Laserliner Aquapro de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

16
Lees de bedieningshandleiding en de bijgevoegde brochure ‚Garantie-
en aanvullende aanwijzingen‘ volledig door. Volg de daarin beschreven
aanwijzingen op. Bewaar deze documentatie en geef ze door als u de
laserinrichting doorgeeft.
!
Automatische rotatielaser met neigingsfunctie
Horizontale zelfnivellering door magnetisch gedempt pendelsysteem,
verticaal uitlijnen met stelvoet.
– Voor alle horizontale en verticale uitlijningen.
De extra verticale referentiestraal is geschikt voor het loden of uitlijnen
van scheidingswanden.
Met de wand-/vloerconsole kan verticaal genivelleerd of kan het
apparaat aan de wand bevestigd worden.
– Met de neigingsmodus kunnen schuine vlakken worden aangelegd.
Nauwkeurigheid 2 mm / 10 m, Zelfnivelleerbereik 3,5° met tiltfunctie
Algemene veiligheid
Opgelet: Kijk nooit in de directe of reflecterende straal.
– Richt de laserstraal niet op personen.
Als laserstraling volgens klasse 2 de ogen raakt, dient u deze bewust
te sluiten en uw hoofd zo snel mogelijk uit de straal te bewegen.
Bekijk de laserstraal of de reflecties nooit met behulp van optische
apparaten (loep, microscoop, verrekijker, …).
– Gebruik de laser niet op ooghoogte (1,40 ... 1,90 m).
Goed reflecterende, spiegelende of glanzende oppervlakken moeten
tijdens het gebruik van laserinrichtingen worden afgedekt.
In openbare verkeersbereiken moet de lichtbaan zo goed mogelijk
door afbakeningen en scheidingswanden beperkt en het laserbereik
door middel van waarschuwingsborden gekenmerkt worden.
– Manipulaties (wijzigingen) aan de laserinrichting zijn niet toegestaan.
– Dit apparaat is geen speelgoed en hoort niet thuis in kinderhanden.
Laserstraling!
Niet in de straal kijken!
Laser klasse 2
< 1 mW · 635 nm
EN 60825-1:2014
NL
Gebruik het apparaat uitsluitend doelmatig binnen de aangegeven
specicaties.
AquaPro
17
L
H
J
K
I
D
G
B
C
A
F
E
P
M
Q
O
N
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
AAN / UIT-toets
Keuzetoets rotatiesnelheid
Weergave rotatiesnelheid
Uitlaat referentielaser
Prismakop
Verticale libel
Transportbeveiliging
Batterijvakje
5/8" schroefdraad
Stelvoet
Verticaal-/wandconsole
Arrêteerhendel
Laadbus (DC 6V)
Opname stelvoet
Opname verticaal-/wandconsole
Bedrijfs-/batterij-indicator
Laad-toets
Bij transport en gebruik vertikaal de transportknop (G) in de „lock“
stand instellen, daar er anders transportschade kan ontstaan.
!
NL
18
Stroomvoorziejning
Het apparaat kan eveneens met in de handel verkrijgbare alkalinebatterijen
(6x type AA) worden gebruikt. De batterijen moeten overeenkomstig de
installatiesymbolen worden geplaatst. Let daarbij op de juiste polariteit.
Optioneel: Accu’s laden
Horizontaal
nivelleren
Verticaal
nivelleren
Neigingen 90° hoeken Loodfunctie
auto man man
Ruimterasters: Deze tonen de laserniveaus en -functies.
auto: automatische uitlijning / man: handmatige uitlijning
Speciale functies van het product
Automatische uitlijning van het apparaat door middel van
een magnetisch gedempt pendelsysteem. Het apparaat wordt in de
uitgangspositie gebracht en lijnt zelfstandig uit.
Transport LOCK: Het apparaat wordt bij het transport
beschermd d.m.v. een pendelvergrendeling.
Laad de accu‘s vóór het gebruik van het apparaat
compleet op.
Open het batterijvakje (H), plaats de accu’s en ver-
bind de steker met de aansluitbussen. De stekers
passen slechts in één positie in de bussen (zie
afbeeldingen rechts). Sluit het batterijvakje weer.
Verbind het laadtoestel/de netadapter met de
stroomvoeding en de bus (M). Gebruik alléén
het/de bijgevoegde laadtoestel/netadapter.
Wanneer een ander toestel wordt gebruikt,
komt de garantie te vervallen.
Wanneer de LED (Q) constant knippert, moeten
de batterijen worden vervangen resp. de accu’s
opnieuw worden geladen.
NL
AquaPro
19
Wanneer het apparaat zich nu buiten het automatische nivelleerbereik
bevindt (> 3,5°), hoort u een waarschuwingssignaal en de prismakop
staat stil. U moet het apparaat dan op een vlakke ondergrond plaatsen.
!
Horizontale inzet van de AquaPro
Plaats het apparaat op een zo vlak mogelijke ondergrond of bevestig
het op een statief.
Draai de transportbeveiliging (G) in de richting van de pijl tot aan de
aanslag naar “Unlock” . Daarmee wordt de beveiliging ontgrendeld
die het pendelsysteem tijdens het transport beschermt tegen beschadiging.
Druk de Aan-/Uit-toets (A) in.
Het apparaat nivelleert zich in een bereik van +/- 3,5° automatisch en de
prismakop begint te draaien.
Met de keuzetoets (B) kan het toerental gewijzigd worden, H = 600 t/min,
M = 400 t/min, L = 200 t/min.
Verticale inzet van de AquaPro
Draai de transportbeveiliging (G) in de richting van de pijl tot aan de
aanslag naar “Lock” .
Verticaal-/ wandconsole in de opname (O) hangen. De arrêteerhendel (L)
moet daarbij in de onderste positie staan en hoorbaar vastklikken. Druk
de arrêteerhendel (L) naar beneden om de console te ontgrendelen.
Lijn het apparaat uit met de stelvoet (J) en de verticale libel (F).
Druk de Aan-/Uit-toets (A) in. De prismakop begint te draaien.
Met de keuzetoets (B) kan het toerental gewijzigd worden,
H = 600 t/min, M = 400 t/min, L = 200 t/min.
Activeer bij het horizontaal nivelleren altijd de Out-Off-Level functie.
Deze is actief wanneer het apparaat ingeschakeld en de transport-
beveiliging naar “Unlock” wordt gedraaid. Wanneer het toestel
zich nu buiten het automatische nivelleerbereik bevindt (> 3,5°), hoort
u een waarschuwingssignaal en de prismakop staat stil. U moet het
toestel dan op een vlakke ondergrond plaatsen.
!
NL
20
Z
Y
X
In de neigingsmodus kan niet automatisch
genivelleerd worden, omdat het apparaat niet
automatisch wordt uitgelijnd. Zie daartoe ook
„Horizontale inzet van de AquaPro“.
!
Neigingsmodus
Voor het aanleggen van hellingen moet de
Out-Off-Level functie uitgeschakeld blijven.
Draai de transportbeveiliging (G) in de richting
van de pijl tot aan de aanslag naar “Lock” .
Nu is de tiltfunctie niet geactiveerd en het
apparaat lijnt niet automatisch uit.
Druk de Aan-/Uit-toets (A) in. De prismakop
begint te draaien.
Met de keuzetoets (B) kan het toerental
gewijzigd worden, H = 600 t/min,
M = 400 t/min, L = 200 t/min.
Neig het apparaat in de gewenste hoek. Met de
optionele hoekplaat artikelnr.: 080.75 kan de
neiging nauwkeurig en snel ingesteld worden.
Gebruik daarvoor bij voorkeur het krukstatief,
bijv. artikelnr.: 080.30.
Controleerd u regelmatig de afstelling voor
u de laser gebruikt, ook na transport en
wanneer de laser langere tijd is opgeborgen
geweest. Kontroleerd u daarbij alle assen.
!
artikelnr.
080.75
artikelnr.
080.30
X- / Y- / Z-
assen
NL
AquaPro
21
Technische gegevens (Technische veranderingen voorbehouden)
Zelfnivelleerbereik ± 3,5° (horizontaal)
Nauwkeurigheid ± 2 mm / 10 m
Nivellering horizontaal automatisch
Nivellering verticaal manueel
Referentie loodpunt 90° op rotatielaser
Rotatie snelheid 200, 400, 600 T/min
Laser golflengte 635 nm
Laser Klasse 2 (EN 60825-1:2014)
Lasersterkte < 1 mW
Gebruiksduur accu’s / batterijen ca. 20 h / ca. 45 h, 6 x Type AA
Accu laadtijd ca. 14 h
Werktemperatuur - 10 °C + 40 °C
Beschermingsklasse IP 54
Gewicht 1,7 kg
EU-bepalingen en afvoer
Het apparaat voldoet aan alle van toepassing zijnde
normen voor het vrije goederenverkeer binnen de EU.
Dit product is een elektrisch apparaat en moet volgens
de Europese richtlijn voor oude elektrische en elektronische
apparatuur gescheiden verzameld en afgevoerd worden.
Verdere veiligheids- en aanvullende instructies onder:
www.laserliner.com/info
NL
22
A1
A2
2.
1.
A1
A3
A2
A1
A3
A2
<
2 mm / 10 m = OK
4.
3.
A2
Kalibratiecontrole voorbereiden
U kunt de kalibratie van de laser controleren. Plaats het toestel in het midden
tussen twee muren die minstens 5 meter van elkaar verwijderd zijn. Voor een
optimale controle een statief gebruiken. Schakel het toestel in en bepaal de
markeringspunten met behulp van de SensoLite. Werken met het fijne bereik
bij de SensoLite.
1. Markeer punt A1 op de wand.
2. Draai het toestel 180° om en markeer het punt A2.
Tussen A1 en A2 hebt u nu een horizontale referentie.
Kalibratie controleren
3. Plaats het toestel zo dicht mogelijk tegen de wand ter hoogte van
punt A1. Richt het toestel uit op de X-as.
4. Draai het toestel vervolgens 180° en markeer punt A3.
Het verschil tussen A2 en A3 is de tolerantie voor de X-as.
5. Herhaal punt 3 en 4 voor de Y- en Z-as voor volledige controle.
Wanneer bij de X-, Y- of Z-as het verschil tussen punt A2 en A3 groter
is dan aangegeven als tolerantie nl. 2 mm / 10 m, is een afstelling
nodig. Neem hiervoor contact op met uw vakhandelaar.
!
NL

Documenttranscriptie

! Lees de bedieningshandleiding en de bijgevoegde brochure ‚Garantieen aanvullende aanwijzingen‘ volledig door. Volg de daarin beschreven aanwijzingen op. Bewaar deze documentatie en geef ze door als u de laserinrichting doorgeeft. Automatische rotatielaser met neigingsfunctie – Horizontale  zelfnivellering door magnetisch gedempt pendelsysteem, verticaal uitlijnen met stelvoet. – Voor alle horizontale en verticale uitlijningen. – De extra verticale referentiestraal is geschikt voor het loden of uitlijnen van scheidingswanden. – Met de wand-/vloerconsole kan verticaal genivelleerd of kan het apparaat aan de wand bevestigd worden. – Met de neigingsmodus kunnen schuine vlakken worden aangelegd. – Nauwkeurigheid 2 mm / 10 m, Zelfnivelleerbereik 3,5° met tiltfunctie Algemene veiligheid –G  ebruik het apparaat uitsluitend doelmatig binnen de aangegeven specificaties. Laserstraling! Niet in de straal kijken! Laser klasse 2 < 1 mW · 635 nm EN 60825-1:2014 –O  pgelet: Kijk nooit in de directe of reflecterende straal. – Richt de laserstraal niet op personen. – Als laserstraling volgens klasse 2 de ogen raakt, dient u deze bewust te sluiten en uw hoofd zo snel mogelijk uit de straal te bewegen. – Bekijk de laserstraal of de reflecties nooit met behulp van optische apparaten (loep, microscoop, verrekijker, …). – Gebruik de laser niet op ooghoogte (1,40 ... 1,90 m). – Goed reflecterende, spiegelende of glanzende oppervlakken moeten tijdens het gebruik van laserinrichtingen worden afgedekt. – In openbare verkeersbereiken moet de lichtbaan zo goed mogelijk door afbakeningen en scheidingswanden beperkt en het laserbereik door middel van waarschuwingsborden gekenmerkt worden. – Manipulaties (wijzigingen) aan de laserinrichting zijn niet toegestaan. – Dit apparaat is geen speelgoed en hoort niet thuis in kinderhanden. 16 NL AquaPro D O E A B P M Q N G H I F A B C D E F G H I AAN / UIT-toets Keuzetoets rotatiesnelheid Weergave rotatiesnelheid Uitlaat referentielaser Prismakop Verticale libel Transportbeveiliging Batterijvakje 5/8" schroefdraad ! J K C J K L M N O P Q L Stelvoet Verticaal-/wandconsole Arrêteerhendel Laadbus (DC 6V) Opname stelvoet Opname verticaal-/wandconsole Bedrijfs-/batterij-indicator Laad-toets Bij transport en gebruik vertikaal de transportknop (G) in de „lock“ stand instellen, daar er anders transportschade kan o ­ ntstaan. NL 17 Speciale functies van het product Automatische uitlijning van het apparaat door middel van een magnetisch gedempt pendelsysteem. Het apparaat wordt in de uitgangspositie gebracht en lijnt zelfstandig uit. Transport LOCK: Het apparaat wordt bij het transport beschermd d.m.v. een pendelvergrendeling. Ruimterasters: Deze tonen de laserniveaus en -functies. auto: automatische uitlijning / man: handmatige uitlijning auto man man Horizontaal nivelleren Verticaal nivelleren Neigingen 90° hoeken Loodfunctie Stroomvoorziejning Het apparaat kan eveneens met in de handel verkrijgbare alkalinebatterijen (6x type AA) worden gebruikt. De batterijen moeten overeenkomstig de installatiesymbolen worden geplaatst. Let daarbij op de juiste polariteit. Optioneel: Accu’s laden Laad de accu‘s vóór het gebruik van het apparaat compleet op. – Open het batterijvakje (H), plaats de accu’s en verbind de steker met de aansluitbussen. De stekers passen slechts in één positie in de bussen (zie afbeeldingen rechts). Sluit het batterijvakje weer. – Verbind het laadtoestel/de netadapter met de stroomvoeding en de bus (M). Gebruik alléén het/de bijgevoegde laadtoestel/netadapter. Wanneer een ander toestel wordt gebruikt, komt de garantie te vervallen. – Wanneer de LED (Q) constant knippert, moeten de batterijen worden vervangen resp. de accu’s opnieuw worden geladen. 18 NL AquaPro Horizontale inzet van de AquaPro – P laats het apparaat op een zo vlak mogelijke ondergrond of bevestig het op een statief. –D  raai de transportbeveiliging (G) in de richting van de pijl tot aan de aanslag naar “Unlock” . Daarmee wordt de beveiliging ontgrendeld die het pendelsysteem tijdens het transport beschermt tegen beschadiging. –D  ruk de Aan-/Uit-toets (A) in. –H  et apparaat nivelleert zich in een bereik van +/- 3,5° automatisch en de prismakop begint te draaien. –M  et de keuzetoets (B) kan het toerental gewijzigd worden, H = 600 t/min, M = 400 t/min, L = 200 t/min. ! Wanneer het apparaat zich nu buiten het automatische nivelleerbereik bevindt (> 3,5°), hoort u een waarschuwingssignaal en de prismakop staat stil. U moet het apparaat dan op een vlakke ondergrond plaatsen. Verticale inzet van de AquaPro –D  raai de transportbeveiliging (G) in de richting van de pijl tot aan de aanslag naar “Lock” . –V  erticaal-/ wandconsole in de opname (O) hangen. De arrêteerhendel (L) moet daarbij in de onderste positie staan en hoorbaar vastklikken. Druk de arrêteerhendel (L) naar beneden om de console te ontgrendelen. – L ijn het apparaat uit met de stelvoet (J) en de verticale libel (F). –D  ruk de Aan-/Uit-toets (A) in. De prismakop begint te draaien. –M  et de keuzetoets (B) kan het toerental gewijzigd worden, H = 600 t/min, M = 400 t/min, L = 200 t/min. ! Activeer bij het horizontaal nivelleren altijd de Out-Off-Level functie. Deze is actief wanneer het apparaat ingeschakeld en de transportbeveiliging naar “Unlock” wordt gedraaid. Wanneer het toestel zich nu buiten het automatische nivelleerbereik bevindt (> 3,5°), hoort u een waarschuwingssignaal en de prismakop staat stil. U moet het toestel dan op een vlakke ondergrond plaatsen. NL 19 Neigingsmodus Voor het aanleggen van hellingen moet de Out-Off-Level functie uitgeschakeld blijven. –D  raai de transportbeveiliging (G) in de richting van de pijl tot aan de aanslag naar “Lock” . Nu is de tiltfunctie niet geactiveerd en het apparaat lijnt niet automatisch uit. –D  ruk de Aan-/Uit-toets (A) in. De prismakop begint te draaien. –M  et de keuzetoets (B) kan het toerental gewijzigd worden, H = 600 t/min, M = 400 t/min, L = 200 t/min. –N  eig het apparaat in de gewenste hoek. Met de optionele hoekplaat artikelnr.: 080.75 kan de neiging nauwkeurig en snel ingesteld worden. Gebruik daarvoor bij voorkeur het krukstatief, bijv. artikelnr.: 080.30. ! artikelnr. 080.75 artikelnr. 080.30 In de neigingsmodus kan niet automatisch genivelleerd worden, omdat het apparaat niet automatisch wordt uitgelijnd. Zie daartoe ook „Horizontale inzet van de AquaPro“. X- / Y- / Zassen Z X ! 20 Controleerd u regelmatig de afstelling voor u de laser gebruikt, ook na transport en wanneer de laser langere tijd is opgeborgen geweest. Kontroleerd u daarbij alle assen. NL Y AquaPro Technische gegevens (Technische veranderingen voorbehouden) Zelfnivelleerbereik ± 3,5° (horizontaal) Nauwkeurigheid ± 2 mm / 10 m Nivellering horizontaal automatisch Nivellering verticaal manueel Referentie loodpunt 90° op rotatielaser Rotatie snelheid 200, 400, 600 T/min Laser golflengte 635 nm Laser Klasse 2 (EN 60825-1:2014) Lasersterkte < 1 mW Gebruiksduur accu’s / batterijen ca. 20 h / ca. 45 h, 6 x Type AA Accu laadtijd ca. 14 h Werktemperatuur - 10 °C … + 40 °C Beschermingsklasse IP 54 Gewicht 1,7 kg EU-bepalingen en afvoer Het apparaat voldoet aan alle van toepassing zijnde normen voor het vrije goederenverkeer binnen de EU. Dit product is een elektrisch apparaat en moet volgens de Europese richtlijn voor oude elektrische en elektronische apparatuur gescheiden verzameld en afgevoerd worden. Verdere veiligheids- en aanvullende instructies onder: www.laserliner.com/info NL 21 Kalibratiecontrole voorbereiden U kunt de kalibratie van de laser controleren. Plaats het toestel in het midden tussen twee muren die minstens 5 meter van elkaar verwijderd zijn. Voor een optimale controle een statief gebruiken. Schakel het toestel in en bepaal de markeringspunten met behulp van de SensoLite. Werken met het fijne bereik bij de SensoLite. 1. Markeer punt A1 op de wand. 2. Draai het toestel 180° om en markeer het punt A2. Tussen A1 en A2 hebt u nu een horizontale referentie. 1. A1 2. A2 A1 Kalibratie controleren 3. P laats het toestel zo dicht mogelijk tegen de wand ter hoogte van punt A1. Richt het toestel uit op de X-as. 4. Draai het toestel vervolgens 180° en markeer punt A3. Het verschil tussen A2 en A3 is de tolerantie voor de X-as. 5. Herhaal punt 3 en 4 voor de Y- en Z-as voor volledige controle. 4. < 2 mm / 10 m = OK 3. A1 A2 A2 A3 A2 A3 ! 22 Wanneer bij de X-, Y- of Z-as het verschil tussen punt A2 en A3 groter is dan aangegeven als tolerantie nl. 2 mm / 10 m, is een afstelling nodig. Neem hiervoor contact op met uw vakhandelaar. NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68

Laserliner Aquapro de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor