Garmin Panoptix™ PS51-TH Installatie gids

Type
Installatie gids

Deze handleiding is ook geschikt voor

Panoptix
PS51-TH
FrontVü/LiveVü door-
de-huid transducer
Installatie-instructies
Belangrijke veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de
verpakking van de kaartplotter voor waarschuwingen met
betrekking tot het product en andere belangrijke informatie.
Het toestel moet worden bevestigd met ten minste een van de
meegeleverde anti-rotatiebouten. Als u dit niet doet, kan het
toestel gaan draaien terwijl de boot beweegt en het schip
mogelijk beschadigen.
U bent verantwoordelijk voor de veilige en voorzichtige besturing
van uw vaartuig. Sonar is een hulpmiddel dat u meer informatie
geeft over het water onder uw boot. Het ontheft u echter niet van
uw verantwoordelijkheid om het water rond uw boot in de gaten
te houden tijdens het navigeren.
VOORZICHTIG
Het niet in overeenstemming met deze instructies installeren en
onderhouden van dit toestel kan leiden tot schade of letsel.
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een
stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
LET OP
Controleer voordat u gaat boren of zagen wat zich aan de
andere kant van het oppervlak bevindt.
Deze apparatuur dient te worden geïnstalleerd door een
gekwalificeerde nautische installateur.
Om de beste prestaties te garanderen en schade aan uw boot te
voorkomen, moet u het Garmin
®
toestel aan de hand van de
volgende instructies installeren.
Lees alle installatie-instructies zorgvuldig door voordat u met de
installatie begint. Als u problemen ondervindt tijdens het
installeren, kunt u voor meer informatie terecht op
support.garmin.com.
Het toestel registreren
Vul de onlineregistratie vandaag nog in zodat wij u beter kunnen
helpen. Bewaar uw originele aankoopbewijs of een fotokopie op
een veilige plek.
1
Ga naar my.garmin.com.
2
Aanmelden bij uw Garmin account.
Contact opnemen met Garmin Support
Ga naar support.garmin.com voor hulp en informatie, zoals
producthandleidingen, veelgestelde vragen video's en
klantondersteuning.
Bel in de VS met 913-397-8200 of 1-800-800-1020.
Bel in het VK met 0808 238 0000.
Bel in Europa met +44 (0) 870 850 1241.
De nieuwe software op een geheugenkaart laden
U moet de software-update naar een geheugenkaart kopiëren
via een computer met Windows
®
software.
OPMERKING: U kunt contact opnemen met Garmin support om
een vooraf geladen kaart met software-update te bestellen als u
geen computer met Windows software hebt.
1
Plaats een geheugenkaart in de kaartsleuf van de computer.
2
Ga naar www.garmin.com/support/software/marine.html.
3
Selecteer de software-updatebundel die overeenkomt met de
kaartplotter die moet worden bijgewerkt.
OPMERKING: De software-updatebundel bevat updates
voor alle met de kaartplotter verbonden toestellen. U kunt
Bekijk alle toestellen in deze bundel selecteren om de in de
download opgenomen toestellen te bevestigen.
4
Selecteer Downloaden.
5
Lees en accepteer de voorwaarden.
6
Selecteer Downloaden.
7
Kies een locatie en selecteer Sla op.
8
Dubbelklik op het gedownloade bestand.
9
Selecteer Volgende.
10
Selecteer het station van de geheugenkaart en selecteer
vervolgens Volgende > Voltooi.
Op de geheugenkaart wordt een Garmin map gemaakt met de
software-update. De software-update op de geheugenkaart
laden kan een paar minuten duren.
De software van het toestel bijwerken
Voordat u de software kunt bijwerken, moet u beschikken over
een software-update op een geheugenkaart of de nieuwste
software zelf op een geheugenkaart laden.
1
Schakel de kaartplotter in.
2
Nadat het startscherm verschijnt, plaatst u de geheugenkaart
in de kaartsleuf.
OPMERKING: De instructies voor de software-update
verschijnen alleen als het toestel volledig is opgestart voordat
u de kaart plaatst.
3
Volg de instructies op het scherm.
4
Wacht enkele minuten totdat de software-update is voltooid.
5
Laat de geheugenkaart op zijn plaats zitten en start de
kaartplotter handmatig opnieuw op, wanneer daar om wordt
gevraagd.
6
Verwijder de geheugenkaart.
OPMERKING: Als de geheugenkaart wordt verwijderd
voordat het toestel opnieuw is opgestart, is de software-
update niet voltooid.
Transducerinstellingen en -bediening
Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw kaartplotter voor
informatie over transducerinstellingen en -bediening.
Aandachtspunten bij de montage
Op een boot met een deadrisehoek van meer dan 5° moet
een fairingblok worden gemaakt (niet beschikbaar voor
verkoop).
Op een boot met een 12° deadrisehoek kan de transducer
met een fairingblok worden gebruikt voor een scheepshuid
met een dikte van maximaal 29 mm (1,15 in.).
Mei 2019
190-02163-90_0D
Op een boot met een 20° deadrisehoek kan de transducer
met een fairingblok worden gebruikt voor een scheepshuid
met een dikte van maximaal 19 mm (
3
/
4
in.).
Op boten met een waterverplaatsende romp moet de
transducer worden bevestigd nabij de middenlijn.
Op boten met een planerende romp moet de transducer
worden bevestigd achter, op of nabij de middenlijn, binnen de
eerste set stringers die de boot optillen.
Op boten met een waterverplaatsende of planerende romp,
moet de transducer worden bevestigd aan de stuurboordzijde
van de romp, waar de schroefbladen omlaag bewegen.
Op stepped hull-boten moet de transducer worden bevestigd
direct voor de eerste verspringing.
Op boten met een vinkiel moet de transducer meer dan
300 mm (12 in.) en minder dan 600 mm (24 in.) vóór de kiel
en op of nabij de middenlijn worden bevestigd.
Op boten met een volledige kiel moet de transducer in het
midden van de boot worden bevestigd, weg van de kiel en op
het punt van minimale deadrise.
Op boten met één schroef moet de transducer niet worden
gemonteerd in het pad van de schroef.
Op boten met twee schroeven moet de transducer zo
mogelijk worden gemonteerd tussen de beide schroeven.
De transducer moet worden gemonteerd op een vlakke
locatie met een deadrisehoek van minder dan 6°.
De transducer moet worden gemonteerd op ruime afstand
vóór de schroeven en schroefassen.
De transducer moet worden gemonteerd op een locatie waar
de transducer verticaal is wanneer de boot onderweg is. Als
de transducer naar voren overhelt, kan het lijken of de bodem
van het water omhoog loopt. Als de transducer naar achteren
overhelt, kan er enige oppervlakteruis verschijnen.
De transducer moet worden gemonteerd op een afstand van
minimaal 600 mm (24 in.) van andere transducers.
De transducer moet worden gemonteerd op een locatie waar
de kiel of schroefassen niet in de weg zitten.
De transducer moet worden gemonteerd op een locatie waar
deze zich voortdurend onder water bevindt.
De transducer moet worden bevestigd op een plaats die
toegang tot de transducer biedt vanaf de binnenzijde van de
boot.
Plaats de transducer niet achter planken, stijlen, beslag, de
waterinlaat of uitlaatpoort, of op plaatsen waar luchtbellen of
waterturbulenties ontstaan.
De transducer moet niet worden gemonteerd op een plaats
waar deze beschadigd kan raken bij het te water laten of
binnenhalen van de boot.
De transducer kan cavitatie veroorzaken, wat een negatieve
invloed kan hebben op de prestaties van de boot en de
schroef kan beschadigen.
De transducer moet zich in schoon (niet-turbulent) water
bevinden voor optimale prestaties.
Als u vragen hebt over de juiste locatie van de door-de-huid
transducer, neem dan voor advies contact op met de bouwer
van uw boot of met eigenaren van soortgelijke boten.
Benodigd gereedschap
Boormachine en 3 mm (
1
/
8
in.) boortje
Gatenzaag van 51 mm (2 in.) (glasvezelromp)
Gatenzaag van 57 mm (2
1
/
4
in.) (metalen romp)
Gatenzaag van 60 mm (2
3
/
8
in.) (glasvezelromp met een
kern)
Schuurpapier
Bandzaag (voor fairingblok)
Watervaste kit
Waterpomptang (metalen romp)
Kabelbinders
Metaalvijl (metalen romp)
Glasvezeldoek en hars (optie voor afdichten van een
glasvezelromp met kern)
Cilinder van 51 mm (2 in.), was, tape en epoxyhars (optie
voor afdichten van een glasvezelromp met kern)
Hoek voor fairingblok bepalen
Met een fairingblok kunt u uw transducer parallel aan de
waterlijn positioneren om de nauwkeurigheid van de
echoloodmetingen te optimaliseren. U dient de deadrisehoek
van de romp van uw boot te meten om te bepalen of een
fairingblok nodig is om de transducer te monteren. Als de
deadrisehoek van de montageplek meer dan 5° bedraagt, dient
u een fairingblok te gebruiken om de transducer te monteren.
Deadrisehoek
Deadrise is de hoek tussen een horizontale lijn en de romp van
een boot op een enkel punt. U kunt de deadrisehoek meten met
een smartphone app, een hoekmeter, een gradenboog of een
digitale waterpas. U kunt ook uw botenbouwer vragen wat de
deadrisehoek is op een bepaald punt op de romp van uw boot.
OPMERKING: Een boot kan verschillende deadrisehoeken
hebben, afhankelijk van de vorm van de romp. Meet de
deadrisehoek alleen op de locatie waar u de transducer wilt
installeren.
Het fairingblok uitzagen
VOORZICHTIG
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een
stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
1
Bevestig het fairingblok met houtschroeven op een stuk hout.
Het stuk hout wordt de zaagvorm voor het fairingblok.
2
Meet de deadrisehoek van de romp op de montageplek.
3
Kantel uw tafelzaagblad gelijk aan de deadrisehoek en zet
de langsgeleider vast.
4
Plaats het fairingblok op de tafel zodat de zaaggeleider tegen
de langsgeleider rust en de hoek overeenkomt met de
hoek op de montageplek.
2
5
Stel de langsgeleider zo af dat het fairingblok een
minimale dikte heeft van 2 mm (
1
/
16
in.).
OPMERKING: De maximale zaaghoek voor het fairingblok
is
20°.
6
Zaag het fairingblok uit.
7
Vorm het fairingblok met een raspvijl of powertool zo
nauwkeurig mogelijk naar de romp.
8
Gebruik het resterende deel van het fairingblok als steunblok
aan de binnenkant van de romp.
Installatie-instructies voor glasvezelromp
met kern
Een glasvezelromp met kern voorbereiden
LET OP
Als de kern van een glasvezelromp met kern niet goed is
afgedicht, kan water binnendringen in de kern en ernstige
schade aan de boot veroorzaken.
Glasvezel of epoxyhars (niet meegeleverd)
Cilindervormige afstandhouder (bussen inbegrepen)
Binnenste glasvezelhuid
Kern
Buitenste glasvezelhuid
1
Boor het gat door de romp.
2
Dicht de kern in de romp af met glasvezel (De kern afdichten
met glasvezel, pagina 3) of epoxyhars (De kern afdichten
met epoxyhars, pagina 3).
De kern afdichten met glasvezel
1
Bestrijk een laag glasvezeldoek met glasvezelhars en plaats
deze vanaf de binnenkant van de boot in het gat om de kern
af te dichten.
2
Voeg lagen glasvezeldoek en hars toe totdat het gat de juiste
diameter van 50 mm (2 in.) heeft.
3
Nadat het glasvezelhars is uitgehard, schuurt en reinigt u de
binnenzijde en de omgeving van het gat.
De glasvezelromp met kern is nu voorbereid, en u kunt de
installatie van de transducer nu uitvoeren.
De kern afdichten met epoxyhars
Om de kern goed te kunnen afdichten met epoxyhars, moet u
een cilinder maken met een diameter van 50 mm (2 in.), die
dient als afstandhouder terwijl de epoxy uithardt.
1
Breng was aan op een cilinder van 50 mm (2 in.).
2
Plaats de cilinder in het gat in de buitenste huid en maak
deze met tape vast op de juiste plaats op de buitenkant van
de boot.
3
Vul de ruimte tussen de cilinder en de kern met epoxyhars.
4
Verwijder nadat de epoxy is uitgehard de cilinder en schuur
en reinig het gat en de ruimte eromheen.
De glasvezelromp met kern is nu voorbereid, en u kunt de
installatie van de transducer nu uitvoeren.
Een gat boren in een glasvezelromp met kern
1
Boor vanaf de binnenkant van de boot een voorboorgat van
3 mm (
1
/
8
in.) volledig door de romp heen.
2
Bekijk het voorboorgat aan de buitenzijde van de boot en
kies een optie:
Als het voorboorgat niet op de juiste plaats zit, vul het gat
dan met epoxyhars en herhaal stap 1.
Als u geen fairingblok gebruikt, houdt u een gatenzaag
van 51 mm (2 in.) haaks op de romp en zaagt u vanaf de
buitenkant van de boot een gat door alleen de buitenste
glasvezelhuid. Zaag NIET helemaal door de romp.
Als u een fairingblok gebruikt, houdt u een gatenzaag van
51 mm (2 in.) haaks op de wateroppervlak en zaagt u
vanaf de buitenkant van de boot een gat door alleen de
buitenste glasvezelhuid. Zaag NIET helemaal door de
romp.
3
Maak aan de binnenkant van de boot op de plaats van het
voorboorgat met een gatenzaag een gat dat 9 tot 12 mm (
3
/
8
tot
1
/
2
in.) groter is dan het gat dat u aan de buitenkant van
de boot hebt gemaakt in stap 2.
U moet alleen door de binnenste glasvezelhuid en het
grootste deel van de kern zagen, zonder door de buitenste
huid te zagen.
OPMERKING: Pas bij het zagen door de binnenste
glasvezelhuid op dat u niet door de buitenste glasvezelhuid
zaagt, anders kunt u de romp niet goed afdichten.
4
Verwijder de binnenste glasvezelhuid en de kern die u in stap
3 hebt uitgezaagd.
U moet de binnenzijde van de buitenste glasvezelhuid nu
kunnen zien.
5
Schuur de binnenkant van het gat en het gebied rondom het
gat in de binnenste en buitenste glasvezelhuid.
6
Maak het gebied schoon met een zacht schoonmaakmiddel
of oplosmiddel, zoals isopropylalcohol, om stof en vuil te
verwijderen.
Watervaste kit aanbrengen op een door-de-huid fitting
U dient watervaste kit op het pad van het water aan te brengen
om een waterdichte afdichting te maken tussen het fairingblok,
de door-de-huid fitting en de romp.
1
Breng een laag van 2 mm (
1
/
16
in.) watervaste kit aan op de
rand van de behuizing waarmee de romp of fairing in contact
komt en aan de zijkant van de behuizing.
OPMERKING: De kit moet 6 mm (
1
/
4
in.) boven de bovenkant
van de romp uitsteken om de romp watervast te maken en de
rompmoer vast te maken.
2
Vul de gaten in het fairing- en steunblok.
Een door-de-huid fitting met een fairingblok
installeren
Aanbevolen wordt dat twee installateurs deze instructies
uitvoeren, de een buiten de boot en de ander in de boot.
OPMERKING: Als u de door-de-huid fitting installeert in een
glasvezelromp met kern, moet u de moeren niet te strak
aandraaien om beschadiging van de romp te voorkomen.
1
Draai de door-de-huid fitting vanaf de buitenkant van de
romp door het fairingblok en het montagegat om de extra
kit eruit te persen.
3
2
Lijn de lange kant van het fairingblok parallel uit met de
middenlijn van de boot.
3
Schuif het steunblok vanaf de binnenkant van de romp op
de door-de-huid fitting en bevestig het blok stevig tegen de
binnenkant van de romp.
De pijlen moeten naar de boeg van de boot wijzen.
4
Bevestig het steunblok vanaf de binnenkant van de romp op
de door-de-huid fitting met de rubberen ring , de nylon ring
en de rompmoer door deze stevig aan te draaien met
een waterpomptang of bahco.
Draai de rompmoer niet te strak aan.
5
Verwijder voordat de kit is uitgehard alle overtollige kit aan de
buitenkant van het fairingblok en de buitenhuid om te zorgen
dat het water soepel over de transducer stroomt.
Een door-de-huid fitting zonder een fairingblok
installeren
Aanbevolen wordt dat twee installateurs deze instructies
uitvoeren, de een buiten de boot en de ander in de boot.
OPMERKING: Als u een door-de-huid fitting installeert in een
glasvezelromp zonder kern, moet u de moeren niet te strak
aandraaien om beschadiging van de romp te voorkomen.
1
Steek de door-de-huid fitting met een draaiende beweging
vanaf de buitenkant van de romp door het montagegat om de
extra kit eruit te persen.
2
Draai vanaf de binnenkant van de romp de rompmoer, de
nylon ring en de rubberen ring met een waterpomptang of
bahco vast op de door-de-huid fitting.
Draai de rompmoer niet te strak aan.
3
Verwijder voordat de kit is uitgehard alle overtollige kit van de
buitenkant van de buitenhuid om te zorgen dat het water
soepel over de transducer stroomt.
De transducer installeren in de door-de-huid fitting
Voordat u de transducer installeert, moet u de O-ringen
controleren en versleten of niet-intacte O-ringen vervangen.
1
Smeer de O-ringen en het boorgat in de behuizing in met
smeermiddel.
2
Plaats de transducer in de behuizing en lijn de pijl boven op
de transducer uit met de boeg.
3
Houd de pijl uitgelijnd met de boeg en draai de moerdop aan.
OPMERKING: Draai de moerdop niet te strak aan.
4
Steek één kant van de veiligheidsdraad door de moer en
moerdop en draai het eind om zichzelf heen.
5
Houd de draad strak en draai het losse eind van de
veiligheidsdraad om de behuizing heen.
6
Steek het draadje rechtstreeks door de andere kant van de
moerdop.
7
Haal het draadje nogmaals door hetzelfde gat en draai het
eind van het draadje om zichzelf heen.
8
Knip het veiligheidsdraadje indien nodig bij.
9
Leid de transducerkabel naar de kaartplotter.
OPMERKING: Gebruik geschikte kabelbinders om de
voedings- en netwerkkabels vast te maken. Door kabels vast
te maken, verlengt u de levensduur van de kabels.
Installatie-instructies voor glasvezelromp
zonder kern
Een gat boren in een romp zonder kern
1
Selecteer een bevestigingslocatie (Aandachtspunten bij de
montage, pagina 1).
2
Boor een voorboorgat van 3 mm (
1
/
8
in.) vanaf de buitenkant
van de romp.
3
Als het schip een romp van glasvezel heeft, brengt u
afdekband aan op het voorboorgat en het gebied eromheen
om beschadiging van de glasvezellaag te voorkomen.
4
Als u het gat met tape hebt afgedekt, snijdt u met een
stanleymes het gat uit in de tape.
5
Boor vanaf de buitenkant van de romp met een gatenboor
van 51 mm (2 in.) een gat op de locatie van het pengat.
6
Schuur het gebied rond het gat schoon.
Watervaste kit aanbrengen op een door-de-huid fitting
U dient watervaste kit op het pad van het water aan te brengen
om een waterdichte afdichting te maken tussen het fairingblok,
de door-de-huid fitting en de romp.
1
Breng een laag van 2 mm (
1
/
16
in.) watervaste kit aan op de
rand van de behuizing waarmee de romp of fairing in contact
komt en aan de zijkant van de behuizing.
OPMERKING: De kit moet 6 mm (
1
/
4
in.) boven de bovenkant
van de romp uitsteken om de romp watervast te maken en de
rompmoer vast te maken.
2
Vul de gaten in het fairing- en steunblok.
Een door-de-huid fitting met een fairingblok
installeren
Aanbevolen wordt dat twee installateurs deze instructies
uitvoeren, de een buiten de boot en de ander in de boot.
OPMERKING: Als u de door-de-huid fitting installeert in een
glasvezelromp met kern, moet u de moeren niet te strak
aandraaien om beschadiging van de romp te voorkomen.
1
Draai de door-de-huid fitting vanaf de buitenkant van de
romp door het fairingblok en het montagegat om de extra
kit eruit te persen.
4
2
Lijn de lange kant van het fairingblok parallel uit met de
middenlijn van de boot.
3
Schuif het steunblok vanaf de binnenkant van de romp op
de door-de-huid fitting en bevestig het blok stevig tegen de
binnenkant van de romp.
De pijlen moeten naar de boeg van de boot wijzen.
4
Bevestig het steunblok vanaf de binnenkant van de romp op
de door-de-huid fitting met de rubberen ring , de nylon ring
en de rompmoer door deze stevig aan te draaien met
een waterpomptang of bahco.
Draai de rompmoer niet te strak aan.
5
Verwijder voordat de kit is uitgehard alle overtollige kit aan de
buitenkant van het fairingblok en de buitenhuid om te zorgen
dat het water soepel over de transducer stroomt.
Een door-de-huid fitting zonder een fairingblok
installeren
Aanbevolen wordt dat twee installateurs deze instructies
uitvoeren, de een buiten de boot en de ander in de boot.
OPMERKING: Als u een door-de-huid fitting installeert in een
glasvezelromp zonder kern, moet u de moeren niet te strak
aandraaien om beschadiging van de romp te voorkomen.
1
Steek de door-de-huid fitting met een draaiende beweging
vanaf de buitenkant van de romp door het montagegat om de
extra kit eruit te persen.
2
Draai vanaf de binnenkant van de romp de rompmoer, de
nylon ring en de rubberen ring met een waterpomptang of
bahco vast op de door-de-huid fitting.
Draai de rompmoer niet te strak aan.
3
Verwijder voordat de kit is uitgehard alle overtollige kit van de
buitenkant van de buitenhuid om te zorgen dat het water
soepel over de transducer stroomt.
De transducer installeren in de door-de-huid fitting
Voordat u de transducer installeert, moet u de O-ringen
controleren en versleten of niet-intacte O-ringen vervangen.
1
Smeer de O-ringen en het boorgat in de behuizing in met
smeermiddel.
2
Plaats de transducer in de behuizing en lijn de pijl boven op
de transducer uit met de boeg.
3
Houd de pijl uitgelijnd met de boeg en draai de moerdop aan.
OPMERKING: Draai de moerdop niet te strak aan.
4
Steek één kant van de veiligheidsdraad door de moer en
moerdop en draai het eind om zichzelf heen.
5
Houd de draad strak en draai het losse eind van de
veiligheidsdraad om de behuizing heen.
6
Steek het draadje rechtstreeks door de andere kant van de
moerdop.
7
Haal het draadje nogmaals door hetzelfde gat en draai het
eind van het draadje om zichzelf heen.
8
Knip het veiligheidsdraadje indien nodig bij.
9
Leid de transducerkabel naar de kaartplotter.
OPMERKING: Gebruik geschikte kabelbinders om de
voedings- en netwerkkabels vast te maken. Door kabels vast
te maken, verlengt u de levensduur van de kabels.
Installatie-instructies voor boot met metalen
romp
Een gat boren in een metalen romp
1
Selecteer een bevestigingslocatie (Aandachtspunten bij de
montage, pagina 1).
2
Boor vanaf de buitenkant van de romp een voorboorgat van
3 mm (
1
/
8
in.) door de romp heen.
Het gat moet loodrecht op het wateroppervlak staan.
3
Zaag vanaf de buitenkant van de romp het pengat uit met
een gatenzaag van 57 mm (2
1
/
4
in.).
4
Schuur het gebied rond de gaten schoon.
Watervaste kit gebruiken op een door-de-huid fitting
in een metalen romp
U dient watervaste kit op het pad van het water aan te brengen
om een waterdichte afdichting te maken tussen het fairingblok,
de door-de-huid fitting en de romp.
1
Breng een laag van 2 mm (
1
/
16
in.) watervaste kit aan op de
rand van de behuizing waarmee de romp of fairing in contact
komt en aan de zijkant van de behuizing.
OPMERKING: De kit moet 6 mm (
1
/
4
in.) boven de bovenkant
van de romp uitsteken om de romp watervast te maken en de
rompmoer vast te maken.
2
Selecteer een optie:
Als u geen fairingblok gebruikt, schuift u isolatiebussen op
de behuizing en brengt u de kit aan op de oppervlakken
van de bussen die in contact komen met de romp. Vul de
gaten in en rondom de bussen.
Als u wel een fairingblok gebruikt, schuift u de isolatiemof
zo ver mogelijk over de ingebedde zijkanten van de
behuizing en brengt u een laag van 2 mm (
1
/
16
in.)
watervaste kit aan op de buitenkant van de mof. Vul de
gaten in het fairing- en steunblok.
Door-de-huid fitting installeren door een metalen
romp met een fairingblok
Aanbevolen wordt dat twee installateurs deze instructies
uitvoeren, de een buiten de boot en de ander in de boot.
1
Maak een ring en een bus vast aan de door-de-huid
fitting .
5
2
Draai de door-de-huid fitting vanaf de buitenkant van de romp
door het fairingblok en het montagegat om de extra kit
eruit te persen.
3
Lijn de lange kant van het fairingblok parallel uit met de
middenlijn van de boot.
4
Schuif het steunblok vanaf de binnenkant van de romp op
de door-de-huid fitting en bevestig het blok stevig tegen de
binnenkant van de romp.
De pijlen moeten naar de boeg van de boot wijzen.
5
Bevestig het steunblok vanaf de binnenkant van de romp op
de door-de-huid fitting met de rubberen ring , de nylon ring
en de rompmoer door deze stevig aan te draaien met
een waterpomptang of bahco.
6
Verwijder voordat de kit is uitgehard alle overtollige kit aan de
buitenkant van het fairingblok en de buitenhuid om te zorgen
dat het water soepel over de transducer stroomt.
Door-de-huid fitting installeren door een metalen
romp zonder een fairingblok
Aanbevolen wordt dat twee installateurs deze instructies
uitvoeren, de een buiten de boot en de ander in de boot.
1
Steek de door-de-huid fitting met een draaiende beweging
vanaf de buitenkant van de romp door de bussen en het
montagegat om de extra kit eruit te persen.
2
Draai vanaf de binnenkant van de romp de rompmoer, de
nylon ring en de rubberen ring met een waterpomptang of
bahco vast op de door-de-huid fitting.
3
Verwijder voordat de kit is uitgehard alle overtollige kit van de
buitenkant van de buitenhuid om te zorgen dat het water
soepel over de transducer stroomt.
De transducer installeren in de door-de-huid fitting
Voordat u de transducer installeert, moet u de O-ringen
controleren en versleten of niet-intacte O-ringen vervangen.
1
Smeer de O-ringen en het boorgat in de behuizing in met
smeermiddel.
2
Plaats de transducer in de behuizing en lijn de pijl boven op
de transducer uit met de boeg.
3
Houd de pijl uitgelijnd met de boeg en draai de moerdop aan.
OPMERKING: Draai de moerdop niet te strak aan.
4
Steek één kant van de veiligheidsdraad door de moer en
moerdop en draai het eind om zichzelf heen.
5
Houd de draad strak en draai het losse eind van de
veiligheidsdraad om de behuizing heen.
6
Steek het draadje rechtstreeks door de andere kant van de
moerdop.
7
Haal het draadje nogmaals door hetzelfde gat en draai het
eind van het draadje om zichzelf heen.
8
Knip het veiligheidsdraadje indien nodig bij.
9
Leid de transducerkabel naar de kaartplotter.
OPMERKING: Gebruik geschikte kabelbinders om de
voedings- en netwerkkabels vast te maken. Door kabels vast
te maken, verlengt u de levensduur van de kabels.
Onderhoud
De installatie testen
LET OP
U moet controleren of uw boot lekt voordat u deze gedurende
een langere periode in het water laat.
Omdat er water nodig is voor het geleiden van de
echoloodsignalen, werkt de transducer alleen goed als deze
zich in het water bevindt. Buiten het water kunt u geen diepte- of
afstandsmeting krijgen. Wanneer u uw boot te water laat,
controleert u bij elk van de schroefgaten die onder de waterlijn
zijn gemaakt of er lekkage optreedt.
Vuilafstotende verf
Breng elke zes maanden een vuilafstotende verf op waterbasis
aan op de romp van uw schip om corrosie te voorkomen en de
groei van organismen te vertragen die een negatieve invloed
hebben op de prestaties en duurzaamheid van het schip.
OPMERKING: Breng nooit vuilafstotende verf op ketonbasis
aan op uw schip, omdat keton veel soorten plastic aantast en
uw transducer kan beschadigen of kapotmaken.
De transducer schoonmaken
Vuil en aangroei kan zich snel ophopen en de prestaties van uw
toestel verminderen.
1
Verwijder het vuil met een zachte doek en milde reiniger.
2
Gebruik bij hardnekkig vuil een schuursponsje of
plamuurmes om de aangroei te verwijderen.
3
Veeg het toestel vervolgens droog.
Specificaties
Specificatie Afmetingen
Afmetingen (B×H) 40 x 192,5 mm (1,58 x 7,58 in.)
Dikte van romp (met
fairingblok)
Deadrisehoek van 12 graden: 29 mm
(1,15 in.)
Deadrisehoek van 20 graden: 19 mm
(0,75 in.)
Ingangsspanning Van 10 tot 35 V gelijkstroom
Frequentie 417 kHz
Bedrijfstemperatuur Van 0° tot 50°C (van 32° tot 122°F)
Opslagtemperatuur Van -40° tot 70°C (van -40° tot 158°F)
Zekering 4 A
6
Installatiediagram
Onderdeel Beschrijving
Kaartplotter
RJ-45-connector
Transducer
Voedingsbron
Zekering
© 2017 Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen
Garmin
®
en het Garmin logo zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar
dochtermaatschappijen, geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen.
Panoptix
is een handelsmerk van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen. Deze
handelsmerken mogen niet worden gebruikt zonder de uitdrukkelijke toestemming van
Garmin.
7
support.garmin.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

Garmin Panoptix™ PS51-TH Installatie gids

Type
Installatie gids
Deze handleiding is ook geschikt voor