19
NL
• De muurstuds vinden: het verankeren zorgt
ervoor dat het apparaat niet los komt te zitten ti-
jdens gebruik. Houd er rekening mee dat water-
leidingen, draden en andere leidingen zich achter
de muur kunnen bevinden in het werkgebied.
• Om het apparaat stevig te monteren op wanden
van ander materiaal stevig te monteren op wan-
den van ander materiaal, zoals beton of baksteen,
adviseren wij om bij de plaatselijke ijzerhandel
advies in te winnen voor de keuze van de juiste
montagematerialen voor de betreffende wand.
Installatie aan de wand
Let op: De installatie moet worden uitgevoerd
door een professioneel installateur of elektricien.
1) Boor vier gaten (ø 8 mm) in de wand (bekijk de
illustraties 1 en 2 voor de positie van de gaten).
Steek muurpluggen in de gaten.
2) Verwijder de twee schroeven die de kap op zijn
plaats houden en verwijder de kap. (Illustratie 3)
3) Trek de draden door het gat en bevestig het ap-
paraat met 4 schroeven aan de wand, sluit daar-
na de stroomkabel aan op een voedingsbron (de
aardedraad is geel en groen). (Illustratie 4)
4) Sluit de kap en zet de kap vast met de twee
schroeven uit stap 2. (Illustratie 5)
Aanwijzingen voor gebruik
Nadat het apparaat is geïnstalleerd en aangesloten
op een voedingsbron is het klaar voor gebruik.
Houd uw handen binnen 11 cm van de luchtuit-
laat, de ventilator start automatisch. Wanneer u
uw handen terugtrekt, zal de ventilator binnen een
seconde stoppen. Blokkeer de luchtuitlaat niet.
Gevoeligheid van de sensor
De afstandssensor is standaard ingesteld op de
meest gevoelige instelling om ervoor te zorgen
dat het apparaat op vele verschillende plaatsen
kan worden geïnstalleerd. De gevoeligheid van de
sensor kan met behulp van een schroevendraaier
worden aangepast zoals getoond in illustratie 6.
Reiniging en onderhoud
Let op: Trek de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact en laat het apparaat volledig afkoelen alvo-
rens het te reinigen & op te bergen.
Reiniging
• Dompel het apparaat nooit onder in water of an-
dere vloeistoffen.
• Reinig het afgekoelde buitenoppervlak met een
licht bevochtigde doek of spons en een milde
zeepoplossing.
• Gebruik nooit schurende sponsjes of reiniging-
smiddelen, staalwol of metalen hulpmiddelen om
de onderdelen aan de binnen- of buitenkant van
het apparaat te reinigen.
Opslag
• Zorg er voordat u het apparaat opbergt altijd voor
dat de stekker van het apparaat uit het stopcon-
tact is getrokken en dat het apparaat volledig is
afgekoeld.
• Berg het apparaat op een koele, schone en droge
plek op.