Zanussi ZFU319EW Handleiding

Type
Handleiding
32
NL
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt
hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het appa-
raat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken.
M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden:
Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid
Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat.
Praktische informatie
Informatie m.b.t. het milieu
Tips
Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag wor-
den behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische appa-
ratuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval
van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u
het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
Die Electrolux-Gruppe ist der weltweit größte Hersteller von gas- und strombetriebenen Geräten für
die Küche, zum Reinigen und für Forst und Garten. Jedes Jahr verkauft die Electrolux-Gruppe in über
150 Ländern der Erde über 55 Millionen Produkte (Kühlschränke, Herde, Waschmaschinen,
Staubsauger, Motorsägen und Rasenmäher) mit einem Wert von rund 14 Mrd. USD.
Inhoud
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . .33
Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . .33
Veiligheid van kinderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Vóór het in gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . . .33
Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan . . . . . . .33
Aanwijzingen voor de gebruiker . . . . . . . . . . . . . .34
Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
Beschrijving van het apparaat,
belangrijkste onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . .34
Schakel- en weergavepaneel . . . . . . . . . .35
Bedienen van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . .35
In gebruikname van het apparaat . . . . . . . .35
Instelling van de temperatuur . . . . . . . . . .35
Invriezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
IJsblokjes maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
Bewaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
Tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
Energie besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
Het apparaat en het milieu . . . . . . . . . . . .36
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . .37
Apparaat buiten gebruik . . . . . . . . . . . . . .37
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37
Aanwijzingen voor de installateur . . . . . . . . . . . .38
Installeren van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . .38
Vervoer, uitpakken . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Deurdraairichting omzetten . . . . . . . . . . . .39
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . .40
Bewaartijdentabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40
33
NL
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Algemene aanwijzingen m.b.t. de
veiligheid
Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem door
aan een evt. volgende eigenaar van het apparaat.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het
huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen en
dient volgens de voorschriften te worden gebruikt.
Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van het
aansluitsnoer, mogen alleen door Service worden
uitgevoerd. Daarbij mogen alleen originele Service-
onderdelen gebruikt worden. Onvakkundige reparaties
kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden!
Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit het
stopcontact is getrokken. Voordat u het apparaat gaat
reinigen, dient u het altijd spanningloos te maken. Trek de
stekker nooit aan het snoer, maar aan de stekker zelf uit
het stopcontact. Als het stopcontact moeilijk bereikbaar
is, schakel dan de zekering in de huisinstallatie uit.
Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden.
Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platgedrukt of
beschadigd door de achterkant van het
koel/vriesapparaat.
- Een beschadigde stekker kan oververhit raken en brand
veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen of het koel/vriesap-
paraat zelf op het aansluitsnoer.
- Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand.
Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken, vooral niet als het koel/vriesappa-
raat uit de nis wordt getrokken.
- Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of een
elektrische schok veroorzaken.
- Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het worden ver-
vangen door onze service-afdeling of door een erkend
installateur.
Als het stopcontact los zit, steek de stekker er dan
niet in.
- Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of
brand.
Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het uitne-
men van diepvriesproducten of het ijsblokjesbakje geen
scherpe of puntige voorwerpen. Die kunnen het apparaat
beschadigen.
Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temperatuur-
regelaar, het schakelmechanisme en de indicator komen.
Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vriesruimte
in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of tong
vastvriezen en verwondingen veroorzaken.
Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet opnieuw
ingevroren worden, maar moeten zo snel mogelijk gecon-
sumeerd worden.
Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwijzin-
gen van de fabrikant van deze producten bewaren.
Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v. elek-
trische verwarmingstoestellen of chemische stoffen.
Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen
in aanraking komen.
Waarschuwing: Wanneer u diepgevroren producten op
het apparaat legt, kan het gebeuren, dat er door het con-
tact met de koude vochtigheid condenseert in de holle
ruimte onder het bovenste gedeelte. In deze holle ruimte
zitten elektrische onderdelen en als daar waterdruppels
op terecht komen, kan dat tot kortsluiting leiden en daar-
door schade aan het apparaat veroorzaken. Leg dus
nooit diepgevroren producten op het bovenste gedeelte
van het apparaat!
Geen bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof
in het apparaat bewaren. Explosiegevaar!
Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes
in de diepvriezer bewaren.
Veiligheid van kinderen
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen.
Kunststof folie kan verstikkingsgevaar opleveren.
Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwasse-
nen. Laat kinderen niet met het apparaat of de bedi-
eningselementen spelen.
Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het
stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo dicht
mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U ver-
hindert daardoor, dat spelende kinderen een elek-
trische schok krijgen of elkaar of zichzelf in het appa-
raat opsluiten.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
kinderen, personen met verminderde lichamelijke,
zintuigelijke of geestelijke capaciteiten of een gebrek
aan kennis en ervaring, tenzij er toezicht is ingesteld
door de persoon die verantwoordelijk is voor hun vei-
ligheid of tenzij zij van deze persoon instructies
hebben gekregen over het gebruik.
Vóór het in gebruik nemen
Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat
u zich verbrandt aan warmte afgevende onderdelen
(compressor, condensor).
Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat
u het apparaat gaat verplaatsen.
Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer
staat.
Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie
zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot oververhitting
leiden. Volg daarom de aanwijzingen m.b.t. de instal-
latie.
Veiligheidsmaatregelen voor isobu-
taan
Waarschuwing
Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan
(R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is.
Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het
inbouwmeubel vrij.
Gebruik geen mechanische apparaten of andere mid-
delen om het ontdooiproces te bespoedigen, die niet
door de fabrikant worden aangeraden.
Beschadig het koelcircuit niet.
Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het
apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden gead-
viseerd.
Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt, kan
de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld
voor eventuele schade.
34
NL
Aanwijzingen voor de gebruiker
1. Vriesdoos
2. Vriesvak (korf)
3. Bewaarvak (korven)
4. Gegevenstabel
5. Schakel- en weergavepaneel
6. Dooiwaterafvoer
7. Verstelbare pootjes
8. Deurafdichtingsprofiel
9. Ventilatierooster
10. Condensator
11. Richting luchtstroom
12. Compressor
Algemene informatie
Dit apparaat is een huishoud-diepvriezer. Het is geschikt
voor het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen
van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde kli-
maatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen).
De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
Beschrijving en belangijke onderdelen van het apparaat
35
NL
Schakel- en weergavepaneel
A) Aan/Uit lampje
groen
B) Thermostaat- en Aan/Uitknop
C) Vriescontrolelampje
geel
D) Uitschakeling Geluidsalarm en vriesknop
E) Waarschuwingslampje
rood
Bediening van het apparaat
Ingebruikname van het apparaat
Stop de stekker in het stopcontact. Draai de thermostaat-
knop (B) op een koudere stand dan << 1 >> om het
apparaat in te schakelen. Het groene controlelampje
gaat branden en het rode controlelampje gaat knipperen.
Het controlelampje voor in- en uitschakelen (A) gaat
branden om aan te geven dat het apparaat is
ingeschakeld. Als het rode controlelampje knippert,
geeft dit aan dat de temperatuur in het vriesvak niet cor-
rect is. Bovendien hoort men een onderbroken
toonsignaal, dat uitgeschakeld kan worden door op de
(D) knop te drukken. Om het vriesvak uit te schakelen de
knop (B) in stand << >> zetten.
Instelling van de temperatuur
De binnentemperatuur van de vrieskast wordt elektron-
isch geregeld, er zijn vijf verschillende temperatuur-
standen en een uitschakelstand << >> .
De stand << 1 >> geeft de hoogste (minst koude) en de
stand << 6 >> geeft de laagste (koudste) temperatuur
aan. Zet de thermostaatknop op de door u gewenste
stand.
Normaal gesproken kunt u de schakelaar het best op <<
2-3 >> zetten, u moet, bij het instellen van de temperatu-
ur echter rekening houden met:
de kamertemperatuur, in de ruimte waar het apparaat
geplaatst is,
hoe vaak de deur geopend zal worden,
de hoeveelheid levensmiddelen die in de kast
bewaard worden,
de plaats van het apparaat.
Bij het kiezen van de juiste temperatuur moet met al deze
factoren rekening gehouden worden, het kan gebeuren
dat het raadzaam is hiermee een beetje te experi-
menteren. Om een lagere temperatuur te verkrijgen de
thermostaatknop hoger zetten, als u een hogere temper-
atuur wenst, de knop in een lagere stand zetten. Wanneer
u de ingestelde temperatuur verandert, 24 uur wachten
voordat u deze weer verandert, zodat de binnentemper-
atuur zich kan stabiliseren.
Waarschuwingslampje (rood)
Als het waarschuwingslampje voor onregelmatige temper-
atuur (E) gaat branden, betekent dat dat de binnentem-
peratuur van de vrieskast te hoog is (hoger dan -12 °C),
een juiste conservering van de levensmiddelen is niet
meer gegarandeerd. Wanneer de vrieskast voor het eerst
wordt ingeschakeld, gaat het waarschuwingslampje knip-
peren tot de temperatuur, die nodig is om diepgevroren
voedsel correct te bewaren, bereikt is.
Temperatuurstoring:
De temperatuur in het vriesvak garandeert, bij normale
werking van het apparaat, de correcte conservering van
de levensmiddelen in het vak. Wanneer deze temperatu-
ur, om welke reden ook, boven een bepaalde waarde (-12
°C) komt, gaat er een waarschuwingslampje branden en
klinkt er een alarmsignaal. Het waarschuwingslampje is
een continu brandend rood lampje (E), het geludisalarm
klinkt met tussenpozes. U kunt het geluidsalarm
uitschakelen door eenmaal op de knop (D) te drukken.
Invriezen
Vries de verschillende levensmiddelen na de geschikte
voorbereiding altijd in het vriesvak in. Haal voor de maxi-
male vriesprestatie de vriesdoos en de vrieskorf uit de
vriezer en leg de in te vriezen levensmiddelen recht-
streeks op de verdamper. Bij het invriezen van kleinere
hoeveelheden is het niet nodig de vriesdoos of vrieskorf
uit de vriezer te halen.
Druk voor het inschakelen van de invriesmodus 2 - 3 sec-
onden op de Aan-/Uitschakelaar voor invriezen (D); bij
kleine hoeveelheden levensmiddelen duurt het ongeveer
4 uur en bij grotere hoeveelheden ongeveer 24 uur, voor-
dat verse levensmiddelen diep gevroren zijn. Dan gaat het
gele lampje (C) branden. Dan werkt de compressor con-
tinu om de voor het invriezen vereiste temperatuur te
bereiken.
Nadat de levensmiddelen volledig diepgevroren zijn (wat
tot 24 uur kan duren), kan de invriesmodus ook hand-
matig uitgeschakeld worden, door 2-3 seconden op de
knop (D) te drukken. Als u de invriesfunctie niet hand-
matig uitschakelt, zorgt de elektronica van het apparaat
ervoor dat dit na verloop van 48 uur automatisch gebeurt.
Het gele lampje (C) gaat dan ook uit.
De vriesdoos is geschikt voor het invriezen van klein fruit
(frambozen, aardbeier, aalbessen, enz.). Het fruit moet
zonder verpakking in een dunne laag in de doos gelegd
worden. Nadat het is ingevroren kan het verpakt en gesor-
teerd worden en dan in een van de bewaarvakken gelegd
worden.
IJsblokjes maken
Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vries-
ruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat maakt,
gaat het invriezen sneller.
36
NL
deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de
gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg
ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de
warmtewisselaar, niet beschadigd wordt.
De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor
recycling.
Onderhoud
Ontdooien
De werking van het apparaat veroorzaakt dat een deel van
de vochtigheid in de binnenruimte in de vorm van dauw-
of respectievelijk ijslagen neerslaat. De dikke dauw- c.q.
ijslaag werkt isolerend en heeft een slechte invloed op de
vriesprestatie, dit leidt tot hogere binnentemperaturen,
een stijgend energieverbruik en bij een bepaalde dikte
van een dergelijke laag tot problemen bij het openen van
het vriesvak, dat kan leiden tot beschadigingen aan de
deur.
Bij geringe dauw- en ijsvorming is het wegkrabben resp.
verwijderen van de ontstane dauw- en ijslaag mogelijk met
de bij het apparaat geleverde krabber.
De op de afbeelding getoonde bak wordt niet bij het appa-
raat geleverd!
Als de dauw- en ijslaag zo dik is, dat hij niet meer verwi-
jderd kan worden met de krabber, dan is ontdooien
noodzakelijk. De frequentie hiervan is afhankelijk van het
gebruik.
Verloop van het ontdooien:
Zet de thermostaatknop op stand << >>.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Haal alle ingevroren levensmiddelen uit het apparaat en
leg ze, ingepakt in papier of doeken, in een korf en zet die
op een koele plaats of leg ze in het vriesvak c.q. de koel-
ruimte van een gewone koelkast.
Laat de deur open staan.
Veeg het dooiwater van tijd tot tijd met een doek of spons
in de richting van de zijkant van het apparaat weg, daar
kan het zich in een daarvoor bedoeld afvoerkaneel verza-
melen en vervolgens op de volgende manier verwijderd
worden:
Zet een geschikte opvangbak voor het apparaat.
Trek de smeltwaterafvoer, in het midden van het onderste
gedeelte van het apparaat, voorzichtig in de richting van
de pijl naar buiten, via deze opening loopt het smeltwater
U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijs-
blokjesbakje onder stromend water te houden en het dan
iets te verdraaien.
Bewaren
Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het beste
naar de bewaarvakken verplaatsen, zodat u weer ruimte
hebt in het invriesvak.
Tussentijds invriezen heeft geen nadelige invloed op
reeds ingevroren producten.
Praktische informatie
Na openen en sluiten van de deur van de vriezer
ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van
de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur weer
kunt openen.
Stel de vriezer zodanig in dat de binnentemperatuur
nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge tempera-
turen bederven de diepvriesproducten.
Controleer elke dag even of het apparaat goed func-
tioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig.
Na afloop van een stroomonderbreking gaat het
apparaat vanzelf weer aan en wordt automatisch de
invriesmodus ingeschakeld.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo
energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook infor-
matie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een
warmte afgevend apparaat.
Zorg ervoor dat de condensor en de compressor vol-
doende ventilatie hebben. Bedek de ventilatie-
openingen niet.
Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in
vershoudfolie om onnodige rijpvorming te
voorkomen.
Zorg ervoor dat nog in te vriezen levensmiddelen niet
in aanraking komen met reeds ingevroren levensmid-
delen.
Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer
open staan dan nodig is.
Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot kamertem-
peratuur afkoelen voordat u ze in het apparaat zet.
Houd de condensor schoon
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het iso-
latiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aan-
tasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of ges-
loopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt
van milieubescherming moeten afgedankte koel- en
vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op
37
NL
in de bak.
U kunt het verloop van het ontdooien bespoedigen door
op de koelplaten een een kopje of schoten heet water te
zetten.
Maak na het ontdooien de vochtige oppervlaktes droog
en zet de smeltwaterafvoer terug op zijn plaats.
Steek de stekker in het stopcontact.
Draai de thermostaatknop op de stand << 2-3 >> en laat
het apparaat minstens 2 uur in de invriesmodus werken.
Leg dan de eerder verwijderde levensmiddelen terug in
de kast.
Reiniging en onderhoud
U kunt de vriezer het beste tegelijk ontdooien en schoon-
maken.
Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep.
Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van
het apparaat met handwarm water schoonmaken en
droog wrijven.
Reinig het deurrubber met schoon water.
Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact.
Stof en vuil die zich op de condensor en de achterkant
van de koelkast hebben afgezet, dient u één of twee maal
per jaar te verwijderen.
Apparaat buiten gebruik
Als u het apparaat voor langere tijd niet gebruikt, gaat u als
volgt te werk:
Zet de thermostaatknop op de stand << >>.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Haal alle levensmiddelen uit het apparaat.
Laat het apparaat ontdooien en maak het schoon, zoals
beschreven.
Laat de deur een klein eindje open staan, dan kunnen er
in de kast geen nare luchtjes ontstaan.
Problemen oplossen
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt
verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het ophef-
fen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen
(compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een
storing.
Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het apparaat met
onderbrekingen werkt. Als de compressor stopt, wil dat
niet zeggen dat het apparaat niet werkt. Daarom moet u
altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken, voordat
u elektrische onderdelen aanraakt.
38
NL
Probleem
Het apparaat koelt niet vol-
doende.
Het apparaat koelt te sterk.
Het apparaat koelt helemaal
niet.
Het apparaat maakt veel
geluid.
Mogelijke oorzaak
De temperatuurregelaar is te laag
ingesteld.
Voor het invriezen was de temperatuur niet
laag genoeg.
U hebt levensmiddelen met grote afmetin-
gen in het apparaat gezet.
U wilt te veel levensmiddelen tegelijk
invriezen.
U hebt warme levensmiddelen in het appa-
raat gezet,
De deur is niet goed gesloten.
De temperatuurregelaar is te hoog
ingesteld.
De stekker zit niet in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
De thermostaat staat op "0".
Het apparaat staat niet goed.
Oplossing
Op een hogere stand instellen.
Het apparaat langer op een lagere temper-
atuur zetten.
Levensmiddelen in porties verdelen.
Minder levensmiddelen tegelijk invriezen.
Levensmiddelen eerst tot kamertemperatu-
ur laten afkoelen.
Controleren of de deur dicht is.
Op een lagere stand instellen.
De aansluiting controleren.
Stopcontact controleren.
Controleer de instelling van de thermostaat-
knop.
Controleren of het apparaat stabiel staat
(alle vier voeten moeten op de vloer staan).
Als de adviezen het probleem niet oplossen, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde dealer.
Storing in de werking
Wanneer de elektronica van het apparaat de waarde van de WERKELIJKE temperatuur niet waarneemt, begint het
waarschwuwingslampje op het weergavepaneel te knipperen. Het apparaat werkt nu met behulp van een reserveprogram-
ma todat een medewerker van de Technische dienst van de plaatselijke dealer het probleem heeft opgelost.
Aanwijzingen voor de installateur
Model
bruto-inhoud (l)
nuttige inhoud (l)
breedte (mm)
hoogte (mm)
diepte (mm)
energieverbruik (kWh/24 uur)
(kWh/jaar)
energie-efficiëntieklasse
invriesvermogen (kg/24 h)
max. bewaartijd bij stroomuitval (uur)
Neutrale stroomsterkte (A)
gewicht (kg)
ZFU 319 EW
190
168
545
1250
639
0,688
251
A
20
18
0,7
45
39
NL
Installeren van het apparaat
Vervoer, uitpakken
U kunt het apparaat het beste rechtop in de originele ver-
pakking vervoeren. Zie ook de aanwijzingen op de ver-
pakking.
Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur
ingeschakeld worden.
Pak het apparaat uit en controleer het op transports-
chade. Neem in geval van transportschade contact op
met de leverancier en sluit het apparaat niet aan.
Reiniging
Verwijder het plakband waarmee de onderdelen in het
apparaat vastgezet zijn.
Neem de binnenkant van het apparaat met handwarm
water en wat mild reinigingsmiddel af. Gebruik een
zachte doek.
Wrijf daarna de binnenkant van het apparaat droog.
Opstelling
De omgevingstemperatuur heeft invloed op het
stroomverbruik. Daarom moet het apparaat op een plaats
staan waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt
met de klimaatklasse waarvoor het uitgevoerd is, zie
onderstaande tabel. De klimaatklasse vindt u op het type-
plaatje.
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10 ..,+32 °C
N +16 ..,+32 °C
ST +18 ..,+38 °C
Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temper-
atuur in de koelruimte te hoog worden.
Als de omgevingstemperatuur te hoog is, moet de com-
pressor langer werken, de temperatuur in de diepvriezer
stijgt en er wordt meer energie verbruikt.
Het apparaat moet waterpas staan. Daartoe kunt u de
stelvoeten (1) aan de voorzijde verstellen. De afstandsrin-
gen (2) zijn onderdeel van de stelvoeten. Als het apparaat
waterpas moet worden gezet, kunnen deze afstandsrin-
gen worden verwijderd.
Zet het apparaat niet direct in de zon of dicht bij een ver-
warming of fornuis.
Is opstelling naast een warmtebron niet te vermijden, dan
moeten de volgende minimale afstanden worden aange-
houden:
Naast een gas- of elektrisch fornuis 3 cm. Als de
afstand kleiner is, plaats dan een warmte-isol-
erende plaat van 0,5 tot 1 cm dik tussen de twee
apparaten.
Naast een olie- of kolenkachel 30 cm.
De koelkast moet geheel tegen de muur staan.
Houd de minimale afstanden aan (zie afb.)
A: opstelling onder een keukenkastje
B: vrije opstelling
Deurdraairichting omzetten
Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de deur-
draairichting van rechts naar links omzetten.
Ga als volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Kantel het apparaat voorzichtig achterover en zorg
ervoor dat de compressor de vloer niet raakt. U kunt
dit het beste met twee personen doen.
Draai de stelvoeten aan beide zijden uit (2 stuks),
daarna de schroeven die de onderste
deurscharnieren vasthouden (2 stuks) en de schroef
aan de andere kant van het apparaat.
Zet de deur van het koelapparaat neer door ze een
beetje naar beneden te trekken.
Schroeft u het hengsel van het bovenste scharnier
van de deur los, en schroeft u ze aan de andere kant
in.
Zet u de deur van het koelapparaat naar de deurhoud-
er bovenaan.
40
NL
Zet de stift in de onderste deurscharnierplaat in de
richting van de pijl over.
Neem de deur los.
Draai de stift van het bovenste deurscharnier uit en
plaats hem aan de andere kant.
Schuift u de armen naar de andere kant en brengt u
de plastic stoppen in het plastic zakje van de handlei-
ding naar de vrije gaten.
Zet het apparaat op z'n plek, zet het waterpas en
steek de stekker in het stopcontact.
U kunt ook contact opnemen met Service. Een ser-
vicetechnicus kan tegen betaling het deurscharnier
overzetten.
Elektrische aansluiting
Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (~) 50 Hz.
Het apparaat moet worden aangesloten aan een vol-
gens de voorschriften geďnstalleerd stopcontact met
randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig is, laat
het dan door een erkend installateur in de buurt van de
koelkast aanbrengen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlij-
nen:
73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlij-
nen) - laagspanningsrichtlijn
89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlij-
nen - EMC-richtlijn
96/57 EEC - 96/09/03 (richtlijn energie-efficiëntie)
en latere aanvullingen
41
NL
Soort -18°C
groente 12 maanden
kant-en-klare producten 6 maanden
aardappelgerechten,
pastagerechten 12 maanden
soep 6 maanden
fruit 12 maanden
vlees 5 maanden
consumptie-ijs 3 weken
Bewaartijdentabel
Diepvriesproducten bewaren

Documenttranscriptie

NL Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het apparaat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken. M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden: Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat. Praktische informatie Informatie m.b.t. het milieu Tips Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan. Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Inhoud Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . .33 Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . .33 Veiligheid van kinderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33 Vóór het in gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . . .33 Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan . . . . . . .33 Aanwijzingen voor de gebruiker . . . . . . . . . . . . . .34 Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34 Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . .34 Schakel- en weergavepaneel . . . . . . . . . .35 Bedienen van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . .35 In gebruikname van het apparaat . . . . . . . .35 Instelling van de temperatuur . . . . . . . . . .35 Invriezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35 IJsblokjes maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35 Bewaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36 Tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36 Energie besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36 Het apparaat en het milieu . . . . . . . . . . . .36 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36 Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36 Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . .37 Apparaat buiten gebruik . . . . . . . . . . . . . .37 Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37 Aanwijzingen voor de installateur . . . . . . . . . . . .38 Installeren van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . .38 Vervoer, uitpakken . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38 Deurdraairichting omzetten . . . . . . . . . . . .39 Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . .40 Bewaartijdentabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40 From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice. Die Electrolux-Gruppe ist der weltweit größte Hersteller von gas- und strombetriebenen Geräten für die Küche, zum Reinigen und für Forst und Garten. Jedes Jahr verkauft die Electrolux-Gruppe in über 150 Ländern der Erde über 55 Millionen Produkte (Kühlschränke, Herde, Waschmaschinen, Staubsauger, Motorsägen und Rasenmäher) mit einem Wert von rund 14 Mrd. USD. 32 NL Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid - - - - Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem door aan een evt. volgende eigenaar van het apparaat. Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen en dient volgens de voorschriften te worden gebruikt. Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van het aansluitsnoer, mogen alleen door Service worden uitgevoerd. Daarbij mogen alleen originele Serviceonderdelen gebruikt worden. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden! Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit het stopcontact is getrokken. Voordat u het apparaat gaat reinigen, dient u het altijd spanningloos te maken. Trek de stekker nooit aan het snoer, maar aan de stekker zelf uit het stopcontact. Als het stopcontact moeilijk bereikbaar is, schakel dan de zekering in de huisinstallatie uit. Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden. Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platgedrukt of beschadigd door de achterkant van het koel/vriesapparaat. Een beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken. Plaats geen zware voorwerpen of het koel/vriesapparaat zelf op het aansluitsnoer. Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand. Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, vooral niet als het koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken. Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken. Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door onze service-afdeling of door een erkend installateur. Als het stopcontact los zit, steek de stekker er dan niet in. Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of brand. Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het uitnemen van diepvriesproducten of het ijsblokjesbakje geen scherpe of puntige voorwerpen. Die kunnen het apparaat beschadigen. Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temperatuurregelaar, het schakelmechanisme en de indicator komen. Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vriesruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken. Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel mogelijk geconsumeerd worden. Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant van deze producten bewaren. Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v. elektrische verwarmingstoestellen of chemische stoffen. Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen in aanraking komen. Waarschuwing: Wanneer u diepgevroren producten op het apparaat legt, kan het gebeuren, dat er door het contact met de koude vochtigheid condenseert in de holle ruimte onder het bovenste gedeelte. In deze holle ruimte zitten elektrische onderdelen en als daar waterdruppels op terecht komen, kan dat tot kortsluiting leiden en daar- door schade aan het apparaat veroorzaken. Leg dus nooit diepgevroren producten op het bovenste gedeelte van het apparaat! Geen bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof in het apparaat bewaren. Explosiegevaar! Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes in de diepvriezer bewaren. Veiligheid van kinderen Houd de verpakking uit de buurt van kinderen. Kunststof folie kan verstikkingsgevaar opleveren. Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen niet met het apparaat of de bedieningselementen spelen. Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U verhindert daardoor, dat spelende kinderen een elektrische schok krijgen of elkaar of zichzelf in het apparaat opsluiten. Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door kinderen, personen met verminderde lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke capaciteiten of een gebrek aan kennis en ervaring, tenzij er toezicht is ingesteld door de persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of tenzij zij van deze persoon instructies hebben gekregen over het gebruik. Vóór het in gebruik nemen Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat u zich verbrandt aan warmte afgevende onderdelen (compressor, condensor). Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat verplaatsen. Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat. Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot oververhitting leiden. Volg daarom de aanwijzingen m.b.t. de installatie. Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan Waarschuwing Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan (R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is. Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het inbouwmeubel vrij. Gebruik geen mechanische apparaten of andere middelen om het ontdooiproces te bespoedigen, die niet door de fabrikant worden aangeraden. Beschadig het koelcircuit niet. Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden geadviseerd. Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade. 33 NL Aanwijzingen voor de gebruiker Algemene informatie Dit apparaat is een huishoud-diepvriezer. Het is geschikt voor het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde klimaatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen). De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. Beschrijving en belangijke onderdelen van het apparaat 1. Vriesdoos 7. Verstelbare pootjes 2. Vriesvak (korf) 8. Deurafdichtingsprofiel 3. Bewaarvak (korven) 4. Gegevenstabel 34 9. Ventilatierooster 10. Condensator 5. Schakel- en weergavepaneel 11. Richting luchtstroom 6. Dooiwaterafvoer 12. Compressor NL A) Aan/Uit lampje groen atuur wenst, de knop in een lagere stand zetten. Wanneer u de ingestelde temperatuur verandert, 24 uur wachten voordat u deze weer verandert, zodat de binnentemperatuur zich kan stabiliseren. B) Thermostaat- en Aan/Uitknop Waarschuwingslampje (rood) C) Vriescontrolelampje geel D) Uitschakeling Geluidsalarm en vriesknop E) Waarschuwingslampje rood Als het waarschuwingslampje voor onregelmatige temperatuur (E) gaat branden, betekent dat dat de binnentemperatuur van de vrieskast te hoog is (hoger dan -12 °C), een juiste conservering van de levensmiddelen is niet meer gegarandeerd. Wanneer de vrieskast voor het eerst wordt ingeschakeld, gaat het waarschuwingslampje knipperen tot de temperatuur, die nodig is om diepgevroren voedsel correct te bewaren, bereikt is. Schakel- en weergavepaneel Temperatuurstoring: Bediening van het apparaat Ingebruikname van het apparaat Stop de stekker in het stopcontact. Draai de thermostaatknop (B) op een koudere stand dan << 1 >> om het apparaat in te schakelen. Het groene controlelampje gaat branden en het rode controlelampje gaat knipperen. Het controlelampje voor in- en uitschakelen (A) gaat branden om aan te geven dat het apparaat is ingeschakeld. Als het rode controlelampje knippert, geeft dit aan dat de temperatuur in het vriesvak niet correct is. Bovendien hoort men een onderbroken toonsignaal, dat uitgeschakeld kan worden door op de (D) knop te drukken. Om het vriesvak uit te schakelen de knop (B) in stand << >> zetten. Instelling van de temperatuur De binnentemperatuur van de vrieskast wordt elektronisch geregeld, er zijn vijf verschillende temperatuurstanden en een uitschakelstand << >> . De stand << 1 >> geeft de hoogste (minst koude) en de stand << 6 >> geeft de laagste (koudste) temperatuur aan. Zet de thermostaatknop op de door u gewenste stand. Normaal gesproken kunt u de schakelaar het best op << 2-3 >> zetten, u moet, bij het instellen van de temperatuur echter rekening houden met: de kamertemperatuur, in de ruimte waar het apparaat geplaatst is, hoe vaak de deur geopend zal worden, de hoeveelheid levensmiddelen die in de kast bewaard worden, de plaats van het apparaat. Bij het kiezen van de juiste temperatuur moet met al deze factoren rekening gehouden worden, het kan gebeuren dat het raadzaam is hiermee een beetje te experimenteren. Om een lagere temperatuur te verkrijgen de thermostaatknop hoger zetten, als u een hogere temper- De temperatuur in het vriesvak garandeert, bij normale werking van het apparaat, de correcte conservering van de levensmiddelen in het vak. Wanneer deze temperatuur, om welke reden ook, boven een bepaalde waarde (-12 °C) komt, gaat er een waarschuwingslampje branden en klinkt er een alarmsignaal. Het waarschuwingslampje is een continu brandend rood lampje (E), het geludisalarm klinkt met tussenpozes. U kunt het geluidsalarm uitschakelen door eenmaal op de knop (D) te drukken. Invriezen Vries de verschillende levensmiddelen na de geschikte voorbereiding altijd in het vriesvak in. Haal voor de maximale vriesprestatie de vriesdoos en de vrieskorf uit de vriezer en leg de in te vriezen levensmiddelen rechtstreeks op de verdamper. Bij het invriezen van kleinere hoeveelheden is het niet nodig de vriesdoos of vrieskorf uit de vriezer te halen. Druk voor het inschakelen van de invriesmodus 2 - 3 seconden op de Aan-/Uitschakelaar voor invriezen (D); bij kleine hoeveelheden levensmiddelen duurt het ongeveer 4 uur en bij grotere hoeveelheden ongeveer 24 uur, voordat verse levensmiddelen diep gevroren zijn. Dan gaat het gele lampje (C) branden. Dan werkt de compressor continu om de voor het invriezen vereiste temperatuur te bereiken. Nadat de levensmiddelen volledig diepgevroren zijn (wat tot 24 uur kan duren), kan de invriesmodus ook handmatig uitgeschakeld worden, door 2-3 seconden op de knop (D) te drukken. Als u de invriesfunctie niet handmatig uitschakelt, zorgt de elektronica van het apparaat ervoor dat dit na verloop van 48 uur automatisch gebeurt. Het gele lampje (C) gaat dan ook uit. De vriesdoos is geschikt voor het invriezen van klein fruit (frambozen, aardbeier, aalbessen, enz.). Het fruit moet zonder verpakking in een dunne laag in de doos gelegd worden. Nadat het is ingevroren kan het verpakt en gesorteerd worden en dan in een van de bewaarvakken gelegd worden. IJsblokjes maken Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vriesruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat maakt, gaat het invriezen sneller. 35 NL U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijsblokjesbakje onder stromend water te houden en het dan iets te verdraaien. Bewaren Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het beste naar de bewaarvakken verplaatsen, zodat u weer ruimte hebt in het invriesvak. Tussentijds invriezen heeft geen nadelige invloed op reeds ingevroren producten. Praktische informatie Na openen en sluiten van de deur van de vriezer ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur weer kunt openen. Stel de vriezer zodanig in dat de binnentemperatuur nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge temperaturen bederven de diepvriesproducten. Controleer elke dag even of het apparaat goed functioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig. Na afloop van een stroomonderbreking gaat het apparaat vanzelf weer aan en wordt automatisch de invriesmodus ingeschakeld. Tips deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar, niet beschadigd wordt. De materialen met het symbool „ recycling. ” zijn geschikt voor Onderhoud Ontdooien De werking van het apparaat veroorzaakt dat een deel van de vochtigheid in de binnenruimte in de vorm van dauwof respectievelijk ijslagen neerslaat. De dikke dauw- c.q. ijslaag werkt isolerend en heeft een slechte invloed op de vriesprestatie, dit leidt tot hogere binnentemperaturen, een stijgend energieverbruik en bij een bepaalde dikte van een dergelijke laag tot problemen bij het openen van het vriesvak, dat kan leiden tot beschadigingen aan de deur. Bij geringe dauw- en ijsvorming is het wegkrabben resp. verwijderen van de ontstane dauw- en ijslaag mogelijk met de bij het apparaat geleverde krabber. De op de afbeelding getoonde bak wordt niet bij het apparaat geleverd! Als de dauw- en ijslaag zo dik is, dat hij niet meer verwijderd kan worden met de krabber, dan is ontdooien noodzakelijk. De frequentie hiervan is afhankelijk van het gebruik. In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu. Energie besparen Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een warmte afgevend apparaat. Zorg ervoor dat de condensor en de compressor voldoende ventilatie hebben. Bedek de ventilatieopeningen niet. Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in vershoudfolie om onnodige rijpvorming te voorkomen. Zorg ervoor dat nog in te vriezen levensmiddelen niet in aanraking komen met reeds ingevroren levensmiddelen. Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer open staan dan nodig is. Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in het apparaat zet. Houd de condensor schoon Het apparaat en het milieu Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt van milieubescherming moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op 36 Verloop van het ontdooien: Zet de thermostaatknop op stand << >>. Trek de stekker uit het stopcontact. Haal alle ingevroren levensmiddelen uit het apparaat en leg ze, ingepakt in papier of doeken, in een korf en zet die op een koele plaats of leg ze in het vriesvak c.q. de koelruimte van een gewone koelkast. Laat de deur open staan. Veeg het dooiwater van tijd tot tijd met een doek of spons in de richting van de zijkant van het apparaat weg, daar kan het zich in een daarvoor bedoeld afvoerkaneel verzamelen en vervolgens op de volgende manier verwijderd worden: Zet een geschikte opvangbak voor het apparaat. Trek de smeltwaterafvoer, in het midden van het onderste gedeelte van het apparaat, voorzichtig in de richting van de pijl naar buiten, via deze opening loopt het smeltwater NL Apparaat buiten gebruik Als u het apparaat voor langere tijd niet gebruikt, gaat u als volgt te werk: Zet de thermostaatknop op de stand << >>. Trek de stekker uit het stopcontact. Haal alle levensmiddelen uit het apparaat. Laat het apparaat ontdooien en maak het schoon, zoals beschreven. Laat de deur een klein eindje open staan, dan kunnen er in de kast geen nare luchtjes ontstaan. in de bak. Problemen oplossen U kunt het verloop van het ontdooien bespoedigen door op de koelplaten een een kopje of schoten heet water te zetten. Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het opheffen van zulke kleine storingen. Maak na het ontdooien de vochtige oppervlaktes droog en zet de smeltwaterafvoer terug op zijn plaats. Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen (compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een storing. Steek de stekker in het stopcontact. Draai de thermostaatknop op de stand << 2-3 >> en laat het apparaat minstens 2 uur in de invriesmodus werken. Leg dan de eerder verwijderde levensmiddelen terug in de kast. Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het apparaat met onderbrekingen werkt. Als de compressor stopt, wil dat niet zeggen dat het apparaat niet werkt. Daarom moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken, voordat u elektrische onderdelen aanraakt. Reiniging en onderhoud U kunt de vriezer het beste tegelijk ontdooien en schoonmaken. Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep. Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van het apparaat met handwarm water schoonmaken en droog wrijven. Reinig het deurrubber met schoon water. Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact. Stof en vuil die zich op de condensor en de achterkant van de koelkast hebben afgezet, dient u één of twee maal per jaar te verwijderen. 37 NL Probleem Oplossing Mogelijke oorzaak Het apparaat koelt niet voldoende. De temperatuurregelaar is te laag ingesteld. Op een hogere stand instellen. Voor het invriezen was de temperatuur niet Het apparaat langer op een lagere temperatuur zetten. laag genoeg. Levensmiddelen in porties verdelen. U hebt levensmiddelen met grote afmetingen in het apparaat gezet. Minder levensmiddelen tegelijk invriezen. U wilt te veel levensmiddelen tegelijk invriezen. U hebt warme levensmiddelen in het appa- Levensmiddelen eerst tot kamertemperatuur laten afkoelen. raat gezet, De deur is niet goed gesloten. Controleren of de deur dicht is. Het apparaat koelt te sterk. De temperatuurregelaar is te hoog ingesteld. Op een lagere stand instellen. Het apparaat koelt helemaal niet. De stekker zit niet in het stopcontact. De aansluiting controleren. Het apparaat maakt veel geluid. Het apparaat staat niet goed. Er staat geen spanning op het stopcontact. Stopcontact controleren. Controleer de instelling van de thermostaatDe thermostaat staat op "0". knop. Controleren of het apparaat stabiel staat (alle vier voeten moeten op de vloer staan). Als de adviezen het probleem niet oplossen, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde dealer. Storing in de werking Wanneer de elektronica van het apparaat de waarde van de WERKELIJKE temperatuur niet waarneemt, begint het waarschwuwingslampje op het weergavepaneel te knipperen. Het apparaat werkt nu met behulp van een reserveprogramma todat een medewerker van de Technische dienst van de plaatselijke dealer het probleem heeft opgelost. Aanwijzingen voor de installateur Model ZFU 319 EW bruto-inhoud (l) 190 nuttige inhoud (l) 168 breedte (mm) 545 hoogte (mm) 1250 diepte (mm) energieverbruik 639 (kWh/24 uur) (kWh/jaar) energie-efficiëntieklasse invriesvermogen (kg/24 h) 0,688 251 A 20 max. bewaartijd bij stroomuitval (uur) 18 Neutrale stroomsterkte (A) 0,7 gewicht (kg) 45 38 NL Installeren van het apparaat Zet het apparaat niet direct in de zon of dicht bij een verwarming of fornuis. Vervoer, uitpakken Is opstelling naast een warmtebron niet te vermijden, dan moeten de volgende minimale afstanden worden aangehouden: U kunt het apparaat het beste rechtop in de originele verpakking vervoeren. Zie ook de aanwijzingen op de verpakking. Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur ingeschakeld worden. Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Neem in geval van transportschade contact op met de leverancier en sluit het apparaat niet aan. Naast een gas- of elektrisch fornuis 3 cm. Als de afstand kleiner is, plaats dan een warmte-isolerende plaat van 0,5 tot 1 cm dik tussen de twee apparaten. Naast een olie- of kolenkachel 30 cm. De koelkast moet geheel tegen de muur staan. Houd de minimale afstanden aan (zie afb.) Reiniging A: opstelling onder een keukenkastje Verwijder het plakband waarmee de onderdelen in het apparaat vastgezet zijn. B: vrije opstelling Neem de binnenkant van het apparaat met handwarm water en wat mild reinigingsmiddel af. Gebruik een zachte doek. Wrijf daarna de binnenkant van het apparaat droog. Opstelling De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Daarom moet het apparaat op een plaats staan waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het uitgevoerd is, zie onderstaande tabel. De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. Klimaatklasse Omgevingstemperatuur SN +10 ..,+32 °C Deurdraairichting omzetten N +16 ..,+32 °C ST +18 ..,+38 °C Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de deurdraairichting van rechts naar links omzetten. Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temperatuur in de koelruimte te hoog worden. Ga als volgt te werk: Trek de stekker uit het stopcontact. Kantel het apparaat voorzichtig achterover en zorg ervoor dat de compressor de vloer niet raakt. U kunt dit het beste met twee personen doen. Draai de stelvoeten aan beide zijden uit (2 stuks), daarna de schroeven die de onderste deurscharnieren vasthouden (2 stuks) en de schroef aan de andere kant van het apparaat. Zet de deur van het koelapparaat neer door ze een beetje naar beneden te trekken. Schroeft u het hengsel van het bovenste scharnier van de deur los, en schroeft u ze aan de andere kant in. Als de omgevingstemperatuur te hoog is, moet de compressor langer werken, de temperatuur in de diepvriezer stijgt en er wordt meer energie verbruikt. Zet u de deur van het koelapparaat naar de deurhouder bovenaan. Het apparaat moet waterpas staan. Daartoe kunt u de stelvoeten (1) aan de voorzijde verstellen. De afstandsringen (2) zijn onderdeel van de stelvoeten. Als het apparaat waterpas moet worden gezet, kunnen deze afstandsringen worden verwijderd. 39 NL Elektrische aansluiting Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (~) 50 Hz. Het apparaat moet worden aangesloten aan een volgens de voorschriften geďnstalleerd stopcontact met randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig is, laat het dan door een erkend installateur in de buurt van de koelkast aanbrengen. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen: – 73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlijnen) - laagspanningsrichtlijn Zet de stift in de onderste deurscharnierplaat in de richting van de pijl over. Neem de deur los. Draai de stift van het bovenste deurscharnier uit en plaats hem aan de andere kant. Schuift u de armen naar de andere kant en brengt u de plastic stoppen in het plastic zakje van de handleiding naar de vrije gaten. Zet het apparaat op z'n plek, zet het waterpas en steek de stekker in het stopcontact. U kunt ook contact opnemen met Service. Een servicetechnicus kan tegen betaling het deurscharnier overzetten. 40 – 89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlijnen - EMC-richtlijn – 96/57 EEC - 96/09/03 (richtlijn energie-efficiëntie) en latere aanvullingen NL Bewaartijdentabel Diepvriesproducten bewaren Soort groente kant-en-klare producten aardappelgerechten, pastagerechten soep fruit vlees consumptie-ijs -18°C 12 maanden 6 maanden 12 maanden 6 maanden 12 maanden 5 maanden 3 weken 41
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Zanussi ZFU319EW Handleiding

Type
Handleiding