3
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar om zich ervan te vergewissen dat alle
gebruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van alle waarschuwingen en alle
voorzorgsmaatregelen.
2. Raadpleeg uw huisarts voordat u met een
trainingsprogramma begint. Dit is vooral
belangrijk voor personen ouder dan 35 jaar
of met bestaande gezondheidsproblemen.
3. Het is niet de bedoeling dat de loopband
wordt gebruikt door mensen met mentale,
sensitieve of fysieke beperkingen of gebrek
aan ervaring en kennis, tenzij ze begeleid
worden of instructies hebben ontvangen over
het gebruik van de loopband door iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
4. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
in deze handleiding.
5. De loopband is alleen voor gebruik in huis
bedoeld. Gebruik de loopband niet commer-
cieel, niet voor verhuur of in een instelling.
6. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
7. Plaats de loopband op een vlakke onder-
grond met minstens 2,4 m ruimte achter de
loopband en 0,6 m ruimte aan iedere kant van
de loopband. Plaats de loopband niet op een
ondergrond die luchtopeningen blokkeert.
Leg een matje onder de loopband om de
vloer of vloerbedekking te beschermen.
8. Gebruik de loopband niet daar waar spuit-
bussen gebruikt worden of waar zuurstof
wordt toegediend.
9. Houd te allen tijde kinderen jonger dan 16
jaar en huisdieren bij de loopband vandaan.
10. De loopband zou niet door personen die meer
dan 110 kg wegen gebruikt mogen worden.
11. Laat nooit meer dan één persoon tegelijker-
tijd op de loopband.
12. Draag juiste trainingskleding bij gebruik
van de loopband. Draag geen losse kle-
ding die in de loopband verstrikt kan raken.
Sportondersteunende kleding wordt voor
zowel mannen als vrouwen aanbevolen.
Draag altijd sportschoenen. Gebruik de loop-
band nooit op blote voeten, nooit op sokken
of met sandalen.
13. Steek het stroomsnoer bij het aansluiten (zie
bladzijde 8) alleen in een geaard stopcontact.
Geen enkel ander apparaat mag op dezelfde
groep aangesloten zijn.
14. Als u een verlengsnoer nodig hebt, gebruik
dan alleen een 3-dradige geleider van 1,5 m
of korter met een snoermaat van 2 mm
2
.
15. Houd het stroomsnoer uit de buurt van ver-
warmde oppervlakken.
16. Beweeg de loopbandriem nooit wanneer
het apparaat uitgeschakeld is. Gebruik de
loopband niet wanneer het stroomsnoer of
de stekker beschadigd is. Gebruik de loop-
band niet wanneer deze niet goed werkt.
(Zie ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN
PROBLEMEN op bladzijde 15 als de loopband
niet goed werkt.)
17. Lees de noodstopprocedure grondig door
en zorg dat u hem begrijpt en test voordat u
de loopband gaat gebruiken (raadpleeg DE
STROOM INSCHAKELEN op bladzijde 10).
Draag altijd de clip tijdens het gebruik van de
loopband.
18. Ga altijd op de voetleuningen staan wanneer
de loopbandriem wordt gestart of gestopt.
Houd bij gebruik van de loopband de hand-
leuning altijd vast.
19. Wanneer een persoon op de loopband loopt,
neemt het geluidsniveau van de loopband
toe.
WAARSCHUWING: Lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in
deze handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u deze gebruikt om het risico op
brandwonden, brand, elektrische schok of ernstig letsel aan personen te verminderen. ICON is niet
verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit product.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN