmaken. Anders kunt u het apparaat schade toebrengen. Koelkasten met isobutaan (R 600 a) Isobutaan is een natuurlijk gas en niet schadelijk voor het milieu. Isobutaan is wel ontvlambaar. U moet er daarom zeker van zijn dat: - bij de installatie 3 kubieke meter ruimte rond het apparaat vrij blijft, - de ventilatie van het apparaat niet wordt belemmerd en schoon is, - het koelsysteem noch inwendig is beschadigd door gebruik van scherpe voorwerpen noch uitwendig, omdat de condensator niet op de juiste manier is schoongemaakt. Sla het apparaat op voor u het aan het eind van de levensduur van de hand doet. Informeer bij de winkelier of bij de lokale autoriteiten hoe het apparaat op de juiste manier van de hand gedaan kan worden. GEBRUIK VAN DE KOELKAST Wij raden u aan de levensmiddelen volgens de volgende indeling in de koelkast te plaatsen: Vlees en vleeswaren, vis: op het rek boven de groenten- en fruitlade. Gekookt voedsel, taarten enz.: op de bovenste rekken. Eieren en zuivelprodukten; in de deur van de koelkast. Groenten en fruit: bewaar deze in de speciale groentelade, verpakt in (kleine) plastic zakjes, voorzien van gaatjes voor een betere houdbaarheid. Voedsel in blik: als het blik eenmaal in geopend, moet u de rest van de inhoud in een nietmetalen verpakking met deksel overbrengen. Belangrijk: Let erop dat tussen de verschillende verpakkingen lucht vrij kan circuleren. Zet gekookt voedsel pas in de koelkast als het is afgekoeld en bewaar vloeistoffen in schalen e.d. met deksel. VERKLARING VAN SYMBOLEN Koelkasten Het vriesvak is geschikt om ingevroren voedsel gedurende een korte periode te bewaren (ongeveer 1 week). 44 Koelkasten Het vriesvak is geschikt om ingevroren voedsel gedurende ongeveer 1 maand te bewaren. ❋ Koelkasten Het vriesvak is geschikt om ingevroren voedsel lang te bewaren (ongeveer 3 maanden). Koelkasten - Koelkast/Diepvriezer ❋ ❋ Het symbool geeft de mogelijkheid aan ingevroren voedsel lang te bewaren, tevens kan men vers voedsel invriezen, volgens de aanwijzingen van de invriestabel. TEMPERATUUR INSTELLING De binnentemperatuur van het apparaat wordt beinvloed door de omgevingstemperatuur, de lading en het aantal malen dat de deur geopend wordt. Wanneer men de ingestelde temperatuur verandert, komt de motor niet altijd meteen in werking. De temperatuur kan men regelen door aan de knop te draaien die zich aan de binnenkant of buitenkant van het apparaat bevindt. Op de "0" stand werkt het apparaat niet: "0" betekent uit. De beste stand voor de thermostaatknop is de middenpositie. Door de thermostaatknop met de klok mee te draaien, worden er lagere temperaturen bereikt. Bij een te hoge kamertemperatuur zal de compressor continu draaien, waardoor ijsvorming op kan treden. INBOUW UITVOERING MET 2 COMPRESSOREN EN 1 COMPRESSOR MET BEDIENINGSPANEEL (fig. 2) De temperatuurregelaar van het koelgedeelte, in de uitvoering met 2 compressoren bevindt zich in de koelkast en de temperatuurregelaar voor het vriesgedeelte bevindt zich op het bedieningspaneel in Fig. 2. Regelbare thermostaat “D” voor het vriesgedeelte. Wanneer u het vriesgedeelte op stand “O” zet staat het vriesgedeelte uit. Als u de knop naar rechts draait zal de compressor aanslaan en vervolgens gaat er een groen lichtje branden “A”. Draait u de knop op stand “S” (Snel invriezen) dan zal het gele lichtje “C” gaan branden en zal de compressor 50 uur continu gaan werken. Aan het einde van deze 50 uur zal het gele lichtje gaan knipperen. Dit betekent dat het snel invriezen is afgelopen. De knop dient naar een normale stand te worden gedraaid. Het rode waarschuwingslampje “B” brandt waneer de temperatuur in het vriesgedeelte niet koud genoeg is. Dit kan gebeuren als: - het apparaat net aanstaat - de deur open of niet goed dicht is - er in te vriezen voedsel ingelegd wordt. Het rode lampje gaat uit wanneer de minimaal vereiste temperatuur is bereikt. Bij de uitvoering met 1 compressor bevindt de bediening zich alleen op het bedieningspaneel fig. 2. Regelbare thermostaat “D” voor het koel -en vriesgedeelte. Op stand “0” werken het koel -en vriesgedeelte beide niet. Als u de knop naar rechts draait zal de compressor aanslaan en het groene lichtje “A” gaan branden. Draait u de knop op stand “S” (snel invriezen) dan zal het gele lichtje “C” gaan branden en zal de compressor 6 uur continu gaan werken. Aan het einde van deze 6 uur gaat het gele lichtje knipperen. De knop dient naar een normale stand te worden gedraaid. Het rode waarschuwingslampje “B” brandt wanneer de temperatuur in het vriesgedeelte niet koud genoeg is. 45 Dit kan gebeuren als: - het apparaat net aanstaat - de deur open of niet goed dicht is - er in te vriezen voedsel ingelegd wordt. Het rode lampje gaat uit wanneer de minimaal vereiste temperatuur is bereikt. SCHAKELPANEEL (afb. 4B – afb. 13) KOEL-/VRIESCOMBINATIE MET 2 COMPRESSOREN Thermostaat “A” regelt het vriesgedeelte. Door de schakelaar met de wijzers van de klok mee te draaien wordt de vrieskast ingeschakeld. Het groene controlelampje “B” en het rode alarmlampje “C” gaan branden. Het rode alarmlampje “C” wordt automatisch uitgeschakeld, als de gewenste binnentemperatuur is bereikt. Bij de modellen met schakelpaneel zoals op afb. 4b, gaat het gele controlelampje “E” branden, als snelvriestoets “F” wordt ingedrukt. Bij de modellen met schakelpaneel zoals op afb. 13, daarentegen gaan deze branden, als schakelaar “A” op stand “SUPER” wordt gezet. Thermostaat “H” regelt het koelgedeelte. Op stand “0” is de koelkast niet in bedrijf. Door schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien, wordt de koelkast ingeschakeld en gaat het groene controlelampje “G” branden. SCHAKELPANEEL (afb. 4) KOEL-/VRIESCOMBINATIE MET 1 COMPRESSOR MET ELEKTRISCH VENTIEL Thermostaat “A” regelt het vriesgedeelte. Op stand “0” wordt het bedrijf van beide gedeelten, koel- en vriesgedeelte, uitgeschakeld. Door schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien naar een van de andere standen behalve “0” wordt het bedrijf van het koelgedeelte ingesteld. Door schakelaar “A” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt het vriesgedeelte ingeschakeld. Het groene controlelampje “B” gaat branden en het rode alarmlampje “C” knippert. Deze handeling dient alleen bij het in bedrijf stellen van het apparaat te worden uitgevoerd. De vier groene controlelampjes “D” geven de temperatuur in het vriesgedeelte weer. De weergegeven temperatuur komt overeen met de in de vrieskast gemeten gemiddelde temperatuur. Het gele controlelampje “E” gaat branden, als snelvriestoets ”F” ca. 4 seconden lang ingedrukt wordt gehouden, waardoor de compressor in continu-bedrijf loopt. Thermostaat “H” regelt het koelgedeelte. Op stand “0” is het koelgedeelte buiten bedrijf. Door schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt de koelkast ingeschakeld en gaat het groene controlelampje “G” branden (alleen als thermostaatschakelaar “A” op een willekeurige stand behalve “0” staat). De koelkast functioneert alleen, als het groene controlelampje “B” is ingeschakeld. Alarmsignaal: Als het rode lampje “C” knippert en een van de vier groene lampjes “D” is ingeschakeld, betekent dit dat er in de vrieskast door stroomuitval of een andere storing een tijd lang een temperatuur van boven 0°C heerste. Houd gedurende enkele seconden toets “F” ingedrukt om het knipperende rode lampje uit te schakelen. Om uw vrieskast correct te laten functioneren, adviseren wij u om de thermostaatknop zo in te stellen dat op de thermometer het groene controlelampje “X” gaat branden. Op die manier worden uw vriesproducten bij een optimale temperatuur bewaard. SCHAKELPANEEL (afb. 13) KOEL-/VRIESCOMBINATIE MET 1 COMPRESSOR MET ELEKTRISCH VENTIEL Thermostaat “A” regelt het vriesgedeelte. Op stand “0” wordt het bedrijf van beide gedeelten, koel- en vriesgedeelte, uitgeschakeld. Door schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien naar een van de andere standen behalve “0” wordt het bedrijf van het koelgedeelte ingesteld. 46 Door schakelaar “A” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt het vriesgedeelte ingeschakeld. Het groene controlelampje “B” gaat branden en het rode alarmlampje “C” knippert. Dit lampje wordt pas weer uitgeschakeld als de gewenste temperatuur in de vrieskast is bereikt. Het gele lampje “E” gaat branden, als schakelaar “A” op stand “SUPER” wordt gezet, waardoor de compressor in continu-bedrijf loopt. Thermostaat “H” regelt het koelgedeelte. Op stand “0” is het koelgedeelte buiten bedrijf. Door schakelaar “H” met de wijzers van de klok mee te draaien wordt de koelkast ingeschakeld en gaat het groene controlelampje “G” branden (alleen als thermostaatschakelaar “A” op een willekeurige stand behalve “0” staat). De koelkast werkt alleen als het groene controlelampje “B” is ingeschakeld.. SCHAKELPANEEL (afb. 4 – afb. 4b – afb. 13) Het rode alarmlampje “C” geeft aan dat de temperatuur in de vrieskast niet laag genoeg is. Dit kan de volgende oorzaken hebben: - het apparaat werd zojuist in bedrijf gesteld; - de deur heeft opengestaan; - er werden nieuwe vriesproducten in de vrieskast gelegd. In het vriesgedeelte moet altijd een temperatuur heersen van -18°C of lager. LET OP: Er is geen verband tussen de cijfers op de thermostaatknop (A) en de temperatuuraanduidingen op de vier groene lampjes (D). BEDIENINGSPANEEL (fig. 12) Thermostaat (A) bedient het koel- en vriesgedeelte. In positie "0" werken het koel- en het vriesgedeelte beide niet. Door de thermostaatknop naar rechts te draaien, wordt het apparaat in werking gesteld en gaat het groene lichtje "B" branden. BEWAREN Sommige modellen hebben een bergruimte boven de bovenste schap van de koelkast. Deze ruimte moet gebruikt worden als een twee sterren compartiment zoals op het apparaat vermeld staat. De maximale prestatie wordt bereikt door alle landen te verwijderen, behalve de onderste. Het symbool geeft de mogelijkheid aan dat diepvriesvoedsel langdurig op een ❋ lage temperatuur bewaard kan worden en vers voedsel ingevroren kan worden. Als de temperatuur konstant blijft, is de bewaartijd ook langer terwijl temperatuurverschillen de bewaartijd verminderen. Wanneer de stroom uitvalt is het beter de deur niet te openen. Gedurende 10-12 uur, kan het voedsel onveranderd in de vriezer blijven. Mocht de stroomuitval langer duren, dan moet het voedsel in keukenpapier gewikkeld worden en in een koelkast geplaatst worden of tenminste in een koele ruimte. In zo'n geval is het raadzaam de levensmiddelen binnen 24 uur te nuttigen of ze te koken en in te vriezen. VRIEZEN ❋ De maximale prestatie wordt verkregen door alle laden te verwijderen, behalve de onderste. Combinatie met schakelpaneel (afb. 2 – afb. 4 – afb. 4b – afb. 13) Om verse producten in te vriezen, adviseren wij om reeds diepgevroren vriesproducten in het bewaarvak te leggen. 24 Uur voordat de nieuwe vriesproducten in de vrieskast worden gelegd, gaat u als volgt te werk: Schakelpaneel (afb. 4 – afb. 4b) Activeer de functie snelvriezen door toets “F” gedurende ca. 4 seconden ingedrukt te 47 houden. Het gele controlelampje “E” gaat branden om aan te geven dat de snelvriesfase is begonnen. Na 50 uur wordt deze automatisch uitgeschakeld en schakelt het apparaat weer over op normaal bedrijf (het gele lampje “E” dooft). De functie snelvriezen kan ook handmatig onderbroken worden: Houd hiertoe toets “F” gedurende ca. 4 seconden ingedrukt. Schakelpaneel (afb. 13) Schakel de functie snelvriezen in door schakelaar “A” op stand “SUPER“ te zetten. Het gele controlelampje “E” gaat branden om aan te geven dat de snelvriesfase is begonnen. Na 50 uur wordt deze automatisch uitgeschakeld (het gele lampje “E” dooft). Om het apparaat op de oorspronkelijke instelling terug te zetten: Zet schakelaar “A” op een van de standen voor normaal bedrijf, behalve SUPER. Schakelpaneel (afb. 2) inbouwcombinatie met 2 compressoren Schakel de functie snelvriezen in door schakelaar “D” met de wijzers van de klok mee op stand “S” te draaien. Het gele controlelampje “C” gaat branden. Na 50 uur, als de snelvriesfase is beëindigd, begint lampje “C” te knipperen om aan te geven dat de thermostaatknop moet worden teruggezet op de stand voor normaal bedrijf. Koel/vriescombinaties met of zonder bedieningspaneel (fig. 12) Maak ±4 uur voor het invriezen plaats voor de betreffende produkten. Bij aanvang van het invriezen kan het noodzakelijk zijn om de thermostaatknop, afhankelijk van de hoeveelheid en de omgevingstemperatuur, een of twee standen terug te zetten om het invriesproces te versnellen. Zet de thermostaat na afloop van het invriezen weer op de normale stand. Inbouw uitvoering met bedieningspaneel (fig. 2) Het volgende is een aanvulling op de specificaties van de koel -vriescombinaties zonder bedieningspaneel. Om verse produkten beter in te vriezen bij een omgevingstemperatuur boven 30°C, moet u minstens 6 uur van tevoren de snelvriesfunctie inschakelen, stand “S”. Als er 6 uur zijn verstreken knippert lampje “C”, zet dan de thermostaat op een willekeurige stand voor normaal bedrijf behalve “S”. VOOR ALLE APPARATEN geldt dat de maximaal in te vriezen hoeveelheid volgens Europese normen op het serienummer- en specificatieplaatje staat vermeld. ONTDOOIEN De koelruimte van de koelkast heeft een automatisch ontdooisysteem dat tijdens de rustpauzes van de compressor werkt. Tijdens deze pauzes worden de druppels die van het gesmolten rijp afkomen afgevoerd in het bakje dat zich boven de compressor bevindt en door middel van de door de compressor opgewekte warmte verdampt. Het is raadzaam geen voedsel of bakjes tegen de achterwand aan te zetten. Om het vriesvak te ontdooien moet men het volgende doen: a) 3 uur voor het ontdooien moet de thermostaatknop naar een hoog getal gedraaid worden of de snelvriesschakelaar ingesteld worden om de opgeslagen levensmiddelen zo koud mogelijk te maken. b) Neem het ingevroren voedsel uit het vriesgedeelte en wikkel deze in kranten of keukenpapier en leg het in het koudste deel van de koelkast of in een koele ruimte. c) De thermostaatknop op "0" zetten of indien mogelijk netschakelaar uit zetten. d) Laat de deur of deksel open staan. Het ontdrooiproces kan versneld worden door een bak met warm/heet water in het vriesgedeelte te zetten. e) Droog na het ontdooien de binnenkant af en leg het voedsel terug. f) Het vriesgedeelte wordt weer in werking gesteld door de thermostaatknop eerst op een hoge stand in te stellen. Als het rode lampje uit is dan kan voor een wat lagere stand gekozen worden. 48 Afb. 9) Belangrijk: het vriesvak is van een waterafvoer dat zich op de onderste rand van de vriesgedeelte bevindt. Afb. 10) Belangrijk: (alleen sommige modellen) dooiwater wordt uit het vriesvak afgevoerd door een buisje (met afsluitstop) dat uitmondt in een druipbak onderin. In sommige modellen moet het druipbakje verwijderd worden en na het ontdooien weer teruggeplaatst worden. N.B.: Verwijder de afsluitstop om het dooiwater te laten weglopen en plaats de stop terug nadat het water is afgevoerd. Modellen met frisdrankautomaat Sommige modellen zijn uitgevoerd met een frisdrankautomaat, welke aan de binnenkant van de deur is opgeslagen. Aanwijzingen voor gebruik 1) Fig. 8A - Trek onderdeel "K" uit. Verwijder dan de container "H" binnenin de deur door deze omhoog te trekken. 2) Fig. 8B - Verwijder de dispenser "Z" van"H", door deze los van de fles te draaien. 3) Fig. 8A - Plaats onderdeel "H" in de binnenkant van de deur. Door het onderdeel "K" omhoog te drukken komt het vast te zitten. De dispenser kan nu gebruikt worden. 4) De dispenser kan gebruikt worden door de bovenrand van een glas tegen het hendeltje aan te houden. 5) Het schoonmaken van het "druiprooster". Druk onderdeel "K" naar voren en verwijder deze. Reinig het gedeelte waar de zoete vloeistof is opgehoopt en plaats het onderdeel terug. SCHOONMAKEN Om onprettige luchtjes te voorkomen is het raadzaam de koelkast tenminste twee of drie keer per jaar schoon te maken. a) Voordat men met een schoonmaak of onderhoudsbeurt begint moet men eerst de thermostaatknop op stand "0" zetten, of indien mogelijk de netschakelaar uit zetten (zie "ontdooien"). b) Haal de levensmiddelen en de ijsblokjes uit de vriezer. c) Wacht totdat het rijp op de verdamper gesmolten is. d) Maak de binnenkant van het apparaat schoon met lauw water waarin u twee lepels soda hebt opgelost, afspoelen en afdrogen. GEBRUIK GEEN zeep, schuur-of oplosmiddelen. e) Leg de levensmiddelen weer terug en laat het apparaat weer werken. f) Maak het afvoer gootje regelmatig schoon met het bijbehorende hulpstuk (afb. 5). Dit hulpstuk kan in het afvoerpotje achterblijven. Als het apparaat voor een lange periode niet gebruikt wordt, kan men het beste het apparaat schoon maken, de stekker uit het stopkontakt halen en de deur op een kier laten staan. TECHNISCHE HULPVERLENING Voor eventuele reparatie kunt u zich wenden tot een fabrieks-servicedienst. Alleen dan is een veilige en deskundige reparatie gewaarborgd. Als het apparaat niet goed of helemaal niet werkt, controleer dan het volgende alvorens de hulp van de servicedienst in te roepen: 1) Is de netzekering defekt? Sluit een ander apparaat op het stopkontakt aan, b.v. een lamp. 2) Zit de stekker wel goed in het stopkontakt? 3) Is de thermostaat soms op "0" stand (uit)? Draai deze op stand 3. 4) Zit er soms een te dikke rijplaag op de verdamper (meer dan 4-5 mm)? Laten ontdooien (zie "ontdooien"). 5) Is het voedsel soms opgehoopt aan de binnenkant van de vriezer zodat de ventilatie verhinderd wordt? 49 6) Is er wel genoeg ruimte achter de condensor? Verplaats het apparaat verder van de muur. Als men na de bovenvermelde controles nog geen bevredigende werking krijgt, neem dan kontakt op met de service dienst, en vermeld hierbij het model dat u aan de binnenkant op het typeplaatje aantreft (of op het garantiebewijs). Door deze informatie kan de servicedienst sneller en beter ingrijpen. Belangrijk: de buitenrand van het vriesvak kan lauw warm worden. Dit is geen defekt, maar voorkomt vastvriezen. LINKSDRAAIEND MAKEN (alleen sommige modellen) zie afb. 3 1) Het is raadzaam het apparaat neer te leggen of hem 45 graden achterover te hangen omdat men aan de onderkant van het apparaat moet werken om de onderste scharnier te kunnen verwijderen. 2) Verwijder de plint als deze aanwezig is. 3) Haal het onderste scharnier en de hierbijbehorende sluitringetjes weg door de schroeven A. 4)Haal de onderdeur eruit. 5) Verwijder het middenscharnier en de hierbijbehorende sluitringetjes door de schroeven B los te draaien (afb. 3). Bij de modellen met grote bovenste deur (afb. 7d): Open de deur, verwijder stop M en sluiting L. Verwijder dan pas de schroeven, waarmee het middelste scharnier is bevestigd. 6) Haal de bovendeur eruit. Indien er een deurstop N (afb. 7e) aanwezig is aan de rechterkant, verwijder deze dan door de desbetreffende schroef los te draaien. Haal de linker deurstop uit de zak met toebehoren en bevestig deze met de zojuist verwijderde schroef. 7) Haal de plastic huls die de linker bovenscharnier bedekt weg van het paneel. 8) Draai de bout C uit het scharnier rechtsboven en monteer deze aan de linkerkant. Bij de modellen met grote bovenste deur (afb. 7c): Verwijder stop F-G, bout D en het bovenste scharnier door de desbetreffende schroeven los te draaien. Haal uit de zak met toebehoren het bovenste linker scharnier H en bevestig dit aan de behuizing met de zojuist verwijderde schroeven; monteer bout D met het desbetreffende onderlegschijfje en stop F-G. Doorboor het membraan van stop G, zodat het scharnier hier doorheen kan. 9) Hang de deur weer terug op omgekeerde wijze (6-5-4-3-2); vergeet niet de afstandringetjes tussen de deur en het scharnier. 10) Verplaats de handgrepen, indien aanwezig, van de linker naar de rechterkant; Voor modellen, waarvan de handgrepen gemerkt zijn met een “M”, dienen kruislings verplaatst te worden, zie fig. 7b. 11) Zet het apparaat weer rechtop. N.B. Om de deuren goed uit te lijnen moet men op het midden scharnier stellen. DEUREN NAAR DE ANDERE KANT LATEN OPENEN (alleen sommige modellen) zie afb. 7 Voor modellen met zowel links als rechts een scharnier aan de onderkant. 1) Het is aan te raden om de koelkast ongeveer 45° te kantelen. 2) Verwijder de schroeven (A) waarmee het middelste scharnier is bevestigd. Bij de modellen met grote bovenste deur (afb. 7d): Open de deur, verwijder stop M en sluiting L. Verwijder dan pas de schroeven, waarmee het middelste scharnier is bevestigd. 3) Verwijder de bovenste deur. Indien er een deurstop N (afb. 7e) aanwezig is aan de rechterkant, verwijder deze dan door de desbetreffende schroef los te draaien. Haal de linker deurstop uit de zak met toebehoren en bevestig deze met de zojuist verwijderde schroef. 4) Verwijder het middelste scharnier. 5) Verwijder de onderste deur. 6) Verwijder de plastic afdekking dat de linker scharnier, onder en boven, afdekt. Dit geldt ook voor de plint. 50 7) Verwijder de pen (B) uit het scharnier rechtsonder en monteer het geheel links opnieuw. 8) Verwijder de pen (C) uit het scharnier rechtsboven en monteer het geheel links opnieuw. Bij de modellen met grote bovenste deur (afb. 7c): Verwijder stop F-G, bout D en het bovenste scharnier door de desbetreffende schroeven los te draaien. Haal uit de zak met toebehoren het bovenste linker scharnier H en bevestig dit aan de behuizing met de zojuist verwijderde schroeven; monteer bout D met het desbetreffende onderlegschijfje en stop F-G. Doorboor het membraan van stop G, zodat het scharnier hier doorheen kan. 9) Plaats de deuren terug in omgekeerde volgorde (5-4-3-2) en monteer ook de eventuele afstandsringen. 10) Verplaats de handgrepen, indien aanwezig, van de linker naar de rechterkant; Voor modellen, waarvan de handgrepen gemerkt zijn met een “M”, dienen kruislings verplaatst te worden, zie fig. 7b. 11) Zet het apparaat weer rechtop. PANELEN AANBRENGEN OP KOELKASTEN 370 L - 410 L Afmetingen van de panelen (zie afb.11) Hoogte Breedte mm. mm. 370 L Vriezerdeur 709 588 Koelkastdeur 976 588 max 3 max 3 410 L Vriezerdeur Koelkastdeur max 3 max 3 709 1134 588 588 Dikte mm. Benodigd gereedschap: kruiskopschroevendraaier. a) Haal de lijst van de vriezerdeur door de schroeven die zich aan de rechterkant bevinden los te draaien. b) Draai de onder en bovenschroeven los. c) Plaats het panneel in de gleuf van de lijst. d) Monteer de lijst weer op de kast en draai de schroeven weer vast. Ook voor de grotere deur moet u hetzelfde doen. ALS HET LICHT IN HET KOELGEDEELTE NIET WERKT, HANDEL DAN ALS VOLGT: - Trek de stekker uit de wandcontactdoos. - Verwijder het beschermingskapje door het los te haken • In modellen met licht bovenin: duw het kapje richting achterwand en kantel het dan naar beneden. • In modellen met licht aan de zijkant: duw het kapje aan de onderzijde in en kantel het omhoog. - Verwijder de lamp en vervang deze door een gelijke. - Plaats het kapje terug en sluit het apparaat weer aan. 51
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76

Candy CPC 280 de handleiding

Categorie
Combi-koelkasten
Type
de handleiding