Installatiehandleiding
Wasautomaat «Frontlader»
Eengezinswoning
J265.117-4
18.4.12 FUW
1
Deze installatiehandleiding geldt voor de modellen: 265, 266, 268, 269
A Open het afvoerreservoir onderaan de voorzijde van het toestel.
Voor details, zie «1. Toesteldeur openen (zonder stroom)».
– Het serviceplaatje bevindt zich hieronder (zie pijl).
Installatieset W3.6278
De installatieset bevindt zich in de wastrommel en kan er na het openen van de toesteldeur (zie installatiestap 1) uit worden genomen.
De installatieset bevat:
Installatieplaat W3.8503
incl. schroefmateriaal (S)
De installatieplaat is onder aan de bodem van het toestel bevestigd.
De installatie mag uitsluitend door vakkundig personeel worden uitgevoerd. Alle stappen moeten één voor één volledig worden
uitgevoerd en gecontroleerd.
Geldigheidsbereik
Serviceplaatje
Bijgeleverd installatietoebehoren
Omschrijving Stuks Zie installatiestap
Rubberen stop 3 2. Transportzekeringen verwijderen
Combi-sleutel 1
2. Transportzekeringen verwijderen
4. Nivelleren
Kleefstrips dubbelzijdig 1 3. Installatieplaat plaatsen
Afvoerslang buiten 1
5. SanitairaansluitingenDraadslangklem 1
Slanghouder 1
S
Installatiehandleiding
Wasautomaat «Frontlader»
Eengezinswoning
J265.117-4
18.4.12 FUW
2
1. Draai de schroeven E van de 3 transportzekeringen F eruit.
2. Schuif de transportzekering naar boven en trek deze eruit.
3. Sluit de gaten af met rubberen stoppen G.
Installatie
Alle werkstappen 1–7 moeten één voor één volledig worden uitgevoerd.
1. Toesteldeur openen (zonder stroom)
Deurscharniering rechts Deurscharniering links
1a Open het afvoerre-
servoir A door op het
bovenste gedeelte te
drukken.
of
1b Neem de korte
bedieningshand-
leiding B uit de
wasmiddellade C
en Open het
afvoerreservoir A.
2 Klap het afvoerre-
servoir A volledig
naar beneden open
en verwijder het.
Neem de opener
voor de noodont-
grendeling D uit
de houder.
A Steek de opener D in de openingskap en trek hem in
de richting van de pijl (pijl op het toestel).
2. Transportzekeringen verwijderen
De transportzekeringen F aan de achterwand van het toestel moeten voor de eerste inbedrijfneming worden verwijderd
1b 21a
A
B
C
D
A
B
A
GE
1.
2.
3.
F
Installatiehandleiding
Wasautomaat «Frontlader»
Eengezinswoning
J265.117-4
18.4.12 FUW
3
A Til het toestel van voren op en trek het naar voren toe van de installatieplaat af.
A Bevestig de installatieplaat op de installatieplaats met 4 schroeven. Bij gladde en schone vloeren kan de installatieplaat opgekleefd
worden (dubbelzijdige kleefstrips bijgevoegd).
A Bevochtig de inschuifgleuven op de installatieplaat met water.
Vrijstaande plaatsing
* Enkel geldig als er achter het toestel geen aansluitkranen worden aangebracht.
3. Installatieplaat plaatsen
Gebruik de installatieplaat voor de installatie van het toestel. Deze zet het toestel vast op zijn plaats (geldt voor vrijstaande en
in nissen geplaaste toestellen).
Als een wasdroger en een wasautomaat naast elkaar geplaatst worden, moet de afstand tussen de installatieplaten min. 5 mm
en tot de wanden min. 3 mm bedragen.
Plaatsing in nis
A Breng de installatieplaat in het midden van de nis aan.
H * Nisdiepte inclusief uitstekende toesteldeur: min. 630 mm
J * Nisdiepte zonder toesteldeur: min. 600 mm
min. 3
597
595
505
min. 550 *
50
min. 5
min. 5
25
J
H
Toesteldeur
Installatieplaat
Nis
H, J
min. 600
Nisbreedte
Opening voor
aansluiting aan zijkant,
links of rechts
min. 100 × 100 mm
Nishoogte
min. 860 mm!
Installatiehandleiding
Wasautomaat «Frontlader»
Eengezinswoning
J265.117-4
18.4.12 FUW
4
Hoogte instellen
Hulpmiddel: Combi-sleutel K (meegeleverd) en waterpas L
Achterste stelvoeten:
Hoogte instelling max. 14 mm / 1,5 mm per omwenteling.
A Lijn het toestel loodrecht uit door de sokkel met de combisleutel te draaien.
Voorste stelvoeten:
A Schuif het toestel in de installatieplaat.
A Lijn het toestel loodrecht uit door de sokkel met de combisleutel te draaien.
– Het toestel mag niet wankelen.
Watertoevoer
䡲 Uitsluitend koud water G¾", mogelijk drukbereik 0,1–0,6 MPa (1–6 bar).
䡲 Aansluiting aan mengkraan of doorstroomverwarming niet toegestaan!
A Het dichtingsvlak van de kraan moet schoon en glad zijn.
A Leg de slang zonder knikken en verdraaiingen.
A Controleer de dichtheid.
A Zet de slang waar toegankelijk samen met de kleefsokkel aan de achterwand vast (zie afbeelding «Waterafvoer»).
Waterafvoer
A Bescherm de afvoerslang bij het leggen tegen beschadiging en knikken (er stroomt heet zeepsop doorheen).
A Bij alle aansluitingsvarianten moet de slanghouder worden gemonteerd.
A Bij afvoer in badkuip, wastafel etc, moet het uiteinde van de slang met een bochtstuk (slanghouder) worden bevestigd.
A Pomphoogte van de afvoerpomp max. 1,2 m.
4. Nivelleren
Voor een storingsvrije werking moet het toestel loodrecht met alle 4 de voeten op de grond staan en mag het niet wankelen.
5. Sanitairaansluitingen
De voorschriften van het plaatselijke watervoorzieningsbedrijf dienen aangehouden te worden.
Eventuele oude toevoer- en afvoerleidingen moeten altijd door nieuwe slangen worden vervangen.
L
K
1,5 m
max. 700
min. 350
Slangklem
Afvoerslang
Rubberen verbindingsstuk
Afvoerslang tot vereiste lengte
verkorten.
Verkorting van de afvoerslang
is niet mogelijk!
ø buiten 28,0 mm
ø binnen 21,5 mm
Slanghouder
(bochtstuk)
Kleefsokkel Kleefsokkel
Installatiehandleiding
Wasautomaat «Frontlader»
Eengezinswoning
J265.117-4
18.4.12 FUW
5
➤ Informatie over de vereiste netspanning, stroomsoort en beveiliging vindt u op het serviceplaatje.
➤ Inzethoogte van de apparaten: tot max. 2000 meter boven de zeespiegel
➤ Informatie over de vereiste netspanning, stroomsoort en beveiliging vindt u op het serviceplaatje.
Aansluitkabel
Foutmelding «U1»
Elektrische aansluitingen
Elektrische aansluitingen moeten door vakkundig personeel uitgevoerd worden volgens de normen en richtlijnen voor
laagspanningsinstallaties en volgens de bepalingen van de plaatselijke elektriciteitsbedrijven.
Een stekkerklaar toestel mag uitsluitend aangesloten worden op een randaardestopcontact dat volgens de voorschriften is
geïnstalleerd. De huisinstallatie dient te worden voorzien van een netscheidingsinrichting met 3 mm contactopening.
Schakelaars, stekkers, LS-automaten en smeltzekeringen die na installatie van het toestel vrij toegankelijk zijn en die als
schakelaar dienen voor alle poolgeleiders, zijn als scheider toelaatbaar. Een onberispelijke aardaansluiting en gescheiden
gelegde neutrale en randaardeleidingen zorgen voor een veilige en storingsvrije werking. Na montage mogen
spanningsvoerende onderdelen en leidingen met bedrijfsisolatie niet aanraakbaar zijn. Controleer oude installaties.
De aansluitkabel mag uitsluitend door de fabrikant, de klantendienst van de fabrikant of een gelijk gekwalificeerd persoon
worden vervangen.
400 V 2N~ 50 Hz, 10 A 230 V~ 50 Hz, 10 A 230 V~ 50 Hz, 16 A
Kleurcode
L2
L1
zwart
bruin
blauw
geel/groen
Het toestel erkent een overspanning. De bekabeling, in het bijzonder de randaardeleiding controleren.
N
L2
L1
4 × 1 mm²
3 × 1 mm²
N
L1
N
L1
3 × 1,5 mm²
N
Installatiehandleiding
Wasautomaat «Frontlader»
Eengezinswoning
J265.117-4
18.4.12 FUW
6
Modellen 268, 269 (taalinstelling/stabiliteitscontrole/klok en datum)
1. Steek de stekker in het stopcontact of schakel de wandschakelaar in.
– Het toestel schakelt in.
2. Verwijder de inhoud uit de trommel en sluit de toesteldeur.
3. Draai de waterkraan open.
4. In de display staat de in de fabriek ingestelde taal.
A Stel met de linkse, knipperende toets de gewenste taal in en bevestig met de rechtse, knipperende toets (OK).
5. staat in de display.
6. Start de stabiliteitscontrole met de rechtse, knipperende toets (OK).
staat in de display gedurende ongeveer 2 minuten.
7. staat in de display.
A Controleer de stabiliteit van het toestel. Het toestel moet loodrecht met alle 4 de voeten op de grond staan en mag niet wankelen.
8. Druk toets in om de ingebruikneming af te sluiten.
staat in de display.
– Het centrifugeerprogramma is beëindigd en het toestel wordt leeggemaakt.
– De display wordt donker.
9. Druk voor het instellen van de klok en de datum een willekeurige hoofdprogrammatoets in en volg de aanwijzingen.
10.Herhaal eventueel nivellering onder punt 4. De stabiliteitscontrole kan naar wens worden herhaald.
A Houd de toetsen , en tegelijk 5 seconden ingedrukt.
11.Het toestel is gebruiksklaar.
Modellen 265, 266 (stabiliteitscontrole)
1. Steek de stekker in het stopcontact of schakel de wandschakelaar in.
– Het toestel schakelt in.
2. Verwijder de inhoud uit de trommel en sluit de toesteldeur.
3. Draai de waterkraan open.
4. Houd de toetsen , en tegelijk 5 seconden ingedrukt.
– Het centrifugeerprogramma wordt uitgevoerd.
5. staat in de display na ongeveer 2 minuten.
A Controleer de stabiliteit van het toestel. Het toestel moet loodrecht met alle 4 de voeten op de grond staan en mag niet wankelen.
6. Druk toets in om de ingebruikneming af te sluiten.
– Het centrifugeerprogramma is beëindigd en het toestel wordt leeggemaakt.
7. Herhaal eventueel nivellering onder punt 4. De stabiliteitscontrole kan naar wens, zoals hierboven beschreven, worden herhaald.
8. Het toestel is gebruiksklaar.
6. Ingebruikneming
Tijdens de stabiliteitscontrole worden opzettelijk sterke vibraties opgewekt om te kunnen controleren of het toestel stevig staat.
Stabiliteitscontrole
afbreken OK
Onbalans maken
even wachten a.u.b.
Stabiliteit controleren
Onbalans maken
wordt beëindigd …
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
