Documenttranscriptie

NL Vertaling van de originele gebruikershandleiding VERTALING VAN DE ORIGINELE GEBRUIKERSHANDLEIDING Inhoudsopgave 1 Over deze gebruikershandleiding ............ 43 1.1 Symbolen op de titelpagina................ 43 1.2 Verklaring van pictogrammen en signaalwoorden....................................... 43 2 Productomschrijving ................................ 43 5.1.2 Klooftafel monteren [LSV 550/6] (07 – 09)....................................... 48 5.1.3 Bedieningsarmen monteren [LSV 550/6] (10 – 13) ................... 48 5.1.4 Vasthoudklauwen met veiligheidsbeugel monteren [LSV 550/6] (14 – 16)............................ 48 2.1 Reglementair gebruik ......................... 43 2.2 Mogelijk afzienbaar foutief gebruik..... 43 2.3 Overige risico's................................... 43 5.2.1 2.4 Veiligheids- en beveiligingsvoorzieningen ................................................ 44 Wielen monteren [LSV 560/8] (18)............................................... 49 5.2.2 Klooftafel monteren [LSV 560/8] (19 – 21)....................................... 49 5.2.3 Bedieningsarmen monteren [LSV 560/8] (22 – 25) ................... 49 5.2.4 Vasthoudklauwen met veiligheidsbeugel monteren [LSV 560/8] (26 – 28)............................ 49 2.4.1 Motorbeveiligingsschakelaar ....... 44 2.4.2 Tweehandenbediening ................ 44 2.4.3 Veiligheidsbeugel ........................ 44 2.4.4 Bevestiging aan de ondergrond... 44 2.5 Symbolen op het apparaat ................. 44 2.6 Elektrische voorwaarden.................... 45 6 Montage voor LSV 560/8 (18 – 28) .... 49 Ingebruikname........................................... 50 2.6.1 Stroomaansluiting........................ 45 6.1 Houtklover plaatsen en aansluiten ..... 50 2.6.2 Voedingskabel ............................. 45 6.2 Draairichting van de motor controleren [LSV 560/8] (29) ........................... 50 2.7 Inhoud van de levering....................... 45 2.7.1 Bijgeleverde onderdelen voor LSV 550/6 (03) ............................ 45 6.3 Fasen van de netspanning verwisselen [LSV 560/8] (30)............................ 50 2.7.2 Bijgeleverde onderdelen voor LSV 560/8 (04) ............................ 46 6.4 Functietest uitvoeren (31) ................... 50 2.8 3 5.2 7 Bediening .................................................. 51 Productoverzicht (01, 02) ................... 46 7.1 Voor elk gebruik.................................. 51 Veiligheidsinstructies ............................... 46 7.2 Klooftafel plaatsen .............................. 51 3.1 Gebruiker ........................................... 46 7.3 Slagbegrenzing instellen (32) ............. 51 3.2 Persoonlijke beschermingsmiddelen.. 46 7.4 Vasthoudklauwen instellen (33).......... 52 3.3 Veiligheid op de werkplek .................. 47 7.5 Een stuk hout kloven (34) ................... 52 3.4 Veiligheid van personen, dieren en eigendommen .................................... 47 7.6 Klem zittend stuk hout verwijderen ..... 52 3.5 Veiligheid van het apparaat................ 47 3.6 Veiligheidsinstructies voor de bediening .................................................... 47 4 Apparaat uitpakken (05) .......................... 47 5 Montage ................................................... 48 5.1 8 8.1 Wielen monteren [LSV 550/6] (06) .............................................. 48 Verzorgingswerkzaamheden .............. 52 8.1.1 8.2 Montage voor LSV 550/6 (06 – 16) .... 48 5.1.1 Onderhoud en verzorging.......................... 52 9 Glijvlakken invetten (35)............... 52 Onderhoudswerkzaamheden ............. 53 8.2.1 Kloofwig scherpen........................ 53 8.2.2 Hydraulische olie controleren en bijvullen (36)................................. 53 Transport (37 – 39).................................... 53 10 Opslag ....................................................... 54 42 LSV 550/6 | LSV 560/8 Over deze gebruikershandleiding 11 Verwijderen .............................................. 54 12 Klantenservice/service centre .................. 54 13 Hulp bij storingen ..................................... 54 14 Garantie ................................................... 56 1 OVER DEZE GEBRUIKERSHANDLEIDING ■ De Duitse versie is de originele gebruiksaanwijzing. Alle andere taalversies zijn vertalingen van de originele gebruiksaanwijzing. Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed zodat u erin het antwoord op uw vragen kunt terugvinden wanneer u informatie over het apparaat nodig heeft. Draag het apparaat alleen samen met deze gebruiksaanwijzing aan andere personen over. Lees en neem de veiligheids- en waarschuwingsinstructies in deze gebruiksaanwijzing in acht. ■ ■ ■ 1.1 Symbolen op de titelpagina Symbool Betekenis Lees voor de ingebruikname deze gebruiksaanwijzing absoluut zorgvuldig door. Dit is de voorwaarde voor veilig werken en een storingsvrij gebruik. Gebruiksaanwijzing Voedingskabel ter voorkoming van een elektrische schok niet beschadigen of doorknippen! 1.2 Verklaring van pictogrammen en signaalwoorden GEVAAR! Wijst op een direct gevaarlijke situatie, die, wanneer ze niet vermeden wordt, tot de dood of tot een ernstig letsel leidt. WAARSCHUWING! Wijst op een potentieel gevaarlijke situatie, die, wanneer ze niet vermeden wordt, tot de dood of tot een zwaar letsel kan leiden. 442310_c VOORZICHTIG! Wijst op een potentieel gevaarlijke situatie, die, wanneer ze niet vermeden wordt, tot een licht of middelzwaar letsel kan leiden. LET OP! Wijst op een situatie, die, wanneer ze niet vermeden wordt, tot materiële schade kan leiden. OPMERKING Speciale aanwijzingen voor meer duidelijkheid en een beter gebruik. 2 PRODUCTOMSCHRIJVING 2.1 Reglementair gebruik De houtklover is uitsluitend bedoeld om verticaal afgezaagde stukken hout te kloven. De afmetingen van de stukken hout mogen de afmetingen die worden genoemd in de technische gegevens niet overschrijden. In het werkgebied van de houtklover mag zich uitdrukkelijk slechts één persoon bevinden, en het apparaat mag slechts door één persoon worden bediend. Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor particulier gebruik. Elke andere toepassing, alsook een verboden om- of aanbouw, worden beschouwd als niet beoogd gebruik en leiden tot uitsluiting van de garantie, het verlies van de conformiteit (CEmarkering) en de afwijzing van elke verantwoordelijkheid vanwege de fabrikant wat betreft schade aan de gebruiker of derden. 2.2 Mogelijk afzienbaar foutief gebruik De volgende toepassingen zijn uitdrukkelijk verboden: ■ Het kloven van stukken hout waarin zich metalen delen zoals spijkers, draad, krammen enz. bevinden. ■ Bediening door meerdere personen tegelijk ■ Het gebruik in een atmosfeer met explosiegevaar Elk ander dan het beoogde gebruik is verboden. 2.3 Overige risico's Ook bij doelmatig gebruik van het apparaat, resteert altijd een zeker restrisico dat niet kan worden uitgesloten. Uit de aard en de bouwwijze van het apparaat kunnen, afhankelijk van het gebruik, de volgende potentiële gevaren worden afgeleid: Gevaar voor ernstig letsel door: ■ Versplinterend hout en rondvliegende stukken hout bij het kloven 43 NL ■ ■ 2.4 Productomschrijving Stukken hout die van de zijdelingse opslagoppervlakken vallen Kantelen van het apparaat Symbool Betekenis Veiligheidsschoenen dragen! Veiligheids- en beveiligingsvoorzieningen WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel. Defecte en buiten werking gestelde veiligheidsen beschermingsapparatuur kunnen ernstig letsel veroorzaken. ■ Laat defecte veiligheids- en beschermingsapparatuur repareren. ■ De veiligheids- en beschermingsuitrusting nooit buiten werking stellen. Draag beschermende handschoenen! 2.4.1 Motorbeveiligingsschakelaar In het geval van overbelasting van de houtkliever schakelt de motorbeveiligingsschakelaar de motor uit. De motorbeveiligingsschakelaar mag niet buiten werking worden gezet. Als de motorbeveiligingsschakelaar de houtkliever heeft uitgeschakeld, gaat u als volgt te werk: 1. Houtkliever scheiden van het lichtnet. 2. Los de oorzaak van de overbelasting op. 3. Na een afkoeltijd van enkele minuten de houtkliever weer aansluiten op de stroomvoorziening. 4. Houtkliever inschakelen. Gevaar voor uitglijden! Werkgebied schoonhouden! 2.4.2 Tweehandenbediening De kloofwig beweegt alleen naar beneden als beide bedieningsarmen tegelijkertijd worden bediend. Daardoor wordt voorkomen dat de handen van de bediener in de gevarenzone terechtkomen. 2.4.3 Veiligheidsbeugel De veiligheidsbeugel voorkomt het vallen van gekloofde stukken hout tijdens het kloven. 2.4.4 Bevestiging aan de ondergrond Alleen bij LSV 550/6: De verankering in de vloer voorkomt dat de houtklover omvalt en voorkomt ernstig letsel. 2.5 Symbolen op het apparaat Gehoorbescherming en veiligheidsbril dragen! Gevaar voor struikelen! Werkgebied schoonhouden! Geen veiligheids- en beschermingsuitrusting verwijderen of wijzigen! Hydraulische olie niet weggooien in de natuur! Apparaat beschermen tegen regen en vocht! Handen uit de buurt houden van bewegende delen! Vastzittende stukken hout niet met de hand verwijderen! Voordat wordt begonnen met onderhoudswerkzaamheden, apparaat scheiden van de stroomvoorziening! Symbool Betekenis Neem voor ingebruikname de gebruikershandleiding door! 44 LSV 550/6 | LSV 560/8 Productomschrijving Symbool Betekenis Houd de handen uit de buurt van de kloofwig! Derden uit de gevarenzone houden! Ophangpunt voor kraanhaak 2.6 Elektrische voorwaarden 2.6.1 Stroomaansluiting GEVAAR! Gevaar voor een elektrische schok bij gebruik zonder aardlekschakelaar. De bediening van het apparaat zonder aardlekschakelaar in de voedingsaansluiting kan als gevolg van elektrische schokken ernstig letsel en zelfs de dood tot gevolg hebben. ■ Controleer voordat het apparaat wordt aangesloten of in de voedingsaansluiting een aardlekschakelaar voor een maximale lekstroom van 0,03 A aanwezig is. ■ Als u de aanwezigheid van een aardlekschakelaar niet kunt vaststellen: Gebruik een aanvullende mobiele lekstroom-veiligheidsvoorziening met een geschakelde aardleiding. ■ ■ AC 230 V/50 Hz Minimale beveiliging netaansluiting = 16 A 2.6.2 Voedingskabel WAARSCHUWING! Gevaar voor persoonlijk letsel door een elektrische schok. Een defecte voedingskabel kan ernstig letsel veroorzaken als gevolg van elektrische schokken. ■ Ervoor zorgen dat de voedingskabel niet is beschadigd of doorgesneden. ■ ■ Alleen rubberen kabel in de kwaliteit H07RNF volgens VDE 0282 deel 14 met een aderdiameter van minimaal 2,5 mm² gebruiken. De maximaal toelaatbare kabellengte bedraagt 10 m. Een langere kabel vermindert 442310_c het motorvermogen en daardoor de werking van de houtklover. ■ Stroomkabel, stekker en koppeldoos moeten onbeschadigd zijn. Een defecte stroomkabel (bijv. met scheuren, ingesneden, geplette of geknikte plekken in de isolatie) mag niet worden gebruikt. ■ Reparaties aan de stroomkabel, aan de netstekker en aan de koppeldoos mogen alleen worden uitgevoerd door gespecialiseerde elektrotechnische bedrijven. ■ Stekkerverbindingen mogen niet worden blootgesteld aan vocht. ■ In het geval van schade de stroomkabel onmiddellijk scheiden van de stroomvoorziening. De stroomkabel moet voldoen aan de volgende eisen: Voor LSV 550/6: ■ Geschikt voor 230 V AC ■ 3 aders (1P + N + PE) ■ Maximale kabellengte: 10 m Voor LSV 560/8: ■ Geschikt voor 400 V AC ■ 5 aders (3P + N + PE) ■ Maximale kabellengte: 10 m 2.7 Inhoud van de levering Controleer na het uitpakken of alle onderdelen zijn geleverd. Apparaat uitpakken: zie Hoofdstuk 4 "Apparaat uitpakken (05)", pagina 47. 2.7.1 Nr. Bijgeleverde onderdelen voor LSV 550/6 (03) Component 1 Basisapparaat 2 Bedieningsarmen (2x) 3 Vasthoudklauwen (2x) 4 Veiligheidsbeugel (2x) 5 Wielen (2x) 6 Klooftafel met zijdelingse opslagoppervlakken 7 Gebruiksaanwijzing 8 Zak met kleine onderdelen 45 NL 2.7.2 Veiligheidsinstructies Bijgeleverde onderdelen voor LSV 560/8 (04) Nr. Component 1 Basisapparaat 2 Bedieningsarmen (2x) 3 Vasthoudklauwen (2x) 4 Veiligheidsbeugel (2x) 5 Wielen (2x) 6 Klooftafel met zijdelingse opslagoppervlakken 7 Gebruiksaanwijzing 8 Zak met kleine onderdelen 2.8 Productoverzicht (01, 02) De houtklovers bestaan uit de volgende componenten: Nr. 46 Component 1 Kloofwig 2 Draaggreep 3 Kloofzuil 4 Verstelbare vasthoudklauwen 5 Klooftafel 6 Zijdelingse opslagoppervlakken 7 Motor 8 Sokkelpaneel 9 Transportwielen 10 Borgschroef voor hefstang 11 Veiligheidsbeugel (2x) 12 Bedieningsarmen met bedieningshendel en handbescherming 13 Verbindingsbeugel van de bedieningsarmen 14 Contactdoos 15 Ontluchtingsplug en vulaansluiting voor hydraulische olie 16 Apparaatvoet. Bij LSV 550/6: met gaten voor verankering in de vloer. 3 Nr. Component 17 Groene en rode drukknop voor Aan/ Uit VEILIGHEIDSINSTRUCTIES GEVAAR! Levensgevaar en gevaar voor zeer ernstig letsel! Onbekendheid met de veiligheidsinstructies en bedieningsinstructies kan bijzonder ernstig letsel en zelfs de dood tot gevolg hebben. ■ Volg alle veiligheidsinstructies en bedieningsinstructies in deze gebruiksaanwijzing op evenals in de gebruiksaanwijzingen waarnaar wordt verwezen, voordat u het apparaat gebruikt. ■ Bewaar alle bijgeleverde documenten voor toekomstig gebruik. 3.1 Gebruiker ■ Personen van jonger dan 16 jaar en personen die de gebruikershandleiding niet hebben gelezen, mogen het apparaat niet gebruiken. Eventuele landspecifieke veiligheidsvoorschriften voor de minimumleeftijd van de gebruiker naleven. ■ Een onervaren bediener moet worden geïnstrueerd en opgeleid in de bediening van het apparaat. ■ Bedien het apparaat niet als u onder invloed bent van alcohol, drugs of geneesmiddelen. 3.2 Persoonlijke beschermingsmiddelen ■ Om letsel aan hoofd en ledematen evenals gehoorschade te voorkomen, moet verplicht beschermende kleding en uitrusting worden gedragen. ■ De kleding moet doelmatig (nauwsluitend) zijn en mag bij het gebruik niet hinderen. Bij lang haar beslist een haarnetje dragen. Nooit losse kledingstukken of accessoires dragen die in het apparaat kunnen worden getrokken, bijv. sjaals, wijde shirts, lange halskettingen. ■ De persoonlijke beschermingsmiddelen bestaan uit: ■ Gehoorbescherming en veiligheidsbril ■ lange broek en stevige schoenen ■ Beschermende handschoenen LSV 550/6 | LSV 560/8 Apparaat uitpakken (05) 3.3 Veiligheid op de werkplek ■ Alleen bij daglicht of zeer helder kunstlicht werken. ■ Op stabiliteit van het apparaat letten: ■ Apparaat alleen op een vaste en vlakke ondergrond gebruiken. ■ Apparaat in de vloer verankeren (indien het apparaat hiervoor is voorbereid). ■ Het apparaat nooit blootstellen aan regen of sneeuwval. Het binnendringen van water in het apparaat kan leiden tot een elektrische schok. 3.4 ■ ■ ■ ■ Veiligheid van personen, dieren en eigendommen Houd er rekening mee dat de gebruiker verantwoordelijk is voor ongevallen en schade, die andere personen of hun eigendommen kunnen betreffen. Het apparaat alleen gebruiken voor de werkzaamheden waarvoor het is bedoeld. Niet-reglementair gebruik kan letsel en materiële schade veroorzaken. Het apparaat alleen inschakelen als zich in het werkgebied geen andere personen of dieren bevinden. Houd een veiligheidsafstand aan tot personen en dieren of schakel het apparaat uit als personen of dieren naderen. 3.5 Veiligheid van het apparaat ■ Het apparaat alleen gebruiken onder de volgende omstandigheden: ■ De machine is niet vervuild. ■ De machine vertoont geen beschadigingen. ■ Alle bedieningselementen werken. ■ Het apparaat niet overbelasten. Het is voor lichte particuliere werkzaamheden bedoeld. Overbelasting leidt tot beschadiging van de machine. ■ Het apparaat nooit gebruiken met versleten of defecte onderdelen. Defecte onderdelen altijd vervangen door oorspronkelijke reserveonderdelen van de fabrikant. Wanneer het apparaat met versleten of defecte onderdelen wordt gebruikt, kan tegenover de fabrikant geen aanspraak op garantie worden gemaakt. ■ Reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend worden uitgevoerd in de vakhandel of op onze Servicevestigingen. 442310_c 3.6 Veiligheidsinstructies voor de bediening ■ Gebruiksklaar apparaat nooit zonder toezicht laten. ■ Apparaat reinigen na elk gebruik. ■ Apparaat beveiligen tegen onbevoegde toegang. ■ Apparaat mag slechts worden bediend door één persoon. ■ Apparaat nooit verplaatsen terwijl de motor draait. ■ Apparaat scheiden van de stroomvoorziening bij: ■ Onderhouds- of reinigingswerkzaamheden ■ Afstelwerkzaamheden ■ Transport ■ Onderbrekingen van het werk ■ Storingen ■ Tijdens het kloven niet in het kloofgebied reiken en de kloofwig niet aanraken. 4 APPARAAT UITPAKKEN (05) WAARSCHUWING! Gevaar voor beknelling als gevolg van kantelen van het apparaat! Het apparaat is zwaar! Als het omvalt, kunnen delen van het lichaam bekneld raken en personen ernstig letsel oplopen. ■ Ten minste twee personen zijn nodig om het apparaat uit te pakken! ■ Voorkom het kantelen van het apparaat door het plaatsen van blokken en wiggen! Als de doos met de houtklover niet al in de verticale stand staat: 1. Doos (05/1) met twee personen aan één kant optillen (05/a). Daarbij voorkomen dat hij wegschuift. Indien nodig: Een blok (05/2) eronder schuiven om de doos te steunen. 2. Doos rechtop zetten totdat hij verticaal en recht staat. 3. Doos met een mes (05/3) voorzichtig opensnijden langs de onderrand, zodat het apparaat niet beschadigd raakt. 4. Doos van het apparaat aftillen (05/b). 5. Levering controleren op volledigheid (zie Hoofdstuk 2.7 "Inhoud van de levering", pagina 45). 47 NL 5 MONTAGE WAARSCHUWING! Gevaren door onvolledige montage! De werking van een onvolledig apparaat kan ernstig letsel veroorzaken. ■ Gebruik het apparaat alleen als het volledig gemonteerd is! ■ Controleer voor het inschakelen of alle beschermings- en beschermingsvoorzieningen aanwezig zijn en functioneren! 5.1 Montage voor LSV 550/6 (06 – 16) 5.1.1 Wielen monteren [LSV 550/6] (06) Voer de hier beschreven stappen uit voor beide wielen: 1. Bout (06/1) uit de houder (06/2) en de apparaatvoet (06/3) draaien en bout samen met de houder verwijderen. 2. Steekas monteren: ■ Steekas (06/4) van onderaf in de houder schuiven en bij de poot van het apparaat op zijn plaats houden. ■ Bout (06/1) in de boven elkaar liggende gaten in houder en steekas plaatsen en vervolgens in de apparaatvoet stevig vastdraaien. 3. Wiel (06/5) en sluitring (06/6) op de steekas schuiven. 4. Splitpen plaatsen: ■ Splitpen (06/7) door het gat in de steekas duwen. ■ Benen van de splitpen in tegengestelde richtingen buigen en spreiden. 5. Wieldop (06/8) plaatsen. 5.1.2 Klooftafel monteren [LSV 550/6] (07 – 09) 1. Sterknoppen (07/1) zo ver uit de zijsteunen (07/2) draaien dat de klooftafel erin kan worden geschoven. 2. De zijdelingse opslagoppervlakken (08/1) van de klooftafel (08/2) zo ver naar boven klappen (08/a) dat ze vergrendelen en uitgelijnd zijn met de klooftafel. 3. Klooftafel (09/1) in de zijsteunen (09/2) schuiven (09/a) totdat de haken (09/3) van de klooftafel vergrendelen. 4. Sterknoppen (09/4) stevig vastdraaien in de zijsteunen totdat de klooftafel is vastgezet. Ga voor het demonteren van de klooftafel op dezelfde manier te werk in omgekeerde volgorde. 48 Montage 5.1.3 Bedieningsarmen monteren [LSV 550/6] (10 – 13) Voer de hier beschreven stappen uit voor beide bedieningsarmen: 1. Bout M10 x 25 (11/1) met erop gestoken kleine sluitring (11/2) door het gat in de bedieningsarm (11/3) steken. 2. Bedieningsarm op de dwarsplaat (12/4) plaatsen. Hierbij tegelijkertijd de volgende stappen uitvoeren: ■ De hendel (12/5) voor de aansturing van de hydraulische pomp in de uitsparing van de bedieningsarm steken. Opmerking: Let er beslist op dat de hendel goed erin is gestoken! ■ De gaten in de bedieningsarm en dwarsplaat boven elkaar uitlijnen. ■ Bout (11/1) samen met de kleine sluitring (11/2) door de gaten steken. 3. Grote sluitring (12/6) tussen de bedieningsarm en dwarsplaat schuiven. Hierbij tegelijkertijd de volgende stappen uitvoeren: ■ Bedieningsarm een stukje optillen ■ Bout (11/1) slechts zo ver optillen dat de grote sluitring erin kan worden geschoven. ■ Bout (11/1) door de gaten in de bedieningsarm en de kleine en grote sluitring en dwarsplaat steken. 4. Kleine sluitring (13/7) en zelfborgende moer (13/8) van onderaf op de bout steken en stevig vastdraaien. 5.1.4 Vasthoudklauwen met veiligheidsbeugel monteren [LSV 550/6] (14 – 16) Veiligheidsbeugel monteren (14, 16) 1. De lange veiligheidsbeugel (16/1) op de linker vasthoudklauw (16/2) plaatsen: ■ Twee bouten M6 x 16 (14/1) van bovenaf door de veiligheidsbeugel en vasthoudklauw steken. ■ Sluitring (14/2) en zelfborgende moer (14/3) van onderaf op elke bout plaatsen en stevig vastdraaien. 2. De korte veiligheidsbeugel (16/3) op de rechter vasthoudklauw (16/4) plaatsen: ■ Twee bouten M6 x 16 (14/4) van bovenaf door de veiligheidsbeugel en vasthoudklauw steken. LSV 550/6 | LSV 560/8 Montage ■ Sluitring (14/5) en zelfborgende moer (14/6) van onderaf op elke bout plaatsen en stevig vastdraaien. Vasthoudklauwen monteren (15, 16) Voer de hier beschreven stappen voor beide vasthoudklauwen uit: 1. Een sluitring (15/1) op elke kruisgreep (15/2) plaatsen. 2. Zoals in de afbeelding (16) weergegeven: ■ Linker vasthoudklauw (15/3, 16/2) op de linker bedieningsarm (15/4) plaatsen. ■ Rechter vasthoudklauw (15/5, 16/4) op de rechter bedieningsarm (15/6) plaatsen. 3. Telkens twee kruisgrepen samen met sluitringen in een vasthoudklauw plaatsen en stevig vastdraaien. 5.2 Montage voor LSV 560/8 (18 – 28) 5.2.1 Wielen monteren [LSV 560/8] (18) Voer de hier beschreven stappen uit voor beide wielen: 1. Op de steekas (18/1) de volgende componenten steken: ■ Wiel (18/2) ■ 2 sluitringen (18/3) 2. Steekas samen met het wiel en de sluitringen tot aan de aanslag in het lager (18/4) duwen. 3. 1 sluitring (18/5) op de steekas plaatsen. 4. Borgclip (18/6) door het gat in de steekas steken totdat hij wordt vergrendeld. 5. Wieldop (18/7) plaatsen. 5.2.2 Klooftafel monteren [LSV 560/8] (19 – 21) 1. Sterknoppen (19/1) zo ver uit de zijsteunen (19/2) draaien dat de klooftafel erin kan worden geschoven. 2. De zijdelingse opslagoppervlakken (20/1) van de klooftafel (20/2) zo ver naar boven klappen (20/a) dat ze vergrendelen en uitgelijnd zijn met de klooftafel. 3. Klooftafel (21/1) in de zijsteunen (21/2) schuiven (21/a) totdat de haken (21/3) van de klooftafel vergrendelen. 4. Sterknoppen (21/4) stevig vastdraaien in de zijsteunen totdat de klooftafel is vastgezet. Ga voor het demonteren van de klooftafel op dezelfde manier te werk in omgekeerde volgorde. 442310_c 5.2.3 Bedieningsarmen monteren [LSV 560/8] (22 – 25) Voer de hier beschreven stappen uit voor beide bedieningsarmen: 1. Vergrendelingspen verwijderen (23): ■ Borgclip (23/1) uit de vergrendelingspen (23/2) trekken. ■ Vergrendelingspen uit de dwarsbeugel (23/3) trekken (23/a). 2. Bedieningsarm (22/1) op de punten (22/A) en (22/B) dun insmeren met een smeervet. 3. Ingevette bedieningsarm plaatsen (24). Hierbij tegelijkertijd de volgende stappen uitvoeren: ■ Bedieningsarm (24/4) in de dwarsbeugel (24/5) plaatsen. ■ Bedieningsarm op de hendel (24/6) voor de aansturing van de hydraulische pomp plaatsen. ■ De gaten in de bedieningsarm en dwarsbeugel voor het plaatsen van de vergrendelingspen boven elkaar uitlijnen. 4. Vergrendelingspen plaatsen (25): ■ Vergrendelingspen (25/7) tot aan de aanslag in de boven elkaar liggende gaten in de dwarsbeugel en bedieningsarm plaatsen (25/b). ■ Borgclip (25/8) in het gat in de vergrendelingspen steken totdat hij vastklikt. 5.2.4 Vasthoudklauwen met veiligheidsbeugel monteren [LSV 560/8] (26 – 28) Veiligheidsbeugel monteren (26, 28) 1. De lange veiligheidsbeugel (28/1) op de linker vasthoudklauw (28/2) plaatsen: ■ Twee bouten M6 x 16 (26/1) van bovenaf door de veiligheidsbeugel en vasthoudklauw steken. ■ Sluitring (26/2) en zelfborgende moer (26/3) van onderaf op elke bout plaatsen en stevig vastdraaien. 2. De korte veiligheidsbeugel (28/3) op de rechter vasthoudklauw (28/4) plaatsen: ■ Twee bouten M6 x 16 (26/4) van bovenaf door de veiligheidsbeugel en vasthoudklauw steken. ■ Sluitring (26/5) en zelfborgende moer (26/6) van onderaf op elke bout plaatsen en stevig vastdraaien. 49 NL Vasthoudklauwen monteren (27, 28) Voer de hier beschreven stappen voor beide vasthoudklauwen uit: 1. Een sluitring (27/1) op elke kruisgreep (27/2) plaatsen. 2. Zoals in de afbeelding (28) weergegeven: ■ Linker vasthoudklauw (27/3, 28/2) op de linker bedieningsarm (27/4) plaatsen. ■ Rechter vasthoudklauw (27/5, 28/4) op de rechter bedieningsarm (27/6) plaatsen. 3. Telkens twee kruisgrepen samen met sluitringen in een vasthoudklauw plaatsen en stevig vastdraaien. 6 6.1 INGEBRUIKNAME Houtklover plaatsen en aansluiten WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel door kantelende houtklover. Een kantelende houtklover kan ernstig letsel en schade veroorzaken. ■ Plaats de houtklover horizontaal op een vlakke en stevige ondergrond. ■ Plaats geen materiaal onder de houtklover om de hoogte te wijzigen of de stabiliteit te verbeteren. 1. Houtklover horizontaal en stabiel plaatsen. 2. Alleen bij LSV 550/6: Houtklover ter plaatse van de apparaatvoet met twee geschikte bouten (17/1) en evt. pluggen in de vloer verankeren om te voorkomen dat hij omvalt. 3. Stroomkabel zodanig leggen dat hij niet geknikt, geplet of op andere wijze beschadigd kan worden. 4. Ontluchtingsschroef (01/15, 02/15) ca. 1 – 2 slagen opendraaien, zodat de lucht kan ontsnappen die tijdens het gebruik door opwarming en uitzetting van de olie wordt verdrongen. 5. Stroomkabel in het stopcontact (01/14, 02/14) van het apparaat steken en vervolgens de stroomkabel aansluiten op de stroomvoorziening. Opmerking: Bij het uitzetten eerst de stroomkabel scheiden van de stroomvoorziening. 50 Ingebruikname 6.2 Draairichting van de motor controleren [LSV 560/8] (29) LET OP! Gevaar voor beschadiging van de hydraulische pomp. Als gevolg van een verkeerde draairichting van de motor raakt de hydraulische pomp beschadigd. ■ Schakel na het inschakelen de houtklover onmiddellijk uit als de motor in de verkeerde richting draait de kloofwig niet naar boven beweegt. ■ Verwissel de fasen van de netspanning. 1. Voer de volgende stappen tegelijkertijd uit: ■ Op de groene drukknop (29/1) en dan op de rode drukknop (29/2) drukken om de motor kort te laten draaien. ■ Door de ventilatiesleuven (29/3) kijken in welke richting de motor draait. De draairichting moet overeenkomen met de pijl (29/4) op de motor, en de kloofwig moet naar boven bewegen. Opmerking: Als de kloofwig zich al op het hoogste punt bevindt, de bedieningsarmen kort tegen elkaar en kort omlaag duwen. 2. Als de draairichting niet overeenkomt of de kloofwig niet beweegt: ■ Motor onmiddellijk stoppen. ■ Fasen van de netspanning verwisselen: zie Hoofdstuk 6.3 "Fasen van de netspanning verwisselen [LSV 560/8] (30)", pagina 50. 6.3 1. 2. 3. 4. 5. Fasen van de netspanning verwisselen [LSV 560/8] (30) Houtklover onmiddellijk uitschakelen en stroomkabel eruit trekken. Platte schroevendraaier in de poolomschakelaar (30/1) in de contactdoos (30/2) van de houtklover steken. Poolomschakelaar indrukken en 180° draaien. Stroomkabel erin steken. Houtklover inschakelen en draairichting van de motor nogmaals controleren, zie Hoofdstuk 6.2 "Draairichting van de motor controleren [LSV 560/8] (29)", pagina 50. 6.4 Functietest uitvoeren (31) 1. Voor het inschakelen op de groene drukknop (31/1) drukken. De kloofwig (31/2) beweegt automatisch naar boven. LSV 550/6 | LSV 560/8 Bediening ■ Als de kloofwig zich al in de bovenste positie bevindt, korte tijd beide bedieningsarmen (31/3) tegen elkaar en omlaag duwen, vervolgens houtklover uit- en opnieuw inschakelen. Voor het uitschakelen op de rode drukknop (31/4) drukken. ■ Bij LSV 560/8, indien de kloofwig niet naar boven beweegt: Houtklover onmiddellijk uitschakelen om schade aan het apparaat te voorkomen. Draairichting van de motor controleren en indien nodig corrigeren (zie Hoofdstuk 6.2 "Draairichting van de motor controleren [LSV 560/8] (29)", pagina 50). 2. Functietest uitvoeren: ■ Beide bedieningsarmen tegelijkertijd tegen elkaar en omlaag duwen. De kloofwig moet naar beneden bewegen en ong. 5 cm boven de bovenste tafelpositie stoppen. ■ Een van de beide bedieningsarmen loslaten. De kloofwig moet stoppen in de huidige positie. ■ Beide bedieningsarmen tegelijkertijd loslaten. De kloofwig beweegt naar boven. 7 BEDIENING WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel bij bediening door meerdere personen tegelijk. Het gebruik van het apparaat door twee of meer personen kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel. ■ Bedien het apparaat altijd in uw eentje en reik bij het kloven niet in het kloofgebied. ■ Houd andere personen op afstand en voorkom in het bijzonder dat ze het stuk hout aanraken dat net wordt gekloofd. LET OP! Gevaar voor beschadiging als gevolg van verkeerde behandeling. Door het verkeerd kloven van de stukken hout kan het apparaat beschadigd of onbruikbaar raken. ■ Stuk hout altijd verticaal, d.w.z. in de richting van de houtnerf, op de klooftafel plaatsen, nooit dwars. ■ Nooit meerdere seconden lang het kloven van een stuk hout forceren. WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel als gevolg van versplinterend hout. Opgeslagen hardhout, onregelmatig gegroeide takken, ongelijkmatige stukken hout en stukken hout met veel 442310_c noesten neigen bij het kloven tot versplinteren. Stukken hout die in het rond vliegen kunnen ernstig letsel veroorzaken. ■ Kloof alleen rechte stukken hout met een verticaal en recht zaagvlak. ■ Draag beslist de voorgeschreven beschermende kleding. 7.1 Voor elk gebruik WAARSCHUWING! Gevaar voor persoonlijk letsel als gevolg van een defect apparaat. Het gebruik van een defect apparaat kan ernstig letsel en schade aan het apparaat veroorzaken. ■ Apparaat alleen gebruiken als het niet defect of beschadigd is en er geen onderdelen ontbreken of loszitten. 1. Visuele controle van de houtklover uitvoeren. ■ De houtklover mag niet worden ingeschakeld als delen van het apparaat ontbreken, defect zijn of loszitten. 2. Visuele controle van de stroomkabel uitvoeren. ■ Een defecte stroomkabel (bijv. met scheuren, ingesneden, geplette of geknikte plekken in de isolatie) mag niet worden gebruikt. 3. Visuele controle op lekkages van de hydraulica uitvoeren. ■ De houtklover mag niet worden ingeschakeld als de hydraulica lekkages vertoont. 4. De glijvlakken van de kloofzuil en van de kloofwig reinigen en vervolgens invetten (zie Hoofdstuk 8.1.1 "Glijvlakken invetten (35)", pagina 52). 5. Functietest van de bedieningsarmen uitvoeren (zie Hoofdstuk 6.4 "Functietest uitvoeren (31)", pagina 50). 7.2 Klooftafel plaatsen 1. De klooftafel met opgeklapte zijdelingse opslagoppervlakken op de houtklover plaatsen (zie Hoofdstuk 5.2.2 "Klooftafel monteren [LSV 560/8] (19 – 21)", pagina 49). 7.3 Slagbegrenzing instellen (32) 1. Stuk hout op de klooftafel plaatsen. 2. Beide bedieningsarmen tegelijkertijd naar beneden duwen om de kloofwig naar beneden te bewegen. 51 NL 3. Als de kloofwig ong. 3 – 5 cm boven het stuk hout staat: Een bedieningsarm loslaten om de kloofwig te stoppen in de huidige positie. 4. Apparaat uitschakelen. 5. Borgschroef (32/1) losdraaien en hefstang (32/2) helemaal naar boven trekken (32/a). 6. Borgschroef weer vastdraaien. 7. Apparaat inschakelen. De kloofwig beweegt naar boven. 7.4 Vasthoudklauwen instellen (33) Op elke bedieningsarm bevindt zich een vasthoudklauw. De vasthoudklauwen kunnen worden verschoven, afhankelijk van de diameter van de te kloven stukken hout. Stel beide vasthoudklauwen in op dezelfde afstand: 1. Beide stelschroeven (33/1) van de vasthoudklauw (33/2) losdraaien. 2. Vasthoudklauw verschuiven naar de vereiste maat. 3. Beide stelschroeven weer stevig aandraaien. 7.5 Een stuk hout kloven (34) VOORZICHTIG! Gevaar voor letsel door een rommelig werkgebied. Er bestaat gevaar voor struikelen en uitglijden in het werkgebied als gevolg van rondslingerende stukken hout en wanorde. ■ Sla de te kloven stukken hout netjes gerangschikt op een stapel op. ■ Verwijder gekloofde stukken hout en houtsnippers onmiddellijk uit het werkgebied. 1. Vasthoudklauwen o instellen p de diameter van de te kloven stukken hout (zie Hoofdstuk 7.4 "Vasthoudklauwen instellen (33)", pagina 52). 2. Een stuk hout precies loodrecht op de klooftafel plaatsen, zodanig dat het bij het samendrukken van de bedieningsarmen veilig omsloten is door de veiligheidsbeugels. Opmerking: Het stuk hout moet uit zichzelf op de klooftafel staan. Nooit schuinstaande stukken hout kloven! 3. Beide bedieningsarmen tegelijkertijd samendrukken, zodat het stuk hout wordt geklemd (34/a). 4. Beide bedieningsarmen tegelijkertijd naar beneden duwen (34/b). De kloofwig beweegt naar beneden (34/c). 52 Onderhoud en verzorging 5. Als de kloofwig het hout volledig heeft gekloofd: Beide bedieningsarmen loslaten, zodat de kloofwig naar boven beweegt. 6. De gekloofde stukken hout verwijderen uit het werkgebied. 7.6 Klem zittend stuk hout verwijderen VOORZICHTIG! Gevaar voor persoonlijk letsel als gevolg van het eruit slaan van een klem zittend stuk hout. Als een klem zittend stuk hout uit het apparaat wordt geslagen, kan persoonlijk letsel ontstaan en het apparaat beschadigd raken. ■ Sla nooit een klem zittend stuk hout met een gereedschap eruit. 1. Kloofwig volledig naar boven laten bewegen. 2. Een wigvormig stuk hout op de klooftafel plaatsen. 3. Kloofwig naar beneden laten bewegen. Het klem zittende stuk hout wordt naar voren gedrukt door het wigvormige stuk hout. 4. De voorgaande stappen herhalen met steeds grotere wiggen totdat het klem zittende stuk hout is losgekomen. 8 ONDERHOUD EN VERZORGING WAARSCHUWING! Gevaar voor persoonlijk letsel tijdens onderhoudswerkzaamheden. Verkeerd onderhoud kan ernstig letsel en schade aan het apparaat veroorzaken. ■ Voordat wordt begonnen met onderhoudswerkzaamheden, het apparaat scheiden van de stroomvoorziening. ■ Reparaties aan het apparaat alleen laten uitvoeren door gespecialiseerde bedrijven. 8.1 Verzorgingswerkzaamheden 8.1.1 Glijvlakken invetten (35) Regelmatig uitvoeren, in het bijzonder bij het kloven van harsachtige stukken hout: 1. Glijvlakken (35/1) van de kloofzuil (35/2) en van de kloofwig (35/3) reinigen. 2. Glijvlakken invetten met een hars- en zuurvrij vet. LSV 550/6 | LSV 560/8 Transport (37 – 39) 8.2 Onderhoudswerkzaamheden 8.2.1 Kloofwig scherpen Als na langdurig gebruik de kloofwig bot is geworden: 1. Materiaalophopingen op de kloofwig verwijderen met een geschikte vijl en kloofwig scherpen. 2. Op de bewerkte oppervlakken olie of smeermiddel aanbrengen. 8.2.2 Hydraulische olie controleren en bijvullen (36) Controleer het oliepeil dagelijks en ververs de hydraulische olie na 1 jaar of 150 gebruiksuren. Voor het bijvullen en verversen moet hydraulische olie HLP 22 worden gebruikt. LET OP! Gevaar voor beschadiging van het apparaat als gevolg van verkeerde hydraulische olie. Verkeerde hydraulische olie en een te laag of te hoog oliepeil leiden tot storingen evenals warmteontwikkeling, en kunnen de hydraulische pomp beschadigen. ■ Gebruik uitsluitend de voorgeschreven hydraulische olie. ■ Controleer regelmatig het oliepeil en vul indien nodig hydraulische olie bij. 1. Houtklover verticaal plaatsen en scheiden van de stroomvoorziening. 2. Houtklover enkele minuten laten rusten zodat de olie zich kan verzamelen in de olietank. 3. Oliepeilstaaf (36/1) uit de olievulopening (36/2) schroeven en afvegen met een schone, niet-pluizende doek. Oliepeil controleren 1. Oliepeilstok erin steken tot aan de aanslag en weer eruit trekken. 2. Het oliepeil aflezen op de oliepeilstok. Het oliepeil moet tussen de bovenste (36/3) en de onderste (36/4) markering staan. Hydraulische olie bijvullen Als het oliepeil onder de onderste markering staat: 1. Hydraulische olie (36/5) in de olievulopening gieten. Indien nodig een trechter gebruiken. Er mogen geen vreemde deeltjes in de olietank terechtkomen! 2. Oliepeil controleren (zie boven). 3. Oliepeilstok weer erin schroeven en licht aandraaien. 442310_c Hydraulische olie verversen De hydraulische olie moet eenmaal per jaar volledig worden ververst. 1. Olieopvangbak (36/6) onder de houtklover plaatsen. 2. Olieaftapplug (36/7) inclusief afdichtring (36/8) eruit draaien en alle olie in de olieopvangbak laten lopen. De afgewerkte olie verwijderen volgens de voorschriften! 3. Afdichtring op de olieaftapplug steken en samen weer erin draaien. 4. Hydraulische olie bijvullen (zie boven). 9 TRANSPORT (37 – 39) LET OP! Gevaar voor schade aan apparaten als gevolg van verkeerd transport. Als gevolg van verkeerd transport kan het apparaat beschadigd raken. ■ Trek de stekker uit het stopcontact voordat het apparaat wordt getransporteerd. ■ Trek het apparaat slechts licht gekanteld aan de draaggreep. ■ Wanneer er een kraan wordt gebruikt: Hijs het apparaat niet aan afzonderlijke componenten of aan de draaggreep omhoog! Bind het samen en hijs het omhoog met een stevige hijskabel. Korte transportafstanden WAARSCHUWING! Gevaar voor beknelling als gevolg van kantelen van het apparaat! Het apparaat is zwaar! Als het omvalt, kunnen delen van het lichaam bekneld raken en personen ernstig letsel oplopen. ■ Transporteer het apparaat met de nodige voorzichtigheid. ■ Verwijder obstakels van de geplande route. 1. Houtklover met beide handen vastpakken aan de draaggreep (37/1) en lichtjes kantelen, om hem op de wielen (37/2) te plaatsen (37/a). 2. Houtklover aan de draaggreep naar de gewenste standplaats trekken (37/b). Lange transportafstanden ■ Voor het hijsen met een kraan: Het apparaat alleen aan de daarvoor bestemde hijspunten (38/1, 39/1) optillen! ■ Voor transport in een vrachtwagen: Het apparaat met transportbanden borgen, om ongecontroleerde bewegingen te voorkomen! 53 NL Opslag 10 OPSLAG 1. Houtklover scheiden van het lichtnet. 2. Na elk gebruik het apparaat grondig reinigen en – indien beschikbaar – alle veiligheidsafdekkingen aanbrengen. De kloofwig moet in de eindpositie staan. 3. In geval van beperkte opslagruimte: De klooftafel kan worden gedemonteerd (zie Hoofdstuk 5.2.2 "Klooftafel monteren [LSV 560/8] (19 – 21)", pagina 49). 4. Het apparaat op een vlakke en stevige ondergrond plaatsen en vastzetten, om te voorkomen dat het omvalt. 5. Apparaat op een droge, afsluitbare plaats en buiten het bereik van kinderen bewaren. 11 VERWIJDEREN Advies over de wetgeving inzake elektrische en elektronische apparaten (ElektroG) ■ Oude elektrische en elektronische apparaten horen niet thuis bij het huishoudelijke afval, maar moeten gescheiden worden aangeboden of verwijderd! Elektrische en elektronische apparaten kunnen op de volgende verzamelpunten gratis worden afgegeven: ■ Openbare recycling- en verzamelpunten (bijv. milieuparken) ■ Verkooppunten van elektrische apparatuur (vast en online), voor zover handelaren tot terugname verplicht zijn of deze vrijwillig aanbieden. Deze voorschriften zijn alleen voor toepassing op apparaten die in landen van de Europese Unie geïnstalleerd en verkocht werden en die beantwoorden aan de Europese richtlijn 2012/19/EU. In landen buiten de Europese Unie kunnen afwijkende voorschriften gelden voor het verwijderen van afgedankte elektrische en elektronische apparaten. 12 KLANTENSERVICE/SERVICE CENTRE Voor vragen over garantie, reparatie of reserveonderdelen kunt u contact opnemen met het dichtstbijzijnde AL-KO service centre. Deze vindt u op internet op het volgende adres: www.al-ko.com/service-contacts ■ Gebruikte batterijen of accu’s, die niet vast in het apparaat ingebouwd zijn, moeten voor de verwijdering worden gedemonteerd! De recycling ervan wordt door de batterijwetgeving beheerst. ■ Bezitters of gebruikers van elektrische en elektronische apparatuur zijn wettelijk tot teruggave na gebruik verplicht. ■ De eindgebruiker is verantwoordelijk voor het wissen van zijn persoonlijke gegevens op het te verwijderen gebruikte apparaat! Het symbool van de afvalemmer met de schuine streep erdoor betekent, dat elektrische en elektronische gebruikte apparaten niet via het gewoon afval mogen worden verwijderd. 13 HULP BIJ STORINGEN In het geval van storingen houtklover onmiddellijk uitschakelen en stekker uit het stopcontact trekken! VOORZICHTIG! Gevaar voor letsel. Onderdelen met scherpe randen en draaiende onderdelen kunnen letsel veroorzaken. ■ Draag bij onderhouds- en reinigingswerkzaamheden altijd beschermende handschoenen! OPMERKING Neem contact op met onze klantenservice bij storingen die niet in deze tabel staan vermeld of die u niet zelf kunt oplossen. Storing Oorzaak Oplossing Motor gaat niet draaien. Motorbeveiligingsschakelaar heeft uitgeschakeld. Wacht totdat de motor is afgekoeld. Netstekker of contactdoos defect Door een gekwalificeerde elektricien laten controleren en indien nodig laten vervangen. 54 LSV 550/6 | LSV 560/8 Hulp bij storingen Storing Groene inschakelknop blijft niet zitten na het indrukken Oorzaak Oplossing Defecte stroomkabel Door een gekwalificeerde elektricien laten controleren en indien nodig laten vervangen. Defecte motor Door een gekwalificeerde elektricien laten controleren en indien nodig laten vervangen. Geen neutrale geleider of een fase niet aangesloten. Door een gekwalificeerde elektricien laten controleren en indien nodig laten vervangen. Defecte schakelaar Kloofwig beweegt niet uit/in, maar motor loopt. Te weinig hydraulische olie Hydraulische olie bijvullen. Defecte hydraulische pomp Laten vervangen door gespecialiseerd bedrijf of AL-KO service centre. Klep niet geopend, als gevolg van losgeraakte verbinding. Loszittende delen vastzetten. Bedieningshendel of verbindingsdelen verbogen Verbogen componenten laten repareren. Bij LSV 560/8: Verkeerde draairichting van de motor als gevolg van verkeerde faseaansluiting van de netspanning Fasen van de netspanning verwisselen op de contactdoos van de houtklover. Laten controleren en indien nodig laten corrigeren door een gekwalificeerde elektricien. Te weinig hydraulische olie Hydraulische olie bijvullen. Verbogen bedieningsstangen Laten vervangen door gespecialiseerd bedrijf of AL-KO service centre. Ongewone geluiden en trillingen Te weinig hydraulische olie Hydraulische olie bijvullen. Hydraulische pomp fluit, kloofwig beweegt schokkerig. Te weinig hydraulische olie Hydraulische olie bijvullen. Lucht in het hydraulisch circuit Ontluchtingsplug opendraaien. Motor wordt zeer heet. Te kleine diameter van een verlengkabel Verlengkabel met een grotere diameter gebruiken. Ontbrekende fase Laten controleren en indien nodig laten corrigeren door een gekwalificeerde elektricien. Kloofwig heeft geen kracht. 442310_c 55 NL Garantie 14 GARANTIE Eventueel binnen de wettelijke termijn voor aansprakelijkheid optredende materiaal- of fabricagefouten van het apparaat worden naar eigen oordeel door ons verholpen, hetzij door reparatie of door levering van een vervangend apparaat. De geldende termijn voor aansprakelijkheid hangt in elk geval af van de wetgeving in het land waarin het apparaat werd aangeschaft. Onze garantie geldt alleen bij: ■ naleving van deze gebruikershandleiding ■ Deskundig gebruik ■ Gebruik van originele reserveonderdelen De garantie vervalt bij: ■ Eigenhandig uitgevoerde reparatiepogingen ■ Eigenhandig aangebrachte technische wijzigingen ■ Gebruik voor andere doeleinden dan het gebruiksdoel Van de garantie zijn uitgesloten: ■ lakschade opgetreden als gevolg van normaal gebruik ■ Slijtageonderdelen die op de reserveonderdelenkaart met een kader xxxxxx (x) zijn aangeduid De garantietermijn begint bij de aanschaf door de eerste eindgebruiker. Maatgevend is daarbij de datum op de kassabon. Ga met deze garantieverklaring en de originele kassabon naar uw dealer of naar de dichtstbijzijnde klantenservice. Deze verklaring laat het vorderingsrecht van de koper jegens de verkoper wegens defecten aan het apparaat onverlet. 56 LSV 550/6 | LSV 560/8