26
NL
Transport
• Verplaats de machine niet als deze in bedrijf is.
Haal de stekker van de machine uit het stop-
contact wanneer u de machine verplaatst.
• Verwijder bij verplaatsen altijd de kanset (7).
• Til de machine bij verplaatsen alleen op aan de
onderkant van de motoreenheid (4).
Bediening
Opmerking: Om veiligheidsredenen kan het apparaat alleen in werking wroden gesteld wanneer de kan-
set (6) juist op de motoreenheid (5) is geplaatst en de beschermkap (10) goed is gesloten.
• Controleer of de aan-/uitschakelaar (1) zich in
de stand “0” bevindt en draai de draaiknop voor
de snelheid (2) naar de stand “laag”.
• Haal de stekker van de machine uit het stop-
contact en open de beschermkap (10), haal de
kanset (7) uit de motoreenheid (5).
• Gied alle ingrediënten in de kan (7) en sluit het
deksel (8) en plaats de dop van de afdekking (9)
op de juiste wijze.
• Zet de hele kanset (7) op de motoreenheid (5)
en sluit de beschermkap (10).
• Steek de stekker in een geschikt stopcontact.
• Schakel de machine in door op aan-/uitscha-
kelaar (1) in de stand “I” te zetten en selecteer
een geschikte snelheid door aan de draaiknop
voor de snelheid (2) te draaien.
Instellen draaiknop voor de snelheid
(2)
Beschrijving
Lage snelheid Voor het mengen van vloeistoffen
Hoge snelheid Voor mengen vloeistoffen en vaste ingrediënten
Pulsfunctie (0 / II)
Voor het malen van ijs of korte impulsbewegingen. Opmerking: Gebruik
de pulsfunctie ieder keer gedurende 1 ~ 2 seconden. Herhaal dit indien
nodig enkele keren.
Draai na gebruik de aan-/uitschakelaar (1) altijd naar de stand “0” en haal de stekker uit het stopcontact.
Opmerkingen:
1. Voeg achtereenvolgens kleine hoeveelheden
toe, niet alle ingrediënten tegelijk, voor de
beste resultaten bij het blenden van vaste voe-
dingsmiddelen.
2. Begin altijd op een lagere snelheid. Schakel
indien nodig om naar de hogere snelheid of
naar de “pulsfunctie”, zodat het bladsamen-
stel (6) niet vastloopt.
3. Gebruik deze machine niet om harde voe-
dingsmiddelen, zoals noten, te blenden.
4. Vul de kan (7) niet met vloeistoffen tot boven
de markering MAX.
5. Te blenden vloeistoffen moeten op of onder
kamertemperatuur zijn. Als u warme vloei-
stoffen wilt blenden, zorg er dan voor dat het
deksel van de kan (8) goed is geplaatst en
gebruik de lage snelheid voor het verwerken.
Risico op brandwonden, dus wees voorzichtig.
6. Laat de machine niet te lang achter elkaar
werken, vanwege het lawaai dat het gehoor
kan beschadigen.