Juno JB126D0 Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

JB126D0
JB126S0
Gebruik‐
saanwijzing
NL
Oven
INHOUDSOPGAVE
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 4
Montage 7
Beschrijving van het product 9
Bedieningspaneel 10
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt
12
Dagelijks gebruik 12
Klokfuncties 14
Automatische programma's 16
Gebruik van de accessoires 17
Extra functies 18
Aanwijzingen en tips 20
Onderhoud en reiniging 32
Probleemoplossing 37
Energiezuinigheid 39
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie
en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor verwondingen of schade die voortvloeit
uit de onjuiste installatie of het onjuiste gebruik. Bewaar de
instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor
toekomstig gebruik.
De veiligheid van kinderen en kwetsbare personen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt
van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij voortdurend
onder toezicht staan, bij het apparaat uit de buurt te
worden gehouden.
Laat kinderen niet spelen met het apparaat.
Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.
2
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als het in werking is of afkoelt. Makkelijk toegankelijke
onderdelen kunnen heet worden tijdens gebruik.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient dit te
worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
Algemene veiligheid
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat
en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient te
voorkomen de verwarmingselementen aan te raken.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de
stekker van het apparaat uit het stopcontact trekken.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat het apparaat is
uitgeschakeld voordat u de lamp vervangt om elektrische
schokken te voorkomen.
Gebruik het apparaat niet voordat u het in de ingebouwde
structuur installeert.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te
maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
metalen schrapers om de glazen deur schoon te maken,
deze kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak,
waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon
deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te
voorkomen.
Overtollige voedselresten moeten verwijderd worden
alvorens de pyrolytische reiniging te starten. Verwijder alle
onderdelen van de oven.
3
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de voorkant
van de inschuifrail en dan de achterkant uit de zijwanden.
Installeer de inschuifrails in de omgekeerde volgorde.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Installatie
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus
mag het apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
Installeer het apparaat op een veilige
en geschikte plaats die aan alle
installatie-eisen voldoet.
Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
Controleer voordat u het apparaat
monteert of de ovendeur onbelemmerd
opent. Zo niet, dan moet de oven
worden opgetild.
Het apparaat is uitgerust met een
elektrisch koelsysteem. Het heeft
elektrische stroom nodig.
Minimumhoogte kast
(Minimumhoogte
kast onder werkblad)
590 (600) mm
Kastbreedte 560 mm
Kastdiepte 550 (550) mm
Hoogte van de voor‐
kant van het appa‐
raat
594 mm
Hoogte van de ach‐
terkant van het appa‐
raat
576 mm
Breedte van de voor‐
kant van het appa‐
raat
595 mm
Breedte van de ach‐
terkant van het appa‐
raat
559 mm
Diepte van het appa‐
raat
569 mm
Ingebouwde diepte
van het apparaat
548 mm
Diepte met open
deur
1022 mm
Minimumgrootte ven‐
tilatieopening. Ope‐
ning geplaatst aan
de onderkant van de
achterzijde
560x20 mm
Lengte netvoedings‐
kabel. Kabel wordt in
de rechterhoek van
de achterzijde ge‐
plaatst
1500 mm
Bevestigingsschroe‐
ven
4x25 mm
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING! Gevaar
voor brand en elektrische
schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromonteur
worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
4
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren door
onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat of
de niche onder het apparaat, met name
niet als deze werkt of als de deur heet
is.
De schokbescherming van delen onder
stroom en geïsoleerde delen moet op
zo'n manier worden bevestigd dat het
niet zonder gereedschap kan worden
verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op een
losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
Gebruik enkel correcte
isolatievoorzieningen:
stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de
houder worden verwijderd),
aardlekschakelaars en contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het
apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Sluit de deur van het apparaat volledig
voordat u de stekker in het stopcontact
steekt.
Dit apparaat wordt geleverd met
stekker en netsnoer.
Kabeltypes die van toepassing zijn op
de installatie of vervanging voor Europa:
H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RRF, H05 VV-
F, H05 V2V2-F (T90), H05 BB-F
Voor het deel van de kabel raadpleegt u
het totale vermogen op het typeplaatje. U
kunt ook de tabel raadplegen:
Totaal vermogen
(W)
Deel van de kabel
(mm²)
maximaal 1380 3 x 0.75
maximaal 2300 3 x 1
maximaal 3680 3 x 1.5
De aardekabel (groene/gele kabel) moet 2
cm langer zijn dan de fase- en neutrale
kabels (blauwe en bruine kabels).
Gebruik
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel, brandwonden,
elektrische schokken of een
explosie.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor
huishoudelijk gebruik.
De specificatie van dit apparaat niet
wijzigen.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
niet geblokkeerd zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Oefen geen kracht uit op een
geopende deur.
Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
5
toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-
luchtmengsel ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
Om schade of verkleuring van het
email te voorkomen:
zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem
van het apparaat.
leg geen aluminiumfolie op de
bodem van de ruimte in het
apparaat.
plaats geen water direct in het hete
apparaat.
haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
wees voorzichtig bij het verwijderen
of bevestigen van accessoires.
Verkleuring van het email of roestvrij
staal is niet van invloed op de werking
van het apparaat.
Gebruik een diepe pan voor vochtige
taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd om
mee te koken. Het mag niet worden
gebruikt voor andere doeleinden, zoals
het verwarmen van een kamer.
Alle bereidingen moeten worden
uitgevoerd met gesloten ovendeur.
Als het apparaat achter een
meubelpaneel gemonteerd is (bijv. een
deur), zorg er dan voor dat de deur
nooit gesloten is als het apparaat in
werking is. Warmte en vocht kunnen
achter een gesloten meubelpaneel
ophopen en schade aan het apparaat,
de behuizing of de vloer veroorzaken.
Sluit het meubelpaneel niet tot het
apparaat volledig afgekoeld is na
gebruik.
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel, brand en schade
aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld. Er bestaat een risico dat de
glasplaten kunnen breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met een erkend
servicecentrum.
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Maak het apparaat schoon met een
vochtige zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, oplosmiddelen of
metalen voorwerpen.
Raadpleeg, als u een ovenspray
gebruikt, eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
Reinig niet het katalytische email
(indien van toepassing) met
schoonmaakmiddelen.
Pyrolytische reiniging
WAARSCHUWING! Risico op
letsel / Brand / Chemische
uitstoot (dampen) in
pyrolitische modus.
Voordat u de pyrolytische
zelfsreinigingsfunctie of de functie Het
eerste gebruik uitvoert, moet u eerst de
volgende items uit de binnenkant oven
verwijderen:
eventueel grote hoeveelheden
etensresten, olie of gemorst vet /
afzetttingen.
eventueel verwijderbare objecten
(inclusief plateaus, zijrails, etc., die
met het product zijn meegeleverd),
in het bijzonder potten en pannen
met antiaanbaklaag, ovenroosters,
kookgerei, etc.
6
Lees zorgvuldig alle instructies voor
pyrolytische reiniging.
Houd kinderen uit de buurt van het
apparaat als de pyrolytische reiniging in
werking is.
Het apparaat wordt erg heet en er komt
hete lucht uit de ventilatieopeningen
aan de voorkant.
Pyrolytische reiniging wordt uitgevoerd
onder hoge temperaturen waarbij er
rook van kookresten en
constructiematerialen kan komen.
Daarom gelden de volgende
aanbevelingen voor consumenten:
zorg voor goede ventilatie tijdens
en na elke pyrolytische reiniging.
zorg tijdens en na het eerste
gebruik bij maximumtemperatuur
voor voldoende verluchting.
In tegenstelling tot mensen, kunnen
bepaalde vogels en reptielen zeer
gevoelig zijn voor mogelijke
rookgassen die tijdens het
reinigingsproces van alle pyrolytische
ovens worden uitgestoten.
Houd huisdieren (met name vogels)
uit de buurt van het apparaat
tijdens en na de pyrolytische
reiniging en gebruik eerst een
programma bij maximale
temperatuur in een goed
geventileerde ruimte.
Kleine huisdieren kunnen ook zeer
gevoelig zijn voor de plaatselijke
temperatuurwijzigingen in de nabijheid
van alle pyrolytische ovens wanneer de
pyrolytische reiniging in werking is.
Anti-aanbaklagen in potten en pannen,
schalen, keukengerei, enz. kunnen
worden beschadigd door de hoge
temperatuur van het pyrolytische
reinigingsproces van alle pyrolytische
ovens en kunnen mogelijk ook kleine
hoeveelheden schadelijke gassen
veroorzaken.
Rookgassen die vrijkomen uit alle
pyrolytische ovens / kookresten zoals
beschreven, zijn niet schadelijk voor
mensen, inclusief kinderen of personen
met medische aandoeningen.
Binnenverlichting
WAARSCHUWING! Gevaar
voor elektrische schokken.
Het type gloeilampje of halogeenlampje
dat voor dit apparaat wordt gebruikt, is
alleen geschikt voor huishoudelijke
apparaten. Gebruik het niet voor de
verlichting in huis.
Voordat u het lampje vervangt, dient u
de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
Service
Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat
af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren
binnen in het apparaat vast komen te
zitten.
MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7
Inbouw
18
594
589
114
21548
595
+-1
min. 550
20
600
min. 560
5
1
60
20
80
520
60
198
523
min. 550
20
595
+-1
18
590
min. 560
594
589
114
21548
1
5
70
60
520
60
20
198
523
8
Bevestiging van de oven aan de
kast
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
7
5
6
5
4
3
2
1
21
4
3
1
Bedieningspaneel
2
Elektronische tijdschakelklok
3
Verwarmingselement
4
Lamp
5
Ventilator
6
Verwijderbare inschuifrail
7
Roosterhoogtes
Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Grill-/braadpan
Voor braden en roosteren of als schaal
om vet op te vangen.
9
BEDIENINGSPANEEL
Elektronische programmeur
21 3 4 5 6 7 8 9 10
Gebruik de tiptoetsen om de oven te bedienen.
Tip‐
toets
Functie Beschrijving
1
- Display Toont de huidige instellingen van de oven.
2
AAN / UIT De oven in- en uitschakelen.
3
Opties Om een verwarmingsfunctie of een automatisch
programma in te stellen.
4
Mijn favoriete pro‐
gramma
Om uw favoriete programma op te slaan. Gebruik
het om direct toegang te krijgen tot uw favoriete
programma of wanneer de oven uit staat.
5
Temperatuur / Snel
opwarmen
Voor het instellen of controleren van de tempera‐
tuur.
Houd ingedrukt gedurende drie seconden om de
functie in en uit te schakelen: Snel opwarmen.
6
Omhoog, omlaag Om omhoog of omlaag te gaan in het menu.
7
OK Een selectie of instelling bevestigen.
8
Ovenlamp De ovenverlichting in- en uitschakelen.
9
Klok De klokfuncties instellen.
10
Kookwekker De Kookwekker instellen.
10
Display
A B C
DEFG
A. Ovenfunctiesymbool
B. Display van temperatuur/tijd
C. Weergave Klok/restwarmte/
kookwekker
D. Weergave restwarmte
E. Indicatielampjes voor de klokfuncties
F. Opwarmindicatie/Snel opwarmen-
indicatie
G. Nummer van een ovenfunctie/het
programma
Andere indicaties op het display:
Sym‐
bool
Naam Beschrijving
Functies U kunt een ovenfunctie kiezen.
Automatisch programma U kunt een automatisch programma kie‐
zen.
Mijn favoriete programma Het programma Favoriet is in werking.
/
kg / g Een automatisch programma met gewicht‐
invoer is in werking.
/
u / min Een klokfunctie is in werking.
Temperatuur / Snel opwarmen De functie werkt.
Huishoudelijk De actuele temperatuur wordt aangege‐
ven.
Huishoudelijk U kunt deze temperatuur wijzigen.
Deurslot De functie deurvergrendeling is in werk‐
ing.
Binnenverlichting U hebt het licht uitgeschakeld.
Kookwekker De kookwekker staat aan.
Voorverwarmindicatie
Als u de verwarmingsfunctie inschakelt,
verschijnt . De balkjes geven aan dat de
temperatuur in de oven toe- of afneemt.
Wanneer de oven de ingestelde
temperatuur heeft bereikt, verdwijnen de
balkjes van het display.
11
VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER
GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Raadpleeg voor het instellen
van de dagtijd het hoofdstuk
"Klokfuncties".
Eerste reiniging
Verwijder all accessoires en verwijderbare
inschuifrails uit de oven.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en
reiniging'.
Reinig de oven en accessoires voor het
eerste gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
Voorverwarmen
Warm de lege oven voor het eerste
gebruik voor.
1. Stel de functie in: en de
maximumtemperatuur.
2. Laat het apparaat een uur werken.
3. Stel de functie en de
maximumtemperatuur in.
4. Laat de oven 15 minuten werken.
Accessoires kunnen heter worden dan
normaal. De oven kan een vreemde geur
en rook afgeven tijdens voorverwarmen.
Zorg dat er voldoende luchtcirculatie in de
ruimte is.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Verwarmingsfuncties
Ovenfunctie Applicatie
Hetelucht
Bakken op maximaal drie
rekstanden tegelijkertijd
en voedsel drogen.
Stel de temperatuur 20 -
40 °C lager in dan voor
Boven + onderwarmte.
Pizza-functie
Voor het bakken van piz‐
za. Voor intensieve brui‐
ning en een knapperige
bodem.
Lage tempe‐
ratuur garen
Voor het bereiden van
mals en sappig braad‐
vlees.
Ovenfunctie Applicatie
Boven + on‐
derwarmte
Voor het bakken en bra‐
den op één ovenniveau.
Grillen
Om plat voedsel te grillen
en brood te roosteren.
Circulaviegrill
Voor het braden van gro‐
tere stukken vlees of ge‐
vogelte met botten op
één niveau. Voor gratine‐
ren en bruinen.
Onderwarmte
Voor het bakken van
taarten met een knappe‐
rige bodem en het inma‐
ken van voedsel.
12
Ovenfunctie Applicatie
Ontdooien
Om voedsel te ontdooien
(groenten en fruit). De
ontdooitijd hangt af van
de hoeveelheid en dikte
van het voedsel.
Warmelucht
(vochtig)
Deze functie is ontwor‐
pen om tijdens de berei‐
ding energie te besparen.
Zie het hoofdstuk 'Hints
and tips’, Warmelucht
(vochtig) voor bereidings‐
instructies. De ovendeur
dient tijdens de bereiding
gesloten te zijn zodat de
functie niet wordt onder‐
broken en om ervoor te
zorgen dat de oven werkt
op de hoogst mogelijke
energie-efficiëntie. Bij het
gebruik van deze functie
kan de temperatuur in de
ruimte verschillen van de
ingestelde temperatuur.
De restwarmte wordt ge‐
bruikt.Het verwarmings‐
vermogen kan worden
verminderd. Zie voor al‐
gemene aanbevelingen
voor energiebesparing
het hoofdstuk ‘Energie-
efficiëntie’, Energiebe‐
sparing. Deze functie
wordt gebruikt om de
energie-efficiëntieklasse
vast te stellen overeen‐
komstig EN 60350-1. Bij
gebruik van deze functie
gaat de verlichting na 30
seconden automatisch
uit.
Brood bakken
Gebruik deze functie
voor brood en broodjes
met een heel goed bijna
professioneel resultaat
qua krokantheid, kleur en
bruine korst.
Ovenfunctie Applicatie
Warm hou‐
den
Om het voedsel warm te
houden.
Instellen: Verwarmingsfuncties
1. Schakel de oven in met .
Het display geeft de ingestelde
temperatuur, het symbool en het nummer
van de verwarmingsfunctie weer.
2. Druk op of om een
verwarmingsfunctie in te stellen.
3. Druk op . Anders start de oven na 5
seconden automatisch.
Als u de oven activeert en geen
verwarmingsfunctie of programma instelt,
wordt de oven na 20 seconden
automatisch uitgeschakeld.
Instellen: Temperatuur
Druk op of om de temperatuur in
stappen te wijzigen: 5 °C.
Als de oven een ingestelde temperatuur
heeft bereikt, klinkt er een signaal en
verdwijnt de opwarmaanduiding.
Hoe te controleren:
Temperatuur
U kunt de huidige temperatuur in de oven
controleren als de functie of het
programma in werking is.
1. Druk op .
Het display geeft de temperatuur in de
oven aan.
2. Druk op of het display toont weer
na 5 seconden automatisch de
ingestelde temperatuur.
Instellen: Snel opwarmen
Leg geen voedsel in de oven wanneer de
functie Snel opwarmen is ingeschakeld.
13
De functie Snel opwarmen is maar op een
aantal opwarmingsfuncties beschikbaar.
Als de fouttoon in het instellingenmenu
ingeschakeld staat, klinkt het signaal als
de functie Snel opwarmen voor de
ingestelde functie beschikbaar is.
Raadpleeg het menu 'De instellingen
gebruiken' in het hoofdstuk 'Overige
functies'.
De functie Snel opwarmen verkort de
opwarmtijd.
Om de functie Snel opwarmen in te
schakelen drukt u op en houdt u deze
langer dan 3 seconden vast.
Als de functie Snel opwarmen is
ingeschakeld toont het display
knipperende balken.
KLOKFUNCTIES
Tabel met klokfuncties
Klokfunctie Applicatie
Tijdstip van de dag Met deze functie kunt u de dagtijd weergeven of verande‐
ren. U kunt de dagtijd alleen wijzigen als de oven aan‐
staat.
Duur Instellen hoe lang de oven in werking is.
Eindtijd Instellen als de oven uitstaat.
Vertragingstijd Om de Duur en Eindtijd-functie te combineren.
Set + Go Om de oven op een later tijdstip met één aanraking van
het sensorveld met de benodigde instellingen aan te zet‐
ten.
Kookwekker Voor het instellen van een afteltijd. Deze functie heeft
geen invloed op de werking van de oven. U kunt de Kook‐
wekker op elk gewenst moment instellen, ook als de oven
uit staat.
00:00 Timer met optel‐
functie
Om de optelfunctie in te stellen, die toont hoelang de oven
in werking is. Deze wordt onmiddellijk ingeschakeld wan‐
neer de oven begint met opwarmen. De Timer met optel‐
functie wordt niet ingeschakeld als Duur en Eindtijd inge‐
steld zijn. Deze functie heeft geen invloed op de werking
van de oven.
Instellen: Tijdstip van de dag
Wacht bij eerste aansluiting op de stroom
totdat het display en 12:00 weergeeft.
12" knippert.
1. Druk op of om de uren in te
stellen.
2. Druk op .
3. Druk op of om de minuten in te
stellen.
4. Druk op .
Op het display verschijnt de nieuwe tijd.
Druk om de dagtijd te wijzigen
herhaaldelijk op totdat begint te
knipperen.
14
Instellen: Duur
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Blijf op drukken totdat begint te
knipperen.
3. Druk op of om de minuten voor
Duur in te stellen.
4. Druk op of de Duur start
automatisch na 5 seconden.
5. Druk op of om de uren voor
Duur in te stellen.
6. Druk op of de Duur start
automatisch na 5 seconden.
Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende 2 minuten een
geluidssignaal. Het display geeft
knipperend
en de tijdinstelling weer. De
oven gaat uit.
7. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
8. Oven uitschakelen.
Instellen: Eindtijd
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Blijf op drukken totdat begint te
knipperen.
3. Druk op of om de Eindtijd in te
stellen en druk op
. U stelt eerst de
minuten en dan de uren in.
Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende 2 minuten een
geluidssignaal. Het display geeft
knipperend en de tijdinstelling weer. De
oven wordt automatisch uitgeschakeld.
4. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
5. Oven uitschakelen.
Instellen: Vertragingstijd
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Blijf op
drukken totdat begint te
knipperen.
3. Druk op of om de minuten voor
Duur in te stellen.
4. Druk op .
5. Druk op of om de uren voor
Duur in te stellen.
6. Druk op .
Op het display knippert .
7. Druk op of om de Eindtijd in te
stellen en druk op
. U stelt eerst de
minuten en dan de uren in.
De oven gaat later automatisch aan, werkt
voor de ingestelde Duuren stopt op de
ingestelde Eindtijd. Wanneer de
ingestelde tijd is verlopen, klinkt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal.
Het display geeft knipperend en de
tijdinstelling weer. De oven wordt
automatisch uitgeschakeld.
8. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
9. Oven uitschakelen.
Wanneer de Vertragingstijd-
functie wordt ingeschakeld,
geeft het display een symbool
van de verhittingsfunctie weer,
met een punt en . De
punt geeft aan welke
klokfunctie zich op het display
voor de klok-/restwarmte
bevindt.
Instellen: Set + Go
U kunt de Set + Go-functie alleen
gebruiken als de Duur is ingesteld.
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Stel de Duur in.
3. Druk herhaaldelijk op
tot op het
display
knippert.
4. Druk op
om de Set + Go-functie in
te stellen.
Het display geeft en weer met een
indicator. Deze indicatie wordt
weergegeven wanneer de klokfunctie
wordt geactiveerd.
5. Tik op een tiptoets (behalve AAN /
UIT) om de Set + Go-functie te starten.
15
Instellen: Kookwekker
1. Druk op .
Het display geeft knipperend en "00”
weer.
2. Druk op om tussen opties te
schakelen. U moet eerst seconden en
dan minuten en uren instellen.
3. Druk op of om de Kookwekker
in te stellen en op
om te
bevestigen.
4. Druk op of de Kookwekker start
automatisch na 5 seconden.
Wanneer de ingestelde tijd eindigt, klinkt
het signaal gedurende 2 minuten en het
scherm knippert 00:00 en .
5. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
Instellen: Timer met optelfunctie
1. Om de Timer met optelfunctie te
resetten drukt u herhaaldelijk op:
totdat op het display knipperen.
2. Indrukken en vasthouden: . Als het
display "00:00" toont, gaat de Timer
met optelfunctie weer opnieuw
optellen.
AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Er zijn 20 automatische programma's.
Gebruik een automatisch programma of
een recept als u geen kennis over of
ervaring in het bereiden van een gerecht
hebt. Het display toont de
standaardkooktijd voor alle automatische
programma's.
Lijst van automatische
programma's
Programma
1 BIEFSTUK
2 GEROOSTERD VARKENSVLEES
3 GEROOSTERD KALFSVLEES
4 GEROOSTERD LAMSVLEES
5 GEROOSTERD WILD
6 KIP, HEEL
7 HELE VIS
8 PIZZA
9 QUICHE LORRAINE
Programma
10 CITROENCAKE
11 KWARKTAART
12 BROODJES
13 VOLKORENBROOD
14 DEEG LATEN RIJZEN
15 AARDAPPELGRATIN
16 LASAGNE
17 CANNELLONI
18 GEMAKKELIJKE CAKE
19 GEMAKKELIJKE PIZZA
20
GEMAKKELIJKE AARDAPPELTY‐
PES
Hoe te gebruiken: automatische
programma's
1. Schakel het apparaat in.
2.
Tik op .
Het display geeft
, een symbool en
nummer van het automatische programma
weer.
16
3. Tik op of om het automatische
programma te kiezen.
4. Tik op of wacht vijf seconden tot
het apparaat automatisch start.
5. Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. Het symbool
knippert.
6. Raak een tiptoets aan of open de
ovendeur om het geluidssignaal te
stoppen.
7. Schakel het apparaat uit.
Hoe te gebruiken: automatische
programma's met
gewichtsinvoer
Als u het gewicht van het vlees instelt,
berekent het apparaat de braadtijd.
1. Schakel het apparaat in.
2. Tik op
.
3. Tik op of om het
gewichtprogramma in te stellen.
Het display toont: de kooktijd, het
duursymbool , een standaardgewicht,
een maateenheid (kg, g).
4. Tik op . Anders worden de
instellingen na vijf seconden
automatisch opgeslagen.
Het apparaat wordt ingeschakeld.
5. U kunt het standaardgewicht wijzigen
met of . Tik op .
6. Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. knippert.
7. Raak een tiptoets aan of open de
ovendeur om het geluidssignaal te
stoppen.
8. Schakel het apparaat uit.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De accessoires plaatsen
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
Bakplaat/ Diepe pan:
Schuif de bakplaat /diepe pan tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
Bakrooster en bakplaat / diepe pansamen:
Plaats de bakplaat /diepe pan tussen de
geleiders van de inschuifrails en het
bakrooster op de geleiders erboven.
17
Kleine inkepingen bovenaan
verhogen de veiligheid. Deze
inkepingen zorgen er ook voor
dat ze niet omkantelen. De
hoge rand rond het rooster
voorkomt dat het kookgerei van
het rooster afglijdt.
EXTRA FUNCTIES
Gebruik van de functie Mijn
favoriet programma
Gebruik deze functie voor het opslaan van
uw favoriete temperatuur- en
tijdinstellingen van een ovenfunctie of
programma.
1. Stel de temperatuur en tijd voor een
ovenfunctie of programma in.
2. Raak gedurende langer dan drie
seconden aan. Er klinkt een
geluidssignaal.
3. Schakel het apparaat uit.
Voor het inschakelen van de functie
raakt u aan. Het apparaat start het
programma Favoriet.
Wanneer de functie in
werking is, kunt u de tijd en
temperatuur veranderen.
Voor het uitschakelen van de functie
raakt u aan. Het apparaat beëindigt
het programma Favoriet.
Kinderslot gebruiken
Kinderslot voorkomt dat de oven
onbedoeld wordt gebruikt.
Wanneer de pyrolytische
reiniging is ingeschakeld, wordt
de deur vergrendeld. Wanneer
u op een sensorveld drukt,
verschijnt de melding op het
display.
Deze functie kan ingeschakeld worden als
de oven uit is. Stel geen
verwarmingsfunctie in.
Houd en gedurende 2 seconden
tegelijkertijd ingedrukt. Het signaal klinkt.
Op het display verschijnt SAFE. De deur
blijft vergrendeld.
Herhaal de actie om het Kinderslot uit te
schakelen.
Gebruik van de
Functievergrendeling
U kunt de functie alleen inschakelen als
de oven in werking is.
Toetsblokkering voorkomt dat een
ovenfunctie per ongeluk wordt
ingeschakeld.
1. Zet de oven aan om de functie in te
schakelen.
2. Schakel een ovenfunctie of -instelling
in.
3. Houd en gedurende ten minste 2
seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een signaal.
Er verschijnt 'vergrendelt' op het display.
Herhaal stap 3 om de functievergrendeling
uit te schakelen.
Als de pyrolysefunctie actief is,
wordt de deur vergrendeld. Un
message s'affiche lorsque vous
appuyez sur une touche
sensitive.
U kunt de oven uitschakelen
als de functievergrendeling aan
is. Als u de oven uitzet,
schakelt de
functievergrendeling uit.
18
Gebruik van het instelmenu
Het instellingenmenu laat u toe om
functies in het hoofdmenu te activeren en
deactiveren. Het display toont SET en het
nummer van de instelling.
Beschrijving In te stellen waarde
1 SET+GO AAN / UIT
2 RESTWARMTE-INDICATIE AAN / UIT
3 REINIGINGSHERINNERING AAN / UIT
4
TOETSVOLUME
1)
KLIKKEN / PIEPEN / UIT
5 FOUTTOON AAN / UIT
6 DEMO MODUS Activeringscode: 2468
7 HELDERHEID LAAG / MEDIUM / HOOG
8 SERVICEMENU -
9 INSTELLINGEN RESETTEN JA / NEE
1)
Het geluid van de tiptoets AAN / UIT kan niet worden uitgeschakeld.
1. Druk op en houd 3 seconden
ingedrukt.
Het display geeft SET1 weer en "1"
knippert.
2. Druk op of om de instelling te
doen.
3. Druk op .
4. Druk op of om de waarde van
de instelling te wijzigen
5. Druk op .
Druk om het Instelmenu te verlaten op
of houd ingedrukt.
Automatische uitschakeling
Om veiligheidsredenen schakelt de oven
na bepaalde tijd automatisch uit als er een
ovenfunctie in werking is en u geen
instellingen wijzigt.
(°C) (u)
30 - 115 12,5
120 - 195 8,5
(°C) (u)
200 - 245 5,5
250 - maximum 3
De automatische uitschakeling werkt niet
met de functies: Binnenverlichting, Duur,
Vertragingstijd, Eindtijd, Lage temperatuur
garen.
Helderheid van het display
Er zijn twee standen voor de helderheid
van het display:
Helderheid 's nachts - wanneer het
apparaat uit staat, is de helderheid van
het display tussen 22:00 en 06:00
lager.
Helderheid overdag:
als het apparaat aan staat.
als u tijdens helderheid 's nachts
een tiptoets aanraakt (behalve
AAN/UIT), keert het display
gedurende 10 seconden terug naar
helderheid voor overdag.
19
als het apparaat uit staat en u de
kookwekker hebt ingesteld.
Wanneer de kookwekker eindigt,
keert het display terug naar
helderheid voor 's nachts.
Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van de oven koel te
houden. Na het uitschakelen van de oven
blijft de ventilatie doorgaan totdat de oven
is afgekoeld.
Veiligheidsthermostaat
Een onjuiste bediening van de oven of
defecte componenten kunnen gevaarlijke
oververhitting veroorzaken. Om dit te
voorkomen is de oven voorzien van een
veiligheidsthermostaat die de
stroomtoevoer onderbreekt. Zodra de
temperatuur is gedaald, wordt de oven
automatisch weer ingeschakeld.
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en baktijden
in de tabellen zijn slechts als
richtlijn bedoeld. Deze zijn
afhankelijk van de recepten en
de kwaliteit en de hoeveelheid
van de gebruikte ingrediënten.
Kookadviezen
De oven heeft vijf rekniveaus.
Tel de rekniveaus vanaf de bodem van de
oven.
Uw oven kan anders bakken of roosteren
dan de oven die u tot nu toe gebruikt
heeft. In de onderstaande tabel vindt u de
standaardinstellingen voor temperatuur,
kooktijd en roosterniveau.
Als u voor een speciaal recept de
instelling niet kunt vinden, zoek dan naar
een soortgelijk recept.
De oven heeft een speciaal systeem dat
de lucht circuleert en voor doorlopende
recycling van stoom zorgt. Dankzij dit
systeem is het mogelijk om voedsel te
bereiden in een atmosfeer met stoom en
worden de gerechten zacht van binnen en
knapperig van buiten. Dit reduceert zowel
de bereidingstijd als het energieverbruik.
Voor de bereiding van gebak
De ovendeur mag pas worden geopend
als driekwart van de baktijd is verstreken.
Als u twee bakplaten tegelijkertijd
gebruikt, dient u één niveau ertussen leeg
te laten.
Voor de bereiding van vlees en vis
Gebruik een diepe bak voor erg vet
voedsel om te oven te behoeden voor
blijvende vetvlekken.
Laat het vlees ongeveer 15 minuten
rusten voordat u het aansnijdt, zodat het
vleessap er niet uit stroomt.
Om te veel rook tijdens het braden in de
oven te vermijden, kunt u een beetje water
in de lekbak gieten. Om rook te vermijden,
voegt u water toe wanneer het is
opgedroogd.
Bereidingstijden
De bereidingsduur is afhankelijk van het
soort voedsel, de samenstelling en het
volume.
Houd in eerste instantie het
bereidingsproces in de gaten. Zoek bij het
gebruik van dit apparaat de beste
instellingen (temperatuur, bereidingsduur,
etc.) voor uw kookgerei, recepten en
hoeveelheden.
20
Bakken en roosteren
CAKES
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Recepten met
klopper
170 2 160 3 (2 en
4)
45 - 60 Cakevorm
Zandkoekjes‐
deeg
170 2 160 3 (2 en
4)
20 - 30 Cakevorm
Kwarktaart met
karnemelk
170 1 165 2 80 -
100
Cakevorm, Ø 26
cm
Strudel 175 3 150 2 60 - 80 Bakplaat
Jamtaart 170 2 165 2 30 - 40 Cakevorm, Ø 26
cm
Kerstkrans,
verwarm de
oven voor
160 2 150 2 90 -
120
Cakevorm, Ø 20
cm
Pruimentaart,
verwarm de
oven voor
175 1 160 2 50 - 60 Broodvorm
Koekjes 140 3 140 -
150
3 25 - 45 Bakplaat
Schuimgebak‐
jes
120 3 120 3 80 -
100
Bakplaat
Schuimgebak‐
jes, verwarm
de oven voor,
twee niveaus
- - 120 2 en 4 80 -
100
Bakplaat
Broodjes, ver‐
warm de oven
voor
190 3 190 3 12 - 20 Bakplaat
Eclairs 190 3 170 3 25 - 35 Bakplaat
Eclairs, twee
niveaus
- - 170 2 en 4 35 - 45 Bakplaat
Taartjes 180 2 170 2 45 - 70 Cakevorm, Ø 20
cm
21
CAKES
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Rijke vruchten‐
cake
160 1 150 2 110 -
120
Cakevorm, Ø 24
cm
Victoriataart
met jamvulling
170 1 160 2 30 - 50 Cakevorm, Ø 20
cm
Verwarm de lege oven voor.
BROOD EN PIZZA
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Witbrood, 1 -
2 stuks, 0,5
kg elk
190 1 190 1 60 - 70 -
Roggebrood,
voorverwar‐
ming is niet
nodig
190 1 180 1 30 - 45 Broodvorm
Broodjes, 6 -
8 broodjes
190 2 180 2 (2 en 4) 25 - 40 Bakplaat
Pizza 230 -
250
1 230 -
250
1 10 - 20 Bakplaat /
Braadpan
Scones 200 3 190 3 10 - 20 Bakplaat
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de taartvorm.
22
FLANS
Boven + onderwarm‐
te
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Pastataart, voorverwar‐
ming is niet nodig
200 2 180 2 40 - 50
Hartige groentetaart,
voorverwarming is niet
nodig
200 2 175 2 45 - 60
Quiches 180 1 180 1 50 - 60
Lasagne 180 - 190 2 180 - 190 2 25 - 40
Cannelloni 180 - 190 2 180 - 190 2 25 - 40
Gebruik de tweede rekstand.
Maak gebruik van het bakrooster.
VLEES
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Rundvlees 200 190 50 - 70
Varkensvlees 180 180 90 - 120
Kalfsvlees 190 175 90 - 120
Engelse rosbief, rood 210 200 50 - 60
Engelse rosbief, medium 210 200 60 - 70
Engelse biefstuk, bien cuit 210 200 70 - 75
23
VLEES
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Varkensbraadstuk, met
zwoerd
180 2 170 2 120 - 150
Varkensschenkel, 2 stuks 180 2 160 2 100 - 120
Lamsbout 190 2 175 2 110 - 130
Hele kip 220 2 200 2 70 - 85
Hele kalkoen 180 2 160 2 210 - 240
Hele eend 175 2 220 2 120 - 150
Hele gans 175 2 160 1 150 - 200
Konijn, in stukken gesneden 190 2 175 2 60 - 80
Haas, in stukken gesneden 190 2 175 2 150 - 200
Hele fazant 190 2 175 2 90 - 120
Gebruik de tweede rekstand.
VIS
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Forel / Zeebrasem, 3 - 4 vissen 190 175 40 - 55
Tonijn / Zalm, 4 - 6 filets 190 175 35 - 60
Grillen
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de vierde rekstand.
Grill met de maximale temperatuurinstelling.
24
GRILLEN
(kg)
(min)
1e kant
(min)
2e kant
Ossenhaas, 4 stuks 0,8 12 - 15 12 - 14
Biefstuk, 4 stuks 0,6 10 - 12 6 - 8
Worstjes, 8 - 12 - 15 10 - 12
Varkenskoteletten, 4 stuks 0,6 12 - 16 12 - 14
Halve kip, 2 1 30 - 35 25 - 30
Kebabs, 4 - 10 - 15 10 - 12
Kippenborst, 4 stuks 0,4 12 - 15 12 - 14
Hamburgers, 6 0,6 20 - 30 -
Visfilet, 4 stuks 0,4 12 - 14 10 - 12
Geroosterde sandwiches, 4 - 6 - 5 - 7 -
Geroosterd brood, 4 - 6 - 2 - 4 2 - 3
Circulaviegrill
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de eerste of tweede rekstand.
Om de baktijd te berekenen
vermenigvuldigt u de tijd die in de
onderstaande tabel wordt gegeven met de
centimeters van de dikte van de filet.
RUNDVLEES
(°C) (min)
Rosbief of ossen‐
haas, rood
190 -
200
5 - 6
Rosbief of ossen‐
haas, medium
180 -
190
6 - 8
Rosbief of ossen‐
haas, gaar
170 -
180
8 - 10
VARKENSVLEES
(°C) (min)
Schouder / Nek /
Hamlap, 1 - 1,5
kg
160 -
180
90 - 120
Karbonade / Spa‐
re ribs, 1 - 1,5 kg
170 -
180
60 - 90
Gehaktbrood,
0,75 - 1 kg
160 -
170
50 - 60
Varkensschenkel,
voorgekookt, 0,75
- 1 kg
150 -
170
90 - 120
25
KALFSVLEES
(°C) (min)
Geroosterd kalfs‐
vlees, 1 kg
160 -
180
90 - 120
Kalfsschenkel,
1,5 - 2 kg
160 -
180
120 -
150
LAMSVLEES
(°C) (min)
Lamsbout / Ge‐
roosterd lams‐
vlees, 1 - 1,5 kg
150 -
170
100 -
120
Lamsrugfilet, 1 -
1,5 kg
160 -
180
40 - 60
GEVOGELTE
(°C) (min)
Gevogelte, por‐
ties, 0,2 - 0,25 kg
elk
200 -
220
30 - 50
Halve kip, 0,4 -
0,5 kg elk
190 -
210
35 - 50
Kip, haantje, 1 -
1,5 kg
190 -
210
50 - 70
Eend, 1,5 - 2 kg 180 -
200
80 - 100
GEVOGELTE
(°C) (min)
Gans, 3,5 - 5 kg 160 -
180
120 -
180
Kalkoen, 2,5 -
3,5 kg
160 -
180
120 -
150
Kalkoen, 4 - 6 kg 140 -
160
150 -
240
VIS (GESTOOMD)
(°C) (min)
Hele vis, 1 - 1,5
kg
210 -
220
40 - 60
Lage temperatuur garen
Met deze functie bereidt u vlees en vis op
magere wijze mals. De functie is niet van
toepassing op gevogelte, vet
varkensgebraad, gebraad.
1. Bak het vlees 1 - 2 minuten aan beide
zijden aan in een pan op een hoog
vuur.
2. Plaats het vlees in de braadslede of
direct op het bakrooster. Zet een plaat
onder het rooster om vet op te vangen.
Kook altijd zonder deksel terwijl u deze
functie gebruikt.
3. Selecteer de functie: Lage temperatuur
garen. U kunt gedurende de eerste 10
minuten de temperatuur instellen op
een temperatuur tussen de 80 °C en
150 °C. De standaard is 90 °C.
4. Na 10 minuten verlaagt de oven
automatisch de temperatuur tot 80 °C.
26
Stel de temperatuur in op 120 °C.
(kg)
(min)
Steaks 0,2 - 0,3 20 - 40 3
Runderbiefstuk 1 - 1,5 90 - 150 3
Rosbief 1 - 1,5 120 - 150 1
Geroosterd kalfsvlees 1 - 1,5 120 - 150 1
Ontdooien
(kg)
Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd (min)
Kip 1 100 - 140 20 - 30 Leg de kip op een
omgekeerde onder‐
schotel in een groot
bord. Halverwege
de bereidingstijd
omdraaien.
Vlees 1 100 - 140 20 - 30 Halverwege de be‐
reidingstijd omdraai‐
en.
0,5 90 - 120
Room 2 x 0,2 80 - 100 10 - 15 Room kan ook met
nog licht bevroren
deeltjes goed wor‐
den geklopt.
Forel 0,15 25 - 35 10 - 15 -
Aardbeien 0,3 30 - 40 10 - 20 -
Boter 0,25 30 - 40 10 - 15 -
Taart 1,4 60 60 -
Inmaken
Gebruik alleen weckpotten van dezelfde
afmetingen.
Gebruik geen weckpotten met een draai-
of bajonetsluiting en metalen bakken.
Gebruik de eerste rekstand.
Zet niet meer dan zes weckflessen van 1
liter op het bakrooster.
Vul de glazen potten gelijkmatig en sluit
ze af met een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet raken.
27
Vul ca. 1/2 liter water op de plaat, zodat er
voldoende vocht in de oven ontstaat.
Als de vloeistof in de weckpotten begint te
borrelen (na ca. 35 - 60 minuten bij
weckpotten van 1 liter), stop de oven of
verlaag de temperatuur tot 100 °C
(raadpleeg de tabel).
Stel de temperatuur in op 160 - 170 °C.
ZACHTE VRUCHTEN
(min)
Kooktijd tot het
sudderen begint
Aardbeien / Bosbes‐
sen / Frambozen /
rijpe kruisbessen
35 - 45
STEENVRUCHTEN
(min)
Kooktijd
tot het
sudderen
begint
(min)
Door blij‐
ven ko‐
ken op
100 °C
Perziken /
Kweeperen /
Pruimen
35 - 45 10 - 15
GROENTEN
(min)
Kooktijd
tot het
sudderen
begint
(min)
Door blij‐
ven koken
op 100 °C
Wortelen 50 - 60 5 - 10
GROENTEN
(min)
Kooktijd
tot het
sudderen
begint
(min)
Door blij‐
ven koken
op 100 °C
Komkom‐
mers
50 - 60 -
Gemengde
augurken
50 - 60 5 - 10
Koolrabi /
Erwten / As‐
perge
50 - 60 15 - 20
Drogen - Hetelucht
Gebruik hiervoor een met boterhampapier
of bakpapier belegde plaat.
Stop de oven voor een beter resultaat
halverwege de droogtijd, open de deur en
laat het één nacht afkoelen om het drogen
te voltooien.
Gebruik voor 1 bakplaat de derde
rekstand.
Gebruik voor 2 bakplaten de eerste en de
vierde rekstand.
GROENTEN
(°C) (u)
Bonen 60 - 70 6 - 8
Paprika’s 60 - 70 5 - 6
Soepgroenten 60 - 70 5 - 6
Champignons 50 - 60 6 - 8
Kruiden 40 - 50 2 - 3
Stel de temperatuur in op 60 - 70 °C.
28
FRUIT
(u)
Pruimen 8 - 10
Abrikozen 8 - 10
Schijfjes appel 6 - 8
FRUIT
(u)
Peren 6 - 9
Warmelucht (vochtig) -
aanbevolen accessoires
Gebruik de donkere en niet-reflecterende
bakjes en schalen. Ze nemen de warmte
beter op dan licht en reflecterend servies.
Pizza pan
Ovenschotel
Ovenschaal‐
tjes
Blik voor flanbo‐
dem
Donker, niet-reflecte‐
rend
Diameter van 28 cm
Donker, niet-reflecterend
Diameter van 26 cm
Keramiek
8 cm diame‐
ter, 5 cm
hoog
Donker, niet-reflecte‐
rend
Diameter van 28 cm
Warmelucht (vochtig)
Volg voor de beste resultaten de volgende
aanwijzingen op die hieronder in de tabel
staan.
(°C) (min)
Zoete broodjes,
16 stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 20 - 30
Broodjes, 9
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 30 - 40
Pizza, bevroren,
0,35 kg
rooster 220 2 10 - 15
29
(°C) (min)
Koninginnen‐
brood (opgerol‐
de cake met
jam)
bakplaat of lekschaal 170 2 25 - 35
Brownie bakplaat of lekschaal 175 3 25 - 30
Soufflé, 6 stuks keramieken vormpjes
op rooster
200 3 25 - 30
Luchtige vlaai‐
bodem
flanvorm op rooster 180 2 15 - 25
Victoriataart met
jamvulling
ovenschaal op rooster 170 2 40 - 50
Gepocheerde
vis, 0,3 kg
bakplaat of lekschaal 180 3 20 - 25
Hele vis, 0,2 kg bakplaat of lekschaal 180 3 25 - 35
Visfilet, 0,3 kg pizzavorm op rooster 180 3 25 - 30
Gepocheerd
vlees, 0,25 kg
bakplaat of lekschaal 200 3 35 - 45
Sjasliek, 0,5 kg bakplaat of lekschaal 200 3 25 - 30
Koekjes, 16
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 20 - 30
Makarons, 24
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 25 - 35
Muffins, 12
stuks
bakplaat of lekschaal 170 2 30 - 40
Hartig gebak, 20
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 25 - 30
Zandkoekjes, 20
stuks
bakplaat of lekschaal 150 2 25 - 35
Taartjes, 8 stuks bakplaat of lekschaal 170 2 20 - 30
Groenten, gepo‐
cheerd, 0,4 kg
bakplaat of lekschaal 180 3 35 - 45
Vegetarisch om‐
elet
pizzavorm op rooster 200 3 25 - 30
Mediterrane
groenten, 0,7 kg
bakplaat of lekschaal 180 4 25 - 30
30
Aanwijzingen voor testinstituten
Testen volgens IEC 60350-1.
(°C) (min)
Kleine
cakes,
20
stuks
per bak‐
plaat
Boven +
onder‐
warmte
Bak‐
plaat
3 170 20 - 30 -
Kleine
cakes,
20
stuks
per bak‐
plaat
Hetelucht Bak‐
plaat
3 150 -
160
20 - 35 -
Kleine
cakes,
20
stuks
per bak‐
plaat
Hetelucht Bak‐
plaat
2 en
4
150 -
160
20 - 35 -
Appel‐
taart, 2
blikken
Ø20 cm
Boven +
onder‐
warmte
Bak‐
rooster
2 180 70 - 90 -
Appel‐
taart, 2
blikken
Ø20 cm
Hetelucht Bak‐
rooster
2 160 70 - 90 -
Biscuit‐
gebak,
taart‐
vorm
Ø26 cm
Boven +
onder‐
warmte
Bak‐
rooster
2 170 40 - 50 Verwarm de
oven 10 minuten
voor.
Biscuit‐
gebak,
taart‐
vorm
Ø26 cm
Hetelucht Bak‐
rooster
2 160 40 - 50 Verwarm de
oven 10 minuten
voor.
31
(°C) (min)
Biscuit‐
gebak,
taart‐
vorm
Ø26 cm
Hetelucht Bak‐
rooster
2 en
4
160 40 - 60 Verwarm de
oven 10 minuten
voor.
Zand‐
taart‐
deeg
Hetelucht Bak‐
plaat
3 140 -
150
20 - 40 -
Zand‐
taart‐
deeg
Hetelucht Bak‐
plaat
2 en
4
140 -
150
25 - 45 -
Zand‐
taart‐
deeg
Boven +
onder‐
warmte
Bak‐
plaat
3 140 -
150
25 - 45 -
Geroo‐
sterd
brood, 4
- 6
stuks
Grillen Bak‐
rooster
4 max. 2 - 3 minuten
eerste kant; 2
- 3 minuten
tweede kant
Verwarm de
oven 3 minuten
voor.
Runder‐
burger,
6 stuks,
0,6 kg
Grillen Rooster
en lek‐
bak
4 max. 20 - 30 Plaats het roos‐
ter op het vierde
niveau en de lek‐
bak op het derde
niveau in de
oven. Draai het
voedsel halver‐
wege de berei‐
dingstijd om.
Verwarm de
oven 3 minuten
voor.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
32
Opmerkingen over schoonmaken
Reinigings‐
middelen
Maak de voorkant van de oven schoon met een zachte doek, warm water en
een mild reinigingsmiddel.
Gebruik voor metalen oppervlakken een specifiek reinigingsmiddel.
Verwijder hardnekkige vlekken met een speciale ovenreiniger.
Dagelijks
gebruik
Reinig de uitsparing in de oven na elk gebruik. Vetophoping of andere voe‐
dingsresten kunnen brand veroorzaken. Het gevaar is groter voor de grillpan.
Vocht kan in de oven of op de glazen deurpanelen condenseren. Om de con‐
dens te verminderen, dient u de oven 10 minuten te laten voorverwarmen.
Droog de uitsparing na elk gebruik met een zachte doek.
Accessoires
Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze drogen. Gebruik een zachte
doek met een warm sopje en een reinigingsmiddel. De accessoires niet in de
afwasmachine reinigen.
Reinig de antiaanbakaccessoires niet met agressieve middelen, scherpe
voorwerpen of in een vaatwasser.
Ovens van roestvrij staal of
aluminium
Maak de ovendeur alleen met een
vochtige doek of natte spons schoon.
Droog maken met een zachte doek.
Vermijd het gebruik van staalwol, zure of
schurende producten, deze kunnen de
oppervlakken van de oven beschadigen.
Maak het bedieningspaneel van de oven
net zo voorzichtig schoon
Verwijderen: inschuifrails
Als u de binnenkant van de oven wilt
reinigen, verwijdert u de inschuifrails.
LET OP! Wees voorzichtig bij
het verwijderen van de
inschuifrails.
1. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
de zijwand.
2. Trek de geleider bij de achterkant uit
de zijwand en verwijder deze.
2
1
Installeer de verwijderde accessoires in de
omgekeerde volgorde.
Hoe te gebruiken: Pyrolyse
LET OP! Verwijder alle
accessoires en verwijderbare
inschuifrails.
33
De
pyrolysereinigingsprocedure
kan niet worden gestart:
U heeft de ovendeur niet
helemaal gesloten. In
sommige modellen geeft de
display "C3" weer als deze
fout zich voordoet.
LET OP! Als er andere
apparaten in hetzelfde kastje
zijn geïnstalleerd, gebruik ze
dan niet tegelijk met de
pyrolytische functie. Dit kan de
oven beschadigen.
De deur wordt vergrendeld tijdens de
pyrolytische reiniging. Het symbool en
de balkjes van de verwarmingsindicatie
lichten op totdat de deur weer is
ontgrendeld. De deur wordt ontgrendeld
wanneer de temperatuur in de oven onder
de veiligheidvoorwaarde ligt en de
pyrolytische reiniging is voltooid.
Het lampje brandt niet tijdens de
pyrolytische reiniging.
1. Reinig de ovenholte met warm water
en een mild reinigingsmiddel. Maak de
binnenruit van de deur schoon met
lauw water en een zachte doek.
2. Reinig de binnenkant van de deur met
warm water om te voorkomen dat
resten inbranden door hete lucht.
3. Schakel de oven in.
4. Druk herhaaldelijk op tot het
display "Pyro" toont, alsook het
nummer van het reinigingsprogramma.
5. Druk op .
6. Druk op of om de duur in te
stellen van de reinigingsprocedure:
Optie Beschrijving
1 1 h 30 min voor
een lichte reinig‐
ing
2 2 h voor een
standaard reinig‐
ing
3 2 h 30 min voor
een grondige re‐
iniging
U kunt de Eindfunctie gebruiken om
het starten van de reinigingsprocedure
uit te stellen.
7. Druk ter bevestiging op .
Hoe te gebruiken:
reinigingsherinnering
Het symbool voor de reinigingsherinnering
knippert gedurende 10 seconden op het
display
telkens als u het toestel hebt
uitgeschakeld om u eraan te herinneren
dat pyrolytische reiniging is vereist.
De reinigingsherinnering
gaat uit:
na het einde van de functie
pyrolytische reiniging.
wanneer u ze bij de
basisinstellingen
deactiveert. Raadpleeg "Het
instelmenu gebruiken".
De deur verwijderen en
installeren
De ovendeur beschikt over drie glazen
panelen. U kunt de ovendeur en het
interne glazen paneel verwijderen om het
schoon te maken. Lees de volledige
instructie 'Verwijderen van installatiedeur'
voordat u de glasplaten verwijdert.
De ovendeur kan dichtslaan als
u de glasplaten probeert te
verwijderen als de deur nog
gemonteerd is.
LET OP! Gebruik de oven nooit
zonder de glasplaten.
1. Open de deur helemaal en zoek het
scharnier aan de rechterkant van de
deur.
34
2. Gebruik een schroevendraaier om de
hendel van het rechterscharnier
volledig omhoog te tillen en te draaien.
3. Zoek het scharnier aan de linkerkant
van de deur.
4. Til de hendel van het linkerscharnier
volledig op en draai eraan.
5. Sluit de ovendeur halverwege tot de
eerste openingsstand. Til hem daarna
op en trek hem naar voren en
verwijder hem van zijn plek.
6. Leg de deur op een zachte doek op
een stabiele ondergrond.
7. Deurafdekking (B) aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten
vastpakken en naar binnen drukken
om de klemsluiting te ontgrendelen.
1
2
B
8. Trek de deur naar voren om hem te
verwijderen.
35
9. Houd de glazen deurpanelen bij de
bovenkant vast en trek ze er
voorzichtig een voor een uit. Start bij
het bovenste paneel. Zorg dat het glas
volledig uit de geleiders schuift.
10. Reinig de glasplaten met een sopje.
Droog de glasplaten voorzichtig af.
Reinig de glasplaten niet in de
vaatwasser.
Als de reiniging is voltooid, installeert u de
glasplaten en de ovendeur.
Zorg ervoor dat u de glasplaten (A en B)
weer in de juiste volgorde terugplaatst.
Controleer de zijkant van het glazen
paneel op het symbool / de print. Ieder
glazen paneel is anders om het uit elkaar
halen en in elkaar zetten eenvoudiger te
maken.
Als de deur correct wordt geïnstalleerd,
klikt de rand van de deur.
A B
Zorg ervoor dat u het middelste ruitje
correct in de uitsparingen plaatst.
A
B
Het lampje vervangen
WAARSCHUWING! Gevaar
voor elektrische schokken.
Het lampje kan heet zijn.
1. Oven uitschakelen.
Wacht totdat de oven afgekoeld is.
2. Trek de oven uit het stopcontact.
3. Leg een doek op de bodem van de
ovenruimte.
LET OP! Houd de
halogeenlamp altijd met een
doek vast om te voorkomen dat
er vetrestjes op de ovenlamp
verbranden.
Het achterste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp en
verwijder het.
2. Reinig de glasafdekking.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300°C hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
36
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Wat moet u doen als...
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt de oven niet inscha‐
kelen of bedienen.
De oven is niet aangesloten
op een stopcontact of is niet
goed geïnstalleerd.
Controleer of de oven goed
is aangesloten op het stop‐
contact (zie het aansluitdia‐
gram indien beschikbaar).
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De deur is niet goed geslo‐
ten.
Sluit de deur volledig.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellin‐
gen correct zijn.
De oven wordt niet warm. De automatische uitschake‐
ling is actief.
Raadpleeg 'Automatisch uit‐
schakelen'.
De oven wordt niet warm. Het kinderslot is geacti‐
veerd.
Raadpleeg "Het kinderslot
gebruiken".
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgesla‐
gen.
Ga na of de zekering de oor‐
zaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa‐
teur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Als de oven uit staat, toont
het display de tijd niet.
Het display is uitgeschakeld.
Raak en tegelijkertijd
aan om het display opnieuw
te activeren.
De bereiding van de gerech‐
ten duurt te lang of de ge‐
rechten worden te snel gaar.
De temperatuur is te laag of
te hoog.
Pas indien nodig de tempe‐
ratuur aan. Volg het advies
in de handleiding op.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
Laat gerechten na het berei‐
den niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
37
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Op het display verschijnt
"C3".
De reinigingsfunctie werkt
niet. De deur is niet volledig
gesloten of het deurslot is
defect.
Sluit de deur volledig.
Op het display verschijnt
"F102".
U heeft de deur niet hele‐
maal gesloten.
De deurvergrendeling is
stuk.
Sluit de deur volledig.
Schakel de oven uit via
de huiszekering of de
veiligheidsschakelaar in
de zekeringkast en scha‐
kel deze weer in.
Neem contact op met de
klantenservice, wanneer
"F102" opnieuw wordt
weergegeven.
Het display toont een foutco‐
de die niet in deze tabel
staat.
Er is een elektrische fout. Schakel de oven uit via
de huiszekering of de
veiligheidsschakelaar in
de zekeringkast en scha‐
kel deze weer in.
Neem contact op met de
klantenservice wanneer
de foutcode opnieuw
wordt weergegeven.
Het apparaat staat aan maar
wordt niet warm. De ventila‐
tor werkt niet. Op het display
verschijnt "Demo".
De demofunctie is ingescha‐
keld.
Raadpleeg het menu "De in‐
stellingen gebruiken" in het
hoofdstuk "Extra functies".
Onderhoudsgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper ofeen erkende serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich aan de
voorkant van de binnenkant van de oven.
Verwijder het typeplaatje niet uit de
ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
38
ENERGIEZUINIGHEID
Productinformatie- en productinformatieblad*
Naam leverancier Juno
Modelidentificatie
JB126D0 949498096
JB126S0 949498097
Energie-efficiëntie-index 81.2
Energie-efficiëntieklasse A+
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand bo‐
ven + onderwarmte
0.93 kWh/cyclus
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand hete‐
lucht
0.69 kWh/cyclus
Aantal holtes 1
Warmtebron Elektriciteit
Volume 72 l
Soort oven Inbouwoven
Massa
JB126D0 31.2 kg
JB126S0 31.3 kg
* Voor de Europese Unie overeenkomstig EU-verordeningen 65/2014 en 66/2014.
Voor de Republiek Belarus overeenkomstig STB 2478-2017, aanhangsel G; STB 2477-2017,
bijlagen A en B.
Voor Oekraïne overeenkomstig 568/32020.
De energie-efficiëntieklasse is niet van toepassing op Rusland.
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke kookapparaten - Deel 1: Range-ovens, ovens, stoom‐
ovens en grills - Methoden voor prestatiemeting.
Energiebesparing
Deze oven bevat functies die u
helpen energie te besparen
tijdens het dagelijks koken.
Zorg ervoor dat de ovendeur goed
gesloten is als u de oven in werking stelt.
De deur niet openen tijdens de bereiding
met stoom. Houd het deurrubber schoon
en zorg ervoor dat het goed op zijn plaats
vastzit.
Gebruik metalen kookgerei om meer
energie te besparen.
Verwarm de oven indien mogelijk niet voor
het koken voor.
Houd de onderbrekingen tussen het
bakken zo kort mogelijk als u een aantal
gerechten tegelijkertijd bereidt.
Bereiding met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de
bereidingsfuncties met hete lucht om
energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden, als een
programma met tijdselectie (Duur of
Einde) in werking is en de bereidingstijd
39
langer is dan 30 minuten, de
verwarmingselementen automatisch
eerder uitgeschakeld.
De lamp en ventilator blijven wel werken.
Wanneer u de oven uitschakelt, geeft het
display de restwarmte aan. U kunt die
warmte gebruiken om het eten warm te
houden.
Wanneer de kookduur langer is dan 30
minuten, verlaag dan de oventemperatuur
tot minimaal 3-10 minuten voor het einde
van het koken. De restwarmte in de oven
zorgt ervoor dat het gerecht wordt
voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken om
andere maaltijden op te warmen.
Eten warm houden
Kies de laagst mogelijke
temperatuurinstelling om de restwarmte te
gebruiken en een maaltijd warm te
houden. Het indicatielampje van de
restwarmte of temperatuur verschijnt op
het display.
Koken met de verlichting uitgeschakeld
Schakel de verlichting tijdens het koken
uit. Doe het aan als u het nodig heeft.
Warmelucht (vochtig)
Functie is ontworpen om tijdens de
bereiding energie te besparen.
Als u deze functie gebruikt, gaat de
verlichting na 30 seconden automatisch
uit. U kunt de verlichting weer inschakelen
maar deze handeling vermindert de
verwachte energiebesparingen.
Het display deactiveren
U kunt het display uitschakelen. Houd
en tegelijkertijd ingedrukt. Herhaal
deze stap om het in te schakelen.
MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
afvalcontainer om het te recycleren.
Bescherm het milieu en de
volksgezondheid en recycleer op een
correcte manier het afval van elektrische
en elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval.
Breng het product naar het milieustation
bij u in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
40
*
41
42
43
867355745-C-332019
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Juno JB126D0 Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor