ProForm PETL41105 de handleiding

Type
de handleiding
GEBRUIKSAANWIJZING
Modelnummer PETL41105.1
Serienummer
WAARSCHUWING
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa
-
raat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
Schrijf het serie nummer van het
apparaat hierboven voor toekomstige
referentie.
Sticker met
serienummer
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid. Mocht
u nog vragen hebben, mochten
sommige onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn neem dan con-
tact op met de winkel waar u dit
produkt hebt gekocht.
Onderdeel Nr. 227788 R0805A
Gedrukt in Canada
© 2005 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit appa-
r
aat hebt gekocht. Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen:
het MODELNUMMER van het produkt (PETL41105.1)
de NAAM van het produkt (PROFORM 490 CX loopband)
het SERIENUMMER van het produkt (zie de kaft van de handleiding)
het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING (zie LIJST MET ONDERDELEN op pagina 26
en 27 en de GEDETAILLEERDE TEKENING in het midden van deze handleiding)
101 1 Bedieningspaneel
102 1 Rechter Bekerhouder, bovenste
103 1 Rechter Bekerhouder, onderkant
104 1 Achterkant van het Bedieningspaneel
105 1 Plaat met Elektronica
106 1 Handgreep Links, Bovenste
1
07 1 Handgreep Links, Onder
108 2 Handleuning
109 2 Schroef van het Veerslot
110 1 Montage Onderdelen van het Slot
111 1 Bout van Hellingmotor, bovenste
112 4 U-moer
113 4 5/16” x 1” Bout
114 2 Beschermkapje staander
115 1 Handgreep Rechts, Bovenste
116
1 Handgreep Rechts, Onder
117 1 Isolator voor Motor
118 1 Draadharnas
119 1 Geaarde Tussenring
120 2 Bout van het Onderstel van de Lift
121 2 5/16” x 3 1/2” Bout
122 1 Massamoer
123 6 1” Tek Schroef
124 2 Beschermkapje
125 7 Kussen voor de Basis
126 2 Doorvoer voor Motor
127 2 Schroef voor Ventilator
128 1 Schokdemper
129 1 Geaarde Schroef
130 2 5/16” Tussenring
131 4 Schroef van Beschermkapje
132 1 Houder van de Sterring
133 1 Lift Geaarde Schroef
1
34 6 Schroef voor Elektronica
135 1 Statische Sticker, meertalig
136 2 Schroef van Houder van de Roller
137 1 Moer van de Voorste Roller
138 2 Schroef van Onderstel
# 1 4” Groene/Gele Draad, W/Ring
# 1 8” Groene/Gele Draad, W/Ring
# 1 8” Groene/Gele Filter Draad, W/Ring
# 1 16” Blauwe Draad, M/W
#
1 10” Blauwe Draad, 2 W
# 1 8” Blauwe Draad, 2 W
# 1 6” Zwarte Draad, M/W
# 2 4” Zwarte Draad, 2 W
# 1 10” Witte Draad, 2 F
# 1 8” Witte Draad, 2 F
# 1 8” Rode Draad, M/W
# 1 Gebruikersaanwijzing
# Deze onderdelen woorden niet getoond.
Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden ver-
anderd.
O
nder- Aantal Beschrijving
deelnr.
O
nder- Aantal Beschrijving
deelnr.
2
INHOUD
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
Aandacht: U kunt in het midden van deze handleiding een GEDETAILLEERDE TEKENING vinden.
PROFORM is a registered trademark of ICON IP, Inc.
31
D
e GEDETAILLEERDE TEKENING in het midden van deze handleiding bekijken om de onderdelen die hieron-
der opgesomd staan te kunnen vinden.
30
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL41105.1 R0805A
1
2 Bovenste Veerkap
2 2 Isolator
3 1 Filter
4 2 Onderste Veerkap
5 2 Kap voor de Houder van de Veer
6 2 Moer van de Isolator
7 1 Slotplaat
8 2 Schroef van de Slotplaat
9 1 Waarschuwingssticker
10 2 Moer van het Platformschroef
11
1 Linker Achter Beschermkapje
12
2 Sterring van de Roller
13 2 Bout van de Achterroller
14 4 Tussenring van de Roller
15 4 Schroef van Achter Beschermkapje
16 8 Buikpanschroef
17 1 Achter Voet, Linker
18 1 Inbussleutel
19 1 Rechter Achter Beschermkapje
20 1 Achter Voet, Rechter
21 1 Onderstel
22 1 Achteroller
23 2 Platformschroef, achter
24 1 Loopplatform
25 2 Voetkussentje
26 2 Kap van de Voetkussentje
27 4 Loopplatform Schroef
28 4 Schroef van de Band Geleider
29 2 Band Geleider
30 2 Voorste Isolator
31 1 5/32” Inbussleutel
32 1 Voor Beschermkapje, Linker
33
33 3/4” Schroef
34 2 Schakelbout van het Onderstel
35 1 Magneet
36 1 Voorste Roller/Katrol
37 1 Loopband
38 1 Voor Beschermkapje, Rechter
39 1 Aandrijvings Motor
40
1 Riem van de Motor
41 1 Moer van Motor
42 2 Bout van de Motor
43 2 Spanning-tussenring van de Motor
44 2 Spanningmoer van de Motor
45 8 Moer
46 2 Tussenstuk van het Onderstel
47 1 Bladveerschakelaar
48 1 Motorhouder
49 1 Bladveerschakelaarclip
50 1 Lift Onderstel
5
1 1 Motor Ster-tussenring
52 17 1/2” Schroef
53 1 Geaarde Draad
54 1 Controller
55 1 Transformator
56 1 Beugel voor Elektronica
57 1 Pakkingring voor Houder
58 2 Bout van de Houder van de Motor
59 1 Schakelbout van de Motor
60 1 Hellingsdraad
61
2 Houder van de Achter Roller
62
1 Stroomonderbreker
63 1 iFIT.com Kabel
64 1 Kap
65 1 Onderkap
66 1 Verbinding
67 1 Klip Onderkap
68 1 Aan/Uit Knop
69 1 Bout van de Voorste Roller
70 1 Elektriciteitssnoer Adapter
71 1 Elektriciteitssnoer
72 2 Statische Sticker
73 1 Plastic Verbinding
74 1 Verbindingsstuk
75 1 Polsstangplaat, Links
76 4 Schroef van de Polsstang
77 1 Polsstang
78 1 Polsstangplaat, Rechts
79 4 Kooibeugels
80 1 Onderstel van het Bedieningspaneel
81 1 Ventilator
82 1 Ventilatorkap
83
1 Contactpunt
84 1 Sleutel/Klip
85 2 Opgeletsticker
86 2 Verlengpoot
87 4 1/4” Sterring
88 8 1/4” x 1” Bout
89 1 Huls van Voorste Roller
90
1 Bout van Hellingmotor, Onder
91 1 Hellingstopbeugel
92 1 Hellingmotor
93 4 Sterring
94 2 Wiel
95 2 Wielbout
96 1 Staanders/Basis
97 1 Linker Bekerhouder, onderkant
98 1 Linker Bekerhouder, bovenste
99 4 Ventilatorkap-Schroef
100 1 Boekenhouder
Onder- Aantal Beschrijving
deelnr.
Onder- Aantal Beschrijving
deelnr.
3
WAARSCHUWING: Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen en infor-
m
atie door voordat u de loopband gaat gebruiken om het risico op brandwonden, brand, electrische
schok of persoonlijk letsel te verminderen.
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
2. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
is.
3. Plaats de loopband op een vlakke onder-
grond met minstens 2,5 m ruimte rondom
ruimte achter de loopband en 0,5 m ruimte
aan iedere kant van de loopband. Zorg ervoor
dat de loopband geen luchtopeningen, luch-
troosters blokkeert. Leg een kleed onder de
loopband om de vloer te beschermen.
4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
5. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt toe-
gevoegd.
6. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
7. De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 115 kg wegen worden gebruikt.
8. Laat nooit meer dan een persoon op de loop-
band.
9. Draag geschikte kleding wanneer u de loop
-
band gebruikt. Draag geen losse kleding die
in de loopband verstrikt kan raken.
Sportkleding voor mannen en vrouwen aan
-
bevolen.
Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag al-
tijd sportschoenen.
10. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie pagina 10). Geen elk ander appa-
raat moet zich op dezelfde groep bevinden.
11.
Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, ge-
bruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of
korter.
12. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van-
daan.
13. Loop nooit op de loopband wanneer de electri-
citeit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband
niet wanneer het electrische snoer of stekker
beschadigd is. Gebruik de loopband niet als hij
niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN OPLOSSEN
op pagina 25 als de loopband niet goed werkt.)
14. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de hand-
leuningen wanneer u de loopband gebruikt.
15. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk bij om schok-
kende versnellingen te voorkomen.
16. Laat de loopband nooit zonder toezicht rond-
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
stekker uit het stopcontact, en druk de on/off
(aan/uit) knop voor de stroomonderbreking in
de uit stand wanneer u de loopband niet ge-
bruikt. (Zie de tekening op pagina 5 om de
aan/uit knop te vinden.)
17. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst.
(Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOP-
BAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pa-
gina 23.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om
de loopband te kunnen uitklappen, inklappen
of verplaatsen.
18. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig gesloten
is voordat u de loopband inklapt of verplaatst.
19. De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
metingen beïnvloeden. De pols-sensor is al
-
leen als hulpmiddel bedoeld voor algemene
hartslag meting.
20. U zult een “piep” geluid horen wanneer tijdens
het gebruik van de iFIT.com programma’s de
snelheid en/of de hellingstand van de loopband
veranderd wordt/worden. Luister naar het
“piep” geluid en ben er op voorbereid dat de
snelheid en/of hellingstand van de loopband
gaat/gaan veranderen. In sommige gevallen
kan de snelheid en/of hellingstand veranderen
voordat de persoonlijke trainer dat aangeeft.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
294
De stickers hier getoond zijn op uw looband geplakt. Let erop dat de tekst op de
stickers in het Engels is. Zoek naar de stickers in het Nederlands en plak ze over
de engelse stickers. Als er een sticker onbreekt, of niet leesbaar is, neem dan con-
tact op met de winkel waar u dit apparaat hebt gekocht (zie laatste pagina van deze
handleiding). Plak de stickers op de aangegeven
plaatsen. Aandacht: het etiket is niet op ware
grootte afgebeeld.
21. U kunt wanneer u dat wilt tijdens het gebruik
van de iFIT.com programma’s handmatig de
s
nelheid en hellingstand aanpassen door op de
Snelheid en Helling toetsen te drukken. De
snelheid en hellingstand instellingen van de
programma’s zullen worden aangepast wan-
neer u nochtans een “piep” geluid hoort.
22. Haal altijd de iFIT.com CD’s en video’s uit uw
CD- of videospeler en maak uw MP3 speler
los wanneer u deze niet gebruikt.
23. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
24. Inspecteer alle onderdelen van de loopband
en draai ze dan goed vast.
25. GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
t
act. Eveneens de stekker uit het stopcontact
trekken vóór het schoonmaken van de loop-
band, voor het plegen van onderhoud en voor
h
et bijregelen zoals beschreven is in deze
handleiding. Verwijder nooit de motorkap ten-
zij een technicus dat aangeeft. Ander onder-
houd dan datgene wat vermeld staat in deze
handleiding moet door een technicus uitge-
voerd worden.
26. Deze loopband is alleen voor huiselijk ge-
bruik bedoeld. Gebruik de loopband niet com-
mercieel of voor verhuur.
WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezond-
heidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. ICON is niet verantwoordelijk voor persoon-
lijk letsel of schade door het gebruik van dit Produkt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
D
e juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspan-
ning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw
heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk
en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,
achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg
deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover mo-
gelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ont-
span. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw
handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw
achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar
voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om
uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been.
Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw
andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk
aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit
3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen.
Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer.
Spieren: dijspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
5
Gefeliciteerd met uw keuze voor de revolutionaire
PROFORM
®
490 CX loopband. De 490 CX loopband
heeft een uitgebreid scala aan functies waarmee u uw
t
raining plezieriger en effectiever kunt maken. En wan-
n
eer u de loopband niet gebruikt kunt u de 490 CX
loopband inklappen zodat hij minder ruimte in beslag
neemt dan andere loopbanden.
Lees deze handleiding voor uw eigen welzijn zorg-
vuldig door voordat u de loopband gebruikt.
Raadpleeg, mocht u nog vragen hebben, de kaft van
deze gebruiksaanwijzing. Om u beter van dienst te
kunnen zijn, zorg ervoor dat u het model- en serienum-
m
er bij de hand hebt voordat u belt. Het modelnummer
i
s PETL41105.1. Het serienummer bevindt zich op een
sticker op de loopband (zie kaft van deze handleiding).
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de te-
kening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Bedieningspaneel
Boekenhouder
Accessoire Houder
Sleutel/Klip
Aan/Uit Knop
Stroomonderbreker
Loopband
Voetkussentje
Loopplatform met Kussen
LINKERKANT
RECHTERKANT
Bouten voor
de Achterroller
Ventilator
Pols-sensor
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe-
ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie
raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu-
lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit
het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen
door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram
hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor vet
verbranding en voor een aerobic oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u
eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden
zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie ge
-
tallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw
trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor
vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor
aerobic oefeningen aanbevolen.
Vet verbruiken
Om effectief vet te verbranden moet U voor een lan-
gere tijd op een betrekkelijke lage intensiteit oefenen.
Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw
lichaam makkelijke bereikbare
koolhydraten
. Pas na de
eerste paar minuten begint uw lichaam
vet
als energie
te verbruiken. Stel de snelheid en de helling van de
loopband bij todat uw hartslag rond het laagste getal
van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden.
Stel voor maximale vet verbranding, de snelheid en
h
elling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het
middelste getal van uw trainingszone ligt.
Aerobic oefening
Uw oefening moet aerobic zijn als het uw doel is uw
cardiovasculair systeem te verbeteren. Een aerobic
oefening is een activiteit met een hogere zuurstof toe-
voer voor een langere tijd. Deze hogere intensiteit
vraagt een grotere prestatie van uw hart om bloed
naar uw spieren te pompen. Het vereist ook een gro-
tere prestatie van uw longen om het bloed van zuurstof
te voorzien. Stel de snelheid en de helling van de loop-
band bij totdat uw hartslag rond het hoogste getal van
uw trainingszone ligt als u een aerobic oefening wilt
uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderleden
bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm-
fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en
wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefe-
ning verhoogt uw lichaamstemperatuur , uw hartslag
en bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op
uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi-
teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart-
slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60
minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van
uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten).
Haal diep en regelmatig adem. Houdt nooit uw adem
in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi-
nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw
spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen
na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet
u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust
tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u
als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te
hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te
oefenen.
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen. Lees
alle instructies door voor gebruik.
De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sen-
sor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor al-
gemene hartslag meting.
28
276
1
96
86
125
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
HAAL DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT wan-
n
eer de loopband slipt. Draai met de meegeleverde
sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4 slag
m
et de klok mee. Wanneer de loopband goed is bijge-
steld moet u de loopband 7 à 10 cm van het loopplat-
form kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het
midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en
laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal
deze handeling tot de loopband goed ligt.
PROBLEEM: De helling van de loopband verandert niet op de juiste wijze
OPLOSSING:
a. Druk terwijl de sleutel in het bedieningspaneel is geschoven op een van de helling toetsen.
Haal de sleutel er uit terwijl de helling van de loopband zich aanpast. Steek de sleutel na
een paar seconden weer in het bedieningspaneel. De loopband zal dan automatisch de helling
tot de maximale helling aanpassen om vervolgens naar de laagste stand terug te keren.
Hierdoor wordt het hellingssysteem opnieuw gekalibreerd.
b
MONTAGE
De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en
v
erwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Aandacht: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het
vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking be-
vindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant
v
an de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels , uw eigen kruiskopschroevendraaier
, knijptang , en engelse sleutels nodig hebben .
Gebruik de tekeningen hieronder tijdens de montage van de fiets om de kleine onderdelen te herkennen.
Aandacht: sommige kleine onderdelen zijn al gemonteerd om de verzending te vergemakkelijken.
1/4” x 1” Bout
(88)–8
5/16” x 1” Bout
(113)–4
1
1/2” Schroef (52)–1
L
3/4” Schroef (33)–5
1/4” Sterring
(87)–8
1” Tek Schroef
(123)–4
2
5/16” x 3 1/2” Bout (121)–2
5/16” Tussenring (130)–2
1. Plaats, met de hulp van een tweede persoon, de
Staanders (96) weer voorzichtig terug rechtop.
Steek een van de Verlengpoten (86) in de loopband zoals
aangegeven. Zorg ervoor dat de Verlengpoot zodanig ge-
draaid wordt dat het Kussen voor de Basis (125) zich aan
de onderkant bevindt. Het kan handig zijn de Staanders
(96) wat naar voren te kantelen wanneer u de
Verlengpoot insteekt.
Steek de andere Verlengpoot (niet getoond) op dezelfde
manier in.
26 7
110
96
109
4
125
125
125
125
123
123
123
96
3
88
87
87
86
88
86
96
94
2
123
Zet, met de hulp van een tweede persoon, de
Staanders (96) voorzichtig rechtop zoals aangege-
v
en. Draai de Kap (64) voorzichtig af.
Zoek de Sensor (47) en de Magneet (35) aan de
linkerkant van de Katrol (36). Draai de Katrol zoda-
nig dat de Magneet gelijk staat met de Sensor.
Zorg ervoor dat de afstand tussen de Magneet
en de Sensor ongeveer 3 mm is.
Maak Schroef
(52) wat los mocht dat nodig zijn. Verplaats de
Snelheidssensor wat en draai de Schroef dan weer
vast. Maak de Kap vervolgens weer vast. Zorg er-
voor dat de Schroeven weer in dezelfde gaten zit-
ten (zie stap A). Laat de loopband dan een paar mi-
nuten lang draaien om te controleren dat de snel-
heidsmeting goed is.
PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loopband
minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal de sleu-
tel uit het bedieningspaneel en DE STEKKER UIT HET
STOPCONTACT. Draai met de meegeleverde sleutel
beide bouten van de achterroller een 1/4 slag tegen de
klok in. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u
de loopband 7 à 10 cm van het loopplatform kunnen til-
len. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt.
Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loop-
band een paar minuten draaien. Herhaal deze hande-
ling tot de loopband goed ligt.
c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer
de loopband vertraagt wanneer u erop loopt.
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a.
Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT
wanneer de
loopband niet goed in het midden ligt. Als de loop-
band naar links is verschoven, draai met de meege-
leverde sleutel de linker bout van de achterroller een
1/2 slag met de klok mee.
Als de loopband naar
rechts is verschoven, draai dan de bout van de ach-
terroller een 1/2 slag tegen de klok in. Zorg ervoor dat
u de band niet te strak aandraait. Steek de stekker en
de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot
de loopband goed ligt.
Bouten voor de Achterroller
7–10 cm
b
35
Top
View
36
52
47
3 mm
6
4
96
a
4. Plaats, met de hulp van een tweede persoon, de
Staanders (96) weer voorzichtig terug rechtop.
Verwijder de twee Slotschroeven (109) uit de Linker
Staander (96). Maak het Slot (110) met de twee
Slotschroeven vast aan de Linker Staander. Zorg er
-
voor dat u de Schroeven niet te vast draait.
3. Maak de vier Basiskussentjes (125) vast met de vier 1”
Schroeven (123) op de aangegeven plaatsen aan de on-
derkant van de Staander (96). Aandacht: Een vervang
Kussentje van de Basis (125) kan meegeleverd zijn.
Gebruik het vervang Basiskussentje wanneer een
Basiskussentje versleten is en vervangen moeten worden.
2. Leg, met de hulp van een tweede persoon, de Staanders
(96) voorzichtig neer zoals getoond. Aandacht: Het kan
n
uttig zijn om uw voet op een van de Wieltjes (94) plaat-
sen wanneer u de Staanders neerlegt.
Zorg ervoor dat
d
e Verlengstuk van het Been in de Staanders blijven.
Maak ieder Verlengstuk van het Been (86) zoals getoond
vast met twee 1/4” x 1” Bouten (88) en 1/2” Sterringen
(87).
8
25
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Z
oek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
neem dan contact op met onze klantendienst.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
OPLOSSING:
a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in een geaard stopcontact. (Zie pagina 10).
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter. De loop-
band kan niet op een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedie-
ningspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op
het onderstel van de loopband. Als de knop uit-
steekt zoals aangegeven is de stroomonderbreker
doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk de scha-
kelaar opnieuw in om de stroomonderbreker op-
nieuw in werking te stellen (te resetten).
d. Bekijk de aan/uit knop die zich bij het electriciteits-
noer van de loopband bevindt. De knop moet zich
in de aan positie bevinden.
PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING:
a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening
boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de scha-
kelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt,
haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspa-
neel.
d. Zorg ervoor dat de aan/uit knop zich in de aan positie bevindt.
e. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
OPLOSSING:
a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek
snoer uit het stopcontact.
Leg, met de hulp van
een tweede persoon, de Staander (96) voorzichtig
neer zoals aangegeven. Verwijder de drie 3/4”
Schroeven (33). Aandacht: Een kruiskopschroeven
-
draaier met een schacht van minstens 13 cm is ver-
eist.
Doorgeslagen
c
Resetten
Aan
Positie
d
33
a
96
104
33
Bedieningspaneel
33
33
7
5. Bekijk de inzettekening. Zorg ervoor dat er twee U-moe-
ren (112) in het bovenste uiteinde van ieder Staander
(96) komen te zitten. Aandacht: het kan zijn dat extra U-
moeren zijn meegeleverd.
Z
oek naar de rechter and linker Handleuning (108) (ie-
dere Handleuning is voorzien van een sticker). Houdt de
rechter Handleuning bij de rechter Staander (96), en
steek de Draadharnas (118) in het grote gat in de rechter
Handleuning en trek deze uit het bovenste uiteinde zoals
getoond.
Houdt vervolgens de rechter Handleuning (108) tegen de
rechter Staander (96). Draai de 5/16” x 3 1/2” Bout (121)
met een 5/16” Tussenring (130) zo’n drie, vier slagen in
the rechter Staander en het onderste gedeelte van de
rechter Handleuning. Maak vervolgens twee 5/16” x 1”
Bouten (113) in het bovenste eind van de rechter hand-
leuning en in de rechter Staander vast.
Zorg ervoor dat
de Bouten niet in de Handleuning vallen. Til de
Handleuning op of laat de handleuning zakken mocht dat
nodig zijn om de 5/16” x 1” Bouten in de Staander te kun-
nen vastdraaien.
Draai alle drie de bouten stevig vast.
Maak de linker Handleuning (108) zoals boven aangege-
ven vast aan de Linker Staander (96). Aandacht: Er is
geen draadharnas in de Linker Staander.
6. Bekijk de inzettekening. Keer het Bedieningspaneel (101)
om op een zachte oppervlakte. Verwijder de verpakkings-
banden en de Achterkant van het Bedieningspaneel (104).
Verwijder mocht er zich twee Polsstang Schroeven (76)
in ieder uiteinden van het Onderstel van het Bedienings-
paneel (80) bevinden. Houdt de Polsstang (77) tegen het
Onderstel van het Bedieningspaneel en maak de Pols-
stang vast met de vier Polsstang Schroeven. Draai de
Polsstang Schroeven goed vast. Zorg ervoor dat u de
draden niet beschadigt.
Zoek naar de polsdraad in de Polsstang (77). Steek de
polsdraad onder het Onderstel van het Bedieningspaneel
(80) en maak de draad vast aan de aangegeven connec
-
tor. De polsdraad zal makkelijk in de connector pas-
sen. Mocht dat niet het geval zijn, draai de polsdraad wat
en probeer nog eens.
Maak de aangegeven geaarde draden vast aan het
Onderstel van het Bedieningspaneel (80) met een 1/2”
Geaarde Schroef (52).
7.
Maak de Achterkant van het Bedieningspaneel (104) aan
het bedieningspaneel vast met vijf 3/4” Schroeven (33).
Zorg ervoor dat u de draden niet beschadigt.
5
96
118
96
108
108
1
13
1
13
121
Rechts
Links
121
119
112
130
130
76
52
77
101
80
6
104
101
Polsdraad
Connector
Geaarde
Draden
924
9. Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Andacht: Extra
delen kunnen meegeleverd worden. Bewaar de meegeleverde (zeshoekige) sleutels op een veilige plaats. U
zult de grote sleutel nog nodig hebben om de loopband bij te stellen (zie pagina 26 en 27). Leg een matje
onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen. Verwijder, indien aanwezig, de dunne plastic velle-
tjes over de stickers op de loopband.
Volg de stappen hieronder wanneer u de optionele borstkas-sensor (zie pagina 22) hebt gekocht om de
meegeleverde ontvanger van de borstkas-sensor te installeren.
1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact is.
Verwijder de 3/4” Schroef (33) en het Deurtje (105)
van de Achterkant van het Bedieningspaneel (104).
2. Maak de draad van de ontvanger (A) vast aan de
aangegeven draad aan de Achterkant van het
Bedieningspaneel (104). Verwijder het papier van de
achterkant van de ontvanger. Plaats de ontvanger zo-
danig dat de kleine cilinder zich bij de onderste
rand van de ontvanger bevindt en naar de
Achterkant van het Bedieningspaneel wijst, zoals
aangegeven.
Druk de ontvanger goed tegen de aan
-
gegeven hoek van het Toegangsdeurtje (105).
Aandacht: Maak de ontvanger, wanneer er twee
schroeven met de borstkas-sensor zijn meegeleverd
en twee plastic pootjes aan de binnenkant van het
Toegangsdeurtje zitten, met de twee schroeven vast aan de plastic pootjes van het Toegangsdeurtje.
3. Zorg ervoor dat de draden niet bekneld raken. Maak het Toegangsdeurtje (105) weer met de 3/4” Schroef
(33) vast. De andere inbegrepen draden kunt u weggooien.
8. Houdt, met de hulp van een ander persoon, het bedie-
ningspaneel vast bij de rechter Staander (96) en de lin-
k
er Staander (niet getoond).
M
aak de Draadharnas (118) vast aan de draadharnas
van het bedieningspaneel. Zorg ervoor dat alle con-
nectors goed zijn verbonden (zie inzet-tekening). De
connectors moeten gemakkelijk in elkaar passen en
elkaar verbinden. Als de connectors niet goed op el-
kaar passen draai dan een van de connectors en pro-
beer nogmaals. WANNEER DE CONNECTORS NIET
GOED ZIJN VERBONDEN KAN HET BEDIENINGSPA-
NEEL BESCHADIGD WORDEN ALS DE STROOM IN-
GESCHAKELD WORDT.
Steek de overtollige hoeveel-
heid draad terug in de rechter Handleuning (108).
Plaats het bedieningspaneel op de rechter Staander (96)
en de linker Staander (niet getoond). Draai twee 1/4” x
1” Bouten (88) met 1/4” Sterringen (87) vast aan iedere
kant van het bedieningspaneel.
Draai daarna alle vier
Bouten goed vast.
96
108
C
onsole
A
ssembly
118
87
88
118
8
Right Handrail
A
104
105
Cilinder
33
Draad
HOE DE LOOPBAND UIT TE KLAPPEN
1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals aangege-
ven. Trek, met gebruik van uw linker hand, de sluitknop
naar links en houdt deze vast. Laat de loopband lang-
zaam zakken totdat het onderstel voorbij de sluitpin is.
Laat de sluitknop langzaam los.
2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat
de loopband op de vloer zakken.
Buig door uw knieën
en houdt u rug recht om het risico op persoonlijk let
-
sel te vermijden.
Sluitknop
Sluitpin
Slot
Open
10 23
DE AL INGESMEERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:
Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult
u
de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa-
brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in
een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met
alle plaatselijke regelingen. Belangrijk: De loopband kan niet op
een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut ge-
bruikt worden.
Stopcontact van de
Loopband
1
Stopcontact
2
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
Stel de helling in de laagste stand voordat u de loopband
inklapt. U kunt als u dit niet doet de loopband voor altijd
b
eschadigen. De stekker uit het stopcontact. WAAR-
SCHUWING: U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.
1. Houdt de loopband vast op de rechts aangegeven plaat-
sen.
Buig door uw knieën en houdt uw rug recht om
persoonlijk letsel te vermijden. Zorg ervoor dat u de
kracht van uw benen gebruikt in plaats van uw rug om
de loopband te tillen.
Til de loopband half omhoog.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de
loopband goed vast. Trek, met gebruik van uw linker
hand, de sluitknop naar links en houdt deze vast. Til de
loopband totdat het slot langs de sluitpin is. Laat de sluit-
knop langzaam los.
Zorg ervoor dat de sluitpin goed in
het slot zit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedek-
king te beschermen. Houdt de loopband uit direct
zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving
waar de temperatuur hoger dan 30°C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de
loopband inklappen zoals hierboven is beschreven.Zorg er-
voor dat de pen goed in het slot zit.
1. Pak de uiteinden van de leuningen vast. Plaats een voet
op het onderstel zoals aangegeven.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voor-
wieltjes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de ge-
wenste plaats. Wees heel voorzichtig tijdens het ver
-
plaatsen van de loopband zodat u het risico op per-
soonlijk letsel voorkomt. Verplaats de loopband niet
over een oneffen ondergrond.
3. Plaats weer een voet op het wiel en kantel de loopband
tot deze weer rechtop staat.
Sluitknop
Sluitpin
Slot
Gesloten
Basis
Wieltjes
1
1
22
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het
engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse
talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw
taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van
verschillende functies om het meest doeltreffend te oe-
fenen.
U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de
snelheid en de hellingstand van de loopband verande-
ren door een druk op een toets. Het bedieningspaneel
zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback geven.
U kunt zelfs uw hartslag meten met de ingebouwde op-
tionele hartslagsensor of borstriem (zie bladzijde 22).
Het bedieningspaneel biedt ook acht vooraf ingestelde
programma’s. Ieder programma verandert automatisch
de snelheid en de helling van de loopband tijdens uw
oefening.
Het bedieningspaneel heeft ook nog twee pro-
gramma’s voor de hartslag die de snelheid en helling
van de loopband regelen om uw hartslag tijdens uw
oefening bij uw na te streven hartslag te houden.
Aandacht: U moet de borstkas-sensor dragen om een
hartslagprogramma te gebruiken.
Het bedieningspaneel kent tevens de nieuwe iFIT.com
interactieve technologie. De iFIT.com technologie
werkt als een persoonlijke trainer bij u thuis. Met een
audio snoer kunt U de loopband op uw geluidssys-
teem, uw portable stereo, computer, of video speler
aansluiten en de speciale iFIT.com MP3, CD en video
programma’s afspelen (MP3’s, CD’s en video’s zijn
apart te koop). De iFIT.com programma’s regelen au-
tomatisch de loopband en geven duidelijk aan hoe u
uw snelheid moet toepassen net zoals een trainer dat
doet tijdens uw training. Enerverende muziek motiveert
extra.
Bezoek www.iFIT.com om iFIT.com MP3 pro-
gramma’s te downloaden. Bel om iFIT.com CD’s of
videocassettes raadpleeg de kaft van de gebruiks-
aanwijzing.
Wanneer de loopband op uw computer is aangesloten,
kunt U ook onze website www.iFIT.com bekijken en
daar basis programma’s direct van internet oproepen.
Raadpleeg de website voor meer informatie.
Om het controlepaneel handmatig te bedienen,
volg de stappen beginnende op bladzijde 12. Om een
voorafingestelde programma te gebruiken, zie blad-
zijde 14.
Om een programma voor de hartslag te
gebruiken, zie bladzijde 15. Om een iFIT.com MP3,
CD, of video programma te gebruiken, zie bladzijde
19. Om een iFIT.com programma onmiddellijk van
onze Website te gebruiken, zie bladzijde 21.
Klip
SCHEMA VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Sleutel
Aandacht: Het kan zijn dat er op het
bedieningspaneel een plastic vel zit.
DE INFORMATIE INSTELLING/DEMO INSTELLING
H
et bedieningspaneel biedt een informatie instelling
die het aantal gebruikte uren op de loopband en het
a
antal gelopen kilometers op de loopband bijhoudt. De
informatie instelling zorgt er tevens voor dat u als een-
heid kilometers of mijlen kunt kiezen en om de demo
instelling aan of uit te doen.
Houdt de Stop-toets ingedrukt terwijl u de sleutel in het
bedieningspaneel steekt om de informatie instelling te
kiezen. Laat vervolgens de Stop toets los. De vol-
gende informatie wordt op de display aangegeven:
De linker display zal het to-
taal aantal uren dat de loop-
band gebruikt is aangeven.
De rechter display zal het
totaal aantal gedraaide kilo-
meters of mijlen van de
loopband aangeven. Een
M
voor kilometers en een
E
voor engelse mijlen zal op
de rechter display verschijnen. Druk op de
Snelheidstoename toets om als u dat wilt van eenheid
te veranderen.
BELANGRIJK: Het bedieningspaneel is in de “demo”
instelling wanneer een
d
in de rechter display ver-
s
chijnt. Het bedieningspaneel is in de demo instelling
wanneer een
d
op de display verschijnt. Deze instelling
i
s alleen bedoeld voor demonstraties in een winkel.
Wanneer het snoer is ingestoken en het bedieningspa-
neel de demo instelling aangeeft kan de sleutel uit het
bedieningspaneel worden genomen, de displays plus
indicatoren zullen automatisch in een zekere volgorde
oplichten. De toetsen van het bedieningspaneel zullen
nochtans niet werken.
Een
d
verschijnt wanneer de
informatie instelling gekozen is. Druk op de
Snelheidsafname toets totdat de
d
verdwijnt.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de infor-
matie instelling te verlaten.
OPTIONELE BORSTRIEM MET HARTSLAGSENSOR
De borstriem kan zonder handen worden gebrukt en
meet tijdens uw oefeningen voortdurend uw hartslag.
Neem contact op met onze klantendienstafdeling
om de optionele borstriem met harslagsensor te
kopen (zie de achteromslag van deze gebruiksaan-
wijzing).
B
ezoek onze website www.iFIT.com voor directe inter-
n
et toegang tot eenvoudige programma’s, geluidspro-
gramma’s, en videoprogramma’s. Andere opties zullen
binnenkort beschikbaar komen. Zie www. IFIT.com
voor meer informatie.
Om deze programma’s van onze website te gebruiken
moet de loopband aangesloten zijn op uw computer.
Zie HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN op
pagina 18. Bovendien moet U een internet aansluiting
en een provider hebben. Een lijst met specifieke sys-
teemvereisten kunt u op onze website vinden.
Volg de stappen hieronder om een programma van
onze website te gebruiken.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN pa-
gina 12.
De iFIT.com instelling kiezen.
Druk op de
Programma toets om
de iFIT.com instelling
te kiezen totdat de let-
ter
iFIT
op de linker
display verschijnen.
Naar uw computer gaan en de internetverbin-
ding starten.
Start, mocht dat nodig zijn, uw web browser en
ga naar onze website www.iFIT.com.
Het gewenste programma van onze website
kiezen.
Lees en volg on line de programma instructies.
De on line instructies volgen en het pro-
gramma starten.
Wanneer u met een programma start begint een
aftelprocedure op uw scherm.
Ga naar uw loopband terug en stap op de voet-
kussentjes. Zoek naar de klip, die aan de sleu-
tel vastzit en maak de klip aan de tailleband
van uw kleding vast.
Wanneer de aftelprocedure voorbij is zal Uw pro-
gramma beginnen en de loopband gaan draaien.
Houdt u vast aan de handleuningen, stap op de
band en begin te oefenen. U zult tijdens het pro-
g
ramma een “piep” geluid horen wanneer de snel-
heid en/of de helling instelling gaat/gaan verande-
r
en.
O
PGELET: Luister naar het “piep” geluid
en bereidt u er op voor dat de snelheid en/of
hellingstand van de loopband gaat/gaan veran-
deren.
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door
op de Snelheid of Helling toetsen van het bedie-
ningspaneel te drukken wanneer de snelheid of
helling instellingen te hoog of te laag zijn.
Echter,
wanneer u een “piep” geluid hoort zullen de
snelheid en/of de helling stand veranderen in
de eerstvolgende instellingen van het pro-
gramma
.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal op
de linker display beginnen op te flikkeren. Druk op
de Start-toets of de Snelheidstoename toets om
het programma weer opnieuw te starten. De loop-
band begint met een snelheid van 2 km/h te
draaien.
Bij het volgende “piep” geluid zal de
snelheid en/of de helling veranderen en zich
bij de volgende segment instelling van het pro-
gramma aanpassen.
Nadat de programma is beëindigd zal de loop-
band tot stilstand komen. Aandacht: Om een
ander programma te gebruiken moet u op de
Stop-toets drukken en stap 5 raadplegen.
Aandacht: Zorg ervoor als de snelheid of de
helling van de loopband niet verandert wan-
neer u het “piep” geluid hoort dat de iFIT.com
indicator aan is en dat de tijd op de linker dis-
play niet opflikkert. Zorg er bovendien voor dat
het audio snoer juist is aangesloten.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 13.
9
8
7
6
5
4
3
2
1
12 21
HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN
De stekker in het stopcontact steken (zie pagina
1
0).
Zoek naar de aan/uit
knop bij het snoer van
de loopband. Plaamts
de aan/uit knop in de
aan positie.
Ga op de voetenkussentjes van de loopband
staan. Zoek naar de klip die aan de sleutel vast zit
(zie tekening op pagina 11) en maak de klip aan
de tailleband van uw kleding vast. Steek vervol-
gens de sleutel in het bedieningspaneel. De dis-
play zal oplichten.
Test de klip door voorzichtig
een paar stappen achteruit te zetten totdat de
sleutel uit het bedieningspaneel wordt getrok-
ken. Als de sleutel niet uit het bedieningspa-
neel komt, stel dan de lengte van de klip bij.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GEBRUIKEN
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN hier-
boven.
De handmatige instelling kiezen.
Wanneer u de sleutel
in het bedieningspa-
neel steekt wordt de
handmatige instelling
gekozen. Kies de
handmatige instelling
opnieuw wanneer een
programma gekozen is door meerdere keren op
de Programma toets [PROGRAMS] te drukken
totdat een piste op de linker display verschijnt.
De loopband starten.
Druk op de Start toets, de Snelheidstoename
[SPEED] toets, of op een van de Snelheidstoet-
sen genummerd van 2 tot 16 [QUICK START].
De loopband zal wanneer u op de Start toets of
Snelheidstoename toets drukt, met een snelheid
van 2 km/h opstarten. De snelheid van de loop
-
band kan worden gere-
geld met de Snelheid-
t
oename en –afname
toetsen. Iedere keer als
d
e toets wordt ingedrukt
zal de snelheid van de
loopband 0,1 km/h veranderen. Wanneer u de
toets ingedrukt houdt zal de snelheid van de loop-
band 0,5 km/h veranderen. Aandacht: Het kan zijn
dat, nadat u op de toetsen heeft gedrukt het even-
tjes duurt voordat de loopband de gekozen snel-
heid bereikt.
Wanneer u een van de genummerde snelheids-
toetsen indrukt zal de loopband geleidelijk toene-
men in snelheid totdat de gekozen snelheidsin-
stelling bereikt is.
Druk op de Stop-toets om de loopband te stop-
pen. De tijd zal op de linker display opflikkeren.
Druk nogmaals op de Start toets, de
Snelheidstoename toets, of op een van de ge-
nummerde Snelheidstoetsen om de loopband op-
nieuw te starten.
Aandacht: Bekijk tijdens de eerste paar minuten
de ligging van de band en stel deze bij mocht het
nodig zijn (zie pagina 26 en 27).
De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk om de helling van
de loopband te veran-
deren, op de Helling
[INCLINE] toetsen.
Leder keer als de toets
wordt ingedrukt zal de
helling van de loopband 0,5% veranderen.
Aandacht: Het kan zijn dat, nadat u op de toetsen
heeft gedrukt, het eventjes duurt voordat de loop-
band de gekozen hellingsinstelling bereikt.
Bekijk uw vordering op de piste en de displays.
De linker display zal
een piste van 400 m
aangeven wanneer de
handmatige instelling of
the iFIT.com instelling
gekozen wordt. De indi
-
cators rond de piste zul
-
len tijdens het lopen of rennen na elkaar verschij-
nen totdat de hele piste verschijnt. De piste zal
dan verdwijnen en de indicators zullen weer op
-
nieuw na elkaar verschijnen..
5
4
3
2
1
3
2
1
Aan
P
ositie
Piste
Piste
HOE DE PROGRAMMA’S DIRECT VAN ONZE
WEBSITE TE GEBRUIKEN
1320
De linker display zal de hellingsgraad [INCLINE]
van de loopband en de verlopen tijd [TIME] aange-
v
en. De display zal tevens uw hartslag aangeven
[PULSE] wanneer u de handgreep met polssensor
o
f de optionele borstkas-sensor gebruikt.
Aandacht: De display zal bij iedere snelheidsinstel-
ling verandering uw tempo [PACE] (in minuten per
kilometer) een paar seconden lang aangeven. De
display zal wanneer een programma gekozen
wordt (met uitzondering van het programma 9 voor
de hartslag) de resterende tijd van het programma
in plaats van de verstreken tijd aangeven.
De rechter display zal de bij benadering hoeveel-
heid verbruikte calorieën [CALORIES], de bij be-
nadering hoeveelheid verbruikte vet calorieën
[FAT CALORIES] (zie VET VERBRUIKEN op pa-
gina 28), de gelopen of gerende afstand [DIS-
TANCE], en de snelheid [SPEED] van de loop-
band aangeven.
Aandacht: Het bedie-
ningspaneel kan de
snelheid en de afstand
in kilometers [Km/H] of
mijlen [MPH] aange-
ven. Houdt de Stop
toets eerst ingedrukt terwijl u de sleutel insteekt
om van eenheid te veranderen. Laat dan de Stop
toets los. Een
M
voor kilometers of een
E
voor en-
gelse mijlen zal op de rechter display verschijnen.
Druk om van eenheid te veranderen op de
Snelheidstoename toets. Haal de sleutel uit het
bedieningspaneel wanneer de gewenste eenheid
gekozen is. Aandacht: Voor de eenvoud verwij
-
zen alle instructies naar kilometers.
Druk op de
S
top knop, haal de sleutel uit het be-
dieningspaneel en steek de sleutel weer in om de
displays opnieuw in te stellen (te resetten).
Het meten van uw hartslag als u dat wilt.
Aandacht: Het bedieningspaneel zal wanneer u
gelijktijdig de handgreep met polssensor en de
optionele
borstkas-sen-
s
or gebruikt
uw hartslag
n
iet goed
aangeven.
Verwijder
voordat u de
handgreep
met polssensor gebruikt de doorzichtig plastic vel-
len van de metalen contactpunten. Zorg er ook
voor dat uw handen proper zijn.
Ga om uw hartslag te meten op
de voetbalken
staan
en houdt de metalen contactpunten op de
handleuning vast—beweeg uw handen niet.
Wanneer uw pols gemeten wordt dan zal het hart-
figuur op de linker display bij iedere hartslag opf-
likkeren, een of twee streepjes zullen verschijnen
en uw hartslag wordt dan aangegeven.
Houdt de
contactpunten ongeveer 15 seconden vast
voor het meest zuivere resultaat.
Zet desgewenst de ventilator aan.
Druk op de Ventilator toets om de ventilator aan te
doen. Om de ventilator op volle sterkte te laten
draaien druk nogmaals op de knop. Druk, om de
ventilator uit te schakelen, een derde keer op de
knop. Aandacht: De ventilator zal een paar minu-
ten nadat de loopband tot stilstand is gekomen
automatisch uitgaan.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets en stel de hellingstand in de laagste posi-
tie. De helling van de loopband moet zich in de
laagste stand bevinden wanneer u de loop-
band wilt opbergen anders kan de loopband
beschadigd worden. Haal vervolgens de sleutel
uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een
veilige plek. Aandacht: Het bedieningspaneel
behoudt de “demo” instelling wanneer de dis
-
plays en indicatoren blijven branden nadat u
de sleutel heeft uitgetrokken. Zie pagina 22 om
de demo instelling uit te schakelen.
De aan/uit knop bij het snoer van de loopband
in de uit positie zetten wanneer u klaar bent
met uw oefening en de stekker uit het stop
-
contact trekken.
8
7
6
Contactpunten
U kunt de instellingen handmatige bijstellen door
op de Snelheid of Helling toetsen van het bedie-
n
ingspaneel te drukken wanneer de snelheid of
helling instellingen te hoog of te laag zijn. Echter,
w
anneer u een “piep” geluid hoort zullen de
snelheid en/of de helling stand veranderen in
de eerstvolgende instellingen van het pro-
gramma
.
Druk op de Stop-toets van het bedieningspaneel
wanneer u de loopband wilt stoppen. De tijd zal op
de linker display beginnen op te flikkeren. Druk op
de Start toets of de Snelheidstoets om het pro-
gramma opnieuw op te starten. De loopband zal
dan met een snelheid van 2 km/h beginnen te
draaien.
De snelheid en/of de helling zullen
wanneer een piep geluid gehoord wordt naar
de volgende instelling van het programma
overgaan.
Nadat de CD of video programma eindigt zal de
loopband tot stilstand komen. Aandacht: Om een
andere MP3, CD of video programma te gebrui-
ken moet u de Stop-toets drukken of de sleutel uit
het bedieningspaneel halen en stap 1 op pagina
19 raadplegen.
Aandacht: Als de snelheid of de helling van de
loopband niet verandert wanneer u het “piep”
geluid hoort:
Zorg ervoor dat de letters
iFIT
op de linker
display verschijnen en dat de tijd op de dis-
play niet opflikkert. Druk op de Start toets of
de Snelheidstoename toets van het bedie-
ningspaneel wanneer dit het geval is.
Stel de volume van uw MP3 speler, CD speler
of video bij. Het kan zijn dat het bediening-
spaneel het signaal van het programma niet
ontvangt omdat de geluidssterkte van de CD
s
peler of video te hoog of te laag is.
Zorg ervoor dat het audio snoer juist is aan-
gesloten.
Plaats de CD speler op de vloer of op een
vlakke ondergrond in plaats van op het be-
dieningspaneel wanneer de CD speler over-
slaat.
Zie DE HELLING VAN DE LOOPBAND VER-
ANDERT NIET OP DE JUISTE WIJZE op pa-
gina 27.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 13.
De ventilator aan doen als u dat wilt.
Zie stap 7 op pagina 13.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 13.
OPGELET: Haal altijd de iFIT.com CD’s en de
videocassettes uit uw CD speler of video spe-
ler en maak uw MP3 speler los wanneer u ze
niet gebruikt.
7
6
5
4
HOE OP UW VIDEO AAN TE SLUITEN
A
andacht: Zie instructie A als uw video speler een
AUDIO OUT plug heeft die niet gebruikt wordt. Zie
i
nstructie B als de AUDIO OUT plug al in gebruik
is. Zie instructie B als u een televisie heeft met in-
gebouwde video speler. Zie HOE OP UW GELUIDS-
SYSTEEM AAN TE SLUITEN op pagina 18 als uw
video op uw geluidssysteem is aangesloten.
A. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het LINE OUT contactpunt van
uw video.
B. Steek één eind van de 3,5mm lange stereo audio
kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in het con-
tactpunt van het bedieningspaneel. Steek het an-
dere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijgbaar in
electronica zaken). Haal vervolgens het snoer die
nu in de AUDIO OUT plug zit uit deze plug en steek
deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapater in de
AUDIO OUT plug van uw video.
D
e loopband moet aangesloten zijn op uw MP3 speler,
C
D speler, of video om iFIT.com MP3, CD, of video
programma te kunnen gebruiken. Raadpleeg HOE UW
LOOPBAND AAN TE SLUITEN OM IFIT.COM PRO-
GRAMMA’S TE GEBRUIKEN op pagina 17 tot 19.
Bezoek www.iFIT.com om MP3 programma’s te
downloaden. Bel om iFIT.com cd’s of video’s te
kopen het telefoonnummer, dat vermeld staat op
de kaft van deze handleiding.
Volg de stappen hieronder om een iFIT.com MP3, CD
of video programma te gebruiken.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
De iFIT.com instelling kiezen.
Druk op de Programma
toets om de iFIT.com in-
stelling te kiezen totdat
de letter
iFIT
op de lin-
ker display verschijnen.
Op de PLAY-toets van uw MP3 speler, CD spe-
ler of video drukken.
Aandacht: Plaats de cd in uw cd speler wanneer u
een iFIT.com cd wilt gebruiken. Steek de video-
cassette in uw video wanneer u een iFIT.com
video wilt gebruiken.
Direct nadat u op de Play toets heeft gedrukt zal
uw persoonlijke trainer u helpen bij uw oefening.
Volg de instructies van uw trainer. Aandacht: Druk
op de Start toets of de Snelheidstoename toets
van het bedieningspaneel wanneer de tijd op de
linker display opflikkert. De loopband zal niet re-
ageren op MP3, CD, of video programma’s wan-
neer de tijd op de display opflikkert.
U zult tijdens een CD of video programma een
“piep” geluid horen wanneer de snelheid en/of de
helling gaat/gaan veranderen. OPGELET: Luister
naar het “piep” geluid en bereidt u er op voor
dat de snelheid en/of hellingstand van de loop-
band gaat/gaan veranderen. Het kan zijn dat
insommige gevallen de snelheid en/of hel-
lingstand kunnen veranderen voordat de per-
soonlijke trainer dat aangeeft.
3
2
1
HOE DE IFIT.COM MP3, CD EN VIDEO PRO-
RAMMA’S TE GEBRUIKEN
14 19
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
s
teken.
Z
ie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
Kies een van de acht voorafingestelde pro-
gramma’s.
Druk om een van de acht preset programma’s te
kiezen meerdere keren op de Programma toets tot-
dat “P1,” “P2,” “P3,” “P4,” “P5,” “P6,” “P7,” of “P8” op
de linker display verschijnen. De maximum hellings-
instelling van het programma zal voor ieder geko-
zen preset programma een paar seconden lang op
de display opflikkeren. De linker display zal de
lengte van het programma aangeven, en een profiel
van de snelheidsinstellingen van het programma zal
op het schema in het midden van de display ver-
schijnen. De maximum snelheidsinstelling van het
programma zal tevens op de rechter display (niet
getoond) een paar seconden lang opflikkeren.
Druk op de Start toets of op de Snelheidstoe-
name toets om het programma te starten.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband
automatisch de eerste snelheid en hellingstand
van het programma instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Ieder programma is in 30 of 50 segementen van elk
één minuut verdeeld. Ieder segment heeft één in-
stelling voor de helling en voor de snelheid.
Opmerking: dezelfde snelheid en/of helling instel-
ling(en) kan/kunnen voor twee of meerdere opeen
-
volgende segmenten worden geprogrammeerd.
De snelheidsinstelling voor het eerste segment zal
in de Huidige Segment kolom van het schema op
de linker display obflikkeren. (De helling instelling
wordt niet op de piste aangegeven.) De snelheids-
instellingen voor de volgende vier segmenten wor-
den in de kolommen rechts weergegeven.
De kolom van het Huidig Segment en de eerste
k
olom rechts zullen opflikkeren wanneer er nog
maar drie seconden overblijven in het eerste seg-
ment. Er klinkt een serie geluidssignalen.
Bovendien zullen de snelheid en/ou de helling op-
flikkeren wanneer de snelheid en/ou de helling
van de loopband gaan veranderen.
Wanneer het eerste segment voltooid is
zullen
alle instellingen een kolom naar links verplaatst
worden.
De snelheid voor het tweede segment
wordt dan in de kolom van het Huidig Segment
(welke opflikkert) aangegeven. De snelheid en de
helling van de loopband zullen zich automatisch
aan het tweede segment aanpassen. Opmerking:
als alle lampjes in de kolom voor het huidige seg-
ment brand,
bewegen de snelheidsinstellingen
omlaag
zodat alleen de hoogste indicatoren in het
programma piste worden getoond.
Het programma gaat door totdat de snelheidsin-
stellingen voor het laatste segment worden weer-
gegeven in de kolom voor het huidige segment en
er geen tijd resteert. De loopband komt dan lang-
zaam tot stilstand.
U kunt wanneer de snelheids- of de hellingsinstel-
ling op enig moment tijdens het programma te hoog
of te laag is deze handmatig bijstellen door op de
Snelheids of Hellingstoetsen te drukken. Een bijko-
mende indicator zal gaan branden of uitgaan in de
kolom van het Huidig Segment wanneer u een paar
keer op de Snelheid toetsen drukt. (Als in enig van
de kolommen rechts van de kolom van het Huidig
Segment evenveel indicatoren opflikkeren als in de
kolom van het Huidig Segment dan kan nog een in-
dicator gaan branden of uitgaan in die kolommen.)
Aandacht: De loopband zal wanneer het huidig
segment van het programma voltooid is auto-
matisch de snelheid en de helling voor het vol
-
gende segment instellen.
Druk op de Stop-toets om het programma tijdelijk
te stoppen. De tijd zal op de linker display begin-
nen op te flikkeren
. Druk op de Start-toets of the
Sne-lheidstoename toets om het programma weer
op te starten. De loopband zal met een snelheid
van 2 km/h beginnen te draaien. De loopband zal
wanneer het volgend segment van het pro-
gramma begint automatisch de snelheid en de
helling van het volgende segment instellen.
3
2
1
Huidige Segment
AUDIO OUT
RIGHT
L
EFT
VIDEO AUDIO
ANT. IN
R
F OUT
IN
OUT
CH
34
Audio Snoer
A
VIDEO AUDIO
ANT. IN
RF OUT
IN
OUT
CH
34
A
B
Snoer verwijderd uit
de AUDIO OUT plug
RCA Y-
adapter
Audio Snoer
HOE VOORAF VOORAFINGESTELDE PRO-
GRAMMA’S TE GEBRUIKEN
18 15
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 13.
De ventilator aan doen als u dat wilt.
Zie stap 7 op pagina 13.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 13.
Programma 9 voor de hartslag zal uw hartslag binnen
gekozen grenzen houden. Programma 10 voor de hart-
slag zal automatisch de snelheid en de helling van de
loopband instellen om uw hartslag zoveel mogelijk bij de
door u gekozen na te streven hartslag te houden.
Volg de stappen hieronder om een programma voor de
hartslag te gebruiken.
De optionele borstkas-sensor dragen.
U moet de borstkas-sensor dragen om een
hartslagprogramma (zie instructies op pagina
22)
te gebruiken.
De sleutel goed in het bedieningspaneel steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 12.
Kies een programma voor de hartslag.
Druk om een pols programma te kiezen meerdere
k
eren op de Kies Programma toets todat “P09” of
“P10” op de linker display verschijnt.
Een graphische weergeving van uw hartslag zal
wanneer pols programma 9 gekozen wordt op
het schema verschijnen.
Een profiel van de doel hartslag instellingen van
het programma zullen wanneer programma 10
gekozen
wordt langs het schema op de linker dis-
play lopen.
Een na te streven hartslaginstelling invoeren.
De doel hartslag instel-
ling van het programma
zal wanneer pols pro-
gramma 9 gekozen
wordt worden aange-
geven. Druk, indien ge-
wenst, op de hellingstoetsen om de na te streven
hartslag instelling te veranderen (zie INTENSI-
TEIT VAN UW OEFENING op pagina 28).
Dezelfde hartslaginstelling blijft bestaan voor het
hele programma.
De maximum doel hart
-
slag instelling van het
programma zal wan-
neer pols programma
10 gekozen wordt
op
de linker display ver-
schijnen. Druk, als u dat wil, op de Helling toetsen
om de maximale na te streven hartslaginstelling te
veranderen
(raadpleeg INTENSITEIT VAN UW
OEFENING op pagina 28). Aandacht: The inten-
siteit van het programma zal veranderen wanneer
de maximum doel hartslag instelling veranderd
wordt.
4
3
2
1
7
6
5
4
WAARSCHUWING: Gebruik
de programma’s voor de hartslag niet wanneer
U hartklachten heeft of wanneer U ouder dan
60 en niet actief bent. Bespreek met uw huis-
arts, als u regelmatig medicijnen inneemt of de
medicijnen uw oefening voor de hartslag kan
beïnvloeden.
HOE OP UW GELUIDSSYSTEEM AAN TE SLUITEN
A
andacht: Zie instructie A als uw systeem een
LINE OUT plug heeft die niet gebruikt wordt. Zie in-
s
tructie B als de LINE OUT plug in gebruik is.
A. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het LINE OUT contactpunt van
uw stereo. Aandacht: Steek uw koptelefoon niet in
het contactpunt van het bedieningspaneel wanneer
de kabel in het LINE OUT contactpunt zit.
B. Steek één eind van de 3,5mm lange RCA stereo
audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken) in
het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in een RCA Y-adaptor (verkrijgbaar
in electronica zaken). Haal vervolgens het snoer die
nu in de LINE OUT plug zit uit deze plug en steek
deze in de Y-adapter. Steek de Y-adapter in de
LINE OUT plug van uw stereo. Aandacht: Steek uw
koptelefoon niet in het contactpunt van het bedie-
ningspaneel wanneer de Y-adaptor in het LINE
OUT contactpunt zit.
HOE OP UW COMPUTER AAN TE SLUITEN
A
. Steek één eind van de 3,5mm bij 3,5mm lange ste-
reo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken)
i
n het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind van de kabel in het LINE OUT con-
tactpunt van uw computer. Aandacht: Steek uw
koptelefoon niet in het contactpunt van het bedie-
ningspaneel wanneer de kabel in het LINE OUT
contactpunt zit.
LINE OUT
Audio Snoer
A
CD
VCR
Amp
LINE OUT
LINE OUT
Audio Snoer
A
CD
VCR
Amp
L
INE OUT
Audio
Snoer
RCA Y-
adapter
Snoer verwijderd uit
de LINE OUT plug
B
HOE EEN PROGRAMMA VOOR DE HARTSLAG
TE GEBRUIKEN
O
m de iFIT.com MP3 oder CD’s te kunnen gebrui-
k
en
m
oet u de loopband op uw portable MP3 speler,
CD speler, portable stereo, geluidssysteem of compu-
ter (met CD speler) aansluiten. Zie pagina’s 17 tot en
met 18 voor instructies m.b.t. aansluiting. Om de
iFIT.com programma’s van internet op te roepen
moet u de loopband op uw computer aansluiten. Zie
pagina 18 voor instructies m.b.t. aansluiting. Om de
iFIT.com videocassettes te gebruiken moet u de
loopband op uw video speler aansluiten. Zie pagina 19
voor instructies m.b.t. aansluiting.
HOE OP UW MP3 SPELER ODER CD SPELER AAN
TE SLUITEN
A. Steek één eind van de meegeleverde 3,5mm bij
3,5mm stereo audio kabel in het contactpunt van
het bedieningspaneel. Steek het andere eind van
de kabel in het contactpunt van uw MP3 speler of
CD speller. Steek uw koptelefoon in het contactpunt
van het bedieningspaneel.
HOE OP UW PORTABLE STEREO AAN TE SLUITEN
A
andacht: Zie instructie A als uw stereo van een
AUDIO OUT plug is voorzien. Zie instructie B als
u
w stereo van een 3,5 mm LINE OUT plug is voor-
zien. Zie instructie C als uw stereo alleen een PHO-
NES plug heeft.
A. Steek het ene eind van de 3,5mm lange RCA ste-
reo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken)
in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het AUDIO OUT contactpunt van
uw stereo.
B. Bekijk de tekening hierboven. Steek één eind van
de 3,5mm bij 3,5mm lange stereo audio kabel (ver-
krijgbaar in electronica zaken) in het contactpunt
van het bedieningspaneel. Steek het andere eind
van de kabel in het LINE OUT contactpunt van uw
stereo. Aandacht: Steek uw koptelefoon niet in het
contactpunt van het bedieningspaneel wanneer de
kabel in het LINE OUT contactpunt zit.
C. Steek één eind van de 3,5mm bij 3,5mm lange ste-
reo audio kabel (verkrijgbaar in electronica zaken)
in het contactpunt van het bedieningspaneel. Steek
het andere eind in het PHONES contactpunt van uw
stereo. Steek uw koptelefoon in het contactpunt van
het bedieningspaneel.
16 17
Druk op de Start-toets of de Snelheid + knop
o
m het programma te laten beginnen.
D
irect nadat de knop is ingedrukt, zal de loopband
zich automatisch aanpassen aan de eerste snel-
heids- en hellingsinstellingen voor het pro-
gramma. Houd de leuning vast en begin te lopen.
Programma 9 voor de hartslag is in 100 segmen-
ten van elk één minuut verdeeld. De na te streven
hartslaginstelling is gelijk voor alle segmenten.
(Aandacht: Stop voor een kortere oefening ge-
woon het programma voordat deze eindigt.)
Programma 10 voor de hartslag is in 30 segmen-
ten van elk één minuut verdeeld. Ieder segment
heeft zijn eigen na te streven hartslaginstelling.
Aandacht: Dezelfde na te streven hartslaginstel-
ling kan voor twee of meerdere segmenten wor-
den geprogrammeerd.
De na te streven hartslaginstelling voor het eerste
segment zal wanneer programma 10 voor de hart-
slag gekozen wordt in de kolom Huidig Segment
op de linker display opflikkeren. De vier volgende
hartslaginstellingen zullen in de kolommen rechts
worden aangegeven. Drie seconden voor het
einde van het eerste segment zullen de kolom
Huidig Segment en de kolom rechts opflikkeren
en zult u een toon horen.
De na te streven hart-
slaginstellingen zullen een kolom naar links ver-
schuiven
wanneer het eerste segment afloopt. De
tweede na te streven hartslaginstelling zal dan in
de kolom Huidig Segment worden aangegeven.
Het bedieningspaneel zal regelmatig tijdens beide
programma’s voor de hartslag uw hartslag verge-
lijken met de na te streven hartslaginstelling. De
snelheid van de loopband zal automatisch toe- of
afnemen om uw hartslag dichter bij door u na te
streven hartslaginstelling te brengen. De helling
van de loopband zal ook omhoog gaan wanneer
uw hartslag nog steeds veel te laag is en de snel-
h
eid van de loopband 12 km/h is.
A
ls de snelheid of helling te hoog of te laag is,
kunt u deze instelling met de toetsen Snelheid en
Incline bijstellen. De snelheid en/of de hellings-
tand van de loopband zal/zullen echter, telkens
wanneer het bedieningspaneel uw hartslag met
uw ten doel gestelde hartslag instelling vergelijkt
automatisch toenemen of verminderen om uw
hartslag dichter bij uw ten doel gestelde hartslag
instelling te brengen.
De letters
PLS
[
pulse
[hartslag]) zullen op de lin-
ker display opflikkeren wanneer uw hartslag tij-
dens het programma niet gemeten kan worden.
De snelheid en/of de helling van de loopband zul-
len dan automatisch verminderd worden. Zie de
instructies inbegrepen met de optionele borstkas-
sensor wanneer dit voorkomt.
Druk op de Stop-toets om het programma wan-
neer dan ook te stoppen. De tijd zal dan op de lin-
ker display opflikkeren. Druk op de Start toets of
the Snelheidstoename toets om het programma
opnieuw te laten starten. De loopband zal met een
snelheid van 2 km/h beginnen te draaien. De snel-
heid en/of helling van de loopband zullen automa-
tisch veranderen wanneer het bedieningspaneel
uw hartslag met de na te streven hartslag instel-
ling vergelijkt om zodoende uw hartslag dichter bij
de na te streven hartslag instelling te brengen.
Uw vordering op de displays volgen.
Zie stap 5 op pagina 12.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 13.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 13.
8
7
6
5
Huidige Segment
LINE OUT
PHONES
LINE OUT
PHONES
Audio
Snoer
Koptelefoon
A
AUDIO OUT
RIGHT
LEFT
LINE OUT
Audio Snoer
A/B
PHONES
Audio
Snoer
C
Koptelefoon
H
OE UW LOOPBAND AAN TE SLUITEN OM
I
FIT.COM PROGRAMMA'S TE GEBRUIKEN
6
5
4
2
1
14
14
60
52
74
73
66
6
3
64
33
33
16
68
71
16
65
33
16
16
72
67
25
7
9
11
18
22
19
13
14
15
16
20
24
23
29
28
16
30
34
36
37
25
34
27
27
30
16
29
28
8
21
13
15
16
12
17
14
12
35
26
26
38
131
131
32
6
10
10
16
47
51
50
49
46
45
46
69
53
52
134
5
2
54
56
134
55
57
5
4
1
45
40
41
42
43
39
44
59
58
48
31
70
83
2
89
3
52
62
61
43
42
126
117
136
136
14
137
132
134
133
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL41105.1 R0805A
Zie voor een beschrijving van de onderdelen de
LIJST MET ONDERDELEN op pagina 30 en 31.
96
91
84
127
81
100
98
99
82
33
33
80
76
78
77
76
102
101
75
33
97
33
33
33
103
33
33
33
138
52
79
79
33
33
33
33
33
33
105
104
95
45
94
107
33
116
108
115
33
113
121
112
118
114
93
88
123
123
125
111
45
123
125
123
125
124
94
45
95
93
88
112
114
108
106
113
33
121
110
109
124
120
129
118
119
122
45
90
45
92
123
125
120
45
86
123
125
123
125
123
125
85
88
87
85
88
87
86
128
130
130
135
138
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. PETL41105.1 R0805A
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18

ProForm PETL41105 de handleiding

Type
de handleiding