Siemens KX41FV110/01 de handleiding

Categorie
Koelkasten
Type
de handleiding
nl
67
nl Inhoud
nl Gebr ui k saanwi j z i ng
( Veiligheidsvoorschriften. . . . . . 68
Over deze gebruiksaanwijzing . . . . . 68
Kans op explosie . . . . . . . . . . . . . . . 68
Gevaar voor een elektrische
schok . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Risico van letsel . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Gevaren door of van het
koelmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Vermijden van risico's voor
kinderen en kwetsbare personen . . . 69
Materiële schade . . . . . . . . . . . . . . . 69
Gewicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 69
8 Correct gebruik van
het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . 70
7 Milieubescherming . . . . . . . . . . 70
Verpakking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . 70
5 Installeren en aansluiten. . . . . . 71
Inhoud van de verpakking . . . . . . . . 71
Technische gegevens. . . . . . . . . . . . 71
Apparaat installeren . . . . . . . . . . . . . 71
Nisdiepte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71
Energie besparen . . . . . . . . . . . . . . . 72
Voor het eerste gebruik . . . . . . . . . . 73
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . 73
* Het apparaat leren kennen . . . . 74
Apparaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
Bedieningselementen . . . . . . . . . . . . 74
Uitrusting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
1 Apparaat bedienen . . . . . . . . . . 75
Apparaat inschakelen . . . . . . . . . . . . 75
Apparaat uitschakelen en
buiten werking stellen . . . . . . . . . . . . 75
Temperatuur instellen . . . . . . . . . . . . 76
Superkoelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
M Alarm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Deuralarm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
U Koelvak. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
In acht nemen bij het bewaren . . . . . 77
Let op de koudezones in
het koelvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
T Verskoelruimte . . . . . . . . . . . . . 77
Groentelade. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
Verskoellade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
Bewaartijden bij 0 °C . . . . . . . . . . . . 78
= Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
Koelvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
D Schoonmaken . . . . . . . . . . . . . . 78
Schoonmaken van het interieur. . . . . 79
l Luchtjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
9 Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . 80
> Geluiden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 80
Normale geluiden . . . . . . . . . . . . . . . 80
Voorkomen van geluiden. . . . . . . . . . 80
3 Storingen, wat te doen? . . . . . . 80
4 Servicedienst. . . . . . . . . . . . . . . 82
Zelftest apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . 82
Verzoek om reparatie en advies
bij storingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82
Garantie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82
nl Veiligheidsvoorschriften
68
(
Veiligheidsvoorschriften
Vei l i ghei dsv oor schr i f t en
Dit apparaat voldoet aan de
geldende veiligheidsbepalingen
voor elektrische apparatuur en
het is radio-ontstoord.
Het koelcircuit is op dichtheid
gecontroleerd.
Over deze gebruiksaanwijzing
Lees de gebruiksaanwijzing
en de montagehandleiding
en neem deze in acht. U
vindt daarin belangrijke
informatie over plaatsing,
gebruik en onderhoud van
het apparaat.
De fabrikant is niet
aansprakelijk wanneer
u de aanwijzingen en
waarschuwingen in
de gebruiksaanwijzing en de
montagehandleiding negeert.
Bewaar alle documenten
voor later gebruik en voor
eventuele volgende
eigenaars.
Kans op explosie
Gebruik nooit elektrische
apparaten in het apparaat
(bijv. verwarmingsapparaten
of elektrische ijsbereiders).
Geen producten met
brandbare drijfgassen (bijv.
spuitbussen) en geen
explosieve stoffen in het
apparaat opslaan.
Dranken met een hoog
alcoholpercentage altijd
goed afgesloten en staand
bewaren.
Gevaar voor een elektrische
schok
Onvakkundige installatie en
reparaties kunnen groot gevaar
opleveren voor de gebruiker
van het apparaat.
Bij een beschadigd aansluit-
snoer: Maak het apparaat
direct los van het stroomnet.
Gebruik geen meervoudige
stopcontacten, verlengsnoe-
ren of adapters.
Het apparaat uitsluitend laten
repareren door de fabrikant,
de klantenservice of een
andere gekwalificeerde per-
soon.
Gebruik alleen originele
onderdelen van de fabrikant.
De fabrikant garandeert dat
deze onderdelen voldoen
aan de veiligheidseisen.
Risico van letsel
Flessen of blikjes met
koolzuurhoudende drank
kunnen barsten.
Gevaren door of van het
koelmiddel
Door de leidingen van het koel-
circuit stroomt een kleine hoe-
veelheid milieuvriendelijk, maar
brandbaar koelmiddel (R600a).
Veiligheidsvoorschriften nl
69
Dit is niet schadelijk voor de
ozonlaag en verhoogt het broei-
kaseffect niet. Vrijkomend koel-
middel kan echter oogletsel
veroorzaken of vlam vatten.
Leidingen niet beschadigen.
Bij beschadiging van de leidin-
gen:
Vuur en ontstekingsbronnen
uit de buurt van het apparaat
houden.
De ruimte ventileren.
Het apparaat uitschakelen en
de stekker uit het stopcon-
tact trekken.
Contact opnemen met de
servicedienst.
Vermijden van risico's voor
kinderen en kwetsbare
personen
Er bestaat gevaar voor:
kinderen;
personen met lichamelijke,
geestelijke of zintuiglijke
beperkingen;
personen die onvoldoende
kennis hebben over de
veilige bediening van het
apparaat.
Maatregelen:
Zorg dat kinderen en kwets-
bare personen begrijpen wat
de gevaren zijn.
Alleen kinderen vanaf 8 jaar
het apparaat laten
gebruiken.
Een voor de veiligheid
verantwoordelijke persoon
moet toezicht houden op
kinderen en kwetsbare
personen bij het apparaat of
hen instrueren.
Bij reiniging en onderhoud
toezicht houden op kinderen.
Laat kinderen nooit met het
apparaat spelen.
Kans op stikken
Bij een apparaat met deurs-
lot: Sleutel buiten bereik van
kinderen opbergen.
Verpakkingsmateriaal en
onderdelen van het appa-
raat zijn geen speelgoed
voor kinderen.
Materiële schade
Om materiële schade te
voorkomen:
Niet op de sokkel,
uitschuifdelen of deuren
staan of leunen.
Kunststof onderdelen en
deurafdichtingen olie- en
vetvrij houden.
Aan de stekker trekken –
niet aan de aansluitkabel.
Gewicht
Houd er bij plaatsing en
transport van het apparaat
rekening mee dat het apparaat
erg zwaar kan zijn.
~ "De juiste opstelplaats"
op pagina 71
nl Bestemming van het apparaat
70
8 Correct gebruik van
het apparaat
Be s t e mming van het appar aat
Gebruik dit apparaat
alleen voor het koelen van
levensmiddelen.
uitsluitend voor privégebruik en
huishoudelijk gebruik.
uitsluitend volgens deze
gebruiksaanwijzing.
Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot
op hoogten van maximaal 2.000 meter
boven zeeniveau.
7 Milieubescherming
Mi l i eubescher ming
Verpakking
Alle materialen zijn onschadelijk voor
het milieu en kunnen hergebruikt
worden.
Zorg dat de verpakking
milieuvriendelijk wordt afgevoerd.
Informatie over het afvoeren van
afval en het oude apparaat kunt
u opvragen bij uw speciaalzaak of bij
de gemeente.
Oude apparaten
Door een milieuvriendelijke afvoer
kunnen waardevolle grondstoffen
worden teruggewonnen.
:Waarschuwing
Kinderen kunnen zichzelf in het
apparaat opsluiten en stikken!
Legplateaus en lades niet uit het
apparaat nemen, om te voorkomen
dat kinderen in het apparaat kruipen.
Kinderen uit de buurt van een
afgedankt apparaat houden.
Attentie!
Er kan koelmiddel en schadelijk gas
vrijkomen.
Buizen van de koelmiddelkringloop en
isolatie niet beschadigen.
1. Stekker uit het stopcontact halen.
2. Aansluitsnoer doorknippen.
3. Apparaat op deskundige wijze laten
afvoeren.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de
Europese richtlijn 2012/19/EU
betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur
(waste electrical and electronic
equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de
in de EU geldige terugneming en
verwerking van oude apparaten.
Installeren en aansluiten nl
71
5 Installeren en
aansluiten
Installeren en aansl ui t en
Inhoud van de verpakking
Controleer na het uitpakken alle
onderdelen op eventuele
transportschade.
Voor klachten kunt u terecht bij de
winkel waar u het apparaat hebt
aangeschaft of bij onze servicedienst.
~ "Servicedienst" op pagina 82
De levering bestaat uit de volgende
onderdelen:
Inbouwapparaat
Uitrusting (modelafhankelijk)
Montagemateriaal
Gebruiksaanwijzing
Installatievoorschrift
Klantenserviceboekje
Garantiebijlage
Informatie over energieverbruik en
geluiden
Technische gegevens
Koelmiddel, netto inhoud van het
apparaat en andere technische
gegevens vindt u op het typeplaatje.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 74
Apparaat installeren
De juiste opstelplaats
Hoe meer koelmiddel het apparaat
bevat, des te groter moet de ruimte zijn
waarin het apparaat wordt opgesteld. In
een te kleine ruimte kan bij een lek een
ontvlambaar mengsel van gas en lucht
ontstaan.
Per 8 g koelmiddel moet het vertrek
minstens 1 m³ groot zijn. De
hoeveelheid koelmiddel in uw apparaat
vindt u op het typeplaatje aan de
binnenkant van het apparaat.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 74
Het gewicht van het apparaat kan
afhankelijk van het model tot 57 kg
bedragen.
Toegestane omgevingstemperatuur
De toegestane binnentemperatuur is
afhankelijk van de klimaatklasse van het
apparaat.
Informatie over de klimaatklasse vindt u
op het typeplaatje.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 74
Het apparaat is volledig functioneel
binnen de toegestane
binnentemperatuur.
Wanneer een apparaat uit klimaatklasse
SN wordt gebruikt bij een lagere
binnentemperatuur, kunnen
beschadigingen aan het apparaat
worden uitgesloten tot een
binnentemperatuur van +5 °C.
Nisdiepte
Voor het apparaat wordt een nisdiepte
van 56 cm aanbevolen. Bij een kleinere
nisdiepte – minstens 55 cm – wordt het
energieverbruik iets hoger.
Klimaatklasse Toegestane
omgevingstemperatuur
SN +10 °C ... 32 °C
N +16 °C ... 32 °C
ST +16 °C ... 38 °C
T +16 °C ... 43 °C
nl Installeren en aansluiten
72
Energie besparen
Wanneer u de volgende aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat minder stroom.
Aanwijzing: De plaatsing van de uitrustingsonderdelen heeft geen invloed op het
energieverbruik van het apparaat.
--------
Apparaat installeren
Apparaat niet blootstellen aan direct zonlicht. Bij een lage omgevingstemperatuur hoeft het
apparaat minder vaak te koelen en verbruikt
daardoor minder stroom.
Het apparaat zo ver mogelijk van radiatoren, fornuis
en andere warmtebronnen plaatsen:
Naast elektrische of gasfornuizen: 3 cm.
Naast een cv-installatie: 30 cm.
Aanwijzing: Als dat niet mogelijk is een isolatie-
plaat aanbrengen tussen het apparaat en de
warmtebron.
Een opstelplaats met een binnentemperatuur van
ca. 20 °C kiezen.
Een nisdiepte van 56 cm aanhouden.
Attentie!
Gevaar voor verbranding!
Sommige onderdelen van het apparaat worden tij-
dens het gebruik heet. Aanraking van deze onderde-
len kan brandwonden veroorzaken.
De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt
niet zo warm. Het apparaat verbruikt minder stroom
wanneer de warme lucht kan wegtrekken.
Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren.
De ruimte dagelijks luchten.
Gebruik van het apparaat
Deur van het apparaat slechts kort openen. De lucht in het apparaat wordt niet veel warmer. Het
apparaat hoeft minder vaak te koelen en verbruikt
daardoor minder stroom.
Gekochte levensmiddelen in een koeltas transporte-
ren en snel in het apparaat leggen.
Warme gerechten en dranken eerst laten afkoelen,
daarna in het apparaat plaatsen.
Diepvrieswaren ter ontdooiing in het koelvak leggen,
om de kou van de diepvrieswaren te benutten.
Altijd wat ruimte openlaten tussen de levensmidde-
len en de achterwand.
De lucht kan circuleren en de luchtvochtigheid blijft
constant. Het apparaat hoeft minder vaak te koelen
en verbruikt daardoor minder stroom.
Levensmiddelen luchtdicht verpakken.
Achterkant van het apparaat eenmaal per jaar
schoon zuigen.
De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt
niet zo warm. Het apparaat verbruikt minder stroom
wanneer de warme lucht kan wegtrekken.
Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren.
Installeren en aansluiten nl
73
Voor het eerste gebruik
1. Infomateriaal eruit nemen en zowel
plakband als beschermfolie
verwijderen.
2. Apparaat schoonmaken.
~ "Schoonmaken" op pagina 78
Elektrische aansluiting
Attentie!
Het apparaat niet aansluiten op een
elektronische electronische
energiebesparende stekker.
Aanwijzing: U kunt het apparaat
aansluiten op netvoedingsinverters en
sinusinverters.
Netvoedingsinverters worden gebruikt
bij fotovoltaïsche installaties met
rechtstreekse aansluiting op het
openbare elektriciteitsnet. Bij
losstaande systemen dient u
sinusinverters gebruiken. Losstaande
systemen, bijv. op schepen of in
berghutten, hebben geen rechtstreekse
aansluiting op het openbare
elektriciteitsnet.
1. Na plaatsing van het apparaat
minstens 1 uur wachten met
aansluiten, om beschadiging van
de compressor te voorkomen.
2. Het apparaat aansluiten op een
volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact.
Het stopcontact moet voldoen aan
de volgende voorwaarden:
Buiten Europa: controleren of de
vermelde stroomsoort van het
apparaat overeenkomt met de
waarden van uw elektriciteitsnet. De
gegevens van het apparaat staan op
het typeplaatje.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 74
3. Sluit het apparaat aan op een
stopcontact in de buurt van het
apparaat.
Het stopcontact moet ook na het
opstellen van het apparaat goed
bereikbaar zijn.
:Waarschuwing
Gevaar voor een elektrische schok!
Indien het aansluitsnoer niet lang
genoeg is, mag u in geen geval
meervoudige stopcontacten of
verlengsnoeren gebruiken.Neem in
plaats daarvan contact op met de
klantenservice voor alternatieve
oplossingen.
Stopcontact met 220 V ... 240 V
Aardleiding 50 Hz
Zekering 10A ... 16 A
nl Het apparaat leren kennen
74
* Het apparaat leren
kennen
He t appar a at leren kennen
Klap het laatste blad met afbeeldingen
open. Afhankelijk van de uitrusting
kunnen er verschillen zijn tussen uw
apparaat en de afbeeldingen.
Apparaat
~ Afb. !
* Niet bij alle modellen.
Bedieningselementen
~ Afb. "
Uitrusting
(niet bij alle modellen)
Legplateau
~ Afb. #
U kunt het legplateau variëren:
Legplateau eruit trekken en
verwijderen.
Varioplateau
~ Afb. $
U kunt hoge voorwerpen koelen (bijv.
kannen of flessen):
Het voorste deel van het legplateau
verwijderen en onder het achterste
deel schuiven.
# Koelvak
+ Verskoelruimte
(...H Bedieningselementen
P Verlichting
X* Uittrekbaar legplateau
` Scheidingsplaat met
vochtigheidsregelaar
h Groentelade
)" Verskoellade
)* Typeplaatje
)2* Boter- en kaasvak
): Vak voor grote flessen
( Toets #
Schakelt het apparaat in of uit.
0 Toets super koelvak
Schakelt het superkoelen in of
uit.
8 Toets + / – koelvak
Stelt de temperatuur van het
koelvak in.
@ Indicatie temperatuur koelvak
Toont de ingestelde temperatuur
in °C.
H Toets alarm
Schakelt het alarmsignaal uit.
Apparaat bedienen nl
75
Uittrekbaar legplateau
~ Afb. %
U kunt zorgen voor een beter overzicht:
Legplateau eruit trekken.
U kunt het legplateau geheel
verwijderen:
1. Beide knoppen onder het legplateau
indrukken en ingedrukt houden.
2. Legplateau eruit trekken, laten
zakken en zijwaarts naar buiten
draaien.
Reservoir
~ Afb. &
U kunt de lade verwijderen:
Lade achteraan iets optillen en
verwijderen.
U kunt de lade aanbrengen:
Lade op de rails plaatsen en in het
apparaat schuiven.
Voorraadvakken
~ Afb. '
U kunt het flessenrek verwijderen:
Flessenrek optillen en verwijderen.
Flessenhouder
~ Afb. (
Wanneer u de deur opent en sluit:
Het flessenrek voorkomt dat de
flessen kantelen.
1 Apparaat bedienen
Appar aat bedi enen
Apparaat inschakelen
1. Toets # indrukken.
Het apparaat begint te koelen.
2. De gewenste temperatuur instellen.
~ "Temperatuur instellen"
op pagina 76
Opmerkingen bij/voor het gebruik
Na het inschakelen kan het een
aantal uren duren voordat de
ingestelde temperatuur is bereikt.
Geen levensmiddelen inruimen
voordat de ingestelde temperatuur is
bereikt.
De voorzijde van het apparaat achter
de deur wordt gedeeltelijk licht
verwarmd waardoor de vorming van
condenswater in de buurt van de
deurafdichting wordt voorkomen.
Apparaat uitschakelen en
buiten werking stellen
Apparaat uitschakelen
Toets # indrukken.
Het apparaat koelt niet meer.
Apparaat buiten werking stellen
Als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt:
1. Toets # indrukken.
Het apparaat koelt niet meer.
2. De stekker uit het stopcontact
trekken of de zekering uitschakelen.
3. Apparaat schoonmaken.
4. Apparat open laten.
nl Alarm
76
Temperatuur instellen
Aanbevolen temperatuur
Koelvak
Toets + / – meermaals indrukken tot
de gewenste temperatuur verschijnt
op de display.
Verskoelruimte
De temperatuur in de verskoelruimte
wordt op circa 0 °C gehouden.
Aanwijzing: Wanneer rijp op de kleine
koelproducten in de verskoelruimte
voorkomt: De temperatuur warmer
instellen. ~ "Storingen, wat te doen?"
op pagina 80
Superkoelen
Bij het superkoelen wordt het koelvak
zo koud als mogelijk is.
Het superkoelen inschakelen bijv.:
vóór het inladen van grote
hoeveelheden levensmiddelen
voor het snelkoelen van dranken
Aanwijzing: Wanneer superkoelen is
ingeschakeld, wordt het apparaat iets
luider.
Na 15 uur schakelt het apparaat over
op het normale werking.
Superkoelen in-/uitschakelen:
Toets super indrukken.
De toets brandt als het
superkoelsysteem is ingeschakeld.
M Alarm
Al a r m
Deuralarm
Als de deur van het apparaat langer
dan twee minuten open staat, wordt het
deuralarm (aanhoudend geluidssignaal)
ingeschakeld.
Deur sluiten of toets alarm
indrukken.
Het alarmsignaal wordt
uitgeschakeld.
U Koelvak
Koe l v a k
Het koelvak is geschikt voor het
bewaren van melkproducten, eieren,
bereide gerechten, bakproducten,
geopende conserven en harde kaas.
De temperatuur is van +3 °C ... +8 °C
instelbaar.
Door de koelopslag kunt u ook zeer
bederfelijke levensmiddelen op korte
of middellange termijn bewaren. Hoe
lager de temperatuur, hoe langzamer
de gistingsprocessen, de chemische
processen en het bederf door
micro-organismen verloopt. Een
temperatuur van +4 °C of lager
waarborgt een optimale versheid en
veiligheid van de levensmiddelen.
Koelvak: +4 °C
Verskoelruimte nl
77
In acht nemen bij het bewaren
Verse, onbeschadigde
levensmiddelen inruimen.
Zo blijft de kwaliteit en de versheid
langer bewaard.
Bij kant-en-klaarproducten en
gebottelde producten de door de
fabrikant vermelde
houdbaarheidsdatum of
gebruiksdatum niet overschrijden.
De levensmiddelen goed verpakt
of afgedekt inruimen, om
aroma/smaak, kleur en versheid te
bewaren.
Zo voorkomt u smaakvermenging en
verkleuring van de kunststof
onderdelen.
Warme gerechten en dranken eerst
laten afkoelen, dan in het koelvak
zetten.
Let op de koudezones
in het koelvak
Door de luchtcirculatie in de koelruimte
ontstaan verschillende koudezones.
Koudste zone
De koudste zone is op de
scheidingsplaat en in het vak voor grote
flessen.
Warmste zone
De warmste zone bevindt zich helemaal
bovenaan in de deur.
Opmerkingen
Bewaar in de warmste zone bijv.
harde kaas en boter. Hierdoor komt
het aroma van de kaas beter tot
ontwikkeling en blijft de boter
smeerbaar.
Bewaar gevoelige levensmiddelen
zoals vis, worst en vlees in de
verskoelruimte. ~ "Verskoelruimte"
op pagina 77
T Verskoelruimte
Verskoelrui mte
De temperatuur in de verskoelruimte
wordt op circa 0 °C gehouden.
De lage temperatuur en de optimale
luchtvochtigheid zorgen voor ideale
omstandigheden voor het bewaren van
verse levensmiddelen.
Door de verskoelmogelijkheid kunt u
verse levensmiddelen tot wel drie keer
langer vers houden dan in het koelvak –
voor het langer vers blijven, een langer
behoud van voedingsstoffen en een
betere smaak.
Groentelade
~ Afb. )
De groentelade is de optimale plaats
voor het bewaren van vers fruit en verse
groente.Met de vochtigheidsregelaar
van de scheidingsplaat en een speciale
afdichting kunt u de luchtvochtigheid in
de groentelade aanpassen.
De luchtvochtigheid in de groentelade
kunt u instellen afhankelijk van het soort
en de hoeveelheid bewaarde
levensmiddelen:
overwegend fruit en bij hoge
belading – lagere luchtvochtigheid
instellen
overwegend groente en bij
gemengde belading of geringe
belading – hogere luchtvochtigheid
instellen
nl Ontdooien
78
Aanwijzingen
Koudegevoelige soorten fruit (bijv.
ananas, bananen, papaja's en
citrusvruchten) en groente (bijv.
aubergines, komkommers,
courgettes, paprika, tomaten en
aardappels) dienen voor een
optimaal behoud van kwaliteit en
aroma buiten het apparaat op
temperaturen van circa
+8 °C ... +12 °C te worden bewaard.
Afhankelijk van de soort
levensmiddelen en de hoeveelheid
kan zich in de groentelade
condenswater vormen.
Condenswater verwijderen met een
droge doek en de luchtvochtigheid
in de groentelade aanpassen met
behulp van de vochtigheidsregelaar.
Verskoellade
~ Afb. !/)"
Het klimaat in verskoellade biedt ideale
omstandigheden voor het bewaren van
vis, vlees en worst.
Bewaartijden bij 0 °C
De bewaartijden zijn afhankelijk van de
uitgangskwaliteit.
= Ontdooien
Ont dooi en
Koelvak
Het ontdooien wordt automatisch
uitgevoerd.
D Schoonmaken
Schoonmaken
Attentie!
Beschadiging van het apparaat en de
uitrustingsonderdelen vermijden.
Gebruik geen schoonmaak of
oplosmiddelen die zand, chloride of
zuren bevatten.
Geen schurende of krassende
sponsjes gebruiken.
Op de metalen oppervlakken kan
corrosie ontstaan.
De legplateaus en voorraadvakken
mogen niet in de afwasautomaat
gereinigd worden.
Ze kunnen vervormen.
Ga als volgt te werk:
1. Apparaat uitschakelen.
2. De stekker uit het stopcontact
trekken of de zekering uitschakelen.
3. Levensmiddelen verwijderen en op
een koele plaats bewaren.
De koude-accu (indien aanwezig) op
de levensmiddelen leggen.
4. Indien aanwezig: Wachten tot de
rijplaag is ontdooid.
5. Het apparaat schoonmaken met
een zachte doek en lauw water
met een scheutje pH neutraal
schoonmaakmiddel.
Attentie!
Het afwaswater mag niet in de
verlichting of via het afvoergat in het
verdampingsgedeelte terechtkomen.
Verse vis, zeevruchten: tot 3 dagen
Gevogelte, vlees
(gekookt/gebraden):
tot 5 dagen
Rundvlees, varkensvlees,
lamsvlees, worst (broodbe-
leg):
tot 7 dagen
Gerookte vis, broccoli: tot 14 dagen
Sla, venkel, abrikozen, prui-
men:
tot 21 dagen
Zachte kaas, yoghurt, kwark,
karnemelk, bloemkool:
tot 30 dagen
Luchtjes nl
79
6. Deurafdichting afvegen met schoon
water en goed afdrogen.
7. Apparaat weer aansluiten,
inschakelen en levensmiddelen
inruimen.
Schoonmaken van het
interieur
De variabele onderdelen uit het
apparaat nemen.
~ "Uitrusting" op pagina 74
Scheidingsplaat en afdekking
groentelade
Scheidingsplaat verwijderen
~ Afb. *
Hendel aan de onderzijde aan beide
zijden indrukken, scheidingsplaat
naar voren trekken, optillen en
zijwaarts naar buiten draaien.
Afdekking van de groentelade
verwijderen
Afdekking optillen, naar voren
trekken en zijwaarts naar buiten
draaien.
Afdekking van de groentelade en
scheidingsplaat aanbrengen
~ Afb. +
1. Afdekking van de groentelade
aanbrengen.
2. Scheidingsplaat aanbrengen.
Aanwijzing: Om de scheidingsplaat
aan te kunnen brengen, moet u de
vochtigheidsregelaar instellen op
een lage luchtvochtigheid.
Uittrekbare rails
~ Afb. ,
Uittrekbare rails demonteren
1. De rail uittrekken.
2. Vergrendeling in de richting van de
pijl schuiven.
3. Uittrekbare rail losmaken van de
achterste pen.
4. Uittrekbare rail in elkaar schuiven,
boven de achterste pen naar
achteren schuiven en ontgrendelen.
Uittrekbare rails monteren
1. Uittrekbare rail in uitgetrokken
toestand op de voorste pen zetten.
2. Uittrekbare rail om vast te klikken
iets naar voren trekken.
3. Uittrekbare rail op de achterste pen
erin zetten.
4. Vergrendeling naar achteren
schuiven.
l Luchtjes
Lucht j es
Als u onaangename luchtjes ruikt:
1. Apparaat uitschakelen met
de Aan/Uit-toets #.
2. Alle levensmiddelen uit het apparaat
halen.
3. De binnenruimte
reinigen.~ "Schoonmaken"
op pagina 78
4. Alle verpakkingen reinigen.
5. Sterk ruikende levensmiddelen
luchtdicht verpakken om luchtjes te
voorkomen.
6. Apparaat weer inschakelen.
7. Levensmiddelen inruimen.
8. Na 24 uur controleren of er opnieuw
luchtjes zijn ontstaan.
nl Verlichting
80
9 Verlichting
Ve r l i c h t i n g
Het apparaat is voorzien van een
onderhoudsvrije LED verlichting.
Alleen de klantenservice of een
geautoriseerde vakman mag de
verlichting repareren.
> Geluiden
Gel ui den
Normale geluiden
Brommen: Er loopt een motor, bijv.
koelaggregaat, ventilator.
Borrelen, zoemen of gorgelen:
Koelmiddel stroomt door de buizen.
Klikgeluiden: Motor, schakelaar of
magneetventielen schakelen in/uit.
Gekraak: automatische ontdooiing
wordt uitgevoerd.
Voorkomen van geluiden
Het apparaat staat niet waterpas: Het
apparaat met behulp van een waterpas
stellen. Indien nodig er iets
onderleggen.
Lades, legplateaus of flessenrekken
wiebelen of klemmen: Uitneembare
uitrustingsonderdelen controleren en
eventueel opnieuw aanbrengen.
Flessen of serviesgoed raken elkaar:
Flessen of schalen uit elkaar zetten.
3 Storingen, wat te doen?
St or i ngen, wa t te doen?
Controleer aan de hand van deze tabel of u de storing zelf kunt verhelpen, voordat
u de klantenservice belt.
De temperatuur wijkt erg af van de instelling.
Apparaat 5 minuten uitschakelen.
~ "Apparaat uitschakelen en buiten werking
stellen" op pagina 75
Wanneer de temperatuur te hoog is, de temperatuur
na een paar uur opnieuw controleren.
Wanneer de temperatuur te laag is, de temperatuur
de volgende dag opnieuw controleren.
Geen enkele indicatie brandt.
De stekker zit niet goed in het stopcontact. Stekker in het stopcontact steken.
De zekering is geactiveerd. Zekeringen controleren.
De stroom is uitgevallen. Controleren of er stroom is.
Storingen, wat te doen? nl
81
--------
De indicatie geeft E... aan.
De elektronica heeft een fout geconstateerd. Contact opnemen met de servicedienst.
~ "Servicedienst" op pagina 82
Het apparaat koelt niet, de indicatie en verlichting branden.
Presentatielicht ingeschakeld. Zelftest starten.
~ "Zelftest apparaat" op pagina 82
Na afloop van het programma schakelt het apparaat
weer over op het normale gebruik.
Het is te warm of koud in het verskoelvak.
De standaardinstelling is te hoog of te laag inge-
steld (bijv. bij vorst in het verskoelvak).
U kunt de temperatuur in het verskoelvak 3 standen
warmer of kouder instellen. Als de temperatuur in
het koelvak op stand 0 is ingesteld, heeft het vers-
koelvak een temperatuur van omstreeks 0 °C.
1. Toets super Vriesvak indrukken en ingedrukt
houden totdat de indicatie Temperatuur koelvak
knippert.
2. Toets + / – indrukken om de instelling te wijzi-
gen.
Stand –3 is de koudste instelling.
Stand +3 is de warmste instelling.
Na een minuut wordt de ingestelde stand opge-
slagen.
nl Servicedienst
82
4 Servicedienst
Servicedienst
Als het u niet lukt om de storing zelf te
verhelpen, kunt u contact opnemen met
onze klantenservice. Wij vinden altijd
een passende oplossing, ook om een
onnodig bezoek van de monteur te
voorkomen.
De contactgegevens van de
dichtstbijzijnde Servicedienst vindt u
hier of in de lijst met
Servicedienstadressen.
Vermeld bij het telefoongesprek a.u.b.
het fabrikaatnummer (E-Nr.) en het
productnummer (FD), die u op het
typeplaatje vindt.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 74
Vertrouw op de competentie van de
fabrikant. U bent er dan van verzekerd
dat de reparatie door ervaren technici
wordt uitgevoerd die gebruik maken van
de originele reserveonderdelen voor uw
apparaat.
Zelftest apparaat
Uw apparaat beschikt over een
zelftestprogramma dat fouten aangeeft,
die uw klantenservice kan verhelpen.
1. Apparaat uitschakelen en 5 minuten
wachten.
2. Apparaat inschakelen.
3. Binnen de eerste 10 seconden na
het inschakelen de toets super
koelvak 3 ... 5 seconden indrukken
en ingedrukt houden tot er een
geluidssignaal klinkt.
Het zelftestprogramma start. Terwijl
de zelftest wordt uitgevoerd, klinkt
ondertussen een lang
geluidssignaal.
Als na afloop van de zelftest
2 geluidssignalen klinken en de
ingestelde temperatuur wordt
weergegeven: uw apparaat is in
orde.
Als na afloop van de zelftest 5
geluidssignalen klinken en de
toets super Koelvak 10 seconden
knippert: contact opnemen met
de Service.
Na afloop van het programma schakelt
het apparaat weer over op het normale
gebruik.
Verzoek om reparatie en
advies bij storingen
De contactgegevens in alle landen vindt
u in de bijgesloten lijst met
Servicedienstadressen.
--------
Garantie
Meer informatie over de garantieperiode
en de garantievoorwaarden in uw land
zijn verkrijgbaar bij uw klantenservice,
uw speciaalzaak en op onze website.
NL 088 424 4020
B 070 222 142

Documenttranscriptie

nl nl Inhoud nl Gebr ui ksa nwi j zi ng ( Veiligheidsvoorschriften. . . . . . 68 Over deze gebruiksaanwijzing . . . . . 68 Kans op explosie . . . . . . . . . . . . . . . 68 Gevaar voor een elektrische schok . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68 Risico van letsel . . . . . . . . . . . . . . . . 68 Gevaren door of van het koelmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68 Vermijden van risico's voor kinderen en kwetsbare personen . . . 69 Materiële schade . . . . . . . . . . . . . . . 69 Gewicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 69 8 Correct gebruik van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . 70 7 Milieubescherming . . . . . . . . . . 70 Verpakking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70 Oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . 70 5 Installeren en aansluiten. . . . . . 71 Inhoud van de verpakking Technische gegevens . . . . Apparaat installeren . . . . . Nisdiepte . . . . . . . . . . . . . Energie besparen . . . . . . . Voor het eerste gebruik . . Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71 71 71 71 72 73 73 * Het apparaat leren kennen . . . . 74 Apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 Bedieningselementen . . . . . . . . . . . . 74 Uitrusting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 1 Apparaat bedienen . . . . . . . . . . 75 Apparaat inschakelen . . . . . . . . . . . . 75 Apparaat uitschakelen en buiten werking stellen . . . . . . . . . . . . 75 Temperatuur instellen . . . . . . . . . . . . 76 Superkoelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76 M Alarm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76 Deuralarm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76 U Koelvak. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76 In acht nemen bij het bewaren . . . . . 77 Let op de koudezones in het koelvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77 T Verskoelruimte . . . . . . . . . . . . . 77 Groentelade. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77 Verskoellade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78 Bewaartijden bij 0 °C . . . . . . . . . . . . 78 = Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . 78 Koelvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78 D Schoonmaken . . . . . . . . . . . . . . 78 Schoonmaken van het interieur . . . . . 79 l Luchtjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79 9 Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . 80 > Geluiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 80 Normale geluiden . . . . . . . . . . . . . . . 80 Voorkomen van geluiden. . . . . . . . . . 80 3 Storingen, wat te doen? . . . . . . 80 4 Servicedienst . . . . . . . . . . . . . . . 82 Zelftest apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . 82 Verzoek om reparatie en advies bij storingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82 Garantie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82 67 nl Veiligheidsvoorschriften ( Veiligheidsvoorschriften Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsbepalingen voor elektrische apparatuur en het is radio-ontstoord. Het koelcircuit is op dichtheid gecontroleerd. ■ Dranken met een hoog alcoholpercentage altijd goed afgesloten en staand bewaren. Vei l i ghei dsvo r schr i f t en Over deze gebruiksaanwijzing ■ ■ ■ Lees de gebruiksaanwijzing en de montagehandleiding en neem deze in acht. U vindt daarin belangrijke informatie over plaatsing, gebruik en onderhoud van het apparaat. De fabrikant is niet aansprakelijk wanneer u de aanwijzingen en waarschuwingen in de gebruiksaanwijzing en de montagehandleiding negeert. Bewaar alle documenten voor later gebruik en voor eventuele volgende eigenaars. Kans op explosie ■ ■ 68 Gebruik nooit elektrische apparaten in het apparaat (bijv. verwarmingsapparaten of elektrische ijsbereiders). Geen producten met brandbare drijfgassen (bijv. spuitbussen) en geen explosieve stoffen in het apparaat opslaan. Gevaar voor een elektrische schok Onvakkundige installatie en reparaties kunnen groot gevaar opleveren voor de gebruiker van het apparaat. ■ Bij een beschadigd aansluitsnoer: Maak het apparaat direct los van het stroomnet. ■ Gebruik geen meervoudige stopcontacten, verlengsnoeren of adapters. ■ Het apparaat uitsluitend laten repareren door de fabrikant, de klantenservice of een andere gekwalificeerde persoon. ■ Gebruik alleen originele onderdelen van de fabrikant. De fabrikant garandeert dat deze onderdelen voldoen aan de veiligheidseisen. Risico van letsel Flessen of blikjes met koolzuurhoudende drank kunnen barsten. Gevaren door of van het koelmiddel Door de leidingen van het koelcircuit stroomt een kleine hoeveelheid milieuvriendelijk, maar brandbaar koelmiddel (R600a). Veiligheidsvoorschriften nl Dit is niet schadelijk voor de ozonlaag en verhoogt het broeikaseffect niet. Vrijkomend koelmiddel kan echter oogletsel veroorzaken of vlam vatten. ■ Leidingen niet beschadigen. Bij beschadiging van de leidingen: ■ Vuur en ontstekingsbronnen uit de buurt van het apparaat houden. ■ De ruimte ventileren. ■ Het apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken. ■ Contact opnemen met de servicedienst. Vermijden van risico's voor kinderen en kwetsbare personen Er bestaat gevaar voor: ■ kinderen; ■ personen met lichamelijke, geestelijke of zintuiglijke beperkingen; ■ personen die onvoldoende kennis hebben over de veilige bediening van het apparaat. Maatregelen: ■ Zorg dat kinderen en kwetsbare personen begrijpen wat de gevaren zijn. ■ Alleen kinderen vanaf 8 jaar het apparaat laten gebruiken. ■ ■ ■ Een voor de veiligheid verantwoordelijke persoon moet toezicht houden op kinderen en kwetsbare personen bij het apparaat of hen instrueren. Bij reiniging en onderhoud toezicht houden op kinderen. Laat kinderen nooit met het apparaat spelen. Kans op stikken ■ ■ Bij een apparaat met deurslot: Sleutel buiten bereik van kinderen opbergen. Verpakkingsmateriaal en onderdelen van het apparaat zijn geen speelgoed voor kinderen. Materiële schade Om materiële schade te voorkomen: ■ Niet op de sokkel, uitschuifdelen of deuren staan of leunen. ■ Kunststof onderdelen en deurafdichtingen olie- en vetvrij houden. ■ Aan de stekker trekken – niet aan de aansluitkabel. Gewicht Houd er bij plaatsing en transport van het apparaat rekening mee dat het apparaat erg zwaar kan zijn. ~ "De juiste opstelplaats" op pagina 71 69 nl Bestemming van het apparaat 8 Correct gebruik van het apparaat Gebruik dit apparaat alleen voor het koelen van levensmiddelen. ■ uitsluitend voor privégebruik en huishoudelijk gebruik. ■ uitsluitend volgens deze gebruiksaanwijzing. Oude apparaten Door een milieuvriendelijke afvoer kunnen waardevolle grondstoffen worden teruggewonnen. Best emi ng van het ap ar a t ■ Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot op hoogten van maximaal 2.000 meter boven zeeniveau. 7 Milieubescherming Mi l i eubescher mi ng Verpakking Alle materialen zijn onschadelijk voor het milieu en kunnen hergebruikt worden. ■ Zorg dat de verpakking milieuvriendelijk wordt afgevoerd. ■ Informatie over het afvoeren van afval en het oude apparaat kunt u opvragen bij uw speciaalzaak of bij de gemeente. 70 : Waarschuwing Kinderen kunnen zichzelf in het apparaat opsluiten en stikken! ■ Legplateaus en lades niet uit het apparaat nemen, om te voorkomen dat kinderen in het apparaat kruipen. ■ Kinderen uit de buurt van een afgedankt apparaat houden. Attentie! Er kan koelmiddel en schadelijk gas vrijkomen. Buizen van de koelmiddelkringloop en isolatie niet beschadigen. 1. Stekker uit het stopcontact halen. 2. Aansluitsnoer doorknippen. 3. Apparaat op deskundige wijze laten afvoeren. Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment - WEEE). De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude apparaten. Installeren en aansluiten nl 5 Installeren en aansluiten I ns t a l e r e n e n a n s l u i t e n Inhoud van de verpakking Controleer na het uitpakken alle onderdelen op eventuele transportschade. Voor klachten kunt u terecht bij de winkel waar u het apparaat hebt aangeschaft of bij onze servicedienst. ~ "Servicedienst" op pagina 82 De levering bestaat uit de volgende onderdelen: ■ Inbouwapparaat ■ Uitrusting (modelafhankelijk) ■ Montagemateriaal ■ Gebruiksaanwijzing ■ Installatievoorschrift ■ Klantenserviceboekje ■ Garantiebijlage ■ Informatie over energieverbruik en geluiden Technische gegevens Koelmiddel, netto inhoud van het apparaat en andere technische gegevens vindt u op het typeplaatje. ~ "Het apparaat leren kennen" op pagina 74 Apparaat installeren De juiste opstelplaats Hoe meer koelmiddel het apparaat bevat, des te groter moet de ruimte zijn waarin het apparaat wordt opgesteld. In een te kleine ruimte kan bij een lek een ontvlambaar mengsel van gas en lucht ontstaan. Per 8 g koelmiddel moet het vertrek minstens 1 m³ groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel in uw apparaat vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat. ~ "Het apparaat leren kennen" op pagina 74 Het gewicht van het apparaat kan afhankelijk van het model tot 57 kg bedragen. Toegestane omgevingstemperatuur De toegestane binnentemperatuur is afhankelijk van de klimaatklasse van het apparaat. Informatie over de klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. ~ "Het apparaat leren kennen" op pagina 74 Klimaatklasse Toegestane omgevingstemperatuur SN +10 °C ... 32 °C N +16 °C ... 32 °C ST +16 °C ... 38 °C T +16 °C ... 43 °C Het apparaat is volledig functioneel binnen de toegestane binnentemperatuur. Wanneer een apparaat uit klimaatklasse SN wordt gebruikt bij een lagere binnentemperatuur, kunnen beschadigingen aan het apparaat worden uitgesloten tot een binnentemperatuur van +5 °C. Nisdiepte Voor het apparaat wordt een nisdiepte van 56 cm aanbevolen. Bij een kleinere nisdiepte – minstens 55 cm – wordt het energieverbruik iets hoger. 71 nl Installeren en aansluiten Energie besparen Wanneer u de volgende aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat minder stroom. Aanwijzing: De plaatsing van de uitrustingsonderdelen heeft geen invloed op het energieverbruik van het apparaat. Apparaat installeren Apparaat niet blootstellen aan direct zonlicht. Bij een lage omgevingstemperatuur hoeft het Het apparaat zo ver mogelijk van radiatoren, fornuis apparaat minder vaak te koelen en verbruikt daardoor minder stroom. en andere warmtebronnen plaatsen: Naast elektrische of gasfornuizen: 3 cm. Naast een cv-installatie: 30 cm. Aanwijzing: Als dat niet mogelijk is een isolatieplaat aanbrengen tussen het apparaat en de warmtebron. Een opstelplaats met een binnentemperatuur van ca. 20 °C kiezen. Een nisdiepte van 56 cm aanhouden. De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt niet zo warm. Het apparaat verbruikt minder stroom Attentie! wanneer de warme lucht kan wegtrekken. Gevaar voor verbranding! Sommige onderdelen van het apparaat worden tijdens het gebruik heet. Aanraking van deze onderdelen kan brandwonden veroorzaken. Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren. De ruimte dagelijks luchten. Gebruik van het apparaat Deur van het apparaat slechts kort openen. De lucht in het apparaat wordt niet veel warmer. Het Gekochte levensmiddelen in een koeltas transporte- apparaat hoeft minder vaak te koelen en verbruikt daardoor minder stroom. ren en snel in het apparaat leggen. Warme gerechten en dranken eerst laten afkoelen, daarna in het apparaat plaatsen. Diepvrieswaren ter ontdooiing in het koelvak leggen, om de kou van de diepvrieswaren te benutten. Altijd wat ruimte openlaten tussen de levensmiddelen en de achterwand. Levensmiddelen luchtdicht verpakken. Achterkant van het apparaat eenmaal per jaar schoon zuigen. Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren. -------- 72 De lucht kan circuleren en de luchtvochtigheid blijft constant. Het apparaat hoeft minder vaak te koelen en verbruikt daardoor minder stroom. De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt niet zo warm. Het apparaat verbruikt minder stroom wanneer de warme lucht kan wegtrekken. Installeren en aansluiten nl Voor het eerste gebruik 1. Infomateriaal eruit nemen en zowel plakband als beschermfolie verwijderen. 2. Apparaat schoonmaken. ~ "Schoonmaken" op pagina 78 Elektrische aansluiting Attentie! Het apparaat niet aansluiten op een elektronische electronische energiebesparende stekker. Aanwijzing: U kunt het apparaat aansluiten op netvoedingsinverters en sinusinverters. Netvoedingsinverters worden gebruikt bij fotovoltaïsche installaties met rechtstreekse aansluiting op het openbare elektriciteitsnet. Bij losstaande systemen dient u sinusinverters gebruiken. Losstaande systemen, bijv. op schepen of in berghutten, hebben geen rechtstreekse aansluiting op het openbare elektriciteitsnet. 1. Na plaatsing van het apparaat minstens 1 uur wachten met aansluiten, om beschadiging van de compressor te voorkomen. 2. Het apparaat aansluiten op een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact. Het stopcontact moet voldoen aan de volgende voorwaarden: Stopcontact met 220 V ... 240 V Aardleiding 50 Hz Zekering 10A ... 16 A Buiten Europa: controleren of de vermelde stroomsoort van het apparaat overeenkomt met de waarden van uw elektriciteitsnet. De gegevens van het apparaat staan op het typeplaatje. ~ "Het apparaat leren kennen" op pagina 74 3. Sluit het apparaat aan op een stopcontact in de buurt van het apparaat. Het stopcontact moet ook na het opstellen van het apparaat goed bereikbaar zijn. : Waarschuwing Gevaar voor een elektrische schok! Indien het aansluitsnoer niet lang genoeg is, mag u in geen geval meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren gebruiken.Neem in plaats daarvan contact op met de klantenservice voor alternatieve oplossingen. 73 nl Het apparaat leren kennen * Het apparaat leren kennen Klap het laatste blad met afbeeldingen open. Afhankelijk van de uitrusting kunnen er verschillen zijn tussen uw apparaat en de afbeeldingen. Het ap ar a t l er en ken en Bedieningselementen ~ Afb. " ( Toets # Schakelt het apparaat in of uit. 0 Toets super koelvak Schakelt het superkoelen in of uit. 8 Toets + / – koelvak Stelt de temperatuur van het koelvak in. @ Indicatie temperatuur koelvak Toont de ingestelde temperatuur in °C. H Toets alarm Schakelt het alarmsignaal uit. Uitrusting Apparaat (niet bij alle modellen) ~ Afb. ! * Niet bij alle modellen. # Koelvak + Verskoelruimte Legplateau ~ Afb. # (...H P X* ` h )" )* )2* ): 74 Bedieningselementen Verlichting Uittrekbaar legplateau Scheidingsplaat met vochtigheidsregelaar Groentelade Verskoellade Typeplaatje Boter- en kaasvak Vak voor grote flessen U kunt het legplateau variëren: Legplateau eruit trekken en verwijderen. ■ Varioplateau ~ Afb. $ U kunt hoge voorwerpen koelen (bijv. kannen of flessen): ■ Het voorste deel van het legplateau verwijderen en onder het achterste deel schuiven. Apparaat bedienen nl Uittrekbaar legplateau ~ Afb. % U kunt zorgen voor een beter overzicht: ■ Legplateau eruit trekken. U kunt het legplateau geheel verwijderen: 1. Beide knoppen onder het legplateau indrukken en ingedrukt houden. 2. Legplateau eruit trekken, laten zakken en zijwaarts naar buiten draaien. 1 Apparaat bedienen Ap ar a t bedi enen Apparaat inschakelen 1. Toets # indrukken. Het apparaat begint te koelen. 2. De gewenste temperatuur instellen. ~ "Temperatuur instellen" op pagina 76 Opmerkingen bij/voor het gebruik ■ Reservoir ~ Afb. & U kunt de lade verwijderen: Lade achteraan iets optillen en verwijderen. ■ ■ U kunt de lade aanbrengen: Lade op de rails plaatsen en in het apparaat schuiven. ■ Na het inschakelen kan het een aantal uren duren voordat de ingestelde temperatuur is bereikt. Geen levensmiddelen inruimen voordat de ingestelde temperatuur is bereikt. De voorzijde van het apparaat achter de deur wordt gedeeltelijk licht verwarmd waardoor de vorming van condenswater in de buurt van de deurafdichting wordt voorkomen. Voorraadvakken ~ Afb. ' Apparaat uitschakelen en buiten werking stellen U kunt het flessenrek verwijderen: Flessenrek optillen en verwijderen. Apparaat uitschakelen ■ Flessenhouder ~ Afb. ( Wanneer u de deur opent en sluit: ■ Het flessenrek voorkomt dat de flessen kantelen. ■ Toets # indrukken. Het apparaat koelt niet meer. Apparaat buiten werking stellen Als u het apparaat langere tijd niet gebruikt: 1. Toets # indrukken. Het apparaat koelt niet meer. 2. De stekker uit het stopcontact trekken of de zekering uitschakelen. 3. Apparaat schoonmaken. 4. Apparat open laten. 75 nl Alarm Temperatuur instellen M Alarm Aanbevolen temperatuur Koelvak: +4 °C Koelvak ■ Toets + / – meermaals indrukken tot de gewenste temperatuur verschijnt op de display. Verskoelruimte De temperatuur in de verskoelruimte wordt op circa 0 °C gehouden. Aanwijzing: Wanneer rijp op de kleine koelproducten in de verskoelruimte voorkomt: De temperatuur warmer instellen. ~ "Storingen, wat te doen?" op pagina 80 Superkoelen Bij het superkoelen wordt het koelvak zo koud als mogelijk is. Het superkoelen inschakelen bijv.: ■ vóór het inladen van grote hoeveelheden levensmiddelen ■ voor het snelkoelen van dranken Aanwijzing: Wanneer superkoelen is ingeschakeld, wordt het apparaat iets luider. Na 15 uur schakelt het apparaat over op het normale werking. Superkoelen in-/uitschakelen: ■ Toets super indrukken. De toets brandt als het superkoelsysteem is ingeschakeld. 76 Deuralarm Al ar m Als de deur van het apparaat langer dan twee minuten open staat, wordt het deuralarm (aanhoudend geluidssignaal) ingeschakeld. ■ Deur sluiten of toets alarm indrukken. Het alarmsignaal wordt uitgeschakeld. U Koelvak Het koelvak is geschikt voor het bewaren van melkproducten, eieren, bereide gerechten, bakproducten, geopende conserven en harde kaas. De temperatuur is van +3 °C ... +8 °C instelbaar. Door de koelopslag kunt u ook zeer bederfelijke levensmiddelen op korte of middellange termijn bewaren. Hoe lager de temperatuur, hoe langzamer de gistingsprocessen, de chemische processen en het bederf door micro-organismen verloopt. Een temperatuur van +4 °C of lager waarborgt een optimale versheid en veiligheid van de levensmiddelen. Koel vak Verskoelruimte nl In acht nemen bij het bewaren ■ ■ ■ ■ Verse, onbeschadigde levensmiddelen inruimen. Zo blijft de kwaliteit en de versheid langer bewaard. Bij kant-en-klaarproducten en gebottelde producten de door de fabrikant vermelde houdbaarheidsdatum of gebruiksdatum niet overschrijden. De levensmiddelen goed verpakt of afgedekt inruimen, om aroma/smaak, kleur en versheid te bewaren. Zo voorkomt u smaakvermenging en verkleuring van de kunststof onderdelen. Warme gerechten en dranken eerst laten afkoelen, dan in het koelvak zetten. Let op de koudezones in het koelvak Door de luchtcirculatie in de koelruimte ontstaan verschillende koudezones. Koudste zone De koudste zone is op de scheidingsplaat en in het vak voor grote flessen. Warmste zone De warmste zone bevindt zich helemaal bovenaan in de deur. T Verskoelruimte De temperatuur in de verskoelruimte wordt op circa 0 °C gehouden. De lage temperatuur en de optimale luchtvochtigheid zorgen voor ideale omstandigheden voor het bewaren van verse levensmiddelen. Door de verskoelmogelijkheid kunt u verse levensmiddelen tot wel drie keer langer vers houden dan in het koelvak – voor het langer vers blijven, een langer behoud van voedingsstoffen en een betere smaak. Ver skoel r ui mt e Groentelade ~ Afb. ) De groentelade is de optimale plaats voor het bewaren van vers fruit en verse groente.Met de vochtigheidsregelaar van de scheidingsplaat en een speciale afdichting kunt u de luchtvochtigheid in de groentelade aanpassen. De luchtvochtigheid in de groentelade kunt u instellen afhankelijk van het soort en de hoeveelheid bewaarde levensmiddelen: ■ overwegend fruit en bij hoge belading – lagere luchtvochtigheid instellen ■ overwegend groente en bij gemengde belading of geringe belading – hogere luchtvochtigheid instellen Opmerkingen ■ ■ Bewaar in de warmste zone bijv. harde kaas en boter. Hierdoor komt het aroma van de kaas beter tot ontwikkeling en blijft de boter smeerbaar. Bewaar gevoelige levensmiddelen zoals vis, worst en vlees in de verskoelruimte. ~ "Verskoelruimte" op pagina 77 77 nl Ontdooien Aanwijzingen ■ Koudegevoelige soorten fruit (bijv. ananas, bananen, papaja's en citrusvruchten) en groente (bijv. aubergines, komkommers, courgettes, paprika, tomaten en aardappels) dienen voor een optimaal behoud van kwaliteit en aroma buiten het apparaat op temperaturen van circa +8 °C ... +12 °C te worden bewaard. ■ Afhankelijk van de soort levensmiddelen en de hoeveelheid kan zich in de groentelade condenswater vormen. Condenswater verwijderen met een droge doek en de luchtvochtigheid in de groentelade aanpassen met behulp van de vochtigheidsregelaar. Verskoellade ~ Afb. !/)" Het klimaat in verskoellade biedt ideale omstandigheden voor het bewaren van vis, vlees en worst. Bewaartijden bij 0 °C De bewaartijden zijn afhankelijk van de uitgangskwaliteit. Verse vis, zeevruchten: tot 3 dagen Gevogelte, vlees (gekookt/gebraden): tot 5 dagen Rundvlees, varkensvlees, lamsvlees, worst (broodbeleg): tot 7 dagen Gerookte vis, broccoli: tot 14 dagen Sla, venkel, abrikozen, pruimen: tot 21 dagen Zachte kaas, yoghurt, kwark, tot 30 dagen karnemelk, bloemkool: 78 = Ontdooien Ont do i en Koelvak Het ontdooien wordt automatisch uitgevoerd. D Schoonmaken Attentie! Beschadiging van het apparaat en de uitrustingsonderdelen vermijden. ■ Gebruik geen schoonmaak of oplosmiddelen die zand, chloride of zuren bevatten. ■ Geen schurende of krassende sponsjes gebruiken. Op de metalen oppervlakken kan corrosie ontstaan. ■ De legplateaus en voorraadvakken mogen niet in de afwasautomaat gereinigd worden. Ze kunnen vervormen. Scho nmaken Ga als volgt te werk: 1. Apparaat uitschakelen. 2. De stekker uit het stopcontact trekken of de zekering uitschakelen. 3. Levensmiddelen verwijderen en op een koele plaats bewaren. De koude-accu (indien aanwezig) op de levensmiddelen leggen. 4. Indien aanwezig: Wachten tot de rijplaag is ontdooid. 5. Het apparaat schoonmaken met een zachte doek en lauw water met een scheutje pH neutraal schoonmaakmiddel. Attentie! Het afwaswater mag niet in de verlichting of via het afvoergat in het verdampingsgedeelte terechtkomen. Luchtjes nl 6. Deurafdichting afvegen met schoon water en goed afdrogen. 7. Apparaat weer aansluiten, inschakelen en levensmiddelen inruimen. Schoonmaken van het interieur De variabele onderdelen uit het apparaat nemen. ~ "Uitrusting" op pagina 74 Scheidingsplaat en afdekking groentelade Scheidingsplaat verwijderen ~ Afb. * ■ Hendel aan de onderzijde aan beide zijden indrukken, scheidingsplaat naar voren trekken, optillen en zijwaarts naar buiten draaien. Afdekking van de groentelade verwijderen ■ Afdekking optillen, naar voren trekken en zijwaarts naar buiten draaien. Afdekking van de groentelade en scheidingsplaat aanbrengen ~ Afb. + Uittrekbare rails ~ Afb. , Uittrekbare rails demonteren 1. De rail uittrekken. 2. Vergrendeling in de richting van de pijl schuiven. 3. Uittrekbare rail losmaken van de achterste pen. 4. Uittrekbare rail in elkaar schuiven, boven de achterste pen naar achteren schuiven en ontgrendelen. Uittrekbare rails monteren 1. Uittrekbare rail in uitgetrokken toestand op de voorste pen zetten. 2. Uittrekbare rail om vast te klikken iets naar voren trekken. 3. Uittrekbare rail op de achterste pen erin zetten. 4. Vergrendeling naar achteren schuiven. l Luchtjes L u c ht j e s Als u onaangename luchtjes ruikt: 1. Apparaat uitschakelen met de Aan/Uit-toets #. 2. Alle levensmiddelen uit het apparaat halen. 3. De binnenruimte 1. Afdekking van de groentelade aanbrengen. 2. Scheidingsplaat aanbrengen. Aanwijzing: Om de scheidingsplaat aan te kunnen brengen, moet u de vochtigheidsregelaar instellen op een lage luchtvochtigheid. 4. 5. 6. 7. 8. reinigen.~ "Schoonmaken" op pagina 78 Alle verpakkingen reinigen. Sterk ruikende levensmiddelen luchtdicht verpakken om luchtjes te voorkomen. Apparaat weer inschakelen. Levensmiddelen inruimen. Na 24 uur controleren of er opnieuw luchtjes zijn ontstaan. 79 nl Verlichting 9 Verlichting Het apparaat is voorzien van een onderhoudsvrije LED verlichting. Alleen de klantenservice of een geautoriseerde vakman mag de verlichting repareren. Ver l i cht i ng > Geluiden Gel ui den Normale geluiden Brommen: Er loopt een motor, bijv. koelaggregaat, ventilator. Borrelen, zoemen of gorgelen: Koelmiddel stroomt door de buizen. Klikgeluiden: Motor, schakelaar of magneetventielen schakelen in/uit. Gekraak: automatische ontdooiing wordt uitgevoerd. Voorkomen van geluiden Het apparaat staat niet waterpas: Het apparaat met behulp van een waterpas stellen. Indien nodig er iets onderleggen. Lades, legplateaus of flessenrekken wiebelen of klemmen: Uitneembare uitrustingsonderdelen controleren en eventueel opnieuw aanbrengen. Flessen of serviesgoed raken elkaar: Flessen of schalen uit elkaar zetten. 3 Storingen, wat te doen? Controleer aan de hand van deze tabel of u de storing zelf kunt verhelpen, voordat u de klantenservice belt. St or i ngen, wat t e doen? De temperatuur wijkt erg af van de instelling. Apparaat 5 minuten uitschakelen. ~ "Apparaat uitschakelen en buiten werking stellen" op pagina 75 Wanneer de temperatuur te hoog is, de temperatuur na een paar uur opnieuw controleren. Wanneer de temperatuur te laag is, de temperatuur de volgende dag opnieuw controleren. Geen enkele indicatie brandt. De stekker zit niet goed in het stopcontact. Stekker in het stopcontact steken. De zekering is geactiveerd. Zekeringen controleren. De stroom is uitgevallen. Controleren of er stroom is. 80 Storingen, wat te doen? nl De indicatie geeft E... aan. De elektronica heeft een fout geconstateerd. Contact opnemen met de servicedienst. ~ "Servicedienst" op pagina 82 Het apparaat koelt niet, de indicatie en verlichting branden. Presentatielicht ingeschakeld. Zelftest starten. ~ "Zelftest apparaat" op pagina 82 Na afloop van het programma schakelt het apparaat weer over op het normale gebruik. Het is te warm of koud in het verskoelvak. De standaardinstelling is te hoog of te laag ingesteld (bijv. bij vorst in het verskoelvak). U kunt de temperatuur in het verskoelvak 3 standen warmer of kouder instellen. Als de temperatuur in het koelvak op stand 0 is ingesteld, heeft het verskoelvak een temperatuur van omstreeks 0 °C. 1. Toets super Vriesvak indrukken en ingedrukt houden totdat de indicatie Temperatuur koelvak knippert. 2. Toets + / – indrukken om de instelling te wijzigen. Stand –3 is de koudste instelling. Stand +3 is de warmste instelling. Na een minuut wordt de ingestelde stand opgeslagen. -------- 81 nl Servicedienst 4 Servicedienst Als het u niet lukt om de storing zelf te verhelpen, kunt u contact opnemen met onze klantenservice. Wij vinden altijd een passende oplossing, ook om een onnodig bezoek van de monteur te voorkomen. De contactgegevens van de dichtstbijzijnde Servicedienst vindt u hier of in de lijst met Servicedienstadressen. Vermeld bij het telefoongesprek a.u.b. het fabrikaatnummer (E-Nr.) en het productnummer (FD), die u op het typeplaatje vindt. ~ "Het apparaat leren kennen" op pagina 74 Vertrouw op de competentie van de fabrikant. U bent er dan van verzekerd dat de reparatie door ervaren technici wordt uitgevoerd die gebruik maken van de originele reserveonderdelen voor uw apparaat. ■ Ser vi cedi enst Zelftest apparaat Uw apparaat beschikt over een zelftestprogramma dat fouten aangeeft, die uw klantenservice kan verhelpen. 1. Apparaat uitschakelen en 5 minuten wachten. 2. Apparaat inschakelen. 3. Binnen de eerste 10 seconden na het inschakelen de toets super koelvak 3 ... 5 seconden indrukken en ingedrukt houden tot er een geluidssignaal klinkt. Het zelftestprogramma start. Terwijl de zelftest wordt uitgevoerd, klinkt ondertussen een lang geluidssignaal. 82 ■ Als na afloop van de zelftest 2 geluidssignalen klinken en de ingestelde temperatuur wordt weergegeven: uw apparaat is in orde. Als na afloop van de zelftest 5 geluidssignalen klinken en de toets super Koelvak 10 seconden knippert: contact opnemen met de Service. Na afloop van het programma schakelt het apparaat weer over op het normale gebruik. Verzoek om reparatie en advies bij storingen De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst met Servicedienstadressen. NL 088 424 4020 B 070 222 142 -------- Garantie Meer informatie over de garantieperiode en de garantievoorwaarden in uw land zijn verkrijgbaar bij uw klantenservice, uw speciaalzaak en op onze website.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86

Siemens KX41FV110/01 de handleiding

Categorie
Koelkasten
Type
de handleiding