STE 100 SCS

Metabo STE 100 SCS, STE 90 SCS Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Metabo STE 100 SCS Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
www.metabo.com
de Originalbetriebsanleitung 5
en Original instructions 9
fr Notice originale 13
nl Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing 17
it Istruzioni originali 21
es Manual original 25
pt Manual original 29
sv Bruksanvisning i original 33
fi Alkuperäiset ohjeet 37
no Original bruksanvisning 41
da Original brugsanvisning 45
pl Instrukcja oryginalna 49
el Πρωτότυπες οδηγίες χρήσης 53
hu Eredeti használati utasítás 58
ru Оригинальное руководство по
эксплуатации 62
STE 90 SCS
STE 100 SCS
NEDERLANDS nl
17
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Wij verklaren op eigen en uitsluitende
verantwoording: Deze decoupeerzagen,
geïdentificeerd door type en serienummer *1),
voldoen aan alle relevante bepalingen van de
richtlijnen *2) en normen *3). Technische
documentatie bij *4) - zie pagina 3.
De machine is geschikt voor het zagen van non-
ferrometaal en plaatstaal, van hout en op hout
gelijkende materialen, van kunststof en
gelijksoortige materialen. Iedere andere toepassing
is niet toelaatbaar.
Voor schade door oneigenlijk gebruik is alleen de
gebruiker aansprakelijk.
De algemeen erkende veiligheidsinstructies en de
bijgevoegde veiligheidsvoorschriften dienen te
worden nageleefd.
Let ter bescherming van uzelf en de
machine op de met dit symbool aange-
geven passages!
WAARSCHUWING – Lees de gebruiksaan-
wijzing om het risico van letsel te vermin-
deren.
WAARSCHUWING Lees alle veiligheids-
voorschriften en aanwijzingen. Worden de
veiligheidsvoorschriften en aanwijzingen niet in
acht genomen, dan kan dit een elektrische schok,
brand en/of ernstig letsel tot gevolg hebben.
Bewaar alle veiligheidsvoorschriften en
aanwijzingen goed met het oog op toekomstig
gebruik.
Geef uw elektrisch gereedschap alleen met deze
documenten aan anderen door.
Houd het apparaat vast aan de geïsoleerde
greepvlakken wanneer u werkzaamheden
uitvoert waarbij het inzetgereedschap
verborgen stroomleidingen kan raken. Door het
contact met een spanningvoerende geleider
kunnen ook metalen apparaatonderdelen onder
spanning worden gezet met een elektrische schok
als mogelijk gevolg.
Zorg er (bijv. met behulp van een metaaldetector)
voor dat zich op de plaats die bewerkt moet worden,
geen stroom-, water- of gasleidingen bevinden.
Stoffen afkomstig van bepaalde materialen, zoals
loodhoudende verf, enkele houtsoorten, mineralen
en metaal, kunnen schadelijk zijn voor de
gezondheid. Het aanraken of inademen van deze
stoffen kan bij de gebruiker of personen die zich in
de nabijheid bevinden leiden tot allergische reacties
en/of aandoeningen aan de luchtwegen.
Bepaalde stoffen, zoals van eiken of beuken,
gelden als kankerverwekkend, met name in
verbinding met additieven voor de houtbehandeling
(chromaat, houtbeschermingsmiddelen).
Asbesthoudend materiaal mag alleen worden
bewerkt door vaklui.
- Maak zo mogelijk gebruik van stofafzuiging.
- Om een hoge mate van stofafzuiging te bereiken,
kunt u samen met dit gereedschap de
beschermkap (11) en een geschikte Metabo-
stofafzuiger gebruiken.
- Zorg voor een goede ventilatie van de werkplaats.
- Het wordt aanbevolen om een stofmasker met
filterklasse P2 te dragen.
Neem de voorschriften in acht die in uw land voor
de te bewerken materialen van toepassing zijn.
Bij de bewerking dient het werkstuk stevig te liggen
en beveiligd te zijn tegen wegglijden, bijv. met
behulp van spaninrichtingen.
Probeer niet om extreem kleine werkstukken te
zagen.
De voetplaat moet bij het zagen stevig op het
werkstuk liggen.
Wanneer u het werk onderbreekt, schakel de zaag
dan uit en houd hem rustig in het materiaal totdat
het zaagblad tot stilstand gekomen is. Probeer
nooit om de zaag uit het werkstuk te halen zolang
het zaagblad beweegt, anders kan er een terugslag
plaatsvinden.
Schakel de machine niet in terwijl het zaagblad het
werkstuk raakt. Laat het zaagblad eerst de volle
slagfrequentie bereiken voordat u de snede
uitvoert.
Wanneer u een zaag die in het werkstuk steekt weer
wilt starten, centreert u het zaagblad in de
zaagvoeg en controleert u of de zaagtanden niet in
het werkstuk zijn blijven haken. Klemt het zaag-
blad, dan kan het een terugslag veroorzaken op het
moment dat de zaag opnieuw wordt gestart.
Kom met uw handen niet binnen het zaagbereik of
aan het zaagblad. Kom met uw handen niet onder
het werkstuk.
Verwijder spanen en dergelijke uitsluitend bij
uitgeschakelde en stilstaande machine.
De stekker altijd uit het stopcontact halen voordat
instel-, ombouw- of onderhoudswerkzaamheden
worden uitgevoerd.
Gevaar voor letsel door scherp
decoupeerzaagblad. Het decoupeerzaagblad kan
na het zagen warm zijn. Draag
veiligheidshandschoenen.
LED-lampje (10): LED-straling niet direct met
optische instrumenten bekijken, LED Klasse 1M,
1. Conformiteitsverklaring
2. Voorgeschreven gebruik van
het systeem
3. Algemene
veiligheidsvoorschriften
4. Speciale
veiligheidsvoorschriften
NEDERLANDSnl
18
geclassificeerd volgens DIN EN 60825-1: 2003,
golflengte: 400-700 nm; 300 µs.
Zie pagina 2.
1 Spanhendel voor bevestiging van het zaagblad
2 Zaagblad-spaninrichting
3 Zaagblad-steunrol
4 Zaagblad *
5 Metalen geleiding van het geleide-element
6 Geleide-element
7 Ontgrendeltoets om het geleide-element uit te
nemen
8 Beveiligingsplaatje tegen spaanbreuk
9Voetplaat
10 LED-lampje
11 Beschermkap
12 Veiligheidsbeugel ter bescherming van
onbedoeld contact met het zaagblad
13 Instelhendel voor pendelbeweging
14
Schakelknop
van de
spaanblaasinrichting
15 Schakelschuiver
16 Zeskantsleutel
17
Stelknop voor instelling van de slagfrequentie
18 Afzuigaansluiting
19 Schroef voor het verstellen van de voetplaat
20 Sokkel met indicatie van de ingestelde
zaaghoek
* afhankelijk van de uitrusting/niet in de
leveringsomvang
Controleer voordat de machine in gebruik
wordt genomen of de op het typeplaatje
aangegeven spanning met de netspanning
overeenkomt.
Machine niet zonder zaagblad laten lopen.
6.1 Beveiligingsplaatjes tegen spaanbeuk
inbrengen
Gevaar voor letsel door scherp
decoupeerzaagblad. Bij het inzetten van het
beveiligingsplaatje tegen spaanbreuk (8) dient het
zaagblad te zijn verwijderd.
Machine omdraaien, de voetplaat wijst naar boven.
Het beveiligingsplaatje tegen spaanbreuk aan de
voorkant inschuiven
en hierbij op de volgende
2 punten letten:
De gladde kant van het plaatje wijst naar boven
De uitsparing wijst naar achteren (in richting
netsnoer).
Wanneer u met een aangebrachte
beschermingsplaat (zie hoofdstuk Accessoires 10.)
werkt, plaats dan het beveiligingsplaatje tegen
spaanbreuk in de beschermingsplaat.
6.2 Zagen met geleide-inrichting voor rechte
snedes (SCS)
De metalen geleiding (5) van het geleide-element
(6) valt in de zaagvoeg in en stabiliseert de machine
voor nog rechtere zaagsnedes.
Geleide-element uitnemen:
- Machine met de voetplaat naar beneden houden.
- Op de ontgrendeltoets drukken, zodat het
geleide-element uit zijn houder in de voetplaat
valt.
(Indien het geleide-element niet vanzelf naar
buiten valt, kunt u de zeskantsleutel (16) in het gat
van het geleide-element inbrengen en het zo
uitnemen.)
Geleide-element plaatsen:
Voor rechte snedes het geleide-element zo
inbrengen dat de metalen geleiding (5)
omlaag, uit de voetplaat naar buiten kijkt.
Voor schuine of gebogen snedes het
geleide-element zo inbrengen dat de metalen
geleiding (5) in de voetplaat verdwijnt.
- Voor het plaatsen van het geleide-element in de
voetplaat de ontgrendeltoets indrukken.
Opmerking:
Het geleide-element kan alleen
geplaatst worden wanneer het gat in het geleide-
element naar achteren (naar het netsnoer) wijst.
6.3 Zaagblad plaatsen
Gevaar voor letsel door scherp
decoupeerzaagblad. Het decoupeerzaagblad
kan na het zagen warm zijn. Draag
veiligheidshandschoenen.
Gebruik een zaagblad dat geschikt is voor het te
zagen materiaal.
- Spanhendel (1) tot aan de aanslag naar voren
draaien en vasthouden.
- Zaagblad (4) tot aan de aanslag inbrengen. Let er
hierbij op dat de zaagtanden naar voren wijzen en
het zaagblad goed in de groef van de steunrol (3)
ligt.
- Spanhendel (1) loslaten. (Hij draait automatisch in
zijn uitgangspositie terug. Het zaagblad is nu
stevig gespannen).
6.4 Beschermkap aanbrengen / afnemen
Aanbrengen: beschermkap (11) van voren
opsteken tot hij inklikt
Afnemen: beschermkap (11) aan weerskanten
beetpakken, enigszins optillen en vervolgens naar
voren wegtrekken.
6.5 Zagen met stofafzuiging
- Op het uitblaasstuk (18) een passend
afzuigapparaat aansluiten. Een zuigslang met een
aansluitstuk-diameter van 30 mm gebruiken.
- Voor een optimale stofafzuiging de beschermkap
(11) opzetten.
- Spaanblaasinrichting uitschakelen
(zie hoofdstuk 7.1).
6.6 Zagen zonder stofafzuiging
- Met afgenomen beschermkap (11) werken
(voor afnemen, zie hoofdstuk 6.4).
5. Overzicht
6. Inbedrijfstelling
NEDERLANDS nl
19
6.7 Schuine zaagsnede
Beschermkap (11), beveiligingsplaatje tegen
spaanbreuk (8) en afzuigslang verwijderen. Deze
onderdelen kunnen bij schuine zaagsnedes niet
gebruikt worden.
- Geleide-element (6) uitnemen
(zie hoofdstuk 6.2).
- Schroef (19) losdraaien.
- Voetplaat (9) enigszins naar voren schuiven en
draaien.
- Vervolgens de voetplaat (9) naar achteren of naar
voren in een van de arrêteringen schuiven. (De
arrêteringen zijn door de achterste, halfronde
opening van de voetplaat (9) te zien.) De
ingestelde hoek kan aan het getal op de sokkel
(20) van de voetplaat afgelezen worden. Een
andere hoek m.b.v. een hoekmeter instellen.
- De schroef (19) weer aantrekken.
- Geleide-element (6) weer plaatsen
(zie hoofdstuk 6.2).
6.8 Zagen nabij de wand
Beschermkap (11), beveiligingsplaatje tegen
spaanbreuk (8) en cirkel- en parallelgeleiding
verwijderen. Deze onderdelen kunnen bij het zagen
nabij wanden niet gebruikt worden.
- Geleide-element (6) uitnemen
(zie hoofdstuk 6.2).
- Schroef (19) zo ver losdraaien dat de voetplaat (9)
een beetje opgetild kan worden.
- Voetplaat (9) een beetje optillen en tot aan de
aanslag naar achteren schuiven.
- De schroef (19) weer aantrekken.
- Geleide-element (6) weer plaatsen
(zie hoofdstuk 6.2).
7.1 Spaanblaasinrichting
Inschakelbare blaasinrichting voor vrij zicht op de
zaagsnede.
Aan:Schakelknop (14) aan de rechterkant van de
machine indrukken. (Aan de linkerkant van de
machine is het symbool te zien.)
Uit:Schakelknop (14) aan de linkerkant van de
machine indrukken. (Aan de rechterkant van de
machine is het symbool te zien.)
7.2 Pendelbeweging instellen
Met de instelhendel (13) de gewenste
pendelbeweging instellen.
Stand „0“ = pendelbeweging is uitgeschakeld
. . .
Stand „III“ = maximale pendelbeweging
Aanbevolen instelwaarden, zie pag. 3.
De optimale instelling kan het beste worden
vastgesteld door deze in de praktijk uit te proberen.
7.3 Maximale slagfrequentie instellen
De maximale slagfrequentie met de stelknop (17)
instellen. Dit is ook tijdens het lopen mogelijk.
Aanbevolen instelwaarden, zie pag. 3.
De optimale instelling kan het beste worden
vastgesteld door deze in de praktijk uit te proberen.
7.4 In-/uitschakelen, continu-inschakeling
Voorkom onverhoeds aanlopen: De machine
altijd uitschakelen wanneer de stekker uit het
stopcontact wordt gehaald of wanneer zich een
stroomonderbreking heeft voorgedaan.
Bij de continu-inschakeling loopt de machine
verder wanneer hij uit de hand wordt
getrokken. Houd de machine daarom altijd met
beide handen aan de handgreep vast, zorg ervoor
dat u stevig staat en werk geconcentreerd.
Inschakelen: schakelschuif (15) naar voren
schuiven. Voor een langdurige inschakeling
vervolgens naar beneden klappen tot hij inklikt.
Uitschakelen: op het achterste uiteinde van de
schakelschuif (15) drukken en loslaten.
7.5 LED-lampje
Voor het werken op slecht verlichte plaatsen. Het
LED-lampje (10) brandt wanneer de machine
ingeschakeld is.
De machine regelmatig reinigen. Daarbij de
ventilatiesleuven van de motor met een stofzuiger
uitzuigen.
De zaagblad-spaninrichting regelmatig en grondig
met perslucht uitblazen.
Zo nodig de openingen achter de zaagblad-
steunrol (3) reinigen.
Van tijd tot tijd een druppel olie op de zaagblad-
steunrol (3) geven.
Insteken
Bij dun, zacht materiaal kan met het
decoupeerzaagblad in het werkstuk worden
gestoken zonder eerst een gat te boren. Gebruik
alleen korte zaagbladen. Alleen bij
hoekinstelling 0°.
Zie afbeelding op pagina 2. Instelhendel (13) op
stand „0“ instellen (pendelbeweging is
uitgeschakeld). Decoupeerzaag met de voorkant
van de voetplaat (9) op het werkstuk zetten. De
lopende decoupeerzaag goed vasthouden en
langzaam naar beneden leiden. Wanneer het
zaagblad vrijgekomen is, kan de pendelbeweging
worden ingeschakeld.
Bij dikkere werkstukken moet eerst een gat geboord
worden waar het zaagblad in kan worden gestoken.
Gebruik uitsluitend originele Metabo accessoires.
Gebruik alleen toebehoren die voldoen aan de in
deze gebruiksaanwijzing genoemde eisen en
kenmerken.
7. Gebruik
8. Reiniging, onderhoud
9. Handige tips
10. Accessoires
NEDERLANDSnl
20
Toebehoren stevig aanbrengen. Wordt de machine
in een houder gebruikt: De machine goed beves-
tigen. Verlies van controle kan tot letsel leiden.
Zie bladzijde 4.
A Cirkel- en parallelgeleiding
Compleet accessoireprogramma zie
www.metabo.com of hoofdcatalogus.
10.1 Cirkel- en parallelgeleiding aanbrengen
Voor het zagen van cirkelvormen ( Ø 100 - 360 mm)
en voor zaagsnedes parallel aan een rand (max.
210 mm).
Klemelementen aanbrengen (pag. 4, afb. I)
Klemelementen (a) met de opening naar voren en
het draadgat naar boven op de voetplaat (9)
plaatsen. Vanaf de onderzijde de schroeven (b)
indraaien.
Na gebruik de klemelementen weer
verwijderen, omdat bij schuine zaagsnedes de
spaninrichting van het zaagblad (2) beschadigd kan
raken.
Cirkelgeleiding aanbrengen (pag. 4, afb. II)
- De stangen van de cirkel- en parallelgeleiding aan
weerskanten in de klemelementen (a) schuiven.
(De centreerpunt (c) wijst naar beneden.)
- Gewenste radius (d) instellen.
- Schroeven (b) aantrekken.
Parallelgeleiding aanbrengen (pag. 4, afb. III)
- De stangen van de cirkel- en parallelgeleiding aan
weerskanten in de klemelementen (a) schuiven.
(De centreerpunt (c) wijst naar boven.)
- Centreerpunt (c) uitschroeven.
- Maat/maten instellen
- Schroeven (b) aantrekken.
Reparaties aan elektrisch gereedschap
mogen uitsluitend door een erkend vakman
worden uitgevoerd!
Neem voor elektrisch gereedschap van Metabo dat
gerepareerd dient te worden contact op met uw
Metabo-vertegenwoordiging. Zie voor adressen
www.metabo.com.
Onderdeellijsten kunt u via www.metabo.com
downloaden.
Neem de nationale voorschriften in acht voor een
milieuvriendelijke verwijdering en de recycling van
afgedankte machines, verpakkingen en toebe-
horen.
Alleen voor EU-landen: Geef uw elektrische
gereedschap nooit met het huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
inzake gebruikte elektrische en elektronische
apparaten en de vertaling hiervan in de nationale
wetgeving dienen oude elektrische apparaten
gescheiden te worden ingezameld en op
milieuvriendelijke wijze te worden afgevoerd.
Toelichting bij de gegevens van pagina 2.
Wijzigingen en technische verbeteringen
voorbehouden.
M=draaimoment
T
1
=grootste materiaaldikte in hout
T
2
=grootste materiaaldikte in non-
ferrometaal
T
1
=grootste materiaaldikte in plaatstaal
n
0
=slagfrequentie bij nullast
P
1
=nominaal vermogen
P
2
=afgegeven vermogen
m =gewicht zonder netsnoer
Meetgegevens volgens de norm EN 60745.
Machine van beveiligingsklasse II
~ Wisselstroom
De vermelde technische gegevens zijn
tolerantiewaarden (overeenkomstig de
toepasselijke norm).
Emissiewaarden
Deze waarden maken een beoordeling moge-
lijk van de emissie van het elektrisch gereedschap
en een vergelijking van de verschillende elektrische
gereedschappen. Afhankelijk van het gebruik, de
toestand van het elektrisch gereedschap of het
inzetgereedschap kan de daadwerkelijke belasting
hoger of lager uitvallen. Neem voor de beoordeling
pauzes en fases met een lagere belasting in
aanmerking. Bepaal op grond van de overeenkom-
stig aangepaste taxatiewaarden maatregelen ter
bescherming van de gebruiker, bijv. organisatori-
sche maatregelen.
Totale trillingswaarde
(vectorsom van drie
richtingen) bepaald volgens EN 60745:
a
h,CM
=trillingsemissiewaarde
(plaatstaal zagen)
a
h,CW
=trillingsemissiewaarde
(hout zagen)
K
h, ...
= onzekerheid (trilling)
Karakteristiek A-gekwalificeerd geluidsniveau
:
L
pA
=geluidsdrukniveau
L
WA
=geluidsvermogensniveau
K
pA
, K
WA
= onzekerheid
Tijdens het werken kan het geluidsniveau de
80 dB(A) overschrijden.
Draag gehoorbescherming!
11. Reparatie
12. Milieubescherming
13. Technische gegevens
1/68