ESAB PEH Handleiding

Type
Handleiding
Valid for machine no 724 XXX--XXXX
Valid for program version PEH 1.00A, PEH1.1, PEH1.2, PEH2.0
0443 745 001 020430
A2- A6
Process Controller
PEH
101103105107109111102021110025108024042106023061104022041100020040060001
Bruksanvisning
Brugsanvisning
Bruksanvisning
Käyttöohjeet
Instruction manual
Betriebsanweisung
Manuel d’instructions
Gebruiksaanwijzing
Instrucciones de uso
Istruzioni per l’uso
Manual de instruções
Ïäçãßåò ÷ñÞóåùò
-- 2 --
Rätt till ändring av specifikationer utan avisering förbehålles.
Ret til ændring af specifikationer uden varsel forbeholdes.
Rett til å endre spesifikasjoner uten varsel forbeholdes.
Oikeudet muutoksiin pidätetään.
Rights reserved to alter specifications without notice.
Änderungen vorbehalten.
Sous réserve de modifications sans avis préalable.
Recht op wijzigingen zonder voorafgaande mededeling voorbehouden.
Reservado el derecho de cambiar las especificaciones sin previo aviso.
Ci riserviamo il diritto di variare le specifiche senza preavviso.
Reservamo--nos o direito de alterar as especificações sem aviso prévio.
Äéáôçñåßôáé ôï äéêáßùìá ôñïðïðïßçóçò ðñïäéáãñáöþí ×ùñßò ðñïåéäïðïßçóç.
SVENSKA 3..............................................
DANSK 22................................................
NORSK 41................................................
SUOMI 60................................................
ENGLISH 79..............................................
DEUTSCH 98.............................................
FRANÇAIS 117.............................................
NEDERLANDS 137.........................................
ESPAÑOL 156..............................................
ITALIANO 176..............................................
PORTUGUÊS 195..........................................
ÅËËÇÍÉÊÁ 214.............................................
NEDERLANDS
-- 1 3 7 --
TOCh
1 RICHTLIJN 138........................................................
2 VEILIGHEID 138.......................................................
3 INTRODUCTIE 140.....................................................
3.1 Algemeen 140................................................................
3.2 Lasstroombronnen 140.........................................................
3.3 Technische gegevens 140......................................................
4 INSTALLATION 141....................................................
4.1 Algemeen 141................................................................
4.2 Motoraansluitingen voor de toevoer van de toevoegdraad (M1) 141..................
4.3 Motoraansluitingen voor transportbeweging (M2) 141..............................
4.4 Aansluiting voor poeder-- en gasventiel 142.......................................
4.5 Aansluiting van lasstroombron 142...............................................
4.6 Aansluiting van de laskop 142...................................................
5 FUNCTIEBESCHRIJVING 143...........................................
5.1 Algemeen 143................................................................
5.2 Bedieningspaneel 143.........................................................
6 HANDMATIGE WERKING 144...........................................
6.1 Loop-- en draadbewegingen 144.................................................
6.2 Bediening klep 144............................................................
7 MENU’S 145...........................................................
7.1 Menuoverzicht 145............................................................
8 HOOFDMENU 146......................................................
8.1 Invoeren lasparameters 147....................................................
8.2 Aanpassen parameterwaarden (tijdens het lassen). 148............................
8.3 Een nieuwe parameterset kiezen tijdens het lassen 149............................
9 VOORINSTELLINGEN LASSEN 150.....................................
9.1 Algemeen 150................................................................
9.2 Beschikbare instelfuncties 151..................................................
9.3 Definities 152.................................................................
9.4 Voorinstellingsindicatoren 154...................................................
10 FOUTENLIJST 155.....................................................
10.1 Foutcodes 155................................................................
11 BESTELLEN VAN RESERVEONDERDELEN 155..........................
SCHEMA 234.............................................................
ACCESSOIRES 236.......................................................
RESERVEONDERDELENLIJST 237.........................................
-- 1 3 8 --
fgb7safh
1 RICHTLIJN
OVEREENKOMSTIGHEIDSVERKLARING
Esab Welding Equipment AB, 695 81 Laxå Sweden, verklaart op eigen verantwoor-
delijkheid dat bedieningsbox A2--A6 Process Controller van ser ienummer 724 over-
eenkomt met norm EN 60974-- 1 volgens richtlijn (73/23/EEG) van de Raad met toe -
voeging (93/68/EEG).
-- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- -- --------
Göteborg 2002--04--15
Greger Jacobson
Senior Vice President
ESAB AB
SE--402 77 Göteborg
Sweden Tel: +46 31 50 93 49 Fax: +46 31 50 94 36
2 VEILIGHEID
De gebruiker van een ESAB lasuitrusting draagt de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor de veilig-
heidsmaatregelen die van toepassing zijn voor het personeel dat met of in de buurt van de
installatie werkt. De veiligheidsmaatregelen moeten voldoen aan de eisen die aan dit type
lasuitrusting gesteld worden. De inhoud van deze aanbevelingen moet beschouwd worden als
een aanvulling op de normale regels die van toepassing zijn voor een werkplaats.
Alle handelingen moeten uitgevoerd worden door personeel dat goed op de hoogte is van de
werking van de lasuitrusting. Een verkeerd maneuver kan tot een abnormale situatie leiden
waardoor de operateur gewond kan raken en de machine beschadigd kan worden.
1. Al het personeel dat met de machine werkt, moet goed op de hoogte zijn van:
S de bediening
S de plaats van de noodstop
S de werking
S de geldende veiligheidsvoorschriften
S de lastechniek
2. De operateur moet controleren:
S of er zich geen onbevoegden binnen het werkgebied van de lasuitrusting bevinden,
voor hij begint te werken.
S of er niemand op een onbeschermde plaats staat wanneer de lichtboog wordt ontsto-
ken.
3. De werkplaats moet:
S doelmatig zijn
S tochtvrij zijn
4. Persoonlijke veiligheidsuitrusting
S Draag altijd de voorgeschreven persoonlijke veiligheidsuitrusting zoals b.v. een lasbril,
onontvlambare kleding, lashandschoenen.
S Draag nooit loszittende kleding zoals sjaals, armbanden, ringen e.d. die beklemd kun-
nen raken, of brandwonden kunnen veroorzaken.
5. Algemene veiligheidsvoorschriften
S Controleer of de aangeduide retourleiders goed aangesloten zijn.
S Alleen bevoegd personeel mag aan de elektrische eenheden werken.
S De benodigde brandblusuitrusting moet gemakkelijk bereikbaar zijn op een duidelijk
aangegeven plaats.
S W anneer de lasuitrusting in gebruik is, mag hij niet gesmeerd worden en mag er geen
onderhoud uitgevoerd worden.
NL
-- 1 3 9 --
fgb7safh
WAARSCHUWING
LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING GRONDIG DOOR VOOR U
OVERGAAT TOT INSTALLATIE EN GEBRUIK.
DE VLAMBOOG EN HET SNIJDEN KUNNEN GEVAARLIJK ZIJN VOOR UZELF EN VOOR ANDE-
REN; DAAROM MOET U VOORZICHTIG ZIJN BIJ HET LASSEN. VOLG DE VEILIGHEIDSVOOR-
SCHRIFTEN VAN UW WERKGEVER OP. ZE MOETEN GEBASEERD ZIJN OP DE WAARSCHU-
WINGSTEKST VAN DE PRODUCENT.
ELECTRISCHE SCHOK -- Kan dodelijk zijn
S Installeer en aard de lasuitrusting volgens de geldende normen.
S Raak delen die onder stroom staan en elektroden niet aan met onbedekte handen of met natte
beschermuitrusting.
S Zorg dat u geïsoleerd bent van aarde en van het werkstuk.
S Zorg ervoor dat u een veilige werkhouding hebt.
ROOK EN GAS -- Kunnen uw gezondheid schaden
S Zorg ervoor dat u niet met uw gezicht in de lasrook hangt.
S Ververs regelmatig de lucht in de werkruimte en zorg ervoor dat de lasrook en het gas afgezo-
gen worden.
LICHTSTRALEN -- Kunnen de ogen beschadigen en de huid verbranden
S Bescherm uw ogen en uw lichaam. Gebruik een geschikte lashelm met filter en draag altijd be-
schermende kleding.
S Scherm uw werkruimte af met geschikte beschermmiddelen of gordijnen, zodat niemand an-
ders gewond kan raken.
BRANDGEVAAR
S De vonken kunnen brand veroorzaken. Zorg er daarom voor dat er geen brandgevaarlijk mate-
riaal in de buurt is.
LAWAAI -- Geluidsoverlast kan het gehoor beschadigen
S Bescherm uw oren. Gebruik gehoorbeschermers of andere gehoorbescherming.
S Waarschuw omstanders voor de gevaren.
BIJ DEFECTEN -- Neem contact op met een vakman.
BESCHERM UZELF EN ANDEREN!
WAARSCHUWING
Dit product is bestemd voor industrieel gebruik. In een woonomgeving kan dit
product radiostoring veroor zaken. Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker
om passende voorzorgsmaatregelen te nemen.
NL
-- 1 4 0 --
fgb7d1ha
3 INTRODUCTIE
3.1 Algemeen
De A2--A6 Process Controller (PEH) van ESAB is een besturingskastje dat samen
met A2--A6 automaten kan worden gebruikt voor UP-- of MIG/MAG--lassen.
Het besturingskastje is afgestemd op de ESAB lasstroombronnen van het type LAF
en TAF. Door de zeer verregaande integratie van het besturingssysteem in de
lasstroombron kan een zeer exacte procesbetrouwbaarheid worden gegarandeerd.
Alle voor het sturen van de lasbewegingen en het algehele lasproces noodzakelijke
besturingsorganen zijn op het bedieningspaneel geplaatst.
Binnenkomende kabels van verschillende systeemonderdelen worden aangesloten
op contacten aan de achterkant van het besturingskastje of op printplaatcontacten
aan de binnenkant van het besturingskastje.
3.2 Lasstroombronnen
De lasstroombronnen zijn speciaal afgestemd op samenwerking met de A2--A6
Process Controller. De lasstroombron en het besturingskastje zijn via een
tweedraadsbus aan elkaar gekoppeld, waardoor het lasproces veel exacter kan
worden gestuurd en gecontroleerd dan tot dusverre mogelijk was. De lasstroombron
kan worden ingesteld vanaf het bedieningspaneel van het besturingskastje.
De modellen van de vorige generatie ESAB lasstroombronnen (bijv. de LAH, LAE en
TAE) kunnen met een speciale set worden omgebouwd, zodat ze bij het nieuwe
besturingskastje passen. De nieuwe lasstroombronnen zijn al voorbereid voor een
eenvoudige aansluiting op de A2--A6 Process Controller (PEH). De lasstroombron-
nen leveren het besturingskastje ook de juiste stroomvoorziening, zodat externe
spanningsbronnen niet vereist zijn.
3.3 Technische gegevens
A2--A6 Process Controller (PEH)
Aansluitspanning van de lasstroombron: 42V AC 50/60 Hz
Aansluitvermogen: Max. 900 VA
Motoraansluitingen afgestemd op de
A2-- of A6-- motoren van ESAB:
Motorstroom 5 A continu, max. 10 A
Toerentalregeling: Interne EMK--regeling of met AC--tacho,
6 pulsen per motortoerental
Lassnelheid: 0,1--2 m/min (afhankelijk van looptrolley)
Max. handmatige loopsnelheid: 2,0 m/min
Toeslagdraad, aanvoersnelheid: 0,3--25 m/min (afhankelijk van aanvoermechanisme)
Omgevingstemperatuur: Max. 45_ C, Min. -15_ C
Relatieve luchtvochtigheid: Max. 98 %
Gewicht: 5,5 kg
Afmetingen L x B x H: 355 x 210 x 164 mm
Klasse omhulsel: IP 23
Veiligheidsnorm
De IP --code geeft de beveiligingsklasse aan, d.w.z. de graad van bescherming tegen vaste voorwer-
pen en vocht. Een apparaat met IP 23 is bestemd voor gebruik zowel binnen-- als buitenshuis.
NL
-- 1 4 1 --
fgb7i1ha
4 INSTALLATION
4.1 Algemeen
De installatie dient door een bevoegd persoon te worden uitgevoerd.
4.2 Motoraansluitingen voor de toevoer van de toevoegdraad (M1)
A2--motor:
S De motorkabel, 2--aderig met afscherming, aansluiten tussen contact K10.1 en
K10.2.
S De AC--Tachometerkabel (accessoire), 2--aderig met afscherming, aansluiten
tussen K10.5 en K10.6.
A6--motor:
S De motorkabel, 4--aderig met afscherming, aansluiten tussen contact K10.1 en
K10.2, de veldvoeding aansluiten op K10.3 en K10.4.
S De AC--Tachometerkabel (accessoire), aansluiten op K10.5 en K10.6
4.3 Motoraansluitingen voor transportbeweging (M2)
S De motorkabel, 2--aderig met afscherming, aansluiten op K11.1 en K11.2.
S De veldvoeding van de motor aansluiten op K11.3 en K11.4 (met afscherming).
S De AC--Tachometerkabel (accessoire), 2--aderig met afscherming, aansluiten op
K11.5enK11.6.
Motoraansluitingen voor de toevoer van de toevoegdraad (M1)
Motoraansluitingen voor transportbeweging (M2)
NL
-- 1 4 2 --
fgb7i1ha
4.4 Aansluiting voor poeder-- en gasventiel
S Uitgang voor aansluiting van het poeder-- of gasventiel 42 V AC max. 0,5 A.
S De 2--aderige kabel (2 x 0,75 mm
2
) met afscherming aansluiten tussen K12.1 en
K12.2.
4.5 Aansluiting van lasstroombron
S De bedieningskabel (1) van de lasstroombron aansluiten op de aansluiting XS1.
4.6 Aansluiting van de laskop
S De boogspanning aansluiten op aansluitrail X2.1.
Aansluiting van
lasstroombron
Aansluiting
van de laskop
Aansluiting voor poeder- en gasventiel
NL
-- 1 4 3 --
fgb7fb1h
5 FUNCTIEBESCHRIJVING
5.1 Algemeen
Start de lasstroombron
Het besturingskastje kan in handmatige of auto matische werking worden
gebruikt.
Bij handmatige werking wordt de draadaanvoer en de loopbeweging handmatig
geregeld en kunnen de lasparameters en andere voor het betreffende lassen
vereiste lasinstellingen vooraf worden ingesteld.
Bijlassenindeautomatische werking kunt u een vooraf ingestelde reeks
lasparameters kiezen en de betreffende lasparameters precies afstellen. Andere
voorinstellingen die in de handmatige werking zijn gedaan, kunnen niet in de
automatische werking worden omgezet.
Het besturingskastje is voor handmatige werking gereed als de netspanning is
aangekoppeld. Een lasstart brengt een omschakeling naar automatische werking
met zich mee. Een lasstop of fout brengt een terugkeer naar handmatige werking
met zich mee.
5.2 Bedieningspaneel
1. Noodstop
2. Retouraanvoer van draad
3. Loopbeweging
4. Loopbeweging,
tegengestelde richting
5. Aanvoer van draad
6. Wisselen van menu
7. Cijfertoets invoeren van
cijferwaarden
8. ENTER--toets,
Ga naar de volgende regel.
9. SHIFT--toets
10. Lasstop. Terugkeer naar handmatige werking
11. Lasstart. Omschakeling naar automatische werking
12. Snelbeweging, draadaanvoer of loopbeweging
13. Scrollen pagina (in vooraf ingestelde las) of bediening van klep (hoofdmenu)
De toetsen met pijltjes worden bij lassen gebruikt voor het verhogen
resp. verlagen van stroom, spanning en snelheid.
U loopt de mogelijke alternatieven door wanneer u , ,
+
of
+
ingedrukt houdt.
NL
-- 1 4 4 --
fgb7o1ha
6 HANDMATIGE WERKING
6.1 Loop-- en draadbewegingen
Loop-- en draadbewegingen kunnen zonder lassen op de onderstaande wijze
worden gestuurd:
Start de lasstroombron
S Loopbeweging in de richting die het vierkant--symbool op de automaat
aangeeft.
Normale snelheid .
S Loopbeweging in de richting die het driehoek--symbool op de automaat
aangeeft.
Normale snelheid .
Breek de bovenstaande bewegingen af door de respectievelijke toets
nogmaals in te drukken.
S Retouraanvoer van draad. Normale snelheid .
De retouraanvoer gaat door zolang de toets wordt ingedrukt.
S Aanvoer van draad. Normale snelheid .
Aanvoer gaat door zolang de toets wordt ingedrukt.
S Na de start kan de maximale snelheid met de sneltoets worden
gegeven.
De LED van de toets gaat branden.
S Terugkeer naar de normale snelheid vindt plaats door de sneltoets
nogmaals in te drukken.
Een directe stop wordt verkregen met , of , ook vanaf de max.
snelheid.
Het instellen van de normale resp. max. snelheid vindt plaats in
“SYSTEEM MENU“.
6.2 Bediening klep
Voorwaarde voor bediening is dat men zich in het “HOOFDMENU“ bevindt.
S Open de klep voor poeder of gas met .
S Sluit de geopende klep met dezelfde toets .
NL
-- 1 4 5 --
fgb7me1h
7MENUS
7.1 Menuoverzicht
De programmatuur van de A2--A6 Process Con-
troller (PEH) is verdeeld in een aantal menu’s. De
programmastructuur blijkt uit het onderstaande
overzicht.
HOOFDMENU
S SET S Energietoevoer per cm S Lasstroom
S Draadaanvoersnelheid S Boogspanning
S Snelheid lasrups S Voorinstellingsindicatoren
VOORINSTELLINGEN LASSEN
S Type boogontsteking S Type laseinde
S Lasrichting S Regulatiemethode S Draadtype
S Draadmateriaal S Draadafmeting
SYSTEEM MENU / DISPLAY MENU /
FOUTENLIJST
Menu’s die niet toegankelijk zijn voor de gebruiker.
NL
HOOFDMENU
+
VOORINSTELLINGEN LASSEN
Richting Y
Start Direct
LASSEN AFSLUITEN
DRAADGEGEVENS
Sturing CA
SYSTEM MENU
-- 1 4 6 --
fgb7hm1h
8 HOOFDMENU
In het hoofdmenu worden de lasstroom, de boogspanning en de bij het lassen
gewenste lasrupssnelheid ingesteld. Tijdens het lassen kunnen de lasparameters
worden bijgesteld of er kan een nieuwe complete parameterset worden gekozen.
Start de lasstroombron .
Vervolgens wordt het hoofdmenu g epresenteerd, zoals hieronder getoond:
Voorbeeld van een display is gekozen voor lassen met een constante stroomsterkte (CA).
A
350
Gekozen lasstroom in ampère.
Voorbeeld van een display als in het menu “VOORINSTELLINGEN LASSEN“ is
gekozen voor lassen met constante draadaanvoersnelheid (CW).
cm/min
110
Geeft de gekozen draadaanvoers-
nelheid aan.
Display bij lassen met constante draadaanvoersnelheid (CW).
350 A
Resulterende lasstroom na start van
het lassen.
Zie het menu “VOORINSTELLINGEN LASSEN“ op pagina 150 om te kiezen uit (CA)
of (CW).
SET 1 Geeft aan dat parameterset 1 van 10 mogelijke actief is (kan worden verborgen).
30 kJ/cm Geeft de warmte--input in kJ/cm aan die wordt verkregen met de waarden die zijn
gekozen voor lasstroom, boogspanning en lasrupssnelheid (kan worden verborgen).
V
33.0
Gekozen boogspanning in volt.
cm/min
23
Gekozen lasrupssnelheid in centimeter per minuut.
Geeft het soort start aan.
J
Geeft de richting van de rijbeweging aan.
Geeft aan of de ventieluitgang open of dicht staat.
Voorbeeld van een display dat wordt getoond bij een fout.
De foutcode wordt linksonder op het display getoond.
Foutmelding bevestigen met
Er worden max. 20 meldingen in chronologische volgorde
op
g
esla
g
en.
S Start lassen met . De LED van de toets gaat branden.
S Stop lassen met
NL
-- 1 4 7 --
fgb7hm1h
8.1 Invoeren lasparameters
Na het starten van de lasstroombron verschijnt het hoofdmenu op het display.
In het “Display--menu” kunt u kiezen met hoeveel parametersets u wilt werken.
Als er meer dan één parameterset wordt gebruikt, wordt het SET--nummer
weergegeven in de linker bovenhoek.
1. Lasstroom of draadaanvoersnelheid
2. SET--nr.
3. Boogspanning
4. Lasrupssnelheid
Als u voor slechts één parameterset kiest, begin dan met punt 3.
S Druk op + om het “parameterset--veld“ te markeren.
S Typ het gewenste SET--nummer en druk op .
S Markeer het veld voor lasstroom of draadaanvoersnelheid door op te
drukken.
S Voer de gewenste lasstroom of de gewenste draadaanvoersnelheid in. Max. 4
cijfers, druk op .
S Verplaats de markering naar het veld voor boogspanning door op te
drukken.
S Voer de gewenste boogspanning in, max. 3 cijfers en druk op
.
S Verplaats de markering naar het veld voor lasrupssnelheid door op
te
drukken.
S Voer de gewenste lasrupssnelheid in, max 3 cijfers en druk op .
Hiermee is de hele set gemarkeerd en klaar voor het gebruik. In totaal kunnen nog
eens 9 sets worden opgeslagen (totaal 10 SETs).
NL
-- 1 4 8 --
fgb7hm1h
8.2 Aanpassen parameterwaarden (tijdens het lassen).
Nadat u met lassen bent begonnen kunnen de lasparameters nauwkeurig
worden bijgesteld met de cijfertoetsen met een pijltje.
Hoger Lager
Lasstroom of draadaanvoersnelheid
Boogspanning
Lasrupssnelheid
Waarden opslaan volgens het onderstaande:
S Sluit het lassen af met .
S Sla de gewijzigde waarden op met .
S Als de oorspronkelijke waarden moeten worden behouden, druk dan
op
+
.
NL
-- 1 4 9 --
fgb7hm1h
8.3 Een nieuwe parameterset kiezen tijdens het lassen
(Alleen mogelijk als is gekozen voor werken met meerdere parametersets door
instellen in het “Display“--menu)
Direct kiezen
Stel dat men tijdens het lassen met parameterset 1 (“SET 1“) wil overgaan op
parameterset 6 (“SET 6“) zonder deze eerst in te zien.
S Druk op
+
.
Het veld “SET 1“ is gemarkeerd en parameterset 1 is actief.
S Druk op
.
Veld “SET 6“ knippert.
S Druk op .
Veld “SET 6“ is gemarkeerd en parameterset 6 is actief.
Kiezen met in s p ectie
Stel dat men tijdens het lassen met parameterset 1 (“SET 1 “) wil overgaan op
parameterset 6 (“SET 6“), waarbij men deze vooraf wil inzien.
S Markeer veld “SET 1 met
+
.
S Druk op .
Veld “SET 6“ knippert.
S De nieuwe parameterset moet ingezien worden met
+
voordat hij
actief wordt.
De hele regel waar de lasparameters worden getoond knippert en laat nu de
waarden zien van parameterset 6 (“SET 6“) maar parameterset 1 (“SET 1“) wordt bij
het lopende laswerk nog steeds gebruikt.
S Druk op .
Veld “SET 6“ is gemarkeerd en parameterset 6 is actief.
NL
-- 1 5 0 --
fgb7fs1h
9 VOORINSTELLINGEN LASSEN
9.1 Algemeen
In VOORINSTELLINGEN LASSEN legt men de instellingen vast die bijv. de
lasmethode, lasrichting, draaddiameter en soortgelijke voorwaarden bepalen om een
bepaalde lasopdracht te kunnen uitvoeren. De gemaakte voorinstellingen kunnen
tijdens het lassen niet worden veranderd.
Hef evt. foutmeldingen in het hoofdmenu op met .
S Ga van het HOOFDMENU naar VOORINSTELLINGEN LASSEN met .
Het display laat nu in kolom A een aantal keuzegebieden zien (zie blz. 151) met de
mogelijke alternatieven in kolom B en C. De alternatieven waar verder uit kan
worden gekozen, kunnen één voor één worden doorgebladerd. Verspringen naar de
volgende regel gebeurt in kolom A.
S Om de instellingen te wijzigen, ga van kolom A naar B en C met .
S Scrollen naar het gewenste alternatief met of met
+
of voer eigen
waarden in voor regel 3 en 4 (”Aantal draden”).
S Ga terug naar kolom A voor het verspringen van regel met
+
.
S Ga naar de volgende regel met .
Na de laatste regel verschijnt regel 1 weer.
S Ga terug naar de vorige regel met
+
.
Met deze combinatie springt u ook direct van regel 6 naar regel 1.
Verklaring van begrippen:
Als
wordt aangegeven in combinatie met een andere toets, moet eerst op
worden gedrukt. Houd deze vast terwijl de andere toets wordt ingedrukt.
NL
-- 1 5 1 --
fgb7fs1h
9.2 Beschikbare instelfuncties
VOORINSTELLINGEN LASSEN
A B C
1 Richting
Y (DRIEHOEK),
J (VIERKANT)
2 Start SchrapDirect
3
L
A
S
S
E
N
A
F
S
L
U
I
T
E
N
Kratervulling (ms) 10--3000 ms
3 L
A
SSEN
A
FSLUITEN
Nabrandtijd (ms) 10--3000 ms
Type draad Massieve, Holle, Band
4 DRAADGEGEVENS
Dreeddiamter
als Massieve” is gekozen
als Holle” is gekozen
als Band” is gekozen
0,8 1,0 1,2 1,6 2,0 2,4 3,0 3,2 4,0
5,0 6,0
0,8 1,0 1,2 1,6 2,0 2,4 3,0 3,2 4,0
30 x 0,5 60 x 0,5 100 x 0,5
Draadmaterial Fe, Al, SS
Aantal draden 1, 2
5 Sturing CA, CW
6 SYSTEEM MENU
Wisselen naar submenu’s op regel 3 en 4:
S Markeer het menu en druk op .
S Keer terug naar VOORINSTELLINGEN LASSEN“met
+
.
S Keer terug naar HOOFDMENU“met
+
.
NL
-- 1 5 2 --
fgb7fs1h
9.3 Definities
1. Richting
Er kunnen twee alternatieven worden gekozen: Y (driehoek) en J (vierkant) (de
symbolen zijn op alle eenheden aangebracht)
SY(driehoek) is de looprichting in de ene richting.
SJ(vierkant) is de looprichting in de tegengestelde richting.
2. Start
Er kunnen twee alternatieven worden gekozen: Directe start of Schrapstart.
S Directe start houdt in dat de lasbeweging begint zodra de vlamboog is
ontstoken.
S Schrapstart houdt in dat de lasbeweging gelijktijdig start met de
draadaanvoer. Schrapstart wordt bijv. gebruikt bij het lassen van roestig of vuil
materiaal.
3. LASSEN AFSLUITEN
Kratervu lling en Nabrandtijd kunnen worden ingesteld.
Er kunnen kratervultijden tussen de 10 en 3000 ms (0,01 -- 3 sec) worden ingesteld.
De kratervulfunctie wordt gebruikt om een las af te sluiten zonder een ingebrande
krater achter te laten. De kratervulling wordt gestart als de lasstopknop wordt
ingedrukt en loopt gedurende vooraf ingestelde kratervultijd. De functie heeft de
meeste zin bij MIG/MAG--lassen.
Er kunnen nabrandtijden tussen 10 en 3000 ms (0,01 -- 3 sec) worden ingesteld.
De nabrandtijd wordt gestart nadat het kratervulprogramma is afgesloten.
Een juist ingestelde nabrandtijd voorkomt dat:
S de draad aan het werkstuk blijft vastzitten
S de draad in het mondstuk blijft vastzitten
NL
-- 1 5 3 --
fgb7fs1h
4. DRAADGEGEVENS
Draadtype
De uitrusting voor de feitelijk bij het lassen gebruikte draad kan vooraf worden
ingesteld. Het besturingssysteem moet informatie hebben over hoe de draad eruit
ziet om een optimaal start-- en stopverloop te bereiken.
S massieve draad
S holle draad
S band
Draaddiameter
De keuze van de draaddiameter is van grote invloed op het startverloop en op de
kratervulling. Bij lassen met andere draaddiameters dan degene die zijn opgenomen
in de keuzetabel, kies dan in het menu de draaddiameter die het dichtst in de buurt
ligt.
Opm.
Bij gebruik van draden van bepaalde materialen verkrijgt u soms betere
lasresultaten, als u een waarde aanhoudt die iets afwijkt (normaliter 1 stap) van de
werkelijke draaddiameter.
Wanneer u kiest voor metrische eenheden hebt u de keuze uit de volgende
alternatieven:
S massieve draad 0,8 / 1,0 / 1,2 / 1,6 / 2,0 / 2,4 / 3,0 / 3,2 / 4,0 / 5,0 / 6,0 mm
S holle draad 0,8 / 1,0 / 1,2 / 1,6 / 2,0 / 2,4 / 3,0 / 3,2 / 4,0 mm
S band 30 x 0,5 / 60 x 0,5 / 100 x 0,5 mm
Wanneer u kiest voor inches hebt u de keuze uit de volgende alternatieven:
S massieve draad 0.030, 0.040, 0.047, 1/16, 5/64, 3/32, 7/64, 1/8, 3/32,
7/64, 1/8, 5/32, 3/16, 1/4
S holle draad 0.030, 0.040, 0.047, 1/16, 5/64, 3/32, 7/64, 1/8, 3/32,
7/64, 1/8, 5/32
S band 30 x 0,5 / 60 x 0,5 / 100 x 0,5
Draadmateriaal
Bij het lassen met verschillende toeslagdraadmaterialen wordt de start-- en
stopmethode beïnvloed door de materiaalkeuze. Daarom is het van belang dat de
instelling laat zien of u met op staal of op aluminium gebaseerde toeslagdraden last.
S Fe Toeslagmateriaal van staal
S Al Toeslagmateriaal van aluminium
S SS Toeslagmateriaal van roestvast staal
Aantal draden
Er kunnen waarden tussen 1 en 2 worden ingevoerd.
Voor lassen met bijv. twee draden (Twin Arc) moet de waarde 2 worden ingevoerd.
NL
-- 1 5 4 --
fgb7fs1h
5. Sturing
Bij lassen kunnen twee verschillende werkwijzen worden gekozen: met constante
stroomsterkte, CA, of met constante draadaanvoersnelheid, CW.
S CA, constante stroomsterkte. Wordt normaal gesproken gebruikt bij UP--lassen,
waar wordt gewerkt met grove lassen, grote stroomsterktes en grote lasbaden.
De draadaanvoer wordt door de stroombron gestuurd zodat er een constante
stroom kan worden aangehouden.
S CW, constante draadaanvoersnelheid. Wordt normaal gesproken gebruikt bij
MIG/MAG--lassen, voor kleine lasbaden, dunne platen en dunne toeslagdraden.
Bij lassen met deze methode van sturen is het gemakkelijker een constante
a--maat te realiseren. Het instellen geschiedt in de vorm van een constante
draadaanvoersnelheid, de stroom is een gevolg van de gekozen
draadaanvoersnelheid. De stroomwaarde waar deze in resulteert wordt getoond
boven de ingestelde draadaanvoersnelheid (zie display--afbeelding op blz. 154.)
9.4 Voorinstellingsindicatoren
De waarden en symbolen op het display laten de vooraf gekozen instellingen zien,
zie onderstaande tabel.
Op display in
“HOOFDMENU“ te zien als
“VOORINSTELLINGEN LASSEN”
Alternatief
Start Direct
Schrap
Y
J
Richting DRIEHOEK
VIERKANT
Te zien als tekst (bijv. 3,0) Draaddiamter
Massieve
Holle
Band
0,8 1,0 1,2 1,6 2,0 2,5 3,0 3,2 4,0 5,0 6,0
0,8 1,0 1,2 1,6 2,0 2,4 3,0 3,2 4,0
30 x 0,5 60 x 0,5 100 x 0,5
UITGANG
OPEN/DICHT
Klep
NL
-- 1 5 5 --
fgb7f1ha
10 FOUTENLIJST
10.1 Foutcodes
M1.3 Oververhitting Stop Wacht tot temperatuur gedaald is
Draadaanvoermotor (Motor 1)
M1.1 Fout tacho Stop Controleer draadaanvoereenheid /
transmissiebak / tacho
M1.2 Te hoge stroomsterkte Stop Controleer de draadaanvoer
Loopmotor (Motor 2)
M2.1 Fout tacho Stop Controleer loopmotor / transmissiebak / tacho
M2.2 Te hoge stroomsterkte Stop Controleer loopmotor/transmissiebak
Lasstroombron (T1)
T1.01 Communicatie fout Stop Controleer kabels en aansluitingen
T1.51 Onjuiste lasspanning Stop Controleer voorbewerking naad
T1.52 Onjuiste stroom Stop Controleer voorbewerking naad
T1.53 Mislukte start Stop Controleer stickout en ingestelde lasparameters
T1.54 Stroomgrens Stop Kortgesloten lascircuit / Hef de kortsluiting op
T1.55 Thermostaat/oververhitting Stop Wacht tot temperatuur gedaald is
T1.57 Vlamboog gedoofd Stop Controleer de draadaanvoer
Ingangen / uitgangen
Geen koelwater
(ingang K22 open) *
(Knippert)
Display
Stop Controleer of er gas doorstroomt of dat de eind-
positieschakelaar open staat.
Geen gastoevoer
(ingang K23 open) *
(Knippert)
Stop Controleer de gasdruk
* De ingangen worden geactiveerd door de instellingen in het menu
“SYSTEEM MENU”.
11 BESTELLEN VAN RESERVEONDERDELEN
Reserveonderdelen zijn te bestellen via de dichtstbijzijnde ESAB--vertegenwoordiger,
zie de laatste pagina van dit boek. Geef bij bestelling altijd het machinetype, het se-
rienummer en de aanduiding plus het onderdelennr. aan die staan aangegeven in de
lijst met reserveonderdelen op pag. 237.
Dit vergemakkelijkt het uitvoeren van de bestelling en garandeert een correcte lever-
ing.
NL
ESAB Welding Equipment AB
SE--695 81 LAXÅ
SWEDEN
Phone +46 584 81 000
Fax + 46 584 123 08
www.esab.com
001004
ESAB subsidiaries and representative offices
Europe
AUSTRIA
ESAB Ges.m.b.H
Vienna--Liesing
Tel: +43 1 888 25 11
Fax: +43 1 888 25 11 85
BELGIUM
S.A. ESAB N.V.
Brussels
Tel: +32 2 745 11 00
Fax: +32 2 726 80 05
THE CZECH REPUBLIC
ESAB VAMBERK s.r.o.
Prague
Tel: +420 2 819 40 885
Fax: +420 2 819 40 120
DENMARK
Aktieselskabet ESAB
Copenhagen--Valby
Tel:+4536300111
Fax:+4536304003
FINLAND
ESAB Oy
Helsinki
Tel: +358 9 547 761
Fax: +358 9 547 77 71
FRANCE
ESAB France S.A.
Cergy Pontoise
Tel:+33130755500
Fax:+33130755524
GERMANY
ESAB GmbH
Solingen
Tel: +49 212 298 0
Fax: +49 212 298 204
GREAT BRITAIN
ESAB Group (UK) Ltd
Waltham Cross
Tel: +44 1992 76 85 15
Fax: +44 1992 71 58 03
ESAB Automation Ltd
Andover
Tel: +44 1264 33 22 33
Fax: +44 1264 33 20 74
HUNGARY
ESAB Kft
Budapest
Tel:+3612044182
Fax:+3612044186
ITALY
ESAB Saldatura S.p.A.
Mesero (Mi)
Tel:+3902979681
Fax:+390297289181
THE NETHERLANDS
ESAB Nederland B.V.
Utrecht
Tel: +31 30 248 59 22
Fax: +31 30 248 52 60
NORWAY
AS ESAB
Larvik
Tel:+4733121000
Fax:+4733115203
POLAND
ESAB Sp.z.o.o
Warszaw
Tel: +48 22 813 99 63
Fax: +48 22 813 98 81
PORTUGAL
ESAB Lda
Lisbon
Tel: +351 1 837 1527
Fax: +351 1 859 1277
SLOVAKIA
ESAB Slovakia s.r.o.
Bratislava
Tel:+421744882426
Fax:+421744888741
SPAIN
ESAB Ibérica S.A.
Alcobendas (Madrid)
Tel: +34 91 623 11 00
Fax: +34 91 661 51 83
SWEDEN
ESAB Sverige AB
Gothenburg
Tel:+4631509500
Fax:+4631509222
ESAB International AB
Gothenburg
Tel:+4631509000
Fax:+4631509360
SWITZERLAND
ESAB AG
Dietikon
Tel: +41 1 741 25 25
Fax: +41 1 740 30 55
North and South America
ARGENTINA
CONARCO
Buenos Aires
Tel: +54 11 4 753 4039
Fax: +54 11 4 753 6313
BRAZIL
ESAB S.A.
Contagem--MG
Tel: +55 31 333 43 33
Fax: +55 31 361 31 51
CANADA
ESAB Group Canada Inc.
Missisauga, Ontario
Tel: +1 905 670 02 20
Fax: +1 905 670 48 79
MEXICO
ESAB Mexico S.A.
Monterrey
Tel: +52 8 350 5959
Fax: +52 8 350 7554
USA
ESAB Welding & Cutting Products
Florence, SC
Tel: +1 843 669 44 11
Fax: +1 843 664 44 58
Asia/Pacific
AUSTRALIA
ESAB Australia Pty Ltd
Ermington
Tel: +61 2 9647 1232
Fax: +61 2 9748 1685
CHINA
Shanghai ESAB A/P
Shanghai
Tel: +86 21 6539 7124
Fax: +86 21 6543 6622
INDIA
ESAB India Ltd
Calcutta
Tel:+91334784517
Fax: +91 33 468 18 80
INDONESIA
P.T. Esabindo Pratama
Jakarta
Tel:+62214600188
Fax: +62 21 461 29 29
MALAYSIA
ESAB (Malaysia) Snd Bhd
Selangor
Tel: +60 3 703 36 15
Fax: +60 3 703 35 52
SINGAPORE
ESAB Singapore Pte Ltd
Singapore
Tel: +65 861 43 22
Fax: +65 861 31 95
ESAB Asia/Pacific Pte Ltd
Singapore
Tel: +65 861 74 42
Fax: +65 863 08 39
SOUTH KOREA
ESAB SeAH Corporation
Kyung--Nam
Tel:+825512898111
Fax: +82 551 289 88 63
THAILAND
ESAB (Thailand) Ltd
Samutprakarn
Tel: +66 2 393 60 62
Fax: +66 2 748 71 11
UNITED ARAB EMIRATES
ESAB Middle East
Dubai
Tel: +971 4 338 88 29
Fax: +971 4 338 87 29
Representative offices
BULGARIA
ESAB Representative Office
Sofia
Tel/Fax: +359 2 974 42 88
EGYPT
ESAB Egypt
Dokki--Cairo
Tel: +20 2 390 96 69
Fax: +20 2 393 32 13
ROMANIA
ESAB Representative Office
Bucharest
Tel/Fax: +40 1 322 36 74
RUSSIA--CIS
ESAB Representative Office
Moscow
Tel: +7 095 937 98 20
Fax: +7 095 937 95 80
ESAB Representative Office
St Petersburg
Tel: +7 812 325 43 62
Fax: +7 812 325 66 85
Distributors
For addresses and phone
numbers to our distributors in
other countries, please visit our
home page
www.esab.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22

ESAB PEH Handleiding

Type
Handleiding