Documenttranscriptie
4-263-228-33(1)
AV Center
AV Center
XAV-72BT
©2011 Sony Corporation
Mode d’emploi
FR
Bedienungsanleitung
DE
Gebruiksaanwijzing
NL
Installeer dit apparaat uit
veiligheidsoverwegingen in het dashboard
van de auto. Raadpleeg de bijgeleverde gids
voor "Montage/Aansluitingen" om het
apparaat te installeren en aan te sluiten.
Waarschuwing
Stel het apparaat niet bloot aan regen of
vocht. Dit kan brand of elektrische
schokken tot gevolg hebben.
Open de behuizing niet. Dit kan
elektrische schokken tot gevolg hebben.
Laat het apparaat alleen nakijken door
bevoegde servicetechnici.
LET OP
De optische instrumenten in dit product
vergroten het risico op oogletsel. De laserstraal
van deze CD/DVD-speler is schadelijk voor de
ogen, dus u mag de behuizing niet openen. Laat
het apparaat alleen nakijken door bevoegde
servicetechnici.
Hierbij verklaart Sony Corp. dat het toestel
XAV-72BT in overeenstemming is met de
essentiële eisen en de andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Nadere informatie kunt u vinden op:
http://www.compliance.sony.de/
Italië: Het gebruik van het RLAN-netwerk wordt
bepaald:
– met betrekking tot persoonlijk gebruik door
juridisch besluit 1.8.2003, nr. 259 ("Richtlijn
voor elektronische communicatie"). In
Artikel 104 wordt in het bijzonder
aangegeven wanneer het verkrijgen van
algemene toestemming vooraf noodzakelijk
is, en in Artikel 105 wanneer vrij gebruik is
toegestaan.
– met betrekking tot het leveren van openbare
RLAN-toegang tot telecomnetwerken en
-services door Ministerieel besluit 28.5.2003,
zoals aangepast, en Artikel 25 (algemene
toestemming voor elektronische
communicatienetwerken en -services) van de
Richtlijn voor elektronische communicatie.
Noorwegen: Het gebruik van deze
radioapparatuur is niet toegestaan binnen een
straal van 20 kilometer van het centrum
Ny-Alesund op Spitsbergen.
Dit label bevindt zich aan de onderkant van het
apparaat.
Het naamplaatje met de bedrijfsspanning,
enzovoort bevindt zich aan de onderkant van de
behuizing.
2
Opmerking voor klanten: de volgende
informatie geldt enkel voor apparatuur
verkocht in landen waar de EU-richtlijnen
van kracht zijn
De fabricant van dit product is Sony Corporation,
1-7-1 Konan Minato-ku Tokyo, 108-0075 Japan.
De geauthoriseerde vertegenwoordiging voor
EMC en produkt veiligheid is Sony Deutschland
GmbH, Hedelfinger Strasse 61, 70327 Stuttgart,
Duitsland. Voor service- of garantiezaken
verwijzen wij u graag naar de addressen in de
afzonderlijke service/garantie documenten.
Verwijdering van oude
elektrische en elektronische
apparaten (Toepasbaar in de
Europese Unie en andere
Europese landen met
gescheiden
inzamelingssystemen)
Het symbool op het product of op de verpakking
wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk
afval mag worden behandeld. Het moet echter
naar een plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt gerecycled.
Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte
manier wordt verwerkt, voorkomt u voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke
bronnen. Voor meer details in verband met het
recyclen van dit product, neemt u contact op met
de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de
dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
Accessoires waarop dit van toepassing is:
Afstandsbediening, Microfoon
Verwijdering van oude
batterijen (in de Europese
Unie en andere Europese
landen met afzonderlijke
inzamelingssystemen)
Dit symbool op de batterij of
verpakking wijst erop dat de meegeleverde
batterij van dit product niet als huishoudelijk
afval behandeld mag worden. Op sommige
batterijen kan dit symbool voorkomen in
combinatie met een chemisch symbool. De
chemische symbolen voor kwik (Hg) of lood
(Pb) worden toegevoegd als de batterij meer dan
0,0005 % kwik of 0,004 % lood bevat. Door deze
batterijen op juiste wijze af te voeren, voorkomt
u voor mens en milieu negatieve gevolgen die
zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. Het recycleren van
materialen draagt bij tot het vrijwaren van
natuurlijke bronnen. In het geval dat de
producten om redenen van veiligheid, prestaties
dan wel in verband met data-integriteit een
permanente verbinding met batterij vereisen,
dient deze batterij enkel door gekwalificeerd
servicepersoneel vervangen te worden. Om
ervoor te zorgen dat de batterij op een juiste
wijze zal worden behandeld, dient het product
aan het eind van zijn levenscyclus overhandigd te
worden aan het desbetreffende inzamelingspunt
voor de recyclage van elektrisch en elektronisch
materiaal. Voor alle andere batterijen verwijzen
we u naar het gedeelte over hoe de batterij veilig
uit het product te verwijderen. Overhandig de
batterij bij het desbetreffende inzamelingspunt
voor de recyclage van batterijen. Voor meer
details in verband met het recyclen van dit
product of batterij, neemt u contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst
belast met de verwijdering van huishoudafval of
de winkel waar u het product hebt gekocht.
Opmerking over de lithiumbatterij
Stel de batterij niet bloot aan extreem hoge
temperaturen, zoals direct zonlicht, vuur, enzovoort.
Waarschuwing als het contactslot van
de auto geen ACC-positie heeft
Zorg ervoor dat u de functie voor automatisch
uitschakelen instelt (pagina 55).
Als er geen bron wordt geselecteerd zal het
apparaat automatisch uitgeschakeld worden
na de ingestelde tijdsduur. Zo voorkomt u dat
de accu leeg raakt.
Als u de functie voor automatisch
uitschakelen niet instelt, houdt u
(SOURCE/OFF) ingedrukt totdat het scherm
verdwijnt telkens als u het contactslot uitzet.
Om de demonstratie (Demo) te annuleren, zie
pagina 59.
3
Inhoudsopgave
Opmerkingen over veiligheid. . . . . . . . . . . . . . . 8
Opmerkingen over de montage . . . . . . . . . . . . . 8
Opmerkingen over Bluetooth . . . . . . . . . . . . . . 10
Disks afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Bedieningselementen voor afspelen . . . . . . 21
Afspeelaanduidingen . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Afspeelbare disks en symbolen die in deze
Gebruiksaanwijzing worden gebruikt . . . . . . . 11
PBC (afspeelbedienings)-functies
gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Locatie en functie van de
bedieningselementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
Hoofdeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Afstandsbediening RM-X170. . . . . . . . . . . 14
Audio-instellingen configureren . . . . . . . . . . . 24
De audiotaal/-indeling wijzigen . . . . . . . . . 24
Het audiokanaal wijzigen . . . . . . . . . . . . . . 25
Het audio-uitvoerniveau aanpassen
— Dolby D-niveau . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Aan de slag
Disks vergrendelen — Kinderbeveiliging . . . . 25
Kinderbeveiliging inschakelen . . . . . . . . . . 25
Regio en bijbehorend filmclassificatieniveau
wijzigen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Auteursrechten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Het apparaat resetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16
De initiële instellingen uitvoeren . . . . . . . . . . . 16
De afstandsbediening voorbereiden . . . . . . . . . 16
Radio
Naar de radio luisteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Bedieningselementen voor ontvangst . . . . . 17
Ontvangstaanduidingen . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Zenders opslaan en ontvangen . . . . . . . . . . . . . 18
Automatisch opslaan — BTM. . . . . . . . . . . 18
Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . . . . 18
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
AF en TA instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
PTY selecteren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
CT instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
4
Disks
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . . . . 26
Rechtstreeks afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Bewerkingen voor USB-apparaten
Afspelen vanaf een USB-apparaat. . . . . . . . . . 28
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . . . . 28
Genieten van muziek op basis van uw stemming
— SensMe™ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Voordat u de SensMe™-functie
gebruikt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
"SensMe™ Setup" en "Content Transfer" op
uw computer installeren . . . . . . . . . . . . . . . 29
Een USB-apparaat registreren met
"SensMe™ Setup" . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Tracks overzetten naar het
USB-apparaat met "Content Transfer" . . . . 30
Tracks in kanalen afspelen
— SensMe™ channels . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Tracks afspelen via stemmingskaarten
— SensMe™ mood. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Bewerkingen met iPod
Handsfree bellen en audio
streamen — Bluetooth
Een iPod afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
De weergavestand instellen . . . . . . . . . . . . . . . 33
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . . . . 34
Een iPod rechtstreeks bedienen
— Passagiersbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Nuttige functies
Tracks/beelden/videobestanden in een lijst
weergeven — List . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Een track/beeld/videobestand
selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Een bestandstype selecteren . . . . . . . . . . . . 35
Zoeken naar een track door te luisteren naar een
gedeelte van een track — ZAPPIN™ . . . . . . . 35
Gesture Command (bediening door middel van
gebaren) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Voordat u de Bluetooth-functie gebruikt . . . .
Basisprocedure van de
Bluetooth-functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Bluetooth-statusaanduidingen . . . . . . . . . .
De microfoon installeren . . . . . . . . . . . . . .
37
37
37
38
Koppelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Zoeken vanaf dit apparaat . . . . . . . . . . . . . 38
Zoeken vanaf het Bluetooth-apparaat . . . . 39
Verbinden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Handsfree bellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Bellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Oproepen ontvangen . . . . . . . . . . . . . . . . .
Bewerkingen tijdens een oproep . . . . . . . .
40
40
42
42
Telefoonboekbeheer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Telefoonboekgegevens opslaan . . . . . . . . . 43
In het telefoonboek bladeren van een mobiele
telefoon. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Telefoonboekgegevens verwijderen. . . . . . 45
Een contactpersoon bewerken . . . . . . . . . . 45
Beheer van oproepgegevens . . . . . . . . . . . . . .
Oproepgeschiedenis . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Snelkeuzetoets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Persoonlijke gegevens vergrendelen . . . . .
46
46
46
47
Audio streamen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Luisteren naar een Bluetooth-apparaat via dit
apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Het Bluetooth-apparaat bedienen met dit
apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Bluetooth-instellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
vervolg op volgende pagina t
5
Geluidsaanpassing
Optionele apparaten gebruiken
De geluidskwaliteit selecteren — EQ7 . . . . . . 49
De equalizercurve aanpassen
— EQ7 Tune . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Extra audio-/videoapparatuur . . . . . . . . . . . . . 64
De geluidskenmerken aanpassen . . . . . . . . . . . 49
Geluid optimaliseren voor de luisterpositie
— Intelligent Time Alignment. . . . . . . . . . . . . 50
De luisterpositie nauwkeurig kalibreren
— Intelligent Time Alignment
afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Luidsprekerconfiguratie en
volume-instelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Een virtuele middenluidspreker aanmaken
— CSO . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Achterluidsprekers gebruiken als subwoofers
— Rear Bass Enhancer . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Het luidsprekervolume aanpassen . . . . . . . . 51
Monitor aanpassen
De monitorhoek aanpassen. . . . . . . . . . . . . . . . 52
Aanraakscherm kalibreren . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Het achtergrondscherm instellen . . . . . . . . . . . 52
Het beeld regelen — Picture EQ . . . . . . . . . . . 52
Het beeld aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
De breedte-/hoogteverhouding selecteren . . . . 53
Achteruitkijkcamera . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
Instellingen voor de
achteruitkijkcamera. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66
Opmerkingen over het LCD-scherm. . . . . . 66
Opmerkingen over disks . . . . . . . . . . . . . . . 66
Afspeelvolgorde van MP3/WMA/AAC/JPEG/
Xvid/MPEG-4-bestanden . . . . . . . . . . . . . . 67
Over MP3-bestanden . . . . . . . . . . . . . . . . . 67
Over WMA-bestanden . . . . . . . . . . . . . . . . 67
Over AAC-bestanden . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Over JPEG-bestanden . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Over MPEG-4-bestanden . . . . . . . . . . . . . . 68
Over iPod . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Over de Bluetooth-functie . . . . . . . . . . . . . 68
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 69
Het apparaat verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Problemen oplossen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . . 75
Lijst met taal-/regiocodes . . . . . . . . . . . . . . . . 77
Index . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
Instellingen
Algemene bediening voor instellingen. . . . . . . 54
Algemene instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Geluidsinstellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Scherminstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
DVD- en andere afspeelinstellingen . . . . . . . .60
De beveiligingscode instellen . . . . . . . . . . . . . 63
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
6
Ondersteuningssite
Als u vragen hebt of de recentste ondersteuningsinformatie over dit
product wilt hebben, gaat u naar de onderstaande website:
http://support.sony-europe.com/
Levert informatie over:
• Modellen en fabrikanten van compatibele digitale audiospelers
• Modellen en fabrikanten van compatibele mobiele telefoons en veelgestelde
vragen over de Bluetooth-functie
7
Opmerkingen over veiligheid
• Houd u aan de lokale verkeersregels, wetgeving en
overheidsvoorschriften.
• Tijdens het autorijden
– Bekijk of bedien het apparaat niet, omdat dit uw
aandacht kan afleiden en kan leiden tot
ongelukken. Parkeer uw auto op een veilige
plaats als u het apparaat wilt bekijken of
bedienen.
– Gebruik de instelfunctie of andere functies niet.
Deze kunnen uw aandacht van de weg afleiden.
– Wanneer u achteruitrijdt met de auto,
moet u uit veiligheidsoverwegingen goed
omkijken en nauwkeurig op de omgeving
letten, zelfs als de achteruitkijkcamera is
aangesloten. Vertrouw nooit alleen op de
achteruitkijkcamera.
• Tijdens het gebruik
– Steek uw handen of vingers of vreemde
voorwerpen niet in het apparaat, omdat dit letsel
of schade aan het apparaat tot gevolg kan
hebben.
– Houd kleine onderdelen buiten het bereik van
kinderen.
– Maak de veiligheidsgordels vast om letsel te
voorkomen wanneer de auto plotseling beweegt.
Ongelukken voorkomen
Beelden worden pas weergegeven als u de auto
hebt geparkeerd en de handrem gebruikt.
Wanneer de auto beweegt tijdens het afspelen van
video, wordt het beeld automatisch
overgeschakeld naar het achtergrondscherm nadat
de onderstaande waarschuwing is weergegeven.
"Video blocked for your safety."
De monitor die is aangesloten op REAR VIDEO
OUT, is actief wanneer de auto beweegt.
Het beeld op het scherm wordt overgeschakeld
naar het achtergrondscherm, maar de audiobron
kan nog wel worden gehoord.
Bedien het apparaat niet of kijk niet naar de
monitor tijdens het rijden.
Opmerkingen over de montage
• We raden aan dat dit apparaat wordt gemonteerd
door een bevoegde technicus of bevoegd
onderhoudspersoneel.
– Als u dit apparaat zelf probeert te monteren,
moet u de bijgeleverde gids voor "Montage/
Aansluitingen" raadplegen en het apparaat op de
juiste manier installeren.
– Een onjuiste montage kan ervoor zorgen dat de
accu leegloopt of kan kortsluiting veroorzaken.
8
• Als het apparaat niet correct werkt, controleert u
eerst de aansluitingen. Raadpleeg hierbij de
bijgeleverde gids voor "Montage/Aansluitingen".
Controleer de zekering wanneer alles in orde is.
• Zorg ervoor dat het oppervlak van het apparaat
niet wordt beschadigd.
– Stel het oppervlak van het apparaat niet bloot
aan chemicaliën, zoals insecticide, haarlak,
insectenverdelgingsmiddel, enzovoort.
– Laat materiaal van rubber of plastic niet
langdurig in contact komen met het apparaat.
Als dit wel gebeurt, kan de afwerking van het
apparaat worden aangetast of kan het apparaat
worden vervormd.
• Wanneer u het apparaat installeert, moet alles goed
worden vastgezet.
• Zet de motor uit wanneer u het apparaat monteert.
Als u het apparaat installeert terwijl de motor is
ingeschakeld, kan de accu leeg lopen of kan
kortsluiting optreden.
• Let er tijdens de installatie op dat auto-onderdelen,
zoals leidingen, buizen, de brandstoftank of
bedrading, niet worden beschadigd als u een boor
gebruikt. Dit kan brand of ongelukken tot gevolg
hebben.
Auteursrechten
Gefabriceerd onder licentie van
Dolby Laboratories.
"Dolby" en het symbool doubleD zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
Microsoft, Windows, Windows Vista en Windows
Media en de bijbehorende logo's zijn handelsmerken
of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere
landen.
Dit product wordt beschermd door bepaalde
intellectuele eigendomsrechten van Microsoft
Corporation. Het gebruik of de verspreiding van
dergelijke technologie buiten dit product om is
verboden zonder een licentie van Microsoft of een
erkend dochterbedrijf van Microsoft.
"DVD VIDEO", "DVD-R", "DVD-RW", "DVD+R"
en "DVD+RW" zijn handelsmerken.
Het woordmerk Bluetooth en de logo's van
Bluetooth zijn eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en
Sony Corporation gebruikt deze items onder
licentie. Overige handelsmerken en merknamen zijn
eigendom van de respectieve eigenaars.
ZAPPIN is een handelsmerk van Sony Corporation.
12 TONE ANALYSIS en het
bijbehorende logo zijn
handelsmerken van Sony
Corporation.
"WALKMAN" en het
"WALKMAN"-logo zijn
gedeponeerde
handelsmerken van Sony
Corporation.
SensMe en het SensMe-logo zijn
handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Sony
Ericsson Mobile
Communications AB.
VOOR DIT PRODUCT WORDT EEN LICENTIE
VERLEEND ONDER DE MPEG-4 VISUAL
PATENT PORTFOLIO LICENSE VOOR
PERSOONLIJK EN NIET-COMMERCIEEL
GEBRUIK DOOR EEN CONSUMENT VOOR
HET DECODEREN VAN MPEG-4-VIDEO DIE IS
GECODEERD DOOR EEN CONSUMENT VOOR
PERSOONLIJK EN NIET-COMMERCIEEL
GEBRUIK EN/OF IS VERKREGEN VAN EEN
VIDEOLEVERANCIER DIE EEN LICENTIE
VOOR MPEG-4-VIDEO HEEFT VERKREGEN
VAN MPEG LA. ER WORDT GEEN LICENTIE
VERLEEND OF GEÏMPLICEERD VOOR ENIG
ANDER GEBRUIK. AANVULLENDE
INFORMATIE, WAARONDER INFORMATIE
OVER PROMOTIONEEL, INTERN EN
COMMERCIEEL GEBRUIK EN LICENTIES
VOOR DERGELIJK GEBRUIK, KUNT U
VERKRIJGEN BIJ MPEG LA, LLC. GA NAAR
HTTP://WWW.MPEGLA.COM
Alle andere handelsmerken zijn handelsmerken
van hun respectieve eigenaren.
Muziekherkenningstechnologie en verwante
gegevens worden verschaft door Gracenote®.
Gracenote is de industrienorm op het gebied van
muziekherkenningstechnologie en verwante
levering van inhoud. Ga voor meer informatie
naar www.gracenote.com.
CD, DVD, Blu-ray Disc en gegevens die verwant
zijn met muziek en video van Gracenote, Inc.,
copyright © 2000 tot heden Gracenote.
Gracenote Software, copyright © 2000 tot heden
Gracenote. Een of meerdere patenten in het bezit
van Gracenote zijn van toepassing op dit product
en deze dienst. Raadpleeg de website van
Gracenote voor een onvolledige lijst van
toepasbare Gracenote-patenten.
Gracenote, CDDB, MusicID, MediaVOCS, het
Gracenote-logo en -logotype en het "Powered by
Gracenote"-logo zijn gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van Gracenote
in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Dit product gebruikt lettertypegegevens waarvoor
een licentie is verleend aan Sony door Monotype
Imaging Inc. of zijn partners.
iPhone, iPod, iPod classic, iPod nano en iPod touch
zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in
de Verenigde Staten en andere landen.
Apple, Macintosh en iTunes zijn handelsmerken van
Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en
andere landen.
9
Opmerkingen over Bluetooth
Let op
IN GEEN GEVAL IS SONY AANSPRAKELIJK
VOOR ENIGE INCIDENTELE OF INDIRECTE
SCHADE, GEVOLGSCHADE OF ANDERE
SCHADE, MET INBEGRIP VAN MAAR NIET
BEPERKT TOT WINSTDERVING,
INKOMSTENVERLIES, GEGEVENSVERLIES,
HET NIET KUNNEN GEBRUIKEN VAN HET
PRODUCT OF BIJBEHORENDE APPARATUUR,
UITVALTIJD EN DE TIJD VAN DE AANKOPER
GERELATEERD AAN OF VOORTVLOEIEND
UIT HET GEBRUIK VAN DIT PRODUCT,
BIJBEHORENDE HARDWARE EN/OF
SOFTWARE.
BELANGRIJKE KENNISGEVING!
Veilig en efficiënt gebruik
Wijzigingen of aanpassingen van dit apparaat die
niet nadrukkelijk zijn goedgekeurd door Sony
kunnen het gebruiksrecht van de gebruiker teniet
doen.
Controleer voordat u dit product gebruikt de
uitzonderingen vanwege nationale vereisten of
beperkingen met betrekking tot het gebruik van
Bluetooth-apparatuur.
Autorijden
Controleer de wetgeving en de voorschriften met
betrekking tot het gebruik van mobiele telefoons en
handsfree-apparaten in de gebieden waar u rijdt.
Let altijd aandachtig op tijdens het autorijden en
verlaat de weg en parkeer de auto voordat u belt of
een oproep beantwoordt als de
verkeersomstandigheden dit vereisen.
Verbinding maken met andere apparaten
Wanneer u verbinding maakt met een ander
apparaat, moet u eerst de bijbehorende
gebruikershandleiding lezen voor gedetailleerde
veiligheidsinstructies.
Blootstelling aan radiofrequenties
RF-signalen hebben mogelijk een invloed op onjuist
geïnstalleerde of onvoldoende afgeschermde
elektronische systemen in auto's, zoals elektronische
brandstofinjectiesystemen, elektronische
antiblokkeersystemen (antislip), elektronische
snelheidsbeperkingssystemen of airbagsystemen.
Voor montage van of onderhoud aan dit apparaat
kunt u het beste contact opnemen met de fabrikant
van uw auto of een vertegenwoordiger van de
fabrikant. Onjuiste montage of onjuist onderhoud
kan gevaarlijk zijn en kan eventuele garanties die
van toepassing zijn op dit apparaat, ongeldig maken.
Raadpleeg de fabrikant van uw auto om te
controleren of het gebruik van uw mobiele telefoon
in de auto niet van invloed is op de elektronische
systemen van de auto.
10
Controleer regelmatig of alle onderdelen van het
draadloze apparaat correct in de auto zijn
gemonteerd en correct functioneren.
Noodoproepen
Dit handsfree-Bluetooth-apparaat voor in de auto en
het elektronische apparaat dat is aangesloten op het
handsfree-apparaat, maken gebruik van zowel
radiosignalen, mobiele telefoonnetwerken en vaste
telefoonnetwerken als door de gebruiker
geprogrammeerde functies, waardoor de verbinding
niet in alle omstandigheden kan worden
gegarandeerd.
Vertrouw daarom voor essentiële communicatie
(zoals medische noodgevallen) niet alleen op een
elektronisch apparaat.
Houd er rekening mee dat als u wilt bellen of
oproepen wilt beantwoorden, het handsfree-apparaat
en het elektronische apparaat dat is verbonden met
het handsfree-apparaat, moeten ingeschakeld zijn in
een servicegebied met voldoende signaalsterkte.
Noodoproepen zijn niet altijd mogelijk op alle
mobiele telefoonnetwerken of wanneer bepaalde
netwerkdiensten en/of telefoonfuncties worden
gebruikt.
Controleer dit bij uw lokale serviceprovider.
Afspeelbare disks en symbolen die in deze Gebruiksaanwijzing
worden gebruikt
Op dit apparaat kunnen verschillende video-/audiodisks worden afgespeeld.
Aan de hand van de volgende tabel kunt u controleren of een disk door dit apparaat wordt ondersteund.
Daarnaast kunt u controleren welke functies beschikbaar zijn voor een bepaald type disk.
Disksymbool in de handleiding
Diskindeling
DVD VIDEO
VIDEO
DVD-R*1/DVD-R DL*1/DVD-RW*1
(Videostand/VR-stand)
DVD+R*1/DVD+R DL*1/DVD+RW*1
AUDIO
Video-CD
(Ver. 1.0/1.1/2.0)
Audio-CD
CD-ROM*2/CD-R*2/CD-RW*2
*1 Audiobestanden kunnen ook worden opgeslagen.
*2 Video-/beeldbestanden kunnen ook worden opgeslagen.
Opmerking
"Dvd" wordt in deze Gebruiksaanwijzing gebruikt als een algemene term voor DVD VIDEO's, DVD-R's/DVD-RW's
en DVD+R's/DVD+RW's.
In de volgende tabel worden de ondersteunde bestandstypen en de bijbehorende symbolen
weergegeven.
De beschikbare functies zijn afhankelijk van de indeling, ongeacht het type disk. De onderstaande
indelingssymbolen worden in deze Gebruiksaanwijzing weergegeven naast de beschrijving van de
beschikbare functies voor de overeenkomstige bestandstypes.
Indelingssymbool in de handleiding
Bestandstype
MP3-audiobestand
WMA-audiobestand
AAC-audiobestand
JPEG-beeldbestand
Xvid-videobestand
MPEG-4
MPEG-4-videobestand
Tip
Zie pagina 67 voor meer informatie over compressie-indelingen.
Opmerking
Afhankelijk van de opnameomstandigheden, is het zelfs mogelijk dat ook compatibele disk niets kunnen worden
afgespeeld.
11
Locatie en functie van de bedieningselementen
Hoofdeenheid
1
VOL
2
TOP
3
4 56
7 8
OFF
9
Raadpleeg de hieronder opgegeven pagina's voor
meer informatie.
G TOP-toets
Druk hierop om het hoofdmenu te openen.
A Disksleuf (bevindt zich achter het
voorpaneel) pagina 21
H SOURCE/OFF-toets
Druk op de toets om de stroom in te
schakelen/de bron te wijzigen: "Tuner"
(radio), "Disc", "iPod/USB", "AUX"
(randapparatuur), "BT Audio" (Bluetoothaudio).
Houd deze toets 1 seconde ingedrukt om de
bron te verlaten.
Houd deze toets langer dan 2 seconden
ingedrukt om uit te schakelen.
B VOL (volume) –/+*-toetsen
C Ontvanger voor de afstandsbediening
D Display/aanraakscherm
E Resettoets pagina 16
F
12
SOURCE
(Bluetooth)-signaalaanduiding
pagina 37
I Z (openen/sluiten)-toets pagina 21
* Er is een voelbare punt rechts van de VOL +-knop.
A "Source List"-toets
Raad deze toets aan om de bronlijst te
openen.
Schermweergaven
Wanneer er geen bron is geselecteerd:
1
2
Source List
Top
B "Top"-toets
Raak deze toets aan om het hoofdmenu te
openen.
C Clock pagina 59, 63
D
10:00
(sluiten)-toets
Raak deze toets aan om het menu te sluiten.
E "ATT" (dempen)-toets*
Raak deze toets aan om het geluid te
dempen. Raak de toets nogmaals aan om te
annuleren.
3
F
Hoofdmenu:
4
5
6 7
ATT
M.OFF
AV Source
G "M.OFF" (monitor uit)-toets
Raak deze toets aan om de monitor en
toetsverlichting uit te schakelen. Raak het
scherm op een willekeurige plaats aan om de
monitor en toetsverlichting weer in te
schakelen.
H "AV Source"-toets
Raad deze toets aan om de bronlijst te
openen.
BT Phone
8
(instellingen)-toets
Raak deze toets aan om het instelmenu te
openen.
I "BT Phone"-toets
Raak deze toets aan om naar de Bluetoothtelefoonstand te gaan.
9
Bronlijst:
4
5
6 2
ATT
Top
J Bronkeuzetoetsen
Raak deze toetsen aan om de bron te
wijzigen: "Tuner" (radio), "Disc", "AUX"
(randapparatuur), "iPod/USB", "SensMe™",
"BT Audio" (Bluetooth-audio).
* Wordt alleen weergegeven wanneer er een bron is
geselecteerd.
Tuner
Disc
AUX
iPod/USB
SensMe™
BT Audio
0
13
Afstandsbediening RM-X170
8
1
9
2
q;
3
qa
4
5
qs
qd
qf
6
7
• De afstandsbediening kan worden gebruikt om
de audiofuncties te bedienen. Gebruik het
aanraakscherm voor menubewerkingen.
• Raadpleeg de hieronder opgegeven pagina's
voor meer informatie.
• Verwijder het beschermende laagje vóór
gebruik (pagina 16).
A OFF-toets
Druk op deze toets om de bron te verlaten/te
stoppen.
Houd de toets ingedrukt om het apparaat uit
te schakelen.
B MONITOR OFF-toets
Druk op deze toets om de monitor en
toetsverlichting uit te schakelen. Druk
nogmaals op de toets om de monitor en
toetsverlichting weer in te schakelen.
14
qg
qh
C POSITION-toets
Druk op deze toets om de luisterpositie te
wijzigen ("Front L"/"Front R"/"Front"/"All"/
"Custom"/"OFF").
D O (terug)-toets
Druk op deze toets om terug te keren naar het
vorige scherm/terug te keren naar een menu
op een VCD*1.
E EQ (equalizer)-toets
Druk op deze toets om een equalizercurve te
kiezen uit 7 muziektypes ("Xplod"/"Vocal"/
"Edge"/"Cruise"/"Space"/"Gravity"/
"Custom"/"OFF").
F Cijfertoetsen pagina 27
Radio:
Druk op de toets om opgeslagen zenders te
ontvangen.
Houd de toets ingedrukt om zenders op te
slaan.
Disk/USB:
Druk op de toets om een titel/hoofdstuk/
track te zoeken.
L ZAP-toets
Druk op deze toets om naar de
ZAPPIN™-stand te gaan.
G CLEAR-toets
Druk op deze toets om een opgegeven
nummer te verwijderen.
N SRC (bron)-toets
Druk op de toets om de stroom in te
schakelen/de bron te wijzigen: "Tuner"
(radio), "Disc", "iPod/USB", "AUX"
(randapparatuur), "BT Audio" (Bluetoothaudio).
H ATT (dempen)-toets
Druk op deze toets om het geluid te dempen.
Druk nogmaals op de toets om te annuleren.
I u (afspelen/pauzeren)-toets
J .m/M>-toetsen
Radio:
Druk op de toetsen om automatisch af te
stemmen op zenders.
Houd de toetsen ingedrukt om handmatig
een zender te zoeken.
Disk*2/USB:
Druk op de toetsen om een hoofdstuk/track/
scène/bestand over te slaan.
Houd de toetsen kort ingedrukt om video
snel terug/vooruit te spoelen.
Houd de toetsen ingedrukt om een track snel
terug/vooruit te spoelen.
Bluetooth-audio*3:
Druk op de toetsen om een track over te
slaan.
Houd de toetsen ingedrukt om een track snel
terug/vooruit te spoelen.
K Toetsen voor de afspeelinstellingen
voor de DVD
(AUDIO):
Druk op deze toets om de audiotaal/
-indeling te wijzigen.
(Voor VCD/CD/MP3/WMA/AAC/
MPEG-4: om het audiokanaal te wijzigen.)
(SUBTITLE):
Druk op deze toets om de taal voor de
ondertiteling te wijzigen.
(ANGLE):
Druk op deze toets om de weergavehoek
wijzigen.
(TOP MENU):
Druk op deze toets om het hoofdmenu op
een DVD te openen.
(MENU):
Druk op deze toets om het menu op een
disk te openen.
M </M/m/, (cursor)/ENTER-toetsen
pagina 21
Druk op deze toets om het menu van een
DVD te bedienen.
O MODE-toets
Druk op de toets om de radioband te
selecteren (FM/MW/LW)/een randapparaat
te selecteren (AUX1/AUX2)*4.
P VOL (volume) +/– toetsen
*1 Wanneer met PBC-functies wordt afgespeeld.
*2 De bediening verschilt afhankelijk van de disk
(pagina 22).
*3 De bediening verschilt afhankelijk van het
aangesloten Bluetooth-apparaat.
*4 Wanneer er twee randapparaten worden gebruikt.
Opmerking
De afstandsbediening werkt niet als het apparaat
uitgeschakeld is en de weergave verdwenen is. Druk
op (SOURCE/OFF) op de hoofdeenheid of breng een
disk in om het apparaat te activeren en bediening via
de afstandsbediening mogelijk te maken.
15
Aan de slag
Het apparaat resetten
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of
na het vervangen van de accu van de auto of het
wijzigen van de aansluitingen, moet u het
apparaat resetten.
Druk de resettoets in (pagina 12) met een puntig
voorwerp, zoals een balpen.
Opmerking
Als u de resettoets indrukt, worden de klokinstelling en
bepaalde opgeslagen gegevens gewist.
De initiële instellingen
uitvoeren
Nadat u het apparaat hebt gereset, wordt het
scherm voor de initiële instellingen weergegeven.
Initial Setting
Subwoofer
OFF / ON
Listening Position
Front L / Front R
Language
English
OK
1
Raak "Subwoofer" aan om de status
van de subwooferaansluiting in te
stellen.
Stel "ON" in als er een subwoofer is
aangesloten of "OFF" als dit niet het geval is.
2
Raak "Listening Position" aan om de
luisterpositie in te stellen.
Stel "Front L" in als uw luisterpositie
linksvoor is of "Front R" als deze rechtsvoor
is.
3
Raak "Language" aan om de
schermtaal in te stellen.
Raak dit item herhaaldelijk aan tot de
gewenste taal (Engels/Spaans/Russisch)
wordt weergegeven.
4
Raak "OK" aan.
Het instellen is voltooid.
Deze instelling kan verder worden
geconfigureerd in het instelmenu.
• Zie pagina 58 voor meer informatie over het
instellen van de status van de
subwooferaansluiting.
16
• Zie "Geluid optimaliseren voor de luisterpositie
— Intelligent Time Alignment" op pagina 50
voor meer informatie over het instellen van de
luisterpositie.
• Zie pagina 56 voor meer informatie over het
instellen van de schermtaal.
De afstandsbediening
voorbereiden
Voordat u de afstandsbediening voor het eerst
gebruikt, moet u het plastic beschermlaagje
verwijderen.
Bedieningselementen voor
ontvangst
Radio
Naar de radio luisteren
1
Raak het scherm aan als de bedieningselementen
voor ontvangst niet worden weergegeven.
Raak "Source List" en vervolgens
"Tuner" aan.
Raak in het hoofdmenu "AV Source" en
vervolgens "Tuner" aan.
De radio-ontvangstdisplay wordt
weergegeven en de lijst van voorkeuzestations
wordt automatisch weergegeven.
Source List
ATT
TA
AF
1
Source List
2
3
4
5
ATT
TA
AF
Top
Top
Band
P1
P2
P3
BTM
P4
P5
P6
Memory
Band
2
FM1
ATT
FM2
TA
FM3
Band
4
Preset
List
PTY
List
Raak "Band" aan.
De lijst met frequentiebanden wordt
weergegeven.
Source List
3
Receive
Menu
AF
6
Receive
Menu
Preset
List
PTY
List
9
0
qa
1
"Source List"
Raad deze toets aan om de bronlijst te
openen. (pagina 13)
2
"ATT"
Raak deze toets aan om het geluid te
dempen. Raak de toets nogmaals aan om
te annuleren.
3
"TA"
Raak deze toets aan om TA in te stellen in
RDS. (pagina 19)
4
"AF"
Raak deze toets aan om AF in te stellen in
RDS. (pagina 19)
5
"Top"
Raak deze toets aan om het hoofdmenu te
openen. (pagina 13)
6
m/M
Raak deze toets aan om handmatig af te
stemmen.
Blijf de toetsen aanraken om frequenties
te blijven overslaan.
7
./>
Raak deze toets aan om automatisch af te
stemmen.
8
"Band"
Raak deze toets aan om de lijst met
radiobanden te openen en de radioband te
wijzigen.
Top
MW
78
Receive
Menu
LW
Preset
List
PTY
List
Raak de gewenste band aan ("FM1",
"FM2", "FM3", "MW" of "LW").
Raak "Band" aan om de lijst met
frequentiebanden te sluiten.
Stem af op de gewenste zender.
Automatisch afstemmen
Raak ./> aan.
Het zoeken stopt zodra het apparaat een
zender ontvangt. Herhaal deze procedure tot
de gewenste zender wordt ontvangen.
Handmatig afstemmen
Raak m/M herhaaldelijk aan tot de
gewenste frequentie wordt ontvangen.
Als u frequenties wilt blijven overslaan, blijft
u m/M aanraken.
vervolg op volgende pagina t
17
9
0
qa
"Receive Menu"
Raak deze toets aan om het
ontvangstmenu te openen dat de volgende
items bevat.
• "Mono": raak dit item aan om de
monostand te activeren als de FMontvangst van slechte kwaliteit is. Als u
stereo-ontvangst wilt herstellen,
selecteert u "OFF".
• "Local": raak dit item aan om alleen af
te stemmen op zenders met een sterk
signaal. Als u wilt afstemmen op
normale zenders, selecteert u "OFF".
• "Regional" (pagina 19)
"Preset List"
Raak deze toets aan om opgeslagen
zenders in een lijst weer te geven of
zenders op te slaan. (pagina 18)
Zenders opslaan en ontvangen
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u BTM (geheugen voor beste afstemming)
gebruiken om ongevallen te vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Raak "Source List" en vervolgens
"Tuner" aan.
Om de frequentieband te wijzigen raakt u
"Band" aan en selecteert u vervolgens de
gewenste frequentieband ("FM1", "FM2",
"FM3", "MW" of "LW").
2
Raak "Preset List" en vervolgens
"BTM" aan.
Het apparaat slaat de eerste zes beschikbare
zenders in de lijst met snelkeuzezenders op
("P1" tot en met "P6").
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
"PTY List"
Raad deze toets aan om de PTY-lijst te
openen. (pagina 20)
Ontvangstaanduidingen
Handmatig opslaan
B
A
Source List
ATT
TA
Band
AF
1
Terwijl de zender wordt ontvangen die
u wilt opslaan, raakt u "Preset List"
aan.
2
Raak "Memory" aan en raak een
nummer aan in de lijst ("P1" tot en met
"P6").
Het nummer en het bevestigingsscherm
verschijnen.
3
Raak "Yes" aan.
De zender wordt opgeslagen.
Top
Receive
Menu
Preset
List
PTY
List
15
C
D
A Pictogram voor huidige bron*1
B Bandnaam, nummer voorkeuzestation*2,
frequentie*3/status
C Volumeniveau*4
D Instelstatus (EQ7, RBE)
*1 Wordt alleen weergegeven wanneer de
bedieningselementen worden weergegeven.
*2 Wordt alleen weergegeven wanneer een
snelkeuzezender wordt ontvangen.
*3 Tijdens ontvangst van een RDS-station wordt de
programmaservicenaam weergegeven. Zie "RDS"
op pagina 19 voor meer informatie.
*4 Wanneer ATT is ingeschakeld, wordt
weergegeven.
18
Opmerking
Als u een andere zender probeert op te slaan onder
hetzelfde nummer, wordt de eerder opgeslagen
zender vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF/
TA-instelling ook opgeslagen (pagina 19).
Opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de radioband en raak
"Preset List" aan.
2
Raak het gewenste cijfer ("P1" tot en
met "P6") aan.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
RDS
Overzicht
FM-zenders met de RDS-dienst (Radio Data
System) sturen onhoorbare digitale informatie
mee met het gewone radioprogrammasignaal.
Opmerkingen
• Afhankelijk van het land/de regio zijn mogelijk niet
alle RDS-functies beschikbaar.
• RDS functioneert niet als het ontvangstsignaal te
zwak is of als de zender waarop u hebt afgestemd,
geen RDS-gegevens verzendt.
Schermitems
AF en TA instellen
A
1
Source List
ATT
TA
Band
AF
Receive
Menu
Top
Preset
List
PTY
List
10:00
B
C
A Bandnaam, nummer voorkeuzestation,
frequentie (programmaservicenaam), RDSgegevens, TA*1
B Stereo*2, RDS*3, TP*4
C Klok
*1
*2
*3
*4
Tijdens verkeersinformatie.
Tijdens FM-ontvangst.
Tijdens RDS-ontvangst.
Tijdens ontvangst van het verkeersprogramma.
RDS-diensten
Dit apparaat biedt automatisch RDS-diensten op
de volgende manier:
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd en wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig opnieuw op
dezelfde zender hoeft af te stemmen.
TA (verkeersinformatie)/TP
(verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de huidige
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het momenteel ontvangen
programmatype weer. U kunt er ook mee naar
een bepaald programmatype zoeken.
Raak tijdens ontvangst/weergave "AF"
of "TA" aan om een van de functies in
te stellen.
Wanneer de functie wordt ingeschakeld,
verandert de kleur van de toets.
Raak de toets nogmaals aan om de functie uit
te schakelen.
RDS-zenders opslaan met de AF- en
TA-instelling
U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de AF/
TA-instelling. Als u de BTM-functie gebruikt,
worden alleen RDS-zenders met dezelfde AF/
TA-instelling opgeslagen.
Als u handmatig vooraf instelt, kunt u zowel
RDS- als niet-RDS-zenders instellen, elk met
hun AF/TA-instelling.
1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens op
met BTM of handmatig.
Noodberichten ontvangen
Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de
momenteel geselecteerde bron automatisch
onderbroken door de noodberichten.
Tip
Als u het volume aanpast tijdens een verkeersbericht,
wordt dat volume opgeslagen in het geheugen voor
volgende verkeersberichten, onafhankelijk van het
normale volume.
Een regionaal programma
beluisteren — Regional
Als de AF-functie is ingeschakeld: met de
fabrieksinstelling van het apparaat wordt
ontvangst tot een bepaalde regio beperkt, zodat er
niet automatisch wordt overgeschakeld naar een
andere regionale zender met een sterkere
frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van dit regionale
programma verlaat, schakelt u de regionale
functie uit tijdens FM-ontvangst.
Raak "Receive Menu" en vervolgens het vak
"Regional" aan om "OFF" in te stellen.
vervolg op volgende pagina t
19
Opmerking
Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en
bepaalde andere gebieden.
Local Link-functie (alleen voor het
Verenigd Koninkrijk)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied selecteren, ook als deze niet zijn
opgeslagen onder nummers.
1 Raak tijdens de FM-ontvangst "Preset List" en
vervolgens een nummer ("P1" tot en met "P6")
aan waaronder een lokale zender is
opgeslagen.
2 Raak binnen 5 seconden nogmaals het
nummer van de lokale zender aan.
Herhaal dit tot de lokale zender wordt
ontvangen.
PTY selecteren
1
Raak tijdens FM-ontvangst "PTY List"
aan.
De PTY-lijst wordt weergegeven als de
zender PTY-gegevens uitzendt.
Als u de lijst wilt doorlopen, raakt u v/V aan.
2
Raak het gewenste programmatype
aan.
Het apparaat zoekt een zender die het
geselecteerde programmatype uitzendt.
Als u de PTY-lijst wilt sluiten, raakt u "PTY
List" aan.
Programmatypen
"News" (Nieuws), "Current Affairs"
(Actualiteiten), "Information" (Informatie),
"Sport" (Sport), "Education" (Educatieve
programma's), "Drama" (Toneel), "Cultures"
(Cultuur), "Science" (Wetenschap), "Varied
Speech" (Diverse), "Pop Music" (Pop),
"Rock Music" (Rock), "Easy Listening"
(Variété), "Light Classics M" (Licht
klassiek), "Serious Classics" (Klassiek),
"Other Music" (Overige muziek), "Weather
& Metr" (Weerberichten), "Finance"
(Financiën), "Children’s Progs"
(Kinderprogramma's), "Social Affairs"
(Sociale zaken), "Religion" (Religie), "Phone
In" (Phone In), "Travel & Touring" (Reizen),
"Leisure & Hobby" (Ontspanning), "Jazz
Music" (Jazz), "Country Music" (Country),
"National Music" (Nationale muziek),
"Oldies Music" (Oldies), "Folk Music"
(Folk), "Documentary" (Documentaires)
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in landen/regio's
waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn.
20
CT instellen
1
Stel "CT" in op "ON" bij de instellingen
(pagina 55).
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil zijn tussen de tijd van de
CT-functie en de werkelijke tijd.
Disks
Disks afspelen
Afhankelijk van de disk zijn bepaalde
bewerkingen mogelijk niet of beperkt
beschikbaar.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de disk
is geleverd.
1
Druk op Z op de hoofdeenheid.
Het voorpaneel wordt automatisch geopend.
2
Plaats de disk (met het label naar
boven).
Het voorpaneel wordt automatisch gesloten
en het afspelen wordt gestart.
Als het DVD-menu wordt
weergegeven
Raak het item aan in het DVD-menu.
U kunt ook het menuconfiguratiescherm
gebruiken, dat u kunt weergeven door het scherm
buiten het DVD-menu aan te raken. Raak
b/v/V/B aan om de cursor te verplaatsen en
raak "Enter" aan om de instelling te bevestigen.
Als het menuconfiguratiescherm niet wordt
weergegeven wanneer u het scherm aanraakt,
gebruikt u de afstandsbediening.
Over het DVD-menu
Een film of muziekstuk op een DVD wordt
onderverdeeld in verschillende delen. Deze delen
worden "titels" genoemd. Wanneer u een DVD
afspeelt die meerdere titels bevat, kunt u een
gewenste titel selecteren via het hoofdmenu van de
DVD. Wanneer u op een DVD bijvoorbeeld
verschillende talen voor ondertiteling/geluid kunt
selecteren, kunt u deze selecteren in het DVD-menu.
Bedieningselementen voor
afspelen
Raak het scherm aan als de bedieningselementen
voor afspelen niet worden weergegeven.
Voor alle disks/indelingen
1
Source List
2
3
4
5
ATT
TA
AF
Top
DVD
Control
6
7
Source List
ATT
Play Menu
SHUF
8
TA
AF
DVD
Control
Top
Play Menu
SHUF
9
Source List
ATT
TA
AF
Top
Als de disk JPEG-bestanden bevat
De diavoorstelling wordt automatisch gestart.
Het afspelen stoppen
Houd (SOURCE/OFF) 1 seconde ingedrukt.
Opmerking
Disks in DTS-indeling worden niet ondersteund. Er
wordt geen geluid weergegeven als de DTS-indeling is
geselecteerd.
De disk uitwerpen
1
Druk op Z op de hoofdeenheid.
Het voorpaneel wordt automatisch geopend
en de disk wordt uitgeworpen.
2
Druk op Z op de hoofdeenheid om het
voorpaneel te sluiten.
Opmerking
Het voorpaneel wordt automatisch gesloten nadat de
waarschuwingstoon is weergegeven.
PBC Panel
Play Menu
SHUF
0
vervolg op volgende pagina t
21
6
MPEG-4
Source List
ATT
TA
AF
Top
List
Blijf de toetsen kort aanraken om de
video snel terug/vooruit te spoelen; en
raak de toetsen vervolgens herhaaldelijk
aan om de snelheid te wijzigen (× 2 t
× 12 t × 120 t × 2 …)*1. Raak u
aan om te annuleren.
Play Menu
SHUF
Blijf de toetsen aanraken om de
audiotrack snel terug/vooruit te spoelen.
Album
qs
qa
qa
Source List
ATT
Terwijl het afspelen is onderbroken, blijft
u > aanraken om de video in slow
motion af te spelen. Laat de toets los om
te annuleren.
qs
TA
AF
ZAP
7
u
Raak deze toets aan om het afspelen te
onderbreken/hervatten.
8
"Play Menu"
Raak deze toets aan om het afspeelmenu
te openen dat de volgende items bevat.
• "Repeat"/"Shuffle" (pagina 26)
• "Dolby D Level" (alleen bij het
afspelen van DVD VIDEO) (pagina 25)
• "Stereo" (alleen bij het afspelen van
VCD/CD/MP3/WMA/AAC)
(pagina 25)
• "Image Turn" (alleen bij het afspelen
van JPEG): raak dit item aan om een
beeld linksom/rechtsom te draaien.
• "Audio" (alleen bij het afspelen van
Xvid/MPEG-4) (pagina 25)
9
"DVD Control"
Raak deze toets aan om het
DVD-bedieningsmenu te openen dat de
volgende items bevat.
• "Audio": raak dit item herhaaldelijk
aan om de audiotaal/-indeling te
selecteren. (pagina 24)*2
• "Subtitle": raak dit item herhaaldelijk
aan om de ondertiteling uit te schakelen/
de taal voor de ondertiteling te
selecteren.*2*3
• "Angle": raak dit item herhaaldelijk
aan om de weergavehoek te wijzigen.*2
• "Top Menu": raak dit item aan om het
hoofdmenu op de DVD te openen.*2
• "Menu": raak dit item aan om het menu
op de disk te openen.*2
Top
List
Play Menu
SHUF
Album
qd
22
./>
Raak deze toets aan om een hoofdstuk/
track/scène/beeld/bestand over te slaan.
1
"Source List"
Raad deze toets aan om de bronlijst te
openen. (pagina 13)
2
"ATT"
Raak deze toets aan om het geluid te
dempen. Raak de toets nogmaals aan om
te annuleren.
3
"TA"
Raak deze toets aan om TA in te stellen in
RDS. (pagina 19)
4
"AF"
Raak deze toets aan om AF in te stellen in
RDS. (pagina 19)
5
"Top"
Raak deze toets aan om het hoofdmenu te
openen. (pagina 13)
0
qa
qs
qd
"PBC Panel"
Raak deze toets aan om het
configuratiescherm voor het PBC-menu
weer te geven. (pagina 24)
"Album" –/+
Raak deze toets aan om een MP3/WMA/
AAC/JPEG/Xvid/MPEG-4-album (map)
over te slaan.
"List"
Raak deze toets aan om tracks/beelden/
videobestanden in een lijst weer te geven.
(pagina 35)
Afspeelaanduidingen
Raak het scherm aan als de aanduidingen niet
worden weergegeven.
Voor audiodisks worden bepaalde aanduidingen
altijd weergegeven tijdens het afspelen.
MPEG-4
A
Source List
ATT
TA
AF
Top
"ZAP"
Raak deze toets aan om naar de
ZAPPIN-stand te gaan. (pagina 35)
*1 De snelheid is afhankelijk van de indeling of de
opnamemethode.
*2 De beschikbaarheid hangt af van de disk.
*3 Wanneer het invoerveld van 4 tekens wordt
weergegeven, voert u de taalcode (pagina 77) voor
de gewenste taal in.
Opmerking
Als de disk meerdere bestandstypen bevat, kan alleen
het geselecteerde bestandstype (audio/video/beeld)
worden afgespeeld. Zie "Een bestandstype
selecteren" op pagina 35 voor meer informatie over
het selecteren van het bestandstype.
DVD
Control
Play Menu
SHUF
15
B
C
D
Source List
E
ATT
F
TA
Opmerkingen over het afspelen van JPEG
• Als een groot beeld wordt gedraaid, kan het even
duren voordat het wordt weergegeven.
• Progressive JPEG-bestanden kunnen niet worden
weergegeven.
AF
ZAP
Top
List
Play Menu
SHUF
Album
G
A Pictogram voor huidige bron
B Volumeniveau*1
C Indeling, afspeelstatus, verstreken
speelduur*2, hoofdstuk/titel/album (map)/
tracknummer*3*4, audio-indeling*5,
instelstatus (CSO, EQ7, RBE)
D Afspeelstatus, verstreken speelduur*2
E Tracknaam, albumnaam, artiestennaam
F Weergave van albumhoes*6
G Indeling, tracknummer, albumnummer*7,
instelstatus (CSO, EQ7, RBE)
*1 Wanneer ATT is ingeschakeld, wordt
weergegeven.
*2 Tijdens het afspelen van JPEG of VCD met
PBC-functies wordt geen aanduiding
weergegeven.
*3 De aanduidingen verschillen afhankelijk van de
disk/indeling.
*4 Tijdens het afspelen van een VCD met
PBC-functies (pagina 24) wordt geen aanduiding
weergegeven.
*5 Alleen DVD.
*6 De aanbevolen grootte is tussen 240 × 240 en
960 × 960 pixels.
*7 Alleen MP3/WMA/AAC.
23
PBC (afspeelbedienings)functies gebruiken
Het PBC-menu assisteert interactief bij de
bewerkingen wanneer een PBC-compatibele
VCD wordt afgespeeld.
1
Start het afspelen van een
PBC-compatibele VCD.
Het PBC-menu wordt weergegeven.
2
Raak "PBC Panel" aan.
Het menuconfiguratiescherm wordt
weergegeven.
3
Raak de cijfertoetsen aan om het
gewenste item te selecteren en raak
vervolgens "Enter" aan.
4
Volg de instructies uit het menu voor
interactieve bewerkingen.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
drukt u op O.
Als u de bedieningselementen wilt verbergen,
raakt u "Close" aan.
Audio-instellingen configureren
Opmerking
Disks in DTS-indeling worden niet ondersteund. Er
wordt geen geluid weergegeven als de DTS-indeling is
geselecteerd.
De audiotaal/-indeling
wijzigen
De audiotaal kan worden gewijzigd als op de
disk sporen met meer talen zijn opgenomen. U
kunt de audio-indeling ook wijzigen wanneer een
af te spelen disk is opgenomen in meer dan één
audio-indeling (bijvoorbeeld Dolby Digital).
1
Raak tijdens het afspelen "DVD
Control" aan.
2
Raak "Audio" herhaaldelijk aan tot de
gewenste audiotaal/-indeling wordt
weergegeven.
Audiotaal
Source List
Audio
ATT
TA
AF
1: English
Top
Dolby D 3/2.1
Afspelen zonder PBC-functies
1
Terwijl er geen bron is geselecteerd,
raakt u "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Visual" aan.
Het menu met beeldinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak v/V aan om te scrollen en raak
"Video CD PBC" aan om "OFF" in te
stellen.
4
Start het afspelen van een VCD.
Het PBC-menu wordt niet weergegeven
tijdens het afspelen.
Opmerkingen
• De menu-items en bedieningsprocedures
verschillen afhankelijk van de disk.
• Tijdens afspelen met PBC worden het tracknummer,
het weergave-item, enzovoort niet weergegeven op
het weergavescherm.
• Afspelen hervatten is niet beschikbaar tijdens
afspelen zonder PBC.
Audio
Subtitle
Angle
Top Menu
DVD
Control
Menu
Play Menu
SHUF
Audio-indeling/kanaalnummers*
Voor de audiotaal worden de beschikbare
talen afwisselend weergegeven.
Wanneer het invoerveld van 4 tekens wordt
weergegeven, voert u de taalcode (pagina 77)
voor de gewenste taal in.
Wanneer dezelfde taal twee keer of meer
wordt weergegeven, is de disk opgenomen in
meerdere audio-indelingen.
* De indelingsnaam en kanaalnummers worden als
volgt weergegeven:
Bijvoorbeeld: Dolby Digital 5.1-kanaals
Achterkanaal × 2
Dolby D 3 / 2 . 1
Voorkanaal × 2 +
Middenkanaal × 1
LFE-kanaal × 1
Als u het DVD-bedieningsmenu wilt sluiten,
raakt u "DVD Control" aan.
24
Het audiokanaal wijzigen
Disks vergrendelen
— Kinderbeveiliging
MPEG-4
Als u een VCD/CD/MP3/WMA/AAC/Xvid/
MPEG-4 afspeelt, kunt u luisteren naar zowel het
rechter- als linkerkanaal, alleen het rechterkanaal
of alleen het linkerkanaal via zowel de rechterals de linkerluidsprekers.
Hieronder vindt u de opties.
"2-Ch": standaardstereogeluid
(standaardinstelling)
"L-Ch": geluid linkerkanaal (mono)
"R-Ch": geluid rechterkanaal (mono)
Voor VCD/CD/MP3/WMA/AAC
1
Raak tijdens het afspelen "Play Menu"
aan en raak "Stereo" herhaaldelijk aan
tot het gewenste audiokanaal wordt
weergegeven.
Voor Xvid/MPEG-4
1
Raak tijdens het afspelen "Play Menu"
aan en raak "Audio" herhaaldelijk aan
tot het gewenste audiokanaal wordt
weergegeven.
Als u het afspeelmenu wilt sluiten, raakt u "Play
Menu" aan.
Opmerking
Afhankelijk van de disk is het soms niet mogelijk de
audio-instelling te wijzigen.
Tip
U kunt de afstandsbediening ook gebruiken voor deze
handeling door herhaaldelijk op (AUDIO) te drukken.
Het audio-uitvoerniveau
aanpassen
— Dolby D-niveau
U kunt het audio-uitvoerniveau aanpassen van
een DVD opgenomen in Dolby Digital-indeling
om de verschillen in volumeniveau te reduceren
tussen disks.
1
Raak tijdens het afspelen "Play Menu"
aan.
2
Raak het vak "Adjust" aan om "ON" in
te stellen.
3
Raak –/+ herhaaldelijk aan om het
uitvoerniveau aan te passen.
U kunt het uitvoerniveau stapsgewijs
aanpassen tussen –10 en +10.
*
* Met uitzondering van DVD-R/DVD-R DL/DVD-RW in
VR-stand.
U kunt een disk vergrendelen of
afspeelbeperkingen instellen volgens een vooraf
ingesteld niveau, zoals de leeftijd van de kijker.
Beperkte scènes worden vergrendeld of
vervangen door andere scènes wanneer een DVD
wordt afgespeeld die compatibel is met
kinderbeveiliging.
Kinderbeveiliging inschakelen
1
Terwijl er geen bron is geselecteerd,
raakt u "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Visual" aan.
Het menu met beeldinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak v/V aan om te scrollen en raak
"DVD Parental Control" aan.
Het invoerscherm voor het wachtwoord wordt
weergegeven.
4
Raak de cijfertoetsen aan om uw
wachtwoord in te voeren en raak
vervolgens "OK" aan.
5
Raak ter bevestiging de cijfertoetsen
aan om uw wachtwoord opnieuw in te
voeren en raak "OK" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u een ingevoerd cijfer wilt verwijderen, raakt
u "Clear" aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Kinderbeveiliging uitschakelen
1 Volg stap 1 tot en met 3 hierboven.
Het ontgrendelingsscherm voor de
kinderbeveiliging wordt weergegeven.
2 Raak de cijfertoetsen aan om uw huidige
wachtwoord in te voeren.
"Parental Unlocked" wordt weergegeven en de
kinderbeveiliging is uitgeschakeld.
Het wachtwoord wijzigen
Schakel de kinderbeveiliging uit en schakel deze
weer in met het nieuwe wachtwoord.
Als u het afspeelmenu wilt sluiten, raakt u "Play
Menu" aan.
25
Regio en bijbehorend
filmclassificatieniveau wijzigen
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
De beperkingsniveaus kunnen worden ingesteld
aan de hand van de regio en het bijbehorende
filmclassificatieniveau.
1
Terwijl er geen bron is geselecteerd,
raakt u "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Visual" aan.
Het menu met beeldinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak v/V aan om te scrollen en raak
"DVD Parental Area" aan.
Als de kinderbeveiliging al is ingeschakeld,
wordt het scherm voor het invoeren van het
wachtwoord weergegeven.
Als u de instelling wilt wijzigen, voert u uw
wachtwoord in.
De opties worden weergegeven.
4
5
6
Raak de gewenste regio aan om de
bijbehorende filmclassificatie toe te
passen.
Wanneer u "Other" selecteert, voert u met de
cijfertoetsen de regiocode in die u selecteert
uit de "Lijst met regiocodes" op pagina 77.
Raak "DVD Parental Rating" aan.
De opties worden weergegeven.
Hoe lager het getal, hoe strenger het
beperkingsniveau.
MPEG-4
1
Raak tijdens het afspelen "Play Menu"
aan en raak vervolgens het vak
"Repeat" of "Shuffle" herhaaldelijk
aan tot de gewenste optie wordt
weergegeven.
Source List
ATT
TA
AF
Chapter
OFF
ON
Repeat
Shuffle
Adjust
Top
Dolby D Level 0
DVD
Control
Play Menu
SHUF
Herhaaldelijk of willekeurig afspelen wordt
gestart.
Als u het afspeelmenu wilt sluiten, raakt u "Play
Menu" aan.
Hieronder vindt u de opties voor herhalen en de
schakelvolgorde voor elke disk/indeling.
Disk/indeling Opties
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Chapter": het huidige
hoofdstuk herhalen.
"Title": de huidige titel
herhalen.
Raak de gewenste classificatie aan.
Het instellen is voltooid.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
*1
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Track": de huidige track
herhalen.
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Track": de huidige track
herhalen.
"Album": huidige album (map)
herhalen.
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Image": het huidige beeld
herhalen.
"Album": het huidige album
herhalen.
26
Disk/indeling Opties
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Movie": het huidige
videobestand herhalen.
"Album": huidige album (map)
herhalen.
MPEG-4
Hieronder vindt u de opties voor willekeurig
afspelen en de schakelvolgorde voor elke disk/
indeling.
Rechtstreeks afspelen
MPEG-4
U kunt een bepaald punt rechtstreeks vinden
door het titelnummer, hoofdstuknummer,
enzovoort op te geven.
1
Disk/indeling Opties
*
2
*1
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Title": de hoofdstukken in de
huidige titel in willekeurige
volgorde afspelen.
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Disc": de tracks op de huidige
disk in willekeurige volgorde
afspelen.
"OFF": terugkeren naar de
normale weergavestand.
"Album": de tracks/beelden/
videobestanden in het huidige
album (map) in willekeurige
volgorde afspelen.
MPEG-4
*1 Alleen beschikbaar bij het afspelen van een versie
1.0/1.1-VCD of een versie 2.0-VCD zonder
PBC-functie.
*2 Met uitzondering van DVD-R/DVD-R DL/DVD-RW
in VR-stand.
Druk tijdens het afspelen op de
cijfertoetsen op de afstandsbediening
om een itemnummer (track, titel,
enzovoort) in te voeren en druk op
(ENTER).
Het afspelen wordt gestart vanaf het begin
van het geselecteerde punt.
De zoekitems voor een disk/indeling zijn als
volgt:
DVD: titel of hoofdstuk*1
VCD*2/CD/MP3/WMA/AAC: track
JPEG: beeld
Xvid/MPEG-4: film
*1 Het zoekitem is afhankelijk van de instelling.
*2 Alleen beschikbaar bij het afspelen van een VCD
zonder PBC-functie.
Het zoekitem instellen (alleen DVD)
U kunt het zoekitem (titel of hoofdstuk) voor het
afspelen van DVD's instellen.
1
Raak "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Visual" aan.
Het menu met beeldinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak v/V aan om te scrollen en raak
vervolgens "DVD Direct Search" aan
om "Chapter" of "Title" in te stellen.
Het instellen is voltooid.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
27
Bewerkingen voor USB-apparaten
Ga naar de ondersteuningssite voor meer
informatie over de compatibiliteit van het
USB-apparaat.
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com/
• USB-apparaten van het type MSC (Mass
Storage Class; massaopslag) en MTP (Media
Transfer Protocol; protocol voor
mediaoverdracht) die voldoen aan de
USB-norm, kunnen worden gebruikt.
• Compatibele codecs zijn MP3 (.mp3), WMA
(.wma), AAC (.m4a), JPEG (.jpg), Xvid (.avi)
en MPEG-4 (.mp4).
• Het verdient aanbeveling een reservekopie van
de gegevens op een USB-apparaat te maken.
Opmerkingen
• Sluit het USB-apparaat aan nadat u de motor hebt
gestart.
Afhankelijk van het USB-apparaat kan storing of
schade ontstaan wanneer het apparaat wordt
aangesloten voordat de motor is gestart.
• Bij een groot bestand kan het langer duren voordat
het afspelen wordt gestart.
Afspelen vanaf een
USB-apparaat
1
Verwijder het klepje van de USBaansluiting en sluit het USB-apparaat
aan op de USB-aansluiting.
Het afspelen wordt automatisch gestart.
Als er al een USB-apparaat is aangesloten,
raakt u "Source List" en vervolgens "iPod/
USB" aan om het afspelen te starten.
Raadpleeg de bijgeleverde gids voor "Montage/
Aansluitingen" voor meer informatie over de
locatie van de USB-aansluiting.
Over de bedieningselementen en
aanduidingen voor afspelen
U kunt het afspelen van het USB-apparaat op
dezelfde manier bedienen als het afspelen van
een disk. Zie "Bedieningselementen voor
afspelen" op pagina 21 voor meer informatie.
Zie "Afspeelaanduidingen" op pagina 23 voor
meer informatie over afspeelaanduidingen.
Het afspelen stoppen
Houd (SOURCE/OFF) 1 seconde ingedrukt.
28
Het USB-apparaat loskoppelen
Stop het afspelen en koppel het apparaat los.
Koppel het USB-apparaat niet los tijdens het
afspelen, omdat de gegevens op het apparaat
kunnen worden beschadigd.
Opmerkingen over het gebruik
• Gebruik geen USB-apparaten die zo groot of zwaar
zijn dat ze kunnen vallen als ze worden blootgesteld
aan trillingen of een losse aansluiting kunnen
veroorzaken.
• Laat een USB-apparaat niet in een geparkeerde
auto achter, omdat dit een storing tot gevolg kan
hebben.
• Dit apparaat kan geen USB-apparaten via een
USB-hub herkennen.
• Gebruik vooral de USB-kabel die bij het toestel
wordt geleverd, als voor het tot stand brengen van
een USB-verbinding een kabel nodig is.
Opmerkingen over het afspelen
• Als een USB-apparaat meerdere bestandstypen
bevat, kan alleen het geselecteerde bestandstype
(audio/video/beeld) worden afgespeeld. Zie "Een
bestandstype selecteren" op pagina 35 voor meer
informatie over het selecteren van het bestandstype.
• De weergegeven aanduidingen verschillen
afhankelijk van het USB-apparaat, de opnameindeling en de instellingen. Ga naar de
ondersteuningssite voor meer informatie.
• Het maximum aantal gegevens dat kan worden
weergegeven, is als volgt:
– mappen (albums): 256
– bestanden (tracks): 2.000
• Het kan enige tijd duren voordat het afspelen wordt
gestart, afhankelijk van het aantal opgenomen
gegevens.
• Bestanden met DRM (Digital Rights Management)
worden mogelijk niet afgespeeld.
• Als u een MP3/WMA/AAC-bestand met VBR
(variabele bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/
terugspoelt, wordt de verstreken speelduur mogelijk
niet nauwkeurig weergegeven.
• Het afspelen van bestanden die zonder
gegevensverlies zijn gecomprimeerd, wordt niet
ondersteund.
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Raak tijdens het afspelen "Play Menu"
aan en raak vervolgens het vak
"Repeat" of "Shuffle" herhaaldelijk
aan tot de gewenste optie wordt
weergegeven.
Herhaaldelijk of willekeurig afspelen wordt
gestart.
De opties voor herhaaldelijk afspelen zijn als
volgt:
"OFF": terugkeren naar de normale
weergavestand.
"Track"/"Image"/"Movie"*1: huidige track/
beeld/videobestand herhalen.
"Album": huidige album (map) herhalen.
"Drive"*2: huidige station herhalen.
Tip
De registratie kan tegelijk met de
installatieprocedure worden uitgevoerd of na de
installatie.
De opties voor willekeurig afspelen zijn als
volgt:
"OFF": terugkeren naar de normale
weergavestand.
"Album": de tracks/beelden/videobestanden in
het huidige album (map) in willekeurige
volgorde afspelen.
*1 De opties zijn afhankelijk van het bestandstype.
*2 Wanneer twee of meer stations aanwezig zijn op
het USB-apparaat.
Als u het afspeelmenu wilt sluiten, raakt u "Play
Menu" aan.
Genieten van muziek op basis
van uw stemming — SensMe™
3 Tracks overzetten naar het
USB-apparaat met "Content Transfer"
Geluidspatronen van tracks moeten worden
geanalyseerd met 12 TONE ANALYSIS, dat
deel uitmaakt van "Content Transfer", om de
tracks te kunnen rangschikken op kanaal of
stemming.
Terwijl het USB-apparaat is aangesloten op de
computer, zet u door middel van slepen en
neerzetten tracks vanuit Windows Verkenner
of iTunes, enzovoort, over naar "Content
Transfer".
Zowel de analyse als het overzetten van de
tracks worden uitgevoerd met "Content
Transfer".
Met de unieke functies "SensMe™ channels" en
"SensMe™ mood" van Sony worden tracks
automatisch gerangschikt op kanaal of stemming
en kunt u op intuïtieve manier genieten van
muziek.
Voordat u de SensMe™-functie
gebruikt
Hieronder vindt u de basisprocedure die is vereist
om de SensMe™-functie op het apparaat te
gebruiken.
1 "SensMe™ Setup" en "Content
Transfer" op uw computer installeren
Installeer eerst "SensMe™ Setup" en
"Content Transfer" vanaf de bijgeleverde
CD-ROM.
Content
Transfer
4 Het USB-apparaat aansluiten en de
SensMe™-functie op het apparaat
gebruiken
Sluit het ingestelde USB-apparaat aan. U kunt
vervolgens genieten van "SensMe™
channels" of "SensMe™ mood" op dit
apparaat.
SensMe™
SensMe™
Setup
Content
Transfer
"SensMe™ Setup" en "Content
Transfer" op uw computer
installeren
2 Een USB-apparaat registreren met
"SensMe™ Setup"
Sluit een USB-apparaat aan op de computer
en voer de registratie met "SensMe™ Setup"
uit om de SensMe™-functie op dit apparaat in
te schakelen.
Het gebruik van de bijgeleverde software
("SensMe™ Setup" en "Content Transfer") is
vereist om de SensMe™-functie op dit apparaat
te activeren.
Installeer de software op uw computer vanaf de
bijgeleverde CD-ROM.
1
Plaats de bijgeleverde CD-ROM in de
computer.
De installatiewizard wordt automatisch
uitgevoerd.
2
Volg de instructies op het scherm om
de installatie te voltooien.
SensMe™
Setup
29
Een USB-apparaat registreren met
"SensMe™ Setup"
Tracks in kanalen afspelen
— SensMe™ channels
Registratie van het USB-apparaat is vereist om
de SensMe™-functie op het apparaat in te
schakelen.
Met "SensMe™ channels" worden tracks
automatisch op basis van hun melodie
gegroepeerd in kanalen. U kunt een kanaal
selecteren en afspelen dat past bij uw stemming,
activiteit, enzovoort.
Als de registratie niet tegelijk met de installatie is
uitgevoerd, volgt u de onderstaande stappen.
1
Start "SensMe™ Setup" op uw
computer.
2
Sluit een USB-apparaat aan op uw
computer.
3
Voltooi de registratie door de
instructies op het scherm te volgen.
1
Sluit een USB-apparaat aan dat is
ingesteld voor de SensMe™-functie.
2
Raak "Source List" en vervolgens
"SensMe™" aan.
3
Raak "channels" aan.
De lijst met kanalen wordt weergegeven.
Tip
Als u een geregistreerd USB-apparaat met
geanalyseerde tracks aansluit, kan de registratie van
het USB-apparaat ongedaan worden gemaakt.
Shuffle All
Energetic
Tracks overzetten naar het
USB-apparaat met "Content
Transfer"
Als u de SensMe™-functie op dit apparaat wilt
inschakelen, moeten tracks op het geregistreerde
USB-apparaat worden geanalyseerd en overgezet
met "Content Transfer".
1
2
Sluit het geregistreerde USB-apparaat
aan op de computer.
Maak de aansluiting voor "WALKMAN" via
de MTP-stand.
Maak de aansluiting voor andere
USB-apparaten dan "WALKMAN" via de
MSC-stand.
"Content Transfer" wordt automatisch gestart.
Als er een melding wordt weergegeven, volgt
u de instructies op het scherm om door te
gaan.
Zet tracks door middel van slepen en
neerzetten vanuit Windows Verkenner
of iTunes enzovoort over naar
"Content Transfer".
De analyse en overdracht van tracks wordt
gestart.
Raadpleeg de Help van "Content Transfer" voor
meer informatie over bewerkingen.
Opmerking
De trackanalyse met 12 TONE ANALYSIS kan enige
tijd duren, afhankelijk van de computeromgeving.
Tip
Niet alleen audiobestanden, maar ook beeld- of
videobestanden kunnen worden overgezet met
"Content Transfer". Raadpleeg de Help van "Content
Transfer" voor meer informatie.
30
Relax
4
ZAP
Raak v/V aan om de lijst met kanalen
te doorlopen.
Het afspelen van de eerste track in het huidige
kanaal wordt gestart vanaf het meest
melodieuze of ritmische gedeelte van de
track*.
* Wordt mogelijk niet correct gedetecteerd.
5
Raak het gewenste kanaal aan.
Het afspelen van de tracks in het
geselecteerde kanaal wordt gestart.
Opmerkingen
• Afhankelijk van de track wordt deze mogelijk niet
correct gedetecteerd of kan deze worden
gerangschikt in een kanaal dat niet past bij de
stemming van de track.
• Als het aangesloten USB-apparaat veel tracks
bevat, kan het enige tijd duren voordat "SensMe™
channels" wordt gestart, omdat de gegevens
moeten worden gelezen.
Tip
Tracks worden in willekeurige volgorde afgespeeld. De
volgorde verschilt telkens als u een kanaal selecteert.
Lijst met kanalen
x Aanbevolen, Shuffle All
"Morning" (5:00 – 9:59)
"Daytime" (10:00 – 15:59)
"Evening" (16:00 – 18:59)
"Night" (19:00 – 23:59)
"Midnight" (24:00 – 4:59)
Tracks aanbevolen voor elke tijd van de dag.
Stel de klok in (pagina 63) om het juiste kanaal
weer te geven.
"Shuffle All": alle geanalyseerde tracks
worden in willekeurige volgorde afgespeeld.
x Basiskanalen
Tracks worden afgespeeld op basis van het
muziektype.
"Energetic": energieke tracks.
"Relax": rustige tracks.
"Mellow": ontspannen, melancholische tracks.
"Upbeat": vrolijke tracks om uw stemming te
verbeteren.
"Emotional": ballads.
"Lounge": loungetracks.
"Dance": rhythm en rap, rhythm-andbluesmuziek.
"Extreme": intense rocktracks.
x Autokanalen
Er worden tracks afgespeeld die geschikt zijn
voor tijdens het autorijden.
Bedieningselementen en
aanduidingen voor het afspelen van
"SensMe™ channels"
A
B
C
D
E
Shuffle All
Energetic
Relax
ZAP
F
G H
A Om de bedieningstoetsen weer te geven:
"Source List", "ATT", "TA", "AF", "Top".
(pagina 21)
B Om de lijst te doorlopen en een ander kanaal
te selecteren.
C Geeft het huidige kanaal aan.
D Geeft de albumhoes*1 weer.
E Geeft de verstreken speelduur, tracknaam en
artiestennaam weer.
F Om het afspelen te onderbreken/hervatten.
G Om een track over te slaan.
H Om naar de ZAPPIN-stand te gaan.
(pagina 35)
Tijdens het afspelen van "SensMe™
channels" in de ZAPPIN-stand worden de
meest melodieuze of ritmische gedeelten*2
van de tracks afgespeeld.
*1 De aanbevolen grootte is tussen 240 × 240 en
960 × 960 pixels.
*2 Wordt mogelijk niet correct gedetecteerd.
"Freeway": snelle, energieke tracks.
"Chillout Drive": ingetogen, zalvende ballads.
"Weekend Trip": opbeurende, vrolijke tracks.
"Midnight Cruise": jazz of tracks met
pianomuziek en een volwassen stemming.
"Party Ride": levendige up-tempo tracks.
"Morning Commute": levendige en
opgewekte tracks.
"Goin’ Home": warme, relaxerende tracks.
31
Tracks afspelen via
stemmingskaarten — SensMe™
mood
Met "SensMe™ mood" worden tracks verspreid
als stippen op een stemmingskaart met twee
assen, op basis van de kenmerken van de
afzonderlijke tracks.
Als u het punt op de kaart aanraakt op basis van
uw stemming, wordt een cirkel weergegeven
rondom het aangeraakte punt en worden de
tracks binnen de cirkel afgespeeld.
Bedieningselementen en
aanduidingen voor het afspelen van
"SensMe™ mood"
A
B
C
D
Fast
Mood
Type
Happy
Sad
Style
Time
1
Sluit een USB-apparaat aan dat is
ingesteld voor de SensMe™-functie.
2
Raak "Source List" en vervolgens
"SensMe™" aan.
3
Raak "mood" aan.
De stemmingskaart met twee assen wordt
weergegeven.
Cirkel
Fast
Mood
Type
Happy
Sad
Style
Time
ZAP
Slow
Stippen die tracks vertegenwoordigen
4
Raak het gewenste punt op de kaart
aan.
Er wordt een cirkel weergegeven rondom het
aangeraakte punt en het afspelen van de
tracks binnen de cirkel wordt gestart.
Het afspelen van de eerste track wordt gestart
vanaf het meest melodieuze of ritmische
gedeelte*.
* Wordt mogelijk niet correct gedetecteerd.
Opmerkingen
• Alleen de laatste 200 tracks die zijn overgezet met
"Content Transfer", worden op de kaart gezet.
• Afhankelijk van de track wordt deze mogelijk niet
correct gedetecteerd of kan deze op de kaart
worden gezet op een plaats die niet past bij de
stemming van de track.
• Als het aangesloten USB-apparaat veel tracks
bevat, kan het enige tijd duren voordat "SensMe™
mood" wordt gestart, omdat de gegevens moeten
worden gelezen.
32
Tips
• Op de stemmingskaart wordt de huidige track
aangegeven met een groene stip.
• Tracks worden afgespeeld vanaf het middelpunt van
de cirkel naar buiten toe.
E
ZAP
Slow
F
G
HI
A Om de bedieningstoetsen weer te geven:
"Source List", "ATT", "TA", "AF", "Top".
(pagina 21)
B Om de cirkel te verplaatsen en tracks opnieuw
te groeperen.
C Om de grootte van de cirkel te wijzigen:
klein, gemiddeld of groot.
D Geeft de albumhoes*1 weer.
E Geeft de verstreken speelduur, tracknaam en
artiestennaam weer.
F Om de parameters op de horizontale as te
wijzigen.
G Om een track over te slaan.
H Om het afspelen te onderbreken/hervatten.
I Om naar de ZAPPIN-stand te gaan.
(pagina 35)
Tijdens het afspelen van "SensMe™ mood"
in de ZAPPIN-stand worden de meest
melodieuze of ritmische gedeelten*2 van de
tracks afgespeeld.
*1 De aanbevolen grootte is tussen 240 × 240 en
960 × 960 pixels.
*2 Wordt mogelijk niet correct gedetecteerd.
De parameters op de horizontale as
wijzigen
Op de stemmingskaart kunt u de parameters op
de horizontale as wijzigen. Tracks worden
opnieuw op de kaart gezet op basis van de
kenmerken van de parameters.
Actie
Parameters wijzigen in
Raak "Mood"
aan
"Sad" – "Happy"
Raak "Type"
aan
"Acoustic" – "Electronic"
Raak "Style"
aan
"Soft" – "Hard"
Raak "Time"
aan
"Morning" – "Midnight"
Bewerkingen met iPod
Zie "Over iPod" op pagina 68 of ga naar de
ondersteuningssite voor meer informatie over de
compatibiliteit met uw iPod.
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com/
In deze gebruiksaanwijzing wordt "iPod"
gebruikt als algemene verwijzing naar de
iPod-functies van de iPod en iPhone, tenzij
anders aangegeven in de tekst of afbeeldingen.
Een iPod afspelen
1
2
Verlaag het volume op dit apparaat.
Verwijder het klepje van de
USB-aansluiting en sluit de iPod aan
op de USB-aansluiting.
Het gebruik van de optionele USB-kabel
RC-202IPV wordt aanbevolen.*1
Raadpleeg de bijgeleverde gids voor
"Montage/Aansluitingen" voor meer
informatie.
Het volgende scherm wordt op de iPod
weergegeven*2 en het afspelen wordt gestart
vanaf het item dat het laatst is afgespeeld.
Als er al een iPod is aangesloten, raakt u
"Source List" en vervolgens "iPod/USB" aan
om het afspelen te starten.
De iPod loskoppelen
Stop het afspelen en koppel het apparaat los.
Koppel de iPod niet los tijdens het afspelen,
omdat de gegevens op het apparaat kunnen
worden beschadigd.
Over de hervattingsstand
Als de iPod die wordt afgespeeld, is aangesloten
op de dockconnector, schakelt dit apparaat over
naar de hervattingsstand en wordt het afspelen
gestart in de stand die op de iPod is ingesteld.
In de hervattingsstand is herhaaldelijk/
willekeurig afspelen niet beschikbaar.
Waarschuwing voor iPhone
Wanneer u een iPhone via USB aansluit, wordt het
telefoonvolume geregeld op de iPhone zelf. Teneinde
plotselinge harde geluiden na een oproep te
voorkomen, moet u het volume op het apparaat niet
verhogen tijdens een oproep.
Opmerking
Dit apparaat kan geen iPod via een USB-hub
herkennen.
Tips
• Wanneer de contactsleutel in de ACC-positie is
gezet terwijl het apparaat is ingeschakeld, wordt de
iPod opgeladen.
• Als de iPod wordt losgekoppeld tijdens het afspelen,
wordt "USB device is not connected." op het scherm
van het apparaat weergegeven.
De weergavestand instellen
U kunt een van de volgende weergavestanden
instellen.
Voor het afspelen van audio
"ALBUM", "TRACK", "GENRE",
"PLAYLIST", "ARTIST", "MUSIC
PODCAST"*
*1 Om video's af te spelen vanaf een iPod met
video, is het gebruik van de RC-202IPV vereist.
*2 Wordt mogelijk niet weergegeven als er een
iPod touch of iPhone is aangesloten of als de
iPod het laatst is afgespeeld met
passagiersbediening.
3
Pas het volume aan op dit apparaat.
Voor het afspelen van video
"MOVIE", "RENTAL", "TV SHOW",
"MUSIC VIDEO", "VIDEO PLAYLIST",
"VIDEO PODCAST"*
* Wordt mogelijk niet weergegeven afhankelijk van de
iPod-instelling.
Over de bedieningselementen en
aanduidingen voor afspelen
1
2
3
U kunt het afspelen van de iPod op dezelfde
manier bedienen als het afspelen van een disk.
Zie "Bedieningselementen voor afspelen" op
pagina 21 voor meer informatie.
Zie "Afspeelaanduidingen" op pagina 23 voor
meer informatie over afspeelaanduidingen.
Items van de geselecteerde
weergavestand overslaan
Het afspelen stoppen
Raak tijdens het afspelen –/+ van de
geselecteerde weergavestand aan.
Houd (SOURCE/OFF) 1 seconde ingedrukt.
Raak tijdens het afspelen "List" aan.
Raak "MUSIC" of "VIDEO" aan.
Raak de gewenste weergavestand aan.
Raak het gewenste item aan in de lijst om het
afspelen te starten.
Als u de lijst wilt doorlopen, raakt u v/V aan.
33
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Raak tijdens het afspelen "Play Menu"
aan en raak vervolgens het vak
"Repeat" of "Shuffle" herhaaldelijk
aan tot de gewenste optie wordt
weergegeven.
Herhaaldelijk of willekeurig afspelen wordt
gestart.
Als u het afspeelmenu wilt sluiten, raakt u "Play
Menu" aan.
De opties voor herhaaldelijk afspelen zijn als
volgt:
Voor het afspelen van audio
"OFF": terugkeren naar de normale
weergavestand.
"TRACK": de huidige track herhalen.
"ALBUM"/"MUSIC PODCAST"/"ARTIST"/
"PLAYLIST"/"GENRE"*: het huidige item
van de geselecteerde weergavestand herhalen.
Voor het afspelen van video
"OFF": terugkeren naar de normale
weergavestand.
"TRACK": de huidige video herhalen.
"RENTAL"/"TV SHOW"/"MUSIC VIDEO"/
"VIDEO PLAYLIST"/"VIDEO PODCAST"*:
het huidige item van de geselecteerde
weergavestand herhalen.
De opties voor willekeurig afspelen zijn als
volgt:
Voor het afspelen van audio
"OFF": terugkeren naar de normale
weergavestand.
"ALBUM"/"MUSIC PODCAST"/"ARTIST"/
"PLAYLIST"/"GENRE"*: tracks van de
geselecteerde weergavestand in willekeurige
volgorde afspelen.
"Device": alle tracks op een iPod in
willekeurige volgorde afspelen.
* Verschilt afhankelijk van de geselecteerde
weergavestand.
Opmerking
De weergegeven opties komen mogelijk niet overeen
met de daadwerkelijke procedure.
34
Een iPod rechtstreeks bedienen
— Passagiersbediening
U kunt een iPod die op dit apparaat is
aangesloten, rechtstreeks bedienen.
1
Raak tijdens het afspelen "Play Menu"
en het vak "Passenger Control" aan
om "ON" in te stellen.
Passagiersbediening uitschakelen
Raak het vak "Passenger Control" aan om "OFF"
in te stellen.
De weergavestand wordt gewijzigd naar de
hervattingsstand.
Als u het afspeelmenu wilt sluiten, raakt u "Play
Menu" aan.
Opmerkingen
• Als u video wilt uitvoeren naar dit apparaat, moet u
de video-uitvoer van de iPod inschakelen.
• Het volume kan alleen worden aangepast op dit
apparaat.
• De instelling voor herhaaldelijk afspelen is
uitgeschakeld als de stand voor
passagiersbediening wordt geannuleerd.
Een bestandstype selecteren
Nuttige functies
Tracks/beelden/videobestanden
in een lijst weergeven — List
Een track/beeld/videobestand
selecteren
MPEG-4
U kunt een lijst met albums/mappen/tracks/
beelden/videobestanden weergeven en een item
uit de lijst kiezen om het af te spelen.
Deze functie is bijzonder handig voor een disk in
MP3/WMA/AAC/JPEG/Xvid/MPEG-4-indeling
of een USB-apparaat met veel albums/tracks/
enzovoort.
1
Raak tijdens het afspelen "List" aan.
De lijst met categorieën of bestanden van het
momenteel afgespeelde item wordt
weergegeven.
Contents List
File 01
File 02
1/5
File 03
MPEG-4
Als de disk/het USB-apparaat meerdere
bestandstypen bevat, kan alleen het geselecteerde
bestandstype (audio/video/beeld) worden
afgespeeld. De afspeelvolgorde van
bestandstypen is ingesteld op audio, video en
vervolgens beeld (bv. als de disk videobestanden
en beeldbestanden bevat, worden alleen
videobestanden afgespeeld). U kunt het
bestandstype selecteren waarvan u een lijst wilt
weergeven en vervolgens het bestand selecteren
dat u wilt afspelen.
1
2
Raak tijdens het afspelen "List" aan.
3
Raak het gewenste bestand aan.
Het geselecteerde bestand wordt afgespeeld.
Raak
en vervolgens "Audio",
"Image" of "Video" aan om het
bestandstype te selecteren.
Zoeken naar een track door te
luisteren naar een gedeelte van
een track — ZAPPIN™
File 04
File 05
File 06
Paginapositiebalk
Als u een niveau omhoog wilt gaan, raakt u
aan.
Als u de lijst wilt doorlopen, raakt u v/V aan.
Als u naar andere pagina's wilt gaan, raakt u
de paginapositiebalk aan.
2
Raak het gewenste item aan.
Het afspelen wordt gestart.
U kunt zoeken naar een track die u wilt
beluisteren door korte gedeelten van tracks op
een disk of USB-apparaat achtereenvolgens af te
spelen.
Deze functie is bijvoorbeeld handig wanneer u
een track zoekt in de stand voor afspelen in
willekeurige volgorde of herhaaldelijk afspelen
in willekeurige volgorde.
1
Raak tijdens het afspelen van audio
"ZAP" aan.
Het afspelen wordt gestart vanaf een gedeelte
van de volgende track.
Het gedeelte wordt een bepaalde tijd
afgespeeld, waarna u een pieptoon hoort
voordat het volgende gedeelte wordt gestart.
"ZAP"
aangeraakt.
Het gedeelte van elke track
dat wordt afgespeeld in de
ZAPPIN-stand.
vervolg op volgende pagina t
35
2
Raak "ZAP" aan wanneer een track
wordt afgespeeld waarnaar u wilt
luisteren.
De track die u selecteert, wordt in de normale
weergavestand vanaf het begin afgespeeld.
Herhaal stap 1 en 2 om nogmaals naar een
track te zoeken in de ZAPPIN-stand.
Bij afspelen van "SensMe™
channels" of "SensMe™ mood"
Als u de ZAPPIN-stand inschakelt tijdens het
afspelen van "SensMe™ channels" of
"SensMe™ mood", worden de meest melodieuze
of ritmische gedeelten* van de tracks afgespeeld.
Zie "Genieten van muziek op basis van uw
stemming — SensMe™" op pagina 29 voor meer
informatie over de SensMe™-functie.
* Wordt mogelijk niet correct gedetecteerd.
Tips
• U kunt de afspeeltijd wijzigen (pagina 61), maar u
kunt het gedeelte van de track dat wordt afgespeeld,
niet selecteren.
• U kunt de pieptoon tussen de gedeelten van tracks
uitschakelen (pagina 61).
Gesture Command (bediening
door middel van gebaren)
gebruiken
U kunt veelgebruikte bewerkingen uitvoeren
door de volgende bewegingen met uw vinger te
maken op het ontvangst-/weergavescherm.
Actie
Doel
Radio-ontvangst:
zenders met een hogere
Een horizontale frequentie zoeken.
lijn trekken (Gelijk aan >.)
(links naar Afspelen van DVD/VCD:
rechts)
naar het volgende hoofdstuk/de
volgende track gaan.
(Gelijk aan >.)
Afspelen van JPEG/Xvid/
MPEG-4/audio:
naar het volgende bestand/de
volgende track gaan.
(Gelijk aan >.)
36
Actie
Doel
Radio-ontvangst:
zenders met een lagere
Een horizontale frequentie zoeken.
lijn trekken (Gelijk aan ..)
(rechts naar Afspelen van DVD/VCD:
links)
naar het vorige hoofdstuk/de
vorige track gaan.
(Gelijk aan ..)
Afspelen van JPEG/Xvid/
MPEG-4/audio:
naar het vorige bestand/de
volgende track gaan.
(Gelijk aan ..)
Radio-ontvangst:
opgeslagen zenders ontvangen
(hogere frequentie).
Een verticale Afspelen van DVD/VCD/
lijn trekken Xvid/MPEG-4:
(naar boven) de video snel vooruitspoelen.
Afspelen van JPEG/audio:
naar het volgende album (map)
gaan.
(Gelijk aan "Album" +.)
Radio-ontvangst:
opgeslagen zenders ontvangen
(lagere frequentie).
Een verticale Afspelen van DVD/VCD/
lijn trekken Xvid/MPEG-4:
(naar beneden) de video terugspoelen.
Afspelen van JPEG/audio:
naar het vorige album (map)
gaan.
(Gelijk aan "Album" –.)
De instructies voor Gesture
Command weergeven
Raak
aan wanneer dit wordt weergegeven in
de rechterbovenhoek van het scherm.
Handsfree bellen en audio streamen
— Bluetooth
Voordat u de Bluetooth-functie
gebruikt
Basisprocedure van de
Bluetooth-functie
1 Koppelen
Wanneer u voor het eerst verbinding maakt
met Bluetooth-apparaten, moeten de
apparaten onderling worden geregistreerd. Dit
wordt "koppelen" genoemd. Deze registratie
(koppelen) is alleen de eerste keer vereist.
Daarna herkennen dit apparaat en de andere
apparaten elkaar automatisch.
Ga naar de ondersteuningssite voor meer
informatie over de compatibiliteit van uw
apparaat.
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com/
Bluetooth-statusaanduidingen
Signaalaanduiding voor Bluetooth: gaat branden
wanneer het Bluetooth-signaal is ingeschakeld.
ATT
Calling...
Opmerking
Als u de apparaatregistratie op dit apparaat
ongedaan maakt, moet u het koppelen opnieuw
uitvoeren.
2 Verbinden
Nadat de koppeling tot stand is gebracht,
maakt u verbinding tussen dit apparaat en het
Bluetooth-apparaat. Afhankelijk van het
apparaat kan de verbinding automatisch
worden gemaakt tijdens het koppelen.
Name
0123456789
Calling...
Bluetooth-statusaanduidingen
Geen: het Bluetooth-signaal is
uitgeschakeld.
Brandt: het Bluetooth-signaal is
ingeschakeld.
3 Handsfree bellen/audio streamen
U kunt handsfree bellen/een oproep
beantwoorden of audio beluisteren via dit
apparaat.
Geen: er is geen apparaat verbonden
voor het streamen van audio.
Knippert: de verbinding wordt
gemaakt.
Brandt: er is een apparaat verbonden.
Geen: er is geen mobiele telefoon
verbonden om handsfree te bellen.
Knippert: de verbinding wordt
gemaakt.
Brandt: er is een mobiele telefoon
verbonden.
Geeft de signaalsterkte aan van de
verbonden mobiele telefoon.
Geeft de resterende accuduur aan van
de verbonden mobiele telefoon.
37
Het Bluetooth-instelmenu wordt
weergegeven.
De microfoon installeren
U moet de microfoon (bijgeleverd) installeren
om uw stem op te vangen terwijl u handsfree
belt.
Back
ATT
Top
BT Menu
Raadpleeg de bijgeleverde gids voor "Montage/
Aansluitingen" voor meer informatie over het
aansluiten van de microfoon.
Signal
OFF / ON
Discoverable
Hide / Show
Device Name
1/2
Search
Device List
Koppelen
Koppelen is alleen vereist wanneer u voor het
eerst verbinding maakt met een Bluetoothapparaat (mobiele telefoon, enzovoort).*1
3
Als u dit apparaat wilt verbinden met een
Bluetooth-apparaat, moet u dezelfde
toegangscode*2 op dit apparaat en op het
Bluetooth-apparaat invoeren. De toegangscode
kan een door u zelf gekozen getal zijn of een
getal dat wordt bepaald door het Bluetoothapparaat. Raadpleeg de handleiding van het
Bluetooth-apparaat voor meer informatie.
*1 Als u de apparaatregistratie op dit apparaat
ongedaan maakt, moet u het koppelen opnieuw
uitvoeren.
*2 De toegangscode kan ook "wachtwoord",
"pincode", "pinnummer", "paswoord", enzovoort
worden genoemd, afhankelijk van het Bluetoothapparaat.
*1 Als het Bluetooth-signaal van dit apparaat is
uitgeschakeld, wordt het signaal automatisch
ingeschakeld wanneer het zoeken wordt
gestart.
*2 De zoektijd is afhankelijk van het aantal
apparaten waarmee verbinding kan worden
gemaakt.
*3 De naam of het adres (indien er geen naam
beschikbaar is) van gedetecteerde apparaten
wordt weergegeven.
4
Raak het apparaat aan waarmee u
verbinding wilt maken.
5
Selecteer het verbindingstype.
Raak "Handsfree Connect" aan als u het
apparaat wilt gebruiken voor handsfree
bellen.
Raak "Audio Connect" aan als u het apparaat
wilt gebruiken voor het streamen van audio.
Het koppelen wordt gestart en het scherm
voor het invoeren van de toegangscode wordt
weergegeven.
6
Raak de cijfertoetsen aan om uw
toegangscode in te voeren en raak
"OK" aan.
Voer de vereiste bewerking ook op het andere
Bluetooth-apparaat uit.
Het koppelen is voltooid en dit apparaat is
verbonden met het andere Bluetoothapparaat.
Als de verbinding met succes tot stand is
gebracht, wordt
of
weergegeven onder
aan het scherm.
Tip
U kunt maximaal 9 apparaten koppelen.
Zoeken vanaf dit apparaat
Controleer vooraf of het andere Bluetoothapparaat detecteerbaar is (stel het zo in dat het
kan worden gevonden).
38
1
Selecteer de Bluetooth-bron.
Als u een Bluetooth-telefoon wilt selecteren,
drukt u op (TOP) en raakt u vervolgens "BT
Phone" aan in het hoofdmenu.
Als u Bluetooth-audio wilt selecteren, raakt u
"Source List" en vervolgens "BT Audio" aan.
2
Raak "BT Menu" aan.
In het geval van Bluetooth-audio, raakt u
"Play Menu" en vervolgens "BT Menu" aan.
Raak "Search" aan.
Het zoeken wordt gestart naar Bluetoothapparaten die kunnen worden verbonden.*1*2
Als het zoeken is voltooid, wordt de lijst met
gedetecteerde apparaten*3 weergegeven.
Zoeken vanaf het Bluetoothapparaat
De procedure voor het zoeken naar dit apparaat
vanaf het andere Bluetooth-apparaat wordt
hieronder uitgelegd.
1
Selecteer de Bluetooth-bron.
Als u een Bluetooth-telefoon wilt selecteren,
drukt u op (TOP) en raakt u vervolgens "BT
Phone" aan in het hoofdmenu.
Als u Bluetooth-audio wilt selecteren, raakt u
"Source List" en vervolgens "BT Audio" aan.
2
Raak "BT Menu" aan.
In het geval van Bluetooth-audio, raakt u
"Play Menu" en vervolgens "BT Menu" aan.
Het Bluetooth-instelmenu wordt
weergegeven.
3
Raak "Signal" en vervolgens "Yes"
aan om "Signal" in te stellen op "ON".
Het Bluetooth-signaal van dit apparaat wordt
geactiveerd.
4
Raak "Discoverable" aan om het
apparaat in te stellen op "Show".
Het apparaat kan worden gedetecteerd door
het andere Bluetooth-apparaat.
5
Zoek dit apparaat vanaf het andere
Bluetooth-apparaat.
Als het zoeken is voltooid, wordt dit apparaat
weergegeven als "Sony Automotive"* in de
lijst op het andere Bluetooth-apparaat.
* Kan worden gewijzigd in de Bluetooth-instelling
(pagina 48).
Opmerkingen
• Als u verbinding maakt met een Bluetooth-apparaat,
kan dit apparaat niet worden herkend door een
ander apparaat. Om detectie mogelijk te maken,
dient u de huidige verbinding te verbreken.
• Zoeken vanaf dit apparaat is soms niet mogelijk,
afhankelijk van het apparaat. Zoek in dat geval vanaf
het andere apparaat naar dit apparaat.
• Als u tegelijkertijd zoekt vanaf dit apparaat en het
andere apparaat, herkent dit apparaat het andere
apparaat niet.
• Het zoeken of verbinding maken kan enige tijd
duren.
• Afhankelijk van het apparaat kan het venster voor
het bevestigen van de verbinding worden
weergegeven voordat u de toegangscode moet
invoeren.
• De beschikbare tijd om de toegangscode in te
voeren, verschilt afhankelijk van het apparaat.
• Dit apparaat kan alleen worden verbonden met een
apparaat dat HSP (Head Set Profile) ondersteunt.
Verbinden
Wanneer het contactslot wordt ingeschakeld
terwijl het Bluetooth-signaal is geactiveerd,
zoekt dit apparaat naar het Bluetooth-apparaat
waarmee als laatste verbinding is gemaakt, en
wordt de verbinding automatisch tot stand
gebracht als dit mogelijk is.
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u
handmatig verbinding kunt maken met
geregistreerde Bluetooth-apparaten.
Voordat u begint, moet u het Bluetooth-signaal
op zowel dit apparaat (pagina 48) als op het
andere Bluetooth-apparaat inschakelen.
1
Selecteer de Bluetooth-bron.
Als u een Bluetooth-telefoon wilt selecteren,
drukt u op (TOP) en raakt u vervolgens "BT
Phone" aan in het hoofdmenu.
Als u Bluetooth-audio wilt selecteren, raakt u
"Source List" en vervolgens "BT Audio" aan.
2
Raak "BT Menu" aan.
In het geval van Bluetooth-audio, raakt u
"Play Menu" en vervolgens "BT Menu" aan.
Het Bluetooth-instelmenu wordt
weergegeven.
3
Raak "Device List" aan.
De lijst met geregistreerde Bluetoothapparaten wordt weergegeven.
Als u de lijst wilt doorlopen, raakt u v/V aan.
4
Raak het apparaat aan waarmee u
verbinding wilt maken.
DR-BT30Q
Sony
Automotive
XXXXXXX
Nadat u de vereiste bewerking hebt
uitgevoerd op het andere Bluetooth-apparaat,
wordt het scherm voor het invoeren van de
toegangscode weergegeven op dit apparaat.
6
Raak de cijfertoetsen aan om uw
toegangscode in te voeren en raak
"OK" aan.
Het koppelen is voltooid en dit apparaat is
verbonden met het andere Bluetoothapparaat.
Als de verbinding met succes tot stand is
gebracht, wordt
of
weergegeven onder
aan het scherm.
vervolg op volgende pagina t
39
5
Selecteer het verbindingstype.
Raak "Handsfree Connect" aan als u het
apparaat wilt gebruiken voor handsfree
bellen.
Raak "Audio Connect" aan als u het apparaat
wilt gebruiken voor het streamen van audio.
De verbinding is gemaakt.
Als de verbinding met succes tot stand is
gebracht, wordt
of
weergegeven onder
aan het scherm.
In de apparatenlijst wordt het momenteel
verbonden apparaat aangeduid met het
pictogram voor de naam.
Handsfree bellen
Zodra het apparaat is aangesloten op de mobiele
telefoon, kunt u handsfree bellen/een oproep
beantwoorden door dit apparaat te bedienen.
Bellen
Door een telefoonnummer te kiezen
1
Verbinding maken vanaf het andere
Bluetooth-apparaat
Stel het andere Bluetooth-apparaat in om
verbinding te maken met dit apparaat.
Als de verbinding met succes tot stand is
gebracht, wordt
of
weergegeven onder aan
het scherm.
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
Back
ATT
BT Menu
Top
Preset Dial
P1
P2
P3
P4
P5
P6
Voice Dial
Verbinding verbreken
1 Volg stap 1 tot en met 3 hierboven.
2 Raak het momenteel verbonden apparaat aan
en vervolgens "Handsfree Disconnect" of
"Audio Disconnect".
BT phone
2
Alle registraties verwijderen
1 Volg stap 1 tot en met 3 hierboven.
2 Raak "Delete All" en vervolgens "Yes" aan om
te bevestigen.
Call Menu
PB Access
Raak "Call Menu" en "Dial" aan.
Het scherm voor het invoeren van het
nummer wordt weergegeven.
Back
ATT
Top
Dial
Please input phone number.
Een individuele registratie
verwijderen
1 Volg stap 1 tot en met 3 hierboven.
2 Raak het apparaat aan dat u wilt verwijderen
en raak vervolgens "Delete this device from
List" aan.
3 Raak "Yes" aan om te bevestigen.
Verbinding maken met het laatst
verbonden apparaat vanaf dit
apparaat (alleen Bluetooth-audio)
Raak "Source List", "BT Audio", en "Connect"
aan.
Opmerking
Als er verbinding wordt gemaakt tijdens het streamen
van audio, hoort u wellicht ruis door het geluid dat
wordt afgespeeld.
Tip
U kunt een mobiele telefoon verbinden voor het
streamen van audio indien deze A2DP (Advanced
Audio Distribution Profile) ondersteunt.
40
3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
Raak de cijfertoetsen aan om het
telefoonnummer in te voeren en raak
aan.
Als u een ingevoerd cijfer wilt verwijderen,
raakt u
aan.
Er wordt gebeld en het oproepscherm wordt
weergegeven tot de andere persoon opneemt.
ATT
Calling...
Name
0123456789
Calling...
Via het telefoonboek
Via de snelkeuzetoets
Zie "Telefoonboekbeheer" op pagina 43 voor
meer informatie over het beheren van
telefoonboekgegevens.
U kunt maximaal 6 contactpersonen opslaan met
de snelkeuzetoets. Zie "Snelkeuzetoets" op
pagina 46 voor meer informatie over het opslaan.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Phonebook" aan.
Het telefoonboek wordt weergegeven.
2
3
Selecteer de gewenste
contactpersoon.
Raak het nummer aan in de lijst ("P1"
tot en met "P6").
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
3
Raak "Yes" aan.
Er wordt gebeld en het oproepscherm wordt
weergegeven tot de andere persoon opneemt.
1 Raak in de lijst met beginletters de eerste
letter van de naam van de contactpersoon
aan.
2 Raak in de lijst met namen de naam van de
contactpersoon aan.
4
Met de spraakkeuzefunctie
U kunt bellen met het spraaklabel dat is
opgeslagen op de verbonden mobiele telefoon.
3 Raak in de lijst met nummers het
telefoonnummer aan.
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
Raak "Call" aan.
Er wordt gebeld en het oproepscherm wordt
weergegeven tot de andere persoon opneemt.
2
3
Raak "Voice Dial" aan.
Tip
U kunt op dit apparaat ook door het telefoonboek
bladeren van de verbonden mobiele telefoon en bellen
(pagina 44).
Via de oproepgeschiedenis
De laatste 20 oproepen worden opgeslagen op
het apparaat, waardoor u er snel een kunt
selecteren in de lijst.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Recent Call" aan.
De lijst met de oproepgeschiedenis wordt
weergegeven.
Als u de lijst wilt doorlopen, raakt u v/V aan.
3
Raak het gewenste item aan in de lijst.
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
4
Raak "Call" aan.
Er wordt gebeld en het oproepscherm wordt
weergegeven tot de andere persoon opneemt.
Spreek het spraaklabel uit dat op de
mobiele telefoon is opgeslagen.
Uw stem wordt herkend en er wordt gebeld.
Het oproepscherm wordt weergegeven tot de
andere persoon opneemt.
Opmerkingen
• Spreek het spraaklabel op dezelfde manier uit als
het label is opgeslagen op de mobiele telefoon.
• Als de spraakkeuzefunctie is ingeschakeld op de
verbonden mobiele telefoon, werkt deze mogelijk
niet via dit apparaat.
• Gebruik de spraakkeuzefunctie niet op de mobiele
telefoon als deze is verbonden met dit apparaat.
• Lawaai, zoals een lopende motor, kan de
geluidsherkenning verstoren. Om de herkenning te
verbeteren, moet u de functie gebruiken bij
omstandigheden met zo weinig mogelijk lawaai.
• Spraakkeuze werkt mogelijk niet, afhankelijk van de
herkenningsspecificaties van de mobiele telefoon.
Ga naar de ondersteuningssite voor meer
informatie.
Het stemvolume aanpassen
Druk op (VOL) +/– tijdens een oproep.
Het volume van het stemgeluid van de persoon
die spreekt, wordt opgeslagen in het geheugen,
onafhankelijk van het normale volume.
41
Oproepen ontvangen
Bewerkingen tijdens een oproep
Als het apparaat is aangesloten op de mobiele
telefoon, kunt u in elke status een oproep
ontvangen.
Het volgende scherm geeft een binnenkomende
oproep aan, naast de beltoon.
Het volgende scherm wordt weergegeven tijdens
een oproep.
ATT
BT Menu
Top
On the Line.
Name
ATT
0123456789
Incoming call...
Handsfree OFF
Open Keypad
Name
0123456789
10:59
Incoming call...
Het stemvolume aanpassen
De oproep beantwoorden
Raak
aan.
Het beltoonvolume aanpassen
Druk op (VOL) +/– terwijl u een oproep
ontvangt.
Het volume van de beltoon wordt opgeslagen in
het geheugen, onafhankelijk van het normale
volume.
Een oproep weigeren
Raak
aan.
Opmerking
De beltoon en het stemgeluid worden alleen
uitgevoerd via de voorluidsprekers.
Tips
• U kunt instellen dat een oproep automatisch wordt
beantwoord (pagina 48).
• U kunt instellen dat de beltoon van de mobiele
telefoon of van dit apparaat wordt gebruikt
(pagina 48).
Druk op (VOL) +/– tijdens een oproep.
Het volume van het stemgeluid van de persoon
die spreekt, wordt opgeslagen in het geheugen,
onafhankelijk van het normale volume.
DTMF-tonen (Dual Tone Multiple
Frequency) verzenden
Raak "Open Keypad" en de vereiste cijfertoetsen
aan.
De huidige oproep overschakelen
naar de mobiele telefoon
Raak "Handsfree OFF" aan.
Als u weer wilt terugschakelen naar handsfree
bellen, raakt u "Handsfree ON" aan.
Opmerking
Afhankelijk van de mobiele telefoon, kan de verbinding
worden verbroken wanneer u probeert een oproep
door te schakelen.
Het volume aanpassen voor de
andere persoon
1
2
Raak "BT Menu" aan.
Raak v/V aan om te scrollen en raak
"MIC Gain" aan.
3
Raak –/+ aan om het niveau aan te
passen.
Het niveau kan stapsgewijs worden aangepast
tussen –2 en +2.
4
Raak herhaaldelijk "Back" aan om
terug te keren naar de vorige
schermen.
Een oproep beëindigen
Raak
42
aan.
Telefoonboekbeheer
U kunt maximaal 300 contactpersonen opslaan in
het telefoonboek en er kunnen maximaal 5
telefoonnummers worden opgeslagen voor elke
contactpersoon.
Opmerkingen
• Voordat u zich van uw auto ontdoet of dat deze van
eigenaar verandert terwijl dit apparaat nog steeds
gemonteerd is, dient u de resettoets in te drukken
om alle gegevens van het telefoonboek uit dit
apparaat te verwijderen; zo voorkomt u dat
onbevoegde personen toegang tot die gegevens
krijgen. Als u de stroomkabel loskoppelt worden ook
alle gegevens van het telefoonboek verwijdert.
• Gedownloade telefoonboekgegevens van een
mobiele telefoon kunnen niet worden overschreven
door nieuwe gegevens. Sommige gegevens (naam
enzovoort) kunnen daardoor dubbel voorkomen.
• Telefoonboekgegevens kunnen verloren gaan als dit
apparaat beschadigd raakt.
• Als u dit apparaat weggooit, moet u de
telefoonboekgegevens verwijderen door te
initialiseren (pagina 48).
Ontvangen van een mobiele telefoon
U kunt telefoonboekgegevens van de verbonden
mobiele telefoon verzenden en ontvangen op dit
apparaat.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en "Receive
Phonebook" aan.
Dit apparaat is gereed voor het ontvangen van
telefoonboekgegevens.
3
Verzend de telefoonboekgegevens via
de verbonden mobiele telefoon.
Als het ontvangen is voltooid, wordt
"Complete" weergegeven en worden de
telefoonboekgegevens op dit apparaat
opgeslagen.
Een contactpersoon toevoegen door
de naam en het nummer in te voeren
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Phonebook" aan.
Het telefoonboek wordt weergegeven.
3
Raak "Add Contact" aan.
Het registratiescherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
Telefoonboekgegevens opslaan
Downloaden van een mobiele
telefoon
Als de verbonden mobiele telefoon PBAP
(Phone Book Access Profile) ondersteunt, kunt u
telefoonboekgegevens downloaden en opslaan op
dit apparaat.
1
2
3
4
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
Back
Raak "Phonebook Download" aan.
Als het downloaden is voltooid, wordt
"Complete" weergegeven en zijn de
telefoonboekgegevens op dit apparaat
opgeslagen.
Top
Empty
Raak "PB Access" aan.
Het toegangsmenu voor het telefoonboek
wordt weergegeven.
Raak "Access" aan om het geheugen
te selecteren waarin de
telefoonboekgegevens worden
opgeslagen.
Als u de gegevens van het interne geheugen
van een mobiele telefoon wilt downloaden,
stelt u "Memory" in.
Als u de gegevens van de SIM-kaart wilt
downloaden, stelt u in op "SIM".
ATT
Add Contact
Empty
1/1
Add to Phonebook?
4
Raak "Empty" aan op de eerste lijn.
Het scherm voor het invoeren van de naam
wordt weergegeven.
5
Raak de toetsen met tekens aan om de
naam in te voeren en raak vervolgens
"OK" aan.
Zie "Over het toetsenbord voor het bewerken
van de naam" op pagina 45 voor meer
informatie over het gebruiken van het
toetsenbord.
Het registratiescherm voor contactpersonen
wordt opnieuw weergegeven.
vervolg op volgende pagina t
43
6
Raak "Empty" aan.
Het scherm voor het invoeren van het
nummer wordt weergegeven.
7
Raak de cijfertoetsen aan om het
telefoonnummer in te voeren en raak
"OK" aan.
Het scherm voor het selecteren van het type
telefoonnummer wordt weergegeven.
8
Raak het gewenste type
telefoonnummer aan.
Het registratiescherm voor contactpersonen
wordt opnieuw weergegeven.
Als u nog meer telefoonnummers wilt
invoeren, herhaalt u stap 6 tot en met 8.
9
Raak "Add to Phonebook?" aan.
De contactpersoon wordt toegevoegd aan het
telefoonboek.
In het telefoonboek bladeren van
een mobiele telefoon
Als de verbonden mobiele telefoon PBAP
(Phone Book Access Profile) ondersteunt, kunt u
telefoonboekgegevens bekijken op dit apparaat.
U kunt ook een contactpersoon bellen of de
contactpersoon toevoegen aan het telefoonboek
van dit apparaat.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "PB Access" aan.
Het toegangsmenu voor het telefoonboek
wordt weergegeven.
3
Raak "Access" aan om het geheugen
te selecteren waarin de
telefoonboekgegevens worden
opgeslagen.
Als u door de gegevens in het interne
geheugen van een mobiele telefoon wilt
bladeren, stelt u "Memory" in.
Als u de gegevens van de SIM-kaart wilt
downloaden, stelt u "SIM" in.
4
Raak "Phonebook Browsing" aan.
Het telefoonboek van de verbonden mobiele
telefoon wordt weergegeven.
5
Selecteer de gewenste
contactpersoon.
Een contactpersoon toevoegen uit
de oproepgeschiedenis
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Recent Call" aan.
De lijst met de oproepgeschiedenis wordt
weergegeven.
Als u de lijst wilt doorlopen, raakt u v/V aan.
3
Raak het item aan dat u wilt toevoegen
aan het telefoonboek.
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
4
Raak "Save to Phonebook" aan.
Het scherm voor het invoeren van de naam
wordt weergegeven.
5
Raak de toetsen met tekens aan om de
naam in te voeren en raak vervolgens
"OK" aan.
Zie "Over het toetsenbord voor het bewerken
van de naam" op pagina 45 voor meer
informatie over het gebruiken van het
toetsenbord.
De contactpersoon wordt toegevoegd aan het
telefoonboek.
1 Raak in de lijst met beginletters de eerste
letter van de naam van de contactpersoon
aan.
2 Raak in de lijst met namen de naam van de
contactpersoon aan.
3 Raak in de lijst met nummers het
telefoonnummer aan.
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
De contactpersoon bellen
Raak het telefoonnummer aan dat u wilt bellen
en raak vervolgens "Yes" aan om te bevestigen.
De contactpersoon toevoegen aan
het telefoonboek van dit apparaat
Raak "Save to Phonebook" en vervolgens "Yes"
aan om te bevestigen.
44
Telefoonboekgegevens
verwijderen
4
Raak de gewenste optie voor
bewerken aan.
Actie
Alle telefoonboekgegevens op dit
apparaat verwijderen
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Phonebook" aan.
Het telefoonboek wordt weergegeven.
3
Raak "Delete All" aan.
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven.
4
Raak "Yes" aan.
Alle telefoonboekgegevens worden
verwijderd.
Een afzonderlijke contactpersoon
verwijderen uit het telefoonboek
1
2
Raak "Edit
Name" naam
De naam van de
contactpersoon
bewerken. Voer de
nieuwe naam in en raak
vervolgens "OK" aan.
Raak "Add
Number" aan
Het telefoonnummer
toevoegen aan de
contactpersoon. Voer
het telefoonnummer in
en raak "OK" aan.
Het geselecteerde
Raak het
telefoonnummer telefoonnummer
verwijderen. Raak
in de lijst aan
"Delete Number" en
vervolgens "Yes" aan.
Over het toetsenbord voor het
bewerken van de naam
Volg stap 1 en 2 hierboven.
Selecteer de contactpersoon die u wilt
verwijderen.
Back
Raak "Delete Contact" aan.
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven.
4
Raak "Yes" aan.
De contactpersoon wordt verwijderd uit het
telefoonboek.
Een contactpersoon bewerken
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
Top
Please Input Name
NAME
Q
W
A
2 Raak in de lijst met namen de naam van de
contactpersoon aan.
3
ATT
Contact Name
1 Raak in de lijst met beginletters de eerste
letter van de naam van de contactpersoon
aan.
1
Doel
Z
abc
E
S
R
D
X
T
F
C
123
Actie
Y
G
V
U
H
B
Space
I
J
N
O
K
P
L
M
OK
Doel
"ABC" of "abc"
aanraken
Schakelen tussen
kleine letters en
hoofdletters.
De gewenste
lettertoets
aanraken
De letter invoeren.
Aanraken "123"
Overschakelen naar het
numerieke toetsenbord.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Phonebook" aan.
Het telefoonboek wordt weergegeven.
De gewenste cijfer-/ Het cijfer/symbool
invoeren.
symbooltoets
aanraken
3
Selecteer de contactpersoon die u wilt
bewerken.
"Space" aanraken
1 Raak in de lijst met beginletters de eerste
letter van de naam van de contactpersoon
aan.
aanraken
"OK" aanraken
Een spatie invoeren.
Een teken verwijderen.
Het bewerken van de
naam voltooien.
2 Raak in de lijst met namen de naam van de
contactpersoon aan.
45
Beheer van oproepgegevens
Selecteer de contactpersoon die u wilt
opslaan onder de snelkeuzetoets.
Oproepgeschiedenis
1 Raak in de lijst met beginletters de eerste
letter van de naam van de contactpersoon
aan.
U kunt de items uit de oproepgeschiedenis
verwijderen.
2 Raak in de lijst met namen de naam van de
contactpersoon aan.
Alle items uit de oproepgeschiedenis
verwijderen
3 Raak in de lijst met nummers het
telefoonnummer aan.
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
4
Raak "Preset Memory" aan en raak
vervolgens het gewenste
snelkeuzenummer aan ("P1" tot en
met "P6").
De contactpersoon wordt opgeslagen onder
het geselecteerde snelkeuzenummer.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Recent Call" aan.
De lijst met de oproepgeschiedenis wordt
weergegeven.
3
Raak "Delete All" aan.
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven.
Opslaan vanuit de
oproepgeschiedenis
4
Raak "Yes" aan.
Alle items uit de oproepgeschiedenis worden
verwijderd.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak in de lijst het item aan dat u wilt
verwijderen.
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Recent Call" aan.
De lijst met de oproepgeschiedenis wordt
weergegeven.
Als u de lijst wilt doorlopen, raakt u v/V aan.
3
3
Raak "Delete Number" aan.
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven.
Raak het gewenste item aan in de lijst.
Het bevestigingsscherm voor contactpersonen
wordt weergegeven.
4
4
Raak "Yes" aan.
Het geselecteerde item wordt verwijderd uit
de oproepgeschiedenis.
Raak "Preset Memory" aan en raak
vervolgens het gewenste
snelkeuzenummer aan ("P1" tot en
met "P6").
De contactpersoon wordt opgeslagen onder
het geselecteerde snelkeuzenummer.
Een afzonderlijk item uit de
oproepgeschiedenis verwijderen
1
2
Volg stap 1 en 2 hierboven.
Snelkeuzetoets
U kunt contactpersonen in het telefoonboek of
uit de oproepgeschiedenis opslaan onder de
snelkeuzetoetsen.
Opslaan vanuit het telefoonboek
46
3
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens
"Phonebook" aan.
Het telefoonboek wordt weergegeven.
De registratie van de snelkeuzetoets
wijzigen
Volg de bovenstaande procedure om een
geregistreerde snelkeuzetoets te overschrijven.
Persoonlijke gegevens
vergrendelen
Als u onbevoegde toegang tot persoonlijke
gegevens wilt voorkomen, kunt u de
oproepgegevens vergrendelen met een code van 4
cijfers.
Als de gegevens zijn vergrendeld, moet u de code
invoeren om toegang te krijgen tot de items in het
oproepmenu.
1
Druk op (TOP) en raak "BT Phone"
aan in het hoofdmenu.
Het Bluetooth-telefoonscherm wordt
weergegeven.
2
Raak "Call Menu" en vervolgens "PIM
Security" aan.
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven.
3
Raak "Yes" aan.
Het instelscherm voor de code wordt
weergegeven.
4
Raak de cijfertoetsen aan om uw code
in te voeren en raak vervolgens "OK"
aan.
5
Raak ter bevestiging de cijfertoetsen
aan om uw code opnieuw in te voeren
en raak "OK" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u een ingevoerd cijfer wilt verwijderen, raakt
u "Clear" aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
De oproepgegevens ontgrendelen
1 Volg stap 1 en 2 hierboven.
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven.
2 Raak "Yes" aan.
Het scherm voor ontgrendelen wordt
weergegeven.
3 Raak de cijfertoetsen aan om uw code in te
voeren.
"Complete" wordt weergegeven en de
oproepgegevens zijn ontgrendeld.
Audio streamen
Luisteren naar een Bluetoothapparaat via dit apparaat
Als het andere apparaat A2DP (Advanced Audio
Distribution Profile) ondersteunt, dan kunt u naar
het afgespeelde geluid luisteren via dit apparaat.
1
Maak verbinding tussen dit apparaat
en het Bluetooth-audioapparaat
(pagina 39).
2
3
Verlaag het volume op dit apparaat.
4
Start het afspelen op het andere
Bluetooth-apparaat.
5
Pas het volume aan op dit apparaat.
Raak "Source List" en vervolgens
"BT Audio" aan.
Het Bluetooth-audioscherm wordt
weergegeven.
Het Bluetooth-apparaat bedienen
met dit apparaat
Als het andere apparaat AVRCP (Audio Video
Remote Control Profile) ondersteunt, dan kunt u
het afspelen bedienen via dit apparaat.
Bewerkingen kunnen op dezelfde manier worden
uitgevoerd als het afspelen van een disk
(pagina 21), met uitzondering van het volgende:
Actie
Doel
"Play Menu" c
"BT Menu"
aanraken
Het menu voor Bluetoothinstellingen openen
(pagina 48).
–/+ in het vak
"Level"
aanraken
Het verschil in
volumeniveau tussen dit
apparaat en het andere
Bluetooth-apparaat
verminderen. Het niveau
kan stapsgewijs worden
aangepast van –8 tot +18.
"Connect"
aanraken
Verbinding maken met het
laatste verbonden apparaat
vanaf dit apparaat.
Opmerkingen
• De beschikbare bewerkingen verschillen afhankelijk
van het Bluetooth-apparaat. Voer niet-beschikbare
bewerkingen uit op het Bluetooth-apparaat.
• Afhankelijk van het Bluetooth-apparaat is het
mogelijk nodig om u twee keer aan te raken om
het afspelen te starten/onderbreken.
• Tijdens het streamen van audio worden sommige
aanduidingen zoals tracknaam enzovoort, mogelijk
niet weergegeven op dit apparaat.
47
Bluetooth-instellingen
De Bluetooth-instellingen kunnen worden
opgegeven in "BT Menu".
1
2
3
Selecteer de Bluetooth-bron.
Als u een Bluetooth-telefoon wilt selecteren,
drukt u op (TOP) en raakt u vervolgens "BT
Phone" aan in het hoofdmenu.
Als u Bluetooth-audio wilt selecteren, raakt u
"Source List" en vervolgens "BT Audio" aan.
Raak "BT Menu" aan.
In het geval van Bluetooth-audio, raakt u
"Play Menu" en vervolgens "BT Menu" aan.
Het Bluetooth-instelmenu wordt
weergegeven.
Raak het gewenste item aan in de lijst
en geef de instelling op.
De items in het Bluetooth-instelmenu zijn de
volgende:
"Signal"*1
Het Bluetooth-signaal inschakelen: "ON",
"OFF".
"Discoverable"*1 (pagina 39)
Het andere Bluetooth-apparaat toestaan te
zoeken naar dit apparaat: "Show", "Hide".
"Device Name"*1
De naam wijzigen die voor dit apparaat op het
verbonden apparaat wordt weergegeven.
(Standaardinstelling: "Sony Automotive")
Zie "Over het toetsenbord voor het bewerken
van de naam" op pagina 45 voor meer
informatie over de algemene bediening van het
toetsenbord.
"Search"*1 (pagina 38)
Zoeken naar Bluetooth-apparaten waarmee
verbinding kan worden gemaakt.
"Device List"*1 (pagina 39)
De lijst met geregistreerde apparaten
weergeven; verbinding maken met een
geregistreerd apparaat; alle registraties
verwijderen.
"Auto Answer"*1
Een binnenkomende oproep automatisch
beantwoorden.
– "Short": automatisch beantwoorden na
3 seconden.
– "Long": automatisch beantwoorden na
10 seconden.
– "OFF": niet automatisch beantwoorden.
48
"Ringtone"*1*2
De beltoon van dit apparaat of van de
verbonden mobiele telefoon gebruiken:
"Default", "Cellular".
"EC/NC Mode" (Echo Canceller/Noise
Canceller-stand)
Vermindert echo en ruis tijdens een oproep.
Stel dit in op "Mode 1" voor normaal gebruik.
Als de geluidskwaliteit van het uitgaande geluid
niet goed is, moet u "Mode 2" of "OFF"
instellen.
"MIC Gain" (pagina 42)
Het microfoonvolume voor de andere persoon
aanpassen: –2 ~ +2.
"Initialize"*1
Alle Bluetooth-instellingen initialiseren. Raak
"Yes" aan om te bevestigen.
*1 Kan niet worden ingesteld tijdens handsfree bellen.
*2 Afhankelijk van de mobiele telefoon, is het mogelijk
dat de beltoon van dit apparaat wordt uitgevoerd,
zelfs als "Cellular" is ingesteld.
Opmerking
Raadpleeg de betreffende handleidingen voor
informatie over de instellingen van andere Bluetoothapparaten.
Geluidsaanpassing
4
Raak +/– van elke frequentie aan om
de niveaus aan te passen.
Het niveau kan stapsgewijs worden aangepast
van –8 tot +8.
Als u de equalizercurve wilt herstellen die in
de fabriek is ingesteld, raakt u "Reset" aan.
5
Raak "OK" aan.
Het instellen is voltooid.
De geluidskwaliteit selecteren
— EQ7
U kunt een equalizercurve kiezen uit 7
muziektypen ("Xplod", "Vocal", "Edge",
"Cruise", "Space", "Gravity", "Custom" of
"OFF").
1
Raak tijdens de ontvangst/het
afspelen "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Sound" aan.
Het menu met geluidinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak "EQ7" aan.
De opties worden weergegeven.
4
Raak de gewenste equalizercurve aan.
Het instellen is voltooid.
Als u de equalizercurve wilt annuleren, selecteert
u "OFF".
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
De equalizercurve aanpassen
— EQ7 Tune
Met "Custom" van EQ7 kunt u uw eigen
equalizerinstellingen bepalen. U kunt het niveau
van 7 verschillende banden aanpassen: 62 Hz,
157 Hz, 396 Hz, 1 kHz, 2,5 kHz, 6,3 kHz en
16 kHz.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Tip
Andere equalizertypen kunnen ook worden
aangepast.
De geluidskenmerken
aanpassen
De geluidsbalans tussen de linker- en
rechterluidsprekers ("Balance") en de voor- en
achterluidsprekers ("Fader") kan naar wens
worden ingesteld. U kunt ook het volumeniveau
van de subwoofer aanpassen als deze is
aangesloten.
1
Raak tijdens de ontvangst/het
afspelen "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Sound" aan.
Het menu met geluidinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak "Balance/Fader" aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
Back
ATT
Top
Balance/Fader/Subwoofer Level Adjust
1
Raak tijdens de ontvangst/het
afspelen "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Sound" en vervolgens "EQ7"
aan.
3
Raak "Custom" en vervolgens "Tune"
aan.
Het scherm voor afstemmen wordt
weergegeven.
Fader : 0
Back
ATT
0
62 Hz
0
157 Hz
0
396 Hz
Reset
4
Raak B/V/v/b aan om de balans/fader
aan te passen.
Het niveau kan stapsgewijs worden aangepast
–15 en +15 (Balance)/–15 en +15 (Fader).
5
Raak +/– aan om het volumeniveau
van de subwoofer aan te passen.
Deze instelling kan alleen worden aangepast
als de subwoofer is aangesloten en
"Subwoofer" is ingesteld op "ON"
(pagina 58).
Het niveau kan stapsgewijs worden aangepast
tussen –6 en +6.
Top
EQ7 Tune : Custom
0
1 kHz
0
2.5 kHz
OK
0
6.3 kHz
0
16 kHz
0
Subwoofer
Balance : 0
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
49
Geluid optimaliseren voor de
luisterpositie — Intelligent
Time Alignment
Het apparaat kan de lokalisatie van geluid
aanpassen door de geluidsuitvoer van elke
luidspreker te vertragen om deze aan te passen
aan uw positie en een natuurlijk geluidsveld
simuleren waarbij u het gevoel krijgt dat u zich
altijd in het midden van het geluidsveld bevindt,
ongeacht waar u zit in de auto.
Hieronder vindt u de opties voor "Listening
Position".
"Front L" (1): linksvoor
"Front R" (2): rechtsvoor
"Front" (3): middenvoor
"All" (4): in het midden van
de auto
"Custom": nauwkeurig
gekalibreerde positie
(pagina 50)
"OFF": geen positie ingesteld
De luisterpositie nauwkeurig
kalibreren — Intelligent Time
Alignment afstemmen
U kunt uw luisterpositie nauwkeurig kalibreren
vanaf elke luidspreker zodat de geluidsvertraging
de luisteraar correcter bereikt.
Voordat u begint, moet u de afstand tussen uw
luisterpositie en elke luidspreker meten.
1
Raak tijdens de ontvangst/het
afspelen "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Sound" en vervolgens
"Listening Position" aan.
3
Raak "Custom" en "Custom Tune"
aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
132
Back
ATT
Top
Position Tune
4
100
100
100
100
100
(cm)
U kunt ook de geschatte subwooferpositie
instellen vanaf uw luisterpositie als:
– de subwoofer is aangesloten en "Subwoofer" is
ingesteld op "ON" (pagina 58).
– de luisterpositie is ingesteld op "Front L",
"Front R", "Front" of "All".
1
Raak tijdens de ontvangst/het
afspelen "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Sound" aan.
Het menu met geluidinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak "Listening Position" aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
4
Stel de luisterpositie in.
Raak "Front L", "Front R", "Front", "All" of
"Custom" aan.
5
Stel de subwooferpositie in.
Als u "Front L", "Front R", "Front" of "All"
selecteert in stap 4, kunt u de
subwooferpositie instellen.
Raak "Near", "Normal" of "Far" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u de Intelligent Time Alignment wilt
annuleren, selecteert u "OFF".
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
50
Reset
OK
4
Raak +/– voor elke luidspreker aan om
de afstand in te stellen tussen uw
luisterpositie en de luidsprekers.
De afstand kan worden aangepast in stappen
van 2 cm, tussen 0 en 400 cm.
Als u de standaardinstelling wilt herstellen,
raakt u "Reset" aan.
5
Raak "OK" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Opmerking
De instelling wordt alleen toegepast nadat "OK" is
aangeraakt.
Luidsprekerconfiguratie en
volume-instelling
Een virtuele middenluidspreker
aanmaken — CSO
Als u ten volle wilt genieten van surround sound,
is het beter om 5 luidsprekers (links-/rechtsvoor,
links-/rechtsachter, midden) en 1 subwoofer te
hebben. Met CSO (Center Speaker Organizer)
kunt u een virtuele middenluidspreker aanmaken,
zelfs als er geen echte middenluidspreker is
aangesloten.
Het luidsprekervolume aanpassen
U kunt het volumeniveau van elke aangesloten
luidspreker aanpassen.
De luidsprekers die kunnen worden aangepast,
zijn "Front R" (rechtsvoor), "Front L"
(linksvoor), "Surround L" (linksachter),
"Surround R" (rechtsachter) en "Subwoofer*".
* Kan alleen worden aangepast als een subwoofer is
aangesloten en "Subwoofer" is ingesteld op "ON"
(pagina 58).
1
Terwijl er geen bron is geselecteerd,
raakt u "Source List" en vervolgens
aan.
1
Raak tijdens het afspelen van disk/
USB "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Sound" aan.
Het menu met geluidinstellingen wordt
weergegeven.
2
Raak "Sound" aan.
Het menu met geluidinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak v/V aan om te schuiven en raak
"4.1ch Speaker Level" aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
3
Raak "CSO" aan.
De opties worden weergegeven.
4
Back
ATT
Top
4.1ch Speaker Level
Raak "CSO1", "CSO2" of "CSO3" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Front L
Front R
Surround L
Surround R
Subwoofer
0
Opmerking
"CSO" heeft alleen effect wanneer "Multi Ch Output" is
ingesteld op "Multi" (pagina 60), omdat de functie
alleen effect heeft bij het afspelen van
meerkanaalsbronnen.
Achterluidsprekers gebruiken als
subwoofers — Rear Bass Enhancer
Rear Bass Enhancer laat de lage tonen toenemen
door de instelling van het laagdoorlaatfilter
(pagina 58) toe te passen op de
achterluidsprekers. Door deze functie kunnen de
achterluidsprekers werken als een paar
subwoofers als er één niet is aangesloten.
1
Raak tijdens de ontvangst/het
afspelen "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Sound" aan.
Het menu met geluidinstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak v/V aan om te scrollen en raak
vervolgens "RBE" aan.
De opties worden weergegeven.
4
Raak "RBE1", "RBE2" of "RBE3" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Reset
4
Raak de luidspreker aan en raak
vervolgens +/– aan om het niveau aan
te passen.
Herhaal deze stap om het volume voor alle
luidsprekers aan te passen.
Als u de standaardinstelling wilt herstellen,
raakt u "Reset" aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
51
Monitor aanpassen
De monitorhoek aanpassen
U kunt de hoek van de monitor aanpassen om de
best mogelijke kijkhoek te bekomen.
1
Raak "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "General" aan.
Het algemene instelmenu wordt weergegeven.
3
Raak v/V aan om te scrollen en raak
"Monitor Angle" aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
4
Raak
/
aan om de hoek aan te
passen.
De aanpassing wordt opgeslagen.
De monitor behoudt de hoek zelfs nadat het
voorpaneel is geopend en weer is gesloten.
3
Raak "Screen Select" aan.
De opties worden weergegeven.
4
Selecteer het schermthema.
Raak "Screen Theme" en vervolgens het
gewenste type aan.
5
Selecteer de visualizer.
Raak "Visualizer" en vervolgens het gewenste
type aan.
6
Selecteer de helderheid van het beeld.
Raak "Day / Night mode" en vervolgens een
van de volgende opties aan.
"Auto": schakelt de helderheid automatisch
om wanneer u de verlichting inschakelt.
(Alleen beschikbaar wanneer de
bedieningskabel voor de verlichting is
aangesloten.)
"Always Day": zorgt dat altijd de
helderheid wordt gebruikt die geschikt is voor
overdag.
"Always Night": zorgt dat altijd de
helderheid wordt gebruikt die geschikt is
voor 's nachts.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Aanraakscherm kalibreren
Het kalibreren van het aanraakscherm is vereist
als de aanraakpositie niet overeenkomt met het
juiste item.
1
Raak "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "General" aan.
Het algemene instelmenu wordt weergegeven.
3
Raak v/V aan om te scrollen en raak
"Touch Panel Adjust" aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
4
Raak de opeenvolgende doelen aan.
Het kalibreren is voltooid.
Raak "Cancel" aan om het kalibreren te
annuleren.
Het achtergrondscherm
instellen
U kunt naar wens een schermthema, visualizer en
de helderheid van het beeld selecteren voor het
achtergrondscherm.
52
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Het beeld regelen — Picture EQ
U kunt het beeld aanpassen zodat het geschikt is
voor de helderheid in de auto.
Hieronder vindt u de opties.
"Dynamic": levendig beeld met heldere,
scherpe kleuren.
"Standard": standaardbeeldkwaliteit.
"Theater": maakt het monitorbeeld helderder;
geschikt voor donkere films.
"Sepia": past een sepiatint toe op het beeld.
"Custom 1", "Custom 2": door de gebruiker
aan te passen instellingen (pagina 53).
1
Raak tijdens het weergeven van video/
beelden "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Screen" aan.
Het menu met scherminstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak "Picture EQ" aan.
De opties worden weergegeven.
4
Raak de gewenste optie aan.
1
Raak "Source List" en vervolgens
aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
2
Raak "Screen" aan.
Het menu met scherminstellingen wordt
weergegeven.
Opmerking
Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer de
parkeerrem is ingeschakeld.
Het beeld aanpassen
Met de opties "Custom 1" en "Custom 2" van
Picture EQ kunt u uw eigen instelling voor de
beeldkwaliteit maken door de beeldtinten aan te
passen.
1
Raak tijdens het weergeven van video/
beelden "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Screen" en vervolgens "Picture
EQ" aan.
3
Raak "Custom 1" of "Custom 2" en
vervolgens "Custom Tune" aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
Back
ATT
Top
Picture EQ : Custom Tune
Warm
Normal
U kunt de breedte-/hoogteverhouding van het
scherm aanpassen.
Hieronder vindt u de opties.
"Normal": beeld met breedte-/
hoogteverhouding van 4:3
(normaal beeld).
"Wide": beeld met breedte-/
hoogteverhouding van 4:3
uitvergroot naar de linker- en
rechterkant van het scherm,
waarbij de uitstekende
gedeelten aan de boven- en
onderkant zijn bijgesneden om
het scherm te vullen.
"Full": beeld met breedte-/
hoogteverhouding van 16:9.
Cool
Color Tone
De breedte-/hoogteverhouding
selecteren
Brightness
0
Color
0
4
Raak "Warm", "Normal" of "Cool" aan
om "Color Tone" te selecteren.
5
Raak +/– van "Brightness" en "Color"
aan om de niveaus aan te passen.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Opmerking
Het beeld van de achteruitkijkcamera kan niet worden
aangepast.
"Zoom": beeld met breedte-/
hoogteverhouding van 4:3,
uitvergroot naar de linker- en
rechterkant van het scherm.
1
Raak tijdens het weergeven van video/
beelden "Source List" en vervolgens
aan.
2
Raak "Screen" aan.
Het menu met scherminstellingen wordt
weergegeven.
3
Raak "Aspect" aan.
De opties worden weergegeven.
4
Raak de gewenste optie aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Opmerkingen
• Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer de
parkeerrem is ingeschakeld.
• De breedte-/hoogteverhouding van de
achteruitkijkcamera kan niet worden aangepast.
53
Instellingen
Het instelmenu bevat de volgende categorieën.
•
•
•
•
"General": algemene instellingen (pagina 55)
"Sound": geluidsinstellingen (pagina 57)
"Screen": scherminstellingen (pagina 59)
"Visual": DVD- en andere afspeelinstellingen
(pagina 60)
Algemene bediening voor
instellingen
U kunt items instellen in het menu via de
volgende procedure.
Bijvoorbeeld om de demonstratie in te stellen:
1
Terwijl er geen bron is geselecteerd,
raakt u "Source List" en vervolgens
aan.
Raak
aan in het hoofdmenu.
Het instelmenu wordt weergegeven.
Back
ATT
Security Control
Top
Locked
Clock Adjust
Auto OFF
No
CT
OFF / ON
Output Color System
General
2
1/4
NTSC / PAL
Sound
Screen
Visual
Raak "Screen" aan.
Het scherm met scherminstellingen wordt
weergegeven.
Back
ATT
Top
Screen Select
Picture EQ
Dynamic
Aspect
Full
Clock
OFF / ON
Demo
General
3
1/1
OFF / ON
Sound
Screen
Visual
Raak "Demo" aan om "ON" of "OFF" in
te stellen.
Het instellen is voltooid.
Als u door de opties (alleen als dit nodig is) wilt
schuiven, raakt u v/V aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
54
Algemene instellingen
Raak het volgende aan:
c "General" c het gewenste item c de gewenste optie. Zie "Algemene
bediening voor instellingen" op pagina 54 voor meer informatie over deze procedure.
Raadpleeg de hieronder opgegeven pagina's voor meer informatie. "z" geeft de standaardinstelling aan.
Item
Optie
Status van het
apparaat
Doel
Security Control (pagina 63) –
–
Willekeurige
status
Clock Adjust (pagina 63)
–
–
Willekeurige
status
Auto OFF
Automatisch uitschakelen na
een gewenste tijd wanneer er
geen bron geselecteerd is.
No (z)
De functie voor
automatisch uitschakelen
deactiveren.
30sec, 30min,
60min
De gewenste tijd
selecteren.
CT (Clock Time) (pagina 19,
20)
ON
De CT-functie inschakelen.
OFF (z)
De CT-functie
uitschakelen.
Output Color System
Het kleursysteem wijzigen op
basis van de aangesloten
monitor.
(SECAM wordt niet
ondersteund.)
PAL (z)
Instellen op PAL.
NTSC
Instellen op NTSC.
Dimmer
De helderheid van het scherm
wijzigen.
Auto (z)
Het scherm automatisch
dimmen wanneer u de
verlichting inschakelt.
(Alleen beschikbaar
wanneer de
bedieningskabel voor de
verlichting is aangesloten.)
ON
Het scherm dimmen.
Dimmer Level
Het helderheidsniveau
instellen als de dimmer is
geactiveerd.
(–5 ~ +5)
z: 0
Het niveau selecteren.
Touch Panel Adjust
(pagina 52)
–
–
Beep
ON (z)
Het bedieningsgeluid
inschakelen.
OFF
Het bedieningsgeluid
uitschakelen.
Willekeurige
status
Willekeurige
status
Geen bron
geselecteerd
Willekeurige
status
Willekeurige
status
Willekeurige
status
Willekeurige
status
vervolg op volgende pagina t
55
Item
Optie
Doel
Language
English (z),
Español,
Русский
De schermtaal selecteren.
Key Illumination
ON (z)
De toetsverlichting
inschakelen.
OFF
De toetsverlichting
uitschakelen.
Default (z)
De bedieningssatelliet
volgens de
fabrieksinstellingen
gebruiken.
Rotary Commander
De werkingsrichting van de
bedieningselementen van de
bedieningssatelliet wijzigen.
Reverse
Het beeld weergeven vanaf
het aangesloten apparaat.
Video (z)
AUX2 Input (pagina 64)
Het type apparaat instellen dat
is aangesloten op de AUX2
Audio
IN-aansluitingen om het
achtergrondscherm
overeenkomstig te veranderen.
Het beeld weergeven vanaf
het aangesloten apparaat.
No Signal
Het scherm automatisch
veranderen als er geen extern
videosignaal wordt
gedetecteerd.
56
Geen bron
geselecteerd
Willekeurige
status
Willekeurige
status
Instellen voor gebruik aan
de rechterkant van de
stuurkolom.
Video (z)
AUX1 Input (pagina 64)
Het type apparaat instellen dat
is aangesloten op de AUX1
Audio
IN-aansluitingen om het
achtergrondscherm
overeenkomstig te veranderen.
OFF
Status van het
apparaat
Het achtergrondscherm van
dit apparaat weergeven.
Geen bron
geselecteerd
De AUX-ingang
uitschakelen.
Het achtergrondscherm van
dit apparaat weergeven.
OFF
De AUX-ingang
uitschakelen.
Through
Het scherm voor geen
signaal weergeven.
Blank (z)
Het scherm voor
audioweergave weergeven
met de melding dat er geen
signaal is.
Geen bron
geselecteerd
Geen bron
geselecteerd
OFF
Camera Input
De video-invoer van de
ON (z)
aangesloten
achteruitkijkcamera activeren.
De invoer uitschakelen.
Rear View Camera Setting –
(pagina 65)
–
Willekeurige
status
Monitor Angle (pagina 52)
–
Willekeurige
status
–
Het beeld van de
achteruitkijkcamera
weergeven wanneer de
achteruitrijlichten gaan
branden (of de
versnellingspook wordt
ingesteld op R (achteruit)).
Willekeurige
status
Geluidsinstellingen
Raak het volgende aan:
c "Sound" c het gewenste item c de gewenste optie. Zie "Algemene
bediening voor instellingen" op pagina 54 voor meer informatie over deze procedure.
Raadpleeg de hieronder opgegeven pagina's voor meer informatie. "z" geeft de standaardinstelling aan.
Item
EQ7 (pagina 49)
Status van het
apparaat
Optie
Doel
OFF (z)
De equalizercurve
annuleren.
Xplod, Vocal,
De equalizercurve
Edge, Cruise, selecteren; de
Space, Gravity, equalizercurve aanpassen.
Custom
Balance/Fader (pagina 49)
Listening Position
(pagina 50)
De luisterpositie en
subwooferpositie instellen.
Balance:
(–15 ~ +15)
Fader:
(–15 ~ +15)
z: 0
Het niveau aanpassen.
Subwoofer:
(–6 ~ +6)
z: 0
Het volumeniveau van de
subwoofer aanpassen.
(Alleen beschikbaar als
"Subwoofer" is ingesteld
op "ON".)
OFF (z)
De luisterpositie niet
instellen.
Front L
Instellen op linksvoor.
Front R
Instellen op rechtsvoor.
Front
Instellen op middenvoor.
All
Instellen op het midden van
de auto.
Custom
De luisterpositie
nauwkeurig kalibreren
(pagina 50).
Subwoofer:
Near,
Normal (z),
Far
De subwooferpositie
selecteren. (Alleen
beschikbaar als
"Subwoofer" is ingesteld
op "ON" en de
luisterpositie is ingesteld
op "Front L", "Front R",
"Front" of "All".)
OFF (z),
CSO (Center Speaker
CSO1, CSO2,
Organizer) (pagina 51)
De virtuele middenluidspreker CSO3
instellen.
De stand selecteren.
Tijdens
ontvangst/
afspelen
Tijdens
ontvangst/
afspelen
Tijdens
ontvangst/
afspelen
Tijdens het
afspelen van een
disk/via USB
vervolg op volgende pagina t
57
Item
Optie
Doel
Subwoofer
De status van de
subwooferaansluiting
instellen.
ON (z)
De status van de
aansluiting instellen op
aan.
OFF
De status van de
aansluiting instellen op uit.
RBE (Rear Bass Enhancer)
(pagina 51)
Gebruikt achterluidsprekers
als subwoofers.
OFF (z),
RBE1, RBE2,
RBE3
De stand selecteren.
Crossover Filter
De kantelfrequentie van de
voor-/achterluidsprekers
(HPF) en subwoofer (LPF)
selecteren.
LPF: 50 Hz,
60 Hz, 80 Hz,
100 Hz (z),
120 Hz
De kantelfrequentie
selecteren. (Alleen
beschikbaar als
"Subwoofer" is ingesteld
op "ON".)
HPF: OFF (z)
Geen kantelfrequentie
instellen.
HPF: 50 Hz,
De kantelfrequentie
60 Hz, 80 Hz,
selecteren.
100 Hz, 120 Hz
4.1ch Speaker Level
(pagina 51)
58
Subwoofer
Phase:
Normal (z),
Reverse
De fase van de subwoofer
selecteren. (Alleen
beschikbaar als
"Subwoofer" is ingesteld
op "ON".)
–
–
Status van het
apparaat
Geen bron
geselecteerd
Tijdens
ontvangst/
afspelen
Tijdens
ontvangst/
afspelen
Geen bron
geselecteerd
Scherminstellingen
Raak het volgende aan:
c "Screen" c het gewenste item c de gewenste optie. Zie "Algemene
bediening voor instellingen" op pagina 54 voor meer informatie over deze procedure.
Raadpleeg de hieronder opgegeven pagina's voor meer informatie. "z" geeft de standaardinstelling aan.
Item
Optie
Doel
Screen Select (pagina 52)
–
–
Picture EQ* (pagina 52)
Dynamic (z),
Standard,
Theater, Sepia
De beeldkwaliteit
selecteren.
Custom 1,
Custom 2
De beeldkwaliteit
aanpassen.
Aspect* (pagina 53)
Full (z),
Normal,
Wide,
Zoom
De breedte-/
hoogteverhouding van het
scherm selecteren.
Clock
De klok in de
rechterbenedenhoek van het
scherm weergeven/verbergen.
ON (z)
De klok weergeven.
OFF
De klok verbergen.
Demo
ON (z)
De demonstratie
inschakelen.
OFF
De demonstratie
uitschakelen.
Status van het
apparaat
Willekeurige
status
Tijdens het
weergeven van
video/beelden
Tijdens het
weergeven van
video/beelden
Willekeurige
status
Geen bron
geselecteerd
* Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer de parkeerrem is ingeschakeld.
59
DVD- en andere afspeelinstellingen
Raak het volgende aan:
c "Visual" c het gewenste item c de gewenste optie. Zie "Algemene
bediening voor instellingen" op pagina 54 voor meer informatie over deze procedure.
Raadpleeg de hieronder opgegeven pagina's voor meer informatie. "z" geeft de standaardinstelling aan.
Optie
Doel
Status van het
apparaat
DVD Menu Language
–
De taalinstelling voor het
menu van de disk wijzigen.
Geen bron
geselecteerd
DVD Audio Language
–
De taal voor de soundtrack
wijzigen.
Geen bron
geselecteerd
DVD Subtitle Language
–
De taal wijzigen van de op
de disk opgenomen
ondertitels.
Geen bron
geselecteerd
Audio DRC
Zorgt voor een helder geluid
bij weergave met een laag
volume. Alleen voor DVD's*
die voldoen aan Audio DRC
(Dynamic Range Control).
Standard (z)
De standaardinstelling
selecteren.
Wide
Geeft u het gevoel van een
live optreden.
Item
Geen bron
geselecteerd
* Met uitzondering van DVD-R/
DVD-R DL/DVD-RW in VR-stand.
Multi (z)
Multi Ch Output
De methode voor het uitvoeren
Stereo
van meerkanaalsbronnen
wijzigen.
Uitvoeren in 4.1 kanalen.
DVD Parental Control
(pagina 25)
–
Een disk vergrendelen/
ontgrendelen.
Geen bron
geselecteerd
DVD Parental Rating
(pagina 26)
–
Het beperkingsniveau
instellen op basis van de
geselecteerde regio.
Geen bron
geselecteerd
DVD Parental Area
(pagina 26)
–
De beperkingsstandaard
instellen volgens regio.
Geen bron
geselecteerd
DVD Playlist Play
(Alleen voor DVD-R/DVDR DL/DVD-RW in VR-stand)
Original (z)
Titels afspelen zoals ze
oorspronkelijk werden
opgenomen.
DVD Direct Search
(pagina 27)
Het zoekitem instellen van
rechtstreeks afspelen voor
DVD's.
60
Reduceren tot 2 kanalen
("downmixen").
Playlist
Een bewerkte afspeellijst
afspelen.
Chapter (z)
Zoeken naar een hoofdstuk.
Title
Zoeken naar een titel.
Geen bron
geselecteerd
Geen bron
geselecteerd
Willekeurige
status
Item
Optie
16:9 (z)
Monitor Type
Een breedte-/
hoogteverhouding selecteren
die geschikt is voor de
aangesloten monitor.
(De breedte-/
hoogteverhouding van dit
apparaat wordt ook gewijzigd.) 4:3 Letter Box
Afhankelijk van de disk kan
"4:3 Letter Box" automatisch
worden geselecteerd in plaats
van "4:3 Pan Scan" en
omgekeerd.
Status van het
apparaat
Doel
Breedbeeld weergeven.
Geschikt voor het
aansluiten van een
breedbeeldmonitor of een
monitor met een
breedbeeldfunctie.
Breedbeeld weergeven met
zwarte stroken aan de
boven- en onderkant van
het scherm.
Geschikt wanneer een 4:3monitor is aangesloten.
Geen bron
geselecteerd
4:3 Pan Scan
Breedbeeld weergeven op
het volledige scherm
waarbij de gedeelten die
niet passen automatisch
worden bijgesneden.
ZAPPIN Time (pagina 35)
6sec, 15sec
(z), 30sec
De afspeeltijd voor de
ZAPPIN-functie selecteren.
Tijdens het
afspelen van
audio
ZAPPIN Tone (pagina 35)
ON (z)
De pieptoon weergeven
tussen gedeelten van tracks.
OFF
De pieptoon uitschakelen.
Tijdens het
afspelen van
audio
ON (z)
De instellingen voor het
hervatten van het afspelen
in het geheugen opslaan
voor maximaal 5
videodisks*.
Multi Disc Resume
* Alleen DVD VIDEO/VCD/
Xvid/MPEG-4.
USB Resume
OFF
De instellingen voor het
hervatten van het afspelen
niet opslaan in het
geheugen.
Afspelen hervatten is alleen
beschikbaar voor de
huidige disk in het
apparaat.
ON (z)
Instellingen voor het
hervatten opslaan in het
geheugen voor Xvid/
MPEG-4-bestanden op het
USB-apparaat.
OFF
Geen bron
geselecteerd
Geen bron
geselecteerd
De instellingen voor het
hervatten van het afspelen
niet opslaan in het
geheugen.
vervolg op volgende pagina t
61
Optie
Doel
Status van het
apparaat
JPEG Slide Show
5sec (z),
20sec, 60sec,
Fixed
Het interval voor de
diavoorstelling selecteren.
Geen bron
geselecteerd
Video CD PBC (pagina 24)
ON (z)
Een VCD met PBCfuncties afspelen.
OFF
Een VCD zonder PBCfuncties afspelen.
Item
Geen bron
geselecteerd
Opmerking
Als kinderbeveiliging is ingeschakeld, werkt de functie voor het hervatten van het afspelen niet. In dat geval wordt
na het plaatsen van de disk met afspelen begonnen aan het begin van de disk.
62
De beveiligingscode instellen
Dit apparaat beschikt over een
beveiligingsfunctie om diefstal te voorkomen.
Geef een code van 4 cijfers op als
beveiligingscode.
Als de beveiligingsfunctie is geactiveerd, moet u
de beveiligingscode invoeren om het apparaat in
te schakelen nadat u het apparaat in een andere
auto hebt geïnstalleerd of de accu hebt
opgeladen.
De klok instellen
De klok werkt met het 24-uurssysteem.
1
Raak "Source List" en vervolgens
aan.
Het algemene instelmenu wordt weergegeven.
Als dit niet het geval is, raakt u "General" aan.
2
Raak "Clock Adjust" aan.
Het instelscherm wordt weergegeven.
3
Stel het uur en de minuten in.
Als u bijvoorbeeld 8:30 wilt instellen, raakt u
"0830" aan.
4
Raak "OK" aan.
Het instellen is voltooid.
De beveiligingsfunctie inschakelen
1
Raak "Source List" en vervolgens
aan.
Het algemene instelmenu wordt weergegeven.
Als dit niet het geval is, raakt u "General" aan.
2
Raak "Security Control" aan.
Het invoerscherm voor de beveiligingscode
wordt weergegeven.
3
Raak de cijfertoetsen aan om uw
beveiligingscode in te voeren en raak
"OK" aan.
4
Raak ter bevestiging de cijfertoetsen
aan om uw beveiligingscode opnieuw
in te voeren en raak "OK" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u een ingevoerd cijfer wilt verwijderen, raakt
u "Clear" aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Als u een ingevoerd cijfer wilt verwijderen, raakt
u "Clear" aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Het invoerscherm voor de code van 4 cijfers
wordt altijd weergegeven als u het apparaat
inschakelt nadat u het in een andere auto hebt
geïnstalleerd of als u de accu hebt opgeladen.
Raak de cijfertoetsen aan om uw
beveiligingscode in te voeren.
De beveiligingsfunctie uitschakelen
1 Volg stap 1 en 2 hierboven.
Het scherm voor het ontgrendelen van de
beveiliging wordt weergegeven.
2 Raak de cijfertoetsen aan om uw
beveiligingscode in te voeren.
"Unlocked" wordt weergegeven en de
beveiligingsfunctie is ontgrendeld.
63
Het type apparaat instellen
Optionele apparaten gebruiken
Extra audio-/videoapparatuur
U kunt maximaal 2 optionele apparaten zoals een
draagbare mediaspeler, gameconsole enzovoort,
aansluiten op de AUX1 IN- en AUX2 INaansluitingen op het apparaat.
Een randapparaat selecteren
1
Raak "Source List" en vervolgens
"AUX" aan.
Het afspeelscherm voor AUX-bronnen wordt
weergegeven.
Source List
ATT
TA
AF
Top
Door het type (video of audio) van elk
aangesloten apparaat in te stellen, kan het
achtergrondscherm overeenkomstig worden
veranderd.
1
Terwijl er geen bron is geselecteerd,
raakt u "Source List" en vervolgens
aan.
Het algemene instelmenu wordt weergegeven.
Als dit niet het geval is, raakt u "General" aan.
2
Raak v/V aan om te scrollen en raak
vervolgens "AUX1 Input" of "AUX2
Input" aan.
3
Raak "Audio" of "Video" aan.
Het instellen is voltooid.
Als u de AUX-ingang wilt uitschakelen,
selecteert u "OFF".
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Achteruitkijkcamera
AUX1
AUX2
Level 0
2
Raak "AUX1" of "AUX2" aan om het
apparaat te selecteren.
U bedient het draagbare apparaat met de
toetsen op het apparaat zelf.
Het volumeniveau aanpassen
Pas vóór het afspelen het volume van elk
aangesloten apparaat aan.
Het volumeniveau is gelijk voor "AUX1" en
"AUX2".
64
1
2
Verlaag het volume op het apparaat.
3
Start het afspelen op het draagbare
apparaat met een normaal volume.
4
Stel uw gebruikelijke luistervolume in
op het apparaat.
5
Raak –/+ in het vak "Level"
herhaaldelijk aan om het niveau aan te
passen.
Het niveau kan stapsgewijs worden aangepast
van –8 tot +18.
Raak "Source List" en vervolgens
"AUX" aan.
Het afspeelscherm voor AUX-bronnen wordt
weergegeven.
Door de optionele achteruitkijkcamera aan te
sluiten op de CAMERA IN-aansluiting, kunt u
het beeld van de achteruitkijkcamera weergeven.
Het beeld van de achteruitkijkcamera wordt
weergegeven wanneer de achteruitrijlichten gaan
branden (of de versnellingspook is ingesteld op R
(achteruit)).
Opmerkingen
• Wanneer u achteruitrijdt met de auto, moet u uit
veiligheidsoverwegingen nauwkeurig op de
omgeving letten. Vertrouw nooit alleen op de
achteruitkijkcamera.
• Het beeld van een achteruitkijkcamera wordt niet
weergegeven op de monitor achterin.
Tip
Zelfs als er een achteruitkijkcamera is aangesloten,
kunt u instellen dat het beeld van de
achteruitkijkcamera niet wordt weergegeven op het
apparaat door de camera-ingang uit te schakelen
(pagina 56).
Instellingen voor de
achteruitkijkcamera
U kunt instelitems weergeven op het beeld van de
achteruitkijkcamera voor ondersteuning bij de
bediening.
Deze instelling is alleen beschikbaar als:
– "Camera Input" ingesteld is op "ON"
(pagina 56).
– de handrem wordt gebruikt.
1
Raak "Source List" en vervolgens
aan.
Het algemene instelmenu wordt weergegeven.
Als dit niet het geval is, raakt u "General" aan.
2
Raak v/V aan om te bladeren en raak
vervolgens "Rear View Camera
Setting" aan.
De instelitems worden weergegeven.
3 Bewerk de lijn.
Raak B b aan om de lijn langer te maken.
Raak bB aan om de lijn korter te maken.
Raak V of v aan om de positie te wijzigen.
Als u de standaardinstelling wilt herstellen,
raakt u "Reset" aan.
Als u wilt terugkeren naar het vorige scherm,
raakt u "Back" aan.
Marker
Back
Mirror
1
2
3
Line Edit
Turn off engine but keep the key in the “IGN” position.
Markeringslijnen weergeven
Raak "Marker" aan.
Raak "Marker" nogmaals aan om de
markeringslijnen te verbergen.
Het beeld omkeren
Raak "Mirror" aan.
Een gespiegeld beeld wordt weergegeven.
Lijnen bewerken
1 Raak "Line Edit" aan.
Back
1 Edit
1
2 Edit
3 Edit
Turn off engine but keep the key in the “IGN” position.
2
3
Reset
2 Selecteer de lijn die u wilt bewerken.
Raak "1 Edit", "2 Edit" of "3 Edit" aan
afhankelijk van de lijn die u wilt bewerken.
65
• Laat het apparaat eerst afkoelen als uw auto
geparkeerd stond in direct zonlicht.
• De elektrische antenne wordt automatisch
uitgeschoven.
• Er worden soms stilstaande blauwe, rode of
groene stippen op de monitor weergegeven. Deze
worden "heldere stippen" genoemd en kunnen
voorkomen op elk LCD-scherm. Het LCD-scherm
wordt nauwkeurig gefabriceerd met meer dan
99,99% aan functionele segmenten. Het is echter
mogelijk dat een klein percentage (meestal 0,01%)
van de segmenten niet correct oplicht. Dit heeft
echter geen invloed op uw kijkervaring.
Condensvorming
Opmerkingen over disks
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Als er condensvorming optreedt in het apparaat,
verwijdert u de disk en wacht u ongeveer een uur om
de condens te laten drogen. Als u dit niet doet, werkt
het apparaat mogelijk niet correct.
Een optimale geluidskwaliteit
behouden
Mors geen vloeistof op het apparaat of de disks.
Opmerkingen over het LCD-scherm
• Maak het LCD-scherm niet nat of stel het
niet bloot aan vloeistoffen. Dit kan een
storing veroorzaken.
• Oefen geen druk uit op het LCD-scherm; hierdoor
kan het beeld namelijk vervormd worden of kan er
een storing worden veroorzaakt (het beeld kan
onduidelijk worden of het LCD-scherm kan
beschadigd raken).
• Raak het scherm alleen aan met uw vinger, anders
kan het LCD-scherm beschadigd raken of kapot
gaan.
• Maak het LCD-scherm schoon met een droge,
zachte doek. Gebruik geen oplosmiddelen zoals
benzine, thinner, in de handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen of antistatische spray.
• Gebruik dit apparaat niet buiten een
temperatuurbereik van 5 – 45 ºC.
• Als uw auto op een koude of warme locatie is
geparkeerd, is het beeld mogelijk niet duidelijk.
Dit betekent echter niet dat de monitor beschadigd
is; het beeld wordt weer helder als de temperatuur
in de auto weer normaal wordt.
66
• Stel een disk niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen, zoals heteluchtkanalen, en laat
deze niet achter in een auto die in de volle zon
geparkeerd staat.
• Veeg een disk van binnen naar
buiten schoon met een doekje
voordat u deze afspeelt.
Gebruik geen oplosmiddelen
zoals benzine, thinner en in de
handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen.
• Dit apparaat is ontworpen om
disks af te spelen die voldoen
aan de CD-norm (Compact Disc). DualDiscs en
sommige muziekdisks die gecodeerd zijn met
copyrightbeveiligingstechnologieën voldoen niet
aan de CD-norm (Compact Disc) en kunnen
daarom mogelijk niet worden afgespeeld met dit
apparaat.
• Disks die NIET kunnen worden afgespeeld
met dit apparaat
– Disks met daarop labels, stickers, tape of papier
geplakt. Hierdoor kan de werking worden
verstoord of de disk worden beschadigd.
– Disks met afwijkende vormen (bv. hart, vierkant,
ster). Als u dit toch probeert, kan het apparaat
worden beschadigd.
– 8 cm-disks.
Opmerking over het afspelen van
DVD's en VCD's
Bepaalde afspeelbewerkingen van DVD's en VCD's
zijn mogelijk bewust ingesteld door de
softwareproducent. Afhankelijk van de inhoud die
de softwareproducent op de disk heeft geplaatst, is
het mogelijk dat bepaalde afspeelfuncties van
DVD's en VCD's niet beschikbaar zijn voor dit
apparaat. Raadpleeg ook de instructies die bij de
DVD's of VCD's zijn geleverd.
Opmerkingen over DATA CD's en
DATA DVD's
• Bepaalde DATA CD's/DATA DVD's (afhankelijk
van de opnameapparatuur of de staat van de disk)
kunnen niet met dit apparaat worden afgespeeld.
• Bepaalde disks moeten worden gefinaliseerd
(pagina 67).
• Dit apparaat is compatibel met de volgende
standaards.
Voor DATA CD's
– ISO 9660 Level 1/Level 2, Joliet/Romeo in
expansie-indeling
– Multi Session
Voor DATA DVD's
– UDF Bridge-indeling (combinatie van UDF en
ISO 9660)
– Multi Border
• Maximumaantal:
– mappen (albums): 256 (inclusief hoofdmap en
lege mappen).
– bestanden (tracks/beelden/video's) en mappen
die op een disk passen: 2.000 (als de naam van
een map/bestand veel tekens bevat, kan dit aantal
minder dan 2.000 zijn).
– tekens die kunnen worden weergegeven voor de
naam van een map/bestand: 64 (Joliet/Romeo).
Afspeelvolgorde van MP3/WMA/
AAC/JPEG/Xvid/MPEG-4bestanden
MP3/WMA/AAC/
JPEG/Xvid/
MPEG-4
Map
(album)
MP3/WMA/AAC/
JPEG/Xvid/
MPEG-4bestand (track/
beeld/video)
Opmerkingen over het finaliseren
van disks
De volgende disks moeten worden gefinaliseerd
voor u ze op dit apparaat kunt afspelen.
• DVD-R/DVD-R DL (in videostand/VR-stand)
• DVD-RW in videostand
• DVD+R/DVD+R DL
• CD-R
• CD-RW
De volgende disks kunt u afspelen zonder deze te
finaliseren.
• DVD+RW – automatisch gefinaliseerd.
• DVD-RW in VR-stand – geen finalisering vereist.
Raadpleeg de handleiding die bij de disk is geleverd
voor meer informatie.
Opmerkingen over Multi SessionCD's/Multi Border-DVD's
Op dit apparaat kunnen in de volgende gevallen
Multi Session-CD's/Multi Border-DVD's worden
afgespeeld. Houd er rekening mee dat de sessie
moet afgesloten zijn en dat de disk moet
gefinaliseerd zijn.
• Wanneer CD-DA (digitale audio voor cd's)
opgenomen is tijdens de eerste sessie:
Het apparaat herkent de disk als CD-DA en alleen
CD-DA uit de eerste sessie wordt afgespeeld, zelfs
als er tijdens een andere sessie nog een andere
indeling (bv. MP3) is opgenomen.
• Wanneer CD-DA niet tijdens de eerste sessie is
opgenomen:
Het apparaat herkent de disk als een DATA CD of
DATA DVD en alle CD-DA-sessies worden
overgeslagen.
• Wanneer er MP3/WMA/AAC/JPEG/Xvid/
MPEG-4 is opgenomen:
Alleen de sessies met het geselecteerde
bestandstype (audio/video/beeld)* worden
afgespeeld (als CD-DA of andere gegevens
voorkomen in andere sessies, worden deze
overgeslagen).
* Zie pagina 35 voor informatie over het selecteren
van het bestandtype.
Over MP3-bestanden
• MP3 (MPEG-1 Audio Layer-3) is een compressieindeling voor muziekbestanden. Audio-CDgegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/10 van de oorspronkelijke grootte.
• ID3-tag versies 1.0, 1.1, 2.2, 2.3 en 2.4 gelden
alleen voor MP3. ID3-tag is 15/30 tekens (1.0 en
1.1) of 63/126 tekens (2.2, 2.3 en 2.4).
• Wanneer u een MP3-bestand een naam geeft, moet
u altijd de extensie ".mp3" aan de bestandsnaam
toevoegen.
• Als u een MP3-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur mogelijk niet
nauwkeurig weergegeven.
Opmerking over MP3
Als u een MP3-bestand met een hoge bitsnelheid
afspeelt, zoals 192 Kbps, wordt het geluid mogelijk
onderbroken.
Over WMA-bestanden
• WMA, wat staat voor Windows Media Audio, is
een compressie-indeling voor muziekbestanden.
Audio-CD-gegevens worden gecomprimeerd tot
ongeveer 1/22* van de oorspronkelijke grootte.
• Een WMA-tag bestaat uit 63 tekens.
• Wanneer u een WMA-bestand een naam geeft,
moet u altijd de extensie ".wma" aan de
bestandsnaam toevoegen.
• Als u een WMA-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur mogelijk niet
nauwkeurig weergegeven.
* Alleen voor 64 Kbps
Opmerking over WMA
Het afspelen van de WMA-bestanden met de
volgende kenmerken wordt niet ondersteund.
– lossless-compressie
– copyrightbeveiliging
67
Over AAC-bestanden
• Een AAC-tag bestaat uit 126 tekens.
• Wanneer u een AAC-bestand een naam geeft,
moet u altijd de extensie ".m4a" aan de
bestandsnaam toevoegen.
Over JPEG-bestanden
• JPEG, wat staat voor Joint Photographic Experts
Group, is een compressie-indeling voor
beeldbestanden. Stilstaande beelden worden
gecomprimeerd tot ongeveer 1/10 tot 1/100 van de
oorspronkelijke grootte.
• Wanneer u een JPEG-bestand een naam geeft,
moet u altijd de extensie ".jpg" aan de
bestandsnaam toevoegen.
Opmerking over JPEG
Het afspelen van Progressive JPEG-bestanden wordt
niet ondersteund.
Over MPEG-4-bestanden
MPEG-4-bestanden die voldoen aan de volgende
vereisten, kunnen worden afgespeeld. Het kan
niet worden gegarandeerd dat alle MPEG-4bestanden die voldoen aan de vereisten kunnen
worden afgespeeld.
• Profiel: MPEG-4 Simple Profile
• Bitsnelheid: max. 7 Mbps op USB FS, 10 Mbps op
DVD, 7 Mbps op CD
• Framesnelheid: max. 30 fps
• Beeldformaat: max. 720 × 480 pixels
• Audio: max. 320 kbps (AAC-LC)
• Bestandsextensie: .mp4
Over iPod
• U kunt de volgende iPod-modellen aansluiten.
Werk de software van uw iPod bij naar de laatste
versie vóór gebruik.
Made for
– iPod touch (4e generatie)
– iPod touch (3e generatie)
– iPod touch (2e generatie)
– iPod touch (1e generatie)
– iPod classic
– iPod met video*
– iPod nano (6e generatie)
– iPod nano (5e generatie)
– iPod nano (4e generatie)
– iPod nano (3e generatie)
– iPod nano (2e generatie)
– iPod nano (1e generatie)*
– iPhone 4
– iPhone 3GS
– iPhone 3G
– iPhone
68
* Passagiersbediening is niet beschikbaar voor
iPod nano (1e generatie) of iPod met video.
• "Made for iPod" en "Made for iPhone" betekenen
dat een elektronisch accessoire speciaal is
ontworpen voor aansluiting op respectievelijk een
iPod en een iPhone en dat de ontwikkelaar van het
accessoire verklaart dat het accessoire voldoet aan
de prestatienormen van Apple. Apple is niet
verantwoordelijk voor de werking van dit apparaat
of voor het voldoen aan de veiligheids- en
overheidsvoorschriften. Merk op dat het gebruik
van dit accessoire met een iPod of iPhone de
draadloze prestaties kan beïnvloeden.
Over de Bluetooth-functie
Wat is Bluetooth-technologie?
• Draadloze Bluetooth-technologie is een draadloze
technologie met een gering bereik waarmee
draadloze communicatie van gegevens tussen
digitale apparaten, zoals een mobiele telefoon en
een hoofdtelefoon, mogelijk wordt gemaakt.
Draadloze Bluetooth-technologie functioneert
binnen een straal van ongeveer 10 meter. Meestal
worden er twee apparaten met elkaar verbonden,
maar sommige apparaten kunnen tegelijkertijd
met meerdere apparaten verbonden zijn.
• U hebt geen kabel nodig voor de verbinding omdat
Bluetooth-technologie een draadloze technologie
is. Het is ook niet nodig dat de apparaten naar
elkaar gericht zijn, zoals het geval is met
infraroodtechnologie. U kunt bijvoorbeeld
gegevens uitwisselen terwijl u een apparaat in een
tas of zak draagt.
• Bluetooth-technologie is een internationale norm
ondersteund door miljoenen bedrijven overal ter
wereld, en wordt door verschillende bedrijven gebruikt.
Over Bluetooth-communicatie
• Draadloze Bluetooth-technologie functioneert
binnen een straal van ongeveer 10 meter.
De maximale communicatieafstand is afhankelijk
van obstakels (personen, metalen voorwerpen,
muren enzovoort) of elektromagnetische storing.
• De volgende omstandigheden kunnen van invloed zijn
op de gevoeligheid van de Bluetooth-communicatie.
– Er bevindt zich een obstakel, zoals een persoon,
een metalen voorwerp of een muur, tussen dit
apparaat en het Bluetooth-apparaat.
– Er bevindt zich een apparaat dat de frequentie
2,4 GHz gebruikt, zoals een draadloos LANapparaat, draadloze telefoon of magnetron, in de
buurt van dit apparaat.
• Omdat Bluetooth-apparaten en draadloze LANapparaten (IEEE802.11b/g) dezelfde frequentie
gebruiken, kan storing worden veroorzaakt door
microgolven. Als dit apparaat in de buurt van een
draadloos LAN-apparaat wordt gebruikt, kan dit
een lagere communicatiesnelheid, ruis of een
ongeldige verbinding tot gevolg hebben. In dit
geval moet u het volgende doen.
– Gebruik dit apparaat op minstens 10 meter
afstand van het draadloos LAN-apparaat.
– Als dit apparaat binnen 10 meter van een
draadloos LAN-apparaat wordt gebruikt,
schakelt u het draadloos LAN-apparaat uit.
•
•
•
•
•
– Plaats dit apparaat en het Bluetooth-apparaat zo
dicht mogelijk bij elkaar in de buurt.
Microgolven die afkomstig zijn van een
Bluetooth-apparaat, kunnen van invloed zijn op de
werking van elektronische medische apparaten.
Schakel dit apparaat en andere Bluetoothapparaten uit op de volgende plaatsen, omdat dit
ongelukken kan veroorzaken.
– In de buurt van ontvlambare gassen, in
ziekenhuizen, treinen, vliegtuigen of
benzinestations.
– In de buurt van automatische deuren of
brandalarmen.
Dit apparaat ondersteunt
beveiligingsmogelijkheden die voldoen aan de
Bluetooth-norm voor een beveiligde verbinding
wanneer de draadloze Bluetooth-technologie
wordt gebruikt, maar afhankelijk van de instelling
is de beveiliging mogelijk onvoldoende. Wees
voorzichtig wanneer u communiceert via
draadloze Bluetooth-technologie.
Wij zijn niet verantwoordelijk voor het lekken van
informatie tijdens Bluetooth-communicatie.
We kunnen niet garanderen dat een verbinding tot
stand kan worden gebracht met alle Bluetoothapparaten.
– Apparaten met Bluetooth-functies moeten
voldoen aan de Bluetooth-norm die vastgesteld
is door Bluetooth SIG en moeten geverifieerd
zijn.
– Zelfs als het aangesloten apparaat voldoet aan de
hierboven vermelde Bluetooth-norm, kan met
sommige apparaten mogelijk geen verbinding
worden gemaakt of functioneert het apparaat
niet correct, afhankelijk van de kenmerken of
technische gegevens van het apparaat.
– Wanneer u handsfree belt via de telefoon, kan er
ruis optreden, afhankelijk van het apparaat of de
omgeving.
Afhankelijk van het apparaat dat wordt
aangesloten, kan het enige tijd duren voordat de
communicatie wordt gestart.
Overige
• De Bluetooth-functie van een mobiele telefoon
functioneert mogelijk niet correct, afhankelijk van
radiogolven en de locatie waar het apparaat wordt
gebruikt.
• Als u ongemakken ondervindt bij het gebruik van
een Bluetooth-apparaat, moet u meteen stoppen
met het gebruik van het Bluetooth-apparaat. Als
het probleem daarmee niet is verholpen,
raadpleegt u de dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
apparaat die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sonyhandelaar.
Onderhoud
De lithiumbatterij van de
afstandsbediening vervangen
Onder normale omstandigheden gaat de batterij
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur korter
zijn.)
Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik van
de afstandsbediening kleiner. Vervang de batterij
door een nieuwe CR2025-lithiumbatterij. Bij een
andere batterij bestaat er brand- of explosiegevaar.
+ zijde omhoog
c
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een
batterij wordt ingeslikt.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek voor
een goed contact.
• Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met
de polariteit.
• Houd de batterij niet vast met een metalen tang om
kortsluiting te voorkomen.
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd
door een identiek exemplaar.
Als de zekering doorbrandt,
moet u de voedingsaansluiting
controleren en de zekering
vervangen. Brandt de zekering
vervolgens nogmaals door, dan
kan er sprake zijn van een
defect in het apparaat.
Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sonyhandelaar.
Zekering (10 A)
69
Het apparaat verwijderen
1
Plaats beide ontgrendelingssleutels
tegelijkertijd en duw hierop tot deze
vastklikken.
Technische gegevens
Monitorgedeelte
Schermtype: breedbeeldkleuren-LCD-monitor
Afmetingen: 7,0 inch
Systeem: TFT actieve matrix
Aantal pixels:
1.152.000 pixels (800 × 3 (RGB) × 480)
Kleurensysteem:
PAL/NTSC/SECAM/PAL-M automatisch
selecteren
Tuner
Haakje wijst
naar binnen.
2
Trek de ontgrendelingssleutels naar u
toe om het apparaat los te maken.
FM
Afstembereik: 87,5 – 108,0 MHz
Antenneaansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 150 kHz
Bruikbare gevoeligheid: 10 dBf
Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz
Signaal-ruisverhouding: 70 dB (mono)
Scheiding: 40 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik: 20 – 15.000 Hz
MW/LW
3
Schuif het apparaat uit de houder.
Afstembereik:
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenneaansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 25 kHz
Gevoeligheid: MW: 26 µV, LW: 45 µV
DVD/CD-speler
Signaal-ruisverhouding: 120 dB
Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz
Snelheidsfluctuaties: minder dan meetbare waarden
Harmonische vervorming: 0,01%
Regiocode: aangeduid op de onderzijde van het
apparaat
USB-speler
Interface: USB (Full-speed)
Maximale stroomsterkte: 500 mA
Draadloze communicatie
Communicatiesysteem:
Bluetooth-norm versie 2.0 + EDR
Uitvoer:
Bluetooth-norm klasse 2 (max. +4 dBm)
Maximaal communicatiebereik:
Gezichtslijn ongeveer 10 m*1
Frequentieband:
2,4 GHz-band (2,4000 – 2,4835 GHz)
Modulatiemethode: FHSS
Compatibele Bluetooth-profielen*2:
A2DP (Advanced Audio Distribution Profile)
AVRCP (Audio Video Remote Control Profile) 1.3
HFP (Handsfree Profile) 1.5
PBAP (Phone Book Access Profile)
OPP (Object Push Profile)
70
*1 Het werkelijke bereik verschilt afhankelijk van
factoren, zoals obstakels tussen apparaten,
magnetische velden rond een magnetron,
statische elektriciteit, ontvangstgevoeligheid,
prestaties van de antenne, het besturingssysteem,
software enzovoort.
*2 De Bluetooth-standaardprofielen geven het doel
van Bluetooth-communicatie tussen apparaten
aan.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
Versterker
DVD's met het label ALL kunnen ook worden
afgespeeld.
Uitgangen: luidsprekeruitgangen
Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm
Maximaal uitgangsvermogen: 52 W × 4 (bij 4 ohm)
Algemeen
Uitgangen:
Video-uitgang (achter)
Audio-uitgangen (voor/achter)
Subwooferuitgang
Relaisaansluiting elektrische antenne
Aansluiting versterker
Ingangen:
Telephone ATT-bedieningsaansluiting
Aansluiting verlichtingsregelaar
Afstandsbedieningsingang
Antenne-ingang
Bedieningsaansluiting voor handrem
Microfooningang
Ingang voor achteruit
Camera-ingang
AUX-audio-ingangen
AUX-video-ingangen
USB-signaalingang
Voeding: 12 V DC-accu (negatieve aarde)
Afmetingen: Ongeveer 178 × 100 × 189 mm (b/h/d)
Montageafmetingen: Ongeveer 182 × 111 × 164 mm
(b/h/d)
Gewicht: Ongeveer 2,5 kg
Bijgeleverde accessoires:
Afstandsbediening: RM-X170
Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set)
Microfoon
CD-ROM (disk met toepassingen)
Optionele accessoires/apparaten:
USB- en videokabel voor iPod: RC-202IPV,
RC-200IPV
Achteruitkijkcamera: XA-R800C
Het is mogelijk dat uw handelaar niet beschikt over
sommige van de hierboven vermelde accessoires.
Vraag uw handelaar om meer informatie.
Octrooien in de Verenigde Staten en in andere
landen vallen onder de licentie van Dolby
Laboratories.
Regiocode
Het regiosysteem wordt gebruikt om software met
auteursrechten te beveiligen.
De regiocode vindt u aan de onderkant van het apparaat;
u kunt alleen DVD's met een identieke regiocode op dit
apparaat afspelen.
Als u een andere DVD probeert af te spelen, wordt het
bericht "Playback prohibited by region code." op de
monitor weergegeven. Afhankelijk van de DVD wordt
er mogelijk geen regiocode op de disk weergegeven,
ook al kan de betreffende DVD in bepaalde regio's niet
worden afgespeeld.
Systeemvereisten voor de software op
de bijgeleverde CD-ROM
Computer
• CPU/RAM
– IBM PC/AT-compatibele computer
– CPU: Intel Pentium III-processor 450 MHz of hoger
– RAM: 256 MB of meer (voor Windows XP),
512 MB of meer (voor Windows Vista of recenter)
• CD-ROM-station
• USB-poort
Besturingssysteem
Windows XP, Windows Vista, Windows 7
Ga naar de volgende ondersteuningssite voor meer
informatie over compatibele edities of servicepacks:
http://support.sony-europe.com/
Monitor
Hoge kleuren (16 bits) of meer, 800 × 600 pixels of
meer
Overige
Internetaansluiting
Opmerkingen
• De volgende systeemomgevingen worden niet
ondersteund.
– Andere computers dan IBM-pc's, zoals Macintosh
enzovoort.
– Zelfgemaakte computers
– Computers met geüpgradede besturingssystemen
– Omgeving met meerdere schermen
– Multi-bootomgeving
– Virtual machine-omgeving
• Afhankelijk van de staat van de computer, is gebruik
soms niet mogelijk, zelfs niet met de aanbevolen
omgeving.
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en
-patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer
IIS en Thomson.
71
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Als het probleem niet is opgelost, gaat u naar de
volgende ondersteuningssite.
Ondersteuningssite
http://support.sony-europe.com/
Algemeen
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting of de zekering.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het apparaat in.
De elektrische antenne schuift niet uit.
De elektrische antenne heeft geen relaisdoos.
Er worden geen pieptonen geproduceerd.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 55).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• Er is op de resettoets gedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld of niet
juist aangesloten.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Het apparaat maakt geluid wanneer de positie
van het contactslot wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Het scherm verdwijnt van/verschijnt niet op de
monitor.
• De dimmer is ingesteld op "ON" (pagina 55).
• Het scherm verdwijnt als u (SOURCE/OFF)
ingedrukt houdt.
t Druk op (SOURCE/OFF) op het apparaat tot het
scherm wordt weergegeven.
• "M.OFF" is ingeschakeld en de functie voor het
uitschakelen van de monitor is geactiveerd
(pagina 13).
t Raak het scherm aan om het weer in te schakelen.
Het scherm reageert niet correct op uw
aanraking.
• Raak één deel van het scherm tegelijk aan. Als twee
of meer delen tegelijk worden aangeraakt, werkt het
scherm niet correct.
• Kalibreer het aanraakscherm (pagina 52).
72
De functie voor automatisch uitschakelen
werkt niet.
Het apparaat is ingeschakeld. De functie voor
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat het
apparaat is uitgeschakeld.
t Verlaat de bron.
De afstandsbediening werkt niet.
Als de functie voor het uitschakelen van de monitor is
ingeschakeld (geen verlichting), kan de
afstandsbediening niet worden gebruikt (pagina 13).
De menu-items kunnen niet worden
geselecteerd.
Niet-beschikbare menu-items worden grijs
weergegeven.
AUX kan niet worden geselecteerd als bron.
Alle AUX-ingangsinstellingen zijn ingesteld op
"OFF".
t Stel "AUX1 Input"/"AUX2 Input" in op "Video" of
"Audio" (pagina 64).
De monitorhoek kan niet worden aangepast.
De monitor werd geopend terwijl het apparaat gereset
werd.
t Zorg ervoor dat het voorpaneel gesloten is voor u
het apparaat reset.
Radio-ontvangst
Er kunnen geen zenders worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• De aansluiting is niet juist.
t Sluit de bedieningskabel van de elektrische
antenne (blauw) of de voedingskabel voor
accessoires (rood) aan op de voedingskabel van
de autoantenneversterker (alleen als uw auto
uitgerust is met een FM/MW/LW-antenne in de
achter- of zijruit).
t Controleer de aansluiting van de autoantenne.
t Als de automatische antenne niet uitschuift,
controleert u de aansluiting van de
bedieningskabel van de elektrische antenne.
Er kan niet worden afgestemd op
snelkeuzezenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld.
t Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "Local" in op "ON" (pagina 18).
t Het afstemmen stopt niet bij een zender:
Stel "Mono" in op "ON" (pagina 18).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"Stereo".
• Stem nauwkeurig af op de gewenste frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stel "Mono" in op "ON" (pagina 18).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt in mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t Stel "Mono" in op "OFF" (pagina 18).
RDS
Het zoeken begint na enkele seconden
afspelen.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t Schakel TA uit (pagina 19).
Er is geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 19).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft "None" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Er zijn geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.
De programmaservicenaam knippert.
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
t Raak ./> aan terwijl de
programmaservicenaam knippert. "PI Seek" wordt
weergegeven en het apparaat begint te zoeken naar
een andere frequentie met dezelfde PI-gegevens
(programma-identificatie).
Beeld
Er wordt geen beeld of een onduidelijk beeld
weergegeven.
• Het apparaat is niet goed aangesloten.
• Controleer de aansluiting van het aangesloten
apparaat en stel de bronkeuzeschakelaar in op dit
apparaat.
• De disk is defect of vuil.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het apparaat in een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• De handremkabel (lichtgroen) is niet aangesloten op
het schakelsnoer van de handrem of de handrem
wordt niet gebruikt.
De afbeelding past niet op het scherm.
Er wordt een vaste breedte-/hoogteverhouding op de
DVD gebruikt.
Er wordt geen afbeelding of een onduidelijke
afbeelding weergegeven op de monitor
achterin.
• Een bron/stand die niet is aangesloten, is
geselecteerd. Als er geen invoer is, wordt er geen
beeld weergegeven op de monitor achterin.
• De instelling voor het kleursysteem is onjuist.
t Stel het kleursysteem in op "PAL" of "NTSC" op
basis van de aangesloten monitor (pagina 55).
• Het beeld van de achteruitkijkcamera wordt
weergegeven op dit apparaat.
t Er wordt geen beeld weergegeven op de monitor
achterin als het beeld van de achteruitkijkcamera
wordt weergegeven op dit apparaat.
Geluid
Er is geen geluid/het geluid hapert/het geluid
kraakt.
• Het apparaat is niet goed aangesloten.
• Controleer de aansluiting van het aangesloten
apparaat en stel de bronkeuzeschakelaar in op dit
apparaat.
• De disk is defect of vuil.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het apparaat in een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• De bemonsteringsfrequentie van het MP3-bestand is
niet 32, 44,1 of 48 kHz.
• De bemonsteringsfrequentie van het WMA-bestand
is niet 32, 44,1 of 48 kHz.
• De bemonsteringsfrequentie van het AAC-bestand is
niet 44,1 of 48 kHz.
• De bitsnelheid van het MP3-bestand ligt niet tussen
48 en 192 kbps.
• De bitsnelheid van het WMA-bestand ligt niet tussen
64 en 192 kbps.
• De bitsnelheid van het AAC-bestand ligt niet tussen
40 en 320 kbps.
• Het apparaat staat in de pauzestand of er wordt
terug-/vooruitgespoeld.
• De instellingen voor de uitvoer zijn niet juist.
• Het DVD-uitvoerniveau is te laag (pagina 25).
• Het volume is te laag.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (als de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar "Fader" is niet
ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers.
• De indeling wordt niet ondersteund (bv. DTS).
t Controleer of de indeling wordt ondersteund door
dit apparaat (pagina 11).
Het geluid bevat ruis.
Houd de kabels bij elkaar uit de buurt.
Diskbediening
De disk kan niet worden geplaatst.
• Er is al een disk geladen.
• De disk is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disk wordt niet afgespeeld.
• De disk is defect of vuil.
• De disk kan niet worden afgespeeld.
• De DVD kan niet worden afgespeeld wegens de
regiocode.
• De disk is niet gefinaliseerd (pagina 67).
• De diskindeling en de bestandsversie zijn niet
compatibel met dit apparaat (pagina 11, 66).
• Druk op Z om de disk te verwijderen.
vervolg op volgende pagina t
73
MP3/WMA/AAC/JPEG/Xvid/MPEG-4-bestanden
worden niet afgespeeld.
• De opname is niet uitgevoerd conform ISO 9660
Level 1 of Level 2, Joliet of Romeo in expansieindeling (DATA CD) of de UDF Bridge-indeling
(DATA DVD) (pagina 66).
• De bestandsextensie is onjuist (pagina 67).
• Bestanden zijn niet opgeslagen in MP3/WMA/AAC/
JPEG/Xvid/MPEG-4-indeling.
• Als de disk meerdere bestandstypen bevat, kan alleen
het geselecteerde bestandstype (audio/video/beeld)
worden afgespeeld.
t Selecteer het gewenste bestandstype in de lijst
(pagina 35).
MP3/WMA/AAC/JPEG/Xvid/MPEG-4-bestanden
worden minder snel afgespeeld dan andere
bestanden.
Bij de volgende disks duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– disks opgenomen met een ingewikkelde structuur;
– disks die in Multi Session/Multi Border zijn
opgenomen;
– disks waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De disk wordt niet vanaf het begin afgespeeld.
Afspelen hervatten of afspelen hervatten voor
meerdere disks (pagina 61) werd geactiveerd.
Bepaalde functies kunnen niet worden
gebruikt.
Mogelijk zijn bepaalde handelingen niet beschikbaar,
zoals stoppen, zoeken, herhaaldelijk/willekeurig
afspelen. Dit is afhankelijk van de disk. Raadpleeg de
handleiding die bij de disk is geleverd voor meer
informatie.
De soundtrack/taal van ondertiteling of de
hoek kan niet worden gewijzigd.
• Gebruik het DVD-menu in plaats van de selectietoets
op de afstandsbediening (pagina 21).
• Er zijn geen meertalige tracks, meertalige ondertitels
of meerdere hoeken opgenomen op de DVD.
• De instellingen van de DVD kunnen niet worden
gewijzigd.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disk wordt niet uitgeworpen.
Druk op de resettoets (pagina 16).
USB-weergave
U kunt items niet via een USB-hub afspelen.
Dit apparaat kan geen USB-apparaten via een
USB-hub herkennen.
Items kunnen niet worden afgespeeld.
Sluit het USB-apparaat opnieuw aan.
Het duurt langer om af te spelen op het
USB-apparaat.
Het USB-apparaat bevat grote bestanden of bestanden
met een ingewikkelde structuur.
74
U hoort een pieptoon.
Het USB-apparaat werd losgekoppeld tijdens het
afspelen.
t Voordat u een USB-apparaat loskoppelt, moet u
eerst het afspelen stoppen ter bescherming van de
gegevens.
Het geluid hapert.
Het geluid kan haperen bij een hoge bitsnelheid van
meer dan 320 kbps.
Bluetooth-functie
Een ander Bluetooth-apparaat kan dit apparaat
niet vinden.
• Stel "Signal" in op "ON" (pagina 48).
• Stel "Discoverable" in op "Show" (pagina 48).
• Als u verbinding maakt met een Bluetooth-apparaat,
kan dit apparaat niet worden herkend door een ander
apparaat. Voor herkenning door een ander apparaat
verbreekt u de huidige verbinding en zoekt u dit
apparaat vanaf het andere apparaat. U kunt opnieuw
verbinding maken met het apparaat waarmee u de
verbinding hebt verbroken. Selecteer het apparaat in
de lijst met geregistreerde apparaten.
Dit apparaat kan een ander Bluetooth-apparaat
niet vinden.
Controleer de Bluetooth-instelling van het andere
apparaat.
Er kan geen verbinding worden gemaakt.
• Zoeken vanaf dit apparaat is soms niet mogelijk,
afhankelijk van het andere apparaat.
t Zoek dit apparaat vanaf het andere apparaat.
• Zoeken vanaf dit apparaat is soms niet mogelijk,
afhankelijk van de status van het andere apparaat.
t Zoek dit apparaat vanaf het andere apparaat.
• Controleer de koppelings- en verbindingsprocedures
aan de hand van de handleiding van het andere
apparaat en voer de bewerking opnieuw uit.
De naam van het gevonden apparaat wordt niet
weergegeven.
Afhankelijk van de status van het andere apparaat kunt
u de naam mogelijk niet ophalen.
U hoort geen beltoon.
• Zet het volume harder als u een oproep ontvangt.
• Afhankelijk van het te verbinden apparaat, wordt de
beltoon mogelijk niet op de juiste manier
doorgestuurd.
t Stel "Ringtone" in op "Default" (pagina 48).
Het volume van de spreker is te zacht.
Zet het volume harder tijdens een oproep.
De persoon waarmee u belt, laat u weten dat
het volume te laag of te hoog is.
Pas het niveau van "MIC Gain" aan (pagina 42).
Er treedt echo of ruis op tijdens een
telefoongesprek.
• Verlaag het volume.
• "EC/NC Mode" is ingesteld op "OFF".
t Stel "EC/NC Mode" in op "Mode 1" of "Mode 2"
(pagina 48).
• Als andere omgevingsgeluiden dan het geluid van het
telefoongesprek te hard zijn, probeert u die geluiden
te beperken.
t Sluit het raam als het verkeer veel lawaai maakt.
t Zet de airconditioning zachter als deze veel
lawaai maakt.
De geluidskwaliteit van de telefoon is slecht.
De geluidskwaliteit van de telefoon is afhankelijk van
de ontvangstomstandigheden van de mobiele telefoon.
t Verplaats uw auto naar een plaats waar het signaal
van de mobiele telefoon sterker is als de ontvangst
slecht is.
Het volume van het verbonden
Bluetooth-apparaat is laag of hoog.
Het volume is afhankelijk van het Bluetooth-apparaat.
t Verminder het verschil in volumeniveau tussen dit
apparaat en het Bluetooth-apparaat (pagina 47).
Er wordt geen geluid uitgevoerd tijdens het
streamen van audio.
Het verbonden Bluetooth-apparaat is gepauzeerd.
t Onderbreek de pauzering van het Bluetoothapparaat.
Het geluid verspringt tijdens het streamen van
audio.
• Verklein de afstand tussen het apparaat en het
Bluetooth-apparaat.
• Als het Bluetooth-apparaat in een houder wordt
bewaard die het signaal kan verstoren, verwijdert u de
houder tijdens het gebruik van het apparaat.
• Er worden meerdere Bluetooth-apparaten of andere
apparaten die radiogolven uitzenden in de buurt
gebruikt.
t Schakel de andere apparaten uit.
t Vergroot de afstand tot de andere apparaten.
• Het geluid dat wordt afgespeeld stopt tijdelijk
wanneer het apparaat verbinding maakt met een
mobiele telefoon. Dit duidt niet op een storing.
U kunt het verbonden Bluetooth-apparaat niet
bedienen tijdens het streamen van audio.
Controleer of het verbonden Bluetooth-apparaat
AVRCP ondersteunt.
Bepaalde functies werken niet.
Controleer of het te verbinden apparaat de betreffende
functies ondersteunt.
De naam van de andere persoon wordt niet
weergegeven wanneer u een oproep ontvangt.
• De naam van de andere persoon is niet opgeslagen in
het telefoonboek.
t Voeg de naam van de andere persoon toe aan het
telefoonboek (pagina 43).
• De persoon die belt, heeft ingesteld dat zijn/haar
telefoonnummer niet wordt doorgegeven.
Een oproep wordt ongevraagd beantwoord.
• De verbonden telefoon is ingesteld om automatisch
een oproep te starten.
• "Auto Answer" op dit apparaat is ingesteld op
"Short" of "Long" (pagina 48).
Koppelen is mislukt door een time-out.
Afhankelijk van het te verbinden apparaat, kan de tijd
waarin u de koppeling moet uitvoeren kort zijn.
Probeer het koppelen te voltooien binnen de tijd door
een toegangscode van één cijfer in te stellen.
De Bluetooth-functie kan niet worden gebruikt.
Verlaat de bron door (SOURCE/OFF) gedurende
1 seconde in te drukken, en schakel vervolgens het
apparaat in.
Tijdens handsfree bellen wordt er geen geluid
uitgevoerd via de autoluidsprekers.
Als het geluid wordt uitgevoerd via de mobiele
telefoon, moet u de mobiele telefoon instellen om het
geluid uit te voeren via de autoluidsprekers.
Foutmeldingen/berichten
Bluetooth device is not found.
Het apparaat kan een te verbinden Bluetooth-apparaat
niet vinden.
t Controleer de Bluetooth-instelling van het te
verbinden apparaat.
Busy now… Please try again.
Het apparaat is bezig.
t Wacht even en probeer opnieuw.
Cannot read.
• Het apparaat kan de gegevens niet lezen wegens een
probleem.
• De gegevens zijn beschadigd.
• De disk is beschadigd.
• De disk is niet compatibel met dit apparaat.
• De disk is niet gefinaliseerd.
Disc Error
• De disk is vuil of is omgekeerd geplaatst.
t Reinig de disk of plaats deze op de juiste manier.
• Er is een lege disk in het apparaat geplaatst.
• De disk kan niet worden afgespeeld wegens een
probleem.
t Plaats een andere disk.
• De disk is niet compatibel met dit apparaat.
t Plaats een compatibele disk in het apparaat.
• Druk op Z om de disk te verwijderen.
Disc Reading...
Het apparaat leest alle bestands-/albumgegevens (map)
op de disk.
t Wacht tot het lezen voltooid is en het afspelen
automatisch wordt gestart. Afhankelijk van de
diskstructuur kan dit meer dan een minuut in beslag
nemen.
vervolg op volgende pagina t
75
Error
• Het USB-apparaat werd niet automatisch herkend.
t Sluit het apparaat opnieuw aan.
• De telefoonboekinhoud is gewijzigd tijdens toegang
tot de mobiele telefoon.
t Open het telefoonboek opnieuw.
• Verbinding met het telefoonboek werd verbroken
door de mobiele telefoon.
t Open het telefoonboek opnieuw.
• Downloaden van het telefoonboek van de mobiele
telefoon is mislukt wegens een probleem.
t Download het telefoonboek opnieuw (pagina 43).
• Bladeren door het telefoonboek van de mobiele
telefoon is mislukt wegens een probleem.
t Probeer opnieuw te bladeren (pagina 44).
• Weergave van het telefoonboek van de mobiele
telefoon is mislukt wegens een probleem.
t Probeer opnieuw weer te geven (pagina 44).
Error - Please select ‘initialize’ from the
Bluetooth settings menu.
Er is een geheugenfout opgetreden.
t Initialiseer de Bluetooth-instelling (pagina 48).
Handsfree device is not available.
Er is geen mobiele telefoon aangesloten.
t Sluit een mobiele telefoon aan (pagina 39).
Hubs not supported.
USB-hubs worden niet ondersteund door dit apparaat.
Local Seek +/Local Seek –
De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens
automatisch afstemmen.
No AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
No device found.
Geen apparaten in de lijst met geregistreerde
Bluetooth-apparaten.
t Voer koppeling uit met een Bluetooth-apparaat
(pagina 38).
No playable data.
De disk bevat geen inhoud die kan worden afgespeeld.
No SensMe™ data on device.
Het verbonden USB-apparaat bevat geen gegevens
voor de SensMe™-functie of de gegevens zijn
verplaatst naar een verkeerde locatie op het
USB-apparaat.
No TP
Het apparaat blijft zoeken naar beschikbare
TP-zenders.
Offset
Er is mogelijk een interne storing.
t Controleer de aansluiting. Als de foutmelding niet
verdwijnt, raadpleegt u de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar.
Output connection failure.
De luidsprekers/versterkers zijn niet correct
aangesloten.
t Raadpleeg de bijgeleverde gids voor "Montage/
Aansluitingen" om de aansluiting te controleren.
76
Overcurrent Caution on USB
Het USB-apparaat is overbelast.
t Koppel het USB-apparaat los en wijzig de bron met
(SOURCE/OFF).
t Dit geeft aan dat het USB-apparaat buiten gebruik
is of dat er een apparaat is aangesloten dat niet
wordt ondersteund.
Playback prohibited by region code.
De regiocode van de DVD verschilt van de regiocode
van het apparaat.
Please push reset.
Dit apparaat of het USB-apparaat kan niet worden
bediend wegens een probleem.
t Druk op de resettoets (pagina 16).
SensMe™ data Reading...
Het apparaat leest alle gegevens voor de SensMe™functie op het aangesloten USB-apparaat.
t Wacht tot het lezen voltooid is. Afhankelijk van de
hoeveelheid gegevens enzovoort, kan dit enige tijd
duren.
The connected USB device is not supported.
Ga naar de ondersteuningssite voor meer informatie
over de compatibiliteit van het USB-apparaat.
The SensMe™ data is corrupted.
Er is een probleem met de gegevens voor de
SensMe™-functie, zoals een gewijzigde
bestandsnaam, informatie enzovoort.
USB device is not connected.
USB is geselecteerd als bron, maar er is geen
USB-apparaat aangesloten. Een USB-apparaat of
USB-kabel werd losgekoppeld tijdens het afspelen.
t Sluit een USB-apparaat en USB-kabel aan.
USB Reading...
Het apparaat leest alle bestands-/albumgegevens (map)
op het aangesloten USB-apparaat.
t Wacht tot het lezen voltooid is en het afspelen
automatisch wordt gestart. Afhankelijk van de
structuur, kan dit enige tijd duren.
"
" of "
"
Tijdens het snel terug- of vooruitspoelen, hebt u het
begin of het einde van de disk bereikt en kunt u niet
verder.
" "
Het teken kan niet worden weergegeven met het
apparaat.
Als deze oplossingen niet helpen, contacteert u de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Als u het apparaat ter reparatie wegbrengt omdat
disks niet goed worden afgespeeld, kunt u het best
de disk meenemen waarmee het probleem is
begonnen.
Lijst met taal-/regiocodes
Lijst met taalcodes
Taalspelling conform ISO 639: 1988 (E/F).
Code
Taal
Code
Taal
Code
Taal
Code
Taal
1027
1028
1032
1039
1044
1045
1051
1052
1053
1057
1059
1060
1061
1066
Afar
Abkhazian
Afrikaans
Amharic
Arabic
Assamese
Aymara
Azerbaijani
Bashkir
Byelorussian
Bulgarian
Bihari
Bislama
Bengali;
Bangla
Tibetan
Breton
Catalan
Corsican
Czech
Welsh
Danish
German
Bhutani
Greek
English
Esperanto
Spanish
Estonian
Basque
Persian
Finnish
Fiji
Faroese
French
Frisian
1183
1186
1194
1196
1203
1209
1217
1226
1229
1233
1235
1239
1245
1248
1253
1254
1257
1261
1269
1283
1287
1297
1298
1299
1300
1301
1305
1307
1311
1313
1326
1327
1332
1334
Irish
Scots Gaelic
Galician
Guarani
Gujarati
Hausa
Hindi
Croatian
Hungarian
Armenian
Interlingua
Interlingue
Inupiak
Indonesian
Icelandic
Italian
Hebrew
Japanese
Yiddish
Javanese
Georgian
Kazakh
Greenlandic
Cambodian
Kannada
Korean
Kashmiri
Kurdish
Kirghiz
Latin
Lingala
Laothian
Lithuanian
Latvian;
Lettish
Malagasy
1347
1349
1350
1352
1353
1356
1357
1358
1363
1365
1369
1376
1379
1393
1403
1408
1417
1428
1435
1507
1508
1509
1511
1512
1513
1514
1515
1516
1517
1521
1525
1527
1528
1529
1531
1532
1534
1535
1538
1539
1540
1543
1557
1564
1572
1581
1587
1613
1632
1665
1684
1697
Samoan
Shona
Somali
Albanian
Serbian
Siswati
Sesotho
Sundanese
Swedish
Swahili
Tamil
Telugu
Tajik
Thai
Tigrinya
Turkmen
Tagalog
Setswana
Tonga
Turkish
Tsonga
Tatar
Twi
Ukrainian
Urdu
Uzbek
Vietnamese
Volapük
Wolof
Xhosa
Yoruba
Chinese
Zulu
1503
1505
1506
Maori
Macedonian
Malayalam
Mongolian
Moldavian
Marathi
Malay
Maltese
Burmese
Nauru
Nepali
Dutch
Norwegian
Occitan
(Afan)Oromo
Oriya
Punjabi
Polish
Pashto;
Pushto
Portuguese
Quechua
RhaetoRomance
Kirundi
Romanian
Russian
Kinyarwanda
Sanskrit
Sindhi
Sangho
SerboCroatian
Singhalese
Slovak
Slovenian
1703
Niet vermeld
1067
1070
1079
1093
1097
1103
1105
1109
1130
1142
1144
1145
1149
1150
1151
1157
1165
1166
1171
1174
1181
1345
1436
1463
1481
1482
1483
1489
1491
1495
1498
1501
1502
Lijst met regiocodes
Code
Regio
Code
Regio
Code
Regio
Code
Regio
2044
2047
2057
2070
2079
2090
2092
2115
2109
Argentinië
Australië
België
Brazilië
Canada
Chili
China
Denemarken
Duitsland
2424
2165
2174
2248
2238
2254
2276
2304
2363
Filipijnen
Finland
Frankrijk
India
Indonesië
Italië
Japan
Korea
Maleisië
2362
2376
2390
2379
2046
2427
2436
2489
2501
Mexico
Nederland
Nieuw-Zeeland
Noorwegen
Oostenrijk
Pakistan
Portugal
Rusland
Singapore
2149
2528
2184
Spanje
Thailand
Verenigd
Koninkrijk
Zweden
Zwitserland
2499
2086
77
Index
A
C
I
AAC 11, 68
Aanraakscherm kalibreren
(Touch Panel Adjust) 52
Achtergrondscherm
(Screen Select) 52
Achteruitkijkcamera 64
Afspeelbare disks 11
Afspeelbediening
(Video CD PBC) 24, 62
Afspeelinstellingen
(Visual) 60
Afspeelmenu (Play Menu) 22
Afspelen hervatten 22
Afspelen hervatten voor
meerdere disks
(Multi Disc Resume) 61
Afspelen in slow motion 22
Afspelen van USB hervatten
(USB Resume) 61
Afstandsbediening 14, 16, 69
Algemene instellingen
(General) 55
Alternatieve frequenties
(AF) 19
Audio DRC (Audio DRC) 60
Audio streamen 47
Audio-indeling (Audio) 24
Audiokanaal (Stereo) 25
Automatisch beantwoorden
(Auto Answer) 48
Automatisch uitschakelen
(Auto OFF) 55
AUX-niveau (Level) 64
Center Speaker Organizer
(CSO) 51, 57
Crossover-filter
(Crossover Filter) 58
Indelingen 11
Initialisatie Bluetoothinstellingen (Initialize) 48
Initiële instellingen
(Initial Setting) 16
Instellingen voor
achteruitkijkcamera (Rear
View Camera Setting) 65
Instellingen voor
kinderbeveiliging (DVD
Parental Control) 25, 60
Instellingen voor
randapparatuur (AUX1 Input,
AUX2 Input) 56, 64
Intelligent Time Alignment 50
Interval diavoorstelling
(JPEG Slide Show) 62
Invoer achteruitkijkcamera
(Camera Input) 56
iPod 33, 68
B
Balans
(Balance/Fader) 49, 57
Bedieningsgeluid (Beep) 55
Bedieningssatelliet
(Rotary Commander) 56
Beeld draaien
(Image Turn) 22
Beltoon (Ringtone) 48
Beveiligingsfunctie
(Security Control) 63
Bluetooth 37
Bluetooth-instellingen 48
Bluetooth-signaal
(Signal) 39, 48
Breedte-/hoogteverhouding
scherm (Aspect) 53, 59
78
D
Demonstratie (Demo) 59
Dimmerinstelling (Dimmer) 55
Dimmerniveau
(Dimmer Level) 55
Disks 11
Dolby Digital 24, 25
Dolby D-niveau
(Dolby D Level) 25
DVD-afspeellijst afspelen
(DVD Playlist Play) 60
DVD-audiotaal (Audio, DVD
Audio Language) 24, 60
DVD-bedieningsmenu
(DVD Control) 22
DVD-menu 21
DVD-menutaal
(DVD Menu Language) 60
Dynamic Range Control
(DRC) 60
E
Echo Canceller/Noise
Canceller-stand
(EC/NC-stand) 48
EQ7 49, 57
F
Fader (Balance/Fader) 49, 57
G
Geen signaal (No Signal) 56
Geheugen voor beste
afstemming (BTM) 18
Geluidsinstellingen
(Sound) 57
Gesture Command 36
H
Handsfree bellen 40
Herhaaldelijk afspelen
(Repeat) 26, 28, 34
Hoek (Angle) 22
Hoofdmenu van DVD
(Top Menu) 21, 22
Hoogdoorlaatfilter (HPF) 58
J
JPEG 11, 68
K
Klok (Clock) 13, 59
Klok instellen
(Clock Adjust) 63
Kloktijd (CT) 19, 20, 55
L
Laagdoorlaatfilter (LPF) 58
Lijst weergeven (List) 35
Lokale zoekfunctie (Local) 18
Luidsprekervolume
(4.1ch Speaker Level) 51
Luisterpositie (Listening
Position) 50, 57
M
Meerkanaalsuitvoer
(Multi Ch Output) 60
Microfoonsterkte
(MIC Gain) 42, 48
Monitorhoek
(Monitor Angle) 52
Monitortype (Monitor Type) 61
Monostand (Mono) 18
MP3 11, 67
MPEG-4 11, 68
Multi Border-DVD 67
Multi Session-CD 67
N
W
NTSC 55
O
Willekeurig afspelen
(Shuffle) 26, 28, 34
WMA 11, 67
Ontvangstmenu
(Receive Menu) 18
X
Xvid 11
P
PAL 55
Passagiersbediening
(Passenger Control) 34
Picture EQ 52, 59
Programmatypen
(PTY) 19, 20
Z
ZAPPIN™ 35
ZAPPIN-afspeeltijd
(ZAPPIN Time) 61
ZAPPIN-pieptoon
(ZAPPIN Tone) 61
Zekering 69
R
Radio Data System (RDS) 19
Randapparatuur 64
Rear Bass Enhancer
(RBE) 51, 58
Rechtstreeks afspelen voor
DVD’s
(DVD Direct Search) 27, 60
Regiocode 77
Regionaal (Regional) 19
Resetten 16
S
Scherminstellingen
(Screen) 59
Schermtaal
(Language) 16, 56
SensMe™ 29
Subwooferinstelling
(Subwoofer) 16, 58
Subwooferpositie 50
Subwoofervolume
(Balance/Fader) 49, 57
Systeem uitvoerkleur
(Output Color System) 55
T
Taal ondertiteling (Subtitle,
DVD Subtitle Language) 22,
60
Taalcode 77
Toetsverlichting
(Key Illumination) 56
U
USB-apparaat 28
V
Verkeersinformatie (TA) 19
Verkeersprogramma (TP) 19
Volume 12
79