AEG KME525800M de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding
USER
MANUAL
NL Gebruiksaanwijzing
Combimagnetron
BFB5000WM
BHB5000WM
KME525800M
KMK525800M
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele
jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker
helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar
minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, onderhouds- en
reparatie-informatie:
www.aeg.com/support
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de
hand hebt: Model, productnummer, serienummer.
De informatie staat op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu‑informatie
Wijzigingen voorbehouden.
2/44
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE...........................................................................5
1.1 De veiligheid van kinderen en kwetsbare personen......................................... 5
1.2 Algemene veiligheid..........................................................................................5
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................. 8
2.1 Installatie...........................................................................................................8
2.2 Elektrische aansluiting...................................................................................... 9
2.3 Gebruik............................................................................................................. 9
2.4 Onderhoud en reiniging.................................................................................. 10
2.5 Binnenverlichting............................................................................................ 10
2.6 Service............................................................................................................11
2.7 Afvalverwerking.............................................................................................. 11
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT....................................................... 12
3.1 Algemeen overzicht........................................................................................ 12
4. BEDIENINGSPANEEL................................................................................. 13
4.1 Verzonken knoppen........................................................................................13
4.2 Sensorveld / Knoppen.................................................................................... 13
4.3 Display............................................................................................................ 13
5. VOOR HET EERSTE GEBRUIK.................................................................. 14
5.1 Eerste reiniging ..............................................................................................14
6. DAGELIJKS GEBRUIK................................................................................15
6.1 Functie instellen: Magnetron...........................................................................15
6.2 Instellen: Magnetroncombi..............................................................................16
6.3 Verwarmingsfuncties...................................................................................... 16
7. KLOKFUNCTIES..........................................................................................18
7.1 Tabel met klokfuncties.................................................................................... 18
7.2 Instellen: Tijdstip van de dag.......................................................................... 18
7.3 Functie instellen: Duur.................................................................................... 18
7.4 Functie instellen: Eindtijd................................................................................ 19
7.5 Functie instellen: Vertragingstijd.....................................................................19
7.6 Functie instellen: Kookwekker........................................................................ 20
8. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES............................................................21
8.1 Accessoires plaatsen......................................................................................21
9. EXTRA FUNCTIES.......................................................................................22
9.1 Ga als volgt te werk voor gebruik: Kinderslot................................................. 22
9.2 Hoe te gebruiken: functievergrendeling.......................................................... 22
9.3 Koelventilator.................................................................................................. 22
10. AANWIJZINGEN EN TIPS......................................................................... 23
10.1 Kookadviezen............................................................................................... 23
10.2 Magnetronaanbevelingen ............................................................................ 23
10.3 Voor de magnetron geschikt kookgerei en materialen ................................ 24
10.4 Grill............................................................................................................... 25
10.5 Bereiding met magnetron............................................................................. 26
10.6 Aanbevolen vermogensinstellingen voor verschillende soorten voedsel......30
10.7 Aanwijzingen voor testinstituten................................................................... 31
3/44
11. ONDERHOUD EN REINIGING...................................................................33
11.1 Opmerkingen over schoonmaken.................................................................33
12. PROBLEEMOPLOSSING.......................................................................... 34
12.1 Wat te doen in de volgende gevallen............................................................34
12.2 Onderhoudsgegevens.................................................................................. 34
13. ENERGIEZUINIGHEID............................................................................... 36
13.1 Energiebesparing..........................................................................................36
14. HET IS HEEL GEMAKKELIJK!................................................................. 37
4/44
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie
en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor verwondingen of schade die voortvloeit
uit de onjuiste installatie of het onjuiste gebruik. Bewaar de
instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor
toekomstig gebruik.
1.1 De veiligheid van kinderen en kwetsbare personen
Laat kinderen niet spelen met het apparaat.
Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.
WAARSCHUWING: Houd kinderen en huisdieren uit de
buurt van het apparaat als het in werking is of afkoelt.
Makkelijk toegankelijke onderdelen worden heet tijdens
gebruik.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient dit te
worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
1.2 Algemene veiligheid
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat en
de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient te
voorkomen de verwarmingselementen aan te raken.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht,
dient u de stekker van het apparaat uit het stopcontact te
trekken.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat het apparaat is
uitgeschakeld voordat u de lamp vervangt om elektrische
schokken te voorkomen.
5/44
Gebruik het apparaat niet voordat u het in de ingebouwde
structuur installeert.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te
maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
metalen schrapers om de glazen deur schoon te maken,
deze kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak,
waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Schakel het apparaat niet in als het leeg is. Metalen delen in
de ovenruimte kunnen elektrische vonken veroorzaken.
Tijdens bereiding in de magnetron zijn geen metalen
voedselbakjes en drinkbekers toegestaan. Deze vereiste is
niet van toepassing als de fabrikant heeft aangegeven dat
het formaat en de vorm van het metalen voorwerp geschikt
is voor bereiding in de magnetron.
De middelen voor het uitschakelen moeten opgenomen
worden in de vaste bedrading overeenkomstig de regels
voor de bedrading.
Gebruik alleen de draaitafel en de draaitafelsteun die voor
dit apparaat zijn ontworpen.
WAARSCHUWING: Als de deur, scharnieren/handgrepen of
deurafdichtingen zijn beschadigd, mag het apparaat niet
worden gebruikt tot hij is gerepareerd door een vakkundig
persoon.
WAARSCHUWING: Alleen een vakkundig persoon kan
onderhouds- of reparatiewerkzaamheden uitvoeren
waarvoor de afdekking moet worden verwijderd die
beschermd tegen blootstelling aan magnetronenergie.
WAARSCHUWING: Verwarm geen vloeistoffen of andere
levensmiddelen in afgesloten houders. Deze kunnen dan
ontploffen.
6/44
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Gebruik alleen hulpstukken die geschikt zijn voor gebruik in
de magnetron.
Let bij het opwarmen van voedsel in plastic of papieren
houders op het apparaat vanwege de mogelijkheid tot
zelfontbranding.
Het apparaat is bedoeld voor het opwarmen van voedsel en
dranken. Het drogen van levensmiddelen of kleding en het
opwarmen van warmhoudpads, slippers, sponzen, vochtige
doekjes en dergelijke kan leiden tot letsel, zelfontbranding of
brand.
Als rook wordt waargenomen, zet dan het apparaat uit of
trek de stekker uit het stopcontact en houd de deur gesloten
om vlammen te doven.
Het in de magnetron opwarmen van dranken kan ertoe
leiden dat het langer duurt voordat het kookpunt wordt
bereikt. Pas op als u de houder uit de magnetron haalt.
De inhoud van melkflesjes en potjes babyvoeding moet
worden geroerd of geschud en de temperatuur moet voor
consumptie worden gecontroleerd om brandwonden te
voorkomen.
Eieren in de schaal en hele hardgekookte eieren mogen niet
in het apparaat worden opgewarmd omdat ze dan kunnen
ontploffen, zelfs nadat de magnetronverwarming is
beëindigd.
Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en
voedselresten dienen te worden verwijderd.
Het niet schoonhouden van het apparaat kan leiden tot
beschadigingen aan het oppervlak hetgeen weer een
negatief effect kan hebben op de levensduur van het
apparaat wat weer kan leiden tot een gevaarlijke situatie.
7/44
VEILIGHEIDSINFORMATIE
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Installatie
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies die zijn meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want het is zwaar. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de handgreep van zijn plaats.
Installeer het apparaat op een veilige en geschikte plaats die aan alle installatie-eisen
voldoet.
Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
Controleer voordat u het apparaat monteert of de ovendeur onbelemmerd opent.
Het apparaat is uitgerust met een elektrisch koelsysteem. Het heeft elektrische stroom
nodig.
Minimumhoogte kast (Minimumhoogte kast onder
werkblad)
444 (460) mm
Kastbreedte 560 mm
Kastdiepte 550 (550) mm
Hoogte van de voorkant van het apparaat 455 mm
Hoogte van de achterkant van het apparaat 440 mm
Breedte van de voorkant van het apparaat 595 mm
Breedte van de achterkant van het apparaat 559 mm
Diepte van het apparaat 567 mm
Ingebouwde diepte van het apparaat 546 mm
Diepte met open deur 882 mm
Minimumgrootte ventilatieopening. Opening ge‐
plaatst aan de onderkant van de achterzijde
560x20 mm
Bevestigingsschroeven 3.5x25 mm
8/44
2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden
gemaakt.
Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische
vermogen van de netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen adapters met meerdere stekkers en verlengkabels.
Zorg dat u de netstekker en het netsnoer niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet
worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking komen met de deur van het apparaat of de niche
onder het apparaat, met name niet als deze werkt of als de deur heet is.
De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier
worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
Als het stopcontact los zit, mag u de stekker niet in het stopcontact steken.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
Gebruik enkel correcte isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig
van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening
hebben met een minimale breedte van 3 mm.
Dit apparaat wordt geleverd zonder stekker en netsnoer.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brandwonden, elektrische schokken of een explosie.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van de deur van het apparaat als het apparaat aan staat.
Er kan hete lucht ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water.
Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
Open de deur van het apparaat voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er
alcohol-luchtmengsel ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de deur.
9/44
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in,
bij of op het apparaat.
De magnetronfunctie mag niet worden gebruikt om de oven voor te verwarmen.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
Om schade of verkleuring van het email te voorkomen:
leg geen aluminiumfolie op de bodem van de ruimte in het apparaat.
plaats geen water direct in het hete apparaat.
haal vochthoudende schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
wees voorzichtig bij het verwijderen of bevestigen van accessoires.
Verkleuring van het email of roestvrij staal is niet van invloed op de werking van het
apparaat.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor
andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer.
Alle bereidingen moeten worden uitgevoerd met gesloten ovendeur.
Als het apparaat achter een meubelpaneel gemonteerd is (bijv. een deur), zorg er dan voor
dat de deur nooit gesloten is als het apparaat in werking is. Warmte en vocht kunnen achter
een gesloten meubelpaneel ophopen en schade aan het apparaat, de behuizing of de vloer
veroorzaken. Sluit het meubelpaneel niet tot het apparaat compleet is afgekoeld na gebruik.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en schade aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen
breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen als deze beschadigd zijn. Neem contact op met een
erkend servicecentrum.
Zorg ervoor dat de ovenruimte, de draaitafel en de deur na elk gebruik worden afgeveegd.
Stoom geproduceerd tijdens de werking van het apparaat condenseert op de wanden en
kan roest veroorzaken.
Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak
achteruitgaat.
Vet en voedsel dat in het apparaat achterblijft, kan brand en elektrische vonken veroorzaken
wanneer de magnetronfunctie werkt.
Maak het apparaat schoon met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale
schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of
metalen voorwerpen.
Volg als u een ovenspray gebruikt de aanwijzingen op de verpakking.
2.5 Binnenverlichting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken.
10/44
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Met betrekking tot de lamp(en) in dit product en reservelampen die afzonderlijk worden
verkocht: Deze lampen zijn bedoeld om bestand te zijn tegen extreme fysieke
omstandigheden in huishoudelijke apparaten, zoals temperatuur, trillingen, vochtigheid, of
zijn bedoeld om informatie te geven over de operationele status van het apparaat. Ze zijn
niet bedoeld voor gebruik in andere toepassingen en zijn niet geschikt voor verlichting in
huishoudelijke ruimten.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde specificaties.
2.6 Service
Neem contact op met de erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.
2.7 Afvalverwerking
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in het
apparaat vast komen te zitten.
11/44
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Algemeen overzicht
1 2 43
5
6
7
8
1
Bedieningspaneel
2
Knop voor verwarmingsfuncties
3
Scherm
4
Bedieningsknop
5
Verwarmingselement
6
Magnetrongenerator
7
Lamp
8
As van draaiplateau
12/44
4. BEDIENINGSPANEEL
4.1 Verzonken knoppen
Om het apparaat te bedienen, moet u de bedieningsknop indrukken. De knop komt dan naar
buiten.
4.2 Sensorveld / Knoppen
Om de klokfuncties en het magnetronvermogen in te stellen. Uit‐
sluitend gebruiken als een verwarmingsfunctie in werking is.
Om een verwarmingsfunctie te starten. Druk om de duur van
een magnetronfunctie met 30 seconden te verlengen.
Om te bevestigen.
4.3 Display
A
D BC
A. Timer / Magnetronvermogen
B. Uren/minuten
C. Demomodus
D. Klokfuncties
13/44
5. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
Stel de tijd in voordat u de oven gebruikt.
5.1 Eerste reiniging
Stap 1 Stap 2 Stap 3
Verwijder alle accessoires uit
de oven.
Maak de oven en de acces‐
soires schoon met een zachte
doek, warm water en een mild
reinigingsmiddel.
Plaats de accessoires in de
oven.
14/44
6. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
6.1 Functie instellen: Magnetron
Hoe te beginnen met koken met de standaardinstellingen:
Stap 1 Draai aan de knop voor de verwarmingsfuncties.
Eerst toont het display de standaardinstelling voor magnetronvermogen en vervolgens
de standaardinstelling voor: Duur.
Stap 2
Om te beginnen met de standaardinstellingen drukt u op: .
Het signaal klinkt en de oven stopt wanneer de bereidingstijd is afgelopen.
Stap 3 Draai de knop voor de verwarmingsfuncties naar de uit-stand.
De instellingen wijzigen:
Stap 1 Draai aan de knop voor de verwarmingsfuncties.
Eerst toont het display de standaardinstelling voor magnetronvermogen en vervolgens
de standaardinstelling voor: Duur.
Stap 2 Draai de bedieningsknop om het magnetronvermogen te wijzigen. Het vermogen kan
worden gewijzigd in stappen van 100 W.
Stap 3
- druk en draai vervolgens de bedieningsknop voor wijziging van: Duur. - blijf
drukken om te schakelen tussen de instellingen voor: Duur, magnetronvermogen.
Draai aan de regelknop om de waarde in te stellen. Om te bevestigen drukt u op: .
Stap 4
Druk op: .
Het signaal klinkt en de oven stopt wanneer de bereidingstijd is afgelopen.
Stap 5 Draai de knop voor de verwarmingsfuncties naar de uit-stand.
Als u de deur van de oven opent, stopt de oven. Om het opnieuw te laten starten sluit u de deur
en drukt u op: .
De maximale tijd van de magnetronfuncties is afhankelijk van het door u ingestelde magne‐
tronvermogen:
MAGNETRONVERMOGEN MAXIMUMTIJD
100 - 600 W 90 minuten
15/44
De maximale tijd van de magnetronfuncties is afhankelijk van het door u ingestelde magne‐
tronvermogen:
MAGNETRONVERMOGEN MAXIMUMTIJD
Meer dan 600 W 7 minuten
6.2 Instellen: Magnetroncombi
De oven kan geluiden maken wanneer er gebruik wordt gemaakt van de functie:
Magnetroncombi. Dit is normaal voor deze functie.
Stap 1 Plaats het lage grillrooster.
Stap 2
Draai aan de knop voor de verwarmingsfuncties om de functie te selecteren. .
In het display verschijnt het standaardmagnetronvermogen.
Stap 3
Draai de bedieningsknop om het magnetronvermogen te wijzigen. Druk op: .
Op het display verschijnt: Lo.
Stap 4 Draai aan de instelknop om het intensiteitsniveau van de grill te selecteren.
Functie Intensiteitsniveau grill
Lo Laag
Hi Hoog
Stap 5
Druk op: .
Stap 6 Draai de knop voor de verwarmingsfuncties naar de uit-stand.
Het magnetronvermogen is beperkt tot 500 W wanneer u gebruik maakt van de functie:
Magnetroncombi.
6.3 Verwarmingsfuncties
Verwarmingsfunctie Applicatie
Uit-stand
De oven is uitgeschakeld.
16/44
DAGELIJKS GEBRUIK
Verwarmingsfunctie Applicatie
Binnenverlichting
Om de lamp in te schakelen.
Magnetron
Om eten te verwarmen en te koken. Het magnetronvermogen vari‐
eert van 100 - 1000 W.
Grill + magnetron
Om gerechten korter te bereiden en tegelijkertijd een bruin korstje
te geven. U kunt 2 niveaus van grillintensiteit instellen: laag en
hoog.
Grill
Voor het roosteren van dunne stukjes voedsel en voor het maken
van toast.
Vloeistoffen
Om dranken en soepen op te warmen. Het vermogensbereik is 800
- 1000 W.
Opnieuw verwarmen
Om vooraf bereide maaltijden en delicaat voedsel te verwarmen.
Het vermogensbereik is 300 - 700 W.
Ontdooien
Om vlees, vis, fruit, taarten, brood en boter te ontdooien. Het ver‐
mogensbereik is 100 - 200 W.
Smelten
Om chocolade en boter te smelten. Het vermogensbereik is 100 -
400 W.
Popcorn
Om popcorn te bereiden. Het vermogensbereik is 700 - 1000 W.
17/44
DAGELIJKS GEBRUIK
7. KLOKFUNCTIES
7.1 Tabel met klokfuncties
Klokfunctie Toepassing
Tijdstip van de dag
Om het tijdstip van de dag weer te geven en te wijzigen. U
kunt het tijdstip van de dag op elk gewenst moment wijzi‐
gen, ook als de oven uit staat.
Duur
De duur van het koken instellen. Uitsluitend gebruiken als er
een verwarmingsfunctie is ingesteld.
Eindtijd
Om de uitschakeltijd van de oven in te stellen. Uitsluitend
gebruiken als er een verwarmingsfunctie is ingesteld.
Vertragingstijd
Combinatie van functies: Duur, Eindtijd.
Kookwekker
Om een afteltijd in te stellen. Deze functie heeft geen in‐
vloed op de werking van de oven.
Kookwekker - kan op elk gewenst moment worden inge‐
steld, ook als de oven uit staat.
7.2 Instellen: Tijdstip van de dag
Wacht bij eerste aansluiting op de stroom totdat het display het volgende weergeeft: hr, 12:00.
12 - knippert.
Stap 1 Draai de regelknop om het uur in te stellen.
Stap 2
- druk hierop om te bevestigen.
Op het display wordt het ingestelde uur weergegeven, alsook: min. 00 - knippert.
Stap 3 Draai de regelknop om de minuten in te stellen.
Stap 4
- druk hierop om te bevestigen.
Op het display verschijnt de ingestelde tijd.
- druk hier herhaaldelijk op om het tijdstip van de dag te wijzigen. - knippert op het display.
7.3 Functie instellen: Duur
Stap 1
Stel een verwarmingsfunctie in. Druk op: .
18/44
Stap 2
- druk herhaaldelijk. - begint te knipperen.
Stap 3
Draai de regelknop om de minuten in te stellen. - druk hierop om te bevestigen.
Stap 4
Draai de regelknop om de uren in te stellen. Druk op: .
Wanneer de ingestelde tijdsduur eindigt, klinkt er gedurende 2 min een geluidssignaal.
De tijdinstelling knippert op het display. De oven wordt automatisch uitgeschakeld.
Stap 5 Druk op een willekeurige toets om het signaal uit te zetten.
Stap 6 Draai de knoppen naar de uitstand.
Deze functie is niet beschikbaar voor magnetronfuncties.
7.4 Functie instellen: Eindtijd
Stap 1 Stel een verwarmingsfunctie in.
Stap 2
- druk herhaaldelijk. - begint te knipperen.
Stap 3
Draai de regelknop om het uur in te stellen. - druk om te bevestigen.
Stap 4
Draai de regelknop om de minuten in te stellen. - druk om te bevestigen.
Op de ingestelde eindtijd klinkt er gedurende 2 min een geluidssignaal. De tijdinstel‐
ling knippert op het display. De oven wordt automatisch uitgeschakeld.
Stap 5 Druk op een willekeurige toets om het signaal uit te zetten.
Stap 6 Draai de knoppen naar de uitstand.
Deze functie is alleen beschikbaar voor: Grill
7.5 Functie instellen: Vertragingstijd
Stap 1
Stel een verwarmingsfunctie in. Druk op: .
Stap 2
- druk herhaaldelijk. - begint te knipperen.
Stap 3 Draai de regelknop om de minuten in te stellen voor de functie: Duur.
Druk op: .
19/44
KLOKFUNCTIES
Stap 4 Draai de regelknop om het uur in te stellen voor de functie: Duur.
Druk op: .
Op het display verschijnt: .
Stap 5 Draai de regelknop om het uur in te stellen voor de functie: Eindtijd.
Druk op: .
Stap 6 Draai de regelknop om de minuten in te stellen voor de functie: Eindtijd.
Druk op: .
Op het display verschijnt: , .
De oven gaat later automatisch aan, werkt voor de ingestelde tijdsduur en stopt op de ingestelde
eindtijd.
Op de ingestelde eindtijd klinkt er gedurende 2 min een geluidssignaal. De tijdinstelling knippert
op het display. De oven gaat uit.
Stap 7 Druk op een willekeurige toets om het signaal uit te zetten.
Stap 8 Draai de knoppen naar de uitstand.
U kunt de verwarmingsfunctie wijzigen nadat u de volgende functie hebt ingesteld: Vertragings‐
tijd.Draai de knoppen naar de uit-standen om de volgende functie te stoppen: Vertragingstijd.
Deze functie is alleen beschikbaar voor: Grill
7.6 Functie instellen: Kookwekker
De kookwekker kan zowel worden ingesteld bij een ingeschakelde of uitgeschakelde oven.
Stap 1
- druk herhaaldelijk. , 00 - knippert.
Stap 2 Draai aan de regelknop om de seconden en daarna de minuten in te stellen.
Stap 3
- druk hierop om te bevestigen.
Kookwekker - start automatisch na 5 seconden.
Na 90% van de ingestelde tijd klinkt er een geluidssignaal.
Stap 4 Wanneer de ingestelde tijdsduur eindigt, klinkt er gedurende 2 min een geluidssignaal
00:00, - knippert. Druk op een willekeurige toets om het signaal uit te zetten.
20/44
KLOKFUNCTIES
8. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
8.1 Accessoires plaatsen
Gebruik uitsluitend geschikt kookgerei en materiaal. Raadpleeg hoofdstuk 'Hints en tips',
kookgerei en materiaal geschikt voor de magnetron.
Draaiplateauset:
Bereid voedsel altijd op de draaiplateau‐
set.
Plaats de wieltjes rond de schacht van het
draaiplateau. Plaats het draaiplateau op
de rolgeleiding.
Gebruik alleen de draaiplateauset meege‐
leverd met de oven.
Grillrekset:
Plaats het grillrooster met de siliconen
doppen op de draaiplateauset.
21/44
9. EXTRA FUNCTIES
9.1 Ga als volgt te werk voor gebruik: Kinderslot
Als de functie aanstaat, kan de oven niet per ongeluk worden geactiveerd.
Stap 1 Zorg ervoor dat de knop voor de verwarmingsfuncties in de uit-stand staat.
Stap 2
, - houd tegelijkertijd 2 seconden ingedrukt.
Herhaal stap 2 om het Kinderslot uit te schakelen.
9.2 Hoe te gebruiken: functievergrendeling
U kunt de functie alleen inschakelen als de oven in werking is. Wanneer de functie is
ingeschakeld, kunnen de temperatuur- en tijdinstellingen niet per ongeluk worden gewijzigd.
Stap 1 Stel een ovenfunctie in.
Stap 2
, - houd tegelijkertijd 2 seconden ingedrukt.
Het signaal klinkt. Loc verschijnt 5 seconden op het display.
Herhaal stap 2 om de Functievergrendeling uit te schakelen.
Loc verschijnt op het display wanneer u de regelknop draait of op een willekeurige knop drukt
wanneer de Functievergrendeling is ingeschakeld. Wanneer u aan de knop voor de
ovenfuncties draait, stopt de oven.
Wanneer u de oven uitschakelt terwijl de Functievergrendeling is ingeschakeld, schakelt de
Functievergrendeling automatisch over naar de Kinderslot. Raadpleeg 'Aanvullende functies',
hoofdstuk 'Kinderslot gebruiken'.
9.3 Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de
oppervlakken van de oven koel te houden. Als u de oven uitschakelt, kan de koelventilator
blijven werken totdat de oven is afgekoeld.
22/44
10. AANWIJZINGEN EN TIPS
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
10.1 Kookadviezen
De temperatuur en kooktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn afhankelijk
van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.
Uw oven kan anders bakken dan de oven die u tot nu toe gebruikt heeft. De onderstaande tabel‐
len tonen aanbevolen verwarmingsfuncties en instellingen voor kooktijd voor specifieke soorten
voedsel.
Als u voor een speciaal recept de instelling niet kunt vinden, zoek dan naar een soortgelijk recept.
10.2 Magnetronaanbevelingen
Laten we koken!
Leg het eten niet direct op het draaiplateau. Gebruik altijd kookgerei dat geschikt is voor de mag‐
netron.
Plaats het kookgerei in het midden van het draaiplateau.
Zorg ervoor dat het voedsel en kookgerei op het draaiplateau op kamertemperatuur is. Contact
met te warme of te koude voorwerpen kan het draaiplateau breken.
Draai het voedsel halverwege de ontdooi- en bereidingstijd om of roer het door.
Roer vloeibare gerechten zo nu en dan door.
Roer het voedsel voor het opdienen door.
Dek het voedsel voor bereiding en opwarming af.
Ga met de lepel eerst door de fles of het glas bij het verwarmen van dranken om een betere
warmteverdeling te garanderen.
Plaats het voedsel in de oven zonder verpakkingsmateriaal. De verpakte kant-en-klaar-maaltijden
kunnen alleen in de oven worden geplaatst als de verpakking magnetronbestendig is (raadpleeg
de informatie op de verpakking).
23/44
Bereiding met magnetron
Ontdooien in de magnetron
Bereid voedsel afgedekt. Als u een korst wilt,
bereid dan het voedsel zonder het deksel.
Bak de gerechten niet te gaar door het vermo‐
gen en de tijd te hoog in te stellen. Het voedsel
kan uitdrogen, verbranden of brand veroorza‐
ken.
Gebruik de oven niet om eieren of slakken in
hun schelpen te koken, omdat ze kunnen bar‐
sten. Prik het eigeel van gebakken eieren in
voordat ze worden opgewarmd.
Prik voedsel met huid of schil diverse malen in
voordat u het bereidt.
Snij groenten in stukjes van gelijke grootte.
Nadat u de oven uitschakelt, neemt u het voed‐
sel uit en laat u het een aantal minuten staan.
Plaats het bevroren, uitgepakte voedsel op een
klein omgekeerd bord met een bakje eronder of
op een ontdooirek of plastic zeef, zodat de
dooivloeistof kan weglopen.
Verwijder telkens de stukken die zijn ontdooid.
Om groenten en fruit te koken zonder ze eerst
te ontdooien, kunt u een hoger magnetronver‐
mogen gebruiken.
10.3 Voor de magnetron geschikt kookgerei en materialen
Gebruik in de magnetron alleen kookgerei en materiaal dat hiervoor bestemd is. Gebruik
onderstaande tabel als referentie.
Controleer de specificaties van het kookgerei/materiaal voor gebruik.
Kookgerei/materiaal
Ovenbestendig glas en por‐
selein zonder metalen onder‐
delen, bijv. hittebestendig
glas
Niet-ovenbestendig glas en
porselein onder zilveren, gou‐
den, platina of metalen laag/
versieringen
X X X
Glas en glaskeramiek van
ovenbestendig/diepvriesbe‐
stendig materiaal
24/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
Kookgerei/materiaal
Keramiek en aardewerk zon‐
der kwartz of metalen onder‐
delen en metaalhoudend gla‐
zuur
X X
Keramiek, porselein en aar‐
dewerk met ongeglazuurde
onderkant of met kleine gaa‐
tjes, bijv. op handvaten
X X X X
Tot 200 °C hittebestendige
kunststof
X X
Karton, papier X X X
Huishoudfolie X X X
Ovenfolie met magnetronvei‐
lige sluiting
X X
Ovenschotels gemaakt van
metaal, d.w.z. emaille, gietij‐
zer
X X X
Bakblikken, zwarte lak of met
siliconen coating
X X X
Kookgerei voor magnetron‐
gebruik, bijv. pan voor knap‐
perige gerechten
X X X
Grillrekset X X
10.4 Grill
Alleen dunne stukken vlees of vis grillen.
Warm de lege oven voor het koken voor.
Plaats het voedsel op het hoge grillrooster.
Gebruik de functie: Grill.
25/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
GRILLEN
(min) (min)
1e kant 2e kant
Hele vis, 0,4 - 0,45 kg 10 - 20 10 - 20
Viskotelet 10 - 20 5 - 10
Brood met iets erop, 4 stuks 10 - 20 -
Gebakken kaas 5 - 15 5 - 15
Vissticks, gekoeld 10 - 20 5 - 15
Kippenborst 10 - 20 10 - 20
Zalmfilets, 0,15 kg 10 - 20 5 - 10
Geroosterd brood 5 - 10 -
10.5 Bereiding met magnetron
Tips voor de magnetron
Bereidings-/ontdooiresultaten Mogelijke oorzaak Oplossing
Het eten is te droog. Het vermogen was te hoog.
De kooktijd was te lang.
Zet lager vermogen of/en kor‐
tere kooktijd.
Het eten is nog steeds niet ont‐
dooid, heet of gekookt nadat de
bereidingstijd is verstreken.
De kooktijd was te kort. Stel langere kooktijd in. Het
magnetronvermogen niet ver‐
hogen.
Het eten is oververhit aan de
randen, maar nog niet voldoen‐
de gekookt in het midden.
Het magnetronvermogen
was te hoog.
Zet lager vermogen en een
langere kooktijd.
ONTDOOIEN
Plaats de voedselcontainer op de bodem van de ruimte.
26/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
VLEES/VIS
Stel het vermogen in op 100 W, tenzij
anders aangegeven.
(kg)
(min) Rusttijd
(min)
Steak 0,2 6 - 8 5 - 10
Gehakt, ingesteld op 200 W 0,5 5 - 8 5 - 10
Kip 1 20 - 25 20 - 30
Kippenborst 0,15 5 - 7 10 - 15
Dijen van kippen 0,25 6 - 8 5 - 10
Vleugels van kippen 0,2 3 - 4 5 - 10
Hele vis 0,5 10 - 15 10 - 15
Visfilet 0,5 8 -12 5 - 10
ZUIVELPRODUCTEN
Zet het vermogen op 100 W.
(kg)
(min) Rusttijd
(min)
Boter 0,25 3 - 4 5 - 10
Geraspte kaas 0,2 1 - 2 10 - 15
CAKE EN BROOD
Stel het vermogen in op 200 W, tenzij
anders aangegeven.
(min) Rusttijd
(min)
Plaatkoek, ingesteld op 100 W 1 stuk 2 - 3 5 - 15
Kwarktaart, ingesteld op 100 W 1 stuk 3 - 5 15 - 20
Droge cake, ingesteld op 100 W 1 stuk 1 - 2 -
Brood 1 kg 8 - 10 10 - 15
27/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
CAKE EN BROOD
Stel het vermogen in op 200 W, tenzij
anders aangegeven.
(min) Rusttijd
(min)
Gesneden brood 0,2 kg 1 - 2 5 - 10
Broodjes 4 stuks 1 - 2 5 - 10
FRUIT
(kg)
(W) (min) Rusttijd
(min)
Fruit 0,3 100 5 - 10 5 - 10
OPNIEUW VERWARMEN
(W) (min) Rusttijd
(min)
Saus 200 ml 700 2 - 3 -
Soep 300 ml 700 4 - 5 -
Ingevroren kant-en-klaar-maaltijden 0,4 kg 600 10 - 15 2 - 5
Kant-en-klaargerecht 0,4 kg 600 6 - 9 2 - 5
SMELTEN
(kg)
(W) (min) Rusttijd
(min)
Chocolade / Chocoladeglazuur 0,1 300 2 - 3 1 - 2
Boter 0,1 300 1 - 2 -
28/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
VLOEISTOFFEN
(ml)
(W) (min)
Melk 200 1000 1 - 1:30
Water 200 1000 1:30 - 2
Leg de zak met popcorn op het draaiplateau. Bereid een zak per keer. Stop de magnetron
handmatig als het ploffen minder wordt (1 - 2 sec. tussen de ploffen).
POPCORN
(kg)
(W) (min)
Popcorn 0,9 - 0,10 1000 01:30 - 02:30
MAGNETRON
(W) (min) Rusttijd
(min)
Hele vis 0,5 kg 500 5 - 7 2 - 5
Visfilet 0,5 kg 400 3 - 4 2 - 5
Verse groenten 0,5 kg + 50 ml
water
600 6 - 10 -
Groenten, ingevroren 0,5 kg + 50 ml
water
600 10 - 15 -
Gepofte aardappelen 0,5 kg 600 7 - 10 -
Rijst 0,2 kg + 400 ml
water
600 12 - 16 -
Babyvoeding in potjes 0,2 kg 200 1 - 2 -
29/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
MAGNETRON
(W) (min) Rusttijd
(min)
Babymelk, plaats een lepel in
de fles
180 ml 600 0:20 - 0:40 -
Combimagnetronfunctie
Stel de functie in: Grill + magnetron.
Plaats het voedsel op het lage grillrooster.
Draai het voedsel halverwege de bereidingstijd om.
De staande tijd is 2 - 5 min.
(W) Intensi‐
teitsni‐
veau grill
(min)
Halve kip 2 x 0,6 kg 400 hoog 30 - 35
Kip 1,1 kg 300 hoog 30 - 35
Aardappelgratin 1,1 kg 300 laag 30 - 35
Lasagne - 400 laag 25 - 35
10.6 Aanbevolen vermogensinstellingen voor verschillende soorten
voedsel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
800 - 1000 W
Dichtschroeien aan het begin van het kookpro‐
ces
Verwarmen van vloeistof
30/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
500 - 700 W
Koken van
groenten
Eiergerech‐
ten koken
Stoofpot sud‐
deren
Rijst laten
sudderen
Een maaltijd
op een bord
verwarmen
Ontdooien
en verwar‐
men van be‐
vroren maal‐
tijden
300 - 400 W
Smelten van kaas, chocolade,
boter
Koken/verwarmen van delicaat
voedsel
Doorgaan met koken
100 - 200 W
Babyvoeding ver‐
warmen
Ontdooien van
brood
Ontdooien van
fruit en gebak
Kaas, room en
boter ontdooi‐
en
Ontdooien van
vlees, vis
10.7 Aanwijzingen voor testinstituten
Testen volgens IEC 60705.
MAGNETRON‐
FUNCTIE
(W)
(kg)
(min)
Biscuitgebak 600 0.475 Draaipla‐
teauset
5 - 7 -
Gehaktbrood 500 0.9 Draaipla‐
teauset
18 - 20 -
Eiervla 500 1 Draaipla‐
teauset
15 - 17 -
Ontdooien van
vlees
200 0.5 Draaipla‐
teauset
8 - 9 -
31/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
Gebruik de functie: Grill + magnetron
Gebruik het lage grillrooster.
COMBIMAGNETRON‐
FUNCTIE
(W) Intensiteitsni‐
veau grill
(min)
Aardappelgratin, 1,1 kg 300 laag 30 - 35 -
Kip, 1,1 kg 300 hoog 30 - 35 Doe het vlees in
een ronde glazen
kom.
32/44
AANWIJZINGEN EN TIPS
11. ONDERHOUD EN REINIGING
11.1 Opmerkingen over schoonmaken
Reinigings‐
middelen
Maak de voorkant van de oven schoon met een zachte doek, warm water en
een mild reinigingsmiddel.
Gebruik een reinigingsoplossing om metalen oppervlakken te reinigen.
Reinig vlekken met een mild reinigingsmiddel.
Dagelijks ge‐
bruik
Reinig de uitsparing telkens na gebruik. Vetophoping of andere resten kunnen
brand veroorzaken.
Reinig voorzichtig de bovenkant van de oven om resten en vet te verwijderen.
Bewaar het voedsel niet langer dan 20 minuten in de oven. Droog de uitsparing
na elk gebruik met een zachte doek.
Accessoires
Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze drogen. Wacht voor het reini‐
gen tot het draaiplateau afgekoeld is. Er bestaat een risico dat het draaiplateau
kan breken. Gebruik een zachte doek met warm water en een mild reinigings‐
middel. De accessoires niet in de afwasmachine reinigen.
Reinig de antiaanbakaccessoires niet met agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe voorwerpen.
33/44
12. PROBLEEMOPLOSSING
12.1 Wat te doen in de volgende gevallen...
Neem in alle gevallen die niet in deze tabel zijn opgenomen contact op met een erkend
servicecentrum.
De oven gaat niet aan of warmt niet op
Probleem Controleer of de volgende zaken gelden...
U kunt de oven niet inschakelen of bedienen. De oven is juist op een elektrische toevoer
aangesloten.
De oven wordt niet warm. De automatische uitschakeling is gedeacti‐
veerd.
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgeslagen.
De oven wordt niet warm. Het kinderslot staat uit.
Onderdelen
Probleem Controleer of de volgende zaken gelden...
De lamp werkt niet. De lamp is opgebrand. Neem contact op met
een erkend servicecentrum.
De draaispitset maakt geluid. Er zijn voedselresten onder de draaiplateauset.
Foutcodes
Op het display verschijnt... Controleer of de volgende zaken gelden...
12:00 Er is een stroomstoring geweest. Stel de dag‐
tijd in.
Als het display een foutcode weergeeft die niet in deze tabel staat, schakelt u de zekering van het
huis uit en weer in om de oven opnieuw te starten. Als de foutcode opnieuw optreedt, neemt u
contact op met een erkend servicecentrum.
12.2 Onderhoudsgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper ofeen
erkende serviceafdeling.
34/44
De contactgegevens van het servicecentrum staan op het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt
zich aan de voorkant van de binnenkant van de oven. Verwijder het typeplaatje niet uit de
ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
35/44
PROBLEEMOPLOSSING
13. ENERGIEZUINIGHEID
13.1 Energiebesparing
Deze oven bevat functies die u helpen energie te besparen tijdens het dagelijks koken.
Zorg ervoor dat de ovendeur gesloten is als u de oven in werking stelt. Open de ovendeur niet
te vaak tijdens gebruik. Houd het deurrubber schoon en zorg ervoor dat het goed op zijn plaats
vastzit.
Verwarm de oven indien mogelijk niet voor het koken voor.
Houd de onderbrekingen tussen het bakken zo kort mogelijk als u een aantal gerechten
tegelijkertijd bereidt.
36/44
14. HET IS HEEL GEMAKKELIJK!
Maak uzelf vertrouwd met de pictogram‐
men op het bedieningspaneel
Maak uzelf vertrouwd met de symbolen uit de
Snelstartgids
Om de klokfuncties en het magne‐
tronvermogen in te stellen.
Knop voor verwar‐
mingsfuncties
Bedieningsknop
Om een verwarmingsfunctie te
starten, verlengt u de duur van de
magnetronfunctie met 30 secon‐
den.
Om te bevestigen.
verwarmen/koken
100 - 1000 W
koken/bruinen
intensiteit: laag/hoog
koken/bruinen
verwarmen van vloei‐
stoffen
800 - 1000 W
opnieuw verwarmen
300 - 700 W
ontdooien
100 - 200 W
smelten
100 - 400 W
Popcorn maken
700 - 1000 W
Instellingen van de magnetron Magnetrontips
Magnetronvermo‐
gen:
Maximumtijd:
Dek het voedsel voor bereiding en opwarming
af.
Draai het voedsel halverwege de ontdooi- en
bereidingstijd om of roer het door.
Plaats de lepel op de schaal bij het verwarmen
van vloeistoffen.
Plaats het voedsel in de oven zonder verpak‐
kingsmateriaal (alleen veilig voor magnetron).
100 - 600 W 90 min
> 600 W 7 min
Elke stap op de knop = 100 W
Verwarmingsfunctie instellen
37/44
Functie instellen: Magnetron
Functie instellen: Magnetroncombi
De tijd instellen en wijzigen
De duur instellen
Druk herhaaldelijk: . - begint op het display te knipperen.
De timer instellen:
Druk herhaaldelijk: . - begint op het display te knipperen.
38/44
HET IS HEEL GEMAKKELIJK!
De timer instellen:
39/44
HET IS HEEL GEMAKKELIJK!
15. MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte
afvalcontainer om het te recycleren. Bescherm het milieu en de volksgezondheid en recycleer
op een correcte manier het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar
het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
40/44
*
41/44
42/44
43/44
www.aeg.com/shop
867353895-C-312020
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

AEG KME525800M de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding